NIEUWSBRIEF LONEN 2009 INHOUDSOPGAVE 1.
Inleiding
2
2.
Nieuwe werknemers
3
3.
Auto van de zaak
5
4.
Vergoedingen/verstrekkingen
6
5.
Ontwikkelingen Verklaring Arbeidsrelatie (VAR)
8
6.
Directeur-grootaandeelhouder (DGA): nieuwe ontwikkelingen
9
7.
Premiekortingen oudere werknemers
10
8.
Eigen risicodragerschap WAO en WGA
11
9.
Zorgverzekeringswet (ZVW)
12
10.
Versoepeling regels Sociale Zekerheid
13
11.
Uitbreiding S&O
14
12.
Excessieve beloningsbestanddelen
15
13.
Extra controles Belastingdienst en versoepeling boetebeleid
16
14.
Voorgestelde wijzigingen per 1 januari 2010
17
15.
Actualiteiten Arbeidsrecht 18
16.
Overzicht gewijzigde tarieven 2009
19
Hoewel bij de samenstelling van deze nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden. Vanwege het brede en algemene kader van deze nieuwsbrief, is het niet bedoeld om alle informatie te verschaffen die noodzakelijk is voor het nemen van financiële beslissingen.
Nieuwsbrief lonen 2009
1
1. Inleiding Per 1 januari 2009 is een aantal belangrijke wijzigingen in de loonbelasting- en sociale wetgeving van kracht. In deze nieuwsbrief krijgt u hiervan een overzicht. Hebt u vragen, of behoefte aan advies of ondersteuning, neem dan contact op met één van onze adviseurs.
Nieuwsbrief lonen 2009
2
2. Nieuwe werknemers Neemt u een nieuwe werknemer in dienst, dan moet u uiterlijk de dag voordat deze werknemer bij u gaat werken een aantal zaken regelen. Onderstaand de belangrijkste aandachtspunten, inclusief de wijzigingen vanaf 1 januari 2009. Afschaffing Eerstedagsmelding (EDM) In het kader van administratieve lastenverlichting vervalt per 1 januari 2009 de EDM die in 2006 was ingevoerd voor alle werkgevers. Deze hield in dat u bij het in dienst nemen van nieuwe werknemers tijdig moest beginnen met het verzamelen van alle voor de loonheffingen relevante gegevens. Deze gegevens moesten via de EDM vóór de eerste werkdag van de werknemer elektronisch worden doorgegeven aan de Belastingdienst. Gerichte EDM-verplichting Indien sprake is van bijzondere risico’s op fraude en illegale tewerkstelling, kan de Belastingdienst vanaf 1 januari 2009 aan individuele werkgevers een gerichte EDM-verplichting opleggen voor alle werknemers (in plaats van een algemene EDM-verplichting voor alle werkgevers). Op het niet-nakomen van deze gerichte EDM-verplichting staan sancties. Gegevens en verplichtingen voor de loonheffingen Voor een juiste verloning moeten álle werknemers vóór de eerste werkdag de volgende gegevens aanleveren (in plaats van de vroegere loonbelastingverklaring):
naam en voorletters geboortedatum BSN/Sofinummer adres postcode en woonplaats woonland en regio (als hij/zij niet in Nederland woont) loonheffingskorting van toepassing (ja/nee)
Deze gegevens moeten schriftelijk worden aangeleverd en voorzien van een dagtekening en handtekening van de werknemer. U kunt dit doen op uw eigen manier of met behulp van het formulier van de Belastingdienst dat de loonbelastingverklaring vervangt. Deze ‘Opgaaf gegevens voor de loonheffingen’ kunt u downloaden via onze website. Beschikt u niet (tijdig) over een melding van deze gegevens, dan moet u voor de betreffende werknemer het anoniementarief toepassen. Oók indien de werknemer de gegevens wel op een andere manier aan u bekend heeft gemaakt. Dit betekent dat naast een tarief van 52% loonheffing, ook premies werknemersverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet over het totale bedrag aan loon worden berekend. Er wordt dus geen rekening gehouden met de maxima en franchises. Let op In de praktijk blijken met name buitenlandse werknemers niet op de hoogte te zijn van de verplichting om over een BSN/Sofinummer te beschikken. Verifieer dus tijdig of de buitenlandse werknemer over een BSN/Sofinummer beschikt. Zo niet, probeer dit dan zo snel mogelijk te (laten) regelen. Hiervoor moet de buitenlandse werknemer zich melden bij de gemeente waar hij/zij gaat wonen, of bij de Belastingdienst.
Nieuwsbrief lonen 2009
3
Daarnaast moet u bij nieuwe werknemers denken aan de volgende verplichtingen:
Stel bij indiensttreding de identiteit van een werknemer vast aan de hand van een origineel en geldig identiteitsbewijs (géén rijbewijs) en bewaar een kopie van dat identiteitsbewijs bij uw salarisadministratie. Controleer bij een buitenlandse werknemer de verblijfs- en tewerkstellingsvergunning (indien vereist) en bewaar een kopie van deze documenten bij uw salarisadministratie.
Op het niet (correct) nakomen van deze verplichtingen staat als sanctie de toepassing van het anoniementarief.
