Faculteitsblad, nummer 1 / herfst 2010
Oorlog & Recht Noblesse Oblige, of toch niet? Kampbeul Ivan Demjanjuk ‘Diamonds are forever’ Levens zijn dat niet Interview with a NATO Official: Coast of Somalia, Capital of Pirates The Mexican war on Drugs
NEW YORK - SÃO PAULO - WASHINGTON D.C. - AMSTERDAM - BARCELONA - BRUSSEL - BOEKAREST - DÜSSELDORF - FRANKFURT - KIEV - LONDEN - LUXEMBURG - MADRID MILAAN - MOSKOU - MÜNCHEN - PARIJS - PRAAG - ROME - WARSCHAU - ABU DHABI - DUBAI - RIYAD - BANGKOK - PEKING - DELHI - HONG KONG - SJANGHAI - SINGAPORE - TOKIO
Rondje van de zaak?
Opleiding van de zaak?
Fiets van de zaak? Word advocaat-stagiair bij Clifford Chance Wil jij ook bij de top van de internationale advocatuur horen? Word dan advocaat-stagiair bij Clifford Chance, één van de meest toonaangevende advocatenkantoren ter wereld. Je vindt Clifford Chance in hartje Amsterdam, waar we je in drie jaar tijd klaarstomen tot een advocaat van wereldniveau. Ook vanuit deze toplocatie werken in de internationale advocatuur? Solliciteer nu op wordadvocaatstagiair.nl en begin je eerste werkdag op een fiets van de zaak!
wordadvocaatstagiair.nl
JiBulletin 20e jaargang • Nummer 1, herfst 2010 JiBulletin is een uitgave van Stichting Jurist in Bedrijf. De Stichting Jurist in Bedrijf heeft tot doel aanstaande juristen te informeren over hun beroepsmogelijkheden, in de ruimste zin des woords. Redactie: Eva van de Kreeke Eline Loeffen Katharina Bottenberg Mats van de Ven Francis ten Broeke Raymond Canisius Lay out & druk: Compact Drukwerken NV Lanaken, België
Informatie & kopij: Jurist in Bedrijf UM/ Faculteit der Rechtsgeleerdheid Postbus 616 6200 MD Maastricht Tel: 043-3883106 Fax: 043-3260568
[email protected] www.juristinbedrijf.nl Contactgegevens: Faculteit der Rechtsgeleerdheid Op werkdagen tussen 10:00 en 12:00 Tel.: 043-3883106 Fax: 043-3260568 Email:
[email protected] www.juristinbedrijf.nl College van advies: Clifford Chance Boekel de Nerée Houthoff Buruma Stibbe Loyens & Loeff Met dank aan: Prof. Mols Prof. Kamminga Chris Geerse Reservist Koninklijke Luchtmacht Esther Crombag NATO Official
“Dulce bellum inexpertis” Amice, Aristoteles omschreef al ruim 350 jaar voor Christus dat het doel van oorlog vrede was. Deze premisse doet ruim tweeduizend jaar later nog steeds opgeld. De methode van oorlogvoering en geweldgebruik is door de eeuwen heen en in het bijzonder de laatste zestig jaar enorm geëvolueerd. De op traditionele wijzen uitgevochten conflicten hebben het veld geruimd voor een ‘atomische’ machtsstrijd gevoed door een onuitputtelijke hebzucht. Men denke aan Irak, Iran, Afghanistan, Palestina, Congo, Darfur, Sudan, Uganda… Hebzucht en eigen belang lijken te prevaleren boven het hypocriete gegeven van vrede. Wat betekent vrede in een land als Nederland? Vooral niet worden lastig gevallen met moeilijkheden, met rust gelaten worden en samen de kar trekken. Kortom, een apathische houding. Deze gedachte heeft de bulletincommissie aan het denken gezet en doen besluiten om allerlei actuele en spraakmakende aspecten van oorlog in de breedste zin van het woord ter sprake te brengen in het JiBulletin dat voor u ligt. Laat de politieke slag om Den Haag even het veld ruimen voor de realiteit van oorlog. Zo zult u onder andere geconfronteerd worden met een stukje spraakmakende geschiedenis over de advocatuur ten tijde van de Duitse bezetting. Een ‘NATO Official’ doet zijn verhaal over piraterij in Somalië. We belichten het proces rondom de kampbeul Ivan Demjanjuk. Verder staan we stil bij de ‘War on drugs’ en het gegeven ‘bloeddiamant’ Veel leesplezier.
Met vriendelijke groeten, Raymond Canisius, Voorzitter JiBulletin
Oplage: 1100 exemplaren Volgende verschijningsdatum: Winter 2010 Alle druk- en spelfouten voorbehouden © Stichting Jurist in Bedrijf 2010-2011
Jurist in Bedrijf
3
Oorlog & Recht
De rechter
door Jesse van Muylwijck
4
Jurist in Bedrijf
3
Voorwoord door Raymond Canisius
6
Even voorstellen
8
Noblesse Oblige, of toch niet?
14
ETA: Bereid tot permanente wapenstilstand?
16
Stelling: Terugtrekken of blijven?
18
Kijk in de praktijk van…
22
‘Diamonds are forever’ Levens zijn dat niet
26
Uitgelicht! Vredesonderhandelingen tussen Israel & Palestina
28
Versus
32
Kampbeul Ivan Demjanjuk
36
Het leven van...
40
Scriptiedossier
42
International Criminal Court
44
Groeten uit...
46
Studieverenigingen
50
Agenda
51
What’s going on...
52
Oprecht opmerkelijk
54
Interview with a NATO Official
58
International humanitarian law
60
The Mexican war on Drugs
62
Column Prof. mr. G.P.M.F. Mols
22
32
54
Adverteerdersindex
2 Clifford Chance 10 Boekel De Nerée 12 Boels Zanders 20 De Brauw Blackstone Westbroek 30 Houthoff Buruma 38 Ministerie van Financiën 48 Nysingh 56 Stibbe 63 van Doorne
Boekel De Nerée
5
Oorlog & Recht
Even voorstellen Het JiB bestuur 2010/2011 Ronnie Jeronimus Een totaal nieuw en gedreven bestuur van Jurist in Bedrijf bestaat uit 13 man. Het heeft als doel de rechtenstudent van de Universiteit van Maastricht zo goed mogelijk te informeren over de verschillende stage- en beroepsmogelijkheden, business en master courses. Jurist in Bedrijf zal op deze manier de rechtenstudent helpen met het oriënteren op de arbeidsmarkt en proberen een inzicht te verschaffen over de mogelijke toekomstperspectieven. Verder tracht Jurist in Bedrijf de rechtenstudent op de hoogte te houden van ontwikkelingen binnen verschillende facetten van het recht door middel van publicatie van het faculteitsblad; JiBulletin.
Onze doelstellingen zullen dit jaar in samenwerking met het College van Advies en overige sponsoren worden gerealiseerd. Jurist in Bedrijf is dan zeer content met het feit dat het College van Advies dit jaar bestaat uit: Houthoff Buruma, Loyens & Loeff, Boekel de Neree, Clifford Chance en Stibbe. Het College van Advies houdt u middels de JiB-Nieuwsbrief op de hoogte
van stage- en beroepsmogelijkheden, business en master courses. Inschrijven voor deze JiB-Nieuwsbrief kan via
[email protected] onder vermelding van ‘aanmelding nieuwsbrief’. Zoals gezegd bestaat Jurist in Bedrijf in haar totaliteit uit 13 leden die onderverdeeld zijn in het Dagelijks Bestuur en twee commissies, te weten de Bedrijven- en Instellingendagcommissie
Jurist in Bedrijf heeft een samenwerkingsverband met het bedrijfsleven. Door middel van het aanbieden van veelzijdige activiteiten slaat Jurist in Bedrijf een brug tussen de almaar groeiende en internationaliserende arbeidsmarkt en de Maastrichtse rechtenstudent. Gezien de activiteiten dient Jurist in Bedrijf inmiddels als intermediair tussen het bedrijfsleven en de rechtenstudent. Jurist in Bedrijf zal u dit academisch jaar voorzien van informatie die een bijdrage kan leveren bij het vinden van een studentstage of een toekomstige werkgever, bijvoorbeeld door het organiseren van een Roadtrip of de Bedrijven- en Instellingendag. Daarbij wil Jurist in Bedrijf door middel van het JiBulletin de rechtenstudent in aanraking laten komen met spraakmakende thema’s rondom het recht dat niet in de collegebanken ter sprake komt.
6
Dagelijks Bestuur: v.l.n.r. Noortje Lut, Thomas Blommaert, Ronnie Jeronimus, Raymond Canisius
Jurist in Bedrijf
Dagelijks Bestuur · Algemeen Voorzitter Jurist in Bedrijf: Ronnie Jeronimus · Voorzitter Bedrijven- en Instellingendag: Noortje Lut · Voorzitter JiBulletin: Raymond Canisius · Penningmeester: Thomas Blommaert De Bedrijven- en Instellingendagcommissie Deze commissie zal dit jaar verantwoordelijk zijn voor de organisatie van een tweetal activiteiten:
De Roadtrip Gezien het succes van de vorige jaren wordt ook dit jaar weer een Roadtrip georganiseerd. Studenten in de eindfase van hun studie kunnen worden uitgenodigd voor een meerdaagse trip naar de Randstad of naar een wereldstad buiten Nederland zoals Londen of Parijs. Deze verzorgde dagen vormen per uitstek de gelegenheid om informeel kennis te maken met een aantal toonaangevende organisaties binnen Europa. De Bedrijven- en Instellingendag De datum die u vrij moet houden in uw agenda is 2 maart 2011. Op deze datum zal namelijk in het prestigieuze Kasteel Vaeshartelt de Bedrijven- en Instellingendag worden georganiseerd. De Bedrijven- en Instellingendag zal ook dit jaar het veelzijdige aanbod vanuit Ne-
JiBulletin Commissie: v.l.n.r. Francis ten Broeke, Katharina Bottenberg, Eline Loeffen, Eva van de Kreeke, Mats van de Ven, Raymond Canisius
Bedrijven- en Instellingendag Commissie: v.l.n.r. Arjan Adams, Quirine Schüller, Noortje Lut, Dominique Brouns Thomas Blommaert, Stephanie Thijsen,
Jurist in Bedrijf
derland voor de rechtenstudent samenbrengen in Maastricht. Gedurende de Bedrijven- en Instellingendag zult u dus kennis maken met zo’n twintig potentiële werkgevers, zowel uit de private als de publieke sector, die naar Maastricht afreizen om zich voor te stellen aan de Maastrichtse rechtenstudent. Door middel van de banenmarkt en afwisselende workshops kunt u zich verdiepen in de mogelijkheden binnen de advocatuur, overheidsinstanties of het bedrijfsleven. Deze dag is dan ook zeer interessant voor rechtenstudenten die zich in de begin- al dan eindfase van hun studie bevinden en een kijkje willen nemen in de eigen toekomst. Aansluitend op de Bedrijven- en Instellingendag zal ook dit jaar weer een Recruitmentdiner te Château Neercanne plaatsvinden. Hier kunnen studenten – die uitgekozen zijn op basis van ingestuurde CV’s – op een informele manier kennis maken met verschillende advocatenkantoren.
Oorlog & Recht
en de Bulletincommissie. Hieronder wordt Jurist in Bedrijf verder aan u voorgesteld.
De Bulletincommissie Deze commissie draagt zorg voor het JiBulletin; het faculteitsblad van de rechtenfaculteit van de Universiteit van Maastricht. Het JiBulletin wordt vier maal in een 1100 exemplaren grote oplage kosteloos verspreid op de rechtenfaculteit. Elke uitgave is opgebouwd rondom een centraal thema dat vanuit de praktijk wordt belicht en waar vooraanstaande personen hun visie op geven. Daarnaast wordt de aankomende jurist geïnformeerd over beroepsmogelijkheden binnen bepaalde kantoren door middel van kantoorspecials. Gezien het groeiende aantal internationale studenten aan de rechtenfaculteit zal onze English Section worden uitgebreid om beter aan te sluiten bij de ELS studenten zodat ook zij op de hoogte blijven van de ontwikkelingen van het recht. De Bulletincommissie zal dit jaar met een kritische visie zorg dragen voor spraakmakende onderwerpen om zo een professioneel faculteitsblad uit te geven, dat weet aan te sluiten bij de wensen en interesses van een rechtenstudent van de Universiteit Maastricht.
7
Oorlog & Recht
Noblesse Oblige, of toch niet? Buigzame houding van de advocatuur tijdens de Tweede Wereldoorlog Hoe functioneerde de Nederlandse advocatuur in de Tweede Wereldoorlog? Het is een onderwerp waaraan we meestal voorbijgaan als we het over de Tweede Wereldoorlog hebben. Zo kan makkelijk de indruk bestaan dat de Nederlandse advocatuur tijdens de oorlogsjaren functioneerde alsof er niets aan de hand was. De werkelijk was anders! Na de bezetting gingen veel advocaten werken voor de nieuwe, door de Duitsers ingestelde, rechtbanken. Advocaten waren cruciaal waar het de handhaving van de anti-Joodse maatregelen betrof.
Raymond Canisius De Nederlandse advocatuur in de schaduw van het derde rijk Op 27 februari 1933 ging het gebouw van de Duitse Rijksdag in Berlijn in vlammen op. De brand werd door de Duitse regering gezien als een Joods-marxistische poging tot een staatsgreep. Dit gaf aanleiding om nog diezelfde nacht duizenden mensen, waaronder advocaten, die het bewind onwelgevallig waren, te arresteren. Dit was het begin voor een onbeheerste staatsterreur. Eind 1933 werden de anti-Joodse maatregelen steeds ingrijpender. Deze troffen ook de advocatuur. Zo werd het voor vele Joodse advocaten bijna onmogelijk gemaakt om hun beroep verder uit te oefenen. Van 4400 Joodse advocaten verloren er 1500 hun baan. Voor de rest zou het algemene beroepsverbod het einde betekenen. Ondanks de vergaande discriminatie van Joden en Joodse advocaten in nazi-Duitsland, voelden enkele Joodse advocaten in Nederland zich toch aangetrokken tot het nationaalsocialisme. Nazi Hermann Göring, formeel de tweede man van nazi-Duitsland, begon erop te wijzen dat de gemeenschap belangrijker was dan het individu en dat de rechtsbescherming van de eer de rechtszekerheid moest dienen. Vervolgens betoogde hij dat het
8
niet op de letter, maar op de zin en de geest van de wet aanwam. Voor het Duitse volk prevaleerde het woord Führer boven het woord van rechter. Nu zetelde de Führer niet alleen als Rijkskanselier maar eveneens als hoogste rechter van de Duitse natie. Veel Joden weken uit naar het buitenland, zo ook Joodse advocaten, om de antisemitische zweepslagen van
dat het standpunt van van der Does onderstreepte. Het luidde ongeveer als volgt: Duitse advocaten misten hun Nederlandse vooropleiding. Zij hadden bovendien hun gehele jeugd niet doorgebracht te midden van het volk dat zij later als raadsman zouden moeten bijstaan. De waardering voor het feit dat Nederland politieke vluchtelingen onderdak bood was groot, maar er
"Sommige advocaten rekenden extra hoge tarieven aan Joodse cliënten in ariseringsprocedures" het nazi-regime te ontvluchten. In het begin werden deze rechtsgeleerden door diverse universiteiten en instellingen aangetrokken. Ze gingen belangrijke posten bemannen. Toch waren niet alle rechtsgeleerden in Nederland hiervan gecharmeerd. Dit standpunt werd onder andere door advocaat mr. G.W. van der Does, die sympathie had voor de NSB, openbaar gemaakt. In het ‘Advocatenblad’ in 1933 verscheen het artikel genaamd ‘Wering van vreemde advocaten’ geschreven door van der Does. Vrij snel na dit artikel verscheen in het ‘Nederlandse Juristenblad’ een reactie
Jurist in Bedrijf
zijn beroepen die uitsluitend in nationale handen moeten blijven, waaronder de advocatuur. Het werd niet-Nederlandse advocaten steeds moeilijker gemaakt om een baan te vinden. In 1938 werd een Koninklijk Besluit van kracht waarbij niet-Nederlandse advocaten de toegang werd ontzegd tot de balie (beroepsvereniging van advocaten). Een aantal bekende advocaten die zich niet konden verenigen met het besluit verdwenen jaren later tijdens de Duitse bezetting in vernietigingskampen. Op tien mei 1940 was Duitsland het neutrale Nederland binnengevallen
Oorlog & Recht
en na het Duitse bombardement op Rotterdam 14 mei 1940, kwam een einde aan de strijd. De situatie beïnvloedde de Nederlandse rechtsbedeling. Om vele problemen de hand te bieden kreeg de Nederlandse rechter de bevoegdheid om in alle gevallen waarin hij de overtuiging had dat bij de rechtsbedeling termijnen, formaliteiten of voorschriften niet in acht waren genomen, zo nodig in afwijking van geldende wettelijke voorschriften, voorzieningen te treffen die hem wenselijk voorkomen.
De organisatie van de Nederlandse advocatuur en de Duitse bezetting Advocatuur was van oudsher een eliteberoep, uitgeoefend door de adel en leden van het patriciaat. Het was voor hen een eer om pro Deo op te treden. Van commerciële activiteiten bestond een afkeer. De advocatuur ontwikkelde zich in het interbellum steeds meer van een vrij beroep in de richting van een vrij bedrijf. Tijdens de Duitse bezetting liep de particuliere praktijk terug en om te overleven richtte de advocatuur zich op het bedrijfsleven. Advocaten gingen zich ten dienste stellen van het bedrijfsleven. Bijvoorbeeld in de gecapituleerde textielindustrie. Nadeel was dat men zich na de nazificering in het vaarwater van de collaboratie begaf. Na de oorlog zijn daarom verschillende advocaten wegens economische collaboratie vervolgd. Hen werd ten laste gelegd dat zij ten behoeve van de Duitse oorlog uniformkleding hadden vervaardigd. Je zou dus kunnen stellen dat de advocatuur heeft gecollaboreerd, want er werden adviezen gegeven die collaboratie juridisch mogelijk maakten. Binnen de balie zag men echter geen reden om op te treden tegen de advocaten die een nevenfunctie in het bedrijfsleven hadden.
De positie van de Nederlandse advocaat in nationaalsocialistische strafzaken Duitse strafzaken dienden in Nederland voor door de bezetter in 1940
ingestelde Duitse gerechten. Het ging om bestraffing van speciaal tegen de Duitse bezetter gerichte criminaliteit. De Hoge Raad besliste dat de Nederlandse rechter niet de bevoegdheid had de Duitse nazi-regeling te toetsen aan het internationaal recht. De advocatuur werd verhinderd om de vraag naar geldigheid van wetgeving die door of vanwege de Duitse bezetter was uitgevaardigd, aan de rechter voor te leggen. Voor advocaten stonden smalle marges open. Op een gegeven moment werden naast de Duitse militaire gerechten het ‘Deutsche Landesgericht’ en ‘Deutsche Obergericht’ in het leven geroepen.
Jurist in Bedrijf
Deze waren exclusief belast met berechting van daden die zich tegen het nazi-Duitsland richtten. De voorbereiding door een advocaat van een zaak voor het Landesgericht en het Obergericht verliep op de gebruikelijke wijze. Een cliënt kon in de gevangenis worden bezocht, buiten toezicht kon er met hem worden gesproken en het dossier worden ingezien. Bij militaire gerechten werd van de mores afgeweken. Een zaak was nauwelijks voor te bereiden, men moest het doen met het Anklageschrift en mededelingen van familie. Het opstellen van een pleitnota
9
“Of we jOu gaan uitdagen? wat dacht je van precies andersOm?”
De advocaten die verzetslieden ten overstaan van de Duitse gerechten verdedigden moesten zich houden aan de aan hen gestelde normen. Dit schaadde soms het belang van hun cliënt of de zaak. Op die manier hielden ze hun poort geopend, want anders was de kans groot dat bijstand door niet nationaal-socialistische advocaten, voor velen die nog terecht zouden moeten staan, niet meer mogelijk was. Het was dus zaak rekening te houden met de instelling en achtergronden van de rechters. Kritiek op de door de bezetter gevestigde rechtsorde moest in het belang van de cliënt worden gemeden.
De afkeer tegen de Duitse strafrechtspleging werd door een drietal factoren getemperd. Ten eerste: de Duitse nietmilitaire rechter bleek een bekwaam
Ten derde: voor betalende cliënten moesten advocaten zich stellen, in andere zaken werden zij toegevoegd en zelfs betaald, wat voor toevoegingen
"De advocatuur heeft hoofdzakelijk meegebogen met de Duitse bezetter" en goed onderlegd rechterlijk ambtenaar te zijn. De voorzitters kenden de zaken goed, ze wisten ingewikkelde zaken correct en zakelijk te leiden. De rechter was ook niet ongevoelig voor argumenten ten gunste van de verdachten. Ten tweede was het Duitse strafproces begrijpelijker dan het Nederlandse. Zo hoorde de verdachte bijvoorbeeld terstond na de beraadslaging, in begrijpelijke taal, het vonnis.
voor de Nederlandse rechter toen nog lang niet het geval was. Voor de militaire gerechten werd op een gegeven moment bepaald dat Nederlanders in geen enkele krijgsraadzaak meer mochten optreden.
Oorlog & Recht
was een onmogelijkheid, want het verloop van de terechtzitting was te onvoorspelbaar.
Een van de belangrijkste verschillen van de advocatuur tijdens de bezetting met die in het interbellum was de vereenzelviging van de advocaten, die verzetslieden met hart en ziel bijstonden, met hun cliënten. Men stond volledig achter de gepleegde misdrijven. De morele rechtvaardiging om de regels van de beroepsethiek te overtreden zat in het feit dat de democratische rechtsorde buiten werking was gesteld en daardoor het Nederlandse volk de mogelijkheid was ontnomen om zijn stem, anders dan op illegale wijze, te doen horen.
De hulp van Nederlandse advocaten bij de arisering van Joden Vanaf het ogenblik dat de eerste antiJoodse maatregelen door de bezetter werden uitgevaardigd hebben veel Joden geprobeerd zich daaraan te ontrekken. Dit trachtte men te doen door zich te laten ariseren. Zij moesten een op afstammingsonderzoek gebaseerd verzoekschrift indienen bij de ‘Hauptabteilung Innere Verwaltung’ gevestigd op het Binnenhof te Den Haag. Wonder boven wonder zijn de helft van de verzoeken gehonoreerd, waarvan ook een groot aantal rekesten ingediend door Nederlandse advocaten. Daarmee was de balie de belangrijkste beroepsgroep die bij dit werk betrokken was. De advocaten die dit werk deden ontwikkelden na verloop van tijd een speciale techniek. Er werden gronden ontwikkeld die
Jurist in Bedrijf
11
Tweede plek Incompany 100
Op weg naar de top Boels Zanders Advocaten behaalt dit jaar een toppositie in de Incompany 100, een jaarlijks onderzoek naar de kwaliteit van zakelijk dienstverleners . Niet geheel onverwacht: we bereikten al eerder het podium. Het is net topsport. Dit jaar staan we in de sector Advocatuur en Notariaat op de tweede plek, slechts tweehonderdste punt achter de nummer 1. Tweede worden in een landelijke competitie, is een hele eer. Tevreden achterover leunen zit niet in onze aard. Doortrainen, de toppositie handhaven en dan volgend jaar bovenop het ereschavot. Er mag immers iets te wensen over blijven. Wil jij je steentje bijdragen als advocaat stagiair(e) aan deze topprestatie of via een studentstage kennismaken met Boels Zanders? Surf naar www.dekrachtvanambitie.nl of bel / mail Marilou van den Hof, +31 (0)43 362 66 55 /
[email protected].
Boels Zanders Advocaten Ondernemingsrecht Handelsrecht Vastgoedrecht Arbeidsrecht Bestuursrecht
dekrachtvanambitie.nl www.boelszanders.nl
Advocaten in het verzet Veel advocaten hebben verzet gepleegd, maar dan vooral buiten hun beroep. Ze hielpen Joden met onderduiken, steunden verzetsstrijders en bedreven spionage. Ze deden dat vanwege de platvloersheid van de nazi’s in het algemeen en van de NSB’ers in het bijzonder. Dit paste niet bij de noblesse oblige. Men achtte zich niet-ontvankelijk voor opdrachten en aanwijzingen van onbeschaafde plebejers. De Joodse advocaat tijdens de Duitse bezetting In het begin werden Joodse advocaten afgestoten door niet-Joodse compagnons. In maart 1942 werden alle Joodse ambtenaren uit hun functie ontheven. Voor velen Joodse advocaten betekende dit dat zij nevenfuncties als: rechter-plaatsvervanger, waarnemend griffier, plaatsvervangend voorzitter Raad van Beroep, universitair docent of gemeenteraadslid kwijtraakten. De Joodse invloed op het rechtsleven moest zo snel mogelijk worden beëindigd.
Nationaalsocialistische en pro-Duitse advocaten. De fractievoorzitter van de NSB in de eerste kamer, A.J. van Vessem, was ook advocaat. Hij verzette zich onder andere tegen de Joodse immigratie. Hij was ook betrokken bij de oprichting van de NSB. In 1937 werd hij voorzitter van de vierkoppige NSB-fractie, waarvan er drie advocaat waren. A. Mussert was de grote leider van de NSB. In 1940 richtte Mussert het Rechtsfront op. De organisatie omvatte drie afdelingen. De eerste afdeling ‘justitie’ werd gevormd door allen die werkzaam waren voor de rechtelijke macht. De tweede afdeling werd gevormd door de Politie. De derde omvatte de vrije beroepen: advocaten en notarissen. Het Rechtsfront was dus bedoeld als organisatie van allen die in dienst stonden van de handhaving van het recht in de Nederlandse staat. De gedachte was dat de hokjesgeest en het individualisme plaats moesten maken voor het belang van de volksgemeenschap. Iedereen werd opgeroepen om zich aan te melden. Verschillende advocaten traden toe en gingen juridische zaken voor de
NSB behandelen. De NSB-ideologie werd gevolgd. De rechtelijke macht was besmet met liberalisme, zij was te humanistisch en te democratisch. Zo wilde het Rechtsfront onder andere af van het pro Deo-systeem. In de zomer van 1944 hield het rechtsfront op te bestaan, vele leden waren uit het land vertrokken uit vrees voor een gewelddadige afrekening. Vele NSB-advocaten werden opgepakt en geliquideerd. Nogal wat NSB-advocaten hebben zich schuldig gemaakt aan verraad van Joden en andere vijanden van het Naziregime.
