Jaargang 3, nummer 8 September 2015
www.biofeedbackvereniging.nl
[email protected]
Nieuwsbrief
BIOFEEDBACK VERENIGING NEDERLAND
Voorwoord
Periodiek houdt de legitimatie van biofeedback als interventie me bezig. Wat maakt dat we met het veranderen van symptomen de klachten van mensen kunnen verlichten. Moeten we niet de diepte in en meer de essentie van de onrust aanpakken? Als mensen meer innerlijke rust krijgen volgt de fysiologie dan niet vanzelf? Dat soort vragen komen dan bij me boven. Maar ja, de mensen die ik veelal zie hebben vaak al zo veel inzicht gevende therapieën gehad en toch is hun probleem niet verholpen. Hebben ze al 10 jaar last van een gejaagd gevoel en oververmoeidheid. Hoe kan dat dan na alle zelfhulpboeken die ze lazen, analyses over hun persoonlijk verleden en EMDR sessies waarin ze ontspanning zochten in hun trauma’s? Het antwoord is m.i. het sensitisatiemodel waarin herhaling van bepaald gedrag versterking van netwerkverbindingen in de hersenen geeft en abnormaal gedrag normaal gedrag kan worden. Dit kan zo ver gaan dat de activiteit van genen zelfs veranderd
wordt. Een biologische verklaring aldus. Als iemand 10 jaar een hectische baan met veel ‘ uitdagingen’ heeft gehad waarin een tomeloze ambitie samenging met geforceerde werktijden dan zijn de hersenen getraind in ‘ gejaagdheid’ en is dat de normale situatie geworden. Bewustwording en achtergronden van de ‘ drive’ zijn van groot belang maar daarmee is het neuronale netwerk niet genormaliseerd. En daar ligt de legitimatie van o.a. biofeedback. Het neuronale netwerk dient door herhaling en training in de gewenste richting te worden gebracht. Voor het resetten van een psychofysiologisch gewenst patroon is minimaal 6 weken dagelijkse training nodig. In kortere tijd is dikwijls geen resultaat te verwachten bij langdurig bestaande ontregelingen van psycho-fysiologische aard. De bovenstaande gedachten ontleen ik voor een deel aan het werk van de amerikaanse cardioloog Herbert Benson, verbonden aan de Harvard Medical School. Een samenvatting van een recent boek van hem is in deze nieuwsbrief bijgesloten. Symposium: Op ons symposium werden 2 onderwerpen gepresenteerd. Hoofdpijn en het
autonoom zenuwstelsel. Opmerkelijk bij de presentaties van hoofdpijn was dat de wetenschappelijke lectuur zoveel bewijs aandraagt voor het nut van biofeedback bij spanningshoofdpijn en migraine. De bijdrage van Matthijs Kox van de Radboud Universiteit toonde middels hun onderzoek bij de ‘ iceman’ aan dat het autonoom zenuwstelsel beinvloedt kan worden en dus niet ‘ autonoom’ meer is, een doorbraak internationaal. Kortom; de legitimatie van biofeedback is zowel in theoretische zin als in effectstudies ruimschoots aangetoond. Pieter Holtland In dit nummer:
Voorwoord
1
Benson-Henry protocol
2
Hoofdpijn protocol, stand van zaken
3
Verslag symposium 21 maart 2015 Hoofdpijn 5 casussen hoofdpijn en biofeedback NeurOptimal Dynamical Neurofeedback bij hoofdpijn Van Nervus Vagus tot the Iceman
4 5 6 7
Biofeedback bij COPD
8
Virtual Reality kan verslaafden helpen
9
Verenigingsnieuws
10
Pagina 2
NIEUWSBRIEF
Benson-Henry Protocol (Harvard Medical School)
Inleiding
geheugen.
Benson en Henry hebben een protocol ontwikkeld voor de behandeling van aandoeningen waarbij ‘stress’ een grote rol speelt. Het model bestaat uit twee delen:
hoge bloeddruk, hartritmestoornissen, angst en depressie, onvruchtbaarheid, slaapstoornissen, PMS en overgang , chronische pijnklachten, fobieën, muskulo-skeletaal etc.
1e De Relaxation Response: het tegenwicht van de flight, fright, fight response en wordt gekenmerkt door , een toename in concentratie en beslisvaardigheid.
