Nieuwsbrief maart 2015 Voor u ligt de Lentink De Jonge nieuwsbrief van maart 2015. Met nieuws en feitjes over o.a. de auto, personeel en belastingwijzigingen. Onderstaande berichten zullen nader toegelicht worden:
Auto 2015: wacht niet de lang met de aanschaf
Aanzegplicht vanaf 1 januari 2015: wat bent u kwijt?
Vrijwilligers en WKR: een prima combinatie
Top 10 veranderingen vanaf 1 januari
Elektrische auto belastingvriendelijk opladen
Doe de gebruikelijk looncheck!
Dubbele betaling ontslagvergoeding uitgesloten?
Laag btw-tarief op woningonderhoud vóór de zomervakantie
Wees alert op fraude in uw “BTW-keten”
Korte nieuwsberichten Over 11 onderwerpen is een kort item opgenomen, denk o.a. aan de zorgverzekeringswet, innovatiebox, schenken, eigen beheerpensioen en ANBI’s.
1. Auto 2015: wacht niet te lang met de aanschaf Overweegt u de aanschaf van een nieuwe auto van de zaak, hou dan rekening met een aanscherping van de CO2-grenzen. Hoe milieuvriendelijker immers, hoe lager de bijtelling wanneer u de zakelijke auto voor meer dan 500 kilometer per jaar privé gebruikt. Wordt uw nieuwe auto dit jaar voor het eerst op naam gesteld, dan gelden afhankelijk van de CO2uitstootgrenzen de onderstaande bijtellingspercentages. Het maakt voortaan niet meer uit of het gaat om een diesel dan wel een benzineauto. Soort auto
Bijtelling CO2-uitstoot alle brandstofsoorten
Nulemissie
4%
0
Vrijwel nulemissie 7%
1 t/m 50
Zeer zuinig
14%
51 t/m 82
Zuinig
20%
83 t/m 110
Overig
25%
Vanaf 111
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 1 of 11
Let op! Het aanscherpen van de CO2-grenzen heeft niet tot gevolg dat u elk jaar met een nieuw bijtellingspercentage wordt geconfronteerd. Een vastgesteld percentage blijft namelijk gedurende 60 maanden geldig. Pas na deze periode wordt het percentage opnieuw vastgesteld.
Tip: Wacht niet te lang met de aanschaf van een nieuwe zakelijke auto. Per 2016 worden de CO2-grenzen verder aangescherpt en wijzigt er het nodige in de bijtellingspercentages. Dan verdwijnt ook de 7%bijtellingscategorie. Grote hervormingen in de autobelastingen zijn te verwachten vanaf 2017.
2. Aanzegplicht vanaf 1 januari 2015: wat bent u kwijt? Heeft u werknemers in dienst met een tijdelijk contract en een looptijd van minimaal 6 maanden, dat eindigt op of na 1 februari? Let dan op! U moet uiterlijk een maand voor het aflopen van het contract aan de werknemer schriftelijk laten weten of u het contract wenst voort te zetten en zo ja, tegen welke voorwaarden. Doet u dit niet of te laat dan bent u een aanzegvergoeding verschuldigd. Maar hoe hoog is deze sanctie? Hoogte aanzegvergoeding Wanneer u niet voldoet aan de aanzegplicht dan heeft de werknemer recht op een bruto maandsalaris. Bent u te laat met aanzeggen dan bent u een vergoeding naar rato verschuldigd. Voor de berekening van de aanzegvergoeding dient het bruto uurloon als basis. Is in het tijdelijk arbeidscontract een vaste arbeidsduur afgesproken dan vermenigvuldigt u het bruto uurloon met de arbeidsduur per maand. De uitkomst is het bruto maandsalaris. Is geen vaste arbeidsduur afgesproken, bijvoorbeeld in geval van een oproepcontract of een minmaxcontract, dan wordt het bruto maandsalaris gevonden door het bruto uurloon te vermenigvuldigden met de gemiddelde arbeidsduur. Deze gemiddelde arbeidsduur per maand berekent u door te kijken hoeveel uren de werknemer in de twaalf maanden voor het einde van het contract heeft gewerkt. Om te komen tot een arbeidsduur per maand deelt u dit door twaalf, of naar verhouding bij een korter durende arbeidsovereenkomst. Bestaat het loon uit provisie of stukloon dan bedraagt het bruto maandsalaris voor de aanzegvergoeding het gemiddelde van hetgeen is ontvangen aan provisie of stukloon.