Oorlog & Recht
de meeste kans boden om te worden gehonoreerd. Sommige advocaten rekenden extra hoge tarieven aan Joodse cliënten in ariseringsprocedures.
Noblesse oblige, of toch niet? De advocatuur heeft hoofdzakelijk meegebogen met de Duitse bezetter. De advocatuur is een nobel ambt, dat mede de rechtsstaat schraagt en het algemeen belang dient. ‘Noblesse oblige’ betekent dat advocaten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten koesteren. Ik ben van mening dat de advocatuur ten tijde van de Duitse bezetting hun maatschappelijke verantwoordelijkheid onvoldoende heeft genomen, waardoor het aanzien van het ambt en advocatuur in algemene zin is geschaad.
Het werd Joodse advocaten steeds moeilijker gemaakt om hun beroep uit te oefenen. Zo mochten Joodse advocaten geen abstracte adviezen geven aan niet niet-Joodse advocaten en niet voor hen werken. Ook kon een Joods advocaat geen medewerker meer zijn op een niet Joods kantoor. De anti-Joodse maatregelen namen in 1941/1942 meedogenloze vormen aan, alles werd de Joden verboden, de bewegingsvrijheid op elk gebied lag aan banden. Joodse advocaten mochten niet langer meer beëdigd worden. Joodse advocaten mochten nergens meer aan deelnemen dat met rechtspleging te maken had, zelfs niet om als gemachtigde op te treden in kantongerechtprocedures voor nietJoodse cliënten.
Jurist in Bedrijf
13
Oorlog & Recht
ETA: Bereid tot permanente wapenstilstand? De Baskische afscheidingsbeweging wil stoppen met het uivoeren van gewapende acties. ‘’De Baskische terreurbeweging ETA heeft een staakt-het-vuren afgekondigd. De ETA stuurde de Britse omroep BBC en de Baskische krant Gara een videoboodschap, waarin het staakt-het-vuren werd gemeld. De boodschap stelde dat „enkele maanden geleden is besloten geen gewapende aanvallen uit te voeren om ervoor te zorgen dat er een democratisch proces in gang wordt gezet”. De vijftig jaar oude en van oorsprong extreemlinkse Euskadi Ta Askatasuna (ETA - Baskenland en Vrijheid) verklaarde verder „geen militaire actie meer te ondernemen in de strijd voor onafhankelijkheid van Baskenland”. De ETA „bevestigt een democratische oplossing voor het conflict te zoeken”.’’
Mats van de Ven Eva van de Kreeke Autobommen ontploffen in Madrid, Barcelona, Pamplona en zelfs in geliefde toeristenplaatsen aan de Costa Brava. Dit en meer, is het werk van de ETA. Deze organisatie heeft ruim veertig jaar Spanje geterroriseerd met aanslagen, ontvoeringen en bankovervallen waarbij al meer dan 800 mensen om het leven zijn gekomen. De ETA vormt een duistere en beangstigende beweging. Met name politici zijn vaak het doelwit geweest van deze Baskische afscheidingsbeweging. ETA heeft nu een permanente wapenstilstand afgekondigd en daarmee lijkt het erop dat ze vrede wil.
ongedaan gemaakt en nationalisten worden opgepakt. Als verzet tegen de dictatuur van generaal Franco ontstaat in 1959 de Euskadi Ta Askatasuna, beter bekend onder de naam ETA, wat staat voor Vaderland en Vrijheid. Deze organisatie is opgericht door een groep links- nationalistische Baskische studenten. Zij wilden zich afscheiden van de Baskische christendemocratische partij PNV, omdat die volgens hen niet ver genoeg ging in het protest tegen het beleid van generaal Franco. Aanvankelijk begonnen zij hun totalitaire ideeën te verspreiden door middel van fol-
Ontstaan ETA Baskenland, een klein hoekje in het noordoosten van Spanje dat wordt afgesloten van de rest van de wereld door de Pyreneeën en de Atlantische Oceaan. Het land was lange tijd geïsoleerd en volstrekt onafhankelijk. Als in 1937 Generaal Franco, een fascistische leider, de macht grijpt in Spanje, komen er plots drastische veranderingen in Baskenland. Onder zijn strenge regime verbiedt hij de Baskische vlag en de Baskische taal. De autonomie in Baskenland wordt
14
Jurist in Bedrijf
ders. Toen dit vervolgens weinig effect had, besloten zij hun propagandistische technieken harder aan te pakken. Het duurde niet lang voor zij hun eerste illegale actie ondernamen, waaronder ook hun eerste moord. Na haar ontstaan bouwt de ETA snel een gewelddadige reputatie op. Als Franco in 1977 overlijdt, keert de autonomie in Baskenland weer gedeeltelijk terug. Zo krijgen de Basken een eigen parlement met een eigen politie en verregaande zelfstandigheid wat betreft onderwijs en op het gebied van belastingen. Voor sommi-
Aanslagen door ETA In ruim veertig jaar zijn er achthonderd doden gevallen bij aanslagen van de ETA. Afgelopen jaar hield de terroristische organisatie zich op de achtergrond en bleef het stil. Nu de ETA een wapenstilstand heeft afgekondigd komt er voorlopig een einde aan het gewelddadige optreden van de groepering. In de zomer van 2009 pleegde de ETA voor het laatst aanslagen. Op 29 juli van dat jaar werd een aanslag gepleegd op een politiekazerne in Burgos, waarbij vijfenzestig mensen lichtgewond raakten. Een dag later ontplofte er een bom bij een kazerne van de Guardia Civil in Mallorca. Bij deze aanslag kwamen twee agenten om het leven. In de jaren daarvoor liet de ETA vaak, met name in de zomer, van zich horen. Op 31 juli 1959 werd de terreurbeweging opgericht en vaak ging deze datum gepaard met een reeks van aanslagen. Naast verscheidende bomaanslagen in de afgelopen jaren waarbij vaak lichtgewonden vielen, was de laatste grote aanslag in het jaar 2006. Op 30 december van dat jaar vindt er een grote explosie plaats in een parkeerplaats van het vliegveld van Madrid.
Het gevolg van deze aanslag was dat het vliegverkeer werd stil gelegd en de toegang naar de luchthaven werd afgesloten. Bij deze aanslag kwamen twee mensen om het leven, daarbij vielen ook nog eens zesentwintig gewonden. Dat deze aanslag plaats vond in die periode was enigszins
regering erg moeilijk is om leiders van deze beweging te vervolgen. Afgelopen jaren zijn er daarom een aantal verdragen gesloten tussen Spanje en Frankrijk die het mogelijk maken dat de Spaanse justitie kopstukken van de ETA in het buitenland kan oppakken. Zo werden in de zomer
"De afgelopen veertig jaar zijn er ruim achthonderd doden gevallen bij aanslagen van de ETA" opmerkelijk te noemen. In die periode had de ETA namelijk een staakthet-vuren afgekondigd. De aanslag kwam daardoor voor iedereen erg onverwachts en zo kwam een einde aan de wapenstilstand. Afgelopen jaar is het relatief rustig geweest en zijn er door de ETA geen aanslagen meer opgeëist.
ETA tegenwoordig Tegenwoordig heeft de organisatie van de ETA een steeds vastere structuur gekregen waarin een duidelijk onderscheid is te maken. De terreurbeweging bestaat als het ware uit twee groepen. Een grote groep van de leden leiden een gewoon leven en zijn niet ondergedoken. Daarnaast is er een groep leden die ondergedoken zitten en door de politie achtervolgd worden. Binnen de ETA zijn er ook leden actief bezig met het doorgeven van informatie en het smokkelen van wapens. Vanwege het feit dat deze verzetsbeweging vaak illegale handelingen verricht, zijn zij vooral actief op het platteland. Tegenwoordig is er nog maar een kleine groep mensen in het Baskenland die de ETA steunt in haar activiteiten. Dat de ETA afgelopen jaren flink is verzwakt, is vooral te wijten aan het feit dat veel belangrijke leiders zijn opgepakt. Veel van de kopstukken van de ETA bevinden zich in het buitenland, waaronder veel op Frans grondgebied, waardoor het voor de Spaanse
Jurist in Bedrijf
Oorlog & Recht
gen was dit niet genoeg en men wilde nog meer onafhankelijkheid. Als reactie op het afwijzen van de nieuwe Spaanse grondwet door de Baskische bevolking ontstaat in 1978 de politieke partij ‘Herri Batasuna’, wat staat voor de 'Eenheid van het volk'. Via een coalitie proberen de Basken hun ideeën door te voeren in de Spaanse cultuur. Van 1998 tot 2001 wordt ‘Herri Batasuna’ vervangen door de naam ‘Euskal Herritarrok’, wat ‘Wij Basken’ betekent. In 1995 besluit de ETA minder agressief te worden. Ze willen stoppen met het plegen van aanslagen, onder voorwaarden dat de Spaanse regering de soevereiniteit en het zelfbeschikkingsrecht van Baskenland erkent. Ruim vier jaar blijft het rustig, maar als in 1999 een jongere generatie aan de macht komt, beginnen de aanslagen weer.
van 2009 drie leden van de ETA in Frankrijk opgepakt. Twee van deze leden stonden op de lijst van meest gezochte criminelen. Ook dit jaar werd in mei 2010 door de Franse politie een militair leider van de ETA gearresteerd samen met twee andere. In dit jaar alleen al zijn in Spanje en Frankrijk vijftig leden van de ETA opgepakt.
Einde van de strijd? Het grote aantal arrestaties in de afgelopen jaren heeft er toe geleid dat de terreurbeweging flink is verzwakt. Daarnaast heeft de ETA nauwelijks nog aanhang bij de bevolking van Baskenland. Het feit dat de invloed van de ETA flink is afgenomen heeft er toe geleid dat de groepering nu bereid is tot een permanent staakthet-vuren. In een onlangs verschenen interview gaven twee leden van de afscheidingsbeweging aan dat zij een democratische oplossing willen voor het conflict. Daarbij zeiden zij dat iedereen verantwoordelijk moet handelen. Op dit moment wil de Spaanse regering niet concreet ingaan op het aanbod. Dit komt doordat de ETA in het verleden vaker haar afspraken niet nakwam en omdat het onduidelijk is of de ETA tijdelijk of permanent wil stoppen met het uitvoeren van gewapende acties. Het is nu aan de Spaanse regering of zij ingaan op het aanbod van de ETA, maar of dit nu het einde van de strijd betekent?
15
Oorlog & Recht
Stelling: Terugtrekken of blijven? Op 28 februari 2009 werd op een legerbasis in North Carolina door president Obama het besluit genomen om alle Amerikaanse troepen terug te trekken uit Irak. In de toespraak zei Obama dat de Irakezen in de toekomst zelf meer besluiten moeten nemen. Op dat moment waren er nog ruim 140.000 Amerikaanse militairen in Irak. De bedoeling was dat eind augustus een groot deel hiervan zou zijn vertrokken uit het oorlogsgebied. Slechts enkele militairen zouden achterblijven in het land om Irakese troepen op te leiden en om op kleine schaal veiligheidsoperaties uit te voeren. Op dit moment zijn er minder dan 50.000 Amerikaanse soldaten in Irak, waardoor het erop lijkt dat Obama zijn belofte nakomt. Maar het vertrek van de gevechtstroepen brengt ook dramatische gevolgen met zich mee. Afgelopen maand werd Irak geteisterd door een reeks aanslagen waarbij vele mensen omkwamen. Vaak ging het hier om aanslagen tegen overheids- en veiligheidsfunctionarissen. Dit duidt erop dat de veiligheid in Irak drastisch achteruit is gegaan sinds het vertrek van de Amerikaanse militairen. Is het daarom wel een verstandig besluit geweest om alle troepen terug te laten trekken uit Irak? Is het nu aan de Irakese overheid om de problemen in het land op te lossen? Had Obama de missie in Irak moeten verlengen en hadden de gevechtstroepen langer moeten blijven? Jurist in Bedrijf vroeg een aantal studenten van verschillende academische opleidingen om hun mening over deze kwestie.
Maurice Canisius, 21
Student Nederlands recht “Operation Iraqi Freedom” changed in “Operation New Dawn” Deze veelbelovende naamswijzing van de missie in Irak schept bij mij weinig vertouwen! Zeker op het moment als ik de televisie aanzet, moet vernemen dat Irak opnieuw door een reeks van aanslagen geteisterd is, en vele onschuldige burgers zijn omgekomen. Yes we can!.... Start “Operation New Dawn”. Ik betwijfel of “Operation New Dawn” niet van te voren al gedoemd is te mislukken. Heeft Irak voldoende potentie om op te klimmen naar wat men van een zelfstandig land mag verwachten? De vraag is of de Irakese Premier Nouri Al-Maliki met zijn regering in staat is om te zorgen voor een veilige en coherente samenleving gezien de etnische diversiteit. Ik sta hier nogal sceptisch tegenover. Een aftocht-met-stille-trom lijkt haast onmogelijk nu het land wekelijks wordt ge-
16
troffen door terroristische aanslagen. Is dit nu een gezonde basis voor een stabiele toekomst? Ik heb het besluit van Bush tot “Operation Iraqi Freedom” altijd al een misstap gevonden. Het leek mij onmogelijk om door middel van vergaande “amerikanisering” een land als Irak dat een rijk verleden kent van etnische tegenstrijdigheden, te herstructureren. Echter, om een land meer dan 100.000 slachtoffers verder in deze desolate staat te verlaten bestrijd ik ten zeerste! Na er zeven en een half jaar lang oorlog gevoerd te hebben verdient een land als Irak een beter lot!
Joris Naalden, 24
Masterstudent Fiscaal Recht Met het binnenvallen van Irak in maart 2003 hebben de Verenigde Staten zich mijns inziens niet alleen in een uitzichtloze oorlog gestort: door het opstarten van operatie Iraqi Freedom – overigens onder valse voorwendselen, want de zo gevreesde “weapons
Jurist in Bedrijf
of mass destruction” bleken volgens een rapport van de IAEA helemaal niet te bestaan en vermoedelijke connecties tussen Saddam Hoessein en Al Qaida zijn nooit met overtuigende bewijzen gestaafd – hebben de V.S. het Irakese volk ook de mogelijkheid ontnomen zich op natuurlijke wijze, van binnenuit te ontworstelen aan hun dictatuur. Irak bevindt zich nu in een ongeorganiseerde chaos van schijndemocratie, geleid door machthebbers met gebrekkige steun van het volk die met behulp van een externe mogendheid zijn geïnstalleerd en zelf niet weten hoe ze met het begrip ‘democratie’ om moeten gaan. Om de nieuw te vormen regering in Irak een schijn van kans te geven is niet alleen politieke, maar ook militaire stabiliteit nodig, iets dat het Irakese leger zijn burgers op dit moment niet kan bieden. Amerika is door de oorlog in Irak de impliciete verplichting aangegaan om op lange termijn ondersteuning aan het regime in Irak
Matthijs Boonstra, 26
Student European Studies De aanwezigheid van het Amerikaanse leger in Irak is tweezijdig; aan de ene kant betekent een grote Amerikaanse militaire aanwezigheid dat de veiligheid beter gegarandeerd kan worden. Aan de andere kant is het ook juist het Amerikaanse leger dat onveiligheid kan oproepen en daarbij dus indirect zou kunnen bijdragen aan de onveilige situatie. Zoals in ieder land waar een substantiële buitenlandse troepenmacht aanwezig is, gevraagd of ongevraagd, zal deze altijd aversie oproepen. Belangrijker echter is dat de Iraakse regering met de aanwezigheid van het Amerikaanse leger nooit het vertrouwen van de eigen bevolking zal kunnen winnen. De eenheid van Irak onder het regime van Saddam Hoessein was te danken aan de gewelddadige onderdrukking van bovengenoemde. Echter Irak kent grote groepen verschillende bevolkings en religieuze groepen. Door de inval van de Amerikanen waarbij het regime van Saddam Hoessein ten val werd gebracht, kon iedere Irakees van een grotere vrijheid proeven. De
Koerden en de sjiieten zijn hier een goed voorbeeld van, de verdeeldheid van Irak is niet aan de Amerikanen te danken. Door de inval heeft deze verdeeldheid en de daarbij gepaarde onrusten alleen de kans gekregen om zich te manifesteren. Daarom zijn de onrusten tussen de verschillende bevolkingsgroepen altijd al een Iraaks probleem geweest. Een probleem dat tot nu toe altijd enkel door onderdrukking nooit tot uiting heeft kunnen komen. Het Amerikaanse leger heeft tot op zeker hoogte het land kunnen stabiliseren, wat zij verschuldigd waren aan de Irakezen, maar nu is het aan de Iraakse regering en de Irakezen zelf om hun land weer veilig te maken.
Narda de Rooij, 20
Student European Law School Zowel aan de oorlog tegen Irak als aan de huidige bezetting hebben politieke, militaire en economische motieven ten grondslag gelegen. Het opleggen van vrede en democratie, een van de redenen van de VS om Irak binnen te vallen, heeft niet gewerkt. De vraag blijft bestaan of, buiten de val van Saddam Hoessein, Irak er nu beter aan toe is dan dat zij voor de oorlog was. Obama heeft er goed aan gedaan om de ruim zeven jaar durende missie niet te verlengen. Hij geeft Irak de kans om het heft in eigen handen te nemen, om hun zelfbeschikkingsrecht uit te oefenen en weer een soevereine staat te zijn. Aanslagen zijn de afgelopen jaren altijd orde van de dag geweest in Irak. Hieruit kan allerminst geconcludeerd worden dat de aanslagen op
Jurist in Bedrijf
overheids- en veiligheidsfunctionarissen van afgelopen maanden een direct gevolg zijn van het terugtrekken van de militairen. Dat gepolariseerde bevolkingsgroepen onderling conflicten krijgen over de machtsverdeling in hun herwonnen zelfbeschikkingsrecht en aanslagen op hun eigen overheidsfunctionarissen plegen, is naar mijn mening een waarschijnlijkere oorzaak van de reeks aanslagen. Militaire bezetting in Irak heeft de bevolking niet beschermd tegen aanslagen, langer blijven is dus geen oplossing.
Oorlog & Recht
te geven, ook in de vorm van militaire capaciteit. Het feit dat de Irak-oorlog de V.S. volgens Obama al 748 miljard dollar heeft gekost mag nooit een excuus zijn voor het terugtrekken van de troepen. Het punt waarop de Verenigde Staten hun soldaten uit Irak kunnen weghalen en met een gerust hart kunnen vervangen door opleidings- en veiligheidstroepen is naar mijn mening nog lang niet bereikt.
Sterre Rietbroek, 23
Masterstudent Nederlands Recht In de eerste plaats vind ik dat de Verenigde Staten geen oorlog had moeten gaan voeren met Irak. De Verenigde Staten is zich gaan bemoeien met het regime van een ander land terwijl het hier niets mee te maken had. Ik ben van mening dat een land zelf zijn problemen moet oplossen die zich binnen de grenzen van dit land afspelen. In mijn ogen was dit een typische Amerikaanse actie: laten zien hoeveel macht de Verenigde Staten heeft. Los hiervan ben ik het niet eens met de beslissing van Obama om de Amerikaanse militairen uit Irak terug te trekken. Juist omdat er al zolang Amerikaanse militairen aanwezig zijn in Irak, is de Irakese bevolking hiervan afhankelijk. Eigen militairen zijn niet voldoende opgeleid. De veiligheid is immers jarenlang door de Amerikaanse militairen gewaarborgd. Op het moment dat de Amerikaanse militairen Irak moeten verlaten, kan de veiligheid niet meer gegarandeerd worden. Dit blijkt wel uit de aanslagen die zijn gepleegd sinds een groot deel van de Amerikaanse troepen Irak verlaten heeft. De VS heeft de (onterechte) beslissing genomen militairen uit te zenden naar Irak. Hier kunnen zij niet opeens op terugkomen omdat de operatie te veel geld kost en er geen eer meer valt te behalen in Irak. Obama is dan misschien genoodzaakt om de fouten van Bush te herstellen, maar dit moet hij wel op een correcte manier doen.
17
Oorlog & Recht
Kijk in de praktijk van… Prof. dr. M.T. Kamminga Passend in het thema van dit JiBulletin, is gezocht naar iemand die kennis heeft van recht in oorlogstijd. Voor deze editie van ‘Een kijkje in de praktijk van…’ is een bezoek gebracht aan prof. dr. Kamminga. Prof. dr. Kamminga is hoogleraar in het Internationale Recht en is gespecialiseerd in general international law, international dispute settlement, international human rights en international humanitarian law. Vooral de internationale studenten bij ons op de rechtenfaculteit zullen weten wie deze man is, aldaar hij voornamelijk les geeft in Engelstalige vakken. De kamer van prof. dr. Kamminga is één domein van boeken, rapporten en journals. Alle informatie die daar opgeborgen ligt straalt een enorme kennis en wijsheid uit van het internationale recht, wat ook te zien is aan zijn indrukwekkende Curriculum Vitae. Hij heeft gewerkt bij de overheid, bij Amnesty International en is uiteindelijk hoogleraar geworden aan de Universiteit van Maastricht. Graag wilden wij een interview met deze man, zodat hij onze prangende vragen over het recht van de wereld kon beantwoorden.
Francis ten Broeke
Kunt u iets vertellen over uw levensloop? “ Ik heb Internationaal recht in Groningen gestudeerd. Ook heb ik de in Verenigde Staten gestudeerd, aan de Fletcher School of Law and Diplomacy. Daarna heb ik vier jaar gewerkt op de afdeling Internationale Zaken van het Ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne in Den Haag. Dat had betrekking op internationale milieusamenwerking, daarvoor moest ik vaak naar Brussel.” “Later ben ik naar London verhuisd, daar zat ik op het hoofdkantoor van Amnesty International, acht jaar heb ik op de Juristenafdeling gewerkt. Dit was erg leuk werk om te doen, je merkt dat Amnesty echt invloed kan uitoefenen en de organisatie heeft twee miljoen leden, over ter wereld, die worden ingezet om campagne te
Ook heb ik lobby werk gedaan bij de Verenigde Naties, praten met regeringen in alle landen, een aantal rechtszaken bij wonen, verschillende missies. Ik heb daardoor de wereld leren kennen, heb in de praktijk ervaren hoe het er aan toegaat. Het is een onthutsend beeld als je ziet wat er allemaal gebeurt achter de glimmende gevels van regeringsgebouwen en kantoren van multinationals, ik was het hier niet mee eens.”
Hoe heeft u de baan bij Amnesty International gekregen? “Ik zag een advertentie in the Herald Tribune en daar heb ik op gesolliciteerd. Ik had relatief weinig ervaring want ik had alleen ervaring met werken voor een overheidsministerie. Maar Amnesty wil graag de over-
"Het is een onthutsend beeld als je ziet wat er allemaal gebeurt achter de glimmende kantoren van multinationals" voeren. Bijvoorbeeld het VN verdrag tegen Foltering, daar zat Amnesty achter.
18
heden beïnvloeden, dus heb ik uitgelegd dat het nuttig zou zijn om iemand aan te nemen met ervaring
Jurist in Bedrijf
binnen een overheidsinstantie, aangezien ik als ambtenaar toentertijd ook gelobbyd werd.”
Waarom heeft u gekozen voor deze specialisatie? “Mijn vader werkte bij KLM, waardoor we overal gratis naartoe vlogen. Ook heb ik een paar jaar in Indonesië gewoond als kind en dan zie je dat er meer gebeurt in de wereld, Nederland is maar klein. Er isr veel dat verbeterd moet worden. Met principiële stellingnames kun je een inbreng hebben, via NGO’s bijvoorbeeld.” Hoe bent u uiteindelijk bij de Universiteit van Maastricht terecht gekomen? “Bij Amnesty International werk je van de ene deadline naar de andere, want telkens staat er iemand op het punt geëxecuteerd te worden, je hebt dus geen tijd om na te denken. Na 8 jaar dat werk te hebben gedaan, had ik zin om na te denken, om de kennis te gebruiken die ik opgedaan had. Ik ben een proefschrift gaan schrijven, gebaseerd op de dingen die ik bij Amnesty heb meegemaakt. Ik had in een lade in mijn bureau alle informatie verzameld
Oorlog & Recht
van de afgelopen jaren, ik had een heleboel te vertellen na alle praktijkervaringen. In drie jaar tijd heb ik mijn proefschrift geschreven, dat is relatief snel, omdat ik gewend was te schrijven met krappe deadlines. In Rotterdam ben ik docent geweest en ik ben nu 10 jaar werkzaam hier, op de Universiteit Maastricht, waar ik hoogleraar kon worden. Ik vind het heerlijk hier te werken: ik heb veel vrijheid, kan dingen doen die ik interessant vind en binnen het onderwijs geven kan ik veel kwijt van de informatie die ik heb opgedaan en ook over onderwerpen die ik nu uitzoek. Ik kan mijn eigen agenda sturen, dat is heel prettig.”
Kunt u iets vertellen over het vak Advanced International law? “Dit is een heel breed vak, met meerdere aspecten. Dit vak is nodig om een goede basis te leggen voor de gespecialiseerde onderwerpen binnen het Internationaal recht. Binnen dit
NGOs, welke rol kan een NGO spelen in geschillen en ook hoe er voor te zorgen dat er voldoende vrouwen in de tribunalen komen. Het gaat niet om het uit je hoofd te leren hoe een procedure werkt, maar om te kijken wat de sterkten
"Je werkt van de ene deadline naar de andere, want telkens staat er iemand op het punt geëxecuteerd te worden" vak wordt uitgezocht hoe het zit met Staatsaansprakelijkheid, jurisdictie, immuniteit van staatshoofden, diplomatie. Het is een essentieel vak om mee te beginnen alvorens je aan de slag gaat met de specialisaties.”
