ONTVLUCHT, ONTHEEMD ONTHAALD
Een tussentijdse rapportage van zes maanden noodhulp in Noord-Irak door het Christelijk Noodhulpcluster in de periode augustus 2014 tot en met februari 2015.
April 2015
DE DROOM VAN BAIBOON Baiboon, achttien jaar oud, yezidisch, komt uit Sinjar, Irak. Het dorp waarin ze met haar familie woonde, werd aangevallen door de Islamitische Staat (IS). De oom van Baiboon en andere mannen uit het dorp kwamen om tijdens hun poging IS tegen te houden. Gelukkig konden veel families, waaronder die van Baiboon, vluchten. Baiboon en haar familie hebben tien dagen in de bergen bij Sinjar vastgezeten. Na een reis te voet van acht uur richting de Syrische grens, kreeg Baiboon hulp en bereikte ze Irak. Ze werd opgevangen door leden van het Christelijk Noodhulpcluster in Dohuk. Baiboon vertelt: ‘Het moeilijkste is dat ik mijn vriendinnen uit Sinjar mis. Veel meisjes zijn opgepakt door IS en verkocht als slaven. Ik vraag mij zo vaak af: waarom gebeurt dit met ons? De dagen in het kamp zijn lang, omdat er zo weinig te doen is. Gelukkig kan ik de hulporganisatie die hier actief is, helpen bij het sorteren en uitdelen van kleding aan andere vluchtelingen.’ Behalve kleding krijgen de vluchtelingen ook materialen om de ergste kou te trotseren. Baiboon: ‘We hebben plastic gekregen om de ramen en deuren mee te beplakken. Zo blijft de vrieskou buiten. Ook hebben we warme kleding en een kacheltje gekregen en sinds kort hebben we zelfs een echt toilet. Het feit dat er mensen zijn die ons steunen, geeft mij hoop.’ Ondanks alle misère durft Baiboon nog te dromen over haar toekomst. Baiboon: ‘Wat ik in ieder geval wil, is mijn school afmaken. Daarna wil ik dokter of activist te worden. Als je hoop blijft houden en iemand hebt die je ondersteunt, is er nog perspectief.’
NOODHULPCLUSTER In augustus 2014 startte het Christelijk Noodhulpcluster (bestaande uit Dorcas, Red een Kind, Tear, Woord en Daad en ZOA) een gezamenlijke noodhulpactie voor ontheemden en vluchtelingen in Noord-Irak. Nu, ruim een half jaar later, blikken we terug op hoe de hulpverlening in de verschillende gebieden is verlopen. Welke hulp is waar gegeven en wat zijn de resultaten die tot nu toe zijn geboekt? Voor welke uitdagingen staat het noodhulpcluster de komende periode? Wat is er aan financiële middelen binnengekomen en waaraan zijn deze middelen besteed? U leest het in deze rapportage.
INHOUDSOPGAVE 1. 2. 3.
4
Inleiding Situatieschets Noord-Irak, resultaten en vooruitblik Overzicht inkomsten en bestedingen
5 6 10
1
INLEIDING
Begin juni 2014 braken er zware gevechten uit tussen het Iraakse leger en terreurorganisatie IS (voorheen ISIS) in het noorden van Irak. Terwijl de Islamitische Staat steeds meer terrein veroverde, groeide de groep bedreigde minderheden in Noord-Irak in razendsnel tempo. Velen van hen, voornamelijk christenen, yezidi’s, sjiieten en gematigde soennieten, vluchtten naar Koerdisch gebied in Noord-Irak. De vluchtelingen verbleven veelal in gebergten – uiteengedreven, zonder inkomen, voedsel en onderdak. In augustus 2014 startte het Christelijk Noodhulpcluster (Dorcas, Red een Kind, Tear, Woord en Daad en ZOA) een noodhulpactie voor de slachtoffers van het geweld in Noord-Irak. Via deze tussentijdse rapportage geeft het noodhulpcluster op hoofdlijnen inzicht in het werk dat vanaf de start van de noodhulpactie tot op heden heeft verzet. In deze rapportage wordt weergegeven welke organisaties en partneroganisaties op welke plaatsen hulp hebben geboden, waaraan de geworven financiële middelen zijn besteed en welke resultaten er tot nu toe – februari 2015 – zijn geboekt. Van de hulp met een langere doorlooptijd wordt in de jaarrapportage, die na de zomer van 2015 volgt, verslag gedaan. De leden van het Christelijk Noodhulpcluster werken onderling samen in de werving van inkomsten en daarnaast in de uitvoering van de noodhulp. Het cluster werkt in verschillende geografische gebieden en sectoren. De verschillende leden stemmen hun activiteiten met elkaar af en maken gebruik van elkaars kennis en netwerk. Het noodhulpcluster neemt deel in de North Iraq Joint Response dat financiering ontvangt vanuit de Dutch Relief Alliance van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Dit consortium bestaat in totaal uit dertien Nederlandse organisaties. Daarnaast werkt het noodhulpcluster samen met de Verenigde Naties.