Let op! De aanzegvergoeding kent een vervaltermijn. De werknemer zal binnen drie maanden na de dag waarop de aanzegverplichting is ontstaan een beroep moeten doen op het door u niet nakomen van deze verplichting. U betaalt geen vergoeding in geval van faillissement, surseance van betaling of bij toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen. Voorkomen beter dan genezen Laat u niet verrassen door een aanzegvergoeding. Zorg er daarom voor dat u op tijd aanzegt. Voorkomen is per slot van rekening altijd beter dan genezen!
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 2 of 11
3. Vrijwilligers en werkkostenregeling: een prima combinatie Vanaf dit jaar is de werkkostenregeling voor iedere werkgever verplicht. Wat betekent dit nu als u in uw organisatie veel met vrijwilligers werkt? We kunnen u geruststellen, want de echte vrijwilliger wordt namelijk niet als werknemer beschouwd. De vrijwilligersvergoeding gaat dan ook niet ten koste van de vrije ruimte. Vrijwilligersregeling Voor vrijwilligers geldt een bijzondere regeling. Een vrijwilliger is iemand die niet bij wijze van beroep werkzaamheden verricht voor:
een niet vennootschapsbelastingplichtige of hiervan vrijgestelde organisatie, een sportvereniging of sportstichting, een ANBI.
Let op! De vrijwilliger mag niet in dienst zijn bij de organisatie, sportvereniging, sportstichting of ANBI. De vergoeding die de vrijwilliger krijgt voor zijn werkzaamheden is een vrijwilligersvergoeding, oftewel een vergoeding die zo laag is dat dit niet in verhouding staat tot de omvang en de tijd gemoeid met de werkzaamheden. De vrijwilligersvergoeding mag niet meer bedragen dan € 150 per maand met een maximum van € 1.500 per jaar. In dat geval wordt de vrijwilliger niet als werknemer beschouwd. Werkkostenregeling en vrijwilligersvergoeding Nu de vrijwilliger geacht wordt niet in dienstbetrekking te zijn en zijn vergoeding geen loon is, telt de vrijwilligersvergoeding dan ook niet mee voor de bepaling van de loonsom waarover de vrije ruimte wordt berekend. Zolang de vergoedingen en verstrekkingen aan een vrijwilliger binnen de grenzen van de vrijwilligersregeling blijven, hoeft u deze in de werkkostenregeling niet aan te wijzen als eindheffingsbestanddeel.
Let op! De waarde van een kerstpakket of bijvoorbeeld een bedrijfsuitje telt mee voor de maximumbedragen van de vrijwilligersregeling.
4. Top 10 veranderingen per 1 januari 2015 voor de werkgever Onderstaand de wijzigingen die met ingang van het nieuwe jaar ingegaan zijn. Voor u zijn de wijzigingen deze keer omvangrijk. Daarom hebben wij een top 10 samengesteld. 1. De werkkostenregeling is vanaf dit jaar voor iedere werkgever verplicht. U kunt maximaal 1,2% van het totale fiscale loon (de vrije ruimte) besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor uw personeel. 2. Bij een tijdelijk contract van zes maanden of langer moet u uiterlijk een maand voor het aflopen van het contract schriftelijk aan de werknemer laten weten of u het contract voortzet en zo ja, onder welke voorwaarden. 3. U mag geen proeftijd meer opnemen in een tijdelijk contract van zes maanden of korter. Wordt een tijdelijk contract verlengd dan mag in het nieuwe contract geen nieuwe proeftijd worden opgenomen. 4. Een concurrentiebeding in een tijdelijk contract kan alleen nog als u kunt aantonen dat sprake is van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. Dit moet u schriftelijk en overtuigend motiveren. 5. Payrollmedewerkers genieten voortaan dezelfde ontslagbescherming als werknemers die rechtstreeks bij u in dienst zijn. 6. De regels voor het gebruikelijk loon zijn aangescherpt. Dit kan een verplichte salarisverhoging betekenen voor de directeur-grootaandeelhouder. Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 3 of 11
7. De regels rondom diverse verlofregelingen zijn gewijzigd. Zo krijgen ouders (vaders) naast twee dagen kraamverlof voortaan een onvoorwaardelijk recht op drie dagen opname van ouderschapsverlof. Voor bevallingsverlof geldt onder omstandigheden een verlenging en verlof kan voortaan flexibeler worden opgenomen. 8. Het wettelijk minimumloon is weer omhoog gegaan en bedraagt bijvoorbeeld voor werknemers van 23 jaar en ouder nu € 1.501,80 per maand bij een volledig dienstverband. 9. De AOW-gerechtigde leeftijd is verhoogd naar 65 jaar plus drie maanden. Dit betekent dat de verzekeringsplicht en de premieplicht voor de werknemersverzekeringen ook doorlopen tot en met de dag voorafgaand aan de AOW. Ook de betaling van de werkgeversheffing Zvw duurt drie maanden langer. 10. Het maximumdagloon voor de werknemersverzekeringen en het maximumbijdrageloon voor de Zvw per dag bedraagt € 199,90. Het maximumpremieloon werknemersverzekeringen en maximumbijdrageloon Zvw op jaarbasis is € 51.976 (260 loondagen).
