Be
jaargang 10 • mei 2006
nieuws
27
in dit nummer
re
e d v e l
Onderwijs, onderzoek en Belvedere
a=F/m
* Studenten van Artez
Het gedachtegoed van Belvedere heeft de afgelopen jaren al
De vorming van een theoretisch fundament onder het Belvedere-
Academie van
werkende gestalte gekregen. In alle hoeken van Nederland en
gedachtegoed is een tweede belangrijke opgave. In de verdere
Bouwkunst Arnhem
2
Gesprek Belvedere-hoogleraren
vanuit alle betrokken disciplines is de werking ervan verkend en
opbouw van het Belvedere-onderwijsnetwerk wordt verkend of
ontwierpen bij een
7
Interuniversitaire Belvedere-module
bevestigd in concrete projecten. De tijd dat het gedachtegoed
en hoe hogescholen, kenniscentra, universiteiten en academies
aantal archeologische
8
Hogeschool Van Hall Larenstein
werd gedragen door één enkele nota is al lang voorbij. Er is een
in het netwerk kunnen participeren. De drie hoogleraren zijn
vondsten een eigen
10 Academie van Bouwkunst Arnhem
praxis gegroeid, maar wel een praxis die nieuwe impulsen kan
daarbij niet het absolute begin van een beweging; ze zijn eerder
verhaal, verpakking
12 Virtuele erfgoedacademie / Cursus Belvedere
gebruiken om tot volle sterkte te komen. Bijvoorbeeld om een
de versnelling van wat er in het onderwijs, onderzoek en de werk-
en ruimtelijk object.
op de werkvloer / Regionale Belvedere-cursussen /
gezamenlijk vocabulaire te ontwikkelen, of om het gedachtegoed
praktijk allemaal al gebeurt. In deze nieuwsbrief maakt u kennis
De workshop Limes
Praktijkacademie Gebiedsontwikkeling
te koppelen aan de mores van de uitvoeringspraktijk. De wereld
met de drie Belvedere-hoogleraren en nemen we u mee langs
de toekomst van
van het onderwijs en onderzoek levert hieraan een wezenlijke
een aantal al bestaande initiatieven in het hoger-, voorgezet- en
de geschiedenis
bijdrage.
praktijkonderwijs en onderzoek. De werkpraktijk levert aan veel
maakte deel uit van
van deze initiatieven een bijdrage, bijvoorbeeld als workshop-
het zogeheten Plein
14 Oratie André van der Zande / Onderzoeker Martijn Duineveld 16 Oratie Bernard Colenbrander 17 Oratie Jo Coenen
Vorig jaar is aan de TU Delft, de VU Amsterdam en aan
leider of gastdocent, waardoor een interessante wisselwerking
project.
18 Oratie Jan Kolen / Promovendus Joks Janssen
Wageningen Universiteit een Belvedere-hoogleraar benoemd.
tussen onderwijs en praktijk ontstaat.
Meer hierover op
20 Fuck, Fake or Translate
Gedrieën staan zij aan de basis van wat een breed Belvedere-
22 Plan je Eigen Ruimte
netwerk moet worden voor het hele hoger onderwijs en waar-
Monique Eerden,
24 Scholieren buigen zich over toekomst binnenstad
binnen gewerkt wordt aan interdisciplinaire onderwijsvormen
Onderwijs en deskundigheidsbevordering projectbureau
26 Oratie Erik de Jong / Subsidieregeling Belvedere
als voorbereiding op de inmiddels ontstane werkpraktijk.
Belvedere, secretaris onderwijsnetwerk.
pagina 10/11.
28 Kort Nieuws *Hoe groter de kracht is die op een voorwerp inwerkt, hoe groter de versnelling zal zijn.
Foto: Machiel Spaan
Gesprek met drie Belvedere-hoogleraren
Over willen, kunnen en weten Door Theo Toebosch
Landschapsarchitect Eric Luiten, universitair docent archeologie en erfgoed-
Meteen maar de grote waaromvraag. Waarom is er een wetenschappelijke en theoretische onderbouwing nodig van het
studies Jan Kolen en André van der Zande, directeur-generaal bij het
Belvedere-gedachtegoed? Van der Zande: “Het gaat niet goed buiten. In 1999 is de analyse
ministerie van LNV, zijn sinds september vorig jaar Belvedere-hoogleraar.
gemaakt dat zoiets als Belvedere nodig was en ik zie nog geen reden om er anders tegen aan te kijken. De planners zitten in
Gedurende vier jaar proberen ze het Belvedere-gedachtegoed een weten-
een identiteitscrisis en weten niet meer waartoe ze op aarde zijn. Het technocratisch neutraliteitsparadigma overheerst: ze
schappelijke en theoretische onderbouwing te geven aan respectievelijk de
maken geen keuzes, maar stellen zich alleen nog op als procesbegeleiders. Belvedere draait om ‘willen’, ‘kunnen’ en ‘weten’ –
TU Delft, de Vrije Universiteit in Amsterdam en Wageningen UR. Daarnaast
aan die laatste twee kunnen wij wat doen.” Luiten: “Ontwerpers zeggen wel dat ze heel zorgvuldig met
zijn ze bezig om een onderwijsnetwerk op te zetten, zodat Belvedere ook
geschiedenis omgaan, maar dat doen ze meestal impliciet en soms nogal obligaat. Bijvoorbeeld omdat ze te maken hebben
binnen andere universiteiten, het hbo-onderwijs en de Academies van
met een beschermd dorps- of stadsgezicht. Het ontbreekt aan reflectie. Aan ons de taak om die reflectie handen en voeten te
Bouwkunst voet aan de grond krijgt. Een gesprek.
geven en er een goede taal voor te ontwikkelen.” Kolen: “De samenleving kent aan de geschiedenis een steeds belangrijkere rol toe. De vraag is hoe de experts daarmee omgaan. Ik heb het idee dat niet altijd even subtiel met de geschiedenis van plek, regio en landschap wordt omgesprongen. Tijdens een opleiding kun je werken aan een mentaliteitsverandering. Vanzelfsprekend op kritische wijze en zonder indoctrinatie.” >
2
nummer 27 • 2006
Startbijeenkomst onderwijsnetwerk Belvedere (november 2005): het onderwijsveld maakt kennis met de drie hoogleraren.
nummer 27 • 2006
3
Wat zou er gebeuren als er geen Belvedere-programma’s aan de
fixatie en ontwerpers met waardevermeerdering. Er is een
Om het Belvedere-gedachtegoed in het onderwijs te verspreiden
universiteiten en hogescholen zouden zijn?
distantie tussen de twee groepen die moeilijk te overbruggen is.
hebben jullie zelf de interuniversitaire module ‘behoud door
Kolen: “Dan is er het gevaar van een platte omgang met het
Ik wil op zoek gaan naar mechanismen waarmee de verschillen
ontwikkeling in stad en land’ ontwikkeld. Stromen de studenten
verleden, met in een korte tijd veel ontwerpen en projecten
wel overbrugd kunnen worden. Dan gaat het om de vraag hoe
al toe?
die met geschiedenis te maken hebben.”
verwerk je het onderzoek in het ontwerp en hoe verwerk je het
Van der Zande: “We hebben een vliegende start moeten maken.
Van der Zande: “Dat zie je nu al. Na de landbouw heeft nu de
ontwerp in het onderzoek.”
Studenten hebben op grond van een kort verhaal in een studie-
woningbouw ontdekt dat ‘kwaliteit’ er toe doet en dat je er geld
Van der Zande: “Wat mij intrigeert in planningsprocessen is de rol
gids een keuze moeten maken. Voor het volgend studiejaar
mee kunt verdienen. Daarom richten projectontwikkelaars zich
van bewoners en bezoekers. Ik ken maar twee empirische studies
hebben we meer voorbereidingstijd.”
nu op cultuurhistorie. En als het er niet is, verzinnen ze het.”
die zich bezighouden met de historische beleving van de burgers.
Luiten: “In Delft zijn we ook op de valreep in de roostering
Kolen: “Cultuurhistorie is dan een modegril die weer voorbij
Nu bepalen de bestuurders en professionals welke geschiedenis
opgenomen. De module viel daardoor nu in een periode vol
gaat. Zonder theoretische onderbouwing aan de opleidingen
zij belangrijk vinden. Maar stemt dat overeen met wat de burgers
verplichte vakken. Ik had dus maar vijf aanmeldingen en van
is alles binnen een paar jaar weer afgebroken.”
willen?”
hen hebben er vier wegens tijdgebrek moeten afhaken. Maar
Van der Zande: “Cultuurhistorie in een ontwerp verwerken is
Kolen: “Ik wil vooral gaan kijken naar de manier waarop regio’s
de student die is overgebleven is wel heel enthousiast en heeft
meer dan een blik archeologen opentrekken. Het gaat er om
met hun regionale verleden omgaan. Ze creëren vaak een enkel-
gezegd dat hij veel reclame gaat maken. Verder gaan vijf
de complexiteit van een aantal geschiedenissen op een plek
voudig imago en gebruiken cultuurhistorie vooral om bedrijven,
studenten in de afstudeerfase iets met Belvedere doen en
te laten zien.”
toeristen en hoger opgeleiden te trekken. Eindhoven ‘verkoopt’
willen ze me als tweede of derde mentor vragen.”
zich bijvoorbeeld met de geschiedenis van Philips, terwijl het
Van der Zande: “In Wageningen hadden we het eerste jaar acht
Voor de zomer komen jullie met een meerjarenprogramma en een
concern zelf voor de stad economisch minder belangrijk is
studenten, onder wie veel doorstromers uit het hbo. Allemaal
agenda die richting moeten geven op het gebied van onderzoek
geworden. Hier zie je goed dat een selecte groep – bestuurders en
supergemotiveerde studenten.”
en onderwijs. Welke thema’s, al dan niet uit de praktijk, willen
marketingmensen – het verleden van de regio ‘maakt’ voor een al
Kolen: “Wij hebben inmiddels een tiental ‘echte’ Belvedere-
jullie behandelen?
even selecte groep – toeristen en bedrijven; ook al zitten er mooie
studenten, die ook op het onderwerp gaan afstuderen, en dit
Luiten: “Het is interessant om ontwerpers en historici met elkaar
projecten bij en is de belangstelling voor het Philips-erfgoed in
zullen er snel meer worden. Verder zijn er elk jaar ongeveer
in gesprek te krijgen. Historici houden zich bezig met waarde-
eerste instantie aangewakkerd door inwoners van de stad.”
vijftien tot twintig instromers bij de mastersopleiding van >
Foto’s: Juul Zilvold
4
nummer 27 • 2006
nummer 27 • 2006
5
erfgoedstudies. Ze komen van uiteenlopende bachelor-
vorming te doen. Van mij mag een ontwerper straks zeggen dat
hbo en de universitaire historici met elkaar in contact te
opleidingen als archeologie, architectuur- en stedebouw-
hij ergens niets met geschiedenis gaat doen, zolang hij er maar
brengen.”
geschiedenis en sociale geografie, maar er zitten verrassend
een valide redenering voor heeft.”
