Notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 Doelen
Groote Wielen
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
1
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
2
Inhoudsopgave Doel van deze notitie Samenvattende tabel haalbaarheid en betaalbaarheid doelen Blauwgraslanden Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden Noordse Woelmuis Bittervoorn Porseleinhoen Kemphaan Rietzanger Kolgans Grutto Meervleermuis
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
4 5 7 9 10 11 12 13 15 16 17 18
3
Notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen Waarom deze notitie? Voor de Groote Wielen geldt een omkeerregeling. Op dit moment is het gebied in een ontwerpbesluit aangewezen als Natura 2000 gebied. Voordat het definitieve besluit wordt vastgesteld, wordt éérst een beheerplan voor het gebied opgesteld om voor de gebruikers en omwonenden meer duidelijkheid te verkrijgen. Bij het geven van toestemming voor de omkering heeft het ministerie van LNV als voorwaarde gesteld dat de minister voor 1 september 2009 moet horen of er in het beheerplan aanleiding is om het aanwijzingsbesluit te wijzigen. Dit houdt in dat er voor 1 september 2009 een voldoende onderbouwd advies aan de minister moeten worden verzonden met betrekking tot de haalbaarheid en de betaalbaarheid van de instandhoudingsdoelen uit het ontwerp-aanwijzingsbesluit van het Natura 2000 gebied Groote Wielen. Op basis van dit advies kan de minister dan een definitief aanwijzingsbesluit maken. De opbouw van het advies wordt gevormd door de onderstaande tabel (tabel 1). Voor elke soort of habitat vanuit het ontwerp-aanwijzingsbesluit wordt vervolgens in een toelichtende paragraaf een toelichting gegeven op de belangrijkste aandachtspunten. Ook een vertrouwenwekkende onderbouwing van de haalbaarheid van maatregelen en daarbij komende kosten die wel haalbaar en betaalbaar zijn is voor de bestuurders en betrokkenen van belang. In het concept beheerplan dat naar de minister wordt verzonden (versie 1 september ) zal de bewijsvoering (onderliggende gegevens) van de in deze notitie gepresenteerde conclusies te vinden moeten zijn. De versie van de notitie die is voorgelegd aan de projectgroep en de versie die op 9 juni aan de gebiedsgroep is voorgelegd kent echter nog een aantal vraagpunten. Deze vraagpunten moeten voor 1 september 2009 worden beantwoord. Hoe is deze notitie tot stand gekomen? Deze notitie is tot stand gekomen in overleg met gebiedsgroep ( waarin de beheerder, diverse maatschappelijke organisaties en gebruikers van het gebeid zitting hebben), de projectgroep en is uiteindelijk besproken in overleg met bestuurders Wat is gedaan met de reacties op deze notitie? Deze notitie is besproken in de projectgroepbijeenkomsten van 13 mei en 17 juni, tijdens de gebiedsgroepbijeenkomst van 9 juni en tijdens overleg met bestuurders op 16 en 25 juni. Aan de gebiedsgroep is gevraagd om conceptadvies te bekijken en specifiek te reageren op de vraag of men: - de conclusies onderschrijft met betrekking tot de weergave van het draagvlak voor de uitvoering van maatregelen - zich in de conclusies kan vinden met betrekking tot haalbaar en betaalbaar per soort / habitat. De standpunten van de gebiedsgroep en de projectgroep zijn in deze notitie weergegeven onder de kopjes verwacht draagvlak in de streek. De informatie uit deze notitie en dat standpunten uit gebieds – en stuurgroep vormen uitgangspunt en onderbouwing voor het advies van GS aan de Minister.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
4
Samenvattende Tabel Tabel 1: De haalbaarheid (op basis van ecologie en draagvlak) en betaalbaarheid (zijn er voldoende bestaande middelen) samengevat voor de Natura 2000 doelen voor de Groote Wielen. *Kosten van monitoring en onderzoek zijn niet meegenomen omdat daar nog onvoldoende zicht op is. De specifieke kosten van maatregelen en mogelijke geldbronnen moeten nog worden uitgewerkt. Doel uit aanwijzingsbesluit
Aanwezigheid
Blauwgrasland
Circa 130 m
2
KrabbenNiet aanwezig scheervegetatie
Inhoudelijke knelpunten
Knelpunten toetsing
Knelpunten toekomst
Knelpunten maatregelen
Knelpunten kosten*
Zeer klein areaal, geïsoleerde ligging, weinig potentie voor uitbreiding
Veehouderij, verkeer en industrie. Plaatselijke hydrologische knelpunten. -
Ontwikkeling verkeer, veehouderij, industrie
Ingrijpende maatregelen nodig m.b.t. veehouderij, verkeer, industrie.
