Opslag
Antwoorden Houdbaarheid van kwaliteit
T. Van der Hoorn
eerste druk, 2001
Artikelcode: 27113.2 & 27113.1
2001 Ontwikkelcentrum, Ede, Nederland
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Ontwikkelcentrum.
2
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
1
Vragen 1.1
Kwaliteit
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
Vragen 1.2 a Keuraanduiding
Betekenis
Gewas
Blauw
verkleuring van het schutblad
Anthurium
Doorwas
lange vegetatieve scheuten boven de hoofdknop
zomerbloemen en chrysant
Duim
te laag geplaatste eerste bloem
fresia
Oortje
bloemmisvorming
azalea
Platknop
hart van bloem groeit vegatatief door
roos
Tongen
stamper bij te rijpe bloem
anjer
Gepeld
buitenste bloemplaat weggeplukt
roos
Slechte nagel
een enkel bloemetje beschadigd
hyacint
Verdroogde knop
bloemknop verschrompeld
lelie
Haken
zijbloem
fresia
Hieltje
ondereind bloem niet afgeknipt
gerbera
Schieters
doorgegroeide slappe knop
roos
Splittak
te laag gespleten tak
zomerbloemen
Watersteel
gesprongen cellen en waterige steel
tulpen
Knopval
bloemknoppen zijn afgevallen
begonia
Krimpers
oude bloemen die niet open komen
fresia
❑ KWALITEIT
3
Andere antwoorden zijn ook mogelijk. b Kolom 1
Kolom 2
uitgangsmateriaal
referentietoets
Cultivar
bacteriegetal
groeiomstandigheden
rasecht
naoogstbehandeling
smet
botrytissporen
hoge temperatuur
Vragen 1.3
Opdracht 1.1
a b
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk. Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
Wetenschappelijke namen Oriëntatie
Uitvoering Regels voor het correct schrijven van wetenschappelijke namen 1 Een wetenschappelijke naam bestaat uit minimaal twee woorden. 2 Het eerste woord is de geslachtsnaam en wordt altijd met een hoofdletter geschreven. 3 Het tweede woord is de soortaanduiding en wordt in principe met een kleine letter geschreven. 4 Is er sprake van een groepsaanduiding, dan wordt deze met een hoofdletter geschreven. 5 De derde naam en bij een groepsaanduiding de vierde naam, is de cultivar of rasnaam. Deze wordt geschreven met een hoofdletter en tussen enkelvoudige aanhalingstekens. 6 De groepsaanduiding wordt tussen haakjes gezet als er ook een cultivarnaam vermeld wordt.
Afsluiting
4
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
Opdracht 1.2
Productkenmerken Oriëntatie
Uitvoering Productkenmerken Uitwendig: 1 steel: stevig, recht, lengte, kleur 2 blad: kleur, vorm, dikte 3 bloem: kleur, rijpheid, hardheid, aantal knoppen 4 ziekten: zichtbaar, schimmels, insecten 5 groeiafwijkingen: blad, bloem, stengel Inwendig: 6 houdbaarheid 7 ziektegevoeligheid 8 transporteerbaarheid 9 droogtegevoeligheid
Afsluiting
Opdracht 1.3
Kwaliteitseisen van veilingen Oriëntatie
Uitvoering Harde eisen
Zachte eisen
- Minimale lengte 25 cm
- Rechte steel (Wat is recht?)
- Gewicht
- Rijpheid 2 - 3 knoppen?
- Aantal bloemen per bos
- Goed van vorm
- Voorbehandeling
- Steeldikte
- Volledig vrij van mineerblad
- Uniform van kleur
- Enzovoort.
- Enzovoort.
Afsluiting
❑ KWALITEIT
5
Opdracht 1.4
Kwaliteit bij snijbloemen en potplanten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 1.5
Keurcodes van de VBN Oriëntatie
Uitvoering Vraag
Antwoord
Wat zijn negatieve kleurcodes?
