OMNIBUSENQUÊTE PURMEREND 2015 DEEL 2

OMNIBUSENQUÊTE PURMEREND 2015 DEEL 2

Omnibusenquête Purmerend 2015 Deel 2

Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement gemeente Purmerend

Omnibusenquête Purmerend 2015, deel 2

Team B&I, gemeente Purmerend

Colofon In opdracht van:

Directie, Gemeente Purmerend

Uitgave van:

Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend

Projectleiding:

J. Rozemeijer

Met medewerking van:

B. Mentink; GJ. Kroes, HJ. Batelaan

Bijdrage van:

GGD Zaanstreek-Waterland, M. Mulder

Bij vragen:

Gemeente Purmerend Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Telefoon: 0299-452452 E-mail: [email protected]

Digitaal rapport:

www.purmerend.nl/stadsgegevens

April 2016









Inhoudsopgave Colofon

2

Inhoudsopgave

3

Samenvatting

4

Samenvattende tabel

8

1

Wijkaccommodaties, buurtpunten

14

2

Sport

17

3

Cultuur

23

4

Evenementen

25

5

Voorzieningen in de binnenstad

28

6

Gezondheid en bewegen

30

7

Toegankelijkheid van buurt en gebouwen

32

8

Sociale cohesie in buurt en eenzaamheid

34

9

Discriminatie

39

10 Vrijwilligerswerk en mantelzorg

43

11 Woning

50

12 Inkomen en schulden

52

Vragenlijst

54


3








Samenvatting Inleiding Eens in de twee jaar houdt de gemeente Purmerend een grote enquête onder de bevolking over veel verschillende onderwerpen. Deze omnibusenquête is nu voor de vierde maal gehouden onder het internetpanel. Dit panel bestaat uit ruim 2.600 Purmerenders, die ongeveer 6 keer per jaar een vragenlijst over diverse onderwerpen invullen. De panelleden zijn representatief verdeeld over geslacht, leeftijd en wijk. Voor de omnibusenquête is het een jubileumjaar: 25 jaar geleden was de eerste keer. Voor u ligt deel 2 die voornamelijk gewijd is aan het sociale domein. Deel1 verscheen in september 2015. Wijkaccommodaties en buurtpunten Drie op de tien bezoekt een wijkaccommodatie Van de panelleden heeft 30% de afgelopen twee jaar een wijkaccommodatie of buurtpunt bezocht; bijna altijd binnen Purmerend. Wijkplein Where (Triton) in Wheermolen is het meest bezocht: 17% van de panelleden is hier geweest. Opvallend is dat vanuit Wheermolen 56% een wijkcentrum of buurtpunt heeft bezocht. Van de bezoekers kwam 39% 1 of 2 keer in een wijkaccommodatie in Purmerend, 37% kwam er 3 tot 12 keer. De bezoekers kwamen vooral voor activiteiten en voor informatie. Sport Purmerenders sporten vooral in Purmerend De helft van de panelleden doet minstens een keer per week aan sport. 39% sport zelden of nooit. De sporters sporten vooral niet-georganiseerd (46%) of via lidmaatschap of abonnement bij bijvoorbeeld een sportschool, tennisof squashcentrum (39%). Een kwart (27%) van de sporters is lid van een sportvereniging. Het merendeel van de sporters (87%) sport vooral in Purmerend. Van de zeven voorgelegde accommodaties is het zwembad het meest bezocht als actieve deelnemer (19%), gevolgd door een sporthal (15%). De accommodaties bezoekt men voornamelijk in Purmerend. De kwaliteit van de Purmerendse accommodaties krijgt een 6,5 of hoger. Het Leeghwaterbad krijgt met een 7,4 het hoogste cijfer. 16% van de panelleden mist iets op het gebied van sporten recreatie. Het meest genoemd is een buitenzwembad en ligweide en openbare sportvoorzieningen. Negen op de tien heeft een zwemdiploma 92% van de panelleden heeft een zwemdiploma. 1% heeft geen zwemdiploma, maar zou die wel willen halen. 53% van de panelleden gaat wel eens naar het Leeghwaterbad. Ze gaan dan vooral om recreatief te zwemmen (78%). 23% van de bezoekers komt om banen te zwemmen. Van de panelleden heeft 23% suggesties voor het Leeghwaterbad. Een lager tarief (36%), een goed buitenbad (18%) en betere openingstijden (16%) zou hen vaker naar het Leeghwaterbad doen gaan. Cultuur Bezoek bibliotheek, theater en bioscoop vooral in Purmerend Van de panelleden gaat 37% wel eens naar een bibliotheek en dan vooral in Purmerend. Twee derde van de panelleden bezoekt wel eens theater of bioscoop; twee derde van hen doet dit meestal in Purmerend. De helft bezoekt wel eens een concert; dit is dan meestal buiten Purmerend. Wat betreft leeftijd is er vooral verschil bij de bioscoop: meer jongeren dan ouderen gaan daar heen. De kwaliteit van de accommodatie van de bibliotheek, P3, de Purmaryn en de bioscoop wordt beoordeeld met ruim voldoende tot goed. 14% van de panelleden doet zelf creatieve activiteiten buitenshuis.


4








Evenementen Reuring en Purmerend onder Stoom het meest bezocht Van de onderzochte evenementen zijn Reuring, Purmerend onder Stoom, Voorjaarskermis, Internationale markt en Koningsdag/nacht de grote publiekstrekkers. Een kwart tot de helft van de panelleden bezocht deze evenementen. Het best beoordeeld zijn Purmerend onder stoom (8,0), Jurassic jubileum spektakel (7,9) en Reuring (7,8). Het merendeel van de panelleden vindt dat er in Purmerend voldoende evenementen georganiseerd worden. 2% vindt dat er teveel zijn en 8% te weinig. 14% van de panelleden mist bepaalde evenementen in het aanbod; vooral muziekevenementen worden genoemd. Voorzieningen in de binnenstad Bijna de helft mist bepaalde winkels In aanvulling op de Omnibusenquête 2015 deel 1 zijn twee vragen gesteld over het gemis aan voorzieningen in de binnenstad. Bijna de helft van de panelleden geeft aan bepaalde winkels in de binnenstad van Purmerend te missen. Het gaat dan vooral om kleding- en schoenenwinkels van grote ketens en een (biologische) supermarkt. 13% van de panelleden mist andere voorzieningen in de binnenstad. Het meest genoemd is een openbaar toilet. Gezondheid en bewegen Purmerenders bewegen overeenkomstig landelijke gemiddelde De panelleden zijn zeer tevreden met de gezondheidsvoorzieningen in Purmerend. Zij geven gemiddeld een 7,7 als rapportcijfer. De panelleden beoordelen de eigen gezondheid met een 7,6. Ruim de helft (55%) van de panelleden voldoet aan de landelijke beweegnorm. Dit komt overeen met het landelijke percentage. Toegankelijkheid van buurt en gebouwen Bereikbaarheid bestemmingen doorgaans goed Van de panelleden is 10% minder mobiel. Zij hebben moeite met het lopen van 800 meter zonder hulp van anderen en/of zonder hulpmiddelen. Toch kan maar 9% van deze groep de bestemmingen waar men naar toe wil slecht bereiken. De groep mensen dat slecht ter been is beoordeelt de geschiktheid van looproutes, de toegankelijkheid van winkels en de toegankelijkheid van openbare gebouwen met respectievelijk een 6,2, een 6,9 en een 7,4. Sociale cohesie in buurt en eenzaamheid In Centrum hoogste sociale cohesie De panelleden reageren uiteenlopend op uitspraken die gaan over de sociale cohesie in de buurt. Een ruime meerderheid (66%) is het eens met de stelling 'de mensen in deze buurt gaan op een prettige manier met elkaar om'. Op de stelling ‘ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt’ reageert 53% positief. Over de stelling 'ik woon in een gezellige buurt met veel saamhorigheid’ is men verdeeld. De indexscore sociale cohesie bedraagt over heel Purmerend een 5,8 en loopt uiteen van een 5,5 in de Purmer-Noord en 5,6 in Weidevenne tot het hoogst in het Centrum (6,4). De indexscore voor Purmerend is gelijk aan 2013. 8% voelt zich (zeer) ernstig eenzaam Volgens de De Jong Gierveld eenzaamheidsschaal voelt 44% van de panelleden zich eenzaam: 36% voelt zich matig eenzaam en 8% voelt zich (zeer) ernstig eenzaam. Deze 8% komt overeen met het landelijke percentage. Sociale eenzaamheid komt vaker voor dan emotionele eenzaamheid. In Wheermolen komt meer eenzaamheid voor dan in de andere wijken.


5








Discriminatie Bijna een op de tien voelde zich gediscrimineerd Van de panelleden voelde 9% zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd. Dit is hoger dan in 2012 (6%). De meest genoemde reden is leeftijdsdiscriminatie en discriminatie vanwege huidskleur, etniciteit en afkomst. De discriminatie vond vooral plaats op straat in het openbaar en door de politiek. 7% heeft aangifte gedaan bij politie of een bureau voor discriminatie. De anderen deden geen aangifte, vooral omdat dit volgens hen geen zin had of omdat ze het niet nodig vonden. Veruit de meeste panelleden hebben geen moeite met mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn. Maar zoenen in het openbaar door mensen van hetzelfde geslacht geeft bij meer panelleden aanstoot dan bij het zoenen door heteroseksuelen. Opvallend is dat een klein aantal zich gediscrimineerd voelt vanwege het Nederlander zijn. Vrijwilligerswerk en mantelzorg 45% van panelleden doet vrijwilligerswerk Bijna de helft (45%) van de panelleden zet zich in voor de buurt, een vereniging of organisatie, een school of een naaste (niet uit het eigen gezin). Daarnaast is nog ongeveer een kwart bereid zich in te zetten. Een derde deel is daartoe niet bereid. Mensen die zich nu al inzetten doen dit vooral voor sporten hobbyvereniging, of zorg voor familie of vrienden (niet eigen gezin). Mensen die bereid zijn het te doen denken vooral aan hulp geven aan buren of hulpbehoevenden en zorg voor familie of vrienden (niet eigen gezin). Inzet voor een sport- of hobbyvereniging staat met afstand op de derde plaats. Bijna 2 op de 10 geeft mantelzorg 18% van de panelleden geeft momenteel mantelzorg: 7% doet dit voor minstens 8 uur per week en 11% voor 7 uur per week of minder. Het percentage dat mantelzorg geeft is onder 40-plussers groter dan onder jongeren tot 40 jaar. 44% van de mantelzorgers ervaart het geven van mantelzorg als een hoge belasting. Omgerekend naar alle panelleden geldt dit voor 8%. Van de mantelzorgers (ongeacht aantal uren) krijgt 15% ondersteuning en 12% zou het willen krijgen. Er is vooral behoefte aan iemand die het af en toe overneemt en aan advies en informatie. De helft wil eventueel mantelzorger ondersteunen Van de panelleden is de helft bereid (meer) mantelzorg te geven als de situatie daar om vraagt. Een derde deel weet het niet en 15% is daar niet toe bereid. Eveneens de helft is bereid in hun buurt een mantelzorger te ondersteunen door bijvoorbeeld het af en toe over te nemen of eens een boodschap te doen. Een derde weet het niet, 20% is daar niet toe bereid. 17% verwacht onvoldoende hulp bij ziekte 17% verwacht zeker of waarschijnlijk bij ziekte en hulpbehoevendheid onvoldoende hulp te krijgen van de mensen om zich heen. 19% geeft aan zich licht tot sterk belemmerd te voelen in het dagelijks functioneren. Deze 19% is pessimistischer in het verkrijgen van hulp bij ziekte en hulpbehoevendheid dan degenen die zich niet belemmerd voelen. Van degenen die langdurig ziek zijn, een aandoening of handicap hebben krijgt 12% steun via een organisatie bij het dagelijks functioneren: 9% op basis van een indicatie en 3% niet op basis van een indicatie. De meerderheid (89%) krijgt geen steun. Woning Tevreden over kwaliteit woning De panelleden zijn zeer tevreden over de kwaliteit van hun woning, zij geven hiervoor een 8,0. In Purmer-Zuid en Weidevenne is men het meest tevreden. De oudere inwoners zijn tevredener dan de jongere. Mensen in een koopwoning (8,2) geven hun woning een hoger cijfer dan huurders (7,2). Bewoners van eengezinswoningen (8,1) zijn iets meer tevreden dan bewoners van gestapelde


6








woningen (7,8). Panelleden die belemmerd zijn in hun dagelijks functioneren geven een lager cijfer dan degenen die dat niet zijn. Inkomen en schulden Bijna een kwart heeft moeite met rondkomen van huishoudensinkomen Bijna een kwart (23%) van de panelleden kan moeilijk, of eerder moeilijk dan gemakkelijk rondkomen van het huishoudensinkomen. Bij panelleden zonder partner (32%) is dit percentage hoger dan bij degene met partner (20%). In Purmer-Noord wonen relatief de meeste mensen die moeite hebben met rondkomen (31%). Zeer weinig panelleden (1%) hebben de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt van instanties die hulp bieden bij het aanpakken van schulden. 1% heeft hier geen gebruik van gemaakt maar vindt dit wel nodig.


7








Samenvattende tabel

2013*

2015

% dat afgelopen 2 jaar een wijkaccommodatie/buurtpunt bezocht

.

30

% bezoekreden wijkaccommodatie voor een activiteit

.

39

% bezoekreden wijkaccommodatie voor informatie

.

28

% bezoekreden wijkaccommodatie voor mensen ontmoeten/gezelligheid

.

8

% bezoekreden wijkaccommodatie voor sociaal wijkteam

.

6

% dat minstens één keer per week aan sport doet

.

49

% lid van een sportvereniging

.

27

% dat meestal in Purmerend sport

.

87

rapportcijfer Leeghwaterbad

.

7,4

rapportcijfer gymnastieklokalen

.

6,5

rapportcijfer sporthallen (zoals Beukenkamp, Koogmolen, de Vaart)

.

6,5

rapportcijfer sportvelden

.

7,2

% bezit zwemdiploma

. .

92

% dat wel eens Leeghwaterbad bezoekt

.

53

% dat wel eens een bibliotheek bezoekt (nagenoeg allen in Purmerend)

.

37

% dat bij bezoek aan theater meestal naar Purmerend gaat

.

65

% dat bij bezoek aan bioscoop meestal naar Purmerend gaat

.

68

% dat bij bezoek aan concert meestal naar Purmerend gaat

.

21

% dat zelf creatieve activiteiten buitenshuis onderneemt

.

14

rapportcijfer kwaliteit accommodatie bibliotheek in Purmerend

.

7,8

rapportcijfer kwaliteit accommodatie P3

.

7,3

rapportcijfer kwaliteit accommodatie Purmaryn

.

7,7

rapportcijfer kwaliteit accommodatie bioscoop in Purmerend

.

7,2

% bezoekers Reuring (top 3, nummer 1)

.

47

% bezoekers Purmerend onder stoom (top 3, nummer 2)

.

45

% bezoekers Voorjaarskermis (top 3, nummer 3)

.

37

Rapportcijfer Reuring

.

7,8

Rapportcijfer Purmerend onder stoom

.

8,0

Rapportcijfer voorjaarskermis

.

7,2

% dat vindt dat er voldoende evenementen georganiseerd worden

.

84

.

46

.

13

Wijkaccommodaties en buurtpunten

Sport

Cultuur

Evenementen

Voorzieningen binnenstad % dat bepaalde winkels mist in de binnenstad meest genoemde gemis: kleding- en schoenenwinkel en (biologische) supermarkt % dat bepaalde andere voorzieningen mist in de binnenstad meest genoemde gemis: openbare toiletten


8








2013*

2015

Gezondheid en bewegen rapportcijfer gezondheidsvoorzieningen

7,6

7,7

rapportcijfer eigen gezondheid

.

