MOTIVERING IN HET KADER VAN EEN GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING: TRANSFORMATIE VOORMALIG ABAB-KANTOOR. Opdracht: Van Genugten & Van Genugten

MOTIVERING IN HET KADER VAN EEN GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING: TRANSFORMATIE VOORMALIG ABAB-KANTOOR

Opdracht: Van Genugten & Van Genugten

Datum: Gewijzigd:

07 januari 2015 18 maart 2015

Inhoudsopgave: 1. 1.1 1.2

INLEIDING Project omschrijving Aanleiding en doel van het project

2. 2.1

LIGGING EN BEGRENZING VAN HET PLANGEBIED Stedebouwkundige effecten

3. 3.1 3.2 3.3 3.4

BELEIDKADER Rijksbeleid Provinciaal beleid Regionaal beleid Gemeentelijk beleid

4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9

MILIEUASPECTEN Archeologie, cultuurhistorie Natuur en landschap Infrastructuur en parkeren Externe veiligheid Bedrijven en milieuzonering Wet geluidhinder Luchtkwaliteit Geurhinder Waterhuishouding

5.

ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID

6.

PROCEDURE

7.

COMMUNICATIE

8.

CONCLUSIE

Bijlagen: Bijlage 1, Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten, versie 3.0, 02 april 2014. Bijlage 2, SKIA-Stichting keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling 2012. Bijlage 3, Beleidsnotitie gemeente Best, Huisvesting arbeidsmigranten d.d. 17-09-2014 Bijlage 4, Akoestisch rapport Exlan. Biilage 5, Tekeningen. Bijlage 6, Verslag informatie bijeenkomst. Bijlage 7, Verslag bezoek huisvestingslocaties Pollux.

PROJECT: TRANSFORMATIE VOORMALIG ABAB-KANTOOR

1

1.

INLEIDING:

1.1

Project omschrijving:

Transformatie van het voormalig ABAB-kantoor, gelegen aan de Bosseweg 45 te Best. Het huidig vastgelegde gebruik betreft een kantoorfunctie het voornemen is deze te vervangen door een logiesfunctie voor de huisvesting van arbeidsmigranten.

1.2

Aanleiding en doel van het project:

Het voornemen is het leegstaande kantoorpand aan de Bosseweg 45 te Best geschikt te maken voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Gezien de huidige kantorenmarkt, grote aanbod van leegstaande kantoorgebouwen en de huidige economische crises, is het zeer waarschijnlijk dat ook de komende tijd er geen mogelijkheden zijn het kantoorgebouw met de huidige bestemming te verhuren. Daartegen is er wel een behoefte aan deugdelijke huisvesting van arbeidsmigranten. In het vigerende bestemmingsplan is de bestemming kantoor opgenomen. Voor het beoogde gebruik, logiesfunctie, zal een afwijkend gebruik toegestaan moeten worden. De gemeente Best heeft aangegeven aan de initiatiefnemers in principe bereid te zijn hier haar medewerking aan te willen verlenen, mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden zijn terug te vinden in de door de gemeente Best opgestelde beleidsnotitie, regnr.:IN14-04326 d.d. 17-09-2014. Dit beleid heeft o.a. betrekking op de huisvesting, waaronder de voorwaarde van certificering conform SNF, SKIA of gelijkwaardig en de 24-uurs beschikbaarheid van de beheerder. In de notitie wordt voor groepshuisvesting van arbeidmigranten de voorkeur uitgesproken voor locaties in de bebouwde kom waarbij leegstaande kantoren specifiek worden genoemd als geschikte locatie keuze. Het plan biedt ruimte voor de huisvesting van maximaal 78 arbeidsmigranten verdeelt over 39 logieskamers. Er is een differentiatie aangebracht in de beschikbaar te stellen logiesverblijven. Op de begane grond zijn alle kamers en op de overige verdiepingen nog 3 kamers voorzien van vanuit de logieskamer te bereiken sanitaire ruimten. De overige logiesverblijven maken gebruik van gemeenschappelijke sanitaire voorzieningen. Op de bovenste verdieping is er gelegenheid voor het gezamenlijk nuttigen en bereiden van maaltijden, deze ruimte (als op tekening aangemerkt als kantine) bied plaats voor maximaal 99 personen. De huisvesting is van tijdelijke aard en richt zich conform de beleidsuitgangspunten van de gemeente Best op ‘shortstay’(korter dan 4 maanden) en ‘midstay’ (4-12 maanden) verblijf. Vanwege deze tijdelijke aard van huisvesten en het gemeenschappelijke karakter van de voorzieningen is de het bouwbesluit gedefinieerde logiesfunctie het meest passend. Voor de brandveiligheid worden hiervoor dan ook de passende maatregelen getroffen en is naast de aanvraag voor de wijziging van de functie ook een vergunning aangevraagd voor het brandveilig gebruik.

Gevel aan de Bosseweg, bron: Googlemaps


2

2.

LIGGING EN BEGRENZING VAN HET PLANGEBIED:

Het kantoorgebouw, plaatselijk bekend als het voormalige ABAB kantoor, is gelegen aan de Bosseweg 45 te Best, op de percelen kadastraal bekend als gemeente Best Sectie H nr. 6002/6003 en 2049.

Met de rode cirkel is de ligging van het projectgebied aangegeven. Links bron: Googlemaps Rechts bron: Bestemmingsplankaart ruimtelijkeplannen.nl BP Salderes planstatus: onherroepelijk 2010-07-12

Situatietekening, in het plangebied in het groen aangegeven.


3

2.1

Stedebouwkundige effecten:

Het gebied maakt onderdeel uit van bestaande stedelijke bebouwing en sluit aan op de aanwezige of als zodanig bestemde woongebieden, bedrijventerreinen en bijbehorende wegen. Het voorliggende plan ligt binnen, aan de rand, van de bebouwde kom en is kort gelegen nabij de open afrit Best-west aan de Rijksweg A2. Aangezien er slechts sprake is van een functiewijziging van een bestaand kantoorgebouw naar een logiesgebouw, waarbij de bouwkundige wijzigingen voornamelijk intern plaatsvinden, heeft het initiatief nauwelijks stedenbouwkundige effecten. Stedenbouwkundig gezien bestaan er dan ook geen belemmeringen voor de functiewijziging van kantoorgebouw naar logiesgebouw.


4

3.

BELEIDSKADER:

3.1

Rijksbeleid:

In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) staan de plannen voor ruimte en mobiliteit. In de SVIR schetst het kabinet hoe Nederland er in 2040 uit moet zien: concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig. De Rijksoverheid richt zich op nationale belangen, zoals een goed vestigingsklimaat, een degelijk wegennet en waterveiligheid. Tot 2028 heeft het kabinet in de SVIR 3 Rijksdoelen geformuleerd: -

de concurrentiekracht vergroten door de ruimtelijk-economische structuur van Nederland te versterken. Dit betekent bijvoorbeeld een aantrekkelijk (internationaal) vestigingsklimaat;

-

de bereikbaarheid verbeteren;

-

zorgen voor een leefbare en veilige omgeving met unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden.

Provincies en gemeenten hebben in het nieuwe ruimtelijke en mobiliteitsbeleid meer bevoegdheden gekregen. Bijvoorbeeld op het gebied van landschappen, verstedelijking en het behoud van groene ruimte. Provincies en gemeenten weten beter wat er speelt in de regio. En wat bewoners, bedrijven en organisaties willen. Daardoor kunnen zij beter afwegen wat er in een gebied moet gebeuren. De functiewijzing voorziet in een herbestemming van een leegstaand kantoorgebouw en gaat voorzien in de behoefte aan goede huisvesting voor arbeidsmigranten. Hiermee past het plan in de doelstellingen van de SVIR.

3.2

Provinciaal beleid:

In de Provinciale Verordening ruimte 2014, Provincie Noord-Brabant zijn regels vastgelegd waar gemeenten zich bij het maken van bestemmingsplannen aan moeten houden. Een belangrijk uitgangspunt van het beleid is zorgvuldig ruimtegebruik. Bij zorgvuldig ruimtegebruik gaat het om efficiënt, intensief, meervoudig en duurzaam gebruik van de ruimte. De functiewijziging komt tegemoet aan de dringende behoefte, aan huisvesting van arbeidsmigranten. Het huidige leegstaande kantoorgebouw wordt herbestemd als logiesgebouw voor huisvesting van arbeidsmigranten wat aansluit bij de uitgangspunten van het provinciaal beleid.

3.3

Regionaalbeleid:

Het regionale beleid is er op gericht om aan een goede en duurzame oplossing te werken voor de huisvesting van arbeidsmigranten. SNF: Stichting Normering Flexwonen is tot stand gekomen door de initiatiefnemers - ABU, NBBU, VIA, PPE/PVV, LTO, FNV Bondgenoten, CNV Dienstenbond, de Unie en de LBV- zij willen het aanbod en het gebruik van uitsluitend goede kwaliteit huisvesting voor werknemers uit het buitenland bevorderen. Op 28 maart 2012 is de Nationale verklaring tijdelijke huisvesting EU- arbeidsmigranten ondertekend. Door een groot aantal partijen, zoals de minister van Binnenlandse Zaken, de VNG, Aedes, ABU, NBBU, VIA, LTO Nederland, Productschap Vee en Vlees, CNV, FNV, Pools Overlegplatform in Nederland en diverse gemeenten. De ondertekenaars hebben zich ondermeer verplicht om een inspanning te leveren voor het vastleggen van normen voor


5

goede huisvesting in CAO’s en in certificering, en voor een vertrouwenwekkend systeem van handhaving van die normen. Onderdeel van de verklaring is de oprichting van de Stichting Normering Flexwonen die de norm voor huisvesting van arbeidsmigranten beheert en controleert alsmede het register onderhoudt van bedrijven die aan de norm voldoen. Als vermeld in de beleidsnotitie heeft ook de gemeente Best in december 2013, samen met diverse gemeenten, woningcorporaties en uitzendbureaus, de Regionale Verklaring Arbeidsmigranten 2.0 ondertekend. De meest recente norm voor huisvesting van arbeidsmigranten, versie 3.0. gepubliceerd op 2 april 2014 is bijgevoegd als bijlage 1bij deze onderbouwing. KEURMERK SKIA: Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling is een autonome en onafhankelijke stichting met een eigen verantwoordelijkheid. De stichting is geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 18081724. Het doel omschreven in haar statuten is: “Het erkennen van organisaties, die arbeidsmigranten bemiddelen, conform de normen en criteria zoals vastgelegd in het Keurmerk van de SKIA (European Legal Labour Certificate), door het controleren en toezicht houden op de kwaliteit en handelen van de organisaties en haar huisvestingslocaties, aan de hand van de normen en criteria van het Keurmerk”. De huisvesting criteria zijn opgenomen in de uitgave van het keurmerk: European Legal Labour Certificate 2015 welke is bijgevoegd als bijlage 2 van deze onderbouwing. De initiatiefnemer zal zich conformeren aan de door de gemeente Best gestelde voorwaarde van certificering conform SNF, SKIA of gelijkwaardig en de 24-uurs beschikbaarheid van de beheerder.

3.4

Gemeentelijk beleid:

Het gemeentelijke beleid heeft als doelstelling dat arbeidsmigranten in Best moeten kunnen beschikken over een goede en passende huisvesting. De uitgangspunten hiervoor zijn vastgelegd in de door de gemeente Best opgestelde beleidsnotitie, opsteldatum 17-09-2014, registratie nr. IN14-04326. (zie bijlage 3) Het initiatief richt zich op het huisvesten van ‘shortstay’ en ‘midstay’ arbeidsmigranten in een leegstaand kantoorgebouw, gelegen binnen, aan de rand van de bebouwde kom. De te realiseren huisvesting is geschikt en bestemd voor het huisvesten van meerdere personen anders dan dat een huishouden kent in een (normale) gezinssamenstelling waarbij tegemoet zal worden gekomen aan de lokale marktbehoefte. De huisvesting van arbeidsmigranten zal plaatsvinden onder certificering van SNF, SKIA of gelijkwaardig. Het initiatief zal onverkort voldaan worden aan de hierin gestelde normen. De gemeente Best heeft aangegeven hierbij extra aandacht uitgaat naar dat: -

In het gebouw een nachtregistratie en aanwezigenregister aanwezig is. Voor het gebouw 24 uur per dag een beheerder beschikbaar is. De contactgegevens van deze beheerder bekend zijn bij de gemeente Best. De eigenaar, exploitant en beheerder stimuleren dat de arbeidsmigranten die in het gebouw verblijven zich inschrijven in de Basisregistratie Personen (BRP) van de gemeente Best, en, bij een verblijf van korter dan 4 maanden, in de Registratie NietIngezetenen (RNI) die de gemeente Eindhoven beheert.

Het initiatiefnemer heeft aangegeven aan deze voorwaarden te willen voldoen, het initiatief is dan ook passend in de doelstelling en daarbij gestelde uitgangspunten als opgenomen in de beleidsnotitie van de gemeente Best.


6

4.

RUIMTELIJK EN MILIEUKUNDIGE ASPECTEN:

4.1

Archeologie en cultuurhistorie:

Voor de functiewijziging vinden geen grondverstorende werkzaamheden plaats. Er vinden geen veranderingen plaats aan het bestaande gebouw anders dan interne bouwkundige wijzigingen. Er is geen sprake van enig raakvlak vanuit het aspect archeologie. Op de cultuurhistorische waardenkaart zijn in de nabijheid geen beeldbepalende of monumentale panden of anderszins cultuurhistorisch waardevolle elementen aanwezig, die een beschermende regeling behoeven en welke door de functiewijziging zouden kunnen worden beïnvloed. Het gebouw is beeldbepalend vanuit de omgeving, gelegen aan de ontsluitingwegen richting de A2, afrit Best west. Aan buitenzijde van het gebouw vinden geen aanpassingen plaats, de uitstraling naar de omgeving blijft onveranderd. Het gebouw heeft geen monumentale status. Vanuit het aspect cultuurhistorie en monumenten bestaan er geen belemmeringen voor de verdere planontwikkeling.

Uitsnede cultuurhistorische-waardenkaart-Best

4.2

Natuur en landschap

In het kader van de flora- en faunawetgeving veranderd er niets aan de gegeven situatie. Er worden geen bomen gekapt of anderszins, er zijn geen raakvlakken in het kader van de flora- en faunawetgeving. Het plangebied zelf maakt geen deel uit van een Natura 2000-gebied of van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS). In de directe omgeving van het plangebied liggen bovendien geen Natura-2000 gebieden, EHS, Wetlands of beschermde- of Staatsnatuurmonumenten. Gezien de afstand tot deze gebieden en omdat het slechts een functiewijziging betreft heeft het initiatief geen invloed op de natuurgebieden.


7

4.3

Infrastructuur en parkeren:

Verkeer: In het kader van de voorgenomen functiewijziging zal een het aantal verkeersbewegingen enigszins wijzigen. Voor logiesruimten dient te worden uitgegaan 1,8 – 2,4 verkeersbewegingen per etmaal per kamer, uitgaande van matig stedelijk gebied, buiten het centrum in de bebouwde kom (CROW norm). In totaal komt dit neer op 71 – 94 verkeersbewegingen per etmaal op basis van 39 kamers. Voor de kantoorfunctie dient te worden uitgegaan 6,3 – 8,1 verkeersbewegingen per etmaal per 100m2 BVO, uitgaande van matig stedelijk gebied, buiten het centrum in de bebouwde kom (CROW norm). De verkeersgeneratie circa 89 – 114 verkeersbewegingen per etmaal op basis van 1410 m2 Dit betekent dat naar verwachting sprake zal zijn van een kleine afname van het aantal verkeersbewegingen.

Parkeren: Nota parkeernormen: In 2008 heeft de gemeenteraad van Best als onderdeel van het Gemeentelijk Verkeers- en VervoersPlan (GVVP) parkeernormen voor Best vastgesteld. Door onduidelijkheden in de praktijk omtrent toepassing en interpretatie van de parkeerkencijfers heeft de gemeente Best een nieuwe “Nota parkeernormen” opgesteld. Deze nota (‘Parkeernormen, Evaluatie en aanscherping’) is op 31 oktober 2011 is door de gemeenteraad vastgesteld en op 1december 2011 in werking getreden. De nota heeft als doel om de toepassing van de parkeernormen inzichtelijker te maken. Bij burgers, bedrijven en ontwikkelaars mag zo min mogelijk onduidelijkheid bestaan over de invulling van de parkeernormen. Ook juridisch dient de invulling van de parkeernormen gewaarborgd te zijn. Bij het opstellen van de nieuwe parkeernormen zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: 1. 2. 3. 4.

de parkeernormen moeten een positieve invloed hebben op de leefbaarheid en bereikbaarheid van de gemeente Best; elke initiatiefnemer van (bouw)plannen is verantwoordelijk voor het realiseren van de eigen parkeeroplossing; een bouwinitiatief of wijziging van functie van een locatie mag geen parkeerproblemen in de openbare ruimte veroorzaken c.q. vergroten; de Nota parkeernormen is van toepassing op toekomstige ruimtelijke plannen binnen de gemeente Best, daar waar het betreft nieuwbouw, verbouw, uitbreiding of wijziging van functie. Dus niet op bestaande situaties.

Het initiatief betreft een functiewijziging derhalve is de parkeernorm aan de orde. Het plangebied is gelegen in het gebied ‘rest bebouwde kom’. De norm voor de kantoorfunctie is gesteld op 1,5 pp/100m2 bvo. Op basis van 1410 m2 bvo kantoor zouden 21,5 pp aanwezig moeten zijn. De norm voor de nieuwe logiesfunctie is 0,2 pp / verhuurde kamer. In totaal zijn er 39 kamers, hiervoor moeten 8 pp aanwezig zijn. Het gebouw is voorzien van een parkeerterrein met 77 parkeerplaatsen, conclusie is dat ruimschoots in de norm gestelde parkeerbehoefte wordt voldaan. Naast de gemeentelijke norm is de parkeerbehoefte getoetst aan de CROW-norm CROW is een onafhankelijke kennisorganisatie op het gebied van infrastructuur, openbare ruimte en verkeer en vervoer. Voor logiesruimten dient te worden uitgegaan 0,6 – 0,8 parkeerplaatsen per kamer, uitgaande van matig stedelijk gebied, buiten het centrum in de bebouwde kom (CROW norm).


8

In totaal komt dit neer op 24 – 32 parkeerplaatsen op basis van 39 kamers. Voor de kantoorfunctie dient te worden uitgegaan 1,8 – 2,3 parkeerplaatsen per 100m2 BVO, uitgaande van matig stedelijk gebied, buiten het centrum in de bebouwde kom (CROW norm). In totaal komt dit neer op 26 – 33 parkeerplaatsen op basis van 1410 m2. Ook hier geldt dat aan de parkeerbehoefte op eigen terrein ruimschoots is voorzien.

4.4

Externe veiligheid:

Het externe veiligheidsbeleid richt zich op het voorkomen en beheersen van risicovolle bedrijfsactiviteiten en van risicovol transport (vervoer gevaarlijke stoffen in leidingen en weg/spoor en vaarweg). Dit betekent dat elke ‘nieuwe’ ontwikkeling getoetst moet worden aan de normen voor plaatsgebonden risico (PR) en groepsrisico (GR). Indien verwacht wordt dat nabij een ‘nieuwe’ ontwikkeling gevaarlijke stoffen worden opgeslagen, verwerkt, bewerkt, gebruikt of getransporteerd, dan is een onderzoek naar de risico’s noodzakelijk. Voor het PR geldt een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten. De grenswaarde mag in geen geval worden overschreden. In Nederland zijn weinig locaties waar conflicten zijn met het plaatsgebonden risico. Vooral rond LPG tankstations zijn knelpunten. Bij het GR zal, bij beoordeling van nieuwe ontwikkelingen, rekening moeten worden gehouden met een oriënterende waarde. Voor de oriënterende waarde geldt dat afwijken alleen mogelijk is met een degelijke motivering. Vooral in dichtbevolkte en intensief gebruikte gebieden zoals stadscentra kan er spanning zijn tussen de aanwezigheid van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten en het GR. Verder geldt de eis dat bij ontwikkelingen binnen de invloedsfeer van het GR aandacht moet zijn voor de zelfredzaamheid van de mensen en de bereikbaarheid van hulpdiensten bij een eventuele calamiteit met gevaarlijke stoffen. Wanneer een ruimtelijke ontwikkeling plaatsvindt binnen de invloedsfeer van een risicovolle activiteit, dan dient in het kader van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi, art. 12) de betreffende regionale brandweer de gelegenheid te krijgen om advies aan het gemeentebestuur te geven. In het kader van het vigerende bestemmingsplan Salderes 2010 is door Oranjewoud een onderzoek uitgevoerd naar externe veiligheid (rapportage augustus 2007). Uit een inventarisatie is gebleken dat drie risicobronnen een rol spelen voor het plangebied Salderes: 1 transport van gevaarlijke stoffen over de A2; 2 transport van gevaarlijke stoffen over de spoorlijn; 3 lpg-station aan de Oranjestraat (Bevi-inrichting). Aangezien het plangebied binnen verschillende invloedsgebieden ligt dient er bij het doorlopen van de verantwoordingsplicht aandacht te worden besteed aan de mogelijkheden van zelfredzaamheid en de mogelijkheden van hulpverlening. De functie verandering leidt niet tot een toename van personen dichtheden en/of de zelfredzaamheid van personen. Er vinden geen aanpassingen plaats anders dan een interne verbouwing, de bereikbaarheid voor hulpverlening blijft daarbij ongewijzigd. De functie wijziging is niet van invloed het plaatsgebonden risico en het groepsrisico zoals dat is geaccepteerd bij de vaststelling van het bestemmingsplan Salderes 2010.

4.5

Bedrijven en milieuzonering:

In het kader van een goed woon- en leefklimaat naar de omgeving is door Exlan een akoestisch onderzoek verricht. (Het volledige rapport is bijgevoegd, zie bijlage 4) Doel van het onderzoek is het middels een model bepalen van de geluidsbelasting ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen. De resultaten van deze berekeningen zijn vervolgens getoetst aan de eisen van de gestelde geluidsvoorschriften door het


9

bevoegd gezag. De meest dichtbijgelegen woningen van derden bevinden zich aan de Zomereik ten westen van de inrichting en aan de Bosseweg ten zuidoosten van de inrichting. De inrichting valt onder het zogenaamde lichte regime (type A inrichting) van het Activiteitenbesluit. Voor het opstellen van het akoestisch onderzoek is mede gebruik gemaakt van de ‘Handreiking industrielawaai en vergunningverlening’ uitgegeven door het Ministerie van VROM (1999). De conclusie van het rapport is dat aan de gestelde normen inzake de bedrijven en milieuzonering wordt voldaan, er is geen hinderlijke bedrijvigheid aanwezig waarbij er sprake kan zijn van belemmeringen over en weer.

4.6

Wet geluidhinder:

Een logiesfunctie wordt in de Wet geluidhinder niet aangemerkt als een geluidgevoelige bestemming. Er wordt hierbij uitgegaan van tijdelijk, kortdurend verblijf; dus die functie waar een logiesfunctie ook daadwerkelijk voor bedoeld is. Dit betekent dat een toets aan de Wet geluidhinder in deze situatie niet aan de orde is. Echter in het kader van het begrip ‘goede ruimtelijke ordening’ moet een afweging gemaakt worden over het leefklimaat binnen. Het kantoorgebouw is vergund en gerealiseerd onder het bouwbesluit 1992, de eis voor het binnenniveau betrof destijds 40 dB(A). Het huidige bouwbesluit stelt aan zowel voor de kantoorfunctie als de te realiseren logiesfunctie geen eisen aan het binnenniveau. De huidige maximale geluidsbelasting op de gevel onder invloed van de Rijksweg A2 is 59,59 dB. (eindvariant 2022) De gevel van het kantoor gebouw is samengesteld uit een steenachtige buitengevel, deels voorzien van gevelbekleding, deels voorzien van een bakstenen buitenblad. De gevelopeningen bestaan uit aluminiumkozijnen met isolerende beglazing voorzien van buitenzonwering. Het gebouw is uitgerust met een luchtbehandelingsysteem, potentiële geluidslekken voor luchtverversing zijn daardoor niet aanwezig. Met deze uitgangspunten bedraagt de geluidwering van de gevel bij benadering 29 dB(A). Het binnenniveau 59,59 dB – Ra gevel 29 dB(A) = ong. 31 dB(A). In vergelijk met een wel geluidsgevoelige bestemming, zoals bijvoorbeeld een woning waarbij conform het BB 2012 een geluideis voor het binnenniveau op maximaal 33 dB(A) is gesteld, kan worden uitgegaan dat er in het kader van een ‘goede ruimtelijke ordening’ sprake is van een goed leefklimaat binnen.