Nieuwsbrief lonen 2009
4
3. Auto van de zaak Nieuw bijtellingspercentage Stelt u een auto aan uw werknemer ter beschikking die de werknemer ook voor privédoeleinden mag gebruiken, dan wordt 25% van de cataloguswaarde van de auto als bijtelling doorberekend in de loonheffing (niet voor de premie werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW). Toont de belastinginspecteur aan dat het werkelijke privégebruik van de auto hoger is, dan wordt in de belastingheffing van die hogere waarde uitgegaan. Naast de 25%-bijtelling is in 2008 een percentage van 14% ingevoerd voor auto’s met een zeer zuinige CO²-uitstoot. Met ingang van 1 januari 2009 komt daar een tussencategorie van 20% bij:
Benzineauto Benzineauto Dieselauto Dieselauto
CO²-uitstoot Max. 110 gram per km Tussen 111 en 140 gram per km Max. 95 gram per km Tussen 96 en 116 gram per km
Bijtelling 14% 20% 14% 20%
De verlaagde percentages gelden voor alle auto’s die in 2009 aan de gestelde CO²-uitstootwaarden voldoen. Voor veel auto’s van voor 2001 en de meeste bestelauto’s is de CO²-uitstoot onbekend. De bewijslast dat deze auto’s aan de gestelde CO²-uitstoot-waarden voldoen ligt bij de werkgever. Op www.rdw.nl. vindt u nadere informatie over de CO²-uitstoot van auto’s. Let op Anders dan in 2008 geldt ook voor de verlaagde bijtellingspercentages dat dit een minimum is. Indien de Belastingdienst kan aantonen dat de waarde van het werkelijk gebruik meer bedraagt dan het forfait, kan de Belastingdienst van een hogere bijtelling uitgaan. Juiste verwerking in de loonaangifte Als werkgever bent u verantwoordelijk voor de juiste verwerking in de loonaangifte van het privévoordeel van de auto van de zaak. U dient zelf te beoordelen of bijtelling moet plaatsvinden. Dit betekent dat u moet beoordelen of de werknemer de aan hem of haar ter beschikking gestelde auto voor niet meer dan 500 kilometers privé gebruikt. Indien de werknemer een rittenregistratie bijhoudt die achteraf niet sluitend blijkt, zal de Belastingdienst de naheffingsaanslag en een eventuele boete aan u opleggen. Om vooraf zekerheid over de bijtelling te krijgen kan de werknemer een ‘verklaring geen privégebruik’ bij de Belastingdienst aanvragen. Kan hij of zij deze verklaring aan u overleggen, dan mag u in principe de fiscale bijtelling voor de ter beschikking gestelde auto bij de werknemer achterwege laten. Blijkt de werknemer achteraf op jaarbasis toch meer dan 500 kilometers privé te hebben gereden, dan wordt de naheffingsaanslag loonheffing niet aan u maar aan uw werknemer opgelegd. U hoeft dan ook niet de over de bijtelling verschuldigde bijdrage ZVW aan de werknemer te vergoeden. U moet wel te goeder trouw zijn ten aanzien van de verklaring.
Nieuwsbrief lonen 2009
5
4. Vergoedingen/verstrekkingen In 2009 geldt ten opzichte van 2008 een aantal beperkingen en verruimingen om werknemers onbelaste vergoedingen en/of verstrekkingen te geven. Afschaffing onbelaste vergoeding bijzondere ziektekosten Met ingang van 1 januari 2009 kunt u bijzondere ziektekosten niet meer onbelast aan werknemers vergoeden.
Let op Hebt u in 2008 uw werknemer toegezegd om de ziektekosten die in 2009 (bijvoorbeeld het eerste kwartaal) worden gemaakt te vergoeden, dan moet de vergoeding worden belast. Onbelaste vergoeding/verstrekking EVC-procedure Met ingang van 1 januari 2009 kunt u een EVC-procedure (procedure ter erkenning van verworven competenties) belastingvrij vergoeden of verstrekken. Een EVC-procedure erkent wat een werknemer al in de dagelijkse praktijk heeft geleerd. Hiervoor ontvangt deze een certificaat of opleidingsdiploma. Het niveau van de opleiding is hierbij niet relevant. Het doorlopen van een EVC-procedure door uw werknemers kan bijvoorbeeld goed van pas komen bij het inrichten van al dan niet verplichte opleidingstrajecten binnen uw onderneming. Voorwaarde voor onbelaste vergoeding is dat voor de EVC-procedure een verklaring is afgegeven door een aangewezen instantie. Hebt u de kosten van de EVC-procedure voor uw rekening genomen, dan kunt u ook een afdrachtvermindering toepassen. Deze bedraagt € 319 per procedure (2009), en mag per 2009 in één keer in zijn geheel in aanmerking worden genomen in het loontijdvak waarin de werknemer begint met het volgen van de EVC-procedure, of in het daarop volgende tijdvak (voorheen moest het bedrag over de loontijdvakken van het kalenderjaar worden verdeeld). Een werknemer kan er ook voor kiezen om zijn spaarloon te deblokkeren ter financiering van de kosten van een EVC-procedure. De kosten van de EVC-procedure zijn dan voor de werknemer ook aftrekbaar binnen de regeling voor scholingsuitgaven. Verruiming vaste kostenvergoeding woon-werkverkeer De mogelijkheid om aan werknemers een onbelaste vaste reiskostenvergoeding voor woonwerkverkeer te geven is verruimd. Zo mag u voor de berekening van de vaste kostenvergoeding uitgaan van 214 werkdagen, indien de werknemer op tenminste 128 dagen naar een vaste arbeidsplaats reist, of een of meerdere bepaalde arbeidsplaats(en) in tenminste 36 weken zal bezoeken. Verhuiskostenvergoeding Het maximale bedrag voor een onbelaste verhuiskostenvergoeding voor zakelijke verhuizingen wordt per 1 januari 2009 gesteld op € 7.750, ongeacht de omvang van het loon van de werknemer (was voorheen afhankelijk van de omvang van het loon, maar maximaal € 5.445). Deze vergoeding geldt bovenop een onbelaste vergoeding voor de kosten van het overbrengen van de inboedel. Van een zakelijke verhuizing is in ieder geval sprake indien een werknemer binnen twee jaar na aanvaarding van de nieuwe dienstbetrekking verhuist naar een woning binnen een afstand van 10 kilometer van de nieuwe arbeidsplaats terwijl hij/zij voorheen op een afstand groter dan 25 kilometer van deze plaats woonde. OV-Chipkaart Indien uw werknemer voor zakelijke reizen of woon-werkverkeer gebruik maakt van de nieuwe OV-Chipkaart en u wilt deze kosten onbelast vergoeden, dan moet uw werknemer in principe de originele vervoerbewijzen aan u overhandigen. Voorlopig heeft de staatssecretaris van
Nieuwsbrief lonen 2009
6
Financiën goedgekeurd dat de werknemer ook kan volstaan met het inleveren van een overzicht van de transacties met de OV-Chipkaart van het vervoerbedrijf. Pensioenopbouw en cafetariaregelingen Cafetariaregelingen (het uitruilen van bruto loon(bestanddelen) voor onbelaste vergoedingen/verstrekkingen) hebben meestal gevolgen voor de pensioenopbouw van de betreffende werknemer. Onder voorwaarden is door de staatssecretaris van Financiën goedgekeurd dat de gevolgen voor de pensioenopbouw achterwege mogen blijven. Recent is deze goedkeuring uitgebreid, waardoor het toepassen van een cafetariaregeling aantrekkelijker wordt. Zo kan een werknemer voortaan zonder gevolgen voor zijn pensioen ook bruto loon inleveren voor een onbelaste vergoeding van reiskosten en vakbondcontributie.
