Nederland. Statistisch Jaaroverzicht. en Internationale Bescherming. 1 januari december 2008

Nederlands nationaal contactpunt voor het Europees migratienetwerk (EMN)

Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale Bescherming September 2010

Nederland 1 januari 2008 - 31 december 2008

Het doel van het Europees Migratienetwerk (EMN) is om tegemoet te komen aan de informatiebehoefte van de communautaire instellingen en van de autoriteiten en instellingen van de lidstaten op het gebied van migratie en asiel door ter ondersteuning van de beleidsvorming op deze gebieden in de Europese Unie actuele, objectieve, betrouwbare en vergelijkbare informatie te verstrekken. Het EMN heeft ook tot taak het publiek over deze onderwerpen voor te lichten.

Het EMN is opgezet bij Raadsbeschikking 2008/381/EG van 14 mei 2008 en wordt financieel ondersteund door de Europese Commissie. Het netwerk bestaat naast de Commissie uit door de lidstaten aangewezen nationale contactpunten (NCP). De NCP’s onderhouden een nationaal netwerk.

Contact IND Informatie- en Analysecentrum (INDIAC) NL EMN NCP Postbus 5800 2280 HV Rijswijk Tel: 070 779 4897 Fax: 070 779 4397 E-mail: [email protected]

Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale Bescherming 1 januari 2008 - 31 december 2008

September 2010 Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Stafdirectie Uitvoeringsbeleid (SUB), IND Informatie- en Analyse Centrum (INDIAC), Nederlands nationaal contactpunt voor het Europees migratienetwerk (EMN)

INDIAC - NL EMN NCP | september 2010 | Statistisch Jaaroverzicht 2008

3


4

Managementsamenvatting Het Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale bescherming 2008 bevat de belangrijkste statistische kengetallen op het gebied van migratie, internationale bescherming en preventie van illegale binnenkomst en illegaal verblijf in Nederland in 2008. In het rapport wordt aandacht geschonken aan recente trends en belangrijke verschillen met voorgaande jaren. Dit rapport is en product van het IND Informatie- en Analysecentrum (INDIAC), het Nederlandse nationaal contactpunt (NCP) voor het Europees Migratienetwerk (EMN). Het EMN is een initiatief van de Europese Commissie. Het doel van het EMN is de Gemeenschap, haar lidstaten en het publiek, te voorzien van objectieve, betrouwbare en vergelijkbare informatie betreffende migratie en asielzaken op Europees en nationaal niveau. Jaarlijks stellen de nationale contactpunten van het EMN een dergelijk statistisch jaaroverzicht op. Dit is de zesde editie van het Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale bescherming (voorheen Annual Report on Asylum and Migration). De Europese Commissie brengt de resultaten van de verschillende landenstudies samen in een vergelijkend Europees rapport. Het jaar 2008 vormt een breuk met de voorgaande jaren omdat bij het opstellen van dit rapport voor het eerst de Verordening ( EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale bescherming wordt toegepast. Voor de nationale dataleveranciers van de Lidstaten geldt vanaf 2008 de verplichting statistieken over migratie en internationale bescherming conform deze Verordening te leveren aan Eurostat, het Europese bureau voor de statistiek. Deze werkwijze zal de uniformiteit van definities aanzienlijk verbeteren. Consequentie is echter ook dat op een aantal onderdelen voor de eerst keer op deze specifieke wijze data zijn verzameld, waardoor een vergelijking met rapporten uit voorgaande jaren niet altijd mogelijk is. In het Nederlands rapport wordt allereerst aandacht besteed aan Internationale Migratiestromen waarin begrepen de data met betrekking tot immigratie naar en emigratie uit Nederland. In 2008 bereikte de immigratie met bijna 144.000 mensen een recordhoogte. Een dergelijk aantal werd niet eerder waargenomen. Het CBS verricht tellingen naar immigratie en emigratie sinds 1865. In de eerste drie kwartalen van 2008 nam vooral het aantal arbeidsmigranten uit de Europese Unie toe. De emigratie daalde in 2008 juist van 91.028 naar 90.067, deze ontwikkeling droeg verder bij aan de bevolkingsgroei. Nadat in 2007 het aantal aanvragen om toelating als vluchteling het laagste niveau in tien jaar had bereikt is in 2008 weer sprake van toenemend aantal van deze aanvragen. Vergeleken met 2007 (7.102) steeg het aantal eerste aanvragen in 2008 (13.399) zelfs met 88%. De stijging van het aantal asielverzoeken in 2008 werd veroorzaakt door een toename van aanvragen van vreemdelingen met de Irakese en in mindere mate de Somalische nationaliteit. De data over verleende asielstatussen in 2008 bevestigen de eerder in het EMN rapport Niet binnen de EU geharmoniseerde bescherming gesignaleerde ontwikkeling dat een substantieel percentage van deze statussen wordt toegekend voor subsidiaire bescherming of nationale vormen van bescherming. Nog altijd wordt in niet meer dan 9% van de inwilligende asielbeslissingen een vluchtelingenstatus op basis van het Verdrag van Genève toegekend. Ook in 2008 vormde gezinshereniging/gezinsvorming het belangrijkste doel om in Nederland een verblijfsvergunning aan te vragen. Ruim 23.000 personen deden om deze reden een verblijfsaanvraag. In totaal werd in het referentiejaar 3.160 vreemdelingen aan de grens geweigerd. Het merendeel van de weigeringen vond plaats op een luchthaven ( 3.060) slechts 95 personen werden in een zeehaven geweigerd. De belangrijkste reden om personen te weigeren betrof het niet beschikken over een geldig reisdocument (805) gevolgd door het niet beschikken over een geldig visum dan wel een geldige verblijfsvergunning (715). Ook werden 470 vreemdelingen geweigerd wegens valse reispapieren.


5

China vormde met 325 personen het belangrijkste land van herkomst van de totale populatie geweigerde vreemdelingen. Het aantal illegaal aangetroffen vreemdelingen dat in bewaring werd gesteld bedroeg 7.500 waarvan zowel Chinezen als Marokkanen met elk 605 vreemdelingen de twee belangrijkste nationaliteiten vertegenwoordigden. Turkije en Marokko bleven in 2008 de landen waarnaar de meeste vreemdelingen terugkeerden na een verblijf in Nederland.


6

Inhoudsopgave 1. Inleiding________________________________ Inleiding________________________________________________________________ _______________________________________________________________________________ _______________________________________________ 9 2. Methodologie ________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________ 11 staatsburgerschap__ __ 13 3. Internationale Migratie, gewone verblijfplaats populatie en de verwerving van staatsburgerschap 3.1 Internationale Migratiestromen_________________________________________________________ 13 3.2 Gewone verblijfplaats _________________________________________________________________ 14 3.3 Verwerven van staatsburgerschap _______________________________________________________ 15 4. Internationale bescherming _____________________________________________________________ _____________________________________________________________ 17 4.1. Aanvragen om internationale bescherming ______________________________________________ 17 4.2. Beslissingen op aanvragen om internationale bescherming ________________________________ 18 4.3. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen ______________________________________________ 20 4.4. Dublin ______________________________________________________________________________ 21 5. Preventie van illegale binnenkomst en illegaal verblijf _______________________________________ _______________________________________ 23 5.1 Weigeringen __________________________________________________________________________ 23 5.2 Illegaal in Nederland aangetroffen vreemdelingen_________________________________________ 24 6. Verblijfsvergunningen en verblijf van derdelanders________________________________ derdelanders __________________________________________ __________________________________________ 25 7. Terugkeer ________________________________________________________________ _____________________________________________________________________________ _____________________________________________ 27 7.1. Relatie tussen weigeringen aan de grens, aantallen illegaal aangehouden vreemdelingen en terugkeer _______________________________________________________________________________ 28 Bibliografie ________________________________________________________________ _____________________________________________________________________________ _____________________________________________ 29 Bijlage: Tabellen ________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________ 31


7

Lijst met tabellen en figuren Tabel 1: Immigratie en Emigratie, Nederland, 2002-2008 .............................................................................. 13 Tabel 2: Asielzoekers naar de belangrijkste landen van herkomst, Nederland, 2007 en 2008 ..................... 17 Tabel 3: Asiel aanvragen door AMV’s, Nederland, 2002-2008 ........................................................................ 20 Tabel 4: Totale migratie Nederland 2008 ......................................................................................................... 31 Tabel 5: Immigratie naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht ................................................ 31 Tabel 6: Immigratie naar geboorteland, leeftijdscategorie en geslacht ........................................................ 31 Tabel 7: Immigratie naar land van vorig verblijf, leeftijdscategorie en geslacht........................................... 32 Tabel 8: Emigratie naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht................................................... 32 Tabel 9: Emigratie naar land van volgend gewoon verblijf, leeftijdscategorie en geslacht.......................... 32 Tabel 10: Gewoon verblijf naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht (bevolking) .................. 33 Tabel 11: Gewoon verblijf naar geboorteland, leeftijdscategorie en geslacht (bevolking ).......................... 33 Tabel 12: Verwerven Nederlanderschap naar land van het vorige staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht .............................................................................................................................................................. 34 Tabel 13: Eerste aanleg beslissingen op asielverzoeken naar staatsburgerschap en aard van de beslissing/status................................................................................................................................................ 34 Tabel 14: Definitieve beslissingen op asielverzoeken naar staatsburgerschap en aard van de beslissing/status................................................................................................................................................ 34 Tabel 15: Beslissingen op asielverzoeken naar soort beslissing, status, leeftijdscategorie en geslacht...... 35 Tabel 16: Hervestiging van personen naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht.................... 35 Tabel 17: Eerste asielverzoeken naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht............................. 35 Tabel 18: Asielverzoeken in behandeling naar staatsburgerschap, leeftijdsgroep en geslacht ................... 35 Tabel 19: Ingetrokken asielverzoeken naar staatsburgerschap, leeftijdsgroep en geslacht......................... 36 Tabel 20: Derdelanders illegaal aangetroffen in Nederland naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht .............................................................................................................................................................. 36 Tabel 21: Eerste verblijfsvergunning, naar staatsburgerschap en verblijfsdoel............................................ 36 Tabel 22: Alle geldige verblijfsvergunningen naar staatsburgerschap,verblijfsdoel en geldigheidsduur ... 36 Tabel 23: Aantal langdurig ingezeten derdelanders naar staatsburgerschap ............................................... 37 Tabel 24: Derdelanders aangezegd te vertrekken en zij die daadwerkelijk zijn vertrokken na deze aanzegging te hebben ontvangen .................................................................................................................... 37 Tabel 25: Derdelanders die zijn aangezegd te vertrekken .............................................................................. 37 Tabel 26: Derdelanders die daadwerkelijk zijn vertrokken na een aanzegging daartoe te hebben ontvangen .......................................................................................................................................................... 37 Tabel 27: Derdelanders toegang tot grondgebied geweigerd naar reden van weigering en soort van grensovergang ................................................................................................................................................... 38 Tabel 28: Top 10 derdelanders die werden geweigerd naar soort grensovergang......................................... 38 Tabel 29: Asielverzoeken door alleenstaande minderjarige vreemdelingen naar nationaliteit, leeftijdscategorie en geslacht ........................................................................................................................... 38 Tabel 30: Inkomende verzoeken (Dublin) naar reden van het verzoek en aard van de beslissing.............. 39 Tabel 31: Uitgaande verzoeken (Dublin) naar reden van het verzoek en aard van de beslissing............... 39 Tabel 32: Totaal Inkomende verzoeken naar Lidstaat die het verzoek deed en de reden van het verzoek. 40 Tabel 33: Totaal Uitgaande verzoeken naar Lidstaat en reden van het verzoek ........................................... 41 Figuur 1: Gewoon verblijf derdelanders naar nationaliteit in 2008............................................................... 14 Figuur 2: Gewoon verblijf derdelanders naar geboorteland in 2008 ............................................................. 14 Figuur 3: Verwerving Nederlanderschap door derdelanders in 2008 naar vorige nationaliteit .................. 15 Figuur 4: Positieve asielbeslissingen in 2008 naar status ............................................................................... 19 Figuur 5: Derdelanders in 2008 geweigerd aan de grens ................................................................................ 23 Figuur 6: Derdelanders illegaal aangetroffen in Nederland in 2008.............................................................. 24 Figuur 7: Verleende verblijfsvergunningen 2008 naar verblijfsdoel .............................................................. 25 Figuur 8: Terugkeer derdelanders in 2008 ....................................................................................................... 27