7,6

% dat voldoet aan beweegnorm

54

55

% dat geen moeite heeft om 800 meter te lopen

92

90

% van degenen die moeite hebben met 800 meter lopen die bestemming waar men naar toe wil slecht kan bereiken

4

9

- rapportcijfer geschiktheid looproutes

6,0

6,2

- rapportcijfer toegankelijkheid winkels

6,3

6,9

- rapportcijfer toegankelijkheid openbare gebouwen

7,1

7,4

index sociale cohesie buurt

5,8

5,8

% eens met stelling ‘in deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om’


mensen die slecht ter been zijn:

Sociale cohesie in de buurt en eenzaamheid

65

66

% dat zich (zeer) ernstig eenzaam voelt

.

8

% dat zich matig eenzaam voelt

.

36

% sociaal eenzaam

.

48

% emotioneel eenzaam

.

24

Discriminatie % dat zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd heeft gevoeld

2012:

% dat zich gediscrimineerd voelde vanwege leeftijd

2012: 14

6

26

9

% dat zich gediscrimineerd voelde vanwege huidskleur, etniciteit of afkomst

2012: 26

25

% van mensen die zich gediscrimineerd voelden dat aangifte heeft gedaan

2012:

2

7

% dat het een probleem vindt als zoon of dochter homo, lesbisch, biseksueel of transgender was.

2012: 3

3

% dat vindt dat homoseksuele paren geen kinderen mogen opvoeden

2012: 9

9

discriminatie vooral op straat in openbaar (37%) en door politiek (36%)

Vrijwilligerswerk % dat zich vrijwillig inzet voor maatschappij

36

45

% dat nog geen vrijwilligerswerk doet, maar daartoe wel bereid is

26

22

% dat momenteel 8 uur per week of meer mantelzorg geeft

7

7

% dat momenteel mantelzorg geeft (ongeacht aantal uren)

Mantelzorg

19

18

% van mantelzorgers dat het geven van mantelzorg een hoge belasting vindt

.

44

% mantelzorgers dat behoefte heeft aan ondersteuning en krijgt dat nog niet

5

12

% dat bereid is een mantelzorger in de buurt te ondersteunen

.

48

23

17

% dat verwacht zeker of waarschijnlijk onvoldoende hulp te krijgen bij langdurige ziekte of hulpbehoevendheid


9








2013*

2015

.

19

rapportcijfer kwaliteit huurwoning

7,1

7,2

rapportcijfer kwaliteit koopwoning

8,2

8,2

rapportcijfer kwaliteit woning

7,9

8,0

26

23

1

1

% dat zich licht of sterk belemmerd voelt in het dagelijks functioneren door langdurige ziekte, aandoening of handicap

Woning

Inkomen en schulden % dat moeilijk of eerder moeilijk dan gemakkelijk kan rondkomen % dat geen gebruik maakt van schuldhulpverlening maar het wel nodig vindt *Als bij 2013 een stip staat (.) dan zijn er geen vergelijkbare cijfers uit dat jaar.

De Purmerendse wijken

Overwhere 2

Centrum 1

Weidevenne 7

Purmer-Noord 5

Wheermolen 3

Gors 4

Purmer-Zuid 6


10








Inleiding en verantwoording Inleiding In Purmerend wordt sinds 1990 eens in de twee jaar een Omnibusenquête gehouden. Tot en met 2010 ging dat via een intensieve veldwerkmethode. Enquêtes werden aan huis gebracht en weer opgehaald. Vanaf 2011 nemen we de enquête af via het internetpanel. Het internetpanel bestaat nu uit ruim 2.600 personen, die ongeveer 6 keer per jaar een vragenlijst over diverse onderwerpen invullen. De panelleden zijn representatief verdeeld over geslacht, leeftijd en wijk. Begin 2015 is het panel opgeschoond en zijn nieuwe panelleden geworven; 625 Purmerenders hebben zich nieuw aangemeld. Sinds 2011 houden we de enquête in een oneven jaar. Dat heeft als voordeel dat we dan ontwikkelingen binnen een collegeperiode kunnen laten zien. We meten aan het begin en het einde van de collegeperiode. Dit jaar zijn de resultaten beschikbaar voor de midterm review. Voor u ligt deel 2 van de Omnibusenquête welke zich voornamelijk richt op het sociale domein. In het voorjaar van 2015 is deel 1 van de Omnibusenquête gehouden. Daarin kwam onder andere aan bod: bereikbaarheid, veiligheid, dienstverlening, binding aan Purmerend, milieu, beheer openbare ruimte. Het proces In najaar 2015 is aan beleidsmedewerkers van afdeling maatschappelijke ontwikkeling gevraagd welke vraagstelling zij in de Omnibusenquête wilden opnemen. Daarnaast zijn er twee onderwerpen van afdeling ruimtelijke ontwikkeling opgenomen. Ruim 2600 panelleden kregen op 23 november 2015 het verzoek om een vragenlijst in te vullen. Er zijn twee herinneringmails gestuurd. 1708 panelleden, ofwel 65%, vulden de enquête in. Dit is iets minder dan bij de Omnibusenquête 2015 deel 1, toen was de respons 70%. De respons is nog steeds goed te noemen. Weging B&I heeft het bestand ‘gewogen’ (representatief gemaakt). Hierdoor zijn mannen en vrouwen, de leeftijdsgroepen en de wijken evenredig vertegenwoordigd. Interpretatie resultaten en verschillen Bij de interpretatie van resultaten van het onderzoek zijn 2 zaken van belang: 1. Wanneer vinden we iets goed of slecht? 2. Wanneer is er werkelijk sprake van een verschil?. Wanneer vinden we iets goed of slecht? In dit onderzoek worden vooral beoordelingen gevraagd. Om te kunnen beoordelen of een bepaalde uitkomst gunstig of ongunstig is, wordt in dit rapport gebruik gemaakt van het volgende beoordelingsschema. Dit schema is ontwikkeld op basis van eerder tevredenheidsonderzoek.


11








Beoordeling resultaten Beoordeling

Aandacht

minder dan 6

onvoldoende

vraagt om aandacht

6,0 t/m 6,4

voldoende

vraagt om enige aandacht

6,5 t/m 7,4

ruim voldoende

normaal

7,5 en meer

goed

geen extra aandacht nodig

Rapportcijfers

Percentages tevredenen + neutraal minder dan 70%

onvoldoende

vraagt om aandacht

70 t/m 79%

voldoende

vraagt om enige aandacht

80 t/m 94%

ruim voldoende

normaal

95% of meer

goed

geen extra aandacht nodig

Wanneer is er werkelijk sprake van een verschil Naast dit schema is nog een ander aspect van belang bij de interpretatie van de resultaten: in hoeverre geven de enquêteresultaten een betrouwbaar beeld van alle Purmerenders. In dit onderzoek worden uitspraken gedaan over alle inwoners van 15 jaar en ouder van de gemeente Purmerend op basis van de mening van een deel van deze inwoners (= steekproefpopulatie). De kans bestaat dat de mening van de steekproefpopulatie niet volledig overeenkomt met die van de totale onderzoeksgroep. Bij elke gevonden waarde hoort daarom een bepaalde betrouwbaarheidsmarge. Deze marge is afhankelijk van het aantal ondervraagde personen. De werkelijke waarde in de hele populatie zal met een waarschijnlijkheid van 95% tussen de gevonden waarde minus de marge en de waarde plus die marge liggen. Deze waarden vormen samen het betrouwbaarheidsinterval. Deze betrouwbaarheidsintervallen zijn vooral van belang bij het maken van vergelijkingen, bijvoorbeeld tussen wijken en leeftijdsgroepen. Want als de uitkomst verschillend is, kan het zijn dat er in werkelijkheid geen verschil is. Dit is het geval als de ene uitkomst binnen het betrouwbaarheidsinterval van de andere uitkomst ligt. Stel dat men in Purmerend in 2015 gemiddeld een 7,1 geeft terwijl dit in 2013 een 7 was. Het lijkt of het rapportcijfer met 0,1 is gestegen. We kunnen dit echter niet met zekerheid zeggen omdat het interval waarbinnen de uitkomst in 2015 werkelijk ligt, loopt van 7 t/m 7,2 en die van 2013 van 6,9 t/m 7,1. Deze intervallen overlappen elkaar. Ook percentages kennen een betrouwbaarheidsmarge. In de praktijk betekent dit dat er pas sprake is van een daadwerkelijk verschil in de volgende situaties. Wanneer is sprake van een verschil bij rapportcijfers? Aantal respondenten

Voorbeeld (sub)populatie

verschil vanaf

1.800

Purmerend totaal

0,2

250

wijken Purmerend

0,4

Wanneer is sprake van een verschil bij percentages? Aantal respondenten

Voorbeeld (sub)populatie

1.800

Purmerend totaal

verschil vanaf * 4%

250 wijken Purmerend 9% * Deze percentages moeten als gemiddelden worden beschouwd. Zij gelden bij percentages die in de buurt van de 30 en 70% liggen. Bij percentages tussen de 30 en de 70 gelden iets grotere intervallen, bij percentages lager dan 30 en hoger dan 70 gelden iets kleinere intervallen.


12








Niet alle wijken zijn even groot. Hierdoor is het niet voor alle wijken gelukt het ideale aantal van 250 respondenten te halen. De marges waarmee gerekend wordt verschillen daarom per wijk. Klein is vooral Centrum (137). Voor deze wijk moeten de verschillen wat groter zijn voordat er geconcludeerd mag worden tot een verschil. De andere wijken zijn vertegenwoordigd door variërend 200 tot 300 respondenten. Voor Overwhere (300) en Gors (298) is er eerder sprake van een verschil. Als er volgens bovenstaande criteria een verschil is, rapporteren we daarover. Leeswijzer In het rapport zijn percentages afgerond. Wanneer we percentages met cijfers achter de komma presenteren, dan suggereren we een nauwkeurigheid van de cijfers die er in werkelijkheid niet is. Bij een aantal vragen kon de respondent meer dan één antwoord aankruisen. Als dit het geval is staat dit vermeld in de tabelkop. De optelsom van de percentages is dan doorgaans hoger dan 100%. Dit komt doordat de antwoorden zijn gepercenteerd op het aantal respondenten en niet op het aantal gegeven antwoorden.


13




1





Wijkaccommodaties, buurtpunten

Samenvatting Van de panelleden heeft 30% de afgelopen twee jaar een wijkaccommodatie/buurtpunt bezocht; bijna altijd binnen Purmerend. Wijkplein Where (Triton) in Wheermolen is het meest bezocht: 17% is hier geweest. Opvallend is dat vanuit Wheermolen 56% een wijkcentrum of buurtpunt heeft bezocht. Van de bezoekers kwam 39% 1 of 2 keer in een wijkaccommodatie in Purmerend, 37% kwam er 3 tot 12 keer. De bezoekers kwamen vooral voor activiteiten en voor informatie. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Het bezoek aan de wijkaccommodaties/buurtpunten  Welke wijkaccommodaties bezocht zijn  Waarvoor de wijkaccommodatie is bezocht  Bezoekfrequentie

Drie op tien bezoekt wijkaccommodaties Van de panelleden heeft 30% de afgelopen 2 jaar wel eens een wijkaccommodatie/buurtpunt bezocht. Nagenoeg iedereen deed dat in Purmerend. Slechts 1% ging daarvoor buiten Purmerend. Bezoek wijkaccommodatie/buurtpunt afgelopen 2 jaar, 2015, % meer dan één antwoord mogelijk. 2015 ja, in mijn eigen wijk

20

ja, in een andere wijk

13

ja, buiten Purmerend

1

nee

70

Wijkplein Where het meest bezocht Gevraagd is welke wijkaccommodatie/buurtpunt men in Purmerend het afgelopen twee jaar heeft bezocht. De hierna volgende tabel geeft de resultaten weer per wijk. Allereerst valt op dat bewoners van de wijk Wheermolen het meest een wijkaccommodatie bezochten: 56% bezocht er minstens een, tegen 32% gemiddeld. Het in de wijk gelegen wijkplein Where (ook wel Triton genoemd) is het meest bezocht: zowel door de eigen wijkbewoners (54%) als voor Purmerend totaal (17%). Uit alle wijken bezochten bewoners het wijkplein Where. In Weidevenne en Purmer-Zuid bezocht ruim 20% de wijkaccommodatie in eigen wijk. In PurmerNoord is dit 16%. In Centrum bezocht 20% wijkplein de Populier en 11% Prinses Marijke. In Overwhere en Gors ligt het bezoek aan de eigen wijkaccommodatie/buurtpunt lager.


14








Bezoek aan Purmerendse wijkaccommodatie/buurtpunten de afgelopen 2 jaar, 2015, %. Meerdere antwoorden mogelijk. Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Purmerend totaal

geen

68

64

44

74

73

70

72

68

wijkplein de Populier (Rusthoeve)

20

4

3

4

2

1

2

4

wijkplein Where (Triton)

8

25

54

14

12

10

8

17

wijkplein Weidevenne (Heel Europa, Columbuzz, Zuidland of de Kraal)

7

6

4

5

4

3

22

8

Hazepolder

1

2

0

2

0

1

1

1

Prinses Marijke

11

2

1

3

1

0

0

2

De Inval

0

9

4

2

2

1

1

3

buurtpunt de Gors (Hoornblad)

0

1

0

7

0

0

0

1

1

1

0

1

0

1

0

1

0

2

1

2

16

3

1

4

Zuidpool

2

1

3

3

3

21

2

5

ander buurtpunt in Purmerend

1

1

1

0

1

1

1

1

buurtpunt Hoekstee (Beatrixplein) wijksteunpunt PurmerNoord

Grijs gearceerd: ligging van wijkaccommodatie in betreffende wijk

Men komt voor activiteit of informatie Aan degenen die de afgelopen twee jaar een wijkaccommodatie/buurtpunt in Purmerend bezochten, is gevraagd waarvoor men daar heen ging. Men kwam vooral voor een activiteit (39%) of voor informatie (28%). Veel minder vaak kwam men voor het ontmoeten van andere mensen (8%). 6% kwam voor het inloopspreekuur van het sociale wijkteam. Reden van bezoek wijkaccommodatie/buurtpunt afgelopen 2 jaar, 2015, % meer dan één antwoord mogelijk. 2015 informatie inloopspreekuur sociale wijkteam activiteit

28 6 39

als vrijwilliger

9

ontmoeten van andere mensen/gezelligheid

8

anders

42

Bij de antwoorden is een hoog percentage ‘anders’. Panelleden konden aangeven wat dat dan was. Medische bezoeken maakt hier een groot deel van uit: bezoek aan consultatiebureau, centrum voor jeugd en gezin, schooldokter (46x), artsenlab, bloedprikken en inentingen (32x). Men komt er ook voor vergaderingen en afspraken (38x) en bijeenkomsten zoals een inspraakavond of voorlichting (25x). Ook kwamen mensen er om te stemmen (22x). Tevens noemen panelleden een aantal activiteiten (39x). Deze antwoorden horen eigenlijk thuis in de voorgaande tabel bij het betreffende kopje.


15








Gegeven antwoorden bij categorie ‘anders, namelijk’ (open vraag, n=248) 2015 consultatiebureau/centrum voor jeugd en gezin/schooldokter

46x

activiteit

39x

vergaderingen/afspraak

38x

artsenlab SALT/bloedprikken/inenting

32x

bijeenkomsten (Spurd, mantelzorg, gemeente etc.)