Nieuwsbrief lonen 2009
7
5. Ontwikkelingen Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) Maakt u ook gebruik van ZZP’ers (zelfstandigen zonder personeel)? Let dan op of de Belastingdienst deze persoon ook ziet als een zelfstandige en niet als een werknemer. Indien er tussen u en de ZZP’er toch naar het oordeel van de Belastingdienst sprake is van een werkgever-werknemer relatie moet u alsnog loonheffing en premies werknemersverzekeringen afdragen aan de Belastingdienst over de betaling die u aan de ZZP’er heeft gedaan. Bovendien zult u ook met een boete geconfronteerd worden. Om dit risico te voorkomen is aan te raden dat de ZZP’er beschikt over een geldige “verklaring arbeidsrelatie” (VAR) van de Belastingdienst voor de werkzaamheden waarvoor u deze persoon inhuurt. Let op, alleen de VAR “winst uit onderneming” (wuo) en “inkomsten uit werkzaamheden voor rekening en risico van uw vennootschap” (dga) bieden zekerheid dat u niets hoeft in te houden. Alle overige VAR-verklaringen kunnen bij controle achteraf toch tot naheffing leiden. Als inlenende partij is verstandig altijd te beschikken over een kopie van de VAR. Daarnaast moet u ook over een kopie van het identiteitsbewijs van de ZZP’er in uw loonadministratie bewaren. Een VAR is één kalenderjaar geldig en moet dus ieder jaar opnieuw worden aangevraagd. Naast de aanvraag via een papieren aanvraagformulier bestaat sinds oktober 2008 ook de mogelijkheid voor de ZZP’er om de VAR digitaal aan te vragen via de website van de Belastingdienst. De Belastingdienst beslist normaal gesproken binnen acht weken op een aanvraag. Vanaf 2010 zal de Belastingdienst de VAR waarschijnlijk automatisch laten verstrekken wanneer:
de belastingplichtige drie achtereenvolgende kalenderjaren telkens een verzoek voor een VAR heeft ingediend voor hetzelfde soort werkzaamheden die onder overeenkomstige condities zijn verricht; de drie verzoeken tot dezelfde soort VAR hebben geleid, en; de afgegeven VAR-beschikkingen daarna niet meer zijn herzien door de Belastingdienst.
De automatisch geactiveerde VAR wordt dan vóór september in enig jaar voor het daaropvolgende kalenderjaar afgegeven. Heeft de door u ingeleende “zelfstandige” geen VAR-wuo of VAR-dga dan raden wij u aan loonheffing en premies werknemersverzekeringen in te houden.
Nieuwsbrief lonen 2009
8
6. Directeur-grootaandeelhouder (DGA): nieuwe ontwikkelingen Loonheffing DGA Het voorstel om de DGA uit de loonheffing te halen is zeer waarschijnlijk van de baan. Hierdoor blijft het voor de DGA mogelijk om gebruik te maken van de afdrachtvermindering S&O. Wel wordt naar verwachting per 1 januari 2010 een aantal maatregelen ingevoerd om de administratieve lasten voor de DGA te beperken. Doorbetaaldloonregeling Verder wordt de zogenaamde doorbetaaldloonregeling met ingang van 1 januari 2009 deels herzien. Op grond van de doorbetaaldloonregeling zoals die gold tot 1 januari 2009 mag een vennootschap onder voorwaarden de inhouding van loonheffingen doorschuiven naar de hoofddienstbetrekking van de werknemer. Met andere woorden: een werknemer die werkzaam is bij meerdere vennootschappen, hoeft maar bij één vennootschap in de loonheffing te worden betrokken. Hierbij wordt dan rekening gehouden met het loon dat bij alle vennootschappen tezamen verdiend is. De doorbetaaldloonregeling kon in principe alleen worden toegepast indien de werknemer bij alle vennootschappen waarvoor de regeling werd aangevraagd op dezelfde wijze behandeld werd voor de werknemersverzekeringen. De werknemer was bij alle vennootschappen of wél verzekerd óf niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen. Met ingang van 1 januari 2009 staat toepassing van de doorbetaaldloonregeling voor de loonbelasting/premie volksverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW los van de toepassing voor de werknemersverzekeringen. De regeling kan voor de werknemersverzekeringen slechts worden toegepast indien de werknemer bij de vennootschap waaraan het loon wordt doorbetaald verplicht verzekerd is voor de werknemersverzekeringen. Bovendien hoeft u niet meer in alle gevallen een beschikking van de Belastingdienst op te vragen. Dat hoeft nu alleen nog maar voor werknemers met een aandelenbelang in de betrokken vennootschappen dat lager is dan 5%.
Nieuwsbrief lonen 2009
9
7. Premiekortingen oudere werknemers Nieuwe premiekortingen De tot 1 januari 2009 geldende premievrijstelling (voor de basispremie WAO/WIA) bij het in dienst nemen en houden van oudere werknemers wordt met ingang van 1 januari 2009 vervangen door de volgende twee premiekortingen:
€ 6.500 per jaar voor elke uitkeringsgerechtigde boven de 50 jaar die u in dienst neemt. Deze premiekorting geldt gedurende maximaal drie jaar. € 2.750 per jaar per oudere indien u ouderen tussen 62 en 64 jaar in dienst houdt (en dus laat doorwerken). Vanaf 2013 wordt ook deze korting verhoogd naar € 6.500 per jaar per oudere. Ook deze premiekorting geldt gedurende maximaal drie jaar.
