Omdat honger een onrecht is Basisdossier “Recht op Voedsel” - 11.11.11
Inhoud
Het voorgerecht koud opgediend
- 11.11.11 -
3
1. Het gezicht van honger
4
2. Honger: de oorzaken
9
3. Honger: de antwoorden
21
4. Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
33
Who is who?
39
Meer lezen over voedselzekerheid?
41
Overname van (delen van) artikels is toegestaan, mits bronvermelding.
Colofon Redactie: Jan Van de Poel, Kris V anslambrouck, Hendrik Van Poele, Myriam Keustermans, Greet De Prins Eindredactie: Jan De Mets Lay-out: Yichalal Verantwoordelijke Uitgever: Bogdan Vanden Berghe, Vlasfabriekstraat 11, 1060 Brussel Foto voorpagina: FAO/Sia Kambou Eerste druk: 2013
2
Omdat honger een onrecht is
Inhoud
Het voorgerecht koud opgediend Bijna 1 miljard mensen lijdt honger. 2 jaar voor de ‘millenniumdeadline’ van 2015 staan we nog nergens op vlak van het uitbannen van extreme honger . Hoog tijd voor 11.11.11 om nogmaals op de nagel te slaan. 11.11.11, de koepel van de Vlaamse noord-zuidbeweging, gaat zich de komende twee jaar ’vastbijten’ in honger, en vooral de antwoorden op dit levensbedreigend probleem. Voldoende en goed voedsel is een internationaal mensenrecht. Een menswaardig bestaan voor zij die het produceren – zowel bij ons als in het Zuiden – is dat ook. Dat ontwikkelingsngo’s honger de wereld uit willen is niet nieuw. Honger is een onrecht, dat zeggen we al jaren. Alleen blijkt al te vaak dat het antwoord op deze kreet onvoldoende is. Er is eten genoeg, alleen raakt het niet ter plaatse. Of het geraakt wel ter plaatse, maar niemand doet er iets aan om te vermijden dat er opnieuw honger zal zijn. We zorgen er te weinig voor dat mensen zichzelf kunnen voeden, zichzelf sterker kunnen maken. Dat is geen probleem van schaarste, het is een structureel probleem. Een politiek probleem. We willen ons de volgende twee jaar dan ook concentreren op hoe we wereldwijd met voedsel omgaan. Al meer dan 40 jaar is het antwoord op honger dat we meer moeten produceren. Als we maar voldoende graan, soya of patatjes hebben zal de honger wel vanzelf verdwijnen. Helaas, ondanks de capaciteit om alsmaar meer te produceren, zien we geen echte daling van de hongercijfers. Ligt een oplossing hiervoor alleen maar bij de landbouwsector? Zo eenvoudig is het niet.Een beleid tegen honger gaat veel breder dan alleen maar het landbouwbeleid. Net als op andere terreinen hebben we voor het hongerprobleem een omslag van denken nodig. Hoe produceren we? Kunnen we dat duurzamer doen, dichter bij huis? Maar ook, hoe gaan we om met handelsbetrekkingen, investeringen of speculatie? Voedsel is meer dan met een ploeg over en weer een akker aflopen. Een beleid tegen honger is dat dus ook.
- Marc Goldchstein -
Twee jaar lang willen we ons dus onderdompelen in de voedselproblematiek en er ook werkelijk iets aan veranderen. Door te focussen op de systemen achter zowel het maken als het eten van voedsel. Door te kijken naar de voedselprijzen en voedselspeculatie aan te pakken. Door in te gaan op de gevolgen van de klimaatverandering. Door te focussen op duurzaamheid. Door barrières te slopen en taboes aan te pakken: biobrandstoffen, landroof en zelfs ons handelsbeleid. Stap voor stap gaan we zo het voedselsysteem ontleden. Met doortimmerde voorstellen tot verbetering. Maar ook met actie, om onze politieke leiders te laten zien dat wij niet de enigen zijn die vinden dat er iets dient te veranderen. We zullen streng en rechtvaardig te werk gaan. Met een scalpel in de ene hand en een uitnodiging om met velen mee te stappen in de andere. Dit dossier is de eerste stap in deze tweejaarlijkse tocht. We hopen dat het u inspireert en verontwaardigt en dat u samen met ons op het einde van twee jaar zal doen zeggen: we hebben er iets aan gedaan. Veel leesplezier. Bogdan Vanden Berghe Algemeen directeur 11.11.11
Het voorgerecht koud opgediend
Omdat honger een onrecht is
3
1. Het gezicht van honger Voor wie eten op tafel heeft, is honger de beste saus. Maar als je inkomen vermindert, halveert of verdwijnt, wordt honger een rauwe werkelijkheid. Rond de 1 miljard mensen lijden honger, en hun aantal daalt nauwelijks. Vrouwen zijn hier in de meerderheid. Het maakt ook niets meer uit of je op het platteland dan wel in de stad woont: de toegang tot voedsel is overal ongelijk verdeeld. Maar bestaat er niet zoiets als ‘het recht op voedsel’? Ingeschreven in verdragen en ondertekend door alle staten ter wereld? In dit deel beschrijven we wat honger is, wie honger lijdt en wat de internationale instellingen - op papier althans - eraan zouden doen.
Wat is ‘honger’?
Mensen hebben honger wanneer ze onvoldoende eten en zo een tekort aan energie verwerven voor een actief leven. De Wereldvoedselorganisatie (FAO) stelt dat een gemiddeld persoon een minimale energie-inname van 1800 kCal per dag nodig heeft om gezond te leven. De Wereldgezondheidsorganisatie is iets guller en legt dat minimum op 2100 kCal voor een gemiddelde persoon in een ontwikkelingsland die slechts ‘licht fysiek actief is’. Ter vergelijking: Belgen nemen per dag gemiddeld meer dan 3.500 kcal op. Honger maakt het mensen onmogelijk om te studeren of te werken. Het vertraagt de ontwikkeling en maakt hen kwetsbaar. Honger is vandaag het grootste gezondheidsrisico, meer dan malaria, aids en tbc samen. Voor vrouwen en kinderen is ondervoeding bijzonder schadelijk. Ondervoede
kinderen groeien trager dan gezonde, ontwikkelen zich langzamer, hebben een zwak immuunsysteem. Bovendien heeft honger - of het wegwerken ervan - ook een enorme economische impact. Voldoende en gezonde voeding maakt mensen productiever. Voldoende en gezonde voeding is dus een absolute basisvoorwaarde voor ontwikkeling.
Wie heeft honger?
Honger en armoede gaan hand in hand. Al in 1981 stelde de Indiase econoom en Nobelprijswinnaar Amartya Sen dat honger niets te maken heeft met voedselschaarste maar met de ongelijkheid tussen groepen. Hij vroeg zich af hoe in Bangladesh een hongersnood kon uitbreken net toen de oogst groter was dan de voorgaande jaren. Sen ontdekte dat de stijgende prijzen door speculatie en de lage
Honger en de Millenniumdoelstellingen Honger en ondervoeding vormen een rode draad in alle Millenniumdoelstellingen (MD). aa Stijgende voedselprijzen zorgen ervoor dat armen minder voedsel kunnen
kopen en de samenstelling van hun dieet verslechtert. Dat leidt direct tot honger en maakt dat mensen in armoede blijven vaststeken. Ze hebben gewoon te weinig energie om zich uit de armoede te tillen (MD1).
aa Prijsstijgingen hebben een veel sterker
mogelijkheden van landen en burgers
negatief effect op de voedselconsump-
om te vechten tegen onder meer de
tie van vrouwen en meisjes (MD3).
hiv/aids-epidemie (MD6).
aa Ondervoeding is jaarlijks rechtstreeks verantwoordelijk voor meer dan een derde van de kindersterfte (MD4). aa Zwangere vrouwen sterven vaker als
gevolg van bloedarmoede tijdens een voedselprijscrisis (MD5).
aa Door de stijgende voedselprijzen
aa Ondervoeding verzwakt het immuni-
teitssysteem en verergert de effecten van diarree of andere besmettelijke ziektes (MD7).
aa Hoge voedselprijzen verzwakken de samenwerking tussen regeringen
binnen voedselmarkten omdat de
is er minder inkomen beschikbaar
concurrentie tussen landen de boven-
ontwikkeling en onderwijskansen van
voor gezondheidszorg. Dat heeft
hand neemt (MD8).
kinderen (MD2).
een bijzonder negatief effect op de
aa Ondervoeding ondermijnt de
Bron: The World Bank, Global Monitoring Report 2012: Food Prices, Nutrition and the Millennium Development Goals.
4
Omdat honger een onrecht is
Het gezicht van honger
Honger in de wereld
“
Francine Dukundane, groenteverkoopster uit Burundi Natuurlijk heb ik mijn levensstijl moeten aanpassen nu de voedselprijzen zo gestegen zijn. Heb je nog niet gezien dat veel mensen te voet naar hun werk lopen en terug? Dat doe ik ook, ik kan de eindjes niet meer aan elkaar knopen. Hoe ga ik overleven tot er terug geld binnenkomt? De handelaars die me vroeger een kleine lening gaven hebben zelf niets. Ik weet het niet, alleen God weet het.
aa tot land: in landen waar vrouwen geen eigendomsrechten of weinig toegang tot krediet hebben, zien we 60 tot 85% meer ondervoede kinderen; aa tot inkomen en werk: vrouwen nemen heel wat verzorgende taken op in het huishouden. In arme landen zou dat goed zijn voor 35% van het bnp indien dit werk vergoed zou worden. Bron: FAO, Bron afbeelding: http://ccafs.cgiar.org/bigfacts/undernourishment/
lonen van landarbeiders de echte oorzaken van de hongersnood waren. In een geglobaliseerde voedselmarkt wordt de ongelijke toegang nog steeds bepaald door de koopkracht. Armoede leidt tot honger, wat opnieuw leidt tot meer armoede omdat de strijd voor overleven sociale en economische ontwikkeling in de weg staat. Een hongersnood is dus nooit alleen het gevolg van een natuurramp, ook al lijkt ‘de natuur’ de oorzaak, bijvoorbeeld bij extreme droogte. Honger is steeds het gevolg van ongelijke toegang tot voedsel.
Honger is (vooral) vrouwelijk
Volgens de Verenigde Naties zijn vrouwen en meisjes samen goed voor 60% van de mensen die honger leiden. Ze worden het zwaarst getroffen door armoede omwille van diepgewortelde ongelijkheid en discriminatie. Dat maakt dat vrouwen ongelijke toegang hebben
Ongelijkheid en discriminatie veroorzaken armoede en honger voor opeenvolgende generaties. Zo hebben kinderen van slecht gevoede vrouwen vaak ook ondergewicht en ontwikkelingsachterstand. Tegelijkertijd kunnen vrouwenrechten een enorme impact hebben op honger. Onderzoek wijst uit dat de overlevingskansen van kinderen met 20% toenemen wanneer een vrouw controle heeft over het huishoudbudget. Wanneer vrouwen wél toegang krijgen tot land, krediet, opleiding en kennis, blijkt de productiviteit van hun landbouwbedrijven met 20 tot 30% toe te nemen 1 (eindnoten: zie aan het eind van elk hoofdstuk). Ook sociale beschermingsprogramma’s moeten rekening houden met de specifieke uitdagingen waarvoor vrouwen staan, zoals beperkte mobiliteit en sterke betrokkenheid in de ‘informele zorgeconomie’ (kinderopvang, infrastructuur).
De Schutter, O. (2013), Women’s Rights and the Right to Food, A/HRC/22/50, http://www.srfood.org/images/stories/
1
pdf/officialreports/20130304_gender_en.pdf
Het gezicht van honger
Omdat honger een onrecht is
5
Waar wonen mensen met honger?
Aantal mensen met honger (1969-2012)
1200 1000 800
878
600
853
843
788
833
848
921
1023
noodsituaties
925
870
stad platteland
400 200 0
1969-1971 1990-1992 2000-2002 2008 1979-1981 1995-1997 2005-2007
2009
2010
2012
Bron: FAO
Bron: Broederlijk Delen, Achtergronddossier honger –voedselzekerheid, 2012
Honger blijft schokkend stabiel
Een plattelands probleem in de stad
Tot 2000 nam het aantal mensen met honger jaar na jaar af. Vanaf 2007 begon dat aantal sterk toe te nemen als gevolg van de snel stijgende voedselprijzen. In 2012 publiceerde de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) nieuwe hongercijfers. Op basis van aangepaste statistische technieken telde FAO 870 miljoen mensen met honger, meer dan de bevolking van de EU en de VS samen 2. Honger in de wereld blijft schokkend stabiel. In Azië en Sub-Sahara-Afrika zien we zelfs nog een toename van het aantal mensen met honger, zowel in absolute als in relatieve cijfers. Absoluut wil zeggen: het aantal hongerigen; relatief: het aantal hongerigen als percentage van de totale bevolking. Dit wil dus zeggen dat dit aantal sneller stijgt dan de bevolkingsgroei.
Nog steeds is honger vooral een probleem van armoede op het platteland. 75% van de mensen met onvoldoende toegang tot voedsel leeft op het platteland. 50% behoort tot kleinschalige boerenfamilies die van de opbrengst van een klein lapje grond moeten leven. 20% is landloos en kan in het beste geval aan de slag als landarbeider. Een kleine groep tracht zich in leven te houden via het hoeden van vee, kleinschalige visserij, enz.
Honger is echter geen exclusief probleem van ontwikkelingslanden. Zo melden armoedeorganisaties in België de laatste jaren een opmerkelijke toename van het aantal mensen dat zich meldt bij voedselbedelingen, tot zelfs 20% 3. In 2012 moesten meer dan 120.000 mensen voor hulp bij de Voedselbanken aankloppen. Dat was een absoluut record. Net als in het Zuiden heeft honger bij ons alles te maken met armoede. Het inkomen van mensen die door de mazen van het sociale vangnet vall n, volstaat niet langer om in een absolute basisbehoefte als voedsel te voorzien.
In 2008 woonden voor het eerst in de geschiedenis even veel mensen in steden als op het platteland. In 2050 zal 70% van de wereldbevolking in steden wonen. Honger wordt hoe langer hoe meer een stedelijk probleem. Vandaag woont reeds 1 miljard mensen in sloppenwijken 4. Vaak zijn ze naar de stad getrokken omdat ze niet van het land kunnen leven. Op het platteland zien ze geen kansen omdat de overheid niet investeert in infrastructuur of landbouwontwikkeling, omdat hun producten niet kunnen concurreren met goedkope import, enz. In de steden ontbreken vaak de mogelijkheden om uit de armoede te ontsnappen. Stijgende voedselprijzen leiden er tot een toename van honger. In ontwikkelingslanden geven mensen tot 80% van hun inkomen uit aan voedsel. Als de voedselprijzen stijgen, besparen mensen op het aantal maaltijden per dag, op de kwaliteit van het voedsel en op diensten als onderwijs en gezondheidszorg. In de steden van het Zuiden leiden stijgende voedselprijzen ook tot politieke
2
FAO, State of Food Insecurity in the World 2012, http://www.fao.org/docrep/016/i3027e/i3027e.pdf
3
http://www.demorgen.be/dm/nl/989/Binnenland/article/detail/1327809/2011/10/03/Steeds-meer-Belgen-lijdenhonger.dhtml
4
UN-Habitat, Slum Dwellers to double by 2030: Millennium Development Goal Could Fall Short, http://www.unhabitat. org/downloads/docs/4631_46759_GC%2021%20Slum%20dwellers%20to%20double.pdf
6
Omdat honger een onrecht is
Het gezicht van honger
- FAO/Peter DiCampo -
instabiliteit en geweld. In 2007 en 2008 braken onlusten uit in Senegal, Burkina Faso, Marokko, Egypte en Indonesië uit protest tegen de stijgende prijzen van basisproducten als rijst en brood.
Wat betekent het ‘recht op voedsel’?
Dit houdt in dat iedereen recht heeft op een ‘geregelde, permanente en onbelemmerde toegang’ tot voldoende en kwaliteitsvol voedsel. Dat kan door zelf voedsel te telen of door het te kopen. Bovendien moet dat voedsel je in staat stellen om fysiek en mentaal gezond te leven en moet het aan jouw specifieke culturele tradities voldoen 5.
“
Yvonne, ambtenaar bij de Burundese overheid Yvonne is al tien jaar weduwe. Ze werkt in de administratie van de overheid. Haar salaris is al lang niet omhoog gegaan en volstaat niet meer om haar twee kinderen en het neefje waarvoor zij zorgt te voeden. “Mijn strategie is simpel. We eten altijd laat op de dag, rond 4 uur, half 5. Zo eten we maar een keer per dag. De kinderen worden groot. Als ze niet voldaan zijn, zullen ze hun plan wel trekken. Met het salaris van mijn man, die een goede job had bij de staat, konden we gemakkelijk rondkomen. Maar nu is alles omgeslagen. Ik kan mijn kinderen niet meer voeden en kleden. Ik ben er altijd in geslaagd om de eindjes aan elkaar te knopen, maar sinds 2009 - en vooral de jaren daarna - is alles moeilijker geworden. Ik kan niet meer. Voor een zak rijst van 25 kg uit Tanzania betaalde ik in 2010 25.000 BIF (Burundese franc, 1 euro = ong. 2300 BIF), nu kost hij 80.000 BIF. Een zak houtskool kostte 18.000 BIF, nu 40.000. Ik kan geen kant meer uit. Als het zo verder gaat zullen we allemaal sterven. Voor mij is dat niet zo erg, ik heb mijn tijd gehad. Maar ik beklaag mijn kinderen.”
Het recht op voedsel is stevig verankerd in het internationale recht. Het maakt deel van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (art. 25) en het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (art. 11).
Ziegler, J. (2008), Promotion and Protection of all human rights, civil, political, economic, social and cultural rights,
5
including the right to development, A/HRC/7/5, http://daccess-dds-ny.un.org/doc/UNDOC/GEN/G08/100/98/PDF/ G0810098.pdf?OpenElement
Het gezicht van honger
Omdat honger een onrecht is
7
- FAO/Ami Vitale -
“Een ieder heeft recht op een levensstandaard, die hoog genoeg is voor de gezondheid en het welzijn van zichzelf en zijn gezin, waaronder inbegrepen voeding, kleding, huisvesting en geneeskundige verzorging en de nood-
Het recht op voedsel verplicht onze overheden tot een zeer duidelijk engagement. Ze moeten het recht op voedsel niet alleen respecteren, beschermen en vervullen in eigen land, maar ook maximale inspanningen doen om het recht op voedsel in andere landen te garanderen 6. Bovendien mogen onze regeringen geen maatregelen treffen die het recht op voedsel van mensen in andere landen bedreigen.
zakelijke sociale diensten, alsmede het recht op voorziening in geval van
Het recht op voedsel is dan ook geen politieke keuze of een ‘morele plicht’, maar een bindende juridische verplichting. aa Eerst en vooral zijn staten verplicht om het recht op voedsel te garanderen voor hun eigen bevolking. aa Staten moeten hun burgers ook beschermen tegen bedrijven en particulieren die de toegang tot adequaat voedsel belemmeren. aa Staten moeten zorgen voor een verzekerde toegang tot de middelen die mensen nodig hebben om voedsel te produceren of aan te kopen. Dit betekent dat staten moeten voorzien in voedselhulp of sociale beschermingsmaatregelen voor mensen die dat nodig hebben, maar ook zorgen dat mensen toegang hebben tot land, water, enz 7.
om de verwezenlijking van dit recht te verzekeren, daarbij het essentieel
6
werkloosheid, ziekte, invaliditeit, overlijden van de echtgenoot, ouderdom of een ander gemis aan bestaansmiddelen, ontstaan ten gevolge van omstandigheden onafhankelijk van zijn wil. …”
(Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, art. 25)
“De Staten die partij zijn bij dit Verdrag erkennen het recht van een ieder op een behoorlijke levensstandaard voor zichzelf en zijn gezin, daarbij inbegrepen toereikende voeding, kleding en huisvesting, en op steeds betere levensomstandigheden. De Staten (...) nemen passende maatregelen belang erkennende van vrijwillige internationale samenwerking. De Staten (...), het fundamentele recht erkennende van een ieder gevrijwaard te zijn tegen honger, nemen zowel zelfstandig als door middel van internationale samenwerking de maatregelen, waaronder medebegrepen bijzondere programma’s, die nodig zijn ten einde: a. De methoden voor de voortbrenging, verduurzaming en verdeling van voedsel te verbeteren door volledige gebruikmaking van de technische en wetenschappelijke kennis, door het geven van voorlichting omtrent de beginselen der voedingsleer en door het ontwikkelen of reorganiseren van agrarische stelsels op zodanige wijze dat de meest doelmatige ontwikkeling en benutting van natuurlijke hulpbronnen wordt verkregen; b. Een billijke verdeling van de wereldvoedselvoorraden in verhouding tot de behoefte te verzekeren, daarbij rekening houdende met de problemen van zowel de voedselinvoerende als de voedseluitvoerende landen.”
(Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten, art. 11)
Maastricht Principles on Extraterritorial Obligations of States in the area of Economic, Social and Cultural Rights, Maastricht, February 2012, http://www2.lse.ac.uk/humanRights/articlesAndTranscripts/2011/MaastrichtEcoSoc.pdf
7
General Comment 12 of the Committee on Economic, Social and Cultural Rights on the right to adequate food (art. 11), 1999, http://www.unhchr.ch/tbs/doc.nsf/0/3d02758c707031d58025677f003b73b9
8
Omdat honger een onrecht is
Het gezicht van honger
2. Honger: de oorzaken De voorbije decennia gingen vele hongerbeelden de wereld rond: Biafra, de Sahel, Ethiopië, ... Honger stond gelijk aan: droogte, natuurramp, bedelacties. We weten ondertussen beter. Honger is mensenwerk. De wereld produceert anderhalf keer meer voedsel dan nodig om ieder te voeden. Honger is geen gevolg van schaarste, maar van armoede, ongelijkheid, economisch winstbejag, speculatie, brute landroof, verkeerde milieukeuzes, ... “Omdat honger een onrecht is”, is een oude slogan van 11.11.11, maar nog steeds actueel. In dit deel zoomen we in op vijf grote oorzaken van honger. Het gevolg van dit alles? Onvoorspelbare voedselprijzen met enorme prijspieken.
Wie zorgt voor de uitstoot?
Oorzaak 1
De klimaat verandering
Landbouw en handel in voedselproducten 30%
Landbouw is een uitstoter De klimaatverandering vormt een sleutelfactor in de voedselcrisis. Het voedselsysteem is er tegelijkertijd dader en slachtoffer van. De landbouw is één van de belangrijkste verantwoordelijken voor de uitstoot van broeikasgassen. Dat kan vreemd lijken, naast andere stevige uitstoters zoals het verkeer en vervuilende fabrieken. Het IPCC – een panel van internationaal vermaarde klimaatexperts - stelt dat de landbouw goed is voor 13,5 tot 15% van de jaarlijkse globale emissie van broeikasgassen 1. Dat is een zeer voorzichtig cijfer. Het IPCC kijkt immers naar wat er gebeurt op het veld zelf en houdt geen rekening met de effecten van de wijzigingen in landgebruik en ontbossing als gevolg van de intensivering van de landbouw. Wanneer landbouw nieuwe gronden in gebruik neemt en bossen doet krimpen, verhoogt dit de uitstoot van broeikasgassen. Dat is meteen de reden waarom Indonesië één van de grootste
Boskap
20%
50%
Industrie en huishoudens
Het voedselsysteem zorgt voor één derde van de totale uitstoot uitstoters van CO2 is. Recente studies tonen aan dat het globale voedselsysteem, van de productie van meststoffen en gewassen, tot verwerking, opslag en verpakking van voeding, verantwoordelijk is voor één derde van de broeikasgasemissie door de mens 2. En ook dat lijkt een voorzichtige schatting. Er duiken recent studies op die zelfs gewagen van 45 tot 50%. De klimaatverandering ligt vandaag al aan de basis van honger en ondervoeding bij 45 miljoen mensen. Tegen 2030 zou dat aantal gestegen zijn tot 75 miljoen 3. Het IPCC waarschuwt dat de opbrengsten van regen-afhankelijke landbouwgewassen in sommige Afrikaanse landen tegen 2020 met maar liefst 50% zullen dalen 4. Dat kan de prijzen met 20% doen stijgen.
Smith, P., Martino, D. et. al. (2007), ‘Agriculture’, in: Climate Change 2007: Mitigation. Contribution of Working Group
1
III to the Fourth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change, Cambridge, http://www.ipcc. ch/publications_and_data/ar4/wg3/en/ch8.html Vermeulen, S.J., Campbell, B.M., Ingram, J.S.I. (2012), Climate Change and Food Systems, in: Annual Review of
2
Environment and Resources, 37, pp.195-222); Thornton,P. (2012), Recalibrating Food Production in the Developing World: Global Warming Will Change More Than Just the Climate, CCAFS Policy Brief no. 6, CGIAR Research Program on Climate Change, Agriculture and Food Security. Global Humanitarian Forum, Human Impact Report, Climate Change: The Anatomy of a Silent Crisis, p. 24; IPCC,
3
Fourth Assessment Report, Contribution of Working Group II, Chapter 5: Food, fibre and forest products, p. 275.
Honger: de oorzaken
Omdat honger een onrecht is
9
De impact van de klimaatverandering doet zich het zwaarst voelen in de voedselproductie van de armste regio’s Bron: UNEP
Projected changes in agricultural productivity 2080 due to climate change, incorporating the effects of carbon fertilization -50%
De boer is twee maal het slachtoffer De gevolgen van de klimaatverandering zijn niet mis - en ondertussen al afdoende gekend. Klimaatrampen vernietigen oogsten en tasten de bodemkwaliteit aan in de armste regio’s van de wereld. Stijgende temperaturen, watertekorten, droogtes en overstromingen doen opbrengsten dalen. Verwoestijning doet de beschikbare landbouwgronden inkrimpen. In de wereldzeeën krimpt het visbestand. Terwijl warmere temperaturen leiden tot betere landbouwomstandighe-
-15%
0
+15%
+35%
No data
den en meeropbrengsten in sommige delen van Noord-Amerika en Rusland, is de globale impact van klimaatverandering op voedselzekerheid desastreus. De impact is het grootst in de armste regio’s. Kleine boeren worden dus twee maal getroffen: ze ondervinden de meeste impact van de klimaatverandering en beschikken over de minste middelen om zich daar tegen te wapenen. Dalende opbrengsten betekenen dat ze steeds minder overhouden om hun families te voeden en dwingt hen voedsel aan te kopen op de markt. Net wanneer de prijzen het hoogst zijn omwille van de dalende opbrengsten. Een vicieuze cirkel.
De Oegandese koffieboer en het klimaat Koffie is in het Oost-Afrikaanse land het
klimaatfratsen, maar ook basisvoedsel zo-
belangrijkste exportgewas. De koffiesector
als bananen. “Daardoor is voedsel duurder
stelt er meer dan vijf miljoen mensen
geworden”, zegt Wamayeye.
tewerk. Maar de producenten krijgen
Een ander groot probleem zijn de aard-
verschuivingen die de zware regenval
het kwaad. Te veel regen op bepaalde
veroorzaakt. Hele dorpen zijn al wegge-
momenten verhindert de bloei, waardoor de productie afneemt. Lange periodes van
spoeld en ook koffieplantages verdwijnen.
droogte zorgen ervoor dat de bonen niet
In die context is het zaak om gezonde, jonge planten te kweken die het minst
goed rijpen en de bodem zijn vruchtbaarheid verliest. De bonen kunnen niet goed
Willington Wamayeye trok in 2007 aan de
vatbaar zijn voor ziekten. Gumutindo maakt
drogen en gaan schimmelen. Meer en
alarmbel. “Ik woon al heel mijn leven rond
ook volop werk van erosiebestrijding door
meer plagen steken de kop op.
de Mount Elgon en heb het weer nooit
bomen tussen de koffie te planten. Dat zijn
De coöperatie Gumutindo in Oeganda
zo onvoorspelbaar meegemaakt.” Niet
zowel fruitbomen als schaduwplanten die
produceert
fairtrade-koffie.
Directeur
alleen de koffie ondervindt hinder van de
de bodem verrijken.
Bronnen: Oxfam Groei campagne, Oxfam Wereldwinkels
4
10
UNEP 2013
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
Oorzaak 2
Brandstof voor mensen of voor auto’s? Een bio in je tank Omwille van de stijgende petroleumprijzen en de zoektocht naar ‘koolstofarme energiebronnen’ in de strijd tegen de opwarming van de aarde, neemt de vraag naar biobrandstoffen (zie kadertekst) sterk toe. De afgelopen jaren nemen Europa en de Verenigde Staten, maar ook groeilanden als Brazilië en China, initiatieven om biobrandstoffen te promoten. De Europese richtlijn voor hernieuwbare energie legt een verplichting op om tegen 2020 10% van de brandstof voor transport uit hernieuwbare energie (lees: biobrandstoffen) te halen. Ondertussen lanceerde de Europese Commissie een nieuw voorstel. Biobrandstoffen die van voedsel zijn afgeleid – plantaardige olie, granen en suiker – zouden slechts voor maximaal 5% mogen bijdragen aan die doelstelling. Dat betekent niet dat lidstaten maximaal 5% biobrandstoffen afkomstig van voedsel mogen gebruiken, wel dat ze slechts 5% mogen aanrekenen in hun rapportage aan Europa. België vertaalde de Europese 10%-regel in een verplichting om gewone brandstoffen te mengen met minstens 4% biobrandstof. Om de productie in België te stimuleren, voorziet de overheid een accijnsverlaging voor goedgekeurde biobrandstoffen (op basis van koolzaad bijvoorbeeld).
De link tussen het pompstation en honger Er zijn serieuze kanttekeningen te plaatsen bij het stimuleren van biobrandstoffen. De vraag ernaar bedreigt immers het recht op voedsel in het Zuiden. In 2011 brachten internationale instellingen een rapport ter zake uit. Het gaat onder meer om de Wereldbank, de Wereldhandelsorganisatie (WTO), het Internationaal Muntfonds (IMF), de Organisatie voor Economische Samenwerking
en Ontwikkeling (OESO) en vijf agentschappen van de Verenigde Naties. Het rapport liet er geen twijfel over bestaan: ‘zonder biobrandstoffen zouden voedselprijzen aanzienlijk lager zijn’ 5. Een vergelijking tussen voorspellingsmodellen toont aan dat het huidige beleid tegen 2020 leidt tot prijsstijgingen van 20 tot 30% voor basisgewassen als maïs, tarwe, suiker en plantaardige olie 6. Die prijsstijgingen leiden onmiddellijk tot meer honger. De vraag naar biobrandstoffen – de doelstellingen die door verschillende regeringen worden opgelegd – is een belangrijke drijfveer voor de wereldwijde ‘rush’ voor land. In vele gevallen zijn kleine boeren en boerinnen daar het slachtoffer van. Europa produceert zelf onvoldoende zodat grondstoffen voor biobrandstoffen moeten worden ingevoerd. Het Centre for International Forestry Research vond in Sub-Sahara-Afrika 109 Europese en Noord-Amerikaanse projecten voor de productie van biobrandstoffen, goed voor bijna 7 miljoen hectare 7.
Biobrandstoffen: níet in je bioshop om de hoek Biobrandstoffen worden gewonnen
generatie’ worden niet onmiddel-
uit biomassa, de biologisch af-
lijk uit voedsel gewonnen, maar
breekbare fractie van producten uit
uit
de landbouw, bosbouw en ander af-
plantenresten. Toch is voor deze
val. “Bio” in de term biobrandstoffen
oneetbare
gewassen
of
biobrandstoffen vaak bijkomende
verwijst dus niet naar de biologische
landbouwgrond nodig. Het weg-
teeltwijze
nemen van oogstresten (stengels,
van
landbouwgrondsoorten
wortels, …) voor de productie van
zijn vloeibaar, zoals bio-ethanol
biobrandstoffen gaat ten koste van
en biodiesel. Bio-ethanol kun je
de bodemkwaliteit.
mengen met benzine, biodiesel
Onder biobrandstoffen van de ‘der-
met dieselolie. Bio-ethanol bekomt
de generatie’ worden brandstoffen
men door vergisting van suikers uit
bedoeld die gewonnen worden uit
of –biet. Biodiesel wordt gewonnen
ze niet concurreren met voedselpro-
stoffen.
De
bekendste
gewassen als maïs, tarwe, suikerriet
algen. Ze hebben het voordeel dat
zoals
ductie of afhankelijk zijn van land-
koolzaad, palmnoten en soja. Beide
bouwgrond. De productie bevindt
brandstoffen worden gebruikt in het
zich nog in de experimentele fase
verkeer.
en wordt nog niet op grote schaal
Momenteel wordt ook druk ge-
toegepast.
praat over biobrandstoffen van
Tot slot zijn er nog de klassieke
de ‘tweede’ en ‘derde’ generatie.
vaste biobrandstoffen zoals hout en
Biobrandstoffen van de ‘tweede
houtskool.
uit
plantaardige
oliën,
FAO, IFAD, IMF,OECD, UNCTAD, WFP, the World Bank, the WTO, IFPRI and the UNHLTF (2011), Price Volatility in
5
Food and Agricultural Markets: Policy Responses, http://www.corbey.nl/files/media_base/original/100.pdf ActionAid (2012), Fuel for thought, Addressing the social impacts of EU biofuels policies, http://www.actionaid.org/
6
sites/files/actionaid/fuel_for_thought.pdf ActionAId (2013), Adding fuel to the flame: the real impact of EU biofuel policy on developing countries, http://www.
7
actionaid.org/sites/files/actionaid/adding_fuel_to_the_flame_actionaid_2013.pdf
Honger: de oorzaken
Omdat honger een onrecht is
11
Deel van het probleem Biobrandstoffen vormen dus geen oplossing voor de ontregeling van het klimaat. Ze creëren nieuwe problemen zonder de oude op te lossen. De uitstoot van broeikasgassen door wagens en vrachtwagens daalt, maar de emissie als gevolg van de ontbossing neemt toe! Er is dus geen sprake van een verminderde uitstoot van broeikasgassen maar van een verschuiving - en soms zelfs toename. Op die manier wentelen de rijke landen de noodzakelijke inspanningen voor een lagere uitstoot af op landen in het Zuiden die hun uitstoot zien stijgen. De teelt van palmolie in Indonesië is daar het meest spectaculaire voorbeeld van (zie kadertekst).
Nuchtere cijfers over biobrandstoffen aa Om de tank van een zware auto te vullen met biobrandstof is een hoeveelheid
graan nodig waarvan een mens één jaar kan leven (250 kg). aa Het land dat nodig is om de vraag naar biobrandstoffen te dekken, kan 127 miljoen mensen voeden. aa Het omploegen van de ‘koolstofreser-
voirs’ om te voldoen aan de Europese doelstelling voor biobrandstoffen is even erg voor het leefmilieu als 26 miljoen wagens op Europese wegen. Koolstofreservoirs, zoals wouden, hebben het vermogen om grote hoeveelheden koolstofdioxide op te nemen.
aa Het Europese biobrandstofbeleid kan tegen 2020 prijzen van oliehoudende
zaden met 33%, van maïs met 22%, van suiker met 21% en van tarwe met 10% doen stijgen. Bron: Oxfam (2012), The Hunger Grains; Institute for European Environmental Policy (2012), Biofuel use and Agricultural commodity proces, A review of the evidence base.
“Stop met de expansie” Een gesprek met Rahmawati Retno Winarni, programma-directeur bij de Indonesische ngo en 11.11.11-partner Sawit Watch
Wat is de impact van de groeiende
Hoe kan een organisatie als Sawit
Zou de hervorming van het Europese
Winarni: Wij steunen de mensen. We
king van biobrandstoffen uit voe-
Watch hierin optreden?
maken het gemakkelijker voor hen om het
Europese vraag naar palmolie voor
probleem op de kaart te zetten, ook in
Winarni:. De Indonesische oliepalmindus-
tencommissies en lokale autoriteiten. Maar
biobrandstoffenbeleid en de beperdingsgewassen een verschil kunnen maken?
Winarni: De cijfers zijn niet duidelijk. We
biobrandstof?
Indonesië. We stappen naar mensenrech-
trie zag de Europese richtlijn van 2008 als
de rechten van inheemse volkeren worden
maatregelen in het beleid op te nemen.
een vraag naar meer palmolie en is meteen
vaak niet erkend. De overheid kan op elk
De huidige maatregelen leggen sterk de
gestart met het oprichten van plantages.
moment land claimen als staatsgrond,
Dat creëert natuurlijk problemen. Als deze
want mensen hebben geen schriftelijk
maar wij vragen ook sociale maatregelen,
expansie niet gestopt kan worden, zijn
bewijs dat ze die grond bezitten. Daarom
zoals het FPIC-principe (Free Prior Infor-
zowel mens als milieu bedreigd. Er zijn al
promoten wij rechtspluralisme. De staat
med Consent) of een mechanisme waarbij
tal van problemen met landbezit. Wij heb-
Indonesië moet ook kijken naar de wetge-
mensen en getroffen gemeenschappen
ben weet van minstens 663 onopgeloste
ving van de inheemse bevolking. Indonesië
hun zaak kunnen voorbrengen, zoals
conflicten, maar Sawit Watch werkt niet
heeft zeer veel mensenrechtenconventies
bijvoorbeeld een ombudsman.
over heel Indonesië. Volgens de autoritei-
geratificeerd. Maar er moet nog veel
Onze eerste boodschap voor Europa is:
ten zijn er meer dan 6.000 landconflicten.
gebeuren. Mensen moeten geïnformeerd
stop met de expansie! Geen uitbreiding
De meeste rechtszaken worden gevoerd
worden over deze verdragen en hun
meer, maar een duidelijke limiet.
in die regio’s waar grote expansie van de
rechten en ze moeten omgezet worden in
oliepalmindustrie plaatsvindt.
nationale wetgeving.
roepen de EU wel op om bindende sociale
nadruk op het milieu en de CO2-uitstoot,
Bron: MO, 30/12/2012
12
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
- Wereldmediatheek -
Het ABC van de voedselspeculatie prijzen.
Termijncontract (of ‘future’)
Oorzaak 3
Voedselspeculatie, de echte Hunger Games Beleg eens in boterhammen
Dat
creëert
heel
wat
In dit contract gaat een verkoper
problemen omdat boeren een
van
er-
stabiele prijs nodig hebben om hun
mee akkoord om een bepaalde
investeringsbeslissingen zinvol te
hoeveelheid grondstoffen op een
kunnen maken. Speculanten leven
bepaald moment in de toekomst te
net van volatiliteit en maken die nog
verkopen tegen een vastgestelde
sterker.
prijs, ongeacht de marktprijs op
hebben daarom weinig tot niets
dat
te maken met wat werkelijk op de
landbouwgrondstoffen
moment.