Luiten: “Via het onderwijsnetwerk komen de reflectie van de
genoeg ook ontwerpers bij die zich verder willen verdiepen in
Kolen: “Ik verwacht wel een nieuwe loot aan de boom van
universitaire opleidingen en de praktijk van de hbo-opleidingen
historische thema’s. Ik merk dat ze iets willen betekenen voor
historici. Tot voor kort hielden historici zich bezig met het
dichter bij elkaar. Het gaat nu nog om onze drie universiteiten,
de maatschappij. Tegelijk gokken ze er op dat het Belvedere-
verleden om het verleden. Die zuivere interesse kan niet altijd
tien tot vijftien hbo-opleidingen en zes Academies van Bouw-
thema hen makkelijker aan leuk werk helpt.”
meer. Historici moeten met kennis gaan participeren in de
kunst, maar we gaan ook praten met de universiteit van Utrecht
discussies over nieuwe, actuele transformaties in het landschap.
en de TU Eindhoven.”
Leiden de brede Belvedere-opleidingen straks ook tot nieuwe
Dat betekent vuile handen maken.”
Van der Zande: “We hoeven ons nergens in te vechten, overal
beroepen?
Van der Zande: “Ik hoop ook wel dat het ingenieurseigene, de
is grote bereidheid om mee te doen. We weten alleen nog niet
Luiten: “Een nieuw beroep denk ik niet. Wel tot nieuwe expertise
praktijk, een rol blijft spelen. Reflecteren is mooi, maar uit-
goed wat ze van ons willen. Willen ze modules of verwachten ze
en een discipline met een plus. Vandaar dat in Delft de studenten
eindelijk gaat het er om dat een weg of boerderij er beter van
ook dat we er zelf gaan lesgeven? We doen in ieder geval niets
bij hun afstuderen op hun diploma een Belvedere-aantekening
wordt.”
exclusiefs voor maar één school. Ze moeten zelf maar bedenken
kunnen krijgen.”
of Belvedere hen helpt in het gevecht om de student.”
Van der Zande: “Ik zie de personeelsadvertentie met ‘erfgoed-
Jullie zijn ook bezig om via het onderwijsnetwerk andere
Kolen: “Die concurrentie op grond van Belvedere-opleidingen
deskundige gevraagd’ wel voor me. Belangrijker dan de vraag
universiteiten, hbo-opleidingen en de Academies van Bouwkunst
komt er zeker. Dat kan productief zijn en opleidingen er toe
of straks wel of niet sprake is van een nieuw beroep is dat we
bij Belvedere te betrekken. Waarom is het onderwijsnetwerk van
dwingen nog beter te worden. Mijn definitie van ‘beter’ is echter
de ogen van studenten openen en ze leren met andere ogen
belang? Hoe komt het tot stand en wat verwachten jullie er van?
niet ‘meer kans op een baan’. Maar studenten zijn intelligent
naar de materie te kijken.”
Kolen: “Het hbo heeft weinig raakvlakken met de historische
genoeg om zich te oriënteren.”
Luiten: “Maar dan wel, zoals de decaan van Bouwkunde bij de
disciplines, omdat er aan de meeste hogescholen niet zoiets als
Luiten: “Al met al kun je van Belvedere zeggen dat het er wel
presentatie van het onderwijsnetwerk zei, zonder aan school-
een opleiding geschiedenis bestaat. Het is daarom goed om het
komt, alleen komt het niet vanzelf goed.”<
6
nummer 27 • 2006
Interuniversitaire Belvedere-module Afgelopen voorjaar konden studenten zich voor het eerst
samen aan opdrachten te werken met studenten van andere
opgaven die er spelen. Aan de hand van de eerste ervaringen
inschrijven op de interuniversitaire module ‘Behoud door
universiteiten ervaar je hoe planners en cultuurhistorici denken
wordt de module verder aangescherpt. In de toekomst willen
ontwikkeling in stad en land’ voor masterstudenten uit de
en redeneren.”
de drie Belvedere-hoogleraren partners van andere onderwijs-
historische, plannings- en ontwerpdisciplines. Deze module
In de module maakt de student kennis met theorieën, concepten
instellingen bij de module betrekken of de module zelfs in zijn
werd gezamenlijk verzorgd door de TU-Delft, de VU Amsterdam
en praktische instrumenten voor het omgaan met erfgoed in de
geheel ‘exporteren’.
en Wageningen Universiteit. De inhoud van de module en met
context van actuele ruimtelijke vraagstukken.
name de interdisciplinaire aanpak heeft tot veel positieve reacties
Als onderdeel van het programma worden enkele concrete
Meer informatie: Monique Eerden, projectsecretaris Belvedere-
geleid. Student TU-Delft Ruud Smeelen: “Door als architect
Belvedere-projecten geanalyseerd en oplossingen gezocht voor
onderwijsnetwerk, (030) 230 50 10,
[email protected].
Het Belvedere-team voor het hoger onderwijs, van links naar rechts: Eric Luiten (deeltijd hoogleraar Cultuurhistorie en ontwerp aan de TU Delft), Jan Kolen (bijzonder hoogleraar Erfgoed van stad en land aan de VU Amsterdam), Roel During (universitair docent WUR), André van der Zande (bijzonder hoogleraar Ruimtelijke planning en cultuurhistorie aan WUR) en Monique Eerden (projectsecretaris onderwijsnetwerk).
nummer 27 • 2006
7
Innovatieprijs voor Hogeschool Van Hall Larenstein
Action learning in de Veenkoloniën Door Kees de Graaf
Studenten van de Hogeschool Van Hall Larenstein verlaten de schoolbanken
Foto: Gerrie Koopman
en doen onderzoeks- en ontwerpervaring op in de praktijk. Sinds twee jaar loopt het project ‘De Werkplaats Plattelandsvernieuwing’, waarin studenten samen met bewoners, docenten, professionals, beleidsmakers en andere partijen werken aan inmiddels een dozijn verschillende vernieuwingsplannen. Cultuurhistorie fungeert als drager van het denkproces. De werkplaats is
Op een grijze en regenachtige voorjaarsdag spreken we af in
landsvisies voor de regio. Niet vanachter ambtelijke bureaus,
Annerveenschekanaal met lector Plattelandsvernieuwing Willem
maar in de lokale gemeenschappen zelf. Ik geloof daar heilig
Foorthuis. In de leegstaande Hervormde Kerk kreeg hij het in
in en wil die praktijk ook aan de studenten meegeven”, vertelt
2004 voor elkaar om met studenten van verschillende disciplines
Foorthuis. “Ik heb het altijd bij gebiedsontwikkeling over de vier
– plattelandsvernieuwing, maar ook tuin & landschapsinrichting,
p’s: product, process, place and people. In een traditionele
land – en waterbeheer en milieukunde – aan de slag te laten
benadering staan vooral product en process centraal: waar moet
gaan met de vernieuwing van dit deel van de voormalige veen-
een bepaalde activiteit zich vestigen? Ik wil daar place en people
koloniën.
aan toevoegen. Dan kom je als vanzelf bij de kwaliteit van
tegelijkertijd ontmoetingsplaats, werkatelier en kennisnetwerk en is bewust
de leefomgeving, bij de cultuurhistorie als ankerpunt voor
Action learning buiten de schoolomgeving gesitueerd. De eerste werkplaats is gevestigd in het Drentse veenkoloniale dorp Annerveenschekanaal. Andere vestigingen zijn in ontwikkeling.