Ook geeft u het vak International Dispute Settlement, wat houdt dit vak precies in? “Hier gaat het om het beslechten van geschillen. Niet alleen binnen de mensenrechten, maar ook binnen het internationaal handelsrecht of de commerciële arbitrage. Sinds dit jaar omvat het vak ook de beslechting van milieugeschillen. Aspecten die aan de orde komen zijn bijvoorbeeld de invloed van
en zwakten ervan zijn in vergelijking met andere geschillenbeslechtingesprocedures.”
En dan ten slotte het vak International Humanitarian Law, dit vak heeft onlangs een wijziging ondergaan, hoe ziet het vak er nu uit? “Eerder heette dit vak International Crimiminal and Humanitarian Law, maar dat is nu veranderd. Het vak was te groot en is nu gesplitst in twee afzonderlijke vakken: International Humanitarian Law en International Criminal Law. International Humanitarian Law gaat over het recht in oorlogstijd, het recht dat geldt tijdens een gewapend conflict. Het is een delicate
Jurist in Bedrijf
vorm van recht, want tijdens oorlog is het erg lastig om het recht te handhaven. Het gaat dus om minimale rechtsregels, die onder meer zijn vastgelegd in de Conventies van Geneve. Er wordt bijvoorbeeld onderscheid gemaakt tussen militairen en burgers, burgers mogen geen doelwit zijn. Dit vak gaat over de actualiteit; disproportioneel gebruik van geweld, elke dag is er wel iets in het nieuws dat betrekking heeft op gewapende conflicten.”
Heeft International Humanitarian Law wel degelijk effect? Luisteren Staten hier eigenlijk wel naar of gaan ze er heel nonchalant mee om? “Staten gaan wel ver in oorlogstijd, maar over het algemeen houden ze zich wel aan de basisregels die zijn opgesteld, omdat ze daar uiteindelijk zelf belang bij hebben. Indien krijgsgevangenen bijvoorbeeld niet netjes worden behandeld bestaat loopt men het risico dat de tegenstander hetzelfde zal doen. In de Tweede Wereldoorlog heeft Duitsland nooit chemische wapens gebruikt, hoewel men die wel had. Wat is precies de rol van het Rode Kruis in oorlogstijd? “Het Rode Kruis heeft een toezicht-
19
Solliciteren is niet eng. Ja, De Brauw is de top. Nee, je hebt geen cijferlijst met tienen nodig. (En in schedelmeting hebben we nooit geloofd.) Natuurlijk zoeken we kennis. Maar ook creativiteit. Sociale vaardigheden. Kleine glinsteringen in een zee van grijs. Kijk op werkenbijdebrauw.nl.
BRAINS IN BUSINESS
houdende rol, ze bezoeken krijgs
gevangen kampen en kijken of de regels worden nageleefd. Maar het Rode Kruis maakt nooit haar bevindingen openbaar. Ze stelt wel rapporten op en geeft advies aan de Staten. Ook dringt het Rode Kruis aan op verbeteringen, echter, dit gebeurt achter gesloten deuren en dat is de reden dat het Rode Kruis toestemming krijgt om de krijgsgevangen te bezoeken. Het is een neutrale instantie en dat moet worden uitgestraald naar de buitenwereld. Amnesty International maakt haar bevindingen wel openbaar, via de publieke opinie probeert zij druk uit te oefenen op de Staten die het recht schenden. Echter, ook Amnesty International kiest nooit partij. Amnesty komt op voor de vrijheid van meningsuiting en de rechten van iedereen, ook terroristen verdienen namelijk een eerlijk proces. Mensenrechten gelden voor iedereen, dat is het mooie beginsel waar Amnesty International voor opkomt.”
Kunt u een eigen ervaring vertellen met het Internationaal humanitair recht? “Ik ben voor Amnesty in Bagdad
Maar binnen een land zelf zijn er altijd wel mensen die de situatie willen verbeteren, deze mensen kun je door de campagnes een steuntje in de rug geven. Dat is het mooie van publiciteit. Door dingen openbaar te maken, rapporten te publiceren op internet, heeft het toch vaak effect, ook al weet je niet wie precies die rapporten leest.”
Waarom zouden studenten er goed aan doen dit vak te kiezen? “Ik zeg altijd om mijn collega’s van Nederlands recht te plagen: Nederlands recht wordt steeds minder belangrijk, de rechtsregels komen nu vanuit Brussel. En ook steeds meer vanuit Geneve en New York.
Op welke manieren bent u nu nog betrokken bij het handhaven van de Internationale rechtsorde? “Ik ben betrokken bij de website www.business-humanrights.org, daar worden dagelijks kritische rapporten over bedrijven gepubliceerd. Deze rapporten hebben betrekking op dwangarbeid, slechte werkomstandigheden en kinderarbeid. Iedereen kan deze rapporten lezen, ook kun je je er gratis op abonneren. Het heeft effect omdat bedrijven het vervelend vinden om negatief genoemd te worden op de website. Op deze manier kan er druk worden uitgeoefend op de bedrijven, maar ook op regeringen, door bijvoorbeeld Chinese rapporten te vertalen naar het Engels, bereik je een veel grotere doelgroep waardoor meer druk ontstaat, die niet beperkt blijft tot één land.
Oorlog & Recht
geweest, toen daar het regime van Saddam Hoessein heerste. Politieke gevangen werden slecht behandeld, ze kregen geen eerlijk proces en werden meteen geëxecuteerd. Het zijn de landen met veel olie en diamanten die absoluut niet gevoelig zijn voor internationale druk. Dat zie je bij Irak en Iran. Dat is wel frustrerend..
Ook zit ik in allerlei adviescommissies van de Nederlandse regering. Samen met collega’s geven we advies omtrent internationaalrechtelijke onderwerpen en zo’n advies wordt
"Amnesty komt op voor de rechten van iedereen, ook terroristen verdienen namelijk een eerlijk proces" Als jurist moet je de achtergrond van deze rechtsregels weten, ook de achtergrond van internationale verdragen. Deze trend van de internationalisering va het recht wordt almaar sterker. In Maastricht wordt daarom ook steeds meergedaan met rechtsvergelijking.”
Wat vind u dan van het Europese Recht? “Ook dit is erg belangrijk, het is een stap naar het recht dat geldt wereldwijd. Regels over vrij verkeer en vrije handel worden namelijk ook door de Wereldshandelsorganisatie uitgevaardigd.”
Jurist in Bedrijf
vaak opgepikt door ministers en wordt dan uitgevoerd.”
Tot slot, wat is uw toekomstperspectief van het internationale recht? “Het internationale recht is steeds in ontwikkeling, er zijn nog niet overal duidelijke antwoorden voor. Er zitten nog veel gaten in de internationale rechtsorde. Ik voel me vaak net een loodgieter: ik kijk waar de gaten zitten en dan ga ik zien wat we daar aan zouden kunnen doen. Deze gaten zijn veel meer aanwezig in internationaal recht dan in het Nederlandse recht.”
21
Oorlog & Recht
‘Diamonds are forever’ Levens zijn dat niet De strijd tegen de bloeddiamant. Wie houdt er nou niet van diamanten? Zo’n schitterende steen om je vinger of in je oor? Maar geldt dit ook nog als blijkt dat door die rijkdom om je vinger vele mensen zijn gestorven? Kanye West schreef het lied “Diamonds”, Leonardo DiCaprio schitterde in “Blood Diamond” en zelfs Naomi Campbell wist de bloeddiamant onlangs onder de aandacht te brengen. “Diamonds are forever” wordt vaak gezegd. Maar levens zijn dat niet. En hoeveel levens zijn er al niet verloren gegaan door de conflictdiamant? Hoeveel kinderen zijn er, die géén zorgeloze jeugd hebben gehad, omdat ze gehersenspoeld zijn tot moordmachines. Sommigen beschouwen diamanten als ‘a girl’s best friend’, voor anderen zijn ze echter een ware nachtmerrie…
Eline Loeffen De bloeddiamant in Sierra Leone Een bloeddiamant, of conflictdiamant is een diamant die afkomstig is uit conflictgebieden. De opbrengst van deze diamanten wordt veelal gebruikt om de oorlogen van regeringen of rebellenbewegingen te financieren. Één van de landen die vaak onder de aandacht komt is Sierra Leone. In 1991 begon in Sierra Leone de onrust. Rebellenbeweging RUF (Revolutionary United Front) begon onder leiding van Foday Sankoh en gesteund door opstandelingenleider (en later president) Charles Taylor van Liberia, een strijd tegen de regeringslegers die geleid werden door het All People’s Congress (APC). Met deze oorlog wilde het RUF de huidige regering omver werpen en de bevolking bevrijden van de heersende dictatuur. Inzet van deze oorlog was vaak de macht over de lucratieve diamantmijnen. Het RUF beloofde de bevolking dat zij zou vechten voor onderwijs, voor een beter leven voor de kinderen en voor een betere ontwikkeling van het land. Echter, niets van dit alles was waar. Onschuldige mensen werden vermoord, en niet omdat zij iets aan het beleid konden veranderen, gewoon omdat ze in de weg stonden.
22
Toen het RUF in 1992 oprukte naar Freetown, de hoofdstad van Sierra Leone, met de gedachte om de regering af te zetten, pleegde juist het nationale leger een staatsgreep en wierp het regime van president Momoh omver. Het RUF liet zich echter niet zomaar verslaan en zo ontstond er een bloedige burgeroorlog die Sierra Leone nooit zal vergeten. Wie de film ‘Blood Diamond’ heeft gezien zal zich enigszins kunnen voorstellen hoe deze oorlog eruit heeft gezien. Er was niets anders dan geweld, verkrachtingen en moorden. Kinderen werden als ze oud genoeg waren op een gewelddadige manier gerekruteerd. De
kinderen drugs toegediend. Meisjes werden meegenomen om voor het huishouden te zorgen en als seksslavin te dienen. Niet alleen kinderen, maar ook volwassenen werden niet ontzien tijdens deze burgeroorlog. Sankoh stond erom bekend om ledematen af te hakken als hij een dorp was binnengevallen. In 1996 vonden in Sierra Leone voor het eerst weer verkiezingen plaats. Met behulp van de VN kon er eindelijk weer vrij gestemd worden. Ahmed Tejan Kabbah werd op dat moment gekozen als president en al spoedig begon de regering Kabbah
"Inzet van deze oorlog was vaak de macht over de lucratieve diamantmijnen" rebellenlegers vielen de dorpen binnen en eisten de kinderen op die oud genoeg waren om te vechten. Voordat deze kinderen meegenomen werden, werd van hen geëist dat ze een aantal mensen van hun gemeenschap zouden vermoorden. Op deze manier werd hen duidelijk gemaakt wie hun vijand was. Om ervoor te zorgen dat de kinderen gehoorzaamden aan de bevelen van de rebellen werd de
Jurist in Bedrijf
met het vormen van onofficiële burgermilities, de Civil Defence Forces (CDF). Het gewapende conflict ging echter gewoon door omdat het RUF de uitslag van de verkiezingen niet erkende. In 1997 werd de regering Kabbah omver geworpen door een staatsgreep van de Armed Forces Ruling Council (AFRC, een groep militairen uit het regeringsleger) onder leiding van Johnny Paul Koroma.
Het RUF en de regering Kabbah sloten uiteindelijk een wapenstilstand onder enorme internationale druk.
grootste verantwoordelijkheid dragen voor ernstige schendingen van het internationale humanitaire recht en het recht van Sierra Leone, begaan op het grondgebied van Sierra Leone sinds 30 november 1996, te berechten. Het Speciale Hof voor Sierra Leone werd het eerste internationale tribunaal dat in het bewuste land zelf zetelt. Het werd tevens ook het eerste tribunaal met gemengde samenstelling. Het heeft naast een meerderheid aan internationale rechters ook rechters uit Sierra Leone. Uit ervaringen met het Rwanda-tribunaal en het Joegoslavië-tribunaal blijkt dat het als een bezwaar gezien wordt als alleen rechters van buiten het eigen land verschijnen.
Oorlog & Recht
Koroma nodigde vervolgens het RUF uit om de macht te delen, waarop het RUF naar Freetown trok. Toen werd tevens de leider van het RUF, Sankoh, in Nigeria gearresteerd, waarop Sam Bockarie als interim-leider de leiding over het RUF overnam. Aangezien verschillende pogingen om vrede te stichten met de rebellen niet lukte, leidde dit tot ingrijpen van een West-Afrikaanse vredesmacht, de ECOMOG. Deze vredesmacht versloeg de AFRC en het RUF en verjoeg hen uit Freetown. Kabbah kwam op dat moment weer aan de macht. Doordat de rebellen door de ECOMOG door het hele land werden opgejaagd, begonnen ze Operation No Living Thing. Deze operatie, onder leiding van het RUF en de AFRC, duurde ongeveer een jaar en was gericht tegen de burgerbevolking van Sierra Leone. Met deze operatie probeerde men de vrijlating van Sankoh af te dwingen. De naam van deze operatie zegt genoeg over de wreedheid en gruweldaden waarmee deze operatie gepaard ging; afschuwelijke moorden, ernstige verminkingen en doelbewuste amputaties. Kinderen werden meegenomen en gedwongen om zich aan te sluiten bij de rebellen, honderden vrouwen en meisjes werden verkracht en dorpen werden totaal uitgemoord achtergelaten.
In mei 1999 vonden met behulp van onder andere de VN, vredesonderhandelingen plaats, waarbij alle partijen betrokken waren. Dit resulteerde in de ondertekening van het vredesakkoord van Lomé door zowel het RUF als de regering Kabbah. Onderdeel hiervan was dat het RUF een aantal posten kreeg in de te vormen regering. Daarnaast vormden demobilisatie, ontwapening en rehabilitatie van alle strijders een kernpunt van het vredesakkoord. De regering Kabbah kondigde op dat moment tevens aan dat Sankoh een generaal pardon zou krijgen. Sankoh werd vrijgelaten en werd opnieuw leider van het RUF. Het RUF hield zich echter niet aan alle afspraken in het vredesakkoord en opnieuw braken er gevechten uit. De Veiligheidsraad van de VN besloot om een internationale vredesmacht te sturen, de UNAMSIL, om tot ontwapening en demobilisering van de strijders
Op 7 maart 2003 werden de eerste aanklachten bij het Speciale Hof ingediend. In totaal zijn tot nu toe der-
"Taylor is na de Joegoslavische president Milosevic de tweede ex-president die voor een internationaal tribunaal terecht staat" over te gaan. Sankoh werd opnieuw gevangen genomen. Issa Sesay werd hierop de nieuwe leider van het RUF. Uiteindelijk werd in 2000 in Abuja tussen het RUF en de regering een staakt-het-vuren-overeenkomst gesloten. Dit betekende een nieuwe start van het vredesproces. Op 7 januari 2002 was de ontwapening van het RUF en andere strijders officieel voltooid. Eindelijk kwam er een einde aan de zeer wrede burgeroorlog die Sierra Leone bijna 10 jaar in zijn greep heeft gehouden.
Het Speciale Hof voor Sierra Leone Op 16 januari 2002 werd door de regering Kabbah en de VN een overeenkomst getekend inzake de oprichting van het Speciale Hof voor Sierra Leone in Freetown. Dit Hof werd ingesteld om diegenen die de
Jurist in Bedrijf
tien mensen aangeklaagd die allen beschuldigd worden van oorlogsmisdaden, grove schendingen van mensenrechten of een ernstige inbreuk op het humanitaire recht. Van dertien van deze aanklachten zijn er inmiddels alweer drie ingetrokken vanwege de dood van de verdachte. Op dit moment zijn onder andere drie leden van de Civil Defence Forces aangeklaagd, hun proces is begonnen op 3 juni 2004. Van deze drie verdachten is er één schuldig bevonden aan oorlogsmisdaden en de andere twee leden zijn schuldig bevonden aan moord, marteling en plundering.Vijf leiders van het RUF zijn aangeklaagd waaronder; Foday Sankoh, Sam Bockarie en Issa Sesay. Foday Sankoh en Sam Bockarie bleken niet meer in leven te zijn, waarop hun zaak werd gesloten. Op
23
Oorlog & Recht
5 juli 2004 begon de zaak tegen de andere drie aangeklaagden. Tot slot zijn er tevens drie verdachten die tot de AFRC behoren. Het proces tegen hen is begonnen op 7 maart 2005. Één van de aangeklaagden die niet gedetineerd is, is voormalig dictator Johnny Paul Koroma, die de macht greep in de staatsgreep van mei 1997. Waarschijnlijk is hij niet meer in leven, maar de aanklacht tegen hem is nog niet ingetrokken. Van de leden van het AFRC werden alle drie de verdachten in juni 2007 schuldig bevonden aan oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en andere inbreuken op het humanitaire recht. Het Hof heeft belangrijke jurisprudentie gecreëerd in het internationale strafrecht, omdat dit Hof het eerste is dat verdachten veroordeeld heeft voor de inzet van kindsoldaten. Één van de belangrijkste verdachten, die afgelopen tijd ook in het nieuws is geweest, is voormalig president van Liberia, Charles Taylor. Hij heeft een grote rol gespeeld bij de burgeroorlog van Sierra Leone. In maart 2006 is hij door Nigeria, waar hij in ballingschap leefde, aan het Speciale Hof voor Sierra Leone uitgeleverd. Dit mede op verzoek van de regering van Li-
ces tegen Charles Taylor van start gegaan.
Het supermodel en de diamant. De zaak Charles Taylor is nog steeds in volle gang. Velen van ons wisten tot voor kort niet veel over deze zaak of misschien wisten sommigen niet eens dat er een zaak aanhangig was, tot het moment dat Naomi Campbell in beeld kwam. Charles Taylor was leider van het National Patriotic Front of Liberia (NPFL) van 1989 tot 1997. Het NPFL vocht in Liberia om de heersende regering onder leiding van Samuel K. Doe omver te werpen. Uiteindelijk werd Taylor van 1997 tot 2003 president van Liberia. Toen Taylor in Ghana vredesbesprekingen had, kwam het nieuws dat hij aangeklaagd was door het Speciale Hof voor Sierra Leone wegens oorlogsmisdaden. Hierop vluchtte hij terug naar Liberia, bang om gearresteerd te worden. Als onderdeel van een vredesregeling die een einde maakte aan de burgeroorlog in Liberia, werd aan Taylor in 2003 ballingschap verleend in Nigeria. De nieuwe president van Liberia, Ellen-Johnson Sirleaf, vroeg Nigeria om Taylor terug te sturen naar Liberia zodat hij gearresteerd kon worden. Taylor
"Toen begonnen ze Operation No Living Thing; er vonden afschuwelijke moorden, ernstige verminkingen en doelbewuste amputaties plaats" beria. Omdat Charles Taylor nog veel aanhangers heeft, werd besloten om hem wegens de veiligheid niet in Freetown te berechten. Een speciale resolutie van de VN Veiligheidsraad maakte het mogelijk dat het Speciale Hof voor Sierra Leone hem in Den Haag zou berechten in een rechtszaal die onderdeel is van het Internationaal Gerechtshof. Op 4 juni 2007 is uiteindelijk het pro-
24
sloeg hierop op de vlucht en werd uiteindelijk gevangen genomen en overgeleverd aan het Speciale Hof voor Sierra Leone. Omdat vanwege de veiligheid het proces niet in Sierra Leone plaats kon vinden werd hij uiteindelijk naar Den Haag getransporteerd om hem daar te berechten. Taylor is na de Joegoslavische president Milosevic de tweede ex-pre-
Jurist in Bedrijf
sident die voor een internationaal tribunaal terecht staat. Helaas kwam het bij Milosevic nooit tot een veroordeling. Milosevic voerde zijn eigen verdediging en stierf voordat het tot een uitspraak kwam. Velen vinden het voor de internationale rechtspraak belangrijk dat het bij de zaak Taylor wel tot een uitspraak komt. Het is tevens de eerste keer dat een voormalig staatshoofd van Afrika berecht wordt voor een internationaal gerechtshof voor misdaden begaan in Afrika tegen Afrikanen. Taylor wordt verantwoordelijk gehouden voor het grote aandeel dat hij in de burgeroorlog in Sierra Leone heeft gehad, welke oorlog honderdduizenden levens heeft gekost. De aanklacht tegen Taylor bestaat uit elf onderdelen onderverdeeld in oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en andere overtredingen van humanitair recht. Taylor heeft de misdaden weliswaar niet persoonlijk uitgevoerd, maar wordt er wel verantwoordelijk voor gehouden aangezien hij er opdracht toe heeft gegeven en er niets aan heeft gedaan om de misdaden te verhinderen. Taylor ontkent echter alles. De eerste dag van het proces tegen Taylor liep niet zoals gepland; Taylor liet verstek gaan en ontsloeg
bloeddiamanten, wapens en trainingen zou hebben gegeven aan de rebellen die actief waren tijdens de burgeroorlog in Sierra Leone. Actrice Mia Farrow is de tweede getuige die meer licht moet werpen op het feit dat Campbell bloeddiamanten van Taylor zou hebben gekregen. Farrow beweert dat Campbell wel degelijk wist dat de steentjes die ze kreeg diamanten waren en dat ze van Taylor afkomstig waren. Ook Farrow was bij het liefdadigheidsdiner aanwezig. Toen zij de volgende ochtend met haar kinderen zat te ontbijten, kwam Campbell binnengelopen. Ze vertelde Farrow: “Ik werd vannacht wakker van gebons op mijn deur. Het waren mannen gestuurd door Charles Taylor en hij stuurde me een enorme diamant." Dit is uiteraard in strijd de verklaring die Campbell zelf heeft afgelegd. Zij heeft immers gezegd dat ze dacht dat het een aantal vieze steentjes was in plaats van één diamant, en ze beweerde dat ze niet wist van wie ze afkomstig waren. Ook Carol White, destijds Campbells agent, spreekt de verklaring van Campbell tegen. White beweert dat Campbell het erg gezellig had met Taylor tijdens het diner, dat ze zelfs aan het flirten waren en hadden afgesproken dat Taylor haar een aantal diamanten zou bezorgen. White was erbij toen de diamanten aan Campbell werden bezorgd. De kwestie van Naomi Campbell is slechts een klein onderdeel van het proces tegen Charles Taylor, maar voor velen toch erg interessant aangezien alle drie de hoofdpersonen uit de glamourwereld komen. Het is zeer de vraag wat de verklaringen van Campbell, Farrow en White zullen bijdragen aan het proces, aangezien ze elkaar tegenspreken. Hoe het afloopt is nog even gissen, maar verwacht wordt dat de zaak eind dit jaar afgerond zal zijn en er een uitspraak zal volgen.
Jurist in Bedrijf
Bloeddiamanten hebben vele oorlogen in Afrika aangewakkerd. Deze oorlogen hebben geleid tot de dood van naar schatting 3,7 miljoen mensen, vele miljoenen hebben moeten vluchten. Een meerderheid van de personen die misdaden hebben gepleegd in Sierra Leone hebben amnestie gekregen van het land. Dit is erg jammer. Toch geeft de berechting van een aantal kleine kopstukken nog enigszins rechtvaardigheid aan de slachtoffers. Het proces van Taylor is een voorbeeldfunctie en geeft een duidelijk signaal af, straffeloosheid voor misdaden in het internationale recht, zal niet langer getolereerd worden.
Oorlog & Recht
naast zijn advocaat tevens zijn hele “rechtsteam”, omdat hij van mening was dat hij geen eerlijk proces zou krijgen. Er zijn tientallen getuigen die belastende verklaringen tegen Taylor kunnen afleggen. Er zijn getuigen ingeschakeld die duidelijkheid moeten scheppen over de misdaden die in Sierra Leone zijn begaan, getuigen die het verband moeten aantonen tussen deze misdaden en Charles Taylor, en verschillende experts die in bredere zin over de oorlog kunnen vertellen. Toch blijft Taylor zelf zeggen dat hij onschuldig is op alle gebieden van de aanklacht. Één van de bekendste getuigen die onlangs in het nieuws is geweest, is het Britse topmodel Naomi Campbell. Taylor wordt ervan verdacht haar een bloeddiamant te hebben gegeven. Campbell was niet van plan om een verklaring af te leggen, omdat ze er niets mee te maken wilde hebben en haar familie wilde beschermen. Toen ze uiteindelijk gedagvaard werd door de rechters in het Taylor-proces, heeft ze zich toch bedacht om een celstraf of boete te voorkomen. Campbell beweert dat in 1997 ’s nachts drie mannen op haar slaapkamerdeur klopten en een aantal ‘vieze grijze steentjes’ in haar handen drukten. Ze wist niet wie die mannen waren, ook niet dat die ‘vieze grijze steentjes’ diamanten waren en al helemaal niet van wie ze deze had gekregen. Campbell was die avond te gast geweest in de residentie van de toenmalige president van Zuid-Afrika, Nelson Mandela. Ze had een liefdadigheidsdiner bijgewoond ten behoeve van het NMCF, het kinderfonds van de antiapartheidsstrijder. Op dat diner ontmoette ze Taylor voor het eerst. Campbell had nooit gedacht dat de steentjes diamanten konden zijn. Vandaar dat ze de steentjes aan een vriend heeft gegeven die vrijwilligerswerk doet in Zuid-Afrika; hij moest er maar goed werk mee verrichten. De verklaring van Campbell kan van groot belang zijn voor de aanklacht tegen Taylor. Dit kan bewijzen dat hij in ruil voor
Kimberley Proces “Het Kimberley Proces, is een initiatief van overheden, een aantal burgerlijke instanties en de diamantindustrie, die de handel in bloeddiamanten tegen wil gaan. Het Kimberley Proces is van start gegaan in 2002 en tot nu toe hebben 49 landen, staten en organisaties het Kimberley Process Certification Scheme (KFCS) ondertekend. Door ondertekening van het KFCS zegt men toe om door middel van een systeem van certificering van ruwe diamanten de handel in bloeddiamanten tegen te gaan. De 49 landen die meedoen aan het Kimberley Proces behelzen ongeveer 99,8% van de diamantindustrie. Na ondertekening van het Kimberley Proces is de in- en uitvoer van diamanten alleen nog maar toegestaan wanneer deze gepaard gaan met een certificaat van het Kimberley Proces. Bovendien is de handel alleen maar toegestaan tussen de landen die aangesloten zijn bij het Kimberley Proces. Alleen met dit effectieve controlesysteem kan je er zeker van zijn dat er geen bloed kleeft aan de diamant op je ring.”