Let op! Ook in de loop van 2015 kunt u nog de nodige wijzigingen verwachten. Dan wordt bijvoorbeeld korten langdurend zorgverlof uitgebreid, komt er mogelijk een vervanging van de huidige Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) en gaan er per 1 juli 2015 nieuwe ontslagregels gelden waaronder een voorgeschreven ontslagroute, een transitievergoeding in plaats van de huidige ontslagvergoeding en een bedenktijd voor de werknemer bij ontslag met wederzijds goedvinden.
5. Elektrische auto belastingvriendelijk opladen De (semi-) elektrische auto is in opkomst en niet in de laatste plaats omdat het bijtellingspercentage voor het privégebruik van een dergelijke auto veel lager is dan voor een andere zakelijke auto. Nu moet zo'n elektrische auto wel regelmatig worden opgeladen. Hoe werkt dat fiscaal? In de praktijk bestond onduidelijkheid over de fiscale aspecten van een oplaadvoorziening (laadpaal) in of bij de woning van de werknemer voor de (semi-)elektrische auto die de werkgever ter beschikking stelt. Aan die onduidelijkheid maakte staatssecretaris Wiebes van Financiën onlangs een einde. Het verstrekken en het plaatsen van een laadpaal voor de (semi-) elektrische zakelijke auto in of bij de woning van uw werknemer, mag onbelast plaatsvinden. Dit geldt ook als u de kosten (voor het plaatsen) van de laadpaal aan uw werknemer vergoedt. Dit geldt echter niet voor de benodigde elektriciteit. Wel keurt de staatssecretaris goed dat u samen met uw werknemer overeenkomt dat uw werknemer de verbruikte elektriciteit voor de auto tegen kostprijs aan u doorlevert. U kunt deze kostprijs dan toch onbelast aan uw werknemer betalen.
Tip: Tot die kostprijs behoren dan ook de kosten van een meter om het feitelijk gebruik te kunnen vaststellen. En wat voor de werkgever/werknemer geldt, geldt ook voor de ondernemer met een zakelijke (semi-) elektrische auto. De kosten van (het plaatsen van) de laadpaal zijn aftrekbaar van de winst en de laadpaal leidt niet tot een hoger bijtellingsbedrag.
Let op! Voor werknemers of ondernemers die met een eigen auto zakelijke kilometers rijden, gelden andere regels. Hier kan slechts € 0,19 per zakelijke kilometer onbelast vergoed worden. De kosten van een laadpaal of de kosten voor benodigde elektriciteit worden geacht te zijn begrepen in de € 0,19 per kilometer en kunnen dus niet daarnaast onbelast vergoed worden. Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 4 of 11
6. Doe de gebruikelijklooncheck! De gebruikelijkloonregeling voor de directeur-grootaandeelhouder (dga) is met ingang van 1 januari 2015 gewijzigd. Check aan de hand van twee voorbeelden of u in 2015 nog steeds het correcte loon geniet. Gebruikelijkloonregeling anno 2015 Met ingang van dit jaar moet uw loon volgens de hoofdregel worden vastgesteld op het hoogste van de volgende bedragen:
75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, het hoogste loon van de overige werknemers van de bv of de daarmee verbonden vennootschappen (lichamen), € 44.000.
Afwijkende regel Wanneer uw bv als inhoudingsplichtige aannemelijk kan maken dat het loon dat volgens de bovenstaande hoofdregel is berekend, hoger is dan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, dan mag uw loon worden vastgesteld op:
75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, maar minimaal op € 44.000 of - als het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is dan € 44.000 - op het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking.
Twee voorbeelden De gewijzigde gebruikelijkloonregeling blinkt niet uit in eenvoud. Daarom twee voorbeelden ter verduidelijking.