4.7

Luchtkwaliteit:

Op 15 november 2007 is de Wet luchtkwaliteit in werking getreden ter vervanging van het Besluit luchtkwaliteit 2005. De nieuwe Wet luchtkwaliteit ziet op een actualisatie van de luchtkwaliteitseisen, zoals opgenomen in hoofdstuk 5, titel 5.2, van de Wet milieubeheer. Het project zelf biedt geen mogelijkheden om overschrijdingen teniet te doen, noch staat het project het bereiken van de algemene doelstelling voor luchtkwaliteit in de weg. Voor projecten van geringe omvang geldt bovendien op grond van jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en op grond van het Besluit niet in betekenende mate (NIBM) dat hiervoor geen afzonderlijke luchtkwaliteitstoets nodig is. Dit is het geval als aannemelijk is dat een project een toename van de concentratie van fijn stof (PM 10) of stikstofdioxide (NO2) veroorzaakt die niet meer bedraagt dan 3% van de jaargemiddelde concentratie van die stof. In de ministeriële Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen) van 31oktober 2007 worden enkele concrete projecten of activiteiten genoemd waarbij het voorgaande in ieder geval van toepassing is en waarvoor dus geen specifieke luchtkwaliteitstoets hoeft te worden uitgevoerd. Dit geldt bijvoorbeeld voor kantoorlocaties met een bruto vloeroppervlak van minder dan 100.000m² of woningbouwprojecten van niet meer dan 1500 woningen. Het onderhavige project is van veel geringer omvang zodat het niet in betekenende mate bijdraagt aan de luchtverontreiniging.


10

In juli 2014 is de handreiking luchtkwaliteit gevoelige bestemmingen Noord-Brabant in Best als beleidsregel vastgesteld en in werking getreden. Dit is een aanvulling op het Besluit gevoelige bestemmingen en geeft invulling aan het begrip ‘goede ruimtelijke ordening’ voor het aspect luchtkwaliteit. Deze Handreiking beperkt nieuwe vestiging van ‘lucht gevoelige’ objecten zijnde scholen, kinderdagverblijven, verzorging-, verpleeg- en bejaardentehuizen in de nabijheid van drukke (snel)wegen, namelijk binnen 300 meter van een snelweg en 50 meter van een drukke gemeentelijke/provinciale weg kunnen geen nieuwe ’lucht gevoelige’ objecten worden ontwikkeld. De handreiking heeft geen invloed op de wens om woningen te ontwikkelen binnen deze zones en ook niet op bestaande ‘lucht gevoelige’ gevoelige objecten. De handreiking streeft voor de toekomst een betere leefomgeving na voor kwetsbare groepen. De ontwikkeling aan de Bosseweg 45 betreft een gebouw voor logies en wordt niet aangemerkt als ‘lucht gevoelig’ object en is daarmee geen aandacht locatie op het gebied van luchtkwaliteit.

4.8

Geurhinder:

Wet geurhinder en veehouderij De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt voor de beoordeling van aanvragen om omgevingsvergunningen milieu het toetsingskader voor de geurhinder vanuit veehouderijen. De Wgv stelt normen aan de geurbelasting van veehouderijen op geurgevoelige objecten en stelt minimale afstanden vast van veehouderijen tot geurgevoelige objecten. Om te beoordelen of sprake is van een goed woon- en verblijfklimaat en of veehouderijen in de bedrijfsvoering worden belemmerd wordt bij een ruimtelijke ordeningstoets voor de om gekeerde werking eveneens de Wgv toegepast. Bij gemeentelijke verordening kan een gemeente afwijkende geurnormen vaststellen. De gemeente Best heeft in haar Verordening geurhinder en veehouderij afwijkende normen vastgesteld voor de volgende gebieden: -Invloedsgebied kern Best -Invloedsgebied plangebied Aarle -Invloedsgebied plangebied Hokkelstraat -Invloedsgebied plangebied Dijkstraten -Invloedsgebied plangebied Overgang Bosseweg 45 is gelegen in het invloedsgebied kern Best waar de norm van 1oue van toepassing is. Toetsing Het pand Bosseweg 45 is gelegen binnen de geurcontour van de veehouderijbedrijven aan de Hokkelstraat 33 en de Broekdijk 2a. Oprichting van een geurgevoelig object is in principe niet toegestaan binnen een geurcontour. Het betreft hier echter een bestaand pand. Daarnaast wijzigt de geurgevoeligheid niet door de wijziging van kantoor naar huisvesting. Gelet hierop kan worden gesteld dat de betreffende veehouderijen niet aanvullend worden beperkt. Gezien de afstand ten opzichte van deze bedrijven (Broekdijk 2a circa 490 meter/ Hokkelstraat 33 circa 840 meter), kan worden gesteld dat er sprake is van een acceptabel woon- en leefklimaat ter plaatse.

4.9

Waterhuishouding:

Het huidige waterhuishoudkundig systeem wordt door de functiewijziging niet beïnvloed Vanwege dat de aanpassingen beperkt blijven tot een inpandige verbouwing zullen er geen wijzigingen plaatsvinden aan de verharde oppervlakten. De waterhuishoudkundige situatie ter plaatse zal derhalve niet veranderen.


11

5.

ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID

Bij het initiatief is sprake van een functiewijziging en een (interne) verbouwing van een bestaand pand. Alle voorzieningen zijn reeds aanwezig. Het opstellen van een exploitatieplan is niet nodig, het initiatief betreft geen bouwplan waarvoor op grond van de WRO een exploitatieplan verplicht is gesteld. De legeskosten voor de te volgen procedure zijn voor rekening van de aanvrager. Planschade: Deze tegemoetkoming in schade is het financiële nadeel dat een betrokkene heeft door het verschil tussen de nieuwe (onvoorziene) planologische situatie en de bestaande/oude situatie. In artikel 6.2 lid 1 van de Wro is voor de tegemoetkoming in schade bepaald dat binnen het normale maatschappelijke risico vallende schade voor rekening van de aanvrager blijft. Bij schades die worden veroorzaakt door een bestemmingswijziging van een ander perceel dan het eigen perceel (de indirecte planschade) geldt een forfait normaal maatschappelijk risico van 2%. Om de economische uitvoerbaarheid van het project te waarborgen wordt een verhaalscontract afgesloten met de initiatiefnemer, op basis hiervan komt eventuele planschade voor zijn rekening. De economische en financiële uitvoerbaarheid van het project is daarmee voldoende gegarandeerd.

6.

PROCEDURE:

De gewenste ontwikkeling is strijdig met het vigerende bestemmingsplan. Op grond van art 2.12, lid 1 onder a, sub 2 Wabo, kan voor gevallen die per Algemene maatregel van bestuur (AMvB) zijn aangewezen met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bestemmingsplan. De toestemming voor afwijken is alleen van toepassing op de aangewezen gevallen en de bijbehorende voorwaarden uit Bijlage II, artikel 4 Bor. De functiewijziging moet hier worden ondergebracht in de categorie vallend onder lid 9, inhoudende: ”het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers;” Onder de Wabo geldt hiervoor de reguliere procedure. De beslistermijn is 8 weken. Bezwaar, beroep en hoger beroep zijn mogelijk. Er is geen terinzagelegging. Wel kunnen de artikelen 4:7 en 4:8 Awb worden toegepast binnen de 8 weken termijn (met eventuele verlenging van 6 weken). Normaal gesproken is, als het bevoegd gezag na 8 weken geen besluit heeft genomen, de vergunning van rechtswege verleend. Inmiddels is ingevolge artikel 4:15, lid 2 a van de Algemene wet bestuursrecht de beslistermijn op de ingediende aanvraag met 42 dagen opgeschort.

7.

COMMUNICATIE:

In juni/juli 2014 heeft de gemeente Best de initiatiefnemer verzocht de buurtbewoners te informeren alvorens een melding van de aanvraag geplaatst zou worden in Groeiend Best. De initiatiefnemer heeft daarop diverse omwonenden bezocht en mondeling geïnformeerd omtrent de plannen. Een aantal omwonenden is daarbij niet thuis aangetroffen. Aanvullend hierop heeft de initiatiefnemer op woensdag 17 december 2014 een informatieavond in het ABAB-gebouw georganiseerd, de avond is aangekondigd geweest in Groeiend Best. De presentatie van de avond heeft plaatsgevonden in samenwerking met de heer Van der Vlies (ChristenUnie) en Pollux (organisatie voor internationale arbeidsbemiddeling en de toekomstige exploitant), een verslag van deze avond is bijgevoegd. (zie bijlage 6)


12

Tijdens deze avond is de mogelijkheid aangeboden om een huisvestingcomplex van Pollux te bezoeken, samen met buurtbewoners, zodat dit enige onduidelijkheid kon verminderen/wegnemen. Op 24 februari 2015 zijn de huisvestingslocaties voor arbeidsmigranten te Bergen op Zoom en Hoeven bezocht. Pollux heeft hiervoor de rondleidingen verzorgt. Een verslag van dit bezoek is bijgevoegd. (zie bijlage 7)

8.

CONCLUSIE:

Tegen de voorgenomen functiewijziging bestaan vanuit ruimtelijk en stedenbouwkundig oogpunt geen bezwaren. Landschappelijke- en natuurwaarden worden niet aangetast en ook vanuit milieutechnische aspecten bestaan er geen bezwaren tegen de beoogde functiewijziging. De functiewijziging is op basis van de huidige beleidsinzichten mogelijk. Aan de voorwaarden, die zowel het rijks, provinciaal als het gemeentelijk beleid stellen, wordt voldaan. Daarnaast wordt de ontwikkeling niet belemmerd door aanwezige, storende milieuaspecten en zijn benodigde voorzieningen, als riolering en overige kabels en leidingen, reeds aanwezig. Op basis van het voorgaande wordt dan ook geconcludeerd dat de realisatie van de voorgenomen ontwikkeling niet bezwaarlijk is.


13

BIJLAGE 1 NORM VOOR HUISVESTING VAMN ARBEIDSMIGRANTEN

Toegestane verblijfsvormen: a. reguliere woning b. hotel/pension c. wooneenheden in gebouwencomplex d. woonunits e. huisvesting op recreatieterrein f. overig*/ **

- Bewoners hebben minimaal 10m2 omsloten leefruimte per persoon - Bewoners van een reguliere woning (a.) en woonheden (c.) hebben minimaal 12m2 Gebruiksoppervlak (GBO) Dit geldt ook voor woonunits (d.) wanneer er sprake is van een bestemming “wonen” Tijdens de controle wordt gecontroleerd of de daadwerkelijke bezetting klopt bij wat er uit de administratie blijkt

1.2

1.3

Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten, versie 3.0, gepubliceerd op 2 april 2014

1.4

Uit de administratie van de gegadigde blijkt een actueel overzicht van alle huisvestingslocaties met daarbij vermeld het aantal bewoners. Dit actueel overzicht huisvestingslocaties en personen per locatie is beschikbaar voor auditor op locatie

1.1

Norm

1.Ruimte en Privacy

Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten – Normenset

Major

Major

Major

Major

Kwalificatie

12m2 GBO geldt voor verblijfsvormen met de bestemming wonen, a. c.en d.

** Partijen aangesloten bij de ABU CAO voor Uitzendkrachten zullen de huisvestingsvorm overig uitsluiten in de ABU CAO voor Uitzendkrachten

* Andere vormen van huisvesting zijn mogelijk mits hier een vergunning van de gemeente voor bestaat, deze direct is verbonden aan de aard van de arbeid en deze uitzondering is gemeld bij het register. Deze categorie woonvormen dient bovendien verbonden te zijn aan werkzaamheden die gedurende een beperkte periode plaatsvinden, en deze niet plaatsvinden tussen 1 november en 1 april (seizoensarbeid). In deze situatie zal er vooraf aan de werknemers informatie zijn verstrekt over de betreffende huisvesting. Bij overtreding kan een boete worden opgelegd. Wanneer er sprake is van een boete dan wordt dit doorgegeven aan de relevante gemeente.

Opmerkingen

1

Er is minimaal 1 douche per 8 personen

Veiligheid ter beoordeling auditor

Hygiene ter beoordeling auditor

CV, gaskachel en geiser dienen tweejaarlijks aantoonbaar gecontroleerd te zijn.

2.2

2.3.1

2.3.2

2.4


Er is minimaal 1 toilet per 8 personen

2.1

Norm

2.Sanitair, Veiligheid en Hygiëne

Major

Minor of major

Minor of major

Major

Major

Kwalificatie

Auditor bepaalt of er sprake is van een Minor of een Major overtreding. Hierbij houdt hij of zij in ieder geval rekening met: - Veiligheid dient gewaarborgd te zijn voor alle ruimtes van de woonlocatie. Zichtbare overbelasting van het elektriciteitsnet dient gecontroleerd te worden (o.a op dubbelstekkers en kookplaatjes) -De verlichting en elektriciteit voorziening in natte ruimten (a.) voldoet optimaal aan de IP44 norm, (b.) spatwaterdicht is en (c.) geschikt is voor gebruik in natte ruimtes. - Omstandigheden die tot gevaar of verwondingen kunnen leiden dienen te worden voorkomen. Hygiëne in en om de woonlocatie dient duidelijk gewaarborgd te zijn Ook dient het de aanbeveling dat de natte ruimten deugdelijk verlucht kan worden. Dit kan middels natuurlijke ventilatie of een mechanische installatie. - Schimmelvorming in de badkamers en/of keukens Controle moet worden gedaan door gecertificeerd bedrijf of persoon

Opmerkingen

2

Kookplaat/platen, minimaal 4 pitten, bij meer dan 8 personen 1 pit per 2 personen, bij meer dan 30 personen minimaal 16 pitten.

3.2

Als de auditor gesloten slaapkamers aantreft kan hij/zij besluiten een herkeuring van de locatie te gelasten

Er is 24 uur per dag iemand beschikbaar in het geval van calamiteiten. De contactgegevens van de (interne of externe) beheerder staan ook op de informatiekaart zodat deze ook aan eventuele gemeentelijke controleur kan worden getoond.

4.3

4.4

Major

Major

Major

Major

Kwalificatie

Minor

Minor

Kwalificatie

De auditor moet zich een goed beeld kunnen vormen over de volledige huisvestingslocatie.

Opmerkingen

Opmerkingen


3

De CI informeert de gecontroleerde onderneming over de verplichtingen die gelden met betrekking tot het Bouwbesluit 2012 en adviseert de huisvesting aan te sluiten bij dit besluit, voor zover dit nog niet is gebeurt. Daarvoor vermeld de CI de mogelijkheid om met de gemeente een Bed-voor-Bed regeling af te spreken. Bij de informatie- en advisering zal de CI het overzicht in Bijlage IV hanteren.

5.1 Bindende informatie- en aanbevelingsplicht Brandveiligheid

4.2

Informatiekaart opgesteld in de landstaal bevat ten minste telefoonnummers van: - eigen hulpverlener - regiopolitie - brandweer - 112 (in levensbedreigende situaties) - verkorte huis- en leefregels in landstaal van de bewoners - Ontruimingsplan en Noodprocedure Informatiekaart opgehangen op centrale plaats in woonlocatie

4.1

Norm

4.Informatievoorziening en overige eisen

Koelkast(en), 30 liter koel-/vriesruimte per persoon

3.1

Norm

3.Voorzieningen

Blusdeken (bij iedere kookgelegenheid)

Werkende rook- en CO-melders op voorgeschreven plaats gemonteerd.

5.2.2

5.2.3

Major

Major

Major

Kwalificatie

Controle moet worden gedaan door gecertificeerd bedrijf of persoon

Opmerkingen

Uitzendondernemingen die zijn gebonden aan de CAO Vleessector tonen goed werkgeverschap aan door middel van het NEN 4400+ keurmerk zoals beschreven in Artikel 57 van de CAO Vleessector

Om goed werkgeverschap te verzekeren geldt voor uitzendondernemingen als voorwaarde dat zij staan ingeschreven in het basisregister van de SNA

Major

Kwalificatie

Het KvK nummer van de onderneming is leidend bij de controle..

Opmerkingen


- In de huisvesting wordt rekening gehouden met de privacy van de bewoners en er is een privacy regelement opgesteld

- De kookgelegenheid heeft een oven of een magnetron

- Het opstellen van een beleid op het gebied van orde en netheid in en rond de huisvestingslocatie

- Het opstellen van een rook-, drink- en drugsbeleid

4

Aanbevelingen Gegadigden voor het keurmerk krijgen bovenop de geldende normen een set aanbevelingen waarbij de gegadigde vrij is hier invulling aan te geven. Deze aanbeveling betreffen de volgende onderwerpen:

6.1

Norm

6.Goed werkgeverschap

In de situatie dat er sprake is van een ernstige brandonveilige situatie dient de Certificerende Instelling een melding te doen over deze locatie bij de gemeente waarbinnen de huisvesting is gelegen, alsmede de onderneming te manen zo spoedig mogelijk de brandonveilige situatie ongedaan te maken.

5.3 Brandveiligheid - melding gemeente

Brandblusser - de brandblusser(s) zijn gekeurd en de keuring is nog geldig - Er is 6 liter blusvloeistof aanwezig - instructie gebruik op brandblusser - er is een brandblusser binnen 5 meter van iedere plaats waar gekookt wordt.

5.2.1

Norm

5.2 Brandveiligheid

Het uitgangspunt is om tenminste jaarlijks op de huisvestingsnormen en, waar van toepassing bij uitzendondernemingen, op de CAO te controleren.

Het KvK nummer van de onderneming is leidend bij de controle. De normen zullen gecontroleerd worden door een onafhankelijke Controlerende Instelling (CI). SNF contracteert meerdere CI’s Hierdoor ontstaat een keuze voor gegadigden. Gegadigden kunnen zelf bepalen door welke CI zij gecontroleerd wensen te worden.

Uitzendondernemingen die zijn gebonden aan de CAO Vleessector tonen goed werkgeverschap aan door middel van het NEN 4400+ keurmerk zoals beschreven in Artikel 57 van de CAO Vleessector

Om goed werkgeverschap te verzekeren geldt voor uitzendondernemingen als voorwaarde dat zij ) staan ingeschreven in het basisregister van de SNA

Om goed werkgeverschap te borgen zal een onderneming die tevens werkgever is, aantonen dat deze onderneming de van toepassing zijnde CAO toepast.

Invulling Huisvestingsondernemingen, en werkgevers die tijdelijke arbeidsmigranten (willen) huisvesten kunnen in aanmerking komen voor het huisvestingskeurmerk.


Periodieke Controle

Controlerende Instellingen

Onderwerp Reikwijdte

Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten - Controlesystematiek

5

Er is een eisenpakket opgesteld waaraan de CI’s moeten voldoen. Binnen dit pakket worden in ieder geval de volgende elementen meegenomen: - onafhankelijkheid van de CI - training en opleiding van de auditors - Audit van de CI’s ter garantie van een uniforme toepassing en een daarbij behorend certificaat. SNF heeft een aantal partijen gecontracteerd voor een periode van 2 jaar. Daarna kan SNF besluiten een nieuwe offerteprocedure te starten.

Opmerkingen

- Geen non-conformiteiten: het steekproefpercentage wordt verlaagd met 5%, met een minimum van 10% (bij de eerste staffel blijft er een minimumcontrole van 2 locaties) - Alleen Minor overtredingen: geen gevolgen voor de steekproef - 1/5 (20%) of minder van de locaties afgekeurd (Major afwijking): Geen gevolgen voor de steekproef - meer dan 1/5 (20%) van de locaties afgekeurd bij de eerste controle: verhoging van de steekproefpercentage met 5% voor de controle van de volgende periodiek met een maximum van 50% NB. Voor de herstelcontrole blijft het percentage gelijk aan het percentage dat gold voor de oorspronkelijke controle.

Er zal een steekproef worden getrokken door de CI uit de huisvestingslijst die blijkt uit de administratieve controle (norm 1.1). Afhankelijk van het aantal locaties dat uit de administratie blijkt, zal de grootte van de steekproef worden bepaald. Hierbij wordt de volgende staffel gehanteerd: 1. 1-5 locaties: 2 locaties, ternzij er maar één locatie is. 2. 6-10 locaties: 30% 3. 11-20 locaties 25% 4. 21-50 locaties: 20% 5. 51-100 locaties: 10 locaties 6. > 100 locaties: 15% De onderneming wordt 24 uur van te voren ingelicht over welke locaties uit de steekproef zijn gekomen en zodoende worden gecontroleerd Goede resultaten in de keuring heeft gevolgen voor de volgende keuring. Als een onderneming positief uit een controle komt dan worden er in het daaropvolgende jaar minder locaties gecontroleerd. Dit geldt ook andersom, als een onderneming slecht presteert dan wordt in daaropvolgende controles een grotere steekproef getrokken. De Bonusmalus heeft geen gevolgen voor de periodiek, maar wel voor het percentage dat wordt gehanteerd voor de steekproef van de locaties in het daarop volgende jaar. Daarbij wordt de volgende methodiek gehanteerd:


Bonusmalus

Timing

Steekproef

6

De volgende beslisboom wordt gehanteerd: - Geen onvolkomenheden: Toekenning van het keurmerk - Alleen Minor onvolkomenheden: Toekenning van het Keurmerk - 1/5 of minder van de locaties met een of meer Major onvolkomenheden: herstelbrief - Meer dan 1/5 van de locaties met een of meer Major onvolkomenheden: herkeuring

Bij twijfels over de locaties van een keurmerkhouder heeft Stichting Normering Flexwonen de mogelijkheid spoedcontroles te laten uitvoeren. Gemeentes kunnen in het geval van gegronde vermoedens Stichting Normering Flexwonen vragen een spoedcontrole uit te laten voeren. Controle locaties in verhouding tot huisvestingsvorm Een huisvestingsvorm kan bestaan uit één of meerdere te controleren eenheden. - reguliere woning één eenheid - hotel/pension minimaal vier eenheden, ten minste tien procent - wooneenheden in gebouwencomplex minimaal vier eenheden, ten minste tien procent - chalets/woonunits1 minimaal vier eenheden, ten minste tien procent - huisvesting op recreatieterrein minimaal vier eenheden, ten minste tien procent Binnen de normen wordt een onderscheid gemaakt tussen Major en Minor overtredingen en aanbevelingen. Minor overtredingen gelden als minder zwaar voor de beslissing het keurmerk toe te kennen. Major overtredingen gelden zwaarder en zijn meer bepalend voor de toekenning van het keurmerk. Gegadigden krijgen daarnaast een set aanbevelingen, maar zijn vrij hier invulling aan te geven. Stichting Normering Flexwonen zal een beslisboom hanteren die bepalend is voor de toekenning van het huisvestingskeurmerk. Binnen deze beslisboom ligt besloten hoe er wordt omgegaan met geconstateerde onvolkomenheden en hoe dit de toekenning/behoud van het keurmerk beïnvloedt.


Beslisboom

Kwalificatie van de normen

Controle per woonvorm

Spoedcontroles

7

In het normenoverzicht staat per norm aangegeven welke kwalificatie de norm kent.

Er zal één register worden bijgehouden waarin de keurmerkhouders zijn terug te vinden. Conform norm 5.1 zal, indien van toepassing de CI de onderneming informeren over de wettelijk verplichte gebruiksmelding of omgevingsvergunning brandveilig gebruiken en de onderneming aanbevelen: Te waarborgen dat over de huisvesting een gebruiksmelding is gedaan en daar waar van toepassing een omgevingsvergunning brandveilig gebruiken aan te vragen. De huisvesting onder te brengen binnen een Bedvoor-Bed regeling binnen de gemeente waar gehuisvest wordt. Wanneer de CI een ernstig brandonveilige huisvesting aantreft zal zij een melding doen bij de gemeente waar binnen de huisvesting is gelegen.