25x

stemmen

22x

koffie/eten/kijken

19x

als professional werkzaam

16x

kinderopvang

5x

overig

6x

Het merendeel komt beperkt aantal keer Van de bezoekers van wijkaccommodaties in Purmerend is 39% daar een of twee keer geweest in het afgelopen twee jaar. 37% is daar 3 tot en met 12 keer geweest. 11% behoort tot de frequente bezoekers: 50 keer of meer. Bezoekfrequentie wijkaccommodatie/buurtpunt in Purmerend afgelopen 2 jaar, 2015, % 2015 1-2

39

3-12

37

13-24

7

25-49

6

50 en meer totaal

11 100

Bij het veel bezochte wijkplein Where kwam driekwart van de bezoekers er drie keer of meer. Bij wijkplein Weidevenne is dit 63%. Bij de beide buurtpunten in de Gors kwam de helft 1 tot 2 keer. Vanwege het gering aantal respondenten zijn deze cijfers indicatief. Bezoekfrequentie aan Purmerendse wijkaccommodatie/buurtpunten de afgelopen 2 jaar, 2015, %. 1 of 2 keer

3 keer of meer

Purmerend totaal

wijkplein de Populier (Rusthoeve)

24

76

100

wijkplein Where (Triton) wijkplein Weidevenne (Heel Europa, Columbuzz, Zuidland of de Kraal) Hazepolder*

28

72

100

37

63

100

10

90

100

Prinses Marijke*

17

83

100

De Inval

20

80

100

buurtpunt de Gors (Hoornblad)*

49

51

100

buurtpunt Hoekstee (Beatrixplein)*

52

48

100

wijksteunpunt Purmer-Noord

36

64

100

36

64

100

Zuidpool * indicatief vanwege kleine aantallen


16




2





Sport

Samenvatting De helft van de panelleden doet minstens een keer per week aan sport. 39% sport zelden of nooit. De sporters sporten vooral niet-georganiseerd (46%) of via lidmaatschap of abonnement bij bijvoorbeeld een sportschool, tennisof squashcentrum (39%). Een kwart (27%) van de sporters is lid van een sportvereniging. Het merendeel van de sporters (87%) sport vooral in Purmerend. Van de zeven voorgelegde accommodaties is het zwembad het meest bezocht als actieve deelnemer (19%), gevolgd door een sporthal (15%). De accommodaties bezoekt men voornamelijk in Purmerend. De kwaliteit van de Purmerendse accommodaties krijgt een 6,5 of hoger. Het Leeghwaterbad krijgt met een 7,4 het hoogste cijfer. 16% van de panelleden mist iets op het gebied van sporten recreatie. Het meest genoemd is een buitenzwembad en ligweide en openbare sportvoorzieningen. 92% van de panelleden heeft een zwemdiploma. 1% heeft geen zwemdiploma, maar zou die wel willen halen. 53% van de panelleden gaat wel eens naar het Leeghwaterbad. Ze gaan dan vooral om recreatief te zwemmen (78%). 23% van de bezoekers komt om banen te zwemmen. Van de panelleden heeft 23% suggesties voor het Leeghwaterbad. Een lager tarief (36%), een goed buitenbad (18%) en betere openingstijden (16%) zou hen vaker naar het Leeghwaterbad doen gaan. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Of panelleden aan sport doen en waar  In welke vorm men de sport beoefent  Welke sportaccommodaties men bezoekt en waar  Beoordeling van Purmerendse sportaccommodaties  Gemis aan sporten recreatievoorzieningen  Bezit van zwemdiploma  Bezoek aan Leeghwaterbad De helft sport minstens een keer per week De helft van de panelleden doet minstens een keer per week aan sport. 8% doet het minstens één tot drie keer per maand. 39% sport zelden of nooit. Jongeren sporten vaker een of meer keren per week dan ouderen. Toch sport nog 45% van de 65-plussers minstens een keer per week. Doet u aan sport? naar leeftijd , 2015, % 15-39

40-64

65+

totaal

ja, één of meer keren per week

53

49

45

49

ja, één tot drie keer per maand

8

8

6

8

ja, minder dan één keer per maand zelden of nooit totaal


5

5

3

4

35

38

46

39

100

100

100

100

17








Individueel sporten populairst Aan degenen die minstens een keer per maand sporten is gevraagd hoe zij de sport voornamelijk beoefenen. De panelleden konden meer dan één antwoord geven. Circa de helft (46%) sport individueel en 39% doet dit via lidmaatschap of abonnement bij bijvoorbeeld een sportschool, tennisof squashcentrum. Ruim een kwart (27%) is lid van een sportvereniging. Naar leeftijd zijn er verschillen. Jongeren sporten vaker via een lidmaatschap of abonnement van een sportschool, tennisof squashcentrum dan ouderen. 65-plussers sporten vaker via een nietsportorganisatie zoals bijvoorbeeld een buurthuis of personeelsvereniging dan jongeren. Lidmaatschap van een sportvereniging is bij alle leeftijden ongeveer gelijk. Hoe beoefent u de sport voornamelijk? naar leeftijd , 2015, % (meer dan één antwoord mogelijk) 15-39

40-64

65+

totaal

individueel/niet georganiseerd

44

49

40

46

via lidmaatschap/abonnement van een sportschool, tennissquashcentrum e.d.

49

37

29

39

als lid van een sportvereniging

30

25

28

27

via een niet-sportorganisatie bijv. buurthuis, personeelsvereniging

3

5

11

6

via huur van een baan/ruimte zonder lidmaatschap of abonnement

6

3

5

4

anders

3

5

9

5

Purmerenders sporten vooral in Purmerend Het merendeel (87%) van de sporters sport meestal in Purmerend. 14% sport meestal in de kernen direct gelegen rondom Purmerend (Neck, Kwadijk, Middelie, Ilpendam, Zuidoostbeemster, Middenbeemster). 6% gaat naar Amsterdam. Naar leeftijd zijn er geringe verschillen. 15-39 jarigen gaan iets vaker naar Amsterdam dan de 40-plussers. 40-64 jarigen sporten iets minder in de omliggende dorpen dan de andere leeftijdsgroepen. Maar voor alle leeftijden geldt dat ze vooral in Purmerend sporten. Waar beoefent u uw sport(en) meestal? naar leeftijd , 2015, % Meer dan één antwoord mogelijk. Bij competitie is om plaats thuiswedstrijd gevraagd. 15-39

40-64

65+

totaal

Purmerend

86

88

84

87

Neck, Kwadijk, Middelie, Ilpendam, Zuidoostbeemster, Middenbeemster

17

11

17

14

9

5

4

6

13

12

14

13

Amsterdam Andere plaats

Aan de sporters is gevraagd welke accommodaties of sportvelden zij bezoeken als actieve deelnemer. Ook is gevraagd naar welke plaats zij dan gaan. Een zevental accommodaties is hen voorgelegd. Het meest bezocht is een overdekt zwembad: 19% van de sporters komt daar minstens een keer per maand als actieve deelnemer. Zij gaan dan vooral naar het overdekte zwembad in Purmerend (93%). Een sporthal bezoekt 15% van de sporters; 82% doet dit in Purmerend. Ook een gymnastieklokaal bezoekt men voornamelijk in Purmerend. Het minst bezocht is een overdekte tennishal (4%). De tennissers gaan hiervoor merendeels (64%) naar andere gemeenten, bijvoorbeeld naar Wijdewormer en Middenbeemster.


18








Bezoekt u als actieve deelnemer minstens één maal per maand de genoemde accommodaties? En zo ja, waar? 2015, % Waar bezocht?

Bezocht als actieve deelnemer

Purmerend

Elders

overdekte tennishal

4

36

64

overdekt zwembad

19

93

7

sporthal

15

82

18

gymnastieklokaal

11

91

9

voetbalveld

7

78

22

tennisbaan

7

77

23

11

77

23

ander sportveld

Accommodaties krijgen ruim voldoende De panelleden die (wel eens) sporten is gevraagd de kwaliteit van Purmerendse sportaccommodaties te beoordelen. Zij geven de accommodaties een ruim voldoende. Het Leeghwaterbad krijgt gemiddeld een 7,4; 6% geeft het zwembad een cijfer 5 of lager. De sportvelden krijgen soortgelijke cijfers. Aan de gymnasieklokalen en sporthallen geeft men een lager cijfer: een 6,5. 15% geeft een onvoldoende. Beoordeling kwaliteit accommodaties in Purmerend, 2015, rapportcijfer en % onvoldoende. rapportcijfer

% cijfer 5 of lager

Leeghwaterbad

7,4

6

gymnastieklokalen

6,5

15

sporthallen (zoals Beukenkamp, Koogmolen, de Vaart)

6,5

15

sportvelden

7,2

6

Een op zes mist iets op sporten recreatiegebied Aan alle panelleden is gevraagd of ze in Purmerend iets missen of tekortkomen op het gebied van sport en recreatie. Een meerderheid beantwoordt deze vraag ontkennend (84%). De 16% die wel iets mist noemt het vaakst een ‘buitenzwembad of ligweide’. Gevolgd door een groter aanbod van openbare sportvoorzieningen voor hardlopen, fitness, mountainbike, speelvelden en dergelijke. Op een gedeelde derde plaats staat ‘goede sporthal(len)’ en ‘aanbod voor specifieke groepen’ zoals ouderen en gehandicapten.


19








Gemis of te kort op gebied van sporten recreatie, 2015, % van degenen die iets missen (open vraag, n=276). 2015 Buitenzwembad, ligweide

16

Openbare sportvoorzieningen (hardlopen, fitness, mountainbike, speelvelden)

13

Goede sporthal(len)

10

Aanbod voor specifieke groepen (werkenden, ouderen, gehandicapten)

10

Schaatsbaan

8

Accommodaties (kwaliteit en aantal)

8

Fiets- en wandelmogelijkheden (routes, onderhoud paden, verenigingen)

5

Denksportfaciliteiten (schaken, dammen, bridge)

4

Sportschool

3

Kwaliteit danszalen en aanbod dansstijlen

3

Dynamic tennis

3

Klimhal

2

Watersportfaciliteiten

2

Speelweide (voor honden)

1

Kartbaan

1

Overige

12

Negen op de tien heeft een zwemdiploma 92% van de panelleden heeft een zwemdiploma. Van de 15-39 jarigen heeft bijna iedereen (98%) een zwemdiploma. Onder 65-plussers is het zwemdiplomabezit het laagst, namelijk 80%.

Van degenen die geen zwemdiploma hebben (8%) geeft 12% aan deze wel te willen halen. Omgerekend naar alle panelleden is dit 1%. Onder 65-plussers, die het minst een zwemdiploma hebben, is nagenoeg geen interesse.


20








De helft gaat wel eens naar het Leeghwaterbad Van de panelleden gaat 53% wel eens naar het Leeghwaterbad. Naar leeftijd neemt het bezoek af. Onder 15-39 jarigen gaat 66% wel eens en onder 65-plussers 33%.

De bezoekers aan het Leeghwaterbad gaan er vooral heen om recreatief te zwemmen (78%). Een kwart (23%) van de bezoekers gaat (ook) om banen te zwemmen. 15% komt er voor zwemles van het kind. Bij de categorie ‘anders’ is onder andere genoemd: kijken naar (klein)kind, zwemmen met (klein)kind, baby- en peuterzwemmen en duiken. Op de vraag kon men meer dan één antwoord geven. De 15-39 jarigen geven meer bezoekredenen aan dan de 65-plussers. Waarvoor bezoekers naar het Leeghwaterbad gaan, naar leeftijd , 2015, % Meer dan één antwoord mogelijk. 15-39

40-64

65+

totaal

recreatief zwemmen

82

79

61

78

banen zwemmen

23

25

17

23

groepsactiviteiten

12

6

15

10

1

1

2

1

zwemmen bij de vereniging zwemles voor u zelf zwemles van kind anders totaal

0

1

0

0

22

11

10

15

4

7

17

7

100

100

100

100

Als mensen niet of weinig naar het Leeghwaterbad gaan is gevraagd of het Leegwaterbad iets kan doen om hen vaker te laten gaan. Drie kwart (77%) zegt dat het Leeghwater niets kan doen om hen vaker te laten gaan. Een kwart van de panelleden (23%) geeft wel suggesties. Onder hen is ‘lagere tarieven’ het meest gegeven antwoord (36%). Gevolgd door een goed buitenbad (18%) en betere openingstijden (16%). Warmer zwemwater staat op de vierde plaats (11%). De gegeven antwoorden zijn als volgt:


21








Opgegeven redenen waardoor panelleden vaker het Leeghwaterbad zouden bezoeken. 2015, % (open vraag, n=387) 2015 Lagere tarieven

36

Een goed buitenbad

18

Betere openingstijden (ruimere tijden, andere tijden voor recreatie of activiteiten)

16

Warmer water

11

Verbetering recreatievoorzieningen (bijv. dieper recreatiebad, meer glijbanen, sauna)

9

Verbeteren van de uitstraling (meer sfeer en schoner)

8

Uitbreiding activiteiten voor doelgroepen (o.a. ouderen en jongeren)

5

Betere informatievoorziening / meer bekendheid met activiteiten

3

Minder grote drukte (bijv. aantal mensen in het zwembad, wachtrijen bij de douches)

3

Minder chloor in het water

2

Betere horeca (gastvrijer personeel, openingstijden)

2

Overig

2


22




3





Cultuur

Samenvatting Van de panelleden gaat 37% wel eens naar een bibliotheek en dan vooral in Purmerend. Twee derde van de panelleden bezoekt wel eens theater of bioscoop; twee derde van hen doet dit meestal in Purmerend. De helft bezoekt wel eens een concert; dit is dan meestal buiten Purmerend. Wat betreft leeftijd is er vooral verschil bij de bioscoop: meer jongeren dan ouderen gaan daar heen. De kwaliteit van de accommodatie van de bibliotheek, P3, de Purmaryn en de bioscoop wordt beoordeeld met ruim voldoende tot goed. 14% van de panelleden doet zelf creatieve activiteiten buitenshuis. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Bezoekfrequentie diverse culturele voorzieningen  In welke gemeente men de voorzieningen het vaakst bezoekt  Beoordeling van enkele Purmerendse culturele voorzieningen

Bezoek bibliotheek, theater en bioscoop vooral in Purmerend Ruim een derde van de panelleden (37%) bezoekt wel eens een bibliotheek. Zij doen dit bijna allemaal het vaakst in Purmerend. Slechts 2% doet dit meestal in een andere gemeente. Bezoekfrequentie bibliotheek en meest bezochte locatie, 2015, % 2015 Gaat u wel eens naar een bibliotheek? nee, niet of nauwelijks

63

ja, minder dan 1x per maand

16

ja, minstens 1x per maand totaal

21 100

In welke gemeente gaat u het vaakst ? meestal in Purmerend meestal in een andere gemeente totaal

98 2 100

Respectievelijk 64% en 69% van de panelleden bezoekt minstens een keer per jaar een theater en/of een bioscoop. Ruim twee derde van hen bezoekt een theater of bioscoop meestal in Purmerend. Een concert bezoeken minder mensen, namelijk 47%. Zij gaan hiervoor meestal naar een andere gemeente; 21% gaat meestal in Purmerend naar een concert.