8
nummer 27 • 2006
ontwikkelingen. Dat is bij uitstek ook de benadering van
Waarom dit initiatief van action learning, oftewel leren in de
Belvedere. Dus niet lukraak van bovenaf bijvoorbeeld de glas-
praktijk met echte casuïstiek en echte betrokkenen? “In het
tuinbouw in het noorden droppen, maar eerst kijken hoe je een
noorden wordt al langer met de belanghebbenden in het gebied
dergelijke ontwikkeling zo goed mogelijk kunt inpassen, met
gewerkt aan vernieuwingsplannen in allerlei soorten en maten;
de mensen ter plaatse.”
van het herstel van oude havens tot en met complete platte-
Doekle Terpstra over De Werkplaats De Werkplaats is door de HBO-Raad uit circa 50 projecten en
Nieuw leerdomein
van het proces: “Iedereen kent inmiddels het begrip Belvedere.
initiatieven geselecteerd als winnaar van de HBO Innovatieprijs
Volgens Foorthuis kan het hbo-onderwijs en meer specifiek het
Ze weten nog niet precies waar het over gaat, maar ze raken er
2006. De voorzitter van de HBO-Raad Doekle Terpstra: “Ik ben
initiatief van de werkplaats een zinvolle bijdrage leveren aan het
wel enthousiast van. En dan ontstaan er vaak heel interessante
ongelofelijk enthousiast over deze aanpak. Onderwijs in deze
Belvedere-onderwijsnetwerk. “Het onderwijsinitiatief van
ontwikkelingen. Belvedere als procesanimator is dus ongeëvenaard.”
vorm levert studenten op die, als ze van school komen, weten
Belvedere moet zich naar mijn idee meer op het hbo richten.
wat hen te wachten staat en waar de praktijk grote behoefte aan
Het hier en daar toevoegen van een moduletje cultuurhistorie
Hoe reageren andere partijen op de aanpak? Projectcoördinator
heeft. De ‘werkplaats’ is een voorbeeld voor het hele hbo. Het
aan bestaande onderwijsprogramma’s is daarbij niet genoeg. Hier
VROM Peter van der Veen van de gemeente Aa en Hunze over
is een aanpak waar we als hoger onderwijs absoluut mee door
dient zich een compleet nieuw leerdomein aan. De ervaringen
de inbreng van de Werkplaats: “Deze werkwijze brengt dynamiek
moeten; ook al schuurt en wringt het nog op onderdelen. Het
met de werkplaats zijn aanleiding om het gehele curriculum platte-
terug in de dorpen, verbetert de leefomgeving en leidt tot goede,
interessante van cultuurhistorie in deze aanpak vind ik overigens
landsvernieuwing te herschrijven. De studenten zijn enthousiast:
breed gedragen ruimtelijke plannen. Als gemeente kunnen we daar
dat het er voor kan zorgen dat het denken vanuit belangen en
ze doen onderzoek, doen voorstellen voor vernieuwing, leren met
onder meer de vernieuwingsslag van onze bestemmingsplannen
grenzen doorbroken wordt. Het is altijd heel moeilijk om een
burgers om te gaan, doen kennis op van de strategische zaken die
op enten. Tevens ligt er een visie en een programma voor de uit-
gezamenlijke taal te vinden waarin je met elkaar dingen gedaan
er spelen en zien ook hun docenten veranderen. Want voor
voering van concrete initiatieven, die op een interactieve manier
krijgt. Als cultuurhistorie daarvoor kan zorgen, vind ik dat
iedereen is dit nieuw.” Wat is in dit geval de bijdrage van cultuur-
tot stand zijn gekomen. Met deze methode pakken we alles op een
uitstekend.”
historie c.q. Belvedere geweest? Foorthuis benadrukt de waarde
heel gestructureerde wijze in één keer op.”
nummer 26 • 2005
9
Interdisciplinair Plein-project Academie van Bouwkunst Arnhem
Geschiedenis genereert nieuwe verhalen Door Anne Luijten
In januari van dit jaar organiseerde de Academie van Bouwkunst in Arnhem een zogeheten Plein-project rond het thema ontwerp en geschiedenis. In ontwerpateliers en lezingen werd ingegaan op de vraag of de sporen van de cultuurhistorie inspiratiebron kunnen zijn voor de actuele, ruimtelijke planvorming. Een bijzonder project voor de aanstaande ontwerpers, dat zelfs extra bijzonder werd door de interdisciplinaire samenwerking met de studie Erfgoedstudies van de Vrije Universiteit in Amsterdam. “Het is belangrijk dat studenten een bewustzijn krijgen van de geschiedenis en de verschillende manieren van interpretatie en omgaan met de geschiedenis”, aldus architect Machiel Spaan, onderwijscoördinator van de Academie van Bouwkunst.
Bezinning De uitkomst van de ontwerpateliers was heel divers. Studenten hebben letterlijk gegraven naar resten van de geschiedenis, maar zijn ook op een meer abstracte manier met het gedachtegoed van de geschiedenis bezig geweest. In de groep van student Els ten Napel – door een gebrekkige praktische afstemming van de onderwijsprogramma’s vooralsnog de enige student Erfgoedstudies die meedeed aan het Plein-project – was het resultaat niet zozeer een ontwerp, maar een bezinning op de rol van het verleden in het ontwerpproces. “Wij hebben vooral veel gediscussieerd over de betekenis van de verschillende tijdslagen in het landschap. Er is nog zoveel meer gebeurd ná de Romeinse
De inspiratie voor de invulling van het Plein-project, een jaarlijks
een onderwerp voor de verschillende ontwerpgroepjes.
tijd.” Ten Napel vond het van haar kant inspirerend om het
terugkerend programma los van het reguliere onderwijs-
“Voor de studenten was het een eye-opener om de geschiedenis
ontwerpproces aan den lijve mee te maken. “Het is voor historici
programma, haalde de Academie van Bouwkunst uit de
als inspiratiebron te nemen. Om de geschiedenis niet als lastig
en ontwerpers belangrijk om elkaars denkwijzen en processen te
actualiteit van de ruimtelijke opgave. In het gebied Arnhem-
of saai te zien, maar om er juist nieuwe aanleidingen of kansen
leren kennen, zodat je weet hoe je elkaar tijdens het proces kunt
Nijmegen spelen een aantal projecten en discussies waarin
in te zien voor je ontwerp.” Voor Machiel Spaan is die nieuw
beïnvloeden en inspireren. Voor ontwerpers is het belangrijk om
geschiedenis een belangrijke rol heeft. Die projecten vormden
ontstane nieuwsgierigheid en openheid dan ook het belangrijkste
een moment van bezinning vóór het eigenlijke ontwerpen in te
de onderwerpen van de ontwerpateliers. Zo is er in Nijmegen
succes van het project. “De studenten ontdekten dat je op allerlei
passen, en voor historici is het belangrijk om te beseffen dat we
de discussie rondom het restaureren van de stadspoorten, maar
verschillende manieren een opgave kunt benaderen, dat er méér
meer moeite moeten doen dan alleen ontwerpers een kant-en-
ook het megaproject van de stadsuitbreiding aan de overzijde
is dan alleen de geschiedenis reproduceren. En dat je zelf, met
klaar brokje kennis toe te werpen.” Els ten Napel is van mening
van de rivier, de Waalsprong, waar bijvoorbeeld historische
je eigen achtergrond en bagage, altijd degene bent die een
dat het daarom van groot belang is dat er al tijdens de studie
bunkers in het landschap verzonken liggen. Ook het omgaan
interpretatie maakt van de geschiedenis. Geschiedenis nodigt
wordt samengewerkt, om elkaar goed te leren kennen. “Want
met de Limes, de noordelijke grens van het Romeinse Rijk, was
je uit om nieuwe verhalen te genereren.”
we hebben elkaar wél nodig.”
10
nummer 27 • 2006
Stadspoorten Revisited De voormalige landhoofden van de eerste spoorbrug over de Waal bij Nijmegen vormen in de toekomst wellicht een symbolische verbinding tussen de huidige stad en het nieuwe stadsdeel aan de overkant van de rivier, de Waalsprong. In het project Stadspoorten Revisited van de gemeente Nijmegen wordt nagedacht over de reconstructie van het zuidelijke landhoofd in samenhang met een eigentijdse ‘stadspoort’ op de plek waar vroeger het noordelijke landhoofd lag. Het zuidelijke landhoofd werd eind 19e eeuw gebouwd als een middeleeuwse stadspoort met twee torens, waar de trein tussendoor reed. Bij de vervanging van de spoorbrug eind 20e eeuw verloor het, door de Tweede Wereldoorlog al zwaar beschadigde landhoofd zijn functie. In de restanten van een van de torens werd nog weer later een doorgang gemaakt voor een fietsverbinding.
Foto: Wim van der Ende
nummer 27 • 2006
11
Fons Asselbergs over de virtuele erfgoedacademie Het hoger beroeps- en het academisch onderwijs zouden
over de actuele ontwikkelingen in het vakgebied en het van
volgens Fons Asselbergs, rijksadviseur voor het cultureel erfgoed,
daaruit opnieuw definiëren en funderen van het vakgebied.”
samen in moeten zetten op de opleiding van erfgoed-
Asselbergs denkt daarbij niet direct aan een fysiek opleidings-
deskundigen die ruimtelijke transformaties kunnen begeleiden.
instituut, maar eerder aan een netwerkomgeving, een virtuele
Asselbergs: “De erfgoeddeskundige van vandaag heeft een veel
academie voor studenten, docenten en hoogleraren waarbinnen
breder corpus aan kennis nodig dan hem nu in een afzonderlijke
het studieaanbod kan worden gecombineerd en waarbinnen
opleiding kan worden geboden. Het gaat om kennis van cultuur-
de erfgoedfilosofie gestalte krijgt. “De ideevorming is nog pril,
waardenonderzoek, van instandhoudingstechnologie, van
de gesprekken hierover moeten nog op gang komen. Iedereen
gebiedsgerichte monumentenzorg, ruimtelijke ordening en
die wil, wordt uitgenodigd mee te praten.”
stedenbouw, en van de wijze waarop ontwerpers omgaan met geschiedenis. Daarnaast zou in de opleiding ook aandacht
Meer informatie:
[email protected]
besteed moeten worden aan erfgoedfilosofie; het nadenken
Peter van Rooy over de Praktijkacademie Gebiedsontwikkeling Een samenstel van kenniscentra, koepelorganisaties en over-
voordenken, ervaringen delen, samen werken, taboes op fouten
heden wil een Praktijkacademie voor Gebiedsontwikkeling
doorbreken en vooral uitgaan van de praktijk.” De betrokken
opzetten. Dit maakte Peter van Rooy, programmaleider
partijen zijn Habiforum, IPO, Neprom, NIROV en VROM. De
ontwikkelingsplanologie bij het NIROV onlangs bekend op de
ideeën over de praktijkacademie variëren nog van een fysieke
Spiegeldag Gebiedsontwikkeling. “Gebiedsontwikkeling staat
campus tot een virtueel netwerk. “In welke vorm dan ook,
nog in de kinderschoenen. Op tal van plaatsen worden dezelfde
learning bij doing zal een belangrijke rol gaan spelen”, aldus
wielen uitgevonden. Willen we van gebiedsontwikkeling echt een
Van Rooy.
succes maken, dan is lerend werken een absolute voorwaarde. Lerend werken staat voor handelen, reflecteren op dat handelen,
12
nummer 27 • 2006
Meer informatie:
[email protected]
Deelnemers aan de cursus Belvedere op de werkvloer. Foto: Monique Geerdink
Cursus Belvedere op de werkvloer Januari 2007 start het Nirov met een nieuwe cursus ‘Belvedere op de werkvloer’ voor professionals die werkzaam zijn op het raakvlak ruimtelijke inrichting en cultuurhistorie. De vijfdaagse, praktijkgerichte cursus biedt de cursisten de kennis en het instrumentarium om een succesvolle relatie te leggen tussen cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. De cursus bestaat uit een mix van colleges, excursies, literatuur, rollenspel, discussie en werkopdrachten en gaat in op zowel inhoud als proces. De cursus legt ook een koppeling tussen cultuurhistorie en gebiedsontwikkeling.