8

1. Inleiding Het Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale bescherming 2008 bevat de belangrijkste statistische kengetallen op het gebied van migratie, internationale bescherming en preventie van illegale binnenkomst en illegaal verblijf in Nederland in 2008. In het rapport wordt aandacht geschonken aan recente trends en belangrijke verschillen met voorgaande jaren. Dit rapport is en product van het IND Informatie- en Analysecentrum (INDIAC), het Nederlandse nationaal contactpunt (NCP) voor het Europees Migratienetwerk (EMN). Het EMN is een initiatief van de Europese Commissie. Jaarlijks stellen de nationale contactpunten van het EMN een dergelijk statistisch jaaroverzicht op. Dit overzicht is de zesde editie van het Statistisch Jaaroverzicht Migratie en Internationale bescherming (voorheen Annual Report on Asylum and Migration). De Europese Commissie brengt de resultaten van de verschillende landenstudies samen in een vergelijkend Europees rapport. Het EMN is een initiatief van de Europese Commissie en vindt zijn rechtsbasis in Raadsbeschikking 2008/381/EG van 14 mei 2008. Het doel van het EMN is om tegemoet te komen aan de informatiebehoefte van de communautaire instellingen en van de autoriteiten en instellingen van de lidstaten op het gebied van migratie en asiel. Het EMN doet dit door ter ondersteuning van de beleidsvorming op deze gebieden in de Europese Unie actuele, objectieve, betrouwbare en vergelijkbare informatie te verstrekken. Het EMN heeft ook tot taak het publiek over deze onderwerpen voor te lichten. Het jaar 2008 vormt een breuk met de voorgaande jaren omdat bij het opstellen van dit rapport voor het 1 eerst de Verordening ( EG) nr. 862/2007 wordt toegepast. Voor de nationale dataleveranciers van de Lidstaten geldt vanaf 2008 de verplichting statistieken over migratie en internationale bescherming conform deze Verordening te leveren aan Eurostat, het Europese bureau voor de statistiek. Deze werkwijze heeft de uniformiteit van definities aanzienlijk verbeterd. Consequentie is ook dat op een aantal onderdelen voor de eerst keer op deze specifieke wijze data zijn verzameld waardoor een vergelijking met de rapporten uit voorgaande jaren niet altijd mogelijk is. Zo wordt in tegenstelling tot voorgaande jaren in de meeste categorieën een nadere uitsplitsing gemaakt naar leeftijd en geslacht. Ook worden data met betrekking tot de toepassing van de Verordening (EG) nr. 343/2003 (Dublin) en het verwerven van staatsburgerschap deze keer voor het eerst weergegeven in deze rapportage. Ook worden dit jaar landen geclassificeerd aan de hand van het niveau van hun ontwikkeling. Op basis van de zogenaamde Human Development Index (HDI) worden landen als hoog, gemiddeld dan wel laag ontwikkeld geclassificeerd. Landen worden als hoog ontwikkeld aangemerkt indien de HDI groter is dan 0,8. Gemiddeld ontwikkelde landen scoren tussen de 0,5 en 0,8 en laag ontwikkelde landen hebben een HDI kleiner dan 05. Criteria die bij deze rangschikking een rol spelen zijn levensverwachting, analfabetisme, de mate waarin onderwijs wordt gevolgd en het bruto binnenlands product per hoofd 2 van de bevolking. De Human Development Index is ontwikkeld door de Verenigde Naties. De indeling van dit rapport is ontleend aan de specificaties die gezamenlijk zijn ontwikkeld door de Europese Commissie en de NCP ’s. De NCP ’s beschrijven hun nationale situatie allemaal volgens hetzelfde stramien. Dit versterkt de vergelijkbaarheid tussen de rapporten onderling. Het rapport beoogt naast een feitelijke weegave ook een analyse en interpretatie te geven van de verzamelde data. De contextuele interpretatie in elk hoofdstuk is in het bijzonder gerelateerd aan wettelijke, beleidsmatige en internationale factoren. Voor een betere leesbaarheid van het rapport is er voor gekozen de tabellen op te nemen in een afzonderlijke Bijlage 1.

1

Verordening ( EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 betreffende communautaire statistieken over migratie en internationale bescherming 2 United Nations, Human Development Report 2009 – HDI rankings. Op 20 augustus 2010 ontleend aan http://hdr.undp.org/en/statistics/


9


10

2. Methodologie Alle in dit rapport gebruikte data zijn betrokken uit de database van Eurostat, het Europese bureau voor Statistiek. De meeste data van Eurostat die dit in rapport worden gebruikt hebben betrekking op derdelanders (derdelanders zijn personen die geen burger zijn van de Unie in de zin van artikel 17, lid 1 3 Verordening (EG) nr. 862/2007, inclusief staatlozen). Alleen de in hoofdstuk 3 gebruikte data (totalen) die gaan over internationale migratie (immigratie/emigratie), gewone verblijfplaats en de verwerving van staatsburgerschap hebben ook betrekking op EU-onderdanen. Dit rapport is verder tot stand gekomen door desk research in relevante Nederlandse openbare publicaties. Voor dit doel werden diverse bronnen geraadpleegd met behulp van literatuuronderzoek en werd informatie verzameld via Internet. In Bijlage 1 zijn de tabellen opgenomen met betrekking tot de relevante data voor zover van belang voor de in de hierboven in hoofdstuk 1 genoemde specificaties zoals die zijn ontwikkeld door de Europese Commissie en NCP’s. In Nederland zijn verschillende actoren betrokken bij het verzamelen van statistische gegevens als het gaat om internationale bescherming, migratie en terugkeer. Data die betrekking hebben op migratie, voor zover het demografische aspecten betreft (bijvoorbeeld bevolkingsopbouw, immigratie en emigratie) worden aan Eurostat geleverd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. De informatie is gebaseerd op de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). De derdelanders die in de GBA staan geregistreerd behoeven niet reeds in het bezit te zijn van een verblijfsvergunning. Zo kunnen ook derdelanders die in afwachting zijn van een beslissing op hun verblijfsaanvraag worden ingeschreven in de GBA. Overigens worden asielzoekers die tot deze categorie 4 behoren pas in de GBA geregistreerd zes maanden nadat zij een asielaanvraag hebben ingediend. Deze registratie zegt verder niets over de uitkomst van de procedure rond deze aanvraag. De cijfers die het CBS hanteert over immigratie en emigratie hebben betrekking op personen die ingeschreven staan in, respectievelijk uitgeschreven worden uit, de GBA. Aan het inschrijvingscriterium wordt voldaan indien de verwachte verblijfsduur in Nederland in het halfjaar volgend op de vestiging ten minste vier maanden bedraagt. Voor emigratie geldt dat de verwachte verblijfsduur in het buitenland in het jaar volgend op het 5 vertrek ten minste acht maanden bedraagt. De hierboven genoemde periode van vier maanden strookt overigens niet met de Verordening 862/2007. In artikel 2 b van deze verordening is bepaald dat onder immigratie wordt verstaan ‘de handeling waarbij een persoon zijn of haar gewone verblijfplaats voor ten minste twaalf maanden, of naar verwachting ten minste twaalf maanden, op het grondgebied van een lidstaat vestigt, nadat hij/zij daarvoor zijn/haar gewone verblijfsplaats in een andere lidstaat of in een derde land had’. De belangrijkste nationale dataleverancier op het gebied van internationale bescherming en verblijfsvergunningen voor reguliere doeleinden is de Immigratie- en Naturalisatie Dienst (IND). De bron voor deze informatie wordt gevormd door het IND informatiesysteem (INDIS). Met betrekking tot asielbeslissingen kunnen niet alle data waar in de specificaties om is verzocht worden geleverd. Zo is wel het totaal aantal intrekkingen van vergunningen beschikbaar maar kunnen deze data wegens geldende systeembeperkingen niet worden uitgesplitst naar status van de ingetrokken vergunning. In de specificaties wordt ook verzocht een onderscheid te maken tussen asielbeslissingen in eerste aanleg en definitieve beslissingen, zogenaamde ‘final decisions’. In Nederland worden met definitieve beslissingen bedoeld de beslissingen die worden genomen nadat de rechter in beroep de IND heeft opgedragen een nieuw besluit te nemen. Beslissingen waartegen geen beroep is ingesteld bij de rechter komen hier niet in voor.

3

Verordening (EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de raad van 11 Juli 2007, Artikel 2 (definities)

4

Wet Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens, 9 juni 1994

5

CBS persbericht PB09-006 (2009), Bevolking groeit met 81 duizend. Op 14 mei 2009 ontleend aan: http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/8F0B9281-784E-4A03-B7B4-D62CBB69C5DA/0/pb09n006.pdf


11

De data met betrekking tot geweigerde vreemdelingen worden geleverd door de Koninklijke Marechaussee (verder Marechaussee) en de Zeehavenpolitie. De Marechaussee en Zeehavenpolitie spelen een belangrijke rol op het gebied van grenscontrole. De IND is de nationale dataleverancier ten behoeve van statistieken die betrekking hebben op in Nederland verblijvende illegale vreemdelingen. In de meeste gevallen is het de vreemdelingenpolitie die illegale vreemdelingen aantreft. Voor zover dat gebeurt door andere politieonderdelen (bijvoorbeeld de spoorwegpolitie) dan zal de betreffende vreemdeling altijd worden overgedragen aan de vreemdelingenpolitie. De politie houdt echter zelf geen statistieken bij van aangehouden vreemdelingen. De IND komt pas in beeld nadat de vreemdeling in bewaring is gesteld. Voor die tijd is de vreemdeling niet bekend bij de IND tenzij hij of zij eerder een verblijfsrechtelijk procedure heeft gevoerd dan wel op grond van illegaal verblijf eerder is staande gehouden en er in dat kader een vreemdelingrechtelijke procedure is gevoerd. Nadat is overgegaan tot vreemdelingenbewaring zal (in de meeste gevallen via de Afdeling Procesvertegenwoordiging van de IND), de vreemdeling worden geregistreerd in INDIS. De statistieken met betrekking tot in Nederland verblijvende illegale vreemdelingen behelzen feitelijk de aantallen wegens illegaal verblijf in vreemdelingenbewaring genomen personen. De data met betrekking tot verwijderde vreemdelingen worden sedert 1 januari 2007 niet meer rechtstreeks door de IND geleverd. Vanaf deze datum zijn veel taken die samenhangen met de terugkeer van vreemdelingen overgedragen aan de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V). Deze dienst ressorteert onder het Ministerie van Justitie. De data over terugkeer worden vanaf 1 januari 2007 door dat ministerie verzameld met behulp van een database genaamd Ketenbrede Management Informatie (KMI) waar gegevens van DT&V, Marechaussee en de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) samenkomen. De verplichting van een vreemdeling om Nederland te verlaten vloeit rechtstreeks voort uit de wet. Nederland kent derhalve geen afzonderlijk terugkeerbesluit of uitzettingsbevel. In Nederland is namelijk sprake van en meervoudige beslissing. Deze beslissing waarbij een verblijfsvergunning wordt geweigerd houdt tevens de verplichting in voor de vreemdeling om terug te keren. De cijfers omtrent afgewezen aanvragen om verblijfsvergunningen worden vanuit INDIS door de IND geleverd. Op grond van de Verordening worden de bovengenoemde data verstrekt aan Eurostat.


12

3. Internationale Migratie, gewone verblijfplaats populatie en de verwerving van staatsburgerschap In dit hoofdstuk wordt een overzicht geboden van een aantal demografische ontwikkelingen dat direct samenhangt met internationale migratie. Paragraaf 3.1 beschrijft de ontwikkelingen die samenhangen met immigratie en emigratie. In de bijbehorende tabellen 4 tot en met 9 (zie Bijlage 1) worden overzichten getoond van immigranten en emigranten uitgesplitst naar nationaliteit, geboorteland en land van vorige gewone verblijfplaats voor zover het immigratie betreft dan wel het land van volgende gewone verblijfsplaats als het om emigratie gaat. In paragraaf 3.2 wordt de ontwikkeling geschetst van de populatie in Nederland verblijvende vreemdelingen uitgesplitst naar nationaliteit, geboorteland, leeftijd en geslacht (tabel 10 en 11). Paragraaf 3.3 ten slotte beschrijft de ontwikkelingen met betrekking tot personen woonachtig in Nederland die in 2008 het Nederlands staatsburgerschap hebben verworven.