Meldingsplicht

Informatie- en aanbevelingsplicht

Register

8


9

Beschrijving sancties - Herstelbrief: De onderneming dient, aan de CI te bevestigen dat herstel heeft plaatsgevonden (deze bevestiging in voorkomende gevallen aantoonbaar maken middels fotomateriaal). Door de onderneming dient duidelijk gemaakt te worden dat herstel, daar waar van toepassing, op alle locaties heeft plaatsgevonden en niet alleen op de locaties die uit de steekproef naar voren zijn gekomen en fysiek zijn geïnspecteerd. De rapportage van de CI aan Stichting Normering Flexwonen inzake genomen maatregelen en het wel/niet voldoen aan de normen, dient binnen 4 weken na ontvangst van de herstelbrief door de onderneming, door Stichting Normering Flexwonen te zijn ontvangen. Indien geen bevestiging, danwel dat de bevestiging onvoldoende waarborgen in zich draagt dat herstel heeft plaatsgevonden, dient alsnog herkeuring(en) uitgevoerd te worden. - Herkeuring Indien een herkeuring wordt gesanctioneerd door Stichting Normering Flexwonen, dan wordt 50% van dezelfde locaties herkeurd en 50% nieuwe locaties. Het aantal zal gelijk zijn aan het oorspronkelijk aantal gecontroleerde locaties. Op basis van deze herkeuring zal er wederom een keuringsrapport worden overlegd aan Stichting Normering Flexwonen door de CI. Het definitieve herkeuringsrapport dient binnen 6 weken na ontvangst van opdracht tot uitvoering van een herkeuring door de onderneming door Stichting Normering Flexwonen te zijn ontvangen. Bij gesignaleerd (brand)gevaar zo spoedig mogelijk herstellen

- Geen onvolkomenheden: Toekenning van het keurmerk - Alleen Minor onvolkomenheden: Toekenning van het Keurmerk - 1/5 of minder van de locaties met een of meer Major onvolkomenheden: herstelbrief - Meer dan 1/5 locaties met een of meer Major onvolkomenheden: herkeuring

De volgende beslisboom wordt gehanteerd:

Drie weken na de controle zal de CI een concept rapportage naar de gecontroleerde onderneming opsturen. Deze kan hier bij de CI tegen reclameren. Deze reclamatie wordt door de CI meegenomen in de definitieve rapportage en het bijbehorende advies dat zij drie weken later (na zes weken) stuurt naar Stichting Normering Flexwonen. Zodoende krijgt de CI drie weken de tijd om eventuele aanpassingen te doen alvorens de definitieve rapportage wordt vastgesteld.

De Controlerende Instelling (CI) zal zes weken na de controle een rapportage opleveren bij Stichting Normering Flexwonen. In deze rapportage geeft de CI een advies over welke vervolg stap de CI passend acht. De Stichting Normering Flexwonen zal op basis van deze beslisboom besluiten tot de toekenning van het huisvestingskeurmerk en opname in het register. In de situatie dat er uit de rapportage onvolkomenheden blijken zal deze beslisboom worden gehanteerd voor de vaststelling van eventuele sancties. De gecontroleerde onderneming kan bij Stichting Normering Flexwonen in beroep tegen het besluit.

Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten - Beslisboom


10

Schorsing en verlies keurmerk In de situatie dat er na de herkeuring weer tot een nieuwe tweede herkeuring wordt gesanctioneerd dan wordt de gecontroleerde onderneming tijdelijk geschorst uit het register. Dit wordt ook zichtbaar gemaakt in het register. Ook als er een herstelbrief wordt gesanctioneerd en deze wordt niet wordt ontvangen of niet voldoende wordt bevonden, wordt de onderneming geschorst uit het register. Bij een schorsing krijgt de onderneming de mogelijkheid zich nog eenmaal te laten herkeuren. Hierbij wordt een volledig nieuwe steekproef getrokken op basis van het meest recente Bonusmalus percentage van de onderneming. Als de onderneming ook voor deze keuring zakt dan wordt de onderneming uitgeschreven uit het register.


Informatieplicht & aanbeveling De Controlerende Instelling stelt vast welke van de volgende situaties aan de orde is op een gecontroleerde locatie. # woonVerblijfsvorm Verplichte Verplichte eenheden Gebruiksmelding Omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik (gebruiksvergunning) ≤ 5 woon- a,c & d (indien in Nee Nee eenheden gebruik voor de bestemming wonen) > 5 woon- a, c & d (indien in Ja Nee eenheden gebruik voor de bestemming wonen)

De Controlerende Instelling zal bij de gecontroleerde onderneming nagaan of deze gebruiksmelding is gedaan of de omgevingsvergunning brandveilig gebruiken is afgegeven. Op basis van het resultaat zal de controleur de onderneming informeren. Het volgende schema is daarbij leidend voor de controleur.

11

De eigenaar / verhuurder is in sommige situaties wettelijk verplicht een gebruiksmelding bij de gemeente te doen over het gebruik van de woning die hij of zij ter beschikking stelt voor kamergewijze verhuur en of een hotelfunctie, dan wel over een omgevingsvergunning voor brandveilig gebruiken beschikt. Dit kan o.a. zijn ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten. In geval van een woonfunctie voor kamergewijze verhuur bij 5 of meer wooneenheden (zie definitie in het Bouwbesluit: niet-gemeenschappelijk deel van een woonfunctie waarin zich vijf of meer wooneenheden bevinden) is een gebruiksmelding verplicht.

Norm voor huisvesting van arbeidsmigranten - Advies- en informatieplicht Gebruiksbesluit

publicaties/brochures/2012/04/27/infoblad-omgevingsvergunning-en-melding-brandveilig-gebruik-bouwbesluit-2012.html

Infoblad Omgevingsvergunning en melding brandveilig gebruik - Bouwbesluit 2012 http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/bzk/documenten-en-

publicaties/brochures/2012/10/09/infoblad-bouwbesluit-2012-vluchten-bij-brand.html

Infoblad Vluchten bij brand - Bouwbesluit 2012 http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/bzk/documenten-en-


12

De CI zal de onderneming schriftelijk aanbevelen (a.) de gebruiksmelding alsnog bij de gemeente te doen of omgevingsvergunning brandveilig gebruik bij de gemeente aan te vragen en (b.) zich bij de gemeente te melden voor de mogelijkheid van een Bed-voor-Bed regeling. Op de website van het Expertisecentrum Flexwonen (www.flexwonenarbeidsmigranten.nl) voor Arbeidsmigranten is meer informatie te vinden over de Bed-voor-Bed regeling.

o

o

publicaties/brochures/2012/04/27/infoblad-kamergewijze-verhuur-bouwbesluit-2012.html

Op basis van het schema adviseert de CI de onderneming. Is dit niet het geval dan zal de CI de onderneming informeren over de gebruiksmelding en / of omgevingsvergunning brandveilig gebruiken en deze wettelijke verplichting. Deze informatieplicht behelst in ieder geval: o Infoblad Kamergewijze verhuur - Bouwbesluit 2012 http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/bzk/documenten-en-

BIJLAGE 2 SKIA – Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling

Normering Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling European Legal Labour Certificate 2015

SKIA - Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling M: +31-(0)6-11600899 E: [email protected] E: [email protected]

I: www.skia-eu.org Kvk: 18081724 Rabobank: NL17 RABO 010.27.28.860

‘ EE RL IJ K E H U ISV EST IN G V ER DI ENT E EN K E URME R K ’

.2.

KEURMERK - EUROPEAN LEGAL LABOUR CERTIFICATE ......................................................................................... 3 KEURMERK .............................................................................................................................................................. 3 Systematiek .................................................................................................................................................................. 3 Kwalificatie criteria ....................................................................................................................................................... 3 Bonussysteem............................................................................................................................................................... 4

CRITERIA ADMINISTRATIEVE AUDITS .......................................................................................................................... 5 Prefab Unit Certificaat (PUC) (ü) ................................................................................................................................. 6 Huisvestingsadministratie (HVa) (¶) ........................................................................................................................... 8 Goed Werkgeverschap (GWA+HVA) (¶¶) ................................................................................................................ 10 CAO e/o NEN Controle (CAO+GWA+HVA) (¶¶¶)...................................................................................................... 12

CRITERIA HUISVESTING INSPECTIE .............................................................................................................................13 Huisvestingscriteria ..................................................................................................................................................... 13

BIJLAGE: BEPALING WONINGDEFINITIE ..................................................................................................................... 18 Soort locatie................................................................................................................................................................ 18 Locatie eenheid........................................................................................................................................................... 19

BIJLAGE: TOELICHTING WOONRUIMTE...................................................................................................................... 20 Soort woning en m2.................................................................................................................................................... 20 Woonruimte ................................................................................................................................................................ 20 Berekening m2 per persoon ....................................................................................................................................... 22

BIJLAGE BRANDVEILIGHEID...................................................................................................................................... 23 BIJLAGE: LEEFBAARHEID EN ALGEMENE VEILIGHEID .................................................................................................... 25 Bijlage: Voorbeeld goed huisregelement………………………………………………………………………26

SKIA werkt met een transparante organisatiestructuur. Informatie over haar beleid, criteria, procedures en voorwaarden zijn vrij toegankelijk via de website. Specifieke informatie over, voor en van belang voor enkel de aangesloten partijen zijn via het register toegankelijk. Website (http://www.skia-eu.org/): 1. Beleid 2012 2. Keurmerk - European Legal Labour Certificate 3. (Locale) Overheid 4. Aanmeldingsprocedure 5. Certificeringsprocedure 6. Controlerende Instellingen (CI’s) 7. Tarieven 8. Algemene Voorwaarden Register (http://register.skia-eu.org/): 1. Service Level Agreement 2. Werkinstructie 3. (Locale) Overheid convenanten en beleidsnotities 4. Bed-voor-Bed regeling 5. Procedure Register

Concept Normen Keurmerk SKIA 2015

Versie 12-2015

.3.

KEURMERK - European Legal Labour Certificate KEURMERK SKIA – Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsbemiddeling - is een autonome en onafhankelijke stichting met een eigen verantwoordelijkheid. De stichting is geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 18081724. Het doel omschreven in haar statuten is: “Het erkennen van organisaties, die arbeidsmigranten bemiddelen, conform de normen en criteria zoals vastgelegd in het Keurmerk van de SKIA (European Legal Labour Certificate), door het controleren en toezicht houden op de kwaliteit en handelen van de organisaties en haar huisvestingslocaties, aan de hand van de normen en criteria van het Keurmerk”.

SYSTEMATIEK De systematiek van SKIA houdt, kort gezegd, in dat alle organisaties die arbeidsmigranten huisvesten, te werk stellen of beleveren SKIA gecertificeerd kunnen worden. Daarvoor dient de organisatie in opdracht van SKIA frequent gecontroleerd te worden door een (onafhankelijk Controlerende Instelling) door SKIA aangewezen controleur op een aantal administratieve processen en fysieke inspecties van de locatie(s). Om de onafhankelijkheid te waarborgen is de intentie dat huisvestingscontrole en administratieve audit niet elk jaar door dezelfde controlerende instelling worden uitgevoerd. Het certificaat wordt aan de deelnemende organisatie uitgereikt als beide processen positief zijn doorlopen.

KWALIFICATIE CRITERIA De opgestelde criteria worden gewaardeerd en beoordeeld met de status Conform (C) of Niet Conform (NC). Indien de waardering NC wordt gegeven zal dit gekwalificeerd worden met een Major (M+) of minor (m-) of een aanbeveling (A). Per criteria is de kwalificatie vooraf bepaald. Iedere afwijking zal worden gemotiveerd met een toelichting. · Aanbeveling (A). Een aanbeveling is een aandachtspunt voor of advies aan de onderneming om het geconstateerde te corrigeren ter verduidelijking van de organisatie of verbetering van de locatie en/of woonsituatie. o Zes aanbevelingen tellen als een minor. · Minor (m-). Een minor wordt gezien als een afwijking van de gestelde criteria waarbij de onderneming het geconstateerde dient te corrigeren. o Drie minors tellen als een Major. · Major (M). Een Major afwijking wordt gezien als een zwaarwegende afwijking van de gestelde criteria waarbij de betrouwbaarheid en/of veiligheid van de onderneming en/of locatie in gedrang komt. De soorten kwalificaties en weging voor de status zijn voor zowel de administratieve audits als de huisvestingsinspecties gelijk. Status

Wegingsscore

A (0,5 punten)

m- (3 punten)

M+ (9 punten)

min.*

max.*

min.*

max.*

min.*

max.*

Goedgekeurd:

Weging 0 t/m 2,5

0

5

0

0

0

0

Herbeoordeling: Herkeuring:

Weging 3 t/m 8,5 Weging 9 t/m 26,5

6 6

17 30**

1 3

2 8

0 1

0 2

Afgekeurd: Weging >27 0 30** 9 >9 3 >3 *De toepassing van de weging voor minimaal en maximaal is altijd een optelsom van alle constateringen die resulteren in een totaalweging die de status aangeeft. | ** maximaal aantal te geven aanbevelingen.


Versie 12-2015

.4.

BONUSSYSTEEM In de certificeringsprocedure is een protocol opgenomen waarbij goed georganiseerde en geadministreerde organisaties en gedegen huisvesting worden beloond in een frequentie systeem. Deze beloning is gebaseerd op de behaalde resultaten. Hoe lager de wegingsscore des te hoger is de beloning. Overgangstermijn huidige leden / nieuwe normen De nieuwe normen zullen bij de huidige leden in de volgende controle in 2015 worden meegenomen en beoordeeld. Deze zullen zo nodig als aanbeveling worden aangeduid in de rapportage. In 2016 zullen de aangepaste normen meegenomen worden in de reguliere controle en ook meewegen in de score.


Versie 12-2015

.5. CRITERIA ADMINISTRATIEVE AUDITS Binnen het traject van de administratieve audits (controle) is een onderscheid te maken in enkele administratieve opvolgende processen: · Prefab Unit Certificaat (PUC) (ü) · Huisvestingsadministratie (HVA) (¶) · Goed Werkgeverschap (GWA+HVA) (¶¶) · CAO (CAO+GWA+HVA) (¶¶¶) Een (uitzend)organisatie/werkgever zal, vanwege haar veelzijdige en verantwoordelijke invulling, meer en breder te maken hebben met de arbeidsmigrant. Binnen de branche organisatie wordt middels de CAO rechten en plichten, richtlijnen opgelegd die van toepassing zijn op de uitvoering en doelstelling van de (uitzend)organisatie of werkgever. Veel zaken zijn daarmee geborgd en kunnen regulier gecontroleerd worden binnen een NEN of CAO certificering. Alle overige taken die in relatie staan tot de arbeidsmigrant zullen met een GWA uitgelicht worden en volgens de opgestelde criteria gecontroleerd worden. Om organisaties niet overbodig te belasten voor het willen voldoen aan regelgeving en een gedegen certificering is SKIA van mening dat administratieve audits gecombineerd moeten kunnen worden. Hierbij wordt tijd en dus indirect kosten bespaard. Organisaties die een CAO en/of NEN controle dienen te ondergaan kunnen in het kader van de SKIA certificering gebruik maken van de faciliteiten dit in één afspraak te realiseren. De rapportage dient echter gescheiden te worden opgeleverd om de vragende partijen te kunnen bedienen. Een vastgoedaanbieder of unitbouwer heeft echter geen directe of rechtstreekse bemiddeling in het proces van de arbeidsmigrant. Het beschikbaar stellen van huisvesting wordt veelal gedaan door bemiddeling. Echter ook deze organisaties dienen aan te kunnen tonen dat de aangeboden huisvesting is voorzien van de juiste certificeringen en binnen de lokale overheid voldoet aan de door hen gestelde eisen. Door een PUC of HVA wordt een garantie ingebouwd die de volgende “huurder” met voordeel kan faciliteren.


Versie 12-2015

.6. PREFAB UNIT CERTIFICAAT (PUC) (ü) Er is gekozen om te komen tot een keurmerk dat registratie en certificering mogelijk maakt voorafgaand bewoning. Dit is vooralsnog enkel mogelijk bij vooraf gefabriceerde en tijdelijke units. De SKIA zal het plan vooraf certificeren. De eindgebruiker is niet automatisch gecertificeerd. Deze zal het onderdeel van goedwerkgevershap moeten behalen om terecht het SKIA certificaat te dragen. Voor aanvang bouw van deze units wordt deze getoetst op wettelijke regelgeving en de criteria op basis van bewoning. De facilitaire, brandveilige, hygiënische en leefbare overwegingen zijn hierin in basis meegenomen. Een geregistreerde en gecertificeerde prefab unit is in het vervolgtraject voordelig. De toetsing na bewoning blijft gelijk waarbij de succesfactor voor goedkeuring verhoogd wordt. Voor een controle op de PUC geeft SKIA opdracht aan een onafhankelijke Adviesbureau met bouwplantoetsers in haar expertise. Het adviesplan ligt ten grondslag aan de registratie. 1.

PUC - Aanmelding · Inschrijving van de tijdelijke unit door de fabrikant die de certificering aanvraagt. o Het type en tenaamstelling van de mobiele unit wordt geregistreerd. Dit dient een uniek en herkenbaar kenmerk te hebben. o De onderliggende bouwen werktekening, pakket van eisen, van het type is ingediend. § De aanvraag bij SKIA is minimaal gelijk aan de aanvraag voor een reguliere omgevingsvergunning. § www.omgevingsvergunning.nl § De benodigde wettelijke vergunning zijn verleend en worden tevens onderdeel van de aanvraag van het SKIA certificaat. o Checklist van SKIA criteria die aanvullend een reguliere omgevingsvergunning van toepassing zijn. § Deze checklist zal tijdens de vorm krijgen waarbij de toegevoegde waarde van de registratie helder wordt. De criteria zullen hoogwaardige meerwaarde dienen te geven ten opzichte van concurrerende reguliere fabrikanten.

2. Toetsing Landelijke regelgeving (0.a. omgevingsvergunning) · De bouwen werktekening wordt getoetst op het landelijk wettelijk geldende regelgeving. o Bij aanvraag wordt de meest recente versie van het Landelijk Bouwbesluit gehanteerd, deze revisie versie dient zichtbaar te worden in de toetsing. o Toetsing is mede op basis van technische eisen vanuit het landelijk Bouwbesluit. o Checklist van SKIA criteria die aanvullend deze toetsing van toepassing zijn. § Deze checklist zal tijdens de vorm krijgen waarbij de toegevoegde waarde van de registratie helder wordt. De criteria zullen hoogwaardige meerwaarde dienen te geven ten opzichte van concurrerende reguliere fabrikanten. 3. Toetsing Lokale regelgeving ( o.a. bouwverordening / bestemmingsplan) · De aanvraag wordt getoetst op de lokale wettelijk geldende regelgeving. o De aanvraag wordt op de meest recente versie van het VNG bouwverordening model getoetst, deze revisie versie dient zichtbaar te worden in de toetsing. o Dit geeft de gemeente de gelegenheid het model te toetsen op afwijkingen in hun eigen regulier beleid t.o.v. het model VNG.


Versie 12-2015

.7. 4. Prefab Unit Certificaat – Keurmerk toekennen · Na positieve beoordeling van bovenstaande punten wordt de unit met het unieke kenmerk geregistreerd als een SKIA PUC. o Het bouwplan met het plan van eisen is hiermee geschikt voor fabricage. 5. Fabricage · Na registratie kan de fabrikant overgaan op fabricage van het type unit. · Gedurende dit proces zijn ad-hoc inspecties op basis van het plan van eisen mogelijk. 6. Oplevering · De op te leveren units bij eindgebruiker worden op basis van een 25% van het totaal getoetst door een inspecteur van de SKIA. · De overdracht van fabrikant naar eindgebruiker is onderdeel van deze inspectie. · De fabrikant heeft na oplevering de garantie dat de units zijn geregistreerd. · De eindgebruiker heeft na oplevering de garantie dat de units conform de criteria zijn opgeleverd. 7. Prefab Unit Certificaat – Eindgebruiker · De fase 1 registratie ontvangt per locatie (bijvoorbeeld recreatieterrein) een SKIA certificering met als specificering de mobiele units. · Indien de eindgebruiker een SKIA onderneming is zullen de locatie-eenheden worden opgenomen in het register onder verantwoordelijkheid van deze onderneming. Het vervolgtraject is gelijk aan de reguliere certificering. · Indien de eindgebruiker geen SKIA onderneming is zullen de locatie-eenheden worden geregistreerd met specifieke vermelding hiervan. De niet SKIA onderneming zijnde eindgebruiker kan en mag nimmer gebruik maken van de SKIA certificering in haar uitingen. In een protocol zal worden opgesteld waarbij het waarborgen van de SKIA certificeringen door middel van eisen zijn opgesteld en waar garantie geborgd dienen te worden ten opzichte van niet SKIA ondernemingen. · SKIA certificering wordt ter plaatse en publiekelijk herkenbaar gemaakt. Dit dient in de fysieke certificering op de unit zelf tot uiting te komen als ook in het register. · De fabrikant wordt opgenomen in het register van vastgoedaanbieders. De specifieke PUC registratie zal daarbij worden vermeld. · De unit zal in de jaarlijkse controle worden meegenomen. De kosten voor de huisvestingsinspectie zijn voor rekening van de unitbouwer 8. PUC – upgrade · Indien de Landelijk wettelijke regelgeving een recentere revisiedatum krijgt is het voor de fabrikant mogelijk de PUC te upgraden. De stappen 2 en 3 zullen dan worden doorlopen.

Het huidige sanctiebeleid van de certificeringsprocedure SKIA is op de PUC niet van toepassing. Er zal, indien er een overtreding wordt geconstateerd, een gedegen onderzoek plaatsvinden door de SKIA controleur en een sanctiebeleid worden opgesteld. Het sanctiebeleid zal de minimale eisen en kwaliteit van het huidige sanctiebeleid nooit ondermijnen.


Versie 12-2015

.8. HUISVESTINGSADMINISTRATIE (HVA) (¶) Voor een controle op de Huisvestingsadministratie geeft SKIA (in overleg) opdracht aan een onafhankelijke Controlerende Instelling. Bij controles ten behoeve van vaststelling van de huisvestingsadministratie wordt de organisatie gecontroleerd op de volgende punten: 1.

Kamer van Koophandel · Een uittreksel van de Kamer van Koophandel, niet ouder dan zes maanden, is beschikbaar. o Doel van het uittreksel is het verifiëren van de omschreven doelstelling, deze dient overeen te komen met de bedrijfsuitvoering. · Eventuele nevenactiviteiten of zusterondernemingen die van invloed zijn op of belangen hebben in de organisatie dienen middels kamer van koophandel registratie bekend te zijn/gemaakt te worden. o De hiërarchie van de organisatie dient door een organisatie structuur inzichtelijk te zijn, onafhankelijk welke plaats de organisatie in deze structuur inneemt. Minimaal dient te kunnen worden herleidt naar de verantwoordelijke organisatie/rechtspersoon. o Aantoonbaar maken door digitaal beschikbaar uittreksel KvK. · Een digitale kopie van deze uittreksels zijn onderdeel van de rapportage. · Plaats van activiteiten in relatie tot huisvesting en/of arbeidsmigranten dienen in de hiërarchie van het bedrijf te zijn gemeld. o Een ondertekende verklaring van de directie om dit te bevestigen is onderdeel van de rapportage.

2. Overzicht huisvestinglocaties. · De organisatie beschikt over een inzichtelijke registratie en actueel overzicht (vorig en huidig boekjaar) van alle huisvestinglocaties: o Welke het keurmerk dragen. o Onder de certificering wensen te behoren (alleen van toepassing voor vastgoedondernemers). o Die toegepast worden in de huisvesting van arbeidsmigranten van de organisatie. · De huisvestinglocaties zijn inzichtelijk geregistreerd met daarbij vermeld: o Soort woning o Adres – postcode – plaats o Contacttelefoonnummer o Bepaalde Capaciteit woning (indien niet bepaald geschatte capaciteit). o Huidig aantal bewoners o Naam locatie in geval van Hotel, pension, recreatieterrein, etc. o Locatie eenheid. · Per locatie is aantoonbaar door/van welke organisatie/partij de locatie is (in)gehuurd/ in beheer is genomen. 3. Registratie (historie) huisvestinglocaties. · Het actuele huisvestinglocaties overzicht, inclusief historie, is volledig geactiveerd in het register · De organisatie verplicht zich tot het actueel houden van het register door mutaties periodiek, naar aard van de organisatie, te actualiseren. De kwartaalfacturatie wordt op basis van de actuele stand in het register verricht. o Tijdens de audit worden deze overzichten (vorig en huidig boekjaar en eventueel indien noodzakelijk historie) gecheckt met de registratie in het register. o Kolommenbalans (vorig en huidig boekjaar) waarop de huisvesting huren en/of assuranties en/of eigendom van de locaties verantwoord staan.


Versie 12-2015

.9. o

o o

o o

In geval van verloning dienen de aantallen van de loonadministratie overeen te komen met de huurkosten die in de administratie zijn opgenomen voor die betreffende periode. De aantallen moeten representatief zijn conform het vermelde onder looncessie. De door de auditor gecheckte overzicht(en) word(en)t toegevoegd aan de rapportage. De organisatie verplicht zich tot het houden van een gedegen en te controleren huisvestingsadministratie. Voor iedere periode moet de status inzichtelijk en herleidbaar zijn. Dit betekend dat historie bekend moet zijn en inzichtelijk. Daarnaast is deze administratie volgens de richtlijnen in het register geactualiseerd. Werkgever verplicht zich tot het periodiek updaten van dit overzicht. In de jaarlijkse administratieve controle moeten deze updates overeenstemmen met de perioden. Bij een discrepantie, waarbij er meer arbeidsmigranten worden belast dan er slaapplaatsen zijn (in)ge/verhuurd en/of waarbij eerdere perioden niet overeenstemmen met de aangeleverde overzichten is het sanctiebeleid van toepassing.

