monumentenroute
Westzaan
Het verleden wordt weer heden Westzaan is een parel aan de kroon. Daarmee doel ik op de prachtige lintbebouwing met de talloze monumentale panden. En niet te vergeten het gebied rondom ‘t Reght Huys.Westzaan heeft een rijke historie en het dorp straalt dat ook uit. Toch is deze 'parel' misschien nog wel wat onbekend. De monumentenroute Westzaan is een middel om het 'onbekende' bij de bezoekers van Zaanstad 'bekend' te maken. En bemind. De monumentenroute is niet alleen een simpele wegwijzer voor de fietsende bezoeker. De fietsroute is meer dan dat. De monumentenroute Westzaan vertelt het verleden van Westzaan door middel van beschrijvingen en foto´s. Daardoor komt de historie tot leven. De gemeente Zaanstad vindt het belangrijk om ons gemeentelijk monumentenbezit meer aandacht en bekendheid te geven. Natuurlijk is Zaanstad met zijn Zaanse Schans één van de meest bezochte toeristenplaatsen in Noord-Holland. Maar er is veel meer in Zaanstad dat aandacht verdient. Plaatsen en gebieden die verstoken blijven van toeristen. Dat is jammer. De gemeente Zaanstad heeft daarom besloten folders met monumentenroutes uit te geven. Eerder verschenen de routes Krommenie en Zaan-Noord. Westzaan is de derde in deze serie. Ik ben er van overtuigd dat deze route zowel voor de bezoekers van Zaanstad, maar ook voor Zaankanters, een verrassingspakket is.Verborgen schoonheid krijgt in deze folder een gezicht en een verhaal.
De wethouder voor Monumentenzorg van Zaanstad,
Harm Jan Egberts
2
G Start: voorzijde van ‘t Reght Huys aan de Kerkbuurt, gelegen in beschermd dorpsgezicht Westzaan. Kerkbuurt 35 't Reght Huys, voorm. gemeentehuis Westzaan
zinnebeelden Het wapen van Westzaan boven de ingang is afgebeeld tussen de zinnebeelden van Wijsheid,Voorzichtigheid en Onpartijdigheid (rechts) en Goed Bestuur en de Veilige Bewaring van de Goederen der Wezen (links). Boven de toegangsdeur bevindt zich het volgende Latijnse opschrift: "SVVM CVIQVE DARE HIC OPVS ATQVE LABOR" (aan ieder het zijne te geven, is hier het werken en streven). De grote hoofdletters uit de spreuk vormen het jaartal 1782, het jaar waarin men met de bouw, die echter geregeld werd onderbroken, hoopte klaar te zijn. In de rechtszaal (de latere raadszaal) op de eerste verdieping is boven de schouw een niet-geblinddoekte Vrouwe Justitia zichtbaar. Langs de wanden zijn verschillende gebeeldhouwde zinnebeeldige voorstellingen aangebracht. Links van de schoorsteen Vrijheid, rechts Bestraffing. Links van de hoofddeur Godsdienst, rechts daarvan Rechtsgeleerdheid.Aan de zuiden noordgevel zijn de verbeeldingen van Eendracht en Wijsheid zichtbaar. Het paneel boven de hoofddeur stelt Minerva voor, de Romeinse godin van Wijsheid, Kunsten,Wetenschappen en Handwerken, en Justinianus, de keizer van het Byzantijnse rijk, die de voorschriften van het Romeinse Recht opnam in wetboeken.
