Inhoud / Uit de redactie
Inhoud Schriftwerk / Woord van de voorzitter Jan van den Berg: Goed en nuttig te lezen - de heisa in de Duitse Evangelische Kerk Steven H. Fuite: Het Evangelie op Europese bodem (II)
blz. 3 blz. 4
In het vizier: Wat lezen wij? Dick Wursten: Jezus Sirach, Joodse wijsheid voor een niet-Joods publiek Peter Tomson: Heilige boeken en apocriefen in jodendom, christendom en islam
blz. 5 blz. 7
Personalia
blz. 9
Nieuws uit de Synodale Raad
blz. 10
Coördinatie Bezinning en Dialoog Peter Janssen: Martin Buber en de Joods-Christelijke Dialoog Greet Heslinga: Scheppingszondag 6 september 2015
blz. 11 blz. 13
Nederlandstalige communautaire coördinatie Maria Euwema: Gewoon een jeugdige dienst
blz. 15
Uw bijzondere aandacht voor Maria Euwema: Bevlogenheid koesteren en aanwakkeren Supervisie voor predikanten en kerkelijke werkers
blz. 16 blz. 18
Aankondigingen
blz. 20
Advertenties VPKB zoekt administratieve secretaris m/v
blz. 23
Colofon Protestantse Omroep
blz. 24
Uit de redactie Hoeveel Bijbelboeken zijn er? Het antwoord verraadt bij welke Kerk je hoort. Ben je protestant dan zeg je: 66. Ben je roomskatholiek: 72. En zo heb ik net op het internet geleerd: een koptische christen zal nog weer een ander getal noemen. Toch niet geheel betekenisloos, dit verschil. Er zijn dus boeken die volgens sommigen Gods Woord bevatten en volgens anderen niet. Dat roept vragen op: Welk criterium heb je daar eigenlijk voor? En kan een mens dat wel ? En breder: betrek een moslim bij het gesprek en een hindoeïst, en je bent vertrokken. Het antwoord zult u hier niet lezen. We doen wat verkennende en omtrekkende bewegingen rond de deutero-canonieke of apocriefe boeken (soms vallen die termen samen, soms niet). We horen stemmen uit de joodse en christelijke traditie. ______________________________________________________________________________ Namens de redactie, Dick WURSTEN.
2
september 2015
Schriftwerk
Goed en nuttig te lezen: de heisa in de Duitse Evangelische Kerk De ervaren Bijbellezer van protestantse snit weet dat het eerste deel van de titel slaat op de apocriefe boeken van het Oude Testament. Zelden of nooit worden ze nog in de kerk gelezen: de verhalen van de oorlogen van de Makkabeeën, de wijsheid van Jezus Sirach, Judith en het hoofd van Holofernes, de blinde Tobias, en de kuise Susanna in het bad, om de voornaamste slechts te noemen. In de kunstgeschiedenis zijn ze niet weg te denken. Vele van deze verhalen zijn de eeuwen door afgebeeld door schilders en beeldhouwers. Maar in de hoofden van de kerkgangers zijn ze nagenoeg weggevaagd. Een dergelijk lot dreigt voor de verhalen van het canonieke Oude Testament, dankzij de heisa die is ontstaan in de Evangelische Kerk in Duitsland. Wat is het geval? In 2013 werd door een Duitse theoloog, Notger Slenczka, verbonden aan de Humboldt universiteit in Berlijn, een artikel gepubliceerd over de vraag naar de waarde van het Oude Testament voor de christelijke Kerk. Hij herhaalt daarmee in zekere zin de oude these van de beroemde Duitse liberale kerkhistoricus Adolf von Harnack (1851-1930), die het in het begin van de vorige eeuw scherp formuleerde: het voorstel van Marcion in de tweede eeuw na Christus om het Oude Testament te verwerpen was een vergissing die de Kerk terecht heeft afgewezen; het in de zestiende eeuw te behouden was een noodlot waaraan de Kerk zich niet kon onttrekken; maar het in de negentiende eeuw als canonieke oorkonde van het protestantisme te bewaren, is het gevolg van een religieuze en kerkelijke verlamming. Slenczka heeft die stelling uit de mottenballen gehaald. Het onweer is intussen over hem los gebroken. Het internet en de Duitse kerkelijke en niet-kerkelijke pers staat vol met reacties tegen Slenczka. Gaan we naar een nieuwe strijd om het behoud van het Oude Testament, zoals in de tijd van Hitler? Drie jaar na de dood van Adolf von Harnack werd op 13 november 1933 het Oude Testament voor een menigte van meer dan twintigduizend aanwezigen in het Sportpalast in Berlijn publiekelijk afgeschaft door Reinhold Krause, één van Hitlers trawanten.
dr. Notger Slenczka
Slenczka had kunnen weten dat dit uiterst gevoelige materie is. De Kerk heeft altijd geworsteld met de betekenis van het Oude Testament. Er loopt een lijn van de ketter Marcion in de oude Kerk via de Engelse deïst Thomas Morgan in de achttiende eeuw en de Duitse theoloog en grootvader van het liberale protestantisme Friedrich Daniel Schleiermacher in het begin van de negentiende eeuw naar de ronduit anti-Semitische houding van Friedrich Delitzsch en vele andere theologen in het begin van de twintigste eeuw. De Nazi’s hadden het maar voor het oprapen. Terwijl ieder toch weet dat het Nieuwe Testament volkomen geworteld is in het Oude. Men mag moeite hebben met de soms rauwe verhalen die het Oude Testament rijk is, het ontcanoniseren van het eerste deel van de bijbel betekent het einde van elke behoorlijke theologie. God bewaar! __________________________________ Ds. Jan VAN DEN BERG, predikant te Brasschaat.
Bijdragen voor het volgende nummer verwacht de redactie graag uiterlijk 7 september 2015.
september 2015
3
Woord van de voorzitter
Het Evangelie op Europese bodem (II) - Handelingen 16, 25-34 (vervolg van Kerkmozaïeknummer, nr. 6 blz. 4) De Romeinse burgers Paulus en Silas hebben zich als Joden laten oppakken. Straks zal ten volle worden onthuld hoe een wáre Romein eruit ziet. Zover is het nu nog niet. Ze belanden in de kerker, de handen gebonden en de voeten geketend, aan het hout geslagen. Mensen die aan komen dragen met het vreemde verhaal over hét Koninkrijk voor allen, gaan dezelfde weg als hun koning. Een leerling is niet meer dan zijn meester. En de gelijkenis gaat verder. Ooit, in de nacht, vlak voordat zijn uur zou komen om uiteindelijk aan het hout te worden geslagen, had Jezus van Nazareth met zijn leerlingen Psalmen gezongen. De lofzang, in de nacht. Dat doen hier ook Paulus en Silas. Ze onderhouden de liturgie, blijven in hun leven eredienst vieren. Niet alleen in de kerk, ook in de kerker. Ze zingen niet uit overmaat van moed, barstend van Godsvertrouwen - wie weet krijgen we zo meteen een aardbeving en schieten de boeien open. Neen, dit is fluiten in het donker. Een echt Gloria, uit de diepte. Zo brengen ze de liturgie, het zingen van Gods lof, een plaats binnen waar je elke hoop zou laten varen. Zij ook. Een plek van snerpende bevelen en machteloos geklaag. Lukas vertelt een Paasverhaal, niet het triomfantelijke relaas over twee onschuldigen die dan toch maar mooi worden bevrijd. Dat heeft ook weinig zin. Er zitten zoveel onschuldigen vast en die blijven ingesloten, velen zullen nooit meer in vrijheid het daglicht zien. Vroeger niet en nu niet. Vele drugshoertjes zullen altijd het bezit van een ander blijven. Psalmen zingen in de nacht. Ook in de kerk. We zingen van alles en nog wat. Dat de aarde vol is van Gods lof bijvoorbeeld. Niet omdat we na veel denken hebben besloten dat ’t zo is, maar juist omdat het niet zo is. We zingen onszelf de hoop te binnen, op een omkeer. Dát is de lofzang die Paulus en Silas gaande houden. Psalmen in de nacht. Wanneer de boeien van Paulus en Silas stukbreken, blijkt de bevrijding niet alleen hen maar állen te betreffen. Dat is voor het verhaal wel aardig, maar waren daar niet toch ook serieus gevaarlijke gasten bij? De cipier schrikt wakker. Had, hoewel je een aardbeving niet tegenhoudt, nooit de ogen mogen sluiten. Ziet een poort wijd openstaan en vreest een collectieve ontsnapping. Wil, daar het voor een Romein ondenkbaar was om ter dood veroordeeld te worden, de eer aan zichzelf houden en zelfmoord plegen. Hé, we zijn hier nog hoor, allemaal! roept Paulus. Moet je je voorstellen! Wat een absurd verhaal. Het is Evangelie, een bevrijding die allen betreft, ook de cipier. De gevangenen blijven ter plekke, nu in volle vrijheid.