4. Toetsing huisvestinglocaties wetgeving. · De organisatie beschikt over alle van toepassing zijnde vergunningen per locatie of heeft een procedure om tot legalisatie te komen. o Afhankelijk toepassing woning is gebruiksvergunning van toepassing. o Afhankelijk soort huisvesting is er volgens de wettelijke geldende regelgeving een Brand Meld Installatie en de daarbij behorende vergunningen en rapportage/inspectierapporten beschikbaar. De organisatie dient de lokale regelgeving te kennen en geadministreerd te hebben. Dit is toetsbaar en aantoonbaar verwerkt in de administratie. Informatieplicht & aanbeveling. # personen woonvorm Verplichte Verplichte Omgevingsvergunning voor Gebruiksmelding brandveilig gebruiken (gebruiksvergunning) ≤4 A–C–D* Nee Nee >4 A–C–D* Ja Nee > 10 A–C–D* Nee Ja >2 B–D–E–G ** Nee Ja * indien in gebruik voor wonen - ** indien in gebruik voor logies Voor toelichting op soort woonvorm zie punt 1 bij huisvestingscriteria. Bovenstaand overzicht zijn richtlijnen. In geval van afwijkingen aan de lokale regelgeving dient de organisatie dit door middel van correspondentie aan te tonen. De organisatie is eindverantwoordelijke. SKIA kan hiervoor enkel een adviserende rol in geven. 5. Model Bed voor Bed regeling (indien van toepassing) · De organisatie heeft een aantoonbare aanmelding voor de Bed voor Bed regeling. · Korte voortgangsrapportage van de status van deze regeling. o Garantiestelling organisatie dat alle in het beheer zijnde locaties zijn opgenomen in het SKIA register. § Bij afwijkingen is het sanctiebeleid van toepassing. § Afhankelijk zwaarte en reden afwijking is melding aan gemeente mogelijk. · Organisatie geeft aan of men ondersteuningsadvies van SKIA wenst. o SKIA zal hiervoor een op het adviesverzoek gerichte specialist aanwijzen.


Versie 12-2015

.10. GOED WERKGEVERSCHAP (GWA+HVA) (¶¶) Voor een controle op Goed Werkgeverschap geeft SKIA, in overleg met de onderneming, opdracht aan een onafhankelijke Controlerende Instelling. De onderneming wordt gecontroleerd op een groot aantal controleerbare en meetbare aspecten in het administratieve proces. Bij controles ten behoeve van verkrijging van het SKIA keurmerk wordt de organisatie voor Goed Werkgeverschap gecontroleerd op de volgende punten: 1.

Huisvestingsadministratie (HVA) · De criteria uit de Huisvestingsadministratie (HVA) zijn onderdeel van deze audit.

2. Branche organisatie · De organisatie is aanbevolen zich aan te sluiten bij een branche organisatie (indien van toepassing, geen verplichting). o Indien aangesloten bij branche organisatie: § Vermelding van aansluiting bij een branche organisatie is schriftelijk en digitaal (website branche-organisatie en eigen website) aantoonbaar. § De CAO voorwaarden worden door de branche organisatie gecontroleerd. De wijze waarop zal worden vermeld en het resultaat/rapport is aantoonbaar. o Indien de organisatie niet is aangesloten bij branche organisatie: § Welke controle methodiek wordt gehandhaafd om aan te tonen dat de minimale wettelijke kaders worden nageleefd. § Bij geen controle methodiek zal de CI de administratie controleren op de minimale wettelijke kaders. § Organisatie wordt geadviseerd over branche organisaties voor het uitvoeren van gerichte CAO’s. 3. Certificering NEN 4400-1 of NEN 4400-2. · De onderneming dient aantoonbaar schriftelijk en digitaal (www.normeringarbeid.nl) geregistreerd en gecertificeerd te zijn volgens de NEN 4400-1 of NEN 4400-2. Van deze normering moet een aantoonbare rapportage beschikbaar te zijn waarin de volgende punten als positief zijn aangemerkt: 1. Schriftelijke en getekende 2-talige (incl. landstaal) arbeidsovereenkomst aanwezig. In de arbeidsovereenkomst is tenminste omschreven: functie, arbeidstijden, uur/periodeloon. 2. Controle op daadwerkelijke loonbetaling onderbouwt met een betalingsbewijs aan minimaal 20% van het totale bestand van de werknemers, van minimaal het WML en indien van toepassing het CAO loon. Werkgever stelt per loonafrekening een loonstrook aan de werknemer ter beschikking per maand van elke reguliere loonbetaling. 3. Werkgever heeft een getekende verklaring van de werknemer voor ontvangst van de veiligheidsvoorschriften (BHV (de organisatie heeft voor BHV begeleiding gezorgd, niet iedere werknemer moet BHV hebben) en ARBO), bij voorkeur in de arbeidsovereenkomst geregeld. · Ondernemingen die niet zijn gebonden aan de verplichting van NEN (voorbeeld LTO) dienen een controlesystematiek te ondergaan die minimaal gelijk is aan de NEN4400-1 en 4400-2 . De CI kan hierin adviseren. Advisering, opvolging en implementatie is gebonden aan een maximale periode van 1 jaar. Dit traject wordt onafhankelijk deze audit uitgevoerd.


Versie 12-2015

.11. 4. Registratie arbeidsmigranten · Duidelijke registratie, procedure en uitvoering van controle van identiteit en arbeidsgerechtigdheid van de arbeidsmigrant. · Verzamelloonstaat (vorig en huidig boekjaar waarop de niet permanent in Nederland gevestigde werknemers verantwoord worden). · Bewijs van inschrijving BRP werknemers: Indien de werknemer langer dan 4 maanden in Nederland is, of de intentie heeft om langer dan vier maanden in Nederland te zijn, dient de werknemer zich te registreren bij de gemeente in het kader van de Basis Registratie Personen. De werkgever informeert de werknemer hierover en heeft een procedure tot het faciliteren van inschrijven bij de gemeente. · Bewijs van inschrijving RNI werknemers: Indien de werknemer korter dan vier maanden in Nederland verblijft dient deze zich te registreren in het Registratie Niet-Ingezetenen. De werkgever informeert de werknemer hierover en heeft een procedure tot het faciliteren van inschrijven bij de gemeente. Bewijs van uitschrijving BRP werknemers: Indien werknemer uit Nederland vertrekt dient de werknemer zich uit te schrijven bij dezelfde gemeente wij de werknemer zich geregistreerd heeft. De werkgever informeert de werknemer hierover en heeft een procedure tot het faciliteren van inschrijven bij de gemeente. 5. VCU · De werkgever is VCU-gecertificeerd (indien van toepassing, geen verplichting). 6. Verzekeringen. · Controle op voldoende verzekeringen van goederen en zaken die betrekking hebben tot de huisvesting bij de (uitzend)organisatie en inlener (indien van toepassing). De controle richt zich op aantoonbaar aanbod, uitvoering (polissen) en afdracht van de verzekering. Deze dienen beschikbaar te zijn (vorig en huidig boekjaar). o Werkgever heeft aanbod Zorgverzekeringen in eigen taal aan alle werknemers gedaan. - Indien de werknemer geen zorgverzekering heeft, zal de werkgever een aanbod van zorgverzekering doen. -

o o o

o

Indien de zorgverzekering via het collectief van de werkgever wordt afgesloten, dient daarvoor aantoonbaar bewijs te zijn (Polissen op naam van werknemer, bewijs van inhoudingen en afdrachten) Werkgever heeft Aansprakelijkheidsverzekering bedrijven en beroepen afgesloten. Werkgever heeft een Inzittendenverzekering afgesloten voor (bedrijfs)auto’s/busjes. Werkgever heeft een WEGAM (vergelijkbare) verzekering afgesloten. § Voor de WEGAM verzekering mogen alternatieven worden gebruikt die aantoonbaar de lading van de dekking van de WEGAM waarborgen. Aanbeveling: De arbeidsmigrant is geattendeerd in eigen taal op de mogelijkheden, zowel inhoudelijk als toegelicht, van een WA verzekering. De organisatie kan aantoonbaar maken dat deze optie is geboden.

7. Looncessie · De vanuit het loon te betalen bijdrage voor huisvesting en vervoer van en door de werknemer komt overeen met het contractueel vastgestelde. o Het bedrag welke op het loon wordt ingehouden overstijgt de werkelijke woonlasten van de verstrekte woongelegenheid (aantoonbaar) niet. o Het totaal in te houden bedrag bedraagt niet meer dan 25% van het, met in achtneming van de cao toegekende naar tijdsruimte vastgestelde, bruto loonbedrag (op basis van 36/40 uur (afhankelijk branche/CAO), exclusief vakantiebijslag, toeslagen, vergoedingen, overuren en compensatie-uren). · Ter verificatie is inzage in loonadministratie en personeelsadministratie noodzakelijk. Concept Normen Keurmerk SKIA 2015

Versie 12-2015

.12. · Het totaal aantal werknemers waarvoor sessie in loon wordt toegepast is de minimum totaalcapaciteit van de huisvesting. · Dubbele inkomsten voor huur op hetzelfde bed is niet toegestaan. 8. Informatieplicht · De (uitzend)organisatie verplicht zich tot het aantoonbaar verstrekken van informatie aan de arbeidsmigrant bij aankomst in Nederland. o Deze informatie (kosten – huisvesting – verzekeringen – procedures – huisregels- adres huisvesting) worden schriftelijk verstrekt in de landstaal. · Er is een 24 uur per dag, 7 dagen per week een noodtelefoonnummer bereikbaar. De werknemer is hierover geïnformeerd en heeft de beschikking over de nooddiensten en lokale hulpdiensten (telefoonnummers). · De werkgever beschikt over een personeelshandboek – huisvestingreglement – reglement autogebruik – etc. Een duidelijke procedure waarin alle betrokken zaken voor de arbeidsmigrant toegelicht worden. · De werkgever stimuleert het leren en spreken van de Nederlandse taal op de werkvloer. De gecertificeerde faciliteert in de mogelijkheid tot het leren spreken van de Nederlandse taal. Dat kan doormiddel van het aanbieden van taaltrainingen via een internetcursus (bijvoorbeeld talentraining.nl / oefenen.nl) of het organiseren van Nederlandse lessen, zoals afgesproken in het Taal Akkoord d.d. januari 2015. · De werkgever heeft schriftelijk beleid opgesteld ten aanzien van orde, netheid, drank- en drugsbeleid, hygiëne, veiligheid en ARBO. Naast dit beleid is ook een sanctiebeleid opgesteld. De werknemer is hier aantoonbaar in eigen taal over geïnformeerd. · De inspecteur gaat na of de juiste adresgegevens van de SKIA bekend zijn bij de organisatie en noteert de adresgegevens van de gecontroleerde organisatie. Daarbij is van belang dat er een algemeen e-mailadres, het e-mailadres van de directeur en het e-mailadres voor de financiële administratie wordt genoteerd.

CAO E/O NEN CONTROLE (CAO+GWA+HVA) (¶¶¶) Binnen de SKIA kan de GWA+HVA inspectie gecombineerd worden met de CAO en/of NEN inspectie. Dit om te komen tot kosten, tijd en inspanningsbesparingen. De combinatie van de administratieve audits kan alleen gedaan worden door een controlerende instanties die deze combinatie kan waarborgen. De door een branche organisatie opgelegde CAO controle is qua inhoud bepaald door de CAO bepaling voor die branche organisatie. Toetsing hiervan is gehouden aan bestaande regelgeving. De Stichting Normering voor Arbeid heeft de NEN 4400-1 of NEN 4400-2 vastgelegd in haar procedure. Deze procedure dient te worden opgevolgd.


Versie 12-2015

.13. CRITERIA HUISVESTING INSPECTIE Er wordt op basis van de in de certificeringsprocedure vermelde frequentie een representatief deel van het totale huisvestingsbestand gecontroleerd. Op basis van het actuele totale huisvestingsoverzicht worden er door SKIA huisvestingscontroles gepland. Daartoe wordt een afspraak gemaakt met de SKIA-onderneming. De SKIA-onderneming weet van te voren niet welke huisvestingslocaties gecontroleerd zullen worden. Dit wordt op de dag (24 uur) voorafgaand de controle door de inspecteur gemeld. De inspecties worden aan de hand van controleerbare en meetbare punten door de controlerende instantie gecontroleerd op:

HUISVESTINGSCRITERIA 1.

Het soort huisvesting wordt vastgesteld in de bepaling Woningdefinitie (zie bijlage): A. Regulier Woonhuis B. Hotel / Pension C. Wooneenheden in gebouwencomplex D. Chalets – Woningunits (mobiel) E. Huisvesting recreatieterrein F. Overig, indien een andere vorm zich aandient wat niet onder bovenstaande soorten kan worden ondergebracht. · G. Woonconcepten o Deze vormen zijn verbonden aan criteria vermeld in de bepaling Woningdefinitie (zie bijlage). · · · · · ·

2. Bepaling woonoppervlakte en minimale m2 gebruiksoppervlak (GBO) volgens de NEN 2580 per persoon: · Zie bijlage bepaling woonruimte voor een uitgebreide omschrijving hoe de toepassing van de criteria zich naar de praktijk vertaald en daarmee de beschikbare woonruimte per persoon volgens SKIA normering wordt bepaald. · De minimale GBO per persoon is: Soort Huisvesting A. Regulier Woonhuis B. Hotel / Pension C. Wooneenheden in gebouwencomplex D. Chalets – Woningunits (mobiel) E. Huisvesting Recreatieterrein F. Overig G. Woonconcepten * Afhankelijk vergunning.

M2 12 10 12 10 10 10 – 12*

3. Naast de bepaling van het woonoppervlak is de slaapkamer gebonden aan het volgende criteria: · Per persoon biedt de beschikbare ruimte in een slaapvertrek minimaal 4m2 ruimte en is er plaats voor zijn meubels aanwezig - 1 eenpersoonsbed, een stoel en een (afsluitbare) kast. o De bedden zijn van deugdelijke kwaliteit en geschikt voor volwassenen. · Maximaal 2 personen op één slaapkamer, 3 personen is enkel toegestaan mits er schriftelijk toestemming is van de medebewoners. Meer dan drie personen op 1 kamer is niet toegestaan, ook niet tijdelijk. Uitzondering hierop is in woning op recreatieterrein, hiervoor is maximaal 2 personen op 1 kamer toegestaan.


Versie 12-2015

.14.

o o

Een slaapkamer is een slaapkamer wanneer de slaapkamerdeur grenst aan een verkeersruimte. Uitzonderingen hierop kunnen bestaan en zijn niet uitgesloten, zoals bijvoorbeeld een studio. Indien de slaapkamer wordt bewoond door meer dan twee bewoners of wanneer de afkomst, sekse of religie een conflict kan veroorzaken dient schriftelijke instemming van de medebewoners te zijn gegeven. Deze moet tijdens de controle beschikbaar zijn en voor de inspecteur aantoonbaar zijn.

· Tijdens de controle dienen de slaapkamers toegankelijk te zijn. Bij meer dan 25% gesloten wordt de inspectie gestaakt. De inspecteur dient zich over het totaal van de locatie een beeld kunnen vormen. · Aanbevelingen: o Voorzieningen zoals tweepersoonsbedden of stapelbedden wordt afgeraden. o o o

De bewoner heeft de faciliteiten om privé zaken afgeschermd op te bergen. Het creëren van privacy mogelijkheden voor de bewoner. Bij indeling van de slaapkamers dient men, indien mogelijk, rekening te houden met sekse, afkomst en religie.

4. Verwarming · Er dient een deugdelijke verwarming in het pand aanwezig te zijn. Dit verwarmingstoestel moet voorzien zijn van een onderhoudscontract. Tijdens de controle dient de begeleider aan te kunnen tonen dat het verwarmingstoestel tijdig onderhouden is, volgens de wettelijke normen. Dit moet zichtbaar vermeld zijn op het verwarmingstoestel. De ruimte waar het verwarmingstoestel is gesitueerd dient leeg en schoon te zijn. Er mogen geen brandbare of brand bevorderende objecten aanwezig zijn. · Deugdelijk verwarming heet in dit geval dat iedere leef- of verblijfsruimte tenminste verwarmd kan worden tot de algemeen gebruikelijke standaardtemperatuur. · Bij open systemen of toestellen die koolmonoxide kunnen produceren en de mogelijkheid bestaat dat koolmonoxide in de woning kan vrij komen, is het verplicht een kwalitatief goede koolmonoxide melder (CO melder) te plaatsen. Toelichting over de CO melder staat vermeld bij brandveiligheid. 5. Keuken · Er dient minimaal 30 liter koelruimte per persoon te zijn. · Er dienen minimaal 4 kookpitten te zijn. o Bij meer dan 8 personen dient er 1 pit per 2 personen extra te zijn. o Bij meer dan 30 personen dienen er minimaal 16 pitten, eventueel aangevuld met oven en magnetron. · De bewoners dienen er voor te zorgen dat de hygiëne wordt gewaarborgd, dit kan door het maken van duidelijke afspraken. De organisatie neemt deze afspraken mee in de informatievoorziening. · Indien er in locaties (bijvoorbeeld hotel of pensions) maaltijden worden aangeboden, is de werknemer vrij in de keuze hier gebruik van te maken. De aangeboden maaltijden moeten bereid worden volgens de wettelijke vastgestelde hygiëne eisen en voldoen aan de wettelijke eisen voor voedselveiligheid. De maaltijden dienen door een ter zaken kundige medewerkers worden bereid. De kostprijs voor de maaltijden moeten in verhouding staan tot het geen wat aangeboden wordt. · Aanbevelingen: o Aanbieden van vriesruimte, naast de minimale koelruimte, is aan te bevelen. o Kookgelegenheid aanvullen met oven en/of magnetron is aan te bevelen. o

Een gesloten afvalbak bevordert de hygiëne.


Versie 12-2015

.15. 6. Sanitaire ruimte · Er dient voldoende sanitair in een woning aanwezig te zijn. o Er is minimaal 1 toilet per 8 personen. o

Er is minimaal 1 douche per 8 personen.

· Sanitaire ruimte zijn in privacy per bewoner te gebruiken. · Deze dienen goed verlicht en verlucht te zijn. Dit houdt in dat er goede en veilige verlichting aanwezig is, die voldoet aan de IP44 norm, spatwaterdicht en geschikt voor gebruik in natte ruimtes. · Er dient voldoende ventilatie te zijn, natuurlijk of mechanisch. Deze ventilatie dient er voor te zorgen dat er geen schimmelvorming optreedt in de natte ruimtes. Schimmel wordt niet alleen voorkomen door ventilatie maar ook door het regelmatig schoonhouden van de sanitaire ruimte. · Er zijn duidelijke afspraken gemaakt met betrekking tot het schoonhouden van de sanitaire ruimtes ter voorkoming van schimmelvorming. Deze afspraken zijn kenbaar gemaakt aan de bewoners. 7. De veiligheid en hygiëne zijn gewaarborgd. · Ter beoordeling van de auditor zal de veiligheid, leefbaarheid en hygiëne worden benoemd. o Eventuele aangetroffen aandachtspunten zullen door de inspecteur helder worden gerapporteerd. · De bewoners dienen er voor te zorgen dat de veiligheid en hygiëne wordt gewaarborgd, dit wordt gewaarborgd door het maken van duidelijke afspraken. De organisatie neemt deze afspraken mee in de informatievoorziening. De afspraken zijn op een centrale plek op alle locaties aanwezig 8. Brandveiligheid · Lokale regelgeving: o Het inspectierapport zijnde, certificaat van Ontwerp en levering conform NEN 2535, het onderhoudsrapport conform NEN 2654 (conform wettelijke eisen) is aanwezig (waar vereist). o Het inspectierapport van de brandweer conform vergunning is aanwezig (waar vereist). o De door de gemeentelijke instantie afgegeven gebruiksvergunning is aanwezig (waar vereist). o Daar waar de regelgeving betreffende brandveiligheid geen verplichtingen of aanbevelingen doet dient de eigenaar of de huurder van de woning met de minimale eisen zoals hieronder benoemd rekening te houden. · Er is Brandblusmateriaal aanwezig, waarvan de minimale eisen zijn: o Blusmateriaal is conform NEN-EN3. o Houdbaarheid blusmateriaal conform NEN2559(nl) en NEN 2559(a2) geldig en controleerbaar. o Minimaal totaal 6 liter/kg. Brandblusser met (symbolische of meertalige) gebruiksinstructie op brandblusser. o Bij reguliere woningen zijn 2 liter/kg. blussers toegestaan. Deze dienen gemonteerd te zijn op iedere bouwlaag in de verkeersruimte. De totale capaciteit in de woning dient in ieder geval minimaal 6 liter/KG te zijn. o Brandblusser(s) bevindt zich zichtbaar binnen 5 meter loopafstand op dezelfde bouwlaag waar gekookt wordt. · Brandveiligheidsproducten dienen te voldoen aan de in de bijlage Brandveiligheid vermelde functionaliteit en richtlijnen. o Een blusdeken is zichtbaar en toegankelijk aanwezig bij de kookgelegenheid. o Rookmelder: op iedere bouwlaag dient minimaal één werkende rookmelder te zijn gemonteerd. o CO melder: Indien de woning apparatuur heeft die koolmonoxide kan produceren is een functionerende CO melder verplicht.


Versie 12-2015

.16. · Instructie en informatie brandveiligheid. o Instructie en toelichting aan de bewoners is van belang om veiligheid te garanderen. § Het (gebruiks)onklaar maken van een (rook)melder(s) is schadelijk en strafbaar.

o

§ Het gebruik van frituurpannen heeft de voorkeur boven ‘gewone’ pannen gevuld met vet. (Let op: Uit onderzoek van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) is gebleken dat blusdekens niet geschikt zijn om het huidige type frituurbranden te kunnen doven. In sommige gevallen kan een blusdeken bij het blussen van een frituurbrand zelf vlam vatten. In andere gevallen kan de frituur na het blussen weer tot ontbranding komen. Gebruik daarom geen blusdeken voor frituurbranden. Blusdekens zijn prima bruikbaar voor kleine beginnende branden en voor het doven van een in brand geraakte persoon. Voor het veilig blussen van een frituurbrand adviseren wij het gebruik van een vetblusser. Op de website www.frituurbrand.nl vindt u hierover meer informatie. De informatie over deze veiligheidsmaatregelen en instructie zijn in eigen landstaal beschikbaar en bekend bij de bewoners.

· Brandonveilige situatie. o Indien er sprake blijkt te zijn van een brandonveilige situatie wordt ter plaatse door de inspecteur actie ondernomen. o De onderneming wordt gemaand direct ter plaatse actie te ondernemen om de situatie te stabiliseren en de gemeente waarbinnen de huisvesting is gelegen wordt geïnformeerd. · Noodprocedure en Ontruimingsplan. o Per locatie dient een duidelijke instructie aanwezig te zijn voor calamiteiten. Aanvullende maatregelen ten behoeve van de veiligheid zijn, - het maken van een vluchtplan – oefenen met bewoners van een calamiteitenplan – actuele bewonerslijst beschikbaar houden – noodplan – afspraken waar te melden en te verzamelen bij calamiteiten. 9. Informatievoorziening · Per locatie is er een informatie map aanwezig met daarin bijvoorbeeld de volgende meest recente brochures in eigen taal (te downloaden via rijksoverheid.nl); Wet minimumloon, Nieuw in Nederland (Europese arbeidsmigrant), Basis Registratie Personen, Ziektekostenverzekering, Voeren van buitenlandskenteken in Nederland, Arbeidstijdenwet en zeker de informatie over het leren van de Nederlandse taal. · Er is een informatiekaart in de woning, zichtbaar op een centrale plek, in de taal van de bewoners met daarop tenminste (Zie voor een voorbeeld bijgevoegd exemplaar): o 24/7 Contact: naam en telefoonnummer 24/7 contactpersoon eigen hulpverlener of de werkgever zelf. o o o

Telefoonnummer regiopolitie. 112 (waarbij aangegeven in landstaal alleen te gebruiken in levensbedreigende situaties). Telefoonnummer van de dichtstbijzijnde huisartsenpost, tandarts, ziekenhuis en dienstdoende apotheek. Veelal wordt in deze situatie het 24/7 contact gebruikt ter ondersteuning.