1783
A
Dit gebouw werd in de periode 1781-'83 gebouwd.Tot 1816 deed het vervolgens dienst als rechthuis van de Banne Westzaan. Deze omvatte sedert de Middeleeuwen alle dorpen aan de westelijke Zaanoever (behalve Assendelft), met Westzaan als oudste dorp. Het was ook het bestuurscentrum. Na de opheffing van de Banne in 1816, kwam in 1820 het gebouw in gebruik bij de nieuwe gemeente Westzaan. Sinds Westzaan in 1974 opging in de gemeente Zaanstad is het oude gemeentehuis in gebruik als hulpsecretarie en als vergaderlocatie voor de wijkraad. Het pand is uiteindelijk in handen gekomen van de Stichting ‘t Reght Huys, nadat het voor één gulden was aangekocht van de gemeente Zaanstad. Het monumentale gebouw is door sponsoring van het bedrijfsleven en door de inzet van vrijwilligers in 1997 volledig gerestaureerd. ‘t Reght Huys is ontworpen door de toenmalige stadsbouwmeester van de gemeente Amsterdam: J.S. Creutz. Het gebouw werd neergezet in de tijd van het opkomend classicisme. Zowel in- als exterieur ademen dan ook de Lodewijk XVIstijl. Deze classicistische stijl vormt een opmerkelijk contrast met de meer barokke vormen van de naastgelegen Grote Kerk. Dominerend is het middengedeelte van de entreepartij met vier twee aan twee gekoppelde ionische zuilen en een fronton (driehoekige versiering) boven de ingang met het wapen van de Banne Westzaan. Boven de colonnade (zuilenrij) bevindt zich een open koepeltorentje getooid door een verguld koperen zon, pijlbundels en bijlen. De zon geeft aan dat het in het rechthuis gesproken recht het volle daglicht moest kunnen doorstaan. In het gebouw zelf hangen ook de wapens van Westzaan,Westzaandam, Zaandijk, Wormerveer en Koog a/d Zaan. In de IJkkamer zijn werken te zien van de bekende Westzaanse kunstschilders Willem en Chris Jansen. Het gebouw is waarschijnlijk het derde rechthuis in Westzaan.Aangenomen wordt dat het eerste in februari 1574, toen de Spanjaarden tijdens de tachtigjarige oorlog Westzaan platbrandden, niet gespaard is gebleven. Het tweede rechthuis werd in 1641 gebouwd. Dat hier zo lang mee werd gewacht hangt samen met de niet al te florissante economische gesteldheid van het dorp in het begin van de 17de eeuw. Het werd zo goedkoop mogelijk gebouwd. Dat dit ten koste van de kwaliteit ging moge blijken uit het feit dat men reeds in 1770 besprekingen begon over vervanging van het vervallen gebouw. Het huidige rechthuis is in trek als trouwgelegenheid en vergaderplaats. Het dorpscontact, de historische vereniging en het bestuur van de Westzaanse Gemeenschap maken graag gebruik van dit bijzondere gebouw. architect Johannes Samuel Creutz,Amsterdam status rijksmonument
G Ten westen van ‘t Reght Huys staat een kerkgebouw. Daar kunt u omheen wandelen. K e r k b u u r t 3 7 / To r e n s t r a a t 1 G r o t e K e r k 1741
B
Sinds het ontstaan van Westzaan in 950 n. Chr. hebben hier waarschijnlijk drie eerdere kerken gestaan. Bekend is de St. Joriskerk uit ca. 1300. Deze gotische kerk werd in 1574 tijdens de tachtigjarige oorlog verwoest door de Spanjaarden. De nog aanwezige fundamenten reiken tot ´t Reght Huys. In 1580 werd op de ruïne een nieuwe houten kerk gebouwd. In 1741 is deze vervangen door het huidige gebouw. 3
wapen van Westzaan De halsgevel aan de oostkant heeft een gebeeldhouwde natuurstenen Lodewijk XIV-omlijsting, met tussen twee palmtakken het gekroonde wapen van Westzaan. Dit grote wapen kan verklaard worden uit de machtsstructuren van de 17de en 18de eeuw. Westzaan was hoofddorp en bestuurszetel van de Banne Westzaan. Langzaam werd Westzaan overvleugeld door Zaandam, Koog, Zaandijk en Wormerveer.Toen in de 18de eeuw de economie opbloeide, wist het dorp de oude macht te herstellen. Ondanks de grote weerstand van de andere dorpen lukte het de rechten van de Banne Westzaan te kopen van de Staten van Holland.Westzaan overheerste de Banne weer.Als symbool van deze macht werd de grote afbeelding van het gemeentewapen op de oostmuur van de kerk geplaatst. Het Westzijderveld was nog onbebouwd, dus vanuit de andere dorpen was het wapen bij helder weer te zien. Zo liet Westzaan dus zien wie de baas was. Lang heeft de herstelde macht van Westzaan niet geduurd, het verzet van de andere dorpen werd al snel te sterk.
