Opdracht 2.2
Bouwfysisch Ontwerpen2 16-12-2008
Naisoleren woning
Bij de Bouwkundewinkel komen met enigeregelmaat vragen van bewoners met vochtklachtenin hun woning. Het betreft in dit gevaleen woning met schimmelvorming op het binnenoppervlakvan de buitengevel.
Rob Wevers Edwin Caspers
s0621960 s0609277
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
Ga na wat de condities voor schimmelvorming op een wand zijn, dat wil zeggen onder welke temperatuur en relatieve vochtigheidscondities schimmelvorming optreedt. De ideale conditie voor schimmelvorming aan de wand is bij een temperatuur tussen de 20°C en 30°C en bij een gemiddelde relatieve vochtigheid van 80%. Sommige soorten schimmels vermeerderen zich echter al bij 5°C. Bereken voor de gegeven bouwkundige doorsnede van de gevel de warmteweerstand van de (1D) ongeïsoleerde wand en de (1D) ongeïsoleerde vloer. Materiaaldikte Warmtegeleidingscoëf#iciënt Vloer De vloer bestaat uit 150mm niet verdicht gewapend/ongewapend beton. Deze heeft een lambda-waarde tussen de 1,3 W/m.K en 1,4 W/m.K. Hieruit volgt de volgende warmteweerstand. $,&'
&,(' = 0,11 m².K/W Wand De wand bestaat uit een gevelklinker, deze is 100mm dik en heeft een lambda-waarde van 0,8. De lambdawaarde van de buitenmuur moet verhoogd worden met 25%, omdat deze aan vocht wordt bloodgesteld. Hierdoor stijgt de lambdawaarde. Hier komt de warmteweerstand van de niet geventileerde spouw bij. De spouw is 50mm dik, en hier hoort dan een warmteweerstand bij van 0,17 m².K/W
) * $,&$ +,-,. /
+ 0,17 = 0,37 m².K/W
2
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
Bereken voor de gegeven bouwkundige doorsnede van de gevel de binnenoppervlaktetemperaturen van de (1D) ongeïsoleerde wand en de (1D) ongeïsoleerde vloer.
θ1
R spouw = 0,17 Rl = 0,13 (Bron: Dictaat Bouwfysisch ontwerpen 2) d λ R
0,1 0,9 0,11
0 – θ1 / 0,52
+
20 – θ1/0,13
0 – θ1 / 0,52
=
-(20 – θ1/0,13)
0,52(-20 + θ1)
=
0,13(0- θ1)
0,17
0,1 0,9 0,11
m W/mK m2K/W
=0
-10,4 + 0,52 θ1 = -0,13 θ1 0,52 θ1 + 0,13 θ1 = 10,4 0,65 θ1 = 10,4 θ1 = 10,4 / 0,65 = 16 De binnenoppervlakte temperatuur van de ongeïsoleerde wand = 16 0C 3
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
θ1
Rl = 0,13 (Bron: Dictaat Bouwfysisch ontwerpen 2) d λ R
0,15 1,35 0,11
10 – θ1 / 0,11
+
20 – θ1/0,13
10 – θ1 / 0,11
=
-(20 – θ1/0,13)
0,11(-20 + θ1)
=
0,13(10- θ1)
-2,2 + 0,11 θ1
= 1,3- 0,13 θ1
m W/mK m2K/W =0
0,11 θ1 + 0,13 θ1 = 1,3 + 2,2 0,24 θ1 = 3,5 θ1 = 3,5 / 0,24 = 14,6 De binnenoppervlakte temperatuur van de ongeïsoleerde wand = 14,6 0C Toets de gegeven constructie aan het Bouwbesluit. Het bouwbesluit geeft een minimale R-waarde van 3 m².K/W. De R-waarde van de vloer is 0,11m².K/W en van de wand 0,37 m².K/W. Dit is ver beneden de 3 m².K/W die het bouwbesluit minimaal eist. Dus de constructie voldoet niet aan het bouwbesluit.
4
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
Doe een voorstel voor de na-isolatie van de wand- en vloerconstructie, opdat deze voldoet aan het Bouwbesluit. Doordat na-isoleren in de spouw en onder de vloer niet gaat, doordat anders gesloopt moet worden. En hiervoor weinig ruimte in de spouw is, hebben we gekozen om het aan de binnenzijde te isoleren. Doordat er op de vloer gelopen wordt, en de muur niet extreem dik moet zijn hebben we voor EPS gekozen. En wel EPS 150, omdat dit materiaal een lambdawaarde heeft van 0,034 W/m.K. Materiaaldikte
Warmtegeleidingscoëf#iciënt
Vloer 3 - 0,11 = 2,89 m².K/W. / 0,034 = 0,088m Hiervoor is een stuk EPS 150 van 9cm dik genoeg om aan het bouwbesluit te voldoen. Wand 3 - 0,37 = 2,63 m².K/W. / 0,034 = 0,077m Hiervoor is een stuk EPS 150 van 8cm dik genoeg om aan het bouwbesluit te voldoen. Bereken dan met een koudebrugprogramma de binnenoppervlaktetemperaturen op critische plaatsen. Temperatuur in het bovenste kritische punt is 17,4 °C en in het onderste kritische punt is 16,6 °C. De gegevens van het bovenste kritieke punt uit het programma Kobra.
5
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
De gegevens van het bovenste kritieke punt uit het programma Kobra.
Bereken hieruit de binnenoppervlakte temperatuurfactoren op de kritische plaatsen. Via het programma Kobra hadden we een binnenoppervlakte temperatuurfactor van 0,92 berekend. Toets ook deze aan het Bouwbesluit. Om oppervlaktecondensatie te voorkomen wordt in het Bouwbesluit een eis gesteld aan de zogeheten binnenoppervlaktetemperatuurfactor, kortweg f-factor. Deze eis is voor woningen en logiesgebouwen f 0,65. Wanneer er geen schimmelsvorming mag plaatvinden wordt een f-factor van 0,73 aanbevolen. De binnenoppervlaktetemperatuurfactor die uit Kobra kwam was: f(0.20) = 0,92. 0,92 > 0,65, dus de constructie voldoet aan het bouwbesluit en er treed ook geen schimmelvorming op. Indien deze hier nog niet aan voldoen, doe dan een voorstel ter verdere na-isolatie van de specifieke koudebruggen. NVT
6
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
Verticale doorsnedes
Huidige situatie
Na-geisoleerde situatie
7
Bouwfysisch Ontwerpen2
16-12-2008
Bronnen - Dictaat bouwfysisch ontwerpen 2 - http://www.sealerskit.nl/Informatie%20schimmels%20in%20siliconenkit.doc/ - http://www.lsgi.nl/handboek/hoofdstuk/l10.html - http://www.sbr.nl/default.aspx?ctid=1891 - http://www.bouwtotaalmarkt.nl/~/Bouwmaterialen-Isolatie-EPS-piepschuim.html - http://www.dentergem.net/isodec/folderisodec.pdf
8