o o
Regiopolitie Zaanstreek-Waterland Units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid
Activiteitenplan 2010
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ....................................................................................................... 3 1.1
Algemeen................................................................................................................ 3
1.2
Korte beschrijving totstandkoming jaarplan................................................................... 3
2
Beschrijving werkgebied .................................................................................. 4
3
Beschrijving organisatie ................................................................................... 4
4
3.1
Organisatorische ontwikkelingen ................................................................................. 4
3.2
Ontwikkelingen specifiek binnen de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid ................ 5
3.3
Ontwikkeling organieke en feitelijke sterkte ................................................................ 6
Regionale prioriteiten proces opsporing ..................................................... 6 4.1
5
6
7.
Algemeen................................................................................................................ 6
4.2
Geweld ................................................................................................................... 7
4.3
Jeugdcriminaliteit...................................................................................................... 8
4.4
Veelplegers............................................................................................................ 10
4.5
Uitvoering geven aan landelijke programma’s in het kader van opsporing ......................... 11
Regionale prioriteiten proces Handhaving ................................................ 11 5.1
Gebiedsgebonden politiezorg (veilige wijken)............................................................... 11
5.2
Verkeersveiligheid................................................................................................... 11
5.3
Milieu ................................................................................................................... 12
Lokale prioriteiten gemeenten.................................................................. 13 6.1
Lokale prioriteit jeugdoverlast................................................................................... 13
6.2
Lokale prioriteit verkeersoverlast ............................................................................... 14
6.3
Lokale prioriteit vaarsurveillance ............................................................................... 15
6.4
Lokale prioriteit horecaoverlast en evenementen .......................................................... 15
6.5
Lokale prioriteit hennepkwekerijen en drugsoverlast ..................................................... 16
6.6
Lokale prioriteit woninginbraak, autoinbraak en fietsdiefstal .......................................... 16
Capaciteitsplanning ...................................................................................... 18
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
2
1.
Inleiding
1.1
Algemeen Voor u ligt het gezamenlijk activiteitenplan 2010 van de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid van het politiekorps Zaanstreek-Waterland. Het beschrijft de operationele activiteiten en doelstellingen in het kader van de kerntaken opsporing, handhaving, intake en noodhulp. Er wordt apart aandacht besteed aan lokale operationele speerpunten die specifiek gelden voor de gemeenten Zaanstad, Wormerland, Landsmeer en Oostzaan. Belangrijk om te vermelden is dat de capaciteitsplanning in het zevende hoofdstuk op hoofdlijnen is uitgewerkt. Dit komt doordat in diverse hoofdprocessen (zoals noodhulp & opsporing) meerdere deelactiviteiten verricht worden. Het is daardoor niet altijd mogelijk het aantal te besteden uren per activiteit op detailniveau zichtbaar te maken. Verder dient bij het lezen van dit document in het achterhoofd gehouden te worden dat de operationele
resultaten
uit
voorgaande
jaren
gedestilleerd
zijn
uit
het
bedrijfsprocessensysteem van het korps. Gezien het tijdstip waarop het activiteitenplan tot stand is gekomen zijn de resultaten van 2009 weergegeven tot en met de tweede week van november. Bij de verschillende deelonderwerpen zijn in de tabellen de aantallen aangiften weergegeven.
1.2
Korte beschrijving totstandkoming jaarplan Het plan is een uitwerking van het meerjarenbeleidplan 2008-2011 van de politie Zaanstreek-Waterland. Een eventuele bijstelling van lokale prioriteiten zoals uitgewerkt in dit plan is mogelijk doordat de verschillende gemeenten in de voorbereidende fase een rol spelen. Bijstelling van de opsporingsprioriteiten zal aan de orde kunnen zijn in overleg met het Openbaar Ministerie. Het Regionaal College heeft het meerjarenbeleidplan 2008-2011 vastgesteld en zal dit jaarlijks evalueren. In het kader van samenwerking tussen de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid is gekozen voor een gezamenlijk activiteitenplan 2010.
drs. R.A. van Bree
J.J. van Gelder
unithoofd Zaanstreek Noord
unithoofd Zaanstreek-Zuid
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
3
2
Beschrijving werkgebied Het bewakingsgebied van de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid bestaat uit de gemeenten Zaanstad, Landsmeer, Oostzaan en Wormerland. In totaal zijn er zeven wijkteams in deze gemeenten actief:
3
•
Zaandam-Centrum,
•
Zaandam-Zuidoost
•
Krommenie-Assendelft-Westzaan
•
Koog-Zaandijk
•
Zaandam-West
•
Wormerveer-Wormerland
•
Landsmeer-Oostzaan
Beschrijving organisatie 3.1
Organisatorische ontwikkelingen Missie en Visie In 2004 is het korps gestart met een missie- en visietraject. De drie centrale veranderthema’s zijn de burger centraal, resultaatgerichtheid en professionaliteit. Het enthousiasme dat binnen het korps
rondom dit traject voelbaar is komt tot uitdrukking in de uitgebrachte
korpsfilm “Zo! doen wij dat hier”. In 2010 zullen de units Zaanstreek-Noord & ZaanstreekZuid verder investeren in de lokale uitwerking van deze thema’s (zie hiervoor tevens paragraaf 3.2). Bezuinigingen De regiopolitie Zaanstreek-Waterland ziet zich net als de overige politiekorpsen in 2010 geconfronteerd met bezuinigingsmaatregelen. De consequenties daarvan zullen aan het eind van dit jaar definitief vorm krijgen. Leidend is in ieder geval dat er geen consessies worden gedaan aan de personele sterkte van het korps. Integrale veiligheid De inspanningen van de politie maken steeds meer deel uit van een integrale benadering. Veiligheid is niet een exclusieve taak en verantwoordelijkheid van de politie maar van meerdere instanties. Het geloof en vertrouwen van het korps in die gezamenlijke aanpak komen op diverse manieren tot uitdrukking. Zo vormt de regionale criminaliteitsbeleidanalyse een steeds belangrijkere bouwsteen voor het integrale veiligheidsplan van gemeenten. Het korps wil in de periode 2008-2011 komen tot een regionale veiligheidsanalyse die naast de gegevens van de politie ook is gebaseerd op gegevens van Openbaar Ministerie en de gemeenten. Tevens nemen in 2010 diverse leidinggevenden van de units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid deel aan integrale overlegvormen ten behoeve van de aanpak van fietsendiefstal, autokraken, woninginbraken en jeugd- en horecaoverlast. Veiligheidshuis In samenwerking met diverse partners wordt de mogelijkheid onderzocht voor de oprichting van
een
veiligheidshuis
in
Zaanstreek-Waterland.