Termijncontracten
zijn zogenaamde ‘financiële deriva-
Speculatieve
actviteiten
voedselmarkten gebeurt.
ten’ die hun waarde ontlenen aan de prijs van een ander product, de onderliggende waarde.
Pensioenfonds Fonds
waarin
de
pensioenbij-
drages van werknemers worden verzameld en vervolgens belegd
De vraag naar biobrandstoffen mondt dus uit in een vraag naar meer voedingsgewassen die voor het dieet van onze wagens dienen. Er is nog een andere reden waarom voedselprijzen stijgen: de ongeziene speculatie op de termijnmarkten voor landbouwgrondstoffen. Voedsel wordt immers een interessante belegging. Pensioen- en hefboomfondsen die tegen een stootje kunnen, maar ook de bank om de hoek, spelen hier graag op in. De ineenstorting van de vastgoedmarkt en de financiële crisis deed hen immers op zoek gaan naar nieuwe markten. Dat ging samen met een beleid van verregaande deregulering van de voedselmarkten waar spelers die er eigenlijk niets te zoeken hebben plots de spelregels bepalen. Een studie van Lehman Brothers net voor het bankroet toont dat de speculatie op indexfondsen tussen 2003 en 2008 toenam met een astronomische 1.900%.
Termijnmarkt
Volatiliteit
geld niet terugtrekken en banken
De nieuwe indexbeleggers kopen een “mandje” van verschillende grondstoffen-termijncontracten. Dit zijn contracten waarbij boeren en kopers een
Het fenomeen van onvoorspelbaar
blijven lenen, kunnen hefboom-
stijgende en dalende voedsel-
fondsen fikse winsten voorleggen.
Honger: de oorzaken
De markt of beurs waar termijn-
door een financiële instelling. Be-
contracten
verhandeld.
doeling is een optimaal rendement
De grootste en bekendste termijn-
te behalen, over lange termijn, dat
markt voor landbouwgrondstoffen
aan de aangesloten verzekerden
is de Chicago Board of Trade in de
wordt uitgekeerd.
worden
Verenigde Staten. Maximale posities of positieli-
Hefboomfonds of ‘hedge fund’
Beleggingsfonds met hopen geld
mieten
en vaak zeer ervaren investeer-
Een belangrijke sleutel in het tegen-
ders. Met geleend geld creëren
gaan van excessieve speculatie.
ze een hefboom op hun eigen
Een positielimiet is een vastgesteld
beleggingen in bedrijven, aande-
aantal contracten dat een belegger
len, grondstoffen en financiële pro-
of bank mag kopen of te koop
ducten. Daardoor kunnen ze meer
aanbieden.
geld investeren dan ze in hun fonds hebben. Zolang investeerders hun
Omdat honger een onrecht is
13
verbintenis aangaan om een bepaalde hoeveelheid van een product aan een afgesproken prijs op een afgesproken dag te kopen. Ze speculeren dan op een algemene prijsstijging. Op die manier stijgt de prijs van graan op dezelfde manier als die van olie - beide in hetzelfde mandje - zonder dat er reële veranderingen op het veld of in het bord aan ten grondslag van liggen. Banken en institutionele beleggers maken grote winsten door te speculeren met grondstoffen als graan, maïs en soja, terwijl die markten niet voor financiële speculanten bedoeld zijn.
De virtuele markt verstoort de échte markt Dit alles leidt tot volatiliteit waarvan boeren en consumenten in arme landen de dupe zijn 8. Aangezien de wereldprijzen van basisproducten zoals graan, rijst, maïs, suiker en koffie tot stand komen op deze ‘goederentermijnmarkten’, houden de koffieboeren uit Peru en cacaotelers uit Ivoorkust die prijs
goed in de gaten. Er hangen immers levensbelangrijke beslissingen van af: zal ik mijn koffie vandaag verkopen of nog even wachten? Vandaag al nieuwe struiken aanplanten of nog een jaar uitstellen?
Oorzaak 4
Land- en waterroof Van de grond krijgen Ongeveer 80% van de mensen die vandaag honger lijden is landbouwer, landarbeider, jager, visser of herder. Zij hangen direct van het land af voor hun bestaanszekerheid. Een verzekerde toegang tot land en water is dan ook essentieel voor het recht op voedsel. Dat wordt ook bevestigd door de Verenigde Naties bij monde van Olivier De Schutter, de Speciale rapporteur voor het Recht op Voedsel (www.srfood.org) 9. Die toegang wordt bedreigd door mega-investeringen in
Ondertussen in het Zuiden ... De jacht op land voor palmolie - Sierra Leone Bovendien werden bij de overname door
Om hun rechten te verdedigen, vormde
FIN is gespecialiseerd in de teelt van olie-
SAC lokale eigenaars wel vergoed voor
een aantal getroffen boeren de vereniging
elke acre palmolieplantage - maar niet
MALOA. Ze dienden klacht in bij de rege-
haar lokale dochteronderneming, Socfin
voor andere gewassen en bomen.
ring en bij SOCFIN en maakten publiek
Vroeger was deze regio redelijk zelfvoor-
dat ze geen activiteiten van SOCFIN op
overeenkomst met de regering van Sierra
zienend wat landbouwproducten betrof.
hun grondgebied zouden toelaten. In
Leone voor de lease van 6.500 ha in de
Nu is de gemeenschap geëvolueerd
verschillende dorpen werd betoogd en
zuidelijke regio Malen. Dit gebied omvat
naar een bijna landloze maatschappij die
probeerden dorpelingen de bulldozers
24 dorpen met zo’n 9.000 inwoners.
afhangt van onzekere tewerkstelling (dag-
van SOCFIN tegen te houden toen die
loners). Ondertussen zijn de prijzen van le-
hun velden kwamen vernietigen. Maar
De omvang van het project heeft een
vensmiddelen sterk gestegen, gemiddeld
hun protest liep op niets uit. Integendeel,
grote impact op de regio. Volgens lokale
met 27% tussen mei 2011 en mei 2012.
de dorpelingen werden gecriminaliseerd.
organisaties werd de veelal ongeletterde
Een vrouw die werkt voor Socfin getuigt:
Bij verschillende demonstraties werden
bevolking onvoldoende ingelicht en ge-
“Als ik een alternatief had, zou ik hier niet
mensen gearresteerd en veroordeeld tot
consulteerd. De overeenkomst dwingt de
werken. Toen we nog boerden, kon ik zelf
gevangenisstraffen.
lokale boeren om hun gronden te verhuren
beslissen hoeveel we aten en hoeveel we
Ondanks het protest gaat SOCFIN verder
aan SOCFIN voor een schamele 5 dollar
konden verkopen. Nu heb ik maar weinig
met haar uitbreiding. In oktober 2012
per acre (0,4 ha) per jaar, waarvan de helft
geld en ik moet alles aankopen. En het
maakte het bedrijf bekend dat het in de
nog eens naar diverse overheden gaat.
leven wordt duurder.”
regio Malen nog eens 5.500 ha wil huren.
De Belgisch-Luxemburgse groep SOCpalm en rubber. Op 5 maart 2011 tekende
Agricultural Company Ltd (SAC), een
Bron: CNCD, 11.be et al., Résistances locales contre l’huile de palme en Sierra Leone - Le combat des communautés de Malen contre le projet de plantation de palmiers à huile de l’entreprise SOCFIN, Etude de cas, juin 2013 ; Global Hunger Index 2012
8
De Schutter, O. (2010), Food Commodities Speculation and Food Price Crisis. Regulation to Reduce the Risk of Price Volatility, Briefing Note 02, http://www2.ohchr.org/english/issues/food/docs/Briefing_Note_02_September_2010_EN.pdf
Olivier De Schutter, “Accès à la terre et droit à l’alimentation”, Rapport présenté à la 65ème session de l’Assemblée
9
générale des Nations Unies [A/65/281], 2010.
14
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
- FAO/Riccardo Gangale -
landbouwgrond in ontwikkelingslanden. Stijgende en volatiele prijzen van landbouwproducten en de vraag naar biobrandstoffen maken van landbouwgrond een interessante belegging. De omvang van het probleem is moeilijk in te schatten omdat landdeals zelden publiek bekend raken. De International Land Coalition, een coalitie van ngo’s en overheidsinstanties, bracht sinds 2000 meer dan 1.000 deals in kaart, goed voor meer dan 70 miljoen hectare – grofweg de helft van West-Europa 10. En dat is waarschijnlijk een onderschatting omdat enkel bevestigde dossiers werden opgenomen. De Wereldbank telde in het jaar 2010 voor meer dan 45 miljoen ha investeringsprojecten in landbouwgrond 11. door land ter beschikking te stellen. Niet zelden worden boeren daarvoor van hun grond verjaagd.
This land is your land, this land is my land Op het eerste gezicht zou je denken dat de landbouw in het Zuiden alleen maar wel vaart bij al die investeringsinteresse. Maar het is niet de kleine boer of de landarbeider die de winsten opstrijkt. Overheden staan ofwel te zwak ten aanzien van dat geweld van grote internationale spelers of ze stimuleren dit soort grootschalige investeringen
Vooral arme boeren, veehoeders en inheemse bevolkingsgroepen zijn afhankelijk van het land zonder dat ze formeel eigenaar zijn. De conflicten tussen ‘moderne’ wetten op vlak van eigendomsrecht en het gewoonterecht zijn daar een illustratie van. ‘Gemeenschappelijke land’ wordt ingepalmd door investeerders die dat land als ‘marginaal’ beschouwen. Voor de plaatselijke bevolking is het net van onschatbare waarde, als grasland,
Ondertussen in het Zuiden ... Water voor artisjokken, niet voor de boeren - Peru Bijna negentig jaar hebben de boeren
viel de droom van vele kleine en middelgrote
Op de geïrrigeerde gronden zullen de
van Lambayeque, een kustprovincie in
boeren aan diggelen. Van de 38.000 ha die
agro-bedrijven verschillende
het noorden van Peru, gewacht op de
werden geveild, kwam 28.000 ha in handen
telen zoals asperges, artisjokken, avo-
beloofde irrigatie. Het ambitieuze project
van grote bedrijven. De mastodont Gloria
cado’s, allemaal bestemd voor de export.
Olmos dateert al van begin vorige eeuw.
en haar dochter, het suikerbedrijf Coazúcar,
Minstens 10.000 ha zal beplant worden
tekenden samen voor 15.600 ha. De vraag-
met suikerriet voor de productie van
een 20 km lange tunnel naar de droge
prijs ging de kleine en middelgrote boeren
ethanol.
regio aan de kust leiden om daar 100.000
te boven, de percelen waren te groot, de
Het Olmos-megaproject werd dus uitein-
ha droge grond vruchtbaarder te maken.
kosten voor uitbating te hoog. Van de arme
delijk gerealiseerd, maar trekt helemaal de
Zo zouden duizenden boerenfamilies
boeren zal enkel de gemeenschap die voor
kaart van de grote exportbedrijven, terwijl
een beter bestaan kunnen uitbouwen.
het project onteigend werd, een klein stukje
de kleine boeren hun toekomstplannen in
Dachten ze.
van de geïrrigeerde gronden ontvangen, ter
rook zien opgaan. Dit gaat hand in hand
compensatie. Maar zij moeten wel voor het
met een enorme concentratie van de gron-
Eind 2011 was de tunnel eindelijk klaar. Maar
water betalen, tegen tarieven die voor hen
den. Bovendien is het water uit de Andes
toen de verkoop van gronden van start ging,
moeilijk haalbaar zijn.
slechts bestemd voor wie het kan betalen.
Het wil water in de Andes capteren en via
gewassen
Bron: El proyecto de irrigación de Olmos, un caso de injusticia hídrica; Laureano del Castillo P- CEPES, maart 2012
10
http://www.landcoalition.org/news/land-matrix-new-data-large-scale-land-deals-not-%E2%80%9Cbubble%E2%80%9D
World Bank, Rising Global Interest in Farmland, Can it yield sustainable and equitable benefits?, 2010
11
Honger: de oorzaken
Omdat honger een onrecht is
15
voor het hoeden van vee, de toegang tot vitale waterbronnen, enz. In de plaats komt vaak een exportgerichte landbouw - voor biobrandstoffen bijvoorbeeld – dat weinig arbeidsplaatsen oplevert, de grond en beschikbare watervoorraden onder sterke druk zet en weinig tot niets bijdraagt aan de plaatselijke voedselzekerheid.
Aan de grond zitten Landroof aanpakken is niet eenvoudig omdat de verantwoordelijkheid op verschillende niveaus ligt, vooreerst bij de investeerders. Vaak gaat het om private investeerders en vermogensfondsen, maar ook grote, institutionele spelers zoals pensioenfondsen en conventionele banken spelen een rol. Ook publieke instellingen, zoals de Wereldbank, verlenen via hun landprogramma’s financiële steun aan investeerders die zich schuldig maken aan landroof 12. De regeringen in het Zuiden dragen een grote verantwoordelijkheid vermits zij bepalen onder welke voorwaarden de werving van grond in hun land kan geschieden. Niet toevallig gebeurt landroof vooral in landen met een zwakke overheid en zwakke instellingen die toegang tot land regelen. Ook onze overheid draagt een verantwoordelijkheid. Toegang tot land is als mensenrecht erkend in verschillende verdragen en bindende afspraken die België heeft onderschreven. Het is een absolute basisvoorwaarde voor de uitoefening van andere rechten zoals het recht op voedsel. Onze overheid moet dat recht ook vrijwaren buiten haar grondgebied en moet ‘derde partijen’ zoals Belgische private investeerders verhinderen het recht op land te bedreigen.
“
Egide, bewaker - Bujumbura, Burundi Ik werk in het centrum van de stad, dat is 12 km van waar ik woon. Ik ga iedere dag te voet naar mijn werk en sta dus zeer vroeg op. Vroeger at ik samen met mijn gezin, voor ik vertrok. Nu hebben we besloten om die maaltijd voor de kleintjes te laten. Zij kunnen de honger slecht verdragen. Daarnaast vervangen we sommige producten door goedkopere voeding, waarmee we onze honger toch kunnen stillen. Zo eten we nu maniokpasta bij iedere maaltijd. Als de prijzen niet gaan dalen, zullen onze aanpassingsstrategieën tekort schieten. Dan moeten we kiezen tussen hier de dood afwachten, of het land uitvluchten. Ik ben gelukkig dat mijn werk me toelaat om nog andere inkomsten te zoeken. Wie maar één bron van inkomsten heeft, kan maar een keer per dag eten.
iedereen beschikbaar is in een privaat goed waartoe de toegang afhankelijk is van de koopkracht. Watergrabbing gebeurt in verschillende vormen: extractie van grondwater voor grootschalige monoculturen van voedsel- en energiegewassen, afdammen van rivieren voor irrigatie en waterkracht, overname van gronden met publieke watervoorraden door bedrijven. Watergrabbing en landgrabbing gaan dus vaak hand in hand.
Oorzaak 5
Een averechts handelsen landbouwbeleid
Troebel waterspel
Handel en wandel van voedsel
Ook toegang tot water is cruciaal in de strijd tegen armoede en honger. Wanneer machtige spelers louter voor eigen gebruik controle nemen over waardevolle waterreserves spreken we van ‘watergrabbing’. Watergrabbing is sterk gelinkt met de privatisering - reduceren tot louter koopwaar - van gemeenschappelijke hulpbronnen. Op die manier verandert water van een hulpbron die voor
Slechts 15% van de wereldproductie in voedsel passeert de wereldmarkt 13. Het meeste voedsel wordt dus lokaal of regionaal verhandeld en ook geconsumeerd. Niettemin kunnen handelsstromen ervoor zorgen dat voedsel zich verplaatst van regio’s met overschotten naar waar tekorten zijn. In de realiteit zien we dat voedsel zich vooral begeeft naar die plaatsen waar mensen ervoor
Our land, Our lives. Time out on the global land rush, Oxfam Briefing Note, October 2012, http://www.oxfam.org/
12
sites/www.oxfam.org/files/bn-land-lives-freeze-041012-en_1.pdf 13
De Schutter, O., International trade in agriculture and the right to food, Dialogue on Globalization Occasional Paper, Friedrich Ebert Stiftung, 2009.
16
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
Het beleid van het Internationaal Muntfonds, de Wereldbank en de Wereldhandelsorganisatie zet vooral in op onbelemmerde vrijhandel. Ze gaan ervan uit dat vrijhandel leidt tot meer groei en minder armoede. Vrijhandel en grotere markttoegang zouden bovendien leiden tot meer inkomsten voor ontwikkelingslanden door de export aan te zwengelen. Rechtvaardige handelsrelaties kunnen zeker kansen creëren in het Zuiden. Het rijke Noorden dringt echter al te agressief een vrijhandel op waarvan zwakke groepen in het Zuiden het slachtoffer zijn. Onbeperkte vrijhandel is goed voor sterke spelers, maar prijst lokale boeren in het Zuiden uit de markt en remt de opkomst van lokale industrieën. Talloze ontwikkelingslanden hebben zich onder druk van dat vrijhandelsbeleid gespecialiseerd in monoculturen van exportgerichte ‘cash crops’ met weinig lokale toegevoegde waarde. Op die manier zijn zij afhankelijk geworden van voedselimport om hun bevolking te voeden. Bovendien maakt die handelsliberalisering dat boeren wereldwijd concurrenten van elkaar worden, ook al strijden ze niet met gelijke wapens. Ontwikkelingslanden hebben niet langer de mogelijkheden om regionale en lokale landbouwmarkten voldoende af te schermen. Voor boeren in ontwikkelingslanden betekent het vaak dat ze hun producten moeten verkopen aan prijzen die niet eens de kosten dekken, terwijl de lonen van landarbeiders zo laag zijn dat ze amper hun gezinnen kunnen voeden.
Klein aantal grote spelers De concentratie in de voedselketen is enorm. Vaak zien we dat dezelfde multinationals de hele keten in hand hebben: ze verkopen zaaigoed en bijbehorende pesticiden en kunstmest, zijn eigenaar van de grond, doen de opslag na de oogst, regelen verwerking en distributie naar onze markten. Zo wordt de markt van commerciële zaden gedomineerd door 10 spelers - Monsanto, DuPont, Syngenta, Bayer, Dow, ... - die ook domi-
De toeleveringsketen als zandloper
7 miljard consumenten
Supermarkten
300 tot 500 bedrijven controleren 70% van de keuze van 7 miljard consumenten
voedselketen
kunnen betalen. Handel en vrijhandel, de verborgen drive achter de voedselbewegingen.
Voedselbedrijven
Overheden
Verwerkers
Handelaars
Producenten
Bron: Oxfam-Wereldwinkels, Het Spel der Giganten. Machtsconcentratie in de ketens, 2012
nant zijn in de pesticidenmarkt. In 2004 hadden de vier grootste bedrijven 33% van de markt in zaden, 60% in agrochemicaliën en 38% in biotechnologie in handen 14. Die concentratie maakt dat stijgende voedselprijzen niet noodzakelijk tot een groter inkomen voor boeren leiden. Het zijn immers vooral de grote agro-bedrijven, tussenhandelaren, aankoopcentrales en supermarkten die de winsten opstrijken. De huidige agro-industriële voedingsketen heeft de vorm van een zandloper met veel producenten, een klein aantal verwerkers, distributeurs en retailers, en veel consumenten 15. Tussen de miljoenen producenten en consumenten staan dus steeds minder firma’s. Net als bij de nauwe opening van een zandloper bepalen zij welke zandkorrel zich van de top naar de bodem van de zandloper verplaatst. Steeds minder firma’s beslissen dus over de kwaliteit, kwantiteit, locatie van productie en de prijs van ons voedsel. Zij controleren wie wat produceert en wie wat te eten krijgt 16.