Voorbeeld 1: Hoogste loon van een van de overige werknemers van de bv: Loon meest vergelijkbare dienstbetrekking:
€ 120.000 € 150.000
Hoofdregel: uw gebruikelijk loon dient het hoogste te zijn van € 120.000, € 112.500 (75% van € 150.000) en € 44.000. In casu dus € 120.000. Uw bv kan aannemelijk maken dat € 120.000 hoger is dan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Dan geldt het volgende: € 120.000 is hoger dan € 112.500 (75% van € 150.000). Uw gebruikelijk loon kan worden vastgesteld op € 112.500. Voorbeeld 2: Hoogste loon van een van de overige werknemers van de bv: Loon meest vergelijkbare dienstbetrekking:
€ 45.000 € 50.000
Hoofdregel: uw gebruikelijk loon dient het hoogste te zijn van € 45.000, € 37.500 (75% van € 50.000) en € 44.000. In casu dus € 45.000. Uw bv kan aannemelijk maken dat € 45.000 hoger is dan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Dan geldt het volgende: € 45.000 is hoger dan € 37.500 (75% van € 50.000). Uw gebruikelijk loon bedraagt nu € 44.000. Het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking is immers € 50.000 en dat is niet lager dan € 44.000.
Let op! Is uw gebruikelijk loon hoger dan € 44.000 en heeft u hierover afspraken gemaakt met de Belastingdienst, dan is deze afspraak per 1 januari 2015 komen te vervallen. Zolang de Belastingdienst geen contact met u heeft opgenomen voor een nieuwe gebruikelijkloonafspraak, mag u de afspraak nog blijven toepassen, mits u uw gebruikelijk loon verhoogt tot 75/70e van uw loon uit 2014.
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 5 of 11
7. Dubbele betaling ontslagvergoeding uitgesloten? Vanaf 1 juli 2015 vervangt de transitievergoeding de huidige ontslagvergoeding: iedere werknemer die twee jaar of langer bij u heeft gewerkt (ook tijdelijke werknemers!) heeft recht op deze vergoeding als u de arbeidsovereenkomst wilt beëindigen dan wel niet wilt voortzetten. Nu kan het zijn dat u op 1 juli 2015 nog gebonden bent aan een cao of bijvoorbeeld aan een individuele afspraak over een ontslagvergoeding of voorziening, zoals outplacement of aanvulling op de ww-uitkering. Het is niet de bedoeling dat u dan dubbel moet betalen. Daarom komt er een overgangsregeling. Overgangsregeling Details volgen nog, maar de hoofdlijnen zijn al wel geschetst. De overgangsregeling geldt wanneer afspraken over ontslagvergoedingen en voorzieningen definitief zijn aangegaan vóór 1 juli 2015 en de werknemer bij beëindiging van zijn dienstverband hieraan op of na 1 juli 2015 rechten kan ontlenen. Lopende afspraken in een cao en/of sociaal plan, waarbij geen rekening is gehouden met de transitievergoeding, gaan voor op de transitievergoeding. Dit geldt totdat deze afspraken worden verlengd of gewijzigd, maar uiterlijk tot 1 juli 2016. Op deze hoofdregel zijn enkele uitzonderingen mogelijk. Zo is de overgangsregeling ook van toepassing wanneer een cao nawerking heeft of stilzwijgend wordt verlengd. Zolang u gebonden bent aan de ontslagafspraken in de cao bent u geen transitievergoeding verschuldigd! Individuele afspraken Heeft u in de lopende individuele arbeidsovereenkomst van uw werknemer een afspraak staan over ontslagvergoeding/voorziening, dan moet de werknemer bij ontslag kiezen tussen de transitievergoeding of de ontslagvergoeding/voorziening. Dit geldt zolang de werknemer zich kan beroepen op deze afspraak. De einddatum van 1 juli 2016 is hier niet van toepassing. U dient de werknemer wel adequaat te informeren over de hoogte van beide bedragen zodat hij een bewuste keuze kan maken.