In
dit
‘huis’
zitten
diverse
veiligheidspartners (waaronder justitie, gemeente en politie) fysiek bij elkaar hetgeen de integrale aanpak van problemen dient te bevorderen.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
4
3.2
Ontwikkelingen specifiek binnen de units ZaanstreekZaanstreek-Noord en ZaanstreekZaanstreek-Zuid Voor 2008 en 2009 hebben de managementteams van de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid uitgebreid.
De
beleidsspeerpunten vastgesteld die in 2010 worden gecontinueerd en units
achten
deze
ingezette
ontwikkelingen
noodzakelijk
om
de
professionaliteit en resultaatgerichtheid verder te vergroten. Missie & Visie In de inleiding van dit document is reeds gerefereerd aan de drie centrale veranderthema's binnen de regiopolitie Zaanstreek-Waterland. Het managementteam van de beide units heeft zichzelf in dat kader tot doel gesteld in 2010 het probleemeigenaar- en vakmanschap onder brigadiers (coordinerende medewerkers) te vergroten. Een tweede speerpunt is het vergroten van de aanwezigheid van leiding op de werkvloer. Vanaf 1 januari 2010 wordt het aantal leidinggevenden dat actief is in de 24-uurs dienst hiertoe verdubbeld. Dit zal naar verwachting een postief effect hebben op de dienstverlening naar de burger en de interne resultaatgerichtheid en professionaliteit van de politiemedewerkers in de Zaanstreek. Informatiegestuurde politiezorg (IGP) De units trachten vanuit mogelijkheden en verantwoordelijkheden (waar mogelijk samen met partners) de criminaliteitsontwikkelingen in het bewakingsgebied positief te beïnvloeden. Belangrijk is om dit te doen conform de afgesproken (regionale en/of lokale) prioritering waarbij een gerichte keuze wordt gemaakt voor een wijze van aanpak die recht doet aan de balans tussen maximale effectiviteit en beschikbare capaciteit. Een goede probleemanalyse en een proactieve en creatieve instelling zijn hiervoor essentieel. De units in de Zaanstreek hebben zich tot doel gesteld dit proces in het jaar 2010 verder uit te bouwen. Hiertoe zal onder meer een flexibel criminaliteits- en overlastteam in het leven geroepen worden. Dit team zal op basis van beschikbare informatie in opdracht van het managamentteam ingezet worden op de aanpak van (lokale) operationele prioriteiten in de Zaanstreek. Wijkzorg Wijkzorg Twee leden van het managementteam in de Zaanstreek zijn portefeuillehouder wijkzorg en in die
hoedanigheid
(mede)verantwoordelijk
voor
de
ontwikkelingen op het gebied van het wijkagentschap.
implementatie
van
de
regionale
In dit kader voeren ze periodiek
overleg met alle wijkagenten in de unit. De units hebben zichzelf tot doel gesteld de positionering van de wijkagenten in de verschillende wijken en buurten in 2010 verder te verstevigen. Hierbij is het uitgangspunt dat de wijkagent een belangrijke schakel is in gebiedsgebonden werken, die voor iedere burger en ondernemer herkenbaar en toegankelijk is. Met name voor de samenwerking met externe partners in kleinschalige verbanden (herkenbaar maatwerk) en voor het betrekken van interne partners bij een gezamenlijke aanpak van problemen. Samenwerking Noord en Zuid Organisatorisch gezien bestaat de politie in de Zaanstreek uit twee separate units: Noord en Zuid. De afgelopen twee jaren zijn er diverse samenwerkingsverbanden ontstaan. Deze beweging is tot stand gekomen vanuit de ambitie om de kwaliteit, doelmatigheid en herkenbaarheid (voor externe partners) van de politiezorg in de Zaanstreek te vergroten. Vanaf 1 januari 2010 breekt een nieuwe fase aan doordat ook de capaciteitsplanning samengevoegd wordt. Hierdoor zal de gezamenlijke sterkte gebundeld worden ten behoeve van operationele aandachtspunten in de diverse gemeenten.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
5
3.3
Ontwikkeling organieke en feitelijke sterkte Tabel 1: huidige formatie Zaanstreek
(peildatum september 2009)
Toegestane sterkte
Feitelijke sterkte
ZaanstreekZaanstreek-Noord
85
79
ZaanstreekZaanstreek-Zuid
93
83
Het aantal vacatures in de uniformdienst is in 2009 sterk teruggelopen door een actief instroombeleid. Tevens zitten er momenteel ongeveer 130 studenten voor het korps Zaanstreek-Waterland op de opleidingsschool. In 2010 zal een groep van 30 studenten de opleiding afronden en als volwaardige kracht instromen in het korps. Een nog onbekend aantal daarvan zal gaan werken in de Zaanstreek. Deze instroom is nog niet verwerkt in de bovenstaande tabel.