3.1 Internationale Migratiestromen In 2008 bereikte de immigratie met bijna 144.000 mensen een recordhoogte. Een dergelijk aantal werd niet eerder waargenomen. De tellingen met betrekking tot immigratie en emigratie worden sinds 1865 door het CBS uitgevoerd. In de eerste drie kwartalen van 2008 nam vooral het aantal arbeidsmigranten 6 uit de Europese Unie toe. De emigratie (exclusief correcties) daalde in 2008 juist van 91.028 naar 90. 067, deze ontwikkeling droeg verder bij aan de bevolkingsgroei. Tabel 1: Immigratie en Emigratie, Nederland, 2002 2002-2008 2002 2003 2004 Totale Immigratie 121.250 104.514 94.019 Totale Emigratie 66.728 68.885 75.049

2005 92.297 83.399

2006 101.150 91.028

2007 116.819 91.287

2008 143.516 90.067

Chinezen vormden in 2008 de grootste groep derdelanders die in Nederland arriveerden (4.234) gevolgd door personen met de Indiase nationaliteit(3.454). Landen als Turkije en Marokko, die in 2003 en 2004 nog verantwoordelijk waren voor de grootste instroom van derdelanders, zijn vanaf 2005 (Marokko) en 2006 (Turkije) verdrongen door China, de Verenigde Staten en India (tabel 5). In 2003 kwamen 564 personen met de Indiase nationaliteit als immigrant naar Nederland in 2008 waren dat er, zoals hiervoor al gememoreerd, 3.454. Ook voor Oost-Europeanen bleef Nederland en populaire bestemming. In 2008 immigreerden 13.277 Polen en 5.231 Bulgaren naar Nederland. In 2002 waren dat er nog respectievelijk 1.593 en 433. Een belangrijke reden voor deze groei vormde de toetreding van deze landen tot de EU. Vanuit traditionele asiellanden als Irak, Afghanistan en Somalië werden respectievelijk 772, 227 en 19 personen als immigrant door het CBS geregistreerd. Dit lage aantal kan worden verklaard uit het feit dat veel asielzoekers ongedocumenteerd zijn. Zij worden in dat geval in de GBA geregistreerd met als nationaliteit ‘onbekend’.

6

CBS persbericht PB09-006 (2009) Bevolking groeit met 81 duziend. Op 11 juni 2010 ontleend aan: http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/8F0B9281-784E-4A03-B7B4-D62CBB69C5DA/0/pb09n006.pdf


13

3.2 Gewone verblijfplaats Met gewone verblijfplaats wordt bedoeld ‘de plaats waar een persoon gewoonlijk de dagelijkse rustperiode doorbrengt, ongeacht tijdelijke afwezigheid voor recreatie- of vakantiedoeleinden, vriendenen familiebezoek, zakenreizen, medische behandelingen of bedevaarten, of, bij gebreke daaraan, de 7 plaats van het legaal of geregistreerd verblijf’. Op 31 december 2008 telde Nederland 16.485.787 inwoners. In dit rapport gaat de belangstelling in de eerste plaats uit naar de ‘derdelanders’. Van deze categorie derdelanders vormden ook in 2008 Turken de grootste bevolkingsgroep (92.698) die in Nederland hun gewone verblijfplaats hielden (tabel 10). Zij worden gevolgd door de Marokkanen (70.801). Er zijn data verzameld (zie figuren 1 en 2) over de bevolkingssamenstelling naar nationaliteit en naar geboorteland. Van oudsher, vanwege het koloniale verleden, vormen personen met als geboorteland Suriname en Indonesië (dan wel voormalig Nederlands-Indië) een grote groep in Nederland. Zo verbleven er op de peildatum 186.707 personen in Nederland die in Suriname en 143.705 personen die in Indonesië (dan wel voormalig Nederlands-Indië) werden geboren. Deze twee landen komen echter niet terug in figuur 2. Veel Surinamers kozen na het onafhankelijk worden van hun land in 1975 voor het Nederlanderschap. Voor personen geboren in voormalig Nederlands-Indië, die na de onafhankelijkheid naar Nederland kwamen, gold in de meeste gevallen dat zij hun Nederlandse nationaliteit behielden. Figuur 1: Gewoon verblijf derdelanders naar nationaliteit in 2008

Turkije 17% Marokko 13%

China 3% Verenigde Staten 3%

Overige derdelanders 64%

Figuur 2: Gewoon verblijf derdelanders naar geboorteland in 2008

Turkije 9%

Suriname 9% Marokko 8%

Overige derdelanders 67%

Indonesië (voormalig Nederlands-Indië) 7%

7

Verordening (EG) nr. 862/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007. Digitaal beschikbaar via: http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2007:199:0023:0029:NL:PDF


14

De verdeling over de seksen is in de regel redelijk gelijkmatig namelijk 51% vrouwen en 49% mannen, gemeten over het totaal aantal inwoners. Uitzondering op deze regel vormen nationaliteiten als de Thaise (84%), Indonesische (67%) en Braziliaanse (71%) welke relatief veel vrouwen vertegenwoordigen. India onderscheidt zich juist door een oververtegenwoordiging van mannen (63%). Deze oververtegenwoordiging van vrouwen dan wel mannen is mogelijk te verklaren door aan cultuur ten grondslag liggende redenen van immigratie.

3.3 Verwerven van staatsburgerschap In deze paragraaf worden ontwikkelingen en trends beschreven met betrekking tot derdelanders die in 2008 het Nederlanderschap hebben verworven. In 2008 verwierven in totaal 28.229 personen de Nederlandse nationaliteit. Dat betekende een daling ten opzichte van 2007 toen 30.653 personen het Nederlands staatsburgerschap verwierven (tabel 12). Marokkanen (5.034) en Turken (3.147) vormen binnen deze categorie van oudsher de grootste groepen. Deze twee nationaliteiten vormen, zoals in paragraaf 3.2 al werd opgemerkt, ook de twee grootste groepen derdelanders in Nederland. Figuur 3: Verwerving Nederlanderschap door derdelanders in 2008 naar vorige nationaliteit

Suriname 5% Turkije 16%

Irak 5%

Afghanistan 3%

Onbekend 45%

Marokko 26%

Met betrekking tot het verwerven van het Nederlanderschap door personen afkomstig uit EU-landen geldt Polen met 237 personen als het belangrijkste EU-land. Opvallend is dat het aandeel “nationaliteit onbekend” zeer hoog is (zie figuur 3). Dit komt doordat de vreemdelingen die geen of onvoldoende documenten kunnen overleggen waaruit hun nationaliteit blijkt, als “nationaliteit onbekend” worden geregistreerd in de GBA. Meestal heeft de IND in deze gevallen in INDIS de vreemdeling wel met een nationaliteit geregistreerd, gebaseerd op de eigen verklaring van de vreemdeling. Het gaat dan vooral om voormalige asielzoekers want voor deze categorie 8 is een geldig paspoort geen vereiste om toelating te verkrijgen. In dit verband kan ook worden gewezen op tabel 10 (gewoon verblijf naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht) waaruit blijkt dat van ruim 82.000 geregistreerde inwoners van Nederland het staatsburgerschap onbekend is. De groep 20-34 jarigen vormt de grootste leeftijdscategorie. Een uitzondering daarop vormen de Afghanen, Chinezen en Ghanezen waar juist de jongeren (0-19) als belangrijkste groep zijn vertegenwoordigd.

8

Immigratie- en Naturalisatiedienst Informatie- en Analysecentrum (verder INDIAC) (2009). Trendrapportage Naturalisatie 2001-2008 pagina 32


15

Op 1 april 2003 is de herziene Rijkswet op het Nederlanderschap (RWN) in werking gereden. Deze nieuwe wet bracht aanzienlijke veranderingen in de procedure omtrent het verkrijgen van het Nederlanderschap met zich mee. Zo dient vanaf die datum een niet-Nederlander te zijn geslaagd voor de naturalisatietoets (sinds 2007 het inburgeringsexamen) om in aanmerking te komen voor naturalisatie. Vreemdelingen die Nederlander willen worden dienen een examen af te legen waarbij hun kennis van de Nederlandse taal en maatschappij worden getoetst. Het jaarlijks aantal naturalisaties is veel lager na deze herziening van de RWN dan daarvoor. Zo was in 2008 het aantal naturalisaties van meerderjarigen 44% 9 lager dan in 2001. Op 1 januari 2009 telde Nederland ruim 1,1 miljoen personen met de Nederlandse en minimaal één andere nationaliteit. Dat is bijna drie keer zo veel als op 1 januari 1995. Bijna de helft van de Nederlanders met een meervoudige nationaliteit wordt gevormd door personen die ook de Turkse en 10 Marokkaanse nationaliteit bezitten. Een vreemdeling dient volgens de RWN bij het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit via naturalisatie afstand te doen van zijn oorspronkelijke nationaliteit, echter in de praktijk blijkt dat slechts een beperkt deel van de genaturaliseerden actief afstand moet doen van zijn oorspronkelijke 11 nationaliteit. Mensen die onder een uitzonderingscategorie vallen (bijvoorbeeld “gehuwd met een Nederlander”) hoeven namelijk geen afstand te doen. Een opvallende constatering tenslotte is dat Irakezen, Afghanen, Iraniërs, Serviërs en Russen veel voorkomen in de top tien nationaliteiten van naturalisatieverzoekers en genaturaliseerden, maar niet prominent aanwezig zijn in de top tien nationaliteiten van niet-Nederlanders woonachtig in Nederland. Deze nationaliteiten vertonen dus een sterk bovengemiddelde naturalisatiebereidheid. Wellicht dat dit samenhangt met de omstandigheid dat een groot deel van deze groepen bestaat uit personen die met 12 een asielvergunning toelating hebben verkregen tot Nederland.

9

INDIAC (2009b), pagina 22 Centraal Bureau voor Statistiek (Webmagazine 14 december 2009). Ruim 1,1 miljoen Nederlanders met meervoudige nationaliteit. Op 18 juni 2010 ontleend aan http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/allochtonen/publicaties/artikelen/archief/2009/2009-2997-wm.htm 11 INDIAC (2009b), pagina 43 12 INDIAC(2009b), pagina 34 10


16

4. Internationale bescherming In dit hoofdstuk wordt voor referentiejaar 2008 een overzicht geboden met betrekking tot de belangrijkste kengetallen op het gebied van Internationale bescherming. Op 1 januari 2008 woonden er ruim 70 duizend vluchtelingen in Nederland. Vluchtelingen zijn hier gedefinieerd als inwoners van Nederland die tussen 1 januari 1998 en 1 januari 2008 asiel hebben aangevraagd en genaturaliseerd zijn of beschikken over een verblijfsstatus. Bijna negen op de tien van deze groep zijn in 2002 of eerder naar Nederland gekomen. Het overige deel heeft zich hier tussen 2003 en 2007 gevestigd. Dit blijkt uit en onderzoek dat het Centraal Bureau voor de Statistiek uitvoerde in opdracht van Vluchtelingenwerk Nederland. Uit hetzelfde onderzoek komt naar voren dat mannen zijn 13 oververtegenwoordigd onder vluchtelingen.