8. Laag btw-tarief op woningonderhoud vóór de zomervakantie Bent u van plan uw huis te verbouwen? Of is uw huis of tuin aan onderhoud toe? Profiteer nu nog van het lage btw-tarief op ‘renovatie en herstel van woningen’. Het verlaagde tarief geldt alleen voor de arbeidskosten. De klus moet zijn geklaard vóór 1 juli 2015, anders betaalt u toch nog 21% btw over alle kosten. Stel, u laat een uitbouw plaatsen. Tegelijkertijd laat u de tuin opnieuw inrichten. Dat kost € 25.000, exclusief btw. Zonder verlaagd tarief betaalt u € 5250 btw. Rond u dit project af voor 1 juli 2015, dan bespaart u 15% op de arbeidskosten. Stel dat de arbeidskosten € 10.000 exclusief btw zijn. Dan bespaart u daarmee € 1500. Woningen ouder dan 2 jaar Niet alle woningen vallen onder de regeling. De woning moet al langer dan 2 jaar bewoond zijn. Ook schuren bij de woning, woonboten en woonwagens vallen onder de regeling. Woningen zonder permanente woonbestemming, zoals de meeste vakantiehuizen, vallen er niet onder. 1 juli 2015 harde deadline Het 6%-tarief geldt alleen voor verbouwings- en herstelwerkzaamheden die worden afgerond in de periode 1 maart 2013 tot 1 juli 2015. Loopt de klus uit tot na deze periode, dan moet de aannemer u alsnog de eerder bespaarde btw in rekening brengen. Door de klus in deelprojecten te verdelen die elk afzonderlijk worden opgeleverd, kan het verlaagde tarief worden toegepast op de deelprojecten die vóór 1 juli 2015 worden opgeleverd. Zijn de verschillende deelprojecten niet los van elkaar te zien, dan moet de gehele klus vóór 1 juli 2015 worden opgeleverd. Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 6 of 11
Allerlei soorten werkzaamheden Het btw-voordeel geldt voor het vernieuwen, vergroten, herstellen of vervangen en onderhouden van (delen van) de woning. Bijvoorbeeld: verbouwingen, uitbouwen, onderhoud aan de cv-ketel, bouwtekeningen van architecten die de verbouwing begeleiden, tuinonderhoud door hoveniers en het laten maken en plaatsen van inbouwkasten en dakkapellen.
Tip: Bespreek met de aannemer of het onderhoudsbedrijf dat de klus vóór 1 juli 2015 wordt afgerond. Verdeel de klus eventueel onder in deelprojecten, zodat het verlaagde tarief kan worden toegepast op de deelprojecten die vóór 1 juli 2015 worden opgeleverd. Let hierbij op de samenhang tussen de verschillende klussen.
9. Wees alert op fraude in uw “BTW-keten” Als BTW-ondernemer heeft u een aantal formele verplichtingen waaraan u moet voldoen. In de afgelopen periode heeft het Europees Hof van Justitie twee interessante arresten hierover gewezen. Uit deze arresten blijkt dat u het recht op aftrek, vrijstelling of teruggaaf van de btw verliest, indien aan de hand van objectieve gegevens komt vast te staan dat u wist of had moeten weten dat u met de handeling waarvoor u aanspraak op het betrokken recht maakt, deelnam aan btw-fraude in het kader van een keten van leveringen. Met name situaties waarbij de Belastingdienst u verwijt, dat u ‘had moeten weten’ dat u deelnam aan btw-fraude zijn riskant. Achteraf is immers eenvoudig vast te stellen dat u deelnam in een keten van leveringen waarbij fraude heeft plaatsgevonden.
Wij adviseren u dan ook extra alert te zijn als er sprake is van: 1. risicovolle goederen (voorbeeld mobiele telefoons, computerchips) 2. snelle handel / geen voorraden 3. nieuwe, snel wisselende bedrijven, vaak branchevreemd 4. goederen die liggen bij freight forwarders 5. betaling via offshore banks, payments platforms of third party payments 6. veel onnodige / onverklaarbare schakels in een keten die allemaal winst moeten maken en toch scherp prijzen In deze situaties is het raadzaam om uw afnemer/leverancier te vragen om verklaring van het opvallende gedrag, correcte en volledige contracten op te stellen, zekerheden te eisen, garanties te vragen en/of contact op te nemen met de Belastingdienst.
Tip: In elke handelssituatie is het te adviseren om een kopie in uw bezit te hebben van een uittreksel van de Kamer van koophandel van uw leverancier/afnemer en identiteitsbewijs van één van de statutaire directeuren. Deze documenten heeft immers een zorgvuldige handelende ondernemer in zijn bezit.
10. Korte nieuwsberichten 1. Hoe hoog is uw inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet? Als directeur-grootaandeelhouder bent u meestal niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen. U betaalt dan zelf de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw). Dat gebeurt door inhouding van de bijdrage op uw nettoloon.
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 7 of 11
Voor u geldt in 2015 een lage bijdrage van 4,85% (2014: 5,4%) over een maximumbijdrageloon van € 51.976 (2014: € 51.414). De inkomensafhankelijke bijdrage kan dus niet meer bedragen dan € 2.520.