4
Regionale prioriteiten proces opsporing 4.1
Algemeen 4.5.2
Probleembeschrijving
De veel voorkomende misdrijven (zogenaamde zes-uurszaken) worden in de units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid behandeld door het combiteam Zaanstreek. Dit team zal in 2010 overgaan in de nieuw te vormen Decentrale Opsporingseenheid (DOE). Doel is om om de kwantiteit en kwaliteit van de schriftelijke afhandeling van veelvoorkomde criminaliteit te verhogen. Overige delicten (zoals lokaal ernstige en zware criminaliteit) worden behandeld door de Justitiële Bedrijfsvoering. In deze dienst zijn diverse regionale rechercheafdelingen zijn ondergebracht. Belangrijk bij de behandeling van strafbare feiten is de doorlooptijd van een dossier. Dit betreft de termijn vanaf het eerste verhoor van een verdachte tot de binnenkomst van het betreffende zaaksdossier op het Parket in Haarlem. Conform de regionale convenant afspraak dient 100% van de dossiers met meerderjarige verdachten binnen 60 dagen na het eerste verhoor op het Parket in Haarlem te zijn. Vanaf 2010 dient daarnaast 70% binnen 30 dagen ingeleverd te zijn1. Tenslotte dienen de units een vastgesteld aantal verdachten in dossiervorm aan te leveren op het Parket in Haarlem. Het gaat hierbij om een evenredige deelhoeveelheid van de regionale convenantafspraak die geldt voor het totale korps.
4.5.2
Doelstelling
Afhandeling strafrechtelijke dossiers meerderjarige verdachten, 100% binnen de
Aanleveren van 2166 verdachten in dossiervorm aan het Parket Haarlem
termijn van 60 dagen, en 70% binnen de termijn van 30 dagen;
4.5.2
Probleemaanpak
- Centrale screening, coördinatie en afhandeling van strafrechtelijke zaken; - Gerichte inzet van handhaving- en opsporingscapaciteit naar aanleiding van operationele behoeften; - Detachering van medewerkers aan de Decentrale Recherche; - Oprichten van de Decentrale Opsporingseenheid Zaanstreek.
1
Planningsbrief OM 2010-2011
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
6
4.2
Geweld 4.5.2
Probleembeschrijving
Geweld komt voor zowel in het publieke domein als in de privésfeer. Geweld in het publieke domein is vooral zichtbaar op plaatsen waar veel mensen samen komen. Eén van die plaatsen is de horecaomgeving. Met gericht toezicht op de momenten dat er veel uitgaanspubliek is in combinatie met cameratoezicht worden meerdere geweldsincidenten voorkomen. Het
korps
heeft
het
landelijke
beleid
ten
aanzien
van
huiselijk
geweld
volledig
geïmplementeerd. Het percentage delicten binnen politieregio Zaanstreek-Waterland is stabiel en ligt op een relatief laag niveau. Het korps heeft de ambitie deze lijn vast te houden en heeft daarom in 2008 het mobiele awaresysteem aangeschaft. Op 1 januari 2009 is het preventief opleggen van een huisverbod van kracht geworden. Het korps heeft hulpofficieren van justitie opgeleid om hieraan uitvoering te kunnen geven. In 2009 heeft dit in de Zaanstreek tot en met de maand september geleid tot het opleggen van 30 tijdelijke huisverboden. De komende jaren zal het korps zich specifiek gaan richten op de aanpak van eergerelateerd geweld en geweld tegen ouderen. Ook hier zal het korps het landelijke beleid doorvertalen naar een regionale en lokale aanpak.
4.5.2
Doelstelling
Het aantal geweldsincidenten over de laatste jaren laat een licht oplopende trend te zien. Voor wat betreft de aanpak van huiselijk geweld hebben verschillende maatschappelijke instellingen, politie Zaanstreek-Waterland en het Openbaar Ministerie in het arrondissement Haarlem in juni 2006 een convenant gesloten voor een gezamenlijke aanpak. Doelstelling van het korps in 2010 is om in ieder geval van huiselijk geweld waar de politie bij wordt betrokken, de dader aan te houden. Indien dit niet mogelijk is streeft het korps erna om de dader alsnog over het feit te horen en proces-verbaal tegen hem op te maken. Het korps zal de opsporing van geweldplegers verder versterken. In dat kader zal: •
De politie prioriteit toekennen aan de opsporing van verdachten van geweldsdelicten (bedreiging,
mishandeling,
openlijke
geweldpleging,
huiselijk
geweld
en
eergerelateerd geweld). •
De politie prioriteit toekennen aan de aanpak van straatroven, overvallen en geweld tegen overheidsambtenaren.