“Gewerkt wordt met een wellnessbased medical model i.p.v. een disease-based model”
2e Visualisatie: de kracht van verwachting en geloof werken helend. De geest kan het lichaam beïnvloeden tot op genetisch niveau! Gewerkt wordt met een welness-based medical model (i.p.v. een disease-based model). Hierdoor treedt desensitisatie op van ongezonde gedachten en emoties. De ‘healing-power’ van verwachting, geloof en
Doelgroepen: patiënten met
Principe:
Chroniciteit van klachtenbeelden ontstaat door een externe factor als stress, waardoor nieuwe, in dit geval ongunstige, verbindingen ontstaan tussen hersencellen (neurons) (neuroplasticity). Deze nieuwe netwerken (rewired areas) houden het ongunstige ziektebeeld of symptomen in stand ook nadat de oorspronkelijke stress verdwenen is. Door de kracht van ontspanning en andere bestaande netwerken te gebruiken worden oude krachtige netwerkverbindingen hersteld
Pieter Holtland
dan wel gecombineerd in nieuwe, gunstiger netwerken.
Andere methoden ter ontspanning zijn natuurlijk ook mogelijk: Er moeten 3 componenten inzitten: 1 mentale focussing ter doorbreking van de alledaagse gedachten 2 een passieve ‘oh well’ houding 3 voldoende tijd (tenminste 12 -15 min)
Opmerkingen:
De valkuil is dat mensen hard werken om ‘het goed te doen’ Pijn: bij focussen kan de pijn eerst toenemen. Ga dan toch door en zeg ‘oh well’. Literatuur: The Relaxation Revolution: Enhancing Your Personal Health Through the Science and Genetics of Mind Body Healing by Herbert Benson Simon & Schuster 2010 The Relaxation Response, H. Benson, M. Klipper, 1974
PHASE 1 Relaxation Response Trigger: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Richt je aandacht op je ademhaling of neem een korte zin of beeld Zoek een rustige plek en houding Doe je ogen dicht Ontspan al je spieren (body-check) Ga langzaam ademen. Tijdens de ademhaling richt je je op de ademhaling, zin of beeld. Blijf passief: laat gedachten passeren Totale tijd 12-15 minuten 1 x per dag
PHASE 2 Visualisatie. Zit rustig en haal een beeld naar voren waarin je geheel gezond was , jonger en fysiek actief. Indien het beeld moet een samenhang heeft met de actuele aandoening wordt het effect vergroot. Duur 8-10 minuten
Jaargang 3, nummer 8
Pagina 3
Hoofdpijn Protocol (Stand van zaken)
Marina Boeijen-van Huizen Peter Vaessen Jorn Hogeweg
“Bij langer bestaande en meer frequente hoofdpijnklachten speelt algehele gespannenheid vrijwel altijd een rol”
Zoals wellicht bekend zijn en aantal mensen van de BVN doende een richtlijn op te stellen met betrekking tot de inzet van bio- / neurofeedback bij hoofdpijn. Bio- neurofeedback interventies kunnen een bijdrage leveren aan het omgaan met danwel de behandeling van hoofdpijnklachten. Uitgangspunt is dat de behandeling van mensen met hoofdpijn multidisciplinair is. Hierbij is het aannemelijk dat degene die de bio- / neurofeedback aanbiedt niet al de andere disciplines beheerst en dat in die zin samenwerking veelal aan de orde zal zijn. Bij de Duitse Biofeedback Vereniging zijn ze al gevorderd met betrekking tot een protocol ten aanzien van hoofdpijn, het lijkt ons een goed idee met hen contact te hebben en af te stemmen. Binnen primaire hoofdpijn zijn de belangrijkste vormen: migraine, spanningshoofdpijn (tensiontype headache) en clusterhoofdpijn. Hiernaast bestaan andere vormen van primaire hoofdpijn die buiten beschouwing worden gelaten. Betreffende migraine en spanningshoofdpijn zullen verschillende richtlijnen worden opgesteld daar de mechanismen die aan respectievelijk migraine en spanningshoofdpijn ten grondslag liggen verschillen en zo ook de helpende interventies anders zijn. Ten aanzien van clusterhoofdpijn wordt geen richtlijn opgesteld daar bio- / neurofeedbackinterventies in deze geen positieve bijdrage kunnen leveren. De richtlijnen zullen bestaan uit een algemeen
