www.researchportal.be - 3 Jan 2016 15:23:02
Onderzoeksprojecten (3000 - 3500 van 7401) Zoekfilter: Classificaties: EXACTE WETENSCHAPPEN (P)
Sinusoidale analyse gebaseerd op audio-partituur alignering. Universiteit Antwerpen Abstract: Sinusoïdale analyse is een belangrijke techniek voor audio-analyse. Wanneer men polyfone audio probeert te analyseren, heeft men echter vaak te maken met overlappende harmonische componenten afkomstig van de verschillende noten. De resulterende systeemmatrix is dan onoplosbaar. Door het gebruik van bijkomende informatie, in de eerste plaats afkomstig van de partituur, kunnen we echter een veel betere initialisatie van het model bekomen, en tegelijk het juiste aantal parameters bepalen. Dit moet alvast resulteren in een accuratere en robuustere analyseresultaten. Het eerste deel van dit project is geconcentreerd rondom de wiskundige en technische beperkingen en zal onder andere het ontwikkelen van de nodige software bevatten. In een tweede deel ligt de nadruk op toepassingen, meer specifiek op source separation en individuele nootbewerking in een polyfone context. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders • Joachim Ganseman
Effect van in- en ontpolderen op hoogwaterpeilen in het Schelde-estuarium: historische effecten (1550-1800) als referentiemodel voor huidige beheersplannen. Universiteit Antwerpen Abstract: Om het overstromingsrisico van de Schelde te doen dalen, worden valleigebieden ontpolderd. Er bestaan echter geen empirische data die de relatie tussen ontpolderingen en waterpeil reductie (~ overstromingsrisico) beschrijven. Als vergelijkingsmodel worden daarom de effecten van historische in- en ontpolderingen langs de Westerschelde (1550-1800) op het waterpeil langs de Vlaamse Zeeschelde bestudeerd, a.d.h.v. protisten (diatomeeën en thecaoeben). Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Stijn Temmerman • Marijke Ooms
Toxiciteitskarakterisatie en groepering van chemicaliën op basis van toxinogenomics in Daphnia magna. Universiteit Antwerpen Abstract: Toxiciteitskarakterisatie en groepering van chemicaliën op basis van toxinogenomics in Daphnia magna. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Melissa Penninck
Optimaal schatten en verwerken van diffusie kurtosis parameters met het oog op klinische toepasbaarheid. Universiteit Antwerpen Abstract: Diffusiegewogen magnetische resonantie beeldvorming (DW-MRI) laat toe de mate van diffusie van watermoleculen in levend weefsel te bepalen. Diffusietensor beeldvorming (DTI) maakt gebruik van een Gaussiaans model om deze diffusie voor te stellen en is een veelgebruikte techniek in huidig onderzoek naar de witte hersenmaterie. Ondanks het feit dat het DTI-model tot op heden de meest toegepaste techniek binnen dit domein is en al vaak succesvol leidde tot nieuwe inzichten rondom neurologische aandoeningen, heeft het enkele fundamentele tekortkomingen waardoor nieuw technieken zich opdringen. DTI bezit bijvoorbeeld beperkte mogelijkheden om meervoudige vezelorientaties in een voxel te beschrijven, grotendeels te wijten aan de aanname van het Gaussiaanse diffusiemodel. Diffusie kurtosis beeldvorming (DKI) laat toe om diffusie niet-Gaussiaans te beschrijven [23]. Echter: (1) het bijhorende beeldvormingsproces vereist verhoogde b-waarden waardoor de SNR verlaagt. Het verschil tussen de werkelijk aanwezige Riceverdeelde ruis en normaalverdeelde ruis zal hierdoor beduidend groot worden waardoor kleinste kwadraten benaderingen onjuistheden introduceren bij het schatten van de DKI-parameters. Om de klinische en biologische meerwaarde van deze nieuwe methode tegenover DTI aan te tonen is er nood aan een set parameters die gebruikt kan worden tijdens kwantitatieve analyses. DTI wordt meestal beschreven aan de hand van twee invarianten (gemiddelde diffusie en anitrope diffusie) , maar: (2) DTI levert niet de geschikte parameters om eenduidig de invloed van myelineafbraak of axonaal verlies op het diffusieproces te kwantificeren. (3) Doordat DKI tot op heden voornamelijk theoretisch werd bestudeerd, bestaan er geen atlassen van de bijhorende parameters die kwantitatieve analyses en daaropvolgende klinische studies mogelijk maken. De hogere orde van de diffusie kurtosis tensor (DKT) in vergelijking met de DT, impliceert het bestaan van extra parameters die meerwaarde bieden bij klinisch onderzoek. Een recente theoretische studie maakt de mathematische afleiding van deze (in)variante parameters mogelijk. Het onderzoek zal volgende stappen inhouden: Doelstelling 1: bepalen van de optimale beeldvormingsparameters (o.a. gradientsterkte en - richtingen) waarbij optimaal rekening gehouden wordt met de Rice verdeling van de opgenomen diffusiegewogen data. Het doel hierbij is de juistheid en de precisie van de geschatte DKI parameters te optimaliseren. Om klinische toepasbaarheid na te streven, zal de scantijd en de praktische haalbaarheid van de beeldvormingsinstellingen steeds in acht genomen worden. Doelstelling 2: onderzoek naar de meerwaarde van kurtosis-parameters t.o.v. de huidige DTI-metingen voor de detectie van pathofysiologische verschijnselen zoals myelineafbraak, axonaal verlies, . . . . Deze vormen van weefselafbraak zullen worden gesimuleerd in muizen, waarna een vergelijk van DKT-parameters en histologie mogelijk wordt. De myelineafbraak zal gesimuleerd worden door het toedienen van zeer kleine hoeveelheden cuprizone, een stof die zorgt dat de oligodendrocyten afsterven. Een direct gevolg is het verlies van myeline rondom de zenuwvezels. Doelstelling 3: opstellen van een kurtosis-atlas op basis van de relevante kwantitatieve parameters die in doelstelling twee gevonden werden. Hierbij zal er onderzocht worden hoe de bestaande registratietechnieken voor meervoudige beelden aangepast dienen te worden voor een optimale DKT beeldregistratie en atlasvorming. Doelstelling 4: de kurtosis-atlas zal gebruikt worden om de klinische meerwaarde van DKI te beoordelen voor een voxel gebaseerd onderzoek rond Multiple Sclerose.
(4) Theoretisch vormt DKI reeds een techniek die de tekortkomingen van DTI omzeilt binnen realistische scantijden. In de praktijk werden tot op heden slechts enkele klinische studies uitgevoerd. De finale meerwaarde en toepasbaarheid van DKI in klinisch onderzoek is hierdoor nog niet bekend. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers • Jelle Veraart
Match of mismatch? Een kosten-batenanalyse van maternale effecten bij kanaries (Serinus canaria). Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks het vele onderzoek naar de functie van maternale hormonen bij vogels, werden de gevonden kosten en baten tot nog toe enkel vanuit het perspectief van het jong en onafhankelijk van de opgroeiomgeving beschreven. Een gevonden effect zou echter in de ene omgeving positief kunnen zijn, maar in een andere omgeving juist negatief. Het is dus belangrijk om in dergelijke experimenten ook met de omgevingsafhankelijkheid rekening te houden. Hiernaast dienen ook de hieraan verbonden consequenties voor de ouders in acht genomen te worden. Wat optimaal is voor de ouders is immers niet noodzakelijkerwijs optimaal voor de jongen. Mogelijkerwijs is een omgevingsafhankelijke hormoondepositie de optimale strategie van de moeder ter maximalisatie van haar fitness. De adaptieve waarde van de hormoondepositie kan dus pas in deze bredere context bepaald worden. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Jonas Vergauwen
In silico Materials Design en experimentele validatie van nieuwe optische coatings (ISIMADE). Universiteit Antwerpen Abstract: Het hoofddoel van dit SBO project is om geavanceerde technieken voor het pragmatisch modelleren van materialen te ontwikkelen. Om de samenwerking met Flamac, waar het experimentele werk verricht wordt, en zijn industriele partners vanaf het begin van het project te stimuleren wordt er gefocusseerd op één klasse van materialen : optische dunne filmen. Deze keuze werd o.a. ingegeven door de hoge technologische relevantie en industriële interesse in Vlaanderen voor deze materialen. Bovendien zijn deze materialen belangrijk in het kader van de milieuproblematiek en verwacht men dat computationeel modelleren een toegevoegde waarde kan bieden. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dirk Lamoen • Bart Partoens
Evaluatie en ontwikkeling van bedrijfsinitiatieven inzake de controle en vermindering van woon-werkverplaatsingen. (ADICCT - tweede fase) Universiteit Antwerpen Abstract: Als bron van woon-werk verkeer genereren bedrijven heel wat mobiliteit. Veel werkgevers zijn zich daarvan bewust en ontwikkelen initiatieven om het autogebruik van hun werknemers te verminderen. Het ADICCT project onderzoekt deze Mobility Management initiatieven. Naast een grondige analyse van de Belgische enquête inzake woon-werkverkeer, omvat het project ook een case-study onderzoek gebaseerd op interviews met werkgevers die een vooruitstrevend mobiliteitsbeleid hebben. Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Ann Verhetsel
COCARDE (Koud water karbonaatreservoirsystemen in de diepzee) Universiteit Gent Abstract: COCARDE is een FWO-ICA (International Co-ordination Action) ter ondersteuning van het gelijknamig internationaal netwerk, onder de auspiciën van IOC-UNESCO. COCARDE beoogt een brug te slaan tussen academisch en industrieel onderzoek op koud-water carbonate mounds, evenals tussen onderzoek van de actuele diepzee carbonate mounds en fossiele mounds. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jean Henriet
Impact of climate induced glacier melt on marine coastal systems in the West Antarctic Peninsula region (IMCOAST) Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt om op basis van physico-hydrographische, geochemische en biologische proxies een reconstructie te maken van historische, actuele en toekomstige veranderingen tgv sediment-run off in de Antarctische kustgebieden. De belangrijkste doelstelling is om de effecten van sedimentatie geassocieerd met het afsmelten van gletsjers op mariene ecosystemen na te gaan en te modelleren. Het project omvat zowel in situ metingen en observaties als een experimentele aanpak. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
Small and wide angle x-ray diffractometer, uitgerust voor poeders en dunne filmen met "grazing angle" optie en hoge temperatuurskamers Universiteit Gent Abstract: Dit toestel wordt ingezet voor de karakterisering van mesoporeuze geordende materialen (small angle) en keramische materialen, zoelieten en metal organic frameworks (wide angle). Daarnaast biedt het de mogelijkheid voor het opmeten van de kristalliniteit van dunne filmen en beschikt het over een hoge temperatuurskamer (tot 1200°C). Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Serge Hoste • Isabel Van Driessche • Pascal Van Der Voort
ICP-OES (Inductively Coupled Plasma Optical Emission Spectrometer) Universiteit Gent Abstract: Een ICP-OES, ter vervanging van een oude AAS, is onontbeerlijk in een laboratorium bodemkunde waar dagelijks bodem- en wateranalyses worden uitgevoerd in het kader van practica voor studenten, MSc en PhD scripties, en onderzoeksprojecten. Het toestel zal weliswaar ook gebruikt worden om metingen uit te voeren voor andere onderzoekseenheden, waaronder Protistologie en Aquatische Ecologie, Mariene Biologie, Sedimentaire Geologie en Ingenieursgeologie, en grondwatermodellering. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Eric Van Ranst
Fluorescentiemicroscoop Universiteit Gent Abstract: Met een fluorescentiemicroscoop kunnen kleine luminescente deeltjes of fluorescerende oppervlakte geobserveerd worden. Dit toestel zal gebruikt worden voor onderzoek in het domein van de elektroforese, luminescente fosfordeeltjes, nano-emitters en biosensors. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Kristiaan Neyts • Dirk Poelman • Peter Bienstman
TD-GC-MS voor de analyse van (semi-)vluchtige organische componenten van biogene an antropogene oorsprong in omgevingslucht en in de headspace van verschillende matrices. Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de chemische analyse van (semi-)vluchtige organische verbindingen in omgevingslucht. Aandacht gaat hierbij uit naar enerzijds biogene emissies zoals bijv. de emissie van sesquiterpenen door bosvegetatie, en anderzijds naar de aanwezigheid van antropogene gezondheidsbelastende (semi-)VOC in binnenlucht. Het aangevraagde krediet dient voor de aankoop van de nodige innovatieve TD-GC-MS apparatuur. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Herman Van Langenhove
Mobiele X-stralen fluorescentie spectrometer Universiteit Gent Abstract: X-stralen fluorescentie analyse (XRF) is een analytische techniek die toelaat om snel en op een niet-destructieve manier de elementcompositie van een object te bepalen. In dit project wordt een mobiele X-stralen fluorescentie spectrometer aangekocht, waardoor archeologische objecten geanalyseerd kunnen worden, wat nuttig is voor diverse archeometrische toepassingen (herkomstbepaling, bepaling van het productieproces, materiaalidentificatie, etc.) Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Peter Vandenabeele
Vernieuwing van de apparatuur voor monstervoorbereidingen in het geochronologisch en geochemisch onderzoek van mineralen en gesteenten Universiteit Gent Abstract: De aangevraagde apparaten betreffen een schijvenmolen en een koolstofbedamper. De schijvenmolen is een basistoestel voor het afscheiden van specifieke mineralen uit gesteenten, nodig voor geochronologisch en/of isotropisch onderzoek. De koolstofbedamper is een apparaat dat dient om kleine mineralogische monsters te bekken met een koolstoflaagje, nodig voor microchemische analyse onder de SEM (scanning-electronenmicroscoop). Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Peter Van den haute • Marlina Elburg
Gelpermeatie chromatografie (GPC) Universiteit Gent Abstract: In dit BOF-project wordt en GPC-systeem voor absolute moleculaire gewichtsbepaling aangevraagd als basisuitrusting. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Filip Du Prez
Kwaliteitsmetrieken voor de objectieve beoordeling van de invloed van IP-gebaseerde netwerken op video- en audiokwaliteit Universiteit Gent Abstract: Netwerkstoornissen (pakketverlies) hebben in het geval van digitale video een invloed hebben op de visuele kwaliteit van het ontvangen signaal. Tijdens dit doctoraatsonderzoek wordt de relatie tussen deze netwerkstoornissen en de waargenomen beeldkwaliteit onderzocht. Het is de bedoeling om een kwaliteitsmetriek op te stellen die, op basis van netwerk monitoring, in staat is om de visuele kwaliteit te voorspellen. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
Ontwikkeling en toepassing van snelle algoritmen voor de oplossing van elektromagnetisch en akoestische veldproblemen Universiteit Gent Abstract: In dit project wensen we een snel full-wave veldsimulatie algoritme te ontwikkelen en er de toepassingen van onderzoeken voor de ontwikkeling van nieuwe elektromagnetische materialen, voor het ontwerp van hoog-frequente passieve circuits en antennes, voor de voorspelling van propagatie, voor outdoor akoestische veldsimulaties, voor het ontwerp van akoestische toestellen en ruimtes en voor de simulatie van geavanceerde passieve optische componenten. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Dick Botteldooren • Peter Bienstman • Hendrik Rogier
Productie van poreuze polymeerstructuren via de BioplotterTM technologie voor cardiovasculaire aandoeningen Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is om op basis van de BioplotterTM rapid prototyping technologie een reeks perfect interconnectieve polymere draagstructuren te ontwikkelen met het oog op het ontwikkelen van een afdoende behandeling voor patiënten die getroffen zijn door een myocardinfarct. Naast een reeks synthestische polymeren zullen ook biopolymeren geëvalueerd en vergeleken worden als kandidaat materiaal. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Peter Dubruel
Semi-parametrische gemengde modellen voor de analyse van genoom-wijde expressie data Universiteit Gent Abstract: De doelstelling is het ontwikkelen van een semiparametrisch gemengd model voor de stochastische ordening van de uitkomstvariabele. Dit geldt als een niet- of semiparametrische analogon van de bestaande lineaire gemengde modellen. Ze worden hier toegepast op de analyse van genoom-wijde expressie data afkomstig van een 10x10 diallel crossing schema om onderscheid te kunnen maken tussen cis en trans regulatie. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Stijn Vansteelandt
Dynamiek in het wereldstedennetwerk 2000-2008: een longitudinale netwerkanalyse van hedendaagse mondialiseringsprocessen Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doelstelling een analyse te maken van de voornaamste determinanten van connectiviteitsverandering in het wereldstedennetwerk. Deze longitudinale analyse maakt hierbij gebruik van unieke data die verzameld werd door een wetenschappelijke samenwerking tussen de 'Globalization and World Cities'-onderzoeksgroep en de 'Chinese Academy of Sciences' voor drie verschillende tijdspunten: 2000, 2004 en 2008. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Ben Derudder
Theoretische studie van het atoom-in-de-molecule concept Universiteit Gent Abstract: Gedetailleerde studie van het atoom in de molecule en ontwikkeling van methoden voor densiteitsmatrices voor atomen in de molecule. Berekening van kwantummechanische verwachtingswaarden voor atomen in een molecule. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Patrick Bultinck
Identificatie en karakterisering van sex-specifieke eiwitten en genen in het bruinwier Ectocarpus siliculosus Universiteit Gent Abstract: Deze studie omvat de karakterisatie van lectines en glycoproteïnen op de flagellen plasmamembranen van mannelijke en vrouwelijke gameten bij het bruiwier Ectocarpus siliculosus. Proteinen worden geisoleerd middels affiniteitschromatografie en vervolgens partieel gesequeneerd. De genen die coderen voor deze proteinen worden vervolgens geïdentificeerd in het Ectocarpus genoom. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Olivier De Clerck
Stochastische modellering en analyse van communicatiesystemen Universiteit Gent Abstract: Het project heeft tot doel efficiënte mathematische technieken te ontwikkelen om stochastische modellen te analyseren, die nuttig zijn voor de prestatie-analayse van hedendaagse heterogene telecommunicatienetwerken. Deze modellen komen uit de domeinen van de wachtlijntheorie en de estimatie- en decisietheorie. Zij beogen onder meer een meer realistische modellering van de informatiebronnen/aankomststromen, de bedieningsmechanismen en de scheduleringstechnieken in netwerkknopen, evenalas de studie van nietklassieke aspecten zoals hardware-vertragingen, informatie-deadlines, karakterisatie van verliesprocessen en tijdsafhankelijk gedrag. Zij vinden ook onder meer hun toepassing in adaptieve modulatie en codering met feedback, iteratieve draaggolf-en kloksynchronisatie, signaalontwerp voor lokalisatiesystemen. Organisaties:
• Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
Eiwit-eiwit interacties: naar een beter begrip van interactomen, signaalbanen en domeinen Universiteit Gent Abstract: Interacties tussen eiwitten (PPI's) vervullen een centrale rol in nagenoeg alle cellulaire functies. Binnen een Methusalem consortium zullen we diverse technieken zoals MAPPIT en eiwitkristallografie toepassen om een breder inzicht te verwerven in PPI's op verschillende niveau's: van volledige interactomen, over signaalbanen tot de moleculaire detailstudie van geselecteerde eiwit itneractieparen. Ook moleculaire interacties tussen eiwitten en kleine organische moleculen vormen een deel van het programma. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
Ontwikkeling van nieuwe analytische strategieën voor de directe analyse van archeologisch materiaal Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de ontwikkeling van analytische methodes, voornamelijk op basis van laser ablation - ICP-massaspectrometrie, voor de quasi niet-destructieve element- en isotopische analyse van archeologische materialen (zonder voorafgaandelijke digestie). Prehistorische rotsschilderingen, pre-Romeins en middeleeuws keramiek en Romeinse munten, alle afkomstig uit Spanje, werden als artefacten geselecteerd. De interpretatie van de aldus verkregen gegevens zal in samenwerking met archeologen gebeuren. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Fundamentele studie van atomaire laag depositie voor contacterings- en interconnectietoepassingen in de nanoelektronica Universiteit Gent Abstract: Atomaire laag deposite (ALD) is een zelf-gelimiteerde filmgroeitechniek, waarbij de groeiende film alternerend wordt blootgesteld aan pulsen van precursor gassen. De belangrijkste voordelen van ALD betreffen de gelijkvormige groei en de uitstekende controle over laagdikte, stoechiometrie en uniformiteit. Tijdens dit project is het onze bedoeling om ALD processen te onderzoeken voor de groei van diffusiebarrières en contacteringsmaterialen voor toepassingen in de nano-elektronica. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Christophe Detavernier
Plasmabehandeling voor de verbetering van het hydrofiel, hydrofoob, antibacterieel en adhesief karakter van medische textielweefsels Universiteit Gent Abstract: Een gezamenlijk doctoraat is voorgesteld tussen de vakgroep Toegepaste Fysica (Ugent - België) en het Kongunada Arts & Science College (India). Het is een ideale kans om de aan de Ugent ontwikkelde atmosferische plasmabronnen te evalueren en vergelijken met lage druk ontladingen (expertise van Indische partner). Dit werk brengt twee verschillende aanpakken samen voor de oppervlaktebehandeling van textiel m.b.v. plasma. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Christophe Leys
Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficiëntie capillaire vloeistofchromatografie. Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op het gebruik van capillaire kolommen in vloeistofchromatografie. Meer gevoelige MS detectie kan bekomen worden met capillaire LC door de sterk verhoogde ionisatieefficientie en, door de sterk verlaagd thermische massa, kunnen er heel wat voordelen uit hoge temperatuur micro-LC met monolitische verwacht worden. Het project is o.a. gericht op het vervaardigen van zo lang mogelijke capillaire kolommen voor hoog-resolutie vloeistof¬chromatografiescheidingen en op hun gebruik voor de analyse van complexe monsters. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Frederic Lynen
Evaluatie van nieuwe types stationaire fases en kolomdimensies voor de ontwikkeling van hoogefficiënte en generische superkritische vloeistofchromatografie Universiteit Gent Abstract: Een techniek die de chromatografische voordelen van GC en de brede toepasbaarheid van HPLC combineert is superkritische vloeistofchromatografie (SFC). Superkritische vloeistoffen vertonen bijzondere eigenschappen. Dit project heeft als doel om de performantie van SFC ten opzichte van HPLC grondig te evalueren, om bij te dragen tot de optimalisatie en valorisatie van de huidige SFC hardware, om nieuwe ?op maat gemaakte? SFC stationaire fasen te ontwikkelen, om ?generische? SFC methoden te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder • Frederic Lynen
MicroPower Universiteit Gent Abstract: Reversibele computers kunnen rekenen met weinig elektriciteitsverbruik en weinig warmte-ontwikkeling. Organisaties:
• Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Alexis De Vos
Titel: Integratie van de semantiek van events, processen en taken overheen requirements engineering lagen Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een enterprise-architectuur methode ontwikkeld voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze methode, CHOOSE, bestaat uit een eenvoudige modelleertaal, richtlijnen om deze te gebruiken en een verzameling van softwareapplicaties om CHOOSE modellen te ontwikkelen en te beheren. Organisaties: • Vakgroep Beleidsinformatica en Operationeel beheer
Onderzoekers: • Geert Poels
Penetratie van antimicrobiele produkten in biofilms en het gebruik van quorum sensing inhibitoren als nieuwe anti-biofilm strategie Universiteit Gent Abstract: In dit project zullen drie zaken onderzocht worden. In eerste instantie zal de diffusiecapaciteit van antimicrobiele produkten in biofilms bepaald worden. Daarnaast zullen we nieuwe inhibitoren van het QS systeem ontwikkelen en toepassen op biofilms. Tenslotte wensen we nieuwe dragers voor antilmicrobiele produkten te ontwikkelen zodat de afgifte in biofilms verbeterd kan worden. Organisaties: • Vakgroep Farmaceutische analyse
Onderzoekers: • Tom Coenye
Genoomwijde transcriptiefactor-DNA bezetting en omringende cofactor-recruteringsprofielen bij gecombineerde GR?- en PPAR?-gebaseerde transcriptionele cross-talk mechanismen. Universiteit Gent Abstract: Heel recent toonde onze onderzoeksgroep tesamen met de groep van Prof. B. Staels (Pasteur Instituut Rijsel) aan, dat wanneer glucocorticoïden en PPAR?-agonisten gecombineerd worden, een additief ontstekingswerend effect bekomen wordt, terwijl verrassend genoeg de neveneffecten op diabetogeen vlak (insuline-resistentie) uitblijven (Bougarne et al., Proc. Natl. Acad. Sci., 2009). Onderhavig onderzoeksproject zal eruit bestaan de onderliggende moleculaire mechanismen van deze cross-talk verder uit te spitten. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Karolien De Bosscher
Her-fotografie voor analyses van verwoestijning en herstelvermogen in Noord-Ethiopië sinds 140 jaar Universiteit Gent Abstract: Deze studie zal een geografisch expliciete analyse maken van verwoestijning en de impact van bodem- en waterconserveringsmaatregelen daarop, in een 300 x 35 km² grote noord-zuid transectstrook doorheen het noord-Ethiopische hoogland. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Morgan De Dapper • Jan Nyssen
Waarnemingsprogramma?s met gegarandeerde en open tijd met Herschel-PACS: wetenschappelijke exploitatie Universiteit Gent Abstract: Wij gebruiken de nieuwste calibratie bestanden en de meest recente en bijgewerkte algoritmen voor mapmaking (SCANAMORPHOS en UniMAP) om de volledige datasets van de Herschel Virgo (en Fornax) Cluster Survey, de Lokale Andromeda Galaxy Survey en de PACS Herschel Reference Survey te verwerken. De gegevens zullen eerst beschikbaar worden gemaakt voor sterrenkundigen in de bovengenoemde consortia, en dan voor de astronomische gemeenschap. Organisaties: • Vakgroep Wiskundige natuurkunde en sterrenkunde
Onderzoekers: • Maarten Baes
Detailkartering van actieve methaanbronnen, moddervulkanen en gashydraten in het Baikalmeer door middel van multibeam-bathymetrie Universiteit Gent Abstract: Detailkartering van de methaanbronnen, moddervulkanen en de ermee geassocieerde structuren in de zuidelijke en centrale bekkens van het Baikalmeer door middel van de inzet van RCMG's nieuwe, mobiele multibeam-systeem. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Marc De Batist • Lieven Naudts
Het geleidingsmechanisme van dunne film vastestofelektrolieten Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is om de parameters te onderzoeken die de ionengeleidbaarheid van dunne film vastestofelektrolieten beïnvloeden. De dunne lagen worden afgezet door middel van magnetron sputteren. De invloed van de compositie en morfologie zal niet alleen op het algemene geleidingsgedrag onderzocht worden, maar op de nanometerschaal door een nieuw AFM gebaseerde meetprobe te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Diederik Depla
Folaat stabiliteit in rijst: een moleculaire en analytische studie Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is het ontwerpen van een prototype rijst met hoog folaat gehalte, stabiel bij kamertemperatuur over langere periodes, aan te tonen via quantitatieve analytische procedures. Bovendien zal dit project de fundamentele kennis in verband met de regulatie van folaatstabiliteit in planten door polyglutamylatie en folaatbindende eiwitten, verhogen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dominique Van Der Straeten
Herbepaling van verdachte k0 en Q0 waarden in k0-NAA Universiteit Gent Abstract: De k0-NAA methode is een multi-element calibratie methode voor neutronenactiveringsanalyse (NAA) die geen standaarden vereist, maar gebruik maakt van de composiet nucleaire conatnten k0 en Q0. Sommige zijn mogelijk niet accuraat. In dit doctoraal onderzoek van Fulvio Farina wordt een ? internationaal erkende ? lijst van verdachte waarden opnieuw bepaald aan het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK). Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Karel Strijckmans
Identificatie en functionele evaluatie van Arabidopsis metacaspase substraten Universiteit Gent Abstract: Dit project ambieert een bijdrage te leveren in het onderzoek naar de functionaliteit van de metacaspasen in planten. Hiertoe zullen volgende concrete doelen nagestreefd worden: - Een gedetailleerde fenotypische en moleculaire analyse van transgene planten met verstoorde expressie niveaus van AtMC9 en AtMC4. De identificatie en validatie van chemische inhibitoren van type-II metacaspase-activiteit. - Proteoomwijde identificatie van eiwitsubstraten voor AtMC9 en AtMC4. - Functionele analyse van AtMC9/4 substraten. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Frank Van Breusegem • Kris Gevaert
Mechanismen van fotokatalyse in TiO2 dunne filmen voor luchtzuivering Universiteit Gent Abstract: De processen aan de grondslag van de fotokatalytische activiteit van TiO2 dunne filmen voor de afbraak van vluchtige organische stoffen uit de atmosfeer, zullen worden onderzocht. Hiertoe wordt de invloed van filmdikte, microstructuur, samenstelling en dotering op de activiteit en op andere fysische parameters onderzocht. Het onderzoek is zowel experimenteel van aard als theoretisch (modelleren van de fotokatalytische processen). Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
De Laurion doorgelicht: Archeo-topografische analyse van ertswasserijen en hun watervoorzieningssystemen in de zilverateliers van Attica Universiteit Gent Abstract: Het onderwerp van het voorgestelde onderzoek richt zich tot de Laurionstreek in Attica. Het opzet is via GIS een overzicht te creëren van de aldaar gesitueerde archeologische structuren die in verband kunnen gebracht worden met metallurgische activiteiten. Hierdoor wordt de interne en externe werking ervan als het ware blootgelegd. Specifieke aandacht zal besteed worden aan de watervoorzieningssystemen van de zilverateliers. Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Sami Zemni • Christopher Parker
Ontwikkeling van interatomaire potentialen voor ternaire Fe-gebaseerde legeringen toepasbaar in de studie van stralingseffecten, op basis van dichtheidsfunctionaaltheorie en consistent met het thermodynamisch gedrag. Universiteit Gent Abstract: Modellering op atomaire schaal van Fe-gebaseerde ternaire legeringen met technologsich belang, zoals FeCrNi, FeCuC, FeNiMn, FeCrW en FeCrMo. Een dicheidsfunctionaaltheorie studie van de interactie tussen puntdefecten en opgeloste atomen, uitgebreid tot thermodynamische eigenschappen, en gevolgd door de afleiding van interatomaire potentialen consistent met zowel DFT energetische data en fasestabiliteitsindicaties, als met experimentele fasediagram gegevens. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Dimitri Van Neck
Geparameteriseerde model-orde reductie (PMOR): ijle gegevens en ijle modellen Universiteit Gent Abstract: De voornaamste doelstelling van dit project is het ontwikkelen van robuuste en stabiele rationale modelleringsalgoritmen voor het opstellen van geparameteriseerde gereduceerde-ordemodellen voor complexe fysische sytemen. De orde en de complexiteit van de herschaalbare rationale modellen worden specifiek afgestemd op de toepassing in kwestie. De benaderende en/of interpolerende modellen zijn gebaseerd op ijle gegevens, verspreid over de ontwerpruimte en het is de bedoeling dat de modellen zelf ook ijl zijn om een mnimale complextiteit te bekomen. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers:
• Luc Knockaert • Tom Dhaene
Moufang verzamelingen Universiteit Gent Abstract: Verder ontwikkelen van, de theorie van de Moufang verzamelingen, dit is een welbepaalde klasse van tweevoudig transitieve groepen, ingevoerd door Jacques Tits. Enerzijds de studie van de speciale Moufang verzamelingen en het zoeken naar alternatieve voorwaarden. Anderzijds het bestuderen van de gekende voorbeelden van Moufang verzamelingen, afkomstig van lineaire algebraïsche groepen, gebruik makend van meetkundige en algebraïsche technieken. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Hendrik Van Maldeghem • Tom De Medts
Identificatie en functionele karakterisering van nieuwe cadherinebindende eiwitten via de opzuivering van gemerkte cadherines in transgene embryo's van Xenopus tropicalis Universiteit Gent Abstract: DE centrale bekrachtiging van dit project is de opzuivering van eiwitten die interageren met E- en N-cadherine, en dit in de context van een volledig organisme. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van transgene Xenopus tropicalis lijnen die gemodificeerde versies van E- en N-cadherine expresseren. Deze zijn voorzien van een tag voor opzuivering. Interagerende eiwitten zulle worde ngeidentificeerd via massaspectrometrie. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Kris Vleminckx
Onderzoek naar de moleculaire rol van caspase-14 gebruik makend van transgene muismodellen Universiteit Gent Abstract: De epidermis vormt de buitenste lagen van de huid en beschermt ons tegen fysische en chemische beschadiging. De epidermis doet ook dienst als barrière tegen waterverlies en invasie door micro-organismen. Ons onderzoek toonde aan dat caspase-14 een belangrijke rol speelt bij een correcte vorming van de huidbarrière. Nu willen we de moleculaire mechanismen onderzoeken die leiden tot dit phenotype in verschillende in vivo modelsystemen. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Peter Vandenabeele • Wim Declercq
Structureel en functioneel onderzoek van nieuwe microbiële en nematoden globines Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de structurele en fysico-chemische analyse van microbiële en nematodenglobines waarvan vermoed wordt dat zij nietconventionele eigenschappen kunnen vertonen, met name bacteriële protoglobines en globine-gekoppelde sensoren en eiwitten met duidelijke globinesignatuur van Caenorhabditis elegans. De experimenten omvatten expressieklonering, studie van de ligandbindkarakteristieken, kristallisatie en X-straaldiffractieanalyse en, specifiek voor C. elegans: expressielokalisatie, fenotypeanalyse onder gensilensing en identificatie van gloineinteractiepartners. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Jacques Vanfleteren • Luc Moens • Bart Braeckman
QoS ondersteuning in heterogene draadloze sensornetwerken met behulp van gedistribueerde 'Reinforcment Learning' technieken Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is de ontwikkeling van een adaptieve QoS netwerkarchitectuur voor draadloze sensornetwerken die een waarachtig multi agent systeem gebaseerd Reinforcement Learning algoritme incorporeert. Dit MAS-RL algoritme zal op gedistribueerde wijze intelligente beslissingen nemen omtrent de optimale werkingsmode voor iedere knoop, rekening houdend met de verschillende belangen en beperkingen. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Ingrid Moerman
Klimaat- en ecologische geschiedenis van de centrale Sahara: studie van een uniek continu archief van de laatste 15.000 jaar Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt een paleoecologische reconstructie van de omgevingsgeschiedenis van de centrale Sahara sinds de laatste Ijstijd, op basis van fossiele resten van aquatische biota bewaard in het continue sedimentarchief van het Yoa-meer in Noord-Tsjaad. Dit omvat studies van de taxonomie en biogeografie van dansmuggen (Chironomidae) in de Sahara, en van de limnologie, biodiversiteit en ecologie van huidige aquatische systemen in het Ounianga meerdistrict. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Dirk Verschuren
Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficëntie capillaire vloeistofchromatografie. Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op het gebruik van cappilaire kolommen in vloeistofchromatografie. Meer gevoelige MS detectie kan bekomen worden met capillaire LC door de sterk verhoogde ionisatieefficientie en, door de sterk verlaagd thermische massa, kunnen er heel wat voordelen ui
hoge temperatuur micro- LC met monolitische verwacht worden. Het project is o.a. gericht op het vervaardigen van zo lang mogelijke cappilaire kollomen voor hoog- resolutie vloeistofchromatografiescheidingen en op hun gebruik voor de analyse van complexe monsters. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Patrick Sandra • Frederic Lynen
Evaluatie van nieuwe types stationaire fases en kolomdimensies voor de ontiwkkeling van hoogefficieënte en generische superkritische vloeistofchromatografie. Universiteit Gent Abstract: Een techniek die de chromatografische voordelen van GC en de brede toepasbaarheid van HPLC combineert is superkritische vloeistofchromatografie (SFC). Superkritische vloeistoffen vertonen bijzondere eigenschappen. Dit project heeft als doel om de performantie van SFC ten opzichte van HPLC grondig te evalueren, om bij te dragen tot de optimalisatie en valorisatie van de huidige SFC hardware, om nieuwe "op maat gemaakte" SFC stationaire fasen te ontwikkelen, om "generische" SFC methoden te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Patrick Sandra • Annemieke Madder • Frederic Lynen
Multiferroics gebaseerd op het vrije elektronenpaar in Pb. Universiteit Hasselt Abstract: Binnen dit project zullen nieuwe materialen gesynthetiseerd en gekarakteriseerd worden met het oog op multiferroïsche eigenschappen. De gekozen materialen zijn gebaseerd op de theoretische voorspelling van multiferroïsche eigenschappen in perovskietgebaseerde oxides met Akationen met een vrij elektronenpaar in combinatie met magnetische B-kationen. Hierbij zou het vrije elektronenpaar voor de ferro-elektrische eigenschappen zorgen, terwijl de magnetische B-kationen voor de magnetische eigenschappen zullen zorgen. Er bestaan twee voorbeelden hiervan met Bi3+ als ion met een vrij elektronenpaar:BiFeO3[1] en BiMnO3[2]. Er bestaan tot op heden nog geen voorbeelden van multiferroïsche materialen op basis van het Pb2+ vrije elektronenpaar.Binnen dit project willen we de eerste multiferroïsche materialen realiseren waarbij het vrije elektronenpaar van Pb2+ de drijfveer voor de ferro-elektrische vervorming is. Organisaties: • Anorganische en Fysische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marlies VAN BAEL
Synthese en optimalisering van op maat gemaakte, gedragen titania lagen voor de toepassing in foto-geactiveerde processen Universiteit Hasselt Abstract: In onderhavig project zal de invloed van de synthesecondities en depositietechnieken op de finale eigenschappen van dunne titania (TiO2)lagen worden nagegaan. Innovatieve methoden voor de vorming van poreuze poeders (UA, promotor P.Cool) zullen gecombineerd worden met recente expertise in verband met het vormen van dunnen lagen (Uhasselt, promotor M.K. Van Bael). Aandacht zal ook besteed worden aan post-synthetische methoden om de stabiliteit en de eigenschappen van de materialen verder te controleren. Er wordt uitgegaan van de wetenschappelijke kennis voorhanden voor de vorming van poeders en er wordt onderzocht of deze overdraagbaar is op de vorming van dunne lagen. Op deze manier wordt getracht om fundamentele kennis te verwerven over de parameters welke controle mogelijk maken over de structuur en eigenschappen van het afgezette titania. Dit is van groot belang voor fotogeïnduceerde toepassingen. Organisaties: • Anorganische en Fysische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marlies VAN BAEL
Nieuwe uitdagingen in veeldeeltjes Greense functie en gevorderde Dyson orbitaaltheorieën: van orbitaalafbeeldingen tot moleculaire kwantumsimilariteit in impulsruimte. Universiteit Hasselt Abstract: Nieuwe uitdagingen in veeldeeltjes Greense functie en gevorderde Dyson orbitaaltheorieën: van orbitaalafbeeldingen tot moleculaire kwantumsimilariteit in impulsruimte. Voor de ontwikkeling van nieuwe moleculaire descriptoren, gebruikt in de kwantitatieve structuur/activiteit relatie theorie (QSAR theorie), is er momenteel nood aan een gestandaardiseerd orbitaal-beeldvorming studie en kwantum-chemische methodes voor het berekenen van moleculaire orbitalen. Naast het interpreteren van 'orbitaal-beeldvorming' elektronenimpuls spectroscopische experimenten (EMS), is het hoofddoel van dit project de studie van de relatie tussen de Dyson orbitalen, Kohn-Sham orbitalen en Fukui functies. Bovendien wordt er ook gebruik gemaakt van de impuls-ruimtelijke weergave van deze orbitalen (of functies) om nieuwe kwantumsimilariteit indices te berekenen in de impulsruimte. Deze indices zullen vervolgens vergeleken worden met andere descriptoren van moleculaire similariteit, zoals bijvoorbeeld de logP index die overeenkomt met de octanol/water partitiefunctie. Dergelijke functie is een experimentele maat voor het hydrofobe/lipofiele karakter van een molecule. In dit kader, zijn de C4H6O2 isomeren (2,3-butadieen, 3,4-epoxy THF, methylacrylaat, #947;-butyrolacton, cyclopropaan carbonzuur, en 1,3-butadieen diepoxide), ideale moleculen om nieuwe similariteit descriptoren te testen. Een kwantitatieve analyse van de EMS metingen, uitgevoerd op moleculen die roteerbare bindingen bezit, vereist zorgvuldige en zeer accurate berekeningen van (a) moleculaire structuren, (b) relatieve energieverschillen, (c) hoeveelheid conformatieveranderingen, (d) valentie één-elektronen en 'shake-up' ionisatie spectra en (e) centrisch gemiddeld orbitaal-impuls verdelingen gebruik makend van Dyson orbitalen. Stappen (b) en (c) zijn overbodig indien het bestudeerde molecule een rigide conformatie bezit. In een volgende stap (f), laten de gestandaardiseerde berekeningen van grondtoestand elektronendichtheden bekomen uit Dyson (of Kohn-Sham) orbitaal studies het toe om similariteit indices in de impulsruimte te berekenen. Organisaties: • Centrum van Moleculair en Materiaal Modelleren
Onderzoekers: • Michael DELEUZE
Saneren van databases. Universiteit Hasselt
Abstract: Het project beoogt de ontwikkeling van nieuwe databasetechnieken ter ondersteuning van sanering van data, metadata en datatransformaties. Saneren in deze context duidt op het identificeren en corrigeren van onvolledigheden, inconsistenties, onnauwkeurigheden en fouten. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Frank NEVEN
Synthetische diamantfilms als platform voor nieuwe DNA sensoren met elektronische detectieprincipes Universiteit Hasselt Abstract: Dit voorstel heeft drie hoofddoelstellingen: 1)Een doorgedreven karakterisatie van de 'moleculaire borstels' gevormd door enkel -en dubbelstrengige DNA-fragmenten covalent gehecht aan CVD-diamant. 2)Een studie van de elektronische structuur aan de halfgeleider-elektrolyt interfase en de modificatie ervan door aanwezigheid van geladen DNA-macromoleculen met mogelijk behoud van het Fermi-niveau. 3)Studie van de invloed van het sensorontwerp op de gevoeligheid van een label-vrije, elektronische sensor voor de detectie van DNA-hybridisatie. De uiteindelijke DNA-sensor zou een snelle responstijd (op minutenschaal) moeten combineren met een hoge selectiviteit (duidelijk onderscheid tussen complementaire DNA-fragmenten en strengen met één of meerdere puntmutaties) en een lage detectielimiet, geschikt voor lage concentraties target-DNA. Verschillende sensor-constructies komen in aanmerking, maar hier zullen we focussen op de veelzijdige configuratie met 'loodrechte' elektroden: het DNA-geactiveerde diamant speelt de rol van werkelektrode onderin een vloeistofcel met een tegenelektrode hoger in de bufferoplossing. Deze configuratie maakt de elektronsiche eigenschappen aan de halfgeleider-biomoleculaire interfase toegankelijk en biedt de mogelijkheid tot uitbreiding naar een elektronisch-uitleesbare sensor-array. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Luc MICHIELS • Patrick WAGNER
Roosters van nanodeeltjes geproduceerd via de micel-methode voor de studie van proximity-effecten in hybride systemen gebaseerd op metallische, supergeleidende, magnetische en organische materialen. Universiteit Hasselt Abstract: Gedreven door technologische noden en fundamentele wetenschappelijke nieuwsgierigheid is de nanowetenschap geëvolueerd tot één van de meest actieve onderzoeksdomeinen ter wereld. De ontwikkeling van nieuwe 'bottom-up' methoden is noodzakelijk om in het ideale geval de in-situ depositie mogelijk te maken van ensembles van zuivere nanostructuren van eender welk materiaal met regelbare grootte, onderlinge afstand en vrije substraatkeuze. In dit project zullen we de synthese, structuur en fysische fenomenen bestuderen van zelfgeassembleerde roosters van monodisperse nanopartikels (NPs) in contact met een dunne film met een andere functionaliteit. Een grensvlak tussen twee verschillende materialen geeft vaak aanleiding tot duidelijk veranderde of zelfs volledig nieuwe eigenschappen. We zullen volgende fysische eigenschappen combineren: magnetisme, supergeleiding, elektrische geleiding en eigenschappen die resulteren uit organische zelfassemblage. Voor de synthese van de gewenste quasi-periodische NP-roosters zal de micel-methode toegepast en geoptimaliseerd worden. In vergelijking met andere technieken, biedt deze methode de cruciale controle en homogeniteit van grootte en onderlinge afstand van de deeltjes over macroscopisch grote opppervlakken. De belangrijkste onderzoeksvragen van het project zijn: 1) Hoe kan de micelmethode toegepast en geoptimaliseerd worden voor de synthese van gewenste NP-roosters en als een nieuwe route voor de aanmaak van NPs van supergeleidende materialen? 2) Hoe hangen de supergeleidende eigenschappen af van de grootte van de NPs en hoe evolueert het proximity-effect bij supergeleidende en normaal-geleidende bestanddelen met nanometer-afmetingen? 3) Wat is de correlatie tussen supergeleiding en magnetisme in hybride NP/dunne laag systemen waar een gecontroleerde 2D magnetische modulatie op nanometerschaal is gecreëerd in de supergeleider? 4) Hoe beïnvloedt de chemisorptie van organische moleculen de elektronische en magnetische eigenschappen van metalische nanodeeltjes en wat is hierbij het onderliggende microscopische mechanisme? Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Hans-Gerhard BOYEN
Vorming en ladingsoverdrachtmechanisme in halfgeleidende polymeer / CVD diamant heterostructuren - POLYDIAM Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van het POLYDIAM project is de vorming van heterostructuren gebaseerd op dunne CVD diamant films in combinatie met electro-actieve kleine organische moleculen, en halfgeleidende oligomeren en polymeren. In een breder kader past dit onderzoek in de fundamentele studie naar de omzetting van zonlicht gebruik makend van nieuwe zichzelf organiserende monolagen van organische moleculen en het grensvlak met anorganische oppervlakken. Via de aanmaak van nieuwe organische/anorganische systemen zal het ladingsoverdrachtmechanisme tussen deze materialen onderzocht worden, terwijl kennis gegenereerd wordt die onmisbaar is voor toekomstige nieuwe foto-voltaïsche zonnecellen, moleculaire schakelaars en andere electro-actieve componenten. Samengevat zullen de volgende grote delen bestudeerd worden: 1) chemische synthese; 2) CVD van diamant + het groeimechanisme van moleculen op het oppervlak; 3) chemische bindingsmethoden + ladingsoverdrachtmechanismes. POLYDIAM zal de huidige expertise die aanwezig is binnen de vier deelnemende onderzoeksgroepen van het Instituut voor Materiaalonderzoek combineren en verder uitbreiden. Hierdoor zal het IMO verder gepositioneerd worden binnen het zeer competitieve internationale onderzoeksveld van koolstofgebaseerde materialen, wat zal leiden tot nieuwe onderzoeksvragen en financieringskanalen. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Ken HAENEN
Doorgang door nilpotente keerpunten van het singulier-gestoorde type Universiteit Hasselt
Abstract: Problemen met twee essentieel verschillende tijdschalen komen voor in heel wat wetenschappelijke domeinen. Hiervoor worden o.a. wiskundige modellen gebruikt die snel-traag systemen genoemd worden. Deze laten toe evoluties te beschrijven die bruuske overgangen vertonen van snelle bewegingen naar trage bewegingen en vice-versa. De wiskundige behandeling van dergelijke overgangen kent nog een aantal theoretische uitdagingen. Dit project is gericht op de systematische studie van dergelijke ingewikkelde overgangen. Meer bepaald wordt gestart met het eerste geval waarvoor nog geen theoretische beschrijving voorhanden is, maar waarvoor we recent een methode van aanpak konden bedenken. Organisaties: • Dynamische Systemen
Onderzoekers: • Freddy DUMORTIER • Peter DE MAESSCHALCK
Van orbitaalafbeeldingen tot moleculaire kwantum similariteit in impulsruimte Universiteit Hasselt Abstract: Moleculaire orbitaal theorieën spelen een essentiële rol in studies van chemische bindingen en reacties, moleculaire interacties, moleculaire responseigenschappen of elektronen transport fenomena op nano-schaal. De topologie en spreiding van orbitalen worden tegenwoordig zeer gevoelig bestudeerd door middel van gevorderde elektronen of atomen impact ionisatie-experimenten waaronder 'Electron Momentum Spectroscopy' (EMS). Het eerste doel van dit project bestaat uit de ontwikkeling en toepassing van nieuwe theoretische methoden om orbitaal-dichtheden in impulse ruimte te bepalen, en om EMS-experimenten kwantitatief te kunnen analyseren, gebruik makend van gevorderde Dyson-orbitaal en Elektronen Propagator theorieën. Hierbij wordt rekening gehouden met complicaties zoals: elektronencorrelatie en -relaxatie, post-botsing en 'distorted wave' effecten, breuken van het orbitaal-beeld van ionisatie en verspreiding van de ionisatie-intensiteit over elektronische geëxciteerde (shake-up) toestanden van het cation, vibronische koppeling-interacties en kerndynamica in de geïoniseerde toestand, of thermische bewegingen en veranderingen van de moleculaire conformatie in de neutrale grondtoestand. De resultaten van veel-deeltjes kwantum-mechanische berekeningen van transitie-dichtheden zullen met empirische Kohn-Sham orbitaal-dichtheden en Fukui functies in impulse ruimte vergeleken worden, met als tweede hoofdbedoeling de berekening van nieuwe criteria van moleculaire similariteit en van nieuwe efficienten QSAR ('Quantitative Structure Activity Relationship') descriptoren van de chemische reactiviteit en biologische activiteit in impulse ruimte. Organisaties: • Centrum van Moleculair en Materiaal Modelleren
Onderzoekers: • Michael DELEUZE
Metaalbevattende nucleatielagen voor de groei van nanokristallijn diamant Universiteit Hasselt Abstract: Nanokristallijn diamant films kunnen op een zeer grote interesse rekenen, omwille van hun breed toepassingsgebied, gaande van platforms voor nano/microlektromechanische systemen (N/MEMS), gebaseerd op de excellente mechanische en tribologische eigenschappen van diamant, tot SOD (silicium op diamant) als alternatief voor SOI (silicium op isolator) structuren, waarin diamant een interessant alternatief voor SiO2 vormt, met een hoge thermische geleidbaarheid en zeer goede diëlektrische eigenschappen. Een vereiste in al deze toepassingen, is dat grote oppervlakken kunnen bedekt worden met een fasezuivere, extreem uniforme submicron film die gekenmerkt is door een lage oppervlakteruwheid en een uniforme korrelgroottedistributie. Deze vereisten kunnen enkel maar behaald worden, indien een compleet dichte film bestaande uit kleine korrels wordt afgezet. Om dit te kunnen bereiken is een hoge nucleatiedensiteit vereist. In het huidige project zullen we innovatieve benaderingen onderzoeken om diamant nucleatie te bewerkstelligen hetgeen ons moet toelaten uniforme nanokristallijne diamantlagen te groeien op verschillende substraten. Onze strategie zal erin bestaan om insitu diamant nuclei te genereren in een composietlaag (op het substraat af te zetten vóór de diamantgroei) bestaande uit koolstof en een carbidevormend metaal. Gezien het project een interdisciplinaire benadering voorstelt, zal er zeer intensief worden samengewerkt tussen de groepen Anorganische en Fysische Chemie (M.K. Van Bael en A. Hardy) en de materiaalfysica groep Materialen met een Brede Bandkloof (K.Haenen) beide deel van het Instituut voor Materiaalonderzoek. De metaalgebaseerde composietlagen zullen volgens verschillende routes worden afgezet vanuit waterige precursoroplossingen met geselecteerde metaalioncomplexen (Dit is de kernexpertise van de groep van M.K. van Bael en A. Hardy). Een hoge koolstofconcentratie in deze lagen moet garant staan voor de in situ generatie van een hoge densiteit aan nucleï. Eens de nucleatielaag afgezet is, wordt via microgolf plasma geassisteerde chemische dampdepositie diamant gegroeid en wordt de nucleatiedensiteit in verband gebracht met het nucleatie- en groeimechanisme (Dit is de kernexpertise van de groep van K. Haenen). Het concept van nucleatie vanuit koolstof in een metaalgebaseerde laag die via waterige oplossingen werd afgezet is nieuw in de internationale literatuur. Bovendien zijn de op deze manier afgezette nucleatielagen veel dunner dan deze die door traditioneel sputteren worden gedeponeerd, waardoor met een kortere incubatie/groeitijd dense en nanokristallijne diamant films kunnen gegroeid worden. Naast nieuwe fundamentele aspecten, zal dit project dus tevens een bijdrage kunnen leveren aan een verbetering van technologieën voor de depositie van nanokristallijn diamant. Organisaties: • Anorganische en Fysische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marlies VAN BAEL
Multi-camera Computationele Video Architecturen Universiteit Hasselt Abstract: Computationele video en visie systemen laten nieuwe toepassingen toe die de mogelijkheden van digitale TV, IPTV en traditonele camera systemen aanzienlijk overstijgen. EDM is gekend voor zijn baanbrekend onderzoek op software systemen voor computationele video en multicamera 3D sytemen. De uitvoering van video algorithmen is uiterst rekenintensief. Dit wordt o.a. bepaald door de beeld-resolutie (kwadratisch afhankelijk van de beelddimensies), het aantal beelden per seconde, de kleurennauwkeurigheid, het aantal cameras enz.. De gebruikte beeldverwerkingsalgorithmen, gestoeld op complexe wiskunde, hebben natuurlijk nog een belangrijkere impact. Zelfs met krachtige PCs is men beperkt in de mogelijkheden en verwerkingskwaliteit die men wil bekomen, zeker wanneer men real-time verwerking beoogt. Het onderliggende nieuw onderzoeksinitiatief beoogt de ontwikkeling van nieuwe toepassingsgerichte computationele video hardware/software architecturen. Hierdoor zullen nieuwe video- en visie-algorithmen en systemen gerealizeerd kunnen worden die voorheen niet mogelijk waren. De toepassingen voor dit onderzoek zijn velerlei: 3D televisie, virtuele camerasystemen, hoge kwaliteits/snelheids robot-visie en visuele inspectiesystemen , visuele verkeersmonitoring en management systemen. In de automotive sector zullen intelligente cameras steeds meer ingang vinden o.a. voor rijvakherkenning, tunnel detectie, passagier monitoring, hazard detectie op de weg enz. Bij al deze toepassingen zullen real-time toepassingsgerichte computationele hardware/software visie systemen belangrijke voordelen evenals nieuwe mogelijkheden bieden.
Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Philippe BEKAERT
Dynamica van jonge sterclusters: de vorming en evolutie van supermassieve sterren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Project samenvatting Via inbreng van internationale experten en eigen ervaring combineren we gedetailleerde sterevolutie en populatie synthese van massieve (10 Mo ² M ² 120 Mo) en supermassieve (120 Mo < M ² 1000 Mo) enkelvoudige sterren en dubbelstercomponenten met dynamische N-deeltjes processen om te begrijpen hoe massieve sterclusters in de Melkweg en extragalactische stervormingsgebieden (met 104 106 leden en met een significante fractie aan dubbelsterren) zich gedragen in functie van de tijd. In het bijzonder onderzoeken we a) de vorming en evolutie van supermassieve sterren met een massa tot 3000 Mo en het belang van sterrenwinden voor het al dan niet vormen van intermediaire massa zwarte gaten (het eindproduct van een supermassieve ster die gevormd werd door het dynamisch invallen van de clusterkern), b) of sterdynamica in het algemeen, de vorming van supermassieve sterren in het bijzonder bepalend is voor de spectrale analyse van massieve extragalactische stervorminggebieden. Het project zal worden gedaan in nauwe samenwerking met Prof. dr. J.P. De Greve van de Vrije Universiteit Brussel, Prof. dr. A. Pauldrach en dr. T. Hoffmann van de Ludwig- Maximilians-University, Munich, Duitsland en met dr. G. Gr.fener, Universit.t Potsdam, Duitsland (sterrenwinden van massieve en supermassieve sterren), met dr. Lev Yungelson van het Institute of Astronomy, Russian Academy of Sciences, Moscow (massieve en supermassieve sterevolutie), met Prof. dr. B. Deupree en dr. J. Van Bever, Institute of Computational Astrophysics, St. MaryÕs University, Halifax, Canada (sterdynamica) Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • DANY VANBEVEREN • Jean DE GREVE
Algebraische Structuur en representaties van concrete klassen van algebra's, groepen en semi-groepen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project behandelen wij fundamentele structurele problemen van belangrijke algebraïsche constructies waarin de interesse nog steeds toeneemt. De motivatie komt aan de ene kant van klassieke algebraïsche constructies, zoals groepringen, polynoomringen en hun veralgemeningen, en aan de andere kant uit de steeds groeiende interesse en nood aan nieuwe algebraïsche methoden in snel ontwikkelende gebieden, zoals o.a. quantum groepen en hun represenetaties. Het project omvat twee stromingen. De eerste is vooral gebaseerd op de technieken ontwikkeld in het boek ``Noetherian Semigroup Algebras'' [1]. Het doel is om belangrijke concrete algebraïsche constructies te behandelen die opdagen in andere takken van de wiskunde en om hun eigenschappen en toepassingen te onderzoeken. Verschillende van deze constructies zijn reeds uitgebreid bestudeerd vanuit andere oogpunten. Desondanks is er een steeds toenemende interesse en nood aan het ontwikkelen van nieuwe technieken en resultaten omtrent hun algebraïsche structuur. De tweede stroming van het project is in het gebied van eenheden van ringen, dit via nieuwe veelbelovende, en o.a. meetkundige, technieken. Wegens de vele internationale samenwerkingen heeft dit onderzoek een grote internationale component (zie o.a. lijst van publikaties). Om een duidelijk beeld te geven van de concreet aan te pakken problemen in dit project, geven we eerst een kort overzicht van resultaten verkregen in recente jaren (voor meer detais verwijs ik naar "Een beknopt verslag over uw vroeger onderzoek". Betreffende het eerste gedeelte: wij verkregen een volledige beschrijving van Noetherse semigroepalgebra's KS van deelmonoïden van een polycyclisch-bijeindige groep (ook voor enkele andere klassen is zo'n resultaat verkregen, zoals o.a. voor Malcev nilpotente semigroepen). Vervolgens beschreven wij wanneer zulke algebra's priem maximale orders zijn. Belangrijke belangrijke concrete klassen worden vervolgens beschreven, b.v. semigroepalgebra's van monoïden van IGtype en, meer algemeen, sommige klassen van algebra's gedefinieerd door kwadratische kwadraat-vrije homogene relaties. Er worden toepassingen gegeven voor oplossingen van de Yang-Baxter vergelijking en ook worden priemen van hoogte 1 (i.h.b. de klassegroep) worden beschreven. Voor een stand van zaken tot 2006 verwijs ik naar [1]. Andere relevante referenties zijn [3,4]. Betreffende het tweede gedeelte. Speciale deelgroepen van de eenhedengroep van een gehele groepring ZG werden beschreven, zoals o.a. het hypercentrum en de normalisator van de triviale eenheden. Constructies van vrije deelgroepen en deelgroepen van eindige index worden gegeven (zelfs via symmetrische eenheden indien de complexe representaties van een eindige G van graad ten hoogste 2 zijn). De Lie algebra van de anti-symmetrische eenheden van RG (R commutatief) werd bestudeerd en er werd beschreven wanneer deze commutatief is (voor R-lineaire uitbreidingen van invuloties op G, zelfs met een orientatiemorfisme). Ook identiteiten van de eenhedengroep werden onderzocht, en dit voor willekeurige Z-orders en met toepassingen naar restricted omhullende Lie algebra's. Een andere doorbraak is de beschrijving van wanneer een de eenhedengroep van een gehele groepring ZG van een eindige groep G van het Kleiniaans type is, m.a.w., er wordt beschreven wanneer zekere meetkundige meethoden toepasbaar zijn in de eenhedengroep van ZG. Standaard referenties zijn [2,5,6,7]. Vervolgens geven wij nu de belangrijkste aandachtspunten van het voorgestelde onderzoeksproject. VUB-leden die aktief betrokken zullen zijn bij dit project zijn Jespers en Goffa, leden van de onderzoeksgroep ALGB. Dit onderzoek is ook in samenwerking met Cedo (Barcelona), Juriaans (Sao Paulo), Okninski (Warschau), Riley (London, Canada), del Rio (Murcia, Spanje), Ruiz (Cartagena, Spanje), Hertweck (Stuttgart). (1) Belangrijke concrete algebraïsche constructies. Dit aspect bestaat uit twee complementaire onderdelen. In het eerste gedeelte concentreren wij ons op een verdere ontwikkeling en het beter begrijpen van de ``bouwdozen'' van belangrijke klassen van algebra's. Vaak zijn dit geïtereerde constructies gebaseerd op veralgemeende polynoom type ringen over een gegeven coëfficiëntenring. Er is dus nood aan het bestuderen van basiseigenschappen die geerft worden onder deze extensies. Structurele en combinatorische technieken spelen hier de hoofdrol. Deze technieken hebben verband met problemen in Hopf algebra's (i.h.b., zijn gemotiveerd door problemen in quantum groepen). Problemen van deze aard dagen op in fundamentele vragen in wiskundige fysica, i.h.b. via het werk van Ginzburg dat de fundamenten legde voor de ontwikkeling van algebraïsche technieken in de theorie van de quantum groepen en hun toepassingen. In het tweede gedeelte concentreren wij ons op concrete klassen van algebra's die gedefinieerd zijn via specifieke presentaties, zoals b.v. plactic algebra's en algebra's die verband hebben met oplossingen van de Yang-Baxter vergelijking. Sommige van deze algebra's, i.h.b. plactic algebra's die oorspronkelijk ontwikkeld zijn voor algebraisch combinatorische en klassieke representatietheorie door Lascoux en Schutzenberger, zijn nu reeds klassieke hulpmiddelen in deze theorieen. Verrassend genoeg doken deze recent ook op in de context van quantum groepen en hun representaties. Deze objecten werden bestudeerd vanuit een ander perspectief, dit vooral wegens hun intrigerende en diepe combinatorische aard. Wij stellen een sturcturele en algebraische benadering voor gebaseerd op een waaier van technieken in groepen, semigroepen en ringtheorie. Dit zou moeten leiden naar nieuwe resultaten en toepassingen van deze en andere reeds bestudeerde klassen van algebra's. De volgende specifieke problemen vormen een leidraad. Het onderzoek is vooral in samenwerking met Okninski, Cedo, Goffa. Probleem 1: Bepaal wanneer een semigroep gegradeerde ring een Noethers priem maximaal order is en beschrijf zijn priemen van hoogte 1 en zijn klassegroep. Merk op dat dit zelfs een open probleem is voor ring sterk gegradeerd door een eindige groep. Voor sommige gekruiste producten over commutatieve ringen is er recente vooruitgang door Braun, Ginosar en Levy (zie [8] voor een basisreferentie). Een natuurlijke benadering is om na te gaan of, voor gegradeerde Noetherse priem ringen, deze arithmetische structuur bepaald wordt door natuurlijke geassocieerde groep gegeradeerde ringen. Vervolgens moeten deze laatste aangepakt worden, i.h.b. gekruiste producten van (polycyclisch-bij-)eindige groepen. Recente resultaten tonen aan dat de actie van de definierende groep op de priemen van hoogte 1 van de coefficientenring cruciaal zijn en dat lineaire semigroeptechnieken hierop van belang zouden kunnen zijn. Herinner dat groepalgebra's van polycyclisch-bij-eindige groepen H de enige groepalgebra's zijn waarvoor het vermelde probleem opgelost is (Brown) en dat recent Jespers, Okninski en Goffa het probleem oplosten voor semigroepalgebra's KS met S een deemonoide van H. Er is aangetoond dat de structuur volledig bepaald is door deze van S. Er rest echter een uitdagend probleem omtrent de actie van de quotientengroep SS^{-1} op de minimale priemen van
S. Dit en ook de klassegroep zal aandacht krijgen. Probleem 2: Bepaal de structuur van eindig gepresenteerde algebra's en semigroepen die gedefinieerd zijn door monomiale relaties. Gateva-Ivanova en Van den Bergh, alsook Etingof, Schedler en Soloviev, hebben een prachtige (semi)groep ((semi)groep van I-type) theoretische interpretatie gegeven van involutieve niet-ontaarde verzameling theoretische oplossingen van de Yang-Baxter vergelijking. Cruciaal zijn eindig gepresenteerde monoiden gedefinieerd door homogene kwadratische monomiale relaties. Om meer voorbeelden van algebra's met een "mooie arithmetische" structuur te verkrijgen zullen wij monoiden en algebra's onderzoeken die gedefinieerd zijn door monomiale relaties die niet noodzakelijk kwadratisch zijn. Recente resultaten van Bell en Smoktunowicz omtrent de "trichotomy" duiden aan dat er inderdaad zulke resultaten te verwachten zijn. B.v. zekere klassen van zulke algebras bestaan waarschijnlijk uit primitieve algebra's. Wij bestuderen ook hun priemidealen en het priem- en Jacobson radikaal. Ook voor groepen van het I-type zijn er fundamentele problemen waaraan wij aandacht zullen geven. B.v. wanneer zijn zulke groepen poly-oneindig cyclisch? Volgens een conjectuur van Gateva-Ivanova zou dit vaak moeten zijn. Verder is een groep van I-type bepaald door een eindige oplosbare groep H en een actie op een abelse groep. Het is onbekend welke groepen H kunnen optreden. Ook weet men geen klassificatie van de toegestane acties voor een gegeven H. Beide aspecten krijgen aandacht in dit project. Merk op dat analoge problemen recent werden onderzocht door David, Ginosar, Etingof and Gelaki, en dit in de context van constructies van centraal simpele algebra's die getwiste groep algebra's zijn over een groep van centraal type. Probleem 3: Bepaal invarianten van gehele semigroepringen. Vele van de hoger vermelde algebra's zijn semigroepringen. De vraag naar invarianten van zulke ringen is dus natuurlijk. Aangezien de gehele semigroepring ZS het natuurlijk object is dat de link legt tussen semigroep- en ringtheorie, moet deze vraag in eerste instantie in deze context bekeken worden. Voor groepringen is er in deze context het fundamenteel werk van Roggenkamp, Scott, Weiss en meer recent Hertweck [9]. In het geval van eindige Malcev nilpotente semigroepen S is een volledig resultaat te verwachten, en het algemene geval zou men misschien kunnen herleiden naar groepringen. (2) De studie van de algeraische structuur van de eenhedengroep van ringen. De eenhedengroep van orders is een fundamenteel studieobject dat reeds sedert verschillende decennia wordt onderzocht. In het niet-commutatieve geval wordt er vooral veel aandacht besteed aan de eenhedengroep van gehele (semi)groepringen ZG van eindige (semi)groepen G. Er zijn echter nog zeer veel uitdagende en open problemen. Belangrijk is de zoektocht naar een beschrijving van (een deelgroep van eindige index van) de eenhedengroep en een beschrijving van de eindige deelgroepen. In het eerste gedeelte van dit onderdeel van het project werken wij verder aan het ontwikkelen van algebraische en meetkundige technieken voor de studie van de eenhedengroep van orders in scheve lichamen en 2-bij-2 matrices over orders in kwadratisch imaginaire uitbreidingen (i.h.b., orders in niet gesplitste klassieke quaternionen algebra's). Dit onderdeel van het onderzoek is vooral in samenwerking met Del Rio, Ruiz, Juriaans, Olteanu, Aljadeff, Hertweck en Aljadeff. Probleem 4: Bepaal de structuur van de eenhedengroep van sommige orders (door ook gebruik te maken van meetkundige technieken). Een concreet probleem om dit op te lossen is om een fundamenteel domein te construeren voor de actie van de eenhedengroep op een geassocieerde hyperbolische ruimte. Dit is tot op heden succesvol uitgevoerd voor slechts een heel beperkt aantal voorbeelden. Een eerste belangrijk uit te voeren stap is om dit probleem aan te pakken voor de eenhedengroep ZG van een eindige groep G zodat QG de matrixring M_2(Q) als een simpele component heeft. De theorie en constructie van Farey symbolen zou hier moeten toepasbaar zijn. Dit zou nieuwe constructies van eenheden opleveren, die samen met de bekende Bass cyclische en bicyclische eenheden misschien vaak generatoren geven voor een deelgroep van eindige index in de eenhedengroep van ZG voor een willekeurige eindige groep G. Een tweede belangrijke stap is de studie van de eenhedengroep van orders in klassieke quaternionenalgebra's. De eenheden die recent ontdekt werden door Juriaans, Passi en Souza Filho zijn kandidaten die een fundamenteel zouden kunnen bedekken. Als toepassing zou men misschien ook natuurlijke veralgemeningen van de Stelling van Dirichlet naar het niet commutatieve geval kunnen bekomen. Probleem 5: Bepaal wanneer de eenhedengroep van zekere orders hyperbolisch is (in de zin van Gromov). Recent werd hierop fundamentele vooruitgang gemaakt door Juriaans, Passi, Prasad en Filho, dit in het geval van semipriem semigroepringen. Het algemene geval is nog open. Ook zouden wij graag de "klassieke" bekende constructies van eenheden herkennen als meetkundige objecten. In deze context werden recent de eindige groepen G beschreven waarvoor zekere meetkundige technieken toepasbaar zijn om de structuur van de eenhedengroep van ZG te beschrijven. Graag zouden wij dit uitbreiden naar een ruimere klasse, b.v. naar de klasse van virtuele cohomologische dimensie 3. Ook wensen wij het probleem van Passi op te lossen: wanneer voldoet de eenhedengroep van een groepring aan de Jordan decompositie. Passi et al hebben dit probleem gereduceerd tot complexe representaties van G van graad ten hoogste 3. Graad 3 is nog onopgelost. Probleem 6: Beschrijf speciale deelgroepen van de eenhedengroep. Wegens het verband met het isomorfismeprobleem, zal de normalisator deelgroep van de triviale eenheden in ZG speciale aandacht krijgen. Ook de groep voortgebracht door de symmetrische eenheden zal verder onderzocht worden. Bijzondere aandacht gaat uiteraard naar het (i) Zassenhaus vermoeden omtrent periodische eenheden, (ii) het isomorfismeprobleem voor speciale klassen van groepen, (iii) het Kaplansky vermoeden omtrent de beschrijving van de eenheden in een groepalgebra van een torsie-vrije groep T. De methoden uiteengezet in deel 1 van het project geven misschien inzicht hoe dit laatste aan te pakken voor belangrijke klassen van abels-bij-eindige groepen T. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
Separometrie: bijdragen tot snellere en efficiëntere methodeontwikkeling en -validatie van farmaceutisch-analytische scheidingsmethodes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Separometrie is het gebruik van chemometrische methodes in scheidingstechnieken. Onderzoek zal verricht worden naar (a) het gebruik van minimale en weinig courante experimentele designs in methodeontwikkeling en robuustheidstesten, en naar (b) de multivariate analyse van fingerprints. (a) Screening designs laten toe de factoren met de meeste invloed op de respons te identificeren. De frequents gebruikte zijn de fractionele factoriële en de Plackett-Burman designs. Response surface designs laten toe de respons te modelleren teneinde optimale voorwaarden te voorspellen. Meest gebruikt zijn de central composite designs. In het project zullen minimale en minder courant gebruikte designs (kleinere designs met minder experimenten) onderzocht worden. Supersaturated designs werden reeds onderzocht en een nieuwe methode (FEAR) voor het schatten van de factoreffecten werd reeds gedefinieerd. Deze designs zullen nog verder geëvalueerd worden. Daarnaast zullen D-optimale en Rechtschaffner designs als screening designs, en optimale en uniforme designs als response surface designs onderzocht worden. Voor dit onderzoek komen alle applicaties die toelaten snelle analyses te bekomen in aanmerking. Naast HPLC analyses, zullen in deze context ook UPLC analyses interessant zijn. UPLC zou toelaten een betere resolutie en sensitiviteit in kortere analysetijden te bekomen, en dus een verhoogde analyse-throughput opleveren, wat extreem nuttig is in de context van het vergelijken van verschillende experimentele-design resultaten. (b) Chromatografische fingerprints zijn chromatogrammen, karakteristiek voor een complex staal. Eerst dienen fingerprints ontwikkeld te worden. Hierbij zijn een maximaal aantal componenten gescheiden. Daarna wordt de relevante informatie geëxtraheerd uit de fingerprints. Naast HPLC, zijn ook UPLC systemen interessant, aangezien UPLC toelaat meer pieken basislijn gescheiden te krijgen in een korter tijdsinterval. Vooral bij analyse van complexe stalen, zoals kruiden en planten-extracten, zou dit een enorm voordeel zijn. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN • Bieke DEJAEGHER
Algemene limietstellingen in de kanstheorie en wiskundige statistiek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Inleiding. Ik ben van plan in twee richtingen te werken: (A) Generalisaties van limietstellingen uit de kanstheorie (B) Empirische processen Ik verwacht dat mijn werk in richting (A) (tenminste ten dele) in samenwerking met J. Kuelbs (Wisconsin) en Qi-man Shao (Hong Kong) zal doorgaan, terwijl ik een deel van het werk in richting (B) waarschijnlijk samen met D. Mason (Delaware) en/of J. Dony (VUB) ga doen. A. Generalisaties van limietstellingen uit de kanstheorie. Het eerste gedeelte van (A) is een voortzetting van mijn vorig FWO-project, namelijk de vraag naar generalisaties van de Hartman- Wintner wet van de ge_tereerde logaritme (=LIL). Dit klassieke resultaat zegt dat als fXng en rij onafhankelijke toevalsvariabelen met verwachtingswaarde 0 en variantie 1 is, dat dan voor de sommen Sn := Pi_n Xi bijna overal geldt, lim supn!1 jSnj=p2n log log n = 1: Het is natuurlijk voor de hand liggend te vragen of er analoge resultaten bestaan voor toevalsvariabelen waar het tweede moment oneindig is, dus de variantie niet bestaat. In samenwerking met Deli Li (Lakehead University, Canada) heb ik in 2004 een zeer algemeen resultaat kunnen bewijzen wat alle gekende resultaten van het LIL type voor variabelen met oneindige variantie impliceert, maar ook een nieuw resultaat - de zogenoemde \wet van een zeer langzaam varierende functie". We hebben eerst een algemene \formule" voor (1) _ = lim sup n!1 jSn=cnj < 1 b.o. gevonden, waar cn een reguliere rij is. (We veronderstellen dat cn=pn monotoon niet-dalend is en er is een voorwaarde dat cn niet te groot wordt: we hebben nodig dat cn=cm = O(n=m) als n _ m.) We bekijken monotone functies h : [0;1[! [0;1[ zodanig dat h(f(t)t)=h(t) ! 1 als t ! 1; 0 < < 1; waarbij f(t) = exp((log t)); t _ e: We noemen deze functies h \zeer langzaam varierend". Deze klasse functies bevat bv. elke macht van de ge_tereerde logaritme en van de logaritme. Met behulp van ons algemeen resultaat (waar we cn = pnh(n) stellen) hebben we dan nodige en voldoende voorwaarden kunnen vinden voor (2) lim sup n!1 jSnj=p2nh(n) = _ b.o. Dit resultaat nomen we de wet van een zeer langzaam varierende functie. De Hartman-Wintner LIL is maar een speciaal geval van dit resultaat en er zijn vele verdelingen met oneindige variantie waar we dit resultaat kunnen toepassen. In mijn vorige FWO-project heb ik o. a. de volgende twee problemen bekeken. Probleem 1 Is het mogelijk een functionale versie van het resultaat (1) te bewijzen? Probleem 2 Bestaat er een versie voor toevalsvariabelen met waarden in separabele Banachruimten? Het eerste probleem kon ik volledig oplossen. Het antwoord is als volgt: Veronderstel dat cn regulier is en dat er geldt: lim supn!1 jSnj=cn = _ 2]0;1[. Dan geldt voor de sommenprocessen S(n) : ! C[0; 1]: fS(n)=cn : n _ 1g is relatief compact in C[0; 1] en de verzameling van de limietpunten is gelijk aan _S; waar S de Strassen-klasse is, dwz alle absoluut continue functies f : [0; 1] ! R met f(0) = 0 en R1 0 (f0(u))2du _ 1: Daarmee is ook de Strassen LIL een speciaal geval van een algemeen functionale wet van een zeer langzaam varierende functie. De situatie in verband met het tweede probleem is meer ingewikkeld. Ik heb (samen met Deli Li) een volledige karakterisatie voor \LIL-gedrag" kunnen vinden, dwz we hebben nodige en voldoende voorwaarden voor lim sup n!1 kSnk=cn < 1 bijna overal: 1 2 Een probleem wat nog open is het bepalen van de limietconstante. Dit is wel gelukt onder de extra-voorwaarde dat Sn=cn ! 0 in kans. Aan deze voorwaarde is automatisch voldaan als we toevalselementen bekijken met waarden in een Banachruimte van type 2. Ik herinner dat elke eindigdimensionale ruimte en ook separabele Hilbertruimten tot deze klasse behoren. Dus we hebben onder meer reeds de _nale versie van de wet van een zeer langzame varierende functie voor d-dimensionale toevalsevectoren, maar het probleem de exacte limietconstante te bepalen is nog open in algemene Banachruimten. In feite, men kent nog niet eens het antwoord voor de klassieke normalisatie p2n log log n: Dit beschouwt men als een van de hoofdproblemen uit de kanstheorie in Banachruimten wat nog niet opgelost is. (Zie \Probleem 5" in het boek van Ledoux en Talagrand.) We hebben wel voruitgang kunnen boeken (ook voor de klassieke normalisatie) omdat we een uitbreiding van een resultaat van de Acosta, Kuelbs en Ledoux (1983) hebben gevonden. Deze auteurs hebben getoond dat onder de voorwaarde E_kXk2_< 1 bijna overal geldt: _ _ _ _ lim sup n!1 kSnk=p2n log log n _ _ + _; waar _2 = supfE_f(X)2_ : f 2 B_; kfk _ 1g en _ = lim supn!1 E[kSnk] =p2n log log n: We hebben et analoge resultaat voor algemene normalisaties cn, maar zonder de extra-voorwaarde E_kXk2_< 1 die niet nodig is voor de wet van de ge_tereerde logaritme in oneindig-dimensionale Banachruimten. Dus zijn bovenstaande afschattingen voor de limietconstante altijd van toepassing wanneer de Ledoux- Talagrand LIL geldig is. Gezien deze resultaten, ben ik van plan de twee volgende problemen te bekijken, waarvan het eerste bijzonder moeilijk lijkt. Probleem A Bepaal de limietconstante in de wet van een zeer langzaam varierende functie. Hier zou het al heel interessant zijn, kon men een Banachruimte construeren waar, in het klassieke geval, de limietconstante echt tussen _ _ _ en _ + _ zit. In het algemene geval - niet-klassieke normalisatie - moet men _ vervangen door een bepaalde parameter _0 waarvoor we een formule hebben. Ik kan natuurlijk niet uitsluiten dat het antwoord in het algemene geval verschilt van dit in het geval van de klassieke normalisatie. Ik verwacht wel dat als men het probleem in de klassieke situatie kan oplossen, dat het dan ook algemeen zal lukken. Probleem B Vind een functionale versie van de wet van een zeer langzaam varierende functie in Banachruimten. Dit probleem lijkt iets minder moeilijk, maar het is absoluut niet evident wat de oplossing is. De reden is dat zodra men de wet van de zeer langzaam varierende functie in dimensie 2 bekijkt, de cluster sets van fSn=cng zeer ingewikkeld zijn. In feite men kan alleen tonen dat deze stervormig en symmetrisch t.o.v. 0 zijn. (Merk op dat dit in R gewoon symmetrische intervallen zijn.) Bovendien treden al deze verzamelingen als cluster sets op. Dus is de vraag of men hetzelfde resultaat heeft voor de functionale versie. In dit geval zijn de cluster sets gesloten delen van C2[0; 1] (=de continue functies f : [0; 1] ! R2) en men kan tonen dat deze ook stervormig en symmetrisch t.o.v. de nulfunctie moeten zijn. Maar we vermoeden dat niet elke deelverzameling van C2[0; 1] van deze gedaante een mogelijke cluster set is. Dus welke deelverzamelingen van C2[0; 1] kunnen cluster sets zijn? In dimensie 1 was het mogelijk dit probleem via sterke approximaties op te lossen en in de tussentijd zijn we erin geslaagd deze approximaties ook in hogere dimensies te verkrijgen. Het probleem is daardoor equivalent met een probleem voor toevalsvectoren met tweedimensionale normaalverdelingen, Hoewel dit probleem in dimensie 2 veel moeilijker lijkt dan in R, hopen we toch dat we dit probleem uiteindelijk zullen kunnen oplossen. Als laatste probleem in dit gedeelte van het project vermelden we nog: 3 Probleem C Vind uniforme versies van limietstellingen voor \self-normalized" sommen onafhankelijke toevalsvariabelen. Dit gaan we waarschijnlijk gezamenlijk met Qi-man Shao doen. Het probleem is het volgende: er zijn vele limietstellingen gekend voor self-normalized sommen van de vorm Pn i=1 Xi qPn i=1 X2 i : We bekijken nu een klasse van functies F en de vraag is wat men uniform in f 2 F bewijzen kan. Dus we bekijken bijvorbeeld sup f2F Pn i=1 f(Xi) pPn i=1 f2(Xi) : We hebben al een \moderate deviation"-resultaat daarvoor gevonden, maar het zou ook interessant zijn andere limietstellingen daarvoor te bewijzen. Men kan dit ook als een supremum van een \selfnormalized" empirisch proces beschouwen en deze zijn uiteraard zeer nuttig in de nietparametrische statistiek. B. Empirische processen. In mijn vorig FWO-project heb ik de theorie van de empirische processen gebruikt om onder meer de convergentiesnelheid van de Nadaraya-Watson schatter voor de regressiefunctie te bepalen. We hebben resultaten betre_ende de convergentiesnelheid uniform over compacte delen, maar ook puntsgewijs. in het laatste geval bleek het dat de snelheid van de convergentie even goed is voor toevalsvariabelen waar de moment-genererende functie eindig is als voor begrensde toevalsvariabelen. Dit was mogelijk door een ongelijkheid van Yurinskii te gebruiken die een generalisatie van de klassieke Bernsteinongelijkheid is. Jammer genoeg kunnen we deze niet toepassen om de convergentiesnelheid uniform over compacte verdelingen te bepalen, omdat de variantieterm in de ongelijkheid van Yurinskii niet optimaal is. (Het is opmerkelijk dat ondanks de \slechte" variantieterm men toch nog optimale resultaten voor de convergentiesnelheid puntsgewijs kan verkrijgen.) De ongelijkheid van Talagrand (1996) heeft de optimale variantieterm, maar onder de voorwaarde dat de toevalsvariabelen begrensd zijn. Probleem D. Vind een optimale versie van de Bernsteinongelijkheid voor empirische processen. Om dit op te lossen, zou het een mogelijkheid zijn dit via \truncation" op het begrensde geval terug te voeren. Op die manier heb ik (samen met Deli Li) een optimale oneindigdimensionale versie van den Fuk-Nagaev-ongelijkheid kunnen vinden. Indien dit niet lukt, moeten we waarschijnlijk teruggaan naar het bewijs van Talagrand of proberen de methode van Ledoux te gebruiken. Dit probleem zal ik zeker grondig bekijken. Bovendien ben ik van plan het werk met J. Dony en D. Mason voort te zetten waar we convergentiesnelheden van kernschatters bepalen en waar de bandbreedte afhankelijk van de data en/ of de locatie gekozen is. Recentelijk hebben we analoge resultaten kunnen bewijzen voor een klasse van kernschatters waar een verband met de Hill-schatter voor de index van een Paretoverdeling bestaat. Andere mogelijke toepassingen die we willen bekijken, zijn \censored data" en natuurlijk zou het interessant zijn na te gaan of onze methodes ook nuttig kunnen zijn in het geval van afhankelijke observaties. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • UWE EINMAHL
Vertical-cavity surface-emitting lasers met vloeibaar-kristaltoplaag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Context Vloeibare kristallen zijn materialen die het meest bekend zijn door hun toepassing in beeldschermen. Vandaag de dag is het grootste deel van de beeldschermen gebaseerd op vloeibaar-kristaltechnologie, maar ook in andere toepassingen van de fotonica worden vloeibare kristallen populair. Ze bezitten unieke elektro-optische en optooptische eigenschappen. Hun optische eigenschappen kunnen namelijk beïnvloed worden door ofwel een elektrisch of optisch signaal op te leggen. Hun grootste troef is dat een groot optisch effect (in termen van brekingsindex verandering) kan bekomen worden met zwakke elektrische of optische signalen. Onder andere werden ruimtelijke solitonen gedemonstreerd met slechts een paar milliWatt licht vermogen en een spanning van enkele volts. Dit is onmogelijk met andere materialen, omdat ofwel hoge optische vermogens of grote spanningen nodig zijn. VCSELs zijn een speciaal type halfgeleider lasers omdat ze - in tegenstelling tot rand emitterende halfgeleider lasers - licht uitzenden loodrecht op het bovenoppervlak. Hierdoor bestaat de mogelijkheid om via epitaxiale groei componenten te maken met verschillende lagen. De lengte van de caviteit is van de orde van de golflengte om multi-longitudinale mode werking te verhinderen. Ook helpen de Distributed Bragg Mirrors (DBRs) om de drempelstroom te verminderen. Een ander voordeel van deze lasers is dat tweedimensionale matrices van VCSELs kunnen gemaakt worden op één enkele chip. Door het bijzonder ontwerp heeft een VCSEL ook problemen zoals verschillende transversale modes die opgewekt worden doordat de grootte van de laserapertuur groter wordt gemaakt. Ook is er onstabiel gedrag in de polarisatie van het uitgezonden licht. Het hoofddoel van dit project is om deze twee interessante technologieën te combineren door een vloeibaarkristallaag te aan te brengen bovenop het oppervlak van de VCSEL. Hierdoor kunnen een aantal eerder vermelde problemen opgelost worden en wordt nieuwe functionaliteit mogelijk, zoals variatie in golflengte van het uitgezonden licht en verbetering van de VCSEL modeeigenschappen. Anderzijds kunnen VCSELs gebruikt worden om in de vloeibaar-kristallaag niet-lineaire effecten op te wekken, zonder dat hiervoor een externe lichtbron nodig is. Verschillende interessante toepassingen bieden zich aan als het mogelijk wordt de twee technologieën te integreren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • KRASSIMIR PANAYOTOV
Verticaal emitterende microlasers met gekoppelde caviteiten : een nieuw concept met grensverleggende mogelijkheden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Context en hoofdbetrachtingen Door de steeds groeiende behoeften aan datacapaciteit in toepassingen zoals computersystemen, datacommunicatie en telecommunicatie wordt het belangrijk om betaalbare, hoge bandbreedte multifunctionele fotonische componenten aan te kunnen bieden. In deze context zijn Vertical-Cavity Surface-Emitting Lasers (VCSELs) dan ook ideale componenten en dit om verschillende redenen. Vooreerst laat de geometrie van deze microlaser, waarbij de optische as van de VCSEL lasercaviteit orthogonaal staat op het vlak van het aktieve gebied, toe om een sterk verbeterde bundelkwaliteit voor te brengen. Daarnaast zijn de spectrale eigenschappen uitzonderlijk, evenals de schaalbaarheid van de komponent, en het gemak waarmee hij in een array kan geconfigureerd worden. Deze fel begeerde karakteristieken, in het bijzonder het lage vermogenverbruik, de lage aanmaakkost, en de kleine divergentie van de VCSEL laserbundel hebben er reeds voor gezorgd dat VCSELs de rand emitterende lasers ( edge emitting lasers EEL) in heel wat toepassingen hebben vervangen in het korte golflengte domein (8001000nm). Vandaag zijn korte golflengte VCSELs beperkt tot bitstromen van 10Gb/s, terwijl lange golflengte VCSELs (1310-1600nm) slechts langzamerhand beschikbaar worden op de markt met bitstromen van maximum 2.5Gb/s. Hoewel er op dit ogenblik hoge bitrate 40 Gb/s Distributed Feedback diode lasers bestaan die zouden kunnen ingezet worden in hoge bandbreedte verbindingen, verhindert hun extreem hoge kost in vergelijking met VCSELs en EELs hun gebruik in toepassingen zoals in Fiber-to-the-Home, en computer interconnects. Willen wij aan de toekomstige databehoeften kunnen blijven voldoen is het bijgevolg belangrijk om multifunctionele VCSELS te ontwikkelen die tevens extreem hoge bitrates aankunnen. Met dit project beogen wij de proof-of-concept demonstratie van VCSELs met bit rates hoger dan 20Gb/s, die kunnen ingezet worden in toepassingsdomeinen zoals datacom, optische interconnecties, local en metropolitan area networks (LANs and MANs), en telecommunicatie. Het project bouwt voort op de aanwezige expertiese binnen de onderzoeksgroep rond halfgeleiderlasers en laserdynamica van IR-TONA, VUB [1-15] en tevens op de lange ervaring en technologische know-how van één van de meest gerenommeerde VCSEL-technologie groepen ter wereld, namelijk de groep van Prof. Rainer Michalzik die behoort tot de vakgroep Optoelectronica van de Universiteit van Ulm, Duitsland [16-18]. Om de doelstellingen van dit project te behalen zullen wij in sterke samenwerking met deze groep het concept van gevorderde gekoppelde caviteits VCSELs ontwikkelen. Daarnaast is het onze bedoeling om originele functionaliteiten in het leven te roepen met deze komponenten, zoals de generatie van ultra-snelle optische kloksignalen en hoge bandbreedte polarisatie modulatie, evenals hoogperformant transversaal modegedrag. De gekoppelde caviteits VCSELs zullen ons bovendien toelaten om de aktieve lichtgenererende caviteit onafhankelijk te optimaliseren van de tweede caviteit, die op haar beurt geoptimaliseerd kan worden voor specifieke functionaliteiten. Zo bvb. zullen we de tweede caviteit kunnen optimaliseren naar lage capaciteit en weerstand met het oog op hoge snelheids digitale polarisatiemodulatie, terwijl de eerste caviteit, waarin de quantum well (QW) zich bevindt, ontworpen zal worden om onder optimale omstandigheden gebruik te kunnen maken van het Quantum-Confined Stark (QCS) effect voor versterking. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • KRASSIMIR PANAYOTOV • HUGO THIENPONT
Toepassingen van sparsiteit op regularisatie van slecht-gestelde inverse problemen in de fysica. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Toepassing van sparsiteit in de regularizatie van slecht-gestelde inverse vraagstukken in de natuurkunde Dit onderzoeksproject focust op een heden ten dage zeer belangrijk probleemin de toegepaste wiskunde en computationele fysica, namelijk op de door sparsiteit ('sparsity', of 'ijlheid') gespeelde rol in inverse vraagstukken. Moderne technologie geeft ons tegenwoordig een indrukwekkende capaciteit voor het registreren en opslaan van gegevens, meer dan onze algoritmes kunnen verwerken (ondanks de voortdurende groei in rekensnelheid zoals beschreven door de Wet van Moore). Anderzijds lijdt de overvloed aan gegevens tot situaties waarin we weten dat de bestudeerde objecten een intrinsiek veel sparsere beschrijving hebben dan het aantal vrijheidsgraden van het model of de data toelaten. In dit onderzoeksprogramma zullen we 'sparse' technieken en voorstellingen onderzoeken die de computationele complexiteit van oplossingsmethoden voor inverse vraagstukken reduceert. De laatste jaren is er veel activiteit in dit gebied en we verwachten dan ook dat de behoefte aan ontwikkeling en toepassing van dit nieuwe type sparse technieken in de nabije toekomst sterk zal toenemen. Dit blijkt ook uit de vele bijzondere sessies van ICASSP 2005, 2006 and 2008, van EUSIPCO 2008 en internationale workshops zoals SPARS05 (zie ook het preprint repositorium [1]). In dit project zal onze aandacht uitgaan naar twee concrete fysische problemen, in seismische tomografie en in medische beeldvorming, waarvoor we nieuwe wiskundige technieken moeten ontwikkelen. Organisaties: • Natuurkunde • Wiskunde • Wiskunde-TW • Computer- en Toegepaste Wiskunde
Onderzoekers: • Ignace LORIS • Vahid NASSIRI • Ingrid DAUBECHIES
• MICHEL DEFRISE • Caroline VERHOEVEN • Philippe CARA
Moleculaire beeldvorming van HER2 expressie bij borstcarcinoom door middel van radioactief gemerkte Nanobodies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstelling van de onderzoeksproject: Binnen dit onderzoeksproject willen een nieuwe tracer ontwikkelen voor moleculaire beedvorming van HER2 expressie bij patienten met borstkanker. Hiervoor zullen we een Nanobody ontwerpen met een nanomolaire affiniteit voor HER2, een snelle bloedklaring en lage leveropname. Introductie: Maligne tumoren worden gekenmerkt door de aanwezigheid van specifieke proteinen op de celmembraan. Deze kankerantigenen kunnen in relatief grote aantallen op de membraan voorkomen en zijn meestal in verband te brengen met een signaaltransductiecascade die bijdraagt tot het onstaan of het promoten van het kankerfenotype. Daarom zijn deze membraanantigenen een belangrijk aangrijpingspunt voor antikankerbehandelingen. De humane epidermale groeifactorreceptor type 2 (HER2) is een typisch voorbeeld van een membraanreceptor die in grote aantallen uitgedrukt wordt op de membraan van kankercellen bij onder andere borstcarcinoom en ovariumcarcinoom. De signalisatie door deze receptor leidt tot celproliferatie, toename van de celmobiliteit en een onderdrukking van apoptose. HER2 overexpressie is dan ook gerelateerd aan een hogere aggressiviteit van de tumor en een verhoogde kans op recidief 1. Doelgerichte behandelingen voor tumoren met HER2 overexpressie zijn reeds beschikbaar onder de vorm van monoclonale antilichamen (trastuzumab en pertuzumab) die specifiek binden aan het extracellulaire domein van HER2 en onder de vorm van specifieke inhibitoren (lapatinib) van de tyrosine kinase activiteit die interageren met het intracellulaire domein van HER2. Informatie over de HER2 status van tumoren is dus belangrijk omdat het de selectie van de behandeling beïnvloedt. Momenteel wordt HER2 expressie bepaald in biopsie materiaal. Binnen dit project willen we een methode ontwikkelen voor onderzoek naar HER2 expressie bij borstkanker patiënten op een nietinvasieve manier door middel van beeldvorming. Dit biedt het voordeel dat het volledige kankerletsel alsook eventuele metastatische letsels geanalyseerd kunnen worden tijdens een enkele scanprocedure. Dit vermijdt 'sampling error' bij biopten en kan meerdere keren herhaald worden, waardoor het mogelijk wordt om de HER2 overexpressie op te volgen tijdens het ziekteverloop. Op die manier is het mogelijk om patienten te selecteren die in aanmerking komen voor een doelgerichte therapie en om de respons op de behandeling op te volgen. Niet invasieve beeldvorming van HER2 expressie werd reeds bestudeerd door andere onderzoeksgroepen. Hiervoor werden verschillende soorten moleculen die een affiniteit hebben voor HER2 radioactief gemerkt (monoclonale antilichamen, anitlichaamfragmenten, affibodies, ...) (9-11). In de meeste gevallen kan aangetoond worden dat deze diagnostische 'tracers' zowel in vitro als in vivo HER2 kunnen binden. De belangrijkste beperking van deze tracers is echter de achtergrond activiteit in het lichaam. De biodistributie toont ofwel hoge tracerconcentraties in het bloed ofwel intense opname in de lever en excretie in de gastrointenstinale tractus. Dergelijke achtergrondactiviteit is suboptimaal voor het beeldvormingsproces en beperkt het klinisch potentieel van deze tracers. Daarom zullen we bij een nieuw ontwerp van een tracer de normale biodistributie van de molecule vooropstellen. Dit is mogelijk door gebruik te maken van Nanobodies. De generatie van Nanobodies tegen een nieuw antigen levert multipele kandidaat Nanobodies op die in aanmerking komen voor verdere ontwikkeling. Op dit stadium zullen we de selectie van onze 'lead compound' niet alleen laten afhangen door de subtiele verschillen in affiniteit voor het target, maar zullen we op basis van de aminozuursequentie van de backbone en het in vivo biodistributiepatroon een selectie uitvoeren. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • Olive TCHOUATE GAINKAM Lea • Ilse VANEYCKEN • Catarina XAVIER • SERGE MUYLDERMANS • Matthias D'HUYVETTER • VICKY CAVELIERS • AXEL BOSSUYT • NICK DEVOOGDT
QoS ondersteuning in heterogene draadloze sensornetwerken met behulp van gedistributeerde 'reinforcement learning' technieken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het hoofddoel van dit project is de ontwikkeling van een adaptieve QoS netwerkarchitectuur voor draadloze sensornetwerken die een waarachtig multi agent systeem gebaseerd Reinforcement Learning algoritme incorporeert. Dit MAS-RL algoritme zal op gedistribueerde wijze intelligente beslissingen nemen omtrent de optimale werkingsmode voor iedere knoop, rekening houdend met de verschillende belangen en beperkingen. Om dit doel te bereiken, voorzien we 4 hoofdtaken, elk met eigen subdoelen: Taak 1: het ontwikkelen van een endogeen multi agent RL algoritme dat concepten ontleent van 'Mechanism Design' (mechanisme-ontwerp). Taak 2: de ontwikkeling van een adaptieve modulaire QoS architectuur voor heterogene draadloze sensornetwerken die geschikt is voor zeer verscheidene applicaties en bijhorende QoS vereisten. Taak 3: de ontwikkeling van een realistische simulatieomgeving voor de optimalisatie van de QoS architectuur en het MAS-RL algoritme. Taak 4: de experimentele validatie van de ontwikkelde oplossingen in een levensechte omgeving in een levensecht scenario Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE • KRIS STEENHAUT
Chemische reactiviteit vanuit een ab initio moleculaire dynamica en Density Functional Theory perspectief: Methodologische aspecten en toepassingen in organische, anorganische en biochemie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 4.3. Beschrijving van het project In dit onderzoeksproject is het de bedoeling om de onderzoeksgebieden van de conceptuele DFT en de ab initio moleculaire dynamica met elkaar te combineren aangezien een dergelijke gecombineerde aanpak een aanzienlijke meerwaarde kan betekenen in de complexe studie van de chemische reactiviteit. Dit omvat enerzijds een methodologisch luik en anderzijds een luik met toepassingen in de organische, anorganische en biochemie. 4.3.1. METHODOLOGISCHE ASPECTEN Doelstelling 1 : Sampling van het potentieel energie oppervlak in de regio van de reactanten In eerste instantie zullen de AIMD simulaties worden aangewend om een efficiënte sampling te maken van het potentieel energie oppervlak rond de reagentia die betrokken zijn in de reactie. Er zijn immers voldoende voorbeelden gekend waarbij de reactanten vooraleer de reactie aan te vatten een belangrijke conformationele verandering dienen te ondergaan. Als resultaat van de MD simulaties worden energieën, coördinaten, snelheden,... bekomen op elk tijdstip waarmee een aantal statistische grootheden, zoals partitiefuncties, correlatiefuncties kunnen worden afgeleid.[26] In dit projectvoorstel wensen we bijkomend het dynamisch gedrag van de reactiviteitsindices te volgen als reactiviteitsproben bij de aanzet van de reactie. De tijdsevolutie van op DFT gebaseerde reactiviteitsindices werd tot hiertoe slechts op relatief eenvoudige systemen onderzocht.[27] Bovendien kunnen naast de DFT concepten meer klassieke eigenschappen zoals atomaire ladingen, dipool- en quadrupoolmomenten en elektrostatische potentialen gebruikt worden als reactiviteitsproben. Deze zijn nuttig voor de studie van de zogenaamde hard-hard interacties of reacties met in hoofdzaak ladingscontrole.[15,28-30] Methodes voor het afleiden van atomaire ladingen,
dipool- en quadrupoolmomenten en elektrostatische potentialen zijn in principe reeds beschikbaar vandaag de dag in gangbare MD pakketten zoals CPMD[24] en CP2K.[25] Beide pakketten maken gebruik van periodieke randvoorwaarden en vlakke golven of de combinatie van vlakke golven en gaussische basissets. Om gelokaliseerde eigenschappen te berekenen zijn technieken nodig die in staat zijn om de globale elektronendensiteit te partitioneren. Recentelijk werd door Kirchner en Hutter een computationeel efficiënte implementatie voorgesteld binnen CPMD voor het berekenen van dipoolmomenten uitgaande van maximum gelokaliseerde Wannier functies.[31] Een andere mogelijkheid is het toepassen van de Hirshfeld partitiemethode,[32] die door de ALGC groep reeds in een aantal studies werden aangewend.[33] De implementatie van specifieke DFT reactiviteitsindices binnen MD pakketten is nagenoeg nog niet gebeurd. Binnen dit aspect plannen we de uitwerking van verschillende methodologieën die toelaten om dit scala van eigenschappen "on-the-fly" tijdens een dynamica simulatie te berekenen. Gezien de geplande MD simulaties gebeuren binnen de Born-Oppenheimer approximatie kunnen alle grootheden gekend vanuit conceptuele DFT overgedragen worden. Centraal in de beschrijving van zogenaamde zacht-zacht interacties (of orbitaal gecontroleerde interacties)[15,28-30] is de Fukui functie, gedefinieerd als de eerste afgeleide van de electronendichtheid ?(r) van het systeem naar het aantal elektronen N bij een constante externe potentiaal v.[19] We stellen voor om deze functie te berekenen gebruik makend van de door de ALGC groep, in samenwerking met Professor R. Nalewajski en Dr. A. Michalak (Jagiellonian Universiteit, Krakau, Polen), ontwikkelde perturbatieve methode die toelaat om deze functie in zeer goede benadering te bepalen in één enkele Kohn- Sham berekening.[34] Eenmaal deze Fukui functie gekend heeft men toegang tot de chemische hardheid ! via de relatie [35,36] ! = "" f (r)!(r,r!)f (r!)drdr! (1) met !(r, ! r )de zogenaamde hardheidskernel.[35] Verscheidene benaderingen voor deze grootheid zijn voorgesteld en getest geweest in de berekening van de hardheid[37-39] en kunnen bijgevolg geïmplementeerd worden in de MD codes. Deze methodologie laat tevens toe ook deze grootheid te bekomen in één berekening per simulatiestap, naar analogie met [27g]. De bekomen responsfuncties die in de hierboven geschetste methodologie gesampled worden op verschillende plaatsen van het potentieel energieoppervlak (PES) van de reactanten kunnen vervolgens gebruikt worden in combinatie met reactiviteitsprincipes om uitspraken te doen over reactiviteiten en regioselectiviteiten van chemische reacties. Doelstelling 2 : Berekenen van het vrije energie profiel voor probabele reactieroutes In tweede instantie zal nagegaan worden indien de aangeduide reactieve plaatsen van het PES effectief overeenkomen met probabele reactieroutes. Daartoe kunnen reactiebarrières en chemische kinetiek op basis van statische methoden[40] worden berekend. Echter voor de beoogde reacties (vide infra) zijn statische technieken veelal niet toereikend door het optreden van een gecombineerde reactiecoördinaat of door het impliciet effect van een solventomgeving. In dit geval zijn opnieuw MD simulaties een middel bij uitstek om dergelijke complexe systemen te volgen tijdens de reactie.[8] De kans evenwel om de energetisch hoog geactiveerde transitietoestand efficiënt te samplen gedurende een dynamica run van een aantal picoseconden is zeer beperkt. Verschillende technieken werden reeds voorgesteld om zeldzame gebeurtenissen te samplen[41] maar zijn zeer sterk afhankelijk van een goede keuze van een reactiecoördinaat. Eén van de meest succesvolle technieken is gebaseerd op de recent voorgestelde metadynamica methode[42] werd al verschillende keren succesvol toegepast in een variëteit van toepassingen waarbij een complexe reactiecoördinaat optreedt. Hierbij wordt bovenop de potentiaal van een aantal relevante vrijheidsgraden (collectieve vrijheidsgraden) een biasing potentiaal gesuperponeerd "on the fly" die toelaat om efficiënt uit diep gelegen minima te ontsnappen en de relevante delen van het chemisch proces efficiënt te samplen. Deze methode laat toe om het multidimensioneel vrije energie-oppervlak dat de reactanten met producten verbindt te reconstrueren. De voorgestelde methodologie wordt verwacht vooral een grote toegevoegde waarde te bieden voor reacties waarbij een complexe reactiecoördinaat optreedt. Dit laatste is ondermeer het geval voor chemische reacties die optreden in solventen maar ook voor toepassingen waarbij belangrijke conformationele vrijheidsgraden dienen te veranderen alvorens de reactie kan doorgaan. De initiële sampling van de reactanten die ingebed zijn in een solvent, laat toe om het effect van de moleculaire omgeving te bestuderen op verschillende op DFT gebaseerde reactiviteitsindices. Dit is tot nog toe slechts weinig gebeurd binnen een MD context.[43] Voor de toepassingen in solventen dient eveneens gebruik gemaakt te worden van technieken om de elektronendensiteit te partitioneren zoals hierboven geschetst. Doelstelling 3 : Validering van de methodologie op eenvoudige testsystemen (enolaten en azaallylanionen) De voorgestelde methodologie (uitgewerkt bij doelstellingen 1 en 2) zal in eerste instantie gevalideerd worden op een aantal eenvoudige testsystemen waarin de aanvragende groepen reeds expertise hebben. Een eerste testsysteem betreft de studie van de regioselectiviteit van een bekende klasse van ambidente nucleofielen, nl. enolaten.[28, 44] Het meest eenvoudige van deze enolaten, nl. het ethanolaat-ion (CH2CHO?), werd in het verleden reeds door verschillende groepen, waaronder de ALGC groep, gebruikt voor het "benchmarken" van nieuwe methodologieën voor de berekening van Fukui functies en zachtheidsgerelateerde reactiviteitsindices.[33a,45,46] Experimenteel blijkt dat de regioselectiviteit (i.e. C vs. O alkylering) bij alkylering van deze enolaten[47,48] afhankelijk is van (1) de aard van het metaal kation, dat als tegenion fungeert, en waarvan de invloed groter blijkt te zijn in niet polaire solventen (2) de aard van het solvent en (3) de aard van het nucleofiel. Aan de hand van voorgestelde methodologie zal nagegaan worden hoe DFT reactiviteitsindices en meer courant gebruikte eigenschappen zoals ladingen en dipolen variëren in functie van verschillende solventen, metalen en conformaties. In tweede instantie zal de reactie met een aantal eenvoudige electrofielen worden bestudeerd. Hierbij stellen we voor om voor verschillende enolaten, met verschillende tegenionen en verschillende solventen de C vs. O alkyleringen te bestuderen voor verschillende substraten, zoals voorgesteld in Schema 1 (a). Een tweede sterk gerelateerd testsysteem betreft de studie van gehalogeneerde azaallyl anionen (5), voorgesteld in Schema 1 (b). . Deze verbindingen worden bekomen na deprotoneren van het imine (4) met een sterke nietnucleofiele base zoals lithium diisopropylamide. Verdere reactie met een elektrofiel geeft aanleiding tot gefunctionaliseerde ?-haloimines 6, welke belangrijke bouwstenen vormen binnen de organische chemie. De conformaties van deze azaallylanionen, namelijk indien E of Z conformaties worden geprefereerd, de positie van de substituenten op de stikstof en de coördinatie met verschillende metalen, is tot dusver niet gekend. Er zijn bovendien duidelijke indicaties dat het solvent een belangrijke rol speelt in de stereochemie van deze componenten. Naar analogie met het eerste testsysteem zal nagegaan worden hoe DFT reactiviteitsindices en andere eigenschappen variëren in functie van verschillende solventen, tegenionen en conformaties om vervolgens reacties met een aantal eenvoudige electrofielen te bestuderen. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS • Frank DE PROFT
Reflectieve Ondersteuning voor herconfiguratie van Context-afhankelijke Softwareaanpassingen(RECOCO). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstelling Het ondersteunen van dynamische aanpasbaarheid van software in specifieke uitvoeringscontexten (b.v. in specifieke uitvoeringssporen, sessies of collaboraties tussen meerdere objecten) wordt steeds belangrijker voor hedendaagse gedistribueerde toepassingen. Context-georiënteerd programmeren (COP) [12] biedt taalconstructies voor het uitvoeren van dergelijke context-afhankelijke aanpassingen. Het is echter belangrijk dat tijdens deze context-afhankelijke aanpassingen de globale toestandsconsistentie [6] van het softwaresysteem ten alle tijde bewaard wordt. Alhoewel, context-afhankelijke aanpassingen inherent atomisch zijn wat betreft toevoegingen van programmacode[5], bestaat er geen automatisch mechanisme om de toestand van softwareprogramma's consistent te houden. Bijgevolg, moet de softwareontwikkelaar, zonder enige methode of richtlijn, hiervoor complexe applicatie-specifieke logica aan de programma's toevoegen. Dit project heeft twee aan elkaar verbonden doelstellingen: (i) de beschrijving van de fundamenten van COP zodat men systematisch kan redeneren over de consistentie van een een gedistribueerd systeem tijdens contextafhankelijke aanpassingen, en (ii) op basis van dit fundament, de creatie van een reflectieve architectuur voor COP talen zodat consistentieconflicten op een gemakkelijke wijze opgelost kunnen worden door de softwareontwikkelaar. Organisaties: • Software Language Lab • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • YVES VANDRIESSCHE • PASCAL COSTANZA • THEO D'HONDT
Scheiding van binaire mengsels op metaal-organische roosters. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstellingen van het project: we willen 1. het potentieel aantonen van MOFs in scheiding van binaire mengsels (gas, vloeistof) door opsporen van combinaties van ?MOF + binair mengsel??die resulteren in hoge scheidingsfactoren; 2. in geselecteerde gevallen, de interactie volgen tussen het MOF-oppervlak en de adsorbaten (zuiver of als binair mengsel) door spectroscopische of diffractiemethodes; 3. in deze gevallen, relaties opstellen tussen de adsorptievoorkeur van MOFs en hun fysicochemische karakteristieken, bv.: o de grootte en vorm van poriën en kooien; o de functionaliteit van de poriewanden: aromatische of alifatische groepen, -OH groepen, andere functionele groepen; o open coördinatiesites op metaalionen. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • JOERI DENAYER
Bijdrage tot de bouw van het voorwaarts Muon RPC detectie systeem voor het CMS experiment nabij de LHC te CERN. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstellingen Een eerst doelstelling van het project is de identificatie van genen die coderen voor nieuwe virulentiefactoren die worden uitgedrukt op het bacteriële oppervlak van MRSA. Meer bepaald zal het project zich richten naar nieuwe bacteriële oppervlaktecomponenten die betrokken zijn bij de vorming van biofilms en bij de herkenning van de gastheer. Dit zal uitgevoerd worden door met transposons geïnduceerde of bacteriofaagresistente mutanten te testen voor gewijzigde biofilmvorming of gewijzigde virulentie in de surrogaatgastheer Caenorhabditis elegans (C. elegans). Indien bacteriofaagresistente mutanten een verminderde biofilmvorming of virulentie vertonen, zal het gewijzigde proteïne geïdentificeerd worden door transposonmutagenese. De genen die zijn geïnactiveerd door het transposon zullen geïdentificeerd worden aan de hand van de inverse polymerase chain reaction (IPCR), gevolgd door sequentie-analyse. Niet-polaire deletiemutanten van deze genen zullen geconstrueerd worden en gecomplementeerd met de overeenkomstige coderende sequenties om hun functie te bevestigen. Wanneer dit relevant is, zal het belang van de genen voor de infectie van zoogdieren getest worden in een muismodel. Een tweede doelstelling is het verschil tussen het vermogen van HA-MRSA en CA-MRSA om biofilms te vormen te onderzoeken in aanwezigheid en afwezigheid van antibioticumselectie. Onze hypothese is dat biofilms potentieel meer relevant zouden zijn voor de overleving van CA-MRSA omdat deze normaal geen genen dragen die resistentie verlenen tegen specifieke antibiotica, die wel aanwezig zijn bij HA-MRSA stammen. Daarom zijn de genen die biofilmvorming toelaten mogelijk opgereguleerd in vergelijking met HAMRSA of spelen andere genen eventueel een cruciale rol. Een derde objectief van het project is te verklaren waarom bepaalde MRSA klonen zeer epidemisch zijn. Voor objectieven 2 en 3 zal het vermogen om biofilms te vormen van zeer epidemische klonen (Iberische, Braziliaanse, Hongaarse, New York/Japan) en van CA-MRSA onderzocht worden aan de hand van in vitro statische en continue biofilmmodellen. Tevens zal voor objectief 3 het biofilmvormend vermogen en de virulentie in C. elegans van de epidemische HAMRSA klonen vergeleken worden en zal de aanwezigheid en de uitdrukking van gekende virulentie/biofilmvormende factoren in de verschillende stammen geanalyseerd worden. Genen die opgereguleerd worden tijdens biofilmvorming in de verschillende MRSA stammen zullen site-specifiek geïnactiveerd worden. De rol van deze genen voor de infectie zal worden getest in C. elegans en, indien nodig, in een muismodel. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • WALTER VAN DONINCK • Jorgen D'HONDT
Reconstructie van Laatglaciale en Holocene klimaatsveranderingen in de zuidelijke hemisfeer aan de hand van een merentransect doorheen Zuid chili (CHILT). Vrije Universiteit Brussel Abstract: DOELSTELLINGEN Het project CHILT stelt zich tot doel om Laatglaciale en Holocene klimaatvariaties te reconstrueren die geregistreerd zijn in lacustriene sedimentaire paleoklimaat-archieven gelegen langsheen een N-S transect doorheen het zuidwestelijke deel van Zuid Amerika, van het Chileense Merendistrict (39°S) in het noorden tot Patagonië (53°S) in het zuiden. Dit deel van Zuid Amerika is uitermate geschikt voor een studie van de ruimtelijke en temporele patronen in klimaatvariabiliteit in de zuidelijke hemisfeer. Het is immers de enige landmassa die zo ver zuidwaarts reikt, hetgeen toelaat continentale archieven uit de gematigde tot hoge zuidelijke breedtegraden rechtstreeks te vergelijken met deze uit Antarctica en de sub-Antarctische eilanden, maar ook met deze uit lagere breedtegraden. Het voorkomen van talrijke grote meren tussen ong. 40° en 55°S (i.e. min of meer samenvallend met de natuurlijke noordelijke en zuidelijke grenzen van het "Southern Polar Front") maakt van deze regio dan ook een echt sleutelgebied voor het voorgestelde onderzoek (b.v. Sugden et al., 2005; Sterken et al., 2008). Twee specifieke doelstellingen worden vooropgesteld: - Doelstelling 1: Een beter inzicht verkrijgen in de deglaciatiegeschiedenis van zuidelijk Zuid Amerika. Teneinde een recent ontwikkeld model voor de deglaciatie van de Patagonische ijskap (Hulton et al., 2002) verder te testen en te verbeteren zijn er bijkomende paleoklimaatreconstructies en geologische data aangaande de deglaciatiegeschiedenis van de betrokken regio nodig. Er blijft immers nog aanzienlijke onduidelijkheid over het preciese tijdstip en de snelheid en manier waarop de ijskap zich terugtrok (e.g. Lowell et al., 1995; McCulloch & Davies, 2001; Bentley, 1997). In het bijzonder voor het gebied ten noorden van 43°S wijst het model op een aanzienlijke instabiliteit van de ijskap. De modelresultaten worden echter niet volledig ondersteund door de bestaande empirische data, ondermeer omdat de gegevens uit de schaarse, maar continue mariene en lacustriene archieven niet in overeenstemming zijn met deze uit de discontinue, terrestrische archieven (De Batist et al., 2008). CHILT zal de wijze van terugtrekking van de Patagonische ijskap in de regio tussen 39 en 53°S beter documenteren, door middel van een reeks gedetailleerde reflectieseismische studies en een multiproxy-analyse van lange sedimentkernen uit meren die de ijsterugtrekking geregistreerd hebben. - Doelstelling 2: De temporele en ruimtelijke varibiliteit bestuderen van snelle klimaatschommelingen die zich hebben voorgedaan tijdens de Laatglaciaal-Holoceen transitie. Het internationale onderzoek heeft zich de voorbije jaren sterk toegespitst op de mogelijke relatie tussen de Antarctic Cold Reversal (ACR) en de Younger Dryas Cold Reversal (YDCR) tijdens de transitie van het Laatste Glaciaal Maximum (LGM) naar het Holoceen. De YDCR (~11.6-12.9 ka) is zeer goed gedocumenteerd in verschillende paleoklimaat-archieven in de noordelijke hemisfeer (bv. Stuiver et al., 1995) en wordt vaak verondersteld een globaal effect te hebben gehad (Barrows et al., 2007). De ACR (~12.5-14.5 ka) werd gedetecteerd in een aantal Antarctische ijsboringen als een koudepuls die de geleidelijke postglaciale opwarming tijdelijk onderbreekt, en die de YDCR uit het noordelijke hemisfeer duidelijk voorafgaat. Dit zou erop kunnen wijzen dat de YDCR veroorzaakt werd als respons op de ACR en dus helemaal geen globale, synchrone impact had. In Patagonië (55°S) werd een gletsjeruitbreiding gedocumenteerd rond 12.1-15.3 ka (McCulloch & Davies, 2001), ruwweg overeenstemmend met de ACR, maar verder naar het noorden (41°S) werd onlangs de "Huelmo-Mascardi cold/wet event" (~12.0-13.4 ka) gedetecteerd (Hajdas et al., 2003), die qua timing precies tussen de ACR en de YDCR in valt. Een multiproxy-analyse van meersedimenten van Lago Puyehue (~41°S) liet heel recent toe het bestaan en de timing van deze klimaatschommeling in deze regio te bevestigen (Bertrand et al., 2008; Boës & Fagel, 2008b). Deze bevindingen lijken de hypothese te ondersteunen van een propagatie van Antarctische klimaatsignalen naar het noorden toe over een transitiezone in de gematigde tot hoge zuidelijke breedtegraden. Er blijven echter nog aanzienlijke onzekerheden over de preciese ruimtelijke verspreiding, karakter en duur van deze Laatglaciale klimaatschommeling in zuidelijk Zuid Amerika (Sugden et al., 2005). Waarom komt ze b.v. niet tot uiting in de mariene (40°S, ODP site 1233; Lamy et al., 2004) archieven, of in vele van de terrestrische archieven (44°S, Bennett et al., 2000) uit dezelfde regio? Gaat het trouwens om een terugkeer van koudere of van nattere omstandigheden? Wat leert deze klimaatschommeling ons over de achterliggende processen waarmee verschillende klimaatsystemen elkaar kunnen beïnvloeden? CHILT zal trachten de onzekerheden omtrent deze Laatglaciale klimaatschommeling aanzienlijk te verminderen door drie goed gedateerde, hoge-resolutie temperatuur- en precipitatie-reconstructies te produceren voor de periode van
~9.0-16.0 ka, op basis van een kwantitatieve multiproxy-analyse van lange sedimentkernen uit meren langsheen een latitudinaal transect doorheen de regio (39-53°S). Organisaties: • Geologie
Onderzoekers: • EDWARD KEPPENS
Preoperative radiotherapy of rectal cancer by helical tomotherapy : prognostic significance of iNOS, CD3, CD16 en CD68 molecular markers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • GUY STORME • Mark DE RIDDER
Onderzoek naar elektronische schakelingen voor intelligente 3D-camera pixels. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit doctoraat wordt gezocht naar schakelingen die in een camera pixel voor een 3D camera kunnen dienen om de afstand tot een object in de scene te meten op een andere manier dan wat al in de state-of-the-art bestaat. Een voorbeeld daarvan is het gebruik maken van een delaylocked-loop. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Virtuele machines voor veelkernarchitecturen: Ontkoppeling van Abstracte en Concrete gelijktijdigheidsmodellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: We stellen vandaag vast dat om de performantie van microprocessoren te kunnen blijven opdrijven constructeurs overstappen van het opschroeven van de klokfrequentie naar het toevoegen van meerdere kernen per chip. Dit betekent dat deze performantiewinst gekoppeld is aan de ondersteuning binnen alle software, tot de eindgebruikerssoftware toe, van gelijktijdigheid ("concurrency"). Tot op heden is veruit het meest gebruikte programmeermodel voor gelijktijdigheid gebaseerd op draden ("threads") welke op hun beurt gebruik maken van gedeeld geheugen ("shared memory"). De programmeercomplexiteit neemt daarbij echter combinatorisch toe met het aantal draden en gedeelde middelen ("shared resources"). Daarom is dit model slechts in beperkte mate geschikt voor de programmering van veelkernsystemen ("many-core systems"). Het gebruik van meer gedisciplineerde gelijktijdigheidsmodellen die expliciete gedeelde toestand ("shared state") vermijden is de haast enige mogelijke optie om op schaalbare wijze te kunnen omgaan met de inherente complexiteit van gelijktijdige software voor veelkernprocessoren. Een bijkomend probleem is echter dat de concrete veelkernhardware waarop deze modellen afgebeeld moeten worden een grote verscheidenheid vertonen. Er zijn namelijk tal van ontwerpen mogelijk voor het structureren van de kernen en het geheugen, het toepassen van caching, het organiseren van de communicatie tussen de kernen, enz. Het is dus nodig om abstractie te maken van de grote verscheidenheid aan veelkernarchitecturen. Virtuele machines ("VM") kunnen hierbij helpen, net zoals ze succesvol waren bij het abstraheren van de verschillen tussen platformen bij de klassieke hardware met ÈÈn enkele kern. De abstracties die de instructiesets van bestaande VMs voorzien voor veelzijdigheid zijn echter erg beperkt en ze bieden geen afdoende steun voor taalontwerpers. Alvorens een VM de brug kan maken tussen verschillende gelijktijdigheidsmodellen en verschillende veelkernarchitecturen, moeten de gelijktijdigheidsmodellen eerst ontkoppeld worden van de veelkernarchitecturen door middel van een aangepaste instructieset. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een methodologie die taalontwerpers toelaat hun abstracte gelijktijdigheidsmodellen af te beelden op een instructieset met expliciete ondersteuning voor gedisciplineerde gelijktijdigheid en die virtuele machine-ontwerpers toelaat deze instructieset af te beelden op huidige en toekomstige veelkernarchitecturen. De instructieset moet geschikte abstracties aanbieden om de verwezenlijking van een breed aanbod van gelijktijdigheidsmodellen mogelijk te maken, zodat het kan gebruikt worden voor taalontwerp. Daarom zal ze ontworpen worden op basis van een stapsgewijze analyse van de actueel belangrijkste gelijktijdigheidsmodellen zoals daar zijn: actoren ("actors"), transactioneel softwaregeheugen ("transactional software memory") en gedeelde geheugenmodellen met vergrendeling ("locking"). Daarnaast is de afbeelding op een concreet gelijktijdigheidsmodel zoals aangeboden door een specifieke hardware architectuur ook belangrijk. Het eenvoudigste model, maar nog steeds het belangrijkste, is intra-kern communicatie. Dit is het standaard geval voor ÈÈnkernprocessoren zonder hardware gelijktijdigheidsondersteuning. De volgende stap is een gedeeld-geheugenmodel. Dit wordt reeds toegepast in de huidige multikernsystemen en zou ook gebruikt kunnen worden voor beperkte groeperingen van kernen op veelkernsystemen. Voor echte veelkernsystemen is een soort inter-kern ringnetwerk zonder gedeeld geheugen, zoals voorgesteld wordt voor Intel's Larrabee, een heel representatief concreet gelijktijdigheidsmodel. We moeten ten minste deze drie modellen beschouwen om een voldoende representatieve iteratiereeks van afbeeldingen van de instructieset op veelkernarchitecturen te kunnen maken. De resultaten van dit onderzoek zullen ons in staat stellen de abstracte en concrete gelijktijdigheidsmodellen te ontkoppelen door middel van een instructieset met ondersteuning voor gedisciplineerde gelijktijdigheid. Dit onderzoek zal uitgevoerd worden aan het Lab voor Programmeerkunde (PROG) van de Vrije Universiteit Brussel. Dit lab beschikt over diepgaande expertise in twee domeinen (gelijktijdigheidsmodellen en virtuele machines) van dit onderzoek. De gebruikte methodologie is daarbij grotendeels gebaseerd op de constructie van artefacten: voorgestelde oplossingen worden uitgewerkt met behulp van "proof-of-concept" verwezenlijkingen. Voor het derde domein rond veelkernarchitecturen zal het IMEC optreden als partner en zal inzicht geven in de industriÎle vereisten en technologische kennis over veelkernarchitecturen. Het IMEC zal ook daar waar zinvol hardware beschikbaar stellen voor experimenten. Er zullen frequente IMEC-PROG workshops georganiseerd worden om deze samenwerking te bevorderen. Tenslotte zal expertise rond VMs aanwezig op het HPI te Potsdam in Duitsland aangeboord worden via het co-promotorschap van Michael Haupt voor dit onderzoek. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • THEO D'HONDT
De rol van de insuline-achtige groeifactor IGF-I in de bescherming en regeneratie van hersenweefsel na inductie van transiënte focale ischemie. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Cerebrale ischemie is de meest voorkomende oorzaak van invaliditeit bij volwassenen. Hersenbeschadiging door ischemie wordt veroorzaakt door necrose en apoptose van hersencellen, en leidt tot opregulatie van IGF-I expressie in het CZS, maar de maximale concentraties worden pas bereikt na 5 dagen of zelfs enkele weken. Uit de literatuur blijkt dat toediening van de anti-apoptische insulineachtige groeifactor IGF-I tot enkele uren na inductie van cerebrale ischemie in proefdieren leidt tot een aanzienlijke vermindering in celdood en weefselschade. Deze studie onderzoekt de rol van IGF-I in neuroprotectie en regeneratie van neuraal weefsel na inductie van een tijdelijke focale ischemie. Hierbij richten we ons voornamelijk op: 1) Het mechanisme betrokken bij de neuroprotectieve effecten van exogeen IGF-I na inductie van tijdelijke focale ischemie door toediening van endotheline-1. 2) De directe effecten van IGF-I op inflammatoire reacties in het CZS. 3) De rol van lokaal in het CZS geproduceerd IGF-I in overleving van neuronen en regeneratie. Dit zal worden onderzocht in een cel speciefieke knock out muizen voor IGF-I. 4) het therapeutisch potentieel van IGF-I in cerebrale ischemie. Hiertoe zullen we in ratten de effecten van intraveneus toegediend IGF-I vergelijken met de effecten van centraal toegediend IGF-I, en de distributie van IGF-I in de hersenen van deze dieren bepalen na beide toedieningswijzen. Organisaties: • Farmacologie