•
Voor het monitoren van resultaten als indicator een verdachtenratio voor geweld gehanteerd worden. Daarbij is afgesproken dat deze uiterlijk in 2011 60% dient te bedragen2. Dat betekent dat in 60% van de aangiften één of meerdere verdachten aan het OM aangeleverd dienen te worden. De units Zaanstreek-Noord & ZaanstreekZuid hanteren die doelstelling reeds in 2010.
Voor wat betreft de aanpak van het horecagerelateerd geweld wordt specifiek verwezen naar paragraaf 5.2.
4.5.2
Probleemaanpak
- Zichtbare aanwezigheid van politiemedewerkers bij specifieke evenementen en
risicovolle plaatsen;
2
Planningsbrief OM 2010-2011
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
7
- Uitrechercheren elk bekend geworden feit met opsporingsindicatie door de Decentrale Opsporingseenheid Zaanstreek of de Regionale Recherche; - Verwijzing van slachtoffers naar slachtofferhulp; - Afhandeling geweldszaken conform regionale protocollen en afgesproken werkwijzen; - Actieve signalering en advisering aan externe partners.
Bijdrage partners
4.5.2
Voor de behandeling van geweldszaken en de opsporing van verdachten werken de units samen
met
regionale
rechercheafdelingen.
Tevens
wordt
in
individuele
gevallen
samengewerkt met externe partners zoals maatschappelijk werk, opvangorganisaties en kinderbescherming.
Meetwijze
4.5.2 Aangiften overvallen en berovingen (GIDS) 2005
2006
2007
2008
2009
57
84
73
56
68
Wormerland
0
1
1
2
3
Landsmeer
3
1
4
4
8
Oostzaan
3
2
1
2
3
Zaanstad
Aangiften bedreiging, mishandeling en stalking (GIDS) 2005 2006
2007
2008
2009
776
790
809
955
764
Wormerland
36
33
42
40
27
Landsmeer
26
31
40
34
21
Oostzaan
30
22
31
23
22
Zaanstad
Aantal ingezonden dossiers ter zake geweld 2007
2008
157
148
165
**
Zaanstreek Zuid 212 202 203 ** Niet te leveren ivm. invoering GPS bij het Openbaar Ministerie
**
Zaanstreek Noord
4.3
2009
2006
Jeugdcriminaliteit 4.5.2
Probleembeschrijving
Jeugdcriminaliteit is één van de landelijke prioriteiten waarop de politie de aankomende jaren zal sturen. Deze problematiek vraagt om een sterke inzet van alle ketenpartners. De gemeenten hebben -in de visie van de regering- de regierol met betrekking tot de aanpak van risicojeugd, waaronder 12-minners. De rol van politie ligt in het signaleren van en adviseren over deze groep.
4.5.2 •
Doelstelling
Het korps brengt jeugdgroepen in kaart volgens de shortlistmethode Beke en Ferwerda. De informatie over individuele jongeren wordt ingebracht in het jeugdcasusoverleg.
•
Het korps zal voor minderjarige verdachten voldoen aan de Kalsbeeknorm. Dit betekent dat tenminste 80% van de dossiers met aangehouden minderjarigen binnen 30 dagen na het eerste verhoor door het Openbaar Ministerie is ontvangen.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
8
•
Van de HALT-verwijzingen zal tenminste 80% binnen zeven dagen na het eerste verhoor door een Haltbureau zijn ontvangen.
Probleemaanpak
4.5.2
De rol van politie ligt in het signaleren van en adviseren over de groep risicojeugd, waaronder 12 minners. Het korps zal daarom de persoonsgerichte aanpak van criminele jeugd en het vroegtijdig signaleren van en adviseren over risicojeugd intensiveren. Sinds 2006 stelt het korps jaarlijks een shortlist op volgens de methode Beke en Ferwerda. Op basis daarvan wordt een plan van aanpak geschreven. In dat plan wordt een onderscheid gemaakt tussen criminele groepen enerzijds en hinderlijke en overlastgevende groepen anderzijds. Met name de eerstgenoemde groep is onderwerp van aandacht voor de politie. Twee keer per maand vindt in de politieregio Zaanstreek-Waterland het jeugd casusoverleg plaats. In dit overleg participeren het Openbaar Ministerie, de jeugdreclassering, de raad voor de kinderbescherming en de politie. In 2009 is ter ondersteuning hiervan het Justitieel Casusoverleg supportsysteem (JCOs) worden ingevoerd. Met dit geautomatiseerde systeem wordt het eenvoudiger zicht te krijgen op de status van de betreffende jongere. In het jeugdcasusoverleg Zaanstreek-Waterland worden de jongeren besproken die met het strafrecht in aanraking zijn gekomen. Daarnaast is er het zogenaamde 'zorgoverleg'. Hierin participeren naast de politie ook Bureau Jeugdzorg, het RIAGG en algemeen maatschappelijk werk. Daar waar de politie in aanraking komt
met
jeugdigen
die
extra
zorg
behoeven,
zorgt
zij
ervoor
dat
genoemde
welzijnsinstanties hiervan in kennis worden gesteld. Tenslotte werkt de politie samen met de gemeente Zaanstad en de Brijderstichting in een project om alcoholmisbruik in het horecagebied tegen te gaan.