Meer informatie: Monique Geerdink, (070) 302 84 73,
[email protected].
Landschapsbeheer Nederland werkt aan regionale Belvedere-cursussen Landschapsbeheer Nederland verkent, in samenwerking met het Projectbureau Belvedere, de mogelijkheden voor het opzetten van regionale Belvedere-cursussen voor lokale overheden en (particuliere) organisaties in hun directe werkgebied. Deze cursus, met een sterk accent op landschap, zal waarschijnlijk in 2007 van start gaan. Het cursusprogramma zal aandacht schenken aan betekenis en belang van cultuurhistorische waarden in de eigen omgeving en zal aangeven hoe deze waarden een rol kunnen spelen in de vernieuwing van het landschap.
Meer informatie: Landschapsbeheer Nederland, Henk Baas,
[email protected].
nummer 27 • 2006
13
Scholierenboompjes Langs de weg van Pieterburen naar Westernieland staan twee appelboompjes. Ze staan iets teruggetrokken, uit het gelid van de bomenrij die de weg begeleidt in zijn gang door het landschap. In de volksmond heten ze de scholierenboompjes, ontsproten aan de klokkenhuizen van jongeren die zich daar vroeger verzamelden om samen naar de middelbare school in Warffum te fietsen. Volgens publicist Rik Herngreen zitten er overal in het landschap kleine sporen van wat mensen hebben gedaan. Herngreen hierover in het televisieprogramma Waar wij wonen: “Deze rafeltjes en haakjes brengen de poëzie in het landschap. Het feit dat de appelbomen er nog staan en scholierenboompjes heten is heel betekenisvol. Een landschap dat veel raadsels bevat, prikkelt de fantasie, maakt dat bewoners zich een gebied toe-eigenen.” Foto: Harry Cock
Onderzoek planoloog Martijn Duineveld
Van oude dingen, de mensen die voorbij gaan… 14
nummer 27 • 2006
Oratie André van der Zande
De emancipatie en integratie van historie in de ruimtelijke inrichting kan een enorme impuls krijgen vanuit de bevolking. Er moet dan wel meer kennis komen over de waardering van burgers voor de historische dimensie van het landschap. Burgerwaardering moet vervolgens een belangrijk uitgangspunt zijn in de praktijk van het ontwerpen en plannen en in het besluitvormingsproces. Deze visie op Belvedere poneerde Belvedere-hoogleraar André van der Zande tijdens zijn oratie op 20 april aan Wageningen Universiteit.
“Er is bij de bevolking een breed gevoelde innige wens tot behoud van historische structuren en plekken. Deze burgers gaan beslissingsmacht opeisen. Ze willen zelf beslissen over investeringen in de leefomgeving. Die macht uit zich momenteel vooral in de vorm van hindermacht. Burgerparticipatie moet dus meer ruimte krijgen in constructieve zin”, aldus Van der Zande. “Dat betekent dat we af moeten stappen van de verticale hiërarchische sturingsfilosofie. Wetenschappers en professionals bijvoorbeeld moeten een stap terug doen, ten koste van hun eigen dominante verticale rol als autonoom expert. Ook het ontwerpproces heeft die valkuil van het absolute, het verticale.
Burgers stuwende kracht achter emancipatie cultuurhistorie
Op dit moment ligt een belangrijke focus in het Belvedere-beleid
De grote nadruk van sommige ontwerpers op hun kunstenaar-
op het vergroten van kennis en kunde bij professionals. Volgens
schap doet afbreuk aan de mogelijke betekenis van ontwerp in
Van der Zande liggen hier echter niet de beste kansen voor een
gebiedsprocessen. Het ontwerpen in interactieve processen heeft
verdere groei van de Belvedere-praktijk. “Opinion leaders en
de toekomst, waarbij gezamenlijk betekenis wordt gegeven aan
machthebbers in de mainstream cultuur van planning en
een gebied.” Voorwaarde voor dit alles is wel dat er meer inzicht
ontwerp verzetten zich tegen de emancipatie van cultuurhistorie.
komt in de binding van mensen aan gebieden. “De vele uit-
Er is sprake van een sterk naijlend moderniteitsparadigma.
bundige beschouwingen over het belang van cultuurhistorische
Bovendien wordt de emancipatie van cultuurhistorie gezien als
waarden voor de identiteit van gebieden hebben een uiterst
een te sectorale benadering die niet past in de tijdsgeest van
smalle wetenschappelijke basis. Het lijkt mij een goede zaak
integraliteit.” Een nieuwe doorbraak in de Belvedere-praktijk
om het belevingsonderzoek naar historische kenmerken van
kan volgens hem wel worden bereikt door aan te haken bij de
het landschap serieus ter hand te nemen.”(ml)
groeiende betrokkenheid van burgers.
De volledige tekst van de oratie van Van der Zande is te vinden op www.belvedere.nu, onder het menu ‘onderwijs’.
De veelgehoorde premisse van beleidsmakers en erfgoed-
waarop hij december dit jaar hoopt te promoveren aan de
Zo zou de burgerwaardering bijvoorbeeld een plek kunnen
deskundigen dat burgers weinig waardering hebben
Universiteit van Wageningen. Het proefschrift draagt de titel
krijgen in de systematiek van waarderen die leidt tot de
voor cultuurhistorie, is fundamenteel onjuist. Onderzoek wijst
Van oude dingen, de mensen die voorbij gaan…; over de mogelijk-
zogeheten waardekaarten. De observaties van Duineveld stoelen
uit dat er juist veel interesse is. Wel blijkt dat ‘gewone’ mensen
heden meer recht te doen aan de burgers en de door hen
op een aantal empirische studies, waaronder een eigen
vaak andere dingen en dingen anders waarderen dan de officiële
gewaardeerde cultuurhistorie. Volgens Duineveld ligt het antwoord
onderzoek naar burgerwaardering in de Duin- en Bollenstreek, en
deskundigen. De vraag die beleidsmakers en erfgoed-
niet alleen op het instrumentele vlak in planvormingsprocessen,
een analyse van het formele beleidssysteem.(ml)
deskundigen zich dan ook zouden moeten stellen, is hoe zij deze
zoals interactieve planvorming en belevingsonderzoek. Ook zou
burgerwaardering een plek kunnen geven in het beleid. Dit is
de ‘gesloten gemeenschap’ van beleidsmakers en professionals
de kern van het proefschrift van planoloog Martijn Duineveld,
zich meer ontvankelijk moeten tonen voor de burgerwaardering.
Meer informatie:
[email protected]
nummer 27 • 2006
15
Oratie Bernard Colenbrander
Dienstbaarheid architectuur kent zijn grens Architectuur heet een dienstbaar vak te zijn en een spiegel op de maatschappij. Maar wellicht juist door deze spiegelfunctie zijn er grenzen aan de dienstbaarheid. “Zeker in de tegenwoordige tijd is de relatie tussen architectuur en maatschappij uit chronische frictie gaan bestaan. In haar beste momenten toont de architectuur zich weigerachtig ten opzichte van de maatschappelijke vraag en dwingt ze een eigen territorium af ”, zo verklaarde Bernard Colenbrander, hoogleraar architectuurgeschiedenis en –theorie, tijdens zijn intreerede aan de TU Eindhoven. Colenbrander illustreerde zijn opmerkingen aan de hand van
het H-huis, dat letterlijk de vorm van een H heeft, is de woon-
twee huizen. Hij refereerde om te beginnen aan het familiehuis
functie ondergeschikt geraakt aan ‘de in volkomen autonomie
van de ‘Buddenbrooks’ uit het gelijknamige semi-autobio-
uitgevoerde architectonische handeling’. Het H-huis is daarmee
grafische boek van Thomas Mann. In het boek, dat handelt
illustratief voor het nakende einde van een wereldbeeld met de
over de neergang van een koopmansfamilie in de tweede helft
mens in het centrum van alles. Colenbrander verwijst onder
van de 19e eeuw, speelt het huis een illustratieve rol. De familie
meer naar een recent interview met staatssecretaris Pieter van
moet uiteindelijk het huis, dat de sfeer ademt van generatie op
Geel die daarin ronduit erkent dat vrijwel niemand de bouw-
generatie overgedragen beschaving, verkopen aan een ‘beurs-
besluiten nog begrijpt. Colenbrander: “De systemen, regels en
type’. Deze laat het huis meteen grondig verbouwen.
zelfs virussen kunnen het kennelijk heel goed af zonder ons.
