Nederlandse handleiding Yanmar KE140 KE160
Y
A
N
M
A
R
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
1. INTRODUCTIE Deze handleiding beschrijft hoe de tractor in goede staat te houden en hoe deze veilig en correct te gebruiken. Lees deze handleiding alstublieft goed door voordat u de tractor gaat gebruiken. Om de eigenschappen van deze tractor te verbeteren of toe te laten nemen of voor een andere reden, kunnen werktuigen soms worden veranderd. In dit geval, gelden de bestemde voorwaarden van deze handleiding niet. 2. SYMBOOL INDICATIE A. Veiligheid waarschuwingssymbool 1) Dit is het veiligheid waarschuwingssymbool. Indien u dit symbool ziet op uw tractor of in deze handleiding, wees dan alert op de mogelijkheid van persoonlijke verwonding en lees zorgvuldig het bericht dat volgt. 2) Dit stop symbool geeft belangrijke handelingen aan in deze handleiding. Indien u dit symbool ziet, lees dan zorgvuldig het bericht dat volgt. 3) Deze tractor is metrisch ontworpen. Alle sleutelmaten zijn daarom metriek (ISO). Wees er zeker van dat u de gespecificeerde metrische gereedschappen gebruikt, indien service noodzakelijk wordt. B. Signaal woorden De signaal woorden “DANGER”, “WARNING”, “CAUTION” worden gebruikt met de alert veiligheidssymbolen. 1) “DANGER” (GEVAAR) indiceert het extreme gevaar die resulteert in hoge problemen van serieuze verwonding, indien voorzorgsmaatregelen niet worden gehandhaafd. 2) “WARNING” (WAARSCHUWING) indiceert het gevaar dat resulteert in verwondingen indien voorzorgsmaatregelen niet worden gehandhaafd. 3) “CAUTION” (ATTENTIE) indiceert de algemene voorzorgsmaatregelen. 4) “IMPORTANT” (BELANGRIJK) indiceert belangrijke technische berichten. C. Oriëntatie en posities De rechter zijde en linker zijde van de tractor moet u zien vanaf de plaats van de bestuurder. 3. ALGEMENE INFORMATIE 3.1 BENAMING HOOFD ONDERDELEN 1. Gaspedaal 2. Handgas 3. Licht schakelaar 4. Waarschuwingsla mpen 5. Knipperlicht (Links, Rechts) 6. Claxon 7. PTO (Power take off) schakelaar om
8. 9. 10. 11. 12. 13.
het werktuig in te schakelen. Versnellingshendel Hoog/laag versnelling Hydraulische controle Stoelverstelling Gewicht verstelling Rempedaal (links)
1
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
14. Rempedaal (rechts) 15. Koppelingspedaal 16. Bestuurders zetel 17. Stuur 18. Tankdop 19. Achteruit kijk spiegel 20. Contactslot
3.2 WAARSCHUWINGSLAMPEN EN INDICATOREN 1. Accu oplaadindicatie lamp 2. Oliedruk waarschuwingslamp 3. Handrem indicatielampje 4. Motor water temp. Waarschuwingslamp 5. Toerental indicatiemeter
21. Differentieel slot pedaal 22. Handrem hendel 23. Stopknop 24. Radiateur 25. Luchtfilter 26. Dynamo 27. Accu
6. 7. 8. 9. 10.
Brandstof indicatiemeter Uren indicatiemeter Gloeibougie indicatie lamp Knipperlicht indicatie lamp, Links Knipperlicht indicatie lamp, Rechts
2
Handleiding KE-140 / KE-160
3.3 IDENTIFICATIE PLAATJE 1. Plaatje tractor ID 2. Plaatje, gas uitstoot 3. Sticker, CE markering
Lozeman Tuinmachines B.V.
4. Plaatje, motor ID 5. Plaatje, hefstang 6. Plaatje, ROPS
3.4 LOCATIE IDENTIFICATIE PLAATJES Houd de veiligheid instructie stickers schoon en duidelijk zichtbaar voor uw veiligheid. Wanneer een van deze beschadigd gemist worden, vervang deze dan door een nieuwe.
3
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
4
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
5
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
4. VEILIGHEIDS INSTRUCTIES GEVAAR Lees deze instructies goed door. Belangrijke instructies voor veilig bedienen en service van de tractor worden weergegeven. Nalatigheid van deze instructies kan resulteren in een ongeluk en ernstige verwondingen. BEKEND WORDEN MET DE TRACTOR EN DE WERKTUIGEN. Sta geen personen toe die onbekend zijn met de tractor en werking van werktuigen om met deze tractor te werken. Een bedieningshandleiding moet gezien worden als een permanent onderdeel van uw tractor en moet bewaard blijven bij de tractor.
Wees bekend met de posities en functies van alle controle en betekenis van enige identificatie symbolen van de bediening, oliedrukmeter, en indicaties voordat u gaat werken. Weet hoe u de motor moet stoppen in noodgevallen.