23








Bezoekt u theater, bioscoop en concert? Zo ja, hoe vaak en in welke gemeente gaat u het vaakst? 2015, % Nee, niet of nauwelijks

Ja, 1-2x per jaar

Ja, minstens 3x per jaar

Totaal

Bezoek meestal in Purmerend

Bezoek meestal in andere gemeente

bezoek theater

36

36

28

100

65

35

bezoek bioscoop

31

39

29

100

68

32

bezoek concert

53

15

100

21

79

32

Kijken we naar de leeftijdsklasse van de bezoekers dan valt op dat bij de bibliotheek het aandeel bezoekers per leeftijdsklasse ongeveer even groot is (36 tot 42%). Bij de bioscoop is dat anders: van de jongeren gaat een beduidend groter aandeel naar de bioscoop (84%) dan onder 65-plussers (44%). Bij het bezoek aan het theater is het andersom (al is het verschil veel minder groot): meer ouderen (69%) dan jongeren (56%) gaan naar het theater. Bezoek theater, bioscoop en concert naar leeftijdsklasse, 2015, % 15-39

40-64

65+

totaal

bezoekers bibliotheek

36

36

42

37

bezoekers theater

56

67

69

64

bezoekers bioscoop

84

70

44

69

bezoekers concert

50

47

43

47

14% is zelf actief in creatieve activiteiten buitenshuis Doet u zelf actief aan muziek, zang, dans, toneel, creatieve activiteiten et cetera waarvoor u naar een accommodatie gaat? Hierop geeft 14% een positief antwoord: 9% doet dit meestal in Purmerend en 5% meestal in een andere gemeente. Doet u zelf actief aan muziek, zang, dans, toneel, creatieve activiteiten etc. waarvoor u naar een accommodatie gaat? Zo ja, in welke gemeente is dat het vaakst? 2015, % 2015 ja, meestal in Purmerend

9

ja, meestal in een andere gemeente

5

nee totaal

86 100

Beoordeling vier Purmerendse accommodaties: ruim een zeven Gevraagd is de kwaliteit van vier accommodaties in Purmerend te beoordelen. Alle genoemde accommodaties krijgen een gemiddeld cijfer van ruim een zeven. De bibliotheek krijgt een 7,8, de Purmaryn een 7,7, P3 een 7,3 en de bioscoop een 7,2. Beoordeling kwaliteit voor de accommodaties in Purmerend. 2015, rapportcijfer 2015 bibliotheek

7,8

P3

7,3

Purmaryn

7,7

bioscoop

7,2


24




4





Evenementen

Samenvatting Van de onderzochte evenementen zijn Reuring, Purmerend onder Stoom, Voorjaarskermis, Internationale markt en Koningsdag/nacht de grote publiekstrekkers. Een kwart tot de helft van de panelleden bezocht deze evenementen. Het best beoordeeld zijn Purmerend onder stoom (8,0), Jurassic jubileum spektakel (7,9) en Reuring (7,8). Het merendeel van de panelleden vindt dat er in Purmerend voldoende evenementen georganiseerd worden. 2% vindt dat er teveel zijn en 8% te weinig. 14% van de panelleden mist bepaalde evenementen in het aanbod; vooral muziekevenementen worden genoemd. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan bod:  De bekendheid met diverse evenementen en het bezoek  De beoordeling van de evenementen  De beoordeling van het aantal evenementen  Of bepaalde evenementen worden gemist De vragen over de evenementen zijn verdeeld over 2 enquêtes. In juni is de panelleden gevraagd acht evenementen uit voorjaar 2015 te beoordelen. In de Omnibusenquête van eind november zijn vragen gesteld over een tiental evenementen die in de zomer of najaar plaatsvonden. Reuring en Purmerend onder stoom meest bezocht De panelleden is gevraagd of ze van een evenement gehoord hadden en of ze het hebben bezocht. Aan de bezoekers is gevraagd het evenement met een rapportcijfer te beoordelen. Het meest bekend zijn Reuring, de voorjaarskermis en Koningsdag/nacht. Nagenoeg iedereen heeft er van gehoord. Het minst bekend zijn U2NL en USA2day: twee derde van de panelleden kende dit niet. Reuring (47%) en Purmerend onder Stoom (45%) zijn de evenementen die het meest zijn bezocht. Beide krijgen ook een goede beoordeling, respectievelijk een 7,8 en een 8 als gemiddeld rapportcijfer. Ook de voorjaarskermis (37%), de internationale markt (35%) en de Koningsdag/nacht (27%) zijn goed bezocht. Zij krijgen respectievelijk een 7,2, 6,6 en een 7,4 van de bezoekers. Twee evenementen krijgen een cijfer lager dan 6, namelijk U2NL (5,9) en Purmerend Dance Event (5,8). Weinig panelleden hebben deze evenementen bezocht.


25








Bekendheid (%), bezoek (%) en beoordeling (rapportcijfer) van de evenementen, 2015 niet van gehoord

wel van gehoord maar niet bezocht

bezocht

totaal

rapportcijfer bij bezoek

Voorjaarskermis

2

61

37

100

7,2

Koningsdag/-nacht

5

68

27

100

7,4

Vanstreekmarkt

41

46

14

100

7,2

Fiets ‘m erin

24

68

8

100

7,5

Jordaanfestijn

31

62

7

100

6,3

U2NL

63

32

4

100

5,9

Heilige Koemarkt

52

45

4

100

6,7

USA2day

69

29

2

100

6,6

voorjaar

zomer/najaar Reuring

1

52

47

100

7,8

Internationale markt

15

50

35

100

6,6

Marktstadrun

12

75

13

100

7,5

41

47

12

100

7,9

31

67

2

100

5,8

Jurassic Jubileum spektakel Koemarkt: Invasion (25 jaar Purmaryn) Purmerend Dance Event

september feestweek Purmerend onder stoom

8

46

45

100

8,0

Veetentoonstelling

33

59

8

100

7,1

Korte baandraverij

11

69

20

100

7,6

Taptoe

39

57

4

100

6,9

Steenwerpen

35

60

5

100

6,6


26








Er worden voldoende evenementen georganiseerd Van de panelleden vindt het merendeel (84%) dat er in Purmerend voldoende evenementen worden georganiseerd. Twee procent vindt dat er te veel wordt georganiseerd en 8% te weinig. Vindt u dat er in Purmerend te veel, voldoende of te weinig evenementen worden georganiseerd? 2015, % 2015 te veel voldoende

2 84

te weinig

8

weet niet

6

totaal

100

Desgevraagd geeft 14% van de panelleden aan bepaalde evenementen te missen. Vooral muziekevenementen worden genoemd. Minder vaak genoemd zijn onder andere kerstmarkt, culinair evenement, drive-in bioscoop, sport. De letterlijke antwoorden zijn verstrekt aan de opdrachtgever, team Economie.


27




5





Voorzieningen in de binnenstad

Samenvatting In aanvulling op de Omnibusenquête 2015 deel 1 zijn twee vragen gesteld over het gemis aan voorzieningen in de binnenstad. Bijna de helft van de panelleden geeft aan bepaalde winkels in de binnenstad van Purmerend te missen. Het gaat dan vooral om kleding- en schoenenwinkels van grote ketens en een (biologische) supermarkt. 13% van de panelleden mist andere voorzieningen in de binnenstad. Het meest genoemd is een openbaar toilet. Inleiding In de Omnibusenquête 2015, deel 1 zijn aan de panelleden vragen gesteld over de binnenstad van Purmerend: hoe vaak ze daar komen, de reden van bezoek en hoe ze de kwaliteit van de binnenstad beoordelen. De kwaliteit van de binnenstad beoordelen de panelleden met een ruim voldoende (6,9). Vervolgens zijn in deze Omnibusenquête nog twee vragen over de binnenstad opgenomen. Namelijk:  Of panelleden bepaalde winkels in de binnenstad missen  Of panelleden bepaalde andere voorzieningen in de binnenstad missen De helft mist bepaalde winkels in de binnenstad Aan de panelleden is gevraagd of ze bepaalde winkels in de binnenstad van Purmerend missen. Een kleine meerderheid van de panelleden (54%) beantwoordt deze vraag ontkennend. 46% geeft aan wel bepaalde winkels te missen. Mist u bepaalde winkels in de binnenstad? 2015, % 2015 nee

54

ja

46

Vervolgens is aan de panelleden die bepaalde winkels missen gevraagd om welke winkels het gaat. Het meest worden kleding- en schoenenwinkels van grote internationale ketens gemist, zoals Primark, Sting, Zara of Ziengs. Ook noemt men een (biologische) supermarkt. Beiden worden door bijna 30% van de ondervraagden genoemd. Op nummer drie staat het tegenoverstelde van nummer een: gevraagd wordt om unieke winkels die niet van een keten uitmaken.


28








Mist u bepaalde winkels in de binnenstad? 2015, % (open vraag, n = 781), 2015 Kleding- en schoenenwinkels (bijv. Primark, Sting, Zara , Ziengs)

28

(Biologische) supermarkt

27

Unieke winkels, niet onderdeel van een keten (bijv. boetiekjes)

18

Elektronicazaak (bijv. Media Markt)

13

Voedings- en genotsmiddelenwinkel (slager, groente, kaas, noten en wijn)

7

Winkel voor woninginrichting, tuincentrum, doe-het-zelf-zaak en/of bouwmarkt

7

Hobbywinkel (knutselen, handwerk, modelbouw)

5

Horecagelegenheid (fastfood, koffiehuis, restaurant met buitenlandse specialiteiten) Detailhandel non-food (cadeau-, bloemen, cosmeticawinkel, sportspeciaalzaak)

4

(Groter) warenhuis

3

3

Een op de tien mist bepaalde andere voorzieningen in de binnenstad Naast het missen van winkels, is de panelleden ook gevraagd of ze andere voorzieningen in de binnenstad missen. De meerderheid mist geen andere voorzieningen (87%). 13% van de panelleden geeft aan wel voorzieningen te missen. Mist u bepaalde voorzieningen (anders dan winkels) in de binnenstad? 2015, % 2015 nee

87

ja

13

Panelleden die bepaalde voorzieningen missen, geven het vaakst ‘openbare toiletten’ als antwoord (21%). De nummers twee, drie en vier worden ongeveer evenveel keer genoemd (circa 15%). Het gaat om gemis aan (goedkope) parkeerplaatsen, openbare voorzieningen en fietsvoorzieningen. Gemiste voorzieningen (anders dan winkels) in de binnenstad, 2015, %. (open vraag, n = 214) 2015 Openbare toiletten

21

Parkeerplaatsen auto (prijs, aantal)

16

Openbare voorzieningen (bankjes, prullenbak, groen)

15

Fietsvoorzieningen (stallingen, nietjes, fietspaden)

14

Recreatieve voorzieningen (schaatsbaan, poppodium, speeltuin)

7

Uitgaansmogelijkheden (discotheek, dancing, café)

7

Pinautomaten (westzijde binnenstad)

7

Bereikbaarheid met openbaar vervoer

5

Bioscoop

4

Ontmoetingsplaatsen

4

Toegankelijkheid voor invaliden

3

Grotere (zaterdag)markt

3

Postkantoor

2


29




6





Gezondheid en bewegen

Samenvatting De panelleden zijn zeer tevreden met de gezondheidsvoorzieningen in Purmerend. Zij geven gemiddeld een 7,7 als rapportcijfer. De panelleden beoordelen de eigen gezondheid met een 7,6. Ruim de helft (55%) van de panelleden voldoet aan de landelijke beweegnorm. Dit komt overeen met het landelijke percentage. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  De waardering van gezondheidsvoorzieningen in Purmerend  De beoordeling van de eigen gezondheid  De mate van beweging volgens de landelijke Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) Gezondheidsvoorzieningen krijgen goede beoordeling De panelleden zijn zeer tevreden over de gezondheidsvoorzieningen in Purmerend, zoals huisartsen, tandartsen en fysiotherapeuten. Met een gemiddeld rapportcijfer van 7,7 kunnen de gezondheidsvoorzieningen als 'goed' worden beschouwd. Tussen de Purmerendse wijken zit nagenoeg geen verschil in de waardering voor de gezondheidsvoorzieningen. Rapportcijfer gezondheidsvoorzieningen in Purmerend, naar wijk, 2015 Centrum rapportcijfer

Overwhere

7,8

Wheermolen

7,7

7,7

Gors 7,7

PurmerNoord

PurmerZuid

7,5

7,7

Weidevenne

Totaal

7,7

7,7

Wel is er een verschil in de waardering voor gezondheidsvoorzieningen tussen jongeren en ouderen. Oudere Purmerenders geven de gezondheidsvoorzieningen een hoger rapportcijfer dan jongeren: respectievelijk een 8,0 en een 7,5. Rapportcijfer gezondheidsvoorzieningen in Purmerend, naar leeftijd , 2015

rapportcijfer

15-39

40-64

65+

Totaal

7,5

7,7

8,0

7,7

De resultaten voor 2015 zijn gelijk aan die van 2013. Goede waardering eigen gezondheid De panelleden zijn zeer tevreden over hun eigen gezondheid. Zij geven zichzelf gemiddeld een 7,6. 5% beoordeelt de eigen gezondheid met een 5 of lager. Tussen de wijken zit bijna geen verschil. Rapportcijfer eigen gezondheid, naar wijk, 2015

rapportcijfer

Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

7,7

7,5

7,6

7,6

7,5

7,7

7,7

7,6


30








Opvallend is dat ook naar leeftijd er nauwelijks verschil is. 65-plussers geven een iets lager gemiddeld rapportcijfer. Rapportcijfer eigen gezondheid, naar leeftijd , 2015

rapportcijfer

15-39

40-64

65+

Totaal

7,7

7,6

7,4

7,6

Purmerenders bewegen overeenkomstig landelijk cijfer Om te kijken of Purmerenders voldoende bewegen is er aan de panelleden gevraagd hoeveel dagen in de week zij 30 minuten matig actief bewegen, zoals lopen, fietsen, sporten, tuinieren, zwaar lichamelijk werk, zwaar huishoudelijk werk et cetera, en daarmee voldoen aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB). Deze norm is: 

Minimaal 5 dagen per week, 30 minuten per dag, besteden aan matig actief bewegen. 1 Landelijk voldoet 56% van de Nederlanders aan de NNGB .

Van de Purmerenders voldoet 55% aan de NNGB beweegnorm en 45% niet. Dat is gelijk aan het landelijke percentage. Vrouwen voldoen vaker aan de beweegnorm dan mannen. Ook voldoen 65plussers er iets vaker aan dan jongere leeftijdscategorieën. De resultaten zijn gelijk aan die van 2013. Aandeel dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) naar leeftijd en geslacht, 2015, % 15-39

40-64

65+

Man

Vrouw

Totaal

Voldoet aan norm (≥5 dagen)

54

53

60

49

60

55

Voldoet niet aan norm (<5 dagen)

46

47

40

51

40

45

100

100

100

100

100

100

NNGB

totaal

Inwoners van het Centrum (61%) voldoen het meest aan de NNGB beweegnorm. Opvallend is het lage percentage bij inwoners van Weidevenne, slechts 46% voldoet aan de norm. De overige wijken zitten rond de 57%. De resultaten zijn gelijk aan die van 2013, alleen in Purmer-Zuid is het percentage dat voldoet aan de norm iets toegenomen van 54% naar 59%. Aandeel dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB), naar wijk , 2015, % Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

Voldoet aan norm (≥5 dagen)

61

56

57

55

56

59

46

55

Voldoet niet aan norm (<5 dagen)

39

44

43

45

44

41

54

45

100

100

100

NNGB

totaal

1

100

100

100

100

100

Bron: CBS Statline, leefstijl en (preventief) gezondheidsonderzoek, gegevens over 2014


31




7






Samenvatting Van de panelleden is 10% minder mobiel. Zij hebben moeite met het lopen van 800 meter zonder hulp van anderen en/of zonder hulpmiddelen. Toch kan maar 9% van deze groep de bestemmingen waar men naar toe wil slecht bereiken. De groep mensen dat slecht ter been is beoordeelt de geschiktheid van looproutes, de toegankelijkheid van winkels en de toegankelijkheid van openbare gebouwen met respectievelijk een 6,2, een 6,9 en een 7,4.

Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Of mensen in staat zijn 800 meter te lopen.  Mensen die dat niet kunnen: hoe goed kunnen zij bestemmingen bereiken.  De geschiktheid van looproutes, de toegankelijkheid van winkels en openbare gebouwen voor mensen die slecht ter been zijn.

