Nota van beantwoording P eilb es lu it St olw ij k Bo v e nk e rk en Sc h oo nou w e n
Behorend bij het besluit van de verenigde vergadering 30 juni 2010 “Peilbesluit Stolwijk Bovenkerk en Schoonouwen”
Status
Concept
Rotterdam, 26 april 2010
2
1
INLEIDING................................................................................................... 4
2
ZIENSWIJZEN EN BEANTWOORDING ................................................................... 5
2.1 2.2 2.3 2.4 3
Zienswijzen inwoners Torenstraat ( bijlagen 1 t/m 7)....................................... 5 Zienswijze inwoner Bovenkerkseweg 41 (zie bijlage 8)..................................... 6 Zienswijzen inwoners Tentweg 91, 102 en 104 (zie bijlage 9 en 10) .................. 7 Zienswijze inwoner Bovenkerkseweg 34 (zie bijlage 11) ................................... 8 VERDERE PROCEDURE ..................................................................................... 9
BIJLAGE 1 zienswijze dhr. H. Verhoeven............................................................. 10 BIJLAGE 2 zienswijze dhr. J. Zijderlaan .............................................................. 11 BIJLAGE 3 zienswijze dhr. D. Ansems ................................................................. 12 BIJLAGE 4 zienswijze dhr. P. Melkert.................................................................. 13 BIJLAGE 5 zienswijze dhr. A. Anker .................................................................... 14 BIJLAGE 6 zienswijze dhr. E. Versluis ................................................................. 15 Bijlage 7 zienswijze dhr. H. de Vries................................................................. 16 BIJLAGE 8 zienswijze dhr. Zuidbroek .................................................................. 17 BIJLAGE 9 zienswijze dhr. de Heer...................................................................... 18 BIJLAGE 10 zienswijze dhr. G.J. van Tongeren en dhr. J. Boer............................ 19 BIJLAGE 11 zienswijze dhr/mw. C.W. Bos .......................................................... 20
3
1 INLEIDING Het voorliggende rapport is de nota van beantwoording naar aanleiding van het ontwerppeilbesluit Stolwijk Bovenkerk en Schoonouwen. Het ontwerp-peilbesluit heeft samen met de toelichting vanaf 1 februari tot en met 15 maart 2010 ter visie gelegen. Daarnaast werd op 9 februari een inloopavond georganiseerd waarbij de belanghebbenden in de gelegenheid werden gesteld om nadere informatie te vragen over het ontwerp-peilbesluit. Naar aanleiding van de zienswijzen zijn enkele aanpassingen gedaan aan de isolatiegrens van de stedelijke kern (zie kaart bijlage). De voorgestelde peilen in het ontwerppeilbesluit blijven wel gehandhaafd.
4
2
ZIENSWIJZEN EN BEANTWOORDING
Gedurende de periode van ter inzagelegging zijn er in totaal twaalf zienswijzen binnengekomen (zie bijlagen 1 t/m 12). Aangezien een aantal zienswijzen over dezelfde onderwerpen gaat is deze in de beantwoording gebundeld.
2.1
Zienswijzen inwoners Torenstraat ( bijlagen 1 t/m 7)
In verband met de waterstaatkundige isolatie van de bebouwde kern van Stolwijk is in het ontwerp-peilbesluit voorgesteld om een (automatische) stuw te plaatsen ter hoogte van de kruising van de Vaartweg met de Achterwetering. Verschillende inwoners aan de Torenstraat maken bezwaar tegen de aanleg en beargumenteren dat als volgt: 1. De stuw zou een fysieke barrière vormen en het recreatieve gebruik van de Koolwijkse Vliet belemmeren. Het zou dan niet meer mogelijk zijn om vanuit de Kerkweg, Torenstraat en Kerklaan, via de Koolwijkse Vliet naar de polder te varen of te schaatsen. 2. De waterkwaliteit van de Vliet kan slechter worden vanwege de kernisolatie. 3. Als alternatief stellen de inwoners van de Torenstraat voor om de isolatiegrens bovenstrooms van de Koolwijkse Vliet aan te leggen. Antwoord 1. De stuw aan de Koolwijkse Vliet vormt inderdaad een fysieke barrière voor het recreatieve gebruik. Deze Vliet is binnen de kern isolatie meegenomen vanwege zijn waterbergende functie. Een deel van het bovenstrooms gelegen verhard gebied watert af op deze Vliet. 