raamwerk en daarnaast beschrijving van specifieke bio - / neurofeedbackinterventies. Algemeen raamwerk: Bij de inzet van bepaalde interventies wordt altijd de persoon met hoofdpijn gezien. Dit houdt in dat er aandacht is voor de last en beperkingen die de klacht met zich meebrengt en zo ook voor de impact die de klacht heeft op de verschillende leefgebieden zoals werk, sociale contacten. Tevens dat er gekeken wordt naar voorkomen van psychische klachten, aanwezigheid is waarschijnlijk gezien hoge cijfers van comorbiditeit. Er zicht is op eventuele andere lichamelijke klachten. Er oog is voor iemands leefstijl, kwaliteit van slaap, medicatiegebruik en copingstijl. Informatieverstrekking, cognitieve gedragstherapie, medicatie en fysiotherapie kunnen alle onderdeel zijn van behandeling. Specifieke bio- / neurofeedback interventies: In het geval van migraine zijn de interventies gericht op het veranderen van bloedtoevoer in de hersenen door training van handwarm vaardigheden, vaattraining – vernauwen en verwijden op de ateria temporalis superficialis en stimulering van bloedtoevoer naar de fronta-
le hersengebieden door training op basis van hemoencephalography (NIR, PIR). Bij verandering van bloedtoevoer wordt verondersteld dat hiermee samengaand metabolisme en mate van activiteit in bepaalde hersengebieden verandert. Bij feedback op bepaalde hersengolven wordt het SMR getraind. Een andere neurofeedbackinterventie gaat uit van de slow cortical potentials. Bij spanningshoofdpijn wordt gekeken naar onnodige spanning in het hoofdnek – en schoudergebied en getraind om hier ontspanning te bereiken. Daarnaast beoordeling en, zo nodig, behandeling van triggerpoints. Bij langer bestaande en meer frequente hoofdpijnklachten speelt algehele gespannenheid vrijwel altijd een rol. Hier inzicht in bieden middels een stressprofiel en vervolgens het aanleren van ontspanningstechnieken zoals progressieve spierrelaxatie van Jacobson, moeiteloze middenrifademhaling en hartcoherentie ondersteund door biofeedback is zeer aan te bevelen. Met name aangeleerde vaardigheden geven een positief effect ook op de langere termijn!
Pagina 4
NIEUWSBRIEF
Verslag symposium BVN 21 maart 2015 te Amersfoort Tijdens dit symposium in Amersfoort konden bio- en neurofeedbacktherapeuten en anderszins geïnteresseerden elkaar ontmoeten en hun kennis delen onder meer over het thema hoofdpijn. In de pauze kon men zich laten informeren door mensen van MindMedia en MedCat. Ook was er een stand van Kees Blase met zijn nieuwste ontwikkelingen rondom hartcoherentie. Hieronder de verslagen, geschreven door Peter Vaessen en Janine van Kampen
Hoofdpijn Door Marina Boeijen-van Huizen; psycholoog, biofeedbacktherapeut en zelf bekend met migraine.
“Migraine wordt door de wetenschap nog steeds niet goed begrepen“
Marina heeft een uitgebreid overzicht gegeven van de huidige stand van zaken omtrent hoofdpijn. In een hoog tempo nam ze met ons de prevalentie en soorten van hoofdpijn door. Migraine, spanningshoofdpijn en clusterhoofdpijn werden besproken aan de hand van de specifieke kenmerken van elk. Hierna werd het Nederlandse onderzoek van Wiendels (2006) naar chronisch frequente hoofdpijn besproken. Comorbiditeit met psychische aandoeningen komt bij mensen met hoofdpijn veel voor. Hier valt het vaak voorkomen van depressie en gegeneraliseerde angststoornis op. Andersom blijkt ook dat mensen die een depressie hebben 3.4 x meer kans hebben op het ontwikkelen van migraine. (Het komt meer voor dat migraine aan een depressie voorafgaat, bij mensen met migraine is de kans 5.8 op het ontwikkelen van een depressie.) Angststoornissen gaan over het algemeen vooraf aan het optreden van migraine. Bij mensen met meer en ernstige aanvallen van migraine komen ook meer andere lichamelijke klachten voor zoals: vermoeidheid, slapeloosheid, benauwdheid, duizeligheid, maagen darmstoornissen, spierpijn en veranderingen in het hartslagpatroon. Belangrijk is om te weten dat een migraine aanval bestaat uit drie fasen.