Bereikbaarheid bestemmingen doorgaans goed De meeste panelleden geven aan dat zij gemakkelijk in staat zijn om 800 meter te lopen zonder hulp van anderen en/of hulpmiddelen. 10% is er minder goed toe in staat. Bent u in staat om zonder hulp van anderen en/of hulpmiddelen 800 meter te lopen? 2015 % ja, gemakkelijk

90

ja, met enige moeite

6

ja, met veel moeite

2

nee totaal

3 100

De 10% die moeite heeft om 800 meter te lopen kan merendeels toch de gewenste bestemmingen binnen Purmerend bereiken. 9% kan dit slecht of heel slecht. Hoe goed kunt u binnen Purmerend de bestemmingen, waar u naartoe wilt (zoals winkels, stadhuis, bibliotheek en dergelijke) bereiken? (alleen degenen die met enige moeite, met veel moeite of niet 800 meter kan lopen), 2015 in % % heel goed

9

goed

51

niet goed, niet slecht

29

slecht

6

heel slecht

3

n.v.t. ik wil nooit ergens heen

2

totaal

100


32








Goede toegankelijkheid openbare gebouwen Aan alle panelleden is gevraagd de geschiktheid van looproutes en de toegankelijkheid van winkels en openbare gebouwen te beoordelen voor mensen die slecht ter been zijn. Zij beoordelen de geschiktheid van looproutes in de buurt met een 6,6 als ruim voldoende. Ten opzichte van 2013 is dit licht gedaald. Toen was het nog 6,8. De toegankelijkheid van winkels wordt ook met een ruime voldoende beoordeeld, namelijk een 7,1. Iets hoger dan in 2013 (6,9). De toegankelijkheid van openbare gebouwen krijgt met een 7,5 een goede beoordeling. Deze beoordeling is gelijk aan 2013. Per wijk loopt de beoordeling van de geschiktheid van looproutes uiteen van 6,2 in Overwhere en Wheermolen naar 6,8 in Purmer-Zuid, Weidevenne en Centrum. Bovenstaande rapportcijfers worden gegeven door alle panelleden. Degenen die (enigszins) moeite hebben met lopen geven aan de geschiktheid van looproutes een lagere beoordeling (6,2). Aan de toegankelijkheid van winkels en openbare gebouwen geven zij een even hoge beoordeling.


33




8





Sociale cohesie in buurt en eenzaamheid

Samenvatting De panelleden reageren uiteenlopend op uitspraken die gaan over de sociale cohesie in de buurt. Een ruime meerderheid (66%) is het eens met de stelling 'de mensen in deze buurt gaan op een prettige manier met elkaar om'. Op de stelling ‘ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt’ reageert 53% positief. Over de stelling 'ik woon in een gezellige buurt met veel saamhorigheid’ is men verdeeld. De indexscore sociale cohesie bedraagt over heel Purmerend een 5,8 en loopt uiteen van een 5,5 in de Purmer-Noord en 5,6 in Weidevenne tot het hoogst in het Centrum (6,4). De indexscore voor Purmerend is gelijk aan 2013. Volgens de De Jong Gierveld eenzaamheidsschaal voelt 44% van de panelleden zich eenzaam: 36% voelt zich matig eenzaam en 8% voelt zich (zeer) ernstig eenzaam. Deze 8% komt overeen met het landelijke percentage. Sociale eenzaamheid komt vaker voor dan emotionele eenzaamheid. In Wheermolen komt meer eenzaamheid voor dan in de andere wijken. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  De reactie op uitspraken over de sociale samenhang in de buurt  De score op de index sociale cohesie  De mate waarin panelleden zich eenzaam voelen naar leeftijd en wijk  De mate waarin sociale en emotionele eenzaamheid voorkomt De vragen over eenzaamheid en de rapportage daarover zijn verzorgd door de GGD Zaanstreek-Waterland. Sociale kwaliteit van de woonomgeving De index sociale cohesie is een maat voor de sociale samenhang in de buurt. Deze wordt berekend op basis van vier stellingen waarmee men het in meer of mindere mate mee eens kan zijn: 'de mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks', 'in deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om', 'ik woon in een gezellige buurt, met veel saamhorigheid', en 'ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt'. Het indexcijfer is ingedeeld op een schaal van 0 tot 10, waarbij een hoger cijfer wijst op meer sociale samenhang. In de tabel op de volgende pagina is ook een uitspraak opgenomen die niet tot de index sociale cohesie behoort. Het gaat om de stelling 'de mensen in deze buurt delen dezelfde normen en waarden'. Het indexcijfer sociale cohesie is in Purmerend 5,8. Dit is gelijk aan 2013. Uit de volgende tabel blijkt dat de balans per stelling naar de positieve kant doorslaat. Het meest positief reageert men op de stelling 'in deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om'. 66% is het er (helemaal) mee eens terwijl 9% het er niet (helemaal) mee eens is. Ook op de stelling ‘ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt’ reageren panelleden positief: 53% is het hier (helemaal) mee eens; 14% is het er niet (helemaal) mee eens. Het minst positief reageert men op de stelling 'ik woon in een gezellige buurt met veel saamhorigheid'. 32% is het met deze stelling (helemaal) eens en 26% (helemaal) oneens.


34








Sociale cohesie: reactie op stellingen; 2015, % Helemaal mee eens

Mee Eens

Niet eens/niet oneens

Mee oneens

Helemaal mee oneens

Weet niet

Totaal

De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks

7

24

24

35

9

1

100

In deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om

8

58

23

7

2

2

100

5

27

40

20

6

2

100

7

46

31

10

4

2

100

4

34

32

15

7

9

100

Ik woon in een gezellige buurt, met veel saamhorigheid Ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt De mensen in deze buurt delen dezelfde normen en waarden

Per wijk zijn de verschillen niet groot. Alleen in het Centrum zijn er 3 stellingen waarop de afwijking meer dan 10% is van het gemiddelde. De wijk valt in positieve zin op. Van de Centrumbewoners is 55% het niet (helemaal) eens met de stelling “de mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks”; voor Purmerend gemiddeld is dat 44%. Met de stelling "ik woon in een gezellige buurt met veel saamhorigheid" is 48% van de Centrumbewoners het (helemaal) eens, terwijl dat gemiddeld over Purmerend 32% is. Tot slot de stelling “de mensen in deze buurt delen dezelfde normen en waarden”, hier is 49% van de Centrumbewoners het er (helemaal) mee eens, tegen 32% voor Purmerend. Dit verschil is ook terug te zien in de index sociale cohesie. Deze is in het Centrum 6,4 en het hoogst van alle wijken. Purmer-Noord (5,5) en Weidevenne (5,6) scoren het laagst op de index. De score op de index sociale cohesie is voor de stad en de meeste wijken ten opzichte van 2013 gelijk gebleven. Alleen voor de wijk Gors is deze gedaald van 6,1 naar 5,8. Sociale cohesie: reactie op stellingen in % (hoe hoger de percentages des te gunstiger) en index per wijk (hoe hoger het cijfer des te meer samenhang), 2015

De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks (% oneens) In deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om (% eens) Ik woon in een gezellige buurt, met veel saamhorigheid (% eens) Ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt (% eens) Index sociale cohesie (0-10) De mensen in deze buurt delen dezelfde normen en waarden

Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

55

46

47

41

37

47

41

44

73

67

67

63

61

73

59

66

48

29

37

29

28

35

25

32

60

52

54

50

46

58

51

52

6,4

5,9

6,0

5,8

5,5

6,1

5,6

5,8

49

36

32

40

30

47

35

38


35








Eenzaamheid Wat is eenzaamheid? Eenzaamheid is een persoonlijke subjectieve ervaring en moeilijk van buitenaf waar te nemen. Het is een negatieve situatie, gekenmerkt door gemis en teleurstelling. Eenzaamheid is iets anders dan alleen zijn, sociale isolatie en weinig steun krijgen van anderen. Alleen zijn wordt door diegene die alleen is niet altijd opgevat als iets negatiefs; eenzaamheid wel. Eenzaamheid meten De GGD Zaanstreek-Waterland meet eenzaamheid met de eenzaamheidsschaal van de De Jong Gierveld. Dit is de meest bekende Nederlandse vragenlijst om eenzaamheid te meten. Deze schaal bestaat uit elf uitspraken. Voorafgaand aan de uitspraken staat de vraag: “Wilt u van elk van de volgende uitspraken aangeven in hoeverre die op u, zoals u de laatste tijd bent, van toepassing is?” Panelleden konden antwoorden met nee, min of meer en ja. Iemand is eenzaam bij minstens drie ongunstige scores op alle 11 items. Sociale en emotionele eenzaamheid De De Jong Gierveld eenzaamheidsschaal meet daarnaast ook twee soorten van eenzaamheid: sociale en emotionele eenzaamheid. Sociale eenzaamheid is het gemis aan een betekenisvolle relatie met een bredere groep mensen zoals kennissen, buurtgenoten en mensen met dezelfde belangstelling. Sociale eenzaamheid wordt gemeten met onder andere de uitspraak ‘ik mis een echt goede vriend of vriendin’. Emotionele eenzaamheid is het gemis van een intieme relatie, een emotionele band met een partner of een vriendin. Een uitspraak voor het meten van emotionele eenzaamheid is bijvoorbeeld ‘Wanneer ik daar behoefte aan heb, kan ik altijd bij mijn vrienden terecht.’ De uitspraken behorende bij de eenzaamheidsschaal staan in de volgende tabel. Aangegeven is welke uitspraken behoren bij sociale eenzaamheid (S) en welke bij emotionele eenzaamheid (E).


36








Reactie op 11 uitspraken van de De Jong Gierveld eenzaamheidsschaal; 2015, % ja

min of meer

nee

totaal

54

31

15

100

Ik mis een echt goede vriend of vriendin. (E)

8

13

79

100

Ik ervaar een leegte om mij heen. (E)

3

12

85

100

69

23

8

100

Ik mis gezelligheid om mij heen. (E)

7

13

79

100

Ik vind mijn kring van kennissen te beperkt. (E)

9

17

74

100

Ik heb veel mensen op wie ik volledig kan vertrouwen. (S)

52

32

16

100

Er zijn voldoende mensen met wie ik me nauw verbonden voel. (S)

60

27

13

100

Ik mis mensen om mij heen. (E)

3

12

85

100

Vaak voel ik me in de steek gelaten. (E)

2

8

90

100

73

23

4

100

Er is altijd wel iemand in mijn omgeving bij wie ik met mijn dagelijkse probleempjes terecht kan. (S)

Er zijn genoeg mensen op wie ik in geval van narigheid kan terugvallen. (S)

Wanneer ik daar behoefte aan heb, kan ik altijd bij mijn vrienden terecht. (S) S = sociale eenzaamheid, E = emotionele eenzaamheid

8% voelt zich (zeer) ernstig eenzaam Volgens de eenzaamheidsschaal voelt 44% van de Purmerenders zich eenzaam: 36% voelt zich matig eenzaam en 8% voelt zich (zeer) ernstig eenzaam. Deze 8% is overeenkomstig het landelijke cijfer (2013). Eenzaamheid komt niet alleen bij ouderen voor, ook 15 tot en met 39 jarigen zijn eenzaam (37%, waarvan 7% ernstig eenzaam). Eenzaamheid komt wel vaker voor onder 65-plussers. De helft van de 65-plussers in Purmerend voelt zich eenzaam, en 1 op de tien voelt zich (zeer) ernstig eenzaam.


37








Eenzaamheid naar wijk: Wheermolen valt op Kijken we naar de resultaten per wijk, dan valt Wheermolen op. In deze wijk voelen inwoners zich vaker eenzaam: 54% tegen 44% in Purmerend totaal. Het gaat dan vooral om meer matig eenzaam voelen. Percentage panelleden dat zich eenzaam voelt volgens de Jong Gierveld eenzaamheidsschaal naar wijk; 2015, %

Eenzaam

Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

38

46

54

45

46

40

41

44

33

39

45

36

36

33

35

36

5

7

9

9

10

7

6

8

Waarvan: - Matig eenzaam - (zeer) Ernstig eenzaam

Emotionele en sociale eenzaamheid Zoals gezegd zijn er 2 soorten eenzaamheid: sociale eenzaamheid en emotionele eenzaamheid. Sociale eenzaamheid komt vaker voor dan emotionele eenzaamheid (48% versus 24%). In de wijk Wheermolen komt zowel sociale eenzaamheid als emotionele eenzaamheid vaker voor dan gemiddeld in Purmerend. In Wheermolen komt sociale eenzaamheid bij 58% van de panelleden voor tegen 48% in Purmerend. Voor emotionele eenzaamheid zijn de cijfers 30% om 24%. Percentage panelleden dat zich sociaal en emotioneel eenzaam voelt volgens de Jong Gierveld eenzaamheidsschaal, naar wijk; 2015, % Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

Sociaal eenzaam

46

50

58

47

50

47

43

48

Emotioneel eenzaam

18

27

30

26

27

20

22

24

%


38




9





Discriminatie

Samenvatting Van de panelleden voelde 9% zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd. Dit is hoger dan in 2012 (6%). De meest genoemde reden is leeftijdsdiscriminatie en discriminatie vanwege huidskleur, etniciteit en afkomst. De discriminatie vond vooral plaats op straat in het openbaar en door de politiek. 7% heeft aangifte gedaan bij politie of een bureau voor discriminatie. De anderen deden geen aangifte, vooral omdat dit volgens hen geen zin had of omdat ze het niet nodig vonden. Veruit de meeste panelleden hebben geen moeite met mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn. Maar zoenen in het openbaar door mensen van hetzelfde geslacht geeft bij meer panelleden aanstoot dan bij het zoenen door heteroseksuelen. Opvallend is dat een klein aantal zich gediscrimineerd voelt vanwege het Nederlander zijn. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Of panelleden zich gediscrimineerd hebben gevoeld en om welke reden  Waar ze zich gediscrimineerd gevoeld hebben  Of men aangifte heeft gedaan  Reactie op een aantal voorgelegde uitspraken over homoseksuelen, biseksuelen en transgenders In 2012 is ook via het internetpanel onderzoek gedaan naar discriminatie. Daar waar mogelijk worden de resultaten naast 2015 gelegd. Bijna een op de tien voelt zich gediscrimineerd Van de panelleden heeft 9% (145) zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd gevoeld. Dit is significant hoger dan in 2012, toen was het 6%. Degenen die zich gediscrimineerd voelen noemen als reden vooral leeftijdsdiscriminatie (26%) of discriminatie vanwege huidskleur, etniciteit of afkomst (25%). Ten opzichte van 2012 is de ervaren leeftijdsdiscriminatie toegenomen. Toen was het 14% tegen 26% nu. Opvallend is het hoge aandeel ‘anders’, 61 panelleden vulden dit (ook) in. Van hen geven 26 personen aan zich gediscrimineerd te voelen omdat zij Nederlander zijn, en zich achtergesteld voelen bij vluchtelingen die naar hun gevoel voorrang krijgen bij woning, werk, geld. De antwoorden weerspiegelen waarschijnlijk de vluchtelingendebatten die in Purmerend en Nederland plaatsvonden ten tijde van de enquête. Zo ook 4 personen die zich gediscrimineerd voelen omdat ze voor de ‘zwarte piet’ zijn. Ook genoemd zijn gediscrimineerd voelen door de overheid of burgemeester (5x) of bij het solliciteren (3x).