Opmerkingen die een slechte eigenschap van het product aangeven.
Wat zijn positieve kleurcodes?
Opmerkingen die een goede eigenschap van het product aangeven.
Welke groepen kleurcodes kun je onderscheiden?
Negatieve kleurcode: 1 = bloem, 2 = inwendige kwaliteit, 3 = wortel, 4 = tak steel stam, 5 = blad, naald, doorn, 6 = parasieten, 7 = verpakking, 8 = sortering, 9 = overig Positieve kleurbemerking: positie 1 = fytosanitair, 2 = uitwendige kwaliteit, 3 = inwendige kwaliteit
Welk principe ligt ten grondslag aan negatieve kleurcodes?
Een positieve code is een geringe afwijking, een opvolgende negatieve code is dezelfde afwijking maar dan in ergere mate.
Afsluiting
6
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
2
Vragen 2.1
a b c
Kwaliteit van uitgangsmateriaal
Erfelijk materiaal, drager van erfelijke eigenschappen, verzameling, verzameling van genenmateriaal, afwijking en groeiomstandigheden. Houdbaarheid, transporteerbaarheid, ongevoelig voor botrytis, weinig droogtegevoelig. Hoge opbrengst, weinig ziektegevoelig, planbaarheid, lage energiebehoefte. Ook andere antwoorden kunnen goed zijn.
Vragen 2.2
De a b c d e f g h i j
Vragen 2.3
De volgende bewerkingen zijn juist: a, c, e, g, h, i.
Vragen 2.4
Juist zijn: a, c, e, g.
❑ KWALITEIT VAN UITGANGSMATERIAAL
goede antwoorden zijn: Spontaan, door chemicaliën en door bestraling. Geslachtskruising. Colchicine, chromosomen. Zaad. Chromosoom, de recombinant DNA-techniek. Tetraploïd. Terugkruisen. Terugsporten. Triploïde, genomen. Chimaerie.
7
Vragen 2.5 Geen bescherming
Kwekersrecht
1 Een cultivar van een potplant die geveild wordt, mag niet doorverkocht worden aan een kweker die het wil gebruiken voor vermeerdering, vanwege ...
X
2 F1-Hybriden zijn niet beschermd door ...
X
3 Moderne rozenrassen worden meestal beschermd door ...
X
4 Rassen ouder dan 25 jaar hebben ...
X
5 Botanische soorten kunnen beschermd worden door ...
X
Merkenrecht
X
X
6 Als er sprake is van genetische manipulatie kan er ook bescherming zijn door ... 7 Welk recht kent de grootste internationale erkenning? 8 Welk recht geldt ook voor processen?
Opdracht 2.1
Octrooirecht
X
X
X
Ontstaan van nieuwe producten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 2.2
Bescherming van nieuwe producten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
8
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
3
Vragen 3.1
a b c d e
Organisaties en kwaliteit
Een naam later nog veranderen geeft alleen maar misverstanden. De verkeerde planten leveren aan een klant kan grote juridische consequenties hebben. Een merknaam is bedrijfsgebonden en niet gebonden aan één bepaalde plant. Beide hebben te maken met de introductie van een nieuw ras. Echt nieuw, onderscheidbaar, homogeen en stabiel.
Vragen 3.2
toezicht, rasechtheid en raszuiverheid, herkomst, gezondheid, uitwendige kwaliteit, teeltmateriaal: standaardmateriaal, gecertificeerd materiaal, SEE, EE, E, financiën: keuringsbijdragen, vergoedingen, plantenpaspoort.
Vragen 3.3
De juiste stellingen zijn: b, f, j en l.
Opdracht 3.1
Vormgeving van kwaliteitsbeleid bij veilingen Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 3.2
Het belang van kwaliteitseisen voor de sector Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 3.3
Organisaties die zich met kwaliteit van plantenteeltproducten bezighouden Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
❑ ORGANISATIES EN KWALITEIT
9
4
Vragen 4.1
a b
c
Voorbeelden van aspecten zijn: kleur bloem, kleur blad, bloemgrootte, stevigheid bloemblaadjes en stevigheid stengel. De vijf vuistregels zijn: – snel op water; – acclimatiseren; – verdamping beperken; – de temperatuur zo laag mogelijk houden; – schoon water. De tuinder, omdat de veiling het in een aantal gevallen verplicht heeft gesteld.