Op 1 januari 1843 om half zes in de morgen stortte de toren in. Oorzaak was waarschijnlijk de verlaging van het polderpeil, waardoor de fundering werd aangetast. De woning van tuindersfamilie Henneman werd verwoest; vader, moeder, hun vijf kinderen en de knecht kwamen om het leven. De drie dochters (12, 10 en 7) werden pas op 29 januari gevonden. De ruïne trok veel belangstellenden. Er was sprake van 20.000 ramptoeristen. In 1866 werd, na een actie onder de burgerij, aan de kerk een orgel aangeboden (ontwerp Flaes en Brünjes,Amsterdam). Dit orgel is in 2000’01 gerestaureerd. Nadat in de periode 1920-'40 enkele gedeeltelijke restauraties werden uitgevoerd, is de kerk in de periode 1967-'70 geheel gerestaureerd (restauratiearchitect Jaap Schipper, Zaandam). Daarbij werd ook de 18de-eeuwse inrichting gewijzigd.Terwille van een grotere bruikbaarheid van de kerk werden de in de zijbeuken opgestelde kerkbanken verwijderd en verkocht.Tevens is tussen de zuid- en westbeuk van de kerk een nieuwe vergaderruimte aangebouwd. In de noordbeuk is de archeologische collectie van de Stichting Westzaanse Bodemvondsten Kok-Voogt ondergebracht (open elke eerste zaterdag v/d maand tussen mei en augustus, 14.00-16.00 uur). Het koororgel is in 1978 aangekocht uit de gesloopte Nederlands Hervormde kerk aan het Hazepad te Zaandam. Het oorspronkelijke bouwjaar van het orgel is 1956. De gebruikte onderdelen zijn echter van oudere datum. De vier kaarsenkronen en de overige koperen interieurstukken zijn 17de-eeuws en stammen uit de oude houten kerk. De preekstoel en de lezenaar van de voorzanger zijn 18de-eeuws. Onder de preekstoel bevindt zich een pelikaan met jongen, een oud-christelijk symbool.Tegelijk met de kerk is de consistoriekamer gebouwd tussen de noorden westbeuk van de kerk. Hierin zijn ondermeer de platen aanwezig van de toren van vóór en na de val in 1843. De afmetingen van de toren zijn terug te vinden in het in 1970 aangelegde plein voor de ingang van de kerk. De volledige kap is tussen 1999 en 2002 met rijkssubsidie gerestaureerd. architect Jan van der Streng,Amsterdam status rijksmonument
GSta met uw rug naar de voordeur van het rechthuis. Direct links op de hoek staat de voorm. pastorie van de Ned. Herv. kerk (Kerkbuurt 30; 30a). Dit stenen pand is gelijk met de kerk gebouwd (1741) en heeft tot 1960 dienst gedaan als pastorie (status rijksmonument). Vanwege de zeer geringe afstanden in het begin wordt u aangeraden het eerste gedeelte van de route te lopen en pas later te fietsen. U loopt de Kerkbuurt in (de straat recht voor het raadhuis). U ziet twee tegenover elkaar gelegen houten woonhuizen: rechts het groene nr. 25 (vóór 1740, restauratie in 1980) en links het grijze nr. 26. Het stenen, beige pand rechts op nr. 19 is de oude hoofdonderwijzerswoning (1872), gebouwd in waterstaatsstijl (status drie rijksmonumenten). Kerkbuurt 15 houten woonhuis
olieslager Adriaan Tip Tot zijn bezittingen behoorden ondermeer de dubbele oliemolen 'de Roggebloem' in het midden van het dorp en het achter Kerkbuurt 15 gelegen pakhuis, ingericht als patentoliefabriek. 4
begin 18de eeuw
C