Overgangsregeling premievrijstelling oudere werknemers Voor de tot 1 januari 2009 geldende regeling premievrijstelling oudere werknemers wordt een overgangsregeling ingevoerd. U mag voor ouderen die op 1 januari 2009 55,5 jaar en ouder zijn en voor wie in 2008 de premievrijstelling oudere werknemers van toepassing was, deze regeling voortzetten voor de resterende duur van het dienstverband (maar uiterlijk totdat de werknemer 62 jaar wordt). Vanaf het moment dat de werknemer 62 jaar wordt kunt u de nieuwe premiekorting toepassen. Daarnaast overweegt het kabinet de introductie van een tijdelijke ‘no risk polis’ die werkgevers tegemoet komt in de kosten van loondoorbetaling bij ziekte wanneer zij langdurig werklozen van 55 jaar en ouder in dienst nemen. Doorwerkbonus Vanaf 1 januari 2009 geldt ook een doorwerkbonus voor ouderen die doorwerken van maximaal € 459 voor een werknemer van 67 jaar en ouder tot maximaal € 4.592 voor een werknemer van 64 jaar. Dit is een heffingskorting die loopt via de aangifte inkomstenbelasting en is dus niet van invloed op de verschuldigde loonheffingen.
Nieuwsbrief lonen 2009
10
8. Eigen risicodragerschap WAO en WGA Twee maal per jaar, namelijk per 1 januari en 1 juli van het kalenderjaar, kunt u besluiten of u eigenrisicodrager voor de WGA wilt worden of dat u het eigenrisicodragerschap juist wilt beëindigen. Dit moet u steeds uiterlijk dertien weken (dus voor 1 april of voor 1 oktober) voor de beoogde datum aan de Belastingdienst melden. In de kabinetsplannen is opgenomen dat de WGA geprivatiseerd moet worden, waardoor binnen afzienbare termijn het eigenrisicodragerschap verplicht wordt. Verantwoordelijkheid en risico De eigenrisicodrager betaalt geen gedifferentieerde premie, maar is wel verantwoordelijk voor uitbetaling van de uitkering gedurende tien jaar en voor de re-integratieactiviteiten. Bij het bepalen van uw keuze moet u ook rekening houden met de polisvoorwaarden, kosten van een eventuele risicoverzekering en het risico dat in de nabije toekomst aanwezige zieke medewerkers alsnog arbeidsongeschikt worden (inlooprisico). Zieke medewerkers zullen bij overgang naar het UWV of een verzekeraar niet geaccepteerd worden. Daardoor komen de kosten van een WGA-uitkering altijd voor uw rekening zonder dat daarvoor dekking te vinden is. Het financiële voordeel van een overgang kan daardoor omslaan in een nadeel. Er zijn steeds meer verzekeraars die behalve financiële dekking van het risico ook hulpverlening tijdens de eerste twee ziektejaren bieden. Tevens kan de ARBO-dienstverlening via de verzekeraar geregeld worden, waardoor communicatie tussen alle betrokken partijen kan verbeteren. Het is daarom raadzaam hiervoor verschillende offertes op te vragen via uw verzekeringstussenpersoon. Voor bestaande WAO-gevallen blijft de WAO van kracht. Overgang van onderneming en eigenrisicodragerschap WAO Sinds de afschaffing van de WAO is het voor werkgevers niet meer mogelijk eigenrisicodrager te worden voor de WAO. Bestaande eigenrisicodragers WAO raken die status kwijt bij overgang van de onderneming. Wilt u dit niet, dan kunt u een tijdelijke goedkeuring aanvragen via de staatssecretaris van Financiën. De voorwaarden voor u als nieuwe werkgever, om het eigenrisicodragerschap van de oude werkgever voort te zetten, zijn:
De oude werkgever(s) is/zijn eigenrisicodrager voor de WAO. Er is sprake van overgang van onderneming, zoals bij een fusie, een splitsing of een rechtsvormwijziging waarbij slechts in formele zin wijzing in de dienstbetrekking optreedt. De nieuwe werkgever overlegt een garantieverklaring op zijn naam van een kredietinstelling of een verzekeraar aan de bevoegde inspecteur. Een conceptgarantieverklaring is te vinden op de site van de Belastingdienst. De nieuwe werkgever geeft daarmee aan het eigenrisicodragerschap voor de WAO voort te zetten. De nieuwe werkgever overlegt een garantieverklaring uiterlijk bij de overgang van onderneming.
Nieuwsbrief lonen 2009
11
9. Zorgverzekeringswet (ZVW) Bent u wettelijk verplicht om uw werknemer een vergoeding te geven voor de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW? Weet dan dat de premie voor 2009 is verlaagd van 7,2% (2008) naar 6,9%. In alle andere situaties is de premie in 2009 verlaagd van 5,1% (2008) naar 4,8%. Het kan zijn dat u werknemers hebt met meerdere dienstbetrekkingen, waardoor u in 2008 teveel inkomensafhankelijke premie voor de ZVW- en WW-premie heeft ingehouden. Bij de loonberekening mag alléén voor het bij de betreffende baan horende salaris rekening mag worden gehouden met het maximum. In geval van twee inkomens die elk onder het maximum liggen, maar gezamenlijk hier boven uit stijgen, wordt teveel premie ingehouden en afgedragen. Voorbeeld: A heeft een baan bij zowel werkgever Y als bij werkgever Z. Bij zowel Y als Z verdient hij € 20.000. Het maximumloon waarover ZVW-premie ingehouden wordt is € 32.369 (2009). Omdat beide inkomens lager zijn dan het maximum wordt bij beide werkgevers over het gehele inkomen premie berekend. Daardoor betaalt medewerker A premie over een inkomen van € 40.000 (2 x € 20.000). Hij betaalt hierdoor over € 7.631 teveel aan premie. De Belastingdienst controleert na afloop van het jaar of er te veel is ingehouden. In dat geval wordt de teveel ingehouden premie terugbetaald aan de werkgever. Dit wordt met een brief kenbaar gemaakt, naar alle waarschijnlijkheid in juli 2009. De ZVW-premie hoeft u niet terug te betalen, omdat deze in de oorspronkelijke loonberekening ook al volledig door u vergoed is. Terugbetaling van te veel ingehouden ZVW-premie zou dan ook leiden tot een inhouding van te veel betaalde vergoeding. Omdat het saldo hiervan altijd nul is heeft terugbetaling van de ZVW-premie feitelijk weinig nut. De teruggaaf aan de werkgever is naar evenredigheid van de teveel ingehouden premie. De medewerker heeft over de te veel ontvangen ZVW-vergoeding loonheffing betaald. Nu de teveel betaalde vergoeding door u terug is ontvangen heeft de medewerker recht op terugbetaling van de loonheffing. Deze teruggaaf moet als negatief loon op de loonstrook vermeld worden. Voor de over 2006 en 2007 teveel betaalde ZVW- en WW-premies had de Belastingdienst voor bedragen tot € 13 vanuit praktische overwegingen toegestaan dat terugbetaling van deze bedragen aan de werknemer buiten de loonadministratie mag plaatsvinden. Voor teruggaven van ZVW-premies boven € 13 was dit ook toegestaan, maar wel onder de voorwaarde dat deze netto aan de werknemer werd uitbetaald. Naar verwachting zal voor de teruggaven ZVWpremie over 2008 in 2009 een soortgelijke goedkeuring gaan gelden.
