Elementaire oefening Oefenkaart 102A
Opdracht A en B
Draaiboek Datum Locatie
: 102A-DB01 : :
Toegang forceren tot een pand
Inhoud Elementaire oefening................................................................................ 1 Inhoud...................................................................................................... 2 Vooraf....................................................................................................... 3 1. Doelgroep en beginsituatie ............................................................. 3 Doelgroep ......................................................................................... 3 Beginsituatie ..................................................................................... 3 2. Oefendoelen ................................................................................... 3 Algemeen doel................................................................................... 3 Operationele doelen ........................................................................... 3 3. Aard en omvang oefening ............................................................... 3 Aard van de oefening ......................................................................... 3 Omvang ........................................................................................... 3 4. Opdrachten ..................................................................................... 3 5. Scenario/opzet oefening................................................................. 4 Beschrijving scenario.......................................................................... 4 Opzet oefening .................................................................................. 4 6. Samenstelling oefenstaf ................................................................. 5 7. Realisatie oefening ......................................................................... 5 Locatie ............................................................................................. 5 Hulpmiddelen .................................................................................... 5 Veiligheid.......................................................................................... 5 8. Observatie, beoordeling en evaluatie.............................................. 6 Bijlage 1 Observatie- en beoordelingsformulier ..................................... 7 Observatie ........................................................................................ 7 Beoordeling....................................................................................... 8 Bijlage 2 Punten voor de briefing en nabespreking ................................ 9 Briefing voor deelnemers .................................................................... 9 Nabespreking .................................................................................... 9 Bijlage 3 Opdracht Beveiligingen.......................................................... 10
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
2
Vooraf Snel binnentreden van panden wordt steeds moeilijker, vanwege grondige beveiligingsvoorzieningen tegen diefstal. In geval van brand is het vaak moeilijk om een pand snel te kunnen binnentreden. Daarom is het belangrijk dat manschappen kennis hebben van deze voorzieningen en van de wijze waarop ze onschadelijk gemaakt kunnen worden in geval van brand.
1.
Doelgroep en beginsituatie Doelgroep Manschappen
Beginsituatie Recent beoefende oefenkaarten: n.v.t. Parate kennis: Veilig gebruik van gereedschap (cutter, slijpschijf, raamforceerder, hydraulische schaar, knabbelschaar) voor het openen van deuren en ramen.
2.
Oefendoelen Algemeen doel De manschappen verschaffen zich op veilige wijze toegang tot een brandend pand.
Operationele doelen 1. De manschappen verschaffen zich op verschillende manieren toegang tot een brandend pand. 2. De manschappen herkennen beveiligingen die zijn toegepast bij de toegang tot verschillende soorten gebouwen.
3.
Aard en omvang oefening Aard van de oefening Elementaire oefening, die bestaat uit twee onderdelen: Opdracht A: Indien mogelijk praktijkoefening; anders theorie-oefening. Beide varianten zijn uitgewerkt in dit draaiboek. Opdracht B: Theorie-oefening met toelichting en opdrachten in een praktische situatie.
Omvang Een groep manschappen (12-15 personen).
4.
Opdrachten Opdracht A (praktische invulling) Forceer op een veilige manier toegang tot een pand: - via al dan niet beveiligd raam - via (rol)deur - via beveiligingshek - via balkon. NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
3
Opdracht A' (alternatief, theoretische invulling) Herken aan de hand van beeldmateriaal op welke wijze diverse toegangen tot gebouwen beveiligd kunnen zijn en beschrijf hoe deze geforceerd kunnen worden (techniek, gereedschap). Opdracht B Voer een verkenning uit in een winkelcentrum en geef informatie over de werking van de beveiligde toegangen en hoe deze geforceerd kunnen worden.
5.