Ken de mogelijkheden, cabine kenmerken en limieten van de tractor en werktuig zoals maximum ballast gewicht, hydraulische lift capaciteit, snelheid, draaiende straal, verheldering van de cabine, etc… Verhoog niet de extra ballast gewicht om te compenseren voor overlading
6
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
BESCHERMING VAN DE BESTUURDER Installeer goedgekeurde rollover beschermende constructie (ROPS) veilig werken. Het omslaan van een tractor zonder ROPS kan leiden tot overlijden of verwonding. Extreme voorzichtigheid is geboden indien u met de tractor rijdt rond bomen en andere overhangende hindernissen zoals afschermingsdraad, balken, ingangen of hoogspanningskabels. Aanraking tussen ROPS en deze obstakels kunnen ervoor zorgen dat de tractor naar achter omslaat.
Verander niet de structuur van de ROPS door lassen, slijpen of snijden. Indien een onderdeel van de ROPS is beschadigd of verwikkeld in een omkiepend ongeluk, vervang het met een complete nieuwe ROPS en probeer het niet te repareren. Beschadigde of een gewijzigde structuur tast de sterkte aan van de ROPS en kan leiden tot verwonding.
Vermijd loszittende of hangende kleding, bolstaande zakken, gerafelde randen en dergelijke. Deze kleding kan makkelijk verwikkeld raken in ronddraaiende werktuigen. Draag werkkleding en werkschoenen of laarzen. U heeft tevens nodig: VEILIGHEIDSHELM, VEILIGHEIDSSCHOENEN, VEILIGHEIDS OOGBESCHERMING, WERKHANDSCHOENEN, GEHOORBESCHERMING, REFLECTERENDE KLEDING (bij gebruik langs de openbare weg). Draag veiligheidsgereedschap en kleding die nodig is voor het werk.
7
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Langdurige blootstelling aan luid lawaai kan het gehoor beschadigen of doofheid veroorzaken. Draag makkelijke gehoor beschermers zoals oordopjes o.i.d. ter bescherming van onaangename geluiden.
VOOR GEBRUIK Gebruik de tractor niet indien u moe, ziek, slaperig, dronken, overwerkt, medicijnen slikt, zwanger bent, psychische ziekte heeft of andere fysieke ongeschikte condities. Deze condities benadelen de persoonlijke bekwaamheid en inzicht. Wanneer u zich moe begint te voelen tijdens het werk, neem 10 minuten pauze om te strekken, te lopen, te liggen of om te eten. Zet het werk niet voor indien u zich nog steeds moe voelt nadat u pauze heeft genomen.
Verwijder olie, smeer of modder van handvatten, opstap, pedalen, bediening en vloer om uitglijden of controle verlies te vermijden. Haal In de winter ijs en sneeuw van de tractor af.
8
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Om een werktuig aan te bouwen, verwijs naar het werktuig/tractor fabriekshandleiding voor de juiste procedures. Om een werktuig te demonteren, ga naar een vlakke ruimte, verlaag het onderdeel tot op de grond en blokkeer dan het werktuig in positie voordat u het onderdeel los maakt. Indien een werktuig wielen heeft, blokkeer deze om rollen te voorkomen.
Wees er zeker van: 1) De tractor en werktuigen zijn in goede staat en goed in orde. 2) Controleer voordat u de bouten los maakt, smeermiddelen, beschadiging of inflatiedruk van de banden, veiligheidsschild en middelen, stuur en remverbindingen, hydraulische lekkages enz. Verwijs naar deze handleiding voor meer gedetailleerde informatie. 3) Werktuigen goed geïnstalleerd zijn. Controleer of de PTO aftakas en hefarmverbindingen correct zijn vastgemaakt aan de 3-punts installatie. 4) Het toerental van de werktuigen overeenkomt met de tractor.
9
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
STARTEN DE MOTOR VEILIG STARTEN Indien de motor gebruikt wordt in een afgesloten ruimte, wees er dan zeker van dat er voldoende ventilatie is voordat u de motor start. Uitlaatgassen zijn erg giftig. Vooral koolstofmonoxide, dit is ruik- en kleurloos en kan derhalve ongemerkt ingeademd worden. Bij lopende motor de tractor niet alleen laten en voor de zekerheid de remmen aantrekken.
Start de motor alleen indien u op de bestuurdersstoel zit, niet indien u ernaast staat.
Voordat u de motor start: 1) Zit u op de bestuurdersstoel en stel deze goed voor uzelf af. 2) Controleer ROPS terwijl deze in werking is en maak deze anders goed vast. 3) Verlaag het werktuig tot op de grond. 4) Plaats versnellingshendel en PTO inschakeling in neutraal. 5) Zet de tractor op de handrem. 6) Controleer alle instrumenten, oliedrukmeter, en indicatielampen. 7) Wees er zeker van dat niemand zich in de buurt van de tractor en aanbouwwerktuigen bevindt. TIJDENS HET GEBRUIK VEILIG GEBRUIK VAN DE TRACTOR Houdt mensen en dieren op veilige afstand tijdens het starten en het werken met de tractor en aanbouwwerktuigen. Sta geen andere personen toe, buiten de bediener zelf, om op de tractor te rijden ook niet met aanbouwwerktuigen.