Nieuwsbrief lonen 2009
12
10. Versoepeling regels Sociale Zekerheid In 2009 treden op het gebied van de sociale zekerheid de volgende wijzigingen in werking: Vervallen werknemersdeel WW-premie In 2009 wordt het werknemersdeel van de WW-premie op nihil gesteld. Naar verwachting zal deze per 2010 geheel worden afgeschaft. Deze wijziging houdt verband met de wens van het kabinet om tot een meer uniform loonbegrip te komen voor de heffing van loonbelasting en premies sociale zekerheid. Verhalen gedifferentieerde WGA premie op werknemers Als werkgever betaalt u een gedifferentieerde WGA-premie. Hiermee worden de nieuw toegekende uitkeringen gefinancierd. Deze premie mag u voor 50% verhalen op de werknemers. Veel werkgevers hebben de premie nog niet verhaald. Bovendien zijn er nauwelijks CAO-afspraken gemaakt waarin dit geregeld werd. Indien u tot nu toe deze premie niet verhaald heeft zal het zeer waarschijnlijk problemen geven als u dat over enige tijd alsnog wilt gaan doen. Het betalen van de premie door de werkgever wordt dan gezien als een verworven arbeidsvoorwaarde, die niet meer eenzijdig door u gewijzigd kan worden. Wij adviseren u daarom 50% van de premie te verhalen op de werknemers. Doet u dit niet maar wilt u voor de toekomst de mogelijkheid voor het verhalen van de premie open houden, stel dan daarvoor een regeling op. Volgens de wetgever mag u vanaf 2009 de eigen bijdrage van de werknemer van maximaal 50% van de gedifferentieerde WGA-premie uitsluitend uit het netto loon van de werknemer verhalen. Voor de voorgaande jaren lopen hierover nog procedures bij de rechter. Let op In de praktijk blijkt dat de Belastingdienst (in samenwerking met het UWV) soms fouten maakt bij de vaststelling van de gedifferentieerde WGA-premie. Zo wordt vaak onjuiste informatie over toegekende WGA/WIA-uitkeringen gebruikt. Bij twijfel kunt u de Belastingdienst verzoeken om inzage in de gegevens voor de vaststelling.
Nieuwe regels meldingen aan het UWV Sinds 1 november 2008 zijn de regels voor ziek- en hersteldmeldingen veranderd. Een zieke werknemer hoeft u nu pas uiterlijk in de 42e week van ziekte aan te melden bij het UWV. Voorheen was dit uiterlijk in de 13e week van ziekte. Verder hoeft u uw werknemer niet meer beter te melden bij het UWV. Nieuw is ook de boete van maximaal € 455 per werknemer als u een ziekmelding te laat aan het UWV doorgeeft. Deze boete is in de plaats gekomen van de verlenging van de loondoorbetalingsverplichting na twee jaar ziekte. Sinds 2008 hoeft u ook niet meer de bevallingsdatum van zwangere werkneemsters aan het UWV door te geven. Het UWV haalt deze informatie voortaan rechtstreeks uit de gemeentelijke basisadministraties.
Nieuwsbrief lonen 2009
13
11. Uitbreiding S&O Indien u zich binnen uw bedrijf bezighoudt met technologische vernieuwing, bijvoorbeeld door het productieproces te innoveren of door technisch nieuwe producten of programmatuur te ontwikkelen, dan kunt u gebruik maken van de afdrachtvermindering voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O). Hiermee kunt u een tegemoetkoming krijgen in de loonkosten voor deze werkzaamheden. Indien u aan de voorwaarden voldoet kunt u als werkgever een korting krijgen op de voor uw werknemers af te dragen loonheffing. Verruiming definitie speur- en ontwikkelingswerk Per 1 januari 2009 wordt de definitie van speur- en ontwikkelingswerk uitgebreid. De verruiming ziet toe op het ontwikkelen (inclusief het bouwen of inrichten) van programmatuur die bestaande programmatuur op een voor de S&O-inhoudingsplichtige technisch nieuwe wijze integreert of laat samenwerken. De uitbreiding blijft beperkt tot die gevallen waarin de bestaande programmatuur hoofdzakelijk binnen de onderneming van de S&Oinhoudingsplichtige is ontwikkeld en wordt toegepast. Wijziging berekening uurloon Daarnaast zal de in 2008 reeds aangekondigde wijziging in de berekening van het S&O-uurloon van medewerkers die speur- en ontwikkelingswerk verrichten met ingang van 1 januari 2009 van kracht worden. Het S&O-uurloon is bepalend voor de hoogte van de S&O-afdrachtvermindering. Anders dan voorheen hoeft u met ingang van 1 januari 2009 bij het invullen van een aanvraag bij SenterNovem niet meer zelf een gemiddeld uurloon te berekenen voor de medewerkers die het speur- en ontwikkelingswerk gaan uitvoeren. SenterNovem berekent dit S&O-uurloon op basis van de ingediende aangiften loonheffingen bij de Belastingdienst. U hoeft nog slechts via internet de burgerservicenummers (BSN) van de medewerkers die in 2007 speur- en ontwikkelingswerk hebben verricht door te geven aan SenterNovem om de berekening voor 2009 door SenterNovem mogelijk te maken. Voor werkgevers die in 2007 geen gebruik hebben gemaakt van de afdrachtvermindering S&O blijft een vast gemiddeld uurloon gelden.