Hier was in de 18de eeuw een bierstekerij gevestigd. Biersteek is een inhoudsmaat. Bierstekers verkochten het van de brouwerij afkomstige bier door. Olieslager Adriaan Tip werd in 1794 eigenaar van dit pand. In 1851 kwam het pand in handen van Jan Buys Cornelisz. Deze stamde uit een doopsgezinde familie (houtzagers). Cornelisz volgde zijn vader in het bedrijf op, waar gezaagd werd met de molens 'de Besjes Tasch' (Korte Reef) en 'de Olyphant' (Watermolenpad). In 1870 raakte hij in financiële moeilijkheden. De houtzagerij 'oude stijl' had last van de stoommachine, de concurrentie uit het buitenland en de minder gunstige ligging van Westzaan. Faillissement volgde. De beide molens werden verkocht, alsmede het huis in de Kerkbuurt. Het groen geschilderde huis had oorspronkelijk een zelfde gevel als het huis op nr. 11. De voor Westzaan afwijkende bovenbouw is in 1879 aangebracht. status rijksmonument
GHet groene, houten woonhuis op Kerkbuurt 11 (rechts) uit het begin van de 18de eeuw is vermoedelijk in de eerste helft van de 19de eeuw gemoderniseerd in de toen gangbare empire-stijl. Opvallend zijn de halsklokgevel en de ronde ruiten in het raamwerk op de hoeken (status rijksmonument). Op nr. 9 staat een 18de-eeuws woonhuis dat een eeuw later ingrijpend is verbouwd tot kantoor en drukkerij van de Firma Gebroeders de Jong. Let op de links naast het huis gelegen moerbeiboom, zeer oud en bijzonder zeldzaam voor deze streek. Direct aan de overzijde op nr. 6 staat een houten pand dat waarschijnlijk in 1891 is vergroot. In 1850 woonde hier Pieter Avis, fabrikant van vermicelli en macaroni. Rond 1870 is het in handen gekomen van de papierfabrikanten De Jong (status rijksmonument). Nu is het een woonhuis/atelier. Op nr. 2 ziet u een houten voorm. winkelwoonhuis (1899). Dit soort woningen was vroeger geschilderd in de Bentheimer-kleur, genoemd naar een soort zandsteen uit Duitsland. De staande voegen in de houten gevels moeten de indruk wekken van natuursteenblokken (status beeldbepalend pand). Aan de overzijde (hoek Watermolenstraat) staat een bronzen portretbuste van de Westzaanse kunstschilder Willem Jansen (beeldend kunstenaar Slavomir Miletic). Kerkbuurt 1 en 3 twee houten woonhuizen
1681
D
Deze panden waren oorspronkelijk in bezit van dezelfde eigenaar: Simon de Jager. Deze schepen en burgemeester en tevens vermogend koopman was in de 18de eeuw een invloedrijk man in Westzaan. Hij handelde in graan en bonen, fabriceerde snuiftabak met de molen 'de Besjes Tasch' en bezat voorts een deel van walvisvanger ’de Jager', waarvan hij directeur was. Nr. 1 is vanaf 1926 timmerwinkel geweest en is enkele jaren terug gerestaureerd en verbouwd tot woonhuis. Nr. 3 heeft tussen 1906 en 1920 als woning van huisarts Jac. Jansz.Vis dienst gedaan. Het is in 1926 verbouwd tot kruidenierswinkel van de Coöperatie.Toen is ook de winkelpui geplaatst. In 2003 wordt het oude winkelpand ingrijpend gerestaureerd en verbouwd tot woonhuis. status twee rijksmonumenten