UNCTAD, Assuring Food Security in developing countries under the challenges of climate change, Discussion Paper
14
No. 201, February 2011, http://unctad.org/en/docs/osgdp20111_en.pdf 15
Heffernan, W., Consolidation in the Food and Agriculture System, Report to the National Farmers Union, 1999, http:// www.foodcircles.missouri.edu/whstudy.pdf Weis, T. (2007), The Global Food Economy. The Battle for the Future of Farming, London, Zed Books, p. 79.
16
Honger: de oorzaken
Omdat honger een onrecht is
17
Vrij-handel met dwingende maatregelen In 2001 lanceerde de Wereldhandelsorganisatie in Doha een ambitieuze onderhandelingsronde. De ontwikkelingslanden kregen de belofte dat men sterk op ontwikkeling zou inzetten. Al gauw bleek dat de industrielanden verregaande liberaliseringen van hen eisten, en dan vooral van de zogenaamde groeilanden zoals China, Brazilië en India. Daarop raakten de onderhandelingen in het slop. In de plaats daarvan worden bilaterale handels- en investeringsakkoorden afgesloten, zoals de Euro-
pese Partnerschapsakkoorden (EPA’s). Die gaan nog veel verder en bieden minder kansen voor ontwikkelingslanden. Die vrijhandelsakkoorden maken dat de ruimte voor ontwikkelingslanden om een eigen duurzaam landbouwbeleid te voeren, sterk verkleint. Via deze akkoorden verwerven buitenlandse investeerders toegang tot land, de lokale voedselverwerkende industrie, de diensten- en andere sectoren, zoals banken, kredietinstellingen, transport, distributie, waterdistributie, ... Bovendien bieden zogenaamde bilaterale investeringsakkoorden bescherming aan de buitenlandse investeerders tegen overheidsingrijpen, wat het zeer moeilijk maakt om bijvoorbeeld landroof terug te draaien.
CEPA is een wurgtechniek Vrijhandel of voedselzekerheid? - Haïti De voedselproductie in Haïti is onder-
uitgehaald door jaren van opgelegde liberalisering en door natuurrampen. Wil
het land zelf terug meer voedsel pro-
duceren, dan moeten de kleine boeren ondersteuning krijgen en moet Haïti zich
kunnen beschermen tegen goedkope
invoer. Maar de regionale EPA die Haïti eind 2009 ondertekende laat dit niet toe.
In oktober 2008 ondertekende de Caraïbische regio een Economisch Partner-
schapsakkoord (EPA) met de Europese Unie. De Caraïbische EPA (CEPA) is een
zeer uitgebreid en vergaand vrijhandelsak-
zeer arm, vooral op het platteland en de
Niettemin voorziet de CEPA in een verdere
koord dat er uiteindelijk moet toe leiden
lokale voedselproductie schiet schromelijk
liberalisering ten aanzien van de Europese
dat 87% van de invoer uit Europa zonder
tekort. Meer dan de helft van het voedsel
Unie en de Caraïbische buren van Haïti.
beperking de regio binnen mag.
wordt ingevoerd. Daardoor besteedt het
In het bijzonder vreest Haïti de import van
Hoewel Haïti in tegenstelling tot de overige
land veel geld aan voedselaankopen en is
landbouwproducten uit haar grote buur,
landen uit de regio een ‘Minst Ontwikkeld
het zeer kwetsbaar voor prijsschommelin-
de Dominicaanse Republiek. Door de
Land’ is, voorziet de CEPA nauwelijks in
gen op de wereldmarkt.
CEPA zou Haïti haar zeer lage invoertak-
een aangepaste behandeling. Daarom
De gebrekkige voedselproductie heeft
sen op landbouwproducten en voedsel
draalde Haïti met de ondertekening tot
tal van oorzaken, zoals een tekort aan
niet mogen verhogen om haar boeren te
het nog enkele uitzonderingen op de
middelen, slechte productiemethodes en
beschermen.
verplichtingen tot liberalisering verkreeg.
infrastructuur, en verwaarlozing door de
Wat de Haïtiaanse plattelandsbevolking
Enkele maanden later, op 12 januari 2010,
overheid. Maar een grote factor is zeker
nu vooral nodig heeft, zijn een doordacht
werd het land getroffen door een vreselijke
de zeer ver doorgedreven handelsliberali-
plan en middelen om de landbouw- en
aardbeving. Daardoor heeft Haïti de CEPA
sering die het land in de jaren tachtig en
voedselproductie terug op peil te brengen.
nog niet geratificeerd en is het ook niet
negentig heeft ondergaan onder druk van
De CEPA biedt dat alvast niet.
begonnen met de uitvoering ervan.
internationale instellingen en de Verenigde
Maar het herstel na de aardbeving is niet
Staten. Voor de liberaliseringsgolf, in
de enige zorg. De Haïtiaanse bevolking is
1980, was Haïti vrijwel zelfvoorzienend.
Bronnen: Coalition Haïtienne pour le moratoire. Haïti dans l’impasse des politiques de libération commerciale. L’opportunité d’un Moratoire aujourd’hui. Haïti, 2011 en niet gepubliceerd rapport van GRET. Etude d’impact de l’Accord de Partenariat Economique CARIFORUM-EU pour la République d’Haïti, Parijs, 2012
18
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
Wanneer een investeerder vindt dat een overheidsbeleid zijn winstkansen vermindert, kan hij daarvoor op basis van die akkoorden compensaties eisen.
Kort op de keten De Griekse aardappelbeweging In februari 2012 ontstond in Grie-
weliswaar onder de marktprijs, maar
kenland de ‘aardappelbeweging’.
was toch aanzienlijk hoger dan wat
Aan de oorsprong lag een lokale
de boeren bij de groothandel zou-
Naast de kosten voor de minst competitieve producenten en de meest kwetsbare groepen, heeft de internationale handel in landbouwgrondstoffen ook verborgen kosten voor het leefmilieu. Globalisering en vrijhandel werken alle hinderpalen weg om voedsel en hulpbronnen te produceren en over de hele wereld in- en uit te voeren. Zo worden de negatieve effecten van het voedselsysteem geëxporteerd naar plaatsen ver weg van de consument. Dat gebeurt zonder dat dit in de prijs wordt verrekend, zodat men de verantwoordelijkheid voor duurzame oplossingen ook afwentelt op de producent in het Zuiden.
protestactie van boze Griekse boe-
den gekregen hebben.
ren. Zij namen het niet dat een
Het bleek een succesformule. In
lokale tussenhandelaar goedkopere
het gebied rond Thessaloniki zijn er
Egyptische aardappelen importeer-
nu regelmatig verkopen van lokale
de terwijl ze zelf met volle schuren
landbouwproducten als bloem, rijst,
zaten. In het centrum van Thessa-
honing en olijfolie. En de beweging
loniki deelden ze meer dan tien ton
heeft zich ook uitgebreid naar de
aardappelen gratis uit.
hoofdstad Athene en andere delen
Christos Kamenidis, professor in
van het land.
landbouwmarketing, zag dat hier
De aardappelbeweging zorgde er-
meer in zat en greep de zaak aan
voor dat de prijzen in de supermarkt
om
studenten
halveerden. En de lokale economie
een degelijk gestructureerd ‘korte
vaart er wel bij, meent professor
keten’-initiatief te lanceren. Deze
Kamenidis. “De consument krijgt
Vrijhandel moet gereguleerd worden om zo kansen te creëren voor duurzame landbouwontwikkeling in het Zuiden. Duurzaam wil ook zeggen: in de productie rekening houden met de impact op de klimaatverandering. Zo krijgen landen impulsen om over te schakelen naar meer duurzame teeltwijzen die de grenzen van de planeet respecteren en een betere garantie voor de lokale voedselzekerheid vormen.
‘aardappelbeweging’ hielp de lokale
voedsel van topkwaliteit voor een
boeren op één dag aan een afzet
derde van de prijs die hij er normaal
van maar liefst 50 ton aardappelen.
voor zou betalen. De producenten
De prijs die zij hiervoor kregen lag
krijgen meteen hun geld”.
Van onachtzaam naar duurzaam
samen
met
zijn
Bronnen: MO; De Wereld Morgen
In de periode tussen 2007 en 2008 stegen de prijzen voor basisvoeding in Bangladesh met 50%. De impact hiervan
op de huishoudens blijkt uit een studie in het noordelijk gelegen plattelandsdorp
Kurigram. Die legt gegevens uit 2005 en
- FAO\Asim Hafeez -
Ongelijkheid tot op het dorpsniveau Voedselprijzen verdelen dorpelingen - Bangladesh mentale en fysische ontwikkeling van de kinderen. Gezinnen reageerden op de prijsstijging door kinderen uit werken te sturen of van school thuis te houden, door activa te verkopen en door minder te eten. Arme gezinnen gingen leningen aan en terug-
2008 naast elkaar.
betaling daarvan werd prioriteit boven
De rijkste huishoudens haalden voordeel
levensonderhoud en evenwichtig voedsel.
uit de prijsstijging omdat zij zelf rijst op de markt brengen. Een derde tot de helft van
Groeiachterstand bij kinderen in de armste
Drie gezinnen verhuisden naar de hoofd-
de huishoudens hield minder geld over
huishoudens was twee keer hoger dan
stad Dhaka.
na de crisis, maar kon wel nog in haar
bij de rijkste. Bangladesh kent een hoog
Alhoewel de rijkste huishoudens wel
levensonderhoud voorzien. Maar het arm-
niveau van ondervoeding bij kinderen. De
voordeel haalden uit de situatie, gingen de
ste kwart van de bevolking zei niet langer
aanzienlijke verbetering (7%) die geboekt
lonen voor de landarbeiders onvoldoende
voldoende voedsel te kunnen kopen. Hun
was wat groeiachterstand betreft, ging
omhoog om te compenseren voor de
kinderen aten minder maaltijden, kregen
verloren tijdens de crisis - een terugval
prijsstijgingen.
minder gevarieerd eten en kregen weinig
die blijvende gevolgen zal hebben voor de
volwaardig voedsel. Bron: Save the Children 2009. (in World Bank (2012), Global Monitoring Report: Food prices, nutrition, and the Millennium Development Goals)
Honger: de oorzaken
Omdat honger een onrecht is
19
Gevolg
Voedselprijzen zijn onvoorspelbaar en hoog Voedsel buiten bereik Vijf oorzaken, vele gevolgen die allen in de richting van honger en ondervoeding wijzen door pieken in de voedselprijzen. Tussen 2007 en 2008 werden naar schatting 130 tot 150 miljoen mensen extra getroffen door extreme armoede. Vooral in de meest kwetsbare ontwikkelingslanden, waar armen gemiddeld tot 80% van hun inkomen aan voedsel besteden, waren de gevolgen rampzalig. Decennialang bleven voedselprijzen op de wereldmarkt dalen als gevolg van een sterke groei en subsidiëring van grootschalige, intensieve productie en van meer handel. In 2000 bereikten de prijzen een historisch dieptepunt waarna ze een aantal jaren geleidelijk stegen. Na 2006 ging het plots snel met ongeziene pieken in 2008 en 2011. In 2008 hadden de stijgende voedselprijzen op 1 jaar tijd 109 miljoen mensen in de honger geduwd 17. Ook het afgelopen jaar stegen de prijzen tot zorgwekkende hoogtes. Volgens de directeur van de FAO zullen de voedselprijzen in de komende 10 jaar hoog en wisselvallig blijven 18.
De honger invoeren
FAO Voedselprijsindex 250 200 150 100 50 0
1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010 2012 1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007 2009 2011 2013
to-importeur’ van voedsel. 35 van de 47 landen in Sub-Sahara-Afrika zitten in die situatie 19. In die landen lijdt vooral de groeiende, arme, stedelijke bevolking daaronder. Wanneer je tot 80% van je inkomen aan voedsel besteedt, betekent dat nog meer honger en armoede 20. Daar komt nog bij dat de prijzen van basisgewassen voor voeding (granen) veel sneller stijgen dan die voor commerciële ‘cash crops’ (katoen, koffie, tabak, enz.). Vermits vele ontwikkelingslanden vooral dergelijke gewassen exporteren en basisgewassen invoeren, zijn stijgende voedselprijzen geen goed nieuws 21.
Voedselprijzen zijn de laatste jaren ongezien hoog en volatiel Bron: FAO
De onvoorspelbaarheid van de voedselprijzen vormt een nog groter probleem. Bij boeren zorgt dat voor een ontradend effect om in de landbouw te investeren. Ze zijn minder bereid om te experimenteren met nieuwe gewassen die meer opbrengst beloven of beter bestand zijn tegen de klimaatverandering. Enkel de grote spelers zijn in staat de risico’s te absorberen die eigen zijn aan een volatiele markt.
Stijgende prijzen hebben verschillende effecten op armoede en honger. Hoge prijzen kunnen een opportuniteit zijn voor landen en boeren die meer produceren dan ze consumeren. Dat is goed nieuws. Voor wie meer voedsel moet importeren dan exporteren, leiden stijgende prijzen natuurlijk tot een onmiddellijke stijging van armoede en honger. Vandaag zijn 131 van de 196 landen ‘net-
17
109 miljoen is het verschil tussen de 854 miljoen hongerigen in 2007 en de 963 miljoen die de FAO in december 2008 aankondigde. Zie: FAO (2008), Number of hungry people rises to 963 million, http://www.fao.org/news/story/ en/item/8836/icode/
18
‘Les prix agricoles vont rester élevés et volatils’, in: Le Monde, 2012-08-27.
19
Francis Ng, M. Ataman Aksoy (2008), Who are the Net Food Importing Countries?, Washington, World Bank Development Research Group. Ivanic, M. & Martin, W., Implications of Higher Global Food Prices for Poverty in Low-Income Countries,
20
Washington, World Bank, Policy Research Working Paper 4594, https://openknowledge.worldbank.org/bitstream/ handle/10986/6723/wps4594.pdf?sequence=1%29//GP; IFAD, Soaring food prices and the rural poor: feedback from the field, http://www.ifad.org/operations/food/food.htm
21
20
Omdat honger een onrecht is
Honger: de oorzaken
3. Honger: de antwoorden Het is niet dat de wereld níets doet tegen de honger. Maar het is meestal too little too late. En bovendien blijft men koken op basis van oude, vergeelde recepten: nóg meer monoculturen, nóg meer land voor grootschalige teelt, nóg meer pesticiden, nóg meer druk op het ecologisch systeem, nóg meer armoede, sociale ontreddering, nóg meer honger, ...
- Fos/Chantal Hovens -
Voor 11.11.11 deugen die antwoorden niet. In dit hoofdstuk gaan we op zoek naar zinnelijke antwoorden. Honger en ondervoeding zijn complexe problemen. Dus moeten we ook aan alle oplossingen tegelijk werken: speculatie op voedsel en landroof stoppen, inzetten op duurzame mobiliteit zonder massaal voedsel tot brandstof te verwerken, duurzame landbouw, sociale bescherming van de boeren, kredieten en opleiding ter beschikking stellen, met respect voor milieu, water en land. Ook aan deze kant van de wereld kunnen we ons deel doen: een halt aan de verspilling, duurzaam consumeren.
1. De antwoorden die niet deugen Oude recepten deugen niet Op het hoogtepunt van de voedselcrisis in 2009 beloofden de regeringsleiders van de G8, de acht grootste economieën van de wereld, 22 miljard dollar vrij te maken voor de strijd tegen de honger. Vorig jaar lanceerde Barack Obama een heuse ‘New Alliance for Food Security and Nutrition’. De landen van de G8 namen zich voor om samen met de bedrijven in de voedselindustrie en de Afrikaanse landen op 10 jaar tijd 50 miljoen mensen uit de armoede en honger te tillen door het stimuleren van groei in de landbouw. De wil en ambitie is er dus op hoog niveau, ook al blijven concrete investeringen vaak achter. Dat er meer aandacht en middelen nodig zijn voor de strijd tegen honger staat als een paal boven water. De vraag is echter waar en hoe we die middelen inzetten. Het antwoord vandaag klinkt bedrieglijk eenvoudig: meer produceren en de landbouw moderniseren. De productie moet de hoogte in om een bevolking te voeden die steeds talrijker wordt en steeds vaker in steden zal wonen. De verwachting is dat we in 2050 met 9 miljard mensen zullen zijn waarvan bijna 70% in steden woont 1. Die mensen zullen zelf weinig tot geen voedsel produceren en steeds meer verwerkte producten en vlees eten. Om die produc-
ten te verwerken, te verpakken, bij de consument te brengen is steeds meer energie, land en water nodig.
Meer van hetzelfde? Dit verhaal klinkt wellicht bekend in de oren: meer produceren, met meer landbouwgrond, meer kapitaal, meer meststoffen, pesticiden, water, monoculturen, de erg gecontesteerde GGO’s (genetisch gemodificeerde organismen), enzoverder. Het is het verhaal van een Groene Revolutie 2.0, de grootschalige modernisering van de landbouw zoals we die al 40 jaar kennen. Productieverhoging is nodig, zeker in Afrika, maar het antwoord op de honger is veel complexer.
FAO (2009), How to Feed the World in 2050.