10
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
De tractor is geen speelgoed. Kinderen mogen niet meegenomen worden op de tractor. Raak geen hete onderdelen aan zoals b.v. geluiddemper, radiateur, motor of andere hete werktuigen voordat deze zijn afgekoeld.
Niet van een rijdende tractor of aanbouwwerktuig springen. Gebruik altijd handstang of opstap en ga van de tractor af of op met het gezicht richting tractor. Bedieningshendel niet gebruiken als handstang of om de voeten op te zetten bij het op of afstappen. Stap niet op de tractor met natte of vettige handen of modderige schoenen. Wees voorzichtig bij gladheid op de grond.
Houdt handen, voeten en kleren weg bij krachtig aangedreven werktuigen. Ken de knijpende en draaiende delen op uw tractor en werktuig. Houdt anderen weg van draaiende delen, haken, trekhaak, hefarmen, PTO aandrijving, cilinders, etc. Sta nooit, of sta een andere persoon nooit toe, tussen de tractor en het aanbouwwerktuig te staan, tenzij de motor uitstaat en de parkeerremmen aangetrokken zijn.
11
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Een te groot werktuig is gevaarlijk voor de tractor en uw veiligheid. Lees uw werktuighandleiding voor minimum en maximum paardenkracht benodigdheid en gewicht. Indien u een zwaar werktuig voor op de tractor gebruikt, installeer altijd achter ballast of een werktuig achter voor veilige stabiliteit en besturingscontrole.
Rijd langzamer over ruwe grond en in hoog gras en onkruid. Rotsen, gaten en stronken kunnen over het hoofd worden gezien. Laat uw tractor niet stuiteren over een ondergrond, u kunt hierdoor de besturingscontrole verliezen. Gebruik de tractor nooit om vee bijeen te drijven.
Laat de tractor niet naar beneden rijden met de koppeling los, of met de versnelling in zijn neutraal stand. 2133005A
12
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Indien u de tractor gebruikt op een helling, zet de wielen zo breed mogelijk voor maximum stabiliteit, verminder snelheid en vermijd harde inspanning van de remmen en scherpe draaiende bewegingen. Vermijd heuvels en hellingen welke te steil zijn.
OMSLAAN VERMIJDEN Indien u de tractor start op een helling, geef langzaam gas en verminder snelheid om achterwaarts omkiepen te vermijden.
Rijd niet naast of vlakbij een ravijn of dijk. Vermijd gaten, greppels, en dergelijke welke de tractor kunnen laten omslaan, speciaal op bergkanten of steile hellingen.
13
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Indien u werkt op hellingen of ruwe oneven ondergrond, dan is het belangrijk dat u de wielen zo ver mogelijk uit elkaar heeft staan. Werk met de tractor op zo’n laag mogelijke snelheid. Wegens kiepgevaar geen aanhanger e.d. aan de topstang bevestiging maken. De tractor kan dan achterover kiepen. Om te trekken, alleen vastmaken aan de trekhaak.
Gebruik voorzichtigheid wanneer u een lading trekt of bij het vervoeren van zware werktuigen. 1) Gebruik alleen goedgekeurde koppeling punten. 2) Maximale lading naleven 3) Maximale snelheid naleven 4) Niet te scherp draaien 5) Voorzichtigheid met het achteruit rijden 6) Installeer goede ballast welke wordt geadviseerd in de bedieningshandleiding
Voorwaarts uit een greppel of op een steile helling rijden kan de trekker achterover laten slaan. Wanneer de modder diep genoeg is weerhoudt het de wielen ervan te draaien, de tractor zal zeer snel omhoog slaan en om de achterste as naar achteren slaan. Wanneer u in
14
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
deze situaties terechtkomt, verwijder dan niet het aanbouwwerktuig of contra gewicht, en rijd altijd achteruit. VEILIGHEID VAN DE PTO Het PTO hoofd beschermingskap (A) moet altijd op zijn plaats zitten. PTO as veiligheidskap (B) moet geïnstalleerd worden indien het PTO systeem niet in gebruik is.
Wees er zeker van dat de PTO snelheid (540 TPM (RPM)) gelijk is aan de werktuig verplichte PTO snelheid. Rij of bestuur geen werktuig met een hogere snelheid dan de aangegeven PTO snelheid (540 RPM).
Stop de motor en wees er zeker van dat de PTO is gestopt voordat: 1) PTO kap aangesloten wordt of afgenomen. 2) Er enige aanpassingen aan de PTO aandrijving en 3-punts koppeling worden gedaan. 3) Verstel, onderhoud, en de PTO schoonmaak werkzaamheden worden verricht.
15
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
TRANSPORT Alle werktuigen omhoog heffen en plaatsen in de transportpositie. Rijd niet met de tractor op de weg met de werktuigen in beweging.
Indien u op de weg rijdt, de rempedalen aan elkaar koppelen. Maak geen scherpe bochten op de weg. Altijd het grote licht dimmen voordat u een ander voertuig nadert. Houdt het licht in de gaten zodat ze niet een ander voertuig verblinden.