GU gaat rechtdoor over de Weelbrug. Deze overspant de Weelsloot. Vanaf hier heet de weg J.J.Allanstraat. De straat is vernoemd naar Johannes Jacobus Al1an (1862-1933), ooit hoofdonderwijzer, ondernemer, wethouder en loco-burgemeester te Westzaan. Direct rechts liggen op een rijtje op de nrs. 471, 469 en 465 drie houten woonhuizen (status drie rijksmonumenten). Links op nr. 386 staat een houten woonhuis uit het midden van de 18de eeuw (status rijksmonument). Dit huis is in bezit van de familie Tip. Het volgende huis ligt iets terug: J.J. Allanstraat 384; 384a h o u t e n w o o n h u i s ca. 1740
E
Een huis achteraf, of in het Zaans:‘een end inverdan'. Vanaf 1741 woonde hier Cornelis Abrahamsz Relk, burgemeester van Westzaan en opdrachtgever van molen 'het Prinsenhof' (zie later). Relk benoemde Willem Bruygom Tip tot erfgenaam, onder voorwaarde dat deze zou handelen onder de naam Relk en Tip, samen met zijn zoon Cornelis, die de naam Relk zou moeten gaan voeren.Toen Relk in 1768 overleed werd Cornelis Relk Tip eigenaar van het woonhuis, de pelmolen en landerijen. status rijksmonument
J.J. Allanstraat 382 houten woonhuis
1744
F
In 1744 liet Cornelis de Jager dit huis bouwen op het erf van een in 1741 afgebrande woning. De Jager heeft hier gewoond tot zijn overlijden (1785). Ook onderwijzer J.J.Allan en de bekende kunstschildersfamilie Jansen hebben hier gewoond. status rijksmonument 5
GAan de overzijde, direct naast de drie eerder genoemde monumenten, ‘inverdan’, een vermaning: J.J. Allanstraat 463 voorm. doopsgezinde Noordervermaning
vermaningen Doopsgezinde bedehuizen werden zo genoemd vanwege de strenge geloofsregels en de voorganger met zijn bestraffende vingertje, een ‘vermaner’.
1695
G
Het houten gedeelte van de vermaning is gebouwd in 1695. De stenen voorgevel is in het midden van de 19de eeuw aangebouwd en vertoont een neo-gotische stijl met pinakels en spitsboogvensters. Het interieur ademt de sobere stijl van de doopsgezinden. Het gebouw is in oorsprong van de Waterlandse Doopsgezinde Gemeente. Doopsgezinden vormden in voorgaande eeuwen in Westzaan en de gehele Zaanstreek een bevolkingsgroep van grote, vooral economische betekenis. Zo stond er in het toch betrekkelijk kleine dorp ook nog een Zuidervermaning (zie verderop). Het gebouw is sinds 1962 in bezit van de Gereformeerde gemeente. status rijksmonument
GAan de linkerzijde van de weg staat in het achtergelegen veld een molen. Deze is bereikbaar via het Relkepad; het houten bord naast nr. 382 (‘NAAR DE MOLEN 6 minuten gaans’) wijst u de weg. Relkepad ( Westzijder veld) pelmolen 'het Prinsenhof'
pelmolens In pelmolens wordt rijst en gerst gepeld, waarbij de korrels van hun schil worden ontdaan. Pellen van voornamelijk gerstkorrels (maar ook rijst) is in de Zaanstreek altijd een bedrijfstak van betekenis geweest.Van de meer dan duizend windmolens in deze streek, waren circa 120 pelmolens, waarvan zes in Westzaan hebben gestaan. maaldagen april t/m sept: elke 2de zaterdag v/d maand (14.00-17.00 uur)
1722
H
