Oktober 2011 Burenruzie in Uffelte snel beslecht Erwin Dijk UFFELTE – In de bestuurskamer van Uffelte heerst voor aanvang van de derby tussen de laaggeklasseerde thuisploeg en titelkandidaat Havelte nog goede hoop. „Als Uffelte lang de nul kan houden, weet je nooit wat er in zo‟n derby kan gebeuren,‟ zegt erevoorzitter Tinus Hendriks. Drie kwartier later is de stemming echter een stuk somberder, wanneer Havelte bij rust al een 1-4 voorsprong heeft genomen. „Dit doet pijn,‟ aldus Hendriks. Het niveauverschil tussen de teams is te groot om van een echte, ouderwetse derby te kunnen spreken. De enige gele prent in de wedstrijd – die tevens in 1-4 eindigde – is nota bene voor Havelte-speler Fedde Kappert. Dat een dergelijk wedstrijdverloop vroeger ondenkbaar was, blijkt wel uit de verhalen van beide zijden. „De derby leeft nu niet meer zoals vroeger,‟ zegt het 84-jarige erelid Klaas Koops van Havelte. „Nu spelen er veel jonge jongens en die weten weinig over dat gedoe van eerder.‟ Met „dat gedoe‟ duidt hij op een aantal ware veldslagen die beide teams in het verleden uitvochten. „Toen ging het er wel eens akelig aan toe,‟ aldus de man die zijn club al meer dan vijftig jaar achterna reist. „Bij Uffelte tegen Havelte was het inderdaad „bloed aan de paal‟,‟ beaamt ook Hendriks. Tegenwoordig is alles anders. Spannend wordt de burenruzie nooit, en hard al helemaal niet. De partij is feitelijk al binnen elf minuten beslist als eerst Sander Brandsma een afgeslagen bal vanaf zestien meter hard binnenschiet en Pascal Broekman een minuut later een voorzet van Aart Jan van Riessen van dichtbij intikt. Van Riessen veroverde de bal na gegrabbel van doelman Richard Tuin. Een benutte penalty van Robert-Erik Lanting betekent na ruim een kwartier spelen al de definitieve nekslag voor Uffelte. „Na zo‟n start moet je er eigenlijk een uitdaging in zien om de uitslag zo hoog mogelijk te maken,‟ aldus Havelte-coach Peter Everts. „Het is teleurstellend dat dat niet lukt. De eerste helft vond ik al niet goed, maar de tweede helft was heel, heel matig.‟ Zijn ploeg kwam door een eigen doelpunt van Rick Meijer nog wel op 0-4, maar moest vlak voor rust ook een tegentreffer incasseren. Na zwak verdedigen aan de kant van Havelte pikte Hendrik Drees zijn doelpuntje mee. „Van een echte burenruzie is op deze manier geen sprake,‟ zo hadden diverse supporters van Uffelte op dat moment al geconcludeerd. Na de rust bakten de beide teams er bar weinig meer van. Veruit het meeste balbezit was voor de bezoekers, maar gescoord werd er niet meer. Uffelte-trainer Jan Kuiper kon weliswaar niet tevreden zijn over de uitslag, maar was dat wel over de inzet van zijn ploeg. „Met deze inzet gaan we tegen andere teams nog genoeg punten pakken,‟ zo was zijn overtuiging. Aanvoerder Erwin Smit (34) speelt al sinds zijn zestiende in de hoofdmacht van Uffelte en maakte als speler al vele derby‟s mee. „In mijn beginjaren was het heel anders. Nu denkt iedereen er toch wat beter bij na dat ze op maandag weer gewoon naar het werk moeten.‟ Bij de andere kleedkamer was men ondanks de overwinning nauwelijks tevreden. „De tweede helft was het gewoon slecht,‟ aldus Havelte-captain Broekman. „Als je de verhalen van vroeger mag geloven is de derby inderdaad niet meer wat hij geweest is.‟
September 2011 Wereldreiziger Westerhof blijft bij zijn roots Erwin Dijk AMSTERDAM/MEPPEL – „Ik geniet echt ontzettend van dit leven‟. Tennisser Boy Westerhof van de Meppeler Lawn Tennisclub is 25 jaar en zag al veel meer van de wereld dan de meeste mensen in hun hele leven doen. Duitsland, Frankrijk, Rusland, Bulgarije, Polen, Tsjechië, Marokko, Turkije, Mexico, Ivoorkust en Ghana, zijn zomaar wat landen die hij de afgelopen jaren als professioneel tennisser aandeed. „Ik houd heel erg van reizen. Het liefst ben ik veertig weken per jaar op pad.‟ Op een terras op de Amsterdamse Albert Cuyp Markt verhaalt de tennisser uitgebreid over zijn enerverende bestaan. Toen hij twintig was werd hij professional, maar Westerhof begon uiteraard al op jonge leeftijd met tennissen in het Drentse Borger, toen zijn ouders hem meenamen naar de lokale tennisvereniging. De jonge Boy bleek een talent en hij ging trainen bij de Nederlandse tennisbond, Jong Oranje en MLTC, de club die hij tot op dit moment trouw bleef. „Op een gegeven moment ben ik gestopt met de tennisbond en behalve bij Meppel ook bij het Amsterdamse Amstelpark gaan trainen. Ik heb de havo afgerond en wilde vervolgens aan de Johan Cruijff University de opleiding Commerciële Sporteconomie gaan doen, maar dat bleek niet te combineren met mijn tenniscarrière. Wanneer ik een tijdje in het buitenland was geweest, lag ik zover achter dat het niet meer in te halen was. In 2006 heb ik mij vervolgens voluit op het tennis gestort. Ik was toen twintig, wat relatief laat is voor een proftennisser, maar daarvóór was ik er nog niet echt aan toe. Ik leefde niet genoeg voor de sport. Nu doe ik er alles aan om te slagen als tennisser en sinds twee jaar ben ik dankzij een sponsor ook in staat om mijn eigen coach te betalen.