Scenario/opzet oefening Beschrijving scenario nvt
Opzet oefening Opdracht A (Forceer op een veilige manier toegang tot een pand) moet als het even kan praktisch worden uitgevoerd. Daar leren de manschappen het meeste van. Mocht dit lastig zijn dan is het ook mogelijk om deze opdracht aan de hand van een presentatie met beeldcasussen uit te voeren (zie bij Oefenhulp 102A, Media: ME01 Toegang forceren). Opdracht B kan praktisch uitgevoerd worden in de vorm van een excursie/rondleiding door een winkelcentrum. Deze opdracht heeft een link met Preventie. U kunt informatie bij die afdeling vragen, om goed voorbereid aan deze rondleiding te beginnen. U kunt ook een medewerker van Preventie of de beheerder van het winkelcentrum betrekken bij de uitvoering van de opdracht. Afhankelijk van de grootte van de groep kunnen de opdrachten in wisselvorm uitgevoerd worden, dus een groep begint met A; daarna B en omgekeerd. Tijdens de nabespreking moet duidelijk naar voren komen welk gereedschap wanneer moet worden toegepast en welke aandachtspunten hierbij van belang zijn. Door eerst zelf te ervaren zullen de aandachtspunten waarschijnlijk beter beklijven. Tijd+/- Inhoud 00:00- Welkom en briefing 00:05
00:0500:50
Opdracht A: praktisch
00:0500:50
Opdracht A: theoretisch
00:5001:00
Verplaatsen naar andere locatie
Activiteiten Welkom, doel oefening en werkvorm uitleggen. Twee groepen maken van zes personen. Zie bijlage 2. Geef kort instructie over het forceren van toegang met diverse gereedschappen. Laat deelnemers oefenen met het forceren van: • Ramen • Deuren • Rol deuren /ramen Geef een presentatie. Geef kijkopdrachten aan kleine groepjes over beeldcasussen Laat hier discussie over voeren. Zie voor materiaal: Oefenhulp 102ADB01-ME01).
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
4
6.
01:0001:50
Opdracht B
01:5002:15 02:1502:25
Terug naar kazerne, nabespreken
Rondleiding door beheerder, preventiemedewerker of oefenleider, focussen op verschillende toegangen. In kleine groepjes zelf opdracht uitvoeren, gericht op herkennen type beveiliging en wijze van forceren. Zie voor opdrachten: bijlage 3. Zie bijlage 2
Gezamenlijk opruimen
Samenstelling oefenstaf Oefenleider/instructeur opdracht A: ……………………………………… Oefenleider/instructeur opdracht B: ……………………………………… Eventueel een preventiemedewerker en/of beheerder van het winkelcentrum.
7.
Realisatie oefening Locatie Opdracht A in slooppand, op oefencentrum of kazerneterrein; bij theoretische variant in theorieruimte; opdracht B op locatie in winkelcentrum.
Hulpmiddelen Opdracht A (als theorie-oefening) • Presentatie, beeldcasussen met (Oefenhulp 102A-DB01-ME01) • Beamer, PC e.d. Opdracht A (als praktische oefening) • Diverse gereedschappen (ram, breekijzer, motorkettingzaag, eventueel cutter en ladder). • Oefenobject met een verdieping (bijvoorbeeld slooppand, als het kan met roldeur) • Materialen voor het verschaffen van toegang verschaffen (roldeur, beveiligd glas, beveiligingshek. Opdracht B • Opdrachtformulieren (zie bijlage 3) en pennen
Veiligheid Bij opdracht A (praktische oefening): • Deelnemers dragen een volledig uitruktenue. • Deelnemers moeten aandacht besteden aan: - de veiligheidsmaatregelen bij het werken met de motorkettingzaag - eventuele glasscherven, rondvliegende metalen delen en een veilig gebruik van de ladder - het dragen van de juiste beschermende middelen zoals deze zijn voorgeschreven bij de gebruikte gereedschappen.
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
5
8.
Observatie, beoordeling en evaluatie Bij opdracht A (praktisch): de oefenleider/instructeur observeert en beoordeelt aan de hand van beoordelingscriteria op de oefenkaart (bijlage 1). Bij opdracht A (als theorie-oefening): de oefenleider/instructeur stelt vragen bij beeldcasussen aan de hand van beoordelingscriteria op de oefenkaart. Bij opdracht B: de oefenleider geeft een opdracht aan groepjes in het winkelcentrum; hij beoordeelt deze aan de hand van beoordelingscriteria op de oefenkaart.