· Verkorte huis- en leefregels met de aandacht voor: § Veiligheid – toelichting waarvoor en hoe veiligheidsproducten worden toegepast. § Ontruimingsplan, Noodprocedure en Veiligheid. § Afspraken over hygiëne en schoonmaak sanitair. § § § §

Opstellen van een rook-, drink- en drugsbeleid. Orde en netheid in en rond de locatie. Het adres van de locatie. Duidelijke do’s en don’ts in landstaal.


Versie 12-2015

.17.

De in de procedures omschreven criteria, voorwaarden, stellingen en richtlijnen zijn gebaseerd op ervaringen, expertise en bestaande regelgevingen. SKIA behoudt zich het recht voor om wijzigingen, naar aanleiding van ontwikkelingen, aanpassingen in regel- en wetgeving, cases en praktijk, door te voeren. © Stichting Keurmerk Internationale Arbeidsmiddeling – European Legal Labour Certificate. Het in de procedures omschreven en gepubliceerde is zonder uitdrukkelijke toestemming van SKIA niet reproduceerbaar. Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming is overname van of delen hiervan niet toegestaan.

Opgesteld door SKIA! Informatie aangeleverd vanuit de organisatie van SKIA. Goedgekeurd tijdens de bestuursvergadering van 12 januari 2015.


Versie 12-2015

.18.

BIJLAGE: BEPALING WONINGDEFINITIE SOORT LOCATIE Het uitgangspunt voor een locatie is: · De toegang (huisdeur) naar de woning bepaald het aantal te benoemen locaties. · Het aantal slaapplaatsen (bedden) geeft de capaciteit van de locatie aan. De diversiteit aan huisvesting kan worden onderverdeeld in: · A. Regulier Woonhuis · B. Hotel / Pension · C. Wooneenheden in gebouwencomplex · D. Chalets – Woningunits (mobiel) · E. Huisvesting recreatieterrein · F. Overig, een andere vorm wat niet onder bovenstaande soorten kan worden ondergebracht. · G. Woonconcepten A - Regulier woonhuis Een woonhuis wordt als regulier aangemerkt wanneer de toegang tot de woning op de begane grond is en deze toegang voordeur of achterdeur wordt genoemd. Deze locatie bestaat uit minimaal 1 en maximaal 4 bouwlaag(en). B - Hotel / Pension Een accommodatie met slaapplaatsen voor logiesverstrekking in overwegend een- en tweepersoonskamers waar maaltijden in horeca vorm kunnen worden aangeboden. Deze accommodatie kan faciliteiten hebben zoals restaurant, receptie en onderhoudsdienst. Daarnaast zijn de sanitaire faciliteiten mogelijk gebundeld. Pension is tussen 10 en 50 personen, Hotel is meer dan 50 personen. Bij de berekening van de gebruiksoppervlakte per persoon mogen de algemene leefruimtes worden meegerekend. De verkeersruimte en sanitaire ruimtes zijn uitgesloten bij deze berekening. C - Wooneenheden in gebouwencomplex Een gebouwencomplex met meerdere woningen op diverse bouwlagen. Iedere woning heeft een voordeur. Veel gebruikte benamingen zijn flat of appartement. D - Chalets – Woningunits (mobiel) Op recreatieterreinen, op particuliere / bedrijfsgronden of omheinde oppervlakte geplaatste woningen die niet in een fundering hoeven te staan. Veelal zijn er veelvuldig dezelfde soorten units geplaatst. (voorbeelden; units bij (agrarische) bedrijven of permanent gebouwde units bij (agrarische) bedrijven. Tenten en caravans zijn niet toegestaan.) E - Huisvesting op recreatieterrein Op recreatieterreinen gebouwde woningen, geplaatst op een fundering, die met hetzelfde bouwplan zijn gebouwd. F - Overig Indien een locatie niet onder te brengen is onder de hierboven omschreven vormen dient deze vorm te worden gemeld en/of gespecificeerd worden. SKIA toetst onderstaande vorm binnen de waarden en normen van fatsoen en degelijkheid. Landelijke normering is: Andere vormen van huisvesting zijn mogelijk mits hier een vergunning van de gemeente voor bestaat, deze direct is verbonden aan de aard van de arbeid en deze uitzondering is gemeld en akkoord bevonden bij het register. Deze categorie woonvormen dient bovendien verbonden te zijn aan werkzaamheden die gedurende een beperkte periode plaatsvinden, en deze niet plaatsvinden tussen 1 november en 1 april (seizoensarbeid). In deze situatie zal er vooraf (in Concept Normen Keurmerk SKIA 2015

Versie 12-2015

.19. thuisland) aan de werknemers informatie zijn verstrekt over de betreffende huisvesting. Bij overtreding kan een boete worden opgelegd. Wanneer er sprake is van een boete dan wordt dit doorgegeven aan de relevante gemeente.

G - Woonconcepten Veelal experimenteel, niet permanente, voor een afgebakende periode opgezet project, die niet standaard in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan. De lokale overheid heeft deze woonconcepten goedgekeurd en opgenomen in hun beleidsplan.

LOCATIE EENHEID De locaties hebben afhankelijk soort een locatie eenheid: Capaciteit per locatie-eenheid

Telling t.b.v. inspectie frequentie t.o.v. locatieeenheid

frequentie controle HVI

1 huis is 1 locatieeenheid

Max.2 personen per slaapkamer *

25% van het gehele huizenbestand (min 4 huizen)

1 x 4 jaar

1 kamer = 1 eenheid

Per 8 kamers = 1 locatie

Max.2 personen per slaapkamer

30 % van het totaal aantal bedden.

Loc. x 1 jaar

1 huisnummer = 1 eenheid


Max.2 personen per slaapkamer*

25% met een minimum van 4 huisnummers.



Soort locatie

Locatie

Regulier Woonhuis

1

Hotel / Pension

Wooneenheden in gebouwencomplex

Chalets / Units

Recreatiewoning

Woonconcepten

Huisnummer+ toevoeging



Locatie eenheid

1 – 4: 1 x 3 jaar 5 - 16: 1 x 2 jaar 17 - >: 1 x 1 jaar





25% van het recreatieterrein met een minimum van 6 chalets/units.

1 – 6: 1 x 3 jaar

25% van het recreatie terrein met een minimum van 4 woningen.

1 – 4: 1 x 3 jaar

25% van het woonconcept met een minimum van 6 woningen.

1 – 6: 1 x 3 jaar

7 - 30: 1 x 2 jaar 31 - >: 1 x 1 jaar

5 - 20: 1 x 2 jaar 21 - >: 1 x 1 jaar

7 - 24: 1 x 2 jaar 25 - >: 1 x 1 jaar

* = met toestemming van de bewoners mogen er maximaal 3 persoenen op 1 slaapkamer. Deze regel geldt niet bij een hotel of pension.


Versie 12-2015

.20. BIJLAGE: TOELICHTING WOONRUIMTE Ongeacht de soort huisvesting zijn onderstaande criteria en richtlijnen van toepassing bij het bepalen van de woonoppervlakte, minimale m2 per persoon en daarmee dus de leefruimte per persoon. Hieronder wordt aangegeven met welke gegevens wordt gewerkt en hoe deze dienen te worden toepast. Tevens wordt aangegeven welke faciliteiten en veiligheidsmaatregelen binnen het criteria van toepassing zijn.

SOORT WONING EN M2 Afhankelijk soort woonruimte is op basis van het landelijk bouwbesluit een bestemming toegewezen. De lokale overheid zal dit in haar vergunningensysteem opnemen. De bestemming wonen is opgenomen in het bestemmingsplan. Daarnaast is de bestemming recreatie/logies mogelijk waarbij de vergunning voor bepaalde tijd wordt afgegeven. De minimale GBO per persoon is dan: Soort Huisvesting A. Regulier Woonhuis B. Hotel / Pension C. Wooneenheden in gebouwencomplex D. Chalets – Woningunits (mobiel) E. Huisvesting Recreatieterrein F. Overig G. Woonconcepten * Afhankelijk vergunning

M2 12 10 12 10 10

Bestemming Wonen Recreatie/Logies Wonen Recreatie/Logies Recreatie/Logies

10 – 12

Recreatie/Logies

WOONRUIMTE De woonruimte is de totale oppervlakte van de locatie. Dit is een optelling van het vloeroppervlakte van alle bouwlagen van de locatie. Buitenruimten en buiten oppervlakten worden hierin niet meegenomen. Woonoppervlak De vierkante meters van alle van toepasbaar zijnde ruimten samen vormen het woonoppervlak. De volgende ruimten mogen niet worden meegerekend in het berekenen van het woonoppervlak. · Garage – Berging – Schuur – Buitenruimte. Voorbeeld: balkon, tuin, dakterras. · Indien de hoogte van het gedeelte (ruimte) minder is dan 1.50 meter. Voorbeeld: het vloeroppervlak onder een schuine wand, dat lager is dan 1,50 meter. · Indien de ruimte alleen geschikt is als bergruimte. Voorbeeld: een zolder waar op men niet kan lopen mag niet worden meegerekend. Een bergzolder is een zolder die alleen toegankelijk is met een niet vaste trap en/of een zolder met onvoldoende daglicht (raamoppervlakte < 1 m2.).

Verkeersruimten Deze ruimten zijn beschikbaar voor alle bewoners van het pand en hebben als doel te voorzien in de levensbehoefte/gewoonte van de bewoner. Het gaat dan om: · Gang – vestibule – receptie · Serre – bijkeuken · Kelder (mits plafond hoger dan 1,50 meter) · Wasruimte – CV ruimte · Sanitaire ruimten: badkamer – toilet – doucheruimte · Keuken – pantry


Versie 12-2015

.21. Leefruimten Deze ruimten zijn beschikbaar voor alle bewoners van het pand en hebben als doel te voorzien in het welzijn van de bewoner. De bewoner kan in deze ruimten ontspannen, werken, maaltijden te bereiden en socialiseren.

Sanitaire ruimten Per 8 personen dient minimaal 1 toilet en 1 douche beschikbaar te zijn. Privacy in deze ruimte dient garant te staan (deur moet op slot kunnen). Deze ruimten dienen goed verlicht en verlucht te zijn. Goed en veilige verlichting die voldoet aan de IP44 norm, spatwaterdicht en geschikt voor gebruik in natte ruimten. Door voldoende ventilatie, natuurlijk of mechanisch, wordt schimmelvorming voorkomen. Verhoogde aanwezigheid van schimmel is een gevaar voor de gezondheid.

Keuken De bewoner heeft de beschikking over minimaal 30 liter koelruimte (bij voorkeur inclusief vriesruimte) per persoon. Voor de kookgelegenheid is minimaal 4 kookpitten vereist waar bij meer dan 8 personen er 1 pit per 2 personen extra nodig zijn en bij meer dan 30 personen minimaal 16 pitten. Dit eventueel aangevuld met oven en/of magnetron. Voor de hygiëne in de keuken is een gesloten afvalbak een vereiste.

Verwarming De locatie dient van een deugdelijke verwarming te zijn voorzien. Deugdelijk heet in dit geval dat leef- of verblijfsruimte tenminste verwarmd kan worden tot de algemeen gebruikelijke standaardtemperatuur. Dit systeem wordt periodiek onderhouden en is aantoonbaar geïnspecteerd door een erkend installateur. Dit moet zichtbaar vermeld zijn op het toestel.

Slaapkamer De slaapruimte is beschikbaar enkel voor de gebruiker(s) en heeft als doel te voorzien in een vorm van privacy van de bewoner. Voor het bepalen van de slaapkamer dient deze ruimte enkel toegankelijk te zijn vanuit een verkeersruimte. De ruimte heeft de beschikking over degelijk licht, elektrisch en natuurlijk, door middel van gedegen lampen en de beschikking over een raam die een uitzicht op buiten heeft. De ruimte kan voldoende geventileerd worden door bij voorkeur het kunnen openen van een raam (minimaal raamoppervlakte > 1 m2.). Overige zaken zoals men mag verwachten van een deugdelijke woning zijn vanzelfsprekend. o Uitzonderingen op de regel dat een slaapkamer enkel toegankelijk is vanuit een verkeersruimte kunnen bestaan en zijn niet uitgesloten, zoals bijvoorbeeld een studio.

De slaapkamer biedt per persoon een minimale ruimte van 4m2 waarin er plaats is voor een 1-persoonsbed, een stoel en een kast, bij voorkeur afsluitbaar. Gecreëerde faciliteiten om voor gebruiker zijn/haar privé zaken afsluitbaar te bewaren zijn een aanbeveling. De bedden zijn van deugdelijke kwaliteit en geschikt voor volwassenen. Voorzieningen zoals tweepersoonsbedden of stapelbedden worden afgeraden tenzij de bewoner van de betreffende slaapkamer hiermee instemt. De totale ruimte van een slaapkamer is bepalend voor het maximaal aantal bedden en daarmee dan ook maximaal aantal bewoners. Bij het bepalen of een slaapkamer geschikt is voor 2 of maximaal 3 personen is de 4 m2 per persoon samen met het plaatsen van de meubels het uitgangspunt.


Versie 12-2015

.22.

BEREKENING M2 PER PERSOON Uiteindelijk telt u de oppervlakten van alle gedeelten die hieraan voldoen bij elkaar op. Dit wordt X m2 = 100%. Voor een globale berekening kan men ervan uitgaan dat per bouwlaag de verkeersruimten per soort (gemiddeld) 10% van het woonoppervlak bevatten. Het resultaat van dit percentage (100% -/- * soort verkeersruimte) is de richtlijn voor een snelle berekening van de m2 per persoon. Dit eindresultaat mag niet afwijken van een exacte berekening. A: Het ontstane totale woonoppervlak / capaciteit of aantal bewoners = m2 per persoon Of B: Het ontstane totale woonoppervlak / criteria m2 per persoon =

capaciteit bewoning rekening houdende met het aantal en de capaciteit van de slaapkamers. De minimale woonoppervlakte per persoon is 10m2, waarbij 12 m2 per persoon voor bestemming wonen wordt toegepast. (Meer woonoppervlakte per persoon is altijd beter.) Voorbeeld berekening: Een reguliere woning van 6*8 meter en 2 bouwlagen: ............................................. 96 m2 Op verdieping schuine wanden waarbij hoogte < 1,50m. ............................................ 4 m2 Op verdieping een balkon van 2*1 meter .................................................................... 2 m2 Woonoppervlakte .................................................................................................... 90 m2 Slaapkamer 1 van 3*3,5 meter ................................................................................. 10,5 m2 __________ 2 pers. Slaapkamer 2 van 2,25*3,25 meter............................................................................ 7,3 m2 __________ 1 pers. Slaapkamer 3 van 4*2 meter........................................................................................ 8 m2 __________ 2 pers. A: woonoppervlak 90 m2 / (maximaal) 5 personen = 18 m2 per persoon B: Woonoppervlak 90 m2 / 12 m2 per persoon = 7(,5) personen echter slaapkamers = maximale mogelijkheid van 5 pers.


Versie 12-2015

.23. BIJLAGE BRANDVEILIGHEID De in de woning aan te brengen brandveiligheidsproducten dienen te voldoen aan de minimale eisen van NENEN3, als ook kwalitatief en betrouwbaar te zijn. De voor het soort locatie en aantal personen benodigde vergunningen zijn aanwezig. Informatieplicht & aanbeveling. # personen Verblijfsvorm Verplichte Verplichte Omgevingsvergunning voor Gebruiksmelding brandveilig gebruiken (gebruiksvergunning) ≤4 A–C–D* Nee Nee > 4 < 10 A–C–D* Ja Nee > 10 A–C–D* Nee Ja >2 B – D – E - G ** Nee Ja * indien in gebruik voor bestemming wonen - ** indien in gebruik voor bestemming logies · Lokale regelgeving: o Indien gebruiksmelding verplicht is dient deze aantoonbaar te zijn. o Indien Gebruiksvergunning verplicht is dient deze aantoonbaar te zijn. o Het inspectierapport van de brandweer conform vergunning is aanwezig (waar vereist). · Wanneer een BrandMeldInstallatie (BMI) verplicht is: o Het inspectierapport zijnde, certificaat van Ontwerp en levering conform NEN 2535, het onderhoudsrapport conform NEN 2654 (conform wettelijke eisen) is aanwezig (waar vereist). Daar waar de regelgeving betreffende brandveiligheid geen verplichtingen of aanbevelingen doet dient de eigenaar of de huurder van de woning met de minimale criteria voor brandveiligheid te voldoen (zoals hieronder vermeld): · Brandblusmateriaal o Minimaal 1 blusser binnen een (loop)afstand van 5 meter op dezelfde bouwlaag waar gekookt wordt. o Totaal minimaal 6 liter/kg. Brandblusser met (symbolische of meertalige) gebruiksinstructie volgens NEN-EN3 op brandblusser. o Bij type woning A-C-D zijn 2 liter/kg. blussers toegestaan. Deze dienen gemonteerd te zijn op iedere bouwlaag in de verkeersruimte. De totale capaciteit in de woning dient in ieder geval minimaal 6 liter/KG te zijn. o Houdbaarheid blusmateriaal conform NEN 2449(nl) en NEN 2559(a2) geldig en controleerbaar. · Blusdeken, zichtbaar opgehangen in de keuken bij de kookgelegenheid: o Een blusdeken is verplicht, een maat van minimaal 1,2 x 1,2 m. wordt geadviseerd. o De blusdeken dient zichtbaar te zijn opgehangen in de keuken. o

De blusdeken is voor gebruik vrij toegankelijk zonder belemmeringen.

· Rookmelders, op iedere bouwlaag dient minimaal één werkende rookmelder te zijn gemonteerd. o De rookmelder dient met regelmaat te worden gecontroleerd of deze nog functioneert en of de batterij (indien van toepassing) nog aanwezig is. o Montage van de rookmelder tegen het hoogste punt van het plafond op tenminste 50 cm afstand van iedere wand. Wanneer men te maken heeft met een schuin plafond mag de rookmelder op 90 cm afstand van de nok gemonteerd worden. o De voorkeur gaat uit naar een rookmelder waarvan de batterij niet kan worden verwijderd of die aangesloten zit op het lichtnet waarbij opgemerkt dient te worden dat deze melders ook gebruik


Versie 12-2015

.24. maken van een back-up batterij. Rookmelders die werken op het lichtnet dienen door een erkende installateur te worden gemonteerd. o

De rookmelder dient onderhouden te worden, om te voorkomen dat er loze meldingen zijn. (Het onderhoud is relatief eenvoudig, ga bij voorkeur iedere kwartaal met de stofzuiger rond de rookmelder, hiermee wordt het stof of eventuele spinnenwebben verwijderd).

· CO melders, indien de woning apparatuur heeft die koolmonoxide kan produceren is een functionerende CO melder verplicht. o De CO melder dient te worden gemonteerd tussen 20 en 120 cm van de vloer tegen de wand, bij voorkeur de wand die tegenover het betreffende apparaat staat. o Een uitzondering hierop is een zogenaamde Combimelder, deze detecteert naast koolmonoxide ook rook, deze mag aan het plafond worden gemonteerd, ook hiervoor geldt dat deze melder in de ruimte wordt gemonteerd waar het apparaat zich bevindt. Deze combimelder wordt tegen het hoogste punt van het plafond gemonteerd, tenminste 50 cm afstand van iedere wand. Bij een schuin plafond mag de melder op 90 cm van het hoogste worden gemonteerd. · Omgeving: o Op iedere plaats in de woning moet de mogelijkheid tot het ontvluchten van de woning aanwezig zijn. § Deuren en ramen dienen van binnenuit altijd open te kunnen worden gemaakt. § § § §

Plaats geen materiaal op trappen of voor deuren en ramen. Trappen zijn voorzien van een deugdelijke trapleuning. Maak een calamiteitenplan. Noorduitgangen zijn duidelijk verlicht en zijn ten alle tijden toegankelijk (geen obstakels in de vluchtroute)

· Informatievoorziening: o Maak zichtbaar wat de veiligheidsmaatregelen zijn. o Toelichten van functionaliteit en reden. o

In Nederlands en in landstaal.

· Aanbeveling: o Ontruimingsplan en Noodprocedure. § Aanvullende maatregelen ten behoeve van de veiligheid zijn, - het maken van een vluchtplan – oefenen met bewoners van een calamiteitenplan – actuele bewonerslijst beschikbaar houden – noodplan – afspraken waar te melden en te verzamelen bij calamiteiten.


Versie 12-2015

.25. BIJLAGE: LEEFBAARHEID EN ALGEMENE VEILIGHEID De criteria dienen er voor te zorgen dat een veilige, hygiënisch en leefbare woonsituatie wordt gecreëerd. Het is aan de inspecteur om te beoordelen of het pand voldoet aan de algemene veiligheid. De inspecteur zal extreme misstanden direct melden aan de gebruiker en terugkoppelen aan SKIA. SKIA zal hierover de nodige tot haar beschikking zijnde stappen ondernemen. · Algemene veiligheid is een breed begrip, dit kan te maken hebben met kapotte vloerbedekking, beschadigde wanden, losliggende kabels, defecte stopcontacten, ontbrekende trapleuningen, enz. Indien de algemene veiligheid niet in orde is zal daar direct melding van worden gemaakt. · Levensbedreigende situaties dienen, uiteraard, direct, ter plaatse, aangepakt te worden. Ook bij zeer gebrekkige hygiëne zal de inspecteur ingrijpen, zeker daar waar de gezondheid in gevaar kan komen. Men kan hierbij denken aan lekkages, ernstige schimmelvorming in de badkamer of op slaapkamers, asbest, sterk vervuilde keukens, algemene vervuiling van het pand of bouwtechnisch onveilige onvolkomenheden. De eigenaar of huurder dient hierbij direct actie te ondernemen. · Ook kan de leefbaarheid een punt zijn waarbij de inspecteur zegt dat er zo snel mogelijk actie moet worden ondernomen. Voorbeelden van slechte leefbaarheid kunnen zijn: vervuilde lucht door niet of nauwelijks te ventileren, kamers waar de vloerbedekking is vergaan en de mensen op beschadigde houten vloeren lopen, daar waar door kapotte ramen de temperatuur beneden peil is, enz. Bij al deze voorbeelden en mogelijk nog meer kan de inspecteur aan de eigenaar of huurder vragen om binnen afzienbare termijn actie te ondernemen. · Inbraakgevoeligheid is tot een minimum te beperken, hiervoor dient de bewoner een zekere eigen verantwoordelijkheid in te dragen. Vanuit de organisatie kan duidelijk en helder gecommuniceerd worden wat wenselijk is om dit te realiseren. Het kader waarin de inspecteur deze beoordelingen maakt zijn gebaseerd op persoonlijke fatsoensnormen en beleving. De inspecteur zal te allen tijde een gedegen onderbouwing moeten geven ter verantwoording van deze constateringen. Tot slot is het aan de gebruikers zelf om een zekere verantwoordelijkheid te nemen. Zij zijn de bewoners en dragen zelf bij aan een verantwoorde, leefbare en veilige woonomgeving.


Versie 12-2015

.26.

BIJLAGE: VOORBEELD GOED HUISREGELEMENT (MET DANK AAN SOLUTIONSTEAM!)

Huisregelement Bewoner(s) Iedereen wil woongenot! · In dit huishoudelijke reglement staan richtlijnen en afspraken om de woonomgeving prettig te maken en te houden. · Kom je er niet uit neem dan contact met u contactpersoon om tot een goede oplossing te komen. Uitzendbureau Solutions BV Dit huishoudelijke reglement geldt voor alle bewoners die gebruik maken van een woonruimte die SKIA gecertificeerd is en valt onder uitzendbureau (naam) en is vastgesteld op de algemene voorwaarden. Algemeen Art 1. Dit reglement geldt voor alle bewoners van een SKIA-gecertificeerde locaties. Art 2. Het gebruik van elke locatie en gemeenschappelijke ruimten door bewoners dienst zodanig te geschieden, dat elke bewoner rekening houdt met bewoners van andere locaties en het recht op ongestoorde bewoning van een ieder wordt gerespecteerd. Huisdieren Art. 3 Bewoners mogen slechts huisdieren houden indien die op hygiënische en verantwoorde wijze, zonder overlast teweeg te brengen, worden gehuisvest. Hygiëne Art 4. a. Het deponeren van afval op het trottoir is niet toegestaan b. Het is niet toegestaan huisvuilzakken op de galerij (portiek) te plaatsen. c. Het is verboden om drugs te nuttigen in en om de woningen d. Het is verboden van zondag tot en met vrijdag drank te nuttigen en in de weekenden is het toegestaan mits een geringe hoeveelheid. Art 5. a. Het is niet toegestaan de gemeenschappelijke ruimten te verontreinigen door middel van het deponeren van sigaretten- of sigarenpeuken, afval en papier. b. Het uit het raam of van een balkon werpen van etensresten of voorwerpen is niet toegestaan en leidt tot persoonlijke aansprakelijkheid jegens eventuele schade lijdende derden. Hinder en geluid Art 6. a. Tussen 20.00 uur en 08.00 uur mag niet meer worden geboord. Art 7. Het is verboden storende contact of loopgeluiden te veroorzaken. a. Bewoners met een ‘harde’ vloerafwerking dienen zich hiervan bewust te zijn en te allen tijde schoeisel op de vloerafwerking af te stemmen zodat geluidsoverlast voorkomen wordt. Art 8. In de woning in gebruik zijnde elektrische apparaten dienen ontstoord te zijn (o.a. ten behoeve van radio, televisie en babyfoon)


Versie 12-2015

.27.