Let op! Uw bv mag u een vrijwillige vergoeding geven voor de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw. Dit is echter niet voordelig, want de vrijwillige vergoeding is een brutovergoeding. Dat betekent dat over de vergoeding loonheffing én zorgverzekeringspremie moeten worden betaald. De bv kan ook kiezen om de belastbare vergoeding te laten vallen in de vrije ruimte van de werkkostenregeling. Dit gaat dan wel ten koste van andere vrije vergoedingen. Bent u wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen, dan is de bv als werkgever de werkgeversheffing Zvw verschuldigd. U betaalt dan zelf geen bijdrage over uw loon. Voor de werkgeversheffing Zvw geldt in 2015 het hoge percentage van 6,95% (2014: 7,5%) over een maximumbijdrageloon van € 51.976 (2014: € 51.414).
2. Innovatiebox steeds populairder De innovatiebox wint aan populariteit. Het aantal bedrijven dat hier gebruik van maakt neemt jaarlijks toe met circa 400. Dit blijkt uit een brief van staatssecretaris Wiebes van Financiën aan de Tweede Kamer over het gebruik van de innovatiebox in de jaren 2010 tot en met 2012. Later dit jaar volgt nog een evaluatie. In 2010 maakten 910 bedrijven gebruik van de innovatiebox in de vennootschapsbelasting. In 2011 is dit aantal opgelopen naar 1419 om naar verwachting in 2012 uit te komen op ruim 1800 gebruikers. De innovatiebox is een fiscaal instrument in de vennootschapsbelasting om innovatie te stimuleren. Hiermee kunt u aanzienlijk belasting besparen, want op verzoek geldt een effectieve heffing van 5%. Om de innovatiebox toe te kunnen passen, moet u winst behalen met een door u zelf ontwikkeld immaterieel activum waarvoor u een octrooi (of kwekersrecht) of een S&O-verklaring heeft gekregen. De voorwaarden zijn streng en er geldt een boxdrempel. Kunt u de innovatiebox toepassen dan mag u sinds 2013 ook kiezen voor een wat meer gebruiksvriendelijke forfaitaire regeling. Deze houdt in dat u 25% van uw totale winst mag aanmerken als voordeel voor de innovatiebox. De forfaitaire regeling kent een maximum van € 25.000 en is maximaal drie jaar toepasbaar. Daarna kunt u nog wel op de normale wijze de innovatiebox gebruiken.
3. Minder opbouw oudedagsreserve in 2015 Ondernemers in de inkomstenbelasting kunnen gebruik maken van een speciale fiscale faciliteit om te sparen voor de oude dag: de oudedagsreserve. Dit jaar kunt u iets minder van de door u behaalde winst toevoegen aan deze oudedagsreserve. Het percentage is namelijk omlaag gegaan van 10,9% naar 9,8%. Ook het maximumbedrag is verlaagd. Voldoet u aan het urencriterium en heeft u aan het begin van het jaar de AOW-leeftijd nog niet bereikt, dan mag u een deel van de winst toevoegen aan de oudedagsreserve. U betaalt over dit deel dan nog geen inkomstenbelasting. Dit jaar bedraagt de toevoeging aan de oudedagsreserve 9,8% van de winst, met een maximum van € 8.631 (2014: € 9.542). De oudedagsreserve mag in principe niet meer bedragen dan het ondernemingsvermogen en de toevoeging wordt verminderd met eventuele pensioenpremies (bij verplichte deelname aan een beroeps-of bedrijfstakpensioenregeling) die van de winst worden afgetrokken. U kunt overigens deze pensioenpremies alleen in aanmerking nemen bij het bepalen van de winst als de premies binnen de fiscale begrenzingen blijven.
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 8 of 11
Let op! De oudedagsreserve zorgt voor uitstel van belastingheffing, maar niet voor afstel. Op enig moment, vaak als u stopt met de onderneming, moet u afrekenen. Toevoegen aan de oudedagsreserve is meestal alleen aantrekkelijk als u nu in de hoogste belastingschijf zit.
4. Mogelijk volgend jaar wijziging eigenbeheerpensioen Er is nog steeds geen pasklare oplossing voor de problemen met het pensioen in eigen beheer. Inmiddels wordt hard gewerkt aan mogelijke oplossingsrichtingen. Binnen nu en enkele maanden volgt meer duidelijkheid. Het streven is om per 2016 het pensioen in eigen beheer te wijzigen. Het pensioen in eigen beheer in zijn huidige vorm kent een aantal knelpunten, die grotendeels worden veroorzaakt door het verschil tussen de fiscale en commerciële waardering van de pensioenverplichtingen. Vanwege de vele problemen zijn er enkele oplossingsrichtingen geschetst die op dit moment nader worden uitgewerkt. Een van de oplossingen waar het kabinet aan denkt is het invoeren van een geheel nieuw systeem: een oudedagsbestemmingsreserve. Deze reserve dient dan als vervanging van het pensioen in eigen beheer. De komende maanden moet blijken naar welke oplossingsrichting de voorkeur uitgaat. Zodra die duidelijkheid er is, zal een wetsvoorstel volgen. Het streven is dat per 1 januari 2016 de wijziging van het pensioen in eigen beheer van start gaat. Of dit haalbaar is moet nog blijken, want zorgvuldigheid gaat voor snelheid.
