onderwijs
PERSPEC TI EF
Opleidingsscan nuttig instrument bij modernisering medische vervolgopleidingen Beatrijs J.A. de Leede, Agnes A.M. Kerckhoffs en Arnout Jan de Beaufort
De modernisering van de vervolgopleidingen brengt veel veranderingen met zich mee. Herziene opleidingsplannen, kwaliteitsindicatoren en een nieuw kaderbesluit hebben ingrijpende gevolgen voor aiossen, opleiders en opleidingsgroepen. Binnen het Leids Universitair Medisch Centrum is een opleidingsscan ontwikkeld die per opleiding opleidingsactiviteiten afzet tegen bij de opleiding betrokken actoren, zoals aiossen, opleiders en de centrale opleidingscommissie. De resultaten van deze scan bieden aiossen, opleiders en de centrale opleidingscommissie een overzicht van de stand van zaken met betrekking tot de modernisering en een handvat voor verbetering van respectievelijk de individuele opleiding en de opleidingen binnen de instellingen. De modernisering van de medische vervolgopleidingen is in volle gang. In januari 2011 moeten alle opleidingen tot medisch specialist ingericht zijn volgens de eisen van het nieuwe kaderbesluit van het Centraal College Medische Specialismen.1 De modernisering heeft ten doel specialisten op te leiden die toegerust zijn om in de steeds veranderende samenleving zorg van hoge kwaliteit te leveren en te kunnen blijven leveren. Veranderingen zijn gericht op de verbetering van de opleidingsstructuur en -kwaliteit, intensivering van de supervisie, het vaker geven van feedback, een meer systematische aanpak van de toetsing en beoordeling en professionalisering van opleiders voor hun opleidingstaken.2 Inmiddels zijn de opleidingsplannen van bijna alle wetenschappelijke verenigingen goedgekeurd door het College. De volgende stap is implementatie hiervan in de praktijk. Kessels, hoogleraar Human resources development, benadrukt dat voor succesvol opleiden het op de werkplek
Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden. Directoraat Onderwijs en Opleidingen: drs. B.J.A. de Leede, onderwijskundige; dr. A.J. de Beaufort, kinderarts. Raad van Bestuur: drs. A.A.M. Kerckhoffs, gezondheidswetenschapper. Contactpersoon: drs. B.J.A. de Leede (
[email protected]).
essentieel is rekening te houden met de arbeidscontext en het betrekken van de relevante actoren daarbij.3 De onderwijskundige Baenens geeft aan dat ook de inrichting van de leeromgeving van belang is, waarbij duidelijk is hoe het leren georganiseerd is en wie verantwoordelijk is voor de voortgang van het leren en de kwaliteit van het leerresultaat.4 Bij de opleidingsmodernisering en de implementatie van een opleidingskwaliteitssysteem voor de medische vervolgopleidingen staan de volgende documenten centraal: het eigen opleidingsplan per specialisme, de ‘Eindrapportage projectgroep kwaliteitsindicatoren’ en het ‘Kaderbesluit 2011’. Omdat een overzicht van de onderwerpen uit deze bronnen ontbreekt, wilden we voor opleiders en aiossen in het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) inzichtelijk maken wat de nieuwe opleidingseisen en kwaliteitseisen zijn en wie waarvoor verantwoordelijk is. Het doel van dit project was enerzijds om een opleidingsscan te ontwikkelen waarin de nieuwe opleidingseisen, -activiteiten en actoren overzichtelijk zijn weergegeven, en anderzijds om een instrument te ontwikkelen dat in eerste instantie (a) opleiders en aiossen inzicht geeft hoe de actuele situatie is en (b) wat van hen verwacht wordt zodat (c) in de tijd gemeten kan worden óf er progressie is en hoe deze verloopt. Ontwikkelen van de opleidingsscan
Om de opleidingsscan te ontwikkelen analyseerden we als eerste de ‘Eindrapportage projectgroep kwaliteitsindicatoren’ en het ‘Kaderbesluit 2011’ aan de hand van de volgende vragen: welke opleidingsactiviteiten worden in deze documenten genoemd? Zijn deze opleidingsactiviteiten op een logische manier te groeperen? Welke actoren zijn betrokken bij de opleiding tot medisch specialist en voor welke opleidingsactiviteiten zijn de verschillende actoren verantwoordelijk? Actoren die in deze 2 rapporten genoemd werden, zetten we op een rij. Voorbeelden van deze actoren zijn de aios, de opleider en de centrale opleidingscommissie. Vervolgens maakten we een lijst van de in de rapporten benoemde opleidingsactiviteiten. Onder opleidingsactiviteiten verstonden wij activiteiten die gericht zijn op het opleiden van aios, dus niet de verplichtingen of voor-
NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A2722
1
Actoren en activiteitenthema’s vormden de basis van de opleidingsscan. Vervolgens werden de opleidingsactiviteiten in de activiteitenthema’s onderverdeeld. Tot slot legden we per opleidingsactiviteit vast, wie voor welke activiteit verantwoordelijk was; zo was bijvoorbeeld het realiseren van 10 korte praktijkbeoordelingen per jaar een gedeelde verantwoordelijkheid van de aios en de opleidingsgroep.