‟ Op het moment dat dit gesprek plaats vindt – begin juli – neemt Westerhof noodgedwongen rust, vanwege een opspelende elleboogblessure, die hem al enkele jaren bij tijd en wijle dwarszit. Het is het directe gevolg van een periode van zes weken in mei en juni waarin hij zo‟n 25 wedstrijden speelde en de competitiewedstrijden met MLTC en buitenlandse toernooien Westerhof in een bijzonder strak reisschema duwden. „Ik haalde drie keer op rij de halve finales van toernooien in Spanje en Bulgarije, maar elke keer moest ik terug naar Nederland voor de competitie met MLTC. Ik kwam dan op zaterdagavond aan op Schiphol, speelde mijn wedstrijden en vloog zondagavond weer naar het buitenland voor een nieuw toernooi.‟ Ondanks de drukte van de toernooien die hij speelt, heeft de globetrotter vaak voldoende tijd om iets van de omgeving te zien. „Meestal speel ik een aantal toernooien na elkaar in hetzelfde land, dus dan is er tussendoor vaak wel tijd om wat aan „sightseeing‟ te doen. De Ghanese hoofdstad Accra vond ik bijvoorbeeld erg leuk, maar in Rusland is alles grauw en grijs. Dan besef je wel dat het hier in Nederland toch allemaal goed voor elkaar is.‟ Westerhof reist veelal samen met de Friese tennisser Antal van der Duim, die net als hij momenteel onderin de top-500 van de wereld bivakkeert. „Met z‟n tweeën is het natuurlijk een stuk gezelliger dan wanneer je altijd maar alleen bent.‟ Tevreden kijkt Westerhof terug op het voorbije clubseizoen in Nederland, dat van begin april tot eind mei liep. MLTC handhaafde zich met Alban Meuffels, Josien Boverhof, Ireen Kuipers, Iris Charlotte Koning en Westerhof keurig in de hoofdklasse. In de laatste wedstrijd werd tegen het tweede team van Leimonias het klassebehoud veiliggesteld. Zelf won de Nederlandse topper bijna al zijn singlepartijen en samen met de ervaren Boverhof was hij onverslaanbaar in de mixed-dubbel. Ook de samenwerking met de nieuwe jongeling Meuffels in de herendubbel verliep naar behoren. „Met Alban, Ireen en Iris Charlotte moesten we drie jonge, nieuwe spelers inpassen. Vooral de meisjes hadden het lastig, maar uiteindelijk hebben ze het gewoon goed gedaan. Voor mijzelf was het ook even wennen, omdat ik sinds november niet meer gespeeld had.‟ In het dagelijks leven is Westerhof naar eigen zeggen „vrij relaxed‟, maar op de baan is hij een bijzonder agressieve speler. „In het buitenland hoor ik vaak: „Daar heb je die Westerhof weer, die ramt altijd zo hard.‟ Dat klopt ook wel. Ik sla hard, ben vrij ongeduldig en leg veel risico in mijn spel. Dat heeft tot gevolg dat ik vrij grillig ben, maar zo is mijn spel nu eenmaal.‟ Hoewel de tennisser het liefst veertig weken per jaar op pad zegt te zijn, is hij sinds enkele jaren veel te vinden bij zijn vriendin Jill in de Amsterdamse wijk De Pijp. „Ik heb haar ontmoet bij Amstelpark. Jill komt zelf ook uit een tennisfamilie, dus ze weet hoe het werkt in de tenniswereld en ze accepteert
dat ik veel van huis ben. Af en toe gaat ze een weekje mee naar het buitenland en soms speel ik ook toernooien in Nederland, dus het is niet zo dat we elkaar nooit zien.‟ Behalve voor MLTC, speelt Westerhof ook in de Duitse Bundesliga voor TC Raadt. Die competitie liep in de zomermaanden en komend najaar gaat hij zich weer richten op een gestage klim op de wereldranglijst. Momenteel is de MLTC‟er op nummer 380 de achtste Nederlander op de deze lijst. In november 2008 stond Westerhof nog 282e, wat voorlopig zijn toppositie is. „2008 was mijn beste seizoen tot nu toe. Ik heb dat jaar ongeveer 30 toernooien gespeeld en in januari 2009 zou ik mee mogen doen aan de kwalificaties voor de Australian Open.‟ Helaas voor Westerhof eisten alle inspanningen hun tol en voor het eerst speelde zijn inmiddels beruchte elleboog op, waardoor hij af moest zeggen voor zijn eerste Grand Slam toernooi. „Ik was dat jaar inderdaad veertig weken van huis geweest en helemaal op.‟ Hoewel hij nu nog voornamelijk acteert in de Challengers en de Futures – de categorieën toernooien onder de ATP – heeft Westerhof zich ten doel gesteld om de top-100 van de wereldranglijst te halen. Ook wil hij alle Grand Slams gespeeld hebben, te weten de Australian Open, Roland Garros, Wimbledon en de US Open. „Die ambitie is reëel. Ik heb in het verleden gewonnen van jongens die nu wel in de top-100 staan, dus de potentie heb ik. Dat zou overigens wel ten koste van MLTC gaan, want in dat geval kan ik in april en mei natuurlijk geen competitie spelen.‟