Colenbrander: “Het gaat daarmee ook om het verlies van een
Onder dit soort omstandigheden heeft de architectuur niet
ruimtelijk milieu dat blijkbaar niet opgewassen is tegen de
langer genoeg aan de brave aansporing van vroeger om zich te
veranderingen van de sociale conventies in het algemeen en
gedragen als een dienstbaar vak. Er is alle reden voor dit vak om
het oprukken van het moderne leven in het bijzonder.” In het
zich kritisch te verhouden ten opzichte van wat de maatschappij
voorbeeld is de architectuur volgens hem ondergeschikt aan de
dagelijks vraagt. Een gebouw is namelijk tot in detail een
maatschappelijke ontwikkelingen en vormt daarop hooguit een
pregnant ideologische uitspraak en daarom kan ontsporing in
spiegel.
de maatschappelijke status quo niet zonder meer worden weggepoetst of genegeerd in een slaapverwekkend comfortabele
Het tweede huis in zijn intreerede is het H-huis van de architect
architectuur van het consumentgericht bouwen die de maat-
Christian Rapp in de Amsterdamse wijk Borneo-Sporenburg. In
schappelijke vraag volgt.”(ml)
16
nummer 27 • 2006
Oratie Jo Coenen
De kunst van versmelting “Tweederde van de toekomstige bouwopgaven bestaat uit transformatieopgaven. Het gaat niet meer primair om productie van het nieuwe, maar om invoegen in het bestaande.” Vanuit deze observatie als architect en oudrijksbouwmeester hield de hoogleraar Jo Coenen onlangs aan de TU Delft zijn oratie, getiteld De kunst van versmelting. Hij hield een gepassioneerd pleidooi voor een fundamentele verbreding van het vakgebied restauratie en de toenadering tussen de nieuwbouw- en de restauratiearchitect. Coenen zal de komende jaren samen met de architect en hoogleraar Paul Meurs de leerstoel Restauratie aan de faculteit Bouwkunde bekleden. Het vakgebied van de restauratiearchitect moet zich volgens
mogelijkheid zich te hervinden “door op een verbeeldings-
Coenen verbreden van het object – “de voeg en het zoutgehalte
krachtige wijze te leren van het werk van voorgangers. Door goed
daarin” – naar het veranderende landschap. “De tendentie tot
te kijken naar monumentale objecten en landschappen, worden
een geliktheid van het monument is haast politioneel te noemen,
essentiële architectonische feiten zichtbaar die nog steeds,
een ontsnappingspoging uit de tijd, terwijl het gaat om levend
natuurlijk in een opnieuw verwerkte vorm, geldigheid bezitten.”
hergebruik. En terwijl er minutieus en zorgzaam wordt gewerkt aan talloze monumentale objecten, blijven elders branden van
Om de diversiteit van het vakgebied te benadrukken heeft
onmetelijke omvang ongeblust. De aantasting van historische
Coenen de vakgroep Restauratie gereorganiseerd tot ®MIT,
binnensteden, landschappen en vergezichten, stads- en dorps-
een onderzoekscentrum voor Modificatie, Interventie en
silhouetten door welhaast ongemerkte transformaties, is even
Transformatie van de gebouwde omgeving. Collega-hoogleraar
erg als dat van een enkelvoudig monument.”
Paul Meurs zal zich met name gaan richten op onderwijs en onderzoek naar transformatieopgaven en de meerwaarde die
Coenen haalde daarnaast krachtig uit naar de huidige architectuur
bestaande kwaliteit daarin kan genereren.(ml)
die hij verweet “verschraald” te zijn geraakt. Juist het vakgebied van de restauratie biedt volgens hem het vak architectuur de
Meer informatie: www.bk.tudelft.nl
Het nieuwe kantoorgebouw van Unilever in Rotterdam, De Brug, ‘zweeft’ op 25 meter hoogte boven het monumentale fabriekscomplex van Unilever uit 1891 waar de bedrijfsgeschiedenis begon met de Margarine Unie van Van den Bergh en Jurgens uit Oss. Foto: Thea van den Heuvel nummer 27 • 2006
17
Promotieonderzoek Joks Janssen
Potlood en gouche van Matthijs Derk Knip. Collectie Noordbrabants Museum, ’s-Hertogenbosch.
18
nummer 26 • 2005
Ingesleten katholieke patronen leiden tot Brabantse versnippering
Oratie Jan Kolen
Kritische houding historici vertalen naar werkbare concepten
Het erfgoed heeft zijn statische en kwetsbare imago afgeschud en speelt tegenwoordig een actieve rol in culturele en ruimtelijke transformaties. Het begrip ‘erfgoed’ heeft daardoor een bredere invulling gekregen. Het gedraagt zich als een weefsel waarin voortdurend nieuwe plekken, objecten en herinneringen worden ingeweven en oude worden getransformeerd. “Historici en cultuurcritici volgen deze ontwikkeling op afstand en met enige argwaan. Dat is in veel opzichten terecht, maar de nieuwe omgang met het erfgoed vraagt ook om een constructief antwoord”, concludeert Belvedere-hoogleraar Jan Kolen, een dezer dagen in zijn inaugurele rede aan de VU Amsterdam. “Tegelijkertijd moet worden geconstateerd dat historici, maar ook vormgevers, daarvoor de concepten en instrumenten nog grotendeels ontberen.”
Met zijn leerstoel wil Kolen vooral werken aan concepten voor
ruimtelijke transformaties in het verleden. Vaak hadden deze
het actuele fenomeen van regiovorming. “Regio’s zoeken naar
op de langere termijn onvoorziene en ongewenste effecten, een
nieuwe manieren om zich binnen internationale netwerken te
onbeheersbaarheid die besloten lag in het complexe samenspel
profileren, en bijna altijd worden daarbij het verleden en het
tussen de voortdurende herinrichting van stad en land, bestuur-
erfgoed benut als economische bron en ‘symbolisch kapitaal’.
lijke veranderingen en niet te vergeten de wereld van collectieve
Omdat het economische gebruik van erfgoed nogal eens leidt tot
ideeën en mentaliteiten.” Volgens Kolen is het zaak dat historici
een versmalling van de historische beeldvorming (denk aan de
hun afstandelijke houding laten varen en zich verdiepen in
Rembrandt-manie in steden als Leiden en Amsterdam), ligt er
processen van culturele verandering en ruimtelijke transformatie,
voor historici de taak om de dialoog over de ruimte te verrijken
om van daaruit te participeren aan de ruimtelijke cultuur van de
met diepere gelaagdheden, alternatieve verhalen en soms ook
21ste eeuw.
minder gewenste geschiedenissen.” “De vormgevers van regio’s zijn daarnaast gebaat bij reflectie op
Meer informatie: www.belvedere.nu, onder het menu ‘onderwijs’.
De provincie Noord-Brabant is een verstrooide stad met een
opvattingen aan het huidige beeld hebben bijgedragen, maar
Janssen is als stedenbouwkundig onderzoeker verbonden aan
sterke vervlechting van stad en land, het landschap is
zeker ook de katholieke moraal. De katholieke elite zag de stad als
Telos, het Brabants Centrum voor Duurzaamheidsvraagstukken,
versnipperd en de dorpen zijn verworden tot confectiedorpen
oord van verval en zedeloosheid en het platteland als belichaming
en promoveerde cum laude aan de Universiteit van Tilburg.
die zich nauwelijks nog iets aantrekken van hun omgeving.
van typisch Brabantse zeden en gewoontes. Deze katholieke
Het proefschrift van Janssen verschijnt binnenkort in
Dit beeld schetste promovendus Joks Janssen eind 2005 in
verheerlijking van het landleven is volgens hem een continu
geïllustreerde vorm bij het Zuidelijk Historisch Contact te
zijn proefschrift Vooruit denken en verwijlen. De (re)constructie
gegeven in de regionale planning. Janssen noemt daarnaast de
Tilburg (gesubsidieerd door Belvedere). Op 30 mei 2006 werd
van het plattelandschap in Zuidoost-Brabant (1920-2000).
sterke lokale autonomie van kleine, veelal agrarische plattelands-
het eerste exemplaar van het boek uitgereikt aan Paul Rüpp,
Aan de vooravond van de revitalisering van het landelijk gebied
gemeenten als oorzaak. Volgens Janssen is het zaak de
gedeputeerde Ruimtelijke Ontwikkeling, tijdens een debat over
in Brabant, analyseert Janssen de mechanismen die tot de
geïdealiseerde plattelandsidentiteit te herijken en actualiseren,
de samenwerking tussen stad en platteland in Brabant.(ml)
ruimtelijke versnippering hebben geleid. Janssen toont aan dat in
ingesleten automatismen te pareren en te sturen op kwaliteit
de vorige eeuw niet alleen planologische en stedenbouwkundige
om zo het groene erfgoed weer toekomstbestendig te maken.
Meer informatie: www.telos.nl
nummer 27 • 2006
19
Fuck, Fake or Translate Door Frank Strolenberg
Sinds het verschijnen van de nota Belvedere wordt de vraag gesteld: wat is Belvedere? En vooral ook: wat is Belvedere niet? Mensen hebben blijkbaar behoefte om de wereld om zich heen te kunnen begrijpen door onderscheid aan te brengen: oud/nieuw, echt/onecht. Dit terwijl de werkelijkheid natuurlijk helemaal niet digitaal, maar veel meer chaotisch georganiseerd is en fluïde overgangen kent. Dat geldt ook voor het domein van Belvedere. Desondanks is
Grenzen die, zo moet geconstateerd worden, sinds het
wordt dus hier als trouvaille gezien. Nog vrijer gaat Sjoerd
verschijnen van de nota in 1999 op verschillende vlakken laten
Soeters met geschiedenis om. Hij beschouwt de totale
zien hoezeer ook het domein van Belvedere in beweging is.
geschiedenis als een voorraad verhalen en fysieke kenmerken
Vanuit de architectuur vindt momenteel een dialoog plaats over
waaruit naar believen geciteerd mag worden. Omdat
de wijze waarop de betekenis van de historie z’n vertaling kan
‘geschiedenis’ immers nooit de volledige waarheid kan bevatten,
vinden in het hedendaagse bouwen. Dat architecten daar in de
acht hij zich daarbij ook niet gehouden om echtheid na te
praktijk heel verschillend mee omgaan was goed te zien tijdens
streven. Zo bouwde hij, refererend aan Engelse landhuizen, een
het symposium dat het Stimuleringsfonds voor Architectuur
landgoed in Friesland en plaatste hier overgedimensioneerde
vorig jaar oktober organiseerde over het thema ‘Ontwerp en
uilenborden op zoals die op Friese boerderijen te vinden zijn.