5
2
SITUATIESCHETS NOORD-IRAK
In augustus 2014 startte het Christelijk Noodhulpcluster een noodhulpactie in NoordIrak. Rond die tijd waren er door het geweld in Irak al 1,2 miljoen mensen in en rondom Irak op de vlucht geslagen. De eerste hulp van het noodhulpcluster bestond uit het opvangen en registeren van ongeveer 8.000 ontheemden en vluchtelingen in en rondom de steden Erbil, Dohuk en Suleimaniya. Zij kregen onderdak, voedsel en medicijnen. De hulp werd al snel uitbreid met winterhulp. In deze fase werden warme kleding en kachels verstrekt en werden sanitaire voorzieningen geplaatst. Kwetsbare kinderen uit Suleimaniya kregen verschillende activiteiten aangeboden om hun oorlogstrauma’s te verwerken. Ook werd voorlichting gegeven over hygiëne en gezondheid. Hoewel de situatie in Noord-Irak momenteel op het eerste gezicht rustig lijkt, is de praktijk weerbarstiger. De eerste hulp van het noodhulpcluster was gericht op de vluchtelingenstroom die op gang kwam na de verovering door IS van de stad Mosul op 9 juni 2014. Door voortdurende gewelddadigheden, waar IS verantwoordelijk voor is of bij betrokken is, neemt het aantal vluchtelingen en ontheemden toe. Begin dit jaar werd het aantal vluchtelingen geschat op 2,5 miljoen mensen (bron: ReliefWeb). De leden van het Christelijk Noodhulpcluster zijn actief in drie gebieden: Dohuk Governorate, Erbil en Suleimaniya. We werken onder meer samen met Medair, MedEast, SALT Foundation, Tearfund en Mission East. © www.emk.nl
200 km
Turkije Dohuk Mosul Erbil
Sinjar
Syrië
Kirkuk
s Tigri
Suleimaniya
Iran
Samarra
Bagdad
Irak
Karbala
Kut Hilla
Najaf Amara
Eufra at
Saudi-Arabië
Nasiria Basra
Irak
Koeweit Wereld
6
2.1 Erbil Algemeen In de vluchtelingenkampen in Erbil bevinden zich in maart 2015 27.028 vluchtelingen, met name van Syrische afkomst. Resultaten tot nu toe In Erbil zijn 6.600 sets winterkleding uitgedeeld. Veel vluchtelingen komen terecht in particuliere huurhuizen, zonder enige bron van inkomsten. Het afgelopen halfjaar zijn 3.600 van deze vluchtelingen en ontheemden ondersteund bij het betalen van de huur. Ook kregen zij iedere maand een voedsel- en een kledingpakket. Vooruitblik Het winterprogramma eindigt op 30 april 2015. Op 1 mei 2015 start het vervolgprogramma, waarin voorzorgsmaatregelen worden ontwikkeld voor de mogelijke gevolgen van de hoge temperaturen die deze regio in de zomer vaak teisteren.
7
2.2 Dohuk en omgeving Algemeen In Dohuk zijn momenteel 400.000 ontheemden en zeker 100.000 Syrische vluchtelingen. De onveilige situatie rondom Bagdad heeft ertoe geleid dat meer families naar Koerdistan trokken. De meesten van hen kwamen terecht in Dohuk. Veel christenen, yezidi’s en andere minderheden zijn naar de Semel Province gevlucht, het gebied waar het cluster tot op heden actief is. Onder deze vluchtelingen zijn Syrische vluchtelingen, en ook Iraakse vluchtelingen die uit de onveilige situatie bij de grens van Koerdistan konden ontsnappen. Resultaten tot nu toe In Dohuk werd in januari en februari aan 152 huishoudens een contante subsidie verstrekt. Hiermee werden voor 912 personen goederen gekocht voor onder meer verbetering van huisvesting. In Zakho ontvingen 7.728 personen hulpgoederen voor de winter, waaronder kleren en dekens. Ook werden in Zakho 255 kits gedistribueerd, bestaande uit onder andere houten frames en zeil. Hiermee konden families in onafgemaakte gebouwen zich wapenen tegen de winterse weersomstandigheden. In de districten Semel en Batel werd een start gemaakt met de aanleg van sanitaire voorzieningen voor een hygiënische leefomgeving. In het dorpje Seje in Semel Province, werden het afgelopen halfjaar 350 pakketten (van acht kilogram kleding) uitgedeeld, kregen 2.100 vluchtelingen en ontheemden elk vier paar schoenen en twee dekens en werden 310 kachels (met elk 40 liter brandstof) verstrekt. Ook zijn er 30 tijdelijke toiletten en tanks geplaatst en zijn er voorbereidingen getroffen voor 70 septische tanks. Verder zijn 280 kamers van niet-afgebouwde huizen geïsoleerd. In het gebied Dohuk in Akre en Zakho zijn 12.468 vluchtelingen en ontheemden geholpen om de winter te overleven. Er zijn tapijten, lampen, kachels en brandstof uitgedeeld. Vooruitblik De komende periode zullen 4.800 vluchtelingen en ontheemden worden ondersteund met een hygiënekit met daarin onder andere zeep en handdoeken. Ook zullen er ten minste 67.000 tijdelijke toiletten, septische tanks en bijbehorende onderhoudsmaterialen worden geleverd en zullen er trainingen op het gebied van hygiëne worden gegeven. Verder gaan we door met het geven van hulp van onderdak en non-fooditems, zoals kookgerei, fornuizen en elektriciteitsdraad, aan ten minste 44.160 mensen. Onderzocht wordt hoe op de langere termijn ingespeeld kan worden op de zich nog veranderende situatie en de (nieuwe) vluchtelingenstroom die hierdoor mogelijk op gang komt. Daarnaast wordt gekeken naar mogelijkheden om de lokale kerken – met vaak lange en invloedrijke tradities – te helpen bij het (her)vinden van hun plaats in de maatschappij van Irak en Koerdistan.
