Op Stapel 2014-03 04 februari 2014
Sector Coördinatie Regelgeving Afdeling Onderwijsorganisatie- en personeel GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Huis van het GO! - Willebroekkaai 36 1000 Brussel
In de rubriek ‘Op Stapel’ geven de collega's van de afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel kort toelichting bij ontwerpregelgeving die eerstdaags wordt behandeld in het Vlaams Parlement (decreten) of door de Vlaamse Regering wordt goedgekeurd (besluiten). De toelichting geeft de stand van zaken weer bij het afsluiten van de onderhandelingen in Sectorcomité X. Definitief uitsluitsel kan uiteraard enkel de tekst geven die in het Belgisch Staatsblad wordt gepubliceerd.
Voor bijkomende inlichtingen kunt u per e-mail terecht bij: GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Onderwijsorganisatie en -personeel Guido Liessens E-mail:
[email protected]
Een exemplaar van de teksten van de (voor)ontwerpen kunt u aanvragen bij Willy Dessers E-mail:
[email protected] Jan Brewée E-mail:
[email protected]
In deze aflevering: -
onderwijsdecreet XXIV, amendementen decreet betreffende (belangrijke en noodzakelijke maatregelen) voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, amendementen
Op Stapel 2014-03
2
Onderwijsdecreet XXIV en het decreet betreffende (belangrijke en noodzakelijke maatregelen) voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zijn ondertussen in behandeling in het Vlaams parlement. De bestuursmeerderheid wil nog een aantal amendementen laten indienen. We geven u de stand van zaken na de toelichting door de overheid bij een eerste pakket amendementen (over parlementaire initiatieven wordt niet onderhandeld). De sociale partners kregen de kans hun opmerkingen en bedenkingen te formuleren. Of de overheid doorzet, of (sommige van) haar amendementen opnieuw intrekt, zal nog moeten blijken. We proberen u op de hoogte te houden.
Ontwerpdecreet betreffende het onderwijs XXIV Basisonderwijs -
De overheid denkt eraan de duur van de scholengemeenschappen ook voor de komende periode op drie jaar te brengen, i.p.v. zes jaar, in afwachting van een eventuele uitrol van de conceptnota schaalvergroting. Wat het uiteindelijk wordt, is verre van duidelijk. Op één sociale partner na, ging iedereen voor zes jaar. De looptijd van de beleidsplannen (of beleidscontracten, als de school tot een andere schoolbestuur behoort dan het CLB) tussen school en CLB spoort met die van de scholengemeenschappen. De volgende beleidsplannen en beleidscontracten starten dus op 1 september 2014 en zouden dan, als de overheid doorzet, over drie schooljaren lopen. De looptijd van de ICT-samenwerkingsverbanden spoort met die van de scholengemeenschappen. De volgende ICT-samenwerkingsverbanden starten dus op 1 september 2014 en zouden, in voorkomend geval, over drie schooljaren lopen.
-
Bij de start van een nieuwe zes- of driejarige periode worden de scholen die op 1 september deel uitmaken van de scholengemeenschap, voor de berekening van de stimulus- en zorgpunten, op de teldatum (de eerste schooldag van februari) geacht deel uit te maken van de scholengemeenschap, toch als de school in dat schooljaar werd gefinancierd of gesubsidieerd.
Secundair onderwijs -
De overheid denkt eraan de duur van de scholengemeenschappen ook voor de komende periode op drie jaar te brengen, i.p.v. zes jaar, in afwachting van een eventuele uitrol van de conceptnota schaalvergroting. Wat het uiteindelijk wordt, is verre van duidelijk. Op één sociale partner na, ging iedereen voor zes jaar. De modaliteiten voor de berekening en aanwending van de globale puntenenveloppe blijven gedurende die periode behouden.
-
De looptijd van de beleidsplannen (of beleidscontracten, als de school tot een ander schoolbestuur behoort dan het CLB) tussen school en CLB spoort met die van de scholengemeenschappen. De volgende beleidsplannen en beleidscontracten starten dus op 1 september 2014 en zouden dan, als de overheid doorzet, over drie schooljaren lopen.
Op Stapel 2014-03
3
De looptijd van de ICT-samenwerkingsverbanden spoort met die van de scholengemeenschappen. De volgende ICT-samenwerkingsverbanden starten dus op 1 september 2014 en zouden, in voorkomend geval, over drie schooljaren lopen. -
In de regelgeving stond dat de scholengemeenschap (in het kader van haar bevoegdheid afspraken te maken over een objectieve leerlingenoriëntatie en -begeleiding) met één CLB moest samenwerken (er was in een uitzondering voorzien voor Buso-scholen). Die beperking tot één CLB zou worden opgeheven.