Nieuwsbrief lonen 2009
14
12. Excessieve beloningsbestanddelen Het wetsvoorstel belastingheffing excessieve beloningen bevat drie fiscale maatregelen om het tot stand komen van bepaalde excessieve beloningsbestanddelen te ontmoedigen. Werkgeversheffing bij excessieve vertrekvergoedingen Vanaf een jaarloon van € 500.000 wordt een werkgeversheffing (in de vorm van een zogenoemde pseudo-eindheffing) ingevoerd van 30% over vertrekvergoedingen voor zover deze vertrekvergoedingen hoger zijn dan één jaarloon. Deze maatregel treedt in werking per 1 januari 2009. Naast de werkgeversheffing over de excessieve vertrekvergoeding is de werknemer ook nog loonheffing verschuldigd over de vertrekvergoeding. De werkgeversheffing geldt alleen voor beëindiging van dienstbetrekkingen op of na 1 januari 2009. Belastingheffing voordelen lucratieve belangen Voordelen uit zogenoemde lucratieve belangen (carried interest of soortgelijke beloningen) worden belast. Het gerealiseerde rendement wordt in de belastingheffing betrokken als resultaat uit overige werkzaamheden. Het gaat hier om lucratieve belangen zoals aandelen, schuldvorderingen en enkele andere vermogensrechten met bijzondere condities. Deze maatregel treedt in werking per 1 januari 2009. Werkgeversheffing bij backservice voor hoge inkomens In situaties waarin pensioenopbouw ook vanaf een pensioengevend loon van € 500.000 nog plaatsvindt op basis van een eindloonstelsel, wordt een werkgeversheffing (eveneens in de vorm van een pseudo-eindheffing) van 15% toegepast over een forfaitair berekende backservicepremie. Ook deze werkgeversheffing zal plaatsvinden naast de reguliere loonheffing bij de werknemer. Deze maatregel staat de werkgever wel toe om ten aanzien van werknemers met inkomens van meer dan € 500.000 pensioen toe te kennen over inkomen boven dat bedrag op basis van een middelloon- of beschikbarepremiestelsel. De backservicepremie die als grondslag voor de werkgeversheffing geldt, is het viervoud van de verhoging van het pensioengevend loon ten gevolge van de salarisstijging. Deze maatregel treedt pas in werking per 1 januari 2010. De in het belastingplan 2008 voorgestelde pensioenmaatregel om de omkeerregel niet meer toe te passen op een pensioengevend loon van boven € 185.000, is hiermee definitief van de baan.
Nieuwsbrief lonen 2009
15
13. Extra controles Belastingdienst en versoepeling boetebeleid In de Miljoenennota 2009 heeft de Belastingdienst aangekondigd het aantal controles loonheffingen op te voeren in 2009. Het boetebeleid wordt iets versoepeld. Horizontaal toezicht De Belastingdienst is steeds meer voorstander van horizontaal toezicht. Hierbij wordt de verantwoordelijkheid voor de naleving van de fiscale regels meer bij de ondernemingen zelf gelegd. In ruil daarvoor geeft de Belastingdienst sneller vooraf duidelijkheid over fiscale vragen die bij de ondernemingen leven. Voor de loonheffingen is het voor bedrijven al mogelijk om met de Belastingdienst afspraken te maken over horizontaal toezicht. Boetebeleid De staatssecretaris van Financiën heeft met ingang van 2009 een aantal wijzigingen ingevoerd in het boetebeleid. In principe gaat er een coulanceperiode van zeven werkdagen gelden. Indien u de verschuldigde loonheffingen te laat overmaakt, maar wel binnen maximaal zeven werkdagen, krijgt u geen boete meer. Voorwaarde is wel dat u de voorgaande keer wel op tijd betaald heeft. Als een bedrijf twee keer achter elkaar te laat betaalt, dan volgt alleen een boete voor de tweede overschrijding. Deze boete bedraagt altijd 2%, maar minimaal € 50. Is een ondernemer stelselmatig te laat met het afdragen van belastingen, dan kan een boete tot het wettelijk maximum van € 4.537 worden opgelegd. Een zelfde versoepeling van het boetebeleid geldt ook ten aanzien van aangifteverzuimen. Hierbij geldt bij een tweede verzuim een boete van € 56. Bij stelselmatig verzuim geldt een wettelijk maximum van € 1.134.
.