Deze achtkante bovenkruier met stelling aan de Weelsloot is de grootste wiekendrager van de Zaanstreek en een van de laatste pelmolens in Nederland. De windbrief werd uitgereikt aan Cornelis Abrahamsz Relk en Dirk Claasz Groot, en was gedateerd 6 februari 1722. Relk en Groot worden ook genoemd bij de huizen J.J.Allanstraat 384 en 378. De molen is lange tijd (tot ca. 1890) voor het pellen in gebruik geweest, maar uiteindelijk werd de strijd met de stoomkracht verloren. Andere producties werden ter hand genomen, zoals het vermalen van doppen (na 1899) en het malen van zaagsel tot houtmeel als grondstof voor de fabricage van linoleum (sinds ca. 1920). In 1955 kwam de molen definitief tot stilstand. Pogingen van de Gebroeders Laan te Wormerveer - eigenaars van pellerij 'Mercurius' - het pellen te hervatten, zijn mislukt. In 1960 werd de molen geschonken aan de Vereniging De Zaansche Molen. Na de laatste restauratie in 1970-'72 is het initiatief genomen om weer gerst tot gort te gaan pellen. Gort was vroeger dagelijks voedsel. In 1978 heeft dit voor het eerst plaatsgevonden. De pelmolen wordt nu regelmatig in werking gesteld (zie kader). status rijksmonument
GU loopt terug. U passeert direct rechts (opnieuw) het houten graanpakhuis ‘Zeeman’ uit eind 17de eeuw (status provinciaal monument). Terug op de Allanstraat ligt op de hoek nr. 378. Dit 18de-eeuwse pand was de woning van Dirk Claasz Groot (status rijksmonument).Schuin aan de overzijde een houten woonhuis op nr.457; 455 (status rijksmonument), met erachter pakhuis ‘Jagerslust’ uit 1775 (status provinciaal monument). Aan de overkant van de weg staat op nr. 372 een houten schuur/pakhuis waarvan de herkomst onbekend is, maar hier vermoedelijk rond 1880 is verrezen (status rijksmonument). Opnieuw schuin aan de overzijde van de weg een houten pand: J.J. Allanstraat 441 houten woonhuis
18de eeuw
Dit huis behoorde ooit aan de familie Wit, eigenaar van snuiftabakmolen 'de Veldkat', die achter in het veld stond. In 1834 werd het pand gekocht door mosterd- en papierfabrikant Jan Cornelis Bakker. Deze woonde hier tot zijn dood in 1877. In 1823 had hij 'de Veldkat' gekocht en ingericht voor papierfabricage. Bakker was hiermee de grondlegger van de BV Papierwarenfabriek Jan Bakker Cz.. 6
I
Het bedrijf oefent nog steeds het papiervak uit in een fabriek aan de Nauernasche Vaart. Rond 1980 is dit huis gerestaureerd. Eerder was de smuiger (Zaanse tegelschouw) reeds verwijderd. Een smuiger wijst op een authentiek 18de-eeuws pand. status rijksmonument
GLinks een woonhuis op nr. 356, hier direct schuin tegenover op nr. 427 een houten woonhuis (status twee rijkshuizen hiernaast (nr. 423) ziet u een boerderij met een zeldzame aan alle kanten met dakpannen bedekte hooischuur/kapberg (status beeldbepalend pand). Pannen ventileren tegen hooibroei. Schuin aan de overzijde staat op nr. 346; 344 een houten woonhuis (status rijksmonument). monumenten).Twee
J.J. Allanstraat 328; 326 houten woonhuis ‘In de Oranjeboom’
ca. 1750
J
Dit pand in Lodewijk XVI-stijl heeft zijn naam ontleend aan het feit dat hier de molenaar woonde van de gelijknamige paltrokhoutzaagmolen welke in het Westzijderveld stond tegenover nr. 121; 119. In dat huis woonde een eerdere molenaar. status rijksmonument