Meetwijze
4.5.2 Aantal verwijzingen naar Halt Zaanstad
2005
2006
2007
2008
2009
149
103
172
166
83
Wormerland
5
4
10
5
5
Landsmeer
5
11
18
6
6
Oostzaan
3
1
3
3
22
2005
2006
2007
2008
2009
Aantal minderjarige O.M. verdachten (GIDS) Zaanstad
294
314
376
354
237
Wormerland
15
17
16
10
21
Landsmeer
18
12
28
66
16
Oostzaan
12
8
20
21
5
Percentage zaken minderjarige verdachten ingezonden binnen 30 dagen 2008 2006 2007 Zaanstreek Noord
<70%
<70%
<80
2009 <80
Zaanstreek Zuid
<70%
<70%
<80
<80
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
9
4.4
Veelplegers 4.5.2
Probleembeschrijving
Het meerjarenconvenant veelplegers 2006-2010 vormt het uitgangspunt voor de aanpak van veelplegers voor het korps Zaanstreek-Waterland. Met dit convenant wordt door middel van een geïntegreerde aanpak door politie, justitie en (verslavings)reclassering gewerkt aan het verminderen van door criminaliteit veroorzaakte overlast in het arrondissement Haarlem. De gemeente Zaanstad treedt op als convenantpartner. Door de gezamenlijke aanpak is het aantal politieantecedenten van de groep actieve en zeer actieve veelplegers aanzienlijk gedaald. Dat was ook merkbaar in de daling van het aantal zogenaamde 'veelplegerdelicten' (winkeldiefstal, fietsdiefstal, auto-inbraak & woninginbraak). Per kwartaal wordt aan de hand van een aantal vaste criteria beoordeeld wie als actieve of zeer actieve veelpleger aangemerkt dient te worden. De zeer actieve veelpleger krijgt een 'adoptieagent' die hem of haar nauwlettend volgt. Momenteel kent onze regio ongeveer 50 zeer actieve veelplegers en 190 actieve veelplegers. Tegen een toenemend aantal veelplegers is een Maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD) opgelegd. Bij terugkeer in de maatschappij is begeleiding nodig, ook van gemeenten. Hierop wordt de komende jaren gezamenlijk geïnvesteerd. Verder wordt de pakkans van veelplegers vergroot doordat: ● in operationele briefings gericht aandacht wordt besteed aan actieve veelplegers; ● een veelpleger regelmatig bezocht en aangesproken wordt door een politiemedewerker; ● relevante informatie betreffende de veelpleger wordt vastgelegd in een doorlopend dossier. Jaarlijks worden concrete doelstellingen geformuleerd in de Stuurgroep Veelplegers en ter vaststelling voorgelegd aan het Arrondissementaal Justitieel Beraad (AJB). Voor 2010 is de doelstelling geformuleerd dat politie Zaanstreek-Waterland alle ‘zeer actieve veelplegers’ heeft geadopteerd.
4.5.2
Doelstelling
Alle 'zeer actieve veelplegers' zijn geadopteerd door een adoptieagent die regelmatig contact met hen onderhoudt.
4.5.2
Meetwijze
Aantal aangiften winkeldiefstal 2005
2006
2007
2008
2009
438
383
350
190
138
Wormerland
8
10
6
4
4
Landsmeer
3
2
3
1
2
Oostzaan
7
4
1
2
1
2005
2006
2007
2008
2009
1124
936
993
842
832
Wormerland
44
29
37
22
37
Landsmeer
61
79
51
42
42
Oostzaan
20
21
13
16
21
Zaanstad
Aantal aangiften diefstal fiets Zaanstad
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
10
Aantal aangiften diefstal af/uit auto 2005
2006
2007
2008
2009
878
906
771
553
458
Wormerland
62
54
46
25
33
Landsmeer
49
53
66
24
45
Oostzaan
55
76
45
22
35
2005
2006
2007
2008
2009
335
368
303
374
529
Wormerland
19
25
24
26
41
Landsmeer
35
47
33
45
24
Oostzaan
32
28
20
18
31
Zaanstad
Aantal aangiften woninginbraak Zaanstad
4.5
Uitvoering geven aan landelijke programma’s in het kader van opsporing In 2010 zullen er diverse landelijke intensiveringsprogramma’s worden geimplementeerd zoals de bestrijding van fraude, financieel economische criminaliteit, cybercrime en georganiseerde misdaad. Deze programma’s zullen over het algemeen gestalte krijgen binnen de regionale recherche. De units in de Zaanstreek zullen daar waar nodig c.q. mogelijk een bijdrage leveren via de decentrale opsporingseenheid Zaanstreek.
5
Regionale prioriteiten proces Handhaving 5.1
Gebiedsgebonden politiezorg (veilige wijken) 5.5.2
Probleembeschrijving
Om de veiligheid in de wijk te vergroten zal een versterkte inzet van gebiedsgebonden politiewerk plaatsvinden. Daarvoor gelden de volgende indicatoren: •
Het korps is bezig te onderzoeken of het taakaccent ‘wijkagent’ kan doorontwikkelen naar een functie met bijbehorend opleidingspakket.
•
Het korps levert op verzoek van gemeenten gegevens aan op wijkniveau die dienen als input voor een gemeentelijke wijkscan in het kader van integrale veiligheid.
Het korps zal uiterlijk op 1 oktober 2011 voldoen aan de normen uit het programma “Gebiedsgebonden
politiezorg”.
Leidende
uitgangspunten
voor
dit
programma
zijn
vroegtijdig signaleren van problematiek en een integrale aanpak gericht op de oorzaak. Het vakmanschap van de wijkagenten zal een nieuwe impuls krijgen door een gefaseerd in te voeren opleidingsprogramma. Tevens zal de omslag van taakaccent naar functie hieraan bijdragen.