aios
activiteitenthema´s
1) vaardigheidsonderwijs 2) discipline-overstijgend onderwijs 3) wetenschap en onderwijs 4) professionalisering
5) beoordelingsinstrumenten 6) opleidingsplan 7) opleidingsklimaat
8) modernisering 9) kwaliteitsbewaking opleiding 10) organisatie
11) kwaliteitsbewaking 12) randvoorwaarden
2
opleidingscluster
TABEL 1 Overzicht van activiteitenthema’s en van actoren, waarbij het thema ‘beoordelingsinstrumenten’ uitgelicht wordt
opleider of leden opleidingsgroep
PERSPEC TI EF
waarden die te maken hebben met het werknemersschap, de arbeidsrelatie die de aios heeft met het opleidingsziekenhuis. We ordenden de opleidingsactiviteiten in thema’s van logisch bij elkaar horende activiteiten, bijvoorbeeld het thema ‘toetsen en beoordelen’ of het thema ‘docentprofessionalisering’. In totaal werden 12 activiteitenthema’s gedefinieerd. Het thema ‘toetsen en beoordelen’ omvatte onder andere activiteiten als ‘het doen van een korte praktijkbeoordeling’ of ‘het bijhouden van een portfolio’. In tabel 1 zijn de activiteitenthema’s weergeven; 1 activiteitenthema is ter illustratie uitgewerkt.
aios
opleider of leden opleidingsgroep
minimaal 10x per jaar de korte minimaal 10x per jaar de korte praktijkbeoordeling per aios praktijkbeoordeling per aios minimaal 2x per jaar een ‘Critical minimaal 2x per jaar een ‘Critical appraised topic’ presenteren appraised topic’ per aios beoordelen minimaal 1x per jaar een minimaal 1x per jaar een kennistoets kennistoets per aios 4 voortgangsgesprekken bij 4 voortgangsgesprekken als eerstejaars aios op basis van eerstejaars aios (verslag in portfolio (verslag in portfolio) portfolio) 2 voortgangsgesprekken bij aios 2 voortgangsgesprekken als in jaar 2 en 3 op basis van aios in jaar 2 en 3 (verslag in portfolio (verslag in portfolio) portfolio) 1 voortgangsgesprek bij 1 voortgangsgesprek als ouderejaars aios op basis van ouderejaars aios (verslag in portfolio (verslag in portfolio) portfolio) jaarlijkse beoordeling aan het jaarlijkse beoordeling aan het einde van ieder opleidingsjaar einde van ieder opleidingsjaar op basis van portfolio (verslag op basis van portfolio (verslag in portfolio) in portfolio) 1 eindbeoordeling aan het einde 1 eindbeoordeling aan het einde van de opleiding van de opleiding past beoordelingsinstrumenten passen juist toe beoordelingsinstrumenten juist toe overgangsdocument als houdt portfolio bij de aios naar een andere (individueel opleidingsplan, opleidingsinrichting gaat toetsresultaten, verslag voortgang en beoordelingsgsprekken, overdrachtsdocument en logboek) bekwaamheidsniveau aios minimaal 1 voordracht, definiëren posterpresentatie of artikel tijdens opleiding
NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A2722
opleidingscluster
past onderwijskundige principes juist toe ziet toe op bijhouden portfolio aios overlegt voortgang aios overgangsdocument als de aios naar een andere opleidingsinrichting gaat
▼ Leerpunten ▼
Toepassing van de opleidingsscan
Ervaringen in het gebruik
De opleidingsscan leverde een overzicht van de opleidingsactiviteiten die van opleiders en aiossen verwacht werden en maakte inzichtelijk wat er op het gebied van opleiden wel en wat nog niet gebeurde. De semigestructureerde interviews boden de kans onbekende of nieuwe opleidingsactiviteiten toe te lichten, waardoor opleiders en aiossen beter geïnformeerd wer-
• Vanaf 2011 moeten alle medische vervolgopleidingen het nieuwe kaderbesluit van het Centraal College Medische Specialismen volgen. • Hierdoor wordt er meer aandacht besteed aan de kwaliteit van de opleidingen. • De opleidingsscan is een instrument om opleidingsactiviteiten te ordenen, en waarmee opleiders en de centrale opleidings commissie de voortgang van de modernisering van de opleiding kunnen monitoren.