Enkele miljoenen eur’s of meer.
-
-
Verbinding met Bûtenfjild realiseren. -
Kosten aanleg ondiepe wateren om habitat te realiseren: 20.000 – 100.000 euro Aanleg ecologische verbinding is kostbaar -
Geen potenties in meren. Door graven petgaten ontwikkeling mogelijk.
Unaniem draagvlak in de streek? Nee
Nee
Doel schrappen. Doel niet haalbaar en betaalbaar vanwege stikstofproblematiek. Vanwege potenties ontwikkeldoel van maken. Stikstofproblematiek bij huidige depositieniveau niet aan de orde. Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar
Noordse Woelmuis
Enkele exemplaren Ecologische veraangetroffen bindingen beperkt
Peilbeheer
-
Bittervoorn
Komt voor
Niet optimaal habitat voor deze soort Enkele broedparen Afname kwaliteit aanwezig moerasbiotoop
-
-
Verstoring door verschillende activiteiten
-
-
Komt met tientallen exemplaren naar het gebied, maar blijft niet om te broeden. Niet aanwezig als broedvogel sinds 1999. Veel broedparen aanwezig Doel (aantallen) niet gehaald
Soort komt nauwelijks meer voor als broedvogel in Nederland en Fryslân.
Peilbeheer (verdroging)
Kwaliteit moerasbiotoop mag niet teveel afnemen. Toename verstoring moet worden voorkomen. Toename verstoring moet worden voorkomen
Vernatting en flexibeler peilbeheer
Voor aangepast Ja peilbeheer regeling met een particulier nodig.
Doel handhaven, leefgebied haalbaar en betaalbaar. Realisatie aantallen waarschijnlijk niet.
-
-
-
-
-
Ja
Smient heeft mogelijk voorkeur
-
Toename verstoring moet worden
-
-
Ja
Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar Doel handhaven, leefgebied haalbaar en betaal-
Porseleinhoen
Kemphaan
Rietzanger Smient
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
Ja
Voorstel voor het advies aan de minister van LNV
Ja Ja
Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar
5
Doel uit aanwijzingsbesluit
Aanwezigheid
Inhoudelijke knelpunten
Knelpunten toetsing
voor ander locaties in omgeving.
Knelpunten toekomst
Knelpunten maatregelen
Knelpunten kosten*
Unaniem draagvlak in de streek?
voorkomen
Voorstel voor het advies aan de minister van LNV baar. Realisatie aantallen waarschijnlijk niet.
Kolgans en Brandgans
Veel aanwezig
-
-
Toename verstoring moet worden voorkomen
-
-
Ja
Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar
Grutto
Aanwezig
Aantal broedvogels neemt af
Toename verstoring moet worden voorkomen
-
-
Ja
Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar
Meervleermuis
Veel aanwezig
-
Bescherming aanvliegroutes en kraamkolonies moet gewaarborgd worden
-
-
Ja
Doel handhaven, haalbaar en betaalbaar
-
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
6
H6410 Blauwgraslanden Aanwezigheid
Volgens het ontwerp aanwijzingsbesluit is het doel voor dit habitattype ‘behoud’. In het gebied komen weliswaar Blauwgrasland voor, maar het oppervlak is zeer gering. In de Groote Wielen is circa 130 m2 aanwezig, zo is gebleken uit recente metingen in het veld (juni 2009). Inhoudelijke knelpunten
Er zijn waarschijnlijk mogelijkheden om het Blauwgraslandareaal iets te laten toenemen door het aanpassen van het beheer en het nemen van locale hydrologische maatregelen (zie knelpunten maatregelen). De mogelijkheden tot duurzame instandhouding op langere termijn worden echter beperkt door het geringe oppervlak en de geïsoleerde ligging van het Blauwgrasland. Als kenmerkende soorten - bijvoorbeeld als gevolg van een periode van ‘extreme’ droogte - zouden verdwijnen, is de kans klein dat deze op natuurlijke weg nog terug kunnen keren. Verder zijn de mogelijkheden om genen uit te wisselen met populaties van ‘soortgenoten’ beperkt of afwezig. Dat maakt het Blauwgrasland op langere termijn kwetsbaar. 1
Knelpunten toetsing / Knelpunten toekomst