De voorfase; met verandering in stemming, rusteloosheid, gevoeligheid voor licht en geluid en veranderd reukvermogen. De hoofdpijnfase; waarin de hoofdpijn vaak samengaat met misselijkheid en/of overgeven. Er is dan een gevoeligheid voor aanraking ( hoofd) en gevoeligheid voor andere prikkels. De herstelfase; met vermoeidheid en algehele slapte, spierpijn en moeite met concentreren. Onderzoek heeft laten zien dat mensen met migraine andere hersenen hebben dan mensen zonder migraine. Er is sprake van een ‘hyperexcitable brain’. Men ziet aanvankelijk een verhoging van de amplitude van de reacties op prikkels, tevens treedt gaandeweg minder habituatie op. Na een zgn. ‘cortical spreading’ ontstaat er activatie van het trigemino-vasculaire systeem. Dit geeft pijn, vaatverwijding en ontstekingsreacties. Terzijde de ‘schrikreactie’; een natuurlijke reactie op een intense, onverwachte prikkel, bijv. een hard geluid. Dit leidt tot het aanspannen van de nekspieren, oogknipperen en opspringen. Leerervaringen en stemming kunnen de mate van de schrikreactie beïnvloeden; wanneer iemand al gespannen is, dan is de reactie groter! Habituatie is in zijn algemeenheid veel minder snel bij stimuli die belangrijk zijn. Daarnaast staat de oriëntatierespons; een reactie op een nieuwe prikkel waarbij o.a. de gevoeligheid van de zintuigen wordt vergroot, het lichaam toegewend, spierspanning verhoogd en ademhaling verdiept en vertraagd. Bij iemand met migraine wordt verondersteld dat het aandachts-
systeem als het ware is gemobiliseerd. Het staat altijd aan! Bij behandeling is het van belang dat er eerst een goede diagnose wordt gesteld. Liefst multidisciplinair. Ingrediënten van de behandeling: psycho-educatie, fysiotherapie/ manuele theraoefentherapie, cognitieve gedragstherapie, biofeedback/ neurofeedback, medicatie, aandacht voor slaap (goed slapen kan bij een migraineaanval even effectief zijn als medicatie). Daarbij zal ook gekeken moeten worden naar op welke leefgebieden de hoofdpijn allemaal invloed heeft. Migraine wordt door de wetenschap nog steeds niet goed begrepen. Behandeling is niet altijd effectief. Dit betekent dat iemand met migraine kan blijven zoeken naar een behandeling met meer positief resultaat en van de ene naar de andere, vaak veel belovende, behandelingsvorm gaat. Hierbij kan iemand wel eens op het verkeerde been worden gezet. Een mooi voorbeeld daarvan is de behandeling van de manueel therapeut die immer een verkeerde wervelstand aantreft die vervolgens dient te worden gecorrigeerd en mogelijk onbedoeld hiermee andere processen in gang zet die algeheel herstel en welbevinden in de weg kunnen staan zoals bewegingsangst en afhankelijkheid van de manueel therapeut.
Jaargang 3, nummer 8
Pagina 5
Biofeedback en hoofdpijn, vijf casussen
Door Pieter Holtland; bewegingswetenschapper, psychosomatisch fysiotherapeut en biofeedbacktherapeut. Biofeedback bij hoofdpijn kan zich richten op: Electromyografie om onnodige spanning bewust te worden en te leren verminderen Thermofeedback om de doorbloeding van de handen te vergroten en hiermee de overmatige bloedtoevoer in bepaalde hersengebieden te verminderen Bloed volume pulse feedback om de flexibiliteit in de vaten bij het slaapgebied van het hoofd te vergroten Neurofeedback
“ Een combinatie van gebruik spijkermat, ademtraining en thermobiofeedback”
Hierna werden aan de hand van studies de resultaten besproken van biofeedbackbehandelingen bij migraine patiënten. Hieruit bleek dat Biofeedback effectiever was dan een controlegroep met een placebo behandeling en een groep met relaxatietherapie. Hierbij was BVP-biofeedback weer effectiever dan thermobiofeedback. Myofeedback was bij tension headache effectiever dan een controlegroep. Bij de gepresenteerde onderzoeken namen de klachten af en dit ook voor langere tijd. Aan de hand van 5 casussen werd doorgenomen hoe biofeedback te gebruiken bij migraine patiënten. De eerste casus was een combinatie van gebruik spijker-
mat, ademtraining en thermobiofeedback. Na 6 maanden was de handtemperatuur verhoogd, de bloeddruk gedaald en de medicatie gehalveerd. Licht werd veel beter verdragen. Na 4 maanden was de cliënt weer volledig arbeidsgeschikt. Steeds werd na het afgenomen biofeedback-stressprofiel de behandeling met biofeedback ingesteld. De ene keer koos de therapeut voor EMGbiofeedback, de andere keer voor thermo-biofeedback. Steeds werd de behandeling ook gecombineerd met relaxatie therapie c.q. ademtraining. Niet elke casus gaf een positieve reactie te zien Gezien de resultaten vermeld in bestaand onderzoek en de uitkomst van de behandeling heeft de spreker er vertrouwen in dat biofeedback een zinvolle bijdrage kan leveren. Als uitgangspunten voor een door de biofeedbackvereniging op te stellen “ richtlijn” noemt de spreker de volgende punten:
- Het is zinvol te starten met het afnemen van een biofeedback stressprofiel. - De meest afwijkende waarden worden als uitgangspunten voor biofeedback genomen. Bijv. temperatuur, BVP, EMG. - De biofeedback kan twee functies hebben: als biofeedback evaluatie of als biofeedbacktraining. - Bij BVP onderzoek de BVP volgen bij verschillende ademtypes. Bijv. versnelde of juist vertraagde inspiratie, vertraagde expiratie, retentie verlengen na in- of expiratie, korte hoge ademhaling en ademen bij een ademfrequentie van 6 ademhalingen per minuut. Van de PP-presentatie is een hand-out beschikbaar. Afkortingen: IHS: International Headache Society TTH: Tension Type Headache CFH: Chronisch Frequente Hoofdpijn CNV: Contingent Negative Variation
Pagina 6
NIEUWSBRIEF
NeurOptimal Dynamical Neurofeedback bij hoofdpijn
Door Christine Rompa, psychologe en opleider NeurOptimal in Nederland.