25
Oorlog & Recht
Uitgelicht! Vredesonderhandelingen tussen Israel & Palestina Het conflict tussen Israël en Palestina is misschien wel het meest in het oog springende conflict van de afgelopen zestig jaar. Sinds de Britten zich in mei 1948 terugtrokken uit het Britste mandaatgebied Palestina, begon een vreselijke oorlog tussen Israël en de omliggende Arabische landen die tot op de dag van vandaag voortduurt. In deze zestig jaar is er vaak geprobeerd om het conflict op te lossen en tot vrede te komen. Bij de vredesonderhandelingen waren bijna altijd de Verenigde Staten die zitting namen aan de onderhandelingstafel. De presidenten Clinton en Bush hebben pogingen ondernomen om het vuren te staken, maar tot nu toe nog altijd zonder resultaat. Het is nu aan president Obama om dit gewelddadige conflict tot een goed einde te brengen. Kortom, zal het Obama lukken om tot een vredesverdrag te komen of zal de oorlog eeuwig blijven voortduren?
Mats ven de Ven Het is september 2010 als opnieuw de Verenigde Staten het initiatief nemen om tot een vredesakkoord te komen tussen Israël en Palestina. Deze keer was Barack Obama degene die opnieuw beide partijen aan de onderhandelingstafel uitnodigde. Toen Obama aantrad in 2009 als de nieuwe Amerikaanse president, beloofde hij een actievere houding in het conflict in vergelijking met zijn voorganger Bush. De regering Obama wilde enerzijds Israël dwingen tot een volledige bouwstop in de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem, en anderzijds de Arabische landen bewegen om enkele concessies aan Israël te doen. Op dit moment staan beide partijen nog altijd loodrecht tegen over elkaar en lijkt de vrede nog heel ver weg.
Voorgeschiedenis Het is 1993, in de tuin van het Witte Huis worden de Oslo-akkoorden getekend na maandenlange geheime onderhandelingen in Noorwegen. In dit akkoord zweren de Palestijnen het geweld af en gaat Israël akkoord
26
met de oprichting van een Palestijnse staat. Na enige aarzeling schudt de Israëlische premier Yitzchak Rabin de hand van zijn aartsvijand, de Palestijnse leider Yasser Arafat. Dit onder het toeziend oog van president Clinton. Voor het eerst lijkt vrede binnen handbereik. Die hoop wordt twee jaar later, in 1995, de bodem ingeslagen als premier Rabin op een vredesmanifestatie wordt vermoord door een Joodse extremist. Na een reeks Palestijnse zelfmoordaanslagen, kiest de Israëlische bevolking, een half jaar later Netanyahu tot nieuwe premier. Op dat moment lijkt de vrede verder weg dan ooit. Nieuwe hoop komt er in het jaar 2000, als opnieuw president Clinton zich sterk maakt voor een oplossing. Hij nodigt de nieuwe Israëlische premier Ehud Barak en Yasser Arafat uit op zijn buitenverblijf, Camp David. De sfeer lijkt ontspannen, maar de onderhandelingen leiden uiteindelijk niet tot een akkoord. Dit komt omdat beide partijen elkaar de schuld geven van het conflict. Een
Jurist in Bedrijf
paar maanden later escaleert het conflict opnieuw als Ariel Sharon demonstratief een bezoek brengt aan de Tempelberg, een heilige plek voor Joden en Palestijnen. Het bezoek van Sharon wordt de directe aanleiding tot een nieuwe geweldspiraal, de tweede Palestijnse Intifada. In de periode die daarna volgt is onder leiding van president Bush verschillende keren geprobeerd om tot nieuwe onderhandelingen te komen, zonder al teveel succes. Het wederzijdse wantrouwen blokkeert elke toenadering. Israël gaat gewoon door met het bouwen van nieuwe nederzettingen in bezet gebied en de Palestijnen raken onderling steeds meer verdeeld. In deze schijnbaar uitzichtloze situatie zijn het nu opnieuw de Amerikanen die het vredesproces proberen weer nieuw leven in te blazen.
De verschillende partijen Bij de vredesonderhandeling van afgelopen september waren drie partijen betrokken. Om te beginnen was het Obama die de Verenigde Staten
De tweede partij die begin september aan de onderhandelingstafel zat was Israël, onder leiding van Benjamin Netanyahu, de Israëlische premier. Tijdens zijn bezoek aan Amerika sprak hij de volgende woorden. ‘’We zijn niet op zoek naar een korte pauze tussen twee oorlogen. We zijn ook niet op zoek naar een korte stop van de terreur. We zijn op zoek naar een vrede die het conflict tussen ons voor eens en altijd zal beëindigen. Voor onze generatie, onze kinderen, en de generatie daarna.’’ Met deze uitlating laat de premier zien dat hij echt iets wil bereiken, maar aan de andere kant wil Netanyahu amper toezeggingen doen. Daarnaast wil de Israëlische premier vooral praten over de veiligheid van Israël naar aan-
leiding van de recente aanslagen van Hamas. Daarbij komt dat Netanyahu de druk voelt van de Joodse kolonisten die willen doorgaan met bouwen op bezet gebied. Kortom, voor Netanyahu zijn er nog genoeg problemen die de komst van een definitieve vrede in de weg staan. Palestina, de derde partij die deelnam aan de onderhandelingen, was misschien wel de meest terughoudende partij. Onder grote druk van de Amerikanen stemde de Palestijnse president Abbas in met de vredesonderhandelingen. Abbas wil pas met de Israëliërs om de tafel zolang er niet meer gebouwd werd in de nederzettingen en hij wilde duidelijkheid over de onderhandelingspunten. Daarnaast wil Abbas dat de blokkade van de Gazastrook wordt opgeheven. Door de grote problemen in eigen land, zit aan de tafel een premier die misschien wel vrede wil, maar voor wie het moment niet slechter kon. Nu de president toch deelneemt aan de onderhandelingen, maakt hij zich in het Midden-Oosten niet populair. Abbas zal eerst de problemen in eigen land moeten oplossen. Daarbij komt nog dat Hamas door middel van aanslagen duidelijk wil maken dat Abbas in zijn eigen Westelijke Jordaanoever niet om Hamas heen kan.
Amerikaans feestje De openingstoespraak van Obama
Jurist in Bedrijf
in Washington, straalde een optimistische sfeer uit. Handen werden geschud en er werden mooie woorden gesproken. Maar tegelijkertijd werd duidelijk dat beide partijen het over heel veel dingen niet eens zijn. Voor dat de onderhandelingen ook maar begonnen waren, wilde de Israëliërs duidelijk maken dat ze meer veiligheid voor hun land wensen van de Palestijnen. De Palestijnen daarentegen eisen dat er geen nieuw nederzettingen worden gebouwd in bezet gebied. Hierdoor kwamen de vredesonderhandelingen direct onder druk te staan. Beide partijen geloven dat het nergens naar toe zal gaan en daarom is alle hoop gevestigd op Obama. Deze vredesonderhandelingen kunnen ook wel vergleken worden met een lot kopen in de Staatsloterij. Niemand verwacht dat je de loterij wint, maar naar mate de trekking dichterbij komt wordt het toch spannend en wordt de teleurstelling duidelijk als het toch niet is gelukt. Zo is het precies met de onderhandelingen, niemand gelooft nog dat het zal leiden tot vrede, maar toch wordt er onderhandeld. Als het dan uiteindelijk toch weer niet lukt, is er de teleurstelling en het toenemende wantrouwen wat uiteindelijk leidt tot meer geweld. Het feit dat Israël en Palestina opnieuw aan de onderhandelingstafel zitten, is positief, maar of dit uitdraait op vrede? De toekomst zal het uitwijzen.
Oorlog & Recht
vertegenwoordigde. Zoals gezegd beloofde Obama een actievere houding in het conflict in vergelijking tot Bush. Maar de houding die Obama aankondigde zal de Palestijnen niet veel vertrouwen geven. Obama wil namelijk niet met Hamas praten en is van mening dat Jeruzalem de hoofdstad is van Israël. Aangezien Hamas in 2007 democratisch tot grootste partij werd verkozen, is het een groepering waar Obama niet omheen kan. Op dit gebied vaart hij dezelfde koers als zijn voorganger Bush, die ook het contact met Hamas vermeed. Het feit dat Hamas nog steeds veel aanslagen voor haar rekening neemt, heeft Obama doen besluiten om niet met deze groepering te onderhandelen. Wil Obama de onderhandelingen tot een succes brengen, dan is het belangrijk dat Obama eveneens bij vredesonderhandelingen buiten Washington betrokken blijft. Zijn voorgangers werd vaak verweten dat zij Israël en Palestina na een bezoek aan Amerika, de problemen zelf lieten oplossen. De Amerikanen hebben aangekondigd zelf actief betrokken te willen blijven bij de onderhandelingen, maar de oplossing laten ze ook nu weer aan de partijen zelf over. Die zijn nu weer aan het praten, maar de vraag is of dit tot succes leidt.
27
Oorlog & Recht
Versus De handhaving van vrede Het thema Oorlog & Recht is een veelzijdig thema en inherent aan een tal van discussiepunten. Hot news zijn de situaties in Afghanistan, de veelbesproken vredesmissie in Uruzgan en het conflict tussen Israel en de Palestijnen in de Gazastrook. Er bestaat dan wel het zogenaamde oorlogsrecht, dat conflictsituaties reguleert, maar zijn het voeren van oorlog en tevens het uitzenden van militairen nu echt een noodzaak om vrede te bereiken? Zijn er geen andere oplossingen te vinden om te streven naar een wereld van vrede en harmonie? Het Pacifisme is een filosofie waarbij geweldloosheid centraal staat, tevens is deze filosofie tegen militarisme. Het hoofddoel is het nastreven van vrede, zonder gebruik te maken van deze middelen. Dit staat lijnrecht tegenover de militairen die vrede nastreven door uitgezonden te worden naar landen in conflict. Jurist in Bedrijf heeft twee externen gevraagd hun visie te geven over oorlog en het oplossen van conflictsituaties: hoe kan vrede het beste worden nagestreefd? Dhr. Chris Geerse van pacifistische Vereniging Pais en een anonieme reservist bij de Koninklijke Luchtmacht, werden gevraagd hun visie toe te lichten.
Francis ten Broeke Oorlog wordt vaak veroorzaakt doordat er verschil is in de achtergrond van culturen, door verschillende geloofsopvattingen, er een andere levenswijze wordt gehandhaafd, maar ook door militaire acties die leiden tot wederacties: door dit alles kunnen conflictsituaties ontstaan. Kunt u een uitleg geven over uw achtergrond en waarom u achter uw levenswijze staat? Chris Geerse: “Voor mij is het pacifisme het streven naar het afschaffen van oorlog als middel van conflictbeslechting. De realiteit vereist dat de mensheid afraakt van zijn romantische voorstelling van wat oorlog is en zien dat we de oorlog moeten afschaffen voordat de oorlog ons afschaft. Gemakkelijk zal dat niet zijn want we leven in een cultuur die geweld verheerlijkt. Ik ben in 1965 lid geworden van de Pacifistisch Socialistische Partij die toen de politieke exponent was van de pacifistische stromingen in Nederland. Toen tien jaar later heb ik mede een groep opgericht die het pacifistisch gedachtegoed wilde behouden. Deze groep is eind jaren zeventig samengegaan met de na de
28
Tweede Wereldoorlog opgerichte Algemene Nederlandse Vredesactie onder de naam 't Kan Anders. 't Kan Anders is in 1995 gefuseerd met de in de tachtiger jaren ontstane groep Van Zwaarden naar Ploegscharen tot de vereniging Pais.
dersteuning indien er extra veel bewakingswerk is, dis bijvoorbeeld het geval bij een terroristische dreiging. Reservisten werken mee aan vrede en veiligheid en is er een hecht teamgevoel. Het motto ‘één team, één taak’ staat dan ook altijd centraal.
Pais is de Nederlandse sectie van War Resisters' International. De WRI is een door de VN erkende NGO en heeft aangesloten organisaties over heel de wereld. Pais streeft naar een samenleving waarin het georganiseer-
Ik heb er ook serieus over nagedacht om beroepsmilitair te worden. Maar op het moment dat ik dat graag wilde doen, waren er geen vacatures op mijn interessegebied. Ik heb er daarom voor gekozen om reservist
"We moeten de oorlog afschaffen voordat de oorlog ons afschaft" de geweld is uitgebannen, de mensen in evenwicht met de overige natuur leven en de gelijkgerechtigdheid van ieder mens tot gelding wordt gebracht. Bijzonder punt van aandacht binnen de WRI is altijd de positie van dienstweigeraars geweest. Voor de afschaffing van de opkomstplicht was dat ook voor onze organisatie een belangrijk werkterrein.”
Reservist: “Ik ben reservist bij de Luchtmacht. Reservisten geven on-
Jurist in Bedrijf
te worden bij de Luchtmacht, ook omdat ik momenteel erg tevreden ben met mijn huidige baan en ik me goed besef welke opofferingen een beroepsmilitair moet doen. Een baan is prima te combineren, echter wordt het lastig wanneer je verder ook actief bent met sporten, sociale contacten, gezin etc. Ik heb er zelf geen behoefte aan om al mijn verlofdagen op te maken aan de Luchtmacht Reserve, vandaar dat
Gewapende conflicten zijn hedendaags onderwerp van de dag. Overal lijkt er tegenwoordig wel iets aan de hand te zijn en het minste of geringste leidt tot een nieuw (gewapend) conflict. Vervolgens worden militairen gestuurd om de oorlog te bestrijden. Maar waarom zou oorlog in de eerste plaats eigenlijk bestreden moeten worden? Mag er wel oorlog gevoerd worden tegen onrecht? Chris Geerse: “Omdat oorlog veel leed veroorzaakt. Daarbij gaat het niet alleen om leed op korte termijn en ook niet alleen om lichamelijke en materiële schade. Veel soldaten houden hun leven lang last van de psychische schade die zij opliepen als slachtoffer en dader. Hetzelfde geldt voor door oorlogsgeweld getroffen burgers. Maar ook omdat oorlog en onrecht hand in hand gaan. In een oorlog geldt het recht van de sterkste en dat is vaak onrecht. Maar dat is niet alles, oorlog treft niet alleen 'schuldigen' maar ook 'onschuldigen', velen worden beroofd van have en goed, verliezen dierbaren.
Oorlog wekt veel haat op, wat weer leidt tot nieuwe conflicten.”
Reservist: “Oorlog zou moeten worden bestreden omdat het soms helaas noodzakelijk is om de kwaden uit te schakelen om vervolgens weer stabiliteit te kunnen geven aan de medemensen die wonen in de landen waar de conflictsituatie heerst. Daarom vind ik ook dat er oorlog mag worden gevoerd tegen onrecht, dat moet namelijk opgeheven worden. Voorbeelden voor het bestrijden van oorlog zijn hulp bieden aan wederopbouw, ervoor zorgen dat men zelf weer alles kan organiseren voor de toekomst. Maar het belangrijkste is dat er vooral op diplomatiek gebied overeenstemming moet komen.” Chris Geerse: “Of er ook oorlog mag
worden gevoerd tegen onrecht, is iets waar pacifisten anders over denken. De voorstanders van oorlogen tegen onrecht menen dat er geen ander middel is, 'je kunt toch niet stil blijven zitten, dus moet je wel oorlog voeren'. Zij zien niet dat er ook andere mogelijkheden zijn. De geschiedenis toont echter aan dat die er wel zijn. Daarbij hoeven we niet alleen te kijken naar de klassieke voorbeelden van Gandhi en Martin Luther King. Het hele machtige Sovjetimperium is in elkaar gestort met opmerkelijk weinig geweld! Er zijn dus andere methoden. Methoden waar ontstellend weinig aandacht voor is, zodat voor de ontwikkeling ervan nauwelijks geld beschikbaar is.”
Reservist: “Vredesmissies worden uitgevoerd in situaties waar een ge-
Jurist in Bedrijf
wapend conflict is om de vrede te herstellen en te behouden. De vredesmissies van de Koninklijke landmacht, luchtmacht en marine zijn erg succesvol. Het is dan ook erg jammer dat de maatschappij dit vaak niet wil inzien. Er worden in oorlogsgebieden weer zoveel nieuwe dingen opgebouwd, zoals scholen en een politieorganisatie. Helaas vallen er wel onschuldige slachtoffers, maar de vredesmissies dragen wel degelijk bij aan een verbetering van de algehele conflictsituatie.”
Oorlog & Recht
het voor mij met een fulltime baan wel lastig te combineren is. Toch sta ik bijzonder sterk achter de principes van de Luchtmacht en de gehele krijgsmacht. Ervoor te zorgen dat de drie krijgsmachtonderdelen, landmacht, luchtmacht en marine, hun primaire proces continue kunnen blijven uitvoeren is de belangrijkste functie. Alle militairen van de Luchtmacht zorgen er bijvoorbeeld samen voor dat de Luchtmacht haar airpower 24/7 kan leveren. De krijgsmacht biedt daarbij onder andere hulpverlening ten tijde van calamiteiten en vredesbewaking om een bijdrage te leveren aan stabiliteit en vrijheid, dit gebeurt zowel in binnenen buitenland.”
Doordat er oorlogen zijn in de wereld, heerst er geen wereldwijde vrede. Toch streven we allemaal na dat er vrede is op aarde. Hoe zou vrede het beste kunnen worden gewaarborgd wanneer het er eenmaal is, maar belangrijker, hoe kan vrede worden bereikt? Chris Geerse: “Er is geen gemakkelijke truc die leidt tot wereldvrede. We leven in een gewelddadige cultuur waarin het overheersende geloof is dat we met geweld 'goede' dingen kunnen bereiken. Je kunt zelfs zeggen dat de laatste decennia het geloof is toegenomen dat wij in het Westen de 'goeden' zijn en daarom het recht en de plicht hebben om, zo nodig met geweld, onze normen en waarden waar ook ter wereld op te leggen. Een realistischer visie op wat met oorlog en geweld bereikt kan worden is dringend noodzakelijk. We moeten de oorzaken wegnemen van oorlogen en geweld. Dit zijn bijvoorbeeld de ongelijke verdeling van welvaart en kennis, honger, watertekort en milieubederf. Ook het geven van een veel hogere prioriteit aan wetenschappelijk onderzoek naar geweldloze methoden van conflictoplossing en de vorming van een leger van burgervredewerkers die, goed
29
Dit is een aDvertentie van houthoff buruma. er ZiJn betere manieren om ons te Leren Kennen.
We zoeken studenten met talent en ambitie. Mensen die nieuwsgierig zijn, maar ook in het bezit van een gezonde dosis scepsis. Mensen die zich dus niet door een advertentie laten leiden. Maar die wel openstaan voor een gesprek. Ben jij zo iemand? Bel dan Floor Tordoir (020 605 62 60) of Hester Swane (020 605 62 53).
www.werkenbijhouthoff.nl
Reservist: “Vrede kan het beste worden bereikt met basisprincipes. Dit is bijvoorbeeld door elkaars ideeën te respecteren en elkaar vrij te laten. Maar ook is het belangrijk om bewustwording te creëren dat dit ook daadwerkelijk nodig is om vrede te bereiken, dat het essentieel is. Je moet een gevoel van vrijheid geven aan burgers. De vredesmissies van de krijgsmacht zijn ook zeker effectief. Vrede kan op deze manier worden hersteld. Een kloppend totaalplaatje van Defensie kan de vrede bewaren, wanneer alle onderdelen op elkaar zijn ingestemd en dezelfde visie hebben voor de lange termijn. Wij als reservisten ondersteunen hierbij de beroepsmilitairen, zodat zij hun werk effectiever kunnen doen. Ik voel mij maatschappelijk betrokken bij vrede en veiligheid en wil graag als reservist bij de Luchtmacht hieraan mijn steentje kunnen bijdragen.”
Instanties als het Rode Kruis en Amnesty International proberen bij te dragen aan het handhaven van mensenrechten ten tijde van oorlog, het zijn neutrale instanties die geen partij kiezen. Wat vind u van deze organisaties, dragen zij bij aan het creëren van vrede of maken zij het de staten verwikkeld in oorlog moeilijker, waardoor er juist meer conflicten ontstaan? Chris Geerse: “Het Rode Kruis probeert vooral iets van humaniteit in het oorlogsbedrijf te brengen en het humanitair oorlogsrecht te doen handhaven. Dat is op zichzelf lofwaardig maar draagt niet bij aan het afschaffen van oorlogen. Amnesty International probeert de rechten van de mens te beschermen. Dat is een zeer noodzakelijke taak. Ze doet dat op een manier die effectiever is dan militair ingrijpen en draagt dus bij aan het voorkomen van oorlog.”
Reservist: “Ik vind dat deze instanties zeer goed werk verrichten. Ik vind wel dat deze werkzaamheden alleen nodig zijn zodra de mensen en instanties die hulp krijgen, deze hulp ook echt nodig hebben. Wanneer het niet noodzakelijk is, kunnen ze zich er beter niet te veel in
het eigen of andermans leven acuut en daadwerkelijk bedreigt. Veel pacifisten aanvaarden dit, anderen niet. Pacifisten zijn meer terughoudend dan de meeste mensen.”
Reservist: “Voor onze maatschappij lijkt het alsof militair geweld veel
"Het motto ‘één team, één taak’ staat dan ook altijd centraal" mengen. Ze zullen namelijk niet bijdragen aan de vrede, het enige wat ze kunnen beteken is dat slachtoffers een betere toekomst wordt gegeven doordat ze opkomen voor hun mensenrechten.”
Militaire operaties worden veelal uit gevoerd in gewapende conflicten, maar ook intern kunnen er conflicten ontstaan binnen een land. Vaak wordt dit gereguleerd door de politie, maar is er een verschil tussen politiegeweld en militair geweld? Chris Geerse: “Politiemensen kunnen hun taak alleen goed uitoefenen als ze specialisten zijn in geweldloze conflictoplossing. Komt het toch tot toepassing van hun geweldsmonopolie, dan zullen ze zich meesters moeten betonen in beperking van het geweld dat ze zelf toepassen. Militairen daarentegen zijn in de eerste plaats specialisten in het massaal toepassen van dodelijk geweld, niet tegen een gekende persoon, maar tegen een als 'vijand' beschouwde groep. De meeste pacifisten hebben geen principiële problemen met niet dodelijke vormen van geweld. Ter bestrijding van onrecht kan dergelijk geweld gerechtvaardigd zijn. Alle pacifisten verwerpen de orgie van ongeremd dodelijk geweld die oorlog heet. Daartussen zit nog het dodelijk geweld tegen een persoon die
Jurist in Bedrijf
Oorlog & Recht
getraind maar ongewapend, uitgezonden kunnen worden.”
meer schade veroorzaakt, dit ligt aan het aantal doden en het aantal bombardementen dat plaatsvindt. Elke militair object en elke militaire situatie heeft zijn eigen consignes, dit zijn de regels over welk geweld wel of niet toegepast mag worden. Gebruik van geweld bij de politie is een ander verhaal. Dit mag echter naar mijn mening proportioneel worden gebruikt, in gevallen waarin het noodzakelijk is, dus bijvoorbeeld in geval van noodweer.”
Denkt u dat het in de toekomst mogelijk is een wereld te hebben waar vrede heerst? Chris Geerse: “Ik hoop het, maar ben er niet zeker van. Beslissend is of de mensheid niet alleen het vermogen heeft om steeds effectievere massavernietigingswapens te maken, maar ook het vermogen om in vreedzame harmonie samen te leven. Een tekort aan dit laatste vermogen zou betekenen dat dit de zwakke plek van de menselijke soort is die tot haar uitsterven zou kunnen leiden.” Reservist: “Nee, ik denk niet dat er ooit totale wereldvrede zal heersen. Dit komt onder andere door de verschillende geloofsovertuigingen die aanwezig zijn. er is teveel strijd tussen deze overtuigingen en die zullen nooit overeenstemming met elkaar kunnen bereiken. Dit omdat ze elkaar niet respecteren, wat juist meer strijd oplevert.”
31
Oorlog & Recht
Kampbeul Ivan Demjanjuk De vervolging van een oorlogsmisdadiger Sobibor, een vernietigingskamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. De nazi’s deden er alles aan om de gevangenen, die hier met overvolle treinen aankwamen, in de waan te laten dat Sobibor een ‘gewoon’ werkkamp was. Kleine huisjes, bloempjes en zélfs een wegwijzer waarop stond hoe ver het was naar Warschau en naar Lublin, gaven een zeer vriendelijke indruk weer. Bij aankomst had niemand iets in de gaten. Een van de SS-ers trok soms een witte jas aan. De 'dokter' verexcuseerde zich voor de lange vermoeiende reis. Nu eerst even met z’n allen douchen… Nog steeds lopen er oud-nazi’s rond die niet gestraft zijn voor de gruwelijke daden die zij in kampen zoals Sobibor gepleegd hebben. Er zijn veel onopgeloste zaken uit het verleden en veel ongestrafte misdadigers. Sommige oorlogsmisdadigers zijn direct na de oorlog gevlucht naar het buitenland. Anderen werden nooit vervolgd vanwege gebrek aan bewijsmateriaal en enkelen werden zelfs vrijgesproken. Inmiddels zijn veel oorlogsmisdadigers gestorven of is hun gezondheid er slecht aan toe. Zo ook: Demjanjuk. Deze inmiddels 90-jarige zieke, oude oorlogsmisdadiger wordt beschuldigd van medeplichtigheid aan de dood van meer dan 27.000 joden. Ruim 65 jaar na de oorlog, speelt de zaak Demjanjuk alsnog een belangrijke rol.