4.1. Aanvragen om internationale bescherming Nadat in 2007 het aantal aanvragen om toelating als vluchteling het laagste niveau in tien jaar had bereikt is in 2008 weer sprake van toenemend aantal van deze aanvragen. Vergeleken met 2007 (7.102) steeg het aantal eerste aanvragen in 2008 (13.399) zelfs met 88%. Ook in 2008 vormden vreemdelingen met de Iraakse (38%) en de Somalische (29%) nationaliteit de grootste groepen die in Nederland een asielaanvraag hebben ingediend. Het aandeel Iraakse vreemdelingen steeg van 28% in 2007 naar 38% in 2008. In absolute zin was er een toename met meer dan 3.000 aanvragen. Ook het aantal Somalische asielzoekers steeg in absolute zin fors van 1.875 in 2007 naar 3.840 in 2008, dit betekende een stijging van 105%. Op de derde plaats volgde China met 555 aanvragen. In april en mei 2008 was sprake van een piek in de instroom van Chinese vreemdelingen die een asielaanvraag hebben ingediend. De kennelijke aanleiding was een gerucht binnen de Chinese gemeenschap in Nederland dat er een troonsopvolging 14 aanstaande was, die gepaard zou gaan met een amnestie voor illegalen. Vergeleken met 2007 (4.121) was er in 2008 (9.426) sprake van een ruime absolute verdubbeling van het aantal asielverzoeken van de top-3 asielzoekers naar belangrijkste landen van herkomst. Tabel 2: Asielzoekers naar de de belangrijkste landen van herkomst, Nederland, 2007 en 2008 2007 Aantal % 2008 Aantal % Irak 2.004 28% Irak 5.027 38% Somalië 1.875 26% Somalië 3.842 29% China 242 3% China 557 4% Onbekend 218 3% Afghanistan 395 3% Iran 187 3% Iran 322 2% Nigeria 179 3% Onbekend 302 2% Afghanistan 156 2% Eritrea 236 2% Eritrea 150 2% Sri lanka 216 2% Sierra Leone 135 2% Armenië 208 2% Burundi 118 2% Guinee 154 1% Overige 1.838 26% Overige 2.140 16% Totaal 7.102 100% Totaal 13.399 100%

13

Centraal Bureau voor de Statistiek (Webmagazine, 10 december 2009). Ruim 70 duizend vluchtelingen in Nederland. Vluchtelingen zijn in deze publicatie gedefinieerd als inwoners van Nederland die tussen 1 januari 1998 en 1 januari 2008 asiel hebben aangevraagd en genaturaliseerd zijn of beschikken over een verblijfsstatus. Op 18 juni 2010 ontleend aan http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/allochtonen/publicaties/artikelen/archief/2009/2009-2995-wm.htm 14 Immigratie- en Naturalisatiedienst, Informatie- en Analysecentrum (INDIAC), Nederlands nationaal contactpunt voor het Europees Migratienetwerk (EMN) (verder: INDIAC – NL EMN NCP) 2009a. Annual Policy Report 2008. Ontwikkelingen in het Nederlandse migratie-en asielbeleid 1 januari 2008 – 31 december 2008 p. 27


17

Het categoriale beschermingsbeleid voor personen afkomstig uit het midden en zuiden van Irak is op 15 12 september 2008 beëindigd . De invloed van dit besluit heeft daarom voor 2008 slechts ongeveer 1 kwartaal gegolden. De eventuele gevolgen van de beëindiging zullen mogelijk in 2009 duidelijk worden. Het categoriaal beschermingsbeleid is een vorm van nationale bescherming, waarbij asielzoekers die afkomstig zijn uit een bepaald (deel van het) land in beginsel (behoudens contra-indicaties) in het bezit worden gesteld van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd op basis van de situatie in het land van herkomst. Sinds augustus 2006 is het mogelijk om in INDIS de nieuwe aanvragen te onderscheiden van de herhaalde aanvragen. Een vergelijking met de data van een reeks van voorgaande jaren (voor augustus 2006) is daarom slechts mogelijk voor het totale aantal aanvragen (nieuwe en herhaalde aanvragen). Bijna een kwart van de eerste asielverzoeken die in 2008 werden ingediend betrof een minderjarig kind. Rond de eeuwwisseling betrof dat overigens nog vier van de tien asielzoekers. De afname van het aandeel minderjarige asielzoekers kan vooral worden toegeschreven aan het verminderde aantal 16 alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s). (Zie ook paragraaf 4.3.)

4.2. Beslissingen op aanvragen om internationale bescherming Deze paragraaf biedt een overzicht van alle beslissingen die in 2008 zijn genomen op aanvragen om internationale bescherming. Hierbij dient de kanttekening te worden geplaatst dat deze aanvragen niet alle in 2008 hoeven te zijn ingediend. Het kan namelijk voorkomen dat aanvragen waarop in 2008 is beslist, zijn ingediend in het kalenderjaar voorafgaande aan het referentiejaar 2008. Het aantal aanvragen dat in 2008 in eerste aanleg werd ingewilligd op basis van vluchtelingschap (Verdrag van Genève) bedroeg 515. Ten opzichte van 2007, toen 487 aanvragen werden ingewilligd betekent dat een geringe absolute stijging van 28. Afgezet tegen het totaal aantal beslissingen steeg het percentage inwilligingen op basis van vluchtelingenschap in 2008 (5%) licht met 1% ten opzichte van 2007 (4%). Ook in 2008 was Irak het land met het hoogste aantal Verdragsvluchtelingen. Uit Irak werden 180 personen toegelaten op grond van het Verdrag van Genève (tabel 13). Dit betekent dat van de toegelaten vluchtelingen bijna 35% afkomstig was uit Irak. De onverminderd precaire situatie in dat land zal hierbij ongetwijfeld en rol hebben gespeeld. Opvallend is verder dat China op de tweede plaats is vertegenwoordigd in de top tien van landen, waar dat land voorgaande jaren niet voorkwam in deze rangschikking. Een mogelijke oorzaak zou kunnen worden gevonden in het specifieke beleid dat vanaf 2008 gold ten aanzien van de bevolkingsgroep der Oeigoeren. Deze bevolkingsgroep is vooral woonachtig in de regio Xinjiang. Oeigoeren zijn etnisch verwant aan Turkse volkeren. Oeigoeren die aannemelijk maken dat zij bij terugkeer strafrechtelijk vervolgd zullen worden vanwege politieke of religieuze activiteiten in China, terwijl er sprake is van een strafmaat van een zeker gewicht, kunnen op grond van artikel 29, eerste lid, onder a, Vw in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning asiel voor 17 bepaalde tijd.

15

Kamerstukken II 2008/09, 19637, nr 1220 (Brief) CBS webmagazine (2009), Kwart asielzoekers is kind. Op 23 juni 2010 ontleend aan: http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/allochtonen/publicaties/artikelen/archief/2009/2009-2856-wm.htm 17 Vreemdelingencirculaire 2000 (C), paragraaf 24, het landgebonden asielbeleid ten aanzien van China 16


18

Figuur 4: Positieve asielbeslissingen in 2008 naar status

Vluchtelingenstatus 9%

Subsidiaire bescherming 28%

Humanitaire status 63%

In 2008 werden 325 mannen (63%) en 190 vrouwen (37%) in het bezit gesteld van een vluchtelingenstatus (tabel 15). Deze verhouding loopt vrijwel geheel in de pas met het percentage mannen en vrouwen over het totale aantal genomen beslissingen. In het landgebonden asielbeleid kunnen bevolkingsgroepen worden aangewezen als risicogroepen. In het kader van de toetsing of de vreemdeling vluchteling is in de zin van het Vluchtelingenverdrag worden aan personen behorende tot een risicogroep minder hoge eisen gesteld met betrekking tot het aannemelijk maken van de zwaarwegendheid van de ondervonden gebeurtenissen. In 2008 waren de volgende groepen aangewezen als risicogroep: – –

Afghanistan: etnische minderheden en religieuze minderheden. Somalië: Reer Hamar (een etnische minderheidsgroep)

In 2008 zijn daarnaast ook homoseksuelen uit Afghanistan (met ingang 7 november) en Irak (met ingang van 22 november) aangewezen als risicogroep. Ook op het gebied van subsidiaire bescherming spande Irak in 2008 de kroon. Meer dan een kwart van de verleende statussen (470) op basis van dat beleid werd verleend aan Iraki. Somalië komt op de tweede plaats met 336 personen die in aanmerking kwamen voor subsidiaire bescherming. De subsidiairebeschermingsstatus is binnen de EU geharmoniseerd. Deze is gedefinieerd in “Richtlijn 2004/83/EG van de Raad van 29 april 2004 inzake minimumnormen voor de erkenning van onderdanen van derde landen en staatlozen als vluchteling of als persoon die anderszins internationale bescherming behoeft, en de inhoud van de verleende bescherming”(Kwalificatierichtlijn). Voor de subsidiaire-beschermingsstatus kan een persoon in aanmerking komen wanneer hij niet in aanmerking komt voor de vluchtelingenstatus, maar er zwaarwegende gronden bestaan om aan te nemen dat hij bij terugkeer een reëel risico zou lopen op ‘ernstige schade’ (schending van artikel 3 18 EVRM). Deze vorm van bescherming is neergelegd in artikel 29 onder b van de Vreemdelingenwet (Vw). De volgende groepen waren gedurende heel 2008 aangewezen als kwetsbare minderheidsgroep: – Afghanistan: etnische minderheden, religieuze minderheden en alleenstaande vrouwen. – Democratische Republiek Congo: Tutsi's – Irak: christenen, Palestijnen, yezidis en mandeeërs. – Somalië: Reer Hamar – Soedan: niet-Arabische bevolkingsgroepen uit Darfur

18

INDIAC – NL EMN NCP (2010). Niet binnen de EU geharmoniseerde bescherming, pagina 9


19

De religieuze minderheidsgroepen Joden, Shabak en Kaka’i uit Irak zijn in 2008 nieuw aangewezen als 19 kwetsbare minderheidsgroep (ingangsdatum 22 november 2008). Voor een uitgebreide omschrijving van het begrip kwetsbare minderheidsgroep wordt verwezen naar het Annual Policy Report 2008. Voor deze groepen geldt dat minder hoge eisen gesteld om voor een asielvergunning op de b-grond in aanmerking te komen. Ten slotte gold voor de verleende asielvergunningen om redenen van humanitaire aard dat zij voor meer dan driekwart aan personen afkomstig uit Irak en Somalië werden verleend. Hieronder wordt ook begrepen het categoriale beschermingsbeleid. In heel 2008 gold een categoriaal beschermingsbeleid voor: – Niet-Arabische bevolkingsgroepen uit Soedan, regio Darfur – Somalië, met uitzondering van de regio’s Puntland, Somaliland, Sool en Sanaag – Ivoorkust Zoals in de vorige paragraaf werd opgemerkt is het categoriale beschermingsbeleid voor midden en zuid Irak op 12 september 2008 beëindigd. De eventuele gevolgen voor de aantallen toegekende asielstatussen voor dat land zullen dan ook waarschijnlijk eerst in 2009 merkbaar zijn. Ook in vorige editie van dit rapport werd reeds opgemerkt dat landgebonden beleid een belangrijke invloed kan hebben op aantallen asielbeslissingen in een jaar. Als een belangrijke beleidsmaatregel in dit verband kan worden gedacht aan het besluitmoratorium voor bepaalde categorieën asielzoekers. Zo gold in 2008 tot 1 april een besluit - en vertrekmoratorium voor asielzoekers afkomstig uit Guinee. Op die datum werd de maximale termijn van een jaar bereikt. De data over verleende asielstatussen in 2008 bevestigen de in het EMN rapport Niet binnen de EU geharmoniseerde bescherming gesignaleerde ontwikkeling dat een substantieel percentage wordt 20 toegekend voor subsidiaire bescherming of nationale vormen van bescherming. (Ter illustratie zie figuur 4)

4.3. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen Ook het aantal alleenstaande minderjarige vreemdelingen kende een forse stijging ten opzichte van het voorgaande jaar. Daar waar in 2007 het totale aantal amv ’s 433 bedroeg kwamen er in 2008 in totaal 726 amv’ s naar Nederland. In 2008 waren van deze groep wederom de jongens met 80% ruimschoots in de meerderheid. Het belangrijkste land van herkomst was Somalië met 198 aanvragen, gevolgd door Irak met 184 aanvragen. Het aandeel amv ’s in het totale aanbod van eerste asielaanvragen veranderde in 2008 (5%) nauwelijks ten opzichte van 2007 (4%). Zoals in paragraaf 4.1. reeds werd opgemerkt is het aantal amv ’s vergeleken met de aantallen rond de eeuwwisseling sterk verminderd. Ter illustratie is hier onder in tabel 3 de ontwikkeling van aanvragen van amv’ s vanaf 2002 weergegeven. Omdat in voorgaande jaren (voor 2007) geen onderscheid kon worden gemaakt naar eerste en herhaalde aanvragen is in deze tabel gekozen voor het totaal van de aanvragen. Tabel 3: Asiel aanvragen door amv’s, amv’s, Nederland, 20022002-2008 2002 2003 2004 2005 2006 2006 2007 2008 AMV’s 3.232 1.216 594 515 410 433 726 Totale instroom 18.667 13.402 9.782 12.347 14.465 9.731 15.275 Percentage AMV’s 17% 9% 6% 4% 3% 4% 5%

19

INDIAC – NL EMN NCP (2009). Annual Policy Report 2008. Ontwikkelingen in het Nederlandse migratie-en asielbeleid 1 januari 2008 – 31 december 2008. p. 29,30 20 INDIAC-NL EMN NCP (2010). Niet binnen de EU geharmoniseerde bescherming. p. 9


20

4.4. Dublin Dit jaar wordt voor de eerste maal een overzicht geboden van aantallen “Dublin verzoeken’’ (tabellen 30 t/m 33). Om die reden ontbreekt een overzicht in vergelijkend perspectief over meerdere jaren. Er wordt bij Dublin verzoeken een onderscheid gemaakt tussen inkomende en uitgaande verzoeken. Daarbinnen wordt weer onderscheid gemaakt tussen verzoeken tot overname (“taking charge”) en verzoeken tot terugname (“taking back”). Heeft de vreemdeling voor zijn komst naar Nederland al een asielaanvraag ingediend in een andere lidstaat, dan is er sprake van een terugname-situatie. Als de vreemdeling wel asiel heeft aangevraagd in Nederland, maar (nog) niet in de lidstaat die op grond van 21 Verordening 343/2003 verantwoordelijk is, dan is er sprake van een overname-situatie. Relatief veel uitgaande verzoeken om overname en terugname gaan naar landen welke de buitengrenzen vormen van de EU. Van de totaal 1.020 verzoeken om overname in 2008 gingen er 662 uit naar Griekenland en 183 naar Italië, op ruime afstand gevolgd door Frankrijk, Duitsland en Malta met respectievelijk 39, 30 en 23 verzoeken. Bij de verzoeken om terugname gingen veel verzoeken uit naar de buurlanden België (303) en Duitsland (261). Ook inkomende verzoeken komen veelal uit Duitsland en België.