39








Aandeel panelleden dat zich gediscrimineerd voelt, en om welke reden. 2015, % 2015 Heeft u zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd gevoeld? ja

9

nee

91

totaal

100

Zo ja, om welke reden voelde u zich gediscrimineerd? (meer dan één antwoord mogelijk) vanwege mijn leeftijd

26

vanwege mijn huidskleur, etniciteit of afkomst

25

vanwege mijn geslacht

12

omdat ik een handicap heb

9

vanwege mijn geloof

8

vanwege mijn uiterlijk anders dan huidskleur

5

omdat ik lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender ben

2

anders

43

Vooral op straat in het openbaar en door de politiek Aan de mensen die zich gediscrimineerd voelden is gevraagd waar zij zich zo voelden. Het meest genoemd is op straat in het openbaar (37%) en door de politiek (36%). Rond de 20% noemt in een winkel, door de media, bij het zoeken naar werk en bij de gemeente. Waar voelde u zich gediscrimineerd? 2015, % (n=145) 2015 op straat in het openbaar

37

door de politiek

36

in een winkel

23

door de media

21

bij het zoeken naar werk

20

bij de gemeente

19

op het werk

11

bij het zoeken naar een woning

10

bij het uitgaan

8

op school, de opleiding

7

bij familie, vrienden en/of kennissen

7

in het verenigingsleven, sport of vrijwilligerswerk

6

ergens anders

18

Ten opzichte van 2012 wordt nu opvallend vaker aangegeven dat men zich gediscrimineerd voelt door de politiek, de gemeente en de media. Minder genoemd is op straat in het openbaar. Weinig mensen doen aangifte Aan de mensen die zich gediscrimineerd voelden is gevraagd of zij aangifte hebben gedaan bij de politie of een meldpunt voor discriminatie. 7% heeft dit gedaan. Dit is iets meer dan in 2012, toen was het 2%. Aan degenen die dit niet hebben gedaan is gevraagd waarom niet. De meest genoemde reden is ‘heeft geen zin’ (58x). Dit is omdat er volgens hen niets mee gedaan wordt of omdat er niets


40








aan gedaan kan worden. 29 keer genoemd is dat het niet nodig was, geen behoefte aan was, het niet ernstig genoeg was of omdat men het liever wilde negeren. Waarom heeft u geen aangifte gedaan? (open vraag, n=128) 2015, aantal 2015 heeft geen zin

58x

niet nodig/ geen behoefte/ niet ernstig genoeg/negeren

29x

aangifte kan niet, niet strafbaar (politiek, gedrag)

11x

geen bewijs

9x

te veel gedoe

4x

overig

17x

Meesten hebben geen problemen met mensen die homo, lesbisch, bi of transgender zijn De panelleden is een aantal uitspraken voorgelegd over mensen die homoseksueel, lesbisch, biseksueel of transgender zijn. Vrijwel alle panelleden hebben geen probleem met deze mensen. Ook is vrijwel iedereen het er over eens dat je mensen die homoseksueel, lesbisch, biseksueel of transgender zijn niet mag lastigvallen. Echter, 3% is het hier niet mee eens en 4% neemt een neutrale houding aan. Een klein percentage (1 tot 9% van de panelleden) vindt dat:  homoseksuele paren geen kinderen mogen opvoeden (9%)  het een probleem is als zijn of haar eigen kind met een partner van hetzelfde geslacht samenwoont (3%).  het een probleem is als zijn of haar eigen zoon of dochter homo, lesbisch, biseksueel of transgender was (3%)  zou het een probleem vinden als zijn of haar kind op school les krijgt van een lesbische, homoseksuele, biseksuele of transgender leerkracht (1%). Een hoger percentage (22%) vindt het aanstootgevend als twee mannen in het openbaar zoenen. Als twee vrouwen dat doen, vindt 17% dat aanstootgevend en als een man en een vrouw dat doen vindt 13% het aanstootgevend. 8% heeft er minder moeite mee dat een man en een vrouw hand in hand lopen dan dat twee mannen dat doen.


41








Reactie op verschillende uitspraken, 2015, % Mee eens

Neutraal

Mee oneens

Weet niet/ Nvt

Totaal

1

5

93

2

100

Ik vind dat lesbische of homoseksuele paren kinderen mogen opvoeden.

75

14

9

2

100

Ik vind dat je lesbische mensen, homoseksuelen, biseksuelen of transgenders niet mag lastigvallen.

91

4

3

2

100

Ik zou het een probleem vinden als mijn zoon of dochter samenwoont met een partner van hetzelfde geslacht.

3

11

78

8

100

Ik zou het een probleem vinden als mijn zoon of dochter homo, lesbisch, biseksueel of transgender was.

3

10

78

9

100

Ik zou het een probleem vinden als mijn kind op school les krijgt van een lesbische, homoseksuele, biseksuele of transgender leerkracht.

1

6

87

6

100

Ik vind het aanstootgevend als twee mannen in het openbaar zoenen.

22

34

42

2

100

Ik vind het aanstootgevend als twee vrouwen in het openbaar zoenen.

17

35

46

2

100

Ik vind het aanstootgevend als een man en een vrouw in het openbaar zoenen.

13

34

51

1

100

8

16

74

2

100

Ik heb problemen met mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn.

Als ik een man en een vrouw hand in hand zie lopen heb ik daar minder moeite mee dan wanneer ik twee mannen hand.

De resultaten lijken op die van 2012. Er is een kleine verandering ten aanzien van de uitspraken over het zoenen in het openbaar en hand in hand lopen. Iets minder mensen hebben daar in 2015 moeite mee.


42




10





Vrijwilligerswerk en mantelzorg

Samenvatting Bijna de helft (45%) van de panelleden zet zich in voor de buurt, een vereniging of organisatie, een school of een naaste (niet uit het eigen gezin). Daarnaast is nog ongeveer een kwart bereid zich in te zetten. Een derde deel is daartoe niet bereid. Mensen die zich nu al inzetten doen dit vooral voor sporten hobbyvereniging, of zorg voor familie of vrienden (niet eigen gezin). Mensen die bereid zijn het te doen denken vooral aan hulp geven aan buren of hulpbehoevenden en zorg voor familie of vrienden (niet eigen gezin). Inzet voor een sport- of hobbyvereniging staat met afstand op de derde plaats. 18% van de panelleden geeft momenteel mantelzorg: 7% doet dit voor minstens 8 uur per week en 11% voor 7 uur per week of minder. Het percentage dat mantelzorg geeft is onder 40-plussers groter dan onder jongeren tot 40 jaar. 44% van de mantelzorgers ervaart het geven van mantelzorg als een hoge belasting. Omgerekend naar alle panelleden geldt dit voor 8%. Van de mantelzorgers (ongeacht aantal uren) krijgt 15% ondersteuning en 12% zou het willen krijgen. Er is vooral behoefte aan iemand die het af en toe overneemt en aan advies en informatie. Van de panelleden is de helft bereid (meer) mantelzorg te geven als de situatie daar om vraagt. Een derde deel weet het niet en 15% is daar niet toe bereid. Eveneens de helft is bereid in hun buurt een mantelzorger te ondersteunen door bijvoorbeeld het af en toe over te nemen of eens een boodschap te doen. Een derde weet het niet, 20% is daar niet toe bereid. 17% verwacht zeker of waarschijnlijk bij ziekte en hulpbehoevendheid onvoldoende hulp te krijgen van de mensen om zich heen. 19% geeft aan zich licht tot sterk belemmerd te voelen in het dagelijks functioneren. Deze 19% is pessimistischer in het verkrijgen van hulp bij ziekte en hulpbehoevendheid dan degenen die zich niet belemmerd voelen. Van degenen die langdurig ziek zijn, een aandoening of handicap hebben krijgt 12% steun via een organisatie bij het dagelijks functioneren: 9% op basis van een indicatie en 3% niet op basis van een indicatie. De meerderheid (89%) krijgt geen steun. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Of panelleden zich vrijwillig inzetten voor de maatschappij of daartoe bereid zijn  Of panelleden mantelzorg geven of daartoe bereid zijn  Voor hoeveel uur men mantelzorg geeft en hoe belastend dit is  Of er behoefte is aan ondersteuning  Of men zelf een vangnet heeft bij ziekte  Of men belemmerd is in het dagelijks functioneren  Of men steun krijgt via een organisatie bij het dagelijks functioneren Bijna de helft doet vrijwilligerswerk De panelleden is gevraagd of ze zich vrijwillig inzetten voor de maatschappij, zoals voor de buurt, een vereniging of organisatie, een school, een naaste (niet uit eigen gezin), etc. Bijna de helft (45%) zegt dit te doen; 22% doet dit nu niet maar is er wel toe bereid. Een derde deel doet het nu niet en is er ook niet toe bereid. 40-plussers zetten zich vaker in voor de maatschappij dan jongeren. Opmerkelijk is dat


43








de bereidheid onderen jongeren groter dan onder ouderen. Tussen mannen en vrouwen is nagenoeg geen verschil. In 2013 is een soortgelijke vraag gesteld. Toen gaven minder mensen aan zich in te zetten voor de maatschappij: 36% toen tegen 45% nu. Het percentage bereid zijn was iets hoger: 26% toen tegen 22% nu. Zet u zich vrijwillig in voor de buurt, een vereniging of organisatie, een school een naaste (niet uit eigen gezin) etc.? 2015, % 15-39

40-64

65+

Man

Vrouw

Totaal

ja

39

47

49

43

47

45

nee, maar ben er wel toe bereid

27

22

15

23

21

22

nee, en ik ben er ook niet toe bereid

34

31

37

35

31

33

100

100

100

100

100

100

totaal

Bereidheid aanwezig om hulp te geven aan buren en hulpbehoevenden Onder degenen die zich vrijwillig inzetten voor de maatschappij, is iets doen voor een sport- of hobbyvereniging het populairst (38%). Gevolgd door zorg voor familie of vrienden (niet eigen gezin) (29%) en inzet voor een school (21%). Het geven van hulp aan buren of hulpbehoevenden staat op een vierde plaats (18%). Waarvoor zet u zich nu in als vrijwilliger? 2015, % meer dan één antwoord mogelijk 2015 voor een sport- of hobbyvereniging

38

zorg voor familie/vrienden (niet eigen gezin)

29

voor een school

21

voor buren/hulpbehoevenden (klusjes, boodschappen, oppas)

18

hulp en ondersteuning via een organisatie

16

als collectant

10

voor de buurt (buurtevenementen, wijken buurtcentra, etc.)

10

voor een evenement

9

voor een kerk

8

voor een natuur- of dierenorganisatie

7

voor de politiek

3

anders


22

44








Bij degenen die aangeven nu geen vrijwilligerswerk te doen maar daartoe wel bereid zijn, staan dezelfde zaken in de top vier, alleen in een andere volgorde. Hulp geven aan buren of hulpbehoevenden staat veruit op de eerste plaats (51%). Zorg voor familie of vrienden (niet uit eigen gezin) scoort ook hoog (42%). Inzet voor een sport- of hobbyvereniging staat met afstand op de derde plaats (32%), gevolgd door inzet voor een school (28%).

Waarvoor zou u zich vrijwillig willen inzetten? 2015, % meer dan één antwoord mogelijk 2015 voor buren/hulpbehoevenden (klusjes, boodschappen, oppas)

51

zorg voor familie/vrienden (niet eigen gezin)

42

voor een sport- of hobbyvereniging

32

voor een school

28

voor een natuur- of dierenorganisatie

26

hulp en ondersteuning via een organisatie

23

voor een evenement

21

voor de buurt (buurtevenementen, wijken buurtcentra, etc.)

16

voor de politiek

14

als collectant

6

voor een kerk

5

anders

8

Een kwart geeft mantelzorg of heeft die gegeven Mantelzorg is de zorg die men geeft aan een bekende zoals een partner, ouders, kind, buren of vrienden als deze persoon voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Deze zorg kan bestaan uit het huishouden doen, wassen en aankleden, gezelschap houden, vervoer, geldzaken regelen, enzovoorts. Mantelzorg wordt niet betaald. Van de panelleden geeft 18% nu mantelzorg. 8% geeft nu geen mantelzorg meer maar heeft dit wel de afgelopen 12 maanden gegeven. Onder de 40-plussers geven meer mensen mantelzorg dan onder jongeren. Vrouwen geven iets meer mantelzorg of hebben dat gegeven dan mannen. In de definitie van mantelzorg van de Rijksoverheid wordt iemand als mantelzorger beschouwd als hij of zij dat minstens 8 uur per week doet. Volgens deze definitie hoort 7% van de panelleden daartoe. 11% geeft minder dan 8 uur per week mantelzorg. De percentages zijn gelijk aan 2013. Aan de 18% die nu mantelzorg geeft (ongeacht het aantal uren) is gevraagd hoe belast zij zich voelen door het geven van de mantelzorg. Gevraagd is dit uit te drukken in een cijfer van 1 tot en met 10. 44% geeft aan de belasting hoog te vinden; zij geven een cijfer 6 of hoger. Rekenen we dit om naar alle panelleden dat ervaart 8% van de panelleden een hoge belasting door het geven van mantelzorg.


45








Het geven van mantelzorg naar aantal uren en mate van belasting (% van alle panelleden), 2015 15-39

40-64

65+

Man

Vrouw

Totaal

19

18

geeft u momenteel mantelzorg of heeft u de afgelopen 12 maanden mantelzorg gegeven? ja, ik geef die mantelzorg nog

7

ja, maar ik geef die mantelzorg nu niet meer nee totaal

23

21

16

5

7

13

6

9

8

88

71

67

78

72

75

100

100

100

100

100

100

15

12

10

12

11

hoeveel uur mantelzorg geeft u momenteel gemiddeld per week? t/m 7 uur per week

3

8 uur of meer

4

8

8

6

7

7

totaal dat nu mantelzorg geeft

7

23

21

16

19

18

alles bij elkaar genomen hoe belast voelt u zich door het geven van mantelzorg? 1=helemaal niet belast, 10=zeer sterk belast mate van belasting 1 t/m 5

3

11

12

8

9

9

mate van belasting 6 t/m 10

4

10

7

7

8

8

geen mate van belasting ingevuld

0

1

2

1

1

1

totaal dat nu mantelzorg geeft

7

23

21

16

19

18

De resultaten komen nagenoeg overeen met de resultaten van 2013. Een kwart van de mantelzorgers krijgt ondersteuning of heeft behoefte daaraan Aan degenen die nu mantelzorg geven (ongeacht aantal uren) is gevraagd of ze behoefte hebben aan ondersteuning bij hun inzet als mantelzorger. Driekwart heeft daar geen behoefte aan. 15% krijgt al ondersteuning. 12% krijgt nog geen ondersteuning maar heeft er wel behoefte aan. Het maakt echter uit hoeveel uur men mantelzorg geeft en hoe belastend men dit ervaart. Mensen die 8 uur of meer mantelzorg geven krijgen meer ondersteuning (26%) en hebben meer behoefte (21%) dan mensen die 7 uur of minder mantelzorg geven. Voor mensen die het zwaar vinden (die cijfer 6 t/m 10 gaven) geldt ook dat zij meer ondersteuning krijgen en daar meer behoefte aan hebben dan mensen die het minder zwaar vinden. In 2013 kregen minder mensen ondersteuning, namelijk 6% tegen 15% nu. Ook was er toen minder behoefte aan ondersteuning: 5% in 2013 en 12% in 2015.


46








Ondersteuning van mensen die nu mantelzorg geven naar ervaren zwaarte en aantal uren mantelzorg, 2015, % t/m 7 uur

8 uur of meer

zwaarte 1 t/m 5

zwaarte 6 t/m 10

Totaal

9

26

9

24

15

Heeft u behoefte aan ondersteuning bij uw inzet als mantelzorger? ja, ik krijg het al ja, maar ik krijg het nog niet nee totaal

6

21

4

21

12

86

53

87

55

73

100

100

100

100

100

Aan de mantelzorgers die al ondersteuning krijgen of nog niet krijgen maar wel behoefte hebben is gevraagd wat voor ondersteuning zij wensen. Het meest genoemd is ‘iemand die het af en toe overneemt’ (49%). ‘Advies en informatie’ volgt met 35% op de tweede plaats. Aan welke vorm van ondersteuning heeft u behoefte? 2015, (% van degenen die al ondersteuning krijgen of behoefte hebben) meer dan één antwoord mogelijk 2015 iemand die het af en toe overneemt

49%

advies en informatie

35%

geestelijke ondersteuning

29%

hulp bij het eigen huishouden, boodschappen e.d.