“ De cliënt luistert tijdens de behandeling naar muziek en kijkt naar een film. Hij of zij mag in slaap vallen”
Uitgaande van de traditionele neurofeedback heeft dr. Val Brown er een dynamische werkwijze van gemaakt. Er is tijdens de behandeling een voortdurende aanpassing van de hersenactiviteit van de cliënt. Het gehele frequentie spectrum wordt tijdens een voortdurend monitoren van het EEG gebruikt. NeurOptimal is een a-diagnostische werkwijze. Er wordt niet van de klacht uit gegaan, maar het gaat om het weer in balans brengen van de hersenactiviteit. Sensoren worden op de oren en het hoofd C3 en C4 geplaatst, omdat deze een hoge correlatie met de rest van het hoofd hebben. Dit is het sensomotorisch gebied. De cliënt luistert tijdens de behandeling naar muziek en kijkt naar een film. Hij of zij mag zelfs in slaap vallen. De software detecteert turbulentie in de 16 targets en koppelt deze in ms. terug door kleine onderbrekingen in geluid en film. Het grootste deel van deze onderbrekingen worden niet bewust waargenomen. Het brein neemt door de feedback onbewust sneller en directer waar wat prettiger is voor de cliënt. Tijdens dit hele proces is er geen begeleiding door de coach. Door de behandeling vervangt het brein de stress-respons door een relaxatie-respons wanneer men zich in een warme veilige omgeving bevindt. Niets hoeft en niets moet.
Het Centraal Zenuwstelsel is een zelf organiserend en energie convergerend systeem. Wanneer de informatie onbewust begrepen wordt laat het CZS het inefficiënte patroon los. Er ontstaat herstel van veerkracht en flexibiliteit. Hierdoor is er symptoom reductie en een algemeen beter functioneren. De slaap verbetert. Reageren wordt responderen. Er komt een innerlijke rust. Door de behandeling ziet men: Afname angst en depressie. Afname posttraumatische stress. Afname van stemmingswisselingen. Afname van vermoeidheid. Dit in 8 tot 10 sessies. De leeftijd en IQ spelen tijdens de behandeling geen rol. Diagnose en klachten spelen geen rol. De ervaring bij migrainepatiënten laat zien dat na een serie behandelingen de klachten afnemen en soms geheel verdwijnen. Het brein reorganiseert zichzelf (‘zelforganiserend vermogen’) en kiest voor het proces wat de minste energie kost. Het is een ‘voorspelbaar onvoorstelbaar proces’. In de eerste weken is er al progressie in functioneren. Hoewel er
aanvankelijk even wat instabiliteit kan zijn. De frequentie van de behandelingen is 1-2 x per week en een behandeling duurt een uur. Kosten €75,- tot 80,euro per keer en worden deels vergoed bij een aanvullende verzekering. Er is voor deze methode nog geen gerandomiseerd onderzoek geweest. Hierna ontstond er een levendige discussie met name naar de vraag wat er precies in het apparaat gebeurt. (Black Box???) Dat blijkt het geheim van Val Brown te zijn. Ook de rol van de coach kwam naar voren. Het systeem doet zijn werk. Als coach heb je geen actieve rol. De congresgangers mochten in de pauze zelf aan de lijve het systeem ervaren. Hier kwamen toch wonderlijke reacties los over het rustig worden door de behandeling. Aanschaf van het apparaat van Zengar, naast de cursus (€650,-) komt op $ 5500,- tot 9500,-. Site Christina Rompa: www.breingoed.nl/
Jaargang 3, nummer 8
Pagina 7
De wisselwerking tussen het autonoom zenuwstelsel en het immuunsysteem Van Nervus Vagus tot de Iceman Door Dr. Matthijs Kox, research fellow Intensive care, Radboud UMC, Nijmegen.