2. In het ontwerp voorstel van de waterstaatkundige isolatie is rekening gehouden met mogelijkheden voor wateraanvoer en doorspoeling zodat geen verslechtering van de waterkwaliteit optreedt. 3. Als de Koolwijkse Vliet buiten de kernisolatie valt, zullen de woningen en wegen die in de omgeving van de Vliet staan (zoals in de huidige situatie), onderhevig zijn aan peilaanpassingen ter compensatie van maaivelddaling. De meeste panden gelegen in de omgeving van de Koolwijkse Vliet zijn gefundeerd op betonnen palen, met uitzondering van 7 woningen. Deze panden zijn gefundeerd op houten palen met betonnen oplangers en zijn in het funderingsonderzoek van WARECO als ongevoelig beoordeeld voor (kleine) wijzigingen in de grondwaterstand. Verder liggen langs de Koolwijkse Vliet geen wegen die opgehoogd zijn met lichtgewichtmateriaal of die gevoelig zijn voor verzakkingen. In de komende peilbesluitperiode wordt de invloed van peilaanpassing op de grondwaterstand als verwaarloosbaar klein geacht. Dit komt omdat het peilverschil tussen het stedelijke en het agrarische gebied maar enkele centimeters zal bedragen. Daarnaast geldt ook dat de invloed van de oppervlaktewaterstand op de grondwaterstand (in veenbodems) zich beperkt tot een afstand van ca. 3 meter vanaf de watergang. Door het afkoppelen met het achterliggend verhard gebied wordt het gebruik van de Koolwijkse Vliet voor waterberging alleen mogelijk als de bestaande
5
duikerverbinding niet volledig afgesloten wordt. Dit is technisch mogelijk te realiseren door het aanbrengen van een stuw bij de verbindende duiker. De Koolwijkse Vliet zal dan meer een afvoerende functie hebben voor het stedelijke gebied en minder een waterbergende functie. Conclusie Het handhaven van de bestaande openwaterverbinding van de Koolwijkse Vliet heeft naar verwachting geen negatieve effecten voor de woningen en wegen in de omgeving. Daarnaast kan de afwatering naar de Vliet van het bovenstrooms verhard gebied gehandhaafd worden. Het handhaven van de openverbinding heeft duidelijk een meerwaarde voor het recreatief gebruik van deze Vliet. Daarom wordt voorgesteld om de Koolwijkse Vliet buiten de kernisolatie te houden en de isolatiegrens aan te passen zoals aangegeven op bijgevoegde kaart. 2.2
Zienswijze inwoner Bovenkerkseweg 41 (zie bijlage 8)
De zuidelijke grenswatergang van het agrarisch perceel in eigendom van de heer Zuidbroek krijgt in het ontwerp voorstel een vast peil. Daarnaast krijgt een van de watergangen die als ontwatering van het agrarisch gebied fungeren, de status hoofdwatergang. De heer Zuidbroek maakt bezwaar tegen het vastzetten van het peil van de grenswatergang vanwege vernatting van zijn perceel en wil geen hoofdwatergang door zijn agrarisch perceel hebben liggen.
Antwoord Het vastzetten van het peil van de zuidelijk grenswatergang in verband met de isolatie van de stedelijke kern, leidt tot een verwaarloosbaar kleine vernatting van de aangrenzende percelen. Dit komt vanwege het geringe peilverschil tussen het stedelijke en agrarische peil en de slechte doorlatendheid van de veenbodem. Bij maatgevende peilverschillen beperkt de vernatting zich tot een straal van maximaal 3 meter vanaf de watergang. De wijziging van de status overige watergang naar hoofdwatergang van de watergangen betekent een overname van het onderhoud van deze watergangen door het hoogheemraadschap. Dit leidt tot economisch voordeel voor de eigenaar. Daarnaast zorgt een frequenter onderhoud en mogelijke verdieping van deze watergangen voor een betere ontwatering van de aangrenzende percelen.
Conclusie Hoewel het huidige ontwerp-tracé van de kernisolatie nauwelijks negatieve effecten heeft op het eigendom van de heer Zuidbroek, kan deze grens gewijzigd worden zonder een belemmering te vormen voor de kernisolatie, omdat dit perceel buiten de bebouwde kom ligt. Door het verleggen van de grens verder naar het zuiden, kan de afwatering van het agrarische gebied richting het Goudse Vliet plaatsvinden via een alternatieve watergang.