Geschiedenis’. Daarbij lieten ontwerpers als Adriaan Geuze
Geschiedenis wordt zo een wel heel rijke bron om uit te putten.
zien hoe men vanuit een doorwrochte historische analyse van
De geschiedenis als citaat.
een gebied tot ruimtelijke oplossingen kon komen. Maar je
het goed om regelmatig stil te staan bij de grenzen van wat Belvedere is.
20
nummer 27 • 2006
kunt ook vrijer met de geschiedenis omgaan. Liesbeth van der
Ook zijn er ontwerpers die geschiedenis als alibi lijken te
Poll maakte duidelijk dat zij niet bewust op zoek gaat naar de
gebruiken, zoals de bouwers van Esonstad; een vakantiedorp
geschiedenis van een plek, maar haar wel gebruikt als zij haar
in Friesland dat gebouwd is op basis van een mythe dat op
tegenkomt. Zo trof zij bijvoorbeeld een historische muur aan bij
die plek ooit een dorp gestaan heeft. Daarbij wordt een mix
de opgave om een depot te ontwerpen voor het Scheepvaart-
van bouwstijlen gehanteerd die teruggrijpt op allerlei oud
museum te Amsterdam en gebruikte deze muur als basis voor
Hollandse geveltjes. Het is met uiterste zorg uitgevoerd, maar
een indrukwekkend bouwwerk. Tegelijkertijd gaf zij aan dat zij
het is nep in het kwadraat.
zich op plaatsen waar geen geschiedenis voorhanden is, ‘zoals
De laatste interessante ontwikkeling is die waarbij geschiedenis
in de polders’, laat inspireren door andere gegevenheden zoals
slechts als decor wordt gebruikt. De nieuwe invulling is
bijvoorbeeld het ritme van hoogspanningsmasten. Geschiedenis
volkomen autonoom, staat los van het decor, maar draagt wel
Behoud door Bescherming
Behoud door ontwikkeling
Cultuurhistorie als trouvaille
Geschiedenis als citaat
Holy Ground
Common Ground
Aangrijpen wat er ligt
Aangrijpen wat je zint
Het origineel telt
Het origineel telt & de nieuwe toevoeging
Het nieuwe telt & de oude toevoeging
Het nieuwe telt & maakt eventueel gebruik van iets origineels
Zoektocht naar het fysieke
Zoektocht naar het fysieke & het verhaal
Interpretatie van het verhaal aan de hand
Tombola van verhalen
van fysiek restant Klassieke cultuurhistorische analyse
Fysiek restaureren
Brede cultuurhistorische analyse & oral
Cultuurhistorische analyse kan eventueel
history
iets toevoegen/analyse niet echt nodig
Fysiek & verhaal recombineren
Het fysiek restant inpassen/assimileren
Cultuurhistorische analyse niet nodig
Het verhaal citeren
bij aan de instandhouding van dat decor. Je ziet dat bijvoorbeeld
aansprekende indeling daarvoor werd onlangs gepresenteerd
Landall Greenparks. De relatie met de (historische) omgeving
veel terug op plekken waar kavels worden vrijgegeven voor hoog-
door Radboud Engbersen, een onderzoeker van het Nederlands
is daarbij zoek en dat is iets waar, getuige onderzoeken van het
waardige architectuur. Veelal architectuur die vanuit de gedachte
Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) die aangaf dat het credo
Sociaal Cultureel Planbureau, het merendeel der Nederlanders
van het Wilde Wonen door particuliere opdrachtgevers zelf kan
van de modernisten toch vooral ‘fuck the context’ was en dat
blijkbaar niet op zit te wachten.
worden ingevuld. De opbrengst van die kavels moet bijdragen
tegenwoordig allerlei partijen bezig zijn met ‘fake the context’
Maar ondertussen blijft het natuurlijk vooral een leuk avond-
aan de instandhouding van de historische omgeving: bijvoor-
terwijl de essentiële vraag waar het om draait is: ‘translate the
vullend vakdebat waarbij nooit een winnaar zal kunnen worden
beeld bij terpdorpen in Middag Humsterland of forten van de
context’. Inderdaad lijkt die vertaling van oud naar nieuw de
aangewezen. Dus vul aan en discussieer mee: waar ligt de grens:
Nieuwe Hollandse Waterlinie. Op zichzelf kan het tot prachtige
essentie. Op zich kunnen de verschillende benaderingen
de beoogde herbouw van de Donjon in Nijmegen, het plan om
gebouwen leiden die echter noch onderling samenhang
interessante bouwwerken opleveren die veel mensen aanspreken,
het landhuis Stoutenburg bij Amersfoort uit plaatstaal te her-
vertonen, noch een samenhang hebben met de historische
goed verkopen of een belangrijke bijdrage leveren aan de
bouwen, de reeds gerealiseerde replica’s van beroemde Haagse
omgeving.
instandhouding of versterking van de omgeving. Dus vanuit dat
gebouwen in winkelgebied Haagse Bluf, de kastelen van Soeters
perspectief is daar natuurlijk niets mis mee. Tegelijkertijd kan het
in Haverleij en zijn nieuw aangelegde grachten met grachten-
Al dit soort benaderingen maken het mogelijk om met elkaar de
betekenen dat we ons overleveren aan een vormenlandschap dat
panden op Java eiland te Amsterdam, …
grenzen te verkennen van de omgang met ons verleden. Een
ontsproten is aan de tekentafels van Corbusier, Krier, Disney of nummer 27 • 2006
21
Scholieren aan de slag met project ‘Plan je Eigen Ruimte’
“Zo’n dorp wordt opeens met andere ogen bekeken”
22
nummer 27 • 2006
Door Marion de Boo Leerlingen van het St. Willibrordcollege in Goes gingen in hun eigen
leefomgeving aan de slag als planoloog. Ze maakten een uitbreidingsplan voor ’s-Heer Arendskerke, een typisch Zeeuws ringdorp. Daarbij telden ook cultuurhistorische waarden mee. “Ze vonden het prachtig”, vertelt aardrijkskundedocent Marcel van de Borgt. “Op een bankje bij de kerk raakten twee meisjes uit 5-vwo in gesprek met een oude man, die hen mee op sleeptouw nam. Langs de Torenring, door de Hoofdstraat, over de Korte en de Lange Achterweg. Bij elk pandje wees hij met zijn wandelstok aan wie daar gewoond hadden. Hier de hoefsmid, daar de zadelmaker met zijn dertien kinderen – ineens wordt zo’n dorp dan met andere ogen bekeken. Dat is inspirerend.” Intussen spitten andere teamleden het gemeentearchief door. Veldwerk, archiefmateriaal en verder bronnenonderzoek resulteerden in een doordacht uitbreidingsplan volgens het principe van ‘organische groei’.
Co u l e u r l o c a l e Plan je Eigen Ruimte begon in 2003 met een pilot in Utrecht en Noord-Holland. Het Erfgoedhuis Utrecht en de Stichting Omgevingseducatie Gooi-, Vecht- en Eemstreek ontwikkelden speciaal voor het project een onderwijsmodel. Daarna volgden Zeeland, Noord-Holland en de noordelijke provincies. Inmiddels is er een landelijke website, maar het onderwijsmodel wordt regionaal ingekleurd door bijvoorbeeld erfgoedinstellingen. Zij helpen de deelnemende scholen om een ruimtelijk vraagstuk af te bakenen en achtergrondinformatie te verzamelen. De erfgoedhuizen werken elk op hun eigen manier. In Zeeland werd het bronnenonderzoek grotendeels aan de scholieren overgelaten, in Noord-Holland kregen ze tekenplattegronden en invulformulieren voor gebiedsbeschrijvingen als handvat. “Anders verzuipen ze in de gegevens”, zegt Maya van Heinsbroek van de Stichting Omgevingseducatie Gooi-, Vecht- en Eemstreek.
Het relaas van Van de Borgt betreft één van de eerste praktijk-
“We leveren ook criteria voor het formuleren van deelvragen en
ervaringen met Plan je Eigen Ruimte, een initiatief van stichting
hulp bij bronnenonderzoek. Leerlingen vinden het vaak erg leuk.
Erfgoed Actueel en projectbureau Belvedere. “Vier jaar geleden
Vooral de veldbezoeken zijn een eyeopener; het landschap krijgt
hebben we ons ingezet om bij de nieuwe eindexameneisen
een andere betekenis. Van te voren dachten veel leerlingen dat
aardrijkskunde havo/vwo ook cultuurhistorie te betrekken”,
een ‘waardevol gebied’ zoiets is als de studio’s van Hilversum,
vertelt projectleider Alice Duiven van Erfgoed Actueel. “Daarom
een gebied waar veel geld wordt verdiend.”
sluit ons project nu mooi aan bij de nieuwe eindtermen.” Scholen tonen veel belangstelling, zo bleek op 10 maart tijdens
Erfgoed Actueel heeft een subsidieregeling opgezet voor erfgoed-
een geanimeerde voorlichtingsbijeenkomst in Utrecht. “Deze
en onderwijsinstellingen die Plan je Eigen Ruimte op de eigen
vorm van ‘activerende didactiek’ spreekt aan”, constateert Alice
regio willen toesnijden. Sponsors zijn het VSB fonds,
Duiven. “Leerlingen bedenken hun eigen onderzoeksvragen en
Cultuur & School en het Cultuurfonds BNG.
gaan zelf op zoek naar informatie.” Ook docent Van de Borgt bevestigt dat veel leerlingen enthousiast zijn over die combinatie
Voor meer informatie:
van digitaal werken en praktisch veldwerk in de eigen omgeving.
Alice Duiven, projectleider stichting Erfgoed Actueel,
Het Zeeuwse ringdorp ’s-Heer Arendskerke
“Bovendien kun je mooi inhaken op actuele vraagstukken en
[email protected], tel. (020) 427 08 80.
Foto: Willem Mieras
een plan bijvoorbeeld aan de wethouder presenteren.”