“ De technieken die Wim Hof demonstreerde zijn dus door anderen te leren”
Centraal in het onderzoek van Dhr. Kox is de vraag hoe kunnen we het immuunsysteem beïnvloeden? Aanleiding van dit onderzoek was het fenomeen the “Iceman”, Wim Hof. Wim Hof was bij het Radboud onderzocht en bij dat onderzoek vertoonde hij bijzondere eigenschappen waaruit men zou kunnen concluderen dat hij zijn immuunsysteem bewust kon beïnvloeden. Wim Hof beweerde dat hij deze eigenschap aan iedereen zou kunnen leren. Wat er dan precies gebeurt en of dat inderdaad kon wilde het Radboud wel onderzoeken. Dhr. Kox begon met een korte samenvatting van de functie van het autonome zenuwstelsel. De parasympaticus, met name de nervus Vagus beïnvloedt organen van het immuunsysteem. Acetylcholine speelt daarbij een belangrijke rol. Als indringers herkend worden dan start het lichaam met het produceren van cytokines (ontstekingseiwitten). Ontstekingscellen gaan naar het rampgebied en ruimen daar de indringers op. LPS= lipoglycanen of endotoxinen in de cel van de bacterie die door het immuunsysteem wordt herkend. Het zijn endotoxinen, die een sterke immuunrespons veroorzaken. LPS is ook een exogeen pyrogeen (exogeen koorts inducerende stof). Afferente takken van de nervus Vagus (lopen van de organen naar het brein) detecteren
de inflammatie en geeft dit door aan het brein. Het brein zet dan aan tot koorts. In een proef snijdt men de afferente takken van de nervus Vagus (van het brein naar de organen) door en prikkelt deze dan elektrisch. Hieruit blijkt dat de n. Vagus een ontstekingsremmend effect heeft, oftewel ‘cholinergic anti-inflammatory pathway’: CAP. De weg is dus als volgt: ontsteking->n. Vagus->Brein->n. Vagus-> remmen ontstekingsreactie. Matthijs legt minutieus uit hoe men te werk ging om aan te tonen dat de rol van de n. Vagus cruciaal is in het aanpakken van ontstekingen. Er werd aan een groep studenten kortdurend LPS ( een endotoxine ) toegevoegd. Hun lichaamstemperatuur steeg, ze kregen koorts en hun hartfrequentie steeg. Griepsymptomen namen toe om snel weer af te nemen. De bloedruk daalde.
ontstekingsremming geeft. Het energieverbruik neemt toe en dit geeft een hogere koude tolerantie.
De sympathicus met de neurotransmitters adrenaline en noradrenaline werken ontstekingsremmend op het immuunsysteem. Bij Wim Hof ziet men na 1,5 uur ijsimmersie minder ontstekingsreactie. Bij toediening van LPS is er bij Wim Hof minder ontstekingsreactie te zien in vergelijking met een controlegroep.
De technieken die Wim Hof demonstreerde zijn dus door anderen te leren. Het blijkt dat zijn aanpak, via stimulatie van de sympathicus, de werking van het immuunsysteem verbetert. Dit zou grote consequenties kunnen hebben voor het aanpakken van autoimmuunziektes zoals reuma. Verder onderzoek is nodig! Helaas werden tot nu toe de onderzoeksvoorstellen van dhr. Kox en collega’s door de geldschieters niet gehonoreerd!
Methode: door hyperventilatie vooraf; 40 x diep ventileren en dan 3-4 minuten stoppen met ademen geeft een forse adrenaline toename met daarna een afname. Hetzelfde zie je bij de symptomen. Een laag cytokine gehalte. Conclusie: activatie van het sympathisch zenuwstelsel wat
Onderzoek: 30 jonge gezonde vrijwilligers (studenten) werden in twee groepen gedeeld. Twee blokken van 15 proefpersonen: 9 personen werden door Wim Hof in een koude streek in Polen getraind en 6 niet. Volgorde training in Polen: ademtechniek, meditatie en ijsbad. In het ziekenhuis werd alleen de ademtechniek en meditatie toegepast. Na de ademtechniek zag men een daling van de pCO2, een toename van de PH en adrenaline. Na toediening van LPS zag men de helft van de symptomen ten opzichte van de controlegroep. De koorts was lager en de cytokines namen na 10 uur sneller toe. DE PROINFLAMMATIERE CYTOKINES WAREN GEHALVEERD.