Onderzoekers: • RON KOOIJMAN
Simulatie van Elektrodevormveranderingen in Elektrochemische Processen beschreven door Multi-Ion Transport en Reactie Modellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Simulatie van Elektrodevormveranderingen in Elektrochemische Processen beschreven door Multi-Ion Transport en Reactie Modellen Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • PHILIPPE LATAIRE
Fysische verklaring en karakterisatie van ruimtelijke incoherente emissie regimes van halfgeleiderlasers en implementatie in gerichte toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project handelt over zowel theoretische als experimentele aspecten van een bepaald type halfgeleider laser: de broad-area verticalcavity surface-emitting laser (BA-VCSEL). Naar aanleiding van de recente ontdekking (2005) binnen de vakgroep TONA van een speciaal nietmodaal emissie regime in dit type lasers, willen we theoretisch en experimenteel werk verrichten om dit fenomeen verder te kwantificeren en te verklaren, en er de toepassingsperspectieven van te onderzoeken. Deze kennis moet ons ook toelaten om eventueel niet-modale emissie te genereren in andere types halfgeleider laser. Een ander belangrijke toepassing van dit onderzoek zou het gebruik van BA-VCSELs zijn voor belichtings- en display toepassingen. Het gebruik van lasers in zulke toepassingen wordt immers bemoeilijkt door een waarneembare korreligheid (speckle) van het geprojecteerde beeld ten gevolge van de coherentie eigenschappen van een laser. Wij willen in dit project aantonen dat deze speckle sterk gereduceerd kan worden in het niet-modale emissie regime van een laser. Dit opent de mogelijkheid om halfgeleiderlasers in tal van nieuwe toepassingen te gebruiken. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • Guy VERSCHAFFELT • JAN DANCKAERT
Orchestratie in nomadische netwerkapplicaties. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Orchestratie in nomadische netwerkapplicaties. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • VIVIANE JONCKERS
Geneste modellering van de Groenlandse ijskap ter ondersteuning van de datering en interpretatie van de NEEM ijskern (NEEM-B) Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Achtergrond en belang van het project Sinds de eerste ijskernen geboord werden in de jaren '60 (Camp Century en Byrd) heeft het ijskernonderzoek een cruciale plaats verworven in onze kennis van Laatquartaire klimaatsveranderingen. De actuele stand van dit onderzoek op de Groenlandse ijskap uit zich nog het best in de gedetailleerde ijskernen die geboord werden op Summit (GRIP - Greenland Ice core Project - en GISP2 - Greenland Ice Sheet Project 2) en in NGRIP (NorthGRIP), cf. Dansgaard et al. (1993) en NGRIP project members (2004). De meest spectaculaire bevinding van Groenlandse ijskernen is het besef dat de laatste glaciale periode gekenmerkt werd door plotse en abrupte klimaatsschommelingen op een duizendjarige tijdschaal welke bekend zijn geworden onder de naam Dansgaard-Oeschger events. Het begrijpen van de oorzaken van deze snelle klimaatsschommelingen, en de implicaties daarvan voor het toekomstige klimaat, is één van de centrale onderwerpen in de studie van het klimaat en heeft beduidende implicaties voor het beleid. Desondanks de grote betekenis van bestaande Groenlandse ijskernen lijden zij allen aan hetzelfde euvel: geen van deze ijskernen werpt een klaar licht op het klimaat van het laatste interglaciaal 115000 tot 130000 jaar geleden welke periode ook bekend staat als het Eemiaan. Ijs uit het Eemiaan is aanwezig in de ijskernen die geboord werden op Summit maar is sterk verstoord. Het Eemiaan is onvolledig vanwege te veel basaal smelten in de NGRIP ijskern en is veel te dun voor klimaatstudies in de Camp Century ijskern. Het laatste interglaciaal is nochtans een cruciale periode om de processen van klimaatsverandering beter te begrijpen omdat deze periode een analogie vormt voor de huidige opwarming van de aarde, zij het dat zijn oorzaak ontegensprekelijk van natuurlijke oorsprong is. Klimaatsreeksen uit mariene en terrestrische sedimenten suggereren dat het Eemiaan in Groenland tot 5°C warmer zou geweest zijn dan vandaag. Op die manier kan deze periode ons iets leren over wat er mogelijk op komst is onder de toekomstige klimaatsomstandigheden die geprojecteerd worden. In het bijzonder suggereren een aantal modelstudies dat de Groenlandse ijskap volledig zou verdwijnen onder zulke warmere omstandigheden aan een snelheid die afhangt van de duur en de sterkte van de opwarming (Huybrechts et al., 1991; Huybrechts en de Wolde, 1999; Cuffey en Marshall, 2000; Greve, 2000; Huybrechts, 2002; Gregory et al., 2004; Otto- Bliesner et al., 2006). De nieuwe North Greenland Eemian Ice Drilling (NEEM) site (77.5°N, 50.9°W, 2650 m boven zeeniveau) werd geselecteerd op basis van
beschikbare data van oppervlaktehoogte, ijsdikte, en ijsradarmetingen als de meest geschikte plaats om een ongestoorde klimaatsreeks te vinden van het Eemiaan en de vorige ijstijd. De NEEM site ligt ongeveer 300 km ten noorden van de NGRIP site langsheen de ijsscheiding in een gebied met een eerder lage accumulatie en een redelijk vlakke bodemtopografie. De ijsdikte werd met een radar vastgesteld op 2542 m. Eerste ruwe inverse modelresultaten geven aan dat het Eemiaan zal kunnen gevonden worden op een diepte tussen 2265 en 2345 m met een gemiddelde jaarlijkse laagdikte van 7 mm, genoeg voor een betekenisvolle klimaatsreconstructie (Buchardt en Dahl-Jensen, 2008). De NEEM klimaatsrecord zal daarom een volledig interglaciaal kunnen afdekken van begin tot einde op een voldoende hoge resolutie in verschillende parameters. Bovendien zal de klimaatsreeks kunnen bevestigen of het inderdaad gevoelig warmer was gedurende deze periode en of er snelle klimaatsveranderingen in zulk een warmer klimaat voorkwamen. Dit moet toelaten een precieser beeld te krijgen van het gedrag van de Groenlandse ijskap in een warmer klimaat. Tevens zullen de gegevens aan het licht brengen of er Dansgaard-Oeschger gebeurtenissen plaatsvonden tijdens de vorige glaciale periode. De bevindingen van de NEEM ijskern zullen ook toelaten om klimaatsvariaties uit het huidige en vorige interglaciaal in verband te brengen met voorspelde scenarios voor de opwarming van de aarde. Een correcte interpretatie van klimaatsreeksen uit ijskernen veronderstelt een gepaste oplossing voor twee fundamentele problemen. Ten eerste is het sleutelprobleem van elke klimaatsreconstructie een accurate datering. Het tweede probleem volgt onmiddellijk uit de dynamica van de ijskap zelf over de gehele periode die afgedekt wordt door de ijskern. Bovenal heeft de oppervlaktehoogte waarop de ijsdeeltjes oorspronkelijk werden afgezet wijzigingen ondergaan als gevolg van veranderingen in de accumulatie, de ijstemperatuur, de ijskapuitbreiding, de horizontale ijsvloei, en mogelijk nog andere factoren (Huybrechts, 2002). Zulke oppervlaktewijzigingen veroorzaken afwijkingen in de temperatuursreeks die uit de ijskern gewonnen wordt. Die afwijkingen zijn niet aan het klimaat gerelateerd en dienen derhalve zo nauwkeurig mogelijk bepaald te worden. Bovendien ligt de NEEM site op de ijsflank langs de as van een zwakhellende rug. Het gevolg daarvan is dat het ijs in de ijskern niet lokaal werd afgezet maar afkomstig is van een plaats stroomopwaarts. Dieper ijs in de kern kwam daarom van een steeds hogere, en dus koudere, plaats op de ijskap. Ook kan men redelijkerwijs veronderstellen dat de Groenlandse ijskap tijdens het Eemiaan een andere geometrie vertoonde dan de huidige. Op basis van momenteel beschikbare modelberekeningen van de Groenlandse ijskap (bv. Cuffey en Marshall, 2000) is het onwaarschijnlijk dat de huidige geometrie en oppervlaktehoogte van toppen en ijsscheidingen bewaard is gebleven tijdens het Eemiaan. Deze beperkingen bemoeilijken de interpretatie van de ijskern. Dit vraagt om ijsdynamische modellering uitgaande van geofysische waarnemingen zowel van de ijskern zelf als van zijn omgeving. 2. Methodologie Onze benadering om de chronologie en de niet klimaatsgebonden temperatuursafwijkingen te bepalen bestaat erin om de geschiedenis van de ijskap en de ijsstroming te reconstrueren over ten minste de gehele tijdsspanne die door de ijskern wordt afgedekt. Deze procedure wordt uitgevoerd over het gehele gebied waar de ijsdeeltjes uit de NEEM ijskern worden verondersteld afgezet geweest te zijn. Wij zullen daarom een hoge-resolutie hogere-orde ijsvloeimodel voor het NEEM gebied nesten in een veelomvattend driedimensionaal thermomechanisch stromingsmodel van de gehele Groenlandse ijskap. Het gereconstrueerde hoge-resolutie driedimensionale snelheidsveld van een voorwaarts experiment met het geneste model zal daarom gebruikt worden in een Lagrangiaans achterwaarts opsporingsalgorithme om de trajectories van de ijsdeeltjes te achterhalen vanaf de plaats en het tijdstip van afzetting. Deze informatie kan onmiddellijk in verband gebracht worden met een hele reeks spatio-temporele parameters die nodig zijn voor een correcte interpretatie van de ijskern. De procedure levert onmiddellijk de diepte-ouderdom verdeling, de oppervlakteomstandigheden tijdens de afzetting van de ijsdeeltjes, alsmede een hele reeks relevante parameters zoals de initiële jaarlijkse laagdikte. De procedure is in staat om volledig rekening te houden met tijdsafhankelijke veranderingen in zulke cruciale parameters als de ijsdikte, richting van de ijsvloei, vloeisnelheid, accumulatie, en basaal smelten. De grootschalige component van het geneste model is een bestaand veelomvattend Groenlands ijsstromingsmodel (Huybrechts en de Wolde, 1999; Huybrechts, 2002). Dit model zal gedraaid worden op een horizontale resolutie van 20 km (mogelijk 10 km) met 30 lagen in de verticale en 9 lagen in de bodem voor de berekening van de warmtegeleiding in de aardkorst. Dit model bevat componenten die de stroming van gegrond ijs en basaal glijden beschrijven volgens de gangbare vereenvoudigingen in de 'shallow-ice' benadering, alsmede de reactie van de vaste aarde en de massabalans op het contactoppervlak tussen ijs en atmosfeer. De belangrijkste inputs van het model zijn het oppervlakteklimaat (massabalans en oppervlaktetemperatuur), de geothermische warmteflux en de zeespiegelstand die de kustlijn en de waterdiepte rond het continent bepaalt. Het smelt- en afstromingsmodel is gebaseerd op de positive-degree-day methode, en houdt rekening met processen die smeltwater vasthouden in de sneeuwlaag en met herbevriezing van smeltwater (Janssens and Huybrechts, 2000; Hanna et al., 2005). In dit project zal het grootschalige model verder verfijnd worden door de laatste gegevens in de datasets te verwerken voor oppervlaktehoogte, ijsdikte, bodemtopografie en neerslag. Gezien het belang van basaal smelten voor het vinden van oud ijs, wat grotendeels afhangt van de geothermische warmteflux, zal getracht worden om verschillende ruimtelijke verdelingen voor deze parameter in de berekeningen te betrekken in plaats van uit te gaan van een constante waarde (Huybrechts, 1996; Shapiro en Ritzwoller, 2004; Greve, 2005). De huidige versie van het grootschalige Groenlandmodel gaat uit van een Euleriaanse beschrijving om een eerste schatting te maken van de ouderdoms- en isotopenverdeling in het ijs (Huybrechts, 1994). Zuivere Lagrangiaanse benaderingen werden ontwikkeld en uitgetest in eerder werk (Rybak en Huybrechts, 2003) maar vertonen gekende gebreken vanwege de spreiding van de tracers in het bijzonder dicht bij de bodem. Binnen dit project zullen we de tracer module verder verbeteren door over te gaan op een semi-Lagrangiaanse benadering (Clarke en Marshall, 2002; Clarke et al., 2005). Het fijnschalige model is gebaseerd op de hogere-orde code van Pattyn (2003). Dit model omvat zowel longitudinale als transversale gradiënten in het krachtenevenwicht. Deze bijkomende termen verbeteren de snelheidsoplossing op ijsscheidingen, in de omgeving van de ijsrand en in gebieden met uitgesproken reliëf of hoge snelheidsgradiënten. Deze termen zijn ook vereist voor een meer realistische oplossing op numerieke roosters met een horizontale resolutie van de orde van de ijsdikte. In dit project zullen we voortbouwen op een verder ontwikkelde versie van deze code op basis van een staggered-grid benadering van het numerieke schema om gekende convergentieproblemen onder bepaalde omstandigheden te omzeilen (Bert De Smedt en Oleg Rybak, persoonlijke mededeling). Het lokale ijsstromingsmodel zal geïmplementeerd worden op een horizontale resolutie van 2 km of minder met 100 lagen in de verticale. In eerste instantie zullen experimenten uitgevoerd worden met een voor de hand liggend koppelingssschema in de neerwaartse richting tussen het grootschalige en fijnschalige model. De uitwisseling van informatie tussen beide modellen zal vooreerst volgens de anomaliemethode plaatsgrijpen (Huybrechts et al., 2007). Niettegenstaande zijn verdere ontwikkelingen gepland met tweezijdige koppelingsschema's waarin de snelheidsoplossing in het lokale hoge-resolutie model kan terugkoppelen op de grootschalige ijsstroming. Naast de chronologie en de niet klimaatsgebonden temperatuursafwijkingen van de NEEM ijskern zal het geneste model ook de gepaste variabelen berekenen om het vervormingsgregime op verschillende diepten en op verschillende plaatsen in de Groenlandse ijskap te karakteriseren. Zoals het geval was in andere studies (Marshall en Cuffey, 2000) zal dit toelaten om de risico's van verstoringen in de ijsstroming en eventuele onderbrekingen in de ijskern beter in te schatten. Vooral in de lagen dicht bij de bodem kunnen zulke verstoringen ontstaan door migratie van de ijsscheiding en de daarbij horende veranderingen van het vloeiregime. De tijdsafhankelijke modellering zal voortdurend worden verfijnd in functie van de beschikbaarheid van nieuwe meetgegevens van de boring zelf en van het omliggende gebied. Fijnschalige radarprofielen zowel vanuit de lucht als van op het ijsoppervlak zijn reeds beschikbaar voor de NEEM site. Deze gegevens zullen verder verwerkt worden om reconstructies van de bodemtopografie en de interne gelaagdheid te verbeteren zowel rond het boorgat als langsheen de vloeilijn tussen NEEM en NGRIP. Het semi-permanente NEEM kamp werd reeds geïnstalleerd gedurende de zomer van 2007. Daarenboven voerde het Alfred-Wegener-Institut für Polar- und Meersforschung (AWI) een oppervlaktetraverse uit tussen NGRIP en NEEM langsheen de ijsscheiding om met Ground Penetrating Radar (GPR) interne reflectors te karteren tot op een diepte van 40 m. Deze zullen dienen om de accumulatie in het gebied beter te evalueren. Het AWI team zette onderweg ook GPS balisen uit om oppervlaktehoogten en stroomsnelheden te meten, en boorde verschillende ondiepe boorkernen tot een diepte van ongeveer 70 m aangevuld met metingen in sneeuwkuilen. Tenslotte zullen we het 3-D thermomechanische stromingsmodel van de Groenlandse ijskap opnieuw laten lopen over de laatste twee glaciale cycli om de evolutie van de gehele ijskap en de implicaties voor het globale zeeniveau terug te evalueren. Deze experimenten zullen gebruik maken van verbeterde klimaatsforceringen van de NEEM ijskern zelf en zullen tevens gebruik kunnen maken van verbeterde schattingen van de geothermische warmteflux en van het verband tussen accumulatie en temperatuursverandering zoals afgeleid uit de veldwaarnemingen. Er kan verwacht worden dat deze experimenten meer klaarheid zullen scheppen in de cruciale vragen over het lot en de stabiliteit van de Groenlandse ijskap gedurende het Eemiaan en tijdens de snelle klimaatsveranderingen gedurende de glaciale perioden. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • PHILIPPE HUYBRECHTS
Geavanceerde kwantitatieve tomografische beeldreconstructie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het ontwikkelen van geavanceerde technieken voor efficiënte kwantitatieve 3D microgolf beeldverwerking. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
SAFE-IS: Software Abstracties voor event-Intensieve Systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DOELSTELLINGEN EN VERWACHTTE RESULTATEN In het domein van gedistribueerde systemen worden programmeertalen en middleware al te vaak aanzien als concurrerende methoden voor het oplossen van gelijkaardige problemen. SAFE-IS veronderstelt dat een eenzijdige aanpak op basis van slechts één van deze methoden ontoerijkend is voor het oplossen van de bovenvermelde problemen. Enerzijds wordt het bijzonder moeilijk om de vluchtigheid en schaalgrootte van de geproduceerde informatie te vatten in middleware bovenop een klassiek thread-gebaseerd computationeel model. Anderzijds stellen we dat de eigenschappen van de onderliggende technologie te divers zijn om deze te abstraheren in een voorgedefiniëerde programmeertaal. SAFE-IS gaat daarom uit van een geïntegreerde aanpak waarin een innovatieve, zgn. "open" programmeertaal ingebed wordt in een reeds bestaande programmeertaal, dewelke uitgebreid wordt met een middleware-laag. Zowel de open programmeertaal als de middleware worden ondersteund door de nodige implementatie-technologie. Onderstaande figuur illustreert onze methodologie: L1 wordt een nieuwe programmeertaal specifiek ontworpen voor het omgaan met grote aantallen events in een vluchtige netwerkomgeving. L2 is een klassiek platform (bvb. Java) waarin zowel de implementatietechnologie van L1 als een nieuwe middlewareabstractielaag zullen geïmplementeerd worden. Het feit dat zowel L1 als de middleware bovenop L2 worden gebouwd laat toe om L1 in te bedden in L2 (zulke inbedding wordt ook wel "taalsymbiose" genoemd). Dit laat toe dat entiteiten in de taal L1 kunnen communiceren met de middleware geschreven in taal L2. Deze opstelling brengt ons bij de drie objectieven van SAFE-IS. Het is ons doel: * een reeks linguïstische abstracties te ontwerpen welke toelaten om grote vluchtige "wolken" van events voor te stellen en te manipuleren op een atomaire manier. We veronderstellen dat er operatoren kunnen worden gedefinieerd die op de wolk als geheel inwerken, gelijkaardig aan operatoren in arrayprogrammeertalen. Redeneren in termen van zulke "wolken" laat toe abstractie te maken over de continue veranderingen die optreden in deze verzamelingen omwille van de mobiliteit van Things. * een middleware-laag te bouwen die een grootschalig aantal events kan routeren, verzamelen en afleveren en dit in de context van mobiele Things met variërende semantische en spatio-temporele eigenschappen. De integratie tussen hoog-niveau taal en middleware wordt verzekerd door deze hoogniveau taal in te bedden in de implementatietaal van de middleware. * implementatietechnologie te ontwikkelen om zowel programmeertaal als middleware te ondersteunen. Ten eerste is er nood aan technologie die de software causaal verbindt met de fysieke wereld van verschijnende, verdwijnende en opnieuw verschijnende Things. Ten tweede willen we samengestelde events voorstellen aan de hand van automaten om wolken van events te kunnen omzetten naar reguliere verzamelingen zodat deze op een klassieke wijze kunnen verwerkt worden door sequentiële applicaties. ONDERZOEKSVRAGEN De drie bovenvermelde doelstellingen werpen elk een aantal cruciale vragen op: In de programmeertaal-abstractielaag: * Welke abstracties zijn geschikt voor het voorstellen en manipuleren van grote vluchtige wolken van Things en events? Bijvoorbeeld, hoe kan een applicatie die de gebruiker assisteert bij het winkelen alle producten voorstellen die geëtaleerd staan op nabije rekken? De programmeur zou hierbij niet moeten redeneren in termen van het individueel verschijnen en verdwijnen van Things. * Welke operatoren kunnen toegepast worden op zulke wolken? Hierbij kunnen we inspiratie vinden in array- en stream-gebaseerde programmeertalen waar programma's op arrays/streams in hun geheel werken eerder dan op hun individuele elementen. De uitdaging ligt hem in het verzoenen van deze traditionele operatoren met de vluchtigheid van de wolken waar zij nu op moeten opereren. In de middlewareabstractielaag: * Asynchroon communicerende Things vereisen een gedistribueerde event-coördinatieinfrastructuur die events kan routeren, filteren en afleveren. De vraag is hoe deze Things-events op een declaratieve manier geannoteerd kunnen worden met context-informatie zodanig dat ze op een correcte manier geïnterpreteerd kunnen worden door de applicaties die hen verwerken. * De event-coördinatieinfrastructuur moet events afleveren over vluchtige, wegvallende netwerkverbindingen. Hoe kan event-resolutie in zulke zelf-organiserende ad hoc netwerken ondersteund worden zodanig dat opstoppingen voor zgn. "time-critical" eventstromen vermeden kunnen worden? In de implementatielaag: * Complexiteit kan worden beheerst dankzij compositie en abstractie. In event-gebaseerde systemen wordt dit gerealiseerd door het definiëren en benoemen van samengestelde events. Het blijft echter een open vraag hoe het detecteren van samengestelde events dient te gebeuren in een context waarin events op een enorme schaal worden geproduceerd, en dit door Things die (tijdelijk) kunnen verdwijnen. * Hoe kunnen we technieken gebaseerd op automaten -- die reageren op elementaire events en een samengesteld event afvuren in hun eind-toestand -- laten schalen naar de schaalgrootte en vluchtigheid die het Internet of Things karakteriseren? Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • WOLFGANG DE MEUTER
Koolstof cycling vanuit een stroombekken perspectief: een geïntegreerde benadering van terrestrische en aquatische links in het Tana River stroombekken (Kenia). Vrije Universiteit Brussel Abstract: CONTEXT Menselijke activiteiten hebben geleid tot een snelle toename in atmosferisch CO2 gedurende de voorbije eeuw, met een vergaande impact op de maatschappij, en met een verdere toename in het vooruitzicht. Het vaststellen van de rol van terrestrische en aquatische systemen als 'sources' of 'sinks' van CO2 is hierdoor een onderzoeksdomein met hoge prioriteit [1]. Een aantal componenten in de globale koolstof (C) cyclus zijn echter niet goed gekend. Eén zo'n 'blinde vlek' is de rol van zoetwatersystemen, die de interface vormen tussen terrestrische en mariene ecosystemen. Een recente datacompilatie suggereert een substantiële transfer van ~2 Pg C y-1 vanuit het terrestrische milieu naar zoetwatersystemen, maar slechts de helft hiervan zou de oceaan bereiken [2]. Een grote hoeveelheid terrestrisch C wordt dus in zoetwatersystemen verwerkt, en deze vormen dan ook een netto bron van CO2 naar de atmosfeer (~de helft van de oceanische CO2 sink, [3]). Deze schattingen zetten het belang van zoetwatersystemen in de verf als biogeochemische 'hotspots' aan de terrestrischoceanische interface, gekenmerkt door hoge process rates [4]. Zoals Masielo [2007, ref. 5] aangeeft, vereist het beter kwantificeren van globale C budgetten een grondiger begrijpen van de link tussen bodems en stroombekken karakteristieken aan de terrestrische zijde, van het transport van deeltjes en organisch materiaal in rivieren, en van de export en burial van C in de oceaan. De reactieve interface tussen terrestrische en mariene systemen komt dus naar voor als een belangrijk domein voor verder onderzoek. Hier stellen we een geïntegreerde aanpak voor om C processing te onderzoeken in een tropisch stroombekken dat zich hiertoe uitstekend leent (Tana River, Kenia), met een combinatie van data collectie en modellering. Studies van C transformaties op stroombekken-schaal zijn schaars, en op enkele uitzonderingen na is onze kennis hierrond gebaseerd op data uit één enkel stroombekken, de Amazone [bvb. 6-7]. Gezien de schaarste aan data omtrent terrestrisch-aquatische links en het ontbreken van een mechanistisch begrip van processing en lot van organisch materiaal in rivieren, is het onzeker in welke mate de bestaande data kunnen geëxtrapoleerd worden. Richey et al. [2002, ref. 8], bijvoorbeeld, schatten dat CO2 efflux uit rivieren en wetlands in het centrale Amazonebekken oploopt tot ten minste 0.5 Gt C y-1. Dit is een grootte-orde hoger dan de hoeveelheid organisch C dat door de rivier bij de monding naar de oceaan stroomt, en vormt dus een belangrijke component in het C budget van het Amazonesysteem [9]. Recente data uit andere grote rivierbekkens geven echter aan dat dit geen universeel patroon is, bvb. in het Ganges-Brahmaputra bekken [10]. Het begrijpen van terrestrisch-aquatische links is
fundamenteel voor een beter inzicht in huidige en toekomstige veranderingen in landgebruik. Studies over C tranfer en processing op stroombekken-schaal zijn niet alleen cruciaal vanuit het perspectief van de globale C cyclus [cfr. 11], maar hebben ook belangrijke lokale en regionale implicaties. Specifiek voor het Tana stroombekken, zorgt de intensieve ontbossing in hogere regio's voor een hoge input aan sedimentmateriaal in het riviersysteem. De stijgende vraag naar energie en water (bvb. voor bestaande en voorziene irrigatieschema's) heeft geleid tot de aanleg van een aantal hydroelectrische reservoirs. Deze menselijke impact heeft ongetwijfeld een impact op de C en nutriëntendynamiek van de stroom, en kan belangrijke cascade-effecten hebben op het functioneren van stroomafwaarts gelegen ecosystemen [bvb., 12]. Organisch materiaal in aquatische systemen kan zijn origine hebben in zowel oude terrestrische C reservoirs (bodems of verwering van gesteenten), recente terrestrische- of oevervegetatie, of in-situ (autochtone) aquatische productie. Deze worden gekenmerkt door verschillende reactiviteit, wat leidt tot preferentiële afbraak, stockage in sedimenten of verder transport naar de kustzone [6, 13]. Om deze complexe interacties te ontwarren, combineert dit voorstel twee complementaire types expertise: state-of-the-art isotopen analysetechnieken en geïntegreerde modellering van reactief transport. De analytische technieken spitsen zich toe op specifieke proxies die de origine en processing van verschillende bronnen van organisch materiaal in het Tana stroombekken traceren. De opkomst van nieuwe technieken gebaseerd op de isotopensignatuur van specifieke microbiële groepen (op bepaalde biomerkers) en opgelost organisch C (DOC) maken het nu mogelijk om complexe C pathways op verschillende schalen te ontcijferen [bvb., 14-15]. Ook wat betreft modellering werden krachtige biogeochemische modelleringstools ontwikkeld die het verwerken van organisch materiaal in sedimenten en aquatische milieu's simuleren [16-17]. Tot nog toe maken deze modellen echter geen onderscheid tussen isotopen (m.a.w. zijn niet bron-specifiek). In dit voorstel zullen we de modelformulaties uitbreiden om de omvangrijke dataset aan proxies te integreren, om zo te komen tot een kwantitatief beeld van processing van organisch materiaal in het Tana River stroombekken. De combinatie van state-of-the-art isotopentechnieken met reactief transport modellering is vernieuwend, en vormt een originele benadering voor het bestuderen van C cycli in het natuurlijk milieu. DOELSTELLINGEN Het algemene doel van dit voorstel is het uitbreiden van onze kennis over het biogeochemisch functioneren van tropische aquatische systemen, en het nader bekijken van de link met het terrestrisch milieu. De volgende doelstellingen worden vooropgesteld: (i) de impact onderzoeken van landgebruik, vegetatiepatronen, en bodemeigenschappen in het stroombekken op de origine en biogeochemische processing van organisch materiaal in tropische aquatische systemen; (ii) bijdragen tot een beter begrip van de metabole balans en CO2 sink/source sterkte van tropische rivieren, en dit te relateren aan laterale inputs vanuit het terrestrische milieu; (iii) het toepassen van 13C en 15N aanrijkingsexperimenten als een innovatieve benadering om de organisch-minerale associatie (en dus, preservatie) van organisch materiaal langsheen het land-oceaan continuum te onderzoeken; (iv) het potentieel achterhalen van reactief transport modellering om de oorsprong, transport en lot van suspensiemateriaal, particulair en opgelost organisch C langsheen de loop van een tropisch rivierennetwerk te beschrijven. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • Filip MEYSMAN • FRANK DEHAIRS
VERLENGING: Wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap (WOG) : Machine learning technieken voor datamining en hun toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: VERLENGING: Wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap (WOG) : Machine learning technieken voor datamining en hun toepassingen. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • Bernard MANDERICK
Mobiliteitsonderwijs Mozambique Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de introductie van onderwijs over mobiliteit in 7 beroepsscholen in Mozambique. Hiertoe ontwikkelt men een handboek en richtlijnenboek dat aangeeft hoe men mobiliteit kan inwerken in een (bestaand) milieuzorg systeem. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Evaluatie van nieuwe types stationaire fasen voor chirale scheidingen met behulp van capillaire electrochromatografie en capillaire vloeistofchromatografie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het bestaan van chiraliteit heeft gevolgen voor de ontwikkeling van geneesmiddelen omdat beide enantiomeren in het lichaam verschillende farmacodynamische en farmacokinetische eigenschappen kunnen vertonen. Bijgevolg dienen, tijdens de geneesmiddelenontwikkeling, beide enantiomeren gescheiden te worden. Er bestaan reeds verschillende analytische technieken die gebruikt kunnen worden voor de scheiding van deze moleculen namelijk, highperformance liquid chromatography (HPLC), capillaire electroforese (CE), gaschromatografie (GC), super-kritische vloeistofchromatografie (SFC) en capillaire electrochromatografie (CEC). CEC is een hybride techniek van HPLC en CE en bezit hierdoor eigenschappen van beide technieken waaronder chromatografische partitie en electroforetische migratie. Miniaturisatie is de laatste jaren een trend, mede daarom wint CEC aan populariteit. Maar CEC wordt momenteel nog gekenmerkt door een aantal experimentele nadelen, zoals de noodzaak aan frits, gebrek aan stationaire fasen speciaal ontwikkeld voor CEC en het gebrek aan commerciële kolommen. Vaak worden voor de CEC capillairen HPLC polysaccharide stationaire fasen gebruikt. Deze hebben echter niet noodzakelijk de geschikte dimensies en zijn vaak niet echt ontwikkeld om een elektrisch veld over aan te leggen waardoor de performantie van de kolom daalt in functie van de tijd. In deze thesis zal onderzoek gevoerd worden naar de toepasbaarheid van nieuwe types gechloreerde polysaccharide chirale stationaire fasen voor CEC analyses (Sepapak® types). Er zal nagegaan worden of bestaande generische scheidingsstrategieën teopasbaar zijn op deze nieuwe chirale stationaire fasen Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Measuring and modelling of dynamic systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De kernactiviteiten van het identificatieonderzoeksgroep liggen in het ontwikkelen van nieuwe indentificatiealgorithmes en hun toepassing op practische problemen. De onderzoeksgroep houdt zich bezig met de volgende aspecten van systeemidentificatie: - experimentontwerp
- ontwikkelen van schatters - modeleren. Zowel lineaire en niet lineaire systemen, en tijdsinvariante en tijdsvariërende systemen worden bestudeerd. De volgende keuzes worden hierbij gemaakt: - periodieke signalen worden waar mogelijk gebruikt; random excitaties indien opgelegd door de gebruiker - gebruik van niet parametrische ruismodellen om de stochastische storingen te karakteriseren - gebruik van een errors-in-variables stochastisch raamwerk: alle waargenomen signalen zijn verstoord met ruis - vertrouw (na calibratie) je data en niet je vooroordelen Alhoewel het niet altijd mogelijk is om volgens deze princiepes te handelen, worden de bovenstaande richtlijnen gebruikt om keuzes te maken bij het ontwerpen van een identificatieexperiment. Een ander belangrijk aspect van deze algemene aanpak is dat het identificatieproces start met het extraheren van de systeemkennis uit de metingen. Dit geeft in een vroeg stadium van het identificatieexperiment een idee van de complexiteit van het modeleringsprobleem. Voor lineaire tijdsinvariante systemen herleid dit zich tot het niet parametrisch meten van de transfer functie. Voor niet lineaire systemen bestaat er geen uniforme aanpak (sterk afhankelijk van de gekozen modelstructuur). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Study of microwave systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het bekomen van een geautomatiseerde modellering en identificatie omgeving voor schaalbare microgolf en RF sytemen en subsystemen. De data die we zullen gebruiken voor de modelextractie kunnen afkomstig zijn van een simulatie (bijvoorbeeld een fullwave EM simulatie) of een hoogfrequente meting van het systeem. Om de implementatie van het model platform-onafhankelijk te maken wordt gekozen om het model te generen in een SPICE of Verilog-A formaat. Dit laat toe om de modellen te gebruiken op om het even welk simulatieplatform. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
Data driven modelling. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Data driven modelling. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Physical telecommunication studies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Matching fonds voor het IWT ondersteund project iSEED (IWT410) samen met Alcatel-Lucent-Bell: iSEED : Innovation on Stability, Spectral and Energy Efficiency in DSL; Innovatie rond de Stabiliteit, SSpectrale en Energetische Efficientie in Digitale Toegangsnetwerken (Digital Subscriber Lines). Het innovatieproject iSEED (IWT funding) heeft als doelen: 1.het reduceren van het vermogenverbruik van DSL-lijnen (ADSL en VDSL2 in het bijzonder); 2.de ontwikkelde SELT meetmogelijkheden gevoelig te verbeteren (Single Ended Line Testing); 3.het stabiliseren en verbeteren van de kwaliteit van DSL-lijnen; 4.het gevoelig verhogen van de DSL bitsnelheden door het aanwenden van common mode signalen. Telecommunicatie operatoren voor lokale toegangsnetwerken, digitale hoge definitie televisie aanbieders en ISP-providers in het bijzonder kunnen met de methodes die ontwikkeld worden in het iSEED project over het klassieke telefoonnetwerk (POTS-PSTN) met hoger bitrates en hogere kwaliteit diensten aanbieden zonder dat het koperen kablelnetwerk dient aangepast of vervangen te worden (degelijk alternatief voor FTTH of kabletelevisie via coax). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • Wim FOUBERT • Mussa BSHARA • LEO VAN BIESEN • Carine NEUS
Measuring, modelling and simulation. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het uitbouwen/toepassen van meetmethodes, modellering en simulatietechnieken op diverse types systemen. Aan de hand van de geleverde steun, zullen diverse projecten extern aangetrokken en begeleid worden. Hiertoe zullen diverse bronnen van financiering beschouwd worden. Typische applicatie en systemen zijn ondermeer elektronische systemen (waaronder zowel micro-elektronica and microgolfapplicaties), thermische systemen (zoals grondgekoppelde warmtepompen en distillatiekolommen), evenals medische applicaties zoals bijvoorbeeld het verbeteren van de resolutie van PET scanners gebruikmakende van identificatietechnieken. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • Gerd VANDERSTEEN
Measuring and modelling of microwave systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het opstellen van op metingen gebaseerde black-box modellen voor niet-lineaire microwave systemen met 2 of meer poorten. De metingen gebeuren a.d.h.v. de Large-Signal Network Analyzer die toelaat de absolute ingaande en gereflecteerde golven in amplitude en faze op te meten op meerdere frequenties tegelijkertijd. De modellen zullen opgesteld worden voor Continuous Wave regime, maar eveneens voor gemoduleerde excitatie. Zowel gelineariseerde modellen als niet-lineaire modellen zullen ter beschikking gesteld worden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • Wendy VAN MOER
Onderzoek naar microfotonen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fotonica is niet meer weg te denken uit tal van technische systemen. Of het nu gaat over zonnecellen, internet, LED-verlichting, lasers in productiesystemen of in de chirurgie of over biosensoren, telkens speelt fotonica een belangrijke rol. Als burgerlijk ingenieur fotonica beschik je over een grondige basiskennis in fotonica en kan je deze kennis op een efficiënte en methodische manier toepassen op het ontwerp, de realisatie en het beheer van uiteenlopende technische systemen die gebruik maken van licht. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
Hydrologie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: MATCHING FWOAL431: Een nieuwe meettechniek gekoppeld aan een nieuwe modelbenadering voor de bepaling van de effectieve valsnelheid van een flocculerend sediment in estuaria. Doel van dit onderzoeksvoorstel is de ontwikkeling van een nieuw, betrouwbaar systeem voor het opmeten in-situ en in real-time van de beweging van zwevende partikels samen met turbulentiemetingen en zowel grootte als valsnelheid van de partikels. Hiervoor is een innoverende methode noodzakelijk om onopgeloste problemen uit het hydraulische onderzoeksdomein te onderzoeken: een degelijk en praktisch model, steunend op fysische gegevens, voor de toepassing in ingenieursmodellen. Met de nieuw ontwikkelde techniek zal de interactie bestudeerd worden tussen de valsnelheid van de partikels en de turbulentie op mesoschaal in het laboratorium en op macroschaal in de Schelde. Dit onderzoeksproject wil de kloof dichten tussen veldwaarnemingen enerzijds en simulaties en voorspellingen van de flocculatie aan de hand van wiskundige modellen anderzijds. De complementaire en multidisciplinaire aard van dit onderzoeksvoorstel kan leiden tot een karakterisering van het verband tussen de waterstroming enerzijds en de interactie tussen vlokken en turbulentie anderzijds, en tot de ontwikkeling van een geïntegreerd sedimenttransportmodel dat met de realiteit overeenstemt. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • FLORIMOND DE SMEDT
Analytische separatie wetenschap Vrije Universiteit Brussel Abstract: MATCHING FWOAL488: Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficiëntie capillaire vloeistofchromatografie. Het huidige project is gericht op het vervaardigen van zo lang mogelijke capillaire kolommen voor hoogresolutie vloeistofchromatografiescheidingen en op hun gebruik voor de analyse van complexe monsters. Om na te gaan wat de beste aanpak is om het gewenste aantal theoretische platen in zo kort mogelijke tijd te kunnen bekomen zullen verschillende mogelijke kolompakkingen (pakkingen van volledige of partieel poreuze partikels, silica-of polymeermonolieten, open-tubulaire systemen met wandcoating van molymere fazen) en verschillende mogelijke physicochemische condities (extra-hoge druk en/of extra-hoge temperatuur) met mekaar vergeleken worden. De bedoeling van dit werk is enerzijds om de grenzen te verleggen van de momenteel haalbaar scheidingsresoluties en dit experimenteel te demonstreren op voor de praktijk relevante scheidingsproblemen. Anderzijds is het ook de bedoeling om door middel van modellering en theoretische analyse na te gaan waar de prestatiegrenzen van gepakte-en open-tubulaire capillaire LC liggen, en via welke mechanismen de kleine capillair-diameter een effect heeft op de kwaliteit (=jpùpge,oteot) van de gevormde partikelbedden en monolietstructuren. Omdat het gebruik van het capillaire kolomformaat ook belangrijke gevolgen heeft voor de detectie zal ook onderzoek verricht worden naar de best mogelijke cap-LC detectoren. Hier zal de nadruk ook liggen op het uittesten van nieuwe combinaties (bv. cap-LC-ELSD, cap-LC-CAD, koppeling met FID voor groene chromatografie,...) Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
Introductie van analytische scheidingstechnieken in de virologie om interacties op moleculair vlak bij picornaviridae op te helderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Toen de onderzoeksgroep van Dieter Blaas (Wenen, Oostenrijk) in 1999 voor het eerst capillaire electroforesee (CE) gebruikte om viral interacties aan te tonen op moleculair vlak (in zijn geval, rhinovirus), was het op dat ogenblik nagenoeg vijftig jaar geleden dat nieuwe analytische scheidingstechnieken werden geintroduceerd in de virologie. Ook de onderzoeksgroep (MICH) voelde op dat ogenblik de noodzaak aan om nieuwe scheidingstechnieken in te voeren in hun lab, om hun doelstellingen te kunnen bereiken. Teneinde dit probleem op te lossen werd een samenwerking opgezet met de onderzoeksgroep van Prof. Y. Vanderheyden (FABI). Met als uitgangspunt de CE methode van de groep Blaas, worden nu een scheidingsprotocol voor poliovirus en zijn subvirale partikels opgesteld. Een eerste protocol is nu klaar (Oita et al., submitted for publication). Deze scheidingsmethode zal door MICH gebruikt worden om de morfogenese van poliovirus te bestuderen, de interacties van poliovirale partikels en waardcelproteïnen na te gaan. Om beide eerste doel-stellingen tot een goed einde te brengen zal gebruik gemaakt worden van een celvrij RNA translatie/replicatie systeem (kortweg celvrij systeem) voor het poliovirus. Het systeem bestaat uit een niet-geïnfecteerd celextract, aangevuld met zouten, een energie regeererend systeem, aminozuren en nucleotiden, dat geprogrammeerd wordt met poliovirusRNA waarna een volledige replicatiecyclus van poliovirus wordt waargenomen. Dit zal in de onderzoeksgroep MICH gebeuren. Ondertussen zal binnen de onderzoeksgroep FABI enerzijds de gevoeligheid van de CE worden opgedreven door de viruspartikels ofwel extern (na translatie) ofwel intern (tijdens translatie) fluorescent te merken en zal anderzijds gezocht worden naar andere alternatieve scheidingstechnieken die op virussen kunnen toegepast worden. Deze zijn eerder gericht op miniaturisatie (microfluidic chips) en anderzijds op preparatieve methodes (chromatografie). Tenslotte is ook het derde aspect van de onderzoeksdoelstellingen van MICH nu bijzonder
actueel geworden. Dit betreft zoals hoger gesteld, de interactie van poliovirus met liganden. Enerzijds werd een project gestart met de onderzoeksgroep van Prof. J. Neyts op het Rega Instituut (KULeuven) waarbij gezocht wordt naar nieuwe antivirale middelen tegen poliovirus. Recentelijk (zie onze publicatielijst) werd nl. vastgesteld dat wanneer men poliomyelitis en het agens poliovirus wil eradiceren, men in de eindfase van deze eradicatie antivirale middelen zal nodig hebben (zie WHO en CD8 rapport). De interactie van deze antivirale middelen met het virus zal met CE onderzocht worden. Anderzijds werd een nieuw project opgestart met Prof. S. Muyldermans (onderzoeksgroep DBIT, VUB) om nanobodies te maken tegen het poliovirus. Deze zullen in de volgende weken ter beschikking komen. CE zal ook in dit onderzoek gebruikt worden om de binding van nanobodies met het virus na te gaan (ratio virus/nanobodies bepalen voor neutralisatie, enz. ). Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Effecten van de lithologieën op de vorming van inslagkraters: mathematische modellen van geselecteerde kraters. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De studie van inslagkraters is van belang bij de documentatie van de evolutie van planeten. Op aarde bepaalt de samenstelling van de "target" lithologie verschillende krater parameters, waaronder de grootte en de uiteindelijke morfologie van de krater, de chemische samenstelling en de temperatuur van de gaswolk, de distributie van ejecta en de totale productie van gesmolten materiaal. Studies toonden aan dat de verhouding silicaten/sediment, de hoeveelheid volatiele componenten, evenals de porositeit, permeabiliteit en de aanwezigheid van water in de "target" gesteenten enkele van de belangrijkste bepalende factoren zijn. Het doel van dit project is op basis van een aantal kraters computer modelering (SOVA, SALEB) te gebruiken om de rol van de "target" samenstelling in het impact proces op aarde te verduidelijken. Dat kan worden bereikt door 1) een betere inschatting van de thermodynamische eigenschappen bij de simulatie van processen met faseovergangen van vast naar vast, opsmelting en/of verdamping, 2) modelering van kratervorming in gebieden met complexe target lithologieën, en 3) een beter begrip van de invloed van de verschillende fysische en thermische eigenschappen van de target op de vorming en distributie van ejecta. Deze mathematische modellen worden proefondervindelijk getest door op het terrein en in het laboratorium de fysische eigenschappen van de impactieten en ejecta van de geselecteerde kraters na te gaan. Organisaties: • Wetenschappen van het Systeem Aarde • Geologie
Onderzoekers: • Philippe CLAEYS
Methodeontwikkeling voor interdisciplinair isotopisch onderzoek door middel van mult-collector ICP-massaspectrometrie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In 2006 wordt een multi-collector inductief gekoppeld plasma massaspectrometer (MC-ICPMS) geinstalleerd aan de UGent (analytische chemie) voor multidisciplinair onderzoek in chemle, geologie en ecologie (door een krediet impulsfinanciering zware Apparatuur aan UGent, VUB, KULeuven). Multi-collector ICP-massaspectrometrie (MC-ICPMS) is een bljzonder krachtige techniek voor de bepaling van isotopenverhoudingen van nagenoeg alle elementen (behalve H, C, N, O en edelgassen).De prioriteiten van de VUB liggen in de ontwikkeling van de analysen van de volgende isotopensystemen 1) Cr-isotopenanalyse voor het aantonen van meteorietsporen in korstmateriaal, met als doel inzicht te verwerven in de frequentie van asteroïdeen komeetinslagen op aarde en bijdragen tot de identificatie van de impacterende lichamen/projectielen 2) Gebruik van de isotopische samenstelling van Os en Sr als een paleoklimaat-proxy en om de effecten van de verschillende oceanografische en terrestrische processen op biogeochemische cycli te onderscheiden. 3) De U-Th geochronologie voor de datering van recente carbonaten (speleothems, schelpen etc). 4) 11B/10B analyse als pH- en saliniteit-proxy in paleooceanografie en paleoklimatologie Organisaties: • Wetenschappen van het Systeem Aarde • Geologie
Onderzoekers: • Philippe CLAEYS
3D Virtuele Realiteit leermateriaal: adaptief maken en adaptief afleveren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Leeromgevingen zijn meer effectief indien ze aangepast worden aan de behoeften en voorkennis van de gebruiker. Bepaalde onderwerpen zijn gemakkelijker te leren wanneer ze op een gepaste wijze gevisualiseerd worden en er interactie mogelijk is. Virtuele realiteit (VR) laat toe om leermateriaal in 3D te visualiseren en objecten kunnen zoals in de realiteit gemanipuleerd worden. Het gebruik van VR is o.a. belangrijk voor domeinen waar de fysieke realiteit niet beschikbaar is, of te gevaarlijk is, of te duur. Echter, de bestaande technieken voor de adaptatie van klassiek leermateriaal zijn niet bruikbaar voor VR leermateriaal en leeromgevingen. In dit project zullen technieken ontwikkeld worden om bestaand VR leermateriaal adaptief te maken en op een dynamische manier adaptief te presenteren aan de gebruiker, d.w.z. zodanig dat de VR leeromgeving zich dynamisch aanpast aan het gedrag van de gebruiker. Organisaties: • Web en Information System Engineering • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • FREDERIC KLEINERMANN • OLGA DE TROYER
Geavanceerde ICT oplossingen voor cryptografie, authenticatie en veilige communicatie: ondersteuning van software engineering d.m.v. quantum technologie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Door een aanhoudende groei van netwerken zoals het internet en het toenemende aantal personal computers bij gezinnen, zijn informatie en communicatie technologieën alom vertegenwoordigd in onze huidige maatschappij. Anderzijds zijn kwantumtechnologieën, die minder gekend zijn bij het grote publiek, op dit ogenblik een andere wetenschappelijke en technologische revolutie aan het inleiden, voornamelijk op het gebied van telecommunicatie. Met ons huidige projectvoorstel, dat op de grens ligt tussen deze twee disciplines, beogen we deze beloftevolle kwantumtechnologieën aan te wenden in de context van cryptografische toepassingen. Kwantumcryptografie, zoals dit concept genoemd wordt, is de laatste tien jaar wereldwijd in verschillende universiteiten en onderzoekscentra onderzocht en is nu een commerciële realiteit aan het worden.
Verscheidene spin-off bedrijven ter wereld verkopen nu al kwantumcryptografische producten. (id-Quantique, MagiQ Technologies). Het doel van het huidige voorstel in het ICT Impulse Program is verdere ontwikkelingen te verwezenlijken in deze nieuwe kwantumtechnologie. Daarenboven willen we de expertise van kwantumcryptografie in de Brusselse regio vergroten in een waaier van theoretische concepten tot valorisatie en identificatie van potentiele industriële partners. Dit vereist uiteraard een brede know-how, gaande van cryptografie, kwantuminformatie en computerwetenschappen op fundamenteel niveau, tot het onderzoek naar potentiële toepassingen voor deze nieuwe technologieën en in het algemeen de valorisatie van resultaten van het onderzoek. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • THEO D'HONDT
Distributed collaboration using Multi-Agent System Architectures. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Multi-agent systemen (MAS) vormen een zeer actueel onderzoeksdomein, dat het modelleren en ontwerpen van collaboratieve systemen bestudeert. Een MAS structureert een software systeem als een aantal autonome entiteiten (agenten) die gesitueerd zijn in een gemeenschappelijke omgeving. Agenten hebben enkel beperkte toegang tot deze omgeving, die zowel een fysische als een software omgeving kan zijn. De agenten interageren met elkaar, rechtstreeks of via de omgeving, om zodoende een gemeenschappelijke systeemdoelstelling te realiseren. De probleemstelling van hoe collaboratie kan gegarandeerd worden in een systeem dat niet centraal wordt gestuurd, vormt aldus de kern van MASonderzoek. Verder zijn flexibiliteit, openheid, robuustheid en schaalbaarheid, typische eigenschappen die verwacht worden van een MAS gebaseerde architectuur. DiCoMas stelt als eerste objectief, het ontwikkelen van een Vlaams kennisplatform met betrekking tot dit domein. Een tweede objectief is het realiseren van een herbruikbare software architectuur voor gedistribueerde samenwerkende applicaties. Om deze objectieven te realiseren zal middleware ontwikkeld worden die de nodige abstracties en modellen incorporeert, en zullen relevante leer- en optimalisatietechnieken worden bestudeerd. Hierbij zijn aspecten zoals: beveiliging en openheid van groot belang, eerder dan het uitwerken van een ontologie, of issues rond netwerk communicatie of standaardisatie. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE
Experimentele en fenomenologische studie van hoog energetische protonbotsingen bij de Large Hadron Collider te CERN. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de hoge energiedichtheden die we vandaag in onze versnellersexperimenten maken kunnen we de structuur van deeltjesinteracties onderzoeken. Ook waren deze enorme energiedichtheden aanwezig in ons universum kort na de Oerknal. Bijgevolg kan het onderzoek bij versnellers ook informatie geven over het jonge universum en de structuur van ruimte-tijd waarop de gravitatietheorie gebaseerd is. Het belangrijkste doel van dit onderzoeksdomein is het opstellen van een enkele theorie die alles kan beschrijven alsook een verklaring kan geven voor de micro-kosmos. De vooropgestelde theorie, het Standaard Model van de elementaire deeltjes, doet vandaag een zeer goede dienst om de experimentele observaties te beschrijven in deeltjesbotsingen. Bij de beschrijving van de kosmologische observaties van het jonge universum zijn er echter verschillende hiaten in dit Standaard Model, denk maar aan het probleem van de donkere materie. Een recent internationaal onderzoeksdomein zoekt de link tussen de observaties in deeltjesbotsingen en de kosmologische empirische metingen. Het onderzoek in dit nieuwe domein zal nieuwe baanbrekende elementen bekomen die ons dichter brengen bij het opstellen van deze ultieme "theory of everything". De VUB zou hierin een belangrijke rol kunnen spelen door een brug te bouwen tussen het aanwezig onderzoek in de theoretische en experimentele deeltjesfysica. De belangrijkste empirische gegevens die we hiervoor zullen verzamelen in de komende jaren zijn die van de Large Hadron Collider te CERN. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • Jorgen D'HONDT
Speciatie van sporemetalen in aquatische systemen via voltammetrische technieken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Chemische speciatie is heel belangrijk voor het begrijpen van het gedrag, het lot en de biobeschikbaarheid (toxiciteit) van zware metalen in waterige omgevingen. Voor de speciatie van zware metalen worden zeer vaak elektrochemische methoden en meer specifiek voltammetrische technieken zoals CLE/CSV (Competitive Ligand Equilibration/Cathodic Stripping Voltammetry) gebruikt. Het gebruik van voltammetrie neemt toe gezien de moderne voltammetrische analysetoestellen simpel zijn in gebruik, ze hebben een lage kostprijs en laten ook toe om simultaan verscheidene zware metalen te meten met een hoge gevoeligheid. Voltammetrie laat toe om de totale concentratie aan zware metalen in water te meten (na UV behandeling) alsook om de labiele metaalfracties te bepalen. In vergelijking met DET/DGT (Diffusive equilibrium in thin films/ diffusive gradient in thin films) laat deze techniek toe om de hoeveelheid aan metaalcomplexerende liganden te bepalen. Het doel van dit onderzoek is om het lot van deze vervuilende stoffen in rivieren en estuaria alsook de gevolgen hiervan te bepalen in termen van risico assessment. In situ, microcosmos en in vitro metingen zullen uitgevoerd worden. Verkregen data zoals de conditionele stabiliteitsconstante of de concentratie aan complexerende liganden, kunnen vervolgens geïntegreerd worden in modellen. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • MARC ELSKENS
Metrologische en functionele aspecten van afmetingsbepalingen van proteïnen en polydisperse colloïdale suspenties.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Met nanopartikels bedoelt men voorwerpen met afmetingen tussen 1 en 10 nm. Het gebruik als bouwstenen of als autonome functionele entiteiten neemt gestaag toe samen met de ontwikkeling van nanobiotechnologie, nanoelektronica and nanogeneeskunde. Industrieën, gebruikers, handelaars hebben de behoefte om nanopartikels te kunnen classificeren naar vorm, afmetingen en oppervlakte eigenschappen. Vandaag bestaan er verschillende karakterisatie methoden. Verschillen in meetresultaten zijn echter geen uitzondering. Dit komt vanwege onaangepaste definities, het gebrek aan gestandaardiseerde methoden en een beperkte beschikbaarheid van gecertificeerde referentie materialen. Het doel van het project is de zorgvuldige selectie, op basis van hun biochemische eigenschappen en deeltjesafmeting, van verschillende proteïnen (ongeveer 10nm) voor de bereiding van colloïdale suspensies en de studie van het verband tussen wisselende omgeving condities en deeltjesafmeting door middel van gemoduleerde temperatuur differentiële scanning calorimetrie, atomic force microscopie, gel elektroforese en verschillende methoden voor deeltjesafmeting bepalingen (dynamische lichtverstrooiing, filed-flow fraktionatie, kleine hoek X-stralen verstrooiing, ...). Dit moet, voor de geselecteerde systemen, uitmonden in een verbeterd begrip van het verband tussen structuur en functionaliteit enerzijds, en deeltjes afmetingen en vormen anderzijds. Zulke goedgekarakteriseerde systemen zullen de efficientie en relevantie van bestaande en nieuw te ontwikkelen technieken voor deeltjesafmeting bepalingen verbeteren. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • ROBERT FINSY
Quasiprimitieve acties op incidentiestructuren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op te vragen bij R&d! Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Philippe CARA
Metrisch gegenereerde theorieën. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het hoofdthema van het project is de ontwikkeling van een functionele aanpak van topologie in het kader van metrisch gegenereerde theorieën, die we recent in "metrically generated theories, proc. Amer. Math. Soc., 133,1547-1556, 2005" bestudeerden om een zicht te krijgen op de gemeenschappelijke aspecten van een aantal veel gebruikte catego¨rieën in Analyse en topologie, die alle op natuurlijke wijze met metrieken verbonden zijn. Dit thema sluit aan bij een recente stroming in de categorische topologie, waarbij een categorie uitgerust wordt met een natuurlijke klasse van gesloten morfismen. Hierdoor worden de objecten in de categorie in zekere zin ruimten en kan een topologische studie uitgevoerd worden. We steunen ons hierbij op recent werk van Clementino, Giuli, Tholen, een aanpak die zeer vruchtbaar gebleken is o.a. voor de studie van compactheid, lokale compactheid en separatie en zowel voor objecten als voor morfismen. In de context van metrisch gegenereerde categorieën zijn er natuurlijke klassen van gesloten morfismen voorhanden. Met deze methode bestuderen we eerst separatie en het epimorfismen probleem dat er aan gelinkt is. Vervolgens ontwikkelen we een compactheids- en compleetheidstheorie voor metrisch gegenereerde constructs en voor belangrijke voorbeelden zoals de construct van approach ruimten in het bijzonder. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • EVA COLEBUNDERS
Algebraïsche en meetkundige methoden in de structuur en in representaties van concrete klassen van algebra's, groepen en semigroepen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project bestuderen wij fundamentele structurele problemen van belangrijke algebraische constructies die nog steeds aan belang inwinnen. De Motivatie komt enerzijds voort uit open problemen in klassieke algebraische constructies, zoals groepringen, polynoomringen en hun veralgemeningen, en anderzijds uit de steeds groeiende interest en nood aan nieuwe algebraische methoden in snel ontwikkelende gebieden zoals o.a. quantum groepen en hun representaties. Het project omvat twee hoofdonderdelen. In het eerste deel beschouwen wij concrete algebraische constructies die opdagen in andere takken van de wiskunde en in de studie van hun eigenschappen en toepassingen. Verschillende van deze constructies zijn reeds intensief bestudeerd vanuit verschillende invalshoeken. Er is echter een grote interesse en nood aan de ontwikkeling van nieuwe techniekenen nieuwe resultaten omtrent hun algebraische structuur. In het tweede deel van het project onderzoeken wij de eenhedengroep van ringen via nieuwe veel belovende methoden, i.h.b. methoden van meetkundige aard. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
Numerische elektrochemie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: koper interconnects voor geavanceerde prestaties en betrouwbaarheid. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • JOHAN DECONINCK
Beeldverwerking en beeldanalyse (de numerieke aspecten van inverse problemen en beeldmodellen.) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Beeldverwerking en beeldanalyse (de numerieke aspecten van inverse problemen en beeldmodellen.) Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
Halfgeleiders. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is de studie, verwezenlijking en validatie van een vectoriële scanning nabije-veld mm-golfmicroscoop (SNMM), die zeer performant is qua beeldvorming en resolutie, op basis van een grondig onderzoek naar geavanceerde microprobes, originele modulatietechnieken en gesofistikeerde elektromagnetische beeldvormingalgoritmes. Uniek in dit project is dat ook multi-parameter (frequentie, polarisatie, invalshoek) belichting zal gebruikt worden om de beeldvorming te verbeteren! Deze doelstelling is slechts haalbaar dankzij een combinatie van uiteenlopende competenties. Onderzoekspartner VUB/LAMI is expert op het vlak van opto-elektronisch ontwerp en technologie in het optisch en mm-golfgebied en is sinds geruime tijd vertrouwd met het uitvoeren van verre-veld mm-golfbeeldvormingsexperimenten met een MVNA. De inbreng in dit onderzoeksdomein van exacte elektromagnetische modellerings- en beeldvormingstechnieken, gebaseerd op de Maxwell vergelijkingen, is vernieuwend en zal uitgevoerd worden door onderzoekspartner UGent/INTEC, die op dit vlak een uitstekende reputatie geniet en die tevens vertrouwd is met microgolfmetingen (microgolfnetwerkanalyzer, antenneconcepten). De performantie van de ontwikkelde microscoop zal getest worden op een aantal specifieke toepassingen in verschillende domeinen van de (ingenieurs)wetenschappen: elektronica, biotechnologie, materiaalkunde (corrosie) Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ROGER VOUNCKX
Fysicochemische eigenschappen van hybride materialen. Physicochemical properties of hybrid materials. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hybride materialen zijn materialen bestaande uit een anorganische en organische component. Ze kunnen onder ander gebruikt worden in de medische wereld. Voornaamste toepassingen zijn braces, prothesen en maskers om patienten te fixeren tijdens bestralingen. Door gebruik van nanocomposieten zal geprobeerd worden stijvere film te bekomen zodat minder materiaal (en energie) nodig is voor dezelfde toepassing. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • HUBERT RAHIER
Geavanceerde thermale analyse Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het Advanced Thermal Analysis onderzoek van de onderzoeksgroep FYSC focust op een bijdrage tot de internationale vooruitgang van thermische analyse voor de karakterisering vanmaterialen, en specifiek op toepassingen van Modulated Temperature (DSC) (MTDSC), lokale thermische analyse (Micro-TA and Nano-TA), (ultra)snelle thermische analyse (Rapid-scanning DSC and Chip Calorimetry) en hybride thermische analyse technieken (Rheo-DSC). Het werk omvat de ontwikkeling van instrumenten, het bestuderen van instrumenten, hun ijking en verificatie, en de experimentele exploitatie ervan voor de studie van materialen op basis van polymeren. Dit werk wordt ondersteund door modellering van warmte-overdracht met behulp van eindige elementen methoden. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • GUY VAN ASSCHE • BRUNO VAN MELE
Niet-lineaire dynamica van enkele en gekoppelde halfgeleiderlasers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Microcaviteteiten zijn sleutelcomponenten in de fotonica, en de fysica van microcaviteiten is een bloeiende onderzoekstopic met daarenboven een enorm toepassingspotentieel. Danksij revoluties in de epitaxiale technieken waarmee micro-en nanostructuren worden aangebracht in halfgeleiders enerzijds, en door de ontwikkeling van nieuwe artificieel gestructureerde composietmaterialen, de zgn. metamaterialen anderzijds, is men nu in staat om de eigenschappen van microcaviteiten te boetseren en nieuwe functionaliteiten aan te wenden. Zowel actieve als passieve microcaviteiten worden op dit moment ontwikkeld om laag-vermogen, optisch niet-lineaire, geïntegreerde componenten (bvb. volledige optische geheugens) te realiseren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • Guy VAN DER SANDE
HopfAlgebras. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de abstracte algebra, een deelgebied van de wiskunde, is een Hopf-algebra, vernoemd naar de Duitse wiskundige Heinz Hopf, een structuur die tegelijkertijd een (unitale associatieve) algebra, een (co-unitale co-associative) co-algebra, waar deze structuren compatibel zijn, wat van een Hopf-algebra een bialgebra maakt, en bovendien uitgerust is met een antiautomorfisme die voldoet aan een bepaalde eigenschap. Organisaties: • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • STEFAAN CAENEPEEL
Permutatiegroepen en incidentiemeetkunde. Vrije Universiteit Brussel Abstract: R&D secretariaat Organisaties: • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • Philippe CARA
STADiUM : Software Technology for Adaptable Distributed Middleware.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hedendaagse gedistribueerde softwaresystemen zijn uiterst heterogeen, dynamisch en op grote schaal verspreid geworden; zij omvatten onder meer backend servers, standaard PCs, diverse mobiele en alomtegenwoordige apparaten, plus diverse netwerkinfrastructuren, zoals mobiele ad hoc en draadloze sensornetwerken. Het project STADiUM, dat door IWT wordt gefinancieerd, spitst zich toe op deze complexe context en onderzoekt een volgende generatie management platform dat aan diverse operationele voorwaarden en beschikbare systeemmiddelen aanpasbaar is. Het platform zal op een middlewarearchitectuur worden gebaseerd die aanpassing toelaat, een reeks herbruikbare service frameworks op apparaat niveau zowel als distributieniveau, en een familie van configuratietalen. Organisaties: • Software Language Lab • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • STIJN TIMBERMONT • COEN DE ROOVER • THEO D'HONDT
International Photonics Access and Research Center (iPARC@VUB) Vrije Universiteit Brussel Abstract: no NL abstract Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
HYPERspectral remote sensing for ENVironment and water management - HYPERENV. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het objectief van dit onderzoek bestaat erin het potentieel van hyperspectrale data voor hydro-ecologisch onderzoek in suburbane zones en voor biomonitoring van stedelijke vijvers te onderzoeken, met de bedoeling processen van runoff, voorkomen van grondwaterafhankelijke ecosystemen, en afwisselingen tussen heldere en turbiede toestanden van vijvers in stedelijke gebieden beter te begrijpen. Methodologisch onderzoek op vlak van hyperspectrale beeldanalyse zal gekoppeld worden aan de ontwikkeling van nieuwe benaderingen voor gedistribueerde hydrologische modellering, optimaal gebruik makend van de informatie afgeleid uit hyperspectrale data. Het potentieel van hyperspectrale reflectantieanalyse voor het onderscheiden van diverse heldere en turbiede toestanden van vegetatie in stedelijke vijvers zal worden geanalyseerd door het koppelen van spectroscopische data aan metingen van vegetatieabundantie, fysische en chemische variabelen, ten behoeve van een verbeterde biomonitoring en herstel van stedelijke vijvers. Organisaties: • Cartografie en Geo-informatiekunde • Elektronica en Informatica • Biologie • Hydrologie en Waterbouwkunde • Geografie
Onderzoekers: • Luca DEMARCHI • HICHEM SAHLI • OKKE BATELAAN • FRANK CANTERS • LUDWIG TRIEST • Cheung Wai CHAN
Microsystems Encapsulation using Nanoporous Alumina (Inkapselen van microsystemen met behulp van nanoporeuze alumina) KU Leuven Abstract: Het verpakken van traditionele geïntegreerde schakelingen (IC's) is voor vele decennia afhankelijk geweest van de technieken van metaal verbinden en plastic spuitgieten. Nochtans kunnen dergelijke conventionele technieken niet omgaan met de snel krimpende IC afmetingen en de groeiende verscheidenheid aan nieuwe microsystemen (zoals micro-elektromechanische systemen, of MEMS) die gebruikt worden in moderne apparaten waaronder biomedische implantaten en smartphones. In deze context is de nood aan ditonderzoek ontstaan om een stap verder te zetten in de richting van een verdere verkleining en een verhoogde betrouwbaarheid en functionaliteit voor state-of-the-art microsystemen. Dit proefschrift behandelt zowel detechnologische uitdagingen alsook het ontwerpen en de prestaties van nieuwe microverpakkingen die gemaakt worden met behulp van dunne membranenvan nanoporeuze alumina. Deze membranen beschikken over een grote dichtheid van cilindrische nanoporiën met diameters tussen 10 en 20 nm en Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Christiaan Van Hoof • Joseph Zekry
Efficiency Analysis of Innovative Tuning Methods for Immunity Testing in Reverberation Chamber and Comparison to Anechoic Room. Application to Civil and Military Testing in the RMA Chamber (Performantie analyse van innoverende tuning methoden voor immunit KU Leuven Abstract: The general scope of these thesis is Electromagnetic Compatibility and,in particular, the immunity of small electronics to high intensity radiofrequency fields. The research is aimed at contributing to the analysis of new methods of tuning / stirring the electromagnetic fields in a reverberation chamber and comparing their efficiency to equivalent methodsapplied in conventional anechoïc rooms. It can be new tuners or innovative methods of tuning with existing tuners. To the part of the study devoted to immunity testing methods in reverberation chamber, the objective is double: first, to reduce the testing time without reducing excessively the electric fields in the chamber, second, to improve the repeatability of the tests. Finally, a software and hardware realization is foreseen in order to implement the most efficient techniques for the performing of tests according to military and civil standards, in the Royal Military Academy reverberation chamber.
Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Guy Vandenbosch
W&T beurs Nikiforov A. (Rusland) Universiteit Gent Abstract: De beurs is verworven in het kader van het IAP-project ?Physical Chemistry of Plasma-Surface Interactions? dat de Belgische groepen verenigt die onderzoek verrichten op reactieve (technologische) plasma?s. Het doel is om fundamentele inzichten te verwerven rond de plasmaoppervlak-interacties die optreden in deze systemen. Er wordt verwacht dat het project technologische ontwikkelingen op het gebied van nieuwe materialen en innovatieve processen van oppervlaktebehandeling. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Christophe Leys
GRANT agreement EU-TEMPUS: Curricula Reformation and Harmonisation in the field of Biomedical Engineering Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • EDGARD NYSSEN
Nanoschaal organische moleculaire diepteprofilering en 3D analyse met statische secundaire ionen massaspectrometrie (S-SIMS) Universiteit Antwerpen Abstract: Nieuwe methoden zijn nodig voor de uitwerking en controle van 3D analyse. Deze moeten moleculaire informatie toelaten met nmdiepteresolutie en tot tientallen µm diep, zelfs bij ruwe monsters. Ze moeten tevens controle van sputter-gebaseerde diepteprofilering toelaten. Er wordt gewerkt met doorsneden van monsters en oppervlakteanalyse van het snijvlak met S-SIMS. De doorsneden worden recht of onder zeer schuine hoek (< 0.1º) uitgevoerd. Organisaties: • Massaspectrometrie (Mitac 5)
Onderzoekers: • Roel De Mondt
Studie van plasma-oppervlakte interacties, door middel van moleculaire dynamica simulaties, voor toepassingen van plasma-etsen en plasma-depositie. (FWO Vis.Fel., Fujun GOU, China) Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project worden interacties tussen plasma en vaste stof oppervlak bestudeerd door middel van moleculaire dynamica simulaties, voor toepassingen van plasma-etsen (van Si/SiO2 oppervlakken in de micro-elektronica industrie) en voor plasma-depositie van dunne filmen. Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Annemie Bogaerts
Veld-aangedreven fenomenen in driedimensionale magnetische elementen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project behandelt 3D magnetische elementen op nanoschaal en kamertemperatuur, die sinds kort experimenteel realiseerbaar zijn. We zullen de 3D magnetisatie omdraaiing in diverse polyeders en kern-schil-structuren bestuderen, waarin de competitie tussen geometrie en anisotropie de nieuwe fenomenen verrijkt. Inzicht in de achterliggende fysica zal tot nieuwe principes leiden voor 3D-magnetische dataopslag en verbeterde logische eenheden. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Andreas Libal
Fundamentele aspecten van veralgemeende thermostatistiek Universiteit Antwerpen Abstract: De veralgemeende exponentiele familie wordt bestudeerd en nieuwe voorbeelden worden gezocht in het domein van de statistische fysica. Bijzondere aandacht gaat naar de configurationele verdelingsfunctie in het microkanonieke ensemble. Onderzocht wordt of vanuit dit nieuwe gezichtspunt een meer bevredigende definitie kan gegeven worden van het kwantummechanische microkanonieke ensemble. Organisaties: • Wiskundige natuurkunde
Onderzoekers: • Jan Naudts
Interactie van grote biomoleculen met potentiometrische sensor oppervlakken. Universiteit Antwerpen Abstract: De onderzoeksgroep richt zich op de studie van potentiometrische sensoren voor determinatie van organische geladen moleculen. Recent werd gewerkt op grote biomoleculen zoals oligonucleotiden en fosfoproteïnen. In het nu voorgestelde project wordt een methode uitgewerkt om de kinetiek van interactie (adsorptie/desorptie) van deze producten met het sensor oppervlak te bestuderen, via FIA en sensorgrammen. Organisaties: • Chromatografische organische sporenanalyse
Onderzoekers: • Lucien Nagels
Monte Carlo-simulaties van molecuulkristallen
Universiteit Antwerpen Abstract: Het gebruik van symmetrie-aangepaste rotatorfuncties bij Monte Carlo simulaties van molecuulkristallen wordt uitgewerkt. De methode wordt algemeen geformuleerd en vervolgens toegepast op C60.C8H8 en C70.C8H8 fullereencubaankristallen. Verder wordt de rol van de bilineaire translatierotatiekoppeling in C60.C8H8 en C70.C8H8 onderzocht. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Bart Verberck
Studie van sers eigenschappen van vaste subtraten voor de analyse van de individuele koolstof deeltjes in het milieu. Universiteit Antwerpen Abstract: De taak van dit project is de Surface Enhanced Raman Spectroscopy (SERS) van de vaste substraten (Ag en Al folie, Au-laag op glas en gepolijste Si) voor detectie van de koolstofinhoud in atmosferische individuele deeltjes te bestuderen. Twee soorten studies werden uitgevoerd: dunne lagen van koolstof op onderzochte vaste substraten en koolstofinhoud wordt gedeponeerd op kunstmatige anorganische deeltjes op de zelfde vaste substraten. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Larysa Darchuk Korovina
Ontwikkeling van gefunctionaliseerde keramische NF membranen door post-modificatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt de optimalisatie van de synthese van hydrofobe membranen, om een zo hoog mogelijk scheidend vermogen voor moleculen van 500 Dalton te verkrijgen. Het onderzoek concentreert zich op de optimalisatie op poeders en houdt vooral post-modificaties en een uitgebreide karakterisering in. Het voordeel van de post-modificaties is dat een breed aantal andere functionalisaties mogelijk zijn. Het project beoogt de verkenning van dit breed gamma aan functionaliteiten en de ontwikkeling van procedures om tot optimale gefunctionaliseerde membranen te komen. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool • Vera Meynen
Het ontwikkelen van synthese routes voor nieuwe types van conjugeerde polymeren voor zonnecel- en biosensortoepassingen. Universiteit Hasselt Abstract: Om de efficiëntie van de polymeren zonnecellen te verbeteren, is het noodzakelijk dat de 3-dimensionele nanomorfologie van de polymeren actieve laag gestabiliseerd en gecontroleerd wordt. In dit onderzoek wordt de morfologische stabilisatie van de polymeren actieve laag gerealiseerd door fotocrosslinking van het polymeer. In het kader hiervan vormen de synthese en karakterisatie van poly-3hexylthiofeen copolymeren met verschillende zijketens het hoofddoel van dit onderzoek. Tenslotte worden van dergelijke copolymeren zonnecellen gemaakt en de efficiëntie onderzocht. Bovendien wordt de mogelijkheid om de poly-3hexylthiofeen copolymeren te gebruiken in biosensoren nagegaan. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Dirk VANDERZANDE
WETEN: Western-Eastern Teacher Education Network Universiteit Hasselt Abstract: Dit project is gewijd aan de ontwikkeling van een netwerk van universitaire docenten in de Europese instellingen voor hoger onderwijs om samen te werken aan het uitwisselen van expertise over doeltreffend leren en onderwijzen aan universiteiten. Dit netwerk voor onderwijskundige vernieuwing in het hoger onderwijs is gericht op het samenbrengen van deskundigen uit de westerse universiteiten uit Europa, om goede praktijken, materialen en nieuwe lesmethoden met leerkrachten uit Oost HEI te delen. Er is behoefte aan een verandering van de focus, namelijk van leraargerichte methoden naar studentgericht leren, de focus richt zich op pedagogische kwesties waarmee de Oostelijke universiteiten worden geconfronteerd bij de uitvoering van ICT in het onderwijs. Het belangrijkste doelgebied is de onderwijs-en opleidingsbehoeften van de academische HEI gemeenschap. Organisaties: • Beleidsinformatica • Data-analyse en Modellering
Onderzoekers: • Joanna SCHREURS
Productie en nazicht voor inleveren van de examenvragen voor het onderdeel "wiskunde" van het examengedeelte KIW "Kennis en Inzicht Wetenschappen" van het toelating examen arts en tandarts voor het jaar 2009 tem 2014. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bestaat niet! Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • GERT SONCK
Analysis of the Business Potential of Product-Service Systems for Investment Goods (Analyse van het zakelijk potentieel van product-dienstsystemen voor investeringsgoederen) KU Leuven Abstract: Companies that design capital goods such as production machines or electronic equipment see opportunities in business models in which they no longer sell their products, but rather the functionality or use of their products. These business models are known as Product-Service Systems (PSS) and are gradually gaining importance. This doctoral research project aims to develop techniques to investigate the economic potential of a PSS from the point of view of the manufacturer. The profitability potential of a PSS is systematically identified in opportunities to reduce thecosts or increase the income generated over the complete lifecycle of the capital good, by adapting its design. Application of the techniques developed in this research project will help companies to identify the business model with the highest earnings potential and to gain
insight in the critical factors that determine the profitability of a PSS.The developed methods will be validated through case studies performed in i Organisaties: • Afdeling Industrieel Beleid / Verkeer
Onderzoekers: • Joost Duflou • Joris Van Ostaeyen
Former Textile Cities as Comeback Cities - The case of Ghent/Roubaix. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Telos' hebben voor het project ' Former Textile Cities as Comeback Cities - The case of Ghent/Roubaix. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
Paraboson algebra's, coherente toestanden en niet-commutatieve ruimten Universiteit Gent Abstract: Coherente toestanden voor multi-mode paraboson algebra's zullen geconstrueerd worden met behulp van representaties van de Lie-superalgebra osp (1|2n). Toepassingen hiervan voor meer-deeltjes Calogero modellen zullen bestudeerd worden. Een constructie van het sterproduct op de faseruimte zal onderzocht worden in de context van kwantumdeformaties op niet-commutatieve ruimten. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Joris Van der Jeugt
Nanowetenschappen Live in wetenschappelijke centra en musea (NANO TO TOUCH). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Dirk Van Dyck
Ovalisatiemetingen m.b.v. laserscanning in de Diabolo spoortunnel Universiteit Gent Abstract: M.b.v. laserscanning worden geselecteerd tunnelringen gemonitord vanf het moment van constructie tot drie maanden na constructie. De methodologie voor het uitvoeren van de deformatiemetingen, het verwerken van de metingen en het visualiseren van de resultaten worden ontwikkeld. Daarnaast wordt ook onderzoek gevoerd naar de haalbare nauwkeurigheden van de verschillende geteste types van laserscanners. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Alain De Wulf
Opbouw infrastructuur van het Stat-Gent kennishplatform Universiteit Gent Abstract: Stat-Gent stelt cutting edge data-analyse ter beschikking van industrie en beleid. In het algemeen en zeker in het domein van de lifesciences en farmaceutische toepassingen vereist dit een geëigende infrastructuur. Deze infrastructuur omvat procedures en hardware voor het veilig bewaren van vertrouwelijke data, en kwaliteit ondersteunende procedures. Dit project heeft als doel deze infrastructuur en procedures uit te bouwen. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Els Goetghebeur
Opstartkrediet ZAP Faculteit Wetenschappen Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de laatste jaren is er heel wat onderzoek verricht in het domein van persoonlijk informatiebeheer, maar de focus lag hierbij steeds op specifieke soorten van digitale informatie. In dit onderzoeksproject gaan we onderzoek doen naar het beheer, de manipulatie en creatie van informatie in zogenoemde crossmediale informatieruimten. In dergelijke omgevingen kan men de informatie niet alleen classificeren en associëren over verschillende digitale bronnen heen, maar ook integreren met fysieke bronnen zoals papieren documenten. Een belangrijke doelstelling van het project is het opzetten van een lab voor crossmediale informatieruimten en architecturen om zodoende nieuwe vormen te kunnen bestuderen van multichannel en multimodal crossmediale informatiesystemen en de interactie van gebruikers met dergelijke systemen. Het lab zal een belangrijke meerwaarde zijn voor het uitvoeren van toekomstige onderzoeksprojecten en kan ook gebruikt worden in het onderwijs. Een fundamentele onderzoeksvraag dat binnen het project aanbod zal komen is hoe men het best de informatie kan representeren zodat het op een efficiënte en via verschillende invoermodaliteiten kan benaderd worden en tevens via verschillende uitvoerkanalen kan gepubliceerd worden. Om deze vraag te beantwoorden zullen we verder bouwen op ons bestaand werk over meta modellen voor crossmediaal informatiebeheer en hypermedia systemen en deze uitbreiden met concepten voor zowel persoonlijk als collaboratief beheer. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • Beat SIGNER
Ice2sea: estimating the future contribution of continental ice to sea-level rise. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Ice2sea:estimating the future contribution of continental ice to sea-level rise. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • PHILIPPE HUYBRECHTS
Multimodaal CAD systeem voor mammografie. Hoort bij WDV38(raamovereenkomst), zie ook WDGO468. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een multimodaal CAD framework zou het mogelijk maken nieuwe technieken, die artsen gebruiken bij het stellen van een diagnose, in het data mining proces te integreren en zo de relevantie van de verkregen resultaten te verhogen. Het doel van het voorgestelde onderzoek is om technieken voor multimodale CAD te bestuderen, te implementeren en te evalueren. Concreet zal het generiek framework uitgewerkt worden dat data mining in multimodale data ondersteunt, en hiervoor gebruik maakt van zowel tekstuele informatie als informatie afgeleid uit meerdere beelden. het framework zal onafhankelijk zijn van de onderliggende gebruikte technieken voor het afleiden van features, of alle andere contextspecifieke eigenschappen van de gekozen toepassing. Organisaties: • Elektronica en Informatica • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • RUDI DEKLERCK • Johan DE MEY
Verzameling, analyse en rapportering van data inzake gedrags- en mentale observaties bij zwemmers van de topsportschool die deel uitmaken van het Be Gold-project en de elitezwemmers van de VZF. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Vlaamse Zwemfederatie vzw' hebben voor het project ' Verzameling, analyse en rapportering van data inzake gedrags- en mentale observaties bij zwemmers van de topsportschool die deel uitmaken van het Be Gold-project en de elitezwemmers van de VZF.' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • PAUL WYLLEMAN
ITEA 08005 DIY-SE: Doe-Het-Zelf Omgevingsbewuste Belevingen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het Doe-Het-Zelf Omgevingsbewuste Belevingen project (DiYSE) heeft tot doel om alledaagse mensen in staat te stellen om op een gemakkelijke wijze toepassingen te creëren, op te zetten en te controlen in hun omgevingsbewust leefomgevingen en in de publieke Internet-ofThings ruimte. Op die manier is het mogelijk om omgevingsbewuste diensten en 'slimme' objecten in te schakelen voor zeer gepersonaliseerde, sociale, interactieve en natuurlijke ervaringen thuis en in de stad. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • ROBERT MEERSMAN • Jos PIERSON • WOLFGANG DE MEUTER • An JACOBS
Opstartkrediet ZAP Faculteit Wetenschappen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op gebied van onderwijs: ontwikkelen van de nieuwe cursussen in Financiele Wiskunde, Statistiek en Stochastische processen. Gebruik van software. Op het gebied van onderzoek: Ik ben van plan in drie richtingen te werken: verdeling en asymptotische resultaten voor de belangrijke karakteristieken Toepassingen in wachtsystemen en telecommunicaties Toepassingen van de grensproblemen in financi\'ele wiskunde Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Tetyana KADANKOVA
CMOS RF Power Amplifiers KU Leuven Abstract: Integration of wireless systems brings low cost wireless communitation into daily life. The most critical step for the integration is a high power and high efficiency CMOS power amplifiers.For modern wireless communication systems, high data rates brings low efficient power amplifiers and short batery life.
In this research on-chip power combining techniques will be investigated for power control. On-chip power combining transformer will be used for building high average efficiency and high linearity power amplifiers. Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Michel Steyaert • Patrick Reynaert • Ercan Kaymaksut
Technische ondersteuning bij het sedimentonderzoek in het sedimentologisch labo van het Waterbouwkundig Laboratorium. Vrije Universiteit Brussel Abstract: coming up soon Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Margaret CHEN • FLORIMOND DE SMEDT
GC/MS analyse van ZnO stalen Universiteit Hasselt Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds het onderzoeksinstituut SBG (UHasselt) en anderzijds Centre Terre et ¨Pierre. Het onderzoeksinstituut SBG levert aan Centre Terre et Pierre de onderzoeksresultaten naar 'GC/MS analyse van ZnO stalen' onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Robert CARLEER
Prototype-ontwikkeling en testing van een kwikvrije barometer. Universiteit Hasselt Abstract: Ontwikkelen van een concept dat het kwik kan vervangen in luchtdrukmetingen. Dit concept moet een vergelijkbare precisie en duurzaamheid (levensduur min. 50 jaar) hebben. Ook het decoratieve aspect is belangrijk. Essentieel is: geen gebruik van kwik - maar een milieuvriendelijke vloeistof,geen energieverbruik (batterijen - electriciteit) en makkelijker te transporteren dan het huidige product. De productiekost moet vergelijkbaar zijn met deze van de huidige kwikbarometer. Voor de bepaling van de geschikte vloeistof wordt beroep gedaan op de expertise van Prof. Dr. Carleer van de afdeling toegepaste scheikunde van de UHasselt. Organisaties: • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Robert CARLEER
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent: Centre For Molecular Separation Science & Technology - C-MOST Vrije Universiteit Brussel Abstract: (Conceptuele) Dichtheidsfunctionaal Theorie - Theoretische chemie - Elektron correlaties - Computationele (Nano)Fysica/Chemie Moleculaire Modellering op nanoporeuze materialen, spectroscopie, biosystemen en materiaalfysica Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent:Kwantumchemie-Moleculaire Modellering - QCMM Vrije Universiteit Brussel Abstract: (Conceptuele) Dichtheidsfunctionaal Theorie - Theoretische chemie - Elektron correlaties - Computationele (Nano)Fysica/Chemie Moleculaire Modellering op nanoporeuze materialen, spectroscopie, biosystemen en materiaalfysica Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS
Real-Time Moving Horizon Estimation for Advanced Motion Control, Application to Friction State and Parameter Estimation. (Glijdende-horizon-schatters voor gevorderde bewegingscontrole, met toepassing op de schatting in reële tijd van wrijvingstoestanden e KU Leuven Abstract: Wrijving is een niet-lineair fenomeen dat aanwezig is in bijna alle bewegingende systemen. Vaak beperkt wrijving de prestaties van deze systemen: het veroorzaakt volg- en positioneringsfouten en limiet cycli. Indiendeze fouten onaanvaardbaar zijn, moet de regelaar van het systeem het effect van wrijving trachten te compenseren door de wrijvingskrachten te schatten en deze schattingen terug te koppelen naar het aandrijfsysteem.Er bestaan zowel modelgebaseerde als model-vrije schattingstechnieken. Dit proefschrift richt zich op de ontwikkeling modelgebaseerde schattingvan wrijving. Nauwkeurige modelgebaseerde schatting van dewrijving vereist ten eerste een modelstructuur die alle belangrijke fysische karakteristieken van wrijving omvat en ten tweede technieken die in reële tijd zowel de modeltoestanden als de modelparameters nauwkeurig kunnen schatten. In dit proefschrift werden een nieuw gevorderd wrijvingsmodel en een glijdende-horizon schatter ontwikkeld die toestands- en parametersch Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Joris De Schutter • Jan Swevers • Max Romain Bögli
Organica. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit.
Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Benjamin Van Der Veken • Wouter Herrebout • Bert Maes • Serguei Sergueev
FWO-Visiting Postdoctoral Fellowship (Zhimin AO, China). Universiteit Antwerpen Abstract: FWO-Visiting Postdoctoral Fellowship (Zhimin AO, China). Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Ontwikkeling en capaciteitsopbouw van de ISIS gebaseerde "Library Automation Software": Implementatie-initiatieven (DOCBIBLAS II). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel een implementatie-phase toe te voegen aan het DOCBIBLAS I project waarin een bibliotheek-automatisering gebaseerd op UNESCO's CDS/ISIS technologie werd ontwikkeld. De software is beschikbaar en trainingsmaterialen getest in een workshop, terwijl een brede ISIS FOSS-community (wereldwijde groep van ISIS-gebruikers) nood heeft aan ondersteuning. Het project wil in de eerste plaats die ondersteuning ontwikkelen voor VLIR/UOS partner-bibliotheken. Organisaties: • Onderzoeksgroep Boek, Bibliotheek en Informatie • Informatie, Emancipatie & Ontwikkeling
Onderzoekers: • Egbert De Smet
Radiography of the past. Integrated non-destructive approaches to understand and valorise complex archaeological sites Universiteit Gent Abstract: Europees consortium van partners uit Academia en Industrie dat onderzoek uitvoert naar de toepassing en valorisering van nondestructieve prospectietechnieken voor het bestuderen van grote en complexe archeologische sites Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Frank Vermeulen
Hotspot ecosystem research and man's impact on european seas Universiteit Gent Abstract: Aan de hand van een multidisciplinaire en geintegreerde aanpak wordt inzicht verworven in de verspreiding, diversiteit, ecosysteem processen en connectie van diepzee-ecosystemen aanwezig langs de Europese randen zoals hellingen, canyons, zeebergen, koudwaterkoralen en chemosynthetische ecosystemen. Ook de impact van menselijk activiteiten op de diepzee-ecosystemen van de continentale randen wordt bestudeerd. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Jean Henriet • Ann Vanreusel
ORGANIC: zelforganizerend recurrent neuraal leren voor taalverwerking Universiteit Gent Abstract: ORGANIC baseert zic op eigenschappen van corticale architecturen en zelforganiserende neurodynamieken voor het ontwerpen van nieuwe cognitieve architecturen. De belangrijkste innovaties zijn het leren van diepe meerlagige architecturen op basis van recurrente netwerken gebruik makende van louter dynamische representaties en die zowel gesuperviseerde als ongesuperviseerde getraind worden. Deze technieken worden toegepast op grote-woordenschat spraakherkenning in ruisige omgevingen, en op handschrifteherkenning. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jean Van Campenhout
Onderzoek van kandidaat-voorspellende biomarkers voor werkzaamheid van sunitinib malate bij patiënten met geavanceerde oesofageale kanker, melanoom en Sarcoom Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek van kandidaat-voorspellende biomarkers voor werkzaamheid van sunitinib malate bij patiënten met geavanceerde oesofageale kanker, melanoom en Sarcoom - Kankeronderzoek Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • JACQUES DE GREVE
PARTNERPROGRAMME (fase 1-JAAR 3) : Institutionele Universitaire samenwerkingsprogr. (IUS). LUIK KENYA (University of MOI) : Prof. B. MANDERICK : Universitaire ontwikkelingssamenwerking tss VUB en andere Ontwikkelingslanden (20072012) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • Bernard MANDERICK
AFSLUITING (Jaar 2): Institutionele Universitaire samenwerking (IUS). LUIK VIETNAM (Hanoi University of TechnologyHUT) : K. STEENHAUT : Universitaire ontwikkelingssamenwerking tussen VUB en andere Ontwikkelingslanden (20082009) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het betreft de phase out van het IUC-project met Hanoi University of Technology. In deze fase van het project (jaar 12) worden VLIR-UOS initiatieven verder opgevolgd (RIP call, FWO call for joint research etc.). Er is ook een joint steering committee meeting gepland in maart 2010. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • KRIS STEENHAUT
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversidad Central 'Marta Abreu' de Las Villas, Rodriguez Abed Abdel Vrije Universiteit Brussel Abstract: Continue Actieve studie automatisme Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE
Vlaamse Supercomputer Centrum (VSC) (eenmalige investeringssubsidie). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Computationele wiskunde
Onderzoekers: • Wouter Herrebout • Annie Cuyt
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent:logic Engineering - LOGE Vrije Universiteit Brussel Abstract: Declaratieve systemen / meerwaardige logica / quantitatieve redeneersystemen / praktische toepassingen Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE
Flexibele regressiemodellen voor de analyse van hiërarchische gegevens uit medische studies. KU Leuven Abstract: Het startpunt is de volgende twee onderzoekslijnen van I-BioStat: (1)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp; Pseudo-likelihood methodologie voor onvolleidge gegevens (Geert Molenberghs, Michael G. Kenward, Geert Verbeke, Teshome Birhanu). (2)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp; Een flexibel modelkader voor hiërarchische gegevens met overdispersie (Geert Molenberghs, Geert Verbeke, Clarice Demétrio, Tony Vangeneugden). Pseudo-likelihood krijgt reeds lang aandacht binnen CenStat (Aerts, Geys, Molenberghs en Ryan 2002; Molenberghs en Verbeke 2005). De methode isniet-likelihood gebaseerd en heeft dus dezelfde problemen als GEE wanneer gegevens onvolledig zijn. In (1) werden zogenaamde inverse probability weighting methoden ontwikkeld, enkelvoudig en dubbel robuust, om hiermee om te gaan. De methode werd reeds beperkt en met succes toegepasaat. In (2) werd een modelmatig kader ontwikkeld voor hiërarchische (bijv. longitudinale) gegevens, met twee types random effecten: (a) normaal verdeelde effecten om re Organisaties: • L-BioStat
Onderzoekers: • Emmanuel Lesaffre • Geert Molenberghs • George Kalema • Ziv Shkedy
Foundations of XML - Safe Processing of Dynamic Data over the Internet Universiteit Hasselt Abstract: Het web heeft fundamenteel nieuwe uitdagingen gebracht betreffende datamanagement. De belangrijkste kenmerken die webgegevens onderscheiden van de traditionele database-toepassingen zijn de structuur ervan - meestal beschreven door mark-up talen, zoals XML - en het dynamische karakter. Het FOX onderzoeksprogramma zal deze uitdagingen in detail bestuderen en manieren onderzoeken om ze te beheersen. Te dien einde is FOX gericht op een paradigmaverschuiving in de modellering van internetgegevens. Het zal de fundamenten van dynamische en data-georiënteerde functies van het Web voorzien en komen tot nieuwe efficiënte algoritmen voor het organiseren, transformeren en opvragen van de webinhoud. Enkele van deze toekomstige inzichten zullen naar verwachting een aanzienlijk effect hebben op de volgende generatie van XML en web standaarden. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Frank NEVEN
Torigi: Internet-gebaseerd platform voor het aanbieden van eenvoudige te gebruiken digitale diensten op verschillende toestellen. Universiteit Hasselt Abstract: TORIGI is een internet-gebaseerd platform dat toelaat om digitale diensten of informatie op een zeer eenvoudige manier aan te bieden op verschillende toestellen (website, GSM, tv, touchscreen, enz.). In eerste instantie werd gekozen voor touchscreen interfaces. Sleutelbegrip van het concept is eenvoud: alle toepassingen werken met intuïtieve en grote knoppen. Door deze eenvoud ontstaat er een toegevoegde waarde bovenop de reeds bestaande diensten en kan iedereen er gebruik van maken, van kinderen tot senioren. Voorbeelden van
diensten: SMS, email, routeplanner, kalender, kookboek, agenda, reservaties, notities, adresboek, wekker, foto-album, reistijden openbaar vervoer, videotelefonie, weerbericht, restaurant zoeken, nieuwsberichten enz. Elke toepassing wordt voorgesteld door een blokje op je persoonlijke desktop. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Benny DAEMS
GESZ:Towards the "good ecological status" in river Zenne:re-evaluating Brussels' wastewater management. (+ VERLENGING) Vrije Universiteit Brussel Abstract: coming soon Organisaties: • Scheikunde • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • MARC ELSKENS • Olkeba Tolessa LETA • Narayan Kumar SHRESTHA • WILLY BAUWENS • WILLY BAEYENS • Margaret CHEN • ANN VAN GRIENSVEN • NATHALIE BRION
Geadvanceerde digitale holografische microscopie en 4D beeldvorming voor toepassingen in water technologie en milieu monitoring Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project omvat de ontwikkeling van nieuwe sensors en toepassingen, gebaseerd op de nieuwe digital holography microscope (DHM). Het doel is om deze veelbelovende optische technologie in te bouwen in een instrument voor aquatische milieu toepassingen, genaamd HoloFlow. Tenslotte heeft dit project een zeer concreet doel in termen van economische valorizatie: het opstarten van een spin-off bedrijf in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat de nieuw ontwikkelde HoloFlow sensors en software gaat commercializeren. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • Filip MEYSMAN
Onderzoeksplatform (O*platform): Klimaat en Ontwikkeling (KLIMOS) 2009-2013. Projectdeel "Environmental Integration Toolkit". Vrije Universiteit Brussel Abstract: KLIMOS is een interuniversitair en interdisciplinair onderzoeksplatform rond klimaatadaptatie en -mitigatie in ontwikkelingssamenwerking. We gaan na hoe de drie hoofdthema's: Energie, Voedselzekerheid en Bos, op een duurzame manier kunnen worden geïntegreerd. Het uitbouwen van een stevige kennisbasis inzake gevolgen van klimaatverandering voor het Zuiden. De doelstellingen van KLIMOS verspreiden van deze kennis onder DGOS, andere overheden, NGO's en privésector in Noord en Zuid. Binnen het consortium is de VUB verantwoordelijk voor het opstellen en toepassen van een environmental sustainability toolkit. Organisaties: • Menselijke Ecologie • Biologie
Onderzoekers: • David PROOT • Tom WAAS • Jean HUGE • NICO KOEDAM
Ontwerp en ontwikkeling van zelfstructurerende nanomaterialen voor vloeistofchromatografie Vrije Universiteit Brussel Abstract: De complexiteit van vragen die tegenwoordig beantwoord moet worden door middel van chemische analyse stijgt exponentieel. Aangezien de gevestigde scheidingstechnologieën de huidige scheidingsproblemen niet kunnen oplossen is er een totaal nieuwe aanpak nodig om toekomstige uitdagingen aan te kunnen gaan. Dit voorstel beoogt de ontwikkeling van revolutionaire zelfstructurerende nanomaterialen toegepast voor complexe uitdagingen gegenereerd door biomarker studies en klinische diagnostiek. De nieuwe synthetische nanomaterialen zullen ongeevenaarde mogelijkheden geven voor hoge resolutie vloeistofchromatografie met massaspectrometrie-detectie (LC-MS). De morfologie en het chemisch oppervlak van de nanomaterialen zullen specifiek worden afgestemd op toekomstige scheidingstechnieken: ultrahoge druk LC, hoge temperatuur LC en tweedimensionale LC. Daarnaast zal er een nieuwe baanbrekende techniek worden ontwikkeld: ruimtelijke chromatografie. Hierbij worden complexe mengels gescheiden waarbij elke piek wordt gekarakteriseerd door zijn coördinaten in een vlak of in een driedimensionale ruimte. Deze techniek heeft de potentie om duizenden componenten te scheiden zonder dat de tijdschaal van huidige analyses wordt verlengd. De nanomaterialen van de toekomst worden ontwikkeld in capillaire formaten en in chips en zullen worden toegepast in vooruitstrevende life science-applicaties, zoals: -Fingerprinting van complexe eiwit- en peptidemengsels in geoptimaliseerde één- en multidimensionale LC-MS. -Geavanceerde chipscheidingen, inclusief ruimtelijke chromatografie. -Het ontwikkelen van kwantitatieve structuur-retentie-verbanden voor ééndimensionale LC scheidingen met MS/MS data analyse om de betrouwbaarheid van peptide-identificatie te verbeteren. Dit project beoogt het realiseren van het scheiden van zeer complexe mengsels met als doel biomarkers studies in een stroomversnelling te brengen en ziektebeelden in beeld te brengen. Om in de toekomst sneller medische diagnoses te kunnen stellen en nieuwe therapieën te kunnen voorschrijven zijn er analytische technieken nodig zoals beschreven in dit voorstel. De geplande onderzoeksactiviteiten passen naadloos in de activiteiten van het departement Chemical Engineering van de VUB. Door de nadruk te
leggen op applicaties in life science en biotechnologie, versterkt het huidige voorstel de positie van het departement en zal het samenwerkingsverbanden binnen de universiteit en tussen de universiteiten versterken. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Sebastiaan EELTINK • GERT DESMET
Conceptstudie van hybride transmissie voor Off-Highway Trucks (CHOT) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op vraag van de hijsvoertuigmarkt wensen Spicer Off-Highway Systems te Brugge (SOHB) en VUB energie-efficiënte parallelle en gecombineerde hybride aandrijvingen die gebruik maken van supercapaciteiten als energie opslagsysteem, te ontwikkelen voor off-road heavy duty nutsvoertuigen. De aanleiding voor dit project was o.a. de lage efficiëntie van de huidige hydrodynamische transmissies, de verhoogde interesse van de maatschappij voor een laag brandstofverbruik en ecologische aspecten. Voor 2 typische applicaties van de aanvrager worden de hybridisatie mogelijkheden onderzocht: een wiellader (Front End Loader of 'FEL') en een vorklift (Forklift of 'FLT'). Van beide wordt een hoge vermogenklasse en een lage vermogenklasse applicatie bestudeerd ( een 60 kW-2 ton en een 200 kW-6 ton FEL, een 40 kW-3 ton en een 180kW-18 ton FLT ). Een haalbaarheidsstudie resulteerde in 35% energiewinst waarvan 15% door remenergierecuperatie, 14% door een efficiëntere aandrijflijn, 6% door een kleinere verbrandingsmotor. Indien binnen 10 jaar 15% van de nutsvoertuigen gehybridiseerd zullen zijn, zal er wereldwijd 100 miljoen liter brandstof en 700 000 ton minder CO2-emissie bespaard worden. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Hasan CULCU • Thierry Clement COOSEMANS • PETER VAN DEN BOSSCHE • JOERI VAN MIERLO
Integer Linear Programming for Natural Language Processing (Integer lineair programmeren voor natuurlijke taalverwerking) KU Leuven Abstract: De voorbije decennia heeft de natuurlijke taalverwerking grote vooruitgang gemaakt. De meesten onder ons kennen Google translate, en hebben weleens gehoord over Watson, de computer die de Amerikaanse tv-quiz Jeopardy! won. Dit zijn twee voorbeelden van succesvolle toepassingen van natuurlijke taalverwerking. Er zijn echter nog verschillende moeilijkheden met het automatisch verwerken van natuurlijke taal.In dit doctoraat richten we ons op vier verschillende taken in natuurlijke taalverwerking. Een eerste taak is het samenvatten van zinnen, die vaak overbodige informatie bevatten. Het doel is een gegeven zin automatisch in te korten, zodat het resultaat nog steeds een grammaticaal correcte zin is. Een tweede taak is het voorspellen van de retorische structuur van een tekst, bijvoorbeeld herkennen welke stukken in een tekst een procedure uitleggen, of een definitie van iets geven. Een derde taak is coreferentie resolutie. Dit is het bepalen van welke woorden in een tekst verwijzen naarde Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marie-Francine Moens • Jan De Belder
Opbrengsten congres: Top Quark conference Brugge - 30 mei/4 juni 2010 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Internationaal congres te BRugge Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • Jorgen D'HONDT
Opmaken lithologische en geomorfologische kaart beneden-Zeeschelde. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' International Marine & Dredging Consultants NV - IMDC' hebben voor het project ' Opmaken lithologische en geomorfologische kaart beneden-Zeeschelde. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Margaret CHEN • FLORIMOND DE SMEDT
Uitbouw van het onderzoeksthema "OR/MS in de praktijk" binnen de faculteit TEW. Universiteit Antwerpen Abstract: Zowel de industrie als de dienstensector zijn enthousiast om - in samenwerking met een universitaire partner - fundamenteel beslissingsondersteunend onderzoek te verrichten. Hierbij worden technieken uit het brede domein OR/MS (operations research/management science) ingezet om beslissingen op verschillende niveaus (strategisch tot operationeel) te ondersteunen. Dit startkrediet biedt een uitstekende gelegenheid om deze multidisciplinaire onderzoekslijn, die aansluit bij meerdere departementen binnen de Faculteit TEW van de UA, uit te bouwen. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen
Vlaams Supercomputer Centrum (VSC). Universiteit Antwerpen
Abstract: Het Vlaamse Supercomputer Centrum is een samenwerking tussen de 5 Vlaamse universitaire associaties. Het wil meer rekenkracht en opslagcapaciteit ter beschikking stellen van meer onderzoekers in de associaties, onafhankelijke onderzoeksinstellingen en industrie. Daarnaast zal het uitstekende gebruikersondersteuning bieden voor alle aspecten van HPC. De infrastructuur zal grensverleggend onderzoek mogelijk maken, de economische activiteit in Vlaanderen stimuleren en internationale competitiviteit van de Vlaamse industrie versterken. Organisaties: • Computationele wiskunde
Onderzoekers: • Annie Cuyt
Opheldering van de functie van het T3SS van shigella aan de hand van een gecombineerde methode bestaande uit hogeresolutie massaspectrometrie en elektronenmicroscopie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de University of Bristol. UA levert aan de University of Bristol de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott
Dynamische cognitieve routering over schaalvrije netwerken Universiteit Gent Abstract: Een van de fundamentele uitdagingen van de Internet architectuur zijn de schaalbaarheid en de kwaliteit (stretch, convergentie, en stabiliteit) van het inter-domein routeringssysteem. Om dit op te lossen moeten verschillende dimensies globaal bekeken worden: 1) de groei in afmeting van de routeringstabel, hetgeen het gevolg is van een groter aantal routeringsvermeldingen, 2) de veranderingen in het routeringssysteem, gekarakteriseerd door de uitwisseling van routeringsinformatie ten gevolge van veranderingen in topologie of in beleid en beheer. Beide dimensies vergroten de geheugenvereisten, evenals de verwerkingscapaciteit van de routeringsengines. De algemene doelstelling van dit project is het ontwikkelen, het valideren en het evalueren d.m.v. experimenten, van een cognitief routeringssysteem en ?component dat geavanceerde machine learning en routeringstechnieken combineert, om zo efficiënt de hierboven beschreven Internet routeringsproblemen te adresseren. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
BOF-programma Korte Verblijven: Dr. Gabor Katona en dr. Zoltan Erdelyi Universiteit Hasselt Abstract: Geïsoleerde metalen nanoclusters die het vooruitzicht bieden om gebruikt te worden als bouwstenen in de zich snel ontwikkelende gebied van nanotechnologie, hebben in het laatste decennium veel interesse naar zich toe getrokken. Momenteel zijn op grootte geselecteerd nanodeeltjes / clusters meestal elementair en beperkt in diameter tot onder 10nm. Natuurlijk, wil men deze klasse uitbreiden tot verbindingen en legeringen. Wat dit laatste betreft zijn 4nm Fe50Pt50 nanodeeltjes [1,2] een belangrijk voorbeeld met een hoog potentieel voor ultra-hoge dichtheid magnetische opname vanwege hun ferromagnetisch gedrag bij kamertemperatuur in tegenstelling tot zuivere Fe clusters van dezelfde grootte die sterke fluctuerende superparamagnets zijn. Een ander voorbeeld zijn FeXMo100-X legering nanodeeltjes (1-3nm) die naar verwachting fungeren als katalysator voor de beheerste groei van koolstof nanobuisjes (METACEL). Even belangrijk zijn chemisch bereid bimetallic kern-schil deeltjes die leiden tot buitengewone katalytisch gedrag [3]. Hoewel legering nanodeeltjes zeer aantrekkelijke objecten zijn voor vele toepassingen, blijft het inzicht in het proces van de vorming van legeringen voor functie maten ruim onder 10nm nog steeds een uitdagende taak. Aan de ene kant is legering vorming theoretisch voorspeld[4] en experimenteel [5] gevonden, zelfs voor metalen die bekend staan als onmengbaar in de bulk fase na de vermindering van de deeltjes onder een kritische waarde (2-3nm) [5]). Aan de andere kant, surfacesegregated, core-shell nanodeeltjes kunnen worden geproduceerd in systemen zoals PdAg [3], die zijn bekend staan dat zij volledig mengbaar zijn in de bulk fase. Daarnaast werd ook geconstateerd dat de vorming van een legering sterk afhankelijk is van de vorm van nanodeeltjes: terwijl in onze experimenten, een magisch aantal Au55 clusters niet vermengen met In atomen tijdens In depositie op de top van de deeltjes, niet-magische Au clusters (1-3nm) vormen daadwerkelijk een legering (AuIn2) [6]. Dit gedrag werd later uitgelegd door Nature Materials (Research Highlights) als "Structuur in grootte" [7]. Met het oog op het fundamentele probleem van de legeringselementen / intermixing op nanoschaal voor technologisch belangrijk legeringen, systematische simulaties en experimenten zijn nodig om alle relevante sleutelfactoren te identificeren. Hier is Zoltan Balogh een perfecte kandidaat omdat hij heeft grote ervaring heeft in Kinetic-Monte-Carlo-simulaties en XPS-analyse van niet-klassieke diffusie verschijnselen voor planaire systemen (ultradunne films) [8,9]. Tijdens het geplande verblijf zou hij beginnen met de uitbreiding van de MD simulaties naar sferische geometrieën (nanodeeltjes) en het analyseren van de legering vorming van FeMo nanodeeltjes (gebruikt in de METACEL & Methusalemprogramma projecten als katalysatoren voor koolstof nanobuis groei) gebruik makend van onze nieuwe XPS-faciliteit (PHI 5600LS) . Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Hans-Gerhard BOYEN
Studiedag in samenwerking met Catalonië rond het thema "Topsport". Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studiedag in samenwerking met Catalonië rond het thema "Topsport". Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • PAUL WYLLEMAN
Geavanceerde beveiligingscontrole binnen samengestelde webapplicaties. KU Leuven Abstract: Aangezien het Web een prominente plaats in onze maatschappij en in onzedagelijkse levens opgeëist heeft, is de beveiliging ervan nog belangrijker dan tevoren, adequaat geïllustreerd door de vele media-aandacht voorernstige veiligheidsincidenten op het Internet. De laatste jaren is hetzwaartepunt van het Web verschoven naar de client-zijde, waar de browser een volwaardig applicatieplatform voor dynamische en complexe Webapplicaties geworden is. Helaas betekent de stijgende belangrijkheid van de uitvoeringscontext aan de client-zijde ook dat de focus van de
aanvallerszich verlegt naar aanvallen vanuit de browser, vaak met nefaste gevolgen voor de volledige omgeving aan de client-zijde. Een natuurlijk gevolg is dan ook dat de tegenmaatregelen en de beleidsregels mee evolueren, uitstekend geïllustreerd door enerzijds de autonome beveiligingsoplossingen aan de client-zijde, en anderzijds de recent geïntroduceerde server-gestuurde beleidsregels, afgedwongen door de browser. In dit proefschri Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Lieven Desmet • Philippe De Ryck
Ontwikkeling van technieken voor het opleggen van regels voor information flow. KU Leuven Abstract: Alle software wordt voorgesteld als broncode in een programmeertaal.De programmeertaal bepaalt de betekenis van de code, bijvoorbeeld hoeze zich gedraagt bij uitvoering. Om betrouwbare, veilige en efficiëntesoftware te bekomen, is het belangrijk om reeds bij het schrijven vande broncode eigenschappen te kunnen specifiëren waaraan je verwachtdat de code voldoet. Bij het omzetten van de broncode naar eenuitvoerbaar programma wordt dan automatisch nagekeken of degespecifieerde eigenschappen effectief voldaan zijn en zo niet, kunnende foutenreeds vroeg gezocht en opgelost worden. Ook wanneer softwarewordt opgebouwd uit aparte onderdelen is het van belang dat de delenzoveel mogelijk onafhankelijk van elkaar automatisch kunnen wordengeverifieerd.Voor veel soorten software is het echter niet zo eenvoudig om de codeop een zodanige manier te schrijven dat relevante eigenschappeneenvoudig uitgedrukt en nagekeken kunnen worden of dat deverschillende onderdelen effectief onafhankelijk zijn van elk Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Frank Piessens • Dominique Devriese
Security of sensor networks KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Jef Maerien
Methoden en instrumenten ter ondersteuning van het gebruik, de calibratie en de validatie van verkeerssimulatiemodellen Universiteit Hasselt Abstract: Een COST actie is een netwerk dat samenkomt rond nationaal gefinancierde projecten in een domein dat behandeld wordt door minstens 5 COST landen. Het voornaamste doel van deze Actie is de ontwikkeling, implementatie en promotie van het gebruik van methoden en procedures ter ondersteuning van het gebruik van verkeerssimulatiemodellen, meer specifiek rond de thema's modelcalibratie en -validatie. Tot op de dag van vandaag focuste het merendeel van de middelen en inspanningen in het domein van verkeerssimulatie op modelontwikkeling, wat geleid heeft tot vele simulatiemodellen die beschikbaar zijn op de markt. Deze modellen worden uitgebreid gebruikt in applicaties die een grote potentiële impact hebben op de veiligheid, capaciteit en milieu-efficiëntie van het wegsysteem. Echter, de betrouwbaarheid van de resultaten en conclusies die getrokken worden uit simulatiestudies, evenals de draagwijdte van mogelijke applicaties waarvoor deze hulpmiddelen betrouwbaar kunnen gebruikt worden, zijn twijfelachtig: dezelfde simulatiestudie, uitgevoerd door verschillende mensen, zelfs bij gebruik van hetzelfde hulpmiddel, geeft waarschijnlijk verschillende resultaten. Bijgevolg, de betrouwbaarheid van de resultaten is bijna volledig afhankelijk van de bekwaamheid van de modelgebruikers en hun intuïtie. Meer nog, de toenemende complexiteit van modellen maakt dat het zelfs voor experten een moeilijke taak wordt om een correct gebruik te garanderen. Hiervoor zijn zeer specifieke calibratie- en validatiemethodologieën nodig. Om die redenen is de belangrijkste doelstelling van deze Actie de ontwikkeling, implementatie en promotie van methodes en procedures ter ondersteuning van het gebruik van verkeerssimulaties, meer specifiek rond de thema's calibratie en validatie. Om hiertoe te komen wordt het delen en uitwisselen van beschikbare datasets ook een belangrijke taak van de Actie. Organisaties: • Beleidsinformatica • Verplaatsingsgedrag • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Tom BELLEMANS
Invloed van geïsoleerde longperfusie met melphalan op het (fosfo)-proteoom. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project bestudeert regulatie, fosforylatie en adductvorming van proteinen in tumoren oiv. Melphalan. LC-MS methodes worden op punt gesteld mbv. een representatieve celcultuur. Een diermodel ondergaat geisoleerde longperfusie met melphalan (geinduceerde tumoren), vooraleer humane tumoren bestudeerd worden. Einddoel is de selectie van kandidaat biomerkers ((fosfo-)protein, melphalan-proteinadduct,...) met prognostische waarde voor de behandeling van longmetastasen door ILuP met melphalan. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Filip Lemiere • Paul Van Schil
Nanoschaal fenomenen in niet-centrosymmetrische supergeleiders. Universiteit Antwerpen Abstract: De afgelopen 20 jaar is er in de wetenschappelijke wereld veel aandacht gegaan naar de niet-conventionele supergeleiders. Binnen deze groep dook onlangs (2005) nog een andere klasse op - niet-centrosymmetrische supergeleiders (NCS). Deze hebben een kristalstructuur zonder inversiecentrum, en binnen dit project bestuderen we de exotische breking van zowel ruimtelijke- als tijdsinversiesymmetrie van supergeleidende fenomenen in mesoscopische NCS samples. Organisaties:
• Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Milorad Milosevic
Fundamenten van Pattern Set Mining voor Gestructureerde data. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project stellen we voor algemene technieken te ontwikkelen en te bestuderen voor het direct zoeken naar verzamelingen van patronen. Zulke verzamelingen moeten alleen hogekwaliteitspatronen bevatten die van belang zijn voor de gebruiker en de toepassing. Door pattern set mining technieken te ontwikkelen hopen we deze technieken van het lokale naar het globale niveau te brengen, wat bijdraagt aan een beter begrip van de rol van pattern mining techieken in datamining en machine learning. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals • Jeroen De Knijf
Intelligente analyse en data-mining van massa-spectrometrische proteoom-gegevens. Universiteit Antwerpen Abstract: Massa spectrometrie (MS) is een krachtige analytische techniek om de structuur van moleculen, zoals eiwitten, op te helderen. Tot op heden blijft een aanzienlijke fractie van de gegevens die daaruit voortkomen oninterpreteerbaar. In dit project worden state-of-the-art data mining technieken toegepast op een zeer grote MS dataset, met de bedoeling nieuwe patronen terug te vinden die kunnen wijzen op onbekende structuurmodificaties. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Filip Lemiere • Kris Laukens • Bart Goethals
Gefunctionaliseerde keramische membranen voor solventscheiding. Universiteit Antwerpen Abstract: De markt breidt uit naar complexere, procesgeïntegreerde scheidingen welke solventstabiele nanoporeuze membranen vereisen. Keramische nanoporeuze membranen vertonen een hoge stabiliteit in solventen maar zijn inherent hydrofiel. Het grote potentieel van toepassingen in de fijn-chemie (farmacie, agrochemie, enz.) vereist daarom de ontwikkeling van nieuwe stabiele keramische membranen met organische functionele groepen aan het oppervlak, welke hoge fluxen voor apolairdere solventen en sterk verbeterde solventscheidingen toelaten. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Bert Maes • Pegie Cool • Vera Meynen
Hybride macroscopische en microscopische simulatie van laser ablatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Een nauwkeurige simulatie van laser ablatie vereist een goede beschrijving van de vaste stof, smelt, Knudsenlaag, plasma, en de laserstraal. We stellen een hybride methode voor die simulaties met deeltjes combineert met simulaties met partiele differentiaalvergelijkingen. Het project ontwikkelt en analyseert de numerieke methoden en past ze toe op realistische systemen. Deze nieuwe aanpak kan een grote impact hebben op het vakgebied. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Wim Vanroose • Annemie Bogaerts
Chemische genetica voor de studie van wortelontwikkeling Universiteit Gent Abstract: In het Plant Systems Biology-departement werd onlangs een chemische bibliotheek met 10.000 kleine moleculen getest op hun potentieel regeneratie-inducerend effect op wortels. Verwacht wordt dat deze moleculen interageren met cruciale eiwitten betrokken tijdens zijwortelvorming. Binnen dit project zal een methode op punt gesteld worden om via een gist-3-hybride strategie (yeast-3-hybrid, Y3H), potentiële target-eiwitten van geselecteerde moleculen te identificeren. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Tom Beeckman
KMO-Innovatieproject: COMDRIVE RFP: Communnity Driven Personal RFP Platforms Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project beoogt een volledig geautomatiseerd, flexibel, uitbreidbaar en aanpasbaar RFP prototype te ontwikkelen dat (community of gemeenschap) gebruikers of groepen van gebruikers toelaat om hun intentie kenbaar te maken en requests voor proposals uit te sturen naar een dynamisch leveranciersnetwerk. Om interoperabiliteitsredenen en om het systeem snel te kunnen aanpassen voor een breed productengamma zal het prototype worden onderbouwd door semantische technologie en zal het waar mogelijk voldoen aan internationale standaarden. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ROBERT MEERSMAN
FLEXO CTP Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is een methode te ontwikkelen die toelaat om · Flexo platen voor de label and Spot Varnish markt,
· en Offset plates voor de high end markt te bestralen. We zullen gebruik maken van een nieuwe Direct Flexo Imaging technique, die meer efficient, productief, en milieu-vriendelijk is dan de huidige technieken beschikbaar op de markt. Het project omvat de modellering van de laserbestraling en de resulterende fotopolymerisatie. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica • Materialen & chemie
Onderzoekers: • Youri MEURET • Marius Ciprian RUSU • HUGO THIENPONT • Christophe BLOCK • WENDY MEULEBROECK • GUY VAN ASSCHE
Middleware for the Inspection of Complex Software Systems (Middleware voor de inspectie van complexe software systemen) KU Leuven Abstract: Door het toenemend belang van computers in onze samenleving worden we verplicht om een steeds complexere en snel verouderende ICT infrastructuur te onderhouden. Door de toenemende complexiteit is het echter niet meer mogelijk om deze systemen te begrijpen zonder specifieke hulpmiddelen. Deze thesis legt de basis voor deze hulpmiddelen, die ons toestaan on complexe software systemen te begrijpen, door ze voor te stellen in termen van abstracties die begrijpbaar zijn voor de waarnemer. De voorgestelde oplossing is het resultaat van 4 complementaire onderzoeksactiviteiten. Dit heeft vier onafhankelijke resultaten opgeleverd, die op zichzelf relevant zijn. Elk van de vier onderdelen omvat een prototype:AODA: een generieke debugger voor AspectJ-achtige talen.AOPS: een run-time policy enforcement system voor AspectJ.QVTD: een generieke oplossing voor run-time inspection middleware, op basis van dynamische en selectieve toestandstransformaties.MonArch: een overkoepelend raamwerk voor inspecti Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Wouter De Borger
A Framework for Integrated Configuration Management of Distributed Systems (Een raamwerk voor geïntegreerd configuratiebeheer van gedistribueerde systemen) KU Leuven Abstract: In onze samenleving zijn we in ons privé en professioneel leven steeds meer afhankelijk van software programmas. Veel van deze software programmas zijn onderling met elkaar verbonden om zo een gedistribueerd systeem te creëren. Helaas falen software programmas frequent en is de resulterende onbeschikbaarheid erg kostelijk. Fouten in de configuratie van deze software programmas liggen vaak aan de basis van dit falen. Daarenboven wordt de impact van configuratiefouten versterkt door het feit dat softwareprogrammas in een gedistribueerd systeem afhankelijk zijn van andere programmas in het gedistribueerd systeem, en afhankelijkheden hebben opde uitvoeringsomgeving waarin ze opereren.De configuratie van software, en in het bijzonder van gedistribueerde systemen, bestaat uit vele configuratieparameters. De waarde van deze parameters moet consistent zijn met alle andere parameters in de configuratie: van de configuratieparameters van een programma dat gebruikt wordt door een eindgebrui Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Bart Vanbrabant