8
2.3 Suleimaniya Algemeen In augustus 2014 waren er ongeveer 11.000 ontheemden in Suleimaniya. Dit aantal is toegenomen naar ongeveer 26.000 in februari 2015. Om de ontheemden te kunnen opvangen, heropende het noodhulpcluster in Suleimaniya een kamp dat in 2013 diende als tussenstop voor Syrische vluchtelingen. In januari 2015 werd de maximale capaciteit bereikt toen er 16.470 mensen in dit kamp verbleven, terwijl er oorspronkelijk capaciteit was voor 6.000 mensen. In januari 2015 is begonnen met uitbreiding van het huidige tentenkamp en met de bouw van nieuwe tentenkampen voor ontheemden. Resultaten tot nu toe Het afgelopen halfjaar zijn 4.074 vluchtelingen en ontheemden in Suleimaniya geholpen met hulpgoederen om de winterkou te overleven. De gezinnen kregen bijvoorbeeld voedsel, winterkleding en -laarzen, en ook tapijten en materialen om de onderkomens te isoleren. In het kamp voor ontheemden werden er in een veilige en leuke omgeving aan 240 kinderen activiteiten geboden. Hoewel met vertraging, is in beide kampen gestart met het uitdelen van fruit aan kinderen. De medewerkers van dit kamp en van het vluchtelingenkamp zijn opgeleid door een kleuterschoolspecialist. Vooruitblik In het voorjaar van 2015 wordt in Suleimaniya een proefproject gestart. Een groep jongvolwassenen uit de kampen zal getraind worden in het kweken van groenten in kleine moestuinen en daarnaast in het onderhouden van groenvoorzieningen.
9
3
OVERZICHT INKOMSTEN EN BESTEDINGEN
Het overzicht hieronder laat de inkomsten en de bestedingen zien van het Christelijk Noodhulpcluster in Noord-Irak in de periode augustus 2014 tot februari 2015. De financiële ondersteuning die het cluster krijgt van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is in deze tabel buiten beschouwing gelaten. Totaal donaties augustus 2014 februari 2015
Besteed (eerste halfjaar)
Resterend
Dorcas Red een Kind Tear Woord en Daad
682.160 214.907 449.012 879.977
351.000 203.563 281.600 387.768
331.160 11.344 167.412 492.209
ZOA
152.038
104.769
47.269
2.378.094
1.328.700
1.049.394
Totaal
Tabel 3.1: Inkomsten en bestedingen noodhulp Noord-Irak, Christelijk Noodhulpcluster.
10
COLOFON Dorcas Bedrijvenweg 3 Postbus 12 1619 ZG Andijk T: 0228 595 900 E:
[email protected] I: www.dorcas.nl Red een Kind G. Stephensonstraat 11 Postbus 40169 8004 DD Zwolle T: 038 460 46 48 E:
[email protected] I: www.redeenkind.nl Tear Laan van Vollenhove 2941 Postbus 981 3700 AZ Zeist T: 030 69 69 600 E:
[email protected] I: www.tear.nl Woord en Daad Spijksedijk 16E Postbus 560 4200 AN Gorinchem T: 0183 611 800 E:
[email protected] I: www.woordendaad.nl ZOA Sleutelbloemstraat 45 Postbus 4130 7322 AJ Apeldoorn T: 055 366 33 39 E:
[email protected] I: www.zoa.nl Fotografie: Dorcas, Tear, ZOA Opmaak: Dorcas
11