Site Wim Hof: http:// www.innerfire.nl/ Online cursus: http:// www.wimhofmethod.com/
Pagina 8
NIEUWSBRIEF
Biofeedback ademtherapie heeft positieve invloed op adempatroon en kortademigheid bij COPD Borge CR, Mengshoel AM, Omenaas E, Moum T, Ekman I, Lein MP, Mack U, Wahl AK. Effects of guided deep breathing on breathlessness and the breathing pattern in chronic obstructive pulmonary disease: A double-blind randomized control study. Patient Education and Counseling 2015 Feb;98(2):182-90
“ Ademtherapie gaf positieve effecten op zelfervaren verbetering voor kortademigheid na de behandelperiode”
Er is nog onvoldoende mate van bewijs voor de effectiviteit van ademtherapie op kortademigheid bij mensen met COPD. Holland et al. rapporteerden in een recent Cochrane review (Holland 2012) dat ademtherapie vergeleken met geen interventie de functionele oefencapaciteit verbetert, maar dat er geen consistent bewijs is voor de effecten op dyspneu of gezondheid gerelateerde kwaliteit van leven. Het doel van dit onderzoek is nagaan of met biofeedback apparatuur ondersteunde ademtherapie de kortademigheid, kwaliteit van leven en het adempatroon verbetert bij mensen met matige tot ernstige COPD. Methode Dit is een gerandomiseerd effectonderzoek uitgevoerd bij mensen met matige tot ernstige COPD uit poliklinieken van drie ziekenhuizen in Oslo, Noorwegen. Ingesloten zijn deelnemers met een score van 1 of meer op de MRC dyspneu schaal. Ze zijn willekeurig verdeeld over drie groepen: een interventiegroep (n=51), die ademtherapie kreeg, een groep die naar muziek luisterde (n=50) en een groep die stilzat op een stoel (n=49). De interventiegroep kreeg een biofeedback apparaat (resperate), waarbij een stem de deelnemers ondersteunt om dieper
(langzamer) te ademen op muziektonen, geïnspireerd op de individuele adembeweging, gemeten met een sensor. Het adempatroon wordt opgeslagen in het apparaat, evenals het aantal sessies. Na een instructie in het ziekenhuis kregen de patiënten het apparaat mee naar huis om thuis vier weken lang twee keer per dag 15 minuten te oefenen. De muziekgroep kreeg het apparaat met dezelfde muziek, maar zonder instructie om langzamer te ademen. De stilzitgroep (placebo) kreeg het apparaat met heel kort dezelfde muziek (1-2 minuten), zonder ademinstructie zaten zij 15 minuten stil. De primaire uitkomstmaten waren: symptomen van kortademigheid gemeten met de St George Respiratory Questionnaire (SGRQ, 0-100) en zelfervaren verbetering met de Global Rating Scale (GBC, 0-10). Secondaire uitkomstmaten waren de activiteiten score en impact score van de SGRQ en het adempatroon (inspiratie- en expiratietijd en ademfrequentie). De longfunctie is gemeten met spirometrie. De metingen zijn verricht bij aanvang van het onderzoek (T1), na vier weken interventie (T2) en bij de follow-up na vier maanden (T3). Resultaten De onderzoeksgroep bestond uit 150 deelnemers (75 mannen
en 75 vrouwen), met een gemiddelde leeftijd van 67,4 jaar (SD 9,0), 40,3% rookte, 37,7% deed ademoefeningen, de voorspelde FEV1 is gemiddeld 57,6 (SD 17), 65,1% heeft matig COPD en de klachten bestaan gemiddeld 6,1 jaar (SD 6,1). De longfunctie in de stilzitten groep was beter dan die in de andere groepen, in deze groep zaten minder mensen met ernstig COPD. Bij de meting na vier weken ontbreken gegevens van zeven deelnemers (4,7%) en bij de follow-up na vier maanden ontbreken gegevens van 20 deelnemers (13%). Het gemiddeld aantal sessies was in iedere groep gelijk: ademtherapie 50,3 (SD 10,5), muziek luisteren 49,2 (SD 11,6) en de stilzitten 50,8 (SD 10,2). De ademtherapiegroep volgde de ademinstructie gemiddeld 53,3% (SD 23). Ademtherapie gaf positieve effecten op zelfervaren verbetering voor kortademigheid (GRC schaal) na de behandelperiode en dat bleef gehandhaafd bij de follow-up meting na vier maanden vergeleken met muziek luisteren maar niet vergeleken met stilzitten. Ademtherapie gaf een positief effect op ademfrequentie bij de vervolgmeting na vier maanden. Alle groepen hadden een positief effect op de SGRQ voor symptomen, maar er waren geen verschillen tussen de groepen. Discussie De biofeedback ademtherapie verandert het adempatroon bij mensen met
Jaargang 3, nummer 8
Pagina 9
matige tot ernstige COPD en verbetert de zelfervaren kortademigheid. De deelnemers konden maar 53,3% van de ademhalingen synchroniseren met de instructie. De reden daarvoor kan zijn dat de deelnemers de diepe ademhalingen niet konden uitvoeren (fysiologische drempels) of dat ze de instructies niet begrepen.