Vragen 4.2
De 1 2 3 4 5 6 7 8
Vragen 4.3
Er zijn vele antwoorden mogelijk.
Vragen 4.4
a b
c d e
goede antwoorden zijn: Juist. Onjuist. Onjuist. Juist. Onjuist. Onjuist. Juist. Onjuist.
Bactericide door het bacterie-kiemgetal te bepalen, hormoon met behulp van een tracer, suiker met behulp van een refractometer. Drie manieren zijn: – verstopping van de poriën in de houtvaten; – productie van voor de plant giftige stoffen, verslijming; – verstopping op het snijvlak. Een rijpe knop heeft meer suikers vanuit het blad op kunnen nemen omdat hij later geoogst is. Suiker zorgt voor het open komen van de bloemen en dat is pas bij de consument gewenst. Ja, dat mag, want deze stoffen zijn niet erg milieugevaarlijk.
Vragen 4.5
Antwoorden kunnen steeds anders geformuleerd zijn.
Vragen 4.6
a
Twee nadelen zijn: – verkleuring van de steel; – vervuiling van het water.
b
Uitvloeiers kun je vaak toepassen bij houtachtige gewassen, zoals bouvardia en rozen. De werking van uitvloeiers is: verdunning van de oppervlaktespanning.
c
10
Houdbaarheid van snijbloemen
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
Vragen 4.7
De – – –
Vragen 4.8
a
b
Opdracht 4.1
drie principes zijn: bacteriedodend; oppervlaktespanning verlagend; remt wondheling. De goede antwoorden zijn: 1 Onjuist. 2 Juist. 3 Juist. 4 Onjuist. 5 Juist. 6 Onjuist. De factoren die de opname van voorbehandelingsmiddelen bevorderen zijn: 1. Veel blad aan de stengel. Dit zorgt namelijk voor verdamping en dus ook voor een goede waterstroom door de plant. 6. Lage relatieve luchtvochtigheid. Dit zorgt voor droge lucht en dus veel verdamping. Hierdoor ontstaat een goede waterstroom.