-
Door Onderwijsdecreet XXIII werden vanaf het schooljaar 2014-2015 nieuwe programmatieregels ingevoerd voor het voltijds gewoon secundair onderwijs (toegelicht in Op stapel 2013-03 van 22 mei 2013). Daarin werd onder meer een lijst in het vooruitzicht gesteld van opleidingen die niét (langer) programmeerbaar zijn. Die lijst is er nu en zal geregeld worden bijgewerkt. Om de continuïteit van de studieloopbaan te garanderen voor leerlingen uit de tweede graad die hun opleidingstraject binnen de school of scholengemeenschap daardoor niet zouden kunnen afwerken, kan voor het eerste en tweede leerjaar van de derde graad toch nog programmatie worden aangevraagd (eventuele derde jaren zijn uitgesloten). De programmatie is beperkt in de tijd (enkel om de leerlingen hun opleiding te laten afmaken, zonder overzitten). De maatregel is bedoeld voor leerlingen die in de tweede graad zijn ingeschreven op het moment dat de betrokken opleiding wordt bijgeschreven op de lijst van niet langer programmeerbare opleidingen. Latere, of herhaalde, programmaties van een opleiding in de derde graad, om (telkens) nieuwe cohorten leerlingen hun opleiding te laten voortzetten, riskeren niét te zullen worden toegestaan: de overheid rekent op de schoolbesturen om leerlingen niet verder toe te leiden naar de betrokken opleidingen en zich (dus) te herprofileren (althans de betrokken opleiding ook in de tweede graad niet langer te organiseren). Aanvragen moeten binnen zijn uiterlijk 30 november van het voorafgaande schooljaar (voor programmaties in het schooljaar 2014-2015: uiterlijk 15 februari 2014).
-
In Onderwijsdecreet XXIII werd aangekondigd dat de oproep voor het indienen van voorstellen voor voortrajecten, brugprojecten en werkplekleren in het stelsel Leren en Werken in de toekomst minimaal om de vier jaar zouden worden gelanceerd (tot nog toe was dat jaarlijks). Een eerste oproep ‘nieuwe stijl’ zou plaats vinden tijdens het schooljaar 2014-2015. In 2013-2014 bleven de voortrajecten, brugprojecten en voorstellen werkplekleren gesubsidieerd die gesubsidieerd waren voor het schooljaar 2012-2013. Aan het subsidiëringsmechanisme (op basis van het aantal participerende leerlingen) veranderde niets. Alles wordt nu met een jaar opgeschoven. Een eerste oproep ‘nieuwe stijl’ zou nu dus plaatsvinden tijdens het schooljaar 2015-2016. De voortrajecten, brugprojecten en voorstellen werkplekleren die gesubsidieerd waren voor het schooljaar 2012-2013, blijven ook in het schooljaar 2014-2015 gesubsidieerd.
CLB -
De looptijd van de beleidsplannen (of beleidscontracten, als de school tot een ander schoolbestuur behoort dan het CLB) tussen school en CLB spoort met die van de scholengemeenschappen. De volgende beleidsplannen en beleidscontracten starten dus op 1 september 2014 en zouden, als de overheid doorzet, over drie schooljaren lopen.
Op Stapel 2014-03
4
Ontwerpdecreet betreffende (belangrijke en noodzakelijke) maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Een aantal amendementen is van technische aard: -
zo wordt er wat geschaafd aan de (nieuwe) definitie van type 2 en type 3 (voor type 3 komen in aanmerking leerlingen met de volgende problematieken: een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit; een oppositioneel-opstandige gedragsstoornis; een gedragsstoornis in enge zin: ‘conduct disorder’; een angststoornis; een stemmingsstoornis; een hechtingsstoornis. De toevoeging van ‘hechtingsstoornis’ brengt de definitie in overeenstemming met de indeling en terminologie van de DSM V;
-
voor de toegang tot type 5 is (alleen) een attest vereist van de behandelende geneesheer van de medische of psychiatrische voorziening of de directeur van de residentiële setting. Het CLB hoeft die attestering niet te bevestigen. Als het om een leerling gaat die al een attest heeft voor (een ander type van) het buitengewoon onderwijs, gaat het dus om twee afzonderlijke attesteringen;
-
voor de toelating van leerlingen tot het geïntegreerd onderwijs is een gemotiveerd CLB-verslag vereist. Voor huidige GON-leerlingen (die tot het GON werden toegelaten op basis van een verslag voor inschrijving in het buitengewoon onderwijs) moet dat enkel bij wijziging van onderwijsniveau, type, aard van integratie of aard en ernst van de handicap;
-
GON (geïntegreerd onderwijs) is ook mogelijk voor type 9-leerlingen;
-
het organiseren in 2015-2016 van een type basisaanbod wordt voor scholen die voorheen type 1 of 8 organiseerden, niet beschouwd als een herstructurering. Leerlingen die vóór de inwerkingtreding van het decreet in het buitengewoon basisonderwijs zijn ingeschreven op basis van een inschrijvingsverslag voor type 1, respectievelijk type 8, blijven na de integratie van die types in het type basisaanbod, binnen dat type apart geteld worden: daardoor worden negatieve effecten op de omkadering (wegens het degressieve karakter van de lestijdenschalen) vermeden. Overigens belooft de overheid monitoring van de leerlingenstromen ten gevolge van de nieuwe typologie.