27%

anders

9%

De helft van de panelleden is bereid zo nodig (meer) mantelzorg te geven Aan alle panelleden is gevraagd of zij bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie daar om vraagt. De helft is daartoe bereid, een derde deel weet het niet. 15% is daar niet toe bereid. Onder de 65-plussers is dat laatste percentage hoger, namelijk 24%. Tussen mannen en vrouwen is geen verschil. Zou u bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie erom vraagt? 2015, % 15-39

40-64

65+

Man

Vrouw

Totaal

ja

53

55

40

50

52

51

nee

11

14

24

15

16

15

weet niet

36

31

36

35

33

34

100

100

100

100

100

100

totaal

Ook is gevraagd of men bereid is in hun buurt een mantelzorger te ondersteunen door bijvoorbeeld het af en toe over te nemen of eens een boodschap te doen. Bijna de helft (48%) wil dat wel, een derde weet het niet, 20% is daar niet toe bereid. De bereidheid is onder 65-plussers hoger dan bij de andere leeftijden en bij vrouwen hoger dan bij mannen.

Zou u bereid zijn iemand in uw buurt die mantelzorg geeft te ondersteunen? 2015, % 15-39

40-64

65+

Man

Vrouw

Totaal

ja

45

46

55

44

51

48

nee

19

21

17

23

17

20

weet niet totaal

36

33

28

33

33

33

100

100

100

100

100

100


47








17% verwacht zeker of waarschijnlijk onvoldoende hulp bij ziekte en hulpbehoevendheid Aan de panelleden is de volgende vraag voorgelegd: Stel dat u voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt bent. Heeft u dan het idee dat er voldoende mensen (familie, vrienden, kennissen, buren) om u heen zijn die u kunnen helpen? Driekwart van de panelleden verwacht dat er in dat geval (waarschijnlijk) voldoende hulp voor hen is. 13% denkt dat er waarschijnlijk onvoldoende mensen zijn om hen te helpen en 4% weet het zeker dat er onvoldoende mensen zijn. 15-39 jarigen zijn stelliger in hun verwachting van verkrijgen van hulp dan ouderen. In 2013 waren meer mensen die onvoldoende hulp verwachtten bij ziekte. Toen zei 17% waarschijnlijk niet en 6% zeker niet.

Stel dat u voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt bent. Heeft u dan het idee dat er voldoende mensen om u heen zijn die u kunnen helpen? 2015, % 15-39

40-64

65+

Totaal

zeer zeker

38

25

22

28

waarschijnlijk wel

43

49

52

48

waarschijnlijk niet

11

14

16

13

zeker niet

3

5

3

4

weet niet

6

6

7

6

100

100

100

100

totaal

19% voelt zich licht tot sterk belemmerd in dagelijks functioneren Van de panelleden voelt 13% zich licht belemmerd in het dagelijks functioneren als gevolg van een langdurige ziekte, aandoening of handicap. 6% voelt zich sterk belemmerd. Opmerkelijk is dat er naar leeftijd geen verschil is. Degenen die licht of sterk belemmerd zijn in het dagelijks functioneren, zijn pessimistischer over het verkrijgen van hulp van mensen om zich heen dan degenen die niet belemmerd zijn. Zo denkt 36% van de mensen die sterk belemmerd zijn dat er waarschijnlijk of zeker onvoldoende hulp is van mensen om zich heen. Bij degenen die niet belemmerd zijn is dit 14%.

In welke mate voelt u zich, als gevolg van een langdurige ziekte, aandoening of handicap, belemmerd in uw dagelijks functioneren? 2015, % 15-39

40-64

65+

Totaal

75

78

75

76

niet belemmerd

4

3

6

4

licht belemmerd

14

12

14

13

sterk belemmerd

7

6

5

6

100

100

100

100

niet van toepassing (niet langdurig ziek etc.)

totaal


48








Van degenen die aangeven zich niet, licht of sterk belemmerd te voelen, geeft 12% aan steun via een organisatie te krijgen bij het dagelijks functioneren: 9% op basis van een indicatie en 3% niet op basis van een indicatie. De meerderheid (89%) krijgt geen steun. Krijgt u steun via een organisatie bij uw dagelijks functioneren? meer dan een antwoord mogelijk, 2015, (% van degenen die zich niet, licht of sterk belemmerd voelen) 2015 ja, op basis van een indicatie

9

ja, niet op basis van een indicatie

3

nee


89

49




11





Woning

Samenvatting De panelleden zijn zeer tevreden over de kwaliteit van hun woning, zij geven hiervoor een 8,0. In Purmer-Zuid en Weidevenne is men het meest tevreden. De oudere inwoners zijn tevredener dan de jongere. Mensen in een koopwoning (8,2) geven hun woning een hoger cijfer dan huurders (7,2). Bewoners van eengezinswoningen (8,1) zijn iets meer tevreden dan bewoners van gestapelde woningen (7,8). Panelleden die belemmerd zijn in hun dagelijks functioneren geven een lager cijfer dan degenen die dat niet zijn. Inleiding In dit hoofdstuk komt maar een korte vraag aan de orde, namelijk:  De beoordeling van de kwaliteit van de woning Kwaliteit woning krijgt goede beoordeling De panelleden zijn zeer tevreden over de kwaliteit van de eigen woning. Zij waarderen het met een 8,0 gemiddeld. In alle wijken scoort het hoog. Het meest tevreden zijn degenen die wonen in PurmerZuid (8,3) en Weidevenne (8,4). Iets lagere cijfers geven bewoners van Purmer-Noord (7,7), Overwhere (7,8) en Wheermolen (7,8), maar ook dit is te classificeren als ‘goed’. Ten opzichte van 2013 geven bewoners van Overwhere nu een iets hoger cijfer: van 7,5 naar 7,8. Rapportcijfer voor de kwaliteit van de woning, naar wijk, 2015 Centrum

Overwhere

Wheermolen

Gors

PurmerNoord

PurmerZuid

Weidevenne

Totaal

2013

7,9

7,5

7,6

8,1

7,8

8,1

8,3

7,9

2015

8,0

7,8

7,8

8,0

7,7

8,3

8,4

8,0

Naar leeftijd neemt de tevredenheid met de woning toe. 15-39 jarigen geven de kwaliteit van de woning een 7,8, 65+geven een 8,3. Rapportcijfer voor de kwaliteit van de woning, naar leeftijd , 2015

rapportcijfer


50

15-39

40-64

65+

Totaal

7,8

8,0

8,3

8,0








Bewoners van een koopwoning geven hun woning een hoger rapportcijfer (8,2) dan bewoners van een huurwoning (7,2). Dit was ook zo in 2013. Van de bewoners van huurwoningen geeft 10% een cijfer 5 of lager. Bij bewoners van koopwoningen is dat 1%. Er is een klein verschil tussen de waardering van een eengezinswoning en een gestapelde woning: eengezinswoningen worden iets hoger gewaardeerd.

Mensen die aangeven licht of sterk belemmerd te zijn in hun dagelijks functioneren, als gevolg van een ziekte, aandoening of handicap (zie vorig hoofdstuk), geven de kwaliteit van hun woning een (iets) lager cijfer dan mensen die niet belemmerd zijn, of niet ziek. Met name mensen die sterk belemmerd zijn geven een lager cijfer, namelijk een 7,6. Dit is alsnog te classificeren als ‘goed’. Rapportcijfer voor de kwaliteit van de woning, naar mate van belemmering in dagelijks functioneren, 2015 rapportcijfer kwaliteit woning In welke mate voelt u zich, als gevolg van een langdurige ziekte, aandoening of handicap, belemmerd in uw dagelijks functioneren? niet van toepassing (niet langdurig ziek etc.)

8,1

niet belemmerd

8,1

licht belemmerd

7,9

sterk belemmerd

7,6

totaal

8,0


51




12





Inkomen en schulden

Samenvatting Bijna een kwart van de panelleden kan moeilijk, of eerder moeilijk dan gemakkelijk rondkomen van het huishoudensinkomen. Bij panelleden zonder partner (32%) is dit percentage hoger dan bij degene met partner (20%). In Purmer-Noord wonen relatief de meeste mensen die moeite hebben met rondkomen (31%). Zeer weinig panelleden (1%) hebben de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt van instanties die hulp bieden bij het aanpakken van schulden. 1% heeft hier geen gebruik van gemaakt maar vindt dit wel nodig. Inleiding In dit hoofdstuk komt aan de orde:  Of panelleden kunnen rondkomen van het huishoudeninkomen  Of panelleden hulp hebben gehad bij het aanpakken van schulden Bijna een kwart heeft (enigszins) moeite met rondkomen Van de panelleden geeft 23% aan dat hun huishouden moeilijk, of eerder moeilijk dan gemakkelijk kan rondkomen van het inkomen. 71% kan gemakkelijk, of eerder gemakkelijk dan moeilijk rondkomen. De percentages tussen de jaren verschillen hier en daar maar niet sterk. Het lijkt erop dat de negatieve ontwikkeling van 2011 op 2013 nu tot staan is gebracht. . Hoe goed kunt u rondkomen met uw huishoudeninkomen? 2015, % 2011 moeilijk

2013

2015

3

4

5

eerder moeilijk dan gemakkelijk

18

22

18

eerder gemakkelijk dan moeilijk

32

32

28

gemakkelijk

44

37

43

weet niet totaal

3

5

6

100

100

100

Panelleden die zonder partner wonen hebben het gemiddeld moeilijker dan degenen die met partner wonen. 32% kan moeilijk, of eerder moeilijk dan gemakkelijk rondkomen van het huishoudeninkomen. Bij mensen met een partner is dit 20%. Rondkomen met huishoudeninkomen naar aanwezigheid partner, 2015, % woont met partner moeilijk

woont zonder partner

totaal

4

9

5


16

23

18


28

30

28

gemakkelijk

49

37

43

weet niet totaal


3

2

6

100

100

100

52








In Purmer-Zuid (18%) en Weidevenne (17%) is het percentage dat moeilijk, of eerder moeilijk dan gemakkelijk kan rondkomen het laagst. In Purmer-Noord is dit het hoogst (31%). Hoe goed kunt u rondkomen met uw huishoudinkomen? Naar wijk, 2015, % Centrum moeilijk

Overwhere

Wheermolen

Gors

Purmer - Noord

Purmer - Zuid

Weidevenne

Totaal

2

6

5

4

7

4

4

5


20

17

17

21

24

14

13

18


31

32

28

25

25

28

28

28

gemakkelijk

40

40

44

44

38

47

48

43

weet niet totaal

6

4

6

5

6

7

6

6

100

100

100

100

100

100

100

100

Bijna geen gebruik hulp van schuldhulpverlening Heel weinig panelleden (1%) hebben de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt van instanties die helpen bij het aanpakken van schulden. Eveneens 1% heeft er geen gebruik van gemaakt maar vindt dat het wel nodig is. De overige 98% heeft er geen gebruik van gemaakt en vindt het ook niet nodig. Dit is ten opzichte van 2011 en 2013 niet veranderd. Selecteren we alleen de groep mensen die aangeven moeilijk rond te komen (5%) dan heeft van hen 6% gebruik gemaakt van schuldhulpinstanties. 10% heeft dit niet gedaan, maar vindt dit wel nodig. De overige 84% heeft er geen gebruik van gemaakt en vindt dit ook niet nodig.


53








Vragenlijst


54


WIJKACCOMMODATIES, BUURTPUNTEN

1. Heeft u de afgelopen twee jaar wel eens een wijkaccommodatie/buurtpunt bezocht? Meer dan één antwoord mogelijk. Kijk even bij de volgende vraag welke accommodaties worden bedoeld. ja, in mijn eigen wijk ja, in een andere wijk ja, buiten Purmerend nee

2. Welke wijkaccommodaties of buurtpunten in Purmerend heeft u de afgelopen twee jaar bezocht? Meer dan één antwoord mogelijk. geen wijkplein de Populier (ook wel Rusthoeve genoemd) wijkplein Where (ook wel Triton genoemd) wijkplein Weidevenne (Heel Europa, Columbuzz, Zuidland of de Kraal) Hazepolder Prinses Marijke De Inval buurtpunt de Gors (Hoornblad) buurtpunt Hoekstee (Beatrixplein) wijksteunpunt Purmer-Noord Zuidpool ander buurtpunt in Purmerend, namelijk

3. Waarvoor heeft u deze accommodaties of buurtpunten in Purmerend bezocht? Meer dan één antwoord mogelijk. informatie inloopspreekuur sociale wijkteam activiteit ik ben er vrijwilliger ontmoeten van andere mensen/gezelligheid anders, namelijk

4. Hoe vaak in totaal heeft u deze accommodaties in Purmerend de laatste twee jaar bezocht? aantal keer:

SPORT

5. Doet u aan sport? Zo ja, hoe vaak? ja, één of meer keren per week ja, één tot drie keer per maand ja, minder dan één keer per maand [Hoofdsectie].[22].[Welk rapportcijfer geeft u voor de kwaliteit van de volgende accommodaties in Purmerend? ] zelden of nooit [Hoofdsectie].[23].[Mist u in Purmerend iets op sporten recreatiegebied, of is er ergens een tekort aan? (accommodaties, verenigingen, activiteiten, e.d.) ]

6. Hoe beoefent u uw sport(en) voornamelijk? Meer dan één antwoord mogelijk. als lid van een sportvereniging via lidmaatschap/abonnement van een sportschool, tennissquashcentrum e.d. via huur van een baan/ruimte zonder lidmaatschap of abonnement via een niet-sportorganisatie bijv. buurthuis, personeelsvereniging individueel/niet georganiseerd anders, namelijk

7. Waar beoefent u uw sport(en) meestal? Meer dan één antwoord mogelijk. Bij competitie plaats thuiswedstrijd noemen. Purmerend Neck, Kwadijk, Middelie, Ilpendam, Zuidoostbeemster, Middenbeemster Amsterdam Andere plaats, namelijk

8. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een overdekte tennishal? ja nee [Hoofdsectie].[10].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een overdekt zwembad? ]

9. Waar bezoekt u een overdekte tennishal? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend

elders, omdat

10. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een overdekt zwembad? ja nee [Hoofdsectie].[12].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een sporthal? ]

11. Waar bezoekt u een overdekt zwembad? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend elders, omdat

12. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een sporthal? ja nee [Hoofdsectie].[14].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een gymnastieklokaal? ]

13. Waar bezoekt u een sporthal? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend elders, omdat

14. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een gymnastieklokaal? ja nee [Hoofdsectie].[16].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een voetbalveld (voor thuiswedstrijden)? ]

15. Waar bezoekt u een gymnastieklokaal? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend elders, omdat

16. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een voetbalveld (voor thuiswedstrijden)? ja nee [Hoofdsectie].[18].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een tennisbaan? ]

17. Waar bezoekt u een voetbalveld (voor thuiswedstrijden)? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend en naaste omgeving gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend of naaste omgeving elders, omdat

18. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een tennisbaan? ja nee [Hoofdsectie].[20].[Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een ander sportveld? ]

19. Waar bezoekt u een tennisbaan? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend en omgeving gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend of naaste omgeving elders, omdat

20. Bezoekt u minstens één maal per maand als actieve deelnemer een ander sportveld? ja nee [Hoofdsectie].[22].[Welk rapportcijfer geeft u voor de kwaliteit van de volgende accommodaties in Purmerend? ]

21. Waar bezoekt u ander sportveld? Bij elders, kunt u aangeven waarom u buiten Purmerend en naaste omgeving gaat? Als u meer accommodaties bezoekt graag de plaats noemen van de accommodatie die u het meest bezoekt. Bij competitie graag plaats thuiswedstrijden. in Purmerend of naaste omgeving elders, omdat

22. Welk rapportcijfer geeft u voor de kwaliteit van de volgende accommodaties in Purmerend? 1

2

3

4

5

6

7

8

9

weet 10 niet/n.v.t.