Nieuwsbrief lonen 2009
16
14. Voorgestelde wijzigingen per 1 januari 2010 Met ingang van 1 januari 2010 zullen de volgende wijzigingen in werking treden: Administratieve lastenverlichting directeur grootaandeelhouder Naar verwachting worden per 1 januari 2010 de volgende maatregelen ingevoerd om de administratieve lasten voor de DGA te beperken: • een vereenvoudigde loonaangifte; • de mogelijkheid om maandaangiften met ongewijzigde gegevens eerder in te dienen (er kan dan ineens voor verschillende maanden tegelijk aangifte worden gedaan zodat de aangifte niet elke maand opnieuw en afzonderlijk moet worden ingediend en ingevuld); • een eenvoudiger betalingssysteem waarbij niet telkens een nieuw kenmerk hoeft te worden ingevuld. Correctieberichten lopende kalenderjaar De correctieverplichting in het lopende kalenderjaar vervalt per 1 januari 2010. Wel moet u gedurende het lopende kalenderjaar zorgen voor correcte loonaangiften. Bij misbruik zal de Belastingdienst wel naheffingsaanslagen en boetes opleggen. ‘Loon-over’-methode vervalt Met ingang van 1 januari 2010 kunt u uitbetaald loon niet meer in de loonaangifte toerekenen aan een verstreken loontijdvak (bijvoorbeeld met een correctiebericht). Voor de jaren 2006, 2007 en 2008 werd dit op grond van een overgangsregeling wel toegestaan Deze goedkeuring wordt nog eenmaal verlengd voor 2009. Met ingang van 1 januari 2010 moet dus voor de loonaangifte aangesloten worden bij het fiscale genietingsmoment van loon. Dit is het moment waarop loon wordt betaald of verrekend, ter beschikking wordt gesteld of vorderbaar en tevens inbaar wordt. Een uitzondering geldt voor de maand januari van elk jaar: hebben uw werknemers in januari loon ontvangen voor werkzaamheden uit het voorgaande jaar, dan kunt u de inhouding nog wel opnemen in de laatste aangifte van het oude jaar (volgens de tarieven van dat jaar). Voorwaarde is dat u deze handelswijze toepast voor alle werknemers en ook in andere jaren. De salarisadministratie mag overigens zowel op basis van de ‘loon-in’ als ‘loon-over’-methode zijn ingericht. Vervanging G-rekeningstelsel door depotstelsel Indien u gebruikmaakt van uitzendkrachten of (onder)aannemers aan wie u zogenaamde stoffelijke werkzaamheden uitbesteedt (dus geen diensten), dan kunt u hoofdelijk aansprakelijk gesteld worden als de verschuldigde loonheffingen (en BTW bij inlening) niet zijn betaald. Tot nu toe kon u deze aansprakelijkheid voorkomen door gebruik te maken van de G-rekening. Dit is een geblokkeerde rekening bij de bank op naam van de (onder)aannemer of de uitlener. Wanneer opdrachtgevers, aannemers en inleners de belasting- en premiecomponent van de aan hen uitgereikte facturen hierop storten en aan de voorwaarden voldoen, voorkomt u (een deel van de) aansprakelijkheid. De G-rekening wordt waarschijnlijk in de loop van 2009 vervangen door een depotstelsel. Uitleners en onderaannemers kunnen een depotrekening rechtstreeks bij de Belastingdienst aanhouden. Stortingen door de inlener of aannemer hebben dezelfde vrijwarende werking als de huidige stortingen op de G-rekening. Het nieuwe depotstelsel moet onder andere voordelen bieden ten aanzien de toekenningsprocedure, kosten voor de depothouder, rentevergoeding op de tegoeden en de deblokkeringsprocedure van het tegoed.
Nieuwsbrief lonen 2009
17
15. Actualiteiten Arbeidsrecht Als gevolg van de slechte economische vooruitzichten zal dit jaar het aantal ontslaggevallen toenemen. Daarom een kort overzicht over actuele ontwikkelingen in het kader van ontslag van werknemers. Als u een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wilt beëindigen, dan heeft u drie mogelijkheden: • een ontbindingsverzoek bij de kantonrechter; • een ontslagaanvraag bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), of; • een beëindigingsovereenkomst. In het laatste geval besluiten werkgever en werknemer in onderling overleg de overeenkomst te beëindigen, bijvoorbeeld omdat de werknemer een nieuwe baan heeft. De eerstgenoemde opties zijn op dit moment extra actueel. Kantonrechtersformule Bij ontbinding via de kantonrechter wordt vaak een ontslagvergoeding toegekend op basis van de kantonrechtersformule. Per 1 januari 2009 gelden de volgende wijzigingen: De wegingsfactor van de dienstjaren wordt met name voor jongere werknemers verlaagd: - De dienstjaren van werknemers tot 35 jaar tellen voor 0,5 jaar - De dienstjaren van 35 tot 45 jaar voor 1 jaar - De dienstjaren van 45 tot 55 jaar voor 1,5 jaar - En vanaf de leeftijd van 55 jaar voor 2 jaar. Bij de bepaling van de correctiefactor wordt meer rekening gehouden met de financiële positie van de werkgever en de arbeidsmarktpositie van de werknemer (mate van werkloosheid in de branche en door de ex-werkgever aangeboden scholingsmogelijkheden). Er komt meer maatwerk voor werknemers die in het zicht van pensionering zijn. Als gevolg van deze wijzigingen zal de ontslagvergoeding met name voor jongere werknemers lager zijn. De gedachte hierachter is dat de arbeidsmarktpositie van jongere werknemers is verbeterd en dat oudere werknemers meer bescherming nodig hebben. Ontslagaanvraag CWI Een ontslagaanvraag bij het CWI is met name bij bedrijfseconomische redenen een veel gebruikte weg. Hierbij wordt meestal een ontslagvergoeding toegekend aan de werknemer. Deze kan een procedure opstarten bij de kantonrechter als hij het ontslag onredelijk vindt. Let op: bij een ontslagaanvraag bij het CWI om bedrijfseconomische redenen geldt het afspiegelingsbeginsel. Globaal betekent dit dat per leeftijdsgroep de werknemer met het kortste dienstverband als eerste voor ontslag moet worden voorgedragen. Tot voor kort werd de kantonrechtersformule door de rechters niet toegepast in dergelijke procedures. In oktober 2008 is door de rechter in Den Haag besloten om ook in dergelijke procedures voortaan de kantonrechtersformule verminderd met 30% als uitgangspunt te nemen. Arbeidstijdverkorting Tot slot wijzen wij u op de tijdelijke mogelijkheid van werktijdverkorting in verband met de kredietcrisis. De regering heeft te kennen gegeven dat er een tijdelijke regeling voor werktijdverkorting wordt ingevoerd voor bedrijven die vanwege de kredietcrisis acuut omzetverlies lijden, van tenminste 30%. De regeling geldt zeer waarschijnlijk tot uiterlijk 15 januari 2009 en er is in totaal maximaal € 200 miljoen beschikbaar. Werknemers voor wie de werktijdverkorting gaat gelden, kunnen voor een financiële compensatie een (tijdelijk) beroep doen op de Werkloosheidswet.