Op een aantal bepalingen na, zou het decreet pas ingaan op 1 september 2015: de actualisering van de typologie, de invoering van het type basisaanbod, in vervanging van de types 1 en 8, en van het type 9 (ASS) gaan pas in in het schooljaar 2015-2016. Programmatie-aanvragen voor type 9 moeten ingediend zijn uiterlijk op 1 juli 2014 voor programmatie in het schooljaar 2015-2016 (programmatie-aanvragen voor de volgende schooljaren moeten worden ingediend uiterlijk op 30 november van het voorafgaande schooljaar). De programmatiestop voor type 7 blijft behouden in het schooljaar 2014-2015; ook de afwijkingsuren voor GON ASS blijven bestaan in 2014-2015. Elke school voor BuO die zich ertoe geroepen voelt, kan een aanvraag indienen voor programmatie van type 9. De uiteindelijke regeringsbeslissing zou dicht aanleunen bij wat de Vlor zal adviseren. De programmatienormen voor type 9 zouden dezelfde worden als voor type 3. Maar de precieze modaliteiten moeten nog worden uitgewerkt in een besluit: enige onderhandelingsmarge is dus niet bij voorbaat uitgesloten. Op Stapel 2014-03
5
De bepalingen die betrekking hebben op de duur en de studiebekrachtiging van de integratiefase van opleidingsvorm 3 (dat is de vierde, facultatieve, fase in opleidingsvorm 3 van het BuSO, aansluitend op de kwalificatiefase: ze loopt over één volledig schooljaar en bestaat uit 1200 uur vorming op school en werkervaring (minimaal 400 uur algemene en sociale vorming en beroepsgerichte vorming op school; minimaal 700 uur werkervaring onder de vorm van leerlingenstage); de integratiefase kan flexibel worden georganiseerd: er is niet langer een minimum weekrooster vastgelegd; ze kan uitzonderlijk, onder voorwaarden die de Vlaamse regering nog moet vastleggen, door de klassenraad verlengd worden tot een tweede schooljaar; de klassenraad kan in de integratiefase een leerling, uitzonderlijk, vóór het einde van het schooljaar het getuigschrift van alternerende beroepsopleiding geven, als de leerling tewerkgesteld is en voorafgaand aan zijn tewerkstelling 900 uur vorming heeft gevolgd (minimaal 300 uur schoolse vorming, minimaal 525 uur werkervaring onder de vorm van leerlingenstage)), de bepalingen m.b.t. de opheffing van de
Commissie van Advies voor Buitengewoon Onderwijs (de verlenging van de aanwezigheid in het secundair onderwijs van +21-jarigen worden naar de klassenraad overgeheveld; de vrijstelling van de leerplicht en de beslissing over permanent onderwijs aan huis naar de onderwijsinspectie) en de bepaling over de studiebekrachtiging van de leerlingen die met en individueel curriculum onderwijs volgen in het gewoon onderwijs treden in werking op 1 april 2014. De artikelen over de inhoud van opleidingsvorm 1 en 2, over de nieuwe structuur van opleidingsvorm 3 in samenhangende gehelen van opleidingen en over de inhoud van opleidingsvorm 4 zouden ingaan op 1 september 2014. De bepalingen die nodig zijn om de inschrijvingen voor het schooljaar 2015-2016 voor te bereiden (inschrijving, oriëntering naar de nieuwe typologie…) zouden in werking treden op 1 januari 2015. Onderwijsdecreet XXIII voorzag in een extra begeleidingscorps competentie-ontwikkeling van 103 (voor de vzw Samenwerkingsverband van Netgebonden Pedagogische Begeleidingsdiensten (SNPB)) + 2 (voor de kleine onderwijsverstrekkers) FTE’s (personeelsleden met een verlof wegens bijzondere opdracht), waarvan 12 voor het GO! en 44 netoverstijgend (zie Op Stapel 2013-05 van 18 juli 2013). Vanaf het werkjaar 2014 worden d(i)e personeelsmiddelen van de vzw SNPB omgezet in een budget, waarmee op een flexibeler manier expertise kan worden ingekocht. Het corps staat in voor: 1° de ondersteuning in de scholen van het buitengewoon onderwijs bij de verbreding en verdieping van hun aanbod voor jongeren met autismespectrumstoornissen, 2° de ondersteuning van scholen van het buitengewoon onderwijs bij de programmatie van type 9, 3° de ondersteuning van scholen van het buitengewoon onderwijs bij de uitbouw van het type basisaanbod, 4° de uitbouw van een globaal professionaliseringstraject en -structuur voor de ondersteuning van leerkrachten in de scholen van het gewoon basisonderwijs en het gewoon secundair onderwijs inzake het onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, 5° de uitbouw van een tweedelijns inclusienetwerk.
Op Stapel 2014-03
6