Leeghwaterbad gymnastieklokalen sporthallen (zoals Beukenkamp, Koogmolen, de Vaart) sportvelden

23. Mist u in Purmerend iets op sporten recreatiegebied, of is er ergens een tekort aan? (accommodaties, verenigingen, activiteiten, e.d.) ja, namelijk

nee

24. Heeft u een zwemdiploma? ja

[Hoofdsectie].[26].[Gaat u wel eens naar het Leeghwaterbad? ]

nee

25. Zo nee, zou u een zwemdiploma willen halen? ja nee weet niet

26. Gaat u wel eens naar het Leeghwaterbad? ja nee [Hoofdsectie].[28].[Als u niet of weinig naar het Leeghwaterbad gaat: wat kan het Leeghwaterbad doen om u vaker te laten gaan? ]

27. Zo ja, waarvoor gaat u naar het Leeghwaterbad? Meer dan één antwoord mogelijk.

recreatief zwemmen banen zwemmen groepsactiviteiten zwemmen bij de vereniging zwemles voor u zelf zwemles van kind anders, namelijk

28. Als u niet of weinig naar het Leeghwaterbad gaat: wat kan het Leeghwaterbad doen om u vaker te laten gaan? niet van toepassing: ik ga veel naar het Leeghwaterbad niets het volgende:

CULTUUR

29. Gaat u wel eens naar een bibliotheek? Zo ja, hoe vaak? ja, minstens 1x per maand ja, minder dan 1x per maand nee, niet of nauwelijks ]

[Hoofdsectie].[31].[Gaat u wel eens naar een theater? Zo ja, hoe vaak?

30. In welke gemeente gaat u het vaakst naar een bibliotheek? meestal in Purmerend meestal in een andere gemeente

31. Gaat u wel eens naar een theater? Zo ja, hoe vaak? ja, minstens 3x per jaar ja, 1 tot 2x per jaar nee, niet of nauwelijks ]

[Hoofdsectie].[33].[Gaat u wel eens naar een bioscoop? Zo ja, hoe vaak?

32. In welke gemeente gaat u het vaakst naar een theater? meestal in Purmerend meestal in een andere gemeente

33. Gaat u wel eens naar een bioscoop? Zo ja, hoe vaak? ja, minstens 3x per jaar ja, 1 tot 2x per jaar nee, niet of nauwelijks

[Hoofdsectie].[35].[Gaat u wel eens naar een concert? Zo ja, hoe vaak? ]

34. In welke gemeente gaat u het vaakst naar een bioscoop? meestal in Purmerend meestal in een andere gemeente

35. Gaat u wel eens naar een concert? Zo ja, hoe vaak? ja, minstens 3x per jaar ja, 1 tot 2x per jaar nee, niet of nauwelijks [Hoofdsectie].[37].[Doet u zelf actief aan muziek, zang, dans, toneel, creatieve activiteit etc. waarvoor u naar een accommodatie gaat? Zo ja, in welke gemeente is dat het vaakst? ]

36. In welke gemeente gaat u het vaakst naar een concert? meestal in Purmerend meestal in een andere gemeente

37. Doet u zelf actief aan muziek, zang, dans, toneel, creatieve activiteit etc. waarvoor u naar een accommodatie gaat? Zo ja, in welke gemeente is dat het vaakst? ja, meestal in Purmerend ja, meestal in een andere gemeente nee

38. Welk rapportcijfer geeft u voor de kwaliteit van de volgende accommodaties in Purmerend? 1

2

3

4

5

6

7

8

9

weet 10 niet/n.v.t.

bibliotheek P3 Purmaryn bioscoop

EVENEMENTEN

39. Welke van onderstaande Purmerendse evenementen in 2015 kent u? Heeft u deze bezocht? Wilt u de evenementen die u heeft bezocht een rapportcijfer geven? (1=zeer slecht, 10= zeer goed) evenement periode

datum/ wel van gehoord niet maar van niet gehoord bezocht

bezocht

rapportcijfer

Reuring

25-28 juni 2015

Internationale markt

10-12 juli 2015

Marktstadrun

30 augustus 2015

Jurassic Jubileum spektakel Koemarkt: Invasion (25 jaar Purmaryn)

19 september 2015

Purmerend Dance Event

31 oktober 2015

40. Welke van onderstaande Purmerendse evenementen in 2015 kent u? Heeft u deze bezocht? Wilt u de evenementen die u heeft bezocht een rapportcijfer geven? (1=zeer slecht, 10= zeer goed) evenement

datum/ periode

niet van gehoord

wel van gehoord maar niet bezocht

bezocht

rapportcijfer

Purmerend onder stoom

september feestweek 2015

Veetentoonstelling


Korte baandraverij


Taptoe


Steenwerpen


41. Vindt u dat er in Purmerend te veel, voldoende of te weinig evenementen worden georganiseerd? te veel voldoende te weinig weet niet

42. Mist u bepaalde evenementen in Purmerend? nee ja, namellijk

BINNENSTAD PURMEREND

43. Mist u bepaalde winkels in de binnenstad van Purmerend? nee

ja, namelijk

44. Mist u bepaalde andere voorzieningen in de binnenstad van Purmerend? (anders dan winkels) nee ja

GEZONDHEID

45. Hoe waardeert u de gezondheidsvoorzieningen in Purmerend (huisartsen, tandartsen, fysiotherapie, etc)? (1 = zeer slecht, 10 = zeer goed) Cijfer

Weet niet/n.v.t.

46. Welk cijfer geeft u - over het geheel genomen - uw eigen gezondheid? (1 = zeer slecht, 10 = zeer goed) Cijfer

Weet niet/n.v.t.

47. Bent u in staat om zonder hulp van anderen en/of hulpmiddelen 800 meter te lopen? ja, gemakkelijk ja, met enige moeite ja, met veel moeite nee

48. Hoe goed kunt u binnen Purmerend de bestemmingen waar u naartoe wilt (zoals winkels, stadhuis, bibliotheek e.d.) bereiken? heel goed goed niet goed/niet slecht slecht heel slecht n.v.t. ik wil nooit ergens heen

49. Hoe beoordeelt u de toegankelijkheid voor mensen die slecht ter been zijn voor het volgende: De geschiktheid van looproutes in uw buurt: 1= zeer ongeschikt, 10 = zeer geschikt cijfer

weet niet/n.v.t.

50. De toegankelijkheid van de winkels in Purmerend: 1= zeer ontoegankelijk, 10 = zeer toegankelijk cijfer

weet niet/n.v.t.

51. De toegankelijkheid van openbare gebouwen in Purmerend (zoals bibliotheek, stadhuis ed.): 1= zeer ontoegankelijk, 10 = zeer toegankelijk cijfer

weet niet/n.v.t.

52. Neem een normale week in gedachten. Hoeveel dagen van de week besteedt u minimaal 30 minuten aan bewegen en sport? U mag de tijd die u aan de verschillende dingen besteedt bij elkaar optellen. (Dus lopen of fietsen, sporten, tuinieren, zwaar lichamelijk werk, zwaar huishoudelijk werk, etc.) svp aantal dagen per week noemen

dagen

CONTACTEN

53. De volgende vragen gaan over de buurt waarin u woont. Kunt u voor elke uitspraak aangeven in welke mate u het ermee eens of oneens bent? Graag op iedere regel een antwoord aanvinken. niet helemaal mee eens/niet mee mee eens eens oneens oneens de mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks in deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om ik woon in een gezellige buurt, met veel saamhorigheid ik voel me thuis bij de mensen in deze buurt de mensen in deze buurt delen dezelfde normen en waarden

helemaal mee oneens

weet niet

54. Er volgen nu enkele uitspraken. Wilt u van de volgende uitspraken aangeven in hoeverre die op u, zoals u de laatste tijd bent, van toepassing zijn? Graag op iedere regel een antwoord aanvinken. ja

min of meer

nee

Er is altijd wel iemand in mijn omgeving bij wie ik met mijn dagelijkse probleempjes terecht kan. Ik mis een echt goede vriend of vriendin. Ik ervaar een leegte om mij heen. Er zijn genoeg mensen op wie ik in geval van narigheid kan terugvallen. Ik mis gezelligheid om mij heen. Ik vind mijn kring van kennissen te beperkt. Ik heb veel mensen op wie ik volledig kan vertrouwen. Er zijn voldoende mensen met wie ik me nauw verbonden voel. Ik mis mensen om mij heen. Vaak voel ik me in de steek gelaten. Wanneer ik daar behoefte aan heb, kan ik altijd bij mijn vrienden terecht.

DISCRIMINATIE

55. Heeft u zich de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd gevoeld? ja nee [Hoofdsectie].[60].[Hier volgen enkele uitspraken. In hoeverre bent u het hiermee eens of oneens? ]

56. Om welke reden voelde u zich gediscrimineerd? Meer dan één antwoord mogelijk. vanwege mijn huidskleur, etniciteit of afkomst vanwege mijn uiterlijk anders dan huidskleur vanwege mijn geslacht omdat ik lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender ben vanwege mijn leeftijd omdat ik een handicap heb vanwege mijn geloof anders, namelijk

57. Waar voelde u zich gediscrimineerd? Meer dan één antwoord mogelijk. op het werk

bij het zoeken naar werk bij het zoeken naar een woning op school, de opleiding bij familie, vrienden en/of kennissen in het verenigingsleven, sport of vrijwilligerswerk in een winkel bij het uitgaan op straat in het openbaar door de media door de politiek bij de gemeente ergens anders, namelijk

58. Heeft u aangifte gedaan, bijvoorbeeld bij de politie of een meldpunt voor discriminatie? ja [Hoofdsectie].[60].[Hier volgen enkele uitspraken. In hoeverre bent u het hiermee eens of oneens? ] nee

59. Zo nee, waarom heeft u geen aangifte gedaan?

60. Hier volgen enkele uitspraken. In hoeverre bent u het hiermee eens of oneens? mee eens Ik heb problemen met mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn. Ik vind dat lesbische of homoseksuele paren kinderen mogen opvoeden. Ik vind dat je lesbische mensen, homoseksuelen, biseksuelen of transgenders niet mag lastigvallen. Ik zou het een probleem vinden als mijn zoon of dochter samenwoont met een partner van hetzelfde geslacht. Ik zou het een probleem vinden als mijn zoon of dochter homo, lesbisch, biseksueel of transgender was. Ik zou het een probleem vinden als mijn kind op school les krijgt van een lesbische, homoseksuele, biseksuele of transgender leerkracht. Ik vind het aanstootgevend als

neutraal

mee oneens

weet niet/ n.v.t.

Ik vind het aanstootgevend als twee mannen in het openbaar zoenen. Ik vind het aanstootgevend als twee vrouwen in het openbaar zoenen. Ik vind het aanstootgevend als een man en een vrouw in het openbaar zoenen. Als ik een man en een vrouw hand in hand zie lopen heb ik daar minder moeite mee dan wanneer ik twee mannen hand in hand zie lopen.

VRIJWILLIGE INZET

61. Zet u zich vrijwillig in voor de buurt, een vereniging of organisatie, een school, een naaste (niet uit het eigen gezin) etc.? ja nee, maar ik ben er wel toe bereid [Hoofdsectie].[63].[Waarvoor zou u zich vrijwillig willen inzetten? Meer dan één antwoord mogelijk. ] nee, en ik ben er ook niet toe bereid

[Hoofdsectie].[Mantelzorg]

62. Waarvoor zet u zich nu in? Meer dan één antwoord mogelijk. voor een sport- of hobbyvereniging zorg voor familie/vrienden (niet eigen gezin) voor buren/hulpbehoevenden (klusjes, boodschappen, oppas) voor een school voor een kerk hulp en ondersteuning via een organisatie als collectant voor een evenement voor de buurt (buurtevenementen, wijken buurtcentra, etc.) voor een natuur- of dierenorganisatie voor de politiek anders, namelijk

63. Waarvoor zou u zich vrijwillig willen inzetten? Meer dan één antwoord mogelijk. voor een sport- of hobbyvereniging zorg voor familie/vrienden (niet eigen gezin) voor buren/hulpbehoevenden (klusjes, boodschappen, oppas)

voor een school voor een kerk hulp en ondersteuning via een organisatie als collectant voor een evenement voor de buurt (buurtevenementen, wijken buurtcentra, etc.) voor een natuur- of dierenorganisatie voor de politiek anders, namelijk

MANTELZORG Mantelzorg is de zorg die u geeft aan een bekende uit uw omgeving zoals uw partner, ouders, kind, buren of vrienden, als deze persoon voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Deze zorg kan bestaan uit het huishouden doen, wassen en aankleden, gezelschap houden, vervoer, geldzaken regelen, enzovoorts. Mantelzorg wordt niet betaald.

64. Geeft u momenteel mantelzorg of heeft u de afgelopen 12 maanden mantelzorg gegeven? ja, ik geef die mantelzorg nog ja, maar ik geef die mantelzorg nu niet meer [Hoofdsectie].[69].[Zou u bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie erom vraagt? ] nee [Hoofdsectie].[69].[Zou u bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie erom vraagt? ]

65. Hoeveel uur mantelzorg geeft u momenteel gemiddeld per week? reistijd meetellen incidenteel (niet elke week) 1 t/m 7 uur 8 t/m 19 uur 20 t/m 39 uur 40 uur of meer

66. Alles bij elkaar genomen, hoe belast voelt u zich door het geven van mantelzorg? 1 = niet belast, 10 = zeer sterk belast cijfer

weet niet

67. Heeft u behoefte aan ondersteuning bij uw inzet als mantelzorger? ja, ik krijg al ondersteuning ja, maar ik krijg het nog niet nee

[Hoofdsectie].[69].[Zou u bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie erom

vraagt? ]

68. Zo ja, aan welke vorm van ondersteuning heeft u behoefte? Meer dan één antwoord mogelijk. advies en informatie hulp bij het eigen huishouden, boodschappen e.d. iemand die het af en toe overneemt geestelijke ondersteuning anders, namelijk

69. Zou u bereid zijn (meer) mantelzorg te geven als de situatie erom vraagt? ja nee weet niet

70. Zou u bereid zijn om iemand in uw buurt die mantelzorg geeft te ondersteunen? Dat wil zeggen het af en toe overnemen, eens een boodschap doen, etc. ja nee weet niet

71. Stel dat u voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt bent. Heeft u dan het idee dat er voldoende mensen (familie, vrienden, kennissen, buren) om u heen zijn die u kunnen helpen? zeer zeker waarschijnlijk wel waarschijnlijk niet zeker niet weet niet

72. In welke mate voelt u zich, als gevolg van een langdurige ziekte, aandoening of handicap, belemmerd in uw dagelijks functioneren? niet van toepassing (niet langdurig ziek etc.) niet belemmerd licht belemmerd sterk belemmerd

[Hoofdsectie].[Wonen]

73. Krijgt u steun via een organisatie bij uw dagelijks functioneren? Meer dan één antwoord mogelijk

ja, op basis van een indicatie ja, niet op basis van indicatie maar krijg steun door (naam organisatie:)

nee

WONEN

74. Welk rapportcijfer geeft u voor de kwaliteit van de woning waarin u woont? 1 = zeer slecht, 10 = zeer goed cijfer

weet niet

WERK, OPLEIDING, INKOMEN EN SCHULDEN

75. Werkt u of volgt u een opleiding? ik werk ik volg een opleiding ik werk en volg een opleiding ik werk niet en volg ook geen opleiding

76. Hoe goed kunt u rondkomen met uw huishoudeninkomen? moeilijk eerder moeilijk dan gemakkelijk eerder gemakkelijk dan moeilijk gemakkelijk weet niet

77. Heeft u de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt van instanties die u helpen bij het aanpakken van schulden? ja nee, maar het is wel nodig nee, het is niet nodig

PRIJSVRAAG

78. Zoals altijd kunt u meedoen aan de prijsvraag: Welk rapportcijfer heeft het functioneren van de milieustraat in 2015 gekregen? 7 7,5 8 ik doe niet mee aan de prijsvraag

TOT SLOT

79. Ruimte voor opmerkingen

OMNIBUSENQUÊTE PURMEREND 2015 DEEL 2

Recommend Documents