5.5.2
5.2
Doelstelling
•
Vroegtijdig signaleren van problematiek en deelnemen aan een integrale aanpak
•
Ontwikkelen van een integrale wijkscan.
Verkeersveiligheid 5.5.2
Probleembeschrijving
De intensiteit van het wegverkeer in de Zaanstreek brengt met zich mee dat jaarlijks ongevallen plaatsvinden. In de nota 'Mobiliteit' van de Minister van Verkeer en Waterstaat is
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
11
vastgelegd dat het aantal aanrijdingen met dodelijke afloop of ziekenhuisopname in 2010 aanzienlijk moet zijn gedaald.
Doelstelling
5.5.2 - Géén aanrijdingen met dodelijke afloop;
- Maximaal 150 aanrijdingen met letsel van één of meer inzittenden.
Probleemaanpak
5.5.2
Tussen het Bureau Verkeer Openbaar Ministerie, het arrondissementsparket Haarlem en de regio Zaanstreek-Waterland is een convenant 'Speerpuntenprogramma Zaanstreek-Waterland' gesloten
dat
loopt
tot
en
met
2010.
Daarin
is
onder
meer
vastgelegd
dat
er
verkeershandhaving zal plaats vinden door het verkeershandhavingsteam op de bekende speerpunten: helmdraagplicht, autogordel, roodlicht negatie, alcohol en snelheid (de zogenaamde Helmgrasfeiten), alsmede het vasthouden van een mobiele telefoon. De units Zaanstreek-Noord en Zaanstreek-Zuid dragen ervoor zorg dat er handhavingcontroles worden uitzet in alle gemeenten in de Zaanstreek.
Middelen en diensten
5.5.2 - Verkeershandhavingsteam
- Reguliere politie-eenheden units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid - Surveillantenpool
Meetwijze
5.5.2 Aantal (mini) processen-verbaal HelmGRAS 2005 2006
2007
2008
2009
115646
93017
115805
102346
111515
Wormerland
3255
2403
3621
4292
3292
Landsmeer
6088
4790
9506
1606
3540
Oostzaan
2605
2399
2267
433
568
Zaanstad
Aantal verkeersongevallen met letsel Zaanstad
2005
2006
2007
2008
2009
230
199
197
216
206
Wormerland
18
25
29
23
12
Landsmeer
17
13
8
17
8
Oostzaan
15
11
16
13
20
2005
2006
2007
2008
2009
Zaanstad
4
5
5
3
5
Wormerland
0
0
0
1
1
Landsmeer
0
0
0
0
0
Oostzaan
0
0
0
0
0
Aantal dodelijke verkeersongevallen
5.3
Milieu 5.5.2
Probleembeschrijving
Het belang van het milieu en milieuhandhaving wordt de laatste jaren sterk benadrukt. Ook de politie levert daarom een bijdrage op dit terrein. Bij het uitvoeren van de milieutaak werkt
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
12
de sectie Milieuhandhaving van het korps nauw samen met de politieregio Noord-Holland Noord, onder aansturing van een interregionaal teamleider. Het Politiemilieuplan 2011 “Milieu in Ontwikkeling”3 is de komende jaren leidend voor de handhavingactiviteiten van het korps op milieugebied. Het Politiemilieuplan 2011 beschrijft de rol en taken van de politie in de integrale aanpak van milieucriminaliteit. De Nederlandse politie wil hiermee samen met het Openbaar Ministerie en andere partners in de milieuketen meer zicht en greep krijgen op de serieuze vormen van milieucriminaliteit. In 2010 zullen er nadere afspraken worden gemaakt met het Openbaar Ministerie over de aantallen
processen
verbaal
die
de
units
Zaanstreek-Noord
&
Zaanstreek-Zuid
in
samenwerking met het Interregionaal Milieuteam dienen aan te leveren.4
Doelstelling
5.5.2
Wordt nader vastgesteld door het Openbaar Ministerie Haarlem en het functioneel parket.
Probleemaanpak
5.5.2 Uitvoeren van (multidisciplinaire) controles.
Middelen en diensten
5.5.2
Interregionaal milieuteam, units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
6
Lokale prioriteiten gemeenten Voorafgaand aan het opstellen van het regiomeerjarenbeleidplan zijn de gemeenteraden en of commissies gehoord over de lokale prioriteiten voor hun gemeente. Dit in het kader van de zogenaamde 'haalplicht' die sinds 1 januari 2008 geldt ten gevolge van de wijziging van de Politiewet 19935. Aspecten als samenhang met de landelijke en regionale doelstellingen, kerntaak politie, samenhang met integraal veiligheidsbeleid, capaciteit en effectiviteit zijn tijdens die bijeenkomsten aan de orde gekomen. Daaruit zijn de volgende lokale prioriteiten naar voren gekomen die ook in 2010 gehanteerd worden:
6.1
Zaanstad
Wormerland
Landsmeer
Oostzaan
Jeugdoverlast
X
X
X
X
Verkeersoverlast
X
X
X
X
Vaarsurveillance
X
X
X
X
Horecaoverlast
X X
X
X
Hennepkwekerijen en drugsoverlast
X
Woninginbraak, Autoinbraak en fietsdiefstal
X
Lokale prioriteit jeugdoverlast 6.5.2
Probleembeschrijving
Overlast door jeugd is zeer contextafhankelijk. Het is een proces van interactie tussen jeugd en haar omgeving waarin tijd, frequentie, plaats, etc. een belangrijke rol spelen in het gegeven of overlast ervaren wordt of niet.