Er was geen verschil tussen de groepen op de SGRQ. De St George Respiratory Questionnaire is misschien niet het beste instrument om kortademigheid te meten of om een verschil tussen de groepen aan te tonen. Stilzitten of luisteren naar muziek kan ontspanning geven en daarmee een effect hebben op de ademhaling.
Conclusie Biofeedback ademtherapie heeft een positieve invloed op het adempatroon en zelfervaren kortademigheid bij mensen met ernstig COPD. Naar muziek luisteren en stilzitten geven ook significante verbeteringen. Biofeedback ademtherapie kan mogelijk gebruikt worden als zelfmanagementprocedure.
Virtual reality kan verslaafden helpen Een virtual reality-therapie biedt mogelijk hulp voor alcoholverslaafden die willen afkicken. Door de therapie kan de hunkering naar alcohol afnemen.
“ Zo wordt het gebruikt bij de behandeling van fobieën en posttraumatisch stresssyndroom”
Dat stellen onderzoekers van het Chung-Ang University Hospital in Seoul. Zij zijn optimistisch over de potentie die de therapie heeft. "De technologie wordt al veel gebruikt in de psychologie en psychiatrie", aldus hoofdonderzoeker Doug Hyun Han tegen The Economic Times. Zo wordt het gebruikt bij de behandeling van fobieën en posttraumatisch stresssyndroom. Het idee is om mensen op een veilige plek te confronteren met situaties die angst opwekken. Zo leren zij om beter met die situatie om te gaan. Volgens Han is er nog weinig bekend over de rol die virtual reality kan spelen bij verslavingen. Sessies Voor de studie volgden twaalf patiënten die van hun alcoholverslaving af willen een detox-programma en kregen
ze tien sessies virtual realitytherapie, twee keer per week en vijf weken lang. De sessies vonden plaats in drie verschillende settings; één in een ontspannen omgeving, één in een situatie met een hoger risico en één in een zogenoemde onaangename situatie. In het laatste geval werden de deelnemers omringd met beelden, geluiden en geuren die verwijzen naar mensen die ziek zijn van alcohol. Scans Vooraf aan de studie werden er hersenscans gemaakt van de
deelnemers. Zij bleken een hogere gevoeligheid voor stimuli als alcohol te hebben dan mensen zonder een verslaving. Na de virtual reality-therapie veranderde dit beeld en toonde de scans een kleiner verschil, waardoor het verlangen naar alcohol ook minder was. Volgens Han is de therapie een veelbelovende benadering van het behandelen van alcoholverslaving, mede door de manier waarop de patiënten in levensechte situaties worden gezet.
V oo r z itte r : P ie te r Ho ltlan d P e nn in gm e es te r : Jo rn Ho ge we g, a.i. S e c r e tar is : A n ita Z ijd e r ve ld B e s tu u rs lid : M ar in a Bo e ije n B e s tu u rs lid : J an in e v an K amp e n
S e c r e tar iaat: A m alias te in 8 4 4 13 3 HD V ian en K am e r v an Ko oph and e l: 4 75 224 8 E - m ail: in f o @b io f e ed b ac kv e r en igin g.n l
Wilt u ook lid worden van Biofeedback Vereniging Nederland? Meldt u dan aan als lid via de website Alvast bedankt! Pieter, Anita, Jorn, Marina en Janine
Verenigingsnieuws Algemene Ledenvergadering: Zaterdag 7 November 2015 Lokatie volgt nog Zet de datum vast in uw agenda! We zoeken nog een kascommissielid, u kunt zich aanmelden via
[email protected] Symposium Zaterdag 13 februari 2016 Verdere info volgt Casus We zouden graag in iedere Nieuwsbrief een casus behandelen. Heeft u een casus, die we kunnen publiceren? Neem contact op met:
[email protected]