PERSPEC TI EF
In overleg met de centrale opleidingscommissie werd de opleidingsscan in de eerste fase van ontwikkeling toegepast op de belangrijkste actoren die betrokken zijn bij het opleiden: de aios, de opleider en opleidingsgroep en het opleidingscluster. Een opleidingscluster betekende in deze context: de groep van ziekenhuizen die gemeenschappelijk een bepaalde opleiding aanbieden. Doelstellingen bij deze eerste toepassing van de scan waren: (a) het informeren van opleiders en aiossen over de verplichte opleidingsactiviteiten, (b) in kaart brengen in welke mate deze opleidingsactiviteiten al uitgevoerd werden, en (c) voor de centrale opleidingscommissie zichtbaar maken in welke mate de opleidingen binnen het LUMC al bezig waren met de modernisering. In augustus 2009 werden semigestructureerde interviews gehouden met opleiders en aiossen. Per specialisme werd de opleider en één of meerdere aiossen geïnterviewd. Een vast koppel bestaande uit een onderwijskundige en een stafmedewerker vervolgopleidingen voerde de semi gestructureerde interviews uit. Wij kozen voor dit type interviews omdat deze werkwijze de mogelijkheid bood onbekende begrippen toe te lichten en dóór te vragen wanneer de invulling van een activiteit niet concreet benoemd werd. De interviewers namen met de opleider en de aiossen alle opleidingsactiviteiten in de scan door. Daarbij gaven de opleider en aiossen toelichting op hoe een activiteit bij hun opleiding werd uitgevoerd. Als een activiteit onbekend was, werd deze door de interviewers toegelicht. Afhankelijk van de stand van zaken kreeg de status van een opleidingsactiviteit een kleurcode: groen (de activiteit vindt plaats of is in opstartfase); oranje (de activiteit gebeurt incidenteel of nog niet op de juiste manier) of rood (aan deze activiteit wordt (nog) geen aandacht gegeven of de activiteit is onbekend). Na uitwerking van het interview ontving iedere opleider de ingevulde scan. Hierin was de stand van zaken van de individuele opleiding met betrekking tot de moderniseringsactiviteiten eenvoudig af te lezen. In een overzichtmatrix werden alle opleidingen naast elkaar gezet. Deze matrix leverde de centrale opleidingscommissie het overzicht hoe het LUMC er met betrekking tot de modernisering voor stond. Tabel 2 toont een gedeelte van deze matrix.