Eva van de Kreeke Demjanjuk Ivan Demjanjuk is in 1943 de kampbeul van vernietigingskamp Sobibor. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vecht hij in het Rode Leger tegen de Duitsers. Als hij in 1942 door de Duitsers gevangen wordt genomen, meldt hij zich vrijwillig voor een ‘nazi opleidingskamp’. Daar wordt hij geschoold tot ‘Wachmanner’, oftewel kampbewaker. Na de opleiding werkt hij in verschillende kampen waaronder Treblinka en Sobibor. In Sobibor is het zijn taak om de joden rechtstreeks van de trein de gaskamer in te drijven. Na de bevrijding in 1945 meldt Demjanjuk zich bij de Amerikanen in een kamp voor ontheemden. In 1952 emigreert hij naar de VS en hij noemt zich ‘John’. In de VS leidt hij een rustig leven als automonteur en sticht hij een gezin. Als er in 1986 plots enkele papieren opduiken leidt dit tot Demjanjuk’s uitlevering aan Israël. Daar verdenkt justitie hem ervan ‘Ivan de Verschrikkelijke’ te zijn. Vijf overlevenden herkennen in hem de sadistische kampbeul van Treblinka. Demjanjuk wordt ter dood veroordeeld. Tijdens zijn 7 jaren lang durende verblijf in de gevangenis ‘Death Row’ in Is-
32
raël, duikt een document op uit de archieven van de Russische geheime dienst, waaruit blijkt dat er sprake is van persoonsverwisseling. Demjanjuk blijkt niet ‘Ivan de Verschrikkelijke’ te zijn. Hij wordt vrijgesproken en keert terug naar Amerika. Daar besluit een rechter, pas vele jaren later in 2002, dat hetzelfde document bewijst dat Demjanjuk wél degelijk een ‘kampbeul’ is geweest. Dit was alleen niet in Treblinka, maar in
Jurist in Bedrijf
Sobibor. Omdat Demjanjuk heeft gelogen over zijn oorlogsverleden, wordt hem zijn Amerikaans staatsburgerschap ontnomen. Na een langdurig steekspel wordt hij in mei 2009 overgebracht naar Duitsland. De 90-jarige Oekraïner speelt nu een belangrijke rol in waarschijnlijk een van de laatste grote nazi- processen uit de geschiedenis. Een proces waar slachtoffers en hun nabestaanden zéér lang op hebben gewacht.
Nebenkläger Na de oorlog zijn veel oorlogsmisdadigers de dans ontsprongen. Velen zijn geëmigreerd of leiden een teruggetrokken bestaan, waar zij leven van hun bij elkaar geroofde fortuin. In het proces tegen oud oorlogsmisdadiger Demjanjuk is er sprake van ‘Nebenkläger’, oftewel een ‘medeaanklager’. Een ‘Nebenkläger’ kan worden gezien als een ‘hulp-officier van justitie’. Volgens artikel 397 van het Duitse wetboek van strafvordering kan „een slachtoffer van een strafbare daad, die geestelijk of
lichamelijk verwond is, zich bij de ingediende openbare aanklacht aansluiten als mede-aanklager”. Het wetboek stelt zo aan iemand geen eisen van juridische bekwaamheid. Het begrip ‘mede-aanklager’ kennen wij in het Nederlandse strafrecht niet. Mede-aanklager is een bijzonderheid
den en slachtoffers het recht tot het mogen aanklagen over niet-vervolging. Verder mogen zij als civiele partij om schadevergoeding vragen en ter zitting een slachtofferverklaring uitspreken. De positie waarin zij staan is erg zwak. In het Nederlands strafrecht wordt in zo’n proces voor-
"Demjanjuk was binnen het vernietigingskamp een ‘kleine speler’" van het Duitse en van het reguliere strafrecht. De slachtoffers en vooral hun nabestaanden worden betrokken bij de rechtspraak, ze zitten letterlijk naast de aanklager. Ze mogen al dan niet zelf, of vertegenwoordigd door hun advocaat een verdachte verhoren. In het Duitse recht kunnen zij, voor ons de ‘officier van justitie’, van informatie voorzien en verklaringen afleggen. Zij krijgen tevens de mogelijkheid om zelf hun strafeis tegen de verdachte te formuleren. In de praktijk zal de advocaat dit meestal voor hun opnemen. Als ‘Nebenkläger’ mag je ook zelfstandig handelen. Via een speciaal verzoek, aangevraagd bij de president van de rechtbank, wat zeer veel moeite kost, kun je een functie verkrijgen waardoor je de vrijheid krijgt om een verdachte zelf te ondervragen. Op basis van goede gronden volgens het Wetboek van Strafrecht is het mogelijk een straf te eisen. Het komt in de praktijk vaak voor dat deze straf ook daadwerkelijk wordt toegepast. Als ‘Nebenkläger’ is het al voldoende bij het proces aanwezig te zijn. Als je niks wil zeggen is dat geen enkel probleem. Hiertoe ben je niet verplicht.
Situatie Nederland In tegenstelling tot het Duitse recht is er in Nederland nauwelijks sprake van een ‘Nebenkläger’. Nabestaanden en slachtoffers hebben in het proces amper iets in te brengen. Nederland kent de zogenaamde ‘artikel 12 procedure’. Dit geeft nabestaan-
Jurist in Bedrijf
Oorlog & Recht
Sobibor Vandaag de dag is er nog weinig over van Sobibor. De nazi’s hebben het kamp in het najaar van 1943 ontmanteld, om de sporen van hun misdaden en gruwelijkheden uit te wissen. Sobibor was een vernietigingskamp en geen concentratiekamp zoals Auschwitz en Bergen-Belsen. Zodra de joden aankwamen met de trein werden zij bij elkaar gedreven en moesten zij met de ‘Wachmanner’ meekomen. Een aantal sterke mannen werden eruit gepikt om voor de nazi’s te werken. Alle anderen werden dezelfde dag nog vermoord. In totaal zijn 34.313 Nederlandse joden naar Sobibor getransporteerd, zo blijkt uit de transportlijsten van kamp Westerbork. Slechts 18 van de 34.313 hebben het overleefd. Deskundigen schatten dat er in Sobibor in totaal ongeveer 170.000 joden zijn omgekomen. Opvallend uit deze tijd is dat mensen geen flauw benul hadden wat hen te wachten stond. Ze dachten met de trein naar Polen of Duitsland te worden vervoerd, om daar vervolgens te gaan werken. Men had geen idee van een gaskamer, of van de term ‘vernietigingskamp’. Sobibor had een onbekende naam. Bijna niemand wist waar het voor stond. Het kamp zag er niet ‘onaardig‘ uit. De Duitsers hadden er voor gezorgd dat men zich er niet van bewust was dat aan het eind van de bosrijke laan, de gaskamer op je stond te wachten.
al aandacht besteed aan de dader en zijn daden. In tegenstelling tot Duitsland wordt het strafproces veel meer op verdachten gericht, en niet op de slachtoffers en nabestaanden.
Bewijsmateriaal De Tweede Wereldoorlog heeft alweer enige tijd geleden plaatsgevonden. Het aantal mensen met wezenlijke, scherpe herinneringen uit deze tijd wordt steeds geringer. Daarom zijn bij een proces van dit kaliber, documenten belangrijker dan getuigen. De transportlijsten van Westerbork zijn essentieel bewijsmateriaal in de zaak tegen Demjanjuk. In deze lijsten staan de namen van joden die uit Nederland zijn gedeporteerd en niet terugkeerden. De lijsten zijn waardevol, aangezien er nauwelijks nog sporen van de joden uit deze kampen zijn overgebleven. Met behulp van deze documenten wordt de historische en juridische bewijsvoering van het verleden veel preciezer. Dit geeft nauwkeurigheid en professionaliteit. De transportlijsten liggen in het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie (RIOD), nu het Nederlandse Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) en bij het Nederlandse Rode Kruis. Alle transportlijsten zijn samengesteld en men heeft alle namen gepubliceerd. Het zijn de namen van ruim 34.000 Nederlandse joden. Veroordeling Het is onvoorstelbaar dat een gecultiveerd volk als de Duitsers, in staat
33
Oorlog & Recht
was tot deze gruwelijke daden. Van de SS- leiders die bevelen gaven in het Reichssicherheitshauptamt had 66 procent een academische studie genoten, waaronder de meeste rechten. Zelfs 33 procent van deze leiders was gepromoveerd. Er is nauwkeurig nagegaan hoeveel mensen in Sobibor zijn gestorven in de periode dat Demjanjuk daar ‘Wachmanner’ was. Essentiële vragen die uit dit proces moeten blijken zijn: 1. Is dit écht de Demjanjuk die in die tijd in Sobibor was? 2. Wat deed hij daar? Er was in Sobibor natuurlijk niet veel anders te doen dan deelnemen aan de gruwelijke mensenver nietiging. 3. Hoeveel keuze had Demjanjuk om Sobibor te verlaten? Waar schijnlijk zal dat niet makkelijk geweest zijn, maar ruim 1/3 van de groep bewakers en helpers is erin geslaagd te ontkomen aan dit tirannieke kamp. Demjanjuk was binnen het vernietigingskamp een ‘kleine speler’. Hij zou hebben gediend als ‘Wachmanner’, de laagste rang onder de 'Hilfswillige', vrijwilligers die ondergeschikt waren aan de Duitse SS'ers. Binnen het kamp had hij geen hoge functie. Desondanks is hij medeplichtig aan de moord op tienduizenden mensen. Hij heeft daar als ‘kleine speler’ een groot aandeel in gehad. In vergelijkbare processen zijn in het verleden veel ‘Wachmanner’ vrijgesproken. Tijdens hun verdediging kwam het er op neer dat zij geen andere keus hadden en hen deze taak werd opgelegd. In de Sovjet-Unie is het merendeel, van de slechts 15 opgespoorde ‘Wachmanner’ die in het verleden in proces zijn geraakt, ter dood veroordeeld.
werd er gezegd dat hij nu wel erg oud is en zijn situatie stamt uit een ver verleden. Rondom de achtervolging van oorlogsmisdadigers heerste na de oorlog een vermoeide stemming. Het heeft lang geduurd eer deze stemming werd doorbroken. In Nederland is dit pas ongeveer in de jaren ‘60 op gang gekomen. Een belangrijke reden is het geloof. Vooral aan katholieke zijde heerste er na de oorlog de behoefte aan ‘verzoening’. De missie van de Kerk was om het volk weer bijeen te brengen. Daardoor zijn veel oorlogsmisdadigers niet alleen door hun eigen collega’s, maar ook door de Katholieke Kerk, het land uitgeholpen. Deze vermoeide stemming heerste overigens niet alleen in Nederland. In veel andere landen, zoals Oostenrijk, is er nauwelijks werk van gemaakt om oude oorlogsmisdadigers te vervolgen. Een belangrijk argument om het hierbij niet te laten zitten is dat de Tweede Wereldoorlog, vooral qua menselijke beschaving, een zwarte pagina uit de geschiedenis is. Humaniteit daalde tijdens deze periode tot het absolute nulpunt.
Wat ging er mis? Hoe kan het dat er nog zoveel oorlogsmisdadigers, jaren na alle misdaden, op vrije voet rondlopen? Ook in het geval van Demjanjuk werd er veel gespeculeerd of deze man nog wel vervolgd moest worden. Zo
34
Het proces Het proces rondom Demjanjuk wordt gevoerd in het ‘Schwurgericht des Landgerichtes Munchen II’. Het proces is eind vorig jaar op 30 november begonnen en vandaag
Jurist in Bedrijf
de dag is de rechtsgang nog steeds niet afgelopen. De vraag die aan het begin van dit proces centraal stond was met name in hoeverre Demjanjuk als individu strafbaar is. Er werd voornamelijk gekeken naar de mogelijkheden die Demjanjuk had om zich aan dit onmenselijke kamp te onttrekken. Wat er in Sobibor was gebeurd en of dat als een misdaad moest worden gezien stond niet ter discussie. De bewijsvoering dat Demjanjuk in Sobibor kampbewaker is geweest, leek waterdicht. ‘De aanval’ waarmee de advocaten Demjanjuk verdedigden, bestond uit twee argumenten. Zo kwamen zij met het feit dat de Duitse rechtspleging vele, véél grotere oorlogsmisdadigers, in het verleden niet heeft veroordeeld. Er zou sprake zijn van rechtsongelijkheid als Demjanjuk, een lager geplaatste, dan wél zou worden veroordeeld. Dit legt de nadruk op het slappe vervolgingsbeleid van de Duitse justitie. Er waren voorbeelden van moordenaars, hoger in de hiërarchie, die in het verleden waren vrijgesproken of nooit werden vervolgd. Als tegenargument werd gesteld dat de fouten die gemaakt zijn, geen reden geven om ze te herhalen. Het tweede argument dat de verdediging aanvoerde was het feit dat het voor Oekraïners, die in Trawinki
Verder kwam door de verdediging ook het zogenaamde ‘ne bis in idem’ – beginsel (niet twee keer voor hetzelfde beschuldigd worden) aan bod. Dit dreigde namelijk geschonden te worden, aangezien Demjanjuk al vaker voor Sobibor gedagvaard zou zijn en er meermalen was geprobeerd vervolging in te stellen. Het ontbrak toen echter aan bewijsvoering. Demjanjuk zal worden veroordeeld volgens het Duitse recht, aangezien hij een contract had getekend
met de SS. Dit valt onder het Duitse recht. Het werd betwist of de Duitse rechtbank wel bevoegd was om misdaden, begaan op een ander grondgebied, te veroordelen. Het
teerde ‘Wachmanner’ getoond. Het zijn er veel en de bedoeling is duidelijk. Honderden ‘Wachmanner’ hebben een mogelijkheid gezien om te vluchten. De officier van justitie
"Het gebrekkige vervolgingsbeleid van afgelopen decennia kwam sterk naar voren" gebrekkige vervolgingsbeleid van afgelopen decennia kwam sterk naar voren. De verdediging haalde zaken aan waarvan Demjanjuk beschuldigd werd, die vooraf niet eens wettelijk verboden waren. De complexiteit van het recht werd hier opnieuw aangehaald.
Het vervolg De rechtszaak tegen Demjanjuk wordt gezien als een positieve wijziging in het Duitse vervolgingsbeleid ten opzichte van ex-nazi's. Er zijn in het verleden te veel fouten gemaakt. Veel oorlogsmisdadigers zijn nooit gestraft. Rechters die kort na de oorlog deze zaken moesten beoordelen bevonden zich op onontgonnen terrein. Nu wordt er eindelijk iets aan de fouten gedaan. Het proces rondom Demjanjuk is vandaag de dag nog niet afgelopen. Momenteel is gebleken dat Demjanjuk wel degelijk de mogelijkheid had om te vertrekken uit Sobibor. Er zijn tijdens het proces rapporten en brieven van kampcommandanten over gedeser-
Jurist in Bedrijf
toont hiermee aan dat Demjanjuk een keuze had. Hij had de mogelijkheid om te deserteren, hij hoefde niet te moorden. Wat verder nog allemaal in het proces aan bod komt, zal de rechtbank, naar verwachting, eind oktober uitspreken. Momenteel is Demjanjuk nauwelijks in media wegens gebrek aan ‘opzienbarende’ gebeurtenissen. De uitspraak zal naar verwachting niet voor het einde van dit jaar plaatsvinden, wellicht zelfs later.
Oorlog & Recht
tot kampbewaker waren opgeleid, onmogelijk was zich aan de moordmachine te onttrekken. Men werd regelrecht naar Sobibor gestuurd en had geen kans om te protesteren. De verdediging beweerde dat deze Oekraïners, opgeleid tot ‘Wachmanner’ eigenlijk net zo goed slachtoffer waren van de Sonderkommandos als de joden. De taak van Sonderkommandos was het vernietigen van vijanden van het Duitse volk. Deze commandogroep werd gedwongen mee te werken aan het moorden en het opruimen van lijken. Ze konden zich er niet aan ontrekken en waren tevens onderdeel van de miljoenen slachtoffers veroorzaakt door de indoctrinatie van het fascisme en communisme. Demjanjuk’s advocaat noemden de ‘Wachmanner’ en joden ‘even grote slachtoffers’. Demjanjuk had namelijk geen keus. Hij werd overgeleverd aan de nazi’s en werd, indien hij niet meewerkte, met de dood bedreigd.
Stichting Sobibor Na de Tweede Wereldoorlog was het moeilijk als overlevende je verhaal kwijt te kunnen. Men wilde deze verschrikkelijk tijd zo snel mogelijk vergeten en zich richten op de wederopbouw. Naarmate de jaren verstreken, begonnen steeds meer oorlogsslachtoffers, waaronder Jules Schelvis, hun ervaringen op te schrijven. Jules Schelvis is een van de 18 Nederlanders die Sobibor heeft overleefd en tevens is hij de oudste Nebenkläger in het proces tegen Demjanjuk. In 1982 schreef hij over zijn eigen kampervaringen in het boek ‘Binnen de poorten’. Later, in 1993, volgde zijn wetenschappelijke werk ’Vernietigingskamp Sobibor’. Wegens de groeiende belangstelling voor kamp Sobibor, werd in 1999, wederom door Jules Schelvis, stichting Sobibor opgericht. Het doel van stichting Sobibor is de herinnering aan dit vernietigingskamp te laten voortbestaan. Dit kamp, waar 34.313 Joden uit Nederland zijn vermoord.
35
Oorlog & Recht
Het leven van... Esther Crombag Iedereen die ooit les van Esther heeft gehad zal zich haar nog wel herinneren. Niet zij, maar een hond kwam als eerste de lesruimte binnen gelopen, gevolgd door Esther zelf. Het eerste wat je dan ook verteld wordt is: “Jullie zien het goed ja, ik ben stekeblind!”. Hoe heeft ze haar studie kunnen voltooien met een beperking, hoe geeft ze les en wat doet ze naast het lesgeven nog meer? Ik zocht haar op en kreeg antwoord op al mijn vragen.
Eline Loeffen
Het begin van haar nieuwe wereld. Esther Crombag kwam op de wereld in 1974. Toen ze op haar 11e te horen kreeg dat ze een cyste op de kruising van haar oogzenuwen had, raakte ze binnen 3 dagen blind. Haar wereld stortte op dat moment in. Er lag een grote donkere wereld op haar te wachten en dat vond ze eng. Toch ging ze niet bij de pakken neer zitten. Ze had twee mogelijkheden, óf zielig thuis achter de geraniums zitten en een slachtofferrol innemen, óf kijken welke mogelijkheden en kansen er voor haar met deze beperking waren. Ze koos vol overtuiging voor het laatste. Ze is een jaar naar een blindeninstituut gegaan om braille te leren lezen en met een stok te leren lopen. Ze kon dit echter niet zonder de steun van haar ouders die haar altijd overal mee hielpen. Ze was echter niet van plan om lang in het blindeninstituut te blijven omdat het voor haar dan steeds moeilijker zou worden om te integreren in haar ‘nieuwe wereld’. Na een jaar op het instituut ging ze op zoek naar een reguliere middelbare school die het aan zou durven om haar les te geven. Ze dacht dat het erg moeilijk zou zijn om een dergelijke school te vinden aangezien ze in die tijd nog niet zo bekend waren met het lesgeven in braille. Al snel had ze een
36
school gevonden en ze begon aan haar middelbare school periode. Weliswaar op de mavo, waarvan ze wist dat dat enigszins onder haar niveau zou zijn, maar aangezien ze het braille lezen nog niet zo goed onder de knie had en ze nog niet helemaal gewend was aan haar ‘nieuwe wereld’, was ze blij dat het onderwijs niet te moeilijk was. Zo had ze meer tijd om te wennen aan het leven met een beperking. Doel was toch vooral om zich later zelf alleen te kunnen redden. Na de mavo ging ze naar de havo, welke opleiding ze met succes afrondde dankzij het grote vertrouwen dat iedereen in haar had. Haar vader was wiskundeleraar en hielp haar op alle mogelijke manieren om dingen zo goed mogelijk te begrijpen. Hij maakte voor haar brailletekeningen, kubussen en reliëftekeningen. Ze zou daarna het atheneum ook nog wel aangekund hebben maar omdat ze geen zin had om nog 2 jaar op de middelbare school te zitten, besloot ze te gaan studeren
Een studerende masseuse. Na de havo is ze naar de sociale academie in Sittard gegaan, waar ze een jaar sociaal juridische dienstverlening heeft gestudeerd. De helft van het studiepakket bestond uit juridische vakken en de helft uit
Jurist in Bedrijf
vakken zoals psychologie, sociologie en pedagogie. De studie vond ze wat te vaag dus besloot ze er na een jaar mee te stoppen. Toch was deze studie niet voor niets geweest, ze kreeg namelijk al snel in de gaten dat de juridische kant haar wel aansprak. Ze had er genoeg feeling voor en vooral staats –en bestuursrecht interesseerde haar enorm; hier wilde ze later wel haar beroep van maken. Het werd één van haar dromen om rechten te gaan studeren en ze besloot hier dan ook voor de volle 100% voor te gaan. Ze nam de beslissing om bij de Universiteit van Maastricht aan te kloppen om te vragen of ze daar aan haar studie rechten mocht beginnen. Na een gesprek met de studieadviseur, bleek dat hij haar wel een kans wilde geven om in Maastricht te gaan studeren. Hij was zelf erg geïnteresseerd in grondrechten en rechtsbeginselen en was dus ook een echte voorstander van gelijke rechten. Hij vond dat ook Esther een kans moest krijgen om te doen wat ze graag wilde. Deze kans greep ze met beide handen aan; ze wilde er ook alles aan doen om het tot een goed einde te brengen. Haar P haalde ze cum laude, met een 8/9 gemiddeld. Maar hoe kon ze dan studeren, want de universiteit had geen boeken in brailleschrift ?
Toen ze ging studeren wist ze dat ze zich moest onderscheiden van de rest van de studenten als ze later een baan wilde. Ze was van mening dat als ze allemaal zesjes zou halen en haar concurrente bij een sollicitatie ook allemaal zesjes had maar wel kon zien, ze eerder degene zouden kiezen die wel zou kunnen zien dan degene met een beperking. Ze moest zich kunnen differentiëren. Dit heeft ze gedaan door hoge punten te halen, meer vakken te volgen dan eigenlijk nodig was. Ze is zowel privaatrechtelijk als staats- en bestuursrechtelijk binnen 4 jaar cum laude afgestudeerd. Dit onder andere met hulp van vriendinnen die haar hielpen door dingen op bandjes in te spreken en dingen voor haar te kopiëren.
sagetafel en massageolies zodat iedereen die last had van rsi-verschijnselen op woensdag door haar onder handen kon worden genomen.
Van de Raio-opleiding naar docente Na haar studie was het een grote vraag of ze ergens een baan zou kunnen vinden. Kon ze met een beperking ook ooit een kans krijgen om te gaan werken? Zou ze in de maatschappij wel volwaardig worden opgenomen? Ze besloot de Raio-opleiding te volgen. Ze had ooit stage gelopen bij een rechter die blind was, ze besloot de gok te wagen en te kijken hoe ver ze zou komen met deze opleiding. Bovendien is Vrouwe Justitia niet voor niets geblinddoekt, dus ook iemand met haar beperking zou objectief en onbevooroordeeld kunnen rechtspreken. Tijdens de Raio-opleiding zat ze uiteindelijk bij de laatste 50 kandidaten, waarvan er 25 door mochten gaan. Helaas zat ze niet bij die laatste 25 kandidaten, met als reden dat ze toch nog iets te jong was (net 23 jaar). Ze vervloekte op dat moment alles en iedereen en ze was van mening dat ze gediscrimineerd werd vanwege haar beperking, maar later begreep ze dat het inderdaad te vroeg was geweest voor haar.
Wat nu? Ze wilde wel iets in het juridische vak gaan doen, dus besloot ze een open sollicitatie te sturen naar de Universiteit van Maastricht. Het voordeel was dat ze haar daar al kenden en dat ze wisten waar ze aan toe waren. Ze wisten wat ze aan haar hadden en dat ze ontzettend hard werkte. Ze wisten dat haar beperking geen probleem zou vormen en ze werd dan ook meteen aangenomen als docente staats- en bestuursrecht.
Oorlog & Recht
Ze vertelde me dat ze alle blokboeken en boeken opstuurde naar Amsterdam waar een speciale braillebibliotheek zat. Deze bibliotheek zette alle handboeken voor haar om in braille. Bovendien had ze een speciale braillelaptop met een leesregel, die ze nu nog steeds gebruikt. De computer zendt elektronisch seintjes naar die leesregel zodat ze in staat is haar mails en andere teksten te lezen. Het wetboek heeft ze op een cd-rom staan. Zodra ze deze in de computer stopt kan ze via de leesregel de wetten lezen. Bovendien bevat haar computer allerlei snelfuncties zodat ze op een eenvoudige manier zonder muis mails kan versturen en de laptop kan gebruiken voor alles wat ze maar wil.
Ze werkt nu al 12 jaar op de universiteit. Nu ze lesgeeft worden al haar blokboeken, tutorinstructies en dergelijke omgezet in braille zodat ze net als ieder ander gewoon les kan geven.
Meervoudig Nederlands kampioene en het lezingencircuit. Toen ze aan haar tiende jaar als docente op de Universiteit van Maastricht was begonnen, zocht ze naar een nieuwe uitdaging in haar leven. Ze vond lesgeven ontzettend leuk maar het moest geen sleur worden. Aangezien ze het nog te vroeg vond voor de rechterlijke macht en het schrijven van een proefschrift niet goed van de grond kwam, ging ze zich richten op de topsport. Al een aantal jaar doet ze nu aan wielren-
Naast haar rechtenstudie heeft ze lange tijd bij een rechtswinkel gewerkt en tevens een opleiding sportmassage gedaan. Mocht het niet lukken met haar juridische carrière dan wilde ze altijd iets achter de hand hebben. Zo heeft ze haar sportmassage capaciteiten lange tijd op haar collega’s en de werknemers van de Universiteit van Maastricht uitgeoefend. Op de universiteit had ze een eigen kamertje met een mas-
Jurist in Bedrijf
37
25 november 2010...