1
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
21
De voedselcrisis mag ons niet in de val doen trappen om de voedselproductie op te krikken door meer van hetzelfde te doen. Door te rekenen op de industriële landbouw die het probleem mee creëerde. Dit soort landbouw was gericht op maximale productie door monoculturen waarvan de opbrengsten mondiaal worden verkocht. Op die manier steeg de productie per capita spectaculair. Paradoxaal genoeg bleef ook het aantal mensen met honger stijgen. De conventionele landbouw slaagde erin goedkoop voedsel aan te bieden op de kapitaalkrachtige markten in het Noorden – met overconsumptie en verspilling tot gevolg – tegen een enorme ecologische en socia-
le kost in het Zuiden. Het is een vicieuze cirkel: we tasten de watervoorraden te zwaar aan, we putten de bodem uit en we worden nog afhankelijker van fossiele brandstoffen. Er is een heel ander gebruik van landbouwkennis, technologie en wetenschap nodig. Dat was het antwoord van de International Assessment of Agricultural Knowledge, Science and Technology for Development (IAASTD). IAASTD werd in 2002 door de FAO en de Wereldbank gelanceerd en betrok zowel VN-agentschappen, overheden, de civiele maatschappij, de privésector als de academische wereld. Aan het rapport werkten
Asperges uit Peru Een delicatesse uit ... de woestijn - Fos/Chantal Hovens -
Wie in de winter asperges koopt, krijgt zeer waarschijnlijk asperges uit Peru op zijn bord. Peru is op tien jaar tijd wereldwijd de grootste exporteur geworden van verse asperges. Ze vinden gretige afnemers in de VS maar ook in Nederland, Engeland en andere Europese landen. Voor Peru zijn asperges ondertussen het belangrijkste landbouw- exportproduct. En de uitvoer groeit verder. Wat men niet weet, is dat die asperges geteeld worden in droge woestijngrond, aan de kust. Liefst 95% van de Peruaanse asperges komen uit de woestijn van Ica, een provincie waar minder dan 1 mm regen valt per jaar. Het asperge-succesverhaal heeft terbeheer, dat over minder dan tien jaar de
Nu al treft waterschaarste de arme be-
regio door droogte en verzilting ongeschikt
volking in de valleien die haar putten ziet
zal zijn voor landbouw.
droogvallen of opgekocht worden door
De gevolgen van deze overconsumptie van
bedrijven. Sommige rurale gemeenschap-
het totale watergebruik in Ica voor hun
water worden nu al voelbaar. De exploi-
pen moeten overleven met tien liter water
rekening nemen. Bijna al dat water komt
tatiekosten voor de agro-bedrijven lopen
per persoon, dat is een vijfde van wat geldt
uit ondergrondse voorraden. Want voor
op omdat de kosten voor irrigatie sterk
als de norm. In 12 van de 14 districten van
de exportproductie is de kwaliteit van het
stijgen. Maar de zwaarste gevolgen zijn
de provincie Ica stroomt in de meerderheid
oppervlaktewater niet goed genoeg. De
voor de kleine en middelgrote boeren. Die
van de huizen die aangesloten zijn op het
eisen van de Europese voedselinspectie
maken gebruik van open putten. Omdat
waternet maar drie uur per dag water uit
zijn immers hoog.
het grondwater zakt, zijn zij aangewezen
de kraan. De uitputting van de watervoor-
Dat heeft ertoe geleid dat het niveau van
op oppervlaktewater dat onregelmatig is
raden bedreigt ook de stad Ica met meer
het grondwater zeer sterk daalt: gemiddeld
en niet altijd van voldoende kwaliteit. Zij
dan 300.000 inwoners. Een put die 18.000
een halve tot twee meter, en op sommige
maken schulden om de kosten te kunnen
inwoners van water voorzag, is al droog
plaatsen tot 8 meter per jaar. Een situatie
dekken, zien zich verplicht om land en
gevallen. Andere zullen volgen…
die niet kan blijven duren. Vorig jaar waar-
putten te verkopen.
met andere woorden een keerzijde.
Voor de aspergeteelt is er veel water nodig, liefst 2.150 liter per kg. In 2012 werd berekend dat export-asperges 35% van
schuwde ANA, de officiële dienst voor wa-
Bronnen: Agroexportación y agua- maart 2012, Red Ge (Red Peruana por una Globalización con Equidad), Drop by drop - September 2010, Progressio, CEPES en Water Witness International
22
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
900 mensen uit 110 landen mee. Het rapport was overduidelijk: de weg van alleen meer produceren zonder aandacht te schenken aan de sociale en ecologische grenzen, loopt dood.
Ecologische grenzen De manier waarop we vandaag produceren en consumeren zet ons leefmilieu onder onhoudbare druk. Als iedereen zou leven zoals de Belg vandaag, hebben we 4 identieke planeten nodig 2. We zetten de watervoorraden en de -kwaliteit, de bodem en de biodiversiteit onder druk. Bovendien draait het hele voedselsysteem op fossiele brandstoffen.
Watervoorraden slinken
De zware voet(afdruk) van de Belg
aa België voert jaarlijks 21,3 miljoen ha land in om aan al zijn behoeften te voldoen. Dat is 7 keer de eigen oppervlakte! aa De Belg verbruikt 7.400 liter water per dag, twee maal het wereldgemiddelde. Het
merendeel van dat water komt eigenlijk van het buitenland. Het grootste deel van het verbruik verloopt indirect via productie van voeding, kleding en toestellen. aa Elke Belg heeft elk jaar bijna 1 ha nodig
voor zijn of haar consumptie. 87% van dat land moet ‘virtueel geïmporteerd’ worden. België staat daarmee in de top 3 binnen Europa.
Wereldwijd gebruikt de mens 70% van de beschikbare zoetwatervoorraad voor landbouw. In ontwikkelingslanden is dat zelfs 90% 3. In de laatste eeuw groeide het waterverbruik twee maal sneller dan de bevolking. De FAO verwacht dat tegen 2025 bijna 2 miljard mensen zullen leven in absolute waterschaarste, ook als een gevolg van de klimaatverandering. Vooral in landen waar honger nog steeds alom aanwezig is (in Afrika en sommige delen van Centraal-Azië), dreigen de ergste watertekorten.
als gevolg van de bodemdegradatie. Tussen 1961 en 1990 namen graanoogsten toe met 3% per jaar. Tussen 1990 en 2007 daalde dat cijfer tot 0,5%. Ook de opbrengsten van rijst halveerden in dezelfde periode 6.
Waterkwaliteit daalt
Biodiversiteit krimpt
Het intensieve gebruik van meststoffen en pesticiden zorgde tijdens de Groene Revolutie voor ernstige watervervuiling. Omdat de voedselproductie zo’n groot aandeel heeft in het wereldwijde verbruik en de kwaliteit, zit daar de sleutel voor een duurzaam behoud en beheer van het beschikbare water.
Bodem degradeert
Vandaag wordt meer dan 2 miljard ha bedreigd door erosie, verzilting, verlies aan organisch materiaal, enz. 4. Volgens de FAO is 25% van het totale beschikbare land zo zwaar aangetast dat het de voedselproductie in het gedrang brengt 5. De landbouw kampt met dalende productiviteit
Bron: Friends of the Earth (maart 2013); www.waterfootprint.org
Het verlies aan biodiversiteit - de verscheidenheid aan levensvormen binnen het ecosysteem - zet een hypotheek op het potentieel voor ontwikkeling in de toekomst. De landbouw is daar een belangrijke factor in. Vandaag zijn 14 diersoorten goed voor 90% van de totale veeteelt en 30 plantensoorten zorgen voor 90% van de totale consumptie 7. De winsten van het omturnen van natuurlijke habitat in grootschalige, commerciële landbouw gaan gepaard met een groot verlies aan ‘ecodiensten’, zoals opslag van CO2 en regulering van overstromingen. Ook bij ons gaat de biodiversiteit erop achteruit. Denk maar aan de massale bijensterfte die sterk gerelateerd is aan het gebruik van pesticiden in de landbouw.
2
WWF (2012), Living Planet Report 2012: Biodiversity, Biocapacity and Better Choices, http://awsassets.panda.org/
3
UNEP (2012), Global Environmental Outlook 5, http://www.unep.org/geo/pdfs/geo5/GEO5_report_full_en.pdf
4
IAASTD, Synthesis Report, 2008, http://www.agassessment.org/reports/IAASTD/EN/Agriculture%20at%20a%20
5
FAO (2011), State of the World’s Land and Water Resources for Food and Agriculture. Managing systems at risk,
6
‘How much is enough?’, The Economist, Special Report on Feeding the World, 2011-02-24, , http://www.economist.
7
UNEP (2007), State and Trends of the Environment 1987-2007, Global Environmental Outlook-4,
downloads/1_lpr_2012_online_full_size_single_pages_final_120516.pdf
Crossroads_Synthesis%20Report%20(English).pdf http://www.fao.org/docrep/017/i1688e/i1688e.pdf com/node/18200702
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
23
Overdadig gebruik van fossiele energie
Vandaag heb je 10 calorieën uit fossiele brandstof nodig om 1 calorie voedsel te produceren. Dat verklaart waarom voedselprijzen zo sterk gelinkt zijn aan olieprijzen. Het zegt ook hoe afhankelijk onze voedselproductie is van fossiele energie. Het voedselsysteem is goed voor 30% van de totale menselijke uitstoot van broeikasgassen. Het grootste deel van die uitstoot gebeurt niet op het veld. In de rijke landen dient 60 tot 70% van de gebruikte energie voor het verwerken van voedsel (verpakken, bewaren, transporteren, enz.). We eten ook steeds meer verwerkt voedsel dat enorme afstanden aflegt voor het op ons bord verschijnt.
De landbouw is dus een factor in de ecologische crisis, maar is er tegelijkertijd de oplossing voor. Als we landbouw duurzamer maken, verkleinen we onze voetafdruk, behouden we het potentieel van onze grond, water en biodiversiteit. Niet alleen de landbouw moet duurzamer, ook alle schakels tussen het veld en ons bord: bewaring, verwerking, transport en distributie.
- Fao/J.Villamora -
Curieuze samenwerkingsverbanden
“Mijn koeien gaan langer mee” Biobedrijf De Zwaluw Nils Mouton heeft een gevarieerd biobedrijf met een vijftigtal koeien en 120 schapen. Hij levert aan de voedselteams en produceert ook eigen roomijs. Nils bewijst dat melk produceren diervriendelijk, efficiënt en rendabel kan zijn, zonder voeder dat uit Frankrijk of zelfs Brazilië komt. In de zomer van 2010 bouwde hij een compoststal. Daarin hebben de koeien ruimte en lopen ze los. Hun mest valt op een
Eenden in de rijstvelden
De rijst-eendcombinatie is een wijd-
moet kopen en aan het eendenvlees
laag houtsnippers en wordt meteen omgezet in
een nieuwe inkomstenbron heeft.
compost. De stal uitmesten is niet meer nodig. Het bedrijf van Nils is nu bijna volledig zelfvoor-
verspreid succesverhaal in Azië. De Vissen en rijst
zienend wat veevoeder betreft. Zijn streefdoel
Meer dan duizend jaar al gebrui-
is om 100% eigen voeder te kweken en zijn
ongedierte en dat betekent dat de
ken de boeren in Zuid-China de
dieren 100% antibioticavrij te houden. “Als die
boer geen schadelijke chemische
rijst-vismethode. Recent onderzoek
twee zaken lukken wil ik gerust inleveren op
pesticides
moet
van de Zhejiang-universiteit heeft
liters melk. Het levert alleen maar voordelen op:
gebruiken om zijn oogst te vrijwaren.
aangetoond dat rijstvelden waarin
betere kwaliteit van de melk én een betere prijs
Door het water om te woelen, bren-
ook vis wordt gekweekt 68% minder
want de kost van ruwvoeder en antibiotica valt
gen de eenden meer zuurstof in het
chemische
weg. Als je niet de grootste productie nastreeft,
water. Dat komt de wortels van de
en 24% minder kunstmest dan
heb je sowieso al minder antibiotica nodig.”
rijstplanten ten goede en bevordert
velden met enkel rijst. Net als de
Nog een voordeel is dat je gezonde beesten
hun groei. De mest van de eenden
eenden eten de vissen onkruid en
krijgt die zonder problemen kalven. Nils:
is bovendien een goede natuurlijke
ongedierte. De methode is door de
“We moeten nooit helpen ’s nachts om af te kal-
bemester voor de rijst. Tegelijkertijd
FAO benoemd als een wereldwijd
ven. De koeien gaan ook langer mee omdat je
houdt de boer meer inkomsten over
belangrijk landbouwerfgoed.
niet het maximale vraagt. Zo blijft het rendement
idee is om in de rijstvelden eenden uit te zetten. Die eten onkruid en
24
en
herbicides
pesticides
gebruiken
omdat hij veel minder meststoffen
op lange termijn hetzelfde of zelfs nog beter.”
Bron: Greenpeace East Asia
Bron: BioForum Vlaanderen
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
2. De antwoorden die volgens ons deugen Antwoord 1 Het agro-ecologische alternatief De manier waarop we vandaag voedsel produceren is een eindig verhaal. Het voedselsysteem botst tegen haar ecologische grenzen, zoveel is duidelijk. Toch wordt vandaag al geschreven aan een alternatief verhaal. ‘Agro-ecologie’ heeft al bewezen een belangrijke piste te zijn voor de transitie naar een duurzaam voedselsysteem. Agro-ecologie is tegelijkertijd een wetenschappelijke discipline, een verzameling landbouwpraktijken en een sociale beweging. De agro-ecologie gaat op zoek naar praktijken om het hele landbouwsysteem te optimaliseren en niet enkel naar de maximalisering van de opbrengst van een individuele plant 8. Een agro-ecologische landbouw steunt op een aantal fundamentele principes 9: aa een zo intensief mogelijk gebruik van de hernieuwbare bronnen als zonlicht, water, enz., aa een permanente combinatie van verschillende teelten – ook veeteelt – binnen één veld, aa een maximaal gebruik van planten als peulvruchten om voedingsstoffen zoals stikstof en koolstof te fixeren in de bodem, aa een maximaal gebruik van de natuurlijk aanwezige mineralen in de bodem via bomen (agro-forestry). Agro-ecologie is geen romantische ‘keuterlandbouw’ zoals het vaak wordt afgeschilderd. Agro-ecologie is ‘cutting edge’-wetenschap die de natuurlijke cycli van de natuur tracht te begrijpen en te reproduceren op het niveau van de boerderij en het veld. Agro-ecologie wil werken met de natuur en niet tegen de natuur. Investeringen in de landbouw en onderzoeksbudgetten moeten dan ook in de richting van de gediversifieerde, agro-ecologische landbouw georiënteerd worden.
“
Alexis, bediende in Bujumbura, Burundi De prijzen van voedingswaren zijn sterk gestegen. De reden is de kost van transport, de belastingen en de devaluatie van onze munt tegenover de munt van de buurlanden, de euro en de dollar. Dat heeft veel invloed omdat Burundi veel invoert uit Rwanda en Tanzania. Mensen passen zich aan en schakelen over op goedkopere voedingsproducten, wat ook hun voedingswaarde moge zijn. Als dat niet volstaat reduceert men de hoeveelheid eten per dag, dan het aantal maaltijden en ten slotte het aantal mensen dat dagelijks eet. Wie bijvoorbeeld maandagmiddag eet, zal pas dinsdagavond opnieuw eten. Iedere dag zie ik die strategieën als ik voor mijn werk in de heuvels rond Bujumbura ben. Ik zie al tekenen van ondervoeding. Als de prijzen niet dalen, gaan er mensen sterven. En ook overvallen en diefstallen op het veld zullen toenemen. Wie uitgehongerd is, is niet voor rede vatbaar.
8
Visser, M. (2012), ‘Agro-ecologie in een notendop’, in: Oikos, 1, pp. 20-32; Altieri, M., op. cit.
9
http://www.agroecology.org/Principles_List.html
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
25
- Trias -
Een voorgekookt idee! Burkinese ‘femmes étuveuses’ spelen in op de lokale markt In 2008 rezen de prijzen van voedsel de pan uit,
4.000 vrouwen hebben in deze zones verwer-
ingevoerd. De Afrikaanse regeringen hebben
voorgekookt, gepeld en opgeslagen wordt. Deze
hoogde aandacht voor de lokale productie van
uit de streek. Ze creëren ook een meerwaarde,
wint in het dagelijks menu van de Afrikaanse
dan de “gewone” witte rijst.
- net als in de rest van West-Afrika - opnieuw
zetten ook een consumentenonderzoek op. Ze
ook van de rijst die traditioneel uit Azië wordt
kingseenheden opgezet, waar de paddy-rijst
geen nood aan voedselrellen. Vandaar hun ver-
‘centres d’étuvage’ leveren werk voor vrouwen
rijst, die de laatste jaren ook steeds aan belang
waardoor de rijst duurder kan verkocht worden
consument. In Burkina Faso is er sedert 2008
Enkele associaties van de “femmes étuveuses”
aandacht voor die lokale productie.
bevroegen panels van 80 à 100 consumenten,
In een achttal geïrrigeerde zones verbouwen een
van de staat, het leger, een hospitaal, enz. Uit dit
5.000 boeren op ongeveer evenveel hectares
“blind” proeven kwamen enkele variëteiten als de
verschillende variëteiten rijst. De Afrikaanse
meest gewaardeerde naar voor. Die informatie
consumenten blijken vooral de voorgekookte
is dan weer doorgespeeld aan de producenten,
rijst of ‘riz étuvé’ te smaken. Het zijn de vrouwen
meestal de mannen van de étuveuses. Waardoor
van de producenten die al meer dan 20 jaar de
die zich meer op die variëteiten gingen toeleggen.
‘paddy-rijst’ bij hen thuis in grote aarden potten
TRIAS wil in de toekomst samen met Vredesei-
voorkoken, daarna pellen en verkopen. Of nog:
landen, onder meer in Burkina Faso, dit soort
thuis opslaan voor het dagelijks menu. Door het
pilootprojecten ondersteunen. Doel is de lokale
voorkoken blijven een aantal voedingsstoffen
productie te verhogen maar vooral boeren en
beter bewaard in de uiteindelijk “wit” gepolijste
boerinnen de kans te geven daarmee een beter
waaronder grote opkopers, vertegenwoordigers
rijst. Mooi meegenomen dus.
inkomen te realiseren. De “femmes étuveuses”
Deze traditionele vorm van “verwerking” wordt
hebben bewezen dat ze een cruciale factor zijn
sedert een aantal jaren gepromoot, onder
in dit verhaal.
invloed van enkele ngo’s en donoren. Meer dan Bron: Trias
26
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
Ook de VN-rapporteur voor het Recht op Voedsel, Olivier De Schutter, en het baanbrekende IAASTD-rapport schuiven agro-ecologie naar voren als een belangrijk antwoord op de voedseluitdaging. Het heeft het potentieel om de productiviteit van de kleinschalige landbouw drastisch te verhogen zonder een bijkomende druk te zetten op de natuurlijke hulpbronnen 10, biedt een antwoord op de klimaatcrisis en kan de situatie van de armsten verbeteren. Beide rapporten besluiten dat de productie van kleinschalige boeren in de meest door honger getroffen regio’s binnen 10 jaar kan verdubbelen door over te schakelen op agro-ecologische methodes 11.
Antwoord 2 Plattelandsarmoede aanpakken Investeer in de boer
Om het recht op voedsel voor allen te garanderen moeten we eerst en vooral de armoede op het platteland aanpakken, want net daar zitten de meeste armen. We moeten inzetten op de lokale duurzame landbouw, op familiale landbouwers en hun organisaties. We moeten hen versterken zodat ze de vruchten van de stijgende prijzen kunnen plukken. Waarom duurzame, diverse en meer kleinschalige landbouw? aa Omdat het een grotere opbrengst per vierkante meter en per eenheid energie genereert dan grootschalige, commerciële landbouw. Dat is niet onbelangrijk wanneer grond en energie steeds schaarser worden; aa Omdat het minder druk zet op het leefmilieu en de natuurlijke hulpbronnen. Deze landbouw is dus duurzamer; aa Omdat het gericht is op lokale en regionale markten en een katalysator is voor ontwikkeling van andere sectoren. De meerwaarde wordt lokaal toegevoegd en blijft in het land zelf; aa Omdat het jobs creëert op het platteland, wat de enorme plattelandsvlucht en armoede in de steden kan stoppen; aa Omdat het in de eerste plaats gericht is op de productie voor de vraag naar voedsel en niet voor de meest rendabele markten (bijvoorbeeld voor de productie van biobrandstoffen).
10
Boeren moeten toegang krijgen tot markten. Ze moeten de middelen hebben om te kunnen voldoen aan de vraag van moderne markten: kredieten en een verzekerde toegang tot land en water. Ze hebben kennis en technieken nodig die aangepast zijn aan hun situatie. We moeten van de kleinschalige boer niet verwachten dat hij concurreert met de Europese landbouwer die op grote schaal graangewassen teelt. Ontwikkelingslanden moeten dan ook het recht kunnen doen gelden om markten af te schermen zodat die kleinschalige landbouw een eerlijke kans krijgt.