September 2011 Geroutineerde piloot houdt USV op koers Erwin Dijk NIEUWLEUSEN – „Ik heb best wel een ingewikkelde agenda,‟ zegt Eric van der Sande met enig gevoel voor understatement. De middenvelder van Union SV is piloot bij de KLM en vliegt de hele wereld over. „Ik kan natuurlijk niet altijd trainen, maar speel wel ongeveer 90 procent van de wedstrijden.‟ Van der Sande komt uit Haarlem en streek met vrouw en kind in 2006 in Balkbrug neer. Begin 2007 maakte hij zijn debuut voor USV. „Aan het eerste gesprek dat ik voor mijn verhuizing al had gehad, hield ik een heel goed gevoel over. USV speelde toen nog erg laag, maar uiteindelijk heb ik gelukkig toch de keuze voor deze club gemaakt.‟ Gemakkelijk is de combinatie tussen zijn gezin, werk en hobby niet altijd. „Ik vlieg bijvoorbeeld vaak naar het Caribisch gebied en dat betekent negen uur tijdsverschil. Aan een jetlag wen je nooit. Ik heb voor mezelf wel een manier gevonden om er zo goed mogelijk mee om te gaan, maar ik heb hier ook wel eens op het veld gestaan terwijl het voor mijn gevoel drie uur ‟s nachts was. Dat is natuurlijk niet erg prettig.‟ Waar één en ander toe kan leiden bleek in april 2007 op de dag dat USV kampioen in de 6e klasse werd. Van der Sande vloog ‟s ochtends nog op en neer naar Salzburg en kwam – na op de terugweg vanaf Schiphol alle snelheidslimieten te hebben genegeerd – pas tien minuten voor aanvang het sportpark op lopen. Dat Van der Sande op 35-jarige leeftijd nog voetbalt is deels te danken aan zijn trainer Joshua Nijlant. De piloot stond heel 2010 aan de kant met een scheur in zijn meniscus en stond na een terugslag in het revalidatieproces op het punt om te stoppen als voetballer. „Joshua vond dat niet zo‟n goed idee. „Als je nu stopt is het echt definitief‟, zei hij. Gelukkig heb ik doorgezet en kan ik sinds begin dit jaar weer spelen.‟ Met een kampioenschap, een promotie via de nacompetitie – na een negende plaats in de reguliere competitie – en een degradatie, kende Van der Sande al een aantal turbulente seizoenen. Na de vierde plaats vorig seizoen, toen USV één doelpunt tekort kwam voor de nacompetitie, ziet de vliegenier het nieuwe seizoen met vertrouwen tegemoet. De club kon met Stefan Buitenhuis (33) een opmerkelijke nieuweling begroeten. De voormalige vedette van HHC en WHC, haalt na een seizoen zonder veldvoetbal de kicksen weer uit het vet. „Dat is natuurlijk een mooie versterking,‟ zegt Van der Sande. „Daarnaast heeft deze club met een aantal talentvolle jonge spelers veel potentie in huis. Voor een club met deze accommodatie speelt USV eigenlijk veel te laag. We moeten ervoor zorgen dat we minimaal een stabiele vierde-klasser worden.‟
Juli 2011 Van den Berg blinkt uit in De Wijk Erwin Dijk DE WIJK – Het is diep in de tweede helft van de wedstrijd tussen FC Zwolle en FC Emmen als Joey van de Berg een vrije trap vanaf de middenlijn ineens achter Emmen-keeper Harm Zeinstra probeert te schieten. De fraaie trap van de Meppelaar miste het doel nipt, maar vormde een van de hoogtepunten in de oefenwedstrijd tussen de beide clubs uit de Jupiler League, die gisteravond in De Wijk plaatsvond. De twee ploegen schotelden het publiek – dat in groten getale de weg naar het sportpark van Wacker Van Dijk gevonden had – een aantrekkelijke partij voetbal voor, waarbij vooral Zwolle zich mocht aanrekenen dat het slechts 2-2 werd. Terwijl de ploeg uit de Overijsselse hoofdstad al enkele opgelegde kansen had gemist, kwam Emmen halverwege de eerste helft tegen de verhouding in op voorsprong. Kai Velda schoot in de lange hoek een rebound binnen. Vlak voor rust kwam Zwolle via proefspeler Carlo Ferrario op gelijke hoogte, toen de Italiaan een hoge voorzet fraai via de lat binnenwerkte. Enkele trouwe Zwolse supporters, die zich achter het doel van keeper Leon ter Wielen ophielden, hopen dat Ferrario de gewenste aanvallende versterking wordt, die het vertrek van onder meer topscorer Sjoerd Ars moet opvangen. „We hebben nog geen wedstrijd in de voorbereiding gemist‟, zegt een van hen met gepaste trots. „Achterin zit het met Darryl Lachman en Gerard Aafjes goed in elkaar, maar voorin komen ze nog tekort.