...maak jij het nieuws van de dag. Het kabinet werkt aan nieuwe plannen voor de komende jaren. Het ministerie van Financiën is daarbij nauw betrokken. Geld kan maar één keer uitgegeven worden, dus het is van belang dat de juiste keuzes worden gemaakt. Logisch dat de pers daar bovenop zit. De minister heeft advies nodig. En snel ook.
Werken bij het Rijk. Als je verder denkt www.werkenbijhetrijk.nl
Tijdens de Studentendag 2010 sta je oog in oog met de minister en de staatssecretaris van Financiën. Je werkt aan een echte case, met alle media-aandacht van dien. En je maakt kennis met een interessante werkgever. Een jonge organisatie waarin nieuw talent direct wordt beloond met een flinke dosis verantwoordelijkheid. Bij Financiën tel je meteen mee. Schrijf je in voor 15 november 2010 Wat betreft je profiel: je bent eindejaars bachelor- of masterstudent algemene, bedrijfs- of fiscale economie. Ook met Nederlands of fiscaal recht en met bestuurskunde ben je van harte welkom, net als met iedere andere studie met het vak openbare financiën. Dus: heb je interesse in het financieel nieuws? En wil je op 25 november 2010 zelf het nieuws van de dag maken? Schrijf je dan vóór 15 november 2010 in via www.studentendag.nl.
Oorlog & Recht
nen op een racetandem. Ze heeft al drie keer meegedaan aan een WK, een keer aan een EK en ze is meervoudige Nederlands kampioene zowel op de weg als met tijdrijden. Haar droom is om mee te doen aan de Paralympics in Londen in 2012. Begin vorig jaar begon het weer te kriebelen. Ze wilde iets anders dan alleen lesgeven en topsport. Ze solliciteerde naar de functie van studieadviseur en stagebegeleider maar dit is uiteindelijk niks geworden. Gelukkig kwam toen heel toevallig het lezingencircuit op haar pad. Ze werkt nu sinds vorig jaar tevens voor het Assemblee sprekersbureau in Maastricht. Daar zijn onder meer Annemarie van Gaal (presentatrice dubbeltje op zijn kant), Gerd Leers en Jaap de Hoop Scheffer sprekers met wie ze vaak in contact komt. Deze bekende Nederlanders zijn allemaal in dienst bij het Assemblee zodat ze vervolgens door bedrijven uitgenodigd kunnen worden om daar een lezing te houden. Esther zelf geeft lezingen over ‘Blind faith’.
Blind vertrouwen in elkaar, hoe ga je om met tegenslagen in je leven, over een positieve levenshouding, vitaliteit en goede communicatie. Mocht het bijvoorbeeld zo zijn dat werknemers op een afdeling niet meer goed werken of niet meer gemotiveerd zijn, dan komt Esther een lezing houden om de werknemers weer te inspireren en te motiveren. Ze heeft onder andere lezingen gegeven bij MeesPierson, de Rabobank, de brandweer etc. Het is dus heel divers, zowel grote, middelgrote als kleine bedrijven komen aan bod. Het lezingencircuit vindt ze tot nu toe nog heel leuk, maar ze verwacht dat dit over 10 jaar ook wel kan gaan vervelen. Op dit moment kan ze al haar onderwerpen nog omzetten naar gebeurtenissen uit haar leven, maar dadelijk zal het moeilijk worden om steeds weer iets nieuws te bedenken. Op dit moment heeft ze het lekker druk en hier is ze ook blij mee, hoe drukker ze het heeft hoe beter ze
Jurist in Bedrijf
functioneert. Ze zal in haar leven altijd op zoek blijven gaan naar uitdagingen. Ze vindt de juridische kant van haar leven erg leuk, maar aangezien ze niet zeker weet of ze een juriste pur sang is, wil ze er altijd iets naast blijven doen. Ze wil een focus in haar leven hebben, een doel. Ze heeft veel doorzettingsvermogen nodig gehad om te komen waar ze nu is, maar naast doorzettingsvermogen ook geluk, steun, de capaciteiten en goede sociale vaardigheden. Je moet kansen creëren en ze daarna ook grijpen, het komt niet allemaal zomaar aanwaaien, je moet gaan voor de dingen die je wilt bereiken. Of ze alles al in haar leven heeft gedaan wat ze wilde doen? Zeker niet, er is nog de droom van Londen 2012, de droom om nog meer bekentenis te krijgen in het lezingencircuit en altijd nog wel de stille droom om toch nog ooit rechter te worden. Dus ze blijft lekker doorgaan en wie weet zullen wij haar eerste droom van Londen 2012 met eigen ogen kunnen zien.
39
Oorlog & Recht
Scriptiedossier De strijd om lesbisch ouderschap. De strijd is gestreden en gelijke rechten lijken te zijn verkregen. Hier kan gedoeld worden op een verband tussen de protesten van dr. King en de aanstelling van Obama als president van de V.S, maar niets is minder waar. We hebben het over een strijd die gestreden wordt op het Nederlandse juridische toneel, een strijd die voor sommigen van ons slechts ver van ons af staande materie is en voor anderen, de alledaagse werkelijkheid.
Noortje Lut Het JiBulletin dat voor u ligt staat volledig in het teken van oorlog. Vandaag de dag is oorlog natuurlijk een hot-item: de oorlog in Irak en de oorlog tegen het terrorisme spelen een grote rol in het dagelijks leven van vele wereldburgers. Maar naast bijvoorbeeld de strijd tegen terrorisme is er natuurlijk ook op andere rechtsgebieden sprake van oorlog / strijd. Hiermee doel ik op de strijd waar mijn bacheloressay op gebaseerd is. Deze strijd is de strijd van lesbische ouderparen die graag gelijke rechten willen met betrekking tot ouderschap. Ouderschap is niet voor iedereen van nature of van rechtswege weggelegd. Sommige mensen proberen een significant deel van hun leven zwanger te raken en derhalve wordt natuurlijk ook het motto “als je het maar mag beleven” gehanteerd. Want een deel van die mensen die het zo lang probeert, slaagt nooit. Een ander deel van de wereldpopulatie kan biologisch gezien geen kinderen met elkaar krijgen: bijvoorbeeld de lesbische- of homoseksuele ouderparen. Deze (hopelijk toekomstige ouders) dienen door middel van in vitro fertilisatie, andere kunstmatige zwangerschappen of adoptie ouder te worden.
Het ouderschap Juridisch vaderschap is in Nederland duidelijk geregeld in artikel 1:199 BW. Een man kan op veel verschil-
40
lende manieren vader worden waaronder de gerechtelijke vaststelling van zijn vaderschap. Een kind en een moeder kunnen om de vaststelling van vaderschap verzoeken en dit kan door de rechter vastgesteld worden, al dan niet na enig DNA-onderzoek. Het DNA-onderzoek vindt dan plaats op de afdeling voor vaderschapsonderzoek bij Sanquin diagnostiek te Amsterdam: dé autoriteit op dit ge-
geboekte overwinning - het is maar van welke kant je het bekijkt – vloeit onder andere voort uit een arrest van de Hoge Raad waarin de Raad stelt dat vrouwen en kinderen in geval van ontbreken van de gerechtelijke vaststelling, achtergesteld worden. Zij zijn in het geval dat gerechtelijke vaststelling niet bestaat overgeleverd aan de “wil en gril” van de man. Nu op 1 april 1998 de nieuwe wet
"Zij zijn in het geval dat gerechtelijke vaststelling niet bestaat overgeleverd aan de “wil en gril” van de man" bied. Voor homoseksuele ouderparen is het dus mogelijk dat één man van rechtswege de biologische vader is en dat de andere man het kind erkent of zijn vaderschap gerechtelijk vast laat stellen door de rechter. Nu is het, in het licht van het woord “strijd”, op zich al interessant dat de gerechtelijke vaststelling van vaderschap zoals wij die vandaag de dag kennen, het directe product is van een eerder geleverde strijd. Vrouwen en kinderen van mannen die een kind weigerden te erkennen, om economische of andere redenen, konden het vaderschap van deze man vroeger niet laten vaststellen. Nu is dat wel mogelijk gemaakt, wellicht onder het mom “Niet goedschiks, dan maar kwaadschiks”. Deze
Jurist in Bedrijf
in werking is getreden zijn vrouw en kind onafhankelijk van die zogenaamde “wil en gril” en is die strijd dus gewonnen. Dan weer terug naar de lesbische ouders, ook wel duomoeders. Voor vrouwen bestaan de mogelijkheden zoals die voor mannen bestaan, niet. Althans, zij kan het kind niet erkennen en haar moederschap kan niet gerechtelijk worden vastsgesteld. Deze wettelijke lacune is de exacte oorzaak van de strijd en juridische lobby die in mijn essay centraal stond. Mijn interesse omtrent dit onderwerp (lesbisch ouderschap en afstammingsrecht in zijn algemeenheid) was om meerdere redenen gewekt: vandaag de dag leven wij in een maatschappij die homoseksu-
beek. Deze commissie Kalsbeek bekeek de toenmalige wettelijke structuur en schreef in haar verslag wat de mogelijkheden waren voor een mogelijke herstructurering. Hoofdpunt van het verslag van de commissie Kalsbeek ten aanzien van het lesbisch ouderschap was dat de wet-
"Om te zeggen dat het vanzelfsprekend zou zijn gaat mijlen te ver, want vanzelfsprekend is het allerminst" zelfs binnen de homoseksualiteit in relatie tot het ouderschap bestaan verschillen. Daarnaast is het afstammingsrecht van vandaag de dag relatief uitgebreid geregeld en wilde ik graag orde in de chaos scheppen en zien welke gevolgen een nieuwe wettelijke ontwikkeling exact had.
De motie Pechtold Alexander Pechtold (D66) stelde in zijn motie van 18 januari 2007 dat kinderen van lesbische ouders jarenlang in juridische onzekerheid leven omtrent hun afstamming. Dit is het directe gevolg van een jarenlange kostbare en tijdrovende procedure: het adoptieproces. Pechtold pleitte in deze zelfde motie voor een herziening van het afstammingsrecht in die zin dat zowel het kind als de lesbische ouder/duomoeder meer rechten krijgt en hen een adoptieprocedure bespaard wordt. Volgens Pechtold was het zelfs zo erg de toenmalige juridische structuur een inbreuk maakte op het gelijkheidsbeginsel van artikel 1 grondwet. Voor mannen bestonden immers in het zelfde geval, namelijk de wens tot ouderschap, meerdere regelingen waar die voor vrouwen ontbraken. De stelling van Pechtold deed genoeg stof opwaaien om in 2007 een commissie inzake Lesbisch Ouderschap en Inter-landelijke Adoptie aan te stellen onder leiding van Ella Kals-
gever de vrouw ook de mogelijkheid tot erkenning moest gaan bieden. Een doorbraak op dat gebied.
Het wetsvoorstel inzake lesbisch ouderschap Naar aanleiding van de commissie Kalsbeek werd een wetsvoorstel inzake lesbisch ouderschap/duomoederschap gedaan door de minister van justitie. Dit wetsvoorstel had echter veel verdere juridische gevolgen voor ogen dan de commissie Kalsbeek ooit had. De commissie was van plan om erkenning door vrouwen ook mogelijk te gaan maken en het wetsvoorstel wilde zelfs lesbisch moederschap van rechtswege mogelijk maken. De doorbraak was dus groter dan voorzien. De uiteindelijke uitkomst van het wetsvoorstel van de minister van justitie zal grote impact hebben in de, zoals ik het maar gemakshalve noem, Nederlandse Lesbische Ouder Scene. Zij zullen een gelijk recht behalen ten aanzien van hun homoseksuele broeders.
Het DNA-onderzoek De grootste misvatting die ik had en die bestaat, is dat in gevallen van gerechtelijke vaststelling van ouderschap altijd sprake is van een DNA-onderzoek. Zoals gezegd vindt DNA-onderzoek plaats wanneer de rechter dit beveelt. Dit bevel kan ambtshalve plaatsvinden en op ver-
Jurist in Bedrijf
zoek van moeder of kind, vader wordt uitgesloten. Het doel van DNA-onderzoek is logischerwijs dat vast komt te staan dat een persoon biologisch verwant is aan een andere persoon, in dit geval het kind. In gevallen van homoseksuele relaties - huwelijk/geregistreerd partnerschap etc. – is deze biologische band uitgesloten. Één man of vrouw is de biologische vader, dan wel moeder van het kind en de andere man of vrouw is dit simpelweg niet. Voor deze stelling ga ik uit van de basale biologische kennis van de lezer.
Oorlog & Recht
aliteit meer en meer pretendeert te accepteren en voor homoseksuele mannen bestaat dus ook genoeg juridische speling om ouderschap te doen ontstaan. Frappant is het dan dat lesbische ouderparen nog niet genoeg juridische grond hebben om hun ouderschap te realiseren. Dus
Een gerechtelijke vaststelling van ouderschap staat in die zin los van DNA-onderzoek dat niet geprobeerd wordt om een biologische werkelijkheid te creëren maar alleen een juridische werkelijkheid. Men is soms, zoals in homoseksuele relaties, niet eens geïnteresseerd in de biologie maar alleen maar in het juridische aspect: verkrijging van ouderschap.
De conclusie Voor de Nederlandse lesbische samenleving is er dus zonder meer sprake van een positieve verschuiving op het gebied van ouderschap. Waar de lesbische moeder vroeger alleen kon fantaseren over het gemak waarmee zij en haar vriendin/ vrouw ouder werden, daar heeft zij nu diverse mogelijkheden om zulk ouderschap mee te doen ontstaan. Ik ben van mening dat deze achterstelling, want dat was het, al jaren geleden verholpen had moeten worden. Om te zeggen dat het vanzelfsprekend zou zijn gaat mijlen te ver, want vanzelfsprekend is het allerminst. Punt is wel dat ik de bescheiden mening ben toegedaan dat vrijwel iedereen ouder moet kunnen worden wanneer dat zijn of haar hartenwens is. Daarnaast is de scheiding tussen homoseksueel- en heteroseksueel ouderschap in mijn wereld uit den boze, laat staan dat er verschillen bestaan tussen de homoseksuele ouderschappen.
41
Oorlog & Recht
International Criminal Court Het eerste arrestatiebevel tegen een zittend regeringsleider Oorlogsmisdaden zijn onlosmakelijk verbonden met het thema Oorlog en Recht. We staan dan ook uitgebreider stil bij het Internationaal Strafhof (ICC). Dit is een permanent hof voor de vervolging van personen die verdacht worden van oorlogsmisdaden en misdrijven tegen de menselijkheid. Het Strafhof heeft op 4 maart 2010 een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de Soedanese president Omar al-Bashir wegens misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden in Darfur. Nooit eerder is tegen een zittend regeringsleider een arrestatiebevel uitgevaardigd.
Raymond Canisius Eline Loeffen Oprichting Het Internationaal Strafhof is opgericht bij het Statuut van Rome. Het is een permanent hof, met als doel de berechting van ernstige misdrijven waaronder; genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er mede naar aanleiding van de processen in Neurenberg en Tokio de behoefte om een internationaal strafhof op te richten. Met de oprichting van dit hof moest de straffeloosheid in de wereld bestreden worden. Tribunalen zoals het Joegoslavië Tribunaal en het Rwanda Tribunaal zijn onder andere opgericht om de slachtoffers genoegdoening te geven en de daders niet ongestraft te laten. Deze tribunalen waren enkel op één conflict gebaseerd en voor een bepaald tijdsbestek. Met de ervaringen van deze tribunalen werd uiteindelijk op 17 juli 1998 het Internationaal Strafhof een feit door de ondertekening van het Statuut van Rome.
Het Strafhof behandelt alleen zaken als het land waar het misdrijf is gepleegd, of het land waar de dader uit afkomstig is, bij het Strafhof is aangesloten. In principe mag het land zelf ook tot berechting overgaan. Komt het Strafhof er echter aan te pas dan is het voorwaarde dat de staat waarin het misdrijf is gepleegd, of waar de dader vandaan komt, niet in staat is de zaak te onderzoeken of te behandelen. Misdrijven die behandeld worden moeten na 1 juli 2002 gepleegd zijn. De Veiligheidsraad kan het Strafhof echter de opdracht geven om onderzoek te doen naar een land dat het Statuut niet heeft geratificeerd. Tevens kan de Veiligheidsraad bepaalde vervol-
Het Strafhof, gevestigd in Den Haag is een onafhankelijke internationale organisatie, en is dus geen onderdeel van de Verenigde Naties. Het Hof wordt gefinancierd door staten die partij zijn bij het statuut, vrijwillige bijdragen van regeringen, internationale organisaties, particulieren en bedrijven.
42
Jurist in Bedrijf
gingen laten opschorten, als zij dit in het belang van de vrede acht. Het Internationaal Strafhof moet echter niet verward worden met het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Dit Gerechtshof oordeelt namens de Verenigde Naties over geschillen tussen staten.
Structuur van het Internationaal Strafhof De gerechtelijke afdelingen bestaan uit achttien rechters onderverdeeld over de ‘Pre-Trial Division’, the ‘Trial Division’ and the ‘Appeals Division’. De ‘Pre-Trial Division’ speelt een belangrijke rol in de eerste fase van het proces, tot het moment waarop de
aanklager de bevestiging krijgt dat hij de zaak mag voortzetten. De ‘Trial Division’ heeft tot doel uitspraak te doen in de zaak en daarnaast toezicht te houden op een eerlijk proces dat zonder vertraging verloopt. Het proces moet worden uitgevoerd met volledige eerbiediging van de rechten van de verdachte. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de bescherming van slachtoffers en getuigen. Bij de ‘Appeals Division’ kan de officier van justitie in beroep gaan tegen een uitspraak op grond van procedurele fouten, feitelijke onjuistheid of een onjuiste rechtsopvatting. Iedere sector is verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkzaamheden van het Hof in verschillende stadia. De toewijzing van rechters aan een sector is afhankelijk van de kwalificaties en ervaringen van de rechters. Wanneer er sprake is van een misdrijf die onder de jurisdictie van het Strafhof valt, wordt dit kenbaar gemaakt bij de ‘Office of the Prosecutor’. De aanklager neemt deze misdrijven in behandeling en is verantwoordelijk voor het uitvoeren van onderzoek en de vervolging door het Hof.
President Omar Hassan al-Bashir van Soedan Het Internationaal Strafhof heeft op 4 maart 2010 een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de Soedanese president Omar al-Bashir wegens
misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden in Darfur. Tijdens het conflict in Darfur zijn er ruim 300.000 mensen omgekomen. AlBashir heeft als president het bevel over de strijdkrachten en wordt in die rol verdacht van criminele verantwoordelijkheid voor het bewust aanvallen van een groot deel van de burgerbevolking van Darfur. De aanklacht is een stap voorwaarts in het Internationale recht, nooit eerder is een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen een zittend regeringsleider. Hoewel Soedan zich niet heeft aangesloten bij het Internationaal Strafhof, zijn ze toch bevoegd om alBashir te vervolgen. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft de zaak al-Bashir namelijk aanhangig gemaakt. Het Statuut van Rome maakt het mogelijk dat een land dat het Statuut niet heeft geratificeerd moet meewerken als de zaak door de Veiligheidsraad is aangebracht. Geldt er dan geen immuniteit voor zittende staatshoofden en regeringsleiders? Het Internationale Gerechtshof heeft in een uitspraak uit 2002 bepaald dat er inderdaad immuniteit geldt voor deze categorie personen. Het Statuut van Rome bevat echter een bepaling dat zittende staatshoofden wel degelijk vervolgd kunnen worden. Dit is bindend voor de staten die het Statuut hebben geratificeerd.
Jurist in Bedrijf
Oorlog & Recht
In juli vorig jaar vroeg aanklager Ocampo de rechters een arrestatiebevel uit te vaardigen tegen president al-Bashir. Dit leidde tot protesten, van onder andere de Arabische Liga en de Afrikaanse Unie, uit angst voor aanwakkering van het geweld in Soedan als Bashir vervolgd zou worden. Dit argument wordt tegengesproken door het feit dat de Veiligheidsraad weet wat het doet. Het is het orgaan dat de vrede bewaakt en ook in deze zaak een goede afweging heeft gemaakt tussen vrede en gerechtigheid. Zijn staten dan verplicht om mee te werken aan de arrestatie van al-Bashir? Dit zijn ze alleen verplicht wanneer ze aangesloten zijn bij het Internationaal Strafhof. Dit geldt niet voor de staten die het Statuut niet hebben geratificeerd. De regering van Soedan weigert elke vorm van medewerking met het Strafhof. De griffier van het Strafhof gaat alle gebonden staten om medewerking vragen bij de arrestatie van al-Bashir. Het Strafhof beschikt niet over een politiemacht en is zodoende afhankelijk van staten om verdachten te arresteren. Als Soedan en andere landen weigeren mee te werken bij de arrestatie, zal de griffier de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties om maatregelen vragen. De Veiligheidsraad kan aan alle staten een dwingende oproep doen tot medewerking aan de arrestatie. Wanneer en of Al-Bashir daadwerkelijk gearresteerd zal worden, is niet zeker. Tot nu toe heeft geen van de aangesloten landen bij het Strafhof zijn bereidheid getoond tot medewerking aan het arrestatiebevel. Een laatste optie die Ocampo heeft, is de Veiligheidsraad aansporen om gebruik te maken van de dwingende maatregel die opgelegd kan worden aan alle staten. Rusland, een van de landen met het vetorecht in de Veiligheidsraad, ziet dit als een gevaarlijk precedent en zal tegenstemmen. Kortom, zoals het er nu uitziet wordt dit een lang te bewandelen weg.
43
Oorlog & Recht
of America Tower’. Alle masterstudenten volgen hier hun vakken en hebben dus geen onderwijs op de campus.
Groeten uit... Hong Kong
Dikkie Engelen Hong Kong, de stad waar Oost en West elkaar ontmoeten, de stad wiens naam ‘Geurige Haven’ betekent, een voormalig Britse kolonie, maar sinds 19 juli 1997 in de boeken staat als Speciale Bestuurlijke Regio Hongkong van de Volksrepubliek China, ook wel het systeem ‘one country, two systems’ genoemd... de stad waar ik sinds augustus 2010 tijdelijk woon! Gedurende mijn studieperiode in Maastricht ontstond langzaam maar zeker het idee om een periode in het buitenland te gaan studeren. Gezien ik mijn master Privaatrecht bijna heb afgerond, werd het tijd dat ik dit idee werkelijk zou gaan realiseren. Begin februari 2010 ontving ik dan ook het positieve bericht dat ik ingeloot was voor een exchange-program in Hong Kong. Concreet betekende dit dat ik vanaf september voor de duur van één semester zou gaan studeren aan de Chinese University of Hong Kong (CUHK). Voorafgaand aan deze ‘reis’ moesten er uiteraard een aantal zaken geregeld worden. Zo heb ik in maart mijn vakken gekozen, de formulieren voor het studentenvisum ingevuld en woonruimte gezocht. De
44
campus van de CUHK ligt in het noorden van Hong Kong. Deze campus is echt enorm, het is dan ook een stad op zich. Zo is er een supermarkt, kapper, diverse kantines voor eten & drinken, gebouwen met dorms voor de studenten, maar ook voor de professoren. Echter, vanuit de CUHK werd al aangeven dat er voor mij als masterstudent eigenlijk geen plaats was op de campus, dus heb ik het befaamde google gebruikt
Cultuurshock, dit woord kan ik gerust gebruiken als omschrijving van mijn eerste week in Hong Kong. Allereerst was de jetlag groot, een hard Chinees bed om in te slapen was dan ook niet bevorderlijk. Het Chinese ontbijt bestaat (verrassend genoeg) uit.. noodles. Aangezien ik in Nederland altijd uitgebreid ontbijt met o.a. kellogs en fruit, hetgeen hier verkrijgbaar is tegen een hoge prijs, was ik genoodzaakt om mijn ontbijtpatroon aan te passen; fruit en ‘lifebread’ (lees: casinobrood). Gelukkig heb ik een broodmachine kunnen lenen van een vriend van mij die hier al studeerde, dus met het weinige beleg dat hier verkrijgbaar is red ik het prima. Hier moet ik trouwens wel bij vermelden dat er verschillende internationale supermarkten zijn waar je ook westerse producten kunt kopen, die drie keer over de kop zijn gegaan qua prijs. Het klimaat is het tweede punt waar ik aan heb moeten wennen. Tot eind september heerst de Moessonperiode, waarin regenbuien eerder regel
“Tot eind september heerst de Moessonperiode, waarin regenbuien eerder regel dan uitzondering zijn” om een woonruimte te zoeken. Eind juni heb ik uiteindelijk voor een appartement in downtown Kowloon getekend. Dit serviced appartement bevalt prima; het is ruim genoeg en de locatie is geweldig; midden in Kowloon, het vasteland van Hong Kong en dichtbij een metrostation. Kowloon is nog echt Chinees en lekker toeristisch druk. Met de metro (MTR) ben ik binnen 15 minuten bij het Graduate Law Centre, gelegen op Hong Kong Island in de ‘Bank
Jurist in Bedrijf
dan uitzondering zijn. Een paraplu was dan ook snel gekocht. (die men hier trouwens ook als bescherming tegen de zon gebruikt) Daarna zakt de temperatuur van 33 graden geleidelijk naar 16 graden in december. De airco in de winkels begin ik zelf als koud te ervaren! Ook het woord ‘metropool’ kan ik gerust gebruiken. Hong Kong bestaat uit 4 delen; Hong Kong Island, Kowloon, New Territories en Lan-
Hong Kong mag dan wel een voormalige Britse kolonie zijn, daar is tegenwoordig nauwelijks meer iets van te merken, op de straatnamen en de dubbeldek bussen na dan. Er wordt met name Cantonees gesproken op straat en het barst er van de Chinese eetgelegenheden die diverse gerechten met rijst en noodles aanbieden. Een traditioneel Cantonees diner bestaat uit vele gangen, waarbij telkens een aantal gerechten op tafel geserveerd worden die men dan met elkaar deelt. Zo wordt er bijvoorbeeld een gehele kip (met hoofd), een gestoomde vis en rijst, noodles en als dessert bonensoep geserveerd. Hong Kong is ook de stad van de grote contrasten. Als nummer drie
Zoals al eerder aangeven loop ik momenteel vier vakken. De eerste week van het semester wordt ook wel de ‘add/drop-period’ genoemd; je mag vakken laten vallen of juist toevoegen. Ik heb dan ook dankbaar van deze mogelijkheid gebruik gemaakt met als resultaat dat ik momenteel de volgende vakken volg: ‘Law of International Business Transactions, Transnational-Legal Problems, Principles of Land Law en Principles of Intellectual Property’. De vakken zijn erg interessant en de kwaliteit van onderwijs is goed. De faculteit is pas 2 jaar oud en is qua faciliteiten dan ook erg nieuw. Er zijn veel buitenlandse professoren en het Engels is goed. In Maastricht is een semester opgedeeld in 2 blokken met in ieder blok 2 vakken, in Hong Kong hanteren ze een ander systeem; in 1 semester dien je 4/5 vakken te volgen. Daarnaast zijn de onderwijsmethodes verschillend. Voor ieder vak heb ik 3 uur college per week en that’s it. Een pgo-systeem en discussiëren in onderwijs is er niet. Opvallend is ook dat Chinezen erg verlegen zijn. Als er een vraag aan hen wordt gesteld staan ze verschrikt op om antwoord te geven! Buitenlandse studenten daarentegen hebben een pro-actieve houding. Mede door deze verlegen houding van de Chinezen is het erg moeilijk om contact met hen te krijgen, contact leggen
Jurist in Bedrijf
met exchange-studenten gaat veel makkelijker. Door deze contacten kom ik in aanmerking met andere culturen en diverse onderwijssystemen, erg interessant! Uitgaan in Hong Kong is voornamelijk gecentreerd in ‘Lan Kwai Fong’, een straat vol met barretjes en discotheken. Zo is er bijvoorbeeld de Russische ijsbar; met een bontjas aan vodka drinken! Voor 60 Hong Kong Dollar (ongeveer 5,5 euro) heb je hier een halve liter bier. Verder is karaoke erg populair en zijn de ‘horse races’ geliefd.