Pretty, J. (2006), ‘Resource-conserving agriculture increases yields in developing countries’,
Environmental science and technology, 40, 4, pp. 1114-1119 11
IAASTD & De Schutter 2010 De Schutter O., Agro-ecology and the Right to Food, 2011, http://www.srfood.org/index. php/en/component/content/article/1174-report-agroecology-and-the-right-to-food
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
27
Meer rijst met minder zaad Biorijst uit Centraal-Java, Indonesië In het district Boyolali leeft 31% van de mensen
bij de SRI-methode zaailingen van 5 dagen ver uit
ste landbouwgewas in de regio is rijst met 2 tot
hebben de wortels tijd en ruimte om zich sterker en
rijstboeren in Boyolali, waarvan er 48.000 biolo-
beter aan extreme weersomstandigheden. Door de
met minder dan 1 dollar per dag. Het belangrijk-
elkaar geplant, in een vochtige bodem. Daardoor
3 oogsten per jaar. Er wonen ongeveer 272.000
dieper te ontwikkelen. Deze rijstplanten weerstaan
gische rijst produceren.
rijst niet te bevloeien, blijven meer micro-nutriënten
Vredeseilanden werkt in de regio onder meer
100%.
samen met de boerenorganisatie Appoli. De af-
Bij de start van het programma in 2008 werd de
gelopen jaren werden de boeren ondersteund om
biologische rijst niet gewaardeerd op de lokale
hun productiemethodes duurzamer te maken, en
markt, waardoor de boeren ook geen meerprijs
om de verwerking en commercialisatie te verbete-
kregen. Door sensibiliseringsacties groeide de
ren. Appoli had in november 2012 3.559 leden die
waardering bij de lokale bevolking en kregen de
biologische rijst produceren. Hun inkomen steeg
boeren een hogere prijs. Eind 2010 betalen consu-
gevoelig.
menten een 7.000 rupiah (ong. 0,5 euro) voor een
De rijst in Boyolali wordt geteeld volgens de SRI-me-
kg gewone rijst en 9.000 rupiah (ong. 0,7 euro) voor
thode. Dat staat voor System of Rice Intensification:
biologische rijst. Er is op de lokale markt echter
met minder inputs meer rijst produceren. De rijst
onvoldoende koopkracht om de totale productie
wordt geproduceerd met minder water (tot 50%
van biologische rijst lokaal te verkopen aan hogere
minder), minder zaad (tot 90% minder) en zonder
prijzen. Daarom is het plan om een deel van de
chemische meststoffen en pesticiden.
biologische rijst te exporteren, wat zal zorgen voor
Het systeem is gebaseerd op sterke ontwikkeling
extra inkomsten naar de regio. Met de steun van
van de wortels van de rijstplanten. In plaats van
Vredeseilanden kon Appoli haar rijst certificeren
zaailingen van 30 dagen dicht bijeen te planten in
voor de internationale markt.
actief en kan de productie verhogen van 50 tot
bevloeide velden - de gangbare teeltwijze-, worden Bron: Vredeseilanden
28
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
Daarnaast zijn dringend investeringen nodig in die landbouw. Behalve in Europa liepen publieke investeringen in de landbouw de afgelopen decennia overal sterk terug 12. Die trend moet gekeerd worden. Investeringen in de landbouw zijn broodnodig in de strijd tegen de honger. Tot dat besluit kwam ook de FAO in haar rapport van 2012. De FAO stelt dat de boer centraal moet staan in het investeringsbeleid. Ook collectieve investeringen in publieke goederen, zoals infrastructuur, onderzoek en opleidingen, leveren grote winsten op in de strijd tegen honger.
Een sociaal vangnet
Ook sociale beschermingsmechanismen kunnen de plattelandsarmoede tackelen en het recht op voedsel garanderen. Sociale bescherming betekent niet alleen dat je verzekerd bent tegen risico’s zoals ziekte, werkloosheid, ouderdom, enz. Het
gaat ook om bescherming tegen de risico’s van hoge voedselprijzen en misoogsten. Het versterkt de capaciteiten van mensen om zich te kunnen wapenen tegen toekomstige voedselcrisissen. Het recht op sociale bescherming verplicht staten om tussen te komen wanneer mensen geen of onvoldoende inkomen hebben. Dit is een verplichting die geldt voor alle landen op basis van mensenrechtenverdragen, ongeacht hun ontwikkelingsniveau. En ze doen dit best in overleg en in samenwerking met andere relevante actoren, waaronder het middenveld. Jammer genoeg hebben ontwikkelingslanden vaak niet de capaciteit of de wil om dergelijke beschermingsmechanismen op te zetten. Rijke landen hebben een verantwoordelijkheid om het recht op sociale bescherming te garanderen. Onze beleidsmakers kunnen die belofte waarmaken door middelen vrij te maken voor de invoering van deze mechanismen.
De ‘hutan desa’ Land beschermen tegen overnames - Indonesië De provincie Jambi, ten zuiden van het
Enkele jaren terug dook het concept op van
Er wordt in de gemeenschappen nu al
eiland Sumatra, is een schoolvoorbeeld
de “hutan desa” (in de Engelstalige teksten
exclusief organische meststof gebruikt
van massale ontbossing in Indonesië.
wordt het als ‘Forest Village’ vertaald).
en de meeste teelten, zoals rubber, rijst
In de periode 1970-2008 verdween hier
Gemeenschappen die een lange ervaring
en fruitbomen, zijn nu reeds biologisch.
zowat 90% van het regenwoud om plaats
in goed bosbeheer kunnen voorleggen,
Alleen voor bepaalde gewassen worden
te maken voor plantages van palmolie en
komen voor dit statuut in aanmerking. In
nog pesticiden gebruikt.
snelgroeiende bomen voor de pulp- en
2009 hielp Walhi 17 dorpen in het westen
Walhi wil het concept van hutan desa nog
papierproductie of de bouwsector.
van Jambi om zo’n officiële erkenning door
sterker promoten en nog meer dorpen,
het ministerie van Bosbeheer in de wacht
ook buiten Jambi, inspireren. Musri Nauli,
Dat die ontbossing zo snel kon gaan heeft
te slepen. De belangrijkste troef voor deze
directeur van Walhi Jambi: “Er zijn te veel
onder meer te maken met de zwakke legale
hutan desa is de officiële bescherming van
landconflicten in dit land, in deze provincie
bescherming van de boeren, gemeen-
hun land tegen bedrijven die via allerlei
heeft Walhi er 312 gedocumenteerd. Vele
schappen en inheemse gemeenschappen.
trucs proberen grond over te nemen.
boerengemeenschappen
Die exploiteerden voordien grote stukken
De hutan desa biedt ook erkenning voor
vernederd en zijn slachtoffer van repressie.
bos maar op een minder intensieve manier,
gemeenschappelijke gronden en zet in op
Vele land-hongerige bedrijven ageren als
met een mix van rijst, rubber, groenten,
duurzaam bosbeheer.
een echte pletwals, Ze denken enkel aan
koffie,
Betere
Cruciaal voor het succes is de consolidatie
hun winst en negeren de rechten van de
bescherming van de landrechten van
en de versterking van de gemeenschaps-
boeren. Voor de boeren is land echter de
deze boeren is dan ook een punt waar
zin en het verhogen van de inkomsten
bron van leven, dat recht moeten we met
11.11.11-partner Walhi samen met andere
- maar binnen een strikte regelgeving.
hand en tand verdedigen.”
organisaties al jaren voor ijvert. Zij eisen een
Uitbreiding van de productie in bosgebied
grondige landhervorming en officiële erken-
is beperkt en geleidelijk aan moet men
ning voor gemeenschappelijke gronden.
overgaan naar meer duurzame teelten.
pindanoten,
fruitbomen.
voelen
zich
Bron: 11.11.11, Walhi
FAO (2012), State of Food and Agriculture: Investing in agriculture for a better future, http://www.fao.org/publications/
12
sofa/en/
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
29
Antwoord 3 Democratisch beheer Van belangen en rechten
Het werd al duidelijk in onze beschrijving van de oorzaken van honger. Er zit iets grondig scheef aan ons voedselsysteem. Er is een ongelijke machtsverdeling tussen de enkelen die bepalen wat, waar en voor wie geproduceerd wordt en de miljoenen, zelfs miljarden consumenten en kleinschalige producenten van voedsel. Landroof, voedselspeculatie en de verregaande liberalisering van het handelsbeleid, ook in voedselmarkten, zijn een symptoom van het gebrek aan democratie in ons voedselsysteem. De stem van de grootste groep – kleine boeren, vrouwen, consumenten, … - weegt er niet op tegen de belangen van een aantal grote spelers en sterke economieën.
Het beleid pakt die scheve situatie onvoldoende aan en ondermijnt de voedselsoevereiniteit van landen en mensen. Onder voedselsoevereiniteit verstaan we het recht van volkeren en staten om zelf te beslissen over hun landbouw- en voedselbeleid, zolang ze geen schade berokkenen aan de landbouw van andere landen. Het gaat om het recht op gezond, kwaliteitsvol en cultureel passend voedsel, het recht op een fatsoenlijk inkomen waarbij de landbouwprijzen de productiekosten dekken en waarbij de boer fatsoenlijk kan leven van zijn landbouwactiviteit; het recht op toegang tot en een eerlijke verdeling van de productiemiddelen en het recht om de landbouwproductie en handel te beschermen en te reglementeren zodat zij beantwoorden aan de verwachtingen van de maatschappij en het milieu respecteren.
Onze stem laten horen
Het recht op voedsel veronderstelt een overheid die zorgt dat alle belanghebbenden – ook achtergestelde landbouwers en arme consumenten – in een beleid tegen de honger worden betrokken. Dat betekent dat het middenveld zowel in Noord als Zuid – boerenorganisaties, vakbonden, ngo’s, enz. – hun zeg moeten kunnen doen. Op mondiaal vlak zijn al stappen in die richting gezet. Zo werd het Comité voor Voedselzekerheid, een forum binnen de Verenigde Naties waar staten over het nodige beleid onderhandelen, recent hervormd. Nu heeft ook het middenveld een stem in de internationale beleidsvorming en neemt het volwaardig deel aan de debatten. Dat is een eerste, noodzakelijke stap naar een democratisch en transparant beheer van ons voedselsysteem. De stem van boeren en vaak arme consumenten moet worden gehoord op alle beleidsniveaus waar beslissingen worden genomen. Zo moeten landhervormingen rekening houden met de verwachtingen van de mensen die de grond reeds generaties lang bewerken. Of moet het mogelijk zijn dat benadeelde boeren klacht kunnen indienen tegen overheden of bedrijven in het Noorden die hun recht op voedsel schenden. Dat het kan, toont onderstaand voorbeeld van de ‘hutan desa’ in Indonesië.
30
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
Antwoord 4 Anders gaan eten
De ecologische voetafdruk van voedsel
Vlees in de wereldkuip
BEEF
We schreven al over de slinkende watervoorraden, de bodemdegradatie, de druk op de biodiversiteit, het overmatig gebruik van fossiele brandstoffen. Een voorbeeld dat typisch is voor dit systeem is de vleesproductie. De wereld is verlekkerd op vlees. Op 50 jaar tijd is de vleesconsumptie per hoofd van de bevolking bijna verdubbeld van 22 kg in 1961 tot 40 kg in 2007. De Belg is daar het archetype van: in 2004 at de gemiddelde Belg 102 kg vlees 13. Vandaag zien we dat groeilanden als China, Brazilië en zelfs India ons Westerse consumptiepatroon overnemen en steeds meer vlees consumeren. Toch is het consumptiepatroon van de vlees-veelvraat niet haalbaar voor deze wereld, daarvoor is er gewoon te weinig land. De ‘meatification’ van de wereld 2000
2050
Noord-Amerika en Europa
83
89
Azië en Noord-Afrika
28
51
Zuid-Amerika
58
77
Sub-Sahara-Afrika
11
22
Vleesconsumptie in de wereld (in kg per persoon) Bron: Rosegrant & Thornton, 2008
Die ‘meatification’ van ons dieet heeft een tol. De productie van vlees is bijzonder inefficiënt. Om 1 calorie rundvlees te produceren heb je 18 calorieën uit plantaardige producten nodig (voor veevoeder). Kijk je naar de totale productie en hou je rekening met onder meer het transport, stijgt dat tot 33 calorieën. Wereldwijd is 33% van het akkerland bestemd voor de productie van veevoer, goed voor meer dan 60% van de totale productie van granen,
CHICKEN
EGGS MILK
WHEAT
15,500
16
7.9
6
3,900
4.6
6.4
1.8
3,333
5.5
6.7
1,000
10.6
9.8
1,300
0.8
1.5
RICE
3,400
1 Kg
Water footprint (litres)i
Emissions (Kg CO2e)ii
Land use (m2)iii
Grain (for feed) (kg)
2470 1650 1430 610 3400 1300 Calories (Kcal)
Assumes an average egg weighs 60g, and the density of milk is 1kg per litre. ii Based on production in England and Wales iii Based on production in England and Wales, assumes all production is on land of an equal grade i
Sources: Water http://www.waterfootprint.org/?page=files/productgallery; emissions and land use UK DEFRA (2006), http://goo.gl/T12ho; grain National Geographic, http://goo.gl/4CgFB; calories USDA National Nutrient Database, http://goo.gl/7egTT
Bron: Oxfam
maïs en gerst 14. Bovendien legt die vleesproductie een enorm beslag op het beschikbare water. Vleesproductie vraagt tot tien keer meer water dan plantaardig voedsel 15.
Consument en overheid samen aan tafel
Duurzame consumptie kan de voorbode zijn naar een duurzaam voedselsysteem. De consument kan perfect beslissen zijn vleesconsumptie te matigen en vooral duurzame voeding met een lage ‘voetafdruk’ te kiezen. Tegelijkertijd ligt hier ook een grote verantwoordelijkheid voor het beleid. Die legt de verantwoordelijk vandaag te veel bij de consument door vooral in te zetten op informatiecampagnes en productlabels. Dat is goed, maar onvoldoende. Bewustmaking en informeren van consumenten is onvoldoende om de transitie naar een duurzaam consumptiepatroon mogelijk te maken. Ook een actief overheidsingrijpen is cruciaal.
Doe de Foodtest! In 2013 voerde Broederlijk Delen campagne rond honger en
klaar? Koop je aardappelen uit Nieuw-Zeeland of uit België? Wil je
voedselzekerheid in Oeganda. De ngo daagde iedereen uit om
vlees op je bord of mag het eens vegetarisch? En wat doe je met
over eigen omgang met voedsel na te denken. Neem je elke dag
de restjes? Mee de strijd aangaan tegen de honger in het Zuiden
je boterhammetjes mee naar het werk of koop je een belegd
betekent ook in eigen bord kijken!
broodje? Kook je met verse ingrediënten of kies je voor kant-en-
Doe de foodtest op w ww.broederlijkdelen.be/foodtest.
Bron: Broederlijk Delen
13
Brussels Observatorium voor Duurzame Consumptie, Stijgende vleesconsumptie: het milieu betaalt de prijs, http:// www.oivo-crioc.org/files/nl/4128nl.pdf
FAO (2006), Live Stock’s Long Shadow. Environmental Issues and Options, 2006, ftp://ftp.fao.org/docrep/fao/010/
14
a0701e/a0701e.pdf
Honger: de antwoorden
Omdat honger een onrecht is
31
Antwoord 5 Stop de voedselverspilling Volgens de FAO gaat er elk jaar wereldwijd 1,3 miljard ton of ongeveer 1/3 van het voedsel verloren 16. Voor groenten en fruit is dit zelfs bijna de helft, wat betekent dat voor iedere krop sla die wordt gegeten, er ook eentje wordt weggegooid. In ontwikkelingslanden gaat het meeste voedsel verloren bij de oogst, bewaring en verwerking door slechte opslaginfrastructuur, beperkte transportmogelijkheden, enz. In rijke landen wordt er ook veel verspild in de landbouw en de verwerking, maar dan voornamelijk door te hoge normen die worden gesteld aan voedsel. Daarnaast koopt de consument veel te veel voedsel dat vaak vergeten wordt en in de koelkast blijft liggen. Terwijl arme landen een ondermaatse oogst- en bewaarinfrastructuur hebben en een tekort aan voedsel hebben, is voedselverspilling in rijke landen voornamelijk een luxeprobleem. In Vlaanderen wordt het totale voedselverlies geschat op bijna 2,3 miljoen ton. Dat is goed voor meer dan 370 kilogram per Vlaming per jaar 17.
Het blijft knagen aan ons geweten wanneer we al dat voedsel weggooien terwijl bijna 1 miljard mensen honger lijdt. Het probleem is echter nog veel groter. Voedsel kost enorm veel: energie, water, grond, … Voedselverspilling is dan ook vooral een enorme verspilling van de schaarse natuurlijke hulpbronnen. Bovendien kost het gewoon ontzettend veel geld. Het financiële verlies in België wordt geschat op 1,4 miljard euro per jaar. Het inperken van voedselverlies is de eerste manier om het voedselaanbod te doen toenemen zonder het milieu bijkomend te belasten. Het moet dan ook een prioriteit zijn om dat probleem aan te pakken, zowel in Noord als Zuid. In alle fases in de keten – productie, verwerking, distributie als bij de consument – gaat enorm veel voedsel verloren. Het beleid moet dan ook inzetten op de hele keten.
Van de krombekerwt en de holpijpselder Eigen zaden bij Akelei Akelei is een 4 ha groot biotuinbouwbedrijf in
opgebouwd, zodat we met minimale ingrepen een
Schriek, deelgemeente van Heist-op-den-Berg.
gezond product kunnen oogsten. Eén derde van
Greet en Johan telen er een brede variatie aan
onze gewassen is van eigen zaadteelt, waaronder
verse groenten in volle grond, die wisselt naarge-
de typisch Mechelse blauwgroene winterprei, de
lang de seizoenen en die goed gedijt op de lemige
aromatische holpijp-soepselder en de Mechelse
zandgrond.
krombekerwt.” De prei is intussen officieel erkend
Greet: “Op Akelei sluiten we aan bij de traditie van
als landras.
de Vlaamse tuinbouw om met eigen telerselecties
“Onze afzet richt zich naar de groothandel Biofresh,
te werken. Door de zaadteelt op het bedrijf te inte-
op een boogscheut van het bedrijf. Er is een winkel
greren, komen we tot gewassen die zich doorheen
op het bedrijf, die bevoorraad wordt met gemeng-
de jaren sterk aangepast hebben aan het typische
de sla, erwtjes, rucola, rode-meldespinazie, ... In
van de grond, de streek en het eigen karakter
de winkel is het motto vers en divers. Wij maken
van het bedrijf. Door de selectie van de meest robuuste planten wordt een natuurlijke weerstand
ook één keer per week groentepakketten voor enkele bio-teams.”
Bron: BioForum Vlaanderen, website Akelei
15
Jägerskog, A., Jønch Clausen, T. (eds.) (2012), Feeding a Thirsty World – Challenges and Opportunities for a
Water and Food Secure Future, Report Nr. 31, Stockholm, SIWI, http://www.siwi.org/documents/Resources/ Reports/Feeding_a_thirsty_world_2012worldwaterweek_report_31.pdf Gustavsson J., Cederberg C., Sonesson U., Van Otterdijk R. & Meybeck A. (2011) Global food losses and food waste.
16
Extent, causes and prevention, Rome, FAO. 17
32
Synthesedocument, Voedselverlies in Vlaanderen, Interdepartementale werkgroep voedselverlies, 2012.