‟ Welgeteld zeven Zwolse „ultra‟s‟ zorgden met Bengaals vuur voor de nodige sfeer op het Gemeentelijk Sportpark. Dat het publiek in De Wijk stevig voetbal gewend is, werd wel duidelijk toen Zwollenaar Alexander Bannink een toch behoorlijk stevige charge uitvoerde op de benen van Michal Mravec, die met veel misbaar naar de grond ging. Hoongelach viel de laatste ten deel. Na de rust was veruit het meeste balbezit voor Zwolle, maar toch was er een dood spelmoment voor nodig om aan de voorsprong te komen. Nassir Maachi schoot een vrije trap fraai tegen de touwen. Zwolle leek de dikverdiende overwinning te mogen begroeten, maar vlak voor tijd kwam Emmen via een penalty van Jeffrey Visscher langszij. Hij scoorde in de rebound, nadat Ter Wielen zijn inzet in eerste instantie keerde. Trainer René Hake van Emmen zag een wedstrijd met twee gezichten. „In de eerste helft probeerden we het spel te maken, maar gaven we door fouten achterin teveel kansen weg. Na de rust hebben we gezorgd dat het achterin beter stond, maar daarmee gaven we het initiatief ook weg.‟ De beste man op het veld was Van den Berg. De Meppelaar, bezig aan zijn tweede seizoen bij Zwolle, was sterk aan de bal, won bijna al zijn duels en verdeelde het spel met strakke passes. „We hadden vandaag gewoon moeten winnen,‟ aldus Van den Berg, die in de tweede helft de aanvoerdersband droeg. Mogelijke interesse van andere clubs doet hem ogenschijnlijk weinig. „Er speelt niets. Ik hoor die geruchten ook, maar ik heb het prima naar mijn zin hier. Dit seizoen speel ik dan ook absoluut bij Zwolle.‟ Zijn teamgenoot Arne Slot, die lichtgeblesseerd toekeek, had lovende woorden over voor de oud-speler van Alcides. „Joey heeft zich enorm goed ontwikkeld. Wanneer een speler van de amateurs overkomt heeft hij normaal gesproken wel wat aanpassingsproblemen, maar dat was bij Joey niet het geval. Hij is zelfs heel snel uitgegroeid tot een van de betere spelers in de Jupiler League. Aan de andere kant is het jammer dat iemand met zo veel talent op zijn 25 e pas één heel goed seizoen in het betaalde voetbal heeft gespeeld, maar dat weet hijzelf natuurlijk ook.‟
April 2011 MLTC verrast tegen titelkandidaat Erwin Dijk Het vlaggenschip van MLTC kent een sterke rentree in de hoofdklasse. Titelkandidaat ALTA moest genoegen nemen met een 4-4 gelijkspel tegen de Meppelers. MEPPEL – De tweede set van de herendubbel was halverwege toen een van de mannen uit Amersfoort smijtend met zijn racket zijn frustratie afreageerde. Een actie die hem op een officiële waarschuwing kwam te staan. „Toch was dat onze minst goede wedstrijd van de dag,‟ zegt coach Harold Jans van MLTC achteraf. Alban Meuffels en Floris Kilian verloren de partij uiteindelijk vrij kansloos van het team dat vorig seizoen uit de eredivisie degradeerde. Met twee nederlagen in de enkelspelen voor Ireen Kuipers en Iris Charlotte Koning was de dag voor MLTC ook niet goed begonnen. Die laatste kreeg de voorkeur boven Dide Beijer, nadat beide dames in de eerste twee wedstrijden een kans hadden gekregen om hun coach te overtuigen. „Een erg moeilijke beslising,‟ vond Jans. „Ze verdienden het allebei, maar Iris Charlotte kan in de dubbels net wat meer druk verzorgen.‟ Hoewel de Meppeler tennissers een hoog niveau haalden, viel de publieke belangstelling op sportpark Koedijkslanden tegen op deze warme Tweede Paasdag. Pas tegen de avond wist meer dan een handvol publiek de gang naar de tennisbaan te vinden. Toen hadden Boy Westerhof en Alban Meuffels met twee winstpartijen in hun singles en Ireen Kuipers en Josien Boverhof in de damesdubbel reeds voor een Meppeler voorsprong gezorgd. „Vooral Alban speelde een fantastische wedstrijd,‟ zegt Jans. „Hij kreeg in de derde set last van kramp, maar wist die toch met 6-4 te winnen. Heel knap gedaan.‟ Westerhof zag de partijen van zijn veelal jonge teamgenoten tevreden aan. „We willen lekker in de middenmoot meedraaien,‟ zegt de sterkhouder. „We hebben een goed, jong team en de sfeer is prima. Elke wedstrijd willen we natuurlijk winnen, maar titelaspiraties hebben we niet direct.‟ Boverhof liet de herendubbel aan zich voorbijgaan, omdat hij pas net weer hersteld is van een slepende elleboogblessure, die hem sinds november aan de kant hield. „Drie wedstrijden op een dag is voor mij nu teveel.‟ Het duo Boverhof/Westerhof liet in de eerste gemengde dubbel een „zekere‟ overwinning bijna glippen. „Ik zat me op te vreten op de bank‟, zegt Jans. „Ze zijn zo goed en ervaren dat ze eigenlijk altijd moeten winnen, maar ze verloren de tweede set onnodig. De super-tiebreak in de derde set wonnen ze met 14-12, terwijl ze vier matchpoints tegen kregen.