21

Verordening (EG) Nr. 343/2003 van de Raad van 18 februari 2003 te raadplegen via http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2003:050:0001:0010:NL:PDF


21


22

5. Preventie van illegale binnenkomst en illegaal verblijf In Nederland worden aan de grensdoorlaatposten voor zover sprake is van een Schengen-buitengrens grenscontroles verricht, om na te gaan of de betrokken personen, hun vervoermiddelen en de voorwerpen in hun bezit Nederland mogen binnenkomen dan wel verlaten. Daarnaast vindt buiten de grensdoorlaatposten om grensbewaking plaats, teneinde te voorkomen dat personen zich aan de grenscontroles onttrekken. De grenscontrole wordt uitgevoerd door de Marechaussee of, in het havengebied Rotterdam, door de dienst Zeehavenpolitie van het Regiokorps Rotterdam-Rijnmond. De IND is de nationale dataleverancier ten behoeve van statistieken die betrekking hebben op in Nederland aangetroffen illegale vreemdelingen. In de meeste gevallen is het de vreemdelingenpolitie die illegale vreemdelingen aantreft. Voor zover dat gebeurt door andere politieonderdelen (bijvoorbeeld spoorwegpolitie), zal de betreffende vreemdeling altijd worden overgedragen aan de vreemdelingenpolitie. De politie houdt zelf geen statistieken bij van in Nederland aangetroffen vreemdelingen. De IND komt pas in beeld nadat de vreemdeling in bewaring is gesteld. Voor die tijd is de vreemdeling niet bekend bij de IND tenzij hij of zij eerder een verblijfsrechtelijk procedure heeft gevoerd dan wel op grond van illegaal verblijf eerder is staande gehouden en er in dat kader een vreemdelingrechtelijke procedure is gevoerd. Nadat is overgegaan tot vreemdelingenbewaring zal (in de meeste gevallen via de Afdeling Procesvertegenwoordiging van de IND), de vreemdeling worden geregistreerd in INDIS. De statistieken met betrekking tot in Nederland verblijvende illegale vreemdelingen behelzen dus feitelijk de aantallen op grond van illegaal verblijf in vreemdelingenbewaring genomen personen.

5.1 Weigeringen In totaal werden in het referentiejaar 3.160 vreemdelingen geweigerd. Het merendeel van de weigeringen vond plaats op een luchthaven (3.060), slechts 95 personen werden in een zeehaven geweigerd. De belangrijkste reden om personen te weigeren betrof het niet beschikken over een geldig reisdocument (805), gevolgd door het niet beschikken over een geldig visum (715 ) of een geldige verblijfsvergunning (715). Ook werden 470 vreemdelingen geweigerd wegens valse reispapieren. Figuur 5: Derdelanders in 2008 geweigerd aan de grens

China 10%

Irak 9% Suriname 7%

Overige 68%


Nigeria 6%

23

De Chinezen vormden met 325 personen de grootste groep geweigerde vreemdelingen aan de grens, een flinke stijging ten opzichte van 2007 toen 127 Chinezen werden geweigerd. Irakezen en Surinamers werden respectievelijk 275 en 235 maal geweigerd. Een sterke daling was zichtbaar onder het aantal aan de grens geweigerde Bolivianen. Die is tot slechts enkele gereduceerd. Voor Bolivianen geldt met ingang van 1 april 2007 een visumplicht voor Nederland. Bij de aanvraag van een visum wordt al op de buitenlandse posten gecontroleerd of de vreemdeling 22 voldoet aan de toegangs- en/of toelatingseisen.

5.2 Illegaal in Nederland aangetroffen vreemdelingen Omdat in Nederland door de politie geen statistieken worden bijgehouden van aangetroffen illegale vreemdelingen is de IND voor deze categorie de nationale dataleverancier. Zoals eerder reeds is opgemerkt wordt deze statistiek feitelijk gevormd door het aantal in vreemdelingenbewaring gestelde personen. In 2008 werden in totaal 7.505 personen in vreemdelingenbewaring gesteld. Chinezen (605), Irakezen (605) en Marokkanen (580) vormden daarbij de drie landen met de meeste in bewaring gestelde vreemdelingen.

Figuur 6: Derdelanders illegaal aangetroffen in Nederland in 2008

China 8%

Irak 8% Marokko 8%

Turkije 7% Overige 69%

22

Ministerie van Justitie (2009), Rapportage vreemdelingenketen, periode januari-juni 2008. p. 6


24

6. Verblijfsvergunningen en verblijf van derdelanders Naast de aanvragen voor toelating tot verblijf in Nederland in het kader van internationale bescherming (zie hoofdstuk 4) kunnen de aanvragen ook een regulier verblijfsdoel dienen. Dergelijke aanvragen worden ingediend bij en behandeld door de IND. Ook in 2008 vormden familieredenen de belangrijkste aanleiding voor de afgifte van reguliere verblijfsvergunningen. In dat kader werden in totaal 23.882 aanvragen ingediend. Turkije en Marokko blijven van oudsher de belangrijkste landen van herkomst. Ook Suriname als voormalige kolonie van Nederland is in de top tien vertegenwoordigd. Uit CBS-onderzoek blijkt dat in 2008 een einde is gekomen aan de daling van migratiehuwelijken. Net als in 2007 trouwde 8% van de allochtonen die in het huwelijk traden een partner die was overgekomen uit het land van herkomst. Vooral onder Turken en Marokkanen bestaat een voorkeur voor een huwelijkspartner met dezelfde herkomst. Al jaren trouwt ruim 80% met een partner van dezelfde herkomst. Sinds 2004, toen de regels voor migratiehuwelijken 23 werden aangescherpt, gaat het daarbij minder vaak om een migratiehuwelijk. Het aantal aanvragen om een verblijfsvergunning voor familieredenen vertoonde in de periode 2005 tot en met 2008 een dalende trend. De daling doet zich vooral voor bij aanvragen die zijn ingediend door vreemdelingen met de Marokkaanse of Turkse nationaliteit. Dit is mogelijk een gevolg van de invoering van de Wet inburgering buitenland (Wib) en bijbehorende inburgeringseis in 2006. Een tweede verklaring kan liggen in het toegenomen gebruik van het EU-recht (voorheen gemeenschaprecht) voor gezinshereniging. Personen die gebruik maken van het EU-recht komen namelijk niet meer terug in de reguliere data (niet gebaseerd op EU-recht) omtrent verblijfsvergunningen. Het aantal aanvragen van vreemdelingen met de Indiase nationaliteit is daarentegen gestegen. Dit is het gevolg van gezinsmigratie bij de in Nederland verblijvende kennismigranten. Door de economische crisis lijkt deze groei echter te 24 stagneren. Figuur 7: Verleende verblijfsvergunningen 2008 naar verblijfsdoel

Familie redenen 32% Overig 43%

Arbeid 13%

Studiedoeleinden 12%

23

CBS, (Webmagazine 2 november 2009). Einde aan daling migratiehuwelijken. Op 18 juni 2010 ontlend aan http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/dossiers/allochtonen/publicaties/artikelen/archief/2009/2009-2944wm.htm 24 INDIAC (2010), Trendrapportage Regulier 2010. Reguliere Migratie naar Nederland in beeld. pagina 5


25

Arbeidsmigratie en studie vormden ook in 2008 een belangrijke reden voor de afgifte van een verblijfsvergunning. In 2008 werden 9.285 verblijfsvergunningen verleend aan personen die in Nederland gingen werken (‘renumerated activities’). India was in 2008 het belangrijkste land van herkomst als het ging om arbeidsmigratie. In totaal werd aan 2.221 personen uit India een verblijfsvergunning verleend. Daarbinnen vormden kennismigranten (2.116) de grootste categorie. De Verenigde Staten en China volgden op ruime afstand van India. Uit deze beide landen werden respectievelijk 1.306 en 1.231 arbeidsmigranten toegelaten. Voor studiedoeleinden kwamen in 2008 de meeste personen uit China ( 1.863) gevolgd door de Verenigde Staten (1.101) en Indonesië (660). India (327) komt in dit overzicht op de vijfde plaats. In tabel 22 is een onderverdeling aangebracht naar de duur waarvoor verblijfsvergunning is afgegeven. De hoofdregel is dat bij de eerste afgifte van en verblijfsvergunning deze voor een periode van 12 maanden wordt verleend. Dit gegeven vormt een verklaring voor het hoge aantal verblijfsvergunning in de categorie 12 maanden en meer. Het aantal personen met een verblijfsvergunning met als aantekening “EG-langdurig ingezetene” (tabel 23) bedroeg aan het einde van de referentieperiode 13.178. Ook in deze categorie zijn traditionele herkomstlanden als Turkije (5.812) en Marokko(1.557) het sterkst vertegenwoordigd.


26

7. Terugkeer Het nationale terugkeerbeleid is er op gericht illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland te voorkomen en tegen te gaan. Het kabinetsbeleid in 2008 behelsde het vergroten van de effectiviteit van het terugkeerbeleid en van het gecontroleerde vertrek van vreemdelingen die geen rechtmatig verblijf 25 (meer) hadden. Daarbij werd gestimuleerd dat de vreemdelingen zoveel mogelijk zelfstandig vertrokken, maar zo nodig werd gewerkt aan het realiseren van gedwongen vertrek. Een belangrijke rol is daarbij toebedeeld aan de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V), die op 1 januari 2007 van start is gegaan. De Marechaussee en de Zeehavenpolitie zijn verantwoordelijk voor het uitzetten van vreemdelingen van wie aan de buitengrens is vastgesteld dat zij geen toegang krijgen tot Nederland. De verplichting van een vreemdeling om Nederland te verlaten vloeit rechtstreeks voort uit de wet. Nederland kent derhalve geen afzonderlijk terugkeerbesluit of uitzettingsbevel. In Nederland is namelijk sprake van en meervoudige beslissing. Deze beslissing waarbij een verblijfsvergunning wordt geweigerd houdt tevens de verplichting in voor de vreemdeling om Nederland te verlaten. De cijfers omtrent afgewezen aanvragen om verblijfsvergunningen worden vanuit INDIS door de IND geleverd. Daar waar in dit rapport sprake is van derdelanders die zijn aangezegd Nederland te verlaten wordt bedoeld die categorie vreemdelingen die een afwijzende beslissing hebben ontvangen op hun aanvraag om een verblijfsvergunning. Bij daadwerkelijk teruggekeerde derdelanders gaat het zowel om gedwongen vertrek als om zelfstandig vertrek gefaciliteerd door de International Organisation of Migration (IOM) en zelfstandig vertrek waarbij de vreemdeling is afgemeld bij de vreemdelingendienst of Marechaussee. In de data zijn alleen vertrekken met IOM geregistreerd waarin een zogeheten M-100 formulier is opgemaakt. Dit is een bericht van vertrek opgemaakt door de vreemdelingenpolitie gericht aan de IND. In de gepresenteerde data zijn Dublinclaims verwijderd. Figuur 8: Terugkeer derdelanders in 2008 4000 3500 3000 2500

Derdelanders daadwerkelijk teruggekeerd

2000

Derdelanders aangezegd Nederland te verlaten

1500 1000 500

4. Ira 5. k Br az ilië 7. Ve 6. re Ch ni in gd a e St at 8. Su en r in am e 9. Se 10 r . O vië ek ra ïn e

1. Tu rk 2. ije M ar ok ko 3. Ni ge r ia

0

25

Ministerie van Algemene Zaken. (2007) Samen werken, samen leven: Beleidsprogramma Kabinet Balkenende IV 2007-2011, Den Haag: Ministerie van Algemene Zaken.