Omdat honger een onrecht is
Honger: de antwoorden
4. Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel - Fao/Giulio Napolitano -
De uitdaging is duidelijk: honger de wereld uithelpen, zonder de draagkracht van de aarde te overstijgen, met zorg voor de biodiversiteit, natuurlijke hulpbronnen en een waardig inkomen voor de boeren die voedsel produceren. Daarvoor hebben we dringend een transitie naar een duurzaam voedselsysteem nodig dat het recht van allen respecteert. Die transitie veronderstelt een krachtdadig en coherent beleid dat de engagementen en verplichtingen voor het recht op voedsel waarmaakt. Een dergelijk beleid loopt langs 2 sporen: 1. We moeten de obstakels die een transitie in de weg staan opruimen; 2. We moeten een ondersteunend beleid voeren om die transitie in gang te zetten, door beloftevolle praktijken in productie en consumptie te versterken. In dit hoofdstuk beschrijft 11.11.11 dit twee-sporenbeleid. Bij elk van de sporen formuleren we 6 politieke eisen gericht naar de Vlaamse, Belgische en internationale overheden en instellingen. Een dozijn maatregelen die we dringend moeten nemen om de honger te verbannen!
1. Ruim de obstakels op!
1. Voedselspeculatie moet verdwijnen: transparantie en regulering van financiële markten
2. Landbouwgewassen dienen in de eerste plaats om op te eten: niet voor biobrandstoffen 3. Toegang tot land en water is verzekerd 4. Ambitieus klimaatbeleid erkent de rol van duurzame landbouw 5. Een rechtvaardig en democratisch handelsbeleid: daarin krijgen ontwikkelingslanden de beleidsruimte voor duurzame landbouw en
2. Versterk beloftevolle praktijken!
1. Ontwikkel en ondersteun agro-ecologische praktijken: minder afhankelijk van niet-hernieuwbare hulpbronnen 2. Investeer in lokale duurzame landbouw: steun familiale landbouwers en hun organisaties 3. Voer sociale beschermingsmechanismen in
4. Stimuleer duurzame consumptie 5. Stop de verspilling 6. Vóór een duurzaam en solidair landbouwbeleid bij ons
de garantie van het recht op voedsel 6. De enorme machtsconcentratie is nefast: herverdeel macht in de voedselketen
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
Omdat honger een onrecht is
33
1. Ruim de obstakels op! Voedselspeculatie moet verdwijnen: transparantie en regulering van financiële markten Wat moet Europa doen?
aa Beleggers actief op grondstoffenmarkten bieden volledige transparantie over hun activiteiten en posities. Transparantie is de eerste stap naar een goede regulering. aa Termijnmarkten dienen voor eindverkopers en –kopers van voedsel. aa Indexfondsen op basis van landbouwproducten worden verboden. Beleggers op de markt voor landbouwproducten krijgen maximale posities opgelegd om te voorkomen dat de grootste spelers de koersen voor speculatieve doeleinden kunnen manipuleren. Deze maximale posities worden opgenomen in de Europese richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten (MiFID).
Wat moet België doen?
aa België controleert de activiteiten van Belgische financiële instellingen en verzekert dat financiële producten binnen en buiten zijn grondgebied het recht op voedsel niet bedreigen. aa België versterkt het beleid van publieke voedselvoorraden in EU, FAO en Comité voor Voedselzekerheid. Lokale en regionale voedselreserves zorgen voor stabielere prijzen en inkomens en gaan speculatie tegen. Die voorraden moeten publiek beheerd worden in overleg met de actoren in de keten.
Landbouwgewassen dienen in de eerste plaats om op te eten, niet voor biobrandstoffen Wat moet Europa doen?
aa Europa hervormt het beleid voor hernieuwbare energie en de kwaliteit van brandstoffen, zodat alle landgebonden biobrandstoffen die het recht op voedsel bedreigen verdwijnen. aa Europa brengt alle uitstoot van broeikasgassen die biobrandstoffen veroorzaken performant in rekening, ook wanneer die wordt veroorzaakt door indirect landgebruik (ILUC). aa Europa zorgt voor een uitfasering van subsidies en stimuli voor biobrandstoffen uit landbouwgewassen.
34
Omdat honger een onrecht is
aa Europa zorgt voor strikte en afdwingbare duurzaamheidscriteria die rekening houden met het recht op voedsel, recht op waardig werk, het recht op water en het recht op land.
Wat moeten België en Vlaanderen doen?
aa België en Vlaanderen herzien hun ondersteuningsbeleid voor biobrandstoffen. Ze zetten prioritair in op energiebesparing en hernieuwbare energiebronnen die echt bijdragen tot het leefmilieu en de strijd tegen de klimaatverandering, zonder negatieve impact op de mensenrechten. aa België en Vlaanderen zetten prioritair in op een ambitieus, duurzaam en sociaal mobiliteitsbeleid dat de impact op het leefmilieu sterk reduceert en de dienstverlening aan de burger versterkt. aa België en Vlaanderen nemen ook zelf sociale randvoorwaarden op in het biobrandstoffenbeleid. Het recht op voedsel, recht op water en recht op land moeten gewaarborgd worden.
Toegang tot land en water is verzekerd Overheden moeten de verantwoordelijken voor landroof aanpakken. Ze mogen zich niet langer verschuilen achter het gebrek aan wil of capaciteit van ontwikkelingslanden om het recht op verzekerde toegang tot land en water te garanderen. Overheden moeten dan ook bindende richtlijnen opleggen aan investeerders. Die moeten volledig transparant zijn en de lokale bevolking laten participeren in beslissingen. Investeringen moeten prioritair de lokale en nationale voedselsystemen en het algemene belang dienen, het leefmilieu en natuurlijke rijkdommen respecteren en de lokale voedselzekerheid ontzien. De lokale bevolking moet meegenieten van de opbrengsten en toegang krijgen tot waardig werk en een inkomen. Daarnaast is het van cruciaal belang dat beschikbare watervoorraden publiek beheerd en eerlijk verdeeld worden. Er wordt rekening gehouden met de behoeften van de lokale gebruikers, inclusief de natuur, kaderend binnen de afspraken van grensoverschrijdend integraal waterbeheer.
Wat moet de Wereldbank doen?
De Wereldbank speelt hier een zeer belangrijke rol omdat het zelf investeert in landen, omdat het een ‘trendsetter’ is op vlak van standaarden en praktijken voor investeerders en omdat het landen
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
aa België gebruikt haar stem binnen internationale en Europese fora – zoals de Wereldbank en de Europese Investeringsbank - om een sterk pleidooi te houden voor een sterke regulering van grootschalige landinvesteringen en het verbieden van landroof. aa België zet sterk in op het ondersteunen van partnerlanden in de volledige en coherente implementatie van deze richtlijnen, op het versterken van de onderhandelingscapaciteiten van ontwikkelingslanden en op initiatieven die beheer van land en landrechten versterken. aa België heeft, zoals elke andere staat, de verplichting om de Belgische of in België gevestigde bedrijven te controleren met oog op het respect van de mensenrechten, zelfs buiten hun territorium.
Ambitieus klimaatbeleid erkent de rol van duurzame landbouw
adviseert bij het uitdenken en uitwerken van regelgeving en instellingen op vlak van toegang tot land. Daarom moet de Wereldbank: aa Een tijdelijk moratorium instellen op grootschalige investeringen. Dat stelt de bank in de mogelijkheid haar beleid grondig te herzien en zich conform te stellen met de vrijwillige richtlijnen voor verantwoord beheer van grond. Haar beleid in andere domeinen is coherent met de doelstellingen van deze richtlijn. aa De volledige coherente uitvoering van deze vrijwillige richtlijnen verdedigen in internationale fora en investeringsinstellingen. aa Haar investeringsbeleid grondig herzien op basis van strikte, internationaal vastgelegde regels: op vlak van transparantie, overleg met betrokken gemeenschappen, versterking van landrechten en toegang tot land en voedselzekerheid. Hierbij moet de bank het consultatieproces over Verantwoorde Landbouwinvesteringen (RAI) van het Comité voor Voedselzekerheid financieel ondersteunen.
Wat moet België doen?
aa België speelt een actieve rol in de vertaling van de Vrijwillige Richtlijnen (FAO) voor het verantwoord beheer van grond in België en Europa, met inbegrip van het versterken van hun beleidscoherentie voor ontwikkeling.
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
De klimaatverandering vormt een sleutelfactor in de voedselcrisis. Het voedselsysteem is vandaag tegelijkertijd één van de grootste veroorzakers en slachtoffers van de klimaatverandering. De impact is het grootst in de armste regio’s. Kleine boeren worden dus twee maal getroffen: ze ondervinden de meeste impact van de klimaatverandering en beschikken over de minste middelen om zich daar tegen te wapenen.
Wat is nodig?
aa Een globaal, ambitieus, rechtvaardig en dwingend klimaatakkoord dat toelaat de tweeledige uitdaging van klimaatverandering aan te pakken: uitstootvermindering (mitigatie) en aanpassing (adaptatie) met stimuli voor duurzame landbouwpraktijken. aa Klimaatplannen voor adaptatie en mitigatie die het cruciale belang van duurzame, en in het bijzonder agro-ecologische landbouw, erkennen en financieren. Bij de opmaak ervan moeten de boeren betrokken worden.
Een rechtvaardig en democratisch handelsbeleid: ontwikkelingslanden krijgen beleidsruimte voor duurzame landbouw en de garantie van het recht op voedsel Het handelsbeleid moet ontwikkelingslanden kansen geven om een eigen duurzaam landbouwbeleid te voeren, dat ruimte laat voor eigen beleidskeuzes en de lokale voedselsystemen en tewerkstelling versterkt. Boeren moeten in dit
Omdat honger een onrecht is
35
- FAO/Giulio Napolitano -
proces een centrale rol spelen. Daarvoor moet het recht op marktbescherming erkend worden.
Wat moet Europa doen?
aa Europa herziet en democratiseert dringend het handels- en investeringsbeleid zodat niet meer de winsten van enkelen maar duurzame ontwikkeling en mensenrechten, inclusief recht op voedsel, centraal staan. Europa laat voldoende beleidsruimte aan landen voor een beleid gericht op de ontwikkeling van een duurzame landbouw en voedselvoorziening. aa Europa zet in op een coherent handels- en investeringsbeleid dat de impact op het recht op voedsel en duurzame ontwikkeling in ontwikkelingslanden ten volle in rekening brengt. aa Handels- en investeringsakkoorden worden beoordeeld op basis van hun impact op de mensenrechten en het recht op voedsel in het bijzonder.
Wat moet België doen?
aa België overtuigt de Europese lidstaten van de nood aan grondige democratisering en herziening van het handels- en investeringsbeleid. aa België past de VN-richtlijnen op vlak van mensenrechtenbeoordeling van handels- en investeringsakkoorden toe en verzekert dat deze akkoorden geen negatieve impact hebben op de mensenrechten en het recht op voedsel in het bijzonder 1.
1
De enorme machtsconcentratie is nefast: herverdeel macht in de voedselketen Boeren kunnen enkel profiteren van stijgende voedselprijzen als ze in de keten een sterkere positie innemen en wanneer ze correct vergoed worden. Daarom moet de macht in de ketens herverdeeld worden zodat boeren sterker staan in de markt. Op internationaal vlak kunnen de Belgische overheden pleiten voor bindende maatregelen die te grote machtsconcentraties van bedrijven tegengaan om zo te grote invloed op de prijs en standaarden te voorkomen. Ook bedrijven kunnen een positieve rol spelen in het verduurzamen van ons voedselsysteem en het versterken van de positie van georganiseerde, familiale boeren. Er zijn een pak initiatieven binnen de markt en alternatieve marktsystemen die erkend en wettelijk omkaderd moeten worden: fair trade, directe verkoop, interprofessionele akkoorden, samenverkoop, flexibele quota- en prijsafspraken, collectieve prijsonderhandelingen, voedselteams, etc. Zij streven immers een meer rechtvaardige verdeling binnen de keten na.
Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on the right to food, Olivier De Schutter, Addendum, Guiding principles on human rights impact assessments of trade and investment agreements, A/HRC/19/59/Add.5, 19 december 2011, http://www.srfood.org/images/stories/pdf/officialreports/20120306_hria_en.pdf
36
Omdat honger een onrecht is
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
2. Versterk belofte volle praktijken! Ontwikkel en ondersteun agro-ecologische praktijken: minder afhankelijk van niethernieuwbare hulpbronnen Agro-ecologie heeft bewezen een belangrijke piste te zijn voor de transitie naar een duurzaam landbouwsysteem. Onderzoek wijst uit dat het in ontwikkelingslanden de productiviteit drastisch kan opschroeven. Bovendien vormt het ook in het Noorden een belangrijke piste voor een duurzame landbouw. Dit vergt natuurlijk een drastische omschakeling van de investeringen in landbouw (met focus op boeren en hun bedrijven) en in onderzoek 2.
Investeer in lokale duurzame landbouw: steun familiale landbouwers en hun organisaties We moeten boeren en hun organisaties versterken zodat ze de vruchten van de stijgende prijzen kunnen plukken. Een duurzame, diverse, agro-ecologische familiale landbouw moet centraal staan in het beleid. Daar zijn tal van goede redenen voor: aa het is productief: het genereert opbrengst per vierkante meter en per eenheid energie, aa het zet minder druk op leefmilieu en natuurlijke hulpbronnen, aa het is gericht op lokale en regionale markten, wat garant staat voor recht op voedsel en als katalysator van groei in andere sectoren fungeert, aa het creëert jobs op het platteland, aa het is in eerste instantie gericht op vraag naar voedsel en niet voor onder meer biobrandstoffen. Overheden moeten dringend werk maken van een investeringsbeleid gericht op aa de modernisering van de familiale landbouw, op basis van de principes van de agro-ecologie, aa voedselsoevereiniteit, aa op publieke diensten zoals infrastructuur, onderzoek, opleiding, enz., aa op de versterking van boerenorganisaties.
Een dergelijk beleid houdt in het bijzonder rekening met de specifieke uitdagingen waarvoor vrouwen staan. Voor een deel ligt een belangrijke verantwoordelijkheid bij de overheden in het Zuiden. Ze beslisten reeds een toenemende gedeelte van hun nationale begroting in landbouw te investeren, maar dit kunnen ze nog versterken en uitbreiden. Ook donoren en internationale instellingen moeten dringend werk maken van een verantwoord investeringsbeleid voor een duurzame, gediversifieerde landbouw.
Voer sociale beschermingsmechanismen in Het recht op sociale bescherming verplicht staten om tussen te komen wanneer mensen geen of onvoldoende inkomen hebben. Dit haalt hen uit de armoede (wat de eerste oorzaak van honger is), maar maakt hen ook weerbaarder tegen bijvoorbeeld stijgende voedselprijzen of klimaatcrisissen.
Stimuleer duurzame consumptie De verantwoordelijkheid voor duurzame consumptie mag niet uitsluitend bij de consument gelegd worden. Een actief overheidsbeleid is nodig om duurzame consumptiepatronen mogelijk te maken en aan te moedigen. België en Vlaanderen moeten daarom inzetten op: aa een verdere verduurzaming van overheidsopdrachten die fair trade en producten van duurzame landbouw voldoende afname aan correcte prijzen garanderen, wat een voorbeeldfunctie t.a.v. andere marktspelers vervult; aa het stimuleren van korte ketens zodat producenten en consumenten dichter bij elkaar komen met minder ‘externe kosten’ (zoals transport, bewaring, enz.); aa volledige transparantie tegenover de consument via duidelijke etikettering met informatie over de sociale, economische en ecologische impact van voedsel; aa een pleidooi voor internationale normen waardoor alle externe milieukosten in de prijs worden doorgerekend.
IAASTD, Synthesis Report, 2008, http://www.agassessment.org/reports/IAASTD/EN/Agriculture%20at%20a%20
2
Crossroads_Synthesis%20Report%20(English).pdf
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
Omdat honger een onrecht is
37
Ook consumenten zelf kunnen een belangrijke rol spelen in de transitie naar duurzame consumptie. Zo kunnen ze kiezen voor seizoensgebonden en streekproducten die minder druk zetten op de natuurlijke hulpbronnen. Ze kunnen duurzame landbouw in Noord en Zuid ondersteunen door gecertificeerde producten te kopen (bio, fair trade, erkende herkomstaanduiding, enz.). Er bestaan heel wat initiatieven waar ze kunnen bij aansluiten: aa De ‘Voedselteams’: groepen mensen uit dezelfde buurt werken samen voor de rechtstreekse aankoop van biologische groenten en fruit, van hoevezuivel en hoevevlees (al dan niet bio), van brood en bloem en van streek- en seizoensproducten. De voedselteams zijn economisch interessant voor de landbouwers: zij krijgen een vaste afzetmarkt en een eerlijke prijs voor hun kwalitatieve producten. Het motiveert hen om te investeren in duurzame landbouw. aa Donderdag Veggiedag: een initiatief van het Ethisch Vegetarisch Alternatief (EVA) om mensen te stimuleren tenminste één keer per week vegetarisch te eten. aa In Vlaanderen springen initiatieven voor ‘community supported agriculture’ (door de gemeenschap ondersteunde landbouw) als paddenstoelen uit de grond. Consumenten geïnteresseerd in duurzame voeding en boeren op zoek naar stabiele afzetmogelijkheden slaan de handen in elkaar in een economisch partnerschap.
Stop de verspilling Voedselverspilling moet worden aangepakt in alle schakels van de keten – op niveau van productie, verwerking, distributie als bij de consument – zowel in Noord als Zuid. In het Zuiden betekent dat investeren in opslagcapaciteit, infrastructuur en duurzaam transport. In het Noorden ligt de verantwoordelijkheid zowel bij de producent, de distributie als bij de consument. Een beleid om de verspilling bij al deze spelers tot nul te herleiden begint bij transparantie over voedselverspilling en moet een combinatie zijn van bewustmaken, belonen en bestraffen.
38
Omdat honger een onrecht is
Voor een duurzaam en solidair landbouwbeleid bij ons Er is een transitie nodig naar een duurzame, multifunctionele landbouw, met rechtvaardige prijzen voor alle schakels in de keten, respect voor de draagkracht van het leefmilieu en zonder negatieve impact voor ontwikkelingslanden. Dat betekent onder meer het volgende: aa Een Gemeenschappelijk Landbouwbeleid ondersteunt landbouwers die publieke goederen en diensten bieden aan de samenleving zoals natuur, groen en recreatievoorzieningen in landbouwgebied, waterberging en -winning of koolstofopslag. Dit beleid moet zorgen voor een transitie naar een landbouw die minder afhankelijk is van invoer van landbouwgrondstoffen uit ontwikkelingslanden. aa Alle sociale en ecologische verborgen kosten worden doorgerekend in de productprijs, gecombineerd met marktcorrigerende maatregelen die rekening houden met eerlijke prijzen voor boer en consument. De prijzen die de boeren krijgen moeten al hun kosten dekken en een correcte verloning zijn voor het geleverde werk. Het beleid moet stabiele en aantrekkelijke toekomstperspectieven bieden aan landbouwers die duurzaam produceren. aa Het internationale handelskader wordt hertekend: men schaft exportsubsidies af en stelt een einde aan dumpingpraktijken en tariefescalatie voor verwerkte producten uit ontwikkelingslanden. aa Dit kader is coherent met de mensenrechten en de doelstellingen van het ontwikkelingsbeleid. Dit betekent dat de impact van het landbouwbeleid moet gescreend worden en bijgestuurd waar nodig. Ontwikkelingslanden, hun burgers en middenveldorganisaties moeten kunnen klacht indienen.