GNa dit laatste pand verlaat u het beschermde dorpsgezicht.Vanaf hier kunt u gaan fietsen. Rechts op de nrs. 379-375 fietst u langs een houten woonhuis (bloembinderij), een stukje verder aan de overkant naast elkaar twee houten woonhuizen op de nrs. 280 en 278, iets verder aan de overzijde een dergelijk pand op nr. 325; 323 (status vier rijksmonumenten). Iets verder, over de brug rechts op nr. 293 ‘’t Chirurgijnshuis’, tussen 1735 en 1870 de woning van de plattelandsdokter. De onbeschermde stolpboerderij bezit nog de kenmerkende ‘vierkantconstructie’ uit 1762.Hiernaast op nr.291;289 een houten boerderij met kapberg uit eind 18de eeuw (status rijksmonument). Schuin aan de overzijde (nr. 240) een onbeschermde stolpboerderij uit ca. 1850. Hiernaast kunt u links de Dolfijnstraat in fietsen. Deze beboomde laan is vernoemd naar een molen die hier ooit stond. Aan het eind ligt de openbare begraafplaats van Westzaan (mooi uitzicht op de omgeving).Terug naar de Allanstraat. Rechts ziet u op nr. 191; 189 een houten stolpboerderij uit ca. 1800, die rond 1975 is verbouwd (status rijksmonument). Op nr. 185 staat een Christelijk Gereformeerde kerk uit 1907 en op nr. 175 een boerderij (status rijksmonument).Vijf huizen verder links op nr. 130 en weer wat verder rechts op nr. 121; 119 houten woonhuizen (status twee rijksmonumenten). In het deurkalf (bovendorpel) van dit laatste pand herkent u de bovengenoemde molen ‘de Oranjeboom’ (1685). Op nr. 101 staat een langhuisstolpboerderij (status rijksmonument). Op nr. 48 (links) een onbeschermde stolpboerderij uit ca. 1880. Op nr. 11; 9 nog een 18deeeuws woonhuis (status rijksmonument). Bij de brug over Veerzager-/Korenbloemsloot gaat de Allanstraat over in het Zuideinde (zie straatnaambord). Vanaf de brug ziet u rechts de restanten van molen(schuur) ’de Veldmuis’.Waarschijnlijk wordt deze houtzaagmolen gereconstrueerd.De eerste (dubbele) stolpboerderij links (nr. 260) dateert van ca. 1890. Rechts op nr. 239 een uit 1648 stammend houten woonhuis, dat in 1985 vanaf het fabrieksterrein van Honig (Koog a/d Zaan) is verplaatst (status rijksmonument). Na het volgende huis ziet u, teruggelegen, een vermaning. De voorliggende huizen links zijn historiserende nieuwbouw. Zuideinde 233 en 231 Zuidervermaning en voorm. weeshuis/pastorie
1731; 18de eeuw
K
De houten vermaning is gebouwd door de Friese Doopsgezinde Gemeente en nu eigendom van de Stichting Oude Hollandse Kerken. Het pand staat op een hoge, open fundering. De banken zijn voorzien van 17de-eeuwse koperen blakers (lage kandelaars met handvat). Op de vloer ligt wit zand. Het eenklaviersorgel (1780) komt uit de ‘Kleine kerk’ te Edam (ontwerp M.Verhofstad). Zowel vermaning als naastgelegen houten pastorie (nu woonhuis) zijn gerestaureerd en eind 2000 opgeleverd. status twee rijksmonumenten
GEen stukje verder ziet u links achter nr. 210 een kapberg uit 1912. Hiervan zijn de wanden bedekt met dakpannen (status potentieel gemeentelijk monument). Op nr. 195; 193 (rechts) staat een stolpboerderij uit 1882 met een vernieuwde voorgevel; op nr. 200 (links) een houten woonhuis uit begin 19de eeuw (status rijksmonument). 7