Gebouw (extern) Art 9. Bevestigen van objecten zoals schotelantennes slechts toegestaan met inachtneming van de volgende voorwaarden: a. Bewoners die een schotelantenne willen plaatsen dienen vooraf altijd de contactpersonen hiervan schriftelijk op de hoogte te stellen. b. De schotel mag pas worden geplaatst als het bestuur schriftelijk toestemming heeft gegeven. c. De schotel moet herkenbaar zijn, zodat het bestuur weet welke schotel van welke eigenaar is. d. Het bestuur moet op de hoogte worden gesteld van het moment waarop de schotel wordt geïnstalleerd. Gebouw (intern) Art 10. Ramen die van buitenaf zichtbaar zijn mogen niet worden dichtgeplakt of op dergelijke wijze d.m.v. papier langdurig worden afgedekt. Bewoners dienen zorg te hebben voor een net uiterlijk van het gebouw. Art 11. a. Rijwielen en brommers dienen in de kelder of in de stalling worden geplaatst. b. Het stallen van rijwielen/brommers in de gemeenschappelijke ruimte is niet toegestaan. Brandveiligheid Art 12. In de gemeenschappelijke ruimte en in de woonruimte mogen geen objecten worden aangebracht of voorwerpen worden neergezet die de toegang tot deuren van vluchttrappen blokkeren. Art 13. Het is niet toegestaan inde bergruimten ontplofbare, ontvlambare of gevaarlijke chemicaliën/stoffen op te slaan Bij brand of onraad verzamelen wij ons op de door Uitzendbureau Solutions aangegeven plaatsen. En bellen 112 alarmcentrale Ongewenst bezoek Art 14. a. Ter voorkoming van ongewenst bezoek in het gebouw dienen bewoners geen onbekende te laten meelopen. Verwijs onbekenden naar de bel om al dan niet toelating tot het gebouw aan de betrokkenen bewoners over te laten. b. Na gebruik toegangsdeuren dienen deze steeds gesloten te worden. c. Het is ten strengste verboden om mensen buiten de bewoners om toe te laten in de door ons aangestelde woonruimte .Betalingen Art 15. a. Alle bewoners zijn verplicht voor het afdragen van de huur. Deze huur kan wekelijks worden ingehouden van het salaris conform afspraak, zoals vastgelegd in de arbeidsovereenkomst.

Uw contactpersonen zijn (24/7 bereikbaar): 1. naam 2. naam

telefoonnummer telefoonnummer


Versie 12-2015

.28. Locatie woning:

Adres: Postcode: Plaats: Locatie eigenaar: naam uitzendbureau

Algemene contactgegevens: (in Nederlands en landstaal) 1. 2. 3. 4. 5. 6.

Contact gegevens huisarts: Contact gegevens tandarts: Contact gegevens apotheek: Contactgegevens ziekenhuis: Contactgegevens regiopolitie: Contactgegevens alarmnummer: 112 (alleen bij nood)


Versie 12-2015

BIJLAGE 3 BELEIDSNOTITIE HUISVESTING ARBEIDSMIGRANTEN GEMEENTE BEST

! & ! $ %! &

( !

' ( $( ! $ 0 ! ! & & $ %

0

!

%

$

& $

! &

&

& % " 30 ( & 0

( ! & $

' !

$

,

!

6&

$0 " +

!!

!

0 ' $ %!

(

( !

0 !! 9

%

%

0&

" "3 ! *

(

5 " 30 5

!! %

)

!

(

( ' . % " 30

& $

& &

&

7. %

0&

$

$

0

! 0$

0 $

&

& !!

$ 0 &

$

" "

0$ 0 !

0 & ( $ % ' 0

"

) & (

! $ 0

%

." / 0 !

&

' ( 6!

&

% $

0 &

30 ( !

&

$ & !!

& &

!$ ) 7"

! ( !! $ & % & &

)

!

$ %

&

(

& '

$ !$

" -

.

$ 45

$ "

$

$ * 1 "2 0

& (

( &

# %

%

$ "

$

) ! & * % $ 8 $ %! ,

*+ '

(

&

&

$

( !

0 $

! $ %!

" # $ %! ( ! +$ ,

( ! "

)

(

$

& &

) $&

0 !

( ! (

$$

9

&

! ( $ %

"

&

(% & 0

$ 5

"

'

% )

" 2

& :7 *

6

$$

!! . &

'

06 & "

$

(

:7 *!

$

&

); * % '(

%$)

($

" 2 & &

$

"

&

5"

&

& (

" 80

$

"2

0

& '

*

$

9

!

&

'

&

!

& (

$ ! $ "

& " ? & $ %! ( 6 (

&

& 6

(

& 0

& $ $ .< ( !! $ '

&

!

' &

%$'

& $

( %!

B

.

( ' ); ) " "

&

(

6 ( ' (

(

' (

<

7 $

$

!

$$ (

( $ ! 0 ( %! '

$ %!7 &

$ "

$ %!7"

( 0 '

0 !

0 & -$ =( .' 8A B *8 & A 2 0 ! $ & ( & + $ 0 ! $ & ( ! ) $ > !" C $ % ( %! $ %! ( 0 $ ! '0 ! ' $ %! 0 0 *!

$

$ ! $ 5 0

&

$ &

$

7 (

$$ &

: &

! '

!"

0 0 & 00 $ %! & 0 0 ! $% % $ "

!

; $ + !$

! &

(

!

&

$ 0

(

$

(

@" 80

'

& $

0$ $ %! & &

.

& !&

$

0 $ %! 0 & " >

$% !

"

$

$

"

* %

$

!

0

& ; 0 !

! "2 0 !

%

$ $( &

& $ %

0

0

=0$

;

:7

%$.

& " $

(

& % %

."

0

$$

;

6$ $

' &

"

" 2 ( $ ( !

D" ? $

&

0

$ $

$! & !

$$ & ' =

$ % $ B

! $&

$

(

$ %! $

'

' ' ( $ "

&

(

&

" 2

!

0

& '

$

!

&

$ 0

(

" 3 '

"

$

8 - *8 & $ . $ %!( " ' &: 1 ' $ & ' &! & & " $ & ) ( $ & ) $ 0$ ! $ %! ' ( $ ( 0

$ & 0

&

;

&

& $ ( & $% (

" B$ !

&

!

0

&

=

*

$.

$ @

0 $

7 @

$

" 2 "2 $

" ) "

"

& & ' $$ 0 0 & ! ( " 3 ! & (

& %!

"

&

, 0

2 " E 0

$

% ) $ %!

0 !' 0 $ %!

%

6

$

$

*

(

& .

!!

" 2

$ (

&

%

%

& ! $

'

6

=

$

" #

'

& " 2

#

&

& ' >)B

& '

$

( %

$

0$

"

!

(

%

$

$

!

$ 7" + ! $$

$ 0 ! 7' 6&

% !&

$

7'

7" ( $ ! &

0 $

%

( ! &% ( $ &

0 $ =0$

%

*

1$

&

!

& !

!

9

0

." 2

( ' (

%

" ( !

$

&

*

$

0

$

.'

&

! (

( &

0$

$

%# #

& !

$ %!

0 0

'

"

&

'

6

%

' $$

$

$

0

&

0 6 $ ! $

$ & ;

& % &

&

2

&

$

$

7'

" $&

0

&

9 "2 ( ! ( ! " $ $ %!'

0

" 2 0

& (

0

%

0& ! 0

$ (

$

$ %!7" B$$

!! 6 $$ $@ 0

!!

&

&

)

(

$

! $ %!& !

:." ("

&

0

7

& .

0

( (

$ 6

(

* 0

"

% ' (

*

( & %! " , 7' 6&

" &

$$

%

$$

" "

$$

$

%

% $

&

( ( ! 0$

$ %! & (

$

!

$ "

&

(

&

$ ! $

$$

!

$

& *(" " 6 $$ ( 7. !! " % 6 7"

&

%$!! '

$$

(

&

$

$ & 0 ( $

8 -

"

& !

$

$$ 0

? + %!

(" 30

'

&

#

&

( $$

&

! $ %!

& & 00 $ %!

'

#

! ) !)!* +

$ % &

0

00 $ !" C ! $ "

$

$$

#(

BIJLAGE 4 AKOESTISCH ONDERZOEK EXLAN

AKOESTISCH ONDERZOEK BOSSEWEG 45 - BEST

Akoestisch onderzoek Projectnummer: 15.1002 Versie: 2 Datum: 18 maart 2015

Opdrachtnemer Exlan Pater van den Elsenlaan 27 5462 GG Veghel

Postbus 200 5460 BC Veghel

Locatie Bosseweg 45 te Best

Opdrachtgever A.J. van Genugten Bergstraat 32 5298 VK Liempde T: -

Contactpersoon Ing. E. van Horssen - Maas T: 088 - 4882929 F: 088 - 4882102 E: [email protected]

Uitvoerder Ing. E. van Horssen - Maas

Collegiale check OM

ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN. NIETS UIT DEZE UITGAVE MAG WORDEN VERVEELVOUDIGD DOOR MIDDEL VAN DRUK, FOTOKOPIE, MICROFILM, GELUIDSBAND, ELEKTRONISCH OF OP WELKE ANDERE WIJZE DAN OOK, EN EVENMIN IN EEN GEAUTOMATISEERD GEGEVENSBESTAND WORDEN OPGESLAGEN, ZONDER VOORAFGAANDE SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING VAN AGRIFIRM EXLAN.

Akoestisch onderzoek – Bosseweg 45 te Best

2

Akoestisch onderzoek

INLEIDING

4

HOOFDSTUK 1. TOETSINGSKADER

5

HOOFDSTUK 2. BEDRIJFSSITUATIE

7

HOOFDSTUK 3. AKOESTISCHE MODELLERING

9

HOOFDSTUK 4. REKENRESULTATEN

11

HOOFDSTUK 5. BEOORDELING EN CONCLUSIES

12

LITERATUUR

13

BIJLAGE 1. FIGUREN

16

BIJLAGE 2. REKENMODEL

22

BIJLAGE 3. REKENRESULTATEN

27


3

Akoestisch onderzoek In opdracht van dhr. A.J. van Genugten te Liempde is door Exlan een akoestisch onderzoek verricht naar de activiteiten inzake het verblijf van arbeidsmigranten aan de Bosseweg 45 te Best.. Dit onderzoek maakt deel uit van de ruimtelijke procedure aangaande de ontwikkelingen aan de Bosseweg. Doel van het onderzoek is het middels een model bepalen van de geluidsbelasting ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen. De resultaten van deze berekeningen zijn vervolgens getoetst aan de eisen van de gestelde geluidsvoorschriften door het bevoegd gezag. De berekeningen zijn uitgevoerd voor de locatie aan de Bosseweg 45, 5682 PE te Best. De inrichting is gelegen in het buitengebied van de gemeente Best. De meest dichtbijgelegen woningen van derden bevinden zich aan de Zomereik ten westen van de inrichting en aan de Bosseweg ten zuidoosten van de inrichting. De inrichting is in onderstaande afbeelding weergegeven.

• Afbeelding 1 Luchtfoto inrichting aan de Bosseweg 45 te Best.

Gegevens m.b.t. de aangevraagde bedrijfssituatie zijn bekend uit informatie van de initiatiefnemer. De geluidsbelasting op de omgeving is berekend aan de hand van het modelleringsprogramma Geomilieu v2.61, ontwikkeld door KEMA en DGMR.


4

en normstelling De inrichting valt onder het zogenaamde lichte regime (type A inrichting) van het Activiteitenbesluit. Ten behoeve van de ruimtelijke procedure wordt voorliggend akoestisch onderzoek opgesteld. Hierbij wordt mede gebruik gemaakt van de ‘Handreiking industrielawaai en vergunningverlening’ uitgegeven door het Ministerie van VROM (1999).

1.1

Geluidbeleid Sinds het einde van de jaren zeventig vormt de Wet geluidhinder (Wgh) het juridische kader voor het Nederlandse geluidsbeleid. De Wgh bevat een uitgebreid stelsel van bepalingen ter voorkoming en bestrijding van geluidshinder door onder meer industrie, wegverkeer en spoorwegverkeer. De wet richt zich vooral op de bescherming van de burger in zijn woonomgeving en bevat bijvoorbeeld normen voor de maximale geluidsbelasting op de gevel van een woning. Het doel van de Europese richtlijn omgevingslawaai is, om op basis van prioriteiten, de schadelijke gevolgen (inclusief hinder) van blootstelling aan omgevingslawaai te vermijden, voorkomen of verminderen. Daarnaast moet de richtlijn een grondslag bieden voor het ontwikkelen van Europees bronbeleid. Het gaat daarbij om eventuele aanscherping van de maximale geluidsniveaus (bronvermogens) van de belangrijkste bronnen. Hieronder vallen onder andere voertuigen, materieel voor gebruik buitenshuis en bronnen als ventilatoren e.d. In het kader van de modernisering van het instrumentarium geluidsbeleid is per 1 januari 2007 de Wet geluidhinder gewijzigd.

1.2

Voorschriften In het akoestisch onderzoek wordt getoetst aan de richtwaarden voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau ter plaatse van woningen en aan de grenswaarden voor het maximale geluidsniveau. Mogelijk is, na onderzoek/bestuurlijke afweging, de vergunde rechten te raadplegen, welke een rol kunnen spelen voor het eventueel toestaan van een hogere waarde. De gemeente Best heeft geen eigen geluidbeleid vastgesteld. In dit onderzoek wordt uitgegaan van de waarden zoals aangegeven in het Activiteitenbesluit en de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening voor gebiedstype ‘woonwijk’. In het onderzoek zijn de volgende grenswaarden opgenomen: Het langtijdgemiddelde geluidsniveau (LAr,LT), veroorzaakt door de inrichting aanwezige vast opgestelde toestellen en installaties, mag ter plaatse van woningen van derden en andere geluidsgevoelige bestemmingen niet meer bedragen dan: • 45 dB(A) gedurende de dagperiode tussen 06.00 uur en 19.00 uur; • 40 dB(A) gedurende de avondperiode tussen 19.00 uur en 22.00 uur; • 35 dB(A) gedurende de nachtperiode tussen 22.00 uur en 06.00 uur. De grenswaarde van het langtijdgemiddelde geluidsniveau ter plaatse van de woningen aan de Bosseweg mag niet meer bedragen dan 50 dB(A) etmaalwaarde.


5

De grenswaarden van het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) gelden uitsluitend voor geluid van vast opgestelde installaties en toestellen. Het geluid van werkzaamheden en activiteiten wordt hierbij niet meegenomen. Het maximaal geluidsniveau (LAmax) veroorzaakt door de inrichting, gemeten in meterstand “fast”, mag nabij gevels van woningen, niet meer bedragen dan LAr,LT+10dB, met als grenswaarden: • 70 dB(A) gedurende de dagperiode tussen 06.00 uur en 19.00 uur; • 65 dB(A) gedurende de avondperiode tussen 19.00 uur en 22.00 uur; • 60 dB(A) gedurende de nachtperiode tussen 22.00 uur en 06.00 uur. In het kader van de milieuwetgeving worden bepaalde aspecten uitgezonderd van toetsing. Zo worden in het Activiteitenbesluit geluidpieken van laad- en losactiviteiten in de dagperiode, alsmede op het in en uit de inrichting rijden van landbouwtractoren of motorrijtuigen met beperkte snelheid uitgezonderd van toetsing.

1.3

Beoordeling De hoogte van de ontvangerpunten is gehanteerd conform de genoemde Handreiking, te weten 1,5 meter boven het maaiveld in de dagperiode en 5 meter boven het maaiveld in de avond- en nachtperiode. Toetsing van de geluidsbelasting ten gevolge van het verkeer op de openbare weg (indirecte hinder) is in het Activiteitenbesluit niet geregeld. Daarom is de zorgplicht van toepassing op de verkeersaantrekkende werking van een inrichting die nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. In het kader van de zorgplicht heeft het bevoegd gezag de bevoegdheid maatwerkvoorschriften te stellen voor zover het betreffende aspect bij of krachtens het Activiteitenbesluit niet uitputtend is geregeld. In het akoestisch onderzoek zal, volgens de circulaire ‘Beoordeling geluidhinder wegverkeer in verband met vergunningverlening Wet milieubeheer’, a.d.h.v. het rekenprogramma Geomilieu getoetst worden aan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) en indien noodzakelijk na bestuurlijke afweging aan de maximale grenswaarde van 65 dB(A).


6

De bedrijfssituatie is bepalend voor de geluidsproductie. De omstandigheden waarop de berekeningen betrekking hebben worden beschreven als bedrijfssituatie. Hier wordt onderscheid gemaakt tussen de representatieve bedrijfssituatie en de indirecte hinder.

2.1

Representatieve bedrijfssituatie De immissie van geluid wordt bepaald op basis van een representatieve bedrijfssituatie (RBS). Om een duidelijk beeld te krijgen van de totale geluidsoverdracht, worden de wekelijkse en (meer-)dagelijkse activiteiten tezamen in één etmaal gemodelleerd. Het pand aan de Bosseweg 45 is opgebouwd uit verdiepingen (incl. kelder) en biedt huisvesting aan maximaal 78 arbeidsmigranten. Binnen het pand zijn verschillende gebruiksruimtes aanwezig, waaronder diverse logiesverblijven, sanitaire voorzieningen en een kantine/keuken. De RBS is opgebouwd uit onderstaand omschreven activiteiten: Verkeersbewegingen van en naar het terrein Verkeersbewegingen vinden plaats ten behoeve van het woon-/werkverkeer, bezoekersverkeer en privéverkeer. Indien de uitzendkrachten bij verschillende bedrijven zijn geplaatst, worden de personenauto’s zoveel mogelijk volledig bezet. Dit betekent dat er op één dag met circa twintig tot maximaal vijfentwintig personenauto’s wordt gereden. Mochten de uitzendkrachten op eenzelfde bedrijf zijn geplaatst, dan wordt er met één tot maximaal twee touringcars gereden. De uitzendkrachten draaien verschillende diensten, namelijk: - Dienst 1: start 06:00/07:00 uur – einde 14:30/15:30 uur in de dagperiode. - Dienst 2: start 15:30 uur – einde tussen 01:00 uur en 04:00 in de nachtperiode. Het model gaat er bij het woon-/werkverkeer van uit dat er in de vroege ochtend (nachtperiode) en dagperiode vijfentwintig personenauto’s (mobiele bron PA1) het terrein verlaten en weer terugkeren in de dag-, avond- of nachtperiode. Hoewel er niet gelijktijdig gebruik wordt gemaakt van vijfentwintig personenauto’s en het rijden met touringcars, wordt tevens het rijden met touringcars is beeld gebracht. Naast de personenauto’s, gaat het model er van uit dat er twee touringcars (mobiele bron TC1) in de dag-, avond- en nachtperiode het terrein verlaten en weer terugkeren. In het geval van bezoekersverkeer en privéverkeer gaat het model uit van twintig personenauto’s (mobiele bron PA2) in de dag-, avond- en nachtperiode. Totaal aantal bewegingen per periode

Brontype

Omschrijving

Frequentie

Dag

Avond

Nacht

PA1

Personenauto woon-/werkverkeer

dagelijks

50

50

100

PA2

Personenauto bezoekers-/privéverkeer

dagelijks

40

40

40

TC1

Touringcar woon-/werkverkeer

dagelijks

4

4

4

Vaste toestellen en/of installaties Ten behoeve van de luchtventilatie en verversing in het gebouw, is een luchtbehandelingsinstallatie geïnstalleerd. Enkele relevante akoestische geluidsbronnen bevinden zich aan de buitenzijde van het gebouw. Op het dak bevinden zich een koelcompressor t.b.v. de luchtgekoelde airconditioner (puntbron V7) en twee ventilatoren t.b.v. de afvoer van lucht (puntbronnen V5 en V6). Aan de westkant van het gebouw


7

bevinden zich per verdieping vier ventilatoren (puntbronnen V1 t/m V4) t.b.v. de lucht toevoer en afzuiging. Demping is toegepast conform installatie. In het akoestisch onderzoek wordt er van uit gegaan dat alle vaste bronnen in de luchtbehandelingsinstallatie op vol vermogen draaien i.v.m. zeer warme periodes (worstcasescenario). Interne kanaalventilatoren, motoren, e.d. zijn aan de buitenzijde van het gebouw niet waarneembaar en derhalve niet relevant voor het akoestisch onderzoek. Er bevinden zich op het terrein verder geen andere vaste geluid producerende toestellen en installaties. Georganiseerde feesten en/of partijen Binnen in het pand en/of op het buitenterrein worden geen georganiseerde feesten en/of partijen gehouden. In het pand bestaat er de mogelijkheid om te recreëren. Tevens is het mogelijk om op het buitenterrein te recreëren in de vorm van barbecueën, etc. Grootschalige feesten/bijeenkomsten op het buitenterrein zijn niet toegestaan. Derhalve zijn in het model geen geluidsbronnen m.b.t. muziek-/recreatiegeluiden opgenomen. Niet-relevante geluidsbronnen Voor activiteiten welke binnen het pand plaatsvinden zijn geen geluidsbronnen opgenomen. De logiesverblijven beschikken over een eigen tv-/muziekinstallatie t.b.v. ontspanning. Het ‘leefgeluid’ is buiten het gebouw niet tot nauwelijks waarneembaar en daardoor akoestisch niet relevant.

2.2

Indirecte hinder Naast de representatieve bedrijfssituatie, wordt de indirecte hinder bepaald. De geluidsbelasting bij de indirecte hinder wordt bepaald door het inrichtingsgebonden verkeer op de openbare weg. De volgende activiteiten vinden buiten de inrichting plaats: Wegverkeer In het model wordt er van uitgegaan dat al het verkeer de meest dicht bij de weg gelegen woningen aan de Bosseweg en de Zomereik passeert. In de berekening is uitgegaan van de volgende verkeersbewegingen: •

Tabel 1: aantal vervoersbewegingen van- en naar de inrichting (maximaal per etmaal) Voertuig

Snelheid (km/uur)

Bewegingen dag

Bewegingen avond

Bewegingen nacht

Bewegingen totaal

Personenauto

50

90

90

140

320

Touringcar

50

4

4

4

12

94

94

144

332

Verkeersintensiteit


8

De equivalente en maximale immissieniveaus ter plaatse van de berekeningspunten zijn middels een opgesteld model berekend. Hierbij is gebruik gemaakt van het rekenprogramma ‘Geomilieu’, versie 2.61. Dit computersimulatiemodel is gebaseerd op de rekenmethodiek volgens de ‘Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai’ (HMRI, 1999). Voor de berekening van de geluidsoverdracht is methode II.8 toegepast. De bronvermogens en andere akoestisch relevante informatie met betrekking tot de geluidsbronnen zijn in het model ingevoerd. Daarnaast zijn de gebouwen en bodemgebieden die van invloed zijn op de overdracht ingevoerd. Vervolgens zijn middels het rekenprogramma voor de dag-, avond- en nachtperiode de geluidsimmissies berekend voor een aantal woningen in de directe omgeving van het bedrijf. Voor de modellering van het maximale geluidsniveau is een aparte groep binnen de hoofdgroep opgenomen. Hierin zijn de geluidsbronnen opgenomen waarbij de piekverhogingen ( L, zie tabel 2), kenmerkend voor de bron, als negatieve reductie zijn ingevoerd (wordt dus bij het bronvermogen opgeteld). De uitkomst hiervan is verminderd met de opgetreden meteocorrectieterm (Cm). In het geval van de overige geluidsbronnen zonder bronkenmerken, is gelijk het geluidsniveau bepaald minus de opgetreden meteocorrectieterm. Maximaal geluidsniveau LA,max = Li,max – Cm Hierin: Li,max = gemeten maximaal geluidsniveau Cm = de meteocorrectieterm

Het gehanteerde geluidsniveau voor ‘maximaal geluid zwaar transport laden/lossen’ omvat o.a. het vertrek, ontluchten van remmen en het dichtslaan van portieren van voertuigen.