27

In 2008 zijn in totaal 9.350 vreemdelingen aantoonbaar uit Nederland vertrokken (tabel 24). Dit is 29% van het totaal aantal (31.699) vreemdelingen dat in 2008 is aangezegd Nederland te verlaten (zie ook figuur 8). Net als in 2007 vormden ook in 2008 de Turken (1.046) de grootste groep op ruime afstand gevolgd door de Marokkanen (550).

7.1. Relatie tussen weigeringen aan de grens, aantallen illegaal aangehouden vreemdelingen en terugkeer In theorie zou een relatie kunnen worden verondersteld tussen het aantal geweigerde, illegaal aangetroffen en teruggekeerde vreemdelingen. De top 3 van geweigerde vreemdelingen aan de grens wordt gevormd door China, Irak en Suriname (tabel 28). China en Irak vormen ook de belangrijkste landen voor wat betreft het aantal aanhoudingen van illegaal hier te lande verblijvende vreemdelingen. Deze rangschikking is echter niet terug te vinden in de categorie van daadwerkelijk teruggekeerde vreemdelingen (tabel 26). Irak en China worden in die categorie teruggevonden op de vierde en zesde plek. Terugkeer van vreemdelingen, al dan niet gedwongen, naar land van herkomst vindt vooral plaatst onder Turken en Marokkanen. Dat laatste kan worden verklaard uit het feit dat inwoners van deze twee landen ook de belangrijkste groepen hier aanwezige derdelanders vormen. Ook is terugkeer naar sommige landen lastiger dan naar andere. Veel asielzoekers zijn ongedocumenteerd hetgeen terugkeer bemoeilijkt.


28

Bibliografie Immigratie- en Naturalisatiedienst, Informatie- en Analysecentrum (INDIAC), Nederlands nationaal contactpunt voor het Europees Migratienetwerk (2009). Annual Policy Report 2008. Ontwikkelingen in het Nederlandse migratie-en asielbeleid 1 januari 2008 – 31 december 2008. Rijswijk: INDIAC – NL EMN NCP INDIAC (2009), Trendrapportage Naturalisatie. Aanvragen en verkrijgen van het Nederlanderschap via naturalisatie en optie 2001-2008. Rijswijk: INDIAC INDIAC – NL EMN NCP (2010), Niet binnen EU geharmoniseerde bescherming. Rijswijk: INDIAC - NL EMN NCP INDIAC (2010). Trendrapportage Regulier 2010. Reguliere migratie naar Nederland in beeld. Rijswijk: INDIAC Ministerie van Algemene Zaken. (2007) Samen werken, samen leven: Beleidsprogramma Kabinet Balkenende IV 2007-2011, Den Haag: Ministerie van Algemene Zaken Ministerie van Justitie (2008), Rapportage Vreemdelingenketen, periode januari – juni 2008. Den Haag: Ministerie van Justitie.


29


30

Bijlage: Tabellen Tabel 4: Totale migratie Nederland 2008 2002 121.250 66.728

Totale Immigratie Totale Emigratie

2003 104.514 68.885

2004 94.019 75.049

2005 92.297 83.399

2006 101.150 91.028

Leeftijd 35-64 20-34 76.698 36.911 13.580 13.305 34.421 13.594 24.126 8.001 457 149 2.513 534 21.156 7.318 6.538 2.976 13.299 3.691 1.319 651

65+ 2.105 1.439 298 287 6 33 248 110 117 21

2007 116.819 91.287

2008 143.516 90.067

Tabel 5: Immigratie naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Land Totaal Nederlanders Niet- Nederlanders maar burgers van andere EU-27 landen Burgers van landen buiten de EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) from 2007 Burgers van buiten de EU-27, EVA en Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Anders Onbekend Top 10 1. China 2. India 3. Verenigde Staten 4. Turkije 5. Marokko 6. Indonesië 7. Suriname 8. Japan 9. Brazilië 10.Filippijnen

Totaal 143.516 40.160 55.413 38.922 719 3.497 34.706 11.557 20.416 2.733

0-19 27.802 11.836 14.127 6.508 107 417 5.984 1.933 3.309 742

9.021

2.358

4.571

2.011

4.234 3.454 3.437 3.299 1.465 1.248 1.210 1.207 1.164 1.017

739 348 624 396 181 138 371 249 245 118

2.790 2.720 1.689 2.381 1.000 870 530 459 714 736

688 372 1.086 492 272 234 284 498 203 163

17 14 33 30 12 6 25 1 2 -

Leeftijd 20-34 35-64 76.698 36.911 9.511 9.514 32.830 12.603 34.357 14.794 492 166 2.674 809 31.191 13.819 10.812 4.950 15.115 6.399 5.264 2.470 -

65+ 2.105 1.153 312 640 8 49 583 169 329 85 -

Geslacht Vrouwen Mannen 67.964 75.552 18.834 21.326 25.729 29.684 20.106 18.816 388 331 1.442 2.055 18.276 16.430 6.282 5.275 10.724 9.692 1.270 1.463 3.295

5.726

2.081 1.139 1.707 1.352 775 748 724 587 753 793

2.153 2.315 1.730 1.947 690 500 486 620 411 224

Tabel 6: Immigratie naar geboorteland, leeftijdscategorie en geslacht Land Totaal Nederland EU-27 landen uitgezonderd Nederland Extra EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) from 2007 Landen anders dan EU-27, EVA and Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Anders Onbekend Top 10 1. China 2. Irak 3. Turkije 4. Verenigde Staten 5. India 6. Rusland 7. Somalië 8. Suriname 9. Marokko 10.Indonesië

Totaal 143.516 26.999 54.046 62.471 863 4.070 57.538 20.583 26.705 10.250 -

0-19 27.802 6.821 8.301 12.680 197 538 11.945 4.652 4.862 2.431 -

4.963 4.116 4.048 3.755 3.583 2.746 2.535 2.259 2.117 1.589

939 922 58 957 347 269 724 590 275 192


3.074 1.975 2.673 1.753 2.771 1.795 1.391 753 1.219 904

927 1.170 80 1.024 450 636 401 843 591 392

23 49 49 21 15 46 19 73 32 101

Geslacht Vrouwen Mannen 67.964 75.552 12.716 14.283 25.161 28.885 30.087 32.384 457 406 1.597 2.473 28.033 29.505 10.766 9.817 13.304 13.401 3.963 6.287 2.396 1.264 1.590 1.872 1.196 1.728 1.102 1.186 992 930

31

2.567 2.852 2.458 1.883 2.387 1.018 1.433 1.073 1.125 659

Tabel 7: Immigratie naar land van vorig verblijf, leeftijdscategorie en geslacht

Land Totaal Europese Unie (27 landen) Extra EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) vanaf 2007 Landen buiten de EU-27, EVA en Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Anders Onbekend Top 10 1. Verenigde Staten 2. China 3. Turkije 4. Irak 5. India 6. Suriname 7. Somalië 8. Australia 9. Marokko 10.Brazilië

Totaal 143.516 75.254 68.262 1.676 4.520 62.066 25.878 27.407 8.781

0-19 27.802 11.829 15.973 345 825 14.803 6.419 6.114 2.270

5.951 5.121 4.249 3.497 3.405 2.199 2.077 2.052 1.836 1.515

1.277 1.044 776 791 364 732 624 304 487 368

Leeftijd 20-34 35-64 76.698 36.911 41.711 20.510 34.987 16.401 804 485 2.803 839 31.380 15.077 12.113 6.968 14.860 6.081 4.407 2.028

2.662 3.052 2.663 1.728 2.613 748 1.151 1.262 969 801

65+ 2.105 1.204 901 42 53 806 378 352 76

1.924 1.002 759 946 411 657 286 456 350 327

88 23 51 32 17 62 16 30 30 19

Leeftijd 20-34 35-64 35.891 31.835 20.094 21.964 9.086 5.647 6.546 4.134 165 90

65+ 3.056 2.262 463 325 6

Geslacht Vrouwen Mannen 67.964 75.552 34.886 40.368 33.078 35.184 833 843 1.887 2.633 30.358 31.708 13.133 12.745 13.872 13.535 8.781 5.428

2.923 2.440 2.476 999 1.156 1.166 907 1.004 946 864

3.028 2.681 2.103 2.498 2.249 1.033 1.170 1.048 890 651

Tabel 8: Emigratie naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Land Totaal Nederlanders Burgers van de EU-27 (exclusief Nederlanders) Derdelanders Anders Onbekend Top 10 1. Verenigde Staten 2. India 3. Turkije 4. Japan 5. China 6. Indonesië 7. Australia 8. Marokko 9. Zuid-Afrika 10.Brazilië

Totaal 90.067 59.364 17.493 12.836 374

0-19 19.285 15.044 2.297 1.831 113

1.747 1.348 991 972 851 569 503 366 343 329

372 116 130 255 29 36 82 29 66 68

585 1.022 387 209 614 377 245 145 198 180

757 210 368 506 195 143 165 141 78 80

33 106 2 13 13 11 51 1 1

Geslacht Vrouwen Mannen 42.302 47.765 27.500 31.864 8.273 9.220 6.355 6.481 174 200 896 402 445 474 423 285 255 127 210 204

851 946 546 498 428 284 248 239 133 125

Tabel 9: Emigratie naar land van volgend gewoon verblijf, leeftijdscategorie en geslacht Land Totaal Europese Unie (27 landen) Extra EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) Anders Onbekend Top 10 1. Verenigde Staten 2. Australia 3. Turkije 4. China 5. Zwitserland 6. India 7. Canada 8. Suriname 9. Japan 10.Indonesië

Totaal 90.067 50.480 39.587

0-19 19.285 10.129 9.156

4.711 2.454 2.291 1.710 1.516 1.486 1.457 1.219 963 913

1.101 485 657 228 263 156 365 275 253 101

Leeftijd 20-34 35-64 35.891 31.835 20.165 18.313 15.726 13.522


1.823 1.234 691 930 636 1.066 570 319 238 437

1.713 699 716 528 587 258 493 528 469 287

65+ 3.056 1.873 1.183

74 36 227 24 30 7 29 97 3 88

Geslacht Vrouwen Mannen 42.302 47.765 23.634 26.846 18.668 20.919

2.281 1.214 1.156 783 673 479 699 571 444 405

32

2.430 1.240 1.135 927 843 1.007 758 648 519 508

Tabel 10: 10: Gewoon verblijf naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht (bevolking) Land Totaal Nederlanders EU-27 landen behalve Nederland Extra EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) vanaf 2007 Landen buiten de EU-27, EVA en Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Anders Onbekend Top 10 1. Turkije 2. Marokko 3. China (inclusief Hong Kong) 4. Verenigde Staten 5. Indonesië 6. India 7. Suriname 8. Thailand 9. Japan 10.Brazilië

Leeftijd 20-34 35-64 2.997.252 7.083.135 2.732.270 6.795.379 103.454 132.790 130.848 130.841 1.513 2.083 30.508 36.455 98.827 92.303 21.360 25.447 69.154 58.900 8.313 7.956

Geslacht 65+ Vrouwen Mannen 2.471.815 8.329.391 8.156.396 2.432.573 7.966.627 7.799.666 19.938 144.053 146.364 17.777 184.293 162.426 343 2.451 1.905 7.147 48.229 46.607 10.287 133.613 113.914 2.399 32.150 25.610 7.411 90.517 75.730 477 10.946 12.574

Totaal 16.485.787 15.766.293 290.417 347.719 4.356 94.836 247.527 57.760 166.247 23.520

0-19 3.933.585 3.806.071 34.235 67.253 417 20.726 46.110 8.554 30.782 6.774

82.358

26.026

30.680

24.125

1.527

34.418

47.940

92.698 70.801 18.121 14.861 11.565 8.033 6.958 5.904 5.782 4.978

20.505 16.787 2.303 2.028 1.111 988 1.585 1.024 1.101 864

29.700 22.268 10.801 4.321 4.561 5.134 3.867 2.373 1.566 2.375

35.466 26.047 4.651 7.586 5.469 1.829 1.282 2.499 3.026 1.711

7.027 5.699 366 926 424 82 224 8 89 28

47.071 35.239 9.611 7.464 7.813 3.007 3.820 4.949 3.123 3.555

45.627 35.562 8.510 7.397 3.752 5.026 3.138 955 2.659 1.423

Tabel 11: 11: Gewoon verblijf naar geboorteland, leeftijdscategorie leeftijdscategorie en geslacht (bevolking ) Landen Totaal Nederland EU-27 landen behalve Nederland Extra EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) vanaf 2007 Landen buiten de EU-27, EVA en Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Anders Onbekend Top 10 1. Turkije 2. Suriname 3. Maroko 4. Indonesië (voormalig Nederlands-Indië) 5. Servië 6. China (inclusief Hong Kong) 7. Irak 8. Rusland 9. Afghanistan 10.Iran