4
september 2015
Heren (!) zo vraagt de cipier Wat moet ik doen om gered te worden? Dat vraagt hij niet uit lijfsbehoud; alle gevangenen zijn er nog. Het antwoord: Geloof in de Heer Jezus en je zult gered worden, jij en je huisgenoten… Laat je binnendragen in dat zoeken naar God, in dat zingen van Gods lof, in licht en donker,… laat je herijken in het mens-zijn, kom binnen in dat niet-hokjes-denken. Welkom bij de mensheid, bij echte Romeinen! En zoals al die gevangenen, hoewel bevrijd, op hun plaats bleven, zo blijft ook de cipier waar hij is. Maar híj neemt zijn oude plaats op andere wijze in. Hij wordt bevrijder. Niet omdat hij voor Paulus en Silas de deur openzet, voor zover nog nodig, maar omdat hij tot ziekenbroeder, tot barmhartige Samaritaan wordt. Hij wast de wonden van de geseling schoon. Midden in de nacht wordt hij gedoopt, met zijn huisgenoten, als een soort voetwassing voor het avondmaal. Daarna schuiven ze samen aan tafel. Zoals deze twee in de kerker van Filippi, zo zijn er velen die op deze aardbol Psalmen hebben gezongen in de nacht. Vroeger en nu. Joden en niet-Joden, mensen die zich vastklemmen aan de woorden van de Schrift, twijfelend, wanhopig op zoek naar God. Zingend, tegen alles in. Het merendeel maakt geen bevrijding mee. Velen kennen weliswaar net als Paulus en Silas hele Schriftgedeelten uit het hoofd, stamelen de woorden, maar er volgt geen aardbeving. Ze gaan ten onder, met liturgie en al. Talloze mensen krijgen de onheilstijding van een ernstige ziekte, velen worden niet genezen. Vele slachtoffers van oorlogen of moderne slavernij worden niet ontzet, gaan ten onder, ook in Europa, gereduceerd tot en vernederd als bezit, overgeleverd aan de willekeur van zogenaamde heren of dames. De moraal van dit verhaal is dan ook niet dat het een ieder die maar hard genoeg bidt of zingt, zal vergaan als Paulus en Silas hier. Neen, er is een woord, een taal die draagt door dag en nacht, door licht en duister. Dat woord dient bezongen te worden. Ieder op zijn eigen wijs. Als het maar bezongen wordt, in hoop en in wanhoop. Geloven in een God die bevrijdt, en zelf bevrijder worden, dat moet je leren. Een leven lang. __________________________________ Ds. Steven H. FUITE, Voorzitter Synodale Raad.
In het vizier: Wat lezen wij ?
Jezus Sirach, Joodse wijsheid voor een niet-Joods publiek Boeiende lectuur, vlot geschreven, afwisselend van stijl. Geschreven in tijden van crisis door een oude wijze man (ca. 180 v.C.), vertaald en van een inleiding voorzien door zijn kleinzoon (ca. 130 v.C.). Kortom: de Wijsheid van Jezus Sirach is een fascinerend apocrief (of deutero-canoniek) boek. Dick Wursten licht een tipje van de sluier op. Een wijze Schriftgeleerde aan het werk In de tijd dat er grote spanning was rond het voortbestaan van de Joodse godsdienst (zo rond het jaar 180 v.C., nog voor de opstand der Makkabeeën – ander apocrief boek), zet zich een schriftgeleerde wijze (een sofeer) in Jeruzalem aan het werk. Jesjoea ben Sira heet hij, Jezus de zoon van Sirach. Welbewust en zelfbewust treedt hij in de voetsporen van de Aartswijze, koning Salomo, en probeert levenservaring, Schriftkennis en de huidige tijd op elkaar te betrekken. Vijftig hoofdstukken lang laat hij ons delen in het resultaat van zijn bezinning. Alles komt aan de orde. En altijd bemiddelt hij tussen de geest van de tijd en de overlevering der vaderen. Kerngedachte is dat vanuit de vreze des Heren er zeer veel leef- en denkruimte is voor een Joodse gelovige, vooral ook omdat er een groot bemiddelaar is: de wijsheid zelf (vrouwe Wijsheid, Sofia: lees het loflied op haar: h. 24). Blijkbaar voldeed het werk aan een behoefte, want het werd massaal gekopieerd en gelezen. De kleinzoon vertaalt Als de kleinzoon van de schrijver zich een halve eeuw (en een nog diepere crisis) later in Alexandrië vestigt, merkt hij dat ook daar het werk van zijn grootvader wordt geapprecieerd. Er is echter één handicap. Men leest – ook in Joodse middens – nog maar moeizaam Hebreeuws. Sterker nog: velen van hen die in deze metropool met z’n beroemde bibliotheek leven, spreken en lezen enkel Grieks. En nu zet ook de kleinzoon zich aan een ambitieus project: hij zal het geschrift van zijn grootvader vertalen in het Grieks. Dat valt niet mee, zo verzucht hij in het woord vooraf. Dat vreemde Hebreeuws in het Grieks vertalen is quasi onmogelijk, maar toch moet het: gedachten overzetten van de ene taal (met alle associaties en connotaties van dien; taal is een epifenomeen van een hele cultuur) in een andere, anders gaat de communicatie tussen mensen, volkeren en generaties verloren. In zijn vertaling is het in de kerke-
lijke canon (afdeling 2, deutero-canoniek) van het Oude Testament terechtgekomen. Het heet daar Ecclesiasticus (het boek van de kerk), wel te onderscheiden van Ecclesiastes (het boek van de kerkman, de Prediker). Beide boeken zijn overigens verwant niet alleen qua inhoud maar ook qua denkstijl en belevingswereld. Enkel omdat het laatstgenoemde boek toegeschreven werd aan Salomo (ten onrechte overigens) werd het geaccepteerd als onderdeel van de Hebreeuwse Bijbel. Stof tot nadenken Veel wijsheidsliteratuur is jong. Het hoort bij het laatste deel van de Joodse canon, de Geschriften. Enerzijds betekent dit dat de heiligheidsgraad geringer is dan van de Wet en de Profeten, maar anderzijds: wijsheid komt met de jaren (en qua godsdienst met de eeuwen) en heeft een eigen aansprekelijkheid, juist omdat het dichterbij ons staat, menselijker is. Het boek Prediker en het boek
september 2015
5
In het vizier: Wat lezen wij ? Job staan niet voor niets in de top 10 van menige gelovige èn ongelovige. Het menselijke, filosofische aspect is wat ons boeit. Naast een leerstellige cultuur (dogma’s en geloofsinhouden) en een rituele vormgeving (eredienst en liturgie) geeft het geloof immers ook te denken, zeker na verloop van tijd. Wat moet je nu, in deze tijd, eigenlijk met dat oude geloof beginnen ? Hoe vertolk je dat ? Wat blijft overeind, wat moet aangepast worden ? Kan dat aangepast worden ? En waar houdt dat op, ik bedoel: wanneer is het geloof zozeer veranderd dat het iets anders is geworden ? Alle godsdiensten zijn met deze vraag bezig. En als ze het niet zijn, dan houd ik mijn hart vast, want dan zijn het vormen van irrationeel machtsdenken geworden. Wijzen en Schriftgeleerden hebben de roeping om precies dit te doen, nadenken over het geloof. Doctor was bij Calvijn een apart ambt. Een spectaculaire ontdekking Sinds een eeuw kennen we ook de (originele) Hebreeuwse versie van dit boek, weliswaar niet compleet (ong. 70%), maar toch. Het is een prachtig verhaal: twee reislustige Engelse zussen kochten in 1896 in het Midden-Oosten een hoeveelheid Hebreeuwse boekrollen en papieren snippers en lieten die bij thuiskomst zien aan professor Solomon Schechter (Cambridge). Deze herkent op één van de papieren een fragment uit Jezus Sirach. U kunt zich zijn opwinding voorstellen: echte Entdeckersfreude. Hij leest de originele woorden van Jesjoea ben Sira, niet de vertaling van zijn kleinzoon. Telegrammen flitsen heen en weer en de volgende dag wordt al een grote speuren opkoopactie gestart. Het bleek te gaan om boekrollen uit de Geniza (bewaarplaats van teksten die de Godsnaam bevatten en dus niet vernietigd mogen worden) van de Ibn Ezra synagoge te Caïro. Nadien zijn ook Hebreeuwse fragmenten van dit boek temidden van de Dode-Zeerollen aangetroffen en heel verrassend: een lange passage in de kazematten van de vesting Massada, u weet wel, het Montségur van het Joodse verzet in de eerste eeuw. Vertalen om te communiceren Wat deze ontdekkingen bijzonder interessant maakt, is dat de vertaalfilosofie van de kleinzoon zichtbaar wordt. Hij heeft een vertaling gemaakt op maat van zijn doelpubliek: geletterde Grieken en Joden in Alexandrië, gepokt en gemazeld door de Griekse cultuur. In het vers dat enige tijd geleden mijn aandacht trok prijst de kleinzoon de vakkundigheid van musici en lieddichters. De Hebreeuws tekst van Sirach sr. blijkt echter specifieker. Hij vernoemt enkel de makers van Psalmen en de verzamelaars van Spreuken (h. 44:5), twee typisch Joodse bijbels-literaire categorieën. Zij worden door Sirach jr. zo weergegeven dat ook de niet-Joden er zich iets bij kunnen voorstellen. Het is duidelijk: Hij wil communiceren en wordt – net als Saul/Paulus later – De Grieken een Griek.