Voordat u naar beneden gaat van een steile helling, ga dan eerst naar de laagste snelheid om de tractor onder controle te houden met af en toe te remmen. Laat de tractor niet naar beneden glijden. Stop of start niet plotseling indien u de berg op- of afgaat.
Met het in- en uitladen van de tractor, ga als volgt veilig te werk 1) Gebruik adequate laad planken. 2) Gebruik de laagste snelheid in z’n achteruit als u de laad planken oprijdt. 3) Zet de tractor op de remmen en blokkeer de wielen met blokken. 4) Probeer niet vanaf een greppel de aanhangwagen of vrachtauto in te rijden.
16
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Maak de lading vast met kettingen en wees er zeker van dat ze goed vast zitten. Indien kettingen niet beschikbaar zijn, gebruik spanbanden, blokken of een lier. Controleer de lading na enkele kilometers rijden en hierna na iedere 100 km. Om er zeker van te zijn dat er niets los komt. Controleer tevens na het rijden op een ruw wegdek.
SLEPEN Indien de gesleepte lading zwaarder is dan de tractor dan moet deze zelf remmen hebben. Indien u sleept, rijdt rustig en vermijdt hellingen en hard remmen.
Een veiligheidsketting helpt een aanhangwagen c.q. werktuig onder controle te houden, zou het per abuis scheiden van de trekhaak tijdens transport. Gebruik passende koppelingen, maak de ketting vast aan de tractor trekhaak of andere gespecificeerde plekken om te verankeren. Zorg dat de ketting los genoeg zit om bochten te kunnen nemen.
17
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Laat de tractor niet sneller slepen dan de maximumsnelheid in de hoogste versnelling en niet meer dan 25km/uur. (16 mph.) Controleer de lokale regelgeving voor slepen. Slepen is illegaal in sommige landen.
NA HET WERKEN LAAT DE TRACTOR VEILIG ACHTER Laat de tractor op een standvastig oppervlak staan met het parkeren. Indien u de tractor parkeert, houdt de remmen tegelijk in en zet de parkeerremmen vast. Indien u onvermijdelijk moet parkeren op een helling, parkeer hem met de neus de helling op en zet hem op de rem en blokkeer beide voor- en achterwielen met een blok
Neem alle mogelijke voorzorgsmaatregelen indien u de tractor achterlaat als volgt: 1) Zet PTO los en verlaag het werktuig tot op de grond. 2) Verplaats alle hendels in neutrale positie. 3) Rempedalen samenvoegen en trek aan de parkeer hendel. 4) Motor 2-3 minuten onbelast laten lopen bij 1/3 draaitoeren om af te koelen.
18
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
5) Stop de motor en haal de sleutel eruit.
ONDERHOUD EN SERVICE VERMIJD EXPLOSIE OF VUUR Tank de tractor af als deze is afgekoeld en in een goed geventileerde ruimte, bij voorkeur in de buitenlucht. Vul de tank nooit bij terwijl de motor loopt.
Wees er zeker van dat u het juiste type en graad van brandstof gebruikt. Houdt alle vonken, vlammen en rokende materialen weg terwijl u met brandstof werkt.
Vul de tank niet te vol en knoei geen brandstof, veeg geknoeide brandstof direct weg. Draai de tankdop weer zeker en vast na het bijvullen.
19
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Wees er zeker van dat de ruimte goed geventileerd is waar u de accu vult. Waterstof gas van de accuconcentratie minder dan 7% kan exploderen door open vuur of vonken of het spatten van zuur. Gebruik een zaklamp om het accuzuur niveau te controleren en gebruik nooit open vuur.
Houdt de motor vrij van gras, bladeren, of overbodig vet. Laat de motor afkoelen voordat u de tractor wegzet of afdekt.
Niet aan de tractor werken terwijl deze in beweging is of wanneer de motor loopt. Indien u aan de tractor werkt, zet hem altijd op de rem, blokkeer de wielen, laat de werktuigen zakken, verminder alle hydraulische druk en zet alle bedieningen in neutrale positie.
20
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Gebruik correct gereedschap en benodigdheden.
Modificatie zonder opdracht van de fabriek of importeur aan de tractor kan de functie en/of veiligheid benadelen, en heeft effect op de levensduur van de tractor. Gebruik geen vervangende onderdelen die niet voldoen aan de sterkte en ontwerp, of niet goed passen aan de tractor. Gebruik geen reparatie onderdelen welke niet goedgekeurd zijn door YANMAR.
Verwijder de radiateur dop alleen wanneer het koelsysteem niet onder druk staat, wanneer het water heet is staat het koelsysteem onder druk. Wacht daarom minstens een uur totdat de motor is afgekoeld en verwijder de dop dan geleidelijk met een doek en laat de overige druk uit het systeem.