Habitattype H6410 Blauwgraslanden is zeer gevoelig voor stikstofdepositie. De depositie op het Blauwgrasland is duidelijk hoger dan wenselijk (zie paragraaf 2.3 en paragraaf 3.2 van het conceptbeheerplan). Vergeleken met de zogenaamde kritische depositiewaarde van Blauwgrasland is depositie is nu te hoog en zal de komende jaren te hoog blijven. Gevolg is dat uitbreidingen van veehouderijen met een toename van stikstofuitstoot in een zone van enkele kilometers rondom de Groote Wielen niet of nauwelijks mogelijk zijn. Ook vestigingen van bedrijven met forse stikstofuitstoot in Leeuwarden kunnen waarschijnlijk niet vergund worden. Eventuele autonome groei van het wegverkeer (met name op de N355) kan ook een knelpunt vormen. Gezien recente uitspreken van de Raad van State (200807857/1 en 200802600/1) zouden ook bestaande bedrijven die nog geen Natuurbeschermingswetvergunning hebben, deze moeten aanvragen. Daarbij moet de gehele bedrijfssituatie wordt getoetst. Aangezien in dat geval de aanvraag moet worden beoordeeld als nieuwe situatie, zullen deze bedrijven waarschijnlijk geen vergunning kunnen krijgen bij de heersende depositiewaarden. Op het moment van schrijven, is er nog geen definitieve oplossing voor de landelijke depositieproblematiek in relatie tot ammoniak. Knelpunten maatregelen / Knelpunten kosten Euro
Voorlopig zijn er mogelijkheden om door aangepast terreinbeheer en maatregelen in de waterhuishouding het Blauwgrasland in stand te houden of zelfs te verbeteren, ook bij de huidige depositiewaarden. Het gaat daarbij om maatregelen zoals toevoer boezemwater, hooilandbeheer en verhoging van met name grondwaterstanden in late voorjaar. Deels zijn deze maatregelen recent uitgevoerd. Het is zaak eerst de waterstanden en waterkwaliteit te monitoren voor er eventueel verdere maatregelen op het gebied van hydrologie getroffen worden. Bovenstaande maatregelen zijn in principe genoeg voor het behoud op korte termijn en mogelijk ook op langere termijn. Voor behoud op lange termijn zijn toch - zo blijkt uit uitspraken van de Raad van State - maatregelen nodig om de stikstofdepositie te laten dalen naar een acceptabel niveau (het niveau van de kritische depositiewaarde). Mede omdat generiek beleid nog geen oplossing lijkt te bieden, zijn maatregelen in de omgeving van de Groote Wielen noodzakelijk. Dat zal waarschijnlijk gepaard gaan met hoge kosten.
1
Zie hoofdstuk 6 van het conceptbeheerplan voor de resultaten van de toetsing van het bestaand gebruik
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
7
Er is nog geen zicht op de precieze maatregelen die dan nodig zullen zijn en de omvang daarvan. Gezien de mate waarin de huidige depositie de kritische waarde voor Blauwgrasland overschrijdt, zullen de maatregelen aanzienlijk zijn. Het zal dan gaan om het veranderen van stallen, het beëindigen of verplaatsen van veehouderijen, of het treffen van verkeersbeperkende maatregelen. Bij dergelijke maatregelen zal het al gauw om miljoenen euro’s gaan. Om een beeld te geven van het aantal veehouderijbedrijven dat mogelijk gevolgen zal ondervinden van de maatregelen in het beheerplan zijn de bedrijven binnen een straal van 2,5 kilometer rondom het gebied geïnventariseerd. In deze zone liggen 63 veehouderijbedrijven, vooral melkrundveehoudrijen. Van deze 63 bedrijven liggen 1 kalvermesterij en 5 melkrundveehouderijen binnen 500 meter van het gebied. De bedrijfswaarde van een gemiddeld Fries rundveehouderijbedrijf bedraagt volgens een recente studie van het LEI circa 3 miljoen euro. Alleen al het verplaatsen van 1 rundveehouderijbedrijf zou dus al meerdere miljoenen aan kosten met zich meebrengen. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Het doel is mogelijk haalbaar bij de huidige depositiewaarden door het nemen van maatregelen in het terreinbeheer en waterbeheer. Recente gerechtelijke uitspraken dwingen echter ook tot het nemen van maatregelen die depositie beperken. Dat zal leiden tot hoge kosten die gemaakt zouden moeten worden in de sectoren landbouw, industrie en/of verkeer. Boeren in de omgeving geven aan dat zij op zich geen bezwaar tegen Blauwgrasland hebben, maar dat dit alleen geldt indien er absolute zekerheid is dat het aspect depositie daarbij niet tot belemmeringen voor bestaande bedrijvigheid, incl. uitbreidingen leidt. Bij de negatieve beeldvorming speelt het ook een rol dat het om een oppervlak aan Blauwgrasland gaat dat nauwelijks voldoet aan de daarvoor door LNV gestelde oppervlakteeisen, met weinig perspectief gezien de geïsoleerde ligging. Dat een dergelijke minimaal ontwikkeld habitat tot zulke consequenties moet leiden wordt niet begrepen. Het merendeel van de gebiedsgroep heeft net als de boeren geen problemen hebben met het handhaven van het Blauwgrasland, als dit gerealiseerd kan worden zonder de externe