6
september 2015
Dankt, dankt nu allen (Israëls) God Helemaal duidelijk wordt dit in het stuk van Jezus Sirach dat u kent, zonder het te weten: het lied waarmee het boek eindigt: Dankt, dankt nu allen God. Dat is een berijming van Jezus Sirach (50:22). Sirach sr. schreef in het Hebreeuws (vertaald): Nu dan, zegent JHWH, de God van Israël, Die wonderbare dingen doet op aarde. In de tijd dat de Duitse dichter/berijmer Martin Rinckart dit vers las, was enkel de Griekse (door Luther in het Duits vertaalde) versie van Sirach jr. bekend. Daar stond: Prijst nu de God van alles wat bestaat, Die overal grote daden verricht. Sirach jr. heeft de Godsnaam (JHWH), zo karakteristiek voor het Joodse geloof en diens speciale betrokkenheid op dat ene volk (de God van Israël) vervangen door een omschrijving die voor zijn lezers in de hellenistisch-griekse wereld aanknopingspunten biedt. Hij heeft een locale godheid al vertalend, vertolkend, omgevormd tot een mondiale godheid. Is dat verraad ? Ik dacht het niet. En als u vindt van wel, dan staat de hele christelijke traditie in het beklaagdenbankje. Als je je afkomst maar niet vergeet (en dat doet Sirach jr. ook niet. Immers dit is het vervolg: Die ons vanaf de moederschoot verheft En ons zijn barmhartigheid toont. Hij geve ons een vrolijk hart En vrede in onze dagen, in Israël, zoals in de dagen van weleer…) dan mag je, dan moet je, creatief vertolken wat er staat geschreven want anders ben je de boodschap kwijt. Om in een andere tijd hetzelfde te zeggen als vroeger moet je het immers anders zeggen. _____________________________________________ dr. Dick WURSTEN
Voor geïnteresseerden: Jezus Sirach kunt u lezen in de NBV (de rooms-katholieke editie) of op het internet (b.v. http://www.willibrordbijbel.nl/) N.B. Beide malen niet een vertaling van de Hebreeuwse tekst, maar van de Griekse, want die is gecanoniseerd ! Achtergrondinfo: Panc Beentjes, De wijsheid van Jezus Sirach (Damon, 2006).
In het vizier: Wat lezen wij ?
Heilige boeken en apocriefen in jodendom, christendom en islam Spreek je van apocriefen, dan heb je het ook over heilige boeken. Alles draait om de boeken die de gemeente leest in de eredienst. Bovendien gaat het om de interpretatie die daaraan gegeven wordt. Het gaat dus om vier begrippen die onderling samenhangen, en die wij bespreken in deze volgorde: eredienst, boeken, gemeente, en interpretatie.
Eredienst Het kader van alles is de eredienst, met name de wekelijkse samenkomst: op zaterdag voor joden, zondag voor christenen, vrijdag voor moslims. We komen samen om een gedeelte uit de heilige Schrift te lezen en meestal ook te luisteren naar een preek. In orthodox-joodse gemeentes wordt vaak alleen voorgelezen, naast de gebeden en gezangen. Voor joden is het voorlezen het belangrijkste. Het is dan ook een heel ritueel. Er wordt voorgelezen uit perkamenten boekrollen. Zeven mannen worden daartoe opgeroepen, in progressief-joodse gemeentes ook vrouwen. Dat gebeurt voor het eerst als je 13 jaar wordt, of 12 als meisje. Dan ben je bar mitswa of bat mitswa, letterlijk kind van het gebod: oud genoeg om voor de geboden in aanmerking te komen. Je moet dan een stuk voorlezen op de overgeleverde, zangerige wijs. Protestantse gemeenten maken niet zoveel werk van het voorlezen. Meestal doet de voorganger het op sobere wijze. In rooms-katholieke en anglicaanse parochies gebeurt het met meer ceremonieel en worden lectoren ingezet. In oosters-orthodoxe kerken wordt op zangerige toon gereciteerd. Voor alle christenen is de Schriftlezing een wezenlijk moment van de dienst. Ook de Koran wordt zangerig gereciteerd. De naam zelf, Koer’an, betekent precies dat: voordracht, reciet. Het langzaam, op indringende toon voordragen is de kern van de eredienst. Dit gebeurt uit het hoofd, door de voorlezer of door de gelovige zelf. Een goede moslim kent (stukken van) de Koran uit het hoofd.
Boeken Zo blijken de drie godsdiensten van het boek zeer verwant terwijl ze toch markant verschillen. Dat heeft alles te maken met de boeken die ze lezen. Joden lezen alleen het Oude Testament, christenen Oud en Nieuw Testament, moslims alleen de Koran. Hier komt de canon om de hoek kijken. Het woord betekent meetlat of richtsnoer. De canon is het richtsnoer van de boeken die de gemeenschap leest. Wat gelezen wordt, heten heilige geschriften (Rom. 1:2). Deze geschriften worden in de gemeenschap gelezen, niet andere. Die worden verborgen ze zijn apocrief, letterlijk: verborgen. Een apocrief boek is als zodanig niet verboden, maar wordt niet in de gemeenschap voorgelezen. De canon definieert dus welke boeken heilig zijn en welke apocrief. Je zou kunnen zeggen dat voor joden het Nieuwe Testament en de Koran apocrief zijn, voor christenen de Koran, en voor moslims Oud en Nieuw Testament. In de
september 2015
7
In het vizier: Wat lezen wij ? praktijk spreekt men van de apocriefe boeken van het Oude Testament zoals Judit en Makkabeeën, die qua sfeer dicht bij de bijbelse boeken staan, maar toch niet in de canon van voorgelezen boeken zijn opgenomen. Ook het Nieuwe Testament is omgeven door verwante geschriften. Men noemt deze de Apostolische Vaders, bijvoorbeeld de Didachè of de Brieven van Clemens en van Ignatius. Ze stammen uit dezelfde gemeenschap als het Nieuwe Testament. De kerk keurde ze inhoudelijk niet af, maar nam ze toch niet op in de canon van voorgelezen boeken. Daarnaast bestaan er apocriefe evangeliën, handelingen en openbaringen die doorgaans uit een concurrerende gemeenschap stammen en door de kerk werden afgekeurd als sectarisch.
maat nam. Je bent niet alleen wat je leest, maar ook hoe je leest. Dit valt bij alle mensen van het boek waar te nemen. Fundamentalisten lezen letterlijk en enghartig, liberalen kijken minder nauw. Het Conservative Judaism neemt een tussenpositie in: men aanvaardt niet alleen heel de tekst, maar ook heel de gemeenschap. Dat levert geen rationele antwoorden op, eerder een worsteling om betekenis en paradoxale oplossingen. Een vergelijkbare houding wordt aan Jezus toegeschreven. Hij hamerde op het belang van de Tien Geboden, bijvoorbeeld het vijfde, het eren van de ouders. Toch zei hij over het vierde gebod: De mens is er niet voor de sabbat, maar de sabbat voor de mens (Marcus 7:10 en 2:27).
Gemeente Zo wordt duidelijk dat een gemeenschap of kerk zich geestelijk afbakent door de boeken die zij laat voorlezen. In de praktijk ging dat meestal geleidelijk. Bepaalde boeken zoals de Openbaring van Johannes werden lange tijd maar door enkele kerken gelezen. Ook het evangelie van Johannes werd niet overal onthaald; de belangrijke kerk van Rome heeft het pas vanaf de derde eeuw omarmd. Halverwege de tweede eeuw ontstond in de kerk een belangrijk conflict over de vraag of het Oude Testament nog wel gelezen moest worden. Marcion, een priester in Rome, vond van niet, en velen met hem. Op de achtergrond speelde hier wellicht mee, dat de joden in de door Simon bar Kochba geleide opstand tegen de Romeinen vernietigend verslagen waren. Daardoor waren de joodse godsdienst en de joodse bijbel ineens verschrikkelijk impopulair. De kerk van Rome besloot niettemin dat het Oude Testament erbij hoort en zette Marcion buiten. Christenen en joden zijn verbonden omdat ze allebei het Oude Testament lezen.
_____________________________________________ Dr. Peter TOMSON, gasthoogleraar aan de KU Leuven.
Kerkmozaïek beleeft Dickxit
Toch is de anti-joodse stemming nooit helemaal verdwenen. De neiging om alleen het Nieuwe Testament te lezen en niet het Oude bleef terugkeren tot de huidige dag.
Interpretatie Het laatste begrip dat we bespreken is niet het onbelangrijkst: interpretatie. Een heilige tekst heeft het grote voordeel dat ieder die kan lezen toegang heeft. Het nadeel is dat de tekst vastligt en niet mee verandert. Er zijn verschillende manieren om daarmee om te gaan. Dit heeft slaat terug op de houding tegenover anderen. Wie enghartig leest, zal ook enghartig staan tegenover andere mensen en neigen tot een enge gemeenschap. De Dode-Zee-rollen geven blijk van een gemeenschap die heel letterlijk las en andere mensen heel letterlijk de
8
september 2015
Tijdens de redactievergadering van 7 juli jl. heeft Dick Wursten, gezien de toename van zijn vele werkzaamheden, afscheid genomen van de Kerkmozaïekredactie, waarin hij 13 jaar met verve en inzet zetelde. Dank, Dick, voor alles wat je hebt betekend voor het blad en het redactieteam!
Personalia
Ds. Bernard Blommaert Emerituspredikant ds. Bernard Blommaert verhuisde onlangs naar een ouderentehuis. Zijn nieuw adres : Home Sebrechts - kamer 336 François Sebrechtslaan 40 1080 Brussel Tel: 02/ 464 15 44 0478/ 79 47 57
Overlijden De Synodale Raad vernam het plotse overlijden van Marcel Aerts, de broer van inspecteur protestants-evangelisch godsdienstonderwijs dhr. Herman Aerts. Wij wensen inspecteur Aerts en zijn familie veel sterkte met dit verlies.
Remy Paquet In zijn vergadering van 19 juni jl. besloot de Synodale Raad het advies van de Commission des Ministères te volgen en dhr. Remy Paquet te laten beginnen als studentopdrachthouder. Zijn contract van studentopdrachthouder vangt aan op 1 september 2015.
Ds. Patricia Forceville Naar aanleiding van de pensionering van ds. Patricia Forceville als luchthavenaalmoezenier wordt op 13 september a.s. om 10:00 een dankdienst georganiseerd in de gemeente Vilvoorde.