‟ De coach hoopte vervolgens op een regelrechte stunt, maar hij zag Meuffels en Kuipers in de afsluitende partij nipt verliezen. Na drie wedstrijden in de hoofdklasse is Jans (36) echter een tevreden man. Ook over de individuele ontwikkeling van zijn pupillen is hij verheugd. „We hebben – op papier – de twee sterkste tegenstanders gehad en staan mooi bovenin. We wisten dat de dames het in de singles moeilijk zouden krijgen, maar vooral in de dubbels doen ze prima. Alban Meuffels is nieuw bij de club en maakt een erg goede indruk. Verder spelen we veel met eigen kweek en dat is toch mooier dan wanneer je, zoals ALTA, alleen maar buitenlanders hebt.‟ Jans is bezig aan zijn vierde seizoen als hoofdtrainer bij de Meppelers. Als coach kende hij enkele uitstapjes naar Westerbork en Beilen, maar als speler bleef hij MLTC altijd trouw. Wanneer de nood aan de man komt is hij ook nu nog speelklaar. „Het was trouwens een historische dag voor MLTC, want geen van de achttien seniorenteams heeft verloren. Over de hele linie gaat het dus goed met de club.‟ Humor kon de Meppelers ook tijdens de wedstrijd niet ontzegd worden. „Ik ruik een break,‟ zei Jans na de waarschuwing aan het adres van ALTA. „Oh ja?‟ reageerde Kilian. „Ik ruik iets heel anders: het begint met een b en het eindigt op worst.‟
April 2011 Turninvasie in sporthal Zuidwolde Door Erwin Dijk ZUIDWOLDE – Voorzitter Dick de Vries van Gymnastiekvereniging DOS uit Zuidwolde had een druk weekend. Van zaterdagochtend vroeg, tot zondagavond laat was hij in de Mr. N. Wessels Boer hal, die het decor was van de kwartfinale van het NK turnen voor de districten Noord, Oost en Zuid. “Vooral op zondag waren er veel verrassende uitslagen. Dat is dan toch de charme van de sport.” Verdeeld over vijf wedstrijden – met daarbinnen weer verschillende groepen voor leeftijd en niveau – kwamen er bijna 550 turners in actie. Van heinde en verre vonden ze hun weg naar het Drentse dorp. De sporters van Balans uit Kerkrade en Kunst en Kracht uit Tilburg hadden er bijvoorbeeld al een flinke reis opzitten, toen ze eenmaal in Zuidwolde aankwamen. Zaterdagochtend was het eerst de beurt aan de jongste categorieën turners, die hun kunnen lieten zien op de vloer, de rekstok, het paardvoltige, de sprong, de brug en aan de ringen. Terwijl het kwik buiten voor het eerst dit jaar de twintig graden aantikte, liep ook binnen de temperatuur al vroeg op. De energie van de jonge gymnasten overspoelde de zaal en overal was er beweging. Ook de tribunes waren al vroeg dichtbevolkt. Kaarsrecht staand, met één arm in de lucht en concentratie op de gezichten, groetten de jonge turners de jury, alvorens ze hun oefening starten. “Ik vind wedstrijden echt heel leuk,” zegt een piepjonge gymnast, wanneer hij tussen de onderdelen door even bij zijn ouders gaat zitten. Het was alweer een aantal jaren geleden dat DOS een dergelijke thuiswedstrijd organiseerde. Afgelopen jaar kwam er een nieuwe vloer in de sporthal, waardoor de veiligheid van de turners beter gewaarborgd is. De wedstrijden werden grotendeels georganiseerd door scholieren, in het kader van een examenvak of maatschappelijke stage. Voor Gymnastiekvereniging DOS deden Rino van ‟t Zand (10) en Ard van Noordenne (8) mee. Met een totaalscore van 84.50 eindigt Rino in zijn groep op een dertiende plaats, terwijl Ard met 77.60 punten beslag legt op de veertiende stek. De prestaties van zijn pupillen stemden trainer Michiel van Deijnen niet erg tevreden. De oefeningen „liepen‟ volgens hem niet. “Het kan beter inderdaad. Soms heb je gewoon niet zo‟n goede dag en dan is het jammer als dat precies de wedstrijddag is.” Van Deijnen zag dat de „koppies niet helemaal op scherp‟ stonden. “Het was een thuiswedstrijd, dus ze voelden misschien ook iets meer druk dan normaal. Er kwamen natuurlijk opa‟s, oma‟s, vriendjes en vriendinnetjes kijken.” Voorzitter De Vries had nog wel een compliment voor Ard: “Hij maakte een salto vanaf de rekstok waar hij op de training normaal gesproken tegenop ziet. Dat is toch wel knap.” Van Deijnen, die zijn eigen turncarrière vanwege blessures op moest geven, traint zes uur per week met de jonge turners. “Twee keer drie uur, best lang dus. Ze zijn maar met z‟n tweeën, dus eigenlijk krijgen ze privétraining.” Over twee weken hebben de jongens opnieuw een wedstrijd, deze keer in het Zuid-Hollandse Waddinxveen. De puntentotalen van beide wedstrijden worden dan bij elkaar opgeteld, waarna een bepaald percentage doorgaat naar de halve finale. “Als Ard een hele goede dag heeft, maakt hij nog een kans. Voor Rino wordt het heel lastig,” zo voorspelt de coach. Ondanks de drukte keek De Vries tevreden terug op het weekend. “Ik heb spectaculaire reuzenzwaaien en vluchtelementen gezien. Maar omdat ik zelf steeds druk bezig was heb ik minder kunnen genieten van het turnen zelf. Je probeert toch steeds om de boel in goede banen te leiden. Gelukkig hadden we veel goede hulp van vrijwilligers.”