werking en zonder de bijbehorende gevolgen voor de omringende landbouwbedrijven. Een deel van de gebiedsgroep staat daarom achter de conclusie om de doelstelling te schrappen. De beheerder (It Fryske Gea) geeft aan de benodigde maatregelen te willen nemen binnen het huidige perceel. Zij ziet kansen Blauwgrasland te handhaven bij de huidige depositiewaarden, maar kan zich vinden in het schrappen van dit doel vanwege de gevolgen voor landbouw, verkeer en industrie. Ze stelt vragen bij de hoogte van gehanteerde kritische depositiewaarden en vindt dat deze depositiewaarden maatschappelijk niet werkbaar zijn en natuurbescherming in de weg staan. De Wielenwerkgroep geeft aan dat de lat op dit punt hoger zou kunnen liggen en dat de potenties van het gebied zo veel mogelijk benut zouden moeten worden De Wielenwerkgroep geeft aan dan te willen kiezen voor het streven naar uitbreiding over een grotere oppervlakte van het habitattype. Conclusie
Het habitat H6410 Blauwgraslanden is in de Groote Wielen onder de huidige (juridische) omstandigheden niet haalbaar en betaalbaar. We adviseren de minister dit habitattype te verwijderen uit de aanwijzing.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
8
H3150 Meren met Krabbenscheer en fonteinkruiden Aanwezigheid
Het doel voor dit habitattype is behoud. Habitattype H3150 Meren met Krabbenscheer en fonteinkruiden is echter niet in het gebied aanwezig. Dit is een fout in het aanwijzingsbesluit. Het habitattype H3150 is volgens de definitie uit het profielendocument (LNV, 2008) gebonden aan vlakvormige wateren. Voor habitattype H3150 kenmerkende vegetatietypen komen in de Groote Wielen alleen voor in enkele sloten en vaarten (lijnvormige wateren) aan de oostzijde van het gebied. Waarschijnlijk speelt de aanwezige invloed van grondwater daarbij een rol. De kenmerkende vegetatietypen komen niet voor in de meren en zonder inrichtingsmaatregelen is het ook niet aannemelijk dat deze vegetatie zich daar binnenkort gaat ontwikkelen. Inhoudelijke knelpunten / Knelpunten toetsing
Habitattype H3150 Meren met Krabbenscheer en fonteinkruiden is gevoelig voor stikstofdepositie. De depositie op de Groote Wielen is nu echter ruim lager dan het habitattype aankan. Gezien het generiek beleid dat er op is gericht de stikstofdepositie omlaag te brengen is de kans klein dat dit in de nabije toekomst toch een knelpunt wordt Knelpunten toekomst / Knelpunten maatregelen
Om het habitat in de toekomst wel te realiseren, kunnen maatregelen worden genomen zoals het aanleggen van petgaten en ondiepe oevers, alsmede het isoleren van delen van het gebied van de boezem. Hiermee zullen weer jonge verlandingsstadia ontstaan. Deze ontbreken nu grotendeels in het gebied. Knelpunten kosten Euro
Kosten voor de aanleg van ondiep water voor Krabbenscheervegetatie €20.000 - €100.000 Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Vanuit met name de landbouw is er de angst dat, indien de achtergronddepositie de kritische depositiewaarde van het habitat in de toekomst zou overstijgen, dit evenzo als bij Blauwgrasland zal leiden tot dure maatregelen in de sectoren landbouw, industrie en verkeer. Vanwege de aanwezige potenties om dit habitatype te ontwikkelen wil It Fryske Gea graag dat het doel aangepast wordt tot een ontwikkeldoelstelling. Conclusie
In bestuurlijk overleg tussen gemeenten, provincie en Wetterskip Fryslân (zie bijgevoegd verslag) is besloten vanwege de potenties van het gebied, de minister vragen het doel voor Krabbenscheervegetatie te wijzigen in een ontwikkeldoel. We gaan er vanuit dat depositienormen niet dusdanig naar beneden bijgesteld worden, zodat ook ten aanzien van dit habitattype een stikstofknelpunt zal ontstaan.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
9
H1340 Noordse woelmuis Aanwezigheid
De Noordse woelmuis is beperkt in het gebied aangetroffen. Voor Noordse woelmuis geldt een verbeteropgave. Inhoudelijke knelpunten 2
Knelpunten toetsing
Het huidige peilbeheer heeft mogelijk een significant negatief effect op de verspreiding van Noordse woelmuis, met name door het ontbreken van dynamiek. De Noordse woelmuis heeft bij een constant waterpeil te leiden onder concurrentie van Veldmuis en Aardmuis. Hierdoor staat in de Groote Wielen de populatie onder druk. Waarschijnlijk zijn de negatieve effecten te mitigeren door het treffen van maatregelen in het gebied. Knelpunten toekomst Knelpunten maatregelen