3.1

Modellering De maximale geluidsbronnen behorende tot de inrichting worden in het rekenprogramma ingevoerd als puntbron. De vervoersbewegingen zijn binnen het model als mobiele bron ingevoerd en zijn gemodelleerd met een reeks puntbronnen die gelijkmatig verdeeld zijn over de rijroute. Met het modelleren is uitgegaan dat alle rijbewegingen worden uitgevoerd met een gemiddelde snelheid van 10 km/uur. Uit het aantal verkeersbewegingen, de duur van de beoordelingsperiode, de gemiddelde snelheid van de voertuigen, de routelengte en het aantal vervangende puntbronnen wordt de bedrijfscorrectieduur (Cb) berekend volgens de formule:


9

Cb = -10 log

lxn vxTxN

Hierin: l = routelengte in m n = aantal verkeersbewegingen v = snelheid voertuig in m/sec T = tijd beoordelingsperiode in sec N = aantal puntbronnen

Met de berekening is uitgegaan dat al het verkeer met een gemiddelde snelheid van 50 km/uur de woning passeert.

3.2

Bronvermogens In onderstaande tabel zijn de toegepaste bronvermogens, afkomstig uit gelijksoortige metingen en/of kentallen database Exlan, vermeld: Tabel 2: toegepaste bronvermogens (actuele database 2015 Exlan) Lw dB(A) Personenauto 91 Touringcar 105 Ventilator afvoer 69 Ventilator toevoer/afzuig 86 Koelcompressor airconditioner 79 * In verband met het optrekken en afremmen van het (vracht)verkeer en berekende geluidsniveau een piekverhoging van min. 5 dB(A) toegepast. •

Omschrijving bronnen

3.3

Lmax L dB(A) Piekverhoging* 96 +5 110 +5 het dichtslaan van deuren is op het

Bodemgebieden en Objecten In het model zijn harde en zachte bodemgebieden ingevoerd conform de aangeleverde tekeningen. Aangezien het merendeel van het betreffende oppervlak zachte delen betreft (grasland/bouwland) gaat het model uit van een standaard bodemfactor van ‘1’. De erfverharding en wegen zijn als akoestisch hard gemodelleerd met een bodemfactor ‘0’. De voor het model relevante objecten op het erf en in de directe omgeving zijn ingevoerd met de reële hoogte.


10

4.1

Representatieve bedrijfssituatie In onderstaande tabel zijn de berekende geluidsniveaus (langtijdgemiddelde) op de beoordelingspunten als gevolg van de representatieve bedrijfssituatie weergegeven. De gedetailleerde berekeningsresultaten zijn opgenomen in bijlage III. •

Tabel 3: resultaten berekening langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) in dB(A)

Id.

Omschrijving

Dag grenswaarde 45

Avond grenswaarde 40

Nacht grenswaarde 35

01

Zomereik 44

8

14

13

02

Zomereik 46

18

24

23

03

Zomereik 48

18

25

24

04

Zomereik 50

25

30

28

05

Bosseweg 41

25

33

30

06

Oranjestraat 106

18

25

22

07

Bosseweg 39

17

24

21

08

Bosseweg 37

11

21

18

Uit bovenstaande resultaten blijkt dat het langtijdgemiddelde geluidniveau op de beoordelingspunten voldoet aan de grenswaarden voor de dag-, avond- en nachtperiode.

4.2

Maximale geluidsniveaus In onderstaande tabel zijn de berekende maximale geluidsniveaus (= negatieve reductie toegepast) als gevolg van de maatgevende piekbronnen weergegeven. De maatgevende bronnen welke in het model zijn opgenomen zijn: personenauto’s en touringcars. De gedetailleerde berekeningsresultaten zijn opgenomen in bijlage III. Tabel 4: resultaten berekening maximaal geluidsniveau La, max in dB(A)

• Id.

Omschrijving

Dag* grenswaarde 70

Avond grenswaarde 65

Nacht grenswaarde 60

01

Zomereik 44

26

29

29

02

Zomereik 46

31

39

39

03

Zomereik 48

31

39

39

04

Zomereik 50

42

43

43

05

Bosseweg 41

50

51

51

06

Oranjestraat 106

41

42

42

07

Bosseweg 39

39

40

40

08

Bosseweg 37

32

36

36

* Geluidpieken van laad- en losactiviteiten in de dagperiode, alsmede het in en uit de inrichting rijden van landbouwtractoren of motorrijtuigen met beperkte snelheid, zijn uitgezonderd van toetsing. De waarden in de dagperiode worden echter wel getoond, om het geheel inzichtelijk te krijgen.


11

Uit bovenstaande resultaten blijkt dat de grenswaarden van het maximale geluidsniveau op de beoordelingspunten voldoet aan de grenswaarden voor de dag-, avond- en nachtperiode.

4.3

Indirecte hinder De beoordeling van de geluidsbelasting veroorzaakt door het inrichtingsgebonden verkeer op de openbare weg, in het geval dit direct verband heeft met de aan- en afvoerbewegingen voor de inrichting gelegen aan de Bosseweg 45 te Best, vindt plaats op de wijze bij verkeerslawaai gebruikelijk is, met een voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) etmaalwaarde. In onderstaande tabel zijn de equivalente geluidsniveaus, als gevolg van de verkeersaantrekkende werking van de inrichting weergegeven. De gedetailleerde berekeningsresultaten zijn opgenomen in bijlage III.

01

Tabel 5: resultaten berekening indirecte hinder RBS LAr,LT in dB(A) Dag Avond grenswaarde 50 grenswaarde 45 Zomereik 44 34 40

Nacht grenswaarde 40 37

02

Zomereik 46

35

42

38

03

Zomereik 48

35

42

39

04

Zomereik 50

34

41

38

05

Bosseweg 41

32

41

37

06

Oranjestraat 106

36

43

40

07

Bosseweg 39

36

43

40

08

Bosseweg 37

35

42

39

• Id.

Omschrijving

Uit bovenstaande resultaten blijkt dat het geluidniveau op het beoordelingspunt voldoet aan de grenswaarden voor de dag-, avond- en nachtperiode.


12

en conclusies Op basis van de uitgevoerde berekeningen en bijbehorende resultaten kunnen onderstaande conclusies worden getrokken: • Het langtijdgemiddelde geluidniveau voldoet op de beoordelingspunten aan de grenswaarden. Ter plaatse van de beoordelingspunten bedraagt het langtijdgemiddelde geluidsniveau in de dagperiode ten hoogste 25 dB(A). Hiermee wordt aan de grenswaarde van 45 dB(A) voldaan. Aan de grenswaarden in de avond- en nachtperiode van 40 dB(A) en 35 dB(A) wordt eveneens voldaan, met een geluidsniveau van respectievelijk 33 dB(A) in de avondperiode en 30 dB(A) in de nachtperiode; • Het maximale geluidsniveau ter plaatse van de beoordelingspunten voldoet aan de grenswaarde van 70 dB(A) etmaalwaarde. Ter plaatse van de beoordelingspunten bedraagt het maximale geluidsniveau (LA,max) ten hoogste 51 dB(A); • Toetsing van de geluidsbelasting ten gevolge van het verkeer op de openbare weg (indirecte hinder) is in het Activiteitenbesluit niet geregeld. Daarom is de zorgplicht van toepassing op verkeersaantrekkende werking van een inrichting die nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. In het kader van de zorgplicht heeft het bevoegd gezag de bevoegdheid maatwerkvoorschriften te stellen voor zover het betreffende aspect bij of krachtens het Activiteitenbesluit niet uitputtend is geregeld. Uit het onderzoek blijkt dat het hoogst equivalente geluidsniveau bij omliggende woningen ten gevolge van de verkeersaantrekkende werking van de inrichting ten hoogste 43 dB(A) bedraagt en daarmee voldoet aan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) etmaalwaarde. Kijkend naar de resultaten komend uit dit onderzoek, kan geconcludeerd worden dat aan de gestelde normen in het akoestisch onderzoek wordt voldaan.


13

! •

HMRI (1999) Handleiding Meten en Rekenen, Industrielawaai. VROM: Den Haag.

•

Siemens, M. (2011) Tabellarium. DGMR: Velp

•

VROM (1998) Handreiking, Industrielawaai en vergunningverlening. VROM: Den Haag

•

VROM (2007) Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. Ministerie van VROM, Stscr. 249, p. 84

•

VROM (1996) Beoordeling geluidhinder circulaire: wegverkeer in verband met vergunningverlening Wet milieubeheer. Ministerie van VROM, Stscr. 29 februari 1996


14


15

Figuren •

Situering aangevraagde situatie

•

Situering gebouwen + beoordelingspunten

•

Situering geluidsbronnen

•

Situering indirecte hinder


16

• Situering aangevraagde situatie


17

•

Situering gebouwen + beoordelingspunten


18

•

Situering geluidsbronnen


19


20

Situering indirecte hinder


21

Rekenmodel


22


23


24


25


26


27

Rekenresultaten •

Resultaten langetijdgemiddeld geluidsniveau RBS

•

Resultaten maximaal geluidsniveau RBS

•

Resultaten langetijdgemiddeld geluidsniveau indirect hinder


28

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:

Exlan

Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 LAeq totaalresultaten voor toetspunten RBS Nee

Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Zomereik 44 - zijgevel Zomereik 46 - voorgevel Zomereik 46 - voorgevel Zomereik 48 - voorgevel

03_B 04_A 04_B 05_A 05_B

Hoogte 1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

Dag 8 12 18 23 18

Avond 10 14 19 24 20

Nacht 9 13 18 23 19

Etmaal 19 23 28 33 29

Zomereik 48 - voorgevel Zomereik 50 - voorgevel Zomereik 50 - voorgevel Bosseweg 41 - achtergevel Bosseweg 41 - achtergevel

5,00 1,50 5,00 1,50 5,00

24 25 27 25 28

25 28 30 31 33

24 26 28 28 30

34 36 38 38 40

06_A 06_B 07_A 07_B 08_A

Oranjestraat 106 - zijgevel Oranjestraat 106 - zijgevel Bosseweg 39 - voorgevel Bosseweg 39 - voorgevel Bosseweg 37 - voorgevel

1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

18 20 17 18 11

23 25 22 24 15

21 22 19 21 13

31 32 29 31 23

08_B 09_A 09_B

Bosseweg 37 - voorgevel Bosseweg 41 - zijgevel Bosseweg 41 - zijgevel

5,00 1,50 5,00

16 23 24

21 28 29

18 26 26

28 36 36

Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen

Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:20:11

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:

Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 01_A - Zomereik 44 - zijgevel RBS Nee

Naam Bron 01_A PA1 PA2 TC1 V1 V2

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7

Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig Ventilator afvoer Ventilator afvoer Koelcompressor airconditioner

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 7,7 -4,0 -5,0 -2,3 -5,3 -4,5

Avond 10,1 2,4 1,4 4,1 -5,3 -4,5

Nacht 8,6 1,2 -2,9 -0,1 -5,3 -4,5

Etmaal 18,6 11,2 7,1 9,9 4,7 5,5

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-3,0 2,1 -8,8 -8,8 1,8

-3,0 2,1 -8,8 -8,8 1,8

-3,0 2,1 -8,8 -8,8 1,8

7,0 12,1 1,2 1,2 11,8


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 01_B - Zomereik 44 - zijgevel RBS Nee

Naam Bron 01_B PA1 PA2 TC1 V1 V2

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 11,9 0,0 -1,1 0,9 1,9 2,9

Avond 14,1 6,4 5,3 7,2 1,9 2,9

Nacht 12,8 5,1 1,0 3,0 1,9 2,9

Etmaal 22,8 15,1 11,0 13,0 11,9 12,9

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

3,9 4,8 -6,2 -6,2 4,7

3,9 4,8 -6,2 -6,2 4,7

3,9 4,8 -6,2 -6,2 4,7

13,9 14,8 3,8 3,8 14,7


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 02_A - Zomereik 46 - voorgevel RBS Nee


Omschrijving Zomereik 46 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 17,8 2,9 1,7 3,6 7,6 8,6

Avond 19,0 9,3 8,1 10,0 7,6 8,6

Nacht 18,3 8,0 3,8 5,7 7,6 8,6

Etmaal 28,3 18,0 13,8 15,7 17,6 18,6

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

10,0 11,2 0,8 1,0 12,0

10,0 11,2 0,8 1,0 12,0

10,0 11,2 0,8 1,0 12,0

20,0 21,2 10,8 11,0 22,0


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 02_B - Zomereik 46 - voorgevel RBS Nee



V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 22,6 8,4 7,3 10,9 10,6 12,3

Avond 24,2 14,8 13,6 17,2 10,6 12,3

Nacht 23,2 13,5 9,4 13,0 10,6 12,3

Etmaal 33,2 23,5 19,4 23,0 20,6 22,3

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

14,0 15,8 5,6 5,6 17,8

14,0 15,8 5,6 5,6 17,8

14,0 15,8 5,6 5,6 17,8

24,0 25,8 15,6 15,6 27,8


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46





V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 18,5 3,4 2,2 4,2 8,5 9,5

Avond 19,7 9,8 8,6 10,5 8,5 9,5

Nacht 18,9 8,5 4,3 6,3 8,5 9,5

Etmaal 28,9 18,5 14,3 16,3 18,5 19,5

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

11,3 12,4 1,7 2,0 11,6

11,3 12,4 1,7 2,0 11,6

11,3 12,4 1,7 2,0 11,6

21,3 22,4 11,7 12,0 21,6


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46





V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 23,8 9,0 7,9 11,5 11,6 13,4

Avond 25,3 15,4 14,2 17,9 11,6 13,4

Nacht 24,4 14,1 10,0 13,6 11,6 13,4

Etmaal 34,4 24,1 20,0 23,6 21,6 23,4

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

15,2 17,1 6,7 6,8 19,2

15,2 17,1 6,7 6,8 19,2

15,2 17,1 6,7 6,8 19,2

25,2 27,1 16,7 16,8 29,2


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46





V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 24,6 14,1 13,0 17,3 14,0 14,9

Avond 28,0 20,5 19,4 23,7 14,0 14,9

Nacht 26,0 19,2 15,1 19,4 14,0 14,9

Etmaal 36,0 29,2 25,1 29,4 24,0 24,9

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

16,2 17,3 4,1 4,0 15,5

16,2 17,3 4,1 4,0 15,5

16,2 17,3 4,1 4,0 15,5

26,2 27,3 14,1 14,0 25,5


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46





V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 27,1 15,6 14,5 18,8 16,7 17,9

Avond 29,9 21,9 20,8 25,2 16,7 17,9

Nacht 28,2 20,7 16,6 20,9 16,7 17,9

Etmaal 38,2 30,7 26,6 30,9 26,7 27,9

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

19,1 19,6 6,4 6,5 19,2

19,1 19,6 6,4 6,5 19,2

19,1 19,6 6,4 6,5 19,2

29,1 29,6 16,4 16,5 29,2


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 05_A - Bosseweg 41 - achtergevel RBS Nee


Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 25,2 18,6 17,6 22,1 4,5 4,8

Avond 31,2 25,0 23,9 28,5 4,5 4,8

Nacht 28,0 23,8 19,7 24,2 4,5 4,8

Etmaal 38,0 33,8 29,7 34,2 14,5 14,8

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

6,0 7,8 0,9 0,5 13,6

6,0 7,8 0,9 0,5 13,6

6,0 7,8 0,9 0,5 13,6

16,0 17,8 10,9 10,5 23,6


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 05_B - Bosseweg 41 - achtergevel RBS Nee


Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 27,5 20,4 19,3 23,9 7,2 7,8

Avond 33,1 26,8 25,7 30,3 7,2 7,8

Nacht 30,1 25,6 21,4 26,0 7,2 7,8

Etmaal 40,1 35,6 31,4 36,0 17,2 17,8

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

9,0 10,6 6,7 6,7 19,3

9,0 10,6 6,7 6,7 19,3

9,0 10,6 6,7 6,7 19,3

19,0 20,6 16,7 16,7 29,3


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 06_A - Oranjestraat 106 - zijgevel RBS Nee


Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 18,4 10,6 9,6 14,0 -1,9 -1,9

Avond 23,4 17,0 16,0 20,4 -1,9 -1,9

Nacht 20,6 15,7 11,7 16,1 -1,9 -1,9

Etmaal 30,6 25,7 21,7 26,1 8,1 8,1

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-1,1 0,5 -0,9 -1,0 12,6

-1,1 0,5 -0,9 -1,0 12,6

-1,1 0,5 -0,9 -1,0 12,6

8,9 10,5 9,1 9,0 22,6


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 06_B - Oranjestraat 106 - zijgevel RBS Nee


Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 19,9 12,5 11,5 15,8 -1,3 -1,0

Avond 25,2 18,9 17,9 22,2 -1,3 -1,0

Nacht 22,3 17,7 13,6 17,9 -1,3 -1,0

Etmaal 32,3 27,7 23,6 27,9 8,7 9,0

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-0,1 1,5 -0,1 -0,2 13,4

-0,1 1,5 -0,1 -0,2 13,4

-0,1 1,5 -0,1 -0,2 13,4

9,9 11,5 9,9 9,8 23,4


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 07_A - Bosseweg 39 - voorgevel RBS Nee


Omschrijving Bosseweg 39 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 16,8 9,2 8,2 12,5 -3,7 -3,7

Avond 21,9 15,6 14,5 18,9 -3,7 -3,7

Nacht 19,1 14,3 10,3 14,6 -3,7 -3,7

Etmaal 29,1 24,3 20,3 24,6 6,3 6,3

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-3,0 -1,4 -3,0 -2,9 10,8

-3,0 -1,4 -3,0 -2,9 10,8

-3,0 -1,4 -3,0 -2,9 10,8

7,0 8,6 7,0 7,1 20,8


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 07_B - Bosseweg 39 - voorgevel RBS Nee



V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 18,2 10,9 9,9 14,1 -3,0 -2,7

Avond 23,5 17,3 16,2 20,4 -3,0 -2,7

Nacht 20,6 16,0 12,0 16,2 -3,0 -2,7

Etmaal 30,6 26,0 22,0 26,2 7,1 7,3

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-1,8 -0,2 -2,1 -2,0 11,7

-1,8 -0,2 -2,1 -2,0 11,7

-1,8 -0,2 -2,1 -2,0 11,7

8,2 9,8 7,9 8,0 21,7


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 08_A - Bosseweg 37 - voorgevel RBS Nee



V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 11,3 2,8 1,8 4,4 -2,4 -2,3

Avond 15,3 9,2 8,1 10,8 -2,4 -2,3

Nacht 13,1 8,0 3,9 6,5 -2,4 -2,3

Etmaal 23,1 18,0 13,9 16,5 7,6 7,7

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-1,7 -0,2 -6,6 -6,6 6,0

-1,7 -0,2 -6,6 -6,6 6,0

-1,7 -0,2 -6,6 -6,6 6,0

8,3 9,8 3,4 3,4 16,0


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 08_B - Bosseweg 37 - voorgevel RBS Nee



V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 16,2 7,8 6,8 10,1 -1,7 -1,5

Avond 20,5 14,2 13,2 16,5 -1,7 -1,5

Nacht 18,1 13,0 8,9 12,3 -1,7 -1,5

Etmaal 28,1 23,0 18,9 22,3 8,3 8,5

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

-0,7 0,8 -1,3 -1,4 12,1

-0,7 0,8 -1,3 -1,4 12,1

-0,7 0,8 -1,3 -1,4 12,1

9,3 10,8 8,7 8,6 22,1


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 09_A - Bosseweg 41 - zijgevel RBS Nee


Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 23,2 15,7 14,7 19,1 -0,1 0,1

Avond 28,5 22,1 21,0 25,5 -0,1 0,1

Nacht 25,6 20,8 16,8 21,2 -0,1 0,1

Etmaal 35,6 30,8 26,8 31,2 9,9 10,1

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

1,2 2,9 3,2 3,2 17,1

1,2 2,9 3,2 3,2 17,1

1,2 2,9 3,2 3,2 17,1

11,2 12,9 13,2 13,2 27,1


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 2 09_B - Bosseweg 41 - zijgevel RBS Nee


Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer Ventilator toevoer/afzuig Ventilator toevoer/afzuig

V3 V4 V5 V6 V7


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00 3,50 7,00

Dag 24,0 16,6 15,5 20,0 1,2 1,8

Avond 29,3 22,9 21,9 26,4 1,2 1,8

Nacht 26,4 21,7 17,6 22,1 1,2 1,8

Etmaal 36,4 31,7 27,6 32,1 11,2 11,8

11,00 15,00 16,00 16,00 15,80

2,9 4,7 3,4 3,5 17,8

2,9 4,7 3,4 3,5 17,8

2,9 4,7 3,4 3,5 17,8

12,9 14,7 13,4 13,5 27,8


Geomilieu V2.61

18-03-2015 14:19:46

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model:

Exlan

Groep:

Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 LAmax totaalresultaten voor toetspunten Maximaal geluid



03_B 04_A 04_B 05_A 05_B

Hoogte 1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

Dag 26 29 31 39 31

Avond 26 29 31 39 31

Nacht 26 29 31 39 31


5,00 1,50 5,00 1,50 5,00

39 42 43 50 51

39 42 43 50 51

39 42 43 50 51

06_A 06_B 07_A 07_B 08_A


1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

41 42 39 40 32

41 42 39 40 32

41 42 39 40 32

08_B 09_A 09_B


5,00 1,50 5,00

36 49 50

36 49 50

36 49 50


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:11

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 01_A PA1 max PA2 max TC1 max LAmax

Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 01_A - Zomereik 44 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 26,3 14,5 14,5 26,3 68,2

Avond 26,3 14,5 14,5 26,3 68,2

Nacht 26,3 14,5 14,5 26,3 68,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 01_B PA1 max PA2 max TC1 max LAmax

Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 01_B - Zomereik 44 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 28,9 16,7 16,8 28,9 68,1

Avond 28,9 16,7 16,8 28,9 68,1

Nacht 28,9 16,7 16,8 28,9 68,1


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 02_A - Zomereik 46 - voorgevel Maximaal geluid

Omschrijving Zomereik 46 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 30,9 19,1 19,1 30,9 67,3

Avond 30,9 19,1 19,1 30,9 67,3

Nacht 30,9 19,1 19,1 30,9 67,3


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 02_B - Zomereik 46 - voorgevel Maximaal geluid


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 38,7 25,1 25,1 38,7 67,3

Avond 38,7 25,1 25,1 38,7 67,3

Nacht 38,7 25,1 25,1 38,7 67,3


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32




Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 31,3 19,4 19,4 31,3 67,2

Avond 31,3 19,4 19,4 31,3 67,2

Nacht 31,3 19,4 19,4 31,3 67,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32




Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 39,4 25,7 25,7 39,4 67,2

Avond 39,4 25,7 25,7 39,4 67,2

Nacht 39,4 25,7 25,7 39,4 67,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32




Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 42,1 28,1 28,2 42,1 66,1

Avond 42,1 28,1 28,2 42,1 66,1

Nacht 42,1 28,1 28,2 42,1 66,1


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32




Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 43,0 29,0 29,0 43,0 66,2

Avond 43,0 29,0 29,0 43,0 66,2

Nacht 43,0 29,0 29,0 43,0 66,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 05_A - Bosseweg 41 - achtergevel Maximaal geluid

Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 49,7 35,1 35,1 49,7 60,4

Avond 49,7 35,1 35,1 49,7 60,4

Nacht 49,7 35,1 35,1 49,7 60,4


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 05_B - Bosseweg 41 - achtergevel Maximaal geluid

Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 51,5 36,6 36,6 51,5 62,3

Avond 51,5 36,6 36,6 51,5 62,3

Nacht 51,5 36,6 36,6 51,5 62,3


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 06_A - Oranjestraat 106 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 40,7 26,2 26,2 40,7 69,7

Avond 40,7 26,2 26,2 40,7 69,7

Nacht 40,7 26,2 26,2 40,7 69,7


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 06_B - Oranjestraat 106 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 41,5 27,0 27,1 41,5 69,6

Avond 41,5 27,0 27,1 41,5 69,6

Nacht 41,5 27,0 27,1 41,5 69,6


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 07_A - Bosseweg 39 - voorgevel Maximaal geluid

Omschrijving Bosseweg 39 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 39,0 24,7 24,8 39,0 69,8

Avond 39,0 24,7 24,8 39,0 69,8

Nacht 39,0 24,7 24,8 39,0 69,8


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 07_B - Bosseweg 39 - voorgevel Maximaal geluid


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 39,9 25,6 25,7 39,9 69,7

Avond 39,9 25,6 25,7 39,9 69,7

Nacht 39,9 25,6 25,7 39,9 69,7


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 08_A - Bosseweg 37 - voorgevel Maximaal geluid