den over de modernisering. Opleiders gaven aan dit een prettige en efficiënte methode te vinden om de opleiding eens systematisch door te nemen. Veel opleiders zijn op grond van de opleidingsscan met een aantal verbeterpunten aan de slag gegaan. De interviews leidden ook tot interessante discussies tussen opleider en aiossen over wanneer bepaalde zaken goed gedaan zijn en wat nog beter kan. De scan en het interview werkten, naast het in kaart brengen van de status quo, als stimulans om bepaalde opleidingsvraagstukken aan te pakken en te verbeteren. Een andere meerwaarde van de scan is dat de opleider de resultaten op een inzichtelijke manier kan bespreken in de opleidingsgroep. Voor de collega’s in de staf werd duidelijker wat hun bijdrage aan de opleiding van aiossen zou moeten zijn. Momenteel wordt uitgetest of de scan, als voorbereiding op de visitatie, bruikbaar is als zelfevaluatieinstrument. Op instellingsniveau bood de opleidingsscan de centrale opleidingscommissie zicht op de mate waarin de opleidingsactiviteiten al dan niet geïmplementeerd waren. Op grond daarvan werden voor 2010 een aantal actiepunten geformuleerd, die deels al gerealiseerd zijn. Herhaling van deze scan zal zowel voor de individuele opleiding als voor de gezamenlijke opleidingen duidelijk maken waar vooruitgang is geboekt en waar nog niet. De scan zal gebruikt worden als monitor van de voortgang van de modernisering en opleidingskwaliteit. Tot nu toe is de opleidingsscan voor een beperkt aantal actoren toegepast. De verantwoordelijkheden van andere actoren in het opleidingsveld, onder andere de raden van bestuur en de partnerziekenhuizen in de onderwijs- en opleidingsregio, zijn in deze inventarisatie nog niet betrokken. Om de kwaliteit van de opleidingen te optimaliseren, is het van belang om ook voor deze actoren inzichtelijk te maken wat hun rol is en zou moeten zijn. De scan zal met dat doel eind 2010 en begin 2011 ook bij de opleidingen in de partnerziekenhuizen uitgevoerd worden.
NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A2722
3
4
NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A2722
3 1 2 3 3 3 3 3 2 3 2 2 3 2 2 3 3 3 3 3 3 2 3 2 2 2 3 1 2 2 2 1 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3
3 3 1 2 3 3 3 2 2 3 3 3 2 3 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
2 2 1 3 3 3 3 3 3
3 3
2 3 2
3 3 3 3 2 1 3 3 2 3 3 3 3
3
2
1
opleidingen
3 3 2 3 3 3 3 1 3 3 2 2 3 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 1 3 2 2 3 3 3 3 3 3 3
4
3 2 2 3 3 3 3 3 3 2 2 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 3
3
3 2 3 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3
5
3 2 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3
3
3 3 3 3 3 1 2 3 3 3 3 3 3
6
3 2 3 2 3 3 3 3 3 2 3 1 2 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
2 3 3 3 3 3 2 3 3 3 3 3 3
7
3 3 3 2 3 3 3 2 2 3 3 1 3 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 3 3 3 3 1 3 3 3 3 3 2
8
3 2 2 3 3 3 3 1 3 1 3 1 2 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 3 3 3 2 3 3 2 3 3 3 3 1 2 1 3 3 2 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 1 3 2 3 1 3 3 3 3 3 2 3
3 2 2 2 3 3 2 3 3 3
3
2 3 2 1 1 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 3 2 2 2 2 1 1 3 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3
3
3 3 2 3 2 3 1 3 3 3 3 3 3 2 1 2 3 3 3 3 2 3 2 3 1 1 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 2 3 3 3 2 1 3 2 3 3 3
3 3
2 3 2 3 3 3
2 3
2 3 1 3 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 2 2 1 3 2 1 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3
3
3 3 3 3 2 1 2 3 3 3 3 3 3 3
3 3 3 3 1 1 3 3 3 3 3 3
3 2 3 2 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 2 3 1 2 2 3 1 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3
3
2 3 1 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 2 2 3 3 3 2 3 2 1 1 2 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
2 3 1 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 3 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 3 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3
2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 3
2 2 2 3 3 3 3 2 2 3 3 3 3 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 2 3 3 1 3 3 2 3 3 3 3
3 2 2 3 3 3 3 1 3 2 2 2 3 1 3 3 3 3 3 3 3 1 3 3
3
3 3 1 3 3 3 3 3 3 3
3 3
3
2 3 2 2 3 1 3 3 3 3 3 3 3 2 3 2 3 2 3 3 2 3 3 3 3 3 3 3 2 3 3 1 2 2 2 1 1 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 1 3 3 3 3
3
2 3 1 1 3 3 3 3 3
3 3
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
D-RECT = ‘Dutch-residents educational climate test’; CCTEI = ‘Cleveland Clinic’s teaching effectiveness instrument’; MSRC = Medisch Specialisten Registratie Commissie.