Evaluatie van Autobussen met Hybride Aandrijvingen Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' MIVB' hebben voor het project ' Autobussen met Hybride Aandrijvingen (AHA) MIVB' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Thierry Clement COOSEMANS • Maarten MESSAGIE • Julien MATHEYS • JOERI VAN MIERLO
Respons van fluviatiele processen en sedimentdynamiek op menselijke impact en ?global change? (Buitenlands onderzoeker P. Billi, Universiteit van Ferrara) Universiteit Gent Abstract: De dynamiek van natuurlijke rivieren resulteert van twee belangrijke factoren: het regime, voornamelijk gecontroleerd door klimaatsfactoren, en de sedimenttoevoer, voornamelijk afhankelijk van fysische eigenschappen van het bekken, landgebruik en bodembedekking. In dit project zal de respons van rivieren bestudeerd worden, en meer bepaald de aanpassingen van sedimenttransport en beddingsmorfologie aan menselijke impact en desertificatie, zowel in geïndustrialiseerde als in ontwikkelingslanden. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Jan Nyssen
Wetenschappelijke opdracht over Mining Software Repositories aan de Universiteit van Zurich. Universiteit Antwerpen Abstract: Wetenschappelijke opdracht over Mining Software Repositories aan de Universiteit van Zurich. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Serge Demeyer
Ontwikkeling van methoden voor de efficiënte synthese en functionalisatie van heterocyclische "scaffolds". Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksplan situeert zich in de deelgebieden homogene katalyse, organometaalchemie en heterocyclische chemie. Naast de studie van fundamentele aspecten van transitiemetaal gekatalyseerde reacties, zullen methoden worden ontwikkeld die de efficiënte synthese van (nieuwe) heteroaromatische skeletten zullen toelaten. Deze skeletten zijn interessante "scaffolds" die na specifieke decoratie van nut zijn in het ontwikkelingsproces van nieuwe geneesmiddelen en agrochemicaliën. Speciale aandacht in het werk m.b.t. transitiemetaal katalyse zal besteed worden aan de activatie van de C-H (sp2 en sp3) binding. Daarbij aansluitend zal activatie van de C(sp2)-H binding via nucleofiele substitutie van waterstof, door de toevoeging van een oxidans in plaats van een transitiemetaal katalysator, eveneens bestudeerd worden. In het verlengde van het voorgaande onderzoek gewijd aan de C-functionalisatie van de pyridazinon kern via Pd-gekatalyseerde cross-coupling reacties, zal het potentieel van metaal-halogeen uitwisseling met organomagnesiumverbindingen worden geëxploreerd. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Bert Maes
Geperfluoreerde organische stoffen in onze voeding (PERFOOD). Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om de oorsprong van PFC's in ons dieet na te gaan en de bijdrage ervan aan de totale menselijke blootstelling. Om deze doelstelling te bereiken werd een robuste en betrouwbare analysemethide ontwikkeld dat gebruikt werd om (1) PFC's te detecteren en te kwantificeren in humaan dieet (2) de transfer na te gaan van PFCs vanuit de omgeving in voedingsitems en (3) de relatieve bijdrage na te gaan van PFC's in voedsel, dranken en verpakkingsmaterialen op de totale inname van PFC's door mensen. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Wim De Coen
Vitamine D analogen voor immuunaandoeningen Universiteit Gent Abstract: Reeds jaren synthetiseert de groep van prof De Clercq nieuwe vitamine D analogen met het oog op hun potentiële werking als geneesmiddel door antoproliferatieve eigenschappen. In dit kader werden een aantal verbindingen gepatenteerd waarvan in dit project de opschaling bekeken wordt. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Sam Verbrugghe
Jespo Spo(o)rt Aan Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Jespo vzw' hebben voor het project ' Jespo Spo(o)rt Aan' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • MARC THEEBOOM
Contactvrije vochtigheidssensor m.b.v. millimetergolven. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van deze aanvraag is de ontwikkeling van een millimetergolven vochtigheidssensor voor de biscuitmarkt, die contactloos de absolute vochtigheid in een relatief droog en dun voedingsproduct over de ganse dikte van het product kan meten met voldoende nauwkeurigheid. De kostprijs van dergelijke sensor ligt in de grootte-orde van 13kEuro en de initiële verkoopprijs rond 45kEuro. Met deze specificaties wordt tegemoet gekomen aan de vraag van de referentieklant uit de voedingssector, ter vervanging van de destructieve proeven met nauwkeurigheid van 1% die momenteel als kwaliteitscontrole naar vochtigheid worden gebruikt. Als belangrijkste potentiële voordelen van millimetergolven tov concurrerend technologieën als microgolven en NIR, wordt aangegeven dat millimetergolven de vochtigheid over de totale diepten van het dunne koekje kunnen meten tov de oppervlakte. Dit moet toelaten niet alleen kwaliteitscontrole te kunnen uitvoeren, maar ook continue in lijn procescontrole en -sturing, wat tevens een algemene groeiende tendens is in de voedingsindustrie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JOHAN STIENS
Dynamische optimalisatie van componentontplooiing voor autonome gedistribueerde systemen Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Informatica
Onderzoekers:
• Veerle Ongenae • Tim De Pauw
Energie-efficiënte elektrische machines Hogeschool Gent Abstract: Ontwerp van een axiale flux generator voor kleinschalige windturbines. De klemtoon ligt op hoog rendement en hoge verhouding koppel op gewicht. Bijzondere aandacht wordt besteed aan het modelleren van magnetische materialen. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektriciteit
Onderzoekers: • Peter Sergeant
Optimalisatie van de formules ter inschatting van de glomerulaire filtratiesnelheid bruikbaar voor de diagnose en behandeling van chronische nierziekten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Geneeskunde Kulak
Onderzoekers: • Hans Pottel • Liesbeth Hoste
FWO-Visiting Postdoctoral Fellowship (Cuihong YANG, China). Universiteit Antwerpen Abstract: FWO-Visiting Postdoctoral Fellowship (Cuihong YANG, China). Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Atmosferische depositiefluxen van scheepvaartemissies naar de Belgische Noordzee (SHIPFLUX). Universiteit Antwerpen Abstract: Het belangrijkste doel van deze studie is het kwantificeren van de effecten van scheepsemissies op de concentratie en depositie van gasen deeltjesvormige polluenten in het Belgisch deel van de Noordzee. De focus zal daarbij liggen op polluenten die bij depositie nutrienten vormen (stikstofverbindingen zoals NO., nitraten, nitriet, salpeterzuur, ammoniak en ammoniumzouten), op zware metalen en op persistente organische polluenten. Er zullen experimentele bemonsteringen voor deze componenten worden uitgevoerd vanop onderzoeksschepen op de belangrijkste scheepsroutes in de Zuidelijke Bocht van de Noordzee, en verder vanop een vast radarplatform en in een kuststation in De Haan. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Rene Van Grieken
Symbiotische Netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
Een model voor de relatie tussen de elektrische parameters van een cochleair implantaat en meetbare gehoorprestaties. Universiteit Antwerpen Abstract: Modellering van de relatie tussen de elektrische parameters van een cochleair implantaat en meetbare gehoorprestaties. Om het afregelen (fitting) van cochleaire implantaten te optimaliseren wordt een model opgesteld dat de relatie tussen de instellingen van de spraakprocessor en de auditieve prestaties van de recipiënt beschrijft. De prestaties van het gehoor worden geëvalueerd aan de hand van een reeks specifieke psychoakoestische metingen. Het project beoogt de input-output functies van de talrijke elektrische instelbare parameters van het implantaat en hun meetbare auditieve effecten in mathematische formules te benaderen. Vervolgens zullen deze functies gevalideerd worden op casusniveau via een iteratieve toetsing, waarbij de factoren in de functies geleidelijk aangepast zullen worden. Door middel van statistische analyse zullen de verschillende I/O functies dan nauwkeuriger bepaald worden, zullen ook multidimensionale verbanden bepaald worden en zal getracht worden om de complexe interparametrische interacties in multifactoriële analyses en formules te verwerken. Het hieruit voortvloeiende fitting model is het belangrijkste innovatiedoel van het project en heeft als doel de effecten van processormanipulaties op het gehoor te voorspellen. Op deze manier kan het model ingezet worden in applicaties die de fitting automatiseren. . Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Vastleggen van de formele stratigrafie van de lagen onderkend in boringen - Databank Ondergrond Vlaanderen (DOV) Universiteit Gent Abstract: Invullen van de stratigrafische interpretatie van geotechnische gegevens in de geolosche databank van de Vlaamse Gemeenschap (DOV) Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
Oxidatieve Koppeling van Methaan gevolgd door OLigomerisatie naar vloeistoffenOKMOL Universiteit Gent Abstract: Een innovatief proces voor de valorizatie van bio- en/of aardgas (methaan) wordt ontwikkeld. Hiervoor zijn nieuwe katalysatoren nodig voor de oxidatieve koppeling van methaan, ethyleenoligomerisatie, de conversie van methanol naar olefines. Daarnaast moeten ook een aantal uitdagende productscheidingen gerealiseerd worden. Dit alles resulteert in een CO2 neutraal proces om de moderne en toekomstige samenleving van de nodige energie te voorzien. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Eiwit-eiwit interacties: naar een beter begrip van interactomen, signaalbanen en domeinen Universiteit Gent Abstract: Interacties tussen eiwitten (PPI's) vervullen een centrale rol in nagenoeg alle cellulaire functies. Binnen een Methusalem consortium zullen we diverse technieken zoals MAPPIT en eiwitkristallografie toepassen om een breder inzicht te verwerven in PPI's op verschillende niveau's: van volledige interactomen, over signaalbanen tot de moleculaire detailstudie van geselecteerde eiwit itneractieparen. Ook moleculaire interacties tussen eiwitten en kleine organische moleculen vormen een deel van het programma. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Jan Tavernier • Serge Van Calenbergh
Spectroscopische studie van niet-thermische plasma's bij atmosfeerdruk in de context van biomedische toepassingen Universiteit Gent Abstract: In het project worden twee plasmabronnen gekarakteriseerd: (1) plasmajet (2) pin-water elektrodeconfiguratie. De karakterisering bestaat uit het bepalen van de elektronen- en gastemperatuur, en van de dichtheden van elektronen en radicalen met behulp van spectroscopische technieken. Beide plasmabronnen worden vervolgens ingezet voor de inactivatie van bacteriën en de zuivering van water. Het project kadert in een joint PhD Universiteit Gent - HuaZhong University (China). Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Christophe Leys
In-situ karakterisering van gesubstitueerde N4-macrocyclische metaalcomplex-SAM-lagen op goud met als doel de ontwikkeling van stabiele elektrokatalysatoren. Universiteit Gent Abstract: Dit project focust zich op de modificatie (en optimalisatie ervan) van goudelektroden met verschillende gesubstitueerde N4macrocyclische metaalcomplexen, met als doel een covalente binding te garanderen, waardoor een basis gelegd wordt voor nieuwe en meer performante elektrochemische sensoren. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Annemie Adriaens
Ontwikkeling van geïntegreerde digestaatverwerking met recuperatie / Hergebruik van water, nutriënten en organisch materiaal (C2C) met praktijkrelevante bedrijfszekerheid Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van een betaalbare en bedrijfszekere proces flow voor de verwerking van digestaat met aandacht voor recuperatie van water, nutrienten en organish materiaal, conform de cradle to cradle gedachte. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste analytische en fysische chemie
Onderzoekers: • Filip Tack • Erik Meers
FWO junior vis. Postdoc. Fellow Ricardo Abreu Blaya. Randwaardentheorie in Hermitische Cliffordanalyse Universiteit Gent Abstract: Volgende weteschappelijke vragen worden beschouwd:(1)Onder welke condities is een harmonische functie in een open begrensd domein, continu onderteld op de sluiting, hermitisch monogeen?(2) Onder welke voorwaarden heeft een continue functie op de rand van een begrensd domein, een hermitisch monogene extensie?(3) Hoe kunnen deze probleemstellingen uitgebreid worden tot matriciele hermitische cliffordanalyse?(4) Wat met domeinen met fractale randen? Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Hendrik Van Maldeghem
FWO junior vis. Postdoc. Fellow Ricardo Abreu Blaya. Randwaardentheorie in Hermitische Cliffordanalyse. Universiteit Gent Abstract: Volgende wetenschappelijke vragen worden beschouwd: (1) onder welke condities is een harmonische functie in een open begrensd domein, continu ondersteld op de sluiting, hermitisch monogeen? (2) onder welke voorwaarden heeft een continue functie op de rand van een begrensd domein, een hermitisch monogene extensie? (3) Hoe kunnen deze probleemstellingen uitgebreid worden tot matriciele hermitische cliffordanalyse? (4) wat met domeinen met fractrale randen? Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers:
• Hendrik Van Maldeghem
Mobility, Data Mining and Privacy Universiteit Hasselt Abstract: Met de opkomst en de grotere verspreiding van toestellen die met GPS (of andere systemen die toelaten de locatie te bepalen) zijn uitgerust, kan het mobiliteitsgedrag van individuele personen geregistreerd en opgeslaan worden in een datawarehouse voor online- of historische analyse. We noemen zulke gegevens "mobility data". Het minen van mobility data is een onderzoeksgebied dat erop gericht is kennis te ontdekken in deze gegevens. Dit gebied, dat de laatste jaren opgang gemaakt heeft, levert zowel veel nuttige toepassingen als risico's. De risico's komen voort uit het feit dat mobility data vooral over mensen handelt: waar ze geweest zijn, wanneer, hoe dikwijls, en met wie. Daarom is privacy een grote bezorgdheid die in rekening gebracht moet worden vooraleer nuttige kennis uit mobility data geoogst kan worden. Het MODAP project is erop gericht een interdisciplinair onderzoeksgebied te stimuleren dat een aantal disciplines zoals data mining, geografie, visualisatie en kennisrepresentatie combineert. Het project wil deze disciplines op het gebied van mobiliteit samenbrengen, rekening houdend met privacy, wat het sociale aspect van dit project is. De hoge impact van MODAP komt voornamelijk voort uit twee gerelateerde facetten, namelijk het mobiliteitsgedrag van mensen en de daarmee verbonden privacy-implicaties. Privacy wordt vaak geassocieerd met de negatieve impact van technologie. Het volstaat te denken aan de recente schandalen, zoals het vrijgeven van gegevens door AOL in de US, die veel media-aandacht kregen. MODAP stelt zich tot doel deze negatieve impact in een positieve om te buigen door aan te tonen dat privacy-technologie geïntegreerd kan worden in mobility data mining, wat een grote uitdaging is. Het doel van MODAP op zich is tevens risicovol vermits niemand juist weet welke soorten privacygevaren bestaan wat betreft mobility data en hoe dit type data met gegevens uit andere bronnen gelinked kan worden. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Bart KUIJPERS
Begeleiding van het doctoraat van de bursaal Ilse Decoster getiteld: "Generation of GERB-like data from Meteosat First Generation". Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' KMI' hebben voor het project ' Begeleiding van het doctoraat van de bursaal Ilse Decoster getiteld: "Generation of GERB-like data from Meteosat First Generation". ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JAN CORNELIS
Onderzoeksovereenkomst in het kader van het doctoraat van Matthias D'Huyvetter. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' SCK-CEN, Studiecentrum voor Kernenergie/Centre d'etude de l'Energie Nucléaire' hebben voor het project ' Onderzoeksovereenkomst in het kader van het doctoraat van Mtthias D'Huyvetter. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • Catarina XAVIER • VICKY CAVELIERS • NICK DEVOOGDT
Visiting postdoctoral (senior) fellowship : dr. Daniel BULACU (Romania) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie van quasi-Hopf algebras;classificatie van quasi-Hopf algebra structuren op groepsalgebras; beschrijving van de categorie van Yetter-drinfeldmodulen over quaternionen en octonionen, en de studie van de brauer groep van deze categorie Organisaties: • Wiskunde • Wiskunde-TW
Onderzoekers: • STEFAAN CAENEPEEL • EVA COLEBUNDERS
Specklefree: laser lijn generatoren met lage speckle Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van de haalbaarheidsstudie is de mogelijkheden onderzoeken om een optische lijngenerator te realiseren met lage speckle gebuik makende van het spatiaal incoherente emissieregime van halfgeleiderlasers die aangedreven worden met een specifiek elektronisch patroon. In de haalbaarheidsstudie wordt een proof-of-concept demonstrator gemaakt om de marktreactie na te gaan. De haalbaarheidsstudie wordt aangevuld met de opstelling van een product roadmap, waarbij ingeschat wordt over een periode van 5 jaar. Hiermee samengaand wordt een business plan opgesteld om de middelen in te schatten die nodig zijn voor de verdere ontwikkeling en de marktintroductie. Organisaties:
• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • Guy VERSCHAFFELT
Computerized assessment and treatment of rate, intonation and stress (CATRIS) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de noden van personen die lijden aan dysatrie tegemoet te komen door een software te ontwikkelen die gebruik maakt van spraaktechnologie voor a) de evaluatie van spreektempo, intonatie en klemtonen in voorgelezen spraak en in spontane spraak en b) computer gebaseerde therapie voor het verbeteren van sprrektempo, intonatie en klemtonen op verschillende linguistische niveaus (zin, tekst en spontane spraak) die de patient onmiddelijke feedback geeft en kan gebruikt worden voor thuis-therapie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • WERNER VERHELST
LeCoPro Learning Control for Production Machines Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS • ANN NOWE
Overeenkomst FUNDP-VUB « eb@le santé le réseau congolais d'expertise médicale » Vrije Universiteit Brussel Abstract: Construire et renforcer les capacités scientifiques et technologiques de la RDC pour réduire la mortalité infantile, améliorer la santé maternelle et combattre les grandes épidémies. Promouvoir une démarche de recherche et d'innovation dans le milieu médical congolais en matière de développement durable. Permettre l'identification et la formulation d'activités ou de politiques de partenariat public-privé pour rendre les bénéfices des nouvelles technologies accessibles au milieu médical congolais Organisaties: • Biomedische Statistiek en Informatica
Onderzoekers: • MARC NYSSEN
Design and Analysis of Resonant Metamaterials for Acoustic Insulation (Ontwerp en analyse van resonante metamaterialen voor geluidsisolatie) KU Leuven Abstract: In de context van trillings- en geluidscontrole wordt het akoestisch gedrag van conventionele panelen en structuren hoofdzakelijk gedreven doorhun gewicht. Stilte is vaak gekoppeld aan zware constructies en strooktdaardoor niet met de opkomende trend naar lichtgewicht ontwerp. Hierdoor ontstaat er een zeer uitdagende zoektocht naar innovatieve en efficiënte maatregelen voor geluidscontrole met een laag gewicht en een compact volume.Metamaterialen zijn innovatieve materiaalsystemen die kunnen vervaardigd worden uit conventionele materialen maar die zeer specifiekegerichte eigenschappen kunnen vertonen die het gedrag van conventionelematerialen sterk overtreffen. Metamaterialen bestaan typisch uit een (vaak periodieke) samenstelling van eenheidscellen met niet-homogene materiaalcombinaties en/of topologiën. De betere eigenschappen van metamaterialen vloeien voort uit de intrinsieke eigenschappen van een cel en de interactie tussen de cellen.Vibro-akoestische metamaterialen treden steeds Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Paul Sas • Wim Desmet • Claus Claeys
Understanding the Effect of Confinement on Droplet Coalescence in Shear Flow (Het effect van geometrische begrenzing op de coalescentie van druppels in afschuifstroming) KU Leuven Abstract: Een emulsie is een mengsel van twee of meer onmengbare vloeistoffen. Vele alledaagse producten zijn in feite emulsies, bijvoorbeeld voedingsproducten, cosmetica, verven en farmaceutische producten. Ook polymere blends, die bij kamertemperatuur meestal niet vloeibaar zijn, vormen een hoogviskeuze emulsie tijdens het verwerken bij hoge temperaturen. De eigenschappen van een emulsie of een polymere blend zijn niet enkel afhankelijk van de eigenschappen van de componenten en hun concentratie, de finale eigenschappen zijn ook sterk afhankelijk van de microstructuur, ook wel morfologie genoemd. Daarom is de controle van de morfologie tijdens het ontwerpen van meerfasige materialen essentieel om een materiaal te verkrijgen met de gewenste eigenschappen. Verschillende types van morfologie zijn mogelijk, de meest voorkomende is de druppel-matrix morfologie. Andere types morfologie zijn de co-continue, laminare of vezelmorfologie. In dit werk ligt de focus op de druppel-matrix morfologie. Voor d Organisaties: • Afd. Soft Matter Reologie en Technologie
Onderzoekers: • Paula Moldenaers • Ruth Cardinaels • Pieter De Bruyn
Separating Knowledge from Computation: An FO(.) Knowledge Base System and its Model Expansion Inference (Kennis scheiden van berekening: een FO(.) kennisbanksysteem en zijn modelexpansie inferentie) KU Leuven Abstract: Het domein van Kennisrepresentatie spitst zich toe op het bestuderen van hoe kennis kan worden voorgesteld en hoe het gebruikt kan worden om automatisch mee te redeneren. Recent werd het Kennisbanksysteem (KBS) paradigma voorgesteld, dat is gebaseerd op het idee dat kennis niet inherentverbonden is aan één specifieke redeneertaak. In plaats daarvan stelt het paradigma voor om kennis uit te drukken in een rijke, declaratieve taal. Verschillende computationele taken kunnen dan worden uitgevoerd doorop die kennis de gepaste inferentie uit te voeren.In mijn
doctoraat werd het kennisbanksysteem IDP ontwikkeld, bedoeld als laboratoriumvoor de studie van softwareontwikkeling in de context van het KBS paradigma. Het doel is om een taal aan te bieden waarin een gebruiker zijn kennis op een natuurlijke, formele manier kan modelleren en om robuuste inferenties aan te bieden om over die kennis te redeneren, zodat de gebruiker geen rekening hoeft te houden met efficiëntie. IDP combineert een rijke, Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marc Denecker • Broes De Cat
Event-Driven Demand Response for Electric Vehicles in Multi-aggregator Distribution Grid Settings (Eventgebaseerde vraagsturing voor elektrische voertuigen in distributienetten met meerdere aggregatoren) KU Leuven Abstract: In de zoektocht naar het integreren van een groter aandeel hernieuwbareenergiebronnen in het elektriciteitsnet, is actieve vraagsturing onder hernieuwde onderzoeksaandacht gekomen. Tegelijkertijd toont de opkomendeelektrificatie van mobiliteit en transport aan dat de huidige distributienetten niet voldoende gedimensioneerd zijn op het laden van grote groepen wagens in residentiële omgevingen. Daarom is er nood aan oplossingendie de goede werking van het distributienetwerk waarborgen en tegelijkertijd vraagsturing op basis van marktobjectieven mogelijk maken.In dit werk worden situaties onderzocht waarin actieve vraagsturing problemen oplevert in het net, en wordt een algoritme uitgewerkt voor actieve vraagsturing van elektrische voertuigen. Dit agent-gebaseerde algoritme laat toe typische marktobjectieven te integreren met de harde beperkingen van het distributienet. Via simulaties wordt de schaal van het conflict tussen markt- en technische objectieven in kaart gebracht, en wordt het Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Geert Deconinck • Klaas De Craemer
Over het genereren van snijpaden voor lasersnijmachines KU Leuven Abstract: Lasersnijden is één van de belangrijke bestaande snijprocessen die gebruikt worden om plaatstaalproducten te produceren. Een typisch productieproces bestaat uit het ontwerpen van de stukken, het nesten van de stukken op metalen platen, het snijden van de stukken en indien het gaat om driedimensionale stukken: het plooien van de stukken. Er bestaan geïntegreerde methoden voor productieplanning om de totale kost voor het gehele productieproces te minimaliseren. Eén van de resultaten van zulke methoden is de toewijzing van stukken aan metaalplaten waarna een CAM software de eigenlijke nesting uitvoert en het snijpad bepaalt. Bij plaatmetaal kan het lasersnijden enkele minuten tot enkele uren duren, afhankelijk van het aantal stukken op de plaat, het materiaal, de plaatdikte, de procesparameters en de lasersnijmachine. Huidige CAM programmas gebruiken heel simpele heuristieken om snijpaden te genereren en brengen bijgevolg niet alle technische beperkingen in rekening. Technische beperking Organisaties: • Afdeling Industrieel Beleid / Verkeer
Onderzoekers: • Dirk Cattrysse • Reginald Dewil
Accounting for Complex Structure in Diffusion Weighted Imaging Data using Volume Fraction Representations (Rekening houden met complexe structuur in diffusie gewogen beeldvorming data door gebruik van volume fractie representaties) KU Leuven Abstract: Het domein van diffusie gewogen beeldvorming (diffusion weighted imaging, DWI) is ver geëvolueerd sinds zijn initiële ontwikkeling in het midden van de jaren 1980. Doorheen de tijd hebben we betere inzichten verworven in de bijhorende technieken en noodzakelijke verwerkingsstappendie hierbij betrokken zijn, wat op zich geleid heeft tot een rijkdom aan nieuwe inzichten in de ingewikkelde werking van de (menselijke) hersenen.In deze doctoraatsthesis was het onze bedoeling om bepaalde voorstellingen voor DWI data te ontwikkelen, welke een waaier aan complexe geometrische configuraties van de witte stof vezel kanalen die de hersenenintern verbinden in rekening brengen. Onze nieuwe voorstellingen bieden een betere flexibiliteit aan die inherent toelaat verschillende bestaande beeldverwerkingsproblemen gemakkelijker op te lossen. Daarenboven laat elke voorstelling ook een verruimd inzicht toe in vele andere aspecten van de data die ze omschrijft, en levert ze een grote waaier aan opportunite Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Frederik Maes • Stefan Sunaert • Thijs Dhollander
Functionele polymeren voor microsystemen: microbewerkingen en toepassingen KU Leuven Abstract: Micro-elektromechanische systemen (MEMS) beschikken over een brede waaier van functionaliteiten die in meerdere domeinen van dienst zijn, zoalselektrische, mechanische en chemiche ingenieurswetenschappen, materiaalkunde, fluï-dica, optica, instrumentatie, geïntegreerde schakelingen en biomedische analyse. De mens is in het dagelijkse leven reeds vertrouwd met een groot aantal MEMS-systemen, vaak onbewust. Digitale projectoren,inkjetprinters, versnellingsopnemers, gyroscopen en aanraaksensoren in bijvoorbeeld smartphones, druksensoren, biosensoren en nog vele andere.Omdat de meeste commercieel beschikbare MEMS-producten ontstaan zijn uit de micro-elektronica zijn vele procestechologieën en materialen voorhun productie eveneens geëvolueerd uit de wereld van de geïntegreerde circuitfabricatie. Dit betekent dat silicium, siliciumdioxide, siliciumnitride, siliciumcarbide en andere halfgeleidermaterialen ook in de MEMS-wereld alomtegenwoordig zijn.Polymeren hebben zeer aantrekkelijke eigensc Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Robert Puers • Tiannan Guan
Interactions between Cement and Combined Concrete Admixtures. The Influence on Cement Paste Rheology (Interacties tussen cement en gecombineerde hulpstoffen. De invloed op de reologie van cementpasta)
KU Leuven Abstract: In de laatste decennia werden innovatieve betontoepassingen ontwikkeld door nieuwe productiemethoden, het gebruik van hulpstoffen, geavanceerdematerialen, etc. Deze technologische vooruitgang heeft geleid tot een toenemende vraag naar performanter beton met een verbeterde verwerkbaarheid. Echter, de gebruikelijke productiemethoden hebben al aangetoond de controle over de verwerkbaarheid van het vers beton niet volledig te beheersen. Daarom legt het hedendaags wetenschappelijk onderzoek zich toe opgeavanceerde modellen om het vloeigedrag zo goed mogelijk te begrijpen.Deze modellen worden continu verder uitgewerkt maar ondervinden over het algemeen grote moeilijkheden om de agglomeratie van cementdeeltjes en het effect van gecombineerde hulpstoffen in rekening te brengen. Het doel van dit onderzoek is om het reologisch mechanisme in cementpastas te onderzoeken met inbegrip van de combinatie van een superplastificeerder,vertrager en versneller. In het bijzonder wordt het effect op de dee Organisaties: • Afdeling Bouwmaterialen en -technieken
Onderzoekers: • Lucie Vandewalle • Karel Lesage
Efficiënte isolatie van betrouwbare subsystemen in bestaande besturingssystemen. KU Leuven Abstract: Onze samenleving hangt steeds meer af van haar computersystemen. Consumenten vertrouwen op laptops en mobiele toestellen om gevoelige toepassingen te raadplegen zoals internetbankieren. Bedrijven dienen hun (digitale) handelsgeheimen te beschermen. En overheden moeten de kritische infrastructuur van hun land waarborgen tegen spionage en sabotage.Beveiliging van computersystemen in dergelijke toepassingen is van cruciaalbelang. Talloze beschermingsmaatregelen zijn dan ook reeds ontwikkeld die succesvolle aanvallen aanzienlijk moeilijker maken. Kwetsbaarheden insoftware komen echter nog steeds voor en worden nog altijd frequent uitgebuit. Een veelvoorkomende valkuil is dat softwareontwikkeling een gelaagde structuur volgt waarbij geprivilegieerde lagen steeds groter wordenwanneer nieuwe componenten worden toegevoegd tijdens de levensduur van het systeem. Dit resulteert in een sneeuwbaleffect van de grootte van deze geprivilegieerde lagen, wat op zijn beurt de kans op softwarekwetsbaarhed Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Frank Piessens • Raoul Strackx
Rational Design of Foamed Materials : Rheological and Interfacial Aspects (Rationeel ontwerp van geschuimde materialen: reologische en interfase effecten) KU Leuven Abstract: 12.0pt;mso-ansi-language:NL" lang="NL">Deze doctoraatsthesis onderzoekt de factoren die destabiliteit van schuimen en emulsies bepalen. Schuimen en emulsies komen voor in diverse producten en toepassingen zoals slagroom, verf, afwasmiddelen, isolatiemateriaal en bijvoorbeeld bij het blazen van zeepbellen. Zeepbellen worden gevormd door lucht in een dunne waterfilm te blazen totdat de waterfilm zichzelf sluit. Zo krijgen we een luchtbel die omsloten is door een dunne waterfilm in lucht. Lichtreflectie doorheen deze dunne waterfilmen zorgt ervoor dat de bellen er kleurrijk kunnen uitzien.Die kleuren zijn niet alleen mooi, maar zij kunnen ook gebruikt worden om de dikte van de waterfilm rond de luchtbel te bepalen. Het is echter zo dat we geen stabiele bellen kunnen blazen van zuiver water, maar dat we een surfactantoplossing, vaak een zeepoplossing, nodig hebben. Een zeepoplossing bevat bipolaire moleculen die uit een hydrofiel en hydrofoobdeel bestaan. Daardoor zullen ze zich aan de int Organisaties: • Afd. Soft Matter Reologie en Technologie
Onderzoekers: • Jan Vermant • Rob Van Hooghten
Middleware and Methods for Customizable SaaS (Middleware en methodes voor aanpasbare SaaS) KU Leuven Abstract: Software as a Service (SaaS) maakt in toenemende mate opgang bij softwareleveranciers als het belangrijkste distributiekanaal. Het biedt hen demogelijkheid om hun softwaretoepassingen aan een grotere markt beschikbaar te stellen en om te profiteren van schaalvoordelen. Een van de voornaamste manieren om deze schaalvoordelen te bekomen is multi-tenancy, nl.het verdelen van IT-middelen over meerdere bedrijfsklanten (de zogenaamde tenants), wat leidt tot een hogere benutting en schaalbaarheid van deze middelen. Maximale benutting van IT-middelen wordt bekomen via multi-tenancy op het applicatieniveau. Dit leidt echter tot een uniforme aanpak. Bijgevolg zijn multi-tenant SaaS toepassingen intrinsiek beperkt op het gebied van flexibiliteit en variabiliteit, en kunnen ze niet aangepast worden aan de verschillende en variërende vereisten van de verschillende tenants.Dit proefschrift presenteert zowel een middlewareraamwerk als een software engineering methode om de ontwikkeling, uitvoeringen Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Eddy Truyen • Stefan Walraven
Stromingsinstabiliteiten door recirculatiestromen KU Leuven Abstract: Moderne residentiële gasverwarmingsinstallaties in Europa maken vaak gebruik van geperforeerde platen waardoor een brandbaar mengsel van gas enlucht stroomt en waarboven een uitgespreide vlam brandt. Dit verbrandingssysteem is gekend voor zijn lage NOx-emissies, maar is, zonder gepastemaatregelen, geplaagd door een zeer storende laagfrequente geluidsopwekking die de economische toepassing onmogelijk maakt. De oorsprong van dit geluid is hoogstwaarschijnlijk de neiging van de stroming om te oscilleren, wat ook zonder verbranding voorkomt. Dit fenomeneen komt niet alleen bij de geperforeerde plaat voor, maar ook bij andere stromingstypes waarbij de ruimte dat de stroming heeft plots uitzet achter een obstructie. Juist achter deze obstructie ontstaat dan lokaal een zone waarbij de stroming een stroomopwaartse beweging heeft, juist zoals achter een grote steen in een rivier. Deze stroomopwaartse beweging lijkt essentieel tezijn om de oscillaties te laten optreden. De bedoeling van dit werk Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • Eric Van den Bulck • Kristof Van Dyck
Wave Based Modeling Methods for Acoustic Inclusion and Multiple Scattering Problems in the Mid-Frequency Range (Golfgebaseerde modelleringsmethodes voor akoestische problemen met inclusies en meerdere verstrooiers in het middenfrequente gebied) KU Leuven Abstract: Geluid heeft een onmiskenbaar effect op de levenskwaliteit; goede akoestische eigenschappen zijn daarom een vereiste voor commerciële producten. Ontwerpers en ingenieurs beschouwen het akoestische ontwerp van hun product, naast o.a. mechanisch ontwerp, als een integraal stuk van de productcyclus. Door de opkomst van steeds rekenkrachtigere en performantere computers verschuift het akoestisch ontwerpproces samen met andere ingenieurs- en ontwerpbeslissingen steeds meer naar de virtuele omgeving. Bijgevolg is de vraag naar efficiënte rekenprogrammas groter dan ooit.Ondanks deze nood en het vele onderzoek dat de laatste decennia is verricht, is er nog geen enkele numerieke methode beschikbaar die over hetvolledige hoorbare frequentiegebied inzetbaar is voor het oplossen van akoestische problemen. In plaats daarvan zijn er specifieke methodes ontwikkeld voor laag- en hoogfrequente analyses, zoals de eindige-elementenmethode, de randelementenmethode (REM), statistische energie analyse, ray Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Wim Desmet • Onur Atak
Implementation Aspects of Security and Privacy in Embedded Design (Beveiliging en privacy in ingebedde systemen:implementatieaspecten) KU Leuven Abstract: Van mobiele telefoons tot smartcards en RFID-tags, digitale apparaten zijn alomtegenwoordig, mobiel en geïntegreerd met gebruikers en hun omgeving. Naast het mogelijk maken van nieuwe services en toepassingen, brengt het stijgend aantal van deze apparaten ook een inherent gevaar met zich mee. Aan de ene kant moeten ze beveiligd worden tegen fysieke aanvallen. Aan de andere kant moet er ook voor gezorgd worden dat diezelfde apparaten de privacy van hun gebruikers niet in gevaar brengen.Deze thesis behandelt de implementatie-aspecten gerelateerd enerzijds aan de veiligheid van geïntegreerde apparaten en anderzijds aan de privacy van de mensen die deze apparaten gebruiken. Er zijn vele bijdragen aan het onderzoeksgebied van fysische veiligheid: gaande van de analyse en uitbuiting van fysieke zwakheden tot het ontwikkelen van beveiligingsmaatregelen daartegen. Vanuit een privacystandpunt is de grootste bijdrage het ontwerp en de evaluatie van een privacyvriendelijke architectuur voor elekt Organisaties: • Afdeling ESAT - COSIC
Onderzoekers: • Ingrid Verbauwhede • Josep Maria Balasch Masoliver
Dataflow-inspired Parallel and Distributed Computing:Practical Techniques and Real-World Use Cases (Dataflowgeïnspireerd parallel en gedistribueerd computergebruik: Praktische technieken en realistische gevallenstudies) KU Leuven Abstract: Als gevolg van de komst van multi-processor system-on-chip (MPSoC) is parallel en gedistribueerd rekenen uitgegroeid tot één van de meest actieve gebieden voor onderzoek in computerwetenschappen. De belangrijkste uitdagingen in parallel en gedistribueerd rekenen zijn het ontwikkelen van parallelle programmeermodellen en de implementatie, planning,geheugenbeheer en synchronizatie ervan. Een veelbelovende techniek om deze problemen aan te pakken zijn dataflow geïnspireerde modellerings- enuitvoer technieken. Hoewel veelbelovend zijn er evenwel nog uitdagingen voor de praktische toepassing van dataflow programmering zoals (1) het niet beschikbaar zijn van herbruikbare bibliotheken, (2) debeperkingen in het uitdrukken van dynamische data-afhankelijkheden, (3)matige middleware ondersteuning, en (4) niet voldoende modellen die aangepast zijn aan de specifieke context van parallel en gedistribueerd rekenen. Dit proefschrift laat zien hoe dataflow-gebaseerde technieken het programmeren en uitv Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Yolande Berbers • Roel Wuyts • Zubair Wadood Bhatti
Residentiële vraagsturing op basis van dynamische elektriciteitsprijzen:theorie en praktijk KU Leuven Abstract: De nood aan flexibiliteit voor de werking van het elektriciteitssysteemgroeit naarmate meer intermitterende hernieuwbare energiebronnen met beperkte controleerbaarheid geïntegreerd worden. Hoewel deze nood traditiegetrouw door elektriciteitscentrales aan de aanbodzijde wordt opgevangen, beschikt de vraagzijde ook over intrinsieke flexibiliteit die kan ingezet worden. Hierbij wordt vaak verwezen naar vraagrespons. Hoewel beleidsmakers en industrie het nut van vraagrespons herkennen, blijft het gebruik en de kennis beperkt. Dit is voornamelijk het geval op residentieel niveau.Deze thesis verrijkt de kennis omtrent residentiële vraagrespons door zich op drie hiaten te richten. Deze hiaten omvatten het ontwerp van elektriciteitstarieven die vraagrespons aanmoedigen, het inschatten van de huishoudelijke verbruiksaanpassingen, en het bepalen van devoordelen die dit oplevert voor huishoudens en voor de maatschappij alsgeheel.Ten eerste moedigen de huidige elektriciteitstarieven vraagrespons n Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Ronnie Belmans • Benjamin Dupont
Actieve controle van turbulente axisymmetrische straalstromen met behulpvan massafluxloze actuatie KU Leuven Abstract: Turbulente axisymmetrische straalstromingen komen vaak voor in het milieu of in technologische toepassingen. Het brede toepassingsgebied van deze stromingen leidde tot talrijke studies over de controle van straalstromingen. Van groot belang is het verhogen van de mengsnelheid tussen hetgeïnjecteerde fluïdum en het rond de straalstroming stilstaande omgevingsfluïdum, bijvoorbeeld voor praktische doeleinden zoals een zuiverdere verbranding met minder koolstofemissies of een efficiëntere lozing van polluenten en afvalwater. Een efficiënte manier om de menging te bevorderen, is het aanwenden van actieve stromingscontrole via tijdsvariërende actuatoren met als doel de dynamische vortexfenomenen die de menging domineren, te manipuleren. Zulke actuatoren kunnen gestuurd worden in frequentieregimes waar de straalstroming het meest gevoelig is en leveren daaarom een betere performantie op met een ordegrootte minder energieverbruik dan stationaire blaas- en zuigactuatoren.In dit proefschrift wor
Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • Johan Meyers • Asim Onder
Coördinatiestrategieën voor plug-in hybride elektrische voertuigen en decentrale opwekking in een Smart Grid. KU Leuven Abstract: In de ontwikkeling van Smart Grids zal coördinatie tussen afnemers (bv.PHEV's) en producenten (bv. zonnepanelen, windturbines) een essentiële rol spelen. In zowel nationaal als internationaal onderzoek worden verschillende aanpakken voorgesteld, zoals de PowerMatcher, het CordCap algoritme en MicroGrid coördinatie. Dit onderzoeksproject focust op een aantal kernproblemen die de grootschalige uitrol van Smart Grid coördinatie in de weg staan: (1) het is onduidelijk of de huidige coördinatiestrategieën schalen naar de ultra grote schaal en dynamische context van een Smart Grid; (2) huidige strategieën zijn niet voorzien op het grote aantal verschillende partijen en kwaliteitseisen in een smart grid; (3) er is veel onduidelijkheid over de integratie van coördinatiestrategieën in de elektriciteitsmarkt, terwijl dit essentieel is voor een commerciële uitrol van deze systemen.Het doel van dit doctoraat is het ontwikkelen van een realistisch toepasbare, schaalbare en flexibele aanpak voor het Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Geert Deconinck • Tom Holvoet • Stijn Vandael
PRODUKTIEVE STEDENBOUW - Waterconflicten bij de wisselwerking tussen productieve landschappen en nederzettingen: de Chia-Nan vlakte, Taiwan KU Leuven Abstract: Het doel van dit onderzoek bestaat eruit de rol te bestuderen van zowel watercondities als water-gerelateerde conflicten diezich voordoen in het samenspel tussen de landelijke nederzettingen en produktieve landschappen die samen vorm geven aan de Chia-Nan vlakte in Taiwan. Het onderzoek richt zich vanuit drie verschillende oogpunten op de landschappelijke en stedelijke vormgeving in Taiwan: (1) landelijk waterbeheer; (2) bedreigde produktieve landschappen, en (3) gefragmenteerdenederzettingen rond steden. Terwijl de economie van het platteland in Taiwan transformeert van landbouw naar hightech, blijft de landelijke bevolking, die sterk veroudert, stabiel. Het onderzoek spitst zich daarom toe op de uitdagingen die de veranderingen in het milieu en inde economie op het platteland in de Chia-Nan vlakte met zich meebrengen. Het onderzoek naar de inrichting van de Chia-Nan vlakte bekijkt voornamelijk of eventuele nieuwe landelijke nederzettingsvormen zich kunnen aanpassen aan de moderne eis Organisaties: • Architectuur en Ontwerpen
Onderzoekers: • Bruno De Meulder • Susan Shannon • Pei-Chun Wen
Performance of Horizontal Subsurface Flow Constructed Wetlands for Treating Irregular Wastewater Flow in a Tropical Climate(Performantie van een rietveld met horizontale ondergrondse stroming voor het behandelen van discontinue afvalwaterstromen in een tr KU Leuven Abstract: Jimma, een middelgrote stad in Ethiopië heeft te kampen met zowel lucht-, bodem- als watervervuiling. Wat betreft water is er geen gesloten rioleringssysteem en is er geen afvalwaterzuiveringsvoorziening. Dit is typisch voor dergelijke steden in de Hoorn van Afrika, waardoor Jimma als een representatieve gevalstudie kan beschouwd worden.In deze thesis worden de problemen rond management van afvalwater in Jimma geïdentificeerd, en wordt een voorstel gedaan voor de selectie van de meest geschiktetechnologieën voor afvalwaterzuivering.. Dit gebeurt door eerst de actuele graad van vervuiling van de waterlopen in en rond Jimma te meten. De resultaten van de metingen van de kwaliteit van het oppervlaktewater geven aan dat de rivieren Awetu en Kito in Jimma sterk beïnvloed worden door institutionele en industriële bronnen. Als voorbeeld van instituten zijn daarom de inspanningen van Ethiopische universiteiten om afvalwaterzuiveringsinfrastructuur op te bouwen onder de loep genomen. Hierbij bl Organisaties: • Afd. Procestechnologie v. Duurzame Syst.
Onderzoekers: • Bart Van der Bruggen • Thomas Van Gerven • Alemayehu Haddis Getahun
De Ieperboog: van herinnering naar visie Hogeschool Gent Abstract: De streek rond Ieper, beter bekend als de ‘Ypres Salient’ of ‘Ieperboog’, blijft voor altijd verbonden met de Eerste Wereldoorlog (WO-I). ). Dit was de felbevochten frontlinie die als een brede boog ten oosten van de stad leper liep. Hoewel het ‘oorlogslandschap’ grotendeels is verdwenen zijn er toch nog sporen van de oorlog terug te vinden in het landschap. Een belangrijk landschapselement waar tot op heden echter weinig aandacht aan werd besteed, zijn de talrijke kasteelparken die voorkomen in de Ieperboog. Een gedetailleerd landschapsonderzoek van de kasteelparken in de Ieperboog kan een grote meerwaarde betekenen als onderdeel van een integrale, multidisciplinaire benadering van het oorlogsgebied. Dit onderzoeksproject situeert zich op 2 verschillende schaalniveau’s. In Onderzoeksluik 1 van het project wordt de evolutie van de landschappelijke structuur van de ruime omgeving van de Ieperboog geanalyseerd. In Onderzoeksluik 2 wordt de evolutie van de kastelen, parken en boerderijen behandeld. De interactie tussen beide onderzoeksluiken is echter continu aanwezig, zoals ook geïllustreerd in het overzichtsschema van het onderzoeksproject (bijlage 1: schema). De twee luiken worden nog eens opgesplitst in drie tijdsperiodes, nl. vóór, tijdens en na WO I. Dit onderzoek is gericht naar onderwijs en beroep van de landschaps- en tuinarchitectuur, gericht naar het beleid: ruimtelijke planning, erfgoedbeleid, en toerisme en gericht op samenwerkingsverbanden: daadwerkelijke samenwerking binnen de associatie Ugent- Hogent, samenwerking met de provincie West-Vlaanderen, met de stad Ieper, met het Regionaal Landschap West-Vlaamse Heuvels en met het Ename Expertisecentrum voor Erfgoedontsluiting vzw. De resultaten zullen worden overgedragen in verschillende vormen:
Algemeen: •Methode (Tool) voor landschapsonderzoek •Oorlogslandschap: gedetailleerde animatiekaart (-film): karteren van WOI •Landschapsontwerpen voor duurzaam sitebezoek •GPS-PDA wandelcircuit als link van de verschillende sites Specifiek: Onderzoeksluik 1: Landschapsevolutie en ruimtelijke planning •Historisch hoogtemodel •Toekomstvisie: bescherming van het landschap: Signaalkaart (cfr.Infra) Onderzoeksluik 2: Kastelen van Ieper •3D-visualisaties van kastelen en parken •Boek: De kasteeldomeinen van Ieper: Ontstaan en evolutie vanuit landschappelijk perspectief Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Ontwerpen en landschapsplanning
Onderzoekers: • Harlind Libbrecht • Steven Heyde • Ruben Joye • Joris Verbeken
Workshop: "Sparsity and Modern Mathematical Methods for high Dimensional Data". 6-10 april 2010 Vrije Universiteit Brussel Abstract: In recente jaren hebben ontwikkelingen op het gebied van wiskunde en computerwetenschappen nieuwe toepassingsdomeinen geopend voor computationele wiskunde. Deze workshop biedt jonge wetenschappers de opportuniteit om hun recente resultaten en nieuwe wiskundige methoden voor hoog dimensionale gegevens en hun toepassingen voor te stellen aan een breed publiek. Organisaties: • Wiskunde • Computer- en Toegepaste Wiskunde
Onderzoekers: • Ignace LORIS • Caroline VERHOEVEN
Ontwikkeling van langwerkende injecteerbare formulaties voor slecht oplosbare anti-HIV geneesmiddelen KU Leuven Abstract: Dit doctoraatsonderzoek had als doel een nieuw formulatieconcept te onderzoeken voor langwerkende intramusculair injecteerbare formulaties van een slecht oplosbare anti-HIV protease inhibitor. De ideale formulatie zou derhalve de oplosbaarheid van het geneesmiddel significant moeten verhogen alsook een gecontroleerde vrijgave moeten verzekeren over een langere tijd (weken). Om dit te verwezenlijken werd een nieuw concept voorgesteld voor gecontroleerde vrijgave via intramusculaire injectie dat gebaseerd was op gesproeidroogde microsferen. Deze microsferen bestonden uitde combinatie van een wateronoplosbaar polymeer (poly(lactic-co-glycolic acid) (PLGA)) met een wateroplosbaar polymeer (polyvinylpyrrolidone (PVP)). Deze combinatie van materialen had als doel zowel een verbeterde oplosbaarheid te verzekeren door een moleculaire verdeling van het geneesmiddel (in PVP) als een lange termijn vrijstelling van het geneesmiddel te vrijwaren (door PLGA). Als modelgeneesmiddel werd een HIV prote Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Guy Van den Mooter • Joke Meeus
In vivo visualisatie van PDE10A met behulp van positronemissie tomografie KU Leuven Abstract: NL-BE">Fosfodiesterase subtype 10A (PDE10A) is een enzym dat verantwoordelijk is voor de afbraak van twee belangrijke signaal moleculen (cGMP en cAMP). PDE10A komt alleen voor in een bepaalde regio in de hersenen (het striatum) die een rol speelt in verschillende bewegingsstoornissen zoals de ziekte vanParkinson en de ziekte van Huntington. Wij ontwikkelden een radioactieve speurstof (radiotracer) die specifiek aan PDE10A bindt. Door deze radiotracer te injecteren in dieren of mensen, kan de hoeveelheid PDE10A gekwantificeerd worden met behulp van positron emissie tomografie, een medischebeeldvormingstechnologie. Met behulp van deze techniek hebben we onderzocht hoe de expressie van PDE10A in de hersenen verandert in een proefdiermodel voor de ziekte van Huntington. Verder werd nagegaan hoe toediening vanamfetamine de hoeveelheid PDE10A in de hersenen beïnvloedt. Tot slot werd er onderzocht of het substraat van PDE10A, cAMP, een invloed had op de binding van deradiotracer aan PDE10 Organisaties: • Radiofarmacie
Onderzoekers: • Guy Bormans • Alfons Verbruggen • Koenraad Van Laere • Maarten Ooms
Characterization of Materials for Low Temperature Bonding of Miniaturized Interconnects (Karakterisering van materialen voor het verbinden van geminiaturiseerde schakelingen op lage temperatuur) KU Leuven Abstract: Geen Nederlands abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bert Verlinden • Biljana Dimcic
Life Cycle Assessment of Biobased Fibre-Reinforced Polymer Composites (Levenscyclusanalyse van biogebaseerde, vezelversterkte polymeercomposieten)
KU Leuven Abstract: Vandaag de dag geven mondiale milieu-problemen, zoals het broeikaseffect en uitputting van fossiele stoffen, aanleiding tot een paradigma-verschuiving in materiaal-toepassingen, van conventionele fossiele grondstoffen naar hernieuwbare grondstoffen. In navolging van deze tendens, is hetdoel van deze thesis om een analyse te maken van het gebruik van bio-grondstoffen voor vezelversterkte composietfabricage. Momenteel bestaan demeeste vezelversterkte composieten uit glasvezelversterkingen en polymere matrices. In deze thesis zal vlasvezel, één van de meest gebruikte natuurlijke vezels, bestudeerd worden als alternatief voor glasvezel,vanuit het perspectief van de impact op het milieu. Daarenboven zal eennieuw opkomende bio-polymeer, tarwegluten, bestudeerd worden, en vergeleken worden met conventionele polymeer en een reeds vermarkte bio-polymeer, ook vanuit het perspectief van de impact op het milieu. De hoofdvraag van deze thesis is of er in het algemeen milieu-gerelateerde voordelen z Organisaties: • Afdeling Industrieel Beleid / Verkeer
Onderzoekers: • Joost Duflou • Yelin Deng
Elektrospinnen van polymere oplossingen: Stabiliteit van de jet en nieuwe toepassingen KU Leuven Abstract: The first objective of the research project is the development of a novel experimental platform for the investigation high speed free surface flows in miniaturised dimensions that is capable of a systematic investigation of the electrospinning process. This approach divides into: a) thedesign and setup of an experimental electrospinning path; b) the development and enhancement of optical techniques to observe the free surface flow of electrospinning on a micro- and sub microsecond level; c) the analysis of the viscous and elastic properties (rheology) of selected model polymers from renewable resources; d) the optical in-situ analysis of the electrospinning process; e) The aimed design of nano-fibres from renewable resources, based on the previous obtained results. Organisaties: • Afd. Soft Matter Reologie en Technologie
Onderzoekers: • Christian Clasen • Ljiljana Palangetic
Bijstand Modelinstrumentarium Vrije Universiteit Brussel Abstract: De opdracht heeft tot doel het leveren van technisch-wetenschappelijke bijstand bij het onderzoek van het Hydrologisch Informatie Centrum van het Waterbouwkundig Laboratorium van de Vlaamse Gemeenschap. Het Waterbouwkundig Laboratorium en Hydrologisch Onderzoek: voert hydraulische en nautische studies uit inzake waterbouwkundige kunstwerken, havens, rivieren, kust en het milieu; bestudeert het afvoerregime van de belangrijkste, niet aan getij onderhevige rivieren en kanalen in Vlaanderen en voert studies uit die van belang zijn voor het beheer van deze waterlopen inzake kwantiteit; beheert het hydrologisch meetnet en waarschuwt voor overstromingsgevaar van de binnenwateren in Vlaanderen; Met behulp van off line numerieke modellen wordt toegepast onderzoek uitgevoerd om meer inzicht te verkrijgen in de effecten van stormen op de getijvoortplanting, de gevolgen van opperwassen en de effecten van allerlei ingrepen op rivieren en waterlopen in het algemeen. Het Sigmaplan, ter beveiliging van het Zeescheldebekken tegen stormtijen, het Maasdijkenplan, ter beveiliging van het Grensmaasbekken tegen opperwassen en het Kust 2002 - plan ter beveiliging van de Vlaamse Kust werden zo mede op het WLH ontwikkeld. Om de waterafvoer op een meer integrale manier te benaderen heeft het Waterbouwkundig Laboratorium recent het "Algemeen Veiligheidsniveau Vlaanderen " ontwikkeld. Dit niveau is gebaseerd op het principe dat voor heel Vlaanderen op een uniforme wijze waterbeheersingsplannen ontworpen moeten worden op basis van een beveiliging tegen schade in plaats van een beveiliging tegen hoogwaterstanden. Bij middel van numerieke hydraulische en hydrologische modellen, gekoppeld aan GIS - Vlaanderen, wordt dit Algemeen Veiligheidsniveau Vlaanderen momenteel verder uitgewerkt. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Leen COEN • WILLY BAUWENS
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent: Materials and Surface Science & Engineering - MASS Vrije Universiteit Brussel Abstract: SURF: Electrochemistry, Computational Electrochemistry, Corrosion, Surface Engineering, Surface Analysis MST: Physical Materials Science, Metals Technology and Ecological Materials Science Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • HERMAN TERRYN
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent: Translational Imaging Research Alliance - TIRA Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van samenwerking VUB-UGent is het vertalen van onderzoeksresultaten uit fundamenteel onderzoek naar nieuwe klinische toepassingen. Er zijn drie topics waarbij er wordt samengewerkt: 1. Apparatuur voor beeldvorming 2. Beeldreconstructie en analyse 3. Moleculaire probes Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE
Onderzoeksgroep Alliantie VUB-UGent: Interuniversitair Hoge resolutie NMR Centrum - IHNMRC Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nucleair Magnetisch Resonantie voor onderzoek gerelateerd met de chemie, mbt structuur, opbouw en interacties tussen moleculen, nanostructuren, supramoleculaire verzamelingen en macromoleculen.
Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • RUDOLPH WILLEM
Cliffordanalyse: functies van meerdere vectorvariabelen en (Dirac)operatoren van hogere spin Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Wiskunde/Algemene Vakken
Onderzoekers: • Peter Van Lancker
Nieuwe regressietechnieken op basis van zwerm intelligentie Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Beleidsinformatie
Onderzoekers: • Bart Minnaert • Manu De Backer
Nieuwe modelgebaseerde concepten voor nano-engineering van polymeercomposieten. KU Leuven Abstract: Het onderzoeksproject betreft de ontwikkeling van polymeercomposieten die in vergelijking met traditionele composietmaterialen verschillend zullen reageren op externe mechanische belastingscondities. Nieuwe concepten om de schadeopbouw in en het falen van polymeer composietmaterialen tecontroleren, zullen worden voorgesteld en onderzocht met het oog op ultieme schade bestendig gedrag. De focus in het onderzoek ligt op modellering, ontwerpen, productie en karakterisering van koolstof vezel composieten in nano-gestructureerde epoxy matrices. De nano-engineering van de polymeermatrices zal worden gerealiseerd door modelgebaseerde positionering van nano-versterkingen (zoals carbon nanotubes) in hiërarchischgestructureerde epoxy matrices. Organisaties: • Afdeling Polymeerchemie en -materialen
Onderzoekers: • Ignace Verpoest • Stepan Vladimirovitch Lomov • Bart Goderis • Eric Nies • Jin Won Seo
Kernen onder extreme omstandigheden.nbsp; KU Leuven Abstract: De GOA "Kernen onder extreme omstandigheden" heeft drie onderdelen:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp; - Trap enlaser ondersteunde experimentenHet einde van vorige eeuw heeft twee nieuwe experimentele technieken aan belang zien winnen in het kernfysisch onderzoek: laserionisatie gebaseerde spectroscopie en bundelmanipulatie via ion (atoom) vallen (trapsin het Engels). Waar het oorspronkelijk de bedoeling was om deze technieken op het einde van een bundel van exotische kernen te gebruiken, worden ze nu ook meer en meer geïntegreerd in het productieproces. Onze onderzoeksgroepen staan aan de wieg van deze ontwikkelingen en stellen nu een reeks vernieuwende ingrepen voor geconcentreerd rond een aantal belangrijke vragen in de kernfysica en de fysica van de fundamentele interacties.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp; ReactiestudiesReactiewerk met radioactieve ionenbundels wordt aanzien als een van de belangrijkste manieren om het inzicht in de kernstructuur te verdiepen. Uitgaande van de huidige mogelij Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Pieter Van Duppen • Natalis Severijns • Marc Huyse • Gerda Neyens
Eigencolloïden als bouwstenen: fundamentele eigenschappen en toepassingen. KU Leuven Abstract: Op dit moment beginnen de verassende eigenschappen van, transitiemetaaleigencolloiden (TME) pas duidelijk te worden. Onze unieke expertise in stabilisatie van TM oxyhydroxides en in synthese van hierarchische materialen stelt ons in staat om de physicochemische eigenschappen van deze deeltjes te bepalen en ze te gebruiken voor synthese van state-of-the-artkatalysatoren. Dit onderzoek zal toelaten hun vorming en eigenschappen te controleren waardoor ze kunnen gebruikt worden als bouwstenen voor steeds meer gestructureerde materialen die niet alleen katalytische, maar ook vormselectieve eigenschappen bezitten. Deze ambitieuze doelstelling vereist een gedetailleerde fundamentele kennis van de basisprocessen diehet gedrag, de stabiliteit en de aggregatie van deze deeltjes bepalen. De finale doelstelling is dan ook de ontwikkeling van een moleculaire beschrijving van eigencolloïden die verbonden is met globale macroscopische parameters van de colloïdsuspensie. De fundamentele studie van eig Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Ivo Vankelecom • Christine Kirschhock • Eric Breynaert
De ontwikkeling, screening, fotofysische karakterisatie, en toepassing van nieuwe fluorescente probes voor fluorescentiemicroscopie met nanometer-resolutie. KU Leuven Abstract: De aanvrager stelt een project voor dat de systematische ontwikkeling, screening, spectroscopische en fotofysische karakterisatie van nieuwe fluorescente probes voor diffractie-ongelimiteerde fluorescentiemicroscopie omvat.Fluorescentiemicroscopie neemt een unieke plaats in het
onderzoekslandschap in door de mogelijkheid om selectieve, minimaal-invasieve metingen uit te voeren in levende cellen en weefsteld en behoort tot de standaard-uitrusting van elk biofysisch onderzoekslabo. Standaard is deze techniek echter beperkt tot een ruimtelijke resolutie van enkele honderden nanometer door de diffractie van licht, wat zeer groot is in verhouding tot de karakteristieke nanometer-lengteschalen waarop dynamische processen en structurering zich afspelen in levende materie.Recent zijn er echter nieuwe technieken ontwikkeld, mede door de aanvragen, die een diffractie-ongelimiteerde resolutie mogelijk maken. Deze technieken berusten op het gebruik van speciaal ontworpen fluoroforen in combinatiem Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Johan Hofkens • Peter Dedecker
Optimaal ontwerp van repetitieve en iteratief lerende regelaars voor systemen met onzekere parameters. KU Leuven Abstract: Repetitieve regelaars zijn terugkoppelregelaars die de onderdrukking van periodische storigen verbeteren door gebruik te maken van het foutsignaal uit de vorige perioden. Iteratief lerende controle is een verwante open-lus controlestrategie waarin de performantie van een systeem dat eenzelfde taak herhaaldelijk moet uitvoeren, verbeterd wordt door gebruik te maken van het foutsignaal uit de vorige iteraties.Het post-doctoraal onderzoek heeft als doel het ontwikkelen van een algemene methodologie voor het optimaal ontwerp van repetitieve en iteratief lerende regelaars, waarin een optimale afweging gerealiseerd wordt tussen (i) periodische performantie: verbeterde performantie voor de periodische storingen/herhaalde referentiesignalen; (ii) niet-periodische performantie: verbeterde periodische performantie impliceert een versterking van nietperiodische/niet-weerkerende storingen; (iii) duur van het overgangsverschijnsel. In de ontwerpmethodologie wordt tevens rekening gehouden met param Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Joris De Schutter • Jan Swevers • Goele Pipeleers
Tunnelmicroscopie en tunnelspectroscopie van magnetische en supergeleidende nanodeeltjes. KU Leuven Abstract: In het kader van het voorliggend onderzoeksvoorstel worden de morfologische, elektronische, magnetische en supergeleidende eigenschappen van individuele nanodeeltjes bestudeerd met behulp van tunnelmicroscopie en tunnelspectroscopie in ultra-hoogvacuüm en bij lage temperaturen. De eindige grootte en de vorm van de nanodeeltjes zullen hierbij een prominente rol gaan spelen vanwege het optreden van uitgesproken kwantummechanischeopsluitingseffecten. We bestuderen zowel eilanden, gegroeid via zelforganisatie van gedeponeerde atomen op een oppervlak, als clusters, voorgevormd in de gasfase door condensatie van verdampte atomen en vervolgens gedeponeerd met lage energie op een oppervlak. We zoeken hierbij een antwoord op enkele fundamentele vragen zoals bij welke grootte van de nanodeeltjes de overgang van superparamagnetisme naar ferromagnetisme optreedt, welke pariteitseffecten zich voordoen in antiferromagnetische nanodeeltjes en vanaf hoeveel atomen een nanodeeltje supergeleidende eigen Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Christian Van Haesendonck • Koen Schouteden
Het auxine indool-3-azijnzuur als signaalmolecule in bacteriën. KU Leuven Abstract: De synthese van het plantenhormoon indool-3-azijnzuur (IAA) is niet beperkt tot planten. Voor diverse species van bacteriën is de synthese van auxinen, reeds lang gekend. Tot voor kort werd bacteriëel IAA uitsluitend gezien als een effectormolecule, hetzij in relatie tot virulentie (fytopathogenen), hetzij in relatie tot stimulatie van wortelontwikkeling (plantengroeibevordering). Meer recent is de bevinding dat IAA ook een signaalmolecule is in bacteriën en lagere eukaryoten. Voor de plantengroeibevorderende rhizobacterie Azospirillum brasilense werd reeds aangetoond dat de expressie van een sleutelgen in de biosynthese van IAA gereguleerd wordt door het eindproduct IAA. In dit project willen we de signaalfunctie van IAA op moleculair niveau ontrafelen op basis van een transcriptoomanalyse van IAA-geïnduceerde A. brasilense cellen. In een tweede deel zal getracht worden om bacteriële auxinereceptoren en -transcriptiefactoren, die tussenkomen in auxinesignalisatie, te identificeren en Organisaties: • Centr. Microbiële en Plantengenetica
Onderzoekers: • Jozef Vanderleyden • Stijn Spaepen
Aminozuursignalering via de Gap1 transceptor in de gist Saccharomyces cerevisiae. KU Leuven Abstract: Recent werd aangetoond dat de gist Gap1 aminozuurtransporter ook een functie uitoefent als receptor voor aminozuurgeïnduceerde activatie van deprotein kinase A signaalweg. Deze signaalweg controleert vele eigenschappen die geconnecteerd zijn met fermentatieve groei en met stationaire fase. De signaleringsfunctie van de Gap1 transceptor is reeds goed gekarakteriseerd, maar specieke domeinen betrokken bij deze signalering alsookde stroomafwaarts gelegen signaalweg zijn nog grotendeels ongekend. In dit project zullen we gebruik maken van de recente vooruitgang in identificatie van Gap1-interagerende proteïnen om enerzijds domeinen betrokkenbij signalering te identificeren. Anderzijds zullen we zo een beter inzicht proberen te verwerven in de stroomafwaarts gelegen signaalweg. Hiervoor zullen we Gap1 transceptoren trachten te identificeren die verantwoordelijk zijn voor de Gap1-onafhankelijke signalering, alsook zullen we de identificatie bevestigen van door Gap1 getransporteerde aminozure Organisaties: • Afd. Molec. Microbiol. & Biotechnologie
Onderzoekers: • Johan Thevelein • Griet Van Zeebroeck
(Semi-)automatische aggregatie van content. KU Leuven Abstract: In dit project bestuderen we een generische aanpak voor het assemblerenen sequentiëren van digitale content, aangepast aan de noden en wensen van gebruikers. Meer specifiek zal er onderzoek verricht worden naar hetafleiden van hergebruik- en sequentiepatronen van content
aggregaties en modellering van metadata over gebruikers om personalisering mogelijk te maken. Met dit basisonderzoek beoogt het project het ondersteunen van semi-automatische samenstellingen van inhoudscomponenten, met een bijzondere nadruk op de inzet van een dergelijke methodologie op reeds bestaande inhoud, om dynamische aggregatie op grote schaal mogelijk te maken. De aanpak zal gevalideerd worden in twee applicatiedomeinen: technology enhanced (human) learning (TEL) en music information retrieval (MIR). In het TEL-domein omvat het aggregatieproces de selectie en sequentiebepaling van relevant leermateriaal in een leertraject. In het MIR-domein kan semi-automatische aggregatie toegepast worden om muziekafspeellijst Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Erik Duval • Katrien Verbert
Fotofysische karakterisatie en toepassing van nieuwe fluorescent proteïnen (FP) en FP gebaseerde calcium indicatoren. KU Leuven Abstract: Fluorescerende proteïnen (FPs) zijn een klasse van proteïnen die in staat zijn tot de autokatalytische vorming van het fluorofoor na expressie van het overeenkomstige gen, zodat de fluorescentie als het ware genetisch gecodeerd wordt. Deze eigenschap, in combinatie met de bestaande kennis van DNA manipulatie, laat toe om eender welk eiwit in het genoom te labelen met intrinsieke fluorescentie door het gen voor het FP te fuseren aan dat coderend voor het eiwit. Het veld van de biolabeling werd hierdoor gerevolutioneerd. Alle FPs vertonen een complex fotofysisch gedrag wat kwantitatieve data-analyse van deze veel gebruikte merkers bemoeilijkt. De kandidate stelt een project voor waarin de fotofysische karakterisatie van nieuwe FPs (het snelvouwende proteïne Venus) of FP gebaseerde indicatoren (een zogenaamd cameleon-proteïne gebaseerd op een groene donor en rode acceptor voor energietransfer (FRET)) centraal staat. Dezekarakterisatie zal op bulkniveau gebeuren (geavanceerde ultrasnel Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Johan Hofkens • Charlotte David
Verbeterde graanproductie in de Terai regio van Nepal: Evaluatie van beheerstrategieën met behulp van gewasmodellering KU Leuven Abstract: Rijst (Oryza sativa L.), maïs (Zea mays L.) en tarwe (Triticum aestivum L.) zijn de belangrijkste graangewassen in Nepal, samen goed voor meer dan 95% van de graanproductie. De focus van dit onderzoek ligt op de productiviteit van deze drie graangewassen in de NepaleseTerai regio, een gebied dat voor meer dan 70% bijdraagt aan de nationale graanproductie. Ondanks het belang van deze regio voor de voedselproductie is de graanopbrengst er in het algemeen laag, voornamelijk als gevolg van geringe neerslag en/of weinig bemesting. Om de graanproductie in Terai te verbeteren, is goede en evenwichtige toediening van meststoffenen water vereist, daarbij rekening houdend met de lokale beperkingen enmet de behoeften van landbouwers.De belangrijkste doelstelling van dit onderzoek is het begrijpen van de impact van anorganische meststoffen en irrigatie op de opbrengst van de graangewassen in de Nepalese Terairegio. Om gewasgroei en -productie te bestuderen, werd het AquaCrop model geselecteerd en Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Dirk Raes • Okke Batelaan • Nirman Shrestha
Fysicochemische karakterisering van leverpastei en constituenten KU Leuven Abstract: De macroscopische eigenschappen van leverpastei zoals mondgevoel, textuur en stabiliteit zijn voor de consument belangrijke kwaliteitskenmerken. Leverpastei bevat doorgaans een belangrijke hoeveelheid lever (eiwitten) en vetweefsel (vet). Er wordt verwacht dat het functionele gedrag vandeze constituenten van belang is voor de macroscopische eigenschappen van dit product. Dit onderzoek richtte zich op het begrijpen van de onderliggende mechanismen die deze macroscopische eigenschappen van leverpastei bepalen. Niet alleen de fysicochemische karakteristieken van de constituenten maar ook de microstructuur van leverpastei werden bestudeerd. Inzicht in hun respectievelijke relatie tot de macroscopische eigenschappen is immers belangrijk voor het behouden of het optimaliseren van de kwaliteit van het product en bij de ontwikkeling van nieuwe producten (bijvoorbeeld clean label producten).In een eerste hoofdstuk werden de macroscopische eigenschappen van leverpastei (emulsiestabiliteit, textu Organisaties: • M²S Kulak
Onderzoekers: • Imogen Foubert • Hubert Paelinck • Liselot Steen
Archeometrie en archeologie van antieke glas productie: technologie en herkomst van grondstoffen. KU Leuven Abstract: In dit project worden innovatieve technieken ontwikkeld voor de herkomstbepaling van en handel in antiek glas. Dit gebeurt op basis van de combinatie van archeologisch (typologisch) en archeometrisch (isotopengeochemie) onderzoek. In het bijzonder zullen Sr-Nd isotopen gebruikt worden voor onderzoek naar het gebruik van Mediterrane zanden als grondstofvoor primaire glasproductie in zowel het west als oost Romeine Rijk. Daarnaast zal de nieuwe techniek van B isotopen gebruikt worden voor onderzoek naar de herkomst van de flux (smeltmiddel) grondstof in Hellenistisch-Romeinse glasproductie. In het bijzonder zal nagegaan worden of the west Mediterrane gebied (italië, Spanje, Gallië) van Hellenistische tot vroeg Romeinse tijden een primaire glasproductie kende, en of Egyptische natron doorheen de Romeinse periode de enige bron van smeltmiddel was voor het maken van ruw glas. Organisaties: • Afdeling Geologie
Onderzoekers: • Patrick Degryse
Synthese en eigenschappen van fosfaat- en fosfoamidaatbevattende ionische vloeistoffen KU Leuven
Abstract: Ionische vloeistoffen vormen een klasse verbindingen die geheel zijn opgebouwd uit ionen, en hebben een smeltpunt dat lager ligt dan 100 °C. Inhet algemeen vertonen ze interessante eigenschappen zoals een verwaarloosbare dampspanning, hoge thermische stabiliteit, lage ontvlambaarheid, intrinsieke ionische geleidbaarheid en vele anderen. De ionische vloeistoffen worden vooral gebruikt als een aantrekkelijk alternatief reactiemidden dat de klassieke organische solventen kan vervangen. Ionische vloestoffen hebben een toepassing gevonden in verschillende gebieden, voornamelijk omwille van hun afstembare eigenschappen door een grote hoeveelheid aan mogelijke structurele aanpassingen.In dit werk worden nieuwe synthesemethoden voor fosforgebaseerde ionische vloeistoffen beschreven, waarbij het vooral gaat over derivaten met fosfaat- en fosfaat-afgeleideanionen. Eerst worden nieuwe synthesemethoden voor hydrofobe fosfaatgebaseerde ionische vloeistoffen voorgesteld. Een tweestapssynthese wordt Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Wim Dehaen • Justyna Kotlarska
Onderzoek naar de protease inhibitor geïnduceerde regulatie van de vertering op enzymatisch en transcript niveau in twee sprinkhaansoorten,Schistocerca gregaria en Locusta migratoria KU Leuven Abstract: NL-BE">Planten en insecten zijn voortdurend met elkaar in interactie. Protease inhibitoren (PI) vormen een onderdeel van de beschermingsmechanismen van planten om insectenvraat te bestrijden. Ze binden aan de verteringsenzymen (proteasen) van het insect en verstoren zo de normale werking van de proteasen.Vandaar wordenPI beschouwd als kandidaten voor het genetisch modificeren van gewassenom deze insect resistent te maken. Een belangrijk probleem hierbij blijkt echter dat insecten zoals rupsen en kevers vaak aangepast zijn aan deopname van PI, waardoor ze er weinig hinder van ondervinden. De meeste insecten bezitten een breed spectrum aan proteasen, die niet allemaal even goed geblokkeerd worden door de PI. Bovendien zijn de insecten in staat de enzymatische activiteit in hun darm te wijzigen na opname van PI, waardoor de vertering kan verdergezet worden.NL-BE">De mechanismen die aan de basis liggen hiervan zijn nog grotendeels onbekend. Bovendien is de mogelijkheid tot aanpassen aan de Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Jozef Vanden Broeck • Jornt Spit
Moleculaire, farmacologische en functionele karakterisatie van serotonine en dopamine receptors van Tribolium castaneum en Schistocerca gregaria KU Leuven Abstract: Dopamine en serotonine zijn twee belangrijke neuro-actieve stoffen waarvan aangetoond werd dat ze gregair gedrag induceren in solitaire sprinkhanen. Om processen in een cel te beïnvloeden, binden serotonine en dopamine aan receptoren, gespecialiseerde eiwitten op de oppervlakte van de cel. Elke cel bevat genen die coderen voor deze receptoren. De code van deze genen wordt overgeschreven naar zogenaamde boodschapper-moleculen (transcripten) die op hun beurt vertaald worden naar de receptor-eiwitten. Net zoals andere organismen, hebben insecten verschillende types serotonine en dopamine receptoren. Het doel van deze studie was om meer inzicht te verwerven in de eigenschappen en functies van deze receptoren in twee belangrijke plaaginsecten: de kastanjebruine rijstmeelkever (Tribolium castaneum) en de woestijnsprinkhaan (Schistocerca gregaria). De kastanjebruine rijstmeelkever is een belangrijk, globaal plaaginsect van opgeslagen, droog voedsel voor humane en dierlijke consumptie. Het Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Jozef Vanden Broeck • Rut Vleugels
Klinische evaluatie, genetische parameters en de rol van elastin in chronisch progressief lymfoedeem in het Belgisch Trekpaard KU Leuven Abstract: Chronisch progressief lymfoedeem (CPL) is een ongeneeslijke aandoening die verschillende verwante trekpaardrassen wereldwijd aantast, waaronderhet Belgisch Trekpaard. De klinische symptomen zijn typisch gelokaliseerd aan de onderbenen: een zwelling en verharding van de weke delen,die gepaard gaat met blijvende misvormingen en huidafwijkingen zoals dermatitis. Er bestaat een vermoeden dat de gevoeligheid voor CPL gedeeltelijk genetisch bepaald is. Bij het Belgisch Trekpaard bestaat er tot op heden geen uniforme methode om CPL te diagnosticeren en dit belemmert deschatting van prevalentie en genetische parameters voor CPL. Indien CPLgenetische bepaald is, zou selectie idealiter gebaseerd zijn op DNA merkers (een bepaalde gekende afwijking in de genetische code, die vroegtijdig opgespoord kan worden). Daarom werden in deze studie de nodige stappen ondernomen om de huidige stand van zake van CPL in het Belgisch Trekpaard in kaart te brengen, en, om de genetische achtergrond te bepalen via Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Nadine Buys • Kirsten De Keyser
Een aanbod gerichte analyse van stedelijke (her)ontwikkeling in China door middel van Smith's 'rent gap' theorie KU Leuven Abstract: Stadsontwikkeling in Chinese steden is ontstaan op het einde van de jaren 1990 en werd algauw een belangrijk onderzoeksveld. Van dan af werden neoklassieke Europese en Amerikaanse theorieën breed toegepast in de studie van Chinas stedelijke herontwikkeling. Dergelijke studies delen eennadruk op consumentenvoorkeuren en de beperkingen waarbinnen die wordengerealiseerd. Deze vraaggestuurde benadering is echter weinig aangepastaan Chinese contexten, gelet op de bijzondere systemen van grondeigendom en planning in China, die grondeigenaars en leveranciers een bevoorrechte positie geven in vastgoed(her)ontwikkeling Vraaggerichte theorieënslagen er bijgevolg niet in een overtuigende verklaring te geven voor stedelijke herontwikkeling in China. Een alternatief analytisch instrument, zoals Smiths rent gap theorie (RGT) die een aanbodgericht perspectief hanteert, wordt daarom geïntroduceerd. In 1979 publiceerde Neil Smith zijn artikel Naar een theorie van sociale verdringing: een terug n Organisaties: • Departement Architectuur
Onderzoekers: • Frank Moulaert • Zhe Gao
X-stralen CT om inwendige structuren in appel te detecteren. Van hoge-resolutie beelden van 3D microstructuren tot snelle screening tools KU Leuven Abstract: De afgelopen jaren heeft de trend naar gezondere voeding het consumptiepatroon veranderd, en is de Belgische consument opnieuw meer fruit en groenten gaan eten. Appels blijven veruit het meest populaire fruit, met een gemiddeld verbruik van bijna 10 kg per inwoner in 2013. Peren staan op de vijfde plaats, met een jaarlijkse consumptie van bijna 3 kg. Consumenten willen het hele jaar door een aanbod van hoogwaardige, verse vruchten. Om een constante aanvoer van vers hardfruit te verzekeren, worden appels en peren na de oogst opgeslagen onder gecontroleerde atmosfeer (CA) om het rijpings- en verouderingsproces te vertragen. Hierbij wordt hetO2-gehalte gereduceerd, het CO2gehalte verhoogd, en de temperatuur verlaagd. Echter, wanneer de bewaarcondities te extreem zijn, kunnen inwendige fysiologische ziekten optreden, voornamelijk bij gevoelige cultivars. Vermits deze aandoeningen geen externe symptomen veroorzaken is het onmogelijk om aangetaste vruchten te onderscheiden en vervolgens te Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Martine Wevers • Bart Nicolai • Els Herremans
Nano-gestructureerde oppervlakken voor de specifieke aanhechting van biomoleculen. KU Leuven Abstract: De immobilisatie van biomoleculesn op oppervlakkten speelt een belangrijke rol i.m. in biosensoren, katalyse, tissue-engineering, bioseparatie en bio-elektronica en heeft een belangrijke invloed op het gedrag van debiomoleculen en op de werking van het uiteindelijke device. Een goede controle over de immobilisatie van biomoleculen is dus van groot belang en in dit werk gaat bijzondere aandacht uit naar de optimale dichtheid van biomoleculen op het substraat waarbij we streven naar een controle op het niveau van indidivuele moleculen. Metalen nanoclusters met afmetingen van de orde 1-10 nm en gedeponeerd op een oppervlak werden recent voorgesteld als een zeer geschikt substraat voor de gecontroleerde immobilisqtie van biomoleculen (Palmer, et al., 2007). De unieke eigenschappen van nanoclusters die voortvloeien uit hun kleine afmetingen kunnen bovendien nuttig zijn voor de directe chemisorptie van individuele biomoleculen. Bovendien, als deze nanoclusters - in een patroon naar wens - al Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Margriet Van Bael • Johan Snauwaert • Tobias Peissker
Ontrafeling van de biosynthese van een polyketide-antibioticum uit Serratia plymuthica stam RVH1. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Christiaan Michiels • Rob Lavigne • Abram Aertsen • Joleen Masschelein
In vitro blootstelling aan stress als een instrument voor de optimalisatie van de cryopreservatie van Solanum spp. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Rony Swennen
Top-down synthese en karakterisatie van magnetische nanopartikels voor biologische toepassingen KU Leuven Abstract: Het onderzoek naar nanopartikels is de laatste decennia exponentieel toegenomen. Als therapeutisch middel worden ze aangewend voor doelgerichtetoediening van geneesmiddelen. In medische diagnostiek laten nanopartikels dan weer toe om de gevoeligheid en specificiteit te verbeteren van biologische assays en medische beeldvorming zoals MRI en CT. Ondanks het vele onderzoek zijn de huidige partikeleigenschappen voor de meeste toepassing niet ideaal en is verdere optimalisatie nodig. Magnetische nanopartikels die gebruikt worden als contrast agentia in MRI zijn bijvoorbeeld beperkt in grootte wat bijgevolg de gevoeligheid in MRI limiteert. De in CT aangewende gouden nanopartikels leiden onder dezelfde beperkingen en induceren lage signaalversterkingen. Om aan deze limiteringen tegemoet te komen was het doel van dit onderzoek om een nieuw nanopartikeltype te ontwikkelen dat geoptimaliseerd was om een hoge gevoeligheid te induceren in MRI- en CT-toepassingen.In dit werk werden, gebruik makend Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Jeroen Lammertyn • Liesbet Lagae • Ruben Van Roosbroeck
Mechatronische systemen voor optimale dunning bij peer KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Josse De Baerdemaeker • Niels Wouters
Teledetectie en analyse van bosveranderingen met Landsat satellietbeelden, toepassing in de Roemeense Karpaten Ecoregio KU Leuven Abstract: Veranderingen van bosareaal en bossamenstelling hebben belangrijke gevolgen voor verschillende landschapsfuncties en hun bijbehorendeecosysteemdiensten. Wereldwijd zijn contrasterende trends in de evolutie van het bosareaal geobserveerd: sommige landen zijn aan het vergroenen, terwijl andere landen nog in een duidelijke fase van ontbossing zijn. De detectie en kartering van veranderingen van bossen is niet vanzelfsprekend omdat het vaak gaat over landschappen in een overgangsfase die worden gekenmerkt door onregelmatige temporele fluctuaties en een gefragmenteerde ruimtelijke structuur. Bovendien worden de grootste bosdynamieken vaak waargenomen in afgelegen berggebieden, watnauwkeurige detectie en inventarisatie op basis van veldwerk bemoeilijkt. Teledetectie technieken lijken de meest aangewezen technieken om dynamieken in het bosareaal te detecteren en te kwantificeren. Gedurende de voorbije 50 jaar werden een grote hoeveelheid beelden opgenomen door multispectrale en hyperspectrale Organisaties: • Afdeling Geografie
Onderzoekers: • Anton Van Rompaey • Steven Vanonckelen
Conflict en conflictoplossing bij de sociale insecten KU Leuven Abstract: Bij de sociale insecten kan er conflict ontstaan tussen de koningin en de werksters, omdat sommige werksters zich ook kunnen proberen voort te planten. Als er een koningin in de kolonie aanwezig is kunnen werksters elkaars voortplanting echter verhinderen door agressie ten opzichte van de reproductieve individuen en het opeten van diens gelegde eitjes. Op deze manier zal enkel het broed afkomstig van de koningin worden grootgebracht. Wanneer de koningin sterft of geen eitjes meer kan leggen, zullen de werksters stoppen met dit gedrag en zelf beginnen met eileg. Ze hebben dus duidelijke signalen nodig die aangeven dat er een koningin aanwezigheid is en dat ze nog vruchtbaar is. Bij hommels, wespen en mieren blijken er structureel verwante feromonen (eenvoudige koolwaterstoffen of alkanen) voor te komen op de cuticula van koninginnen die haar aanwezigheid signaleren en de voortplanting van de werksters onderdrukken. Deze signalen blijken heel sterk geconserveerd te zijn doorheen de evolu Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Tom Wenseleers • Annette Van Oystaeyen
Design en synthese van alfa-helix peptidomimetica KU Leuven Abstract: Proteïne-proteïne interacties genieten steeds meer belangstelling voorfarmaceutische toepassingen. We hebben getracht om bij te dragen aan manieren om deze complexe interacties te moduleren door gebruik te makenvan minimalistische alfa-helix mimetica. Deze moleculen hebben een basisskelet dat aminozuurzijketens kan projecteren op een topologisch gelijkaardige manier als bij een alfa-helix. De basisarchitectuur van dit skelet is een multimeer van kleinere hetero(cyclische) monomeren die viaeen modulaire synthesestrategie werden gekoppeld. Hiervoor werd gebruikgemaakt van een palladiumgekatalyseerde aminocarbonyleringsreactie om de nodige amidebinding te maken. De monomeren werden ontwikkeld zodanig dat aminozuur zijketens, ook deze met reactieve functionele groepen, eraan gekoppeld konden worden. Verder was ook de optie voorzien om andere functionaliteiten in te bouwen op het basisskelet met het oog op post-modificatie.Flowchemie werd gebruikt om ons arsenaal aan synthesetechnieken uit Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Wim De Borggraeve • Brecht Egle
Karakterisatie van laat-diagenetische dolomieten: petrografie en geochemie met speciale aandacht voor Sr- en Mgisotopen. KU Leuven Abstract: De wetenschappelijke en economische interesse in koolwaterstofreservoirs gerelateerd aan grof kristallijne dolomiet en zebradolomiet (CCZ), dievaak worden geïnterpreteerd als hydrothermale dolomieten, is de laatstejaren sterk toegenomen. Sr-, Mg- en Fe-isotopenanalyses aan de hand van(LA-)MC-ICP-MS ((Laser Ablation) Multi Collector Inductively Coupled Plasma Mass Spectrometry) zullen gebruikt worden om de oorsprong te achterhalen van de Mg-rijke fluïda die geleid hebben tot de vorming van CCZ-dolomieten. Een groot aantal dolomiettypes zal worden bestudeerd (i.e. zowel gevallen die reeds vroeger werden bestudeerd door het Leuvense team als materiaal van over de ganse wereld, beschikbaar gesteld door collega#s in het kader van collaboratief onderzoek). Een aantal settings zullen geselecteerd worden waar de Mg-rijke fluïda mogelijk kunnen gerelateerd worden aan fluïda die hebben geïnterageerd met ultramafische of mafischegesteenten of hun metamorfe equivalenten. Voor elke afzetting zal ee Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Rudy Swennen • An De Cleyn
Transport van opgelost Silicium in bovenstroomse bekkens met verschillend landgebruik. KU Leuven Abstract: Opgelost Silicium (Si) is een belangrijk nutriënt voor een deel van de planktonpopulatie in natuurlijke watersystemen. In oceanen is Si grotendeels afkomstig van het rivierensysteem. De Si-afvoer door rivieren is afhankelijk van het landgebruik: bossen voeren meer Si af dan landbouwgebieden. Mogelijke oorzaken hiervoor werden in vorige onderzoeken gesuggereerd maar zelden geanalyseerd.Biogeen Si (BSi) is een belangrijke bron voor opgelost Si in de bodems. Het wordt gevormd door planten en komt in de bodem terecht nadat de plant verwelkt. Omdat er meer BSi in bosbodems is dan in akkers, wordt het verschil in hoeveelheid BSi in de bodem als hoofdoorzaak gegeven voor de verschillen in Siafvoer. Een uitlogingstest werd opgesteld: in dit experiment werden kolommen met bodem gevulden doorstroomt met regenwater. Sommige kolommen werden gevuld met bos- of akkerbodems die BSi bevatten. Andere kolommen met bos- of akkerbodem zonder BSi. Het experiment bevestigde dat BSi een belangrijke bron is Organisaties: • Afdeling Geologie
Onderzoekers: • Alain Dassargues • Okke Batelaan • Benedicta Ronchi
Evolutionaire ecologie van de gaffelwaterjuffer tijdens areaaluitbreiding KU Leuven Abstract: mso-ansi-language:NL-BE"lang="NL-BE">Onder invloed van de huidige klimaatsopwarmingondervinden veel soorten een noordwaardse opschuiving van hun areaal.Populaties aan het uitbreidingsfront zijn onderhevig aan andere selectiedrukkenin vergelijking met populaties in de kern van het verspreidingsgebied en ditkan een grote invloed hebben voor de evolutie van kenmerken aan hetuitbreidingsfront. Het vaststellen van veranderingen in fenotypische kenmerkkentijdens areaaluitbreiding is belangrijk omdat dergelijke veranderingen desnelheid van verdere areaaluitbreiding kunnenbepalen. Daarbovenop kunnendergelijke fenotypische veranderingen degevoeligheid voor stressoren enbiotische interacties (zoals competitie en predatie) aan het uitbreidingsfrontbeïnvloeden.mso-ansi-language:NL-BE" lang="NL-BE">In verschillende studies documenteerde ikveranderingen in vlieggerelateerde kenmerken die suggereren dat adulten aan hetuitbreidingsfront van Coenagrion scitulumeen beter vliegvermogen hebben. Ik vond ee Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Robby Stoks • Lieven Therry
Stabiliteit van bimetallische clusters en ontwikkeling van een magnetische-deflectie-opstelling KU Leuven Abstract: A possible way to produce new nanostructured materials with specifically designed properties is based on bottom-up growth using nanometer-sizedparticles (nanoclusters) as new elementary building blocks. This way, equilibrium as well as non-equilibrium systems can be produced, dependingon the growth conditions. Starting from the gas phase, nanoclusters canbe produced with a huge flexibility regarding composition, materials choice and cluster size. A natural next step is to use such nanoparticles as building blocks to assemble new materials. The use of specific size-selected nanoparticles has an important impact on the physical (e.g. optical) and chemical properties of these nano-assembled materials (e.g. by codeposition within an organic matrix). Of particular interest in this context are so-called superatoms, which exhibit enlarged stability and related size- and composition-dependent properties (e.g. endohedrally doped metal or semimetal caged nanoclusters). In this research we will Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Peter Lievens • Ewald Janssens • Tung Nguyen Thanh
Daphnia parasite coevolution in a dynamic environment. KU Leuven Abstract: Normal 0 false false false EN-US X-NONE X-NONE MicrosoftInternetExplorer4 font-family:'Times New Roman','serif';mso-fareast-fontfamily:'Times New Roman';mso-ansi-language:NL;mso-fareast-language:EN-US;mso-bidi-language:AR-SA" lang="NL">Het isalgemeen bekend'Times New Roman','serif';mso-fareast-font-family:'Times New Roman';mso-ansi-language:NL;mso-fareast-language:EN-US;mso-bidilanguage:AR-SA" lang="NL"> dathet voorkomenen verspreiden van infectieziektes in gastheerpopulaties kan afhangenvan de nutritionele conditie van de gastheer. De mate en op welke manier voeding en voedingskwaliteit bijdraagt totde dynamieken van dierlijke infectieziektes, blijftechter onduidelijk.In deze studie hebben we ons gerichtop het ecologish modelorganisme Daphnia, eeninvertebrate gastheer die gekarakteriseerd wordt door de aanwezigheid van verschillendesymbiotische en parasitaire taxa. Bovendien is het eenvoudig om devoedselkwaliteit temanipuleren, gezien Daphniagevoed kan worden met verschillende types Organisaties: • Faculteit Wetenschappen Kulak
Onderzoekers: • Ellen Decaestecker • Benjamin Lange
UV vernette semi-interpenetrerende polymeernetwerken (SIPN) als membranen voor SRNF toepassingen KU Leuven Abstract: De groeiende markt van vloeistof- en gasscheidingen (GS) vraagt om een verbetering van de huidige membranen en/of de ontwikkeling van nieuwe membranen. In het geval van GS zijn de anti-weekmakende eigenschappen van het membraanpolymeer cruciaal, terwijl voor bijvoorbeeld solventresistente nanofiltratie (SRNF) solventstabiliteit belangrijk is, inclusief de stabiliteit in een breed pH-gebied en bij hoge temperatuur. In de synthese van composietmembranen voor eender welke membraantoepassing is de steunlaag best chemisch zo stabiel mogelijk om het aanbrengen van de selectieve laag vanuit eender welk solvent mogelijk te maken,of ook om eender welke chemische of thermische nabehandeling toe te laten. Al deze zeer diverse aspecten vereisen de implementatie van vernetting in de membraansynthese. De meest typische methode maakt gebruik van chemische vernetting, waarbij een chemische reactie tussen een membraanpolymeer ( bijvoorbeeld polyimide) en een crosslinker (bijvoorbeeld een diamine) optre Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Ivo Vankelecom • Izabela Struzynska-Piron
Elektrochemisch onderzoek naarnbsp;voor energie opslag KU Leuven Abstract: 1. Investigation of large surface area Carbon Nanosheets Carbon Nanosheets (CNS) are the latest addition to the nanostructured carbonmaterials family. CNS are built up from layers of two dimensional sp2-bonded carbon atoms. A CNS single sheet consists of only few layers of graphene standing vertically on the substrate and can be a few nanometer to tens of nanometers thin.nbsp;CNS together form a self-supported, high aspect ratio interconnected and conductive network of nano graphitic carbon with high electrical conductivity and large specific surface area . These properties make CNS layers suitable as current collectors and electrodes in energy storage applications . 2. Poly(phenylene) oxide as solidstate electrolyte thin-films for Li-ion batteries Poly(phenylene) oxide (PPO) is 10-20 nm thin, pinhole-free insulating film which has viscoelastic properties toaccommodate moving ions. In combination with a Li-salt,nbsp; PPO composite can be used as a solid state electrolyte. ThePPO can
Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Marc Heyns • Stella Deheryan • Philippe Vereecken
Foto-elektrochemische studie van n-GaN voor water foto-elektrolyse KU Leuven Abstract: Waterstof is veelbelovend als hernieuwbare chemische brandstof voor hetgenereren van elektriciteit en aandrijfkracht, ter vervanging van fossiele energie. Water foto-elektrolyse, met behulp van halfgeleider-katalysatoren, is een duurzame en zuivere methode om waterstof te produceren. Door de juiste ligging van de energie banden ten opzichte van de water redox potentialen, krijgen GaN-gebaseerde halfgeleiders veel aandacht voorde toepassing van zelf-aangedreven water foto-elektrolyse.In dit proefschrift worden de foto-elektrochemische eigenschappen van nGaN behandelt. Onder belichting absorbeert n-type GaN supra-bandkloof licht en genereert vrije ladingsdragers. Foto-gaten nemen deel aan de volgende activiteiten op de n-GaN anode: (a) oxidatie van reductoren in de oplossing,(b) foto-corrosie van GaN, (c) oppervlakte recombinatie en (d) ladingsdrager recombinatie in de bulk. Alleen het eerste proces is wenselijk in de toepassing van foto-elektrolyse. Br- werd als reducerend middel aan d Organisaties: • Afdeling Halfgeleiderfysica
Onderzoekers: • Gustaaf Borghs • Philippe Vereecken • Wei-Jhih Tseng
Vortex materie in één en twee-componenten nano-supergeleiders KU Leuven Abstract: We shall investigate nanostructured single-component (reference system,low-Tc superconductors) and two-component superconductors with antidot lattices of different geometries and sizes. Moreover, the two-component superconductivity will be modeled by using the S1/S2 bi-layers where S1 and S2 are two superconductors with different coherence lengths and the London penetration depths. For that purpose Al/Pb, Al/Nb bilayers will be used. The recent theoretical predictions of the non-composite vortex state will be experimentally verified. We shall fabricate antidot lattices by using modern techniques (e-beam lithography, in collaboration withIMEC, self-assembly, self-organized templates). Integrated response techniques, advanced local techniques with nanoscale resolution and state-of-the-art simulation and modeling of confined condensate and flux as well as their dynamics in different artificially nanoengineered confined geometries will be used to reveal novel phenomena appearing in nanost Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Victor Moshchalkov • Paulo José de Sousa Pereira
A contextual data quality analysis for credit risk management in financial institutions. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG LIRIS Leuven
Onderzoekers: • Wilfried Lemahieu • Helen Tadesse Moges
Cellulaire en moleculaire dysfuncties in het Fragiele X Syndroom: inzichten in de functie van CYFIP1 en Amyloide Precursor Proteine KU Leuven Abstract: De juiste ontwikkeling van neuronale verbindingen (synapsen) is essentieel voor de hersenfuncties. Het slecht functioneren van de neuronale verbindingen wordt geassocieerd met een verminderde kennis. Verschillende neurologische aandoeningen zoals het syndroom van Down, autisme spectrum stoornis, de ziekte van Alzheimer en het Fragiele X syndroom worden gekenmerkt door synaptische disfuncties en worden aangeduid als "synaptopaties". Tijdens mijn doctoraatsonderzoek bestudeerde ik de moleculaire basis van een synaptopatie, het Fragiele X syndroom.Het fragiele X syndroom is een neurologische aandoening waarbij mentale retardatie en autisme optreedt. De ziekte wordt veroorzaakt door het verlies van het eiwit FMRP, dit eiwit regelt de productie van nieuwe eiwitten in zenuwcellen (neuronen) en in de kleine uitstulpingen (dendritische spines) die de synapsen vormen. Verlies van FMRP hindert de spine functie waardoor de neuronen niet goed kunnen communiceren wat een cognitieve vertraging bij k Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Bart De Strooper • Claudia Bagni • Emanuela Pasciuto
Identificatie en validatie van eiwit interactiepartners en substraten van PINK1 en LRRK2, twee kinasen gelinkt aan de ziekte van Parkinson. KU Leuven Abstract: De ziekte van Parkinson (PD) is een veel voorkomende neurodegeneratieveaandoening die wereldwijd meer dan vier miljoen personen treft. Tot op heden zijn de exacte ontstaansmechanismen van PD nog niet volledig gekend. De huidige therapie verbetert de motor symptomen maar kan de progressie van de ziekte niet vertragen. In de afgelopen 17 jaar heeft de identificatie van mutaties in genen die PD kunnen veroorzaken enorm bijgedragen tot inzichten in de pathologie van PD. Wij geloven dat inspanningen omde moleculaire processen die aan de basis liggen van deze genetische vormen van PD beter te begrijpen, zal leiden tot de ontdekking van therapeutische strategieën. In 2004 zijn mutaties met een autosomaal recessief overervingspatroon in PINK1 geïdentificeerd in families met juveniele PD. PINK1 is ser/thr kinase met een Nterminaal mitochondriaal lokalisatiesignaal en een centraal kinase domein. Er werd aangetoond dat PINK1 eenrol speelt bij de regulatie van mitochondriale functie. Mutaties in Organisaties: • Onderzoeksgr_Neurobio_en Gentherapie
Onderzoekers: • Veerle Baekelandt • Chris Van Den Haute • Jean-Marc Taymans • Lauran Reyniers
Ontwikkeling van Abl1 assays met behulp van vloeistofchromatografie en verschillende detectoren KU Leuven Abstract: Zoals toegelicht in hoofdstuk 1 is fosforylering eenzeer belangrijke post-translationele modificatie, die een rol speelt insignaaltransductie en de werking van de cel. Fosforylering wordt in cellen gemedieerd door PKs en mutaties in deze PKs kunnen bepaalde ziektes veroorzaken of er het gevolg van zijn. Gedurende de laatste jaren heeft men sterk ingezet op de studie van deze enzymen om pathologische mechanismes te onderzoeken en geschikte geneesmiddelen te vinden ter behandeling van deze ziektes. Meer dan 20 kinase inhibitoren werden intussen goedgekeurd door de USFDA (situatie einde 2013), waaronder IM voor de behandeling van CML. Niettegenstaande dit succesvol molecule is het nog steeds noodzakelijk om andere inhibitoren te ontwikkelen ter behandeling van ziektes waarbij PKs abnormaal functioneren. Abl1 is een nietreceptor tyrosine kinase en het hybride Bcr-Abl fusie genwordt teruggevonden in de meeste patiënten met CML en in sommige patiënten met acute lymphoblastische leukemie (AL Organisaties: • Farmaceutische Analyse
Onderzoekers: • Erwin Adams • Ann Van Schepdael • Hui Chen
Roostermodellen voor kwantumgassen met spin-onevenwicht. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doctoraatsproject bestaat uit drie delen. In het eerste deel zal het effect van spin-onevenwicht in geordende roosters, met één toestand per roosterpunt en twee soorten fermionen, worden bestudeerd. Dit zal gebeuren via mean-field theorie en met het padintegraalformalisme. Een tweede deel zal bestaan uit de analyse van "magnetische" systemen: geordende roosters met twee toestanden per roosterpunt. Het doel van dit deel is het bepalen van de precieze voorwaarden waarbij in dit systeem een kwantum-faseovergang optreedt, van een geordende spintoestand naar een spin-vloeistof. In het derde deel wordt de theorie uit de eerste twee delen van het project veralgemeend, van een geordend rooster naar een schaalvrij rooster. Hierbij kan het 'small-world' effect een belangrijke rol spelen. Deze veralgemening is ook interessant omwille van de vele toepassingen bij de studie van complexe netwerken. Organisaties: • Theorie van kwantumsystemen en complexe systemen
Onderzoekers: • Jacques Tempere • Jeroen Devreese
Synthese en biologische evaluatie van (+)-epiquinamide en analogen. Universiteit Antwerpen Abstract: (+)-Epiquinamide is een natuurproduct dat in 2003 werd geïsoleerd uit de huid van de Ecuadoriaanse pijlgifkikker Epipedobates tricolor. Er werd gerapporteerd dat het een grote selectiviteit bezit voor de 2 nAChRs (nAChR = nicotine acetylcholine receptor). Het is een voorbeeld van een nieuwe structurele klasse van nicotine agonisten en vormt daarom een interessante lead compound voor de ontwikkeling van nieuwe nAChR therapeutische verbindingen. Daar er nog geen (gesubstitueerde) analogen van (+)-epiquinamide gepubliceerd werden en er twijfel is gerezen over de initieel gerapporteerde activiteit, is een grondigere studie van het quinolizidine basisskelet van het natuurproduct van belang. De huidig beschikbare syntheseroutes zijn niet geschikt voor de aanmaak van (+)-epiquinamide analogen daar ze te veel synthesestappen vereisen of gebaseerd zijn op bouwstenen die moeilijk derivatisering toelaten. In het kader van dit doctoraatsproject wensen we daarom een nieuwe enantioselectieve syntheseroute voor (+)epiquinamide te ontwikkelen, die bovendien op een eenvoudige manier derivatisering van het quinolizidine basisskelet toelaat. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Bert Maes • Veerle Smout
Zoektocht naar ADD-gravitonen met CMS-experiment bij de LHC. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project stel ik voor om het bestaan van gravitonen, zoals voorspeld in het ADD-model, te onderzoeken via de jet+MET ("missing transverse energy")-eindtoestand in proton-proton interacties bij de LHC-versneller. Gebruik makend van de CMS-detector, de Belgische GRIDinfrastructuur en mijn eerdere ervaring in de experimentele hoge-energiefysica, opgedaan tijdens mijn opleidingen tot bachelor en master in de fysica,wil ik de botsingsgegevens die gekarakteriseerd worden door de mono-jet signatuur verzamelen en analyseren. Hiertoe wens ik een optimalisatie van de trigger- en analyse-algoritmes door te voeren gebaseerd op de eerste gegevens verzameld door de CMS-detector en het eerdere werk gebaseerd op Monte Carlosimulaties (uitgevoerd door o.a. Marco Cardaci) verder te zetten. Organisaties: • Elementaire-Deeltjesfysica
Onderzoekers: • Pierre M S J Van Mechelen • Thomas Maes
Protocols voor draadloze multimedia sensornetwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel het opstellen van principes voor algoritmen en protocols gerelateerd met medium access controle, routering en resource allocatie in draadloze multimedia sensornetwerken die toelaten QoS provisionering te ondersteunen, rekening houdend met de karakteristieken van multimedia stromen en van draadloze sensornetwerken. Deze mechanismen zijn gedistribueerd, schaalbaar en passen zich aan aan de dynamiek van het netwerk. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers:
• Christian Blondia • Daniel van den Akker
Cysteïne protease inhibitoren voor protozoaïre infecties: metacaspasen als veelbelovende, nieuwe doelwitten. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit doctoraatsonderzoek is design, synthese en evaluatie van TbMCA inhibitoren met een selectieve inhibitorische activiteit op het enzyme in de grootteorde van 10-8 - 10-9 M, een inhibitorische activiteit op Trypanosoma brucei in de grootteorde van 10-6 - 10-7 M en een verwaarloosbare cytotoxiciteit. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns • Matthias Breugelmans
Refactoren in talen met ondersteuning voor multi-dimensional separation of concerns. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel refactoring te bestuderen voor talen met ondersteuning voor "multi-dimensional separation of concerns" (MDSoC), waaronder aspectgeoriënteerde en contextgeoriënteerde talen. MDSoC talen bieden krachtige constructies om software op een betere manier op te delen in verschillende concerns, waardoor het makkelijker wordt om software te ontwikkelen en te onderhouden. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Dirk Janssens • Tim Molderez
Fysiologische gebaseerde farmacokinetische modellen voor de opstapeling vna microcontaminanten en immunologische effecten in gewone zeehonden (Phoca vitulina) en gewone bruinvissen (Phocoena Phocoena). Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstellingen: Ontwikkeling van een fysiologisch (bioenergetisch) model voor de lange termijn opname en accumulatie van prioritaire microcontaminanten door de zeehond. Evaluatie van het model door vergelijking van voorspellingen met analyseresultaten van microcontaminanten in bloed en biopsie (levende dieren) en andere weefsels (dode dieren). Bepaling van conditie van zeehonden aan de hand van algemene conditie-indices en meer specifieke indicatoren van homeostase en stress door analyse van bloedstalen met bijzondere aandacht voor endocriene effecten en immuniteit. Leggen van verbanden tussen blootstelling, accumulatie en effecten. Door vergelijking van de resultaten bekomen uit analyse van dieren uit verschillende gebieden en gebruikmakende van multi-variate technieken zullen we ook nagaan of het mogelijk is de oorzaak van de effecten op eenduidige wijze te identificeren. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Adrian Covaci • Liesbeth Weijs
Impact van macrofyten op de biobeschikbaarheid van metalen aanwezig in riviersedimenten. Universiteit Antwerpen Abstract: De algemene doelstelling van dit onderzoek is om inzicht te verkrijgen in de interactie tussen de dynamiek van macrofyten, sedimenten en zware metalen, en de impact hiervan op de waterkwaliteit. Deze centrale vraagstelling wordt aangevuld met het inschatten van de impact van een bijkomende druk in de vorm van verhoogde zoutconcentraties. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Eric de Deckere • Kenneth Van den Bergh
Niet-commutatieve deformaties van gesatureerde ruimten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Wendy Lowen • Olivier De Deken
Beeldvormende macro-XRF: Instrument optimalisatie en verhoging van de diepte-selectiviteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Het voorgestelde onderzoek beoogt het optimalizeren van een meetopstelling voor het uitvoeren van metingen, die zowel met synchrotron- als met laboratorium X-stralen bronnen zal kunnen gebruikt worden, en het gebruik ervan voor analyse van 15e tot 20e eeuwse olieverfschilderijen. Buiten het reduceren van de totaal benodigde meettijd via het parallel gebruik van meerdere XRF detectoren, is het tevens de bedoeling om mogelijkheden tot diepte-discriminatie in de meetopstelling in te bouwen, ofwel door uitbuiting van specifieke detectie-geometrieën, ofwel door het gebruik van confocale optica. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens • Matthias Alfeld
Stabiliteit van eindige differentiemethoden op niet-uniforme roosters voor partiële differentiaalvergelijkingen uit de financiële wiskunde. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van ons onderzoeksproject is om theoretische stabiliteitsresultaten af te leiden voor eindige differentiemethoden op algemene niet-uniforme roosters. Hierbij beschouwen we diverse toepassingen in de financiële wiskunde, allereerst de zeer bekende 1-dimensionale BlackScholes vergelijking en vervolgens meerdimensionale partiële differentiaalvergelijkingen zoals het Heston-Hull-White model. De resultaten van ons onderzoek zullen we voortdurend illustreren aan de hand van numerieke experimenten. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Karel In't Hout • Kim Volders
C-H...pi versus C-H...n interacties: een experimentele en theoretische studie van halogeenbruggebonden complexen tussen orgnaische halogeniden en (hetero)aromatische modelsystemen. Universiteit Antwerpen Abstract: Experimentele gegevens omtrent het voorkomen, de stoichiometrie, de relatieve stabiliteit en de ruimtelijke structuur van C-X...¿ halogeenbrug gebonden complexen worden bekomen via een infrarood- en Ramanstudie van cryogene oplossingen, vaste matrices en moleculaire kristallen. De halogeendonoren die bestudeerd worden zijn CF3I, CF3Br en CF3Cl. De (hetero)aromatische modelsystemen zijn benzeen, pyrrool, furaan en thiofeen. De experimentele studie wordt ondersteund door ab initio berekeningen, Monte Carlo simulaties en Moleculaire Dynamica berekeningen. Voor de complexen met furaan en thiofeen kunnen naast C-X...¿ gebonden complexen ook C-X...n gebonden complexen gevormd worden waarbij n refereert naar het vrije elektronenpaar op zuurstof of zwavel. Voor deze verbindingen wordt nagegaan welke complexen preferentieel gevormd worden en of beide type complexen simultaan kunnen voorkomen. Organisaties: • Cryospectroscopie
Onderzoekers: • Benjamin Van Der Veken • Wouter Herrebout • Nick Nagels
Een studie vna nieuwe kwantitatieve convergentistructuren in de kanstheorie en hun toepassingen in de stochastische analyse en de niet-parametrische en parametrische statistiek. Universiteit Antwerpen Abstract: Een eerste pijler is de theoretische studie van enkele kwantitatieve convergentiestructuren in maattheoretische context, in het bijzonder op ruimten van kansvariabelen en kansmaten. We bestuderen in de eerste plaats nieuwe structuren die meer inzicht verschaffen in de pWassersteinmetriek, die momenteel zowel wat betreft haar toepassingen als haar structurele aspecten actief onderzocht wordt. Een tweede pijler is het toetsen van de theoretische kennis aan verscheidene toepassingen in de stochastische analyse (convergentie van Fellerprocessen, martingalen en oplossingen van stochastische differ-entiaalvergelijkingen) en de statistiek (convergentie van reguliere schatters in parametrische en niet-parametrische modellen). Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Ben Berckmoes
Ontwikkeling van nieuwe exchange-correlatie functionalen en introduceren van fractionele bezettingen in KS-DFT. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit project is het ontwikkelen van nieuwe exchange-correlatie functionalen, gebruikmakend van data uit post-HF gecorreleerde methoden. Het project is ingedeeld in drie fasen, waarbij in de eerste fase een exchange-functionaal zal ontwikkeld worden die in staat is om de exacte Hartree-Fock exchange-energie te reproduceren, gebaseerd op ideeën voorgesteld door Springborg en Dhal in 1999 welke echter tot op heden niet geïmplementeerd werden. In de tweede fase zal, met een gelijkaardige werkwijze, een correlatie-functionaal ontwikkeld worden, gefit op de MP2 energie-correctie. Hierbij is een uitbreiding tot hogere ordes in een later stadium mogelijk. In de derde en belangrijkste fase van het project zullen ook de elementen van de MP2-gecorrigeerde dichtheidsmatrix in de vorm van een functionaal in de SCF cyclus meegenomen worden, wat toelaat om het Kohn-Sham formalisme uit te breiden naar het gebruik van fractionele bezettingen voor orbitalen. Organisaties: • Structuurchemie
Onderzoekers: • Christian Van Alsenoy • Alisa Krishtal
Carboxypeptidase U: een metallocarboxypeptidase met een specifieke rol in haemostase en een mogelijke risicofactor voor thrombotische aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Recent werd er door onze onderzoeksgroep aangetoond dat proCPU, wat tot nu toe werd beschouwd als een inactieve precursor, een significante intrinsieke enzymatische activiteit vertoont ten opzichte van kleine synthetische substraten [4]. Pancreatisch proCPB, dat 42% identiteit vertoont met proCPU, bezit geen intrinsieke activiteit. Alignering van proCPB en proCPU toont aan dat bepaalde niet covalente interacties tussen het propeptide en het actief centrum enkel voorkomen bij proCPB. Door uitvoeren van site-directed mutagenese experimenten, die de interactie van het propeptide met het actief enzyme beïnvloeden, zal de oorsprong van de intrinsieke activiteit worden onderzocht. Tevens zullen we onderzoeken wat de contributie is van de suikerketens op het prosegment aan de intrinsieke activiteit van proCPU. Bijkomend zal worden onderzocht of proCPU ook een enzymatische activiteit vertoont t.o.v. grotere fysiologische substraten inclusief fibrine. Organisaties: • Medische biochemie
Onderzoekers: • Dirk Hendriks • Evelien Heylen
Applicatie-bewust adaptief surrogaatmodelleren van geparametriseerde computersimulaties met sequentieel ontwerp. Universiteit Antwerpen
Abstract: Het doel van surrogaatmodelleren (of metamodelleren) is om een benadering (model) te creëren van een complexe, tijdrovende simulatie. Dit surrogaatmodel kan dan gebruikt worden in plaats van de originele simulator voor optimalisatie, verkenning van de ontwerpruimte, robuust ontwerp enzovoort. Om zulk een surrogaatmodel te construeren, worden er op intelligent gekozen plaatsen in de ontwerpruimte simulaties uitgevoerd. Dit levert datapunten op, die dan gebruikt worden om een bepaald model (of een aantal modellen) te trainen. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Tom Dhaene • Karel Crombecq
Lax monads, lax algebras en toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: De theorie van lax algebras is in haar prille begin en er zijn nog veel onopgeloste vragen en problemen. Het is de bedoeling simultaan (1) de theoretische concepten nodig voor een verdere grondige studie verder uit te bouwen, (2) deze theoretische opbouw te toetsen aan de bestaande voorbeelden (3) nieuwe voorbeelden van lax algebraische theorieën te ontwikkelen en te onderzoeken, (4) de link tussen de theorie van de sluitingsoperatoren en Kleisli extensies van monads verder te onderzoeken. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Wannes Rosiers
Vorming van Ti-geactiveerde silica materialen met gecombineerde micro- en mesoporositeit. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is een systematische en fundamentele studie van de verschillende mogelijke synthesecondities welke leiden tot de vorming van deze composiet (micro- mesoporeuze) materialen met ingebouwde heteroelementen. Hierbij staat de gecontroleerde vorming van de poriën, de verkregen morfologie en de coördinatie, bindingsplaatsen en sterkte van de actieve elementen centraal. Ook mogelijkheid tot het gecontroleerd aanpassen van de verhouding microporositeit/mesoporositeit en de diameter van de respectievelijke poriën is van groot belang voor dit type van materialen. Aandacht voor het synthesemechanisme waarmee deze materialen worden gevormd, heeft hierin een belangrijke rol. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool • Jarian Vernimmen
Zwakke intermoleculaire interacties tussen klassieke anesthetica en enkele typische Lewis basen: een FTIR en Raman studie. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling is het aantonen van de vorming van complexen tussen de anesthetica en diverse nucleofielen. Voor deze laatste zullen moleculen met uiteenlopende elektronendonoren ingezet worden waarvan reeds is vastgesteld dat ze oplosbaar zijn in cryogene oplosmiddelen. Naast de klassieke Lewis basen (CD3)2O, (CD3)3N en (CD3)2S zal tevens gewerkt worden met CD3F en CD3Cl. Daarnaast zullen ook complexen met C2D4, C2D2 en C6H6 onderzocht worden om inzicht te verwerven omtrent CH···pi interacties. De vorming van complexen wordt waargenomen door het verschijnen van nieuwe absorptiebanden in de vibratiespectra van mengsels van een anestheticum en de gekozen Lewis base, opgelost in een cryogeen solvent. Organisaties: • Cryospectroscopie
Onderzoekers: • Benjamin Van Der Veken • Wouter Herrebout • Bart Michielsen
Analyse van high-throughput data door middel van support vector machines en kernel-gebaseerde technieken: feature selectie en adaptieve modelbouw. Universiteit Antwerpen Abstract: In vele real-life toepassingen is informatie afkomstig van metingen onmisbaar om de kwaliteit van eindproducten te garanderen en controle uit te oefenen op het productieproces. Deze metingen zijn veelal afkomstig van online hardware analysers (bijvoorbeeld thermometers, stroommeters . . . ). Er zijn echter vele karakteristieken die men niet met online apparatuur kan verkrijgen en waarvoor tijdrovende en/of computationeel intensieve analyse noodzakelijk is. Voor die karakteristieken worden vaak modellen gehanteerd om de resultaten van de analyse te voorspellen vanuit de proces variabelen. De analyse wordt nadien gebruikt als bevestiging van het gekozen model. Modellen worden soms ook gebruikt om online hardware analysers te voorspellen, deze laatste zijn immers onderhevig aan corrosie of kunnen gaan afwijken van de optimale configuratie. In dit project willen we een aantal onderzoeksproblemen bestuderen die optreden bij de constructie van modellen met behulp van Support Vector Machines. Onze interesse in het bouwen van modellen met SVMs heeft verschillende redenen. - Het is algemeen geweten dat SVMs hoog dimensionale data aankunnen zonder te lijden aan de "curse of dimensionality". - Het inpluggen van kernels laat toe niet-lineaire modellen op te stellen. - SVMs kunnen ongevoelig gemaakt worden voor ruis en outliers. - Ten slotte, de bekwaamheid van SVMs om "abnormale" data punten te identificeren, maakt ze nuttig in detectie van outliers en anomalieën. De problemen die we in dit project willen onderzoeken zijn de volgende. I. Feature selectie en integratie van domeinkennis Het doel is te onderzoeken of we gelijkaardige resultaten kunnen boeken bij Support Vector Regressie (SVR) en hoe goed deze technieken zich laten vertalen naar single-class problemen. II. Adaptieve modelbouw Technieken die het mogelijk maken de inferentie sensor aan te passen in alle mogelijke gevallen van novelty detectie, en voornamelijk wanneer het wiskundige model deels moet worden heropgebouwd, staan nog steeds in de kinderschoenen en vormen het tweede luik van het onderzoek. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals • Koen Smets
Samenwerkingsstrategieën voor het bouwen van logistieke netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: De postulant wenst verder te bouwen op het empirisch onderzoek rond logistieke samenwerking door op modelmatige wijze een antwoord te bieden op de vraag hoe logistieke dienstverleners hun netwerken kunnen hertekenen met het oog op een duurzame en stabiele samenwerking. Hierbij staat de idee van een "samenwerkingspool" centraal, waarin coöpererende LDVs elk gezamenlijk te bedienen klanten of gezamenlijk uit te voeren activiteiten inbrengen. Aangezien het onderzoek rond het modelleren van coöperatieve logistieke netwerken nog in zijn kinderschoenen staat, zal de aandacht uitgaan naar single-echelon structuren, waarbij voor een gegeven klantenbestand de distributiecentra optimaal gelocaliseerd worden (in tegenstelling tot multi-echelon structuren waarbij tegelijkertijd ook de locatie van productiecentra wordt bepaald; zie v.b. Dullaert et al., 2005). Binnen de single-echelon structuur zal aandacht besteed worden aan twee probleemtypes. Het enkelvoudige distributieprobleem (EDP) behandelt de situatie waarin klanten via het distributiecentrum van de LDV enkel goederen ontvangen, zonder dat ze zelf goederen verzenden (v.b. bij de verkoop aan huis van diepvriesproducten). Bij het complexere meervoudige distributieprobleem (MDP) verzenden én ontvangen klanten via de LDV goederen (v.b. bij de behandeling van pakjes door koerierdiensten). De structuur van beide problemen laat echter toe dat resultaten uit de analyse van het EDP reeds de basis kunnen vormen voor de analyse van het MDP. Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Wout Dullaert • Christophe Theys
Behouden grootheden en entanglement in een microcanoniek ensemble. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek gaat over fundamentele problemen in de statistische fysica van kleine systemen. Kan men temperatuur definiëren voor geïsoleerde clusters bestaande uit enkele atomen? Zijn deze stabiel? Moet de meestal klassieke behandeling niet vervangen worden door een kwantummechanische? Wat zijn de effecten van de (anti-)symmetrisatie van de golffuncties? Vanuit een microcanonieke beschrijving van modelsystemen wordt getracht deze vragen te beantwoorden, en een fundamentele verklaring te geven voor sommige experimentele resultaten. Organisaties: • Wiskundige natuurkunde
Onderzoekers: • Jan Naudts • Tobias Verhulst
Exemplaargebaseerde modellen van menselijke zinsverwerking. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project onderzoekt de mogelijkheid om een exemplaargebaseerd model van menselijke zinsverwerking te ontwikkelen, dat in staat is om de relaties tussen de verschillende woorden van een zin op een psychologisch adequate manier te identificeren. Om dit model te evalueren wordt nagegaan of de voorspellingen van het model correleren met experimentele gegevens over de verwerking van structureel niet-ambigue en tijdelijk structureel ambigue zinnen. Voor de toetsing van het model beperken we ons tot de relatie tussen het werkwoord en zijn argumenten. Op die manier kunnen een aantal cruciale problemen van menselijke zinsverwerking worden onderzocht. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Walter Daelemans • Dominiek Sandra • Bram Vandekerckhove
Studie van composiete supergeleidende nanodraden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het huidige project is gericht op het numeriek oplossen van de Bogoliubov-deGennes gemiddelde veld vergelijkingen die supergeleiding op een microscopisch niveau beschrijven, terwijl vroegere werken zich voornamelijk beperkten tot macro-en mesoscopische aspecten. Voor dit doel zal ik een nieuwe methode ontwikkelen om verschillende inhomogene situaties te kunnen beschouwen: de aanwezigheid van onzuiverheden, oppervlakken en tussenvlakken en/of magnetische velden. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters • Milorad Milosevic • Lucian Covaci
De biogeochemische cyclus van zware metalen in natuurlijke zoetwaterschorren en gecontroleerde overstromingsgebieden. Universiteit Antwerpen Abstract: Als overgangsgebieden tussen land en zee herbergen estuaria specifieke en waardevolle ecosystemen en fungeren vaak als filter voor de door menselijke activiteiten verhoogde vracht van nutriënten en verontreinigende stoffen. Hierbinnen spelen intertidale gebieden een belangrijke rol. Door de geplande Gecontroleerde OverstromingsGebieden met Gecontroleerd Gereduceerd Getij (GGG) onder invloed van de getijdenwerking te plaatsen kan het areaal aan de natuurlijke intertidale gebieden uitgebreid worden. Binnen het pilootproject GGG Lippenbroek en mesocosmosopstelling in Kruibeke wordt beoogd het effect van de aanwezige contaminatie van zware metalen in kaart te brengen. De nadruk wordt gelegd op biobeschikbaarheid en de interactie met biota. De metaalcyclus vanaf opname door planten tot decompositie zal worden onderzocht. Hierbij wordt het GGG vergeleken met ingepolderde gebieden en natuurlijke slikken en schorren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Patrick Meire
• Eric de Deckere • Johannes Teuchies
Theoretische fundamenten van het vinden van significanten patronen in data mining. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals • Nikolaj Tatti
Integratie van de biologische siliciumbuffer in biogeochemische modellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project is een gedetailleerde pionierstudie van de tot op heden ongekende reactiviteit van ecosysteemgebonden silicium in de bodem. De reactiviteit wordt gekwantificeerd door toepassing van een innovatieve extractiemethode en door middel van gedetailleerde dissolutieexperimenten. Ze wordt bestudeerd in een reeks van bio-Si hotspots (graslanden, bossen, wetlands) alsook in antropogeen beïnvloede systemen (akkerland). De detailstudie van de reactiviteit is een noodzakelijke voorwaarde voor de incorporatie van deze buffer in biogeochemische modellen op bekkenschaal en lokale schaal. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Eric Struyf
De computationele leerbaarheid van morfologisch complexe talen. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstelling van het project: Traditionele systemen voor spellingcontrole maken gebruik van een woordenlijst. Wanneer een woord niet voorkomt in de woordenlijst, markeert het systeem het woord als "fout". Recente systemen (o.a. Németh 2009) benaderen het probleem van spellingcontrole voor agglutinerende talen vanuit een andere invalshoek: een woord wordt beschouwd als een spelfout, als het niet kan worden gegenereerd door eenachterliggend morfotactisch model. In dit project onderzoeken we hoe een spellingchecker kan gebruikt worden als hulpmiddel bij het automatisch leren van een morfotactisch systeem voor het Swahili. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Guy De Pauw • Walter Daelemans
Structurele en dynamische eigenschappen van nieuwe peapodsystemen (moleculen in koolstofnanobuisjes) en fullereencubaankristallen. Universiteit Antwerpen Abstract: Nieuwe peapodsystemen - moleculen opgesloten in koolstofnanobuisjes - worden onderzocht, op experimenteel en theoretisch niveau. Deze moleculaire arrangementen vertonen bijzondere eigenschappen vanwege de opsluiting in één dimensie. De in het project bestuurde systemen zijn gemengde C60/C70-fullereenpeapods, peapods van octasilasesquioxaan (H8Si8O12), van cubaan (C8H8), en van ferroceen ((C5H5)2Fe). Structurele en dynamische aspecten worden bestudeerd: clustering, rotationele en translationele bewegingen van de moleculen, oriëntationele orde/wanorde-verschijnselen en fase-overgangen, in functie van de diameter van het omringende koolstofnanobuisje en de temperatuur. De systemen worden onderzocht door middel van X-stralenverstrooiing, tevens zullen theoretische studies uitgevoerd worden ter interpretatie van de experimentele resultaten: optimale configuraties worden bepaald met behulp van fenomenologische potentialen met uitbuiting van de symmetrie van de moleculen en de omgeving (voor fullereenpeapods), Monte Carlo simulaties (voor octasilasesquioxaan- en cubaanpeapods), en ab initio berekeningen (voor ferroceenpeapods). Fullereencubaankristallen (C70.C8H8) worden eveneens onderzocht; met behulp van Monte Carlo simulaties wordt inzicht verkregen in het patroon van moleculaire oriëntaties bij lage temperatuur. Verder wordt een geoptimaliseerde Monte Carlo procedure ontwikkeld, gebruik makend van symmetrie-aangepaste functies voor een efficiënte berekening van intermoleculaire interacties. Deze methode zal enerzijds toegepast worden op fullereencubaankristallen, anderzijds zal zij uitgewerkt worden in haar algemeenheid. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters • Bart Verberck
Blootstelling en metabolisme van nieuwe gebromeerde vlamvertragers. Universiteit Antwerpen Abstract: Gebromeerde vlamvertragers (BFRs), waaronder enkele nieuwe verbindingen (nBFRs) komen voor in allerlei industriële en huishoudelijke producten. Omdat er slechts weinig bekend is over het voorkomen, de overdracht in de voedselketen, het metabolisme en de toxicologie van nBFRs is er een verantwoorde noodzaak aan bijkomend en systematisch onderzoek. Het huidige voorstel steunt op de grondige expertise en op de verworven en uitgebreide samenwerkingsnetwerken met andere onderzoeksgroepen die BFRs onderzoeken. Een eerste doelstelling is de validatie van geschikte analysetechnieken voor de detectie van nBFRs, die meestal slechts in zeer lage concentraties aanwezig zijn in biologische en omgevingsstalen. Tevens omvat het projectvoorstel de systematische opvolging van de verschillende blootstellingsroutes, het potentieel tot biomagnificatie en mogelijke metabolisatie in representatieve aquatische en terrestrische voedselketens. Dit voorstel zal ook de graad van humane blootstelling, de mogelijke routes die hiervoor verantwoordelijk zijn en de daaropvolgende metabolisatie inschatten. Tenslotte zal ook de metabolisatie van enkele belangrijke nBFRs in verscheidene soorten geëvalueerd worden. Dit project zal daardoor leiden tot een beter begrip van de blootstelling, accumulatie en metabolisatie van nBFRs. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Ronny Blust • Hugo Neels
• Adrian Covaci
Naar een synthese van kennisgebaseerde en datagebaseerde methodes in de computertaalkunde. Universiteit Antwerpen Abstract: Hybride systemen voor natuurlijke taalverwerking die diepe, op taalkundig inzicht gebaseerde, analyses combineren met de inductieve datagebaseerde methodes kunnen een significante verbetering van de accuraatheid en toepasbaarheid van de computertaalkunde bewerkstelligen. Er zijn evenwel verschillende manieren waarop een dergelijk hybridisering gerealiseerd kan worden. In dit project zal ik vooral kijken naar de cognitiewetenschap als inspiratiebron voor nieuwe hybride aanpakken. Dit werk bouwt voort op eerder werk rond memory-based language processing als cognitief relevant model. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Walter Daelemans
Karakteristieke patroonverzamelingen vinden via compressie. Universiteit Antwerpen Abstract: Bestaande patroonvorsingsalgoritmen genereren met gemak zeer grote aantallen patronen, waardoor de resultaten onhandelbaar en niet te interpreteren zijn. In dit project stellen wij voor om algemene technieken te ontwikkelen die compressie gebruiken om kleine karakteristieke patroongroepen te vinden die gezamenlijk de te analyseren gegevens goed beschrijven, en door de gebruiker direct te interpreteren zijn. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals
Prolyl oligopeptidase en prolyl oligopeptidase remmers in modellen van neurodegeneratie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het bestuderen van interacties tussen prolyl oligopeptidase en relevante biomoleculen, in vitro en in de cel. Drie onderzoeklijnen worden vooropgesteld: (1) de interactie met alfa-synucleïne en de connectie met de ziekte van Parkinson, (2) de interactie met tubuline, intracellulair transport en secretie, (3) co-localisatie met andere peptidasen in het cytosol en de connectie met het aggresoom. Organisaties: • Medische biochemie
Onderzoekers: • Anne-Marie Lambeir
Ontwikkeling van een LC-NMR en LC-MS metabolomics platform voor het structuur-activiteitsrelatie onderzoek van geselecteerde groepen natuurproducten als nieuwe "lead" verbindingen voor antiplasmodiale en antivirale geneesmiddelen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project omvat de uitbouw van een technologisch platform bestaande uit LC-MS-DAD en LC-NMR om de metaboloom profilering van veelbelovende medicinale planten (in eerste instantie Nauclea pobeguinii) aan te vatten, met oog op de karakterisatie van secundaire metabolieten in hun complexe matrix. De opzuivering van enkel de meest belovende producten, gevolgd door hun biologische en farmacologische evaluatie, kan dan op een efficiënte wijze leiden tot "lead compounds" voor nieuwe geneesmiddelen. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Luc Pieters
Kwantitatieve karakterisering van nanostructuren: van experimentele data tot precieze metingen van ongekende structuur-parameters door middel van statistische parameterschattingstheorie. Universiteit Antwerpen Abstract: Op het gebied van de materiaalkunde en de nanowetenschappen is precieze structuurbepaling van belang om, door vergelijking met theoretische ab-initio berekeningen, de relatie tussen de structuur en de eigenschappen volledig te kunnen begrijpen. In combinatie met recente ontwikkelingen in de nanotechnologie, waarbij het mogelijk is nanomaterialen te maken met welgekozen en gecontroleerde structuur, kan een evolutie naar materiaalontwerp verwezenlijkt worden. Het doel van het voorgestelde onderzoek is een doorbraak te realiseren naar het kwantitatief karakteriseren van nanostructuren op lokale schaal door middel van elektronenmicroscopie. Om dit doel te bereiken zal gebruik gemaakt worden van statistische parameterschattingstheorie. Uitgaande van experimentele data zullen fysische parameters, die de structuur van een materiaal beschrijven, waaronder atoomposities en atoomtypen, met voldoende hoge precisie en nauwkeurigheid gemeten worden. De voorgestelde werkwijze in dit project om precieze metingen van parameters te verkrijgen, is echter ook toepasbaar in andere wetenschappelijke disciplines, vooral in die disciplines waar de data worden opgenomen aan de grens van het fysisch meetbare. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Sandra Van Aert
Studie van voedings- en/of omgevingsgestuurde epigenetische processen in gezondheid en ziekte. Universiteit Antwerpen Abstract: Korte blootstelling aan voedingsstoffen, toxines, endocriene verstoorders, hormonen, honger, stress kan langdurige gevolgen hebben door epigenetische mechanismenen (chromatinecode, DNA-methylatie, niet-coderende RNAs) die de interpretatie en expressie van de genetische DNA-blauwdruk beïnvloeden. Zo worden chronische inflammatie-condities epigenetisch geregistreerd in het genoom, wat resulteert in toename of versnelde progressie van diverse ziektes, zoals onstekingsziektes (astma, rheuma), autoimmuunziektes, kanker, neurodegeneratie, cardiovasculaire ziektes, zwaarlijvigheid en veroudering. In dit onderzoek zal de invloed van dieet en omgevingsfactoren worden bestudeerd op epigenetische controle van immuunhomeostase in gezondheid en ziekte. Organisaties: • Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)
Onderzoekers: • Wim Vanden Berghe
Energy level statistics and dynamics of electrons confined in mesoscipic graphene billiards.