Françoise Nimal Françoise Nimal, oud-studente van de Faculteit voor Protestantse Godsgeleerdheid (master 2013-2014) en op dit ogenblik proponente binnen de VPKB, is laureate voor de Prix de l’Université des femmes 2015. Ze heeft de eerste prijs ex aequo gewonnen met haar thesis “Eloignez-vous de moi, malfaisants!” De la plainte dépressive à la grâce de l’affirmation de soi. Herméneutique du psaume 6 dans une perspective féministe et pastoral. De prijs van de Université des Femmes, gesteund door de Directie Gelijke Kansen van de Franse Gemeenschap – Federatie Wallonië-Brussel, kan uitgereikt worden in iedere discipline, maar moet op een relevante manier het statuut van de vrouw belichten en bijdragen aan de betrekkingen tussen de geslachten. Het is bijzonder en uitzonderlijk dat deze prijs de theologische wetenschap ten deel valt. Bron : http://www.universitedesfemmes.be/universitedes-femmes-bruxelles/prix-universite-des-femmes
Ds. Yolande Bolsenbroek Mevr. ds. Bolsenbroek, voor het ogenblik predi-kante te Gembloux, zal vanaf 1 april 2016 predikant worden te Rixensart.
Ds. Jonathan Mbatso Vanaf 1 oktober 2015 neemt ds. Mbatso het ambt als predikant op in de gemeente Nivelles. Hierdoor wordt zijn huidige gemeente Pâturages vacant. De bevestigingsdienst vindt plaats op 18 oktober a.s. om 15:00.
Vacature administratief secretaris (m/v) Per 1 oktober 2015 zoekt de VPKB een administratief secretaris voor de vrijgekomen plaats van Jurgen Renders. De advertentie vindt u verderop in dit nummer.
Ds. Sylvie Richard Mevr. ds. Richard heeft het beroep van Tournai aangenomen en zal daar op 18 oktober 2015 om 15:00 als predikant bevestigd worden. Hierdoor wordt haar huidige gemeente Rixensart vacant.
september 2015
9
Nieuws uit de Synodale Raad
Geuzenpenning
Staatserkenning Morville
De Verenigde Protestantse Kerk in België vierde op 17 oktober 2014 het feit dat 175 jaar geleden de eerste en stichtende vergadering van een Protestantse Synode in het land plaatsvond, die reeds enkele weken nadien door de burgerlijke overheid werd erkend. Naast de diverse manifestaties werd er in een bijzondere uitgave van de Geuzenpenning voorzien. De penning draagt de beeltenis van onze huidige vorst, Koning Filip I. Om onze erkentelijkheid uit te drukken voor de genoten vrijheid, waarin wij als protestantse minoriteit in ons land al die tijd het christelijke geloof op onze eigen wijze mochten beleven en vormgeven, zal Koning Filip I een Geuzenpenning worden aangeboden, die vervaardigd is van zilver (legering: Ag.999/000).
Met vreugde kunnen wij u melden, dat Minister van Justitie Koen Geens einde juni 2015 liet weten, dat na ruim 21 jaar ingegaan werd op de erkenningsaanvraag (ingediend op 09.03.1994) voor Morville en dat aan deze gemeente bij Koninklijk Besluit een predikantswedde verbonden werd. Ds. Georges Quenon, die sedert 1 september 2010 de gemeenten Dinant-Morville en Louvain-la-Neuve bedient, kan nu dus officieel ingeschreven worden op deze predikantsplaats.
Bestellen? Wie zelf ook zo’n zilveren penning wenst aan te schaffen (legering: Ag.925/000) krijgt daartoe de gelegenheid. Elke penning is genummerd en wordt in een schrijn gepresenteerd. De kostprijs bedraagt € 123,00 (exclusief € 10,00 verzendkosten). De uitgave werd gerealiseerd door: Mauquoy Medal Company N.V. te Grobbendonk. U kunt deze munt bestellen door het overeenkomende bedrag te storten op : Bankrekeningnummer: BE29 0680 7158 0064 t.n.v. Uniprobel vzw met als mededeling: Geuzenpenning, gevolgd door uw naam en voornaam. De Werkgroep 175 jaar Synode
Franstalige erkenningsaanvragen Om erkenningsaanvragen in de Waalse regio vlotter te laten verlopen, had de FOD Justitie erop aangedrongen dat alle dossiers (zowel de lopende als de nieuwe) zouden herwerkt worden volgens de modellen, zoals deze gehanteerd worden door de Vlaamse regering. De Nederlandstalige erkenningsaanvragen zijn immers veel gedetailleerder, duidelijker ook, en roepen minder vragen op die voor vertraging zorgen. De covoorzitters van de Centrale Raad van de ARPEE waren overeengekomen, dat ze een sjabloon voor erkenningsaanvragen zouden opstellen, dat alle gemeenten moeten volgen. Gemeenten met een lopende erkenningsaanvraag moeten hun aanvraag volgens dit sjabloon herwerken. Dit sjabloon is ondertussen klaar in het Frans en werd naar de betrokken gemeenten verzonden door onze dienst Boekhouding. Meer informatie bij dhr. Xavier Moser:
[email protected]
Franstalig Brabant De districtsvergadering Franstalig Brabant van 30 mei jl. heeft ds. Patrick Evrard verkozen tot nieuwe voorzitter, nadat ds. Emile Carp deze functie lange tijd op zich nam.
West-Henegouwen Na het ontslag van Philippe Estiévenart als districtsvoorzitter heeft ds. Vincent Bianchi deze taak per 1 juli 2015 overgenomen. De Synodale Raad dankt de oud-districtsvoorzitters voor hun diensten en wil de nieuwe voorzitters feliciteren met hun verkiezing.
10
september 2015
Jeugd-Plateforme-Jeunesse Een tijdje geleden werd een platform opgericht, waarin de verschillende actoren rond jeugd zetelen: SPJ, ProJOP, catechesedienst Franstalig, de jeugdcentra te Nessonvaux en te Amougies, de diaken met bijzondere opdracht Jeugd Franstalig Brabant, KAP-kamp, Kompaskamp… Doelstelling is niet, een nieuwe structuur in het leven te roepen, maar om twee per jaar samen te komen om informatie uit te wisselen. De Synodale Raad is zeer gelukkig met dit initiatief omdat het altijd goed is om samen te werken en van elkaar te leren.
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Werkgroep Christendom-Jodendom
Martin Buber en de Joods-Christelijke Dialoog “Zodra het ons, Christenen en Joden, werkelijk om God zelf gaat en niet enkel om onze godsvoorstellingen, zijn wij, Joden en Christenen, in het voorgevoel (Ahnung) verbonden, dat het huis van onze Vader anders in elkaar zit, dan onze menselijke ontwerpen menen.” – Martin Buber. Dit citaat van de grote Joodse denker, die de hele lijdensgeschiedenis van het Joodse volk in de eerste helft van de 20ste eeuw heeft meegeleefd, is één van de redenen waarom hij bij vele mensen van onze tijd een bekende persoon is. Op 13 juni jl. was het 50 jaar geleden, dat hij overleed in Jeruzalem. Maar zijn naam leeft voort, nog steeds. Ik mocht voor Kerkmozaïek enkele biografische en academische notities over hem opschrijven.
Filosoof van de dialoog Martin Mordechai Buber wordt in Wenen geboren. Als hij 3 jaar is, scheiden zijn ouders. Een ingrijpende gebeurtenis. Later vertelt hij hierover dat hij lang op zijn moeder heeft gewacht, totdat het kindermeisje hem op het balkon eindelijk vertelde, dat zij nooit terug zou komen. Ik vermoed, zegt hij op zijn oude dag, dat alles wat ik ooit aan echte ontmoeting in de loop van mijn leven ervaren heb, zijn oorsprong vindt in dat moment op het balkon. Ik roep deze fundamentele ervaring op, omdat Buber bekend staat als de filosoof van de dialoog. Die filosofie, zo durf ik zeggen, is dus geworteld in een hunkering uit zijn vroegste leven. Buber groeit op bij zijn grootouders in Lemberg, die hem thuis opvoeden. Hij studeert vervolgens aan de universiteiten van Wenen, Leipzig, Zürich en Berlijn. Hij maakt dan tijdelijk een geloofscrisis door.
Streven naar een bi-nationale staat Tijdens zijn studententijd raakt hij betrokken bij de zionistische beweging van Theodor Herzl, maar kan de politieke accenten van Herzl niet volgen. Herzl ziet als doel van het zionisme de stichting van een eigen natie, een thuis voor het Joodse volk, waarin religie en cultuur niet doorslaggevend hoeven zijn. Buber daarentegen pleit voor een bi-nationale staat van Joden en Arabieren, omdat hij niet wil dat de Joden over de Arabieren zouden heersen. Daarom steunt hij de beweging Brit Shalom. Toch blijft hij bevriend met Herzl en de andere leiders van het Zionisme, zoals Chaim Weizmann. In die zelfde tijd (1899) leert hij de niet-joodse schrijfster Paula Winkler kennen en trouwt met haar. Later bekeert ze zich tot het Jodendom. Zij schenkt hem twee kinderen: Rafaël en Eva.
Dichtbij de bron Het is niet mogelijk om de hele levensloop van Buber te schetsen. Maar ik wil toch enkele belangrijke momenten naar voren halen, waarvan de sporen ook nu nog in vele boekenkasten te vinden zijn. Buber is zeer bekend geworden om zijn uitgave van de Chassidische Vertellingen. Vanaf 1903 hield hij zich eerst met de vertellingen van Rabbi Nachman en van de legenden van de Baalshem bezig, later ook, meer inhoudelijk, met de denkwereld van deze mystieke beweging, wat grote invloed zou hebben op zijn filosofische en theologische denken. Hij was ook een eminent bijbelgeleerde. In 1923 werkte
september 2015
11
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Werkgroep Christendom-Jodendom hij met Frans Rosenzweig aan een bijzondere vertaling van de Joodse bijbel in het Duits. Hij had filologie gestudeerd en wilde de eigensoortige en oorspronkelijke betekenis van het Hebreeuwse taaleigen zo dichtbij onze Westerse taal brengen als maar mogelijk was. Ook het resultaat van deze arbeid is in vele bibliotheken van dominees terugvinden. Deze methode heeft ook in de laatste decennia nog navolging gevonden in de Naardense bijbel.