Een ‘New Deal’ voor het recht op voedsel
Who is who? Een kort overzicht van vernoemde instellingen en verdragen 1. Onder de vleugels van de Verenigde Naties
2. Internationale spelers (en hun knikkers)
WHO - de Wereldgezondheidsorganisatie
De Wereldbank
Deze organisatie wil de gezondheid van de wereldbevolking bevorderen. Ze coördineert acties en campagnes rond diverse gezondheidsthema’s. Zetel in Genève.
FAO, de Food and Agriculture Organization (FAO)
VN-agentschap dat de honger bestrijdt door overheden te adviseren omtrent voedsel- en landbouwaangelegenheden. Zetel te Rome.
Comité voor Voedselzekerheid (CFS)
Opgericht in de schoot van de FAO. Een besluitvormend orgaan - waar ook het middenveld mee rond de tafel zit - dat een doeltreffend antwoord moet formuleren voor de voedselzekerheid. In 2012 heeft het CFS richtlijnen voor het verantwoord beheer van land uitgewerkt. Dit instrument moet een krachtig middel worden om een einde te stellen aan landroof.
Het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten
Deze rechten werden in 1966 voorgesteld en traden in 1976 in werking. Men noemt ze soms de ‘tweede generatie’ mensenrechten naast de ‘klassieke’ politieke en burgerlijke mensenrechten. Het gaat om rechten zoals het recht op arbeid, vereniging, sociale zekerheid, op een aanvaardbare levensstandaard, op gezondheid en onderwijs, op een culturele identiteit, ...
Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC)
Het IPCC is onder de vleugels van de VN in 1988 opgericht. Een groot aantal onderzoekers en experts uit diverse organisaties en landen brengen hun kennis en ervaringen binnen die door het panel op hun wetenschappelijke basis onderzocht en geëvalueerd worden. Daardoor heeft ze een gezaghebbende stem in het mondiale debat.
Who is who?
De Wereldbank behoort tot de IFI’s, internationale financiële instellingen. Dit zijn banken waarvan de lidstaten aandeelhouders zijn en in verhouding tot hun aandelenbezit ook zeggingskracht uitoefenen. Andere IFI’s zijn o.a. het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Europese bank voor wederopbouw en ontwikkeling. IFI’s hebben een belangrijke impact op het Zuiden. Ze horen tot de belangrijkste financiers van ontwikkelingsprojecten. Jaarlijks lenen ze tussen 40 en 50 miljard dollar aan lage- en middeninkomenlanden. Dit geeft hen – en in de eerste plaats de Wereldbank – een dominante positie bij het bepalen van het financieel-economische beleid in die landen. Meer info vind je op onze portaalsite: www.11.be/ themas/thema/detail/ifi_s,18185
Wereldhandelsorganisatie (WTO)
De Wereldhandelsorganisatie is in 1995 opgericht als permanente instelling om de liberalisering van de vrijhandel te bevorderen en te bewaken. De WTO ziet toe op de uitvoering van handelsafspraken en wil ook het forum zijn voor nieuwe onderhandelingen over de verdere vrijmaking van de wereldeconomie. Het hoeft geen betoog dat de WTO door de ngo’s met veel argwaan wordt bekeken. Meer info vind je op onze portaalsite: www.11.be/ themas/thema/detail/wto,1003
De Groep van 8 - G8
Eerst met 6, recent met 8, en soms met 8+5. Wie een uitnodiging van de jaarlijkse G8-bijeenkomst in de bus krijgt: Canada, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, Rusland, Groot-Brittannië, en de VS. De 5 extra gelukkigen zijn China, Brazilië, India, Mexico en Zuid-Afrika. Het voorzitterschap wordt jaarlijks toegekend aan één van de lidstaten. Op
Omdat honger een onrecht is
39
17 juni is Groot-Brittannië gastheer voor de 39ste ontmoeting.
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)
Dit forum werd in 1961 opgericht en brengt 34 regeringen van geïndustrialiseerde democratieën samen. Zij overleggen en proberen hun beleid op economisch en sociaal gebied op elkaar af te stemmen. De organisatie is bekend om haar analyses, rapporten en statistieken over economie, handel, fiscaliteit, pensioenen, leefmilieu, onderwijs, werkgelegenheid, ... Op basis daarvan formuleert de OESO aanbevelingen aan haar leden.
3. In Europa De EPA’s - Economische Partnerschapsakkoorden
Vroeger had Europa speciale handelsverdragen met de zogenaamde ACP-landen ( uit Afrika, de
Caraïben en de Stille Oceaan), voormalige kolonies met een preferentiële toegang tot de Europese markt. Maar onder druk van de WTO (zie elders) werd deze voorkeursbehandeling stopgezet. De ‘Economische Partnerschapsakkoorden’ zijn bilaterale akkoorden tussen de EU en elk van die landen afzonderlijk. Ze staan onder scherpe kritiek van ngo’s omdat ze de verregaande liberalisering doorduwen. Dit zou de doodsteek betekenen voor de lokale economie en landbouw.
4. En ten slotte De Belgische Federatie van Voedselbanken
“De strijd tegen honger en verspilling” en “Voedingsindustrie, geef een tweede leven aan uw overschotten “ zijn twee slogans van deze federatie. De Voedselbanken willen “de honger en de verspilling in België” bestrijden. Ze zamelen bestaande voedseloverschotten in bij de voedingsindustrie en de grootdistributie “ten bate van de minderbedeelden in ons land”, verdeeld door een 600-tal caritatieve organisaties (in 2011 goed voor een 13.000 ton aan levensmiddelen). Het gaat om slecht geëtiketteerde producten, slecht gevormde of onvolledige paletten, beschadigde verpakkingen, producten met korte houdbaarheidsdatum allemaal producten van goede kwaliteit en perfect voor de consumptie. Ongeveer 300 ondernemingen zijn min of meer regelmatige leverancier. Er zijn in 17 Europese landen 218 Voedselbanken operationeel.
De Coalitie tegen Honger
is een coalitie van zestien Belgische ngo’s die werkt rond het Belgische beleid tegen honger en meer bepaald rond ontwikkelingssamenwerking. Het doel is het beleid te verbeteren, en de coherentie van de verschillende beleidsdomeinen die een invloed hebben op het recht op voedsel en ontwikkelingspraktijken. Meer informatie: www.wereldvoedseldag.be en http://www.11.be/dossiers/artikel/detail/16_oktober_wereldvoedseldag,112859
Meer info via de portaalsite, bij thema’s: www.11. be/themas/thema/detail/epa_s,18177
De Europese Investeringsbank (EIB)
De Europese Investeringsbank - opgericht in 1958 bij het Verdrag van Rome - is de financiële instelling van de EU. Ze is dus eigendom van de 27 EU-landen. Zij leent geld op de kapitaalmarkten en leent dit tegen een lage rente en gunstige voorwaarden uit voor infrastructuur-, energie- of milieuprojecten. Het geld komt niet van de EU-begroting, de EIB leent het op de kapitaalmarkten.
40
Omdat honger een onrecht is
Who is who?
Meer lezen over voedselzekerheid? Wereldvoedsel. Pleidooi voor een rechtvaardige en ecologische voedselvoorziening. Geurts, Guus Amsterdam, Uitgeverij De Republiek, 2011, 176 p.
enige sector binnen de economie die levens materiaal
De verschillen in landbouw en voedselproductie tussen
een groot stuk het gevolg van de aard van de sector
onze Westerse wereld en de ontwikkelingslanden zijn
zelf, vermits landbouwproductie erg gevoelig is aan de
groot; de samenhang nog groter. In meer dan honderd
grillen van de natuur en een schoolvoorbeeld is van
foto’s, begeleidende teksten en achtergrondinformatie
volledige mededinging. Technologische vooruitgang,
zet Geurts deze twee werelden inzichtelijk naast elkaar.
globalisering en culturele en socio-demografische
Wereldvoedsel is vooral ook een warm pleidooi om te
veranderingen in onze maatschappij zetten de sector
leren van elkaars culturen en om bruggen te bouwen
verder onder druk.
tussen boeren, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.
Hamburgers in het paradijs. Voedsel in tijden van schaarste en overvloed. O Fresco, Louise. Amsterdam, Uitgeverij Bert Bakker, 2012, 539 p.
voortbrengt, is de landbouw immers een uitermate kwetsbare sector. De recente voedselcrisis heeft dit nog eens extra in de verf gezet. De problemen zijn voor
De hongerige stad. Hoe voedsel ons leven vormt. Steel, Carolyn Rotterdam, NAi Uitgevers, 2011, 339 p.
Scherp en geestig laat Carolyn Steel zien hoe de relatie tussen voedsel en steden ons leven bepaalt - zonder
Overvloed is zo uitzonderlijk dat we nog niet geleerd
dat we ons daarvan bewust zijn. Ze volgt daarvoor
hebben ermee om te gaan. We zijn ingesteld op
het spoor van ons voedsel: van het platteland tot de
schaarste en koesteren nog steeds de mythe overvloed
stad, via markten en supermarkten tot onze keukens,
en ecologisch evenwicht, zoals die beschreven wordt
borden, vuilnisbakken en verder. Steel kiest voor een
in verhalen over het paradijs. Daarom is het zo moeilijk
geheel nieuwe benadering van de actuele problemen
om onze consumptie te beteugelen. En daarom ook
rond de manier waarop we eten. Ze verschaft inzicht in
voelen we ons schuldig over de schade die we de
hoe het zo gekomen is en hoe we verder moeten.
planeet toebrengen.
GGO’s Droom of nachtmerrie? Staes, Bart; Redant, Barbara; Van Scharen, Hans Antwerpen, Houtekiet, 2012, 143 p.
Negen plagen tegelijk Hoe overleven we de toekomst? Voorhoeve, Joris. Amsterdam/Antwerpen, Uitgeverij Contact, 2011, 367 p. Klimaatonzekerheid, burgeroorlogen en strijd om
Telkens als mensen over genetisch gemanipuleerde
grondstoffen drijven de spanning in de wereld op.
gewassen praten, worden diverse aspecten door
Eén op de zeven mensen lijdt dagelijks honger.
elkaar gehaald: kweekrechten, patenten, de macht van
Ondertussen blijft de bevolking snel groeien. De
de agro-business en multinational, … Maar wat bete-
wisselwerking tussen consumptiegroei van de rijken
kenen deze aspecten? En kunnen GGO’s een bijdrage
en diepe armoede en zwak of kwaadaardig bestuur in
leveren aan de ontwikkeling van de landbouw? Dat
derdewereldlanden, samen met de verspreiding van
is nodig want door de toenemende wereldbevolking
wapens en nieuwe ziekten, wordt desastreus als zij
t opkomende landen steeds meer een westers con-
niet door beter beleid wordt gekeerd. In dit boek toont
sumptiepatroon aannemen.
de auteur aan wat ieder zelf kan ondernemen, wat Ne-
Landbouw en voedsel, verrassend actueel. Mathijs, Erik; Relaes, Joris Leuven, Den Haag, Acco, 2012, 119 p. Vlaanderen behoort tot de topregio’s in Europa wat
landbouw betreft. Dit danken we aan de zeer intensieve manier van werken op meer dan 30.000 eerder kleinschalige en meestal op familiale leest geschoeide landen tuinbouwbedrijven. De Vlaamse landbouw realiseert samen met de agro-voedingssector een opmerkelijk
derland kan bijdragen en hoe de Europese Unie en de VN grote vraagstukken kan aanpakken. Persoonlijke geschiedenissen van mensen die onrecht aanvechten bewijzen wat een verschil geïnspireerde personen kunnen maken.
De geplunderde planeet. Het verzoenen van welvaart en natuur. Collier, Paul Antwerpen, Spectrum, 2010, 256 p. Paul Collier heeft een internationaal plan dat de voed-
hoog aandeel in het exportsaldo. Toch blijft de sector
selvoorziening van de wereld kan verbeteren. Hij biedt
met een aantal fundamentele problemen kampen. Als
een nuchtere kijk op de klimaatverandering waarin hij
Meer lezen over voedselzekerheid?
Omdat honger een onrecht is
41
de voordelen van industrialisatie onderkent, terwijl hij
Want de markt brengt niet alleen goederen voort. De
rekening houdt met de noodzaak van alternatieve ener-
markt creëert behoeften- en we nemen die maar al te
giebronnen. De geplunderde planeet toont aan hoe al
graag over. Barber laat zien hoe de samenleving geko-
deze factoren samenhangen en het doet een voorstel
loniseerd wordt door die alomvattende dominantie van
om het wanbestuur over onze natuurlijke hulpbronnen
de markt. Hij introduceert het ‘infantiliserende ethos’:
te hervormen.
de kapitalistische ideologie die verantwoordelijke
Grond. Een pleidooi voor aards denken en een groene stad. Bakker, Jan-Hendrik . Amsterdam, Antwerpen, Atlas, 2011, 334 p. Niets is zo abstract en concreet tegelijk als grond. Onze samenleving is erop gebouwd; we moeten
burgers reduceert tot volgzame consumenten en het publieke goed vervangt door het private eigendom.
Goed eten. Knockaert, Dorien. Antwerpen, De Bezige Bij. 2012, 223p.
De titel slaat niet enkel op de smaak, maar vooral op
ervan eten en onze geschiedenis rust erin. Grond is
voedsel dat we vanuit moreel opzicht “mogen” eten.
ook de aanduiding voor de rede en speelt een rol in
Voor dit boek ging Knockaert op zoek naar eten waar
vele religies. In de stedelijke samenleving verdwijnt de
er meer dan genoeg van is, waar niemand last van
grond onder het asfalt: daar vertegenwoordigt grond
heeft. Na een jaar intensief zoeken heeft ze manieren
vooral een economische waarde. Jan-Hendrik Bakker
gevonden om bedreigde tonijn, regenwoud etende
onderzoekt de emoties rond dit thema in reportages,
varkens, ver reizende boontjes en broeikas uitstotende
interviews en filosofische essays. Zo voegen Marx,
koeien te vermijden. Deze resultaten werden in het
Spinoza, Heidegger en Locke zich in het gezelschap
boek verwerkt tot 50 vegetarische gerechten. Daar-
van volkstuinders, archeologie, boeren en grafdelvers.
naast heeft Knockaert ook een blog, Jonge Sla en is
De perfecte ramp. Het einde van de wereld en hoe dat te voorkomen. Casti, John., Antwerpen, Amsterdam: Uitgeverij Atlas Contact, 2012, 350 p. Het einde is nabij. Niet omdat het 2012 is, maar omdat
de wereld zo ingewikkeld in elkaar zit dat 1 ‘extreme gebeurtenis’, een x-gebeurtenis zoals Casti dat noemt,
ze reporter en culinair redactrice van De Standaard.
Groeten uit Transitië. Peeters, Eva; Zsazsa, Mme; Hens, Kristien; Rous, Joke, Knockaert, Dorien. Antwerpen, Standaard Uitgeverij. 2013. 192 p.
Groener en duurzamer’ leven is gewoonweg plezant,
een domino-effect teweeg kan brengen. Casti toont
creatief en gezond, en helemaal niet zo moeilijk, sober
aan hoe onze wereld kan instorten. Het kan beginnen
of geurend naar seitangehakt! Daarover gaat het in
met een pandemie, een watertekort, een opstand
Groeten uit Transitië. De auteurs zijn ervaringsdes-
van computers: het klinkt sciencefiction maar is
kundigen van het dagelijkse leven en zochten naar
waarschijnlijker dan je denkt. We hebben de wereld
praktische, duurzame veranderingen die je kunt uitpro-
zo ingewikkeld gemaakt dat een overstroming in Azië
beren zonder dat je aan kwaliteit inboet. Integendeel!
of voedseltekort in Afrika alles te maken kan hebben
Ze maakten tekeningen, schreven handleidingen en
met de geldautomaat op de hoek van je straat. Casti is
recepten en gingen speciaal op zoek naar goede - en
wiskundige en laat zien wat we daaraan kunnen doen.
vooral leuke - duurzame alternatieven voor een aantal
Het transitie handboek. Van olie-afhankelijkheid naar lokale veerkracht. Hopkins, Rob., Utrecht, Uitgeverij Jan van Arkel, 2009, 274 p.,
van onze meest vervuilende gewoontes. Een twintigtal ideeën om uit te kiezen: stel een prioriteitenlijstje op en je zult merken dat je leven zelfs aangenamer wordt. De auteurs zwaaien niet met een opgeheven vingertje
Het transitiehandboek is pionierswerk op het gebied
maar maakten een vrolijk boek dat even stil doet staan
van een positieve en praktische overgang van een
bij het leven dat we leiden en dat aanzet om kleine
veerkrachtige samenleving als reactie op een definitief
dingen te veranderen met een groots effect.
dalende oliewinning, de zogenaamde piekolie, en het gevaar van drastische klimaatverandering. Het zet gevoelens van angst en onzekerheid om in een positief toekomstbeeld.
De infantiele consument. Hoe de markt kinderen bederft, volwassenen klein houdt en burgers vertrapt. Barber, Benjamin., Amsterdam, Ambo, Manteau, 2007, 512 p. Er wordt veel meer geproduceerd dan nodig is. En we
kopen veel meer dan we nodig hebben. We kopen wat anderen hebben, omdat zij het hebben. We kopen een
Nieuws en campagnes: De campagne GROEI van Oxfam solidariteit gaat over volatiliteit van de voedselprijzen, verloren oogsten en klimaatveranderingen, oneerlijke handel en een gebrek aan ondersteuning voor kleinschalige producenten, landroof en ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in de landbouw http://www.ikgroeimee.be/nl/over-de-campagne
identiteit. We kopen wat de markt wil dat we kopen.
42
Omdat honger een onrecht is
Meer lezen over voedselzekerheid?
Campagne Broederlijk Delen 2013 “Geef Molly een kans... en stop de honger!” Honger of Over voedselzekerheid? Wat kan jij eraan doen? http://www.broederlijkdelen.be/component / k2/item/3231-honger-of-voedselonzekerheidwaarover-gaat-het-en-wat-doe-je-eraan#.ULyqk2eE36T De vraag van 9 miljard. Campagne Vredeseilanden 2013 over hoe we binnenkort een wereld met 9 miljard mensen zullen voeden. Achtergronddossier. http://www.vredeseilanden.be/doe-mee/ campagne/de-vraag-van-9-miljard Nieuws van de speciale VN rapporteur over Recht op Voedsel, Olivier De Schutter http://www. srfood.org/
In de diepte: Via Infobronnen ‘Recht op Voedsel’ kom je terecht bij de belangrijkste recente rapporten en basisdocumenten van internationale instellingen over voedsel, voedselspeculatie en landroof . Meertalig. https://sites.google.com/site/ infobronnenrechtopvoedsel
Meer lezen over voedselzekerheid?
Omdat honger een onrecht is
43
Contact : 11.11.11
Koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging Vlasfabriekstraat 11 1060 Brussel (+32) (0)2 536 11 11
[email protected] www.11.be/11
191 landen ondertekenden een akkoord om tegen 2015 de armoede in de wereld te halveren. 44
Voer samen met de Vlaamse Noord-Zuidbeweging actie om de politici aan hun belofte te Omdat honger een onrecht is Meer lezen over voedselzekerheid? herinneren én de lat hoger te leggen. Armoede moet de wereld uit! www.detijdloopt.be