21
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Voer geen onderhoudswerkzaamheden uit aan het hydraulisch systeem wanneer de olie heet is. Bij het instellen van het bovendrukventiel niet de aanbevolen maximale druk overschrijden. Geen leidingen sluiten laten overlopen of doorverbinden. Hydraulische olie of brandstof welke ontsnapt onder druk kan doordringen in de huid en kan ernstige verwondingen veroorzaken. Voordat u de leidingen verbreekt, ben er zeker van dat alle druk weg is. Voordat u de druk weer op het systeem toelaat, wees er zeker van dat alle connecties vast zitten en alle componenten in goed conditie zijn.
Vloeistof wat ontsnapt uit een erg klein gat kan bijna onzichtbaar zijn. Draag een veiligheidsbril voor oogbescherming en gebruik een stuk karton om verdachte lekkages te controleren. Gebruik niet uw handen. Indien u gewond raakt door ontsnappend vloeistof, ga direct naar een dokter. Serieuze infectie of andere problemen kunnen zich ontwikkelen indien geen goede medische verzorging wordt toegepast.
22
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Sluit de accu massa kabel (de zwarte – kabel) af voordat u gaat werken aan een elektrisch component of systeem, of in een gebied waarin u wellicht in contact kunt komen met elektrische componenten. Sluit de accu massa kabel eerst af en sluit deze weer als laatste aan.
Zwavelzuur in een accu is giftig. Het kan kleding vernietigen en de huid verbranden. Draag oog bescherming en rubberen handschoenen als u de accu bult. Indien u zwavelzuur knoeit op uzelf, maak dan uw huid schoon met water en breng soda aan om het zwavelzuur te neutraliseren, ga hierna direct naar de dokter. Indien het zwavelzuur is doorgeslikt, ga direct naar de dokter!
OPSLAG Indien u de tractor enkele maanden niet gebruikt, volg dan de volgende voorzorgsmaatregelen: 1) Leeg de brandstoftank 2) Verlaag het werktuig 3) Zet hem op de rem en blokkeer de wielen 4) Verwijder de accu en bewaar hem in een koele, droge plaats en houdt hem buiten het bereik van kinderen.
23
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
AFTER SALES SERVICE EN GARANTIE After sales service Indien uw tractor niet normaal werkt, controleer het met betrekking tot het onderdeel waarin het probleem zich bevindt. U kan natuurlijk contact opnemen met uw dealer. Informatie wat de dealer aan u kan vragen: • Model naam en serie nummer van uw tractor (A) • Motor type nummer • Werk condities, welk werk heeft het probleem veroorzaakt • Hoe lang heeft u uw tractor gebruikt? (werkuren) • Enige andere informatie indien een probleem zich voordoet.
Beschikbaarheid van onderdelen Onderhoudsonderdelen zijn beschikbaar voor 10 jaar nadat de productie van deze tractor is beëindigd.
24
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Oriëntatie en positiemarkering Rechts en links van de tractor worden geïnterpreteerd in de vooruit rijrichting van de tractor. 5. HET BESTUREN VAN DE TRACTOR 5.1 5.1.1
STARTEN VAN DE MOTOR VOOR HET STARTEN VAN DE MOTOR
!! DANGER !! Wanneer men de motor start binnen in een ruimte zoals bijvoorbeeld een loods of schuur, ben er dan zeker van dat er genoeg ventilatie is.
(1) Controleer het motorolie peil Kijk of de motorolie het juiste peil heeft, zoniet dan moet er bijgevuld worden.
(2) Controleer het hydraulische transmissie olie peil Kijk of de transmissie olie het juiste peil heeft, zoniet dan moet er bijgevuld worden.
(3) Controleer het koelvloeistof niveau
25
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Ben er zeker van dat het koelvloeistof niveau tussen “FULL” en “LOW” staat.
(4) Open de brandstof toevoer (5) Controleer het brandstoffilter glaasje op vuil, mocht dit filter smerig zijn en het glaasje vuil, reinig deze dan.
5.1.2
HET STARTEN VAN DE MOTOR
!! IMPORTANT !! Om motor schade te voorkomen, gebruik geen startpilot. (1) Koppel de twee rempedalen aan elkaar.
(A) Koppeling
26
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(2) Trap de rempedalen in en trek aan de hendel omhoog
(3) Verwijder uw voeten van de rem, en deze moeten in de onderste stand blijven staan. (4) Plaats de versnellingspook, de gang versnelling (range), en de PTO inschakeling in z’n neutraal. (A) Hoofd versnellingspook (B) Gang versnelling (C) PTO inschakeling
(5) Laat het werktuig zakken tot de grond met de hydraulische hefinrichting
27
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(6) Trek de handgas hendel voorwaarts naar (B) om deze in de motorstart positie te zetten. (A) Handgas hendel (B) Verhoog het motor toerental (C) Verlaag het motor toerental
!! IMPORTANT !! Zo snel de motor loopt, duw het handgas hendel naar voren zodat de motor loopt op 1200 1500 toeren per minuut. Laat geen koude motor op volle toeren draaien. (7) Draai de sleutel met de klok mee naar de “AAN” positie. “AAN” positie
“STOP” Het elektrisch circuit is afgesloten. De motor stopt. (De sleutel kan worden verwijderd)
28
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
“AAN” Het elektrisch circuit komt in werking. “START” Start motor brengt de motor in werking, wanneer het koppelingspedaal volledig is ingetrapt. Laat de sleutel onmiddellijk los wanneer de motor loopt, en de sleutel valt weer automatisch in de positie “AAN” (8) Controleer de waarschuwingslampjes in de “AAN” positie van de sleutel.