Februari 2011 Japanse taferelen bij NK Kendo Door Erwin Dijk ZWOLLE – Met hun donkerblauwe pakken, maskers en bamboehouten zwaarden leken ze rechtstreeks van de set van een Japanse vechtfilm weggelopen. De kendoka‟s van Suirankan uit Meppel deden gisteren mee aan het NK Kendo in het Landstede Sportcentrum in Zwolle. Voor het eerst sinds jaren konden de Meppelers een equipe van vijf personen afvaardigen voor de teamwedstrijden. Daarnaast waren er individuele wedstrijden voor Kyu-graadhouders. “De Kyu-graden zijn voor beginners en worden gevolgd door de hogere Dan-graden,” legt Henk de Jong uit. Hij was in 1974 een van de oprichters van de Meppelse kendovereniging en vertelt vol passie over de Japanse vechtsport. “Het is een heel technische sport en de score luistert heel nauw. Het gaat erom dat je de tegenstander met het bamboe zwaard op zijn hoofd, pols of buik raakt. Daarnaast is het belangrijk dat je op het juiste moment met je voet op de grond stampt en altijd in beweging bent. Je ziet dat de kendoka‟s altijd oogcontact hebben. Ze proberen te voelen wat de ander gaat doen.” Kendo is een samentrekking van de Japanse woorden „ken‟ en „do‟ en staat voor „de weg van het zwaard‟. Met enige fantasie waant de bezoeker zich in het land van de rijzende zon. De sport kent in Nederland ongeveer 500 beoefenaars. Joke de Jong – de vrouw van Henk – behoorde ooit tot de selectie van het Nederlands vrouwenteam en is nu „dojoleider‟ van Suirankan. “De etiquette van de sport is belangrijk voor mij. In de zaal gaat het er hard aan toe, maar er is veel onderling respect. Het is bijvoorbeeld niet de bedoeling dat je bij winst heel hard juicht, omdat dat niet respectvol richting je tegenstander is.” Simon de Graaf uit Harlingen – lid van Suirankan – wint de individuele wedstrijden en ook over de teamwedstrijden is Joke de Jong erg tevreden. De Meppelers behalen met een gedeelde derde plaats een knap resultaat. Tegen Museidon uit Amsterdam verliezen ze alle vijf hun partij, maar tegen Yushinkan uit Utrecht is dat andersom. Die resultaten leidden tot een tweede plaats in de poule en een gedeelde derde plaats in het eindklassement van negen teams. Daan Pelger reikte ‟s ochtends bij de individuele wedstrijden tot de halve finale. ,,Het ging beter dan ik verwacht had,” aldus de kendoka uit Meppel. “Ik was altijd al geïnteresseerd in vechtsporten en heb ook jarenlang aan taekwondo gedaan. Daar moest ik mee stoppen vanwege blessures. Nadat ik vanuit Almelo naar Meppel verhuisde, ging ik een keer bij een kendotraining kijken en was ik gelijk verkocht,” zo beschrijft Pelger zijn kennismaking met de kendosport. “Bij de teamwedstrijden gaat het voor mij vooral om het meedoen en de manier waarop we vechten. Winnen is natuurlijk mooi, maar in dit geval minder belangrijk.” Eén van de meest opvallende aspecten tijdens de kendowedstrijden is het voortdurende geschreeuw van de kendoka‟s. “Die kreten hebben verschillende doelen,” zegt Pelger. “Aan de ene kant is het om de tegenstander te intimideren, maar aan de andere kant helpt het je ademhaling te regelen en zorgt het voor ontspanning.” Pelger‟s teamgenoot Bram Welbroek is al in het bezit van de eerste Dan-graad en hoopt dit jaar de tweede graad te behalen. “Een leuke kant van de sport is de sfeer onder de kendoka. Het is heel vrij en open en iedereen gaat vriendelijk met elkaar om.” De student verpleegkunde traint twee keer per week in Groningen en één keer in Meppel. Dat het bij kendo voor een belangrijk deel draait om discipline en concentratie helpt hem ook in het dagelijks leven. “Eerder deed ik niet zoveel voor school, maar mede door de sport heb ik de discipline gekregen om goed met mijn school bezig te zijn.” Suirankan is Japans voor „groen land‟. “Jaren geleden was er een Japanner die training gaf bij onze vereniging,” zegt Henk de Jong. “Hij vond de omgeving van Meppel met al die weilanden zo mooi groen. Vandaar dat we de naam van de vereniging hebben veranderd in Suirankan.”