De ontmoeting staat centraal Nog een ander boek staat er wellicht bij u in de kast, zijn filosofisch hoofdwerk Ich und Du (Ik-Gij). Het uitgangspunt voor het begrijpen van het bestaan is niet de mens of de wereld, maar de ontmoeting van de ene mens met de andere. De mens bestaat door de relatie en ontmoeting met de ander. Zo bezien, is de ontmoeting eigenlijk het meest wezenlijke in het leven. De diepe hunkering hiernaar uit zijn kinderjaren geeft hier concreet reliëf. De ontmoeting is in al zijn concreetheid en authenticiteit de ervaring bij uitstek, nog los van enige kwalificatie of objectivering. In het verlengde van die relatie ligt de relatie en ontmoeting met God. Maar ze houdt op er te zijn, wanneer de ander, en ook God, een ding wordt.
Man van de dialoog Buber was zeer kritisch over religies. Hij noemde zichzelf dan ook geen filosoof of theoloog, want daarmee werd het geheim te gemakkelijk een object, een ding. Deze opvatting zal belangrijk zijn voor de latere ontwikkeling van de Joods-Christelijke dialoog. Buber was professor aan de Universiteit van Frankfurt-am-Main tot 1933, het jaar dat Hitler de macht greep. Hij werd door de Nazi’s uit zijn ambt gezet. Om zijn Joodse medeburgers te ondersteunen, reisde hij door het land om lezingen te geven. In 1938 kon hij naar Israël emigreren. Datzelfde jaar werd in de Kristallnacht zijn huis in Heppenheim door de SA verwoest. Reeds lang hersteld, huisvest het vandaag het hoofdkwartier van de International Council of Christians and Jews. In Israël werd Buber hoogleraar aan de Hebreeuwse Universiteit. Hij ijverde tevergeefs voor een bi-nationale staat. Na de oorlog zette hij zich o.a. in voor de relaties tussen Israël en Duitsland. Vlak voor zijn overlijden mocht hij vernemen dat beide landen diplomatieke relaties hadden aangeknoopt.
Betekenis voor vandaag In onze tijd blijkt er weer hernieuwde aandacht voor het gedachtengoed van Martin Buber. Onlangs verscheen van Prof. Kuschel uit Tübingen het boek: Martin Buber – seine Herausforderung an das Christentum (2015). Op de Compass (www.compass-infodienst.de) verscheen daarover een uitvoerig artikel. Vandaag Buber gedenken, betekent: de dialoog gaande houden. Dialoog, nood-
12
september 2015
zakelijk voor de verdieping van je eigen geloof, kan alleen geschieden via woord en wederwoord. In de JoodsChristelijke dialoog wordt dan duidelijk dat het proces niet af is en dat het ook telkens bedreigd wordt door politiek extremisme en religieus exclusivisme. Het enthousiasme van de 70-er en 80-er jaren is voorbij. Er is stagnatie. Er zijn sinds de oorlog gelukkig allerlei academische instellingen en organisaties die de dialoog hebben vooruit geholpen, maar er zijn helaas ook obstakels bij gekomen die de voortgang afremmen. Hernieuwde vormen van Jodenhaat, de aanslagen in West-Europa, het voortduren van het conflict in Israël, en de laatste tijd de hallucinante dreiging van IS over het hele Midden-Oosten. Niettemin is de dialoog een onontkoombare noodzaak en de enige mogelijkheid om aan het Armageddon van de tegenstellingen te ontkomen. Buber zegt dat we een menselijke gemeenschap moeten opbouwen, waarin de onmiddellijkheid van de Ik – Gij-relatie in de volle breedte van de maatschappij verwerkelijkt wordt. En hij wijst op het Jubeljaar, in het midden van de Torah, waarbij de oorspronkelijke bezitsverhoudingen werden hersteld, opdat de ongelijkheden in de menselijke samenleving, die onherroepelijk ontstaan, niet in de structuren zouden worden vereeuwigd. Voilà, een zeer moderne en actuele gedachte!
Wandelen op een bergkam Buber was voor alle ideologen een uitdaging. Voor de orthodoxen was hij niet vroom genoeg, voor de nationalisten te vriendelijk voor de Arabieren. Toch heeft hij grote invloed gehad en nog: de grote werkuitgave van zijn geschriften omvat reeds 21 banden! Zelf was hij bijzonder kritisch voor de godsdiensten, vanwege de onbeschikbaarheid van de Eeuwige. De Ik-Gij relatie is het wandelen op een bergkam met aan weerszijden de afgrond, met name de afgrond van de godsdienst waarin men zich zo zeker waant in zijn uitspraken over het absolute. Op de bergkam word je pas mens, daar in alle onzekerheid voortgaan om de verhuld blijvende Eeuwige te ontmoeten.
____________________________________________ Namens de werkgroep ChristendomJodendom ds. Peter JANSSEN.
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Werkgroep KidS
Scheppingszondag 6 september 2015 Alle VPKB-gemeenten hebben inmiddels de liturgische suggesties voor
Scheppingszondag ontvangen. Het thema is dit jaar de klimaatverandering met een aansprekende slogan: Het klimaat verandert ook mij. De werkgroep hoopt dat er in vele plaatselijke gemeenten aandacht aan wordt besteed op zondag 6 september (of op een andere zondag).
Een gebed uit de liturgie van Ecokerk voor Scheppingszondag 6 september Wij mensen, geschapen naar Uw beeld, om op U te gelijken Zijn afgeweken van onze opdracht Om zorg te dragen voor de aarde, Om zorg te dragen voor elkaar. De aarde waarop en waaruit wij leven is grondig verstoord. Ze warmt op, ze wordt uitgeput en verkwanseld door winstbejag. Zo hebt Gij, Enige, uw Schepping niet bedoeld. Wij voelen ons onmachtig om situaties te keren, Wij klampen ons kortzichtig vast aan eigen profijt... Maar diep in ons is er ook dat verlangen om ruimer te zien, Om stem te geven aan uw oproep, een hart te hebben voor al wat kwetsbaar is. Wij kijken naar Jezus, om een niewe wending te maken, Hij, die beeld van U werd en onze broeder.
Duurzaamheid.... zorg voor de Schepping en de horizon van hoop (II) (Zie ook Kerkmozaïek juli/augustus, blz.9) Wij zijn de eerste generatie, die de armoede kan stoppen en de laatste generatie die de klimaatopwarming kan stoppen... aldus VN secretaris-generaal Ban Ki-moon afgelopen meimaand, toen hij een eredoctoraat kreeg van de KU Leuven. De VPKB-werkgroep Kerk in de Samenleving heeft dit jaar als prioriteit : aandacht van kerken en gelovigen vragen voor de zorg voor de schepping in het bijzonder
voor het klimaat. Belangrijk hierbij is de overtuiging van de samenhang van de zorg voor de schepping met vrede en gerechtigheid. Zij doet een dringend appèl op alle geledingen van de VPKB om aandacht te geven aan deze belangrijk zaak. De Europese Kerken (CEC) zijn al enige tijd bezig met de voorbereidingen voor een pelgrimage. Vanuit Noorwegen en Zweden via Duitsland, Nederland (en België) gaan christenen, die de zorg voor het klimaat, hoog in het vaandel hebben – lopend, fietsend of per trein of bus, op weg richting Parijs. Onderweg zijn er halteplaatsen met debatten in Kerken, acties naar politici, die in Parijs de beslissingen moeten nemen. Op de klimaattop in Parijs
september 2015
13
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Werkgroep KidS moeten de lidstaten van de VN een nieuw juridisch bindend akkoord goedkeuren over hoe we de wereldwijde opwarming van de aarde onder de 2°C zullen houden. We moeten hen laten weten dat de basis betrokken is, toeziet en druk uitoefent, zodat er een dwingend klimaatakkoord komt. En dan verscheen er in juni jl. de encycliek van paus Franciscus Laudato Si. Deze encycliek komt op een goed moment. Met de nieuwe encycliek van paus Franciscus krijgt het thema zorg voor de Schepping een centrale plaats. Sommigen noemen het al de groene encycliek. Het geloof in God en de vriendschap met Jezus Christus verbindt de paus voortdurend met een inzet voor de kwetsbaren, de armen en de natuur. De nieuwe encycliek vormt daar opnieuw een indrukwekkend bewijs van. Een korte samenvatting...
verschilligheid. Het lijden van de medemens maar ook de aantasting van de aarde moeten wij beantwoorden met een revolutie van de tederheid. Tegenover de onverschilligheid plaatst de paus een globalisering van de barmhartigheid en de solidariteit. Het gaat de paus om een integrale ecologie (hoofdstuk 4). In zijn rondzendbrief verbindt de paus zo de micro-ethiek, de sociale ethiek en het thema van de duurzaamheid (mgr. bisschop de Korte). Binnenkort zal de Nederlandse vertaling van de encycliek verschijnen met een handleiding voor gesprek. De encycliek betekent een sterke stimulans voor gelovige mensen om extra zuinig te zijn op alles wat aan onze handen is toevertrouwd, schreef Jo Hanssens van Pax Christi Vlaanderen en lid van de Stuurgroep Ecokerk, waarin ook de VPKB vertegenwoordigd is. Ecokerk nam het initiatief tot de campagne Het klimaat verandert mij ook. Ecokerk zorgde voor een sprekend affiche.