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 31,9 19,5 19,6 31,9 67,9

Avond 31,9 19,5 19,6 31,9 67,9

Nacht 31,9 19,5 19,6 31,9 67,9


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 08_B - Bosseweg 37 - voorgevel Maximaal geluid


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 36,4 22,8 23,0 36,4 67,9

Avond 36,4 22,8 23,0 36,4 67,9

Nacht 36,4 22,8 23,0 36,4 67,9


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 09_A - Bosseweg 41 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 49,4 34,8 34,8 49,4 63,4

Avond 49,4 34,8 34,8 49,4 63,4

Nacht 49,4 34,8 34,8 49,4 63,4


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 09_B - Bosseweg 41 - zijgevel Maximaal geluid

Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer (hoofdgroep)

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag 50,0 35,2 35,2 50,0 64,4

Avond 50,0 35,2 35,2 50,0 64,4

Nacht 50,0 35,2 35,2 50,0 64,4


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:37:32

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:

Exlan

Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Indirecte hinder Nee



03_B 04_A 04_B 05_A 05_B

Hoogte 1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

Dag 34 34 35 35 35

Avond 40 40 41 42 41

Nacht 37 37 38 38 38

Etmaal 47 47 48 48 48


5,00 1,50 5,00 1,50 5,00

36 34 35 28 30

42 40 41 34 37

39 37 38 31 33

49 47 48 41 43

06_A 06_B 07_A 07_B 08_A


1,50 5,00 1,50 5,00 1,50

36 37 36 37 35

43 43 43 43 42

39 40 39 40 38

49 50 49 50 48

08_B 09_A 09_B


5,00 1,50 5,00

36 32 34

42 39 41

39 35 37

49 45 47


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:59:25

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron 01_A PA1 - IH PA2 - IH TC1 - IH

Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 01_A - Zomereik 44 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag 33,6 27,5 26,5 31,0

Avond 39,9 33,8 32,8 37,4

Nacht 36,6 32,6 28,6 33,2

Etmaal 46,6 42,6 38,6 43,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03

Akoestisch onderzoek Bosseweg 45 - Best Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron 01_B PA1 - IH PA2 - IH TC1 - IH

Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 01_B - Zomereik 44 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Zomereik 44 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -169,6 27,9 26,9 31,4

Avond -169,6 34,3 33,3 37,8

Nacht -169,6 33,0 29,0 33,5

Etmaal -159,6 43,0 39,0 43,5


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 02_A - Zomereik 46 - voorgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Zomereik 46 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -167,6 28,4 27,3 32,2

Avond -167,6 34,8 33,6 38,6

Nacht -167,6 33,6 29,4 34,3

Etmaal -157,6 43,6 39,4 44,3


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 02_B - Zomereik 46 - voorgevel Indirecte hinder Nee


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -159,9 29,3 28,3 33,0

Avond -159,9 35,7 34,6 39,3

Nacht -159,9 34,4 30,4 35,1

Etmaal -149,9 44,4 40,4 45,1


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03




Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -167,2 28,4 27,1 32,1

Avond -167,2 34,7 33,4 38,5

Nacht -167,2 33,5 29,2 34,2

Etmaal -157,2 43,5 39,2 44,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03




Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -159,3 29,5 28,3 33,0

Avond -159,3 35,8 34,6 39,4

Nacht -159,3 34,6 30,4 35,2

Etmaal -149,3 44,6 40,4 45,2


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03




Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -156,5 27,5 26,2 31,4

Avond -156,5 33,8 32,6 37,8

Nacht -156,5 32,6 28,3 33,5

Etmaal -146,5 42,6 38,3 43,5


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03




Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -155,6 28,7 27,6 32,3

Avond -155,6 35,1 34,0 38,7

Nacht -155,6 33,8 29,7 34,4

Etmaal -145,6 43,8 39,7 44,4


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 05_A - Bosseweg 41 - achtergevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -149,0 21,9 20,9 25,4

Avond -149,0 28,3 27,3 31,8

Nacht -149,0 27,0 23,0 27,5

Etmaal -139,0 37,0 33,0 37,5


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 05_B - Bosseweg 41 - achtergevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Bosseweg 41 - achtergevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -147,3 24,3 23,3 27,6

Avond -147,3 30,7 29,7 34,0

Nacht -147,3 29,4 25,4 29,7

Etmaal -137,3 39,4 35,4 39,7


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 06_A - Oranjestraat 106 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -158,1 30,2 28,9 34,0

Avond -158,1 36,5 35,3 40,4

Nacht -158,1 35,3 31,0 36,1

Etmaal -148,1 45,3 41,0 46,1


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 06_B - Oranjestraat 106 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Oranjestraat 106 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -157,2 30,8 29,7 34,5

Avond -157,2 37,2 36,1 40,9

Nacht -157,2 35,9 31,8 36,6

Etmaal -147,2 45,9 41,8 46,6


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 07_A - Bosseweg 39 - voorgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Bosseweg 39 - voorgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -159,7 30,0 28,8 34,0

Avond -159,7 36,3 35,2 40,3

Nacht -159,7 35,1 30,9 36,1

Etmaal -149,7 45,1 40,9 46,1


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 07_B - Bosseweg 39 - voorgevel Indirecte hinder Nee


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -158,8 30,8 29,6 34,5

Avond -158,8 37,1 36,0 40,9

Nacht -158,8 35,9 31,7 36,6

Etmaal -148,8 45,9 41,7 46,6


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 08_A - Bosseweg 37 - voorgevel Indirecte hinder Nee


Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -166,7 29,1 27,9 33,2

Avond -166,7 35,4 34,2 39,5

Nacht -166,7 34,2 30,0 35,3

Etmaal -156,7 44,2 40,0 45,3


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 08_B - Bosseweg 37 - voorgevel Indirecte hinder Nee


Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -162,2 29,8 28,7 33,7

Avond -162,2 36,2 35,1 40,1

Nacht -162,2 34,9 30,8 35,8

Etmaal -152,2 44,9 40,8 45,8


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 09_A - Bosseweg 41 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 1,50 0,75 0,75 1,00

Dag -149,4 26,3 25,3 29,9

Avond -149,4 32,6 31,6 36,3

Nacht -149,4 31,4 27,4 32,0

Etmaal -139,4 41,4 37,4 42,0


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03


Exlan Resultatentabel Maart 2015 - versie 1 09_B - Bosseweg 41 - zijgevel Indirecte hinder Nee

Omschrijving Bosseweg 41 - zijgevel Personenauto woon-/werkverkeer Personenauto bezoekers-/priveverkeer Touringcar woon-/werkverkeer

Hoogte 5,00 0,75 0,75 1,00

Dag -148,8 28,1 27,1 31,6

Avond -148,8 34,5 33,5 38,0

Nacht -148,8 33,2 29,3 33,7

Etmaal -138,8 43,2 39,3 43,7


Geomilieu V2.61

11-03-2015 09:38:03

BIJLAGE 5 TEKENINGEN

A

B

C

D

E

F

G

H

0

2

3

4

5

6

7

KELDER bestaand overige gebruiksfunctie

1

8

9

10

11

12

13

14

15

16

A

B

C

D

E

F

G

H

0

2

3

4

5

6

7

8

9

BEGANE GROND bestaand huidige functie = kantoorfunctie

1

10

11

12

13

14

15

16

A

B

C

D

E

F

G

H

0

2

3

4

5

6

7

8

9

EERSTE VERDIEPING bestaand huidige functie = kantoorfunctie

1

10

11

12

13

14

15

16

A

B

C

D

E

F

G

H

0

2

3

4

5

6

7

8

9

TWEEDE VERDIEPING bestaand huidige functie = kantoorfunctie

1

10

11

12

13

14

15

16

A

B

C

D

E

F

G

H

0

2

3

4

5

6

7

8

9

DERDE VERDIEPING bestaand huidige functie = kantoorfunctie

1

10

11

12

13

14

15

16

0

1

2

3

5

6

7

8

VOORGEVEL bestaand /blijft

4

9

11

12

ongewijzigd

10

13

14

15

16

H

G

E

D

C

B

LINKER ZIJGEVEL bestaand /blijft ongewijzigd

F

A

A

C

RECHTERGEVEL bestaand /blijft

B

E

F

ongewijzigd

D

G

H

16

15

13

12

11

10

ACHTERGE VEL bestaand /blijft

14

8

7

6

ongewijzigd

9

5

4

3

2

1

0

P

Voor aanvang van de werkzaamheden m.b.t. de brandmeld-, en ontruimingsinstallatie een PvE ter goedkeuring te overleggen met de afdeling Veiligheid en Handhaving van de gemeente Best

- brandmeldinstallatie (BMI) volgen opgave adviseur installaties omvang van de bewaking, volledig met doormelding, volgens NEN 2535 - ontruimingalarminstallatie (OAI) volgens opgave adviseur installaties conform de NEN 2575

VLUCHTWEGAANDUIDINGEN, NOODVERLICHTINGEN, ALARMINSTALLATIES, BRANDMELDERS VOLGENS OPGAVE INSTALLATIE-ADVISEUR

bestaande compartimentering handhaven (GO brandcompartiment logiefunctie < 500m2 elke verdieping uit te voeren als brand compartiment) de beide trappenhuizen uitgevoerd als extra beschermde vluchtroute

beschermd subbrandcompartiment (te realiseren voor elk logiesverblijf afzonderlijk) 30 min. WBDBO

gebruiksgebied dat wordt gewijzigd van kantoor naar logiesfunctie 60 min. WBDBO

zelfsluitende deur

30 minuten WBDBO

60 minuten WBDBO

handmelder

deur in vluchtweg zonder los voorwerp om te openen elk logiesverblijf van binnenuit zonder los voorwerp te openen

ruimte voorzien van noodverlichting 1 lux op vloer in gehele ruimte plaats en aantal volgens opgave installateur

noodverlichting volgens opgave adviseur installaties d.d. aanduiding directe toegang naar buitenlucht transparantverlichte vluchtroute aanduiding conform NEN 6088 slagboom

13

15 16 17 14

ni

5

brandslanghaspel met aangegeven lengte, diameter 3/4"

21 ju 4

9 10 11

ber cem 21 de

20 m'

3

3/4"

2

BRANDVEILIGHEID

1

Z

21 22 23 20

21 juni

21 dece mber

8

19

7

W N

O

SITUATIE

SCHAAL 1:500 GEMEENTE BEST BOSSEWEG 45

kadastrale gegevens zijn indicatief exacte maatvoeringen moeten in het werk worden bepaald

A

B

C

D

E

F

G

5350

13400

350

1800

1800

1800

H

6200

6990

5560

1800

3600

1800

5400

400

0

2675

1

1800

2

1800

3

1800

4

1800

5

1800

6

18000

KELDER nieuw overige gebruiksfunctie

1050

3375 1800

7

1800

8

1800

34725

9

1800

10

1800

11

1800

12

1800

13

1800

14

1800

13350

15

lift

5400

16

400

A

B

C

D

E

F

G

5350

13400

350

1800

1800

1800

1800

3600

1800

5400

6200

6990

5560

1

badruimte

3

P

4

(2-personen)

2

logiesverblijf

badruimte

rm

(2-personen)

rm

P

rm

logiesverblijf

badruimte

P

5

rm

P

1800

badruimte

(2-personen)

1800

logiesverblijf

rm

1800

(1 a 2 personen)

1800

logiesverblijf

1800

6

1800

7

rm

P

8

(2-personen)

P

rm

1800

badruimte

logiesverblijf

conciërge

1800

34725

9

10

entree

rm

1800

badruimte

(2-personen)

logiesverblijf

1800

11

foyer

pantry

wastafels

toiletten

toilet

1800

12

1800

13

14

(2-personen)

logiesverblijf

badruimte

receptie

toilet

miva toilet

toilet

1800

BEGANE GROND nieuw aanpassing gebruiksfunctie logiesfunctie

0

2675

18000

nieuw te plaatsen brandmeldpaneel

H

1050

3375

20

400

20

rm

P

rm

1800

13350

15

rm

rm

lift

badruimte

P

P

badruimte

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

5400

16

400

A

B

C

D

E

F

G

5350

13400

350

1800

1800

1800

1800

3600

1800

5400

6200

6990

5560

H

0

2675

1

P

3

4

(1 a 2 personen)

2

logiesverblijf

rm

(1 a 2 personen)

rm

P

rm

P

rm

logiesverblijf

P

rm

(1 a 2 personen)

1800

logiesverblijf

1800

(1 a 2 personen)

1800

logiesverblijf

1800

5

1800

rm

6

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

P

P

rm

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

1800

18000

7

P

8

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

P

(1 a 2 personen)

rm

rm

1800

logiesverblijf

1800

34725

9

1800

10

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

rm

P

P

rm

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

1800

11

toilet

rm

P

rm

12

(1 a 2 personen)

13

pantry

wastafels

toiletten

toilet

1800

logiesverblijf

schacht

toilet

1800

EERSTE VERDIEPING nieuw aanpassing gebruiksfunctie logiesfunctie

1050

3375

20

400

rm

1800

13350

14

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

rm

P

1800

20

15

P

lift

rm

douche

douche

douche badruimte

(2-personen)

logiesverblijf

pantry

douche

5400

16

400

A

B

C

D

E

F

G

5350

13400

350

1800

1800

1800

1800

3600

1800

5400

6200

6990

5560

H

0

2675

1

P

3

rm

4

(1 a 2 personen)

2

logiesverblijf

rm

P

(1 a 2 personen)

P

P

rm

logiesverblijf

rm

rm

(1 a 2 personen)

1800

logiesverblijf

1800

(1 a 2 personen)

1800

logiesverblijf

1800

5

1800

rm

6

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

P

P

rm

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

1800

18000

7

8

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

P

P

(1 a 2 personen)

rm

rm

1800

logiesverblijf

1800

34725

9

1800

10

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

P

P

rm

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

1800

11

rm

toilet

rm

P

rm

(1 a 2 personen)

12

13

pantry

wastafels

toiletten

toilet

1800

logiesverblijf

schacht

toilet

1800

TWEEDE VERDIEPING nieuw aanpassing gebruiksfunctie logiesfunctie

1050

3375

20

400

rm

1800

13350

14

(1 a 2 personen)

logiesverblijf

rm

P

1800

20

15

P

lift

rm

douche

douche

douche badruimte

(2-personen)

logiesverblijf

pantry

douche

5400

16

400

A

B

C

D

E

F

5350

13400

350

1800

1800

1800

1800

3600

1800

5400

6200

6990

5560

1

2

3

4

(1 a 2 personen)

rm

(1 a 2 personen)

P

logiesverblijf

rm

rm

cv ruimte

1800

logiesverblijf

P

P

(1 a 2 personen) rm

1800

5

1800

6

1800

7

1800

8

max 99 personen

kantine

luchtbehandeling

1800

34725

9

1800

10

1800

11

schacht

toilet

1800

DERDE VERDIEPING nieuw aanpassing gebruiksfunctie logiesfunctie

0

1800

logiesverblijf

1800

18000

900

G

2675

20

400

toilet

12

keuken

max. 99 pers.

H

1050

3375

rm

13

douche

wastafels

toiletten

toilet

1800

1800

20

14

berging

werkkast

15

liftmachine

rm

1800

13350

P

lift

rm

douche

douche

douche badruimte

(2-personen)

logiesverblijf

pantry

douche

5400

16

400

BIJLAGE 6 VERSLAG INFORMATIEVE BIJEENKOMST ABAB-PAND

Notulen informatieve bijeenkomst over aanvraag ombouw ABAB-pand Aaldert van der Vlies raadslid ChristenUnie (Initiatiefnemer voor het organiseren van deze bijeenkomst) opent met het geven van een korte toelichting: De heren Van Genugten hadden vragen openstaan vanuit de buurt, waarop ze nog antwoord wilden geven, echter hadden ze moeite met hoe dat te organiseren. Aaldert heeft hun aangeboden daarbij te willen ondersteunen, van dat aanbod maken ze graag gebruik. Gezien de korte tijd nog beschikbaar voor de feestdagen heeft hij gekozen voor het informeren van de buurtvereninging enerzijds en een aankondiging in Groeiend Best anderzijds, daarmee heeft iedere inwoner in ieder geval de mogelijkheid gehad kennis te nemen van het plaatsvinden van deze bijeenkomst. Aaldert geeft aan het jammer te vinden dat betrokkenen niet eerder op de hoogte konden worden gesteld. Doelstelling van deze bijeenkomst is de buurt door de heren van Genugten te laten informeren, daartoe zal door Antoon van Genugten eerst een presentatie worden gegeven, gevolgd door een rondleiding door het gebouw, waarna de aanwezigen vragen kunnen stellen. Het is essentieel, dat voordat de raad besluiten gaat nemen, eerst de betrokkenen op de hoogte worden gesteld! Uitzendburo Pollux (zendt 800 – 1000 uitzendkrachten uit in de wijde regio) is vertegenwoordigd door 2 personen: de directeur/eigenaar en het hoofd huisvesting. Aaldert zal fungeren als gespreksleider, daarbij wil hij de ChristenUnie visie toepassen: verbinding maken/bruggen bouwen. Vanuit de belangstellende komt de dringende vraag om notulen te schrijven van deze bijeenkomst, het aanwezige burgerlid van de ChristenUnie zegt toe dat op zich nemen. Informatie verstrekt door Toon van Genugten. Hij en zijn neef Antoon hebben geen brug naar de bewoners, ze zijn daarom blij met de door Aaldert aangeboden ondersteuning. Er verblijven nu 700 tot 800 Poolse mensen in Best, deze werknemers dragen bij aan de Brabantse economie. Ze komen op onze aanvraag en verdienen daarom redelijke woonruimte, daarin zou de bestemmingswijziging/aanpassing van het ABAB-gebouw kunnen bijdragen. De crisis- en herstelwet (nieuw beleid) biedt mogelijkheden op basis waarvan nu een vergunning is aangevraagd. In tegenstelling tot wat in Groeiend Best was vermeld, willen ze afspraken wel degelijk nakomen. Het gebouw staat niet in een woonwijk en wordt daarom geschikt geacht voor ombouw, waarbij voldaan zal worden aan de nieuwste eisen. Polen zullen tijdelijk in het gebouw verblijven: veelal 3 of 6 maanden. Verdere toelichting wordt gegeven door Henriette Petersen van Pollux. Ze zenden 800 tot 1000 uitzendkrachten uit in hun werkgebied, deze worden vooral in Polen geworven. Ingezet wordt op respect, betrouwbaarheid, grensverlegging, daarvoor wordt scholing aangeboden. Huisvesting geschiedt voornamelijk kleinschalig in woonwijken, maar beheersing van overlast is moeilijk en kostbaar. Daarom wil Pollux liefst daarmee stoppen en nu inzetten op grootschalige huisvesting: voorbeelden van de omvang daarvan 1x 25 personen, 1x 80 personen en 1 met 160 – 220 personen. In dit soort situaties geldt dat er een concierge/beheerder is van Pollux en een beheerder aangesteld door de gebouw eigenaar. Deze houden permanent toezicht door middel van camera ’s en toegangskontrole, in geval van calamiteiten kan direkt worden ingegrepen. Tevens worden recreatie mogelijkheden aangeboden. Er zijn met de politie/wijkagent In Roosendaal beleidsafspraken gemaakt en er

vindt maandelijks overleg plaats. Voor 112 is een ‘zaaknummer’ uitgegeven, waarmee direkte toegang beschikbaar is. Ook voor Best zou iets dergelijks gestart kunnen worden. In geval de omwonenden overlast ervaren kunnen ze dat bij Pollux melden, dat wordt dan direkt aangepakt. Rondleiding door Toon van Genugten (slechts beperkt gebruik van gemaakt). Er komt een centrale keuken, de kelder zal voor recreatie worden ingericht. Voor 60 -65 migranten in de leeftijd van 30 – 35 jaar komt er plek, met een uitloop tot max. 75. Daarbinnen is ook plek voor gezinnen. Op een vraag ivm woningnood of er ook plaats is voor anderen luidt het antwoord nee. Totale doorlooptijd van vergunning t/m verbouw wordt geschat op ca. 1 jaar. Alternatief gebruik van het gebouw, zou hotel kunnen zijn, bij COA bestaat geen interesse en Antoon gaat daar ook niet voor. Vragen en antwoorden tijdens de bespreking (waarbij Antoon van Genugten ook aanwezig is) Op de tekeningen die aan de wand hangen worden aantallen personen genoemd, alles opgeteld zou dat 300 worden, hoe zit dat? De architect, die ook aanwezig is, gaat tellen en meldt als uitkomst 39 kamers voor maximaal 74 personen. Dat is ook beheerstechnisch het maximale. De 300 personen betreft het maximale aantal personen dat op enig moment in het gebouw aanwezig mag zijn volgens de brandweer voorschriften. Waarom deze bestemming en niet zorgcentrum? Mensen die in een zorgcentrum verblijven willen in het centrum wonen en dit pand ligt (te) ver van het centrum. Dit pand ligt in de woonwijk Salderes (meegedeeld tijdens de discussie op het gemeentehuis), grootschalig wonen zou daar NIET passen. Dit is de beste locatie, ligt aan de rand van de wijk Bij wie aankloppen in geval van calamiteiten? Primair bij de politie, Pollux zou ook kunnen. Opmerking: aanrijtijd van de politie zal in de toekomst relatief lang zijn: 45 minuten. Bewoners zijn bang voor overlast en voor waardevermindering van hun woning (schatting 20 – 25%), gerefereerd wordt aan de ervaren overlast van de Moro-villa. Hoe kunnen deze angsten worden weggenomen? Pollux stelt voor elders te gaan kijken en daar met de omwonenden in gesprek te gaan om hun ervaringen te vernemen. Hoe is de verdere procedure rond de aanvraag (ingediend 10 of 11 november)? Op de lopende vragen zal de gemeente vermoedelijk in januari antwoorden. Of het college hierover zelfstandig een besluit zal nemen zonder de raad te raadplegen bestaat geen zekerheid. Aaldert verwacht dat de wethouder dat NIET zal doen. Is het IBC-kantoor een mogelijk alternatief? Toon heeft daarin geen belangen.

Afsluiting door Aaldert Dankt alle aanwezigen voor de belangstelling en de goede sfeer. Zegt toe zsm (in ieder geval vóór de behandeling in de raad) een afspraak te zullen maken om de bewoners van Salderes in staat te stellen elders te gaan kijken naar grootschalige opvang en met omwonenden daarvan te praten en zegt verder toe dat de notulen binnen 14 dagen op de site van de ChristenUnie gepubliceerd zullen worden. Antoon wenst een ieder goede kerstdagen.

Opsteller: Bert Kamps Burgerlid ChristenUnie

BIJLAGE 7 VERSLAG, BEZOEK HUISVESTINGSLOCATIES POLLUX.

Rondleiding gegeven door Pollux aan omwonenden van de ABAB locatie in Best. Om een goede indruk te geven van de manier waarop Pollux haar medewerkers wenst te huisvesten heeft Pollux een rondleiding gegeven op twee locaties te weten in Bergen op Zoom en in Hoeven. De locatie in Bergen op Zoom biedt woonruimte aan 24 medewerkers en de locatie in Hoeven biedt woonruimte aan minimaal 160 en maximaal 220 medewerkers. Omwonenden zijn ontvangen op kantoor van Pollux met koffie en gebak. Ten tijde van de ontvangst heeft Pollux het filmpje laten zien die nieuwe medewerkers ook te zien krijgen wanneer zij via Pollux aan het werk gaan. Nadien heeft Pollux het kantoorpand laten zien en vervolgens zijn alle genodigden gezamenlijk naar Bergen op Zoom gereden. De eigenaar van de Job Lodge heeft nog een korte introductie gehouden en heeft vervolgens de accommodatie aan iedereen laten zien, te weten de slaapkamers, de algemene ruimte en de keuken. Vervolgens zijn wij verder gereden naar Hoeven, locatie de Olmen alwaar de beheerders ons ontvingen. Omdat er op dit moment renovatiewerkzaamheden worden uitgevoerd was het niet mogelijk het gehele complex te laten zien. Om toch een goede indruk te kunnen geven zijn een aantal kamers die al gerenoveerd waren en de ruimten om de diverse complexen bezocht. Gezien alles er op dezelfde wijze u komt te zien als hetgeen als was gerenoveerd gaf dit een goede impressie van de wijze waarop de werknemers van Pollux worden gehuisvest. De omwonenden waren erg te spreken over de rondleiding, zijn naar onze beleving iets positiever gestemd en hebben ons gevraagd of zij betrokken konden worden in de ontwikkelingsplannen, althans de inrichting van het ABAB kantoorpand.

MOTIVERING IN HET KADER VAN EEN GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING: TRANSFORMATIE VOORMALIG ABAB-KANTOOR. Opdracht: Van Genugten & Van Genugten

Recommend Documents