De knelpunten zijn voornamelijk gelegen in de beschikbare oppervlakte habitat, waarin de soort geen concurrentie te verduren heeft van overige woelmuizen. Daarnaast is het van belang dat voldoende verbindingen aanwezig zijn met omliggende gebieden. Het realiseren van voldoende geschikt oppervlak lijkt met beperkte maatregelen haalbaar. Het realiseren van een ecologische verbinding naar het Bûtenfjild is mogelijk een knelpunt Knelpunten kosten Euro
De kosten voor de genoemde maatregelen zijn € 500.000 - € 700.000 Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Aangezien de benodigde oppervlakte geschikt habitat voor een populatie zich niet uitstrekt over het gehele gebied en bovendien wordt meegelift met andere maatregelen, zijn de verwachte effecten van maatregelen naar gebruikers in het gebied beperkt. Verwacht wordt dat voor de soort voldoende draagvlak aanwezig is. De Wielenwerkgroep is enthousiast over de hierboven beschreven analyse en werkwijze en pleit er voor deze ook toe te passen op het doeltype blauwgrasland. Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
Uitbreiding van de omvang en verbetering van de kwaliteit voor het leefgebied van Noordse woelmuis is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar.
2
Zie hoofdstuk 6 van het conceptbeheerplan voor de resultaten van de toetsing van het bestaand gebruik
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
10
H1134 Bittervoorn Aanwezigheid
De Bittervoorn is in het watersysteem van het plangebied aangetroffen, maar de precieze verspreiding is niet bekend. Inhoudelijke knelpunten / Knelpunten toetsing
De knelpunten vanuit bestaand gebruik hebben met name te maken met de werkwijze van activiteiten zoals baggeren en schonen. Knelpunten toekomst / Knelpunten maatregelen
Onder de huidige omstandigheden is het perspectief dat het leefgebied zijn huidige omvang en kwaliteit behoudt goed, ervan uitgaande dat er bij het beheer rekening wordt gehouden met de ecologische vereisten. Maatregelen bestaan met name uit het maken van heldere afspraken over de wijze van baggeren en schonen. Wel is het noodzakelijk meer inzicht in de verspreiding van deze soort te verkrijgen door verspreidingsonderzoek. Knelpunten kosten Euro
De kosten van de genoemde maatregelen zijn beperkt, omdat naar verwachting dit kan door het afspreken van een gedragscode. Verder lift de bittervoorn mee met de uitvoeringsmaatregelen voor de andere doelen. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
Behoud van omvang en kwaliteit van het leefgebied van Bittervoorn is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
11
A119 Porseleinhoen Aanwezigheid
De Porseleinhoen komt in de Groote Wielen met enkele paartjes voor. Hierbij wordt (meestal) voldaan aan de instandhoudingsdoelstellingen. Inhoudelijke knelpunten
Door verruiging en het nagenoeg ontbreken van jonge verlandingsstadia, zal het gebied in de toekomst zonder extra ingrepen minder aantrekkelijk worden voor het Porseleinhoen. 3
Knelpunten toetsing
Uit de toetsing van het bestaande gebruik (hoofdstuk 6 van het beheerplan) blijkt dat er veel verstoringsbronnen zijn rondom het habitat van de Porseleinhoen. De Porseleinhoen is daar gevoelig voor. Het gaat met name om verschillende recreatieve activiteiten. Aan enkele activiteiten zullen waarschijnlijk lokaal beperkingen moeten worden opgelegd (zonering langs de oevers om verstoring te beperken, door middel van een gedragscode). Daarnaast is de soort sterk afhankelijk van een specifiek habitat, dat wisselend aanwezig is. Knelpunten toekomst
De meeste vogeldoelstellingen komen in de Groote Wielen voor omdat het gebied relatief rustig is en in een relatief rustige omgeving ligt. Ontwikkelingen die ingrijpen op deze rust zijn ook in de toekomst mogelijk, maar men zal wel moeten aantonen dat de doelstellingen niet in gevaar komen. Door verruiging en het nagenoeg ontbreken van jonge verlandingsstadia, zal het gebied in de toekomst zonder extra ingrepen minder aantrekkelijk worden voor het Porseleinhoen. Knelpunten maatregelen