5. Schenken in 2015 Over een schenking moet in de regel schenkbelasting worden betaald. Gelukkig zijn er ook vrijstellingen, bijvoorbeeld voor een schenking aan uw (klein)kinderen. Dit jaar mag u een maximumbedrag van € 5.277 belastingvrij schenken aan uw kinderen. Is uw zoon/dochter of diens partner tussen de 18 en 40 jaar oud, dan mag u eenmalig belastingvrij een bedrag schenken van € 25.322. Deze eenmalig verhoogde vrijstelling kan nog verder worden verhoogd tot € 52.752 als uw kind het geld gebruikt voor een buitengewoon dure studie of voor de eigen woning. Opa en oma mogen hun kleinkinderen dit jaar verrassen met een belastingvrije schenking van maximaal € 2.111.
Let op! De tijdelijk verruimde schenkingsvrijstelling van € 100.000 voor de eigen woning is per 1 januari 2015 beëindigd.
6. Premiekorting werklozen voor kleine werkgevers Wist u dat u als werkgever een premiekorting kunt krijgen als u een werkloze jongere, een oudere of een arbeidsgehandicapte in dienst neemt? Die premiekorting kan in voorkomende situaties oplopen tot € 7.000 per jaar per relevante werknemer. Kleine werkgevers kunnen nu echter niet optimaal profiteren van de premiekortingen. Daarom komt het kabinet met een uitvoeringsaanpassing zodat vanaf 2016 iedere werkgever (groot of klein) in gelijke mate van de premiekortingen gebruik kan maken. Meer details volgen in de loop van 2015.
7. Streep door constructie met tijdelijke arbeidscontracten Werkt u met flexwerkers (tijdelijke werknemers) dan mag u met een werknemer maximaal drie arbeidscontracten voor bepaalde tijd sluiten, mits de gezamenlijke duur van deze drie overeenkomsten niet langer is dan drie jaar. Deze keten van arbeidscontracten start opnieuw na een tussenliggende periode van meer dan drie maanden. Overschrijdt u het aantal tijdelijke arbeidscontracten of de maximale duur dan ontstaat automatisch een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. In de praktijk gebeurt het wel eens dat na het maximale aantal arbeidscontracten voor bepaalde tijd er met een werknemer een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wordt gesloten tegelijkertijd met een vaststellingsovereenkomst. In deze vaststellingsovereenkomst is dan opgenomen op welk tijdstip de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigt. De bedoeling is om Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 9 of 11
zo de ketenregeling te omzeilen met het in feite toch creëren van een vierde contract voor bepaalde tijd. De Hoge Raad heeft echter recent een streep gezet door deze constructie. De ketenregeling kan dus niet worden omzeild.
Let op! Vanaf 1 juli 2015 wijzigt de ketenregeling. U kunt dan nog steeds met de werknemer drie tijdelijke arbeidscontracten sluiten, maar de gezamenlijke duur wordt teruggebracht van drie naar twee jaar. Bovendien start de keten pas opnieuw na een tussenliggende periode van zes in plaats van drie maanden.
8. Subsidie voor een schone bedrijfswagen Er komt een speciale regeling om ondernemers te stimuleren om hun vervuilende bestelauto te vervangen door een schoner exemplaar. Dat heeft staatssecretaris Mansveld van Milieu aangekondigd. Het gaat om een subsidie voor ondernemers met vervuilende bestelauto's in gemeenten rond steden die een milieuzone voor bestelauto's willen invoeren. Afhankelijk van hoe schoon de nieuwe of gebruikte bestelauto is, kunnen ondernemers in de randgemeenten aanspraak maken op een subsidiebedrag tussen de € 500 en € 2.200. Wanneer de subsidieregeling wordt opengesteld is nog niet bekend. Een aantal grote steden heeft inmiddels een milieuzone ingevoerd voor vrachtauto's. Dit is een gebied in de binnenstad waar alleen nog 'schone' vrachtwagens worden toegelaten. Binnen afzienbare tijd zullen enkele grote steden ook overgaan tot een milieuzone voor bestelauto's. De gemeente Utrecht kent met ingang van dit jaar al een dergelijke milieuzone. De gemeente Amsterdam wil volgen vanaf 1 januari 2017.