Gemeenschappelijk huis De titel van de nieuwe encycliek Laudato Si (Geprezen zijt Gij) is genomen uit het beroemde Zonnelied van Franciscus van Assisi. De ondertitel van de encycliek luidt: om de zorg van ons gemeenschappelijk huis. De paus noemt in zijn rondzendbrief een aantal ontwikkelingen die hem zorgen baren (hoofdstuk 1). Ik noem de vervuiling van het milieu de klimaatcrisis, zorgen over voldoende schoon water, de teloorgang van de bio-diversiteit en de ontbossing. Maar ook de sociaal-economische ongelijkheid in de wereld en de aantasting van de kwaliteit van leven. De paus noemt een antropocentrische versmalling en een eendimensionale technocratische globalisering als achtergrond van de ecologische en sociale crisis (hoofdstuk 3). Al eerder heeft de paus zijn zorgen geuit over een globalisering van de on-
Om te noteren * 22 oktober van 20-22.15 uur : lezing met Peter R. Jones (KULeuven) over geloven en klimaat verandering in CC Den Blank, Overijse * 28 oktober: studiedag van Ecokerk i.s.m. KU Leuven (gegevens volgen nog) * 01 november: themanummer Kerkmozaïek * 29 november: Climat Express naar Parijs (gegevens volgen nog)
Nuttige websites: www.vpkb.be www.ecokerk.be, www.hetklimaatverandertmijook.be www.scheppingvieren.nl Contact: Commissie Kerk in de Samenleving: Greet Heslinga (
[email protected])
14
september 2015
Affiche: Het klimaat verandert ook mij Elke plaatselijke gemeente heeft hopelijk het affiche al ergens zichtbaar in de kerk neergehangen. Het affiche is beschikbaar in het Huis van het Protestantism in Brussel of bij ondergetekende. Je kunt het ook downloaden via www.ecokerk.be/box Hier zijn ook andere materialen rondom het thema klimaat te vinden. Onder andere een aanbod voor de zondagsliturgie op Scheppingszondag. ____________________________________________ Namens de werkgroep Kerk in de Samenleving (KidS), Greet HESLINGA.
Zorg voor de Schepping Het klimaat verandert MIJ OOK Oecumenische Viering 7 september om 19.00 uur Plaats: St. Michiels Kathedraal te Brussel. Voorgangers: Mgr. André-Joseph Léonard, ds. Steven H. Fuite en vertegenwoordigers van de Orthodoxe en Anglicaanse Kerk i.s.m. Ecokerk, Entraide et Fraternité, CEC, COMECE
Nederlandstalige communautaire coördinatie / Jeugd
Gewoon een jeugdige dienst Op 20 september is het jeugdzondag in de VPKB. Dat heb ik niet verzonnen, dat bestond al. Weer een extra-zondag met een titel? Of… een goede gelegenheid om als gemeente te oefenen in een jeugdige dienst op een gewone zondag! Een jeugddienst samen met de kinderen en jongeren voorbereiden vraagt tijd en energie, zowel van predikant en jeugdleiding als van de jeugd zelf. En dat is niet in elke kerk evident, zo aan het begin van het schooljaar, want iedereen is net terug van vakantie. Daarom hier 10 tips om een dienst snel om te toveren tot een echte jeugdzondag en kinderen, jongeren en hun ouders direct welkom te heten voor het nieuwe jaar! 1. Kids-moment Besteed extra aandacht aan het praatje met de kinderen. Dit vraagt wellicht enige afstemming met de kindernevendienstleiding of een blik in Kind op Zondag. Een symbolisch voorwerp, een klein filmpje, een pop of verklede persoon kan het geheel speelser maken. Stel open vragen en betrek de hele gemeente, zo is het voor iedereen een leuk moment. 2. Gebed Betrek de gemeente in het vormgeven aan het gebed door hen op een creatieve manier te laten nadenken over waarvoor zij willen bidden. Bijvoorbeeld: hang enkele krantenpagina’s van die week op een groot (prik)bord in de kerk. De mensen mogen vooraf of tijdens een bepaald moment (met wat muziek op CD of misschien wel door een jongere) aangeven waarvoor zij willen bidden. Of doe ditzelfde eens met een landkaart of foto’s. Of een grote agenda waarin je kunt schrijven wat je bezig heeft gehouden. Of... 3. Muziek (a) Vraag van tevoren aan de jongeren (via eender welk digitaal of niet-digitaal communicatiemiddel) aan welke muziek of welk liedje zij denken bij het thema van de dienst. Probeer er iets bruikbaars in te vinden en aan hen te vragen waarom ze dit erbij vinden passen of welke vragen ze hierbij hebben. 4. Muziek (b) Zing een lied voor de kinderen in de dienst. En zing het met piano, gitaar of begeleiding op een of andere geluidsdrager. Leer het lied eventueel samen in de dienst, met iemand die het voor kan zingen. Het is niet zo erg een lied een keertje extra te zingen als het dan gekend is en een beetje meer volume krijgt. 5. Inhoud Vraag aan verschillende gemeenteleden van verschillende leeftijden eens welke vragen ze zich stellen bij de tekst van die zondag, of het thema dat jij daaruit afleid.
Stel jezelf eerst de vraag: op welke manier kan ik deze Bijbeltekst verbinden met het dagelijks leven? Niet alleen het dagelijks geloofsleven, maar ook het gewone leven. 6. Taalgebruik Bekijk alle teksten die gebruikt worden in de dienst op begrijpbaarheid. Vraag eventueel eens aan een betrokken jongere om ze al eens te lezen en te zeggen of ze er iets van begrijpen. Leg bij een bepaald onderdeel nog eens uit waarom je die bepaalde woorden gebruikt of zoek eens een wat modernere formulering. 7. Jonge gezichten Bedenk van te voren wat de kinderen of jongeren zouden kunnen lezen, doen of zeggen in de dienst zonder of met minimale voorbereiding. Kunnen zij een gedicht voorlezen dat je hen voor de dienst geeft of misschien iets laten zien wat ze over het thema in de nevendienst gedaan hebben? Misschien kunnen ze een fotoverslag maken, de beste zin uit de preek opschrijven, als ze ‘s ochtends binnenkomen slingers ophangen, tijdens de preek een groot schilderij maken over het thema of vragen stellen aan het einde... 8. Verzin iets wat gewoon leuk is aan het einde van de dienst. Zet bijvoorbeeld de jeugd eens in het zonnetje door ze iets mee te geven. In de webshop van JOP vind je bijvoorbeeld veel leuke kleine cadeautjes. 9. Bidt voor de kinderen en jongeren in de gemeente, voor hun ouders en grootouders, en voor het jeugdwerk van de eigen gemeente en de kerk. 10. Breng iedereen tijdens de mededelingen alvast op de hoogte van belangrijke jeugdactiviteiten de komende periode in de eigen gemeente en daarbuiten. De ProJOPflyers en kalenders zijn onderweg! _____________________________________________ Maria EUWEMA, jeugdwerkondersteuner. september 2015
15
Uw bijzondere aandacht voor
Bevlogenheid koesteren en aanwakkeren Reactie op het burn-out debat Verschillende artikelen passeerden al in Kerkmozaïek over het thema Burn-out. Nu er enige zomerrust in ProJOP-land is aangebroken, wil ik toch nog iets toevoegen vanuit mijn persoonlijke en professionele ervaringen.
Voordat ik voor ProJOP begon te werken, in 2012, deed ik als stafmedewerker praktijkontwikkeling in samenwerking met de HUB onderzoek naar burn-out en bevlogenheid bij jeugdconsulenten. Ironisch genoeg heb ik in die periode zelf een burn-out gehad. Het heeft me 8 maanden gekost om mezelf volledig terug op de rails te krijgen. En dat is voor een burn-out snel. Maar dan heb je er toch een jaar van vermoeidheid, veel fysieke klachten en depressieve klachten op zitten. Hoe komt dat en wat doe je eraan? Een stukje uit mijn onderzoek.
Verstoorde balans Binnen de arbeidspsychologie wordt burn-out doorgaans gezien als een continuüm met aan het andere uiterste bevlogenheid. Wanneer men bevlogen is, voelt men zich goed in de job, energiek, enthousiast. Je hebt het gevoel je taken goed aan te kunnen en hebt er zin in. Burn-out is een combinatie van uitputting, cynisme en een verminderde efficiëntie: zowel energetisch als qua motivatie ben je op. Dit komt door een samenspel van werkeisen (job demands) en hulpbronnen (job resources): als
16
september 2015
er teveel eisen zijn en te weinig hulpbronnen, slaat de balans door naar de verkeerde kant. Er zijn veel verschillende redenen waardoor de balans verstoord raakt. Werkdruk is er daar één van. Slechte arbeidsvoorwaarden, gebrek aan waardering, te weinig autonomie of juist het ontbreken van een duidelijk kader, een moeilijk te maken werkthuis balans, een slechte relatie met de leidinggevende, een gebrek aan sociale steun van collega’s en weinig ontwikkelingskansen in de job zijn andere factoren die mee kunnen spelen in het ontwikkelen van een burnout. Welke factoren de grootste rol spelen is afhankelijk van de job en haar specifieke kenmerken. Duidelijk mag wel zijn dat de verantwoordelijkheid hiervoor evenzeer bij de werkgever als bij de werknemer ligt. Sterker nog, heel wat zaken zijn een gevolg van het kader dat de werkgever schept.