Het gaat om maatregelen zoals beperkingen in toegankelijkheid nabij enkele moeras- en rietzones in het broedseizoen, het beperkt uitbreiden van rietlandhabitat, het optimaliseren van het beheer van rietlanden en het realiseren van vernatting. De afspraken over toegankelijkheid van de oeverzones zullen in overleg met betrokkenen gemaakt worden. Knelpunten kosten Euro
De kosten voor de genoemde maatregelen (die tevens bedoeld zijn voor de Noordse woelmuis en de Rietzanger en voor meren met Krabbenscheer) zijn ca € 450.000), In hoeverre dit past binnen de reguliere taken is nog niet uitgewerkt. Wel is duidelijk dat de uitvoering van de maatregelen binnen het areaal van de beheerder kan plaatsvinden. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Enkele betrokkenen hebben al aangegeven mee te willen denken over maatregelen. Zolang de maatregelen geen verregaande beperking inhouden voor de activiteiten van betrokkenen in het gebied, is hiervoor voldoende draagvlak.
Conclusie
Behoud omvang en kwaliteit van het leefgebied van Porseleinhoen is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar.
3
Zie hoofdstuk 6 van het conceptbeheerplan voor de resultaten van de toetsing van het bestaand gebruik
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
12
A151 Kemphaan Aanwezigheid
De Kemphaan is deze eeuw niet meer als broedvogel in de Groote Wielen aangetroffen. Doel is verbetering kwaliteit en toename oppervlak leefgebied zodat het geschikt is als broedgebied voor 10 paartjes Kemphaan. Inhoudelijke knelpunten
De verwachting is dat we door enkele inrichtings- en beheersmaatregelen genoeg leefgebied kunnen ontwikkelen. Of er ooit weer broedgevallen van de Kemphaan in de Groote Wielen zullen plaats vinden valt echter te betwijfelen, ook als geschikt gebied aanwezig is. De sterk dalende trend van de populatie in Nederland geeft daarop weinig hoop. Zo zijn in 2006 in Nederland maar 16 territoria gemeld, waarvan 11 in Friesland. Wel wordt het gebied elk jaar nog door tientallen Kemphanen bezocht. Deze trekken echter weer door. De maatregelen voor de Kemphaan zullen ook een positief effect hebben op andere (weide)vogels als Grutte en Watersnip. 4
Knelpunten toetsing
Voor de Kemphaan is de opgetreden verdroging een knelpunt. Dat hangt samen met het bestaande gebruik peilbeheer. Polderpeilen zijn te laag en zakken in het voorjaar te snel weg. Om dit knelpunt op te lossen is vernatting van delen van het poldergebied (langer nat in het voorjaar) en flexibeler peilbeheer afhankelijk van de terreinsituatie nodig. Knelpunten toekomst
De meeste vogeldoelstellingen komen in de Groote Wielen voor omdat het gebied relatief rustig is en in een relatief rustige omgeving ligt. Ontwikkelingen die ingrijpen op deze rust zijn ook in de toekomst mogelijk, maar men zal wel moeten aantonen dat de doelstellingen niet in gevaar komen. Knelpunten maatregelen
Het gaat voor de Kemphaan om vernattingmaatregelen, met name het mogelijk maken van flexibeler peilbeheer, daarnaast aanleg van plasbermen en slikranden. De peilmaatregelen die nodig zijn voor de Kemphaan kunnen (afhankelijk van de mate waarin aanpassing nodig is) een knelpunt vormen voor enkele particulier agrarisch beheerde percelen in het gebied. Knelpunten kosten Euro
De kosten voor de genoemde maatregelen zijn ca €180.000. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Met uitzondering van mogelijke effecten op enkele particuliere gronden bij De Warren, hebben de maatregelen weinig invloed op bestaand gebruik in de streek. Binnen het Gewenst Peilbeheertraject van Wetterskip Fryslân wordt uitgewerkt welke maatregelen precies nodig zijn. Eventuele gevolgen voor een particulier worden in kaart gebracht. Met de betreffende particulier zullen (indien nodig) afspraken moeten worden gemaakt. Het Friesch Grondbezit en boeren met gronden in of in de buurt van het gebied geven aan het vreemd te vinden dat een soort die al lang niet meer in het gebied broedt en misschien niet meer gaat broeden in een aanwijzingenbesluit staat. De Wielenwerkgroep zou, gezien de historische broedaantallen, de lat juist hoger willen leggen (meer broedparen). Naast Kemphaan zijn de maatregelen ook geschikt voor andere soorten, hier zou bij de afweging ook aandacht aan moeten worden besteed. Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling.