December 2010 Griep breekt Wessels Boer op bij Kickboksgala Door Erwin Dijk HOOGEVEEN – Het is al bijna middernacht als Koos Wessels Boer na een lange avond met 22 K-1en muay thay-partijen de ring betreedt voor de hoofdpartij tegen Michael Duut uit Groningen. Plaats van handeling is het 2 the Maxx kickboksgala in de Tamboer in Hoogeveen. Een thuiswedstrijd voor Wessels Boer, die woonachtig is in De Wijk, maar uitkomt voor Lomulder uit Hoogeveen. De partij gaat over drie rondes van drie minuten en in de eerste twee heeft de sterke Wessels Boer de overhand. Met rake klappen weet hij zijn tegenstander terug te dringen. In de derde ronde gaat het voor hem echter mis en raakt de 31-jarige man uit De Wijk in het defensief. Tien seconden voordat de bel voor het laatst zou klinken, geeft zijn trainer aan dat Wessels Boer opgeeft. Zijn verklaring: griep. “Mijn trainer wilde voorkomen dat ik mijn eigen handschoenen niet meer zou kunnen uittrekken.” Zijn voorbereiding was al niet ideaal geweest. “Ik heb echt keihard getraind, maar afgelopen week was ik al grieperig,” zegt Wessels Boer. “Bijna iedereen in mijn omgeving was ziek, dus ik ontkwam er ook niet aan. Ik heb me daarom zo rustig mogelijk gehouden.” Ook op de wedstrijddag voelde de K1vechter zich niet goed. Om vijf uur ‟s middags kwam hij uit bed. “Ik moest vechten, kon echt niet meer afzeggen.” Spanning had hij toch ook wel gehad, zijn ervaring ten spijt. “Het is een beladen partij, ook omdat het voor mij een thuiswedstrijd is.” “Ik had nog nooit tegen hem gevochten, maar ik ken hem wel,” zei Wessels Boer vooraf over zijn tegenstander Michael Duut. “Het is een talentvolle, agressieve vechter. Ik wil proberen om zijn agressie zijn fout te laten worden, gebruikmaken van de ruimte die hij geeft.” Van onderschatting was geen sprake. De K-1-vechter wilde niet „pocherig‟ doen, omdat hij wist dat één of twee fouten hem fataal konden worden. Uiteindelijk is het toch vooral de griep die Wessels Boer opbreekt, hoewel hij ook veel respect voor zijn tegenstander heeft: “Absoluut een hele goede vechter. Het was echt knokken. Ik hoorde van veel mensen dat het de mooiste partij van de avond was.” Wessels Boer is sinds kort overigens niet alleen K-1-vechter, maar ook bokser. Eind november werd hij in Delfzijl Nederlands kampioen boksen in de B-klasse. Hij versloeg de kampioen in de A-klasse Dennis Slotegraaf. “Al een aantal jaren liep ik met het idee om ook te gaan boksen. Dit jaar kwam het er eindelijk van. Het ging heel goed, mijn tegenstander had niks tegen me in te brengen.” Naast spectaculaire partijen is er op het kickboksgala vooral ook veel show. Stevige muziek knalt uit de speakers, de lichten van de schijnwerpers dansen door de zaal en schaarsgeklede dames gaan met de rondebordjes door de ring. Van hun entree maken de vechters een complete voorstelling. Zo indrukwekkend mogelijk lopen ze naar de ring, onder de klanken van hun eigen opkomstmuziek. Veelal is dat hiphop of harde dancemuziek, maar Harm Ludolphie zoekt het met „Superboer‟ van Normaal wat dichter bij huis. De Groninger Hicham Tayebi – gekleed in een lang wit gewaad – gaat voor hij de ring betreedt zelfs op zijn knieën in gebed. Ook in de pauze is er geen tijd voor verveling. In een vrij bizarre vertoning betreden Sinterklaas en de Kerstman de ring om met elkaar op de vuist te gaan. Die laatste sluit de partij winnend af. Hoewel het publiek zeer divers is – jong en oud, man en vrouw, blank, getint en zwart – luisteren de vechters over het algemeen naar exotische namen. Naast oerhollandse jongensboeknamen als Dennis Oosting en Gerrit Wolters, kondigt het programmaboekje partijen aan tussen bijvoorbeeld Salmineo Arenganeng en Stefanus Djababoe en Gokay Yagmur en Soufiane el Altioui. Kickboksen blijkt niet slechts een mannensport, want er zijn tevens vier damespartijen. Nadat Ouasila Nasseri en Rachel Adamus een serieuze poging hebben ondernomen elkaar het licht uit de ogen te slaan, vinden ze elkaar in een innige omhelzing. Het respect tussen de vechters is groot.