3
Op 28 augustus 2007 heeft de Raad van Hoofdcommissarissen ingestemd met het Politiemilieuplan 2011 “Milieu in Ontwikkeling”. Dit wordt nu ter besluitvorming aan het Korpsbeheerdersberaad voorgelegd.
4
Conform planningsbrief OM 2010-2011
5
Zie “Wijziging van de Politiewet 1993” d.d. 1 januari 2008 te weten art. 47, lid 1 van de Politiewet.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
13
Als het aan de politie ligt zal de zogenaamde ‘Hi-Five aanpak’ in 2010 in de Zaanstreek worden ingevoerd. Deze methode concentreert zich op een aanpak van jeugdoverlast door een ‘aandachtssysteem’ van bestraffing en beloning.
De gemeente Zaanstad heeft zich
gecommitteerd aan het nemen van de regie voor wat betreft
het onderzoek naar
haalbaarheid en eventuele invoering. De politie, Openbaar Ministerie en overige gemeenten zullen actief hun bijdrage leveren. Daarnaast zijn er in Zaanstad Jongeren Netwerk Overleggen (JNW) tot stand gebracht. In deze overlegvormen worden onder regie van de gemeente actuele overlastsituaties op wijkniveau besproken. Vanuit de units in de Zaanstreek zijn wijkagenten in het overleg actief. In de gemeenten Landsmeer, Oostzaan en Wormerland vindt tweewekelijks overleg plaats tussen de burgemeesters en de lokale wijkteamchefs van de politie. Jeugdoverlast vormt een belangrijk agendapunt tijdens deze gesprekken.
6.1.2
Doelstelling Primair doel in de aanpak van overlast van jeugd en jeugdgroepen is het terugdringen van de overlast voor burgers en bedrijven.
6.1.3
Probleemaanpak - Gericht toezicht in het publieke domein en met name op hangplekken door middel van de inzet van surveillanten, sectie Jeugdzaken en wijkagenten. - Bij een gesignaleerde relatie tussen overlast en alcoholgebruik het handhavend optreden naar aanleiding van aangewezen gebieden in de APV. - Signaleren en adviseren bij jeugdoverlast richting relevante partners - Doorontwikkelen Jongeren Netwerk Overleg (JNW) met de diverse partners - Mogelijk implementeren HI-Five in de Zaanstreek
6.1.4
Bijdrage partners De gemeente heeft de regiefunctie ten aanzien van de integrale aanpak van jeugdoverlast en jeugdgroepen. Ze speelt tevens een belangrijke rol in contacten met de directe omgeving en voor wat betreft het realiseren van voorzieningen.
6.5.2
Meetwijze
Aantal meldingen jeugdoverlast 2005
2006
2007
2008
756
833
874
1153
697
Wormerland
39
61
75
133
100
Landsmeer
71
116
161
189
72
Oostzaan
25
37
96
60
42
Zaanstad
6.2
Lokale prioriteit verkeersoverlast verkeersoverlast
6.2.1
Probleembeschrijving
2009
Verkeersoverlast in de gemeente Wormerland, Landsmeer & Oostzaan wordt door de units in de Zaanstreek gezien als lokale prioriteit. Het gaat daarbij voornamelijk om overtredingen van inrijdverboden en van de maximum vastgestelde snelheid. De units in de Zaanstreek zullen ook in 2010 handhavend optreden.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
14
6.2.3
Probleemaanpak Gerichte handhavingcontroles door de basispolitiezorg, de surveillantenpool en het regionale verkeershandhavingsteam.
6.5.2
Meetwijze
Aantal Tobias-verbalen Zaanstad Wormerland
2005
2006
2007
2008
2009
115646
93017
115805
118281
126689
3255
2403
3621
5081
4167
Landsmeer
6088
4790
9506
3449
4763
Oostzaan
2605
2399
2267
1302
1306
6.3
Lokale prioriteit vaarsurveillance
6.3.1
Probleembeschrijving Probleembeschrijving In de zomermaanden is er in de gemeenten Landsmeer, Oostzaan, Wormerland en Zaanstad sprake van intensief waterverkeer. Dat leidt tot verschillende vormen van overlast en onveilige situaties. Deze gemeenten binnen de regio Zaanstreek-Waterland beschouwen toezicht en handhaving op de wateren in het werkgebied dan ook als een lokale prioriteit.
6.3.2
Doelstelling - Gericht toezicht op het water - Verbaliseren van snelheidsovertredingen, drankgebruik en diefstal op het water.
6.3.3
Probleemaanpak In 2010 zal voor het toezicht op het water handhavingcapaciteit van beide units en van de regionale surveillantenpool worden gereserveerd.