4
Zie hoofdstuk 6 van het conceptbeheerplan voor de resultaten van de toetsing van het bestaand gebruik
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
13
Conclusie
Uitbreiding omvang en/of verbetering kwaliteit leefgebied voor Kemphaan is haalbaar. Het is echter niet zeker of de haalbaarheid ook geldt voor het gewenste aantal van 10 broedparen, gezien de landelijke trends van deze soort.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
14
A295 Rietzanger Aanwezigheid
De Rietzanger is de talrijkste broedvogel in de Groote Wielen, en voldoet aan de instandhoudingsdoelstellingen. Inhoudelijke knelpunten Knelpunten toetsing Knelpunten toekomst
Vanuit de toetsing van het bestaand gebruik zijn er geen belangrijke knelpunten. Voor de Rietzanger is het rietareaal in de Groote Wielen van groot belang. De beperkte dynamiek van de Friese Boezem, waar de Groote Wielen onderdeel van is, heeft een negatieve invloed op de rietontwikkeling. Wellicht dat in de toekomst beperkte toename van dynamiek mogelijk is. Of dat voldoende is voor een duurzaam, vitaal rietareaal is onduidelijk. Waarschijnlijk zullen regelmatig maatregelen moeten worden getroffen om nieuw rietareaal te ontwikkelen, verbossing en verruiging zorgen voor een afname. Dergelijke maatregelen worden waarschijnlijk al getroffen voor o.a. Noordse woelmuis en Porseleinhoen. De Rietzanger lift in die gevallen mee. Knelpunten maatregelen
Deze soort profiteert van de maatregelen voor de overige soorten. Er zijn geen extra maatregelen nodig. Knelpunten kosten Euro
Er zijn geen maatregelen voorzien. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
Behoud omvang en kwaliteit leefgebied Rietzanger is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
15
Kolgans (A041), Brandgans (A045) en Smient (A050) Aanwezigheid
De getelde winteraantallen voldoen voor wat betreft de ganzensoorten, maar de aantallen Smienten worden niet gehaald. Inhoudelijke knelpunten
Het gebied lijkt zeer geschikt voor Smienten, zonder dat hiervoor inrichtingsmaatregelen nodig zijn. In de omgeving van de Groote Wielen zijn echter nog meer gebieden zeer geschikt als verblijfplaats. Waarschijnlijk is dat de reden waarom de doelaantallen niet gerealiseerd worden. Knelpunten toetsing / Knelpunten toekomst
De meeste vogeldoelstellingen komen in de Groote Wielen voor omdat het gebied relatief rustig is en in een relatief rustige omgeving ligt. Ontwikkelingen die ingrijpen op deze rust zijn ook in de toekomst mogelijk, maar men zal wel moeten aantonen dat de doelstellingen niet in gevaar komen. Met name voor Smienten geldt dat deze overdag rust nodig hebben. Knelpunten maatregelen
Smient rust met name aan de oostzijde van de Sierdswiel. In overleg met gebruikers wordt onderzocht welke maatregelen mogelijk zijn. Daarbij kan worden gedacht aan voorlichting aan en wordt aangestuurd op het vermijden van dat gedeelte in de winter. Indien uit monitoring blijkt dat deze maatregel niet voldoende is, kan deze maatregel worden aangevuld. Knelpunten kosten Euro
Er zijn geen maatregelen voorzien die kosten met zich meebrengen. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