Totaal 16.485.787 14.692.043 410.129 1.383.615 9.085 195.928 1.178.602 287.970 764.461 126.171

0-19 3.933.585 3.762.082 46.769 124.734 9.085 7.661 115.375 39.243 52.251 23.881

195.665 186.707 166.884 143.705 51.703 50.303 38.724 34.203 30.723 24.758

7.400 7.416 6.753 1.580 4.011 7.776 7.343 3.418 8.130 2.254

Leeftijd 20-34 35-64 2.997.252 7.083.135 2.507.110 6.141.114 119.520 190.558 370.622 751.463 1.698 2.437 52.270 120.612 315.915 626.757 89.861 146.110 177.869 429.329 48.185 51.318


52.269 31.397 50.155 9.375 14.001 17.748 12.563 13.160 10.365 7.576

120.611 130.151 95.280 69.341 30.605 21.943 17.564 15.888 11.269 13.986

Geslacht 65+ Vrouwen Mannen 2.471.815 8.329.391 8.156.396 2.281.737 7.398.585 7.293.458 53.282 222.412 187.717 136.796 708.394 675.221 4.094 5.261 3.824 15.385 94.695 101.233 120.555 608.438 570.164 12.756 153.894 134.076 105.012 400.368 364.093 2.787 54.176 71.995

15.385 17.743 14.696 63.409 3.086 2.836 1.254 1.737 959 942

94.566 102.467 78.750 79.678 26.524 28.260 23.090 22.023 16.606 11.067

33

101.099 84.240 88.134 64.027 25.179 22.043 15.634 12.180 14.117 13.691

Tabel 12: 12: Verwerven Nederlanderschap naar land van het vorige staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Land Totaal Europese Unie (27 landen) Burgers van buiten de EU-27 - Europese Vrijhandelsassociatie (CH, IS, LI, NO) - Kandidaat Lidstaten (HR, MK, TR) vanaf 2007 Burgers van buiten de EU-27, EVA en Kandidaat Lidstaten - Hoog ontwikkelde niet-EU landen - Gemiddeld ontwikkelde landen - Laag ontwikkelde landen Staatloos Anders Onbekend Top 10 1. Marokko 2. Turkije 3. Suriname 4. Irak 5. Afghanistan 6. China (inclusief Hong Kong) 7. Rusland 8. Ghana 9. Iran 10. Oekraïne

Leeftijd 20-34 35-64 9.900 8.446 514 724 6.692 5.332 4 10 1.140 801

65+ 1.208 100 948 2 355

Geslacht Vrouwen Mannen 15.317 12.912 1.086 593 9 18 9 18 1.735 1.541

Totaal 28.229 1.679 18.087 27 3.276

0-19 8.675 341 5.115 11 980

14.784 1.925 10.421 2.438

4.124 379 2.864 881

5.548 747 3.993 808

4.521 774 3.042 705

591 25 522 44

6.162 1.326 6.040 1.256

8.622 599 4.381 1.182

8.463

3.219

2.694

2.390

160

4.598

3.865

5.034 3.147 1.006 866 584 539 436 283 273 262

1.517 953 203 250 256 265 91 93 41 54

1.785 1.092 485 253 219 168 175 77 122 103

1.259 747 299 334 99 104 168 113 109 105

473 355 19 29 10 2 2 1 -

2.591 1.663 637 455 313 371 347 159 173 204

2.443 1.484 369 411 271 168 89 124 100 58

Tabel 13: 13: Eerste aanleg beslissingen op asielverzoeken naar staatsburgerschap en aard van de beslissing/status

Totaal Burgers van landen buiten de EU-27 Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Somalië 3. China 4. Afghanistan 5. Iran 6. Guinea 7. Eritrea 8. Burundi 9. Myanmar 10.Ethiopië

Eerste aanleg beslissingen Verdrag van Subsidiaire Tijdelijke Humanitaire Totaal Totaal positief Geweigerd Genève bescherming bescherming status 10.925 5.675 5.245 515 1.610 3.550 10.925 5.675 5.245 515 1.610 3.550 355 125 230 5 50 70 3.325 2.305 530 430 360 250 220 190 170 145

2.225 1.485 100 165 160 105 155 95 165 100

1.100 815 435 265 200 145 65 95 5 50

180 35 50 5 45 25 15 5 5 40

470 335 30 85 60 60 110 10 115 25

-

1.575 1.115 15 75 50 15 30 80 45 35

Tabel 14: 14: Definitieve beslissingen op asielverzoeken naar staatsburgerschap en aard van de beslissing/status Totaal Totaal Burgers van landen buiten de EU-27 Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Afghanistan 3. Iran 4. Somalië 5. Burundi 6. Guinea 7. Turkije 8. Congo 9. China 10.Sri Lanka

Definitieve beslisingen Verdrag van Subsidiaire Tijdelijke Humanitaire Totaal positief Geweigerd Genève bescherming bescherming status 800 410 390 75 165 17 55 35 20 15 20 125 100 60 55 40 35 25 20 20 20

85 35 35 30 15 25 10 10 10 10

45 65 30 25 25 10 10 10 5 10


10 10 5 5 5 5 5

15 20 15 5 5 15 5 5 5 -

-

60 15 10 25 5 5 5 5 5

34

Tabel 15: 15: Beslissingen op asielverzoeken naar soort beslissing, status, leeftijdscategorie en geslacht Totaal Eerste aanleg beslissing Totaal Totaal positief Geweigerd Verdrag van Genève Subsidiaire bescherming Tijdelijke bescherming Humanitaire status Definitieve beslissingen Totaal Totaal positief Geweigerd Verdrag van Genève Subsidiaire bescherming Tijdelijke bescherming Humanitaire status

Leeftijd (Jaren) 18-34 35-64

0-17 10.925 5.675 5.245 515 1.610 3.550

65+

Onbekend

2.645 1.820 825 75 425 1.325

5.935 2.645 3.290 275 800 1.570

2.265 1.155 1.105 155 370 630

80 55 25 10 20 25

5 5 -

160 80 80 5 15 60

415 220 200 45 95 80

215 105

10 5 5 5

-

800 415 390 75 165 175

25 50 30

Geslacht Mannen

Vrouwen

-

Onbekend

3.935 2.460 1.475 190 845 1.430

6.985 3.215 3.770 325 765 2.120

5 5 -

290 175 115 20 85 70

510 235 270 55 80 100

-

Tabel 16: 16: Hervestiging van personen naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Totaal Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Myanmar 3. Ethiopië 4. Congo, (Democratische Republiek) 5. Burundi 6. Eritrea 7. Congo 8. Bhutan 9. Oezbekistan 10.Sri Lanka

0-17

Leeftijd (Jaren) 18-34 35-64 184 179

65+

Onbekend 12

Vrouwen -

Geslacht Mannen Onbekend 372 321 -

693 44 -

318 -

-

-

-

-

-

-

-

164 135 71 54 47 26 25 24 17 16

66 73 32 31 27 14 16 7 5 7

33 22 30 17 14 8 5 11 6 6

55 40 9 6 6 4 4 5 6 3

10 1 -

-

85 76 41 32 27 15 15 10 7 7

79 59 30 22 20 11 10 14 10 9

-

Tabel 17: 17: Eerste asielverzoeken naar staatsburgerschap, staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Somalië 3. China (inclusief Hong Kong) 4. Afghanistan 5. Iran 6. Eritrea 7. Sri Lanka 8. Armenië 9. Guinea 10.Sierra Leone

Leeftijd (Jaren) 18-34 35-64 7.230 2.470

Totaal 13.380

0-17 3.560

65+ Onbekend 120 5

300

200

85

20

5

5.025 3.840 555 395 320 235 215 210 155 125

1.160 1.205 75 190 55 50 15 65 45 40

2.625 2.200 305 145 180 150 145 85 100 85

1.185 410 175 50 85 35 40 55 5 5

50 25 10 5 15 5 -

-

Vrouw 4.575

Geslacht Man Onbekend 8.790 15

130

175

1.330 1.640 180 120 110 110 45 95 65 55

3.690 2.195 375 275 210 125 170 110 85 75

5 5 -

Tabel 18: 18: Asielverzoeken in behandeling naar staatsburgerschap, leeftijdsgroep en geslacht Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Somalië 3. Afghanistan 4. Burundi 5. Iran 6. Armenië 7. Guinea 8. Siera Leone 9. Sri Lanka 10.China

Leeftijd (Jaren) 18-34 35-64 7.130 2.900

Totaal 12.440

0-17 2.285

335

175

105

45

4.055 2.540 905 650 420 255 250 250 200 195

625 560 195 180 45 60 45 20 10 30

2.330 1.625 370 380 215 110 200 210 130 110

1.065 340 315 85 155 80 10 20 45 60

65+ Onbekend 130 10 35 20 25 5 10 10 -


-

Vrouw 4.140

Geslacht Man Onbekend 8.300 5

-

-

-

945 1.055 280 300 140 120 80 65 40 90

3.115 1.485 625 350 280 135 170 185 160 105

-

35

Tabel 19: 19: Ingetrokken asielverzoeken naar staatsburgerschap, leeftijdsg leeftijdsgroep eeftijdsgroep en geslacht geslacht Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Irak 2. Iran 3. Turkije 4. Afghanistan 5. Serbia 6. Sudan 7. China 8. Azerbeidjaan 9. Georgië 10.Guinea

Leeftijd (jaren) 18-34 35-64 290 220

Totaal 665

0-17 150

60

40

20

5

145 60 35 30 25 25 20 15 15 15

25 5 15 10 5 10 -

75 20 10 15 10 5 10 10 10 10

45 25 15 10 10 10 10 5 -

65+

Onbekend 10 -

Vrouw 215 25

-

30 20 15 15 10 15 5 10 5 5

Geslacht Man Onbekend 450 40 115 40 20 20 15 10 15 5 10 10

-

Tabel 20: 20: Derdelanders illegaal aangetroffen in Nederland naar staatsburgerschap, leeftijdscategorie en geslacht Totaal 7.505 -

Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. China (inclusief Hong Kong) 2. Irak 3. Marokko 4. Turkije 5. Somalië 6. Algerije 7. Suriname 8. Nigeria 9. India 10.Siera Leone

0-13

605 605 580 510 295 260 250 240 220 185

Leeftijd (Jaren) 14-17 18-34 30 200 4.705 5 -

5 40 10 5 15 10 -

35+ 2.570 -

310 450 350 310 220 150 145 150 155 170

Geslacht Vrouwen Mannen 1.060 6.445 -

310 450 350 310 220 150 145 150 155 15

155 35 60 25 70 45 45 5 10

450 570 525 485 225 260 210 190 215 175

Tabel 21: verblijfsdoel sdoel 21: Eerste verblijfsvergunning, naar staatsburgerschap en verblijf Familie Studiedoel- Betaalde Overige Totaal redenen einden werkzaamheden redenen 73 769 23 882 9 177 9 285 31 425

Totaal eerste verblijfsvergunningen

Top 10 1. Turkije 2. China 3. Marokko 4. Verenigde Staten 5. India 6. Unknown 7. Suriname 8. Brazilië 9. Thailand 10.Ghana

10 038 6 230 5 021 4 563 3 954 3 819 1 473 1 330 1 174 942

3364 1168 2185 1570 1161 2054 1163 763 680 559

548 1863 78 1101 327 2 150 161 88 106

435 1231 38 1306 2221 11 29 204 45 6

5691 1968 2720 586 245 1752 131 202 361 271

Tabel 22: 22: Alle geldige verblijfsvergunningen naar staatsburgerschap,verblijfsdoel en geldigheidsduur 6-11 maanden

12 maanden en meer

3-5 maanden

6-11 maanden

12 maanden en meer

3-5 maanden

6-11 maanden

12 maanden en meer

3-5 maanden

6-11 maanden

12 maanden en meer

Overige redenen

3-5 maanden

Bezoldigde werkzaamheden

12 maanden en meer

Studiedoeleinden

6-11 maanden

Totaal 418.300 Top 10 1. Turkije 89219 2. Marokko 73207 3. Onbekend 43527 4. China 19046 5. Verenigde Staten 14332 6. Irak 13443 7. Indonesië 10507 8. India 8578 9. Somalië 7730 10.Afghanistan 7391