6
2.3
Zienswijzen inwoners Tentweg 91, 102 en 104 (zie bijlage 9 en 10)
1. Bij langdurige regenval staat het gebied tussen de Tentweg en Nijverheidsweg regelmatig onder water vanwege neerslagwater en overtollige afvoer uit een riooloverstort. 2. De smalle watergang die langs de Tentweg loopt, stroomt onvoldoende door en kan de hoeveelheid water onvoldoende afvoeren. 3. De bestaande wateroverlast problemen kunnen erger worden vanwege de uitbreiding van het industrie terrein in dit gebied. 4. In de zomer is de waterkwaliteit slecht vanwege het gebrek aan aanvoer van vers water. Door de kern isolatie zal de watergang langs de Tentweg stilstaand water worden waardoor de waterkwaliteitsproblemen verder zullen toenemen. Tijdens hevige neerslag bestaat dan de kans om wateroverlast te krijgen van vervuild water. 5. De inwoners aan de Tentweg zouden liever een waterstandsverhoging willen hebben om waterafstroming naar het lager gelegen peilgebied te bevorderen. Antwoord 1. Op de watergang langs de Tentweg vindt geen riooloverstort plaats. Het meest dichtstbijzijnde riooloverstort ligt aan de Koolwijkseweg. 2. Aangezien het huidige peil in het nieuwe peilbesluit gehandhaafd wordt, heeft het peilbesluit geen negatieve gevolgen voor de wateroverlast in de omgeving. De waterberging en interactie oppervlaktewater-rioleringswater blijft ongewijzigd. De afwatering van deze watergang richting de Schoonouwenseweg kan over de nieuw te plaatsen stuw blijven bestaan. Verder zijn het hoogheemraadschap en de gemeente Vlist voornemens om in het kader van het stedelijke plan de bestaande knelpunten aan te pakken. 3. Door de aanleg van het industriegebied zullen de wateroverlast problemen niet toenemen. Gelijktijdig met de aanleg van het industriegebied zal aanvullende waterberging gegraven worden ter compensatie van de toenemende verharding. 4. Om waterkwaliteitsproblemen tijdens droge periodes te voorkomen zullen de stedelijke watergangen regelmatig doorgespoeld worden. De doorspoeling wordt mogelijk gemaakt door extra wateraanvoer vanuit de Bergvliet en de aanleg van regelbare stuwen bij de belangrijkste afvoerwatergangen. 5. Het peil binnen de kern isolatie kan niet structureel opgezet worden vanwege het toenemende risico op wateroverlast. Conclusie Door de aanleg van een alternatieve afvoerverbinding richting de Schoonouwensevliet en de actieve doorspoeling tijdens droge periodes zal de aanleg van de kernisolatie geen negatieve effecten hebben voor de watergang aan de Tentweg.
7
2.4
Zienswijze inwoner Bovenkerkseweg 34 (zie bijlage 11)
De heer Bos, inwoner van de Bovenkerkseweg vraagt aandacht voor de waterkwaliteit van de Schoonouwense Vliet in de buurt van het sportpark.
Antwoord In het ontwerp voorstel van de waterstaatkundige isolatie is rekening gehouden met mogelijkheden voor wateraanvoer en doorspoeling zodat geen verslechtering van de waterkwaliteit optreedt. Verder wordt een gedeelte van de Schoonouwense Vliet, langs het sportpark, door de gemeente Vlist nog dit jaar gebaggerd om de waterkwaliteit te verbeteren. Deze maatregel wordt uitgevoerd door de gemeente en valt buiten het peilbesluit. Conclusie In het ontwerp van de kernisolatie is rekening gehouden met wateraanvoer en mogelijkheden voor doorspoeling. Hierdoor wordt verwacht dat de kernisolatie geen negatieve effecten zal hebben op de waterkwaliteit van het stedelijke water.
8
3
VERDERE PROCEDURE
Dit concept nota van beantwoording wordt, samen met het ontwerp-peilbesluit, ter vaststelling aangeboden aan de verenigde vergadering van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard op 30 juni 2010. Door de invoering van de Waterwet is het niet langer nodig dat het peilbesluit, na vaststelling door de verenigde vergadering, ter goedkeuring aangeboden wordt aan Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland. De definitieve nota van beantwoording zal met een korte aanbiedingsbrief worden verzonden aan de indieners van de zienswijzen.
9
BIJLAGE 1 zienswijze dhr. H. Verhoeven
10
BIJLAGE 2 zienswijze dhr. J. Zijderlaan
11
BIJLAGE 3 zienswijze dhr. D. Ansems
12
BIJLAGE 4 zienswijze dhr. P. Melkert
13
BIJLAGE 5 zienswijze dhr. A. Anker
14
BIJLAGE 6 zienswijze dhr. E. Versluis
15
Bijlage 7 zienswijze dhr. H. de Vries
16
BIJLAGE 8 zienswijze dhr. Zuidbroek
17
BIJLAGE 9 zienswijze dhr. de Heer
18
BIJLAGE 10 zienswijze dhr. G.J. van Tongeren en dhr. J. Boer
19
BIJLAGE 11 zienswijze dhr/mw. C.W. Bos
20