De doelen behoud omvang en kwaliteit leefgebied met betrekking tot ganzen en Smienten zijn in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar. Het is echter niet duidelijk of de gewenste aantallen Smienten wel gehaald worden, wat waarschijnlijk door natuurlijke externe factoren wordt veroorzaakt (ook heel geschikte gebieden in omgeving). Extra advies t.a.v. de Smient: Voor de Smient is het instandhoudingsdoel als seizoensgemiddelde geformuleerd. Voor de slaapplaatsfunctie zijn slaapplaatstellingen nodig. Nijland verzamelt deze gegevens, maar hanteert daarbij de jaarmaxima (maximale waarden op basis van de maandelijkse tellingen). Voorstel aan het Ministerie van LNV is om de instandhoudingdoelstelling van de Smient voor de Groote Wielen te formuleren in termen van seizoensmaxima. Dit i.v.m. de bruikbaarheid van de gegevens van de lokale tellers voor de op te zetten monitoring. Deze tellingen leveren bovendien een beter beeld op omdat er dan minder gebruik hoeft te worden gemaakt van bijschattingen.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
16
A156 Grutto Aanwezigheid
Op weg naar hun broedplaatsen verblijven in de periode maart - april vele Grutto’s in het Groote Wielengebied. Inhoudelijke knelpunten
Het gaat slecht met de Nederlandse broedpopulatie. Dat zal waarschijnlijk op de duur ook doorwerken in het aantal Grutto’s op slaapplaatsen in de Groote Wielen, waardoor op termijn het instandhoudingsdoel voor deze functie niet meer wordt gehaald. Knelpunten toetsing Knelpunten toekomst
De meeste vogeldoelstellingen komen in de Groote Wielen voor omdat het gebied relatief rustig is en in een relatief rustige omgeving ligt. Ontwikkelingen die ingrijpen op deze rust zijn ook in de toekomst mogelijk, maar men zal wel moeten aantonen dat de doelstellingen niet in gevaar komen. Voor de ontwikkeling van de aantallen in de toekomst is ook de relatie met broedresultaten van belang. Knelpunten maatregelen
De slaapplaats- en foerageerfuncties van deze soort profiteren van de maatregelen voor de overige soorten. Er zijn geen extra maatregelen nodig voor de functies die het gebied biedt. De broedpopulatie zal met name moeten profiteren van maatregelen buiten (dit) Natura 2000 gebied. Knelpunten kosten Euro
Er zijn geen maatregelen voorzien. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
Het instandhoudingsdoel voor Grutto is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar. Echter, gezien de druk waaronder de broedpopulatie provinciebreed en landelijk staat, is het mogelijk dat de vereiste aantallen in de toekomst niet (meer) worden gehaald.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
17
H1318 Meervleermuis Aanwezigheid
Meervleermuis maakt veel gebruik van het gebied als foerageergebied. Inhoudelijke knelpunten Knelpunten toetsing
Er zijn vanuit het bestaande gebruik geen knelpunten geïdentificeerd. Knelpunten toekomst
Voor het behoud van de Meervleermuis is bescherming nodig van de kraamkolonies en de aanvliegroutes naar de Groote Wielen. Dit kan beperkingen met zich mee brengen bij bouwprojecten, aanleg van wegen e.d. Overigens moet op grond van de Flora en faunawet hier al rekening mee worden gehouden. Knelpunten maatregelen
Voor de Meervleermuis moet de bescherming van kraamkolonies en aanvliegroutes gewaarborgd worden (zoals bij de realisatie van de wijk Blitsaerd door aanpassing van verlichting en bruggen is gebeurd). In overleg met gemeenten zullen daar afspraken over gemaakt worden. Wellicht is (meer) onderzoek nodig naar de ligging van kraamkolonies en aanvliegroutes. Knelpunten kosten Euro
Er zijn geen maatregelen voorzien. Wel is monitoring en communicatie naar betrokkenen noodzakelijk. Draagvlak in de streek, projectgroep en gebiedsgroep
Er is draagvlak voor het realiseren voor van de doelstelling. Conclusie
Behoud omvang en kwaliteit leefgebied voor behoud populatie (voor de functie foerageergebied) van Meervleermuis is in de Groote Wielen onder de huidige omstandigheden haalbaar en betaalbaar.
notitie haalbaar en betaalbaar Natura 2000 doelen Groote Wielen 25 augstus 2009
18