6.4
Lokale prioriteit horecaoverlast en evenementen 6.5.2
Probleembeschrijving
De gemeente Zaanstad heeft aangegeven horeca-overlast als lokale prioriteit te zien. Daarbij is de doelstelling van het optreden van de politie Zaanstreek-Waterland het voorkomen en terugdringen van criminaliteit en overlast. Voor het horecagebied in Zaandam-Centrum wordt al jaren gepland op inzet in de weekenden. Daarbij maakt de politie gebruik van een camerasysteem dat in 2010 vervangen zal worden door een geavanceerder systeem. Dit zal de de kwaliteit en inzetbaarheid van de beelden vergroten. In de eerste periode van 2010 zullen projectmatig ook politiemedewerkers ingezet worden in het centrum van Krommenie naar aanleiding van diverse overlastmeldingen. Tegelijkertijd wordt ingezet op een integrale aanpak van de problematiek zodat de projectmatige politieinzet kan worden afgebouwd. Om het proces van de evenementenadvisering te verbeteren hebben de units in de Zaanstreek besloten tot een nieuwe werkwijze waarbij twee evenementencoordinatoren toezien op kwaliteit, doorlooptijd en haalbaarheid.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
15
6.4.2 Doelstelling Zoveel mogelijk ongestoord laten verlopen van horecabezoek en evenementen.
6.4.3
Probleemaanpak Om de huidige resultaten voor de aankomende jaren te kunnen handhaven en uitbreiden zal ingezet worden op de volgende speerpunten: •
toezicht houden in de openbare ruimte in combinatie met cameratoezicht;
•
het sluiten van een horecaconvenant in 2010 en het voeren van structureel overleg;
•
controle en toezicht op de beveiligingswerkzaamheden;
•
opzetten van portiersoverleg;
•
Werken met vaste kern politiemedewerkers in de horeca in Zaandam-Centrum
•
Inzet van politiebikers tijdens het horecatoezicht
•
Inplannen tijdelijk horecatoezicht in Krommenie
•
Volgens nieuwe werkwijze met betrekking tot de evenementenadvisering
6.5
Lokale prioriteit hennepkwekerijen en drugsoverlast
6.5.1
Probleemaanpak De units in de Zaanstreek zijn actief in het oprollen van hennepkwekerijen en het projectmatig georganiseerd
aanpakken waarbij
van
(hard)drugsoverlast.
mogelijke
kwekerijen
Periodiek
bezocht
worden
worden naar
'rooidagen' aanleiding
van
binnengekomen informatie c.q. klachten. Er wordt daarbij gewerkt conform het regionaal afgesloten hennepconvenant (samenwerkingsverband tussen politie, woningcorporaties energiebedrijven, gemeenten en OM). In (inter)regionaal verband zal tevens gekeken worden naar de (eventuele) betrokkenheid van growshops in het proces van hennepteelt in de Zaanstreek. Daarbij zal samengewerkt worden met het Regionaal Informatie- en expertisecentrum Noord-Holland (RIIEC).
6.6
Lokale prioriteit woninginbraak, autoinbraak en fietsdiefstal
6.6.1
Probleemaanpak In 2010 gelden zowel woninginbraak, autokraak en fietsendiefstal als lokale prioriteiten. In het kader van preventie trachten de units in de Zaanstreek onder regie van de gemeenten een integrale aanpak te ontwikkelen om deze vormen van criminaliteit terug te dringen. Tevens vindt er gericht toezicht plaats naar aanleiding van informatie-analyses. Tenslotte investeren de units in de Zaanstreek in samenwerking met de regionale recherche in de opsporing van daders.
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
16
7.
Capaciteitsplanning UNITS ZAANSTREEK- NOORD & -ZUID PER 1-1-2010
FTE 149,28 SURVEILLANTEN C/D/E Bij
BRUTO BESCHIKBAAR CAO A LA CARTE
AF AF AF
BRUTO BESCHIKBAAR ZIEK VAKANTIE INSTRUCTIE / OPLEIDING
1854,00
0
276766 5,50% 165,6 7,2%
15222 24721 20050
59993 216774
NETTO CAPACITEIT AF AF AF AF AF AF AF
NETTO PER FTE EXTRA VERLOF LEEFTIJD RPU VERLOF BIJZ. VERLOF / CALAMITEITENVERLOF / ZORGVERLOF OUDERSCHAPSVERLOF VAKBONDS / OR FACILITEITEN ZWANGERSCHAPSVERLOF INVLOED 9 UURS MODALITEIT
BIJ BIJ
EXTRA VERWACHTE CAPACITEIT VOOR 2010 CAPACITEIT STUDENTEN (NETTO)
276766
1452
149,28
8 2 4
468 208 500
1000 500 400 3744 416 2000 12422
20482 0 30
14482 202292
NETTO CAPACITEIT
FTE AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF AF
NOODHULP INFOCOORDINATIE OPENSTELLING WIJKPOSTEN Combiteam (in de toekomst DOE6) + TGO LEVERING DR HORECADIENST DIENST REGIO HONDENGELEIDERS NETWERKERS 80% VAN NETTO CAPACITEIT HORECA COORDINATOR 80% VAN NETTO CAPACITEIT EVENEMENTEN ZWEVENDE CAPACITEIT TBV EVENEMENTEN VAARSURVEILLANCE BEGELEIDING STUDENTEN VOETBAL VOLENDAM VERZORGING EN TRAINING DIENSTHOND ME BIJSTAND IN/EXTERN TBO inzet VERKEERSADVISERING WERKOVERLEG PROJECTEN FLEXTEAM (BIKERS)
3
4 3 17 2
416 80% 80%
30
48
3
7
TOTAAL NETTO CAPACITEIT - GEPLANDE UREN
6
0 6000
200
UREN 101204 4356 6349 24034 5808 5005 1248 19749 1461 2300 322 750 1440 960 1848 2000 640 300 5572 6780 10165
202292 0
Bij de overgang naar de Decentrale opsporingseenheid Zaanstreek zal de fomatie van de beide units worden opgehoogd
activiteitenplan 2010 units Zaanstreek-Noord & Zaanstreek-Zuid
17