9. Schenking ontvangen? Vergeet de aangifte niet! Heeft u in 2014 schenkingen ontvangen, dan moet u wellicht aangifte schenkbelasting doen. Heeft u dat nog niet gedaan, doe dit dan alsnog vóór 1 maart 2015. Een aangifte schenkbelasting is niet nodig als de ontvangen bedragen onder de 'normale' vrijstelling voor de schenkbelasting vallen. Heeft u bijvoorbeeld van uw ouders in 2014 meerdere schenkingen ontvangen, maar is dit in totaal niet meer geweest dan € 5.229, dan hoeft u dus geen aangifte te doen. De aangifte moet vóór 1 maart 2015 bij de Belastingdienst binnen zijn. Bent u te laat, of vergeet u de aangifte schenkbelasting te doen, dan kan er een boete worden opgelegd.
10. Afdrachtvermindering onderwijs ook bij deelkwalificaties? Per 1 januari 2014 is de afdrachtvermindering onderwijs afgeschaft en vervangen door de Subsidieregeling Praktijkleren. De Belastingdienst blijft echter voorlopig controleren of bedrijven de afdrachtvermindering onderwijs wel juist hebben toegepast, met als belangrijk standpunt dat deze afdrachtvermindering niet van toepassing is bij deelkwalificaties. Dit standpunt staat echter op losse schroeven nu hof Arnhem-Leeuwarden onlangs anders heeft beslist. Volgens het hof komen deelkwalificaties wel in aanmerking voor de toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs. Staatssecretaris Wiebes van Financiën laat nu weten tegen deze uitspraak in cassatie te gaan. Het is dus afwachten op het eindoordeel van de Hoge Raad in deze kwestie. Heeft u in het verleden de afdrachtvermindering onderwijs toegepast op deelkwalificaties of heeft er inmiddels een controle plaatsgevonden van de Belastingdienst, neem dan zo snel mogelijk contact met ons op. Het kan verstandig zijn om tijdig in bezwaar te gaan tegen aangebrachte correcties met een verzoek om het bezwaar aan te houden in afwachting van de uitspraak van de Hoge Raad. 11. (Voormalige) ANBI’s opgelet: wat brengt 2015? Anders dan de afgelopen jaren is er per 1 januari 2015 geen nieuwe wetgeving voor algemeen nut beogende instellingen (hierna: ANBI’s) ingegaan. Toch zijn er ook in 2015 een aantal dingen waar u op moet letten. Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 10 of 11
Administratieve verplichtingen Om uw ANBI-status te behouden is het belangrijk dat u voor 1 juli 2015 de jaarstukken van 2014 publiceert. Ook is het aan te raden te controleren of de gepubliceerde informatie op de website actueel is en aan de ANBI-vereisten voldoet. Statutenwijzing Wat veel ANBI’s (en notarissen) niet weten is dat de vereiste formulering van de zgn. ‘liquidatiebepaling in de statuten van ANBI’s op 22 juni 2012 is gewijzigd. Bij de eerste statutenwijziging na die datum moet de liquidatiebepaling in overeenstemming worden gebracht met de nieuwe formulering. De belangrijkste wijziging is dat waar het voorheen voldoende was dat het liquidatiesaldo ten behoeve van het algemeen nut werd besteed, de statuten nu moeten bepalen dat het aan een andere ANBI met een soortgelijke doelstelling moet worden uitgekeerd. Het blijkt dat veel bestuurders van ANBI’s en notarissen vergeten om bij een statutenwijziging de gewijzigde liquidatiebepaling op te nemen. Het gevolg is het verlies van de ANBI-status! Het is te overwegen om de liquidatiebepaling nu alvast te wijzigen, zodat dit op een later moment in ieder geval niet kan worden vergeten. Administratieve verplichtingen óók voor voormalige ANBI’s Het afgelopen jaar hebben verschillende kleinere ANBI’s de handdoek in de ring gegooid vanwege het toenemend aantal administratieve verplichtingen dat ze op zich af zagen komen. Het opgeven van de ANBI-status bevrijdt een instelling echter niet van alle verplichtingen! Vanaf 2015 moeten in Nederland gevestigde voormalige ANBI’s namelijk voor het eerst en op straffe van een boete informatie aanleveren. Deze informatieverplichting geldt met terugwerkende kracht naar 1 januari 2013.
Nieuwsbrief maart 2015
Pagina 11 of 11