Universiteit Antwerpen Abstract: Energy level statistics and dynamics of electrons confined in mesoscipic graphene billiards. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Ontwikkeling van hoog-selectieve keramische membranen via templaat-geassisteerde sol-gel methoden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek beoogt de synthese van hoog-selectieve keramische membranen voor procesge'integreerde toepassingen via templaat geassisteerde sol-gel methoden. Deze methoden openen niet alleen de mogelijkheid voor membranen met hoge selectiviteit en tailor-made poriegrootte, maar kunnen ook leiden tot membranen met chirale selectiviteit. De ontwikkelde membranen zullen getest worden op hun performantie in solventfiltratie. Een specifieke procestoepassing zal geselecteerd worden om hun marktpotentieel te demonstreren. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool • Sebastiaan Herregods
Uitvoeren en op punt stellen van AFM metingen ter karakterisering van biofunctionele coatings ontwikkeld binnen VITO. Universiteit Antwerpen Abstract: Uitvoeren en op punt stellen van AFM metingen ter karakterisering van biofunctionele coatings ontwikkeld binnen VITO. Wetenschappelijke ondersteuning bieden bij alle relevantie karakteriseringstechnieken (Raman, IR, XPS, ...). Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Sabine Van Doorslaer
Broncoderichtlijnen voor kritische ingebedde systemen (KriCode). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Serge Demeyer
Studie van voedings- en/of omgevingsgestuurde epigenetische processen in gezondheid en ziekte. Universiteit Antwerpen Abstract: Korte blootstelling aan voedingsstoffen, toxines, endocriene verstoorders, hormonen, honger, stress kan langdurige gevolgen hebben door epigenetische mechanismenen (chromatinecode, DNA-methylatie, niet-coderende RNAs) die de interpretatie en expressie van de genetische DNA-blauwdruk beïnvloeden. Zo worden chronische inflammatie-condities epigenetisch geregistreerd in het genoom, wat resulteert in toename of versnelde progressie van diverse ziektes, zoals onstekingsziektes (astma, rheuma), autoimmuunziektes, kanker, neurodegeneratie, cardiovasculaire ziektes, zwaarlijvigheid en veroudering. In dit onderzoek zal de invloed van dieet en omgevingsfactoren worden bestudeerd op epigenetische controle van immuunhomeostase in gezondheid en ziekte. Organisaties: • Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)
Onderzoekers: • Wim Vanden Berghe
FREESTEM: Design of an animal product-free culture expansion platform for human adult progenitor cells. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)
Onderzoekers: • Xaveer Van Ostade
Color Imaging & Multidimensional Image processing in medical applications (CIMI). Universiteit Antwerpen Abstract: Medische beeldvorming wordt steeds complexer. Jammer genoeg maakt de medische sector vandaag nog absoluut geen optimaal gebruik van kleur- en multidimensionele informatie. Dit onderzoeksproject beoogt om deze situatie te verbeteren. In de techologie werkpaketten zullen we generische platform technologie ontwikkelen om kleur- en multidimensionele data beter te verwerken en te visualiseren. De basistechnologie die zal ontwikkeld worden in dit project omvat de volledige beeldverwerkings ketting, gaande van toestellen voor het maken van medische beelden, over het verwerken van de data, visualisatie van de beelden en finaal de klinische validatie en standaarden. De basistechnologie die hierboven werd beschreven zal worden toegepast voor enkele specifieke klinische problemen. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders • Jan Sijbers
Treinapplicaties over een geavanceerd communicatienetwerk (TRACK). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IBBT. UA levert aan IBBT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties:
• Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
Novel Paradigms for Massvely Paralles Nanophotonic Information Processing-nanophotonic Reservoir computing (NaResCo) Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt onderzoek verricht naar nieuwe paradigma's voor informatieverwerking op basis van een fotonische implementatie van reservoir computing. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Bienstman
Conformal coating of nanoporous materials (COCOON) Universiteit Gent Abstract: Het project heeft als doel om het binnenoppervlak van nanoporeuze materialen te modificeren d.m.v. atomaire laag depositie (ALD). ALD is een zelf-gelimiteerde groeitechniek die gekarakteriseerd wordt door de blootstelling van het specimen aan opeenvolgende pulsen van precursorgassen, wat resulteert in de sequentiële groei van (sub)monolagen. Het is onze bedoeling om ALD te gebruiken om katalytische centra in poreuze materialen te introduceren en/of de poriegrootte te modificeren. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Christophe Detavernier
Cliffordanalyse en Dunkl operatoren Universiteit Gent Abstract: We onderzoeken de verbanden die bestaan tussen de theorie van Dunkl operatoren en de theorie van Cliffordanalyse, zowel wat betreft orthogonale Cliffordanalyse als Cliffordanalyse in superruimten. De nadruk ligt hierbij op de constructie van nieuwe types van Dunkl operatoren die een deformatie moeten opleveren van het fermionische stuk van de super Laplace operator. Organisaties: • Vakgroep Wiskundige analyse
Onderzoekers: • Freddy Brackx
Schatbewaarder van de IAS Universiteit Gent Abstract: Dit project is louter dienstverlenend en omvat het verzorgen van het secretariaat van de schatbewaarder van de ?International Association of Sedimentologists? gedurende de periode 01.10.2007 tot en met 30.09.2009. Dit houdt o.m in het bijhouden van het ledenbestand, de inning van de lidgelden, het opvolgen van het abonnementenbestand van het tweemaandelijks tijdschrift ?Sedimentology?, de opvolging van de verkoop van de ?Special Publications?, het organiseren van het ?Friendship Scheme?, de opvolging van de ?grants? voor de leden, de contacten met de uitgever van het tijdschrift ?Sedimentology?, etc. Alle activiteiten kaderen in de wetenschappelijke opdracht van Prof. Patric Jacobs. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
FWO-postdoc Sébastien Bertrand: Laat-Quartaire variabiliteit in klimaat en omgevingsfactoren in zuidelijk Zuid-Amerika: nieuwe lacustriene sedimentaire archieven en oceaan-content interacties Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoeksproject zullen (1) variaties in paleoklimaat (Laat-Glaciaal, Holoceen) gereconstrueerd worden, op basis van een multiproxy sedimentologische en geochemische studie van sedimentaire archieven uit twee meren in Chileens Patagonië, en (2) deze nieuwe gegevens vergelijken worden en geïntegreerd worden met data gegenereerd in het kader van een aantal lopende studies op mariene sedimenten en fjorden. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Marc De Batist
Prestatie-introspectie in meerdradige microprocessors Universiteit Gent Abstract: Hedendaagse processors voeren vaak meerdere softwaredraden simultaan uit teneinde de hardwareresources beter te benutten. Dit kan echter leiden tot niet-betrouwbare prestatie: draden die simultaan uitvoeren beïnvloeden mekaar op een niet te voorspellen manier. Dit project onderzoekt technieken om de vooruitgang per draad te schatten en die schattingen te gebruiken in de systeemsoftware en de hardware teneinde betrouwbare prestatie te bekomen per draad alsook betere systeemprestatie. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Lieven Eeckhout
W&T beurs Jafarov E. Universiteit Gent Abstract: De q-veralgemeende harmonische oscillator, waarvoor de golffunctie aan een eindigedifferentievergelijking voldoet, wordt beschouwd. De parameter h (gerelateerd aan q) is de staplengte corresponderend met de eindige differentie. De combinatie van vier golffuncties in een ?kompastoestand? geeft aanleiding tot schaakbord-type interferenties. Een tweede onderwerp behelst het onderzoek naar perfectie toestandsoverdracht in een keten van qubits, waar de interactie q-afhankelijk is en dus q-speciale functies een rol spelen. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers:
• Joris Van der Jeugt
: Gecombineerde EMR- en DFT-studie van stralingsgeïnduceerde defecten in suikers en aanverwante organische systemen Universiteit Gent Abstract: Het is de bedoeling met behulp van EPR en ENDOR stralingsgeïnduceerde radicalen in suikers, vooral disacchariden zoals sucrose en trehalose, te onderzoeken. De bekomen magnetische resonantie parameters zullen geconfronteerd worden met de resultaten van een parallelle DFT-studie teneinde een microscopisch model voor de radicalen en hun omgeving op te stellen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Michel Waroquier • Freddy Callens
Medische beeldverwerking met behulp van bio-geinspireerde en soft computing technieken (MIBISOC) Universiteit Gent Abstract: De algemene doelstelling is het opleiden van de betrokken onderzoekers m.b.t. soft computing en bio-inspired computing technieken, met onderzoekstoepassingen binnen medische beeldverwerking. Specifiek voor Ugent ligt de focus op ruisverwijdering in medische beelden (doel = verkrijgen van kwaliteitsvolle beelden met behoud van details voor diagnose) en similariteit tussen medische beelden (doel = zoekopdrachten in grote databanken, classificatie). Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Etienne Kerre
De rol van ROS signalisatie en redox status in het verouderingsproces van de nematode Caenorhabditis elegans Universiteit Gent Abstract: Het voorbije decennium is steeds meer gebleken dat er wel een correlatief verband maar geen oorzakelijk verband is tussen oxidatieve stress en veroudering. Veel van dit onderzoek werd vericht op het modelorganisme Caenorhabditis elegans. In dit onderzoek willen we, aan de hand van genetisch gecodeerde sensors, nagaan in hoeverre redox signalisatie betrokken is bij het verouderingsproces in Caenorhabditis elegans. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Bart Braeckman
Onderzoek naar het mechanisme van persistente luminescentie Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt het opstellen van een algemeen model om te verklaren waarom bepaalde combinaties gastmatrix- codopant een toename van de levensduur van de lumiescentie veroorzaken. Synthese van een geselecteerde groep persistente materialen en studie van hun structurele en optische eigenschappen in functie van de temperatuur. De voorspellende waarde zal getoetst worden aan andere materialen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
De Laurion doorgelicht: Archeo-topografische analyse van ertwasserijen en hun watervoorzieningsystemen in de zilverateliers van Attica Universiteit Gent Abstract: Het onderwerp van het voorgestelde onderzoek richt zich tot de Laurionstreek in Attica. Het opzet is via GIS een overzicht te creëren van de aldaar gesitueerde archeologische structuren die in verband kunnen gebracht worden met metallurgische activiteiten. Hierdoor wordt de interne en externe werking ervan als het ware blootgelegd. Specifieke aandacht zal besteed worden aan de watervoorzieningssystemen van de zilverateliers. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Roald Docter
Snelle multipooltechnieken voor verstrooiing van elektromagnetische golven aan objecten opgebouwd uit complexe materialen Universiteit Gent Abstract: In dit project wensen we een snelle multipool full-wave algoritme voor de simulatie van golfpropagatie in complexe materialen te ontwikkelen. Met complexe materialen bedoelen we in deze context materialen met verliezen, materialen met negatieve permittiviteit en/of permeabiliteit en anisotrope materialen. Elk van deze drie uitbreidingen op bestaande snelle multipoolmethoden heeft specifieke toepassingen en wordt geconfronteerd met een specifieke computationele problematiek. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter
Accurate theoretische bepaling van magnetische resonantie spectroscopische grootheden in uitgebreide moleculaire systemen Universiteit Gent Abstract: Accurate ab- initio voorspellingen voor elektronparamagnetische resonantiegrootheden voor uitgebreide systemen is een complex probleem. Deze systemen worden best bestudeerd met periodieke rekenprogramma's zoals CP2K. De huidige code beperkt zich tot systemen met spin 1/2. tijdens het project zal de nulveldsplitsingtensor geïmplementeerd en de g-tensor uitgebreid worden. Dit is nodig om de EPR parameters van hogere spin-systemen te kunnen voorspellen. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Michel Waroquier
Het Kneser- Tits probleem voor lineaire algebraïsche groepen van type E_8 van relatieve rang 2 Universiteit Gent Abstract: Een fundamenteel probleem in lineaire algebraïsche groepen theorie is het Kneser-Tits probleem. Voor de meeste groepen van relatieve rang 2, is de oplossing van het Kneser-Tits probleem gekend. De enige groepen van relatieve rang 2 die nog onopgelost zijn, zijn twee groepen van type E8. beide problemen zijn te herleiden naar zuiver algebraïsche vraagstellingen. Het onderzoek in de richting van de studie van deze problemen biedt heel wat mogelijkheden. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Tom De Medts
Synthese van suikergemodificeerde a-galactosylceramide-analogen als Th1-polariserende NKT-cel antigenen. Universiteit Gent Abstract: Synthese van suikergemodificeerde alfa-galactosylceramide (KRN7000) analogen met potentieel voor inductie van een Th1gepolariseerde cytokinerespons door NKT cellen. De vooropgestelde modificaties t.h.v de galactopyranose- eenheid beogen een verbeterde bindingsaffiniteit met het CD1d proteïne wat aanleiding moet geven tot een verhoogde Th1 respons. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Serge Van Calenbergh
Speciale puntenverzamelingen van polaire ruimten, en richtingen in affiene ruimten Universiteit Gent Abstract: Deelstructuren van eindige klassieke polaire ruimten, de meetkundes geassocieerd aan eindige klassieke groepen, worden bestudeerd. Enerzijds gebruiken we klassieke meetkundige en combinatorische methodes, anderzijds relateren we een aantal problemen, via polaire ruimten van ran 2, aan het zogenaamde richtingenprobleem in affiene ruimten. De studie hiervan is substantieel voor het project. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Joseph Thas
Architectuur en ontwerp van multi-granulaire optische netwerken Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject bestudeert de fundamentele uitdagingen om multi-granulaire optische netwerken, die volledig optisch geschakeld worden, te realiseren. Bovendien wensen we dat deze netwerken virtualiseerbaar zijn zodat ze kunnen opgesplitst wordenin naast elkaar bestaande delen, én programmeerbaar om beheer- en controlealgoritmes op aanvraag te wijzigen Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
Ontwikkeling van chemische isolatiemethoden en meetprotocols voor koper-, antimoon- en titaanisotopenanalyse van antiek glas door middel van multicollector-ICP- massaspectrometrie. Universiteit Gent Abstract: Een analytische methodiek, bestaande uit (i) het zuiver en kwantitatief isoleren van het analiet (Cu, Sb, Ti) van de begeleidende matrix en (ii) het verwerven van isotopische informatie via multicollector-ICP-massaspectrometrie, zal ontwikkeld worden voor herkomstbepaling van Cu-, SBen Mn- gebaseerde reagentia gebruikt in de oudheid om glas te (ont) kleuren. Ook niet-destructieve (femtoseconde) laser ablatie MC-ICP- MS zal hiertoe ingezet worden. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling van niet-virale dragers om siRNA moleculen, gericht tegen exon F-Myosine VA, af te geven aan melanocyten voor de behandeling van hyperpigmentatie van de huid. Universiteit Gent Abstract: We wensen veilige en efficiënte niet-virale dragersystemen te ontwikkelen die siRNA moleculen kunnen afgeven doorheen de verschillende lagen van de huid met als doel pigmentatie te reduceren. Neerregulatie van myosine VA exon F-isovormenresulteerde reeds in inhibitie van melanosoomtransport, en dus ook pigmentatie, in vitro. In een volgende stap zullen verschillende niet-virale dragersystemen ontwikkeld worden. Deze dragers zullen fysicochemisch gekarakteriseerd worden, voor en na complexatie met siRNA, en vervolgens getransfecteerd worden in primaire humane melanocyten. Daarna zullen penetratiestudies uitgevoerd wordn mbv. 3D huidmodellen en multifoton microscopie. Organisaties: • Vakgroep Dermatologie
Onderzoekers: • Jo Lambert
Simulatie en meting van elektrische transiënten in fotovoltaïsche zonnecellen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is de ontwikkeling van nieuwe meetsystemen en nieuwe simulatie technieken voor de karakterisatie van het transiënt-gedrag van verschillende types zonnecellen. Metingen zullen gebaseerd zijn op elektrische stromen geïnduceerd door spanning, laser belichting en temperatuur, de simulaties zijn een uitbreiding van het in onze vakgroep ontwikkelde simulatieprogramma SCAPS. Met deze experimenten en simulatie technieken zal onderzocht worden welke defecten aanwezig zijn in zonnecellen, en met welke concentratie en levensduur. Organisaties:
• Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Kristiaan Neyts
Nieuwe toetredingen tot chinoïde antibiotica en antitumor verbindingen Universiteit Gent Abstract: Chinonen zijn natuurproducten met biologische activiteiten zoals antimicrobiële en antitumor activiteit, waardoor ze een belangrijke klasse van verbindingen vormen voor de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. Gedurende de laatste decennia vormt de ontwikkeling van bacteriële multiresistentie bovendien een groeiend probleem, wat voortdurend onderzoek naar nieuwe antibiotica noodzakelijk maakt. In dit kader beoogt het huidige onderzoeksvoorstel een doelgerichte synthese van potentieel bioactieve pyranonaftochinonen, benzofenantridinedionen en 2-azaantrachinonen. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Norbert De Kimpe
Site-selectieve spectroscopie van zeldzame-aardgedoteerde luminescente materialen Universiteit Gent Abstract: Door een combinatie van site-selectief spectroscopisch onderzoek (x-stralen absorptiespectroscopie, elektronen paramagnetische resonantie en luminescentiespectroscopie) wordt de dotering met zeldzame aarden in luminescente materialen onderzocht. In combinatie met structureel onderzoek moet dit informatie opleveren over de exacte manier van inbouw van deze zeldzame aarden. Aangezien de luminescente eigenschappen hier sterk van afhankelijk zijn, heeft dit onderzoek ook belang voor potentiële toepassingen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
Van routing tot evacuatie in 3D GIS Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek heeft als bedoeling het faciliteren van indoor en gecombineerde indoor-outdoor navigatie na te streven. Hierbij wordt gefocust op de specifieke omgevings- en gebruikersvoorwaarden bij indoor navigatie, de creatie van 3D indoor netwerken en het opstellen van abstracte modellen voor indoor space. Toepassing in een applicatie voor het berekenen van de bereikbaarheid van uitgangen in gebouwen tijdens evacuaties. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Philippe De Maeyer
Moleculaire en functionale analyse van regularende globines in Caenorhabditis elegans Universiteit Gent Abstract: Het C. elegans genoom codeert voor 33 globinen waarvan de functie nagenoeg volledig ongekend is. We plannen een functionele analyse van globine-12, waarvan de mutant een steriel fenotype vertoont, en globine-33 dat bestaat uit een merkwaardige koppeling van een globine-domein en een GPCR-domein. Hiertoe zullen biochemische, biofysische, fysiologische en moleculaire technieken worden aangewend. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Jan Vanfleteren
Krachtveldontwikkeling voor host-guest interacties en roosterdynamica van nanoporeuze materialen Universiteit Gent Abstract: Krachtvelden zijn de meest efficiënte moleculaire modellen voor de simulatie van gastmoleculen in een nanoporous rooster. Het doel van dit project is de verdere ontwikkeling van theoretische methodes voor het genereren van meer accurate krachtvelden, en om deze modellen te gebruiken in de studie van gastmoleculen in metaal-organische roosters en templaatmoleculen in the pre-nucleatie fase van zeolietsynthese. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Onderzoek naar toxineproductie door Bacillus cereus, karakterisatie en detectie van de stammen verantwoordelijk voor voedselveiligheid Universiteit Gent Abstract: Een LC-MS methode zal ontwikkeld worden voor CytK en Nhe om het gedrag van B. cereus te bestuderen in een simulatiemodel van het humaan gastro-intestinaal stelsel samen met de groeikinetiek en enterotoxineproductie van psychrotolerante en mesofiele B. cereus stammen in vegetatieve en in sporevorm. De genetische en genomische diversiteit van diarreeveroorzakende B. cereus zal ook onderzocht worden. De gevaarlijke contaminatieniveaus en voedingsmiddelen zullen geïdentificeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Mieke Uyttendaele
Discrete Clifford-analyse: functietheorie en integraaltransformaties Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt een functietheoretische studie van discreet monogene functies, dit zijn nuloplossingen van een discrete Dirzc-operator die de klassieke discrete lapdance-operator van een samenhangende graaf factoriseert. Met het oog op toepassingen in signaalanalyse, meer bepaald de studie van hersengolven, zal een discrete meerdimensionale Hilbert-transformatie worden geconstrueerd en gerelateerd aan de verwante discrete Fourier- en Radon-transformaties. Organisaties: • Vakgroep Wiskundige analyse
Onderzoekers: • Hennie De Schepper
Ontwikkeling van nieuwe homochirale liganden voor asymmetrische tranitiemetaalkatalyse. Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is de synthese van nieuwe homochirale bicyclische dieenliganden en hun valorisatie in asymmetrische transitiemetaalkatalyse. Hierbij zullen ondermeer de substituenten op de dubbele bindingen, evenals de ringgrootte gevarieerd worden om zo de selectiviteit te moduleren. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Johan Van der Eycken
Onderzoek naar de genetische en ecologische mechanismen van symptrische divergentie bij de schorrebewonende loopkver Pogonus chalceus Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt een functietheoretische studie van discreet monogene functies, dit zijn nuloplossingen van een discrete Dirac-operator die de klassieke discrete Laplace-operator van een samenhangende graaf factoriseert. Met het oog op toepassingen in signaalanalyse, meer bepaald de studie van hersengolven, zal een discrete meerdimensionale Hilbert-transformatie worden geconstrueerd en gerelateerd aan de verwante discrete Fourier- en Radon-transformaties. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Luc Lens
Karakterisering van stralingsgeïnduceerde processen in de DNA suikereenheid: een EMR- en DFT-studie op suikereenkristallen. Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde project beoogt gecombineerd experimenteel en theoretisch onderzoek van stralingsgeïnduceerde processen in suikereenkristallen, met als hoofddoel inzicht te verwerven in de stralingsfysica en -chemie van de deoxyribose-suikereenheid in DNA. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Freddy Callens
Het Siluur van noordoostelijk Avalonia: een shelf-slope testcase voor paleobekkenanalyse en paleoklimatologie Universiteit Gent Abstract: Noordoostelijk Avalonia omvat veel verschillende paleo-oceanische dieptes en laat toe hypothesen te testen voor de verklaring van globale fenomenen. Hiervoor zal het Siluur van de nog steeds weinig gekende Condrozstrook lithostratigrafisch en biostratigrafisch (Chitinozoa, andere palynomorfen, graptolieten) onderzocht worden en zal een correlatie gelegd worden met behulp van vier transsecten met de andere, meer gekende sedimentatiegebieden van noordoostelijk Avalonia. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jacques Verniers
Nucleaire effecten bij intermediaire afstandsschalen Universiteit Gent Abstract: Verschillende experimenten met atoomkernen proberen de aanwezigheid van partonische vrijheidgraden vast te stellen op de afstandsschalen geassocieerd met hadronen. Om deze data te interpreteren is het van het allerhoogste belang om betrouwbare theoretische modellen beschikbaar te hebben. Dit project ontwikkelt dergelijke modellen. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Jan Ryckebusch
Heterogene Datacenters Universiteit Gent Abstract: Eén van de grote uitdagingen in een hedendaags datacenter is het vermogenverbruik, die repercussies heeft op de installatiekost en de operationele kost. De bedoeling van dit project is de opportuniteit te onderzoeken van heterogene datacenters, of datacenters die bestaan uit verschillende types servers. De twee fundamentele vragen die hierbij beantwoord moeten worden betreffen enerzijds het architecturaal ontwerp van het heterogeen datacenter en anderzijds het toewijzen van applicaties aan de meest energie-efficiënte servers in het datacenter. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Lieven Eeckhout
Ontginnen van microbiologische profielen: clusteranalyse voorbij Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van een nieuwe gegevenstype binnen het BioNumericsplatform voor de statistische analyse van massaspectra. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Peter Dawyndt
Speciale puntenverzamelingen van polaire ruimten, en richtingen in affiene ruimten Universiteit Gent Abstract: Deelstructurren van eindige klassieke polaire ruimten, de meetkundes geassocieerd aan eindige klassieke groepen, worden bestudeerd. Enerzijds gebruiken we klassieke meetkundige en combinatorische methodes, anderzijds relateren we een aantal problemen, via polaire ruimten
van rang 2, aan het zogenaamde richtingenprobleem in affiene ruimten. De studie hiervan is substantieel voor het project. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Leo Storme
Architectuur en ontwerp van multi-granulaire optische netwerken. Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject bestudeerdt de fundamentele uitdagingen om multi-granulaire optische netwerken, die volledig optisch geschakeld worden, te realiseren. Bovendien wensen we dat deze netwerken virtualiseerbaar zijn zodat ze kunnen opgesplitst worden in naast elkaar bestaande delen, én programmeerbaar om beheer- en controlealgoritmes op aanvraag te wijzigen. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
Ontwikkeling van chemische isolatiemethoden en meetprotocols voor koper-, animoon- en titaanisotopenanalyse van antiek glas door middel van multicollector-ICP- massaspectrometrie. Universiteit Gent Abstract: Een analytischemethodiek, bestaande uit (i) het zuiver en kwantitatief isoleren van het analiet (Cu, SB of Ti) van de begeleidende matrix en (ii) het verwerven van isotopische informatie via multicollector-ICP- massaspectrometrie, zal ontwikkeld worden voor herkomstbepaling van Cu-, Sb- en Mn- gebaseerde reagentie gebruikt in de oudheid om glas te (ont)kleuren. Ook niet-destructieve (femtoseconde) laser ablatie MC-ICP-MS zal hiertoe ingezegt worden. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwerp en evaluatie van rtPA beladen microbubbels voor sonotrombolyse. Universiteit Gent Abstract: Trombolytica worden aangewend voor het oplessen van bloedklonters by ischemische herseninfarcten en acute hartinfarcten. Hiervoor worden de trombolytica intraveneus geïnjecteerd binnen de drie uur na het optreden van de eerste symptomen. Recent werden ook microbubbles en ultrasound geïntroduceerd om de trombus mechanisch te degraden. De doelstelling van de project om microbubbles aan te maken die beladen zijn met trombolytica. De hypothese is dat de intraveneus geïnjecteerd microbubbles hun trombolytica gericht zullen vrijgeven ter hoogte van de trombus na ultrasound bestraling en hierdoor de systemische neveneffecten van de trombolytica zullen verminderen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Joseph Demeester
Toepassing van morfologische variatie van dinoflagellatencysten voor saliniteitsreconstructie. Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek wil nagaan of de lengte van de uitsteeksels van Operculodinium centrocarpum, de cyste van de dinoflagellaat Protoceratium reticulatum, een lineair verband vertoont met het zoutgehalte van het omringende zeewater en de toepasbaarheid van dit verband als nieuwe saliniteitsproxy in Quartaire paleoecologische contexten uit te testen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Stephen Louwye
Tauberse methoden in de theorie van de veralgemeende functies, en toepassingen. Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is het ontwikkelen van Tauberse resultaten voor de studie van lokale asymptotische eigenschappen van veralgemeende functies en toepassingen in de klassieke functietheorie, functionaalanalyse, combinatorik en getaltheorie, Fourier-analyse, partiële differentiaalvergelijkingen en toegepaste wiskunde. We wensen tauberse beschrijvingen van het lokale gedrag van Schwartz-distributies en Colombeau veralgemeende functies te verkrijgen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Andreas Weiermann
Spectro-elektrochemische studie van beschermende deklagen voor koperen voorwerpen Universiteit Gent Abstract: Dit project spitst zich toe op de corrosie-inhibitie van koperlegeringen. Meer specifiek wensen we een beschermende deklaag te ontwikkelen, die stabiel is, gemakkelijk aan te brengen en te verwijderen en esthetisch verantwoord is. De deklaag zal ge-optimaliseerd en gekarakteriseerd worden naar corrosiebeschermende en andere fysische eigenschappen. Effecten van korte en lange termijnblootstelling van de omgeving op de met deklaag bedekte voorwerpen zullen worden geëvalueerd onder meer met behulp van tijdsgeresolveerde synchrotronmetingen. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Annemie Adriaens
Structuurgenreatie met toepassingen in de scheikunde, de wiskunde en het onderwijs. Universiteit Gent Abstract: In het kader van dit project worden verschillende generatiealgoritmen ontwikkeld, geïmplementeerd en toegepast voor structuren die met name interessant zijn in de scheikunde en de wiskunde. Bovendien wordt het softwarepakket Grinvin uitgebreid en worden de toepassingen ervan in het universitair en middelbaar onderwijs verder gezet. Organisaties:
• Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Kris Coolsaet • Gunnar Brinkmann
Variatoneel geoptimaliseerde densiteitsmatrices in relatie tot de chemische binding. Universiteit Gent Abstract: Variationele optimalisatie van de tweedeordedensiteitsmatrix (DM2) vormt een alternatief voor golffunctie-gebaseerde ab initio methoden. Deze methode wordt echter bemoeilijkt door het 'N-representability probleem', dat doorgaans niet exact opgelost kan worden. Geeft deze methode een correcte weergave van chemische eigenschappen? Met behulp van een zelf ontwikkeld optimalisatieprogramma, toegepast op reëele chemische problemen, wordt dit onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Dimitri Van Neck • Patrick Bultinck
De rol van gibberellines in de regulatie van bladgroei onder droogtestress in de modelplant Arabidopsis thaliana Universiteit Gent Abstract: Droogtestress is één van de belangrijkste factoren die de opbrengst van gewassen limiteren. Een belangrijke adaptatie aan droogte is reductie van bladgroei. Het doel van dit werk is de rol van gibberellines en DELLA's in dit proces te bestuderen, inclusief identificatie van upstream transcriptiefactoren en downstream doelgenen die celdeling en/of celexpansie beïnvloeden d.m.v. groeianalyse en moleculaire karakterisatie van mutanten. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé
Generiek splijten van algebra's met involutie Universiteit Gent Abstract: Het hoofddoel van dit doctoraatsproject is het onderzoek naar een generieke splijtingstheorie voor algebra's met involutie. Die zou bepaalde resultaten en conjecturen rond algebra's met involutie moeten verduidelijken en moeten aangeven in hoeverre concepten van kwadratische vormen veralgemeend kunnen worden naar algebra's met involutie. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Jan Van Geel
Onbeslisbaarheidsproblemen en Diophantische verzamelingen over veeltermringen en functievelden. Universiteit Gent Abstract: In dit project wil ik twee belangrijke topics rond het tiende probleem van Hilbert bestuderen en veralgemenen, namelijk de beslisbaarheid of onbeslisbaarheid van de existentiële theorie en de studie van Diophantische verzamelingen versus recursief opsombare verzamelingen over bepaalde klassen van velden en ringen. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Jan Van Geel
Detectie van DNA-peptide interacties via crosslinking: bidirectionele toepassing van de furan-oxidatie methodologie. Universiteit Gent Abstract: Door middel van synthese van major groef-bindende peptiden met een onnatuurlijke furan-aminozuurbouwsteen zal getracht worden DNA-peptide crosslinking te bewerkstelligen. Na complexvorming met DNA-duplexen zal door selectieve oxidatie, de furaneenheid in waterig midden omgezet worden tot een reactieve enalfunctionaliteit, die dan vervolgens kan reageren met de nucleofiele exocyclische aminefuncties van de DNA basen in major groef. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder
Heterogene datacenters. Universiteit Gent Abstract: Eén van de grote uitdagingen in een hedendaags datacenter is het vermogengebruik. In dit project wensen we een nieuw concept te ontwikkelen en te evalueren die hieraan een oplossing biedt, namelijk een heterogeen datacenter. De basisidee van een heterogeen datacenter is dat er verschillende types servers zijn in het datacenter, waarbij de applicatie wordt toegewezen aan de meest efficiënte server. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Lieven Eeckhout
Supercontinuumgeneratie in silicium-gebaseerde nanogolfgeleiders voor biofotonische toepassingen. Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om een supercontinuümlichtbron te maken in silicium. Deze lichtbron moet een zo wit mogelijk spectrum hebben in één enkelijke ruimtelijke mode. Deze kan onder andere gebruikt worden in de optische spectroscopie en in verschillende communicatietoepassingen, maar ook als bron voor de medische beeldtechniek Optical Coherence Tomography. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
Gegevensmodellen en Theoretische informatica, in een interdisciplinaire context Universiteit Hasselt Abstract: Onze huidige informatiemaatschappij draait meer dan ooit om data; data management blijft dan ook een belangrijk gebied binnen de Informatica. We zien een steeds toenemende verscheidenheid aan gegevenstypes, gaande van het Web, over patronen en meetkundige gegevens, tot DNA sequenties. De ontsluiting van al deze types gegevens vraagt dan ook een interdisciplinaire aanpak van het hedendaags onderzoek in databasesystemen. Deze interdisciplinariteit toont zich in toepassingen zoals text en image retrieval, web mining,geometric queries, spatio-temporal data mining, en bioinformatica-algoritmen. We stellen een domeinspecifieke aanpak voor. We analyseren de diverse nieuwe noden aan databeheer zorgvuldig en ontwerpen gepaste gegevensmodellen die naast elkaar kunnen opereren. Dit vereist een diversificatie van de bestaande theorie van databasesystemen, een thema dat een speerpunt vormt voor de onderzoeksgroep Theoretische Informatica van de UHasselt. We concretiseren ons project aan de hand van drie lopende onderzoekslijnen. Op het gebied van spatial querying onderzoeken we flexibele faciliteiten voor het ondervragen van GIS systemen. Op het gebied van data mining onderzoeken we de de gezamenlijke ontsluiting van data en patronen ontgonnen uit deze data. Tenslotte onderzoeken we gegevensmodellen voor de toepasbaarheid van DNA computing voor databeheer. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Jan VAN DEN BUSSCHE
Equivariante Brauer groepen en Galois deformatie Universiteit Hasselt Abstract: De Brauer groep van een braided monoïdale categorie werd geïntroduceerd door Van Oystaeyen en Zhang in 1998. De groep omvat alle bestaande Brauer groepen, inclusief de Brauer-Wall groep, de Brauer-Long groep en de Brauer groep van een quantum groep of van een Hopf algebra. Een concreet probleem is de berekening van de groepsstructuur van de Brauer groep van welgekende quantum groepen, vaak vanuit een cohomologische benadering. Recent is Carnovale erin geslaagd de Brauer groep van een triangulaire semisimpele Hopf algebra te bepalen, door gebruik te maken van de classificatie van Gelaki en Etingof en de zogehete Lazy cohomologie. In het algemeen wordt, aan de hand van Zhangs exacte sequence, de berekening van de Brauer groep herleid tot de berekening van de braided Galois objecten. Derhalve is de benadering met behulp van biGalois theorie ter vervanging van cohomologie theorie zeer aangewezen. Dit vormt een hoofddoel in mijn project. De volgende drie doelstellingen vormen de kern: Galois deformatie van Hopf algebras en biGalois theorie, equivariante Brauer groepen en braided biGalois theorie, en structuur stellingen van Azumaya algebras over triangulaire pointed Hopf algebras. Organisaties: • Algebra
Onderzoekers: • Yinhuo ZHANG
Ontwerp en ontwikkeling van molecular imprinted polymers met hoge affiniteit voor het template op basis van één bouwsteen. Universiteit Hasselt Abstract: Dit onderzoeksproject concentreert zich specifiek op het ontwikkelen van nieuwe syntheseroutes om Molecular Imprinted Polymers (MIPs) te synthetiseren. MIPs zijn synthetische polymere analogen van anti-lichamen, m.a.w. moleculen die als receptor kunnen dienen voor andere moleculen. In deze zin zijn ze een mogelijk onderdeel van een sensorsysteem voor biomoleculen. Door gebruik te maken van een 'template molecule' in aanwezigheid van alle componenten om de MIP te synthetiseren wordt een nano-poreuse matrix verkregen met een affiniteit voor het gebruikte 'template molecule'. We stellen ons tot doel methoden te ontwikkelen die de heterogeniteit aan bindingsplaatsen beperken, zodanig dat MIPs verkregen worden die naast een hogere capaciteit tevens een hogere selectiviteit en specificiteit vertonen. Dit wensen we te realiseren door de crosslinker actiever te betrekken bij het binden van het 'template' molecule. Dit zal gebeuren door de synthese van multifunctionele crosslinkers waarbij naast de functionele groep, die instaat voor polymerisatie, ook functionele groepen aanwezig zijn die een actieve rol spelen in het aanleveren van de zwakke interacties voor het binden van het 'template'. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Dirk VANDERZANDE
Differentiaal gesorteerde algebra's en hun Brauer Group theorie Universiteit Hasselt Abstract: In dit project gaan we de verbinding onderzoeken tussen de (co) homologie theorie van algebra's en de Hopf algebra theorie. Ons eerste doel is om de homologie theorie te interpreteren in termen van Hopf modules en de gelijkwaardigheid tussen de afgeleide categorieën van modules vast te stellen voor een ring en enkele lokalisatie van de relatieve Hopf modules. Vervolgens bekijken we de Hopf modulen over s gedifferentieerde gegradeerde algebra (DGA) en de bijbehorende homologie theorie. De Hopf Galois theorie van DGAS en de homologie theorie van de Galois DGAS zal een belangrijk onderdeel van dit project vormen. Met behulp van de Hopf Galois theorie van DGAS berekenen we de Brauer groep van DGAS. Tenslotte zal de q-differentieel en hun Hopf algebras Galois theorie worden onderzocht. Organisaties: • Algebra
Onderzoekers: • Yinhuo ZHANG
Studie van de elektronische toestanden van grensvlakken tussen (ultra) nanokristallijn diamant en organische halfgeleiders, een veelbelovend concept voor een nieuwe generatie fotovoltaïsche cellen Universiteit Hasselt Abstract: Voorliggend project stelt nieuwe fotovoltaische concepten voor, gebaseerd op moleculaire monolagen en anorganische oppervlakken. Verschillende onderzoekspaden zullen nagegaan worden om het grensvlak tussen beide componenten te onderzoeken en te optimaliseren ten einde een excellent resultaat te garanderen. Het project zal gebruik maken van twee materialen die, omwille van hun specifieke eigenschappen, veel onderzoeksaandacht krijgen binnen de materiaalkunde: opto-elektronische, organische moleculen en CVD diamant. De fundamentele eigenschappen van de ladingsoverdrachtmechanismen tussen beide materialen zullen onderzocht worden. Deze kennis zal leiden tot nieuwe inzichten die van cruciaal belang zijn voor de ontwikkeling van nieuwe zonnecelconcepten, moleculaire schakelingen en optische componenten. Verder heeft dit project tot doel fotovoltaïsche cellen, gebaseerd op diamant-moleculaire grensvlakken, te realiseren. Diamant zal fungeren als platform voor het efficiënt aanhechten van absorberende moleculen om op die manier dunne lagen aan te maken met goede lichtabsorberende eigenschappen. Bovendien is het aangetoond dat boorgedoteerd diamant een zeer hoge elektrische geleidbaarheid vertoont. In combinatie met het hoog transparante karakter vormt diamant daarom een veelbelovend materiaal om het dure tin gedoteerd indiumoxide te vervangen als
transparante elektrode. Er zal nauwkeurig onderzoek verricht worden om de juiste doteringsconcentraties en groeicondities te bepalen om hooggeleidende lagen met optimale kristalliniteit te bekomen. Aangezien B-gedoteerd diamant tot op heden het grootste elektrochemisch potentiaalbereik vertoont, zal het getest worden op zijn katalytische activiteit en bruikbaarheid als kathode in hybride zonnecellen. Diamant is een materiaal met superieure optische en elektrische eigenschappen die veelbelovend zijn om nieuwe doorbraken in de huidige zonneceltechnologie te realiseren. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Ken HAENEN
Invloed van plasma-condities op de groei van dikke, vrijstaande (100) diamantlagen als bestudeerd met Time-Of-Flight. Universiteit Hasselt Abstract: De hoofddoelstelling van dit project is het bestuderen van de groei en de elektrische transporteigenschappen van vrijstaande, (100) georiënteerde, CVD diamantlagen en de invloed van het diamantoppervlak op deze processen. Meer exact zal de groei toegespitst worden op hoge groeisnelheden van ongedopeerde diamantlagen. De invloed van de substraatoriëntatie, plasma behandeling voor de groei en plasmacondities zullen onderzocht worden. Verder zal, wanneer de gegroeide lagen vrijstaand gemaakt worden door de lagen van hun substraat af te halen, elektrische karakterisering gebeuren door de Time-of-Flight (TOF) techniek om de elektrische transporteigenschappen van deze vrijstaande CVD lagen te verduidelijken, gevolgd door een vergelijking met commercieel beschikbare IIa CVD diamantlagen en met natuurlijk IIa diamant. De invloed van de plasmabehandeling voor en na de groei en de contactconfiguratie bestudeerd door Time-of-Flight zijn de uiteindelijke doelstellingen van dit project. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Ken HAENEN
EPICS: E-learning Platform In the Cultural heritage Sector Universiteit Hasselt Abstract: Het EPICS-project streeft naar de ontwikkeling van een e-learning platform voor digitaal cultureel erfgoed in Vlaanderen. Het samenbrengen van de recente digitaliseringstendens in de cultureel erfgoed sector en de groeiende impact van het gebruik en distributie van digitale content in de onderwijssector, biedt veelbelovende opportuniteiten op het vlak van erfgoededucatie. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Kris LUYTEN
De OSMA Serious Game Engine voor Games-Based Learning Universiteit Hasselt Abstract: Het commerciële multiplayer adventure game-genre bevat veel interessante probleemoplossende en culturele elementen met een enorm potentieel voor game-based learning. De uitdaging is om dit soort game-omgevingen aan te passen aan de doeleinden van trainingen en het reguliere onderwijs. Een goed computerspel of succesvolle (training-)simulatie wordt immers niet enkel gekenmerkt door de technologische component maar ook door zijn game design en game art. Vooral bij serious games vormt de inhoud, de ontwikkeling van een interessante 'game play', de verhaallijn (scenario's) een belangrijke uitdaging. Dit project heeft tot doel door 'hergebruik', de hoge ontwikkelingskost van gesofisticeerde edutainment games drastisch te verlagen, door een met richtlijnen gedocumenteerde Open Source, Multiplayer, Adventure, (OSMA) Serious Game Engine (SGE) voor Game-based Learning te creëren. De open source aanpak op technologisch, maar ook op inhoudelijk en procesmatig vlak, moet ervoor zorgen dat vooral kmo's een jumpstart kunnen nemen bij de ontwikkeling van dit bepaald type van serious games. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Wim LAMOTTE • Peter QUAX
Chemische synthese van nano(hetero)gestructureerde metaaloxiden met bijzondere fysische eigenschappen Universiteit Hasselt Abstract: Fascinerende fenomenen, als Mott metaal-isolator transities in gecorreleerde elektronsystemen of multiferroïciteit, genieten recent veel aandacht. Geminiaturiseerde morfologieën en heterostructuren op nanoschaal, laten toe deze eigenschappen (drastisch) te wijzigen of te combineren. De bestudeerde materialen werden echter veelal via fysische depositietechnieken bereid. In onderhavig project, zullen nano(hetero)gestructureerde metaaloxiden bereid worden via (een combinatie van) originele hydrothermale en oplossing - gel syntheses. Eerst wordt de miniaturisatie in 1, 2 of 3 dimensies van oxiden met bijzondere eigenschappen nagestreefd, i.h.b. ultradunne lagen en nanodraden/buizen/staafjes tot nanosferen vrijstaand of op substraat; daarna zullen nanoheterostructuren aangemaakt worden, namelijk multigelaagde films, of coatings bestaand uit nanopilaren of -sferen in een oxidematrix. De materiaaleigenschappen (structureel en morfologisch) zullen gecontroleerd worden vanaf het precursorstadium van de sol-gel of hydrothermale synthese en via de chemische transformatie tot het gewenste materiaal. De focus zal gericht zijn op de controle over de morfologie, kristalfasen, chemische compositie, oxidatietoestand van de metaalionen in het materiaal, en grenslagen tussen verschillende fasen. De karakterisatie van de functionele eigenschappen, hetzij elektronisch hetzij katalytisch, zal richting geven aan de synthese tot bekomen van uitzonderlijke fenomenen. Het project ambieert aldus de ontwikkeling van nieuwe materialen met ongewone eigenschappen, door strikte controle over hun structuur vanuit de bereiding. Organisaties: • Anorganische en Fysische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marlies VAN BAEL • An HARDY • Nick PEYS
Neutrino astronomie met IceCube en zijn Deep Core uitbreiding Vrije Universiteit Brussel Abstract: Met IceCube, het grootste neutrino observatorium ter wereld, is een wereldwijde zoektocht ingezet naar hoge-energie neutrino's afkomstig van kosmische fenomenen. Neutrino's zijn bijzondere astronomische boodschappers; zij zijn de enige die informatie kunnen overbrengen van de kosmische verschijnselen aan de rand van het Universum naar de aarde. Eén van de kernproblemen betreffende de geweldigste kosmische fenomenen, zoals Gamma Ray Bursts en Actieve Galactische Nucleï, is de identificatie van een hadronische component in de emissie. Gamma-straal observaties geven geen eenduidige conclusies, maar de detectie van geassocieerde neutrino emissie zou eenduidig wijzen op een hadronische component. Bovendien reflecteert de observatie van een tijdsverschil tussen de elektromagnetische en de neutrino burst verschillende productie- en versnellingsmechanismen, wat inzicht schept in de fysische processen onderliggend aan deze gebeurtenissen. De combinatie van IceCube gegevens met elektromagnetische observaties opent voor het eerst in de geschiedenis de mogelijkheid om beide aspecten simultaan te bestuderen. Nu de GLAST satelliet operationeel is en IceCube reeds goed gevorderd is, is de tijd rijp om onderzoek in deze richting te starten. Daar waar GLAST de elektromagnetische informatie zal verschaffen, zullen IceCube en zijn Deep Core uitbreiding ons toelaten de zoektocht naar gerelateerde neutrino activiteit uit te voeren met ongekende gevoeligheid. Deep Core is een dicht rooster sensoren geplaatst op de grootst mogelijke diepte in het Antarctisch ijs, volledig omgeven door de standaard IceCube sensoren die als veto gebruikt kunnen worden. Deze unieke eigenschappen van Deep Core leveren een omgeving met zeer lage achtergrond en laten toe het energiebereik van IceCube naar beneden uit te breiden tot 20 GeV, wat resulteert in een significante verhoging van de gevoeligheid en een uitbreiding tot een 4? ruimtehoekbereik, inclusief de Zuidelijke hemel. Bijgevolg zal de Deep Core uitbreiding van IceCube ons toelaten bronnen in onze Melkweg te bestuderen, inclusief het massief zwart gat in het centrum ervan. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • Nicolaas VAN EIJNDHOVEN • CATHERINE DE CLERCQ
Visiting postdoctoral (senior) fellowship : LIU, Yueqi (China) Vrije Universiteit Brussel Abstract: FWO beurs voor betaling senior postdoc bezoek Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Internationale vergelijking van de competiviteit van het topsportbeleid in atletiek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De internationalisering van topsport en het belang van topsport doet het onderzoek naar de competitiviteit in topsport op algemeen, maar ook op sporttak specifiek niveau toenemen. Steeds meet landen investeren doelbewust in topsport, zonder dat precies duidelijk is wat de kenmerken van een efficient en effectief topsportbeleid zijn. Door de toegenomen internationale concurrentie, zijn landen op zoek naar hoe ze hun competitief voordeel kunnen vergroten. Competitiviteit van industrieën is in de economie een veelgebruikt concept en zal hier toegepast worden op het topsportbeleid, door de determinanten van competitiviteit in atletiek te bepalen. Dit proces zal leiden tot de ontwikkeling van een model om de competitiviteit van een land in atletiek te bepalen. Dit zal gebeuren in een internationale context door gebruik van mixed research methods die ons enerzijds in staat moeten stellen de prestatiebepalende factoren van atletiek die door het beleid kunnen beinvloed worden te bepalen, maar anderzijds ook, een internationale vergelijking van het topsportbeleid atletiek mogelijk maakt en resulteert in een objectieve wetenschappelijke rapportering omtrent de competitiviteit van landen in atletiek. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • PAUL DE KNOP
"Programming Language Engineering" Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bijkomende middelen voor: Softwaretechnologie voor Aanpasbare Gedistrubueerde Middleware (STADiUM) Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • THEO D'HONDT
Semantic Information Systems Technology and Applications Vrije Universiteit Brussel Abstract: Matching Ontology-based Process-Oriented Learning: Het doel van Prolix is om het process van leren aan te passen aan business-processen om ervoor te zorgen dat organisaties sneller de competenties van hun werknemers kunnen aanpassen aan veranderende businessrequirements. Om dit doel te bereiken, ontwikkelt Prolix een open, geïntegreerde referentie architectuur voor het proces van leren en informatie-uitwisseling. STARLab's bijdrage hier is de semantische interoperabiliteit bij de uitwisseling van process-en informatiemodellen. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ROBERT MEERSMAN
Een 'multi-proxy' benadering voor de studie van biogeochemische cycli van koolstof en stikstof in tropische en gematigde estuaria Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit voorstel beoogt een betere kwantificatie van biogeochemische C en N processen in tropische (maar ook gematigde) estuariene systemen, door het ontwikkelen van een 'proxy tool-box' die een karakterisatie van het systeem en de belangrijkste biogeochemische processen mogelijk maakt. We voorzien het optimiseren, ontwikkelen en implementeren van geavanceerde en nieuwe analytische technieken om de distributie en herkomst van organische en anorganische C en N reservoirs te kunnen begrijpen en om de belangrijkste biogeochemische processen te
kwantifiëren, met een nadruk op de tropische zone. Specifieke objectieven hierin zijn: (1) het kwantifiëren en isotopisch karakteriseren van particulaire en opgeloste organisch en anorganische koolstof en stikstofreservoir; (2) de belangrijkste transformaties van organisch en anorganisch C en N in tropische riviren en estuaria te bepalen en kwantifiëren. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • FRANK DEHAIRS
Interuniversitaire Buitenlandse Francqui-Leerstoel toegekend 2009-2010 aan Prof. Ingrid Daubechies (USA). Vrije Universiteit Brussel Abstract: In recent years exciting new developments in mathematics and computer science have opened up new domains of application for computational mathematics. These developments bring new challenges, for which new approaches and tools must be developed. Machine learning and compressed sensing are two typical examples; they draw not only from traditional linear-algebra-based numerical analysis or approximation theory, but also from information theory, graph theory, the geometry of Banach spaces, probability theory, and more. Organisaties: • Wiskunde • Computer- en Toegepaste Wiskunde
Onderzoekers: • Ignace LORIS • Ingrid DAUBECHIES
Exciteerbaarheid in halfgeleiderringlasers: naar het geïntegreerd optisch neuron. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Exciteerbare systemen spelen een belangrijke rol in verscheidene domeinen van de wetenschap, met als oervoorbeeld uiteraard het neuron. In het kort is een systeem exciteerbaar als het een grote puls uitstuurt wanneer het geëxciteerd wordt door een voldoende groot inputsignaal, maar bijna niet reageert wanneer dit inputsignaal te klein is. Een optische component die - onder welbepaalde omstandigheden - ook dergelijk exciteerbaar gedrag vertoont is de halfgeleiderringlaser. Deze exciteerbaarheid wordt geïndiceerd door een asymmetrie in te voeren in de circulatie lasercaviteit. Bovendien kan de halfgeleiderringlaser erg klein gemaakt worden en integreerbaar zijn op een chip, wat maakt dat deze component bijzonder geschikt is voor de studie van netwerken van gekoppelde exciteerbare systemen. In dit project willen we de dynamica bestuderen van zowel een enkele asymmetrische halfgeleiderringlaser als van een newerk van twee of meer gekoppelde lasers, en onze theoretische bevindingen experimenteel verifiëren. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • JAN DANCKAERT
Quantitatieve domeinen en modellen voor 'average case execution time' Vrije Universiteit Brussel Abstract: De strukturen die aangewend worden in denotationele semantiek zijn quantitatieve domeinen, namenlijk domeinen (zekere geordende ruimten die een approximatie relatie toelaten), uitgerust met een partiele metriek die de Scott topologie en de oorspronkelijke orde bepaalt. Andere strukturen komen naast de partiele metrieken eveneens aan bod, zoals weighthed quasi-metrieken, measurements of semi-valuaties. We willen een vergelijkende studie doorvoeren met aandacht voor functoriele verbanden en eigenschappen zoals cartesisch geslotenheid, van belang bij modellering van hogere types. We willen het recent door M. Schellekens bewezen resultaat dat ieder domein met een aftelbare basis quantificeerbaar is, uitbreiden door de cardinaliteitsbeperking op de basis te elimineren. Het is ook de bedoeling de wiskundige strukturen te ontwikkelen waarin de methodes voor ACET (Average Case Execution Time) voor een ruime klasse van algoritmen kunnen gemodelleerd worden. Het is van belang de verdeling van input variabelen te kunnen traceren doorheen de berekeningen en "randomness bewaring" of de algemenere "random bag" bewaring drukt dit uit. Daar waar de Scott topologie op een domein precies instaat om berekenbaarheid te modelleren, willen we onderzoeken voor welke topologie het bewaren van randomness kan uitgedrukt worden als een continuiteitsvoorwaarde. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • EVA COLEBUNDERS
Microgestructureerde vlakee zonneconcentratoren voor fotovoltaïsche cellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Door het directe zonlicht te concentreren op hoogefficiënte multi-junction zonnecellen met behulp van concentratoren kan men de prijs van elektriciteit uit zonlicht potentieel verlagen. Bij een hoge concentratieverhouding moet de oppervlakte van de zonnecel immers slechts een fractie bedragen van de oppervlakte die het zonlicht opvangt. Het probleem van zonneconcentratoren is echter hun complexiteit en het feit dat ze constant de beweging van de zon moeten volgen met grote nauwjeurigheid ('tracking') om een hoge concentratieverhouding te garanderen. In dit project gaan we vlakke concentratoren onderzoeken die bestaan uit een aantal boven elkaar liggende microgestructureerde plastic componenten die het zonlicht concentreren naar een matrix van kleine multi-junction zonnecellen op relatief grote afstand van elkaar. Hierbij zal de 'tracking' functionaliteit gerealiseerd worden door kleine elineëringsverschuivingen tussen de afzonderlijke componenten. Door inzicht in de limieten van micro-optische componenten voor lichtconcentratie en het gebruik van nieuwe designalgoritmes willen we komen tot compacte en goedkope zonnecollectiemodules met een grote concentratieverhouding. Verder wensen we te onderzoeken hoe de integratie van luminescente concentratieprincipes in deze modules de haalbare concentratieverhouding verder kan verhogen en de noodzakelijke tolerantie vereisten kan verminderen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
De ruimte-tijd als emergent verschijnsel in snaartheorie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In kosmologische modellen is een fundamentele theorie nodig om de toestand van het heelal vlak na de oerknal, waar kwantumgravitatieeffecten belangrijk zijn, te beschrijven. Snaartheorie is een kandidaat om dit gat inons begrip van wetten van de fysica op te vullen. De theorie is echter nog niet goed begrepen in de aanwezigheid van kosmologische singulariteiten. Het voornaamste doel van mijn project is hierin verandering te brengen. Ik zal me vooral concentreren op 'matrix-theorie', waarin kwantumgravitationele theorie van matrices. De ruimte-tijd is dus een 'emergent' verschijnsel. In het 'matrix big bang' model wordt de fysica ver weg van een singulariteit in zeer goede benadering beschreven in het kader van de algemene relativiteitstheorie, maar verliest het begrip ruimte-tijd zijn betekenis in de buurt van deoerknal. In dit laatste regime vinden
we een kwantummechanische theorie van niet-commuterende matrices, die geen ruimte-tijd-interpretatie heeft. In dit project wil ik, uitgaande van drie concrete vragen in dit kader, het fenomeen van emergente ruimte-tijd meer in detail bestuderen. Daarnaast geef ik ook een aantal andere richtingen aan waarin ik onderzoek wens te verrichten. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • BEN CRAPS
Functionele en moleculaire beeldvorming in hartfalen bij proefdieren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is om celtransplantatie bij een proefdiermodel van hartfalen op te volgen met niet-invasieve beeldvorming: het aantal viabele cellen te bepalen, de celproliferatie te meten en de transplantatiecellen in 3D te localiseren in het lichaam. Hiervoor zullen we gebruik maken van het rNIS-Fluc-transgeen ratmodel. Deze ratlijn heeft de eigenschap dat alle cellen het red shifted firefly luciferase enzym (Fluc) tot expressie brengen alsook de natrium-jood transporter (rNIS). Deze reportergenen laten ons toe om deze cellen in beeld te brengen door middel van optische en/of radionuclide beeldvorming. De transgene dieren zullen we bijgevolg gebruiken als donor voor de celtransplantatie. De cellen zullen getransplanteerd worden in wild-type proefdieren met hartfalen. Na de celtransplantatie zullen we op verscheidene tijdstippen het transplant in beeld brengen door middel van optische beeldvorming en microSPECT/PET. Het therapeutisch effect van de celtransplantatie zullen we opvolgen met pinhole-gated-MIBI en MIBG SPECT. Deze technieken laten toe enerzijds de myocardperfusie en innervatie in beeld te brengen en anderzijds ook de globale en regionale cardiale functie accuraat te meten. Hierdoor wordt het mogelijk om de verschillende parameters van de celtransplantatie te correleren met het herstel van de myocardfunctie. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE
Implementatie van multivariate methoden in proces analyse en kwaliteitscontrole van geneesmiddelen: nieuwe strategieën en applicaties.(nieuwe titel) Herbale fingerprints in (drukgedreven) capillaire electrochromatografie: ontwikkeling en data verwerki... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Herbale fingerprints in (drukgedreven) Capillaire ElectroChromatografie: ontwikkeling en data verwerking in de context van de kwaliteitscontrole van plantaardige voedingssupplementen en in de search naar potentiële leadmolecules uit traditionele fytofarmaca. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Nanostructurering, stabiliteit van morfologie en mechanisme van ladingsoverdracht bij geconjugeerd polymeer/fullereen mengsels voor organische fotovoltaïsche cellen. Experimentele en theoretische studie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt een bijdrage te leveren tot de fundamentele inzichten in de mechanismen en criteria die de efficiëntie en stabiliteit beïnvloeden van 'exciton' zonnecellen, gebaseerd op het 'bulk heterojunction' concept. In dit type fotovoltaïsche cellen moeten foto-geïnduceerde excitons (gat-electron paren), die ontstaan in een donorfase van een fasegescheiden systeem, diffunderen naar de (nano-)interfase tussen donoren acceptorfase, waar ze moeten dissociëren om vrije ladingsdragers te creëren met voldoende hoge mobiliteit. Dit vereist een snel electron transport naar de acceptorfase via een geëxciteerd complex of 'exciplex'. De efficiëntie van het systeem zal uiteraard bepaald worden door een geschikte keuze van donor (geconjugeerd polymeer, bv. P3HT of MDMO-PPV), acceptor (fullereenderivaat, bv. PCBM) en de gevormde nanomorfologie, om een optimale ladingsoverdracht aan het uitwisselingsoppervlak van de nanogestructureerde interfase via het exciplex intermediair mogelijk te maken. Fotovoltaïsche cellen zoals hierboven beschreven bieden een potentieel technologisch alternatief voor anorganische cellen om efficiënt en kost-effectief zonne-energie te converteren in elektrische energie. Concreet zal het onderzoek uit twee luiken bestaan. Enerzijds omvat het project een experimentele studie van het fasegedrag voor mengsels van halfgeleidende, geconjugeerde polymeren met fullereenderivativen, uitgevoerd in de onderzoeksgroep Fysische Scheikunde en Polymeren (FYSC). Het creëren en stabiliseren van een nanogestructureerde, co-continue morfologie van donor en acceptor is essentieel voor een stabiele, efficiënte werking van zonnecellen op basis van deze dunne, organische lagen. Het fase- en kristallisatiegedrag én de positie van de glasovergang(en) van de geselecteerde systemen zullen in een zo breed mogelijk concentratieregime bestudeerd worden met gevorderde thermische analysetechnieken zoals gemoduleerde temperatuur DSC, 'Rapid-scanning DSC' en chip calorimetrie, maar ook oppervlakte analysetechnieken zoals AFM en nanothermische analyse. Anderzijds zal theoretisch de ladingsoverdracht aan de interfase tussen het door licht geëxciteerd polymeer en het fullereenderivaat via een 'exciplex' bestudeerd worden via time-dependent DFT in de onderzoeksgroep Algemene Chemie (ALGC), met als eerste doel om na te gaan of efficiënte ladingsoverdracht kan plaats vinden in de experimenteel bestudeerde systemen. Vervolgens zal de analyse van de ladingsoverdracht-mechanismen toelaten te achterhalen welke karakteristieken van het polymeer en het fullereenderivaat belangrijk zijn bij een succesvolle ladingsscheiding. Deze geconcerteerde onderzoeksstrategie beoogt een fundamenteler inzicht in de essentiële 'synthese-structuurverwerking-eigenschap' relaties van deze systemen. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren • Scheikunde • Materialen & chemie
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS • GUY VAN ASSCHE • GREGORY VAN LIER • BRUNO VAN MELE
Theoretische en experimentele onderzoek naar de effecten van kolomdrukken boven de 1000 bar in analytische vloeistofchromatografie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het huidige project is gericht op het leveren van een fundamenteel antwoord op de vraag of het mogelijk is de effecten van de viskeuze wrijvingswarmte zodanig in te perken dat de huidige bovenlimiet van 1000 bar uitgebreid kan worden naar 1500 bar (en meer) voor analytische vloeistofchromatografie-kolommen (2.1 mm en 4.6 mm binnendiameter). Ook zal beschreven worden welke theoretische prestatiegrenzen op het gebied van scheidingsresolutie en -snelheid verwacht kunnen worden, en zullen modellen opgesteld worden die weergeven hoe de piekverbreding en de retentiefactoren van de componenten gaan variëren onder de combinaties van hoge druk en veranderende kolomtemperatuur die onvermijdelijk gaan optreden onder deze extreme omstandigheden. Deze
modellen zijn ook onontbeerlijk om de huidige methode-ontwikkelings-software klaar te maken voor ultra-hoge druktoepassingen. Tijdens het project is een in-huis gemodificeerd prototype-toestel beschikbaar waarmee unieke metingen gemaakt zullen kunnen worden van de extra piekverbreding en retentie-verschuivingen die optreden door de combinatie van hoge druk (tot 1500 bar) en de bijhorende gedissipeerde wrijvingswarmte. Deze metingen zullen verder ook gebruikt worden om de nieuw op te stellen wiskundige modellen voor piekverbreding en retentiefactoren te valideren. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
Uitbreiding van een ruimtelijk verdeeld hydrologisch model voor analyse van stedelijk waterbeheer. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het Europees Parlement heeft in 2000 de kaderrichtlijn water aangenomen vereist dat het waterbeleid binnen de EU gestoeld wordt op de principes van integraal waterbeheer. Groeiende bevolking en urbanisatie veroorzaakt grote veranderingen in de hydrologische cyclus. Vele modellen zijnontwikkeld voor het stimuleren en begrijpen van hydrologische processen, echter in stedelijke gebieden beperkten deze zich veelal tot de bepaling en afvoer over ondoorlatende oppervlakken. Er bestaat daarom een nieuwe uitdaging voor de hydrologische wetenschap om de tools te creeren voor analyse van geintegreerd waterbeheer in urbane gebieden. Dit onderzoeksvoorstel heeft als doel tekortkomingen in de huidige methodologiën aan te pakken door het ontwikkelen van nieuwe modelconcepten voor gedetailleerde ruimtelijk verdeelde modellering van de urbane water cyclus en wel door middel van uitbreiding en aanpassing van het bestaande WetSpa model. Het project wordt onderverdeeld in 5 fasen: 1)Karakterisatie van urbane hydrologie: studie en klassificatie van urbane gegevens; 2)Grondwater module: uitbreiding van het WetSpa model met een MODFLOW model component door middel van de OpenMI Koppelingsmethodologie; 3)Hydraulische module: linking van het WetSpa model met het SWMM model door middel van de OpenMI koppelingsmethodologie; 4)Kalibratie en validatie ahv generische en praktische gevalstudies; 5)Toepassing op een stedelijk gebied met als analyse parasitair rioolwater. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN
ICP :Interuniversity Programme in Water Resources Engineering - IUPWARE (2009-2010)ism KUL Vrije Universiteit Brussel Abstract: Organisatie van de interuniversitaire master opleiding - Master in Water Resources Engineering - in samenweking met de KU Leuven Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN • WILLY BAUWENS • FLORIMOND DE SMEDT
ICP : Interuniversity Programme Physical land resources - PHYLARES (2009-2010) ism UG. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Organisatie van de interuniversitaire opleiding - Master in the Physical Land Resources - in samenwerking met de UGent Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN • WILLY BAUWENS • FLORIMOND DE SMEDT
ICP: Master of Human Ecology and Master of Advanced Studies in Human Ecology (2009-2010) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Medicijnen farmacie Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Ontwikkeling van een generisch methode-ontwikkelingsinstrument dat efficiëntie en selectiviteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het voorgestelde project is gericht op het toevoegen van efficiëntie als een extra variabele aan de huidige manier van methodeontwikkeling voor vloeistofchromatografie. Door kolommen serieel te koppelen via rotor-stator kleppen met een innovatief connectiegroevenpatroon kan immers een systeem van gekoppelde kolommen verkregen worden waarvan niet alleen de totale ketenlengte automatisch kan gewijzigd worden, maar ook de inhoud (aard van de stationaire fase, partikelgrootte) van de verschillende segmenten. Hierdoor kunnen selectiviteit en efficiëntie onafhankelijk van elkaar gevarieerd worden en kan gericht gezocht worden naar hun optimale combinatie. Door de ontwikkeling van automatische zoekalgoritmes zal ook getracht worden om dit nieuwe type van methode-ontwikkeling volledig te automatiseren zodat het als een "stand alone"-applicatie kan werken (dit laatste is mogelijk doordat nu bij verschillende kolomlengtes gegevens verzameld kunnen worden). Het potentiële voordeel van de methode zal onderzocht worden op een reeks moeilijke scheidingen uit de farmacie, de voedingsindustrie en veiligheid. Om een globaal beeld te krijgen van de voordelen van de methode zal ook gewerkt worden aan de theoretische beschrijving van haar prestatielimieten als functie van de monster-complexiteit en de beschikbare druk. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Deirdre CABOOTER
Verbeterde Micro-en Nanogestructureerde Kolom-en Pakkingsstructuren voor de Chromatografische Scheiding van Macromolecules.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het voorgestelde project is gericht op de experimentele verificatie van de nieuwe mogelijkheden die geboden worden door toepassing van de meest recente micro- en nano-machiningstechnieken voor de vervaardiging van verbeterde kolom-pakkingen voor de grootte- en vormscheiding van macro-molecules. Meer concreet zal nagegeaan worden of de mogelijkheid om perfect geordende pakkingsstructuren te maken en de mogelijkheid om de afmetingen en vorm van de macro-molecules af te stemmen, niet gebruikt kan worden om inventieve en verbeterde pakkingen te fabriceren voor scheidingsmethodes zoals SEC (Size Exclusion Chromatografie), Hydrodynamische chromatografie (HDC) en Molecular Topological Fractionation (MTF). Om dit aan te tonen zal met behulp van deep-UV lithografie en Nano-Imprint Lithografie een reeks micropilaarkolommen gemaakt worden met een ruime waaier aan doorstraamporie- en mesoporievormen en zal het elutiegedrag en de axiale dispersie van nano-partikel, eiwitten, DNA-ketens en polymeerketens met verschillende lengte en vertakkingsgraad opgemeten worden. Dit werk moet enerzijds leiden tot het bekomen van betere scheidingsmethodes voor macro-molecules, en anderzijds tot het vergaren van een veelheid van fundamentele informatie over het stromingsgedrag van macro-molecules in ingeperkte ruimtes. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Wim DE MALSCHE • GERT DESMET
Van gemodificeerde VIP analohga naar VIP mimetica: synthese en structurele studies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vertrekkende van de &-helix-bevattende conformatie van de VIP zullen in eerste instantie peptidische analoga gesynthetiseerd worden met verbeterde farmacokinetische eigenschappen. Daartoe zullen verschillende strategieën gevolgd worden. Het invoeren van B³-homoaminozuren in de (verkorte) peptidensequentie zal aanleiding geven tot B-peptiden waarvan geweten is dat zij een &-helix kunnen nabootsen. Een tweede methode is de stabilisatie van de &-helix door brugvorming op drie verschillende manieren: via lactambindingen tussen Lys en Asp of Glu residu's, via ringsluitingsmetathese vertrekkende van O-allylserines, allylglycines of &-methylallylglycines of via azide-alkyn, 1,3-cycloadditiereacties tussen propargylglycineresidu's en azide-bevattende aminozuren. Stabilisatie van de helix kan tenslotte ook verkregen worden door het invoeren van hydrogen bond surrogate templates in de peptidensequentie. Een derde type VIP analoga zijn cyclische B-hairpin decapeptiden. De conformatie van de gezynthetiseerde derivaten zal geanalyseerd worden m.b.v. CD, NMR en molecular dynamics gebruikmakende van NMR constraints. Hun biologische activiteit zal bepaald worden door de groep van M. Waelbroeck (ULB). In een volgende fase zullen neoVIP analoga voor een neoVPAC1 receptor bereid worden. Op langere termijn beoogt dit project als uiteindelijke doel van het ontwerp en de synthese van niet-peptidische mimetica. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • DEBBY FEYTENS
Supersymmetrie breking in ijktheorieën en snaartheorie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie rond supersymmetrie breking in ijktheorieën en snaartheorie. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • Alberto MARIOTTI
Actieve polymeer optische structuren en micro-gestructureerde optische vezels voor optische verbindingen op Printed Circuit Board-niveau Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject situeert zich rond het aanwenden van optische interconnecties op niveau van het Printed Circuit Board (PCB), met als hoofddoel de fotonen afkomstig van het optische vezel telecomnetwerk tot in de kern van de silicium geïntegreerde circuits te brengen. Een eerste pijler in dit project situeert zich rond de overgang van passieve naar actieve optische koppelstructuren. Door gebruik te maken van nieuwe actieve polymeermaterialen in combinatie met onze diepe protonenlithografie technologie zullen we actieve componenten aanmaken die voor de nodige signaalversterking kunnen zorgen in optische interconnecties op PCB-niveau. We zullen verschillende actieve materialen en verschillende pompmechanismen bestuderen en optische signaalversterkende koppelstructuren ontwerpen en demonstreren. Een tweede pijler in dit project betreft de problematiek van de overgang van multimode naar monomode stucturen. Daarvoor wensen we microgestructureerde vezels met lage koppel- en buigingsverliezen te ontwerpen en te fabriceren, alsook het het inbedden van deze speciale glasvezels in PCBs te demonstreren. Na deze proof-of-concept met micro-gestructureerde glasvezels zullen we de overgang maken naar polymeer microgestructureerde vezels. De ultieme doelstelling van dit project bestaat erin de actieve materialen en de polymeer micro-gestructureerde vezels samen te brengen tot actieve polymeer micro-gestructureerde vezels, hetgeen een enorme doorbraak zou betekenen in de wereld van de optische interconnecties en een paradigmabreuk voor hun praktische implementatie. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT • Jurgen VAN ERPS
Hoge resolutie NMR onderzoek naar eiwit dynamiek die ten grondslag ligt aan allosterie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Allosterische regulatie van eiwitten gaat vaak gepaard met bewegingen op grote schaal. Echter veel eiwitten hebben een subtielere manier ontwikkeld om het signaal van binding door te geven naar het actieve centrum. Het is theoretisch aangetoond dat verandering in eiwit dynamiek een manier kan zijn om het effect van binding door te geven. Dit onderzoeksvoorstel is ontworpen om deze hypothese experimenteel te teste. We zullen B-lactamase, een enzym verantwoordelijk voor bacteriële resistentie tegen peniciline, als modeleiwit gebruiken. Met behulp van hoge resolutie spectroscopie van kernspinresonantie (NMR) - een krachtige techniek o macromoleculaire dynamiek op verschillende tijdschalen te onderzoeken - zullen we een aantal B-lactamase varianten, geconstrueerd om te binden aan en gereguleerd te worden door een scale aan partners (metalen, antilichamen, antibiotica etc. ), te bestuderen. De belangrijkste doelen zijn om te begrijpen hoe het signaal van binding wordt doorgegeven naar een ver actief centrum en om op te helderen of minieme veranderingen in eiwit dynamiek geinduceerd door binding verantwoordelijk zijn voor de waargenomen veranderingen in enzymatische activiteit. Binnen dit project streven we ernaar om een experimentele methodologie te ontwikkelen die op brede schaal toepasbaar si op andere biomoleculaire systemen en hopen we de onderliggende principes van allosterische regulering te ontrafelen.
Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Natuurkunde
Onderzoekers: • Nico VAN NULAND • Oleksandr VOLKOV
studiebeurs voor wetenschappelijk onderzoek / Begeleiding doctoraat van Federico Dominguez. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doktoraat kadert in het IDEA project (Intelligent Distributed Environmental Assesment), http://idea.intec.ugent.be/en/main/. Federico onderzoekt de aspecten rond geluidsmeting en de opbouw van het meetnetwerk. Promotoren: K. Steenhaut, A. Touhafi Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ABDELLAH TOUHAFI • KRIS STEENHAUT
Financiering IOF-Proof of Concept: transversaal mode schakelen toegepast op CO2 en YAG lasers Vrije Universiteit Brussel Abstract: Financiering IOF-Proof of Concept: transversaal mode schakelen toegepast op CO2 en YAG lasers Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JOHAN STIENS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBKMS_Geert De Cubber Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Geert De Cubber Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
Raamwerkovereenkomst. Dienstverlening Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Optoelectronic Industry and Technology Development Association OITDA' hebben voor het project ' Framework Agreement. Providing services on a case by case basis.' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversité Bordeaux 3_Berzin Marion Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Berzin Marion Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
Zeeschelde. Onderzoek naar de gevolgen van het Sigmaplan, baggeractivitieten en havenuitbreidingen in de Zeeschelde op het milieu. (bestek 16EI/09/21-Perceel 2): koolstofcyclus. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • WILLY BAEYENS
Geloof in logica en filosofie. KU Leuven Abstract: In mijn doctoraatsthesis argumenteer ik voor de filosofische relevantievan de dynamische wending in de epistemische logica. Dit deelgebied vande logica houdt zich bezig met het formeel beschrijven van het logischegedrag van epistemische noties zoals kennis, overtuiging, (subjectieve)kans, etc. Een typisch studieobject is het principe van positieve introspectie: als een persoon weet dat p, volgt hier dan meteen uit datze ook weet dat ze weet dat p? De fundamenten van de epistemische logica werden gelegd door J. Hintikka en anderen in de jaren 60 van de 20e eeuw. Deze auteurs werkten vanuit een expliciet filosofische motivatie: het was hun bedoeling om hun technische resultaten uit de epistemische logica te gebruiken in de filosofische (epistemologische) analyse van kennis. Later werd meer en meer werk in de epistemische logica verricht door economen (speltheorie) en computerwetenschappers (multi-agent systemen, cryptografie, etc.). Zij gebruik(t)en de epistemische logica omspecifieke p Organisaties: • OE Centr. Logica en Analyt. Wijsbegeerte
Onderzoekers:
• Stefaan Cuypers • Lorenz Demey
Conservering van aangetaste manuscripten tgv het gebruik van ijzergallusinkt: studie naar alternatieve behandelmethoden ter vervanging van de invasieve en verouderde waterspoelmethoden. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds CNRS. UA levert aan CNRS de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens
Onderzoek naar de gevolgen van het Sigmaplan, baggeraktiviteiten en havenuitbreiding in de Zeeschelde op het milieu, perceel 3 : sediment en zwevende stof (Bestek nr. 16 EI/09/21) Vrije Universiteit Brussel Abstract: coming soon Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • Margaret CHEN • FLORIMOND DE SMEDT
Consumer insights in het gebruik van sociale media door Belgische jongeren Hogeschool Gent Abstract: Sociale media zijn een nieuwe, aanvullende vorm van marketingcommunicatiemedia. De sociale media zoals Web 2.0 sites, blogs op internet, iDTV, mobiele communicatie, advergaming,...zijn internetgerelateerde tools die het een consument niet alleen mogelijk maken om zelf op zoek te gaan naar informatie omtrent een product/dienst maar ook om zelf contact te realiseren met de bedrijven/adverteerders. Daarenboven stellen deze nieuwe media de consument ook in staat om eigen informatie, percepties en opinies te verspreiden onder medeconsumenten. De consument wordt, in vergelijking met het klassieke advertising model waarin hij een passieve rol speelde (zender adverteerder, ontvanger consument), een actieve speler in een nieuw model: hij stuurt de merkboodschap bijvoorbeeld aan via 'user generated content' (verwijst naar media inhoud die geproduceerd wordt door de eindgebruiker) of via 'Word of Mouse' (een evolutie van 'word of mouth' naar 'word of Mouse', waarbij de verspreiding van de boodschap niet meer face-to-face gebeurt maar via een digitale intermediair). Hij kan via de virale (digitale) weg duizenden andere consumenten benaderen met positieve of negatieve boodschappen. De adverteerder zal zijn sturende rol moeten bijschaven en zich in de communicatie, uitgedaagd door de consument, anders moeten gedragen, rekening houdend met de gewijzigde communicatiemogelijkheden- van de consument. Zowel vanuit de academische als vanuit de bedrijfswereld is er echter nood aan diepgaande inzichten in waarom en wanneer de consument als actieve ontwikkelaar of verspreider van commerciële boodschappen gaat optreden. Vroeger onderzoek wees reeds uit wat het socio-demografisch profiel is van internetgebruikers, hoe consumenten hun tijd verdelen over media (Ferris, 2007) en wat bijvoorbeeld de motieven zijn van consumenten om gebruik te maken van het internet (Rodgers & Sheldon, 1999). Consumenten gaan via internet informatie zoeken, communiceren, ontspannen en shoppen. De dieperliggende kennis van waarom de gebruiker/consument al dan niet gebruik maakt van sociale media en dus participeert in de commerciële boodschap ontbreekt nog. (Johnson, Bruner & Kumar, 2008). De doelstelling van dit project is het beantwoorden van volgende onderzoeksvragen : 1. wat zijn de motivaties van Belgische jongeren (16-34 jarigen) om actief commerciële boodschappen aan te sturen in sociale media, en 2. in welke mate modereren deze motivaties het effect van merkkenmerken (zoals merkpersoonlijkheid) en boodschapelementen (zoals het type creatieve appeal dat gebruikt wordt) op het al dan niet vertonen van dit actieve aansturingsgedrag van Belgische jongeren. In de verschillende onderzoeksfasen zal de motivatie van de jonge consument op kwalitatieve en kwantitatieve manier bestudeerd en bevraagd worden. Het einddoel bestaat erin een gefundeerd advies te kunnen formuleren aangaande de meest aangewezen manier om de interactieve consument van morgen efficiënt te benaderen en te bereiken. Het PWO-project “Consumer insights in het gebruik van sociale media door Belgische jongeren” heeft twee centrale vragen. o De eerste centrale vraag is ‘Wat zijn de motivaties van Belgische jongeren (16-34 jarigen) om actief commerciële boodschappen aan te sturen in sociale media?’. o De tweede centrale vraag is ‘In welke mate beïnvloeden merkkenmerken (zoals merkpersoonlijkheid) en boodschapelementen (zoals het type creatieve appeal) het aansturinggedrag van Belgische jongeren en is deze relatie afhankelijk van de oorspronkelijke motivatie?’ Om deze centrale vragen te kunnen beantwoorden is een antwoord nodig op de volgende onderzoeksvragen: o Welke sociale media worden door Belgische jongeren gebruikt om actief commerciële boodschappen aan te sturen? (OV1) o Wat zijn de motivaties van Belgische jongeren om gebruik te maken van sociale media om informatie met betrekking tot producten of diensten te creëren of te verspreiden? (OV2) o Link tussen het waarom en soort product of dienst en soort informatie / boodschap en wijze van actief gebruik? (OV3) De eerste fase van het onderzoeksproject was een oriënterende, afbakenende en conceptuele fase. De literatuurstudie heeft zich geconcentreerd op de eerste twee onderzoeksvragen. De tweede fase van het project – kwalitatief onderzoek bij de consument – liet toe om de verworven informatie uit de eerste fase af te toetsen, te verfijnen en uit te zuiveren. De kwalitatieve onderzoeksfase probeerde vooral een antwoord te formuleren op de eerste twee onderzoeksvragen. De tweede onderzoeksvraag, de motivaties, kwam uitgebreid aan bod. Door de motivaties te onderzoeken, werd een beter beeld verkregen van wat de gebruikers drijft om het gedrag te stellen waar dit onderzoeksdomein zich op richt. In de gesprekken is ook gepolst naar relevante elementen met betrekking tot de derde onderzoeksvraag. Naast een indicatie van de motivaties die bij de meeste respondenten aanwezig waren, kwam het kwalitatief onderzoek tot drie conclusies: 1.Bepaalde motivaties kunnen onvoldoende teruggekoppeld worden naar de beschikbare theorieën. We vonden vijf nieuwe motivaties die
(voorlopig) niet te herleiden zijn naar de reeds gedocumenteerde motivaties: profilering, google traffic, reciprociteit of bijdragen tot de community, drang naar content, problemen signaleren aan bedrijven en tenslotte provoceren en choqueren. 2.Bepaalde motivaties komen heel vaak samen voor, of juist niet. 3.Er zijn verschillende variaties binnen éénzelfde motivatie, we kunnen ons nu een meer genuanceerd beeld vormen van iedere bestaande motivatie. Een voorbeeld hiervan is de motivatie ‘product involvement’ waar ook sprake is van ‘brand involvement’. De derde fase is een kwantitatieve onderzoeksfase en is opgebouwd uit drie luiken: een inhoudsanalyse, een enquête en een experiment. Deze derde fase moet ook een afdoende antwoord geven op de derde onderzoeksvraag. Als resultaat van de derde fase verwachten we kwantitatieve gegevens om de motivaties bij jongeren te onderbouwen en de boodschapelementen van commerciële boodschappen te linken aan de mogelijke motivaties. Het einddoel bestaat erin een gefundeerd advies te kunnen formuleren aangaande de meest aangewezen manier om de interactieve consument van morgen efficiënt te benaderen en te bereiken. Organisaties: • Departement Bedrijfsmanagement Mercator • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Marketing • Vakgroep Marketing
Onderzoekers: • Claire Maréchal • Iris Vermeir • Brigitte Neetens • Linda Engels
Ontwikkeling van Radioactief Gemerkte PET Tracers voor In Vivo Visualisatie van Fosfodiësterase Type 5 (PDE5) KU Leuven Abstract: Het enzym fosfodiesterase type 5 (PDE5) is verantwoordelijk voor de hydrolyse van cyclisch guanosinemonofosfaat (cGMP) naar guanosinemonofosfaat (GMP). PDE5 heeft een hoge expressie in de gladde spiercellen van bloedvaten en verschillende PDE5 inhibitoren (zoals Viagra) werden geregistreerd voor farmacologische behandeling van erectiele dysfunctie en pulmonaire hypertensie. Daarnaast speelt PDE5 ook een belangrijke rol bij aandoeningen zoals myocardiale ischemie en hypertrofie, ventriculaire remodeling, aorta stenose, eindstadium van congestief hartfalen en atherosclerose. Verschillende structureel uiteenlopende PDE5 inhibitoren (o.a. Vardenafil, Sildenafil, Tadalafil, RPP07 (PF5), JC4712 en RBQ05) werden reeds goedgekeurd voor humaan gebruik of zijn in het stadium van preklinische of klinische ontwikkeling. Positronemissie tomografie (PET) is een niet-invasieve moleculaire beeldvormingstechniek die gebruik maakt van radioactieve verbindingen en toelaat biochemische processen in vivo Organisaties: • Radiofarmacie
Onderzoekers: • Guy Bormans • Alfons Verbruggen • Olivier Gheysens • Rufael Chekol
Neurotoxiciteit van chemicaliën tijdens embryonale ontwikkeling: opsporing via alternatieve methoden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doctoraat heeft als doel te werken aan deze teststrategie voor het opsporen van relevante milieu polluenten, zoals pesticiden die neurotoxiciteit tijdens vroege ontwikkeling van organismen kunnen veroorzaken. Vanwege de complexiteit van het target, nl. het neurologisch systeem in embryo's is een 'whole organism' benadering aangewezen. Beschikbare cellulaire systemen moeten verder geoptimaliseerd worden, en een batterij moet opgezet worden om elk van de processen in het neurologisch systeem mechanistisch te simuleren en te evalueren. Organisaties: • Departement Biomedische Wetenschappen - overige
Onderzoekers: • Greta Schoeters • Ine Heyns
Fundamentele studie van het ontstaan van artefacten in micro/nano- CT met X-stralen Universiteit Gent Abstract: Micro/nano-CT laat toe om op niet-destructieve wijze beelden van het inwendige van materialen en voorwerpen te produceren met een ruimtelijke resolutie in het micrometer of submicrometer gebeid. Dit project wil de onderliggende fysica van een aantal beeldartefactproblemen die bij micro/nano-CT scans optreden fundamenteel gaan bekijken en modelleren met als uiteindelijk doel tot een toepasbare, optimale oplossing ervoor te komen. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Luc Van Hoorebeke
Karakterisering van eerste-wand materialen onder plasma-wand interactie: begrijpen van de fenomenen en modellering Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van het project is het begrijpen van het gedrag van wolfraam en wolfraamlegeringen voor ITER en DEMO onder plasmawand interactie fenomenen,door een combinatie van experimentele studies en fundamentele modellering. Het gedrag van W onder thermische schok zal bestudeerd worden,met nadruk op de verandering van de mechanische en fysische eigenschappen. Vervolgens zal het effect van plasma-wand interactie op de eigenschappen onderzocht worden. Tenslotte zal het gedrag na plasma-wand interactie en na neutronenbestraling bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Guido Van Oost
CMOS Millimeter Wave Receivers (CMOS Millimetergolfontvangers) KU Leuven Abstract: Dankzij de gate-lengteschaling is de analoge snelheid van CMOS-transistoren door de jaren heen significant toegenomen. Dit laat toe om CMOS ookte gebruiken voor millimetergolfsignalen. Deze signalen hebben golflengtes van 1 mm tot 10 mm in vacuüm, wat overeenkomt met frequenties tussen30 en 300 GHz. De belangrijkste motivatie om op te schuiven naar hogerefrequenties is de grote beschikbare bandbreedte. Met deze grote bandbreedte kunnen hoge datasnelheden gehaald worden in telecommunicatieverbindingen, zelfs met eenvoudige modulatie- schemas. Met een bandbreedte van10 GHz op een draaggolffrequentie van 100 GHz, kunnen bijvoorbeeld signalen met een datasnelheid van respectievelijk 5 Gbit/s en 10 Gbit/s verstuurd worden met BPSK en QPSK. Nog een voordeel van millimetergolven is dat transmissielijnen en zelfs antennes op de chip geïntegreerd kunnen worden dankzij de korte golflengte. Langs de andere kant hebben transistoren een kleinere versterking op hogere frequenties en passieve compon Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Michel Steyaert • Patrick Reynaert • Maarten Tytgat
Naar een nieuwe dimensie van massaspectrometrie. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstelling van het onderzoeksplan is om technieken te ontwikkelen met het oog op front-onderzoek op het vlak van MS toegepast op de studie van eiwitstructuren en -interacties. De focus van de technologische ontwikkeling ligt op (i) nieuwe sequencing methoden gebaseerd op gas-fase fragmentatie (MS/MS) voor de identificatie van post-translationele modificatie sites, en (ii) nieuwe methoden voor de bepaling van vorm, grootte en conformationele dynamica van eiwitten en eiwitcomplexen (ion mobiliteit). Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott
Bepaling van de subunit samenstelling en architectuur van supramoleculaire en biologische complexen met massaspectrometrie gekoppeld aan ion-mobiliteit spectroscopie en aanverwante technieken. Universiteit Antwerpen Abstract: Voor de karakterisatie van intacte supramoleculaire systemen, in het bijzonder niet-covalente complexen van biomoleculen (proteïnen, DNA/RNA en liganden), ontwikkelen en gebruiken wij nieuwe methoden gebaseerd op zachte ionisatie technieken zoals electrospray en laser desorptie, gekoppeld aan massaspectrometrie en ion-mobiliteit spectrometrie. Intensieve samenwerking met collega's in Biochemie chemie staan in het vooruitzicht. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott
Innovatieve Katalytische Technologieën en Materialen voor Volgende Generatie Gas naar Vloeistof Processen (NEXTGTL) Universiteit Gent Abstract: Huidige gas naar vloeistof (GTL) processen zijn te duur en/of technologisch moeilijk haalbaar. De belangrijkste doelstellingen van dit project zijn daarom:- het meer economisch maken van de synthesegasproductie en de stabiliteit verhogen van de gebruikte katalysatoren,- het ontwikkelen van rendabele GTL processen op kleinere schaal,- het ontwikkelen van processen voor vloeibare brandstoffen of chemicaliën vanuit gassen. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Joris Thybaut
Ontwikkeling van een fermentatieproces voor een product Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek wordt de ontwikkeling beoogd van een proces voor de productie van een product. De te ontwikkelen technologie is gebaseerd op metabolic engineering van Escherichia coli. Nadat een geschikte productiestam geconstrueerd is, dient een fermentatieproces te worden ontwikkeld en geoptimaliseerd, evenals een geschikt downstream processing route om het product in zuivere vorm uit de fermentatievloeistof te winnen. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Wim Soetaert
Study band broadening in nebulizer tube by means of computational fluid dynamics simulations and investigate the relationship proposed by Guillarme et al. in JCA 1192 (2008)103-112. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' SEDERE SA' hebben voor het project ' Study band broadening in nebulizer tube by means of computational fluid dynamics simulations and investigate the relationship proposed by Guillarme et al. in JCA 1192 (2008)103-112.' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
HEPAC: Hybrid Electro-Photonic Sampler for High-Performance Analogue-to-Digital Conversion
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • JOHAN STIENS
W&T beurs Betancourt L. Universiteit Gent Abstract: Recente ontwikkelingen in gel-vrije proteoom studies zijn gebaseerd op massa spectrometrische identificatie van peptiden gegenereerd door digestie van totale cellysaten. Dergelijke peptiden mengsels zijn vaak bijzonder complex. In dit project worden methoden ontwikkeld om de complexiteit te verlagen met behoud van de representativiteit. Dit houdt ondermeer in dat enerzijds COOH-terminale en anderzijds methioninehoudende peptiden die door Lysine begrensd worden zullen gesorteerd worden. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert
Compositiepatroon voor beperkingsgebaseerd programmeren met toepassing op krachtsensorloze robottaken KU Leuven Abstract: Robots worden steeds autonomer en complexer. Bovendien opereren steeds meer robots in een omgeving gedeeld met de mens in plaats van in een industriële robotkooi. Deze evolutie vraagt dat robots interageren met mensen en hun omgeving. Kenmerkend is de opkomst van de hulprobots (service robots), die mensen helpen bij dagdagelijkse taken.De globale complexiteit van deze robotsystemen vereist echter de kennisintegratie vanverschillende domeinen en experts. Om dit succesvol te benaderen is dan ook een systematische aanpak en kennisgedreven, flexibele, herbruikbare en aanpasbare software nodig.Dit proefschrift levert tweecomplementaire bijdragen. Ten eerste biedt het een systematische aanpakom met die complexiteit van robotsystemen om te gaan. Hiervoor introduceert het proefschrift het Compositiepatroon voor het ontwikkelen van robotapplicaties. Ten tweede biedt het een eenvoudige manier om(hulp)robots te laten interageren met mensen of hun omgeving. Meer bepaald biedt dit proefschrift een Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Joris De Schutter • Herman Bruyninckx • Dominick Vanthienen
Stolling van Al-gebaseerde ternaire en quaternaire eutectische legeringen KU Leuven Abstract: De vraag naar sterkere materialen stijgt door de beperkte energievoorziening en eindige natuurlijke reserves. Dit creëert de noodzaak om de microstructuurvorming in multicomponent en meerfasige legeringen te begrijpen. Deze kennis kan mee helpen de uitdagingen aan te pakken in het ontwerpen van nieuwe materialen die typisch bestaan uit meerdere elementen. Eutectische legeringen bieden superieure gietmogelijkheden en voordelige mechanische eigenschappen. De huidige kennis is echter beperkt tot binaire en enkele ternaire systemen. De bedoeling van deze studie is daarom de eutectische stollingstheorieën uit te breiden naar hogere orde systemen, inclusief verder onderzoek van een gescheiden eutectische stolling ineen ternaire legering, alsook de uitbreiding van de kennis rond gekoppelde eutectische stolling naar een quaternair modelsysteem.Zowel gecontroleerde als ongecontroleerde stollingstechnieken worden gebruikt in dit onderzoek. Ongecontroleerde stolling wordt verwezenlijkt in een dif Organisaties: • Duurzaam Materialenbeheer
Onderzoekers: • Ludo Froyen • Bin Zhou
Bepaling PFOS, PFOA en PFNA in paling - 60 stalen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen het onderzoeksinstituut Universiteit Antwerpen enerzijds, en INBO anderzijds. UAntwerpen levert aan INBO de onderzoeksresultaten naar "Bepaling PFOS, PFOA en PFNA in paling - 60 stalen" onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets
Het Minen van Grafen en Netwerken: een Theorie-gebaseerde benadering. KU Leuven Abstract: Het data mining onderzoeksdomein bestudeert het niet-triviale extraheren van interessante informatie uit data. Het gerelateerde onderzoeksdomein machine learning bestudeert hoe uit data te leren om de performatie te verbeteren. Traditionele benaderingen veronderstellen dat data kan voorgesteld worden met een enkele tabel van onafhankelijke rijen. Echter. data in praktische toepassingen (bv. biologie, scheikunde, het internet, sociale networken, robotica, ...) is vaak zeer complex en kan niet voorgesteld worden in dergelijk eenvoudig formaat zonder informatieverlies. Er werden daarom in de voorbije jaren meer expressieve formalismen onderzocht. Recent is er een groeiende consensus dat het gebruik van grafen in veel gevallen een goede middenweg is tussen expressiviteit en efficientie. Hoewel de principes van traditionele data mining en learning technieken in zekere mate kunnen overgenomenworden in graph mining, is er nood aan een theoretisch raamwerk voor dit nieuwe onderzoeksdomein.Dit Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Jan Ramon
Het verrichten van ovalisatiemetingen op de boortunnel KW10 van de 'Liefkenshoekspoorverbinding' Universiteit Gent Abstract: Met behulp van hoge resolutie terrestrische laserscanning worden de vervormingen van boortunnels tijdens de constructie en nadien gemonitord. Deze monitoring bestaat in grote lijnen uit het aanbrengen van merktekens op de te meten tunnelsecties, het uitvoeren van de metingen zelf op de vastgestedle tijdstippen en het verwerken en rapporteren van de meetgegevens.
Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Alain De Wulf
Detectie van DNA-peptide interacties via cross-linking: bidirectionele toepassing van de furan-oxidatie methodologie Universiteit Gent Abstract: Door middel van synthese van major groef-bindende peptiden met een onnatuurlijke furan-aminozuurbouwsteen zal getracht worden een in Kyoto ontwikkeld modelsysteem dat op eenvoudige wijze synthetisch kan gemodificeerd worden met de gewenste crosslink functionaliteit. Na complexvorming met DNA-duplexen zal door selectieve oxidatie, de furaneenheid in waterig midden omgezet worden tot een reactieve enalfunctionaliteit, die dan vervolgens kan reageren met de nucleofiele exocyclische aminefuncties van de DNA basen in major groef. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder
ArrayMAPPIT: opschaling van een high-throughput MAPPIT screening formaat Universiteit Gent Abstract: ArrayMAPPIT is een screening platform dat toelaat om snel en efficiënt interactiepartners van eiwitten of chemische moleculen te identificeren, en dit in levende humane cellen. Nadat proof-of-concept werd bekomen wordt in dit project het technologieplatform uitgebreid, worden tools voor data-management en -analyse ontwikkeld en worden de mogelijkheden tot verdere miniaturisatie van de assay onderzocht. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Tavernier • Samuel Lievens
APLADYN Universiteit Gent Abstract: Recente ontwikkelingen in aardobservatie bieden enorme mogelijkheden voor urbane, milieu en archeologische toepassingen. Dit interdisciplinaire onderzoeksproject evalueert de AO-technieken voor de studie van mens-milieu interacties in grote fluviatiele systemen en hun impact op het natuurlijke en culturele erfgoed. De verschillende topics zijn: DHM?s voor morfologisch onderzoek , ontwikkeling en evolutie van (paleo)-rivier systemen ,analyse van de interactie tussen duinen en alluviale vlakte door middel van multi-temporele data, detectie van archeologische elementen, multi-temporele urbane ontwikkeling. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Rudi Goossens
Storting doctoraatsbegeleiding van Abdellah Benname Vrije Universiteit Brussel Abstract: Niet van toepassing Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • WOLFGANG DE MEUTER • THEO D'HONDT
W&T samenwerking Vietnam: Chemical and biological investigations of Vietnamese herbal medicines from the Euphorbiaceae family to develop high-value healthcare materials and their quality control. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project heeft vijf doelstellingen - zie engelstalige tekst Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
SECOA: Solutions for environmental contrasts in coastal areas. Vrije Universiteit Brussel Abstract: SECOA is een Europees project dat de milieu contrasten in kustgebieden in kaart brengt. Organisaties: • Menselijke Ecologie • Geografie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS • FRANK CANTERS • ERIC CORIJN
Diensten in het kader van het opstellen van het eerste federaal milieurapport Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Group One vzw' hebben voor het project ' Diensten in kader van het opstellen van het eerste federaal milieurapport. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Farmacologie
Onderzoekers: • ALAIN DUPONT
Development of a chromatographic method by an automatic coupling column system Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Pfizer Inc.' hebben voor het project ' Development of a chromatographic method by an automatic coupling column system. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GERT DESMET
Onderzoek van turbelentie in de tokamak TEXTOR met behulp van geavanceerde elektrische sonden. Universiteit Gent Abstract: Het huidige onderzoeksprogramma beoogt de demonstratie van de TEXTOR tokamak van het potentieel van het concept van de Dynamische Ergodische Divertor om turbulentie in tokamaks te beïvloeden. Dit onderzoek zal gebruik maken van geavanveerde sondetechnieken, en gedeeltdelijk gebaseerd zijn op de plasmadiagnostische systemen ontwikkeld door de onderzoeksgroep Kernfusie van de UGent. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Guido Van Oost
Development of Belgian REDD Informations System Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op het gebruik van de bestaande Belgische Remote Sensing en aanverwante kennis in een nieuw, maar brandend actueel toepassingsdomein: REDD (Reductie van Emissies door Ontbossing en Degradatie in ontwikkelingslanden). Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Jan Nyssen
Multi-schaal computationele modellering van chemische en biochemische systemen Universiteit Gent Abstract: De chemische en biochemische sector wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan hulpmiddelen voor de simulatie van allerhande fenomenen op verschillende schalen. Een geïntegreerde aanpak van kinetiek, thermodynamica, hydrodynamica, enz? moet leiden tot een doorgedreven fundamenteel inzicht in evenals een efficiënter ontwerp en bedrijf van (bio)chemische productie-eenheden. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Transitie paden naar een efficiënt (elektrisch) transport voor huishoudens Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het hoofddoel van dit project is het opstellen van drijfveren voor de verandering van sociale, culturele, technologische, economische en politieke barrières om huishoudelijke energieconsumptie te reduceren. De focus ligt op het persoonlijk transport, dat een belangrijk deel uitmaakt van het huishoudelijke energieverbruik. Openbaarvervoer, elektrische scooters en fietsen zullen niet in rekening gebracht worden, dit kan een interessante uitbreiding zijn voor een volgend project. Dit project analyseert ook de transitie naar (PH)EV in België en de invloed op de Europese 2020 doelstellingen. Het project zal ook de impact van de transitie op het huishoudelijk budget en andere economische zaken zoals de competitiviteit van België bekijken. Door de hogere efficiëntie van een elektrische motor wordt er een daling verwacht in energieverbruik wanneer elektrische voertuigen gebruikt worden. Of deze daling in energieverbruik werkelijk zal leiden tot een lagere uitstoot van broeikasgassen en andere emissies is sterk afhankelijk van de productiewijze van de elektriciteit., Elektrische voertuigen hebben de mogelijkheid om flexibele verbruikers te zijn, bijgevolg kunnen er meer hernieuwbare energiebronnen aangewend worden voor de productie van elektriciteit. Al deze overwegingen worden in rekening gebracht en aangepast aan de Belgische situatie. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Maarten MESSAGIE • CATHY MACHARIS • JOERI VAN MIERLO
ANTARCTICA GRANT AWARD 2009: MICROMETA-Antarctic micrometeorieten aanwijzigingen van het vroege zonnesysteem en planetaire evolutie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoek, in nauwe samenwerking tussen de VUB en de ULB, is om micrometeorieten die verzameld werden in spleten of gaten op de top van uitgesneden lithologieën rond het station PE in Antarctica, te gebruiken om de vroege evolutie van het zonnesysteem en de formatie van eerste planetaire lichamen te documenteren. Organisaties: • Wetenschappen van het Systeem Aarde • Geologie
Onderzoekers: • STEVEN GODERIS • Philippe CLAEYS
Waardering van landgebonden ecosysteemdiensten in een multifunctionele open ruimte Vrije Universiteit Brussel
Abstract: De waardering van terrestrische ecosystemen binnen het VOTES-project (Valuation Of Terrestrial Ecosystem Services in a multifunctional peri-urban space) is gebaseerd op de drie pijlers van duurzame ontwikkeling (economische, sociale en ecologische pijler). Het doel van het onderzoek is een geïntegreerde waardering van ecosysteemdiensten op een ruimtelijke en tijdelijke expliciete manier, gebruik makend van een multi-ecosysteem aanpak en volgens state-of-the-art scenarios voor global change (incl. klimaatswijziging en socio-economische veranderingen). Het studiegebied omvat 4 gemeenten in het randstedelijke gebied rond Brussel (nl. Oud-Heverlee, Bierbeek, Grez-Doiceau en Beauvechain). Vier expert onderzoeksgroepen uit Vlaanderen en Wallonnië vormen een multidisciplinair team, dat complementaire expertise uit humane wetenschappen en natuurwetenschappen samenbrengt. Landgebruiksverandering is een belangrijke drijfveer voor veranderingen in ecosysteemdiensten en biodiversiteit. Dergelijke landgebruikscenario's werden reeds berekend voor de komende decennia in bvb. de SSD-gefinancieerde MULTIMODE en EC-gefinancieerde ECOCHANGE projecten). Dit is specifiek het geval in randstedelijke gebieden waar de druk vanuit stedelijke ontwikkelingen het hoogst is, en in België waar slechts een beperkte oppervlakte land beschikbaar is voor een intense competitie tussen verschillende sectoren en landgebruiken. Er wordt dan ook verwacht dat de oppervlakte en verspreiding van agrarische, semi-natuurlijke en bosecosystemen drastisch zullen variëren, wat een effect zal hebben op de diensten die deze ecosystemen verschaffen. De specifieke onderzoeksdoelstellingen zijn: [1]Beoordelen van de actuele waarde van de belangrijkste ecosysteemdiensten in het studiegebied en nagaan in hoeverre de huidige relaties tussen ecosysteemdiensten beïnvloed worden door landgebruik; [2]Identificeren van de huidige afwegingen (trade-offs) en synergieën tussen ecosysteemdiensten in een ruimtelijk expliciete manier; [3]Nagaan hoe de huidige waarde van ecosysteemdiensten kan wijzigen in functie van toekomstige landgebruiksveranderingen; [4]Nagaan hoe de huidige trade-offs kunnen veranderen in functie van toekomstige wijzigingen in ecosysteemdiensten; [5]Suggereren van beleidsinstrumenten om ecosysteemdiensten te integreren in besluitvormingsprocessen op Europees, federaal en regionaal niveau, rekening houdend met de drie pijlers van duurzame ontwikkeling. In deze beleidsinstrumenten is er aandacht voor het betrekken van stakeholders en lokale gemeenschappen. Het onderzoeksnetwerk zal de doelstellingen realiseren door het uitwerken van een sterk geïntegreerd waarderingskader. De sociale evaluatie identificeert de eigenaars en begunstigden van ecologische functies die ecosysteemdiensten leveren. Deze diensten worden dan geëvalueerd binnen hun sociale en beleidscontext. De biofysische evaluatie focust op het karteren van ecosysteemdiensten en hun stromen gevolgd door een impactbeoordeling van habitatwijzigingen op deze stromen. Hiervoor zal een dynamisch vegetatiemodel (DVM) worden geïntegreerd in een "agentbased" model (ABM). Met het geïntegreerde model zullen drie scenario's worden doorgerekend, welke verschillende beleids en socio-economische contexten beschrijven. Voor ieder scenario zullen landgebruikskaarten de ruimtelijke verdeling van ecosysteeemdiensten en -goederen en hun veranderingen over de tijd weergeven. De economische evaluatie bekijkt de afwegingen tussen de geïdentificeerde belangrijkste ecosysteemdiensten en andere landgebruiksfuncties d.m.v. een kosten-baten-analyse voor ieder scenario (bvb. baten uit verstedelijking versus de kostprijs van het verlies aan ecosysteemdiensten). De resultaten van de evaluatie van de drie scenario's zullen worden geïntegreerd in samenwerking met de belangrijkste betrokkenen (stakeholder participation). De kosten en opbrengsten voor de verschillende landgebruiksopties zullen ten opzichte van mekaar worden afgewogen en potentiële conflicten worden geïdentificeerd. Het uiteindelijke doel is win-win-win situaties (economisch, sociaal en ecologisch) te detecteren en te suggereren hoe de ontwikkelde methodologie kan worden geimplementeerd in nieuwe of bestaande beleidsinstrumenten, zoals milieueffectenrapportage en duurzaamheidsbeoordelingen. Voor zover we weten, volgt enkel de recente studie van Nelson et al. (2009, in Frontiers in Ecology and the Environment 7(1):4-11) een vergelijkbare aanpak voor een case study in de USA. Het VOTES project zal due de eerste toepassing van een dergelijke methodiek in Europa zijn. Organisaties: • Menselijke Ecologie • Medische Sociologie
Onderzoekers: • Rik DE VREESE • ANN VAN HERZELE • MARCUS LEYS
Microfluorimetrische and biochemische studie van de membraanorganisatie van oligodendrocyten blootgesteld aan cholesterolmodulerende factoren Universiteit Hasselt Abstract: De transformerende groeifactor TGF- is een regulatoir cytokine dat fysiologische processen bevordert en anti-inflammatoire activiteiten vertoont. Kennis van de functie en de regeling van TGF- houdt therapeutische mogelijkheden in voor autoimmune aandoeningen zoals multiple sclerose. Sommige studies verbinden de TGF- receptorfunctie aan supramoleculaire structuren van lipiden en eiwitten in de membraan. Dit zijn de zogenoemde rafts. Deze rafts zijn gedefinieerd als kleine (10200 nm), heterogene domeinen die voornamelijk sterolen en sfingolipiden bevatten, en die cellulaire processen compartimentaliseren. In de literatuur is er substantiële evidentie te vinden betreffende de aanwezigheid van rafts in de membraan van oligiodendrocyten (OLGs). OLGs zijn de myelinevormende cellen in het centraal zenuwstelsel. Bij multiple sclerose is het juist de myeline die wordt afgebroken. De huidige kennis over de aanwezigheid en de functie van rafts in OLGs is hoofdzakelijk gebaseerd op detergentextractie en colocalisatie in beeldvorming. Het invasieve karakter van detergentmethoden en de beperkte resolutie die inherent is in de colocalisatie op pixelniveau doet echter vragen rijzen omtrent de interpretatie van de gerapporteerde resultaten. Cholesterol is een belangrijke component van rafts. De synthese ervan kan worden geblokkeerd door statines die worden gebruikt bij hypercholesterolaemie. Het gebruik van statines is gesuggereerd om multiple sclerose patiënten te behandelen maar het neuroprotectieve effect van statines is nog niet duidelijk. Cholesterol in de membraan kan ook worden beïnvloed door endogene processen. Lever X receptoren (LXRs) zijn sterolafhankelijke kernreceptoren die geactiveerd worden bij een te hoge concentratie van cholesterol in de cel. LXR doelgenen bevorderen de efflux van cellulaire cholesterol en dragen bij tot het handhaven van de sterolhomeostase. Zij kunnen ook worden geactiveerd door de synthetische agonist T0-901317 (T09). Dit project beoogt het ontwikkelen van nieuwe microfluorimetrische technieken voor het onderzoek van de membraanorganisatie (rafts) in levende cellen. Deze nieuwe methoden zullen worden aangewend voor het bestuderen van veranderingen in de membraanorganisatie van oligodendrocyten onder invloed van simvastatine of T09. Het effect van de cholesterolmodulatie op de werking van TGF- via de verdeling van de TGF- receptor over raft en non-raft, en op de door TGF- geïnduceerde apoptose zal worden onderzocht. Organisaties: • Biofysica • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Marcel AMELOOT
Conferentie "16th IFAC Symposium on System Identification" SYSID 2012 - juli 2012 Vrije Universiteit Brussel Abstract: De 16de IFAC Symposium on System Identification (SYSID 2012), vond plaats in Brussel, Belgie van 11 tot 13 juli 2012. Het symposium omvat alle belangrijke aspecten van systeem identificatie, experimentele modelling en signal processing, waarbij zowel de theoretische ontwikkelingen als de praktische toepassinge aan bod komen. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
FWO Visiting Postdoctoral Fellowship (Alexander HERNANDEZ NIEVES, Argentinië) Universiteit Antwerpen Abstract: FWO Visiting Postdoctoral Fellowship (Alexander HERNANDEZ NIEVES, Argentinië) Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Eigen initiatieven (EI) DR Congo 2009: Contribution à la transformation de l'Institut Supérieur des techniques Appliquées (ISTA) en Université Technologique de Kinshasa (UNITEK) par la rénovation des capacités d'enseignement et de recherche dans le dom... Vrije Universiteit Brussel Abstract: VLIR Eigen Initiatief project met DR-Congo. Bijdrage tot de academisering van ISTA door vernieuwing van het curriculum in het onderwijs en onderzoek in het domein van ICT. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Impact of termites on the mineral, textural and molecular organic composition of tropical soils Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Geert Baert
Statistisch relationeel leren van natuurlijke taal KU Leuven Abstract: Het begrijpen van natuurlijke taal is gemakkelijk voor mensen, maar is ergcomplex voor computers. De belangrijkste redenen hiervoor zijn het structurelekarakter en de inherente dubbelzinnigheid van natuurlijke taal. Bijgevolg isvoor een correcte interpretatie van taal context vereist. Om het begrijpen vannatuurlijke taal uit te voeren door middel van technieken uit machinaal leren iseen gepaste voorstelling noodzakelijk die deze relationele informatie in rekeningbrengt, en de nodige achtergrondkennis opneemt in het leerproces.Statistisch relationeel leren is bijzonder geschikt voor het uitdrukken van dezestructurele informatie, en laat ook toe om de context en achtergrondkennisop te nemen die nodig is voor het begrijpen van natuurlijke taal. Bovendienbiedt de probabilistische aard van deze aanpak perspectieven voor het omgaanmet linguïstische ambiguïteit. Deze thesis onderzoekt de belofte van statistischrelationeel leren voor natuurlijke taalverwerking en toont Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Luc De Raedt • Bettina Berendt • Mathias Verbeke
Wind energie in Europa onder toekomstige klimaatscondities. De statistische downscaling van CMIP5 klimaatmodellen KU Leuven Abstract: Normal 0 21 false false false NL-BE X-NONE X-NONE line-height:normal;mso-hyphenate:auto;tab-stops:35.4pt">12.0pt;font-family:'Times New Roman','serif';mso-fareast-font-family:'Times New Roman';color:windowtext;mso-ansi-language:NL-BE;mso-fareast-language:NL-BE;mso-bidilanguage:AR-SA">Vandaag de dag is windenergie uitgegroeid tot een belangrijke bron vanhernieuwbare energie. 'Times New Roman','serif';msofareast-font-family:'Times New Roman';color:windowtext;mso-ansi-language:NL;mso-fareast-language:NL-BE;mso-bidi-language:AR-SA" lang="NL">Dehoeveelheid energie in de wind is echter gevoelig voor veranderingen in hetwindklimaat. Klimaatmodellen, die gebruikt worden om klimaatsveranderingen temodeleren, voorspellen potentiële veranderingen in het windklimaat van detoekomst. Het is echter nog onbekend of/hoe deze veranderingen de hoeveelheidbeschikbare windenergie over Europa zullen beïnvloeden. line-height:normal;mso-hyphenate:auto;tabstops:35.4pt">'Times New Roman';color:windowtext;mso Organisaties: • Afdeling Geografie
Onderzoekers: • Nicole Van Lipzig • Annemarie Devis
De actieve plaats: van katalysator tot reactor. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Johan Martens
European laboratory for zeolithes and related materials (LEA). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Johan Martens
Structuurbepaling van paramagnetische centra in vaste stoffen en moleculaire verbindingen door middel van multifrequente (9.5, 35, 95 GHz), gepulste EPR- en ENDOR-spectroscopie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Etienne Goovaerts • Sabine Van Doorslaer
Bijdrage tot de bouw van het voorwaarts Muon RPC detectie systeem voor het CMS experiment nabij de LHC te CERN. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Compact Muon Solenoïde experiment heeft bewust de nadruk gelegd op de detectie en identificatie van muonen, de enige geladen penetrerende deeltjes die we kennen. Bij de LHC zal de botsingsfrequentie 40 MHz bedragen hetgeen, bij de nominale luminositeit van 10^34cm-2s-1, overeen komt met 800 miljoen proton-proton botsingen per seconde. Om de 25 nsec worden aldus een duizendtal deeltjes uitgezonden in het hart van de CMS spectrometer. In minder dan 3 ¿sec (de trigger latency) dient een eerste niveau voorselectie (trigger) deze hoeveelheid terug te brengen tot ongeveer 100 kHz zonder potentieel interessante botsingen te verliezen voor verdere analyse. Bij deze taak, zonder dewelke het onderzoeksprogramma onmogelijk is, staat het muon detectiesysteem centraal. De bouw van het voorwaarts RPC systeem van CMS voor de eerste fase nadert zijn voltooiing en omvat 432 detectors. Alle gas gaps werden gebouwd en getest in Seoul waar een gas gap productie eenheid werd opgebouwd als alternatief voor de firma GT in Italië die tot dan het wereldmonopolie bezat voor deze taak en waar de RPC werden gebouwd voor L3, Babar, ATLAS en de CMS "barrel". Station 1 (144 RPC's) werd te CERN vervaardigd en getest met behulp van mankracht uit China. Stations 2 en 3 (288 RPC's) werden in Islamabad geassembleerd en te CERN getest. Voor het finale testen van de RPC's voor de CMS "endcaps", werd in CERN een kosmische hodoscoop opgebouwd waarin tot 10 RPC's gelijktijdig getest kunnen worden. Deze infrastructuur blijft voor de uitbouw van het voorwaarts RPC systeem operationeel. Intussen werden alle 432 kamers op het CMS juk gemonteerd en terug getest. De afwerking van het voorwaarts RPC systeem voor fase 2 vereist de bouw van 288 bijkomende RPCc's voor ! "1.6 en 180 RPC's voor 1.6 " ! " 2.1. De gas gap productie zal in Seoul verder gezet worden, terwijl detector assemblage in China, Pakistan, Indië en Belgie zou gebeuren. Het finale testen van het geleverd systeem zou verder in de CERN kosmische hodoscoop gebeuren. Zoals hoger vermeld wordt de kost voor afwerking van het voorwaarts RPC systeem op 6 MCHF geraamd en streeft men naar een gelijke verdeling tussen de partners hetgeen voor Vlaanderen ca. 1MCHF zou betekenen. In de praktijk zouden honderdzestig RPC kamers gebouwd worden te Gent en Brussel, terwijl Antwerpen zich zal toeleggen op de uitleeselectronica. Organisaties: • Elementaire-Deeltjesfysica
Onderzoekers: • Nick Van Remortel • Eddi De Wolf
Niet-invasieve optische meting en fysische modellering van bloedpulssnelheid voor vroege detectie van cardiovasculaire aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zullen we een contactloze optische techniek onderzoeken, die toelaat de pulsgolfsnelheid lokaal te bepalen door de trilling van de vaatwand te meten wanneer de drukpuls passeert. We zullen een dubbele laser-Doppler interferometer ontwikkelen die door correlatie van twee signalen toelaat de drukgolf snelheid te meten op twee nabijgelegen plaatsen. Daardoor zullen we een fysica-gebaseerd model van de stromingsdynamica kunnen opstellen, om zo de vaatstijfheid te bepalen. Tevens onderzoeken we de mogelijkheden van miniaturisatie, door integratie van de verschillende onderdelen van de interferometer. De resultaten uit de metingen met de correlatie-interferometer zullen het exploratieve onderzoek naar micro-vibrometrie sturen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Van protease inhibitoren met een verlengde doelwitinteractie tot activiteit-gebaseerde probes: nuttige instrumenten in verschillende gebieden van het geneesmiddelenonderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit onderzoeksproject is het ontwikkelen van protease inhibitoren die over geschikte eigenschappen beschikken om als chemische "tools" ingezet te worden in verschillende deelaspecten van het geneesmiddelenonderzoek. Meer specifiek hebben deze "tools" het potentieel om gebruikt te worden in het onderzoek naar en de validatie van nieuwe targets, bij "hit" en "lead" identificatie, maar ook voor de bepaling van off-target effecten, de kwantificering van biomerkers en voor moleculaire beeldvorming. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns • Jurgen Joossens
Zorgen bossen voor een koeler klimaat? Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties:
• Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Janssens • Sebastiaan Luyssaert
Azaheteroaromatische "scaffold design" via transitiemetaalgekatalyseerde C-H bindingsactivering en hun toepassing in medicinale chemie. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zullen nieuwe efficiënte synthesemethoden ontwikkeld worden voor de opbouw van azaheteroaro-matische "scaffolds". De beoogde synthesemethodologie is gebaseerd op koolstof ¿koolstof en koolstof - stikstof bindingsvorming via een sp2 C-H activering. Het reactiemechanisme van de nieuwe transformaties zal ook bestudeerd worden. Hierbij spelen DFT berekeningen een cruciale rol. Deze laten immers toe om meer fundamenteel inzicht te krijgen in het reactiemechanisme wat vervolgens zal toelaten om op een rationele manier meer optimale reactieomstandigheden te bekomen. Tevens zal onderzocht worden of de bekomen azaheteroaromaten kunnen gebruikt worden als arylguanidine mimics in een interessante lead verbinding voor uPA inhibitie die ontdekt werd in de onderzoeksgroep "Medicinale Chemie". Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Wouter Herrebout • Bert Maes • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns
Kwantitatieve elektronenmicroscopie: van experimentele metingen tot precieze getallen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het voorgestelde project is ongekende structuurparameters zoals atoomposities, concentraties van atomen, atoomtypen en energieniveaus op een kwantitatieve manier te bepalen uit experimentele metingen verkregen door middel van elektronenmicroscopie. Hiervoor zal gebruik gemaakt worden van statistische parameterschattingstheorie wat een aanzienlijke verbetering in nauwkeurigheid, precisie en reproduceerbaarheid moet opleveren in vergelijking met conventionele ad-hoc methoden. Het uitgangspunt van statistische parameterschattingstheorie is de beschikbaarheid van een parametrisch model dat de verwachtingswaarden beschrijft van de experimentele metingen. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Johan Verbeeck • Sandra Van Aert
Atomen tellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Door gebruik te maken van een unieke elektronenmicroscoop binnen het EMAT onderzoekscentrum zal men voor het eerst in staat zijn zowel structurele, chemische als elektronische informatie te verkrijgen op atomair niveau. Met een dermate fijne elektronenbundel (doormeter < 100 picometer) en het inlassen van een monochromator (resolutie 100 meV) is bijzonder gedetailleerde en lokale informatie beschikbaar. Zowel experiment als interpretatie zijn echter niet voor de hand liggend. Wij zullen proberen aantonen dat individuele (vreemde) atomen binnen een matrix kunnen gelokaliseerd worden. Verbeterde experimentele data (door middel van het nieuwe EMAT microscoop) gecombineerd met statistische parameterschatting moet toelaten een betere precisie te bereiken. Het afschatten van het aantal atomen binnen een atoomkolom zal kwantitatief behandeld worden. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dirk Van Dyck • Gustaaf Van Tendeloo
Geïntegreerde besluitvorming voor rittenplanningsproblemen met meerdere beslissingsniveaus. Universiteit Antwerpen Abstract: De oplossing van rittenplanningsproblemen blijkt in de praktijk vaak beslissingen te vereisen die de complexiteit van traditionele rittenplanningsvraagstukken in de literatuur over het operationeel onderzoek veroverstijgen. Praktische planningsproblemen vergen, bovenop de rittenplanning zelf, vaak ook nog beslissingen over de locatie van distributiecentra, bushaltes, of intermediaire depots, al naargelang de specifieke toepassing. In heel wat praktische problemen beslaat de planningshorizon ook nog eens meerdere perioden (shifts, dagen, weken, ¿) wat de complexiteit verder doet toenemen. Het is duidelijk dat een optimale oplossing van dergelijke vraagstukken hoge eisen stelt aan de oplossingsmethoden, die simultaan meerdere beslissingen moeten nemen. Het ontwikkelen van krachtige oplossingsmethoden voor dergelijke rittenplanningsvraagstukken is de doelstelling van dit project. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen • Peter Goos
Structurele karakterisering en groei modellering van metallische nanodraden gebaseerd op biomoleculaire templaten. Universiteit Antwerpen Abstract: Het hoofddoel binnen dit project is de groei van metallische nanodraden gebaseerd op biomoleculaire templaten via de bottom-up aanpak grondig te begrijpen zodat de eigenschappen van de nanostructuren (zoals diameter en bedekking) controleerbaar worden. Dit doel zal worden nagestreefd door het effect op de morfologie van verschillende parameters tijdens de groei experimenteel te bestuderen. De informatie verkregen met TEM en AFM zal worden gecombineerd met een theoretische analyse van de mogelijke interacties. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Sara Bals • Milorad Milosevic
Geïntegreerde organisch-anorganische syntheseroutes voor de vorming van nieuwe gefunctionaliseerde periodisch mesoporeuze organosilica materialen. Universiteit Antwerpen Abstract: Innovatieve synthesewegen ter vorming van nieuwe gefunctionaliseerde kristallijne 'Periodisch Mesoporeuze Organosilicas' (PMO's) zullen worden ontwikkeld. Kennis en reacties uit organische chemie zullen worden geïmplementeerd in de gekende synthese van de poreuze hybride organisch-anorganische materialen. Hiertoe zullen 1) enerzijds nieuwe aromatische organosilica precursoren met heteroatomen (N, S, O, P, Cl ¿) worden aangemaakt, welke kunnen ingezet worden voor de synthese van innovatieve PMO's. 2) Anderzijds zullen organische reacties, welke gekend zijn in homogene reactiemilieus, worden uitgevoerd op de reeds gevormde PMO materialen teneinde de aromatische groepen in het PMO materiaal te modificeren. De aandacht zal gevestigd zijn op fundamentele aspecten zoals de invloed van de aanwezige heteroatomen op het synthesemechanisme van de PMO's en adsorptie studies om de impact na te gaan van diffusiefenomenen, sterische hindering, verschillen in hydrofobiciteit enz. op de organische reacties in de PMO. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Bert Maes • Vera Meynen
Ontwikkeling en validatie van microarrays afgeleide biomerkers in ecologisch relevante blootstellingsscenario's voor de karper. Universiteit Antwerpen Abstract: In het onderzoeksproject zal een microarray-afgeleide moleculaire biomerker ontwikkeled worden voor micropolluenten in de karper (Cyprinus carpio) en zullen de geselecteerde biomerkergenen gevaildeerd worden onder complexe ecologisch relevante condities. Dergelijke biomerkergenen dienen te voldoen aan verschillende criteria om van waarde te zijn in milieurisicoevaluatie. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Lieven Bervoets • Dries Knapen • Karlijn Van der Ven • Adrian Covaci
Opheldering van de rol van het apoptose inducerende DFNA5 eiwit via modelsystemen in gist, cellijnen en de muis. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project willen we de rol van DFNA5 in apoptose ontrafelen, en de functie van DFNA5 bestuderen met verschillende methoden. Eerst zullen we de apoptotische mechanismen in een gist model bestuderen, en de modulatoren van het apoptotische fenotype en interagerende genen identificeren. Een laatste doelstelling van dit project is het kristalliseren van het DFNA5 eiwit, en het bepalen van de driedimensionale structuur via x-stralen diffractie. Organisaties: • Menselijke moleculaire genetica
Onderzoekers: • Guido Van Camp
Afwijkingen aan het GABAerge systeem bij het fragiele X syndroom. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project wil in detail onderzoeken, welke moleculaire en cellulaire mechanismen ten grondslag liggen aan de deficiëntie van het GABAerge system in diermodellen van het fragiele X syndroom. Voor een gerichte behandeling is het immers van groot belang te weten welke componenten van het GABAerge systeem in welke cellen op welke tijdstippen veranderd zijn. Ook zullen farmacologische en genetische rescue experimenten uitgevoerd worden om te kijken welke componenten van dit systeem het beste als target gekozen kunnen worden om een optimaal effect te krijgen. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Computationele methoden voor de exacte dynamica van moleculen in intense lasers. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit voorstel heeft tot doel een nieuwe generatie van computationele methoden te ontwikkelen om de ultrasnelle dynamica van kwantumsystemen in intense en korte laserpulsen te beschrijven. De hoog dimensionale dynamica van zowel de elektronische en moleculaire vrijheidsgraden van een kleine molecule moeten efficiënt beschreven worden. Met de voorgestelde methoden zou het mogelijk zijn om verschillende processen te begrijpen voorbij het heden gangbare single-active electron beeld. De ultra snelle dynamica van meerdere deeltjes speelt een rol bij hogerharmonische straling in moleculen, niet-lineaire multifotonprocessen, pump en probe experimenten met XUV licht. Experimenteel onderzoekt men nu reeds deze processen maar theoretisch is men nog niet instaat nauwkeurige voorspellingen te maken. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Wim Vanroose
Ladingsoverdracht in halfgeleidende polymeer / CVD diamant heterostructuren. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit projectvoorstel is de vorming van heterostructuren gebaseerd op dunne CVD diamantfilms in combinatie met electroactieve kleine organische moleculen, en halfgeleidende oligomeren en polymeren. In een breder kader past dit onderzoek in de fundamentele studie naar de omzetting van zonlicht gebruik makend van nieuwe zichzelf organiserende mono- of multilagen van organische moleculen en het grensvlak met anorganische oppervlakken. Via de preparatie van nieuwe organische/anorganische systemen zal het ladingsoverdrachtmechanisme tussen deze materialen onderzocht worden, terwijl kennis gegenereerd wordt die onmisbaar is voor toekomstige nieuwe foto-voltaïsche zonnecellen, moleculaire schakelaars en andere electroactieve componenten.
Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Etienne Goovaerts