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
6
Bijlage 1 Observatie- en beoordelingsformulier Observatie Criteria opdracht A Toegang forceren
Observatie
V/A
Observatie
V/A
1 Kiest de meest effectieve en veilige manier om zich toegang tot een pand te verschaffen. 2 Bij -
toegang via het raam: let op vallend glas kijkt of veiligheidsglas is toegepast kijkt of inbraakbeveiliging is toegepast let op dat er geen brandhaard achter het raam is maakt gebruik van een ladder bij een raam op hoogte.
3 Bij toegang via een deur: - gebruikt het gereedschap op effectieve en veilige wijze en let op dat er geen brandhaard achter de deur zit. 4 Bij toegang via roldeur/rolhek: - gebruikt gereedschap op effectieve en veilige wijze. 5 Bij toegang via een balkon: - maakt op veilige wijze gebruik van een ladder. Criteria opdracht B Werking beveiligingen 1 Heeft inzicht in de werking van diverse toegangen en hoe deze geforceerd kunnen worden. 2 Kiest de meest effectieve en veilige manier om zich toegang tot een pand te verschaffen*.
* criterium 2 van opdracht B is een herhaling van opdracht A
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
7
Beoordeling
Criterium 5
Criterium 4
Criterium 3
Naam
Criterium 2
Criterium 1
Opdracht A Toegang forceren tot een pand
Toelichting
V= voldoende; A= aandachtspunt
Criterium 2
Naam
Criterium 1
Opdracht B Beveiligde toegangen in winkelcentrum bekijken
Toelichting V= voldoende; A= aandachtspunt
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
8
Bijlage 2 Punten voor de briefing en nabespreking Briefing voor deelnemers Oefenstaf 1. Voorstellen. 2. Herkenningsmiddelen (hesjes, helmen, armbanden). Oefendoelen 1. Per doelgroep. 2. Gekoppeld hieraan: beoordelingscriteria. Scenario en enscenering 1. Schets van de situatie, eventueel met plattegrond. 2. Begrenzing van de oefenlocatie. 3. Mogelijke opstelplaatsen . 4. Locatie van nabespreking. 5. Wat is echt en wat geënsceneerd (vuur, gevaarlijke stoffen e.a.)? 6. Hoe omgaan met enscenering? 7. Tot welk stadium van incidentbestrijding duurt de oefening? 8. Welke werkzaamheden maken wel en niet deel uit van de oefening? Gebruik verbindingen 1. nvt 2. Veiligheid 1. Noodprocedures: afbreken oefening, verzamelplaats. 2. Aandachtspunten voor veiligheid op grond van de inventarisatie door de VF of oefenleider. 3. Aandacht voor persoonlijke veiligheid. 4. Melden van (bijna-)ongevallen en verwondingen. Tijdsverloop 1. Start- en eindtijd oefening. 2. Tijdstip en locatie van nabespreking. 3. Wie gaat wat opruimen na afloop. Hierna gelegenheid tot vragen stellen (let op: geen informatie 'weggeven').
Nabespreking Punten voor de nabespreking: 1. Geef de opzet van de nabespreking in een inleiding weer. 2. Schets de situatie waarin de deelnemers hebben opgetreden. 3. Herhaal het doel en de beoordelingscriteria. 4. Geef de deelnemers ruimte om zelf commentaar te geven - de situatie - het eigen optreden. 5. Geef goede feedback, of laat anderen dat doen. 6. Betrek de groep in de nabespreking. 7. Geef mogelijkheden ter verbetering aan. 8. Sluit af met een samenvatting en duidelijke conclusies.
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
9
Bijlage 3 Opdracht Beveiligingen Groep
: …………………………………………………..
Toegang/beveiliging
: …………………………………………………..
Vragen Bekijk de toegang en de beveiliging ervan grondig en beantwoord de volgende vragen 1. Welke kenmerken heeft deze wijze van beveiliging. …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… 2. Op welke manieren kan deze toegang geforceerd worden, met welke gereedschappen? …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… 3. Wat is volgens u de beste manier? Waarom? …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… 4. Welke veiligheidsmaatregelen en aandachtspunten zijn belangrijk bij het forceren van deze toegang met het door u gekozen gereedschap? …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………
NIFV - Bron: Veiligheidsregio Zuidoost Brabant – 102A-DB01 - Juli 2007
10