Oorlog & Recht
tau Island. In totaal wonen er ruim 7 miljoen mensen. Om met Maastricht te vergelijken; mijn buurt (Kowloon) is even groot als het centrum van Maastricht. Op iedere hoek van de straat vind je een seven/ eleven, dan wel een Starbucks/Pacific Coffee Company en de winkels zijn hier tot ’s-avonds laat open. Verder heb je hier ook winkelcentra’s vol met winkels van dure merken; Prada, Chanel en rijen mensen voor de Louis Vuitton. Gezien het feit dat dergelijke spullen in Mainland China vaak ‘fake’ zijn, komen vele rijke chinezen naar Hong Kong om hier hun inkopen te doen. De straatmarkten in Hong Kong kenmerken zich daarentegen wel als de verkoopplaats van fake-producten. Veel locals hebben hier dan ook de ‘ChinaPhone 4’.
in de lijst van de grootste financiële handelscentra ter wereld, waar enorme wolkenkrabbers bij bosjes uit de grond worden gestampt tegenover de woonruimtes van de armere Chinese bevolking, die in huisjes gebouwd van aluminium platen leven. Ook staat de Filippijnse bevolking die hier voor een hongersloon werkt, veelal als nanny of straatveger, in groot contrast met de bewoners van dure appartementen in de Mid-Levels (wijk op Hong Kong Island, waar veelal expats wonen). Tevens kan ik een dag naar strand om de drukte van de stad te ontlopen.
Tot op heden heb ik veel rondgereisd, op moment van schrijven ben ik net terug uit het Las Vegas van Azië: Macau. Met de ferry is dit schiereiland binnen 70 minuten bereikbaar en kom je in aanraking met de Portugese cultuur (voorheen Portugese kolonie) en de grote hotels met hun gokcultuur. In december heb ik tentamens (zelfs in de avond!), daarvoor wil ik o.a. nog naar Shanghai om daar de World Expo te bezoeken. Ook ligt Taiwan verleidelijk dichtbij, dus wie weet wordt dit ook een reisbestemming als het geld nog niet op is, want leven in Hong Kong is duur, maar iedere dollar is het waard om in deze geweldige Metropool te wonen!
45
Waarde lezer, Inmiddels is het nieuwe studiejaar weer in volle gang. Terwijl het wennen aan tutorials en colleges jullie bezighield waren wij aan het wennen het nieuwbakken bestuur te zijn. De afgelopen zomer hebben wij zeker niet stilgezeten dus de overgang van bestuur f.t. naar bestuur h.t. was niet zo drastisch. Wanneer je echter in je zomervakantie naast het liggen bruinen op een strand je bezighoudt met plannen in werking zetten is de formaliteit f.t. naar h.t. zeker een mooi gevoel! De afgelopen weken hebben ons al mooie herinneringen opgeleverd. We hebben zusterverenigingen ontmoet en mee gefeest op constitutieborrels en besturendagen. De werknemers van onze sponsoren op informele wijze leren kennen tijdens een diner of barbecue en onze eerste maandelijkse borrel heeft plaatsgevonden. Verder staan
symposia op ons programma als ook het LOF-congres. Alle fiscale studieverenigingen van het land zijn aangesloten bij het Landelijk Overleg Fiscalisten en alle fiscalisten (in spé-) kijken al uit naar deze dag. Wat zeker het vermelden waard is en waardoor wij nog meer zin hebben in ons bestuursjaar is het feit dat dit een speciaal jaar is voor FIRST. Komend jaar bestaan wij 20 jaar en in het voorjaar gaan wij uitbundig ons 4e lustrum vieren gedurende een week vol activiteiten. Voor jou als lezer is het alvast leuk om te weten dat er naast activiteiten voor leden en alumni wederom een open feest georganiseerd gaat worden! Afgelopen jaar vond ons Symposium plaats. Dit betekent dat er dit jaar voor actieve leden weer een studiereis op de agenda staat. Twee jaar geleden was NYC de bestemming dus we zijn erg benieuwd waar de reiscommissie ons komend jaar heen zal verschepen!
Wat ons jaar ook zeker speciaal maakt is het LOF-gala. Elk jaar wordt in februari een landelijk gala georganiseerd waarbij na een uitgebreid diner de voetjes van de vloer zullen gaan op een sfeervolle locatie. Naast onze fiscale zusterverenigingen zullen ook vele bekende kantoren, in ieder geval bij het diner, aanwezig zijn. Dit jaar hebben wij, FIRST Maastricht, de eer om te bewijzen dat wij een geslaagd evenement kunnen neerzetten. Rest mij alleen jullie allen succes te wensen met jullie studie en wanneer je op te hoogte wil worden gehouden van onze activiteiten bekijk dan regelmatig onze nieuwe website www.firstmaastricht.nl! Namens FIRST Maastricht, Met vriendelijke groet, Chivanne Peeters Secretaris
ELSA, the European Law Student Association, is the biggest European network of law students, which was founded in 1981 by four law students from Austria, Hungary, Poland and in what was then West Germany. Today, ELSA is represented at nearly 200 law faculties in 41 countries across Europe. Therefore, this association can be described as an international active student platform, which stimulates legal and cultural exchange. Furthermore, ELSA is an independent, non-political and non-profit organisation run for and by students and recent graduates who are interested in law and are dedicated to international issues. ELSA offers several seminars and conferences, such as the ELSA law school, where legal topics are discussed that are usually not included in the curricula of universities. ELSA Maastricht is part of ELSA’s international network. Our goal is to provide law students in Maastricht with the chance to broaden their legal horizon, for example by getting to know International and European institutions. As a member of ELSA Maastricht, you will not only get put into contact with legal professionals but will also meet other law students from other ELSA subsidiaries. Hence, our activities comprise a large variety of academic and professional events such as conferences, speeches and trips (e.g. Den Haag, Brussels and Hamburg/Berlin). Together with Studium Generale, ELSA Maastricht prepared the Science Café in the Selexys bookstore, which will take place on October 5. The Science Café discussion will cover topics such as ‘Comparing Criminal Policy and the Effectiveness of Punishment’. Additionally, in cooperation with Ouranos, ELSA will organize the European Law Student Career Day in order to offer students and possible future employers the opportunity to familiarize themselves with one another. On top of that, members of ELSA Maastricht get the chance to participate in the international ELSA events in order to intensify their legal knowledge. On a final note, ELSA Maastricht provides its members with information and help on traineeships abroad through the Student Trainee Exchange Program (STEP). Our first trip this year will be the traditional ELSA trip to Brussels in November. We are looking forward to seeing you there!
46
Jurist in Bedrijf
Geachte lezer, Op moment van schrijven is het academisch jaar twee weken bezig. De facultaire introductiedagen zijn geweest en de eerste activiteiten van Ouranos hebben plaatsgevonden. Tijdens de facultaire introductiedagen hebben wij een borrel, met cocktailbar in de tuin verzorgd. In de eerste week van het jaar hebben de snelleescursus en de Welcome (back) Party plaatsgevonden. Terugkijkend op deze activiteiten kan ik zeggen dat ze allemaal geslaagd waren. De tuin stond vol met studenten tijdens de borrel en de Feesbefrik was helemaal uitverkocht tijdens het feest! Afgelopen weekend heeft de Law Student Intro plaatsgevonden in Bree. Een zeer geslaagd weekend
waar veel nieuwe studenten elkaar hebben leren kennen en waar zij in contact zijn gekomen met alle verenigingen verbonden aan onze faculteit en de verschillende aspecten van het recht. De komende weken staan nog veel boeiende activiteiten op het programma, die op het moment van uitkomen van dit blad plaats hebben gevonden en waar jij als lezer wellicht bij aanwezig was. Een lezing over faillissementsrecht, de afterparty van de Law Student intro, de cursus time-management en het jaarlijkse Rondje Den Haag bijvoorbeeld. Kortom, het jaar van Ouranos is begonnen met veel leuke en leerzame activiteiten. Maar dat is niet alles! Ook voor de komende periode
zullen de verschillende commissies weer activiteiten organiseren. Denk hierbij aan een gevangenisbezoek speciaal voor de eerstejaars, een verdiepingsactiviteit voor staats- en bestuursrecht en een kantoorbezoek. Natuurlijk staan er ook genoeg feestelijke activiteiten op het programma waaronder het facultaire feest dat op dinsdag 9 november zal gaan plaatsvinden en een Nieuwjaarsborrel op 11 januari. Mocht je meer informatie willen over een van deze activiteiten of over Ouranos, neem dan een kijkje op onze website, www.jfvouranos. nl (website available in English as well), of kom langs op de Ouranoskamer. We zijn van maandag t/m vrijdag geopend van 10.30 tot 13.30.
GRATIS JURIDISCH ADVIES! Het Studenten Rechtsbureau Maastricht geeft gratis juridisch advies aan studenten. Het Rechtsbureau richt zich voornamelijk op het beantwoorden van vragen m.b.t. huurrecht, onderwijsrecht en arbeidsrecht. Daarnaast kan je uiteraard ook met al je andere juridische problemen bij ons terecht. Cliënten kunnen rekenen op vertrouwelijkheid van hetgeen besproken wordt. We streven ernaar studenten beahulpzaam te zijn via email
[email protected], telefoon (043) 38 85 34 6 en door inloop-spreekuren op dinsdag tot en met donderdag van 10.00 tot 13.00 in ons kantoor in het Studenten Service Centrum (Bonnefantenstraat 2, kamer B 2.04). Neem gerust contact met ons op en wie weet kunnen wij je helpen met je problemen met je huisbaas, faculteit of werkgever. Lijkt het je leuk om voor het Studenten Rechtsbureau Maastricht te komen werken? Stuur dan je CV en een motivatiebrief naar
[email protected] en wellicht tot dan! Carolijn Slegers Studenten Rechtsbureau Maastricht Bonnefantenstraat 2, kamer B 2.04 6211 KL Maastricht T.: (043) 38 85 34 6 E.:
[email protected]
Jurist in Bedrijf
47
Gevonden: Martijn van de Mortel (m/ )
Specialist Arbeidsrecht. Type: mijnenveger. Onze collega kende hem van vroeger. Martijn was het type dat we zochten. Ondernemend, sociaal vaardig en niet vies van stevig procederen. Het eerste contact leerde echter dat Martijn nog midden in een postdoctorale opleiding zat om vervolgens voor zijn werkgever een grote klus in New York te gaan doen. Dán is Apeldoorn pas ver weg. Eenmaal terug op Hollandse bodem vonden we elkaar alsnog. En Martijn vond de ruimte voor het ondernemerschap, dat hij in Amsterdam miste. “Hier is alle ruimte om het op je eigen manier te doen. Het niveau is top, maar het klantencontact is intensiever en to-the-point. Heb je een probleem? Kom maar hier. Dit is je mijnenveld en daar ga ik je doorheen loodsen.” Martijn houdt zijn eigen kantoor graag een spiegel voor: “Nysingh kent één nadeel. Veel mensen zijn te bescheiden hier. En dat is onterecht.” Nysingh is een bedrijf van karaktervolle specialisten. Alleen de wet is bij ons standaard. Voor de rest krijg je alle ruimte om buitengewoon te zijn. Klinkt dit goed en kennen wij elkaar nog niet? Laat je dan vinden via werkenbijnysingh.nl
Nysingh. De juiste jurist op de juiste plek.
Parijs Moskou
New York
Sidney
AIESEC is het grootste internationale studentennetwerk en organiseert stages in meer dan 100 verschillende landen
Hoe internationaal ben jij? www.aiesec.nl/maastricht
|
Tel: 043 3885934
|
[email protected]
PLEITGENOOTSCHAP GAIUS Gaius is een vereniging voor advocaten, rechters en juridisch medewerkers in spe. Studenten die willen leren om op een juridisch probleemoplossende manier te leren denken, te leren pleiten, om commercieel te leren denken en die willen deelnemen aan pleitavonden, interessante activiteiten, kantoorbezoeken en borrels. Dit zijn de activiteiten die de leden van Gaius binden. Gaius is een vereniging die van studenten bekwame retorici maakt. Sinds 1991 vormt zij één van de studieverenigingen van de Universiteit Maastricht. Dit jaar gaat Gaius haar 19de jaar in en staan er wederom tal van activiteiten op de planning. Voor meer informatie omtrent activiteiten is het aan te raden de website (www.pleitgenootschapgaius. nl) in de gaten te houden. Ons pleitgenootschap telt zo´n 80 enthousiaste leden c.q. pleiters. Om de week komen de leden bijeen om intern een casus te bepleiten en daarover een vonnis te vellen. Het rechtbankteam dat de pleiters beoordeeld bestaat niet alleen uit leden, maar vaak ook uit advocaten of rechters. Dit om de kwaliteit van het pleiten te waarborgen. Kortom, activiteiten die ervoor zorgen dat oud-leden inmiddels zijn uitgewaaierd in de juridische wereld, van juridisch medewerker tot hoogleraar en van advocaat tot rechter. Pleitgenootschap Gaius is vooral een gezellige vereniging, die haar leden daadwerkelijk iets te bieden heeft. Het leerzame wordt in deze vereniging met het aangename verenigd. Ik hoop u te mogen begroeten op een van onze pleitavonden. Hartelijke groet, Bastiaan Kemp Voorzitter Pleitgenootschap Gaius
Pleitgenootschap
Gaius
Jurist in Bedrijf
49
AGENDA Registration for bachelor and master courses 14 November 28 November 28 November 28 November
Deadline registration for Courses period 3 Deadline registration for Courses period 4 Deadline registration for Resit period 1 Deadline registration Exams period 2 and 3
Study Associations 1-2 November 1 November 2 November 9 November 8-10 November 12-13 November 18 November
JFV Ouranos: Book sale Gaius: Pleitavond (20:00-22:00) First: monthly drink in Café Lure (from 21:00) Faculty party AIESEC: Make a Move Elsa: Visit to Brussels First: Luxembourg Trip
In House Days 5 November 6 November 26 November 10 February
Loyens & Loeff Clifford Chance Raad van State Freshfields Bruckhaus Deringer
Masterclass 2 December
50
Houthoff Buruma: Convince your client days
Jurist in Bedrijf
What’s going on... Education committee European Law School Do you have any problems concerning the difficulty or the workload of a course? Do you see any improvements regarding a course you followed? Are you unsure whether your European Law School Diploma will have ‘civiel effect’ and allows you to work as a Dutch lawyer? Are you interested in knowing what your career opportunities are when you graduate? There is a solution to express your views, ideas or frustrations regarding the bachelor European Law School. We are four 3rd year/ master students from the European Law School and we are members of the Education Committee European Law School, in Dutch, de Opleidingscommissie ELS. Our function as student members is to contribute to the improvement of the education at our Faculty. In this context we deal with courses in our curriculum by reviewing their set-up, by analyzing the evaluation forms that students submit at the end of each period and by approaching course-coordinators and tutors, asking for their opinion and cooperation in matters you would like to see changed. What we would like to change this year, is the evaluation of the courses by the students. It is very important that enough evaluation forms are submitted, so we can actually see what went wrong and how we can change this. Also, we would like to create an opportunity for the re-sits to be evaluated as well, since there might occur problems in re-sits as well, and these problems are not being noticed so far. The ‘civiel effect’ was very important last year, however, this year we want to evaluate it even further. We are still working on improving the communication between the students and the faculty, through EleUM, study advisors, lectures and now we also want to press the University in explicitly stating whether the ‘Orde van Advocaten’ acknowledges the ‘civiel effect’ obtained in the Dutch minor of the European Law School English Track in the third year, since this is essential for the future of many students at our Faculty. We would also like to introduce several skills courses like the ‘Vaardigheden A en B voor Juristen’ in the English track of European Law school. When students want to do the Dutch minor, which starts at the end of the second year, they do not have any knowledge about Dutch law. They do not know how to apply a ‘wettenbundel’, in which the Dutch law is stated. And this is especially difficult when you do not know the Dutch legal terms. Furthermore, we want to obtain information and feedback from Alumni of the European Law School, so we can find out what needs to be improved in the future and what courses were useful for their education path. As you can see, Maastricht University takes the students opinion seriously. There are more subjects we are working on and when you have an important feature, do not hesitate to tell us or to fill out the surveys at the end of each exam. You can always send an email to
[email protected]. We hope to hear from you! Mick Baart Yke Beerepoot Chantal Kok Francis ten Broeke
Jurist in Bedrijf
51
Oorlog & Recht Lelijke bruid leidt tot een rechtszaak Wat een geslaagd huwelijk moest worden, is uitgelopen op een rechtszaak. De familie Pandey, woonachtig in Amerika, reisde vol goede moed af naar New Delhi in India om kennis te maken met hun toekomstige schoondochter. Deze bleek bij nadere inspectie niet door de keuring te komen: ze vonden haar foeilelijk. Voor hun reis- en telefoonkosten en hun emotionele leed, eisen de familie Pandey nu 200.000 dollar schadevergoeding. Het huwelijk werd voorgesteld door goede vrienden van de familie Pandey, de familie Giri. Zij verzekerden de Pandeys dat hun nichtje een aantrekkelijke en intelligente jonge vrouw was die voorafgaand aan het huwelijk ook nog wel even goed Engels zou leren. Een foto van het meisje bleek ietwat onduidelijk, maar de Pandeys zagen geen aanleiding tot wantrouwen. Eenmaal aangekomen in New Delhi, maakten de Pandeys al snel kennis met een erg lelijk meisje met een ui-
52
termate slecht gebit. Daarnaast had ze amper kennis van de Engelse taal om zich ook maar enigszins verstaanbaar te kunnen maken. Voldoende aanleiding voor de Pandeys om, naast de financiële eis, de Giris ook nog eens fraude, samenzwering en schending van hun burgerrechten ten laste te leggen. Volgens de familie Giri berust alles op een miscommunicatie en zou er geen huwelijk zijn voorgesteld.
Leraren gewapend in de klas Als het aan een politicus uit Nevada ligt mogen docenten in het nieuwe jaar gewapend voor de klas staan. Hiertoe is er een wetsvoorstel ingediend door Senator Bob Beers. Hij meent dat het dan een stukje veiliger kan worden op scholen. Gezien het groot aantal gewapende incidenten van de afgelopen jaren zijn er volgens hem genoeg leraren hiervoor te porren. Wel zullen de leraren een fatsoenlijke wapentraining met succes moeten afronden. Walt Rulffes en Sheila Moulton, tegenstanders van het voorstel, van de Clark County school te Las
Jurist in Bedrijf
Vegas werpen het bezwaar naar voren dat meer wapens op de campus zullen leiden tot meer incidenten. Schooldecaan Sheila Moulton heeft een andere kijk op dit probleem, het zou beter zijn om de leraren een betere omgangstraining met agressieve leerlingen te geven. Op hun school, en op de meeste grotere scholen, zijn al gewapende agenten aanwezig waardoor het dragen van wapens door leraren overbodig is. Beers tegenargument luidt dat er dit jaar al meer dan een dozijn vuurwapens op de Clark County school in beslag zijn genomen en het aantal voorvallen in het district Las Vegas zijn toegenomen.
Kind bedreigt Balkenende via Hyves Een tienjarige jongen uit Rijssen heeft de politie op de stoep gekregen omdat hij demissionair premier Balkenende had bedreigd via internet. Hij had op de Hyves van de ministerpresident in een jolige bui de tekst "Schop de lelijke kop van Jan Peter Balkenende er af" getypt. De politie
Duitser wil terug de cel in De politie in het Duitse Saarbrücken keken wel erg raar op van een verzoek van een man die het bureau kwam binnen gelopen. De man wilde namelijk terug de cel in ,,omdat het er zo goed was". De 47-jarige man zat in de jaren tachtig in de gevangenis en heeft daar erg goede herinneringen aan over gehouden. De man was eventueel bereid om een klein misdrijf te plegen zodat hij zou worden opgepakt. De man bleek niet helemaal goed snik. Na een goed gesprek met politieagenten, werd er besloten de sociale diensten te bellen voor de gevangenisliefhebber. Helaas voor de man, maar zijn wens werd geen werkelijkheid.
Naakte cowboy sleept naakte cowgirl voor de rechter Een populaire straatartiest op het New Yorkse Times Square, bekend als The Naked Cowboy, heeft een proces aangespannen tegen The Naked Cowgirl. Hij beweert dat de vrouw zijn handelsmerk gestolen heeft. Robert Burck, 39 jaar oud, voert voor toeristen in New York op Times Square een act op, slechts gekleed in een cowboyhoed, laarzen en slip. Hij heeft zijn eigen stijl als The Naked Cowboy en met zijn unieke rodeo act, duidelijk een eigen handelsmerk. Sandy Kane, de Naked Cowgirl, treed ook op op Times Square, slechts gekleed in een bikini en een cowboyhoed. Burck eist $150,000 als zij niet onmiddellijk stopt, of ze betaalt hem $ 5.000 per jaar als franchise licentievergoeding. "Uw gebruik van Naked Cowgirl is in
wezen identiek aan de Naked Cowboy en is duidelijk in strijd met het Naked Cowboy merk", zegt Burck.
Problemen met fiscus door te grote schnitzels Een restaurantuitbater uit het Duitse Hammerbrücke heeft het aan de stok met de fiscus omdat hij zijn klanten te grote schnitzels voorschotelt. De Duitse belastingdienst meent dat de man met de hoeveelheid voedingswaren die hij steeds inkoopt elke dag tweehonderd schnitzels kan opdienen. De gulle uitbater is het daar niet mee eens. Hij zegt er elke dag maar zeventig exemplaren van te kunnen maken. Hij weigert dan ook extra belastingen te betalen. De restauranthouder benadrukt dat zijn zaak vooral wordt bezocht door hardwerkende arbeiders, die niet genoeg hebben met een gewone portie.
Nijkerker (82) mishandelt agenten De politie heeft een 82-jarige man uit Nijkerk aangehouden voor de mishandeling van twee agenten. Volgens de politie ging de man door het lint toen de agenten hem om zijn legitimatie vroegen. De agenten waren afgekomen op een burenruzie, waarbij de man partij was. Toen de agenten de man over zijn aandeel wilden spreken, fietste hij weg. De agenten hielden de man tegen. Een agent kreeg vervolgens een trap. Bij zijn aanhouding deelde de Nijkerker nog een trap uit, en beet hij de andere agent. Hij is na verhoor heengezonden.
geruchten in het land. De geruchten begonnen toen de politie een week geleden een luxueus hotel binnenviel ten zuiden van de hoofdstad Mbabane. In het slaapkamer van een van de veertien vrouwen van de koning, de 22-jarige ex-Miss Swaziland Nothando Dube, troffen veiligheidsfunctionarissen de minister onder het bed aan. Beelden van deze ontdekking zijn samen met de aanhoudende geruchten verspreid.
Nepagent houdt agent aan
Oorlog & Recht
Haaglanden nam de kwestie hoog op en achterhaalde via het IP-adres van de computer het adres van de jongen. Na een kort onderzoek is de computer van een huis in Rijssen, in Overijssel, door de politie in beslag genomen. De 10-jarige zoon des huizes had de 'tik' getypt. Hij had spijt en wilde de premier een excuusbrief sturen. De jongen kende de naam Balkenende van de televisie, maar wist niet wat de man precies deed.
Een man uit Long Island wilde een dagje politie spelen, maar maakte daarbij een cruciale fout. Hij schond de ongeschreven regel voor nepagenten; als je besluit om nepagentje te gaan spelen en auto's aan te houden is er slechts een ding waar je goed op moet letten: dat je niet de verkeerde auto aanhoudt. De 35-jarige nepagent zal zich behoorlijk geschrokken hebben toen hij een auto staande hield waarin een echte politieagent bleek te zitten. In zijn eigen Mercedes met blauw en rood zwaailicht ging hij achter een auto aan. Hij gaf de chauffeur aan te stoppen en stapte uit. Vervolgens ging hij verhaal halen bij de chauffeur. Toen hij de chauffeur aanhield kreeg de nepagent door dat het om een echte agent ging. De nepagent wist niet hoe snel hij in zijn auto moest stappen om er met vol gas van door te gaan. De echte agent schreef de nummerplaat op waarna de man thuis werd opgepakt.