#17: Oliedruk waarschuwingslampje brand. #18: Bijlaadt waarschuwingslampje brand. #19: Gloeibougie waarschuwingslampje brand 3 seconden. (9) Wanneer de 3 lampen boven niet branden, controleer de reden samen met uw YANMAR dealer. !! CAUTION !! Start de motor niet door direct op de accupolen te starten. De tractor zal in zijn versnelling starten en bewegen als het normale circuit is kortgesloten. Start de motor niet wanneer u op de grond staat. Start de motor alleen vanaf de bestuurders stoel wanneer de koppeling volledig is ingetrapt.
(10) Trap het koppelingspedaal de gehele slag in. (11) Draai de sleutel met de klok mee naar de “START” positie, om de startmotor in te schakelen. ** Motor start positie (12) Laat de sleutel los wanneer de motor start en de sleutel zal automatisch naar de “ON” positie terug vallen.
29
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
** “ON” positie (elektrisch circuit staat ingeschakeld) ** 24 !! IMPORTANT !! Laat de startmotor niet langer dan 10 seconden draaien. Wanneer de motor niet start, wacht minstens 1 minuut voordat u weer probeert te starten. (13) Controleer de waarschuwingslampen zo snel als de motor aanslaat. Wanneer een waarschuwingslamp brand, stop de motor en zoek de oorzaak op.
** Oliedruk waarschuwingslampje ** Oplaadt waarschuwingslampje ** Gloeibougie lampje ** Koelvloeistof temperatuur waarschuwingslampje (14) Verwijder uw voet van het koppelingspedaal. (15) Laat de motor enige minuten op een toerental van 1200 – 1500 TPM lopen.
!! IMPORTANT !! Laat de motor niet op een hoger toerental lopen en laat de motor niet werken voordat deze is opgewarmd. Laat de sleutel altijd op de “ON” positie wanneer de motor loopt. 5.1.3
MOTOR TOERENTAL
(1) Houd het motortoerental in de gaten door op de meter te kijken.
30
Handleiding KE-140 / KE-160
Langzaam stationair stand Werk snelheid Hoogste toerental
Lozeman Tuinmachines B.V.
Ke-140 1075 TPM 2600 TPM 2775 TPM
Ke-160 1075 TPM 2500 TPM 2650 TPM
(2) Voor 540 TPM aftakas snelheid, laat de motor lopen op 2130 TPM voor de KE-140 2310 TPM voor de KE-160 WIJZIGEN VAN DE MOTOR SNELHEID (1) Om de motor snelheid te verhogen, trek de gas hendel (A) richting (B) (2) Om de motor snelheid te verlagen, duw de gas hendel (A) richting (C)
(3) Om de motor snelheid tijdelijk boven de ingestelde snelheid te krijgen, moet u het gaspedaal intrappen.
!! IMPORTANT !! Wanneer de motor afslaat wanneer deze een vracht moet vervoeren, verminder dan direct de lading om abnormale hitte in het motorblok te voorkomen, en ga verder met de normale werkzaamheden of laat de motor 1 a 2 minuten stationair draaien. De motor lang stationair laten draaien zal de motor doen verkolen.
31
Handleiding KE-140 / KE-160
5.1.4
Lozeman Tuinmachines B.V.
STARTEN MET KOUD WEER
!! IMPORTANT !! Om motorschade te voorkomen gebruik geen startpilot. Wanneer de omgevingstemperatuur beneden de 0ºC (32ºF), start de motor dan met inachtneming van de volgende stappen. (1) Neem dezelfde stappen (1) tot en met (6) als bij het normaal starten van de motor.
(2) Draai de sleutel met de klok mee naar de “AAN” positie en houd deze in deze positie totdat het gloeibougie indicatielampje uit gaat. (3) Neem dezelfde stappen (8) tot en met (10) als bij het normaal starten van de motor. (4) Wanneer het indicatielampje uit gaat, draai de sleutel door naar de “START” positie en start de motor. ** Motor start positie (5) Neem dezelfde stappen (12) tot en met (15) als bij het normaal starten van de motor.
5.1.5
DE MOTOR STARTEN MET BEHULP VAN EEN START ACCU.