Familie redenen

3-5 maanden

Totaal

26.072

59.781

332.447

14 517

25.659

118.364

1.029

12.812

86

3.042

4.758

14.938

7.484

16.552

199.059

3.899 2.825 1.106 1.347 1.595 1.165 778 1.270 685 639

7.713 5.248 3.452 6.145 2.926 2.778 2.285 2.214 2.077 934

77.607 65.134 38.969 11.554 9.811 9.500 7.444 5.094 4.968 5.818

3.193 2.387 305 662 686 116 414 484 24 233

5.970 4.200 562 1.348 1.230 259 835 762 40 414

27.721 25.507 6.350 5.039 3.829 1.035 3.223 1.998 234 1.797

46 13 4 228 81 3 54 42 1

391 155 39 3.855 466 9 1.102 428 2 9

3 4 13 4 3 -

183 29 10 250 406 127 668 -

315 35 26 641 586 1 113 930 -

893 95 39 2.120 1.926 8 289 2.342 4

477 396 787 207 422 1.046 183 76 661 405

1.037 858 2.825 301 644 2.509 235 94 2.035 511

48.990 39.528 32.580 4.382 4.052 8.457 3.932 751 4.734 4.017


36

Tabel 23: 23: Aantal langdurig ingezeten derdelanders naar staatsburgerschap

Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Turkije 2. Marokko 3. Indonesia 4. China 5. Thailand 6. Verenigde Staten 7. Rusland 8. India 9. Ghana 10. Japan

13.178 5.812 1.557 663 569 477 474 260 229 212 211

Tabel 24: 24: Derdelanders aangezegd te vertrekken en zij die daadwerkelijk zijn vertrokken na deze aanzegging te hebben ontvangen

Totaal Staatloos Onbekend

Derdelanders Derde landers die aangezegd te daadwerkelijk zijn vertrekken teruggekeerd 31.699 9.350 1.679

Tabel 25: 25: Derdelanders die zijn aangezegd te vertrekken

Top 10 1. Turkije 2. Marokko 3. Irak 4. China (inclusief Hong Kong) 5. Suriname 6. Somalië 7. Afghanistan 8. Nigeria 9. Iran 10.Sierra Leone

3.618 2.391 2.111 1.661 1.290 1.123 1.059 951 757 750

1.045 550 480 355 320 500 -

Tabel 26: 26: Derdelanders Derdelanders die daadwerkelijk zijn vertrokken na een aanzegging daartoe te hebben ontvangen

Top 10 1. Turkije 2. Marokko 3. Nigeria 4. Irak 5. Brazilië 6. China 7. Verenigde Staten 8. Suriname 9. Serbia 10.Oekraïne

Derde landers die Derdelanders daadwerkelijk zijn aangezegd te teruggekeerd vertrekken 1.045 550 500 480 410 355 355 320 265 220


3.620 2.390 950 2.110 190 1.660 605 1.290 580 160

37

Tabel 27: 27: Derdelanders toegang tot grondgebied geweigerd naar reden van weigering en soort van grensovergang Soort van grensovergang Totaal aantal geweigerde Geweigerd aan Geweigerd aan Geweigerd op Gronden voor weigering personen de landsgrens de zeegrens een luchthaven Totaal 3.160 95 3.060 Geen geldig reisdocument 805 60 740 Vals reisdocument 470 470 Geen geldig visum of verblijfsvergunning 715 30 680 Vals visum of verblijfsvergunning 60 6 Doel en voorwaarden voor verblijf niet gerechtvaardigd 610 610 Overschrijding 3 maanden periode binnen 6 maanden 40 40 Geen voldoende middelen van bestaan 55 55 Persoon staat gesignaleerd 50 5 50 Gevaar voor de openbare orde 360 360

Tabel 28: 28: Top 10 derdelanders die werden geweigerd naar soort grensovergang Soort van grensovergang

Top 10 1. China 2. Irak 3. Suriname 4. Nigeria 5. Somalië 6. Brazilië 7. Sri Lanka 8. Turkije 9. Myanmar 10.Onbekend

Totaal 325 275 235 200 170 140 120 75 70 70

Geweigerd aan Geweigerd aan Geweigerd op de landsgrens de zeegrens een luchthaven 325 275 235 5 195 170 140 120 70 70 5 60

Tabel 29: 29: Asielverzoeken door alleenstaande minderjarige vreemdelingen naar nationaliteit, leeftijdscategorie en geslacht Totaal Staatloos Onbekend Top 10 1. Somalië 2. Irak 3. Afghanistan 4. China 5. Guinea 6. Eritrea 7. India 8. Sierra Leone 9. Armenië 10.Angola

Totaal 725

0-13

Leeftijd (Jaren) 14-15 16-17 35 140 455

10 200 185 95 50 35 20 15 15 5 5

Onbekend 105

Vrouw 145

5 10 5 5 5 -

15 20 35 10 10 5 5 -

130 110 55 30 25 10 10 5 -


Geslacht Man Onbekend 580 5

25 45 5 10 5 -

50 15 15 20 5 10 -

145 170 95 35 15 15 15 5 5 5

-

38

Tabel 30: 30: Inkomende verzoeken (Dublin) Dublin) naar reden van het verzoek en aard van de beslissing Reden van verzoek Totaal Totaal Totaal verzoeken om overname - Verzoek om overname: Familie redenen (Art.6, Art.7, Art.8, Art.14) - Verzoek om overname: Documenten en toegangsredenen (Art.9, Art.10, Art.11, Art.12) - Verzoek om overname: Humanitaire redenen (Art.15) Totaal aantal verzoeken om terugname - Verzoek om terugname: Intrekking van de aanvraag gedurende Dublin procedure (Art. 4.5) - Verzoek om terugname: In onderzok - geen toestemming om te verblijven (Art.16.1c) - Verzoek om terugname: Intrekking - nieuwe aanvraag (Art.16.1.d) - Verzoek om terugname: Weigering - geen toesteming te verblijven (art.16.1.e) Totaal EURODAC - Verzoeken om overname gebaseerd op EURODAC - Verzoeken om terugname gebaseerd op EURODAC Totaal aantal verzoeken in behandeling aan het einde van de periode Totaal aantal verzoeken om informatie Aantal antwoorden op verzoeken om informatie

Inkomende verzoeken Geaccepteerd Geweigerd 499 167 90

Overgedragen 262 66

324 59

13

4

7

5

150

86

55

54

4 618

409

4 196

265

11

7

4

3

410

242

147

153

1

2

-

1

196 493

158 306

45 169

108

3

1

2

490

305

167

77 1.354 1.366

Tabel 31: 31: Uitgaande verzoeken (Dublin) Dublin) naar reden van het verzoek en aard van de beslissing Reden van verzoek Totaal Totaal Totaal number of Verzoek om overname - Verzoek om overname: Familie redenen (Art.6, Art.7, Art.8, Art.14) - Verzoek om overname: Documenten en toegangsredenen (Art.9, Art.10, Art.11, Art.12) - Verzoek om overname: Humanitaire redenen (Art.15) Totaal aantal verzoeken om terugname - Verzoek om terugname: Intrekking van de aanvraag gedurende de Dublin procedure gedurende de Dublin procedure (Art. 4.5) - Verzoek om terugname: In behandeling - geen toestemming tot verblijf (Art.16.1c) - Verzoek om terugname: Intrekking - nieuwe aanvraag (Art.16.1.d) - Verzoek om terugname: Afwijzing - geen toestemming tot verblijf (art.16.1.e) Totaal EURODAC - Verzoek om overname gebaseerd op EURODAC - Verzoek om terugname gebaseerd op EURODAC Totaal aantal verzoeken in behandeling aan het einde van de referentieperiode Totaal aantal verzoeken om informatie Aantal antwoorden op verzoeken om informatie

Uitgaande verzoeken Geaccepteerd Geweigerd 2.510 1.020 807

220 102

Overgedragen 1.195 132

24

14

7

9

983

788

87

120

13 1.858

5 1.703

8 118

3 1.063

1

1

-

1

1.270

1.136

74

619

10

8

3

2

577 1.924 1.371 553

558 1.757 470 1.287

41 79 10 69

441

151 895 948


39

PARTNER/REQUEST België Bulgarije Tsjechië Denemarken Duitsland (inclusief ex-DDR vanaf 1991) Estland Ierland Griekenland Spanje Frankrijk Italië Cyprus Letland Litouwen Luxemburg (Grand-Duché) Hongarije Malta Nederland Oostenrijk Polen Portugal Roemenië Slovenië Slowakije Finland Zweden Verenigd Koninkrijk IJsland Noorwegen Zwitserland Totaal

1 1 1 2 2 2 4 13

Verzoek om overname: Documentation and entry reasons (Art.9, Art.10, Art.11, Art.12)

23

Verzoek om overname: Humanitaire redenen (Art.15)

Verzoek om terugname: Intrekking van de aanvraag gedurende de Dublin procedure (Art. 4.5)

2 2

Verzoek om terugname: in behandeling geen toestemming tot verblijf (Art.16.1c)

Verzoek om terugname: Intrekkingl nieuwe aanvraag (Art.16.1.d)

Verzoek om terugname: Afwijzing - geen toestemming tot verblijf (art.16.1.e)

Verzoek om Verzoek om terugname based overname based on EURODAC on EURODAC

Request for information

50

41

68

10 39

3 107

13 64

15 130

3 3 14 1

7 1 1 66 24

3 16

2 71 24

5 1

1 4

8 3

3

11

55 1

9

7

1

5 3

9

129 2 4 10 101

9 1 1

11 3 15 37 1 1

3

1

5 30 1

2

7 150

4

11

2 4 9 36 51 1 34 410

11 20 6

1

11 1 196

2 2 20 45 46 1 40 1 490

3

3 16 158 10 1 51 734 1.354

Tabel 32: 32: Totaal Inkomende Inkomende verzoeken naar Lidstaat die het verzoek deed en de reden van het verzoek


Verzoek om overname: Familie redenen (Art.6, Art.7, Art.8, Art.14)

40

PARTNER/VERZOEK België Bulgarije Tsjechië Denemarken Duitsland (inclusief ex-DDR vanaf 1991) Estland Ierland Griekenland Spanje Frankrijk Italië Cyprus Letland Litouwen Luxemburg (Grand-Duché) Hongarije Malta Nederland Oostenrijk Polen Portugal Roemenië Slovenië Slowakije Finland Zweden Verenigd Koninkrijk IJsland Noorwegen Zwitserland Totaal

5 2 4 4 1 3 4 1 24

Verzoek om overname: Documentation and entry reasons (Art.9, Art.10, Art.11, Art.12)

4 6 12 2 24 4 656 8 35 178 4 4 22 4 6 1 1 4 7 1 983

Verzoek om overname: Humanitaire redenen (Art.15)

6 1 1 2 2 1 13

Verzoek om terugname: Intrekking van de aanvraag gedurende de Dublin procedure (Art. 4.5)

Verzoek om terugname: in behandeling geen toestemming tot verblijf (Art.16.1c)

Verzoek om terugname: Intrekkingl nieuwe aanvraag (Art.16.1.d)

1 1

158 31 11 11 125 7 173 14 178 219 1 1 8 23 59 94 26 2 6 7 20 3 48 27 17 1 1.270

1 6 1 1 1 10

Verzoek om terugname: Afwijzing - geen toestemming tot verblijf (art.16.1.e)

143 1 8 3 136 1 13 7 86 21 6 4 5 30 2 2 2 4 30 40 33 577

Verzoek om terugname gebaseerd op EURODAC

216 27 15 11 176 5 120 17 196 192 1 12 16 48 105 21 2 7 7 18 2 60 60 37 1.371

Verzoek om overname gebaseerd op EURODAC

1 1 429 117 3 1 1 553

Verzoek om informatie

139 2 6 9 226 6 34 38 121 50 1 1 5 3 8 25 10 13 1 2 6 85 44 23 37 895

Tabel 33: 33: Totaal Uitgaande verzoeken naar Lidstaat en reden van het verzoek


Verzoek om overname: Familie redenen (Art.6, Art.7, Art.8, Art.14)

41


42

Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Stafdirectie Uitvoeringsbeleid (SUB), IND Informatie- en Analysecentrum (INDIAC), Nederlands nationaal contactpunt voor het Europees migratienetwerk (EMN) September 2010

Nederland. Statistisch Jaaroverzicht. en Internationale Bescherming. 1 januari december 2008

Recommend Documents