Minister van Justitie Swaziland betrapt in bed koningin Ndumiso Mamba, de minister van Justitie van Swaziland, is ontslagen nadat hij in het bed van een van de vrouwen van koning Mswati III was aangetroffen. Media in zuidelijk Afrika berichtten al een week over het schandaal, maar in Swaziland zelf meldt de pers er niks over. Premier Sibusiso Dlamini heeft een korte persconferentie gegeven. Hij zei enkel dat Mamba is afgetreden als minister als gevolg van
Jurist in Bedrijf
53
Oorlog & Recht
Interview with a NATO Official Coast of Somalia, Capital of Pirates The Involvement of NATO in the fight against Piracy
When talking about pirates, we tend to think in clichés. If it is not Johnny Depp starring in ‘Pirates of the Caribbean’, it will certainly be another typical character. Type the word “pirate” into Google and you’ll get the same results. Our pirate is characterized by a sword and flintlock pistol and his ship without a doubt has cannon. The life story of our pirate is about a rag fisherman turned into a robber on the sea and so on. These times have long gone. The modern pirate is completely different to the pirate of the past. Wipe the swords, flintlocks and cannon from your mind and replace these with semi-automatic pistols, assault rifles, hand grenades, and rocket launchers. Modern pirates have ditched their sailing ships for speed boats and made piracy a booming business. Welcome to the Gulf of Aden, where our pirates are experienced and expert in criminal activities and where hijackings for astronomic ransoms occur on a weekly basis. This is where our interview starts, looking at the role of NATO in this situation.
Katharina Bottenberg Greed and Power. You may be asking, how did this situation develop? How did piracy become such a “money-filled” business? Well, Somalia is one of the poorest nations in the world, with high unemployment rates. Its government is corrupt and does not have a public authority which effectively enforces the law. The only measure the Somali government has so far taken, regarding its economy, is the devaluation of its currency. A natural resource used to be the fishing industry but abuse of the fishing beds during the Somali civil war caused infertility in the Gulf of Aden.
fined in international law as an act of “piracy”. Any act of piracy is illegal, it must be committed for private ends by means of private ships or aircraft. When committing an act of piracy, the pirates and the ship or aircraft, lose the protection of the nation under whose flag they are otherwise entitled to travel. If the act of piracy is committed with a warship, public vessel or even a state aircraft it can only be treated as a pirate if it is taken over and operated by pirates. The same applies if the crew commits mutiny and employs the public vessel or aircraft for piracy purposes.
As you may conclude from the above, Somali pirates originally started out seeking money in order to survive. The primary motive, which, in the beginning, was trying to survive, has nowadays become one of greed and power. This is the driving force behind the number of attacks and hijackings which Somali pirates carry out.
In the past four years, the piracy business has created vast wealth, power and a politically elite stature for many of the bandit leaders. Many towns across the coast of Somalia have become wealthy by the tons of money which the warlords have pumped into these villages known as “Boomtowns”. The injection of money into the economy of Somalia can be seen as a positive effect. Economic theory suggests that a, stable, growing economy creates a
The act of Piracy The term “robbery” is currently de-
54
Jurist in Bedrijf
stable social situation, what is your opinion on this? "Generating revenue illegally is never a positive outcome, especially if those getting richer become more powerful than their Government Authorities. NATO is doing everything it can to counter the piracy threat. However, the source of the problem resides on land where lawlessess, poverty and instability are fueling this illegal activity."
What is the mission of NATO in the Gulf of Aden and what is the goal that NATO wants to achieve? "NATO’s effort helps to safeguard specific humanitarian efforts in the region, provide deterrence against piracy and assist commercial shipping in dealing with pirate activity."
International law has long recognized a general duty of all nations to cooperate in the repression of piracy. This traditional obligation is included in the 1958 Geneva Convention on the High Seas and the 1982 LOS Convention, both of which pro-
"While NATO recognises the limitations of the Somalia authorities in dealing with this threat the permanent solution can only come by addressing the problem on land rather than countering the symptoms at sea. The only long-term solution to this threat of piracy is to address the fundamental reasons for such desperate acts of piracy."
Oorlog & Recht
tes. What, according to you is the best way to tackle this problem?
What is according to you the reason for the growing number of Hijackings? vide: "[A]ll States shall cooperate to the fullest possible extent in the repression of piracy on the high seas or in any other place outside the jurisdiction of any State." Does this equally count for all NATO allies? "Every NATO Ally that has a naval force has contributed with this effort, with ships or with expertise, or both. Several of NATO’s Partners are also involved, including Russia and Japan."
Somalia is a member of the International Maritime Organisation (IMO) since 1987. The IMO develops International treaties and other legislation concerning the safety and marine pollution prevention. It is currently seeking additional support from its member states able to provide warships and maritime patrol aircraft for the Gulf of Aden to counter piracy. Does the IMO collaborate with NATO? "Not to my knowledge. – NATO first got involved in this effort at the request of the UN, who needed support to ensure that the World Food Program humanitarian relief for Somalia was safeguarded from attacks by pirates who intended to intercept food shipments to Somalia. Later NATO was also able to provide deterrence operations to counter threats to commercial traffic."
By means of helping the United Nations with their World Food Program, NATO is keeping the status quo and sustaining the piracy situation. Does NATO also have an objective of trying to stop piracy? "NATO has been very successful in support to the WFP. Thousands of tons of food aid have reached the people of Somalia because NATO provided escort." "Stopping piracy altogether would require the International Community to address and resolve the situation in Somalia. In the meantime NATO and its partners have made a significant difference to the level of the threat in this region. Successful hijackings have been reduced but the threat continues."
The Gulf of Aden is by all means the most crucial shipping route in the world. There have been many attempted and successful hijackings in 2008 and 2009 off Somalia's coast. The attacks on ships has risen from: - 135 in 2008 to - 214 in 2009 In 2008, the UN Security council agreed tougher sanctions against Somalia over its ineffectiveness to stop piracy. This does not seem to have made an impact on piracy nor make piracy less attractive for pira-
Jurist in Bedrijf
"As NATO and the other maritime efforts get more efficient the pirates tend to expand their area of operations to avoid being intercepted."
Any act of piracy and armed robbery can not only have an impact on human life but also on the safety of navigation and the environment. Piracy is a criminal act which does not only affect its victims but also entails severe financial repercussions. The pirate attacks often take place outside the 12 mile territorial limit of Somalia by gangs operating from mother ships. Who is responsible for the penalties for these pirates? "As NATO is not a sovereign nation it has no power to charge individuals with piracy. A number of nations have agreed to take legal action against those involved in acts of piracy but as a matter of policy NATO does not intend to get involved legally."
The same acts committed in the internal waters, territorial sea, archipelagic waters, or national airspace of a nation do not constitute piracy in international law but are, instead, crimes within the jurisdiction and sovereignty of the littoral nation. "The law in Somalia has got huge loopholes – which means that if this same crime is committed in ter-
55
"Somali authorities are unable to deal with the pirates’ use of port facilities and they can operate on land with impunity, which is the main reason why the threat continues."
Oorlog & Recht
intervene. The most effective countermeasure strategy would consequently be to prevent criminals having initial access to ports and vessels. Does NATO have the permission to enter the territorial waters and how does NATO deal with a direct threat?
"However, at sea NATO and the other Task Forces can use their maritime assets to intercept acts of piracy before they happen. In many cases just the sight of a war ship or military helicopter can deter the pirates from attacking."
ritorial waters the pirates are rarely sentenced to a punishment? The legal challenges and limitations of bringing pirates to justice is another reason why this threat continues to linger."
Piracy is seen as acceptable and nearly fashionable in Somalia. The pirates are, to give an example, not known as “pirates” but as “Coast guards”. Furthermore the pirates largely are ex-fishermen, ex-militia men and technical experts. These are no untrained amateurs. Does the fact that most of these men are trained or have an education make it harder to combat piracy? "No amount of titles or branding will change the fact that this activity is illegal and brings with it unacceptable violence which threatens not only those at sea but also threatens the global economy and the interests of all nations. It is not surprising that those perpetrating
these crimes will do everything they can to ensure their activity remains profitable. Despite new tactics and more sophisticated equipment, such as the use of imagery and navagational aids, NATO Operation OCEAN SHIELD and the other international efforts are becoming more effective in countering this threat, especially in the Gulf of Aden. However, because there is ransom money the size of the area of pirate operations will likely continue to increase even as the international pressure grows forcing the pirates to go further out to sea. There is no ultimate military solution to ending piracy off the coast of Somalia but NATO’s effort is countering the threat."
In the territorial waters of a state, an attack of piracy constitutes an act of armed robbery and must be dealt with under the law of the relevant coastal state, in this case, Somalia. These laws rarely permit a vessel or warship from another country to
Jurist in Bedrijf
"However, should a pirate fire on a NATO vessel then NATO personnel are free to return fire in self defense, which sends a very clear message to the pirates. Depending on the nationality of the NATO ship the ship’s Captain may have his nation’s authority to go further then deterrence and detain the pirates and hand them over to legal authorities." "In addition, NATO continuously provides vital information to commercial shipping authorities on the threat environment, which operators use to avoid certain areas. In some case commercial ships are grouped together in convoys and escorted through known intercept points so that one NATO ship can safeguard several commercial ships at the same time. This tactic has proven very effective." "Another positive aspect of NATO’s effort is that regional countries like Egypt and Yemen have understudied NATO’s operation and through cooperation are becoming more involved in the counter piracy effort, which then places more pressure on the pirates."
57
Oorlog & Recht
International humanitarian law Do the laws of war create a world of peace? International humanitarian law is the law of war, or the law of armed conflict. The rules are set up for humanitarian reasons to limit the effects of armed conflict. Persons who are no longer participating in the armed conflict are protected, and it also restricts the methods of warfare used. This part of international law is also used to govern the relations between States, which are the main characters of international law. International law is the main body of rules governing relations between States, contained in treaties and conventions, customary law and general principles.
Francis ten Broeke When did international humanitarian law originate? In the beginning of the nineteenth century, universal codification of international humanitarian law began. However, the roots are to be found in the rules of the ancient civilizations and religions. In these civilizations and religions, there customs, principles and traditions are found to which States have always been a subject. What is covered by international humanitarian law? International humanitarian law only applies to armed conflict; no national tensions or acts of violence are covered. The law is applied equally, to both sides of the conflict, and will apply once the conflict has begun.
be applied. This is different from the rules in international armed conflicts, which concern the involvement of at least two States. There is a wider range of rules adopted for these kind of conflicts. There are two areas covered by the humanitarian rule of law. The first, is the group of people to be protected since they are no longer participating in the fighting. These people are civilians, medical and religious military personnel. However, one should also think about the victims of the war, the wounded, the sick, the shipwrecked and the prisoners of war. The people to be protected wear clearly recognizable symbols to identify them, the main symbols among
"There are numerous situations where international humanitarian law is violated" It is applied irrespective of the legality of the resort to force. There is a difference between international armed conflicts and non-international armed conflicts. Non-international armed conflicts, relate to armed conflicts which are restricted to the territory of one State only, and there is a limited number of rules that need to
58
them are the red cross and the red crescent. The second area, are the restrictions imposed on the means of warfare and the methods of warfare. The use of many weapons has been banned, because they might or will cause superfluous injury or unnecessary suf-
Jurist in Bedrijf
fering, cause severe damage to the environment and other weapons that fail to discriminate between the military and the civilians, for example chemical and biological weapons.
Codifications of international humanitarian law Law stated in treaties and conventions is, next to customary law, the main source of international humanitarian law. Customary law, is not written. It reflects state practice, such practice is required as a matter of law, and thus binding on all States. Treaties are only binding to the States which are a party to the treaty. The main treaties governing international humanitarian law, are the four Geneva Conventions of 1949 and the two Additional Protocols of 1977 and one Additional Protocol III of 2005. To the persons who are protected by international humanitarian law, treaties apply for the different categories of persons. In these treaties, rights to be enjoyed by them are laid down whenever they are in the power of the enemy. Besides protected persons, also property is protected, most likely cultural property, civilian objects and military equipment and ambulances. The first Geneva Conventions, applies to the wounded and sick soldiers on land during wartime. There
Persons taking no active part in the hostilities, including members of armed forces who have laid down their arms and those placed hors de combat by sickness, wounds, detention, or any other cause, shall in all circumstances be treated humanely, without any adverse distinction founded on race, colour, religion or faith, sex, birth or wealth, or any other similar criteria. Furthermore it describes acts which are and shall remain prohibited at any time and in any place whatsoever with respect to the groups of persons mentioned above. Parties to the Convention should also acknowledge that impartial humanitarian bodies, such as the International Committee of the Red Cross, may offer its services to the Parties of the conflict and may take care of the wounded and sick. The second Geneva Convention is drawn up for the protection of wounded, sick and shipwrecked military personnel at sea during wartime. Furthermore, the third Geneva Convention applies to the prisoners of
war and the fourth Convention created protection for the civilians, also when living in occupied territory.
The role of the International Committee of the Red Cross The International Committee of the Red Cross is an independent and neutral organization. It gives assistance to the victims of war and ensures that they are protected form further humanitarian violence. The Head Quarter of the ICRC is situated in Geneva, Switzerland, however in more than 80 countries local de-
Themes that will be discussed are the methods of warfare, the treatment of prisoners of war, the protection of the wounded and the treatment of civilians, and the methods of enforcement of International Humanitarian Law. International humanitarian law is an essential element in the world of conflict. Without these rules, there would be no regulating institution that can overlook the situation. A world of war is chaos, conflict and fear. Whether the rules established
Oorlog & Recht
are 64 articles regulating the conduct of how to treat this group of persons. Article 3 of this Convention explains what the minimum provisions a contracting Party is bound by. Paragraph 1 of this article describes the main principle of protection:
"The symbol of the Red Crescent is used in many Islamic Countries in place of the Red Cross" partments of the ICRC are located. It therefore coordinates the International Federation of Red Cross and Red Crescent Societies in situations where conflicts occur. The Federation was founded in 1919 and is the world’s largest humanitarian organization. It comprises 186 Red Cross and Red Crescent societies. Also, it provides assistance to everyone, without discrimination according to nationality, race, beliefs, gender or political opinions. The symbol of the Red Crescent is used in many Islamic countries in place of the Red Cross. The Federation, together with the National Societies and the International Committee of the Red Cross, make up the International Red Cross and Red Crescent Movement.
The importance of international humanitarian law International humanitarian law is a very interesting subject to study. Maastricht University offers this course to Master students, who are interested in the field of human rights. The course offers a thorough introduction of the law of international and non-international armed conflicts.
Jurist in Bedrijf
now are adequate enough to regulate the conduct of States in armed or non armed conflicts, is up for discussion. There are numerous situations where international humanitarian law is violated. Implementing the law will be of great difficulty, because the rules are applied in situations of conflict. States do have the obligation to make sure the armed forces and the general public know what the rules are, and that laws are passed which mention the necessary protection of the symbols of the red cross and the red crescent. States also do have an obligation under international law to prevent conflict situations, and it is a necessity to put a hold to such a situation by imposing punishment. Still international humanitarian law is not applied properly in many parts of the world. World peace is far out of reach. Maybe we do require new rules to be developed, however, with the use of governments, organizations and us individuals, an attribution can be made to the development of this very important part of international law. We should make sure States comply with and adhere to the laws of war.
59
Oorlog & Recht
The Mexican war on Drugs Is this a national problem or does it transcend to the international community? “Silver or Lead; everyone is bendable for El Chapo”, says Guzman Loera himself. With this as his phrase El Chapo is the head of the most deadly and violent drug Cartel in Mexico; the Sinaloa cartel. If it is not by means of bribing people, it will be by shooting them in order to get to his next target. The Sinaloa cartel controls all marihuana and most cocaine getting trafficked to the United States. It is now trying to expand and take over the trafficking of all other drugs. This brings with it already more than 28,000 deaths by kidnapping ,invasions and the excess of violence, turning the war from one fought against by the police to a war where the Mexican army is a necessity. Where does this leave El Chapo? He gets to star in Forbes as being the 937th richest man and the number 41 of one of the most powerful people. Many songs are sang and written for him, there even is a singer named after him; “El Chapo de Sinaloa”.
Katharina Bottenberg Sinaloa Cartel Drugs in Mexico is nothing new, for Mexico has cultivated Cannabis and opium poppy long before the 1900’s. Drugs turned into the problem we know of today when the Mexican drug cartel Sinaloa, then led by Miguel Felix Gallardo, started smuggling Colombian cocaine through Mexico to the United States. They were able to transport the cocaine by corrupting all public of-
His way to keep this a secret? murdering the workers who dug the tunnel. El Chapo had a prison sentence once for 20 years but bribed himself out of prison in 2001. His escape allegedly cost him 2.4$ million.
President Felipe Calderon Since January 2007 – 28,228 people have died in drug war related
"Drugs trafficking won't stop while a lucrative market exists and high profits are ready to be made" ficials however in 1989 Miguel Felix Gallardo got arrested, which gave hope to the end of his drug emporium. That did however not take into account all ‘heirs’ of Miguel F. Gallardo. Guzman Loera, also known as El Chapo, was the most important heir expanding the Sinaloa Cartel by creating new ways of trafficking drugs. The 370m long tunnels he created were complete with electric lights, ventilation ducts and wooden walls. Through them moved drugs worth billions to the United States.
60
deaths. The augmentation of violence started shortly after the Mexican President Felipe Calderon declared the war on drugs. He launched operations against the cartels in 9 of Mexico's 32 states in December 2006. The president has furthermore pledged to use extradition as a tool against drug traffickers. Already 64 criminals got sent to the United States as of August 2007. His battle strategy against the drug cartels moreover changed from one formerly fought against by the po-
Jurist in Bedrijf
lice to one where nowadays the army is involved in. With the help of the Mexican army he hopes to quell the drug violence by the end of 2012. The 3,000 soldiers have unfortunately had limited success up till now. This because the soldiers, for instance, do not know anything about the police work and patrol in order to anticipate on it. The excessive drug violence has had a big death toll; more than 1,000 people have been killed during the first eight weeks of 2009 on top of that the killings have become more brazen and gruesome. The Mexican government believes this to be a sign of the drug cartels feeling the pressure from the police and military operations.
Shared responsibility There are various opinions as to which is the best solution to tackle this problem. Some are convinced that decriminalizing drugs would diminish the profits of the drug cartels. The United States however do not share this opinion as they oppose the legalization of narcotics. They however do share the blame of this problem for it is the insati-
Oorlog & Recht
able demand for illegal drugs that fuels the drug trade and the war. Hilary Clinton stated that the United States hope to provide $80 million worth of Black Hawk helicopters to Mexico. The Congress has also already approved to provide Mexico with security aid under a three-year, $1.4- billion program called the Merida initiative.
Corruption One of the biggest issues in the war against drugs remains to be the corruption of public authorities which has been present for decades. The Mexican authorities turn a blind eye to drug cartels as financial resources of these cartels are used to corrupt public authorities. To combat corruption, President Calderon has been removing corrupt officials across the country. This has not been unproblematic as the huge drug profits enable the cartels to pay off large sums of money to local officials. It will also be hard to maintain clean officers in the future. The wages of the public authorities may increase but this won’t stop cartels from paying them $10,000 a month. It is hard to
combat corruption which has been present for a decade and trying to see the results in a few years time.
Violence The death toll of the drug violence is already mentioned above but at the moment Mexico is experiencing a violence peak. Most authorities believe this increase to be a consequence of the drug cartels falling apart under the military pressure. This would mean that the Mexican government is finally reaching its goal in making smuggling cocaine from Colombia through Mexico so difficult that the drug gangs are forced to look elsewhere. In the end this would cause a shift in the problem but no real end. The violence peak could also be the result of the younger generation who got involved in this war. They have no fear against the use of violence and see the violence and cruelties as a means to gain power. To end the war against drugs in Mexico, the core of the drug problem needs to be solved which is the demand for drugs in Western countries. Drugs trafficking won't stop while a lucrative market exi-
Jurist in Bedrijf
sts and high profits are ready to be made. Mexico is the main foreign supplier of marijuana and a major supplier of methamphetamines to the United States. Mexico accounts for a small share of worldwide heroin production, it supplies a large share of heroin consumed in the United States. An estimated 90% of cocaine entering the United States transits Mexico. This brings with it immense profits and the incentive for farmers in poverty to switch to growing drugs in order to survive. Currently the unemployment rate in Mexico is 5.5, we could conclude that there are enough unemployed currently available for the production of drugs. It is a difficult objective to achieve; trying to lower the demand for drugs. In all western countries hard drugs are illegal and have a penalty on the use and possession of them. Sadly this is not enough and does not decrease the demand nor discourage people from using them. In the meantime the focus is on fighting the effects it causes and ensuring safety in the streets of Sinaloa, Mexico.
61
Oorlog & Recht
Prof. mr. G.P.M.F. Mols Oorlog en recht
De combinatie is opvallend: oorlog en recht. Juist in tijden waarin men zonder recht meent te kunnen is dat recht van wezenlijke betekenis. Oorlogen zijn manifestaties van bruut en soms intellectueel gestuurd geweld waar lang over is nagedacht, wat gepland is en georganiseerd. En ondanks de wetenschap, en bij sommigen juist dankzij die wetenschap dat dit geweld veel mensenlevens kost en hele samenlevingen vernietigt, wordt de oorlog begonnen of voortgezet. Regels die dat geweld aan banden proberen te leggen moeten het opnemen tegen de vaak niets ontziende mentaliteit van aanvoerders en staatshoofden die oorlogsrecht rekenen tot de categorie van een ernstige belemmering voor het bereiken van hun doelen. Daarom moet oorlogsrecht klopvast en bestendig zijn, hard en duidelijk en dient er toezicht op de naleving te bestaan. Ten tijde van het conflict is dat laatste niet altijd even eenvoudig. Achteraf lijkt nog de meest haalbare vorm te zijn. De oorlogstribunalen van de VN bevestigen dat beeld. Maar zijn zij afdoende? Is het meer dan symboolpolitiek? Zelf vind ik het een grote vooruitgang dat leiders verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor oorlogsmisdrijven onder hun bewind of toezicht gepleegd. De tijd dat de oorlog een soort van rechtsvacuüm was ligt
62
gelukkig achter ons. Dat neemt niet weg dat nader onderzoek naar de preventieve werking van oorlogstribunalen nog wel eens aan het licht zou kunnen brengen dat preventie niet echt werkt. Dat hoeft niet te verbazen eenvoudig omdat oorlogen ontstaan uit structurele wantoestanden waarbij uiteindelijk de geest uit de fles ontsnapt. En daarbij wordt niet primair gekeken naar de vraag of het wel geoorloofd is. De oorlog tegen Irak heeft vele vragen opgeroepen, niet in de laatste plaats die naar de wettelijke grondslag ervan. Het antwoord daarop is niet echt bevredigend geweest. Er is kennelijk veel discussie mogelijk over de vraag of een staat wel en zo ja wanneer en onder welke voorwaarden gerechtigd is een andere natie aan te vallen. Bij zo een dergelijk wezenlijke aktie met dramatische gevolgen voor met name ook de burgerbevolking zou een dergelijke onduidelijkheid toch niet mogen voorkomen. Over wat een soort oorlog hebben we het eigenlijk? De klassieke oorlog van staat tegen staat of ook de war on drugs of on terrorism? Die laatste verschijningsvormen van oorlog zijn populair bij Amerikaanse staatshoofden en andere regeringsleiders die zich door wet- en regelgeving beperkt weten in hun dadendrang drugs en terroristen de wereld uit te helpen. Daarbij wordt
Jurist in Bedrijf
niet zelden grof geweld gebruikt en lijken maatregelen geoorloofd die in een beschaafde natie niet meer geacht worden voor te komen. De inrichting van geheime gevangenissen om van terrorisme verdachte personen te kunnen ondervragen op een wijze die naar mag worden aangenomen steeds zal leiden tot een bekentenis is daarvan een schrijnend voorbeeld, op de voet gevolgd door de jarenlange in- en opsluiting onder vaak bizarre omstandigheden van verdachten in een lokatie als Guantanomo Bay. Helaas moeten we vaststellen dat deze bijzondere aanpak mede mogelijk werd dankzij de al dan niet impliciete steun van Europese regeringen. Oorlogsrecht heeft twee betekenissen. Enerzijds is het een verzameling van regels bedoeld om het voeren van oorlog en al hetgeen daarbinnen gebeurt aan banden te leggen, anderzijds is het oorlogsrecht naar het zich laat aanzien een status die wordt gecreëerd door bijzondere omstandigheden waardoor gewone regels van bijvoorbeeld staf- en strafprocesrecht tijdelijk buiten werking worden gesteld. Wie om zich heen kijkt hoeft niet doorgeleerd te hebben om te vermoeden dat we nog een lange weg hebben te gaan voordat de beschaving in bijzondere tijden de overhand krijgt en houdt. Gerard Mols
De wet van Van Doorne:
Chronisch overwerken is een teken van zwakte
Bij Van Doorne brandt er ’s nachts ook nog wel eens licht. Natuurlijk. Als de situatie erom vraagt, zetten we graag een tandje bij. Maar even graag houden we de zaak in balans. Als we klaar zijn, zijn we klaar. Kom je bij ons werken, dan verwachten we dat ook jij je eigen grenzen stelt. Dat je niet blijft hangen voor de bühne. Onze praktijk leert dat scherpte blijkt uit resultaat. Kijk op www.werkenbijvandoorne.nl hoe je je talent op scherp kunt zetten. Maak kennis met je nieuwe collega’s, neem een kijkje op je nieuwe werkplek en kies de toekomst die je wilt. Heb je vragen of wil je solliciteren, neem dan contact op met onze recruiter Wendy Arends-Verhoeff, 020 6789 342,
[email protected]
Van Doorne houdt je scherp
Van Doorne N.V. Afdeling Human Resources Postbus 75265 1070 AG Amsterdam
“JE BENT MEER VAN VOORNAMEN DAN VAN DAT VOORNAME?”
www.boekeldeneree.com/werkenbij