Zie ook www.planjeeigenruimte.nl.
nummer 27 • 2006
23
Scholieren buigen zich over toekomst historische binnenstad Gouda
“Hoe meer je hebt geleerd, des te beperkter je blik” Door Mark Hendriks
In Gouda mochten scholieren hun visie geven op de toekomst van de historische binnenstad. De jonge plannenmakers deden enkele opmerkelijke uitspraken. De Goudse binnenstad van nu is volgens een aantal leerlingen in vergelijking met vroeger nogal doods en saai. Met de markt, de bootjes in de grachten en de werkende ambachtslieden was er vroeger meer leven op straat. De scholieren willen die levendigheid terug: meer terrasjes en vrije tijdsvoorzieningen, het openmaken van de gedempte gracht aan het Raam, wonen op het water, bebouwde bruggen, hergebruik van gebouwen uit de jaren zeventig en een onderwaterpark.
Op uitnodiging van de gemeente Gouda gaven onder meer
verwezen naar het verleden, denk ik niet dat ze zich al bewust
ontwerpers en scholieren uitwerking aan een nieuwe steden-
zijn van het begrip cultuurhistorie en de precieze betekenis
bouwkundige visie voor de binnenstad en het omliggend gebied.
daarvan”, meent Marit Wittenberg, docent aardrijkskunde op het
Tijdens de Week van de Binnenstad (november 2005)
Leo Vroman. “Dat moet groeien. Nu denken ze bij
presenteerden de scholieren hun visie op het stadscentrum
cultuurhistorie vooral aan oude straatjes en geveltjes.” “En die
aan bewoners, winkeliers en experts. Havo/vwo-leerlingen van
werden juist door een groep leerlingen als saai en doods
de Goudse scholengemeenschap Leo Vroman en hun jongere
ervaren”, lacht Roukens.
collega’s van de Aloysiusschool hadden zich in de weken daar-
De plannen zijn door de gemeente serieus ontvangen. De
voor verdiept in het verleden van de binnenstad, de inhoud van
meeste scholierenplannen boden namelijk oplossingen voor
de visie en de wensen van de Gouwenaren.
herkenbare problemen. Roukens: “Stedenbouwkundigen en
“Jongeren zijn de toekomstige gebruikers van Gouda. Laat ze
architecten denken vaak na over mooie gebouwen en een
dus nu al meedenken over ontwikkelingen”, stelt Maud Roukens,
prachtig vormenspel. De scholieren hebben echter nagedacht
die het project namens het Gouds regionaal architectuurplatform
over wat de binnenstad nodig heeft. Zeker de leerlingen van
(grAp) samen met het Erfgoedhuis Zuid-Holland organiseerde.
het Leo Vroman, die met bewoners hebben gesproken.” De
“Scholieren hebben een frisse invalshoek. Zij durven de gekste
bewoners applaudisseerden dan ook bij het pleidooi voor meer
ideeën nog zonder schaamte te opperen.” Hierin was wel een
parkeergelegenheden, hergebruik van gebouwen, de aanleg van
verschil merkbaar tussen de twee scholen. “Je ziet dat de
een jachthaven en stadspark, het terugbrengen van gezelligheid
havo/vwo-leerlingen al meer weten en daardoor meer in kaders
en het schoonhouden van de binnenstad. Volgens Roukens en
denken. Heel frappant eigenlijk, hoe meer je dus hebt geleerd,
Wittenberg ideeën die passen bij de visie van de gemeente.
des te beperkter je blik.”
“Het is dan ook een goede vraag waarom dit project niet
De gemeentelijke visie zet cultuurhistorie centraal, dus ook de
voorafgaand aan de visievorming is gedaan.”
schoolkinderen gingen hiermee aan de slag. “Ze zijn op zoek
Een plan was overigens confronterend voor een aantal binnen-
gegaan naar hoe je cultuurhistorie herkent en of je het waardeert.
stadbewoners. De presenterende leerling wees hen op hun
Hiervoor onderzochten de leerlingen hoe het vroeger is geweest
geklaag over onderhoudsachterstanden in hun buurt. Onterecht,
en wat er allemaal veranderd is. Ze zijn de fotoarchieven
volgens hem. “Als ik zie hoe verwaarloosd sommige gevels
ingedoken en hebben les gehad van Goudse geschiedkundigen”,
zijn, dan vind ik dat de eigenaren eerst dat maar eens moeten
licht Roukens toe. “Ondanks dat de kinderen in veel plannen
opknappen, voordat ze verder klagen.” Foto: Peterpaul Kloosterman
24
nummer 27 • 2006
nummer 27 • 2006
25
Oratie Erik de Jong
Beperkt zelfbeeld landschapsarchitect valkuil actuele transformatieopgave
Subsidieregeling Belvedere De subsidieregeling Belvedere nodigt uit tot verdieping en verdere uitwerking van het Belvedere-gedachtegoed in de lokale uitvoeringspraktijk. Het doel van de subsidieregeling
Hoewel tuin- en landschapsarchitecten van nature een groot besef hebben van geschiedenis, is hun zelfbeeld, de kennis van hun vakgeschiedenis en de waardering voor de volle breedte van het vakgebied (te) beperkt in het licht van de actuele transformatieopgaven van het Nederlandse cultuurlandschap. Deze waarschuwing gaf Erik de Jong, bijzonder hoogleraar in de geschiedenis van de tuin- en landschapsarchitectuur, de huidige generatie landschapsarchitecten onlangs mee tijdens zijn oratie aan de Rijksuniversiteit Leiden.
Belvedere is: stimuleren en faciliteren dat cultuurhistorische aspecten integraal en in een vroegtijdig stadium in plan- en ontwerpprocessen worden meegewogen en richtinggevend zijn voor ruimtelijke transformatieopgaven. Jaarlijks is in totaal 1,3 miljoen euro aan Belvedere-geld beschikbaar voor twee soorten projecten: •
lokale projecten, dit zijn projecten waarin op lokaal niveau cultuurhistorische aspecten betrokken worden bij de vervaardiging van ruimtelijke ontwikkelingsvisies en
In de nasleep van het modernisme – en de toch ietwat
we ontworpen landschappen behouden en ontwikkelen, wat
getroebleerde verhouding in die tijd tussen architecten/steden-
voor geschiedenis, wiens verhaal mag dan gelden? Nog veel te
bouwkundigen en landschapsarchitecten – “verheffen land-
vaak worden in erfgoedhandelingen over het cultuurlandschap
historische kennis met betrekking tot onderwerpen,
schapsarchitecten nog altijd de lege, onbevolkte polderruimte
eenduidige maatschappelijke, professionele en politieke
thema’s en opgaven ontwikkeld en inzetbaar gemaakt
iets teveel tot icoon van ons nationale gemaakte en maakbare
verhoudingen instandgehouden en gevisualiseerd. Hoe werden
wordt binnen actuele ruimtelijke inrichtingsvraag-
landschap”, aldus De Jong. “Zelden zal de landschapsarchitect
en worden ontworpen landschappen gebruikt, beleefd, bekeken,
stukken.
de volkstuincomplexen of de Gelderse vallei met zijn land-
bewandeld? Een geschiedenis van receptie en consumptie van
goederen opvoeren als beeldbepalend voor de Nederlandse tuin-
ontworpen historische en eigentijdse landschappen zal ook
Het is mogelijk viermaal per jaar aanvragen in te dienen.
en landschapsarchitectonische traditie. Het is beperkend voor
vertellen hoe zulke landschappen en tuinen al dan niet werden
In 2006 kan het indienen nog tweemaal: voor 1 augustus
de discipline niet naar de diversiteit van gemaakte landschappen
onderhouden of getransformeerd. Zulke analyses zijn van belang
en 15 oktober. Meer informatie over de projectsubsidies
te willen kijken. Er bestaat ook nog altijd een zekere gespleten-
voor de wijze waarop wij nu met ontworpen landschappen om
Belvedere, de brochure en het aanvraagformulier is te
heid tussen ontwerp, levende natuur en horticultuur; een gebrek
willen gaan. De geschiedenis van tuin- en landschapsarchitectuur
verkrijgen bij het Stimuleringsfonds voor Architectuur:
aan visie op het vak als niet alleen een vormgevende discipline,
dient in die zin onderdeel te zijn van het schrijven van ‘public
www.archfonds.nl of (010) 436 16 00.
maar ook een natuurwetenschappelijke.”
history’, waar het begrijpen van de ‘sense of place’ zo’n
Volgens De Jong bevinden zich in de geschiedenis van de land-
belangrijke rol speelt in relatie tot vragen over identiteit en
In de laatste drie subsidieronden hebben 25 projecten een
schapsarchitectuur waardevolle noties voor de toekomst. “Als
geheugen.”(ml)
bijdrage ontvangen uit de Belvedere-regeling, hiernaast een
-plannen; •
kennisprojecten, dit zijn projecten waarin cultuur-
overzicht.(jvdb)
26
nummer 27 • 2006
Titel van het project
Naam organisatie
Korte omschrijving
Subsidiecategorie
Nieuw leven voor Petzoldparken
Stichting Beheer Landgoed Rhederoord; Eric van Veluwen;
[email protected]
Onderzoek naar de ontwerpprincipes van de landschapsarchitect Petzold en de toepassing
kennis
van deze principes in de renovatie van Petzoldparken. ‘JOMY’ Just Outside my Yard
Adviesbureau IJzerman & Van Spréw; Bas van Spréw;
[email protected]
Visie op gebruik en waarden van rest- en rommelruimtes: brandgangen, achterpaden,
kennis
opritten en binnenterreinen. Kansen door kennis, ontsluiting van kastelen en borgterreinen in
Nederlandse Kastelenstichting; Annemieke Wielinga;
[email protected]
een hedendaags cultuurlandschap Korvelseweg, architectuur als beleving Vergeetachtig landschap: tien verschoven panorama’s in Brabant
Onderzoek naar de ontsluiting van kasteelterreinen in relatie tot het omliggende landschap
kennis
en ruimtelijke ontwikkelingen. CAST Centrum voor Architectuur en Stedebouw; Harald van der Sluijs Veer;
Manifestatie in najaar 2005 over de historische, huidige en toekomstige verschijningsvorm
[email protected]
van de Tilburgse Korvelseweg.