September 2010 RC Dwingeloo komt tekort tegen Pink Panthers Door Erwin Dijk DWINGELOO – „Wij 12 – Zij 59‟, zo gaf het scorebord van Rugbyclub Dwingeloo zondagmiddag om vier uur aan. De thuisclub verloor met ruime cijfers van de Pink Panthers uit Driebergen. Dat betekende de vierde nederlaag op rij voor de promovendus, waardoor RC Dwingeloo voorlopig onderin de 2e Klasse Noord bivakkeert. Op het eerste gezicht lijkt het spel slechts een combinatie van veel rennen en fysiek geweld, maar er is meer. Een middag rugby in Dwingeloo is een aaneenschakeling van rituelen en opmerkelijke momenten. Dat begint al voor de aftrap. „Drie hoeraatjes voor Dwingeloo‟, roept de aanvoerder van de Pink Panthers, gevolgd door „hiep hoi, hiep hoi, hiep hoi‟, van zijn teamgenoten. Ook de Dwingelooers tonen op deze wijze respect voor hun tegenstanders. “De rugbywereld is heel hecht”, aldus de geblesseerde Dwingelooer Anne Peter van Muijen. In de eerste twintig minuten gebeurt er weinig belangwekkends, maar de scrums en line-outs leveren een fascinerend schouwspel op. ‟16, 28, 32!‟, roept de ingooier van Dwingeloo, waarna de beide teams een van hun spelers optillen om de bal te vangen. Het luid uitgeschreeuwde „en push!‟ tijdens de scrums moet tot in de wijde omtrek te horen zijn. Een opmerkelijk moment volgt wanneer een van de Dwingelooers in onderbroek naar de zijlijn komt om een nieuw broekje te halen. Zijn eigen broekje heeft een tackle van een Pink Panther niet overleefd. Halverwege de eerste helft is het voor de Pink Panthers ineens een aantal malen achter elkaar raak met vijf try‟s en drie conversies. Vlak voor de rust doet Dwingeloo iets terug, door middel van een „pushover try‟: de geelzwarten duwen de bal met tegenstander en al over de lijn. Dat zorgt voor een 531 ruststand. Zo verhit als de gemoederen soms in het veld raken, zo gemoedelijk gaat het er langs de zijlijn aan toe. Wisselspelers en toeschouwers – enkele tientallen hebben de weg naar het sportpark gevonden – lopen door elkaar heen. Als het spel zich traag bij de zijlijn voortbeweegt, kuiert het publiek rustig mee. Een hond blaft zich de longen uit het lijf wanneer vlak voor hem een scrum uitgevochten wordt. De toeschouwers worden echter niet ontzien. Wanneer een Pink Panther op volle snelheid bij de zijlijn getackeld wordt, moeten de omstanders zich uit de voeten maken om niet geraakt te worden. Ook in de tweede helft zijn de Pink Panthers beter. De score wordt uitgebouwd naar 12-59. Dat rugby geen sport voor softies is blijkt wel wanneer een geblesseerde Dwingelooer door de wisselspelers van het veld wordt getild, terwijl het spel gewoon verder gaat. “We horen in deze klasse thuis,” zegt van Muijen. “Maar we hebben niet zo‟n brede selectie en een aantal blessures, dus dat zorgt voor problemen. De Pink Panthers waren vandaag gewoon beter, met name in het „open spel‟. RC Dwingeloo is volgens Van Muijen een echte familieclub. “Kijk maar om je heen”, zegt hij, wijzend op een aantal vrouwen en kinderen langs het veld. Gedurende de wedstrijd wordt het op het veld steeds onvriendelijker. Al in de eerste helft duwt een van de Dwingelooers uit frustratie een Pink Panther in de greppel langs het veld en ook in de tweede helft zijn er de nodige opstootjes, inclusief verbaal geweld. Uit de hand lopen doet het echter niet en na afloop is alles vergeten en vergeven. Dat blijkt ook uit een fraai ritueel na het laatste fluitsignaal. Het „drie hoeraatjes voor de Pink Panthers!‟, van de Dwingeloose aanvoerder wordt door zijn teammaten met „hiep hoi, hiep hoi, hiep hoi‟ beantwoordt. Onderwijl vormen de Dwingelooers een erehaag voor de winnaars van vanmiddag. Volgende week staat Amsterdam op het programma en de week daarna Groningen. “Dat is een wedstrijd op zich”, blikt Van Muijen alvast vooruit.