!! DANGER !! Accugassen kunnen exploderen. Houd vonken, vlammen en rokende materialen weg van de accu. Controleer de accu niet door een metaal voorwerp tegen de beide polen te houden
32
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(1) Het voertuig wat de tractor laat starten moet een 12 Volt massa (-) elektrisch circuit hebben (2) De tractor en het voertuig mogen niet in aanraking komen met elkaar (3) Parkeer de tractor op de juiste manier (4) Zet het contact en de lampen af (5) Open de motorkap en de beiden kappen aan de zijkant van de motor. !! CAUTION !! Wanneer de accu is bevroren, gebruik dan geen start accu om de motor te starten. (6) Verwijder de accucel doppen. Controleer de bevroren accu en het elektrolyt niveau. (7) Sluit de positieve (+) (rode) startkabel aan de start accu, zijn positieve (+) pool. (8) Sluit het andere einde van de positieve (+) startkabel, aan de positieve (+) pool aan de accu van de tractor. (9) Sluit de negatieve (-) (zwarte) startkabel aan de start accu zijn negatieve pool. !! CAUTION !! Sluit het andere einde van de negatieve (-) (zwarte) startkabel niet aan de tractor zijn negatieve (-) (zwarte) accupool. (10) Sluit het andere einde van de negatieve (-) (zwarte) startkabel aan de tractor zijn massa, niet in de buurt van de accu.
33
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(11) Probeer de tractor motor te starten. Wanneer de voltage te laag is in de start accu om de motor te laten lopen, laat dan wanneer de startaccu in een voertuig staat de motor van het voertuig waar de startaccu in staat enige minuten lopen. (12) Wanneer de tractor motor loopt, verwijder dan de startkabels als volgt. 1) Neem de negatieve (-) start kabel van de tractor accu pool 2) Neem de negatieve (-) start kabel van de startaccu pool. 3) Neem de positieve (+) start kabel van de tractor accu pool 4) Neem de positieve (+) start kabel van de startaccu pool KOELVLOEISTOF TEMPERATUUR WAARSCHUWINGSLAMPJE Houdt het koelvloeistof temperatuur waarschuwingslampje in de gaten. Wanneer het lampje oplicht, schakel dan snel naar een lage versnelling of verwijder lading. Wanneer de temperatuur niet snel terugvalt, stop de motor en onderzoek de oorzaak.
Wanneer het waarschuwingslampje brandt wanneer er met de tractor wordt gewerkt, stop de motor en zoek naar de oorzaak. #41 Koelvloeistof temperatuur waarschuwingslampje #42 Motoroliedruk waarschuwingslampje #43 Bijladen accu 5.2 AFZETTEN VAN DE MOTOR !! IMPORTANT !! Het plotseling stoppen van de hete motor kan motorschade veroorzaken door oververhitting. Laat de motor draaien op een toerental van 1200 – 1500 TPM voor ongeveer 2 minuten om schade te voorkomen.
(1) Trap de koppelingspedaal de gehele slag in. (2) Plaats de versnellingspook (A), gang versnelling (B) en de aftakas inschakeling (C) in de neutrale positie. (A) Versnellingspook
34
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(B) Gang versnelling (C) Aftakas inschakeling
(3) Laat de werktuigen geheel op de grond zakken met de hydraulische controle hendel. (Illustratie: Links) (4) Duw de handgas hendel (A) richting (C) om de motor snelheid te laten afnemen. (Illustratie: Rechts)
(5) Verbindt de rempedalen met de verbindingsstrip
(6) Trek de handrem hendel omhoog.
35
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(7) Laat de motor stationair draaien voor 1-2 minuten om de motor temperatuur te stabiliseren. (8) Draai de sleutel naar de “STOP” positie en verwijder de sleutel.
** Motor “UIT” positie 5.3 DE MOTOR LATEN INLOPEN (1) De motor is bedrijfsklaar voor normaal gebruik. De eerste 100 uur moet er wel extra aandacht aan de motor besteedt worden. (2) Voor het laten inlopen van de tractormotor is de ideale conditie de tractor op vol vermogen te laten werken onder de 75% van het werkvermogen voor ongeveer de eerste 100 uur.
(3) Vermijd het onnodig stationair laten lopen van de tractor motor. Wanneer de tractor langer stationair loopt dan 5 minuten, zet de motor dan af. (4) Houd het koelvloeistof temperatuur waarschuwingslampje goed in de gaten. ** Koelvloeistof waarschuwingslampje (5) Controleer de motor olie met de peilstok en het koelvloeistof niveau vaker en let op enige aanwijzing van lekken.
36
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(6) Vervang de motorolie en het oliefilter na de eerste 50 draai uren. (7) Totdat u bekend bent met het geluid en de besturing van de tractor, let dan extra op.
6. HET BESTUREN VAN DE TRACTOR
6.1 Rijden met de tractor Voor het rijden met de tractor. (1) Controleer de waarschuwingslampjes ** Koelvloeistof waarschuwingslampje ** Oliedruk waarschuwingslampje ** Accu oplaadt lampje (zie voor details Par. 6.1) (2) Controleer het motorolie peil, koelvloeistof, transmissie hydrauliek olie, en de vooras voor het oliepeil. (Zie par. 9.2, 9.3 en 9.4 voor details)
37
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(3) Controleer de voor en achter wielbouten en trek deze wanneer nodig met een torque sleutel aan. (Zie par. 10.3.1, 10.3.2 voor details) (4) Controleer de bandenspanning. (Zie par. 10.3.1 voor details) Bestuurderzitting afstel hendels De bestuurderzitting kan zo afgesteld worden zodat deze naar uw lichaam en lichaamsgewicht afgesteld kunnen worden.