De houdbaarheid van snijbloemen Oriëntatie
Vragen
Antwoorden
1 Is de temperatuur van invloed op de houdbaarheid?
1 Ja
2 Is de luchtvochtigheid van invloed op de houdbaarheid?
2 Nee
3 Is de waterkwaliteit van invloed op de houdbaarheid?
3 Ja
4 Is de rijpheid van invloed op de houdbaarheid?
4 Ja
5 Is de houtigheid van de steel van invloed op de houdbaarheid?
5 Ja
6 Is de samenstelling van de lucht van invloed op de houdbaarheid?
6 Ja
7 Maakt het veel uit voor de houdbaarheid als bloemen enige tijd droog liggen?
7 Ja
❑ HOUDBAARHEID VAN SNIJBLOEMEN
11
Uitvoering Factoren die de houdbaarheid bepalen
Voorbehandelingsmiddelen die gebruikt kunnen worden
Voorbehandelingsduur die noodzakelijk is
Controle op gebruik van de middelen middels
Voorbeelden van gewassen
Bacteriegroei stengel
Bactericide
Relatief kort
Kiemgetal bepalen
Gerbera
Lucht in de stengel
Uitvloeiers
Enige tijd
Uitvloeier gebruiken (voelen)
Roos
Wondheling van de stengel
Chloor
Enige tijd
Chloor gebruiken (ruiken)
Zonnebloem
Ethyleen
STS of AOA
Lang (4 - 20 uur)
Controle op zilver
Fresia
Gebrek aan hormonen
Hormonen
Lang (uren)
Controle op merkstof
Alstroemeria
Gebrek aan suiker
Suiker
Lang (uren)
Refractometer
Gips
Afsluiting
Opdracht 4.2
De ideale bewaaromstandigheden voor plantaardige producten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
12
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
Vragen 4.9 a Soort
Oorzaak (slechte) houdbaarheid
Bestrijding door
Roos
Bacteriën
Rosal
Chrysant
Geen
Geen
Tulp
Bacteriën
Geen
Fresia
Ethyleen
STS
Trosanjer
Ethyleen
STS
Euphorbia fulgens
Bladvergeling
Hormoon
Alstroemeria
Bladvergeling
Hormoon
Gerbera
Bacteriën
Chloor
Gypsophyla
Suikergebrek
Suiker
Bouvardia
Lucht
Uitvloeier
Lelie
Bladvergeling en ethyleen
Hormoon en STS
Lathyrus
Ethyleen
STS
Cymbidium
Geen
Geen
b
❑ HOUDBAARHEID VAN SNIJBLOEMEN
De 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
goede antwoorden zijn: Onjuist. Onjuist. Juist. Onjuist. Onjuist. Onjuist. Juist. Juist. Juist. Onjuist.
13
5
Vragen 5.1
De 1 2 3
goede antwoorden zijn: Hoe langer de omloopsnelheid, hoe belangrijker koeling is. Stijf opeenpakken verhoogt de kans op botrytis. Is het gewichtverlies door verdamping meer dan twintig procent, dan is schade onherstelbaar. 4 Als koude bloemen in een warme ruimte komen, kunnen ze nat worden door condensatie. 5 Veel zuurstof betekent een hoge ademhalingsactiviteit en daarmee vaak ook een verhoogde ethyleenproductie.
Vragen 5.2
De goede antwoorden zijn: – Temperatuur, want bij een lage temperatuur is de ethyleenproductie gering en de rv (meestal) laag. – Temperatuur en ethyleen: bij lage temperatuur ook een lage ethyleen productie, temperatuur en rv. Bij lage temperatuur is de rv hoog, ethyleen en voorbehandelen, want onder andere behandel je voor tegen ethyleen (ander combinaties kunnen ook goed zijn). – Temperatuur, rv en verpakking spelen alle drie een rol bij het ontstaan en de groei van botrytis. – Temperatuur; de andere factoren vragen meer arbeid (verpakking en voorbehandelen) of moeite (ethyleen en rv) om te beïnvloeden.
Vragen 5.3
a b c d e f –
g h i j
14
Handhaven van de houdbaarheid in de handelsketen
De meest effectieve manier voor kwaliteitsbehoud is koelen. De opgebouwde reservestoffen worden afgebroken door dissimilatie. De drie processen die doorgaan na de oogst zijn: ademhaling, verdamping en warmte produceren. De factor die de meeste invloed heeft, is de temperatuur. Door warmteproductie loopt de temperatuur op. Bij 5°C: roos, gerbera en anjer. Bij 25°C: roos, narcis chrysant. voorkoelen en koeling tijdens transport: geen effect; – voorkoelen en geen transport koeling + 8°C; – niet voorkoelen en koelen tijden transport + 13°C; – niet voorkoelen en geen transportkoeling + 35°C. De chrysant. De twee grootste ethyleenproducenten zijn: motoren en fruit. Bij een lage temperatuur is ook de ethyleenproductie laag. Dat moet omdat de ademhalingscapaciteit dan flink daalt.