deelname aan discipline-overstijgend onderwijs medewerking aan onderwijs voor coassistenten deelname aan cursus ‘Introductie competentiegericht opgeleid worden’ deelname aan cursus ‘Teach the clinical teacher’ minimaal 10x per jaar de korte praktijkbeoordeling minimaal 2x per jaar een ‘Critical appraised topic’ per aios minimaal 1x per jaar een kennistoets 4 voortgangsgesprekken bij eerstejaars aios (verslag in portfolio) 2 voortgangsgesprekken bij aios in jaar 2 en 3 (verslag in portfolio) 1 voortgangsgesprek bij ouderejaars aios (verslag in portfolio) jaarlijkse beoordeling aan het einde van ieder opleidingsjaar (verslag in portfolio) eindbeoordeling aan het einde van de opleiding juist toepassen van beoordelingsinstrumenten portfolio bijhouden (individueel opleidingsplan, toetsresultaten, verslagen van voortgangs- en beoordelingsgesprekken, overdrachtsdocumenten en logboek) landelijk opleidingsplan kennen individueel opleidingsplan met leerdoelen (bij ieder nieuw deel van de opleiding) leerdoelen formuleren bijwonen van minimaal 1 internationaal congres tijdens de opleiding minimaal 1 voordracht, posterpresentatie of artikel tijdens opleiding bezoeken wetenschappelijke vergaderingen van de vereniging inbrengen van punten van kritiek tijdens opleidingsvergadering inbrengen van punten van kritiek in de centrale opleidingscommissie creëren en evalueren van een veilig opleidingsklimaat meten van het leerklimaat (bijvoorbeeld door middel van D-RECT) evaluatie opleidingsprogramma evalueren van de kwaliteit van opleiders en supervisoren (bijvoorbeeld met behulp van CCTEI) invullen MSRC-evaluatieformulier jaargesprek met leidinggevende tijdig inschrijven MSRC-opleidingsregistratie insturen van het opleidingsschema naar de MSRC betalen inschrijfgeld MSRC verstrekt MSRC gevraagde informatie up-to-date houden van de MSRC registratie wijzigingen opleidingsschema binnen 2 maanden (vóór 31 oktober) melden aan de MSRC uitschrijven MSRC bij vroegtijdige beëindiging opleiding uitvoeren van interne opleidingsaudits of proefvisitaties bijdragen aan externe opleidingsvisitatie door MSRC ingeschreven staan in het BIG-register
aios-activiteiten
TABEL 2 Overzicht van aios-activiteiten per opleiding in het Leids Universitair Medisch Centrum; deel van de overzichtsmatrix
PERSPEC TI EF
Bij de modernisering van de medische vervolgopleidingen is het een complex proces om overzicht te krijgen over de voortgang ervan en om te voldoen aan alle eisen en kwaliteitscriteria die gesteld worden om een goede opleiding tot specialist te realiseren. Onze ervaring is dat de opleidingsscan en de ontwikkeling ervan een doeltreffend hulpmiddel daarbij is. De resultaten van deze scan bieden aiossen, opleiders en de centrale opleidingscommissie een overzicht van de stand van zaken met betrek-
king tot de modernisering en een handvat voor verbetering van respectievelijk de individuele opleiding en de opleidingen binnen de instellingen. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. Aanvaard op 1 december 2010 Citeer als: Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2722
> Meer op www.ntvg.nl/perspectief ●
Literatuur 1
Centraal College Medische Specialismen. Kaderbesluit CCMS 2011.
3
2
Scherpbier AJJA. Eindrapportage projectgroep Kwaliteitsindicatoren. Utrecht: CBOG; 2009.
Kessels JWM. Succesvol ontwerpen. Curriculumconsistentie in Opleidingen. Deventer. Kluwer Bedrijfswetenschappen; 1996:147-8.
Koninklijke Maatschappij ter Bevordering der Geneeskunst; 2009. 4
Baenens M. De verleiding weerstaan. Ontwerpmodel voor duurzaam opleiden. Houten: Bohn Stafleu van Loghum; 2008:13-4.
NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A2722
5
PERSPEC TI EF
Conclusie