Stichting Identiteitsfabriek Zuid-Oost; Pieter Mols;
[email protected]
Ontwikkeling van een mentaal gereedschap om het landschap van Brabant van betekenis
kennis kennis
te laten zijn voor zijn gebruikers en bewoners. Het woonerf als mensruimte
Gemeente Emmen; Ali Zingstra;
[email protected]
Onderzoek naar het concept woonerf door middel van workshops en excursie.
In de lijn van de versteende ridders
Bureau B + B; Ronald Rietveld;
[email protected]
Ontwerpen voor het systeem van groepsschuilplaatsen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
kennis kennis
Nieuwe kijk op dorpsplannen; ontwikkelen van het Dorps-DNA
Stichting De Nieuwe Kijk; Sandra van Assen;
[email protected]
Onderzoek, ontwerp en kennisuitwisseling over dorpsuitbreiding in Friesland.
kennis
Dromen aan Doetinchem
Gemeente Doetinchem; Yolanthe Janssen;
[email protected]
Serie van 10 korte TV-documentaires over Doetinchem in het kader van een discussie over
kennis
ruimtelijke ontwikkelingen in het centrum. Nationale Landschappen
Mrs Moon Productions; Guerite Flury;
[email protected]
Televisieserie over de kwaliteiten en toekomstplannen van zes Nationale Landschappen.
kennis
De Kruidenier en de geschiedenis van een wijk
Miroir Film; Juul Kappelhof;
[email protected]
Documentaire over het leven en het vertrek van een kruideniersechtpaar uit de
kennis
Vooruit denken en verwijlen
Stichting Zuidelijk Historisch Contact; Joks Janssen;
[email protected]
herstructureringswijk Hoogvliet. Boek over de ontwikkeling van het landelijk gebied van Zuidoost-Brabant in
kennis
de periode 1920-2000. Walcheren, strategie voor de toekomst van de tuin van Zeeland
Bosch en Slabbers; Jan-Willem Bosch;
[email protected]
Studie naar de huidige ruimtelijke en landschappelijke kwaliteiten van Walcheren en
kennis
handvatten voor toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Stad in Ontwikkeling
Trancity; Simon Franke;
[email protected]
Tijdschrift over de herstructurering van de naoorlogse stad als culturele ontwerpopgave.
kennis
Internationale Masterclass Water Europan 8
Gemeente Dordrecht; Adriaan van der Linden;
[email protected]
Internationale masterclass over het ontwerpen aan de waterstad Dordrecht.
kennis
Historische bunkers uit WO II integreren in
Provincie Noord-Brabant; Philip Peeters;
[email protected]
Integratie van verschillende bunkers in het wegontwerp van de randweg Hoogerheide.
lokaal
Gemeente Apeldoorn; Linda Hooijer;
[email protected]
Masterplan voor de herinrichting van diverse parkdelen rondom de Apenheul tot één
lokaal
de randweg Hoogerheide Masterplan toekomst Park Berg en Bos
openbaar stadspark. Slotkwartier, Bakermat van Holland
Gemeente Bergen; E. van Hout;
[email protected]
Ontwikkelingsvisie voor het middeleeuwse Slotkwartier en het aangrenzende dorp
lokaal
Egmond aan de Hoef. Kasteel Nieuw Herlaer
Cornelis Huygens Projectontwikkeling; B. Brouwer;
[email protected]
Landschapsontwerp voor landgoed Herlaer in Sint-Michielsgestel.
Aan de voet van de Cauberg
Ontwikkelingsmaatschappij Valkenburg aan de Geul; Jos Cuijpers;
Integrale gebiedsvisie voor de historische binnenstad van Valkenburg, met als belangrijke pijlers lokaal
[email protected]
historie, openbare ruimte en toerisme.
De Schans: belegeren of begeren?
Gemeente Westervoort; Evelyn Simonse;
[email protected]
Ontwerpen voor wonen, landschap en recreatie in de zuidelijke dorpsrand van Westervoort.
lokaal
Ontwerpprijsvraag voor meubilair van het Vondelpark.
lokaal
Ontwikkelingsvisie op de herontwikkeling van het industriële erfgoed van
lokaal
Integrale ontwerpopgave voor het repetitieve meubilair Vondelpark Stadsdeel Oud Zuid Gemeente Amsterdam; G. van der Linde;
lokaal
[email protected] Transformatiestudie Koninklijke Ten Cate fabriek Hoge Dijkje
Gemeente Hellendoorn; M. van Cruijningen;
[email protected]
het Koninklijke Ten Cate terrein. Agenda voor de Oude Hollandse Waterlinie
Stichting Groene Hart; Bert Feis;
[email protected]
Strategie en projectagenda voor de ontwikkeling van het gebied van
lokaal
de Oude Hollandse Waterlinie. Vaart in Vaartse Rijn
Erfgoedhuis Utrecht; Arien Heering;
[email protected]
Ontwerpen voor de revitalisering van de Vaartse Rijn en haar industriële erfgoed
lokaal
nummer 27 • 2006
27
Kort nieuws
Belvedere-project wint Harry de Vroome prijs
Onderzoeksprogramma Culturele dynamiek
Bonnekaarten en Wederopbouw in KiCH
Het Belvedere-project Nieuwe kijk op oude dorpen heeft de
De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Harry de Vroome prijs 2006 gewonnen. De naar de landschaps-
(NWO) bereidt een breed onderzoeksprogramma op het gebied
Het cultuurhistorisch webportaal www.kich.nl ontsluit sinds kort
architect Harry de Vroome vernoemde prijs heeft als motto
van cultureel erfgoed voor, getiteld Culturele Dynamiek. Dit
ook de historische ‘Bonne’ kaarten van rond 1900 en een database
‘het Noord-Nederlandse landschap als blijvende bron van
onderzoeksprogramma wil een bijdrage leveren aan oplossingen
wederopbouwarchitectuur. Eerder waren al de basisregistraties van
inspiratie en levensvreugde’. In het winnende project is gezocht
voor maatschappelijke vraagstukken waarin cultuur en de
de rijksdiensten ROB en RDMZ, CultGis van het ministerie van LNV
naar nieuwe mogelijkheden voor de ontwikkeling en groei van
dynamiek van cultureel erfgoed een centrale rol spelen.
en Histland van Alterra op de website te raadplegen.
60 dorpen in het terpen- en merengebied van Friesland. Voor elk
De website KiCH, wat staat voor Kennisinfrastructuur Cultuur-
dorp is het dorps ‘DNA’ vastgelegd als basis voor toekomstige
De focus van het onderzoeksprogramma ligt op de wijze waarop
historie, koppelt zoveel mogelijk cultuurhistorische databestanden
groeiprocessen. In een vervolgproject zullen samen met de
het verleden – in de vorm van gebouwen, kunstvoorwerpen,
aan elkaar binnen een GIS-omgeving. In de nabije toekomst zullen
bewoners van zes dorpen de eerste plannen tot uitvoering
gedachtegoed, gebruiken, rituelen etc. – steeds opnieuw wordt
ook de gegevens van het Monumenten Inventarisatie Project (MIP)
worden gebracht.
geselecteerd en geconstrueerd. Dit is een dynamisch maat-
uit de jaren tachtig en de Topografische Militaire Kaart van 1850 via
schappelijk proces. Een analyse van deze dynamische processen
KiCH worden ontsloten. Onderzocht wordt nog of een database over
van erfgoedvorming zal leiden tot kennis over het ontstaan en
postmilitaire landschappen gekoppeld kan worden.
veranderen van culturen en identiteiten. Die analyse draagt bij
De topografische Bonnekaarten zijn tussen 1866 en 1951 door het
aan inzichten over hoe de sociale cohesie van samenlevingen
Topografisch Bureau van de landmacht gepubliceerd. Op dit moment
versterkt kan worden.
zijn via KiCH de kaarten met een publicatiedatum rond 1900 op te vragen. In de toekomst zullen daar de series rond 1870 en 1950 aan
De ambitie is om door samenwerking tussen maatschappelijke
worden toegevoegd. De Bonnekaarten zijn op de website te vinden
en wetenschappelijke partners tot een innovatieve onderzoeks-
in de menuoptie ‘in Kaart’ onder ‘thema-ondergronden’. Ze zijn het
agenda en een betere benutting van de onderzoeksresultaten te
mooiste te zien wanneer alle kaartlagen onder ‘Ter oriëntatie’ zijn
komen. NWO vervult bij het tot stand brengen van dit onder-
uitgezet.
zoeksprogramma een initiërende en coördinerende rol.
De database wederopbouwarchitectuur is met een link toegevoegd aan de bibliotheek van KiCH. De database is een eerste inventarisatie
Meer informatie: www.nwo.nl/cultureledynamiek
van naoorlogse bouwkunst: kerken, industriegebouwen, villa’s,
Meer informatie: www.harrydevroome.nl of
sociale woningbouw, tentoonstellingshallen, enz. De inventarisatie
www.denieuwekijk.nl.
geeft geen waardering. De database is interactief, er kunnen nieuwe gebouwen, opmerkingen en commentaar geplaatst worden.
colofon Meer informatie: www.kich.nl.
Belvedere Nieuws verschijnt minimaal 4 keer per jaar in een oplage van 4.500. Mei 2006, jaargang 10, nummer 27. Projectbureau Belvedere Postbus 389, 3500 AJ Utrecht, telefoon (030) 230 50 10, fax (030) 238 09 15,
[email protected], www.belvedere.nu Aan dit nummer van Belvedere Nieuws schreven mee Marion de Boo, Joost van den Boogert, Monique Eerden, Kees de Graaf, Mark Hendriks, Jan Kolen, Machteld Linssen, Anne Luijten, Frank Strolenberg, Theo Toebosch Samenstelling en redactie Machteld Linssen en Monique Eerden
28
nummer 27 • 2006
Ontwerp en opmaak De Rotterdamsche. Druk Drukkerij De Eendracht, Schiedam