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
Vragen 5.4 tulp chrysant fresia anthurium agapanthus roos lathyrus Euphorbia fulgens roos Vragen 5.5 -
De juiste combinaties zijn: in verpakking op water plaatsen onderste bladeren verwijderen opnieuw schuin aansnijden niet onder de 16ºC verhandelen knopval door ethyleen bent neck behaarde steel heet water tegen bloeden ontdoornen niet gewenst De goede antwoorden zijn:
in verpakking bloemen wegzetten: opnieuw aansnijden: geen blad in water laten komen: stelen niet plat slaan: geen metalen vaas gebruiken: niet op de vensterbank zeten: koud water gebruiken Opdracht 5.1
weinig verdamping en toch wateropname ondereind vaak met lucht in vaatbundels kans op extra bacteriegroei extra plantensappen in water geeft bacteriegroei aantasting door houdbaarheidsmiddel te veel verdamping bij zon of c.v. in het begin minder bacteriegroei, betere wateropname
Transportomstandigheden van snijbloemen Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 5.2
Het belang van een goede verzorging Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
❑ HANDHAVEN VAN DE HOUDBAARHEID IN DE HANDELSKETEN
15
6
Houdbaarheid van potplanten in de keten
Vragen 6.1
De conclusie die je kunt trekken is dat groene planten een belangrijkere rol spelen als het gaat om interieur en sfeer.
Vragen 6.2
a b
c d e f g Vragen 6.3
a
De twee belangrijkste aankoopcriteria voor bloeiende planten in Nederland zijn: aantal bloemen en kleur. In Duitsland zijn dit ook: aantal bloemen en kleur. De twee belangrijkste aankoopcriteria voor bladplanten in Nederland zijn: uiterlijk en grootte. In Duitsland zijn dit: grootte en levensduur. Dit betekent dat het dus niet op elke afzetmarkt hetzelfde hoeft te zijn en dat heeft gevolgen voor de handel. Bij deze producten is zo’n lange transportduur zeer ongewenst. Saintpaulia en philodendron. Schefflera, azalea en cyclaam. Rot en schimmels, verkleuring en bladaantasting. De 1 2 3 4 5 6 7
1 2 3 4 5 6 Vragen 6.4
16
a b c
goede antwoorden zijn: Onjuist. Juist. Juist. Juist. Onjuist. Onjuist. Juist. De schade die kan ontstaan is: bladverkleuring, bladval, grotere internodiën en naar het licht toe groeien. De schade die specifiek kan ontstaan bij bonte planten is: vergroening van de bladeren. Drie kenmerken die je veel tegenkomt bij zonplanten zijn: stug blad, weinig huidmondjes, waslaag en beharing. De lichthoeveelheid bedraagt 500 tot 750 lux. Als planten niet de gewenste daglengte krijgen, kan knopval of knopverdroging optreden (hoeft niet). Hoe sneller de doorlooptijd, hoe minder belangrijk het licht is in de afzetfase.
Diverse mogelijkheden zijn goed. Het percentage botrytissporen is in de detailhandel (27 + 4 = 31%) het hoogst. Je kunt schade door botrytis beperken door een goed veegbeleid, het gewas niet vochtig laten raken en een goede hygiëne.
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT
Vragen 6.5
De juiste plaats moet zijn:
Stenen pot
Poreus, lagere kluittemperatuur, zoutophoping, verdamping, vervuiling, potkluit stevig in pot
Plastic pot
Lichter, niet breekbaar, snellere uitdroging, uniformer
Uniformiteit
Kunststof pot, automatisering, samenvoegen
Zwarte kunststof pot
Betere wortelgroei, hogere temperatuur in de zon
Terracotta pot
Trend
Doorzichtige pot
Betere doorworteling bij phalaenopsis
Potkluit
Osmocote, niet doorgeworteld, goed doorwortelt
Vragen 6.6
Opdracht 6.1
a b c
Meerdere antwoorden mogelijk. Meerdere antwoorden mogelijk. Meerdere antwoorden mogelijk.
Transportomstandigheden van potplanten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 6.2
De gevolgen van verkeerde (transport)omstandigheden Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
Opdracht 6.3
De relatie tussen kwaliteit, bewaring en keten Oriëntatie
Uitvoering
Afsluiting
❑ HOUDBAARHEID VAN POTPLANTEN IN DE KETEN
17
18
❑ HOUDBAARHEID VAN KWALITEIT