Hulpbronnen Burn-out ontstaat, tegen de verwachting in, vaak bij mensen die zeer bevlogen beginnen. Omdat zij werken vanuit een overtuiging (een roeping, zo je wil), een intrinsieke motivatie en zich stuk bijten op werkeisen of de lat erg hoog leggen. Voor predikanten zullen werkeisen als bijvoorbeeld de werk-thuis interferentie, een grote diversiteit aan taken en een emotionele belasting risico-verhogend zijn. Mogegelijke hulpbronnen zijn, zoals ds. Schipper aangeeft, waardering van de gemeente, samenwerking, de afwisseling. Zoals zij ook aangaf, spelen persoonlijke hulpbronnen, zoals optimisme of grenzen kunnen stellen, een rol in het temperen van werkeisen of het versterken van
Uw bijzondere aandacht voor hulpbronnen. Zo zal iemand die makkelijk waardering aanneemt hier ook meer energie uit putten. Werknemers zijn logischerwijs mee verantwoordelijk. Maar wat als, zoals ds. Ketelaar schrijft, er zo weinig kader, zo weinig kerk, overblijft dat de hulpbronnen minimaal worden?
meente, moet er wellicht gezocht worden naar een nieuwe manier van organiseren van die gemeente. En zal de kernvraag steeds zijn: waarom doen we wat we doen? Waarom zijn we kerk?
De joker Opbouwen vanaf ground zero De VPKB heeft als werkgever een taak om de balans tussen werkeisen en hulpbronnen van de predikant en haar andere werknemers mee te bewaken. Arbeidsvoorwaarden, de mate van autonomie, ontwikkelingskansen, sociale steun, het zijn allemaal zaken waar de VPKB invloed op kan uitoefenen. Ik ben daarom blij met het voorstel vanuit de werkgroep Eigentijds Kerk-zijn tot het aanstellen van een Human Resources-persoon die een belangrijke signaal- en coachingfunctie zal hebben, met het stimuleren van samenwerking tussen kerken, het benutten van talenten en met het supervisieproject geleid door ds. Schipper en ds. De Oude. Want duidelijk is, dat om uit een burn-out te geraken, je sowieso dingen anders zult moeten aanpakken dan je daarvóór hebt gedaan. Dit geldt voor mensen individueel, maar ook voor onze Kerk als geheel. Uit een burn-out geraken is jezelf vanaf ground zero terug opbouwen, durven beginnen met een schone lei. Als predikant en kerkenraad burn-out raken van het draaiend houden van de ge-
Ieper - Wonderjaar 1566 De gemeente Ieper wil de Beeldenstorm in het licht te zetten. Dit initiatief heeft de steun van de Synodale Raad en wel om twee redenen. Allereerst omdat het gaat om een initiatief met een sterk oecumenisch karakter. Daarnaast omdat de Beeldenstorm uitdrukkelijk wordt geduid en gemarkeerd als beginpunt van de strijd om vrijheid van godsdienst, geweten en meningsuiting. De Synodale Raad sluit zich graag aan bij de vraag van Ieper of er protestantse gemeenten zijn die eveneens initiatieven ontplooien om voormelde gebeurtenissen uit 1566 te gedenken. Heeft uw gemeente plannen, laat het ons dan weten. We zijn benieuwd naar verdere ontwikkelingen.
Een kleine drie jaar geleden dacht ik bij mezelf: ik kan niet meer, dit moet anders. Het begin was moeilijk en soms val ik even terug, maar ik ben er gelukkiger en energieker uitgekomen. Had u mij drie jaar geleden verteld wat ik in de afgelopen tijd allemaal gedaan heb, zou ik u voor gek verklaard hebben. Bevlogenheid aanwakkeren betekent juist nieuwe wegen durven inslaan. Goede kaders creëren, zowel op lokaal als op nationaal niveau. Herformuleren wat kerkzijn en predikant-zijn is, vandaag de dag. En dat dan mogelijk maken door een moderne, efficiënte organisatie. Een titanenwerk. Eén lichtpuntje: we hebben een joker. Bevlogenheid is Zijn specialiteit. __________________________ Maria EUWEMA, jeugdwerkondersteuner ProJOP.
Gent-Centrum De protestantse kerk te Gent-Centrum gaat op 1 oktober 2015 een vacaturetijd in.
Info over deze predikantsvacature: Aletta Rambaut (kerkenraad Gent-Centrum):
[email protected] of 0477 57 84 37 Francis Van de Walle (bestuursraad Gent-Centrum):
[email protected] of 0474 471 856
september 2015
17
Uw bijzondere aandacht voor
Supervisie voor predikanten en kerkelijk werkers Werken in de kerk is kwetsbaar. De VPKB beseft haar absolute plicht en noodzaak om haar werkers op diverse manieren te ondersteunen en te omkaderen. Op dit moment heeft zij het voorrecht om Nederlandstalige predikanten en kerkelijk werkers supervisie te kunnen aanbieden door twee professioneel geschoolde supervisoren. De Synodale Raad wil hiermee komen tot een meer gestructureerde vorm van begeleiding en hoopt dan ook dat velen uit zichzelf van dit kosteloze aanbod gebruik zullen maken. Deelname aan een begeleidingsvorm zoals supervisie zou in kerkelijk werk vanzelfsprekend moeten zijn. Ds. Steven H. Fuite, voorzitter van de Synodale Raad
Hoezo supervisie? Supervisie is de normaalste zaak van de wereld in beroepen met mensen. Onderwijs, hulpverlening en therapie, artsen en verpleging, sociale diensten, politie, leidinggevenden, kennen dit zelfs als verplichting… Wie in de kerk werkt, kan zéker supervisie gebruiken, omdat kerkenwerk zo veelzijdig en grenzenloos is. En dit dan nog onafgebakend in werkuren en plaats. Geen werkinstrument in handen behalve je eigen persoonlijkheid en kwaliteiten. Die kwaliteiten zijn natuurlijk geschoold en gevormd, maar je moet het toch zelf doen. Dobber je mee op wat zich voordoet? Reflecteer je nog wel ’s op wat je doet? Heb je daarvoor een klankbord? Vind je kwaliteit belangrijk? Wat is kwaliteit eigenlijk? Er zijn verschillende vormen van klankbord, praten, reflecteren, kwaliteitsverbetering voorhanden: ondersteuning: steunende contacten: partner, vrienden, … vaardigheidsverbetering: vorming en opleiding, studieverlof, cursussen, studiedagen, pastorale dagen, boeken, … ad hoc feedback: collegiale consultatie, informeel of doelgericht (een babbel over heb jij dit ook wel ‘s? Hoe pak jij dat aan?), kerkenraadsbespreking, mentoraat gerichte begeleiding: supervisie en intervisie. Supervisie is niet pas zinvol als je vastloopt of problemen hebt. Supervisie gaat uit van jouw kwaliteiten. Juist de positieve insteek kan je van supervisie doen genieten: het is een vrijplaats helemaal voor jezelf om ongecensureerd en zonder oordeel op tafel te leggen hoe je je werk ervaart en wat jij zelf daarin beter zou willen zien verlopen. Het betekent een bondgenoot hebben die in
18
september 2015
alle professionaliteit met je mee kijkt. Dat kan een frisse wind geven in je functioneren. Supervisie kan ook een zekere diepgang krijgen. De mate daarvan bepaal je zelf. Waarom lopen de dingen zoals ze lopen? Dat is geen toeval. Supervisie kan je bepalen bij hoe je jezelf meeneemt in je werk. Wat roep jij op bij je kerkenraadsleden, bij bepaalde personen die kritiek op je hebben? Wat doet gedrag van anderen bij jou? Welke irrationele reacties merk je bij jezelf en hoe doorkruist dat je professionaliteit? Je biografie kan meeklinken, bepaalde echo’s of ervaringen uit je levensverhaal, misschien innerlijke waarheden of opdrachten die je je ontwikkeld hebt. Als je die helder krijgt, kom je vrijer in je werk te staan en dat geeft meer energie.
Supervisie binnen de VPKB? De discussie in vorig en huidig nummer van Kerkmozaïek over burn-out maakt duidelijk dat (preventieve) aandacht hiervoor zeker niet eenzijdig gericht moet zijn op je eigen persoon, maar altijd een kadert in een context van werkgever en maatschappij. Zeker als dingen niet lekker lopen, is dit voor alle betrokken partijen een signaal. Juist daarom is het uit preventief oogpunt en als erkenning van haar werkers zo belangrijk dat supervisie een structureel aanbod vormt van de VPKB zelf. Ook dit geeft een signaal af: wie in onze kerk werken, moeten het goed hebben en daar zorgen we samen voor. Uiteraard ben je vrij om een supervisor te kiezen in wie je vertrouwen kunt hebben. Er zijn professioneel geschoolde supervisoren binnen de VPKB aanwezig. Voordeel is dat zij de specifieke context kennen. Misschien vind jij dat iets te nabij. De VPKB is immers één grote familie waar je elkaar in verschillende contexten en ver-
Uw bijzondere aandacht voor houdingen tegenkomt en meemaakt. Maar de interne supervisoren zijn getraind in confidentialiteit en het faciliteren van gezonde afstand in de supervisie. Je werkt met afspraken op neutraal terrein, waar je als supervisant èn supervisor even afstand kan nemen van je directe werksetting. Mocht je elkaar buiten de sessies tegenkomen in een andere rol, dan refereer je daar niet naar de supervisie, zodat deze een vrijplaats blijft en de verhoudingen binnen de sessies duidelijk afgelijnd. De supervisor rapporteert niets van de inhoud naar wie dan ook, enkel het aantal sessies naar de Synodale Raad die deze kerkelijke dienstverlening mogelijk maakt.
Hoe verloopt supervisie? Je gaat een traject aan. Je spreekt eerst af voor een oriënterende sessie, vervolgens voor 10 à 15 bijeenkomsten over een periode van ongeveer driekwart jaar. Je stelt zelf leervragen en doelen op, maakt een werkverslag voor en supervisieverslag na elke sessie en een evaluatie voor jezelf op het eind, waar jij voor jezelf de balans opmaakt en waar de supervisor ook feedback uit krijgt. Zo werken geeft je supervisie richting en structuur, zodat je er zoveel mogelijk uit haalt.