Nieuwsbrief lonen 2009
18
16. Overzicht gewijzigde tarieven 2009 Enkele percentages en premies zijn in het jaar 2009 ten opzichte van het jaar 2008 gewijzigd. Deze treft u hierna aan in een alfabetisch overzicht Afdrachtvermindering EVC De afdrachtvermindering voor een werknemer die een EVC-procedure doorloopt is in 2009 € 319 (2008: 308). Afdrachtvermindering onderwijs startkwalificatieniveau Werkgevers die een voormalige werkloze op startkwalificatieniveau brengen komen in aanmerking voor een afdrachtvermindering van maximaal € 3.186 per kalenderjaar (2008: € 3.079). Afdrachtvermindering onderwijs stagiaires Werkgevers die stageplaatsen bieden aan leerlingen in de beroepsopleidende leerweg op MBO 1- en MBO 2-niveau hebben recht op een (extra) afdrachtvermindering van € 1.275 (2008: € 1.232) per kalenderjaar. Afdrachtvermindering onderwijs overig In overige gevallen bedraagt de maximale afdrachtvermindering onderwijs € 2.655 (2008: € 2.566). Het toetsloon is voor 2008 vastgesteld op € 23.034 (2008: € 22.142). Auto van de zaak De bijtelling voor het privégebruik van de auto is voor het jaar 2009 gelijk gebleven aan die van 2008. Deze bedraagt in principe 25% van de cataloguswaarde van de auto, verminderd met de eigen bijdrage van de werknemer voor het privégebruik. Indien het een milieuvriendelijke (beoordeeld op basis van de CO²-uitstoot) ter beschikking gestelde personen- of bestelauto betreft, bedraagt de bijtelling in principe 14% of 20% (afhankelijk van de CO²-uitstoot) van de cataloguswaarde van de auto, verminderd met de eigen bijdrage van de werknemer voor het privégebruik. Bedrijfskantine Voor een maaltijd in een bedrijfskantine gelden met ingang van 2009 de volgende normbedragen (in euro):
Warme maaltijd Koffiemaaltijd/Lunch Ontbijt
Nieuwsbrief lonen 2009
2009 4,00 2,10 2,10
2008 3,90 2,05 2,05
19
Belastingpercentages 2008 Schijf
Loon op jaarbasis
1 2 3 4
t/m € 17.597 € 17.580 t/m € 31.589 € 31.590 t/m 53.860 € 53.861 of meer
2009 Schijf
Loon op jaarbasis
1 2 3 4
t/m € 17.878 € 17.879 t/m € 32.127 € 32.128 t/m 54.776 € 54.777 of meer
Loonbelasting/premie volksverzekeringen Tot 65 jaar 65 jaar en ouder 33,60% 15,70% 41,85% 23,95% 42,00% 42% 52,00% 52%
Loonbelasting/premie volksverzekeringen Tot 65 jaar 65 jaar en ouder 33,50% 15,60% 42,00% 24,10% 42,00% 42% 52,00% 52%
Belastingpercentage binnenlandse artiesten Per 1 januari 2009 is het tarief voor belastingheffing bij artiesten die in Nederland wonen 33,50% (2008: 33,60%). Bewassing, energie en water Voor bewassing, energie en water gelden met ingang van 2009 de volgende normbedragen (in euro): Normbedrag voor
2009 maand 13,25 56,25
Bewassing Energie t.b.v. verwarmingsdoeleinden Energie t.b.v. 31,00 kookdoeleinden Energie t.b.v. andere 14,50 dan verwarmings- en kookdoeleinden Water 6,00
week 3,00 13,00
Dag 0,60 2,60
2008 maand 13,00 53,75
week 3,00 12,50
Dag 0,60 2,50
7,25
1,45
29,75
6,75
1,35
3,25
0,65
15,50
3,50
0,70
1,50
0,30
6,25
1,50
0,30
Gebruikelijk loon Een aanmerkelijkbelanghouder die arbeid verricht ten behoeve van zijn BV wordt volgens de wet verondersteld in 2009, gelijk aan 2008, een salaris van tenminste € 40.000 als loon te genieten. Heffingskortingen
Algemene heffingskorting Arbeidskorting (maximum t/m 57 jaar en jaarloon 2009 t/m € 42.509)
2009 € 2.007
2008 € 2.074
€ 1.504
€ 1.443
Voor werknemers met een jaarloon van meer dan € 42.509 wordt de arbeidskorting in 2009 verminderd met 1,25% van het inkomen dat meer is dan € 42.509, maar maximaal met € 24,00.
Nieuwsbrief lonen 2009
20
Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet 2009 6,90% 4,80% € 32.369
Percentage hoog Percentage laag Maximum bijdrage inkomen per jaar
2008 7,20% 5,10% € 31.321
Inwoning Voor inwoning gelden met ingang van 2008 de volgende normbedragen (in euro):
Normbedrag
2009 maand 154,50
week 35,75
dag 7,15
2008 Maand 152,50
Week 35,25
dag 7,05
Levensloopregeling Bij deelname aan de levensloopregeling heeft de werknemer recht op een levensloopverlofkorting van € 195 (2008: € 191) per jaar. Personeelsleningen In 2008 is er geen te belasten rentevoordeel bij een personeelslening, indien de werknemer tenminste 4,9% (2008: 5,3%) rente betaalt over het geleende bedrag. Premies werknemersverzekeringen werkgeversdeel
Maximum premieloon per jaar Franchise premie WW-Awf per jaar Premie WW-Awf Basispremie WAO/WIA Uniforme premie WAO Gedifferentieerde premie WGA
2009 € 47.802,12 € 16.443
2008 € 46.204,80 € 15.921
4,15% 4,75% 5,7% 5,65% 0,15% 0,15% Variabel per werkgever (zie beschikking Belastingdienst)
Het werknemersdeel van de premie WW-Awf bedraagt in 2009 nihil (2008: 3,50%). Vakantiebonnen In 2007 mochten vakantiebonnen, vakantietoeslagbonnen en daarmee overeenkomende afspraken (hierna: vakantiebonnen) onder voorwaarden op 92,5% van de nominale waarde worden gewaardeerd. Deze overgangsregeling wordt nog twee jaar voortgezet met een stapsgewijze verhoging. Per 1 januari 2009 dienen vakantiebonnen te worden gewaardeerd op 97,5% (2008: 95%) van de nominale waarde.
Verhuiskostenvergoeding Met ingang van 1 januari 2009 is het maximale bedrag voor een onbelaste verhuiskostenvergoeding € 7.750 (2008: € 5.445). Let op: de voorwaarden zijn gewijzigd (zie hoofdstuk 4).
Nieuwsbrief lonen 2009
21