• • • • •
(A) Gewicht aanpassingshendel Om de veer strakker te maken, zet het “+” symbool omhoog en schuif de veer versteller naar links of rechts. Om de veer minder strak te maken, zet het “-“ symbool omhoog en schuif de veer versteller naar links of rechts. (B) Bestuurderstoel hoogte verstelling Om de zitting in hoogte te verstellen, verschuif de verstelling naar (D). Om de zitting in laagte te verstellen, verschuif de verstelling naar (E). (C) Zitting positie versteller Om de positie te verschuiven, trek de hendel omhoog.
CLAXON SCHAKELAAR EN GEVARENLICHT SCHAKELAAR Duw de claxon knop in om te claxonneren, alleen mogelijk wanneer het contact schakelaar in de “AAN” positie staat.
38
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
** Claxon knop Duw de gevarenlicht schakelaar in om de gevaren lichten in te schakelen. ** Gevaren licht schakelaar LICHTSCHAKELAAR EN KNIPPERLICHT SIGNAAL Zie het onderstaande schema voor elke functie: # Exc.1
Note: De bovenstaande functies worden verkregen wanneer de contactschakelaar in de “ON” positie is geplaatst. ** Het elektrisch circuit is aangesloten (“AAN” positie). (*) : Optioneel te verkrijgen bij de dealer. BRANDSTOFMETER De brandstofmeter geeft de hoeveelheid brandstof in de tank weer. Wanneer de naar in de rode zone komt, vul de brandstof bij wanneer mogelijk.
39
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
KOPPELINGSPEDAAL !! IMPORTANT !! Om onnodige slijtage van de koppelingsplaat te voorkomen, werk dan niet met de tractor door uw voet op het koppelingspedaal te laten rusten.
Het koppelingspedaal wordt gebruikt om de motorkracht aan de transmissie te koppelen en te ontkoppelen. Het wordt ook gebruikt om te kunnen schakelen of om de tractor te stoppen wanneer het pedaal volledig wordt ingedrukt. Om te ontkoppelen, trap het koppelingspedaal snel in. Om te koppelen, laat het pedaal zeer langzaam los. KOPPELINGSPEDAAL BLOKKERING Wanneer u de tractor voor een langere periode niet gebruikt wordt, (1) Gebruik de handrem (2) Trap het koppelingspedaal volledig in, en klamp de blokkering vast (A) zoals staat aangegeven in de afbeelding.
REMPEDAAL !! Warning!! Om het omslaan van de trekker te voorkomen, mag een van de rempedalen niet individueel gebruikt worden bij het maken van een bocht met een hoge snelheid. Verbindt de beide rempedalen met de verbindingsplaat. Verstel de vrije slag van de rempedalen zo dat deze bij de beide pedalen hetzelfde zijn, om voorkomen dat de tractor naar een kant trekt wanneer de beide pedalen gekoppeld zijn.
40
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
!! IMPORTANT !! Om onnodig slijten tegen te gaan, bedien de tractor dan niet door uw voeten op de pedalen te laten rusten.
Wanneer u een scherpe bocht maakt, (1) Plaats de versnellingshendel in de laagste versnelling en op de stationaire gas stand. (2) Ontkoppel de twee rempedalen. (3) Gebruik het rempedaal individueel om een rechter of een linker bocht te maken.
HANDREM HENDEL !! CAUTION !! Wanner u de tractor parkeert, verbindt dan de beide rempedalen en schakel de handrem zeker in. Wanneer u het niet kunt vermijden om op een helling te parkeren, zet de tractor dan met de neus omhoog en schakel de handrem zeker in en blokkeer de voor en de achterwielen.
41
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
Het inschakelen van de handrem: (1) Verbindt de beide rempedalen met de verbindingsplaat (A).
(2) Trek de handrem omhoog.
Om de tractor van de handrem te zetten:
42
Handleiding KE-140 / KE-160
Lozeman Tuinmachines B.V.
(1) Duw de knop aan de bovenzijde van de hendel in en duw de handrem hendel naar beneden.
TRANSMISSIE EN SCHAKELEN !! IMPORTANT !! Om transmissie schade te voorkomen, schakel dan niet met de hoofdversnellingspook en de gangen schakeling tijdens het rijden.
De tractor heeft een gecombineerde transmissie, het heeft acht versnellingen vooruit en vier versnellingen achteruit. Hoofd versnellingspook (A) levert twee versnellingen vooruit en één versnelling achteruit wanneer het koppelingspedaal volledig is ingetrapt. Gang schakel hendel (B) voorziet in vier snelheidsgangen wanneer het koppelingspedaal in zijn geheel is ingetrapt. (A) Hoofd versnellingspook (B) Gang versnelling Gebruik een juiste inschakeling van versnellingen voor de werk en rijsnelheid om de hoeveelheid lading en de verschillende werkomstandigheden op elkaar af te stemmen. PERMANENTE VOORWIELAANDRIJVING Deze tractor heeft een permanente vierwiel aandrijving.
43