Hoe gaat supervisie in zijn werk? Supervisie is een gestructureerde manier om te reflecteren op je werk en hoe je daarin staat. Dit kan individueel of in kleine groep (2-5 personen). Voordeel van een groep is, dat je herkenning ervaart en elkaar kunt verrijken door feedback vanuit verschillende invalshoek. Dit kan maar als de groep veilig is en die veiligheid wordt mogelijk gemaakt door vertrouwelijkheid, specifieke afspraken en afbakening van de gesprekken. Intervisie kan een vervolg zijn op zo’n supervisiegroep: je gaat al even gestructureerd verder, maar niet noodzakelijk onder leiding van een supervisor.
Ds. Lianne de Oude
Ds. Petra Schipper
Dit seizoen gaat het supervisieaanbod binnen het kader van de VPKB van start. Dit kan individueel of nog beter in kleine groep. Voordeel van groep is herkenning en rijkere feedback. Discretie verzekerd. Details van tijd en plaats worden afgesproken met kandidaat-deelnemers. Voor info of afspraak: - Ds. Lianne de Oude,
[email protected] of 011-82.33.80 - Ds. Petra Schipper,
[email protected] of 03-454.40.14
september 2015
19
Aankondiging
20
september 2015
Aankondiging
De Vlaamse Vredesweek 2015 21 september tot 2 oktober 2015
Tijdens de 26ste Vlaamse Vredesweek lanceren Pax Christi Vlaanderen en Broederlijk Delen de campagne Kies voor vrede! Ontwapen Oost-Congo. Na 20 jaar gewapende conflicten hunkeren de mensen in Oost-Congo naar vrede. De ontwapening van de aanwezige rebellen en hun reïntegratie in de samenleving is een cruciaal element in het vredesproces. Met deze campagne wordt - met een petitie - aan de beleidsmakers gevraagd om mee te kiezen voor vrede en dit aspect mee te nemen in het Congobeleid van België. De 26ste Vlaamse Vredesweek loopt van 21 september, Internationale Dag van de Vrede, tot 2 oktober, Internationale Dag van de Geweldloosheid. Tijdens deze periode zijn er over heel Vlaanderen en Brussel debatten, lezingen, acties en bezinningsmomenten. Jean-Jacques Nganya uit Oost-Congo komt getuigen over zijn werk met rebellen. De partners bieden tal van educatieve producten voor alle leeftijden aan om heel concreet met het thema aan de slag te gaan in de klas. Van een Congolees dilemma-sprookje als opstap over de documentaire Back Up Butembo tot een interactief lespakket over de actualiteit in Oost-Congo. De Vierend en Bezinnend 2015 biedt voer tot reflectie en gebed. Getuigenissen van christenen in Congo en liturgische suggesties effenen het pad voor bezinning. De campagne is in partnerschap met RCN Justice & Démocratie, Studio Globo, VOS Vlaamse Vredesvereniging, U Move 4 Peace en Minderbroeders Kapucijnen. Ze wordt ondersteund door een resem organisaties zoals 11.11.11., Caritas International, Missio, Oxfam-Solidariteit, Vredeseilanden en VSKO. Meer informatie over het thema, de kalender en alle producten: www.ikkiesvoorvrede.be
september 2015
21
Aankondigingen
Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid Opening academiejaar: 1 oktober 2015 om 17:00
Protestants-evangelische godsdienstles De PEGO-inspecteurs en -godsdienstleerkrachten bieden: • een stevige Bijbelse basis, aangepast aan de leefwereld en de ontwikkeling van het kind; • christelijke waarden op speelse wijze aangebracht op hun leven; • aandacht voor de specifieke mogelijkheden van het kind; • dit alles in afwisselende lessen, waarin creativiteit, gesprekjes, verhalen en liedjes aan bod komen. Wat u zeker moet weten! De lessen staan open voor alle kinderen. In elke stedelijke, gemeentelijke en provinciale school en in elke school van het Gemeenschapsonderwijs kan u protestantse-evangelische godsdienst aanvragen, ook voor één leerling. Aarzel dus niet! U ontvangt een keuzeformulier bij inschrijving. Op tijd zijn is belangrijk. Uw schriftelijke aanvraag of wijziging van keuze moet uiterlijk 8 kalenderdagen na 1 september of na datum van inschrijving bij de directie van de school worden ingediend! Meer info: Protestants-evangelische godsdienstonderwijs 02 510 61 73 Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel
[email protected] www.pegosite.be
22
september 2015
Advertentie
VACATURE
De Verenigde Protestantse Kerk in Belgie (VPKB) zoekt
een administratief secretaris (m/v) Algemene taakomschrijving De secretaris (m/v) werkt onder leiding van de voorzitter van de Synodale Raad en in nauwe samenwerking met de secretaresse van de voorzitter. Het werk wordt gepresteerd op de hoofdzetel van de VPKB. Het werk bestaat uit het gebruikelijke secretariaatswerk, in het specifieke kader van de VPKB. De secretaris is tweetalig Nederlands/Frans en is bekwaam om correcte schriftelijke vertalingen, hoofdzakelijk van het Frans naar het Nederlands, te maken (brieven, mailberichten, notulen, artikelen) Profiel zich kunnen aanpassen en zich kunnen integreren in een team; polyvalent zijn; verantwoordelijkheidszin en discretie zijn uiterst belangrijk; kunnen werken met de courante softwaresystemen; organisatietalent, stiptheid; bereid zijn om eventueel opleidingen te volgen; kunnen omgaan met problemen van mensen, beschikken over vaardigheden, eigen aan de sector. Specifieke eisen in staat zijn, teksten foutloos te redigeren; op de hoogte zijn van de werking van de Verenigde Protestantse Kerk in België; op de hoogte zijn van de wetgeving inzake vzw’s. Het gaat om een fulltime functie (38u/week). Vacature vanaf 01.10.2015. Het betreft een plaats van secretaris, bezoldigd volgens het barema van de Federale Overheidsdienst Justitie (dienst Erediensten). Een maand op voorhand beschikbaar zijn om zich in te werken. Kandidaturen (handgeschreven sollicitatiebrief, met CV) uiterlijk 15 september 2015 per gewone post te richten aan: Ds. Steven H. Fuite, voorzitter van de Synodale Raad Verenigde Protestantse Kerk in België Huis van het Protestantisme Brogniezstraat 44 te 1070 Brussel
september 2015
23
Contact en colofon
Vanaf januari 2016 zullen niet langer programma’s als Braambos (katholieken), Lichtpunt (humanistisch- vrijzinnigen, MTRO (moslims) enPro-Erts (protestanten) worden uitgezonden bij de VRT, noch op radio noch op televisie.
Verantwoordelijke uitgever ds. Steven FUITE Redactieteam Annet Sinnema-Buurman ds. Ernst Veen dr. Dick Wursten Redactieadres: Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel tel.: +32-(0)2-511 44 71 fax.: +32-(0)2-510 61 74 E-mail:
[email protected]
Contact en info
Website : http://www.vpkb.be
Voorzitter ds. Steven H. Fuite:
[email protected] 02/511.44.71
Prijzen Kerkmozaïek • Individueel abonnement: 20,00 euro • Groepsabonnement: 15 euro (vanaf minimum 5 exemplaren naar éénzelfde adres) • Steunabonnement: 25,00 euro Vorige nummers Kerkmozaïek http:/www.kerkmozaiek.be
Secretariaat Bea Baetens:
[email protected] 02/511.44.71 of 02/510.61.70 (rechtstreeks) Administratief secretaris :
[email protected] 02/511.44.71 of 02/510.61.79 (rechtstreeks) Nationaal diaken Kevin Donfut
[email protected] 02/511.44.71 of 02/510.61.67 (rechtstreeks) Boekhouding Xavier Moser :
[email protected] 02/ 510.61.76 Micheline Tshilemb:
[email protected] 02/510.61.75 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs Christine van Belle:
[email protected] 02/510.61.73
24
Colofon
Storten kan op onderstaand nieuwe rekeningnummer van de Verenigde Protestantse Kerk in België Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel ING BE06 3100 0835 5022 De redactie behoudt zich het recht voor om bepaalde artikelen niet te publiceren, indien nodig in te korten en/of redactioneel te bewerken. Zij is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de artikelen en slechts ten dele voor de stijl. Organisaties en tijdschriften, niet behorend tot de VPKB, die artikelen uit het maandblad Kerkmozaïek geheel of gedeeltelijk wensen over te nemen of te bewerken, dienen dit schriftelijk aan te vragen op het redactieadres. Wat betreft de richtprijs voor advertenties kunt u zich wenden tot de redactie. Zij behoudt zich het recht voor om deze al dan niet te plaatsen. Sluitingsdatum volgende Kerkmozaïek: 7 september 2015.
Afgiftekantoor : 1070 Brussel - Verantw. uitgever en afzendadres : ds. Steven FUITE, Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel
De Nederlandse regering heeft bepaald dat de levensbeschouwelijke omroepen, zoals IKON, RKK, de Boeddhistische Omroep en de Moslimomroep, per januari 2016 moeten verdwijnen. Ook in België worden levensbeschouwelijke uitzendingen bij de publieke omroep geschrapt. Vlaams minister van media en cultuur Sven Gatz is geen voorstander van het systeem van zendtijd voor levensbeschouwelijke partijen bij de publieke omroep VRT. Aan de organisaties is gemeld dat hun erkenning eind 2015 afloopt en niet vernieuwd zal worden.
Creatie cover: Nik Colson, 1731 Zellik september 2015