GSchuin hier tegenover staat op nr. 185; 183 een langhuisstolpboerderij uit ca. 1890 (status potentieel gemeentelijk nr. 141; 139 (rechts) ziet u een houten woonhuis uit 1635. Schuin hier tegenover ligt een wit gepleisterd woonhuis op nr. 154, hiernaast een houten huis op nr. 152 en er tegenover een gepleisterd woonhuis op nr. 127 (status vier rijksmonumenten).Ter hoogte van nr. 154a ligt het Schaatsmuseum Lambert Melisz (open laatste zondag v/d maand, 13.00-17.00 uur). Iets verder op nr. 120 een stolpboerderij uit ca. 1880 (status potentieel gemeentelijk monument). Hier schuin tegenover (nr. 87) en verder op nr. 81 twee houten woonhuizen (status twee rijksmonumenten). Aan het einde van het Zuideinde gaat u rechts de Overtoom op. In de tijd dat de Zaanstreek aan het begin van haar stormachtige ontwikkeling stond was buurtschap 'de Overtoom' het drukst bevolkte deel van de Westzaner Ban. Ook tijdens de economische bloeiperiode kon de Overtoom goed meekomen. Een belangrijk deel van de scheepsbouw en houthandel concentreerde zich mede hier. Opvallend aan de oude huizen bij de Overtoom zijn de vaak zeer dikke muren.Toen het IJ nog open water was kon men ‘s winters te maken hebben met over de zeedijk kruiend ijs; de muren zorgden dat de huizen niet instortten. Tot aan het eind van de 19de eeuw lag het buurtschap direct aan het water, maar bij de inpoldering van IJ en Wijkermeer wijzigde dit. Zijkanaal E verbindt nu de Overtoom met het Noordzeekanaal (1876). Rijdend over de Overtoom naar buurtschap Nauerna is goed het verschil te zien tussen de historisch gegroeide polder Westzaan (rechts) en de strak ontworpen Westzanerpolder (links).Op een gegeven moment loopt de dijksloot rechts van u de polder in. Dit is de noord-zuid lopende ‘de Reef’, een veenstroom uit de vroege Middeleeuwen. Rechts ligt het watertje ‘de Groote Braak’. De naam verwijst naar de dijkdoorbraak tijdens de watersnood van 1717. Bij de schutsluis Nauerna slaat u, voor het water, rechts de Nauernasche Vaartdijk in. U fietst langs de in 1633, als ontwateringskanaal voor de Schermerboezem gegraven Nauernasche Vaart. De weg rijdt u af tot de Provincialeweg. Links staat de watertoren van Assendelft uit 1885 (status provinciaal monument). Fiets met de weg mee naar rechts (Blankenburg). Steek de rotonde over, sla rechtsaf, vervolg het fietspad en sla bij de verkeerslichten linksaf het Weiver in. Aan deze oude verbindingsroute naar Zaandijk ligt direct links op nr. 1 een houten woonhuis uit 1688 (status rijksmonument), en halverwege rechts een houten woonhuis op nr. 52; 54 (status gemeentelijk monument). Aan het eind gaat u naar rechts en bij de Provincialeweg naar links. Fiets via het middeleeuwse Guispad naar de molen. monument). Op
Guispad 3 papiermolen 'de Schoolmeester'
‘de Gauwdief ’ Deze bijnaam van de molen heeft te maken met het gemak waarmee de molen van elk zuchtje wind kon profiteren. Ook wordt een verband gelegd met het feit dat de molen water onttrok uit de nabij gelegen Gouw.
1692
L
Claas Auwelsz de Jong startte het papiervak in 1785 toen hij papiermolen 'de Pronker' in het Zuideinde kocht. De familie De Jong was ook eigenaar van 'de Schoolmeester'. De naam ‘Schoolmeester’ verwijst naar het beroep van een van de aandeelhouders. In 1902 werd in de molen een stoommachine geplaatst. De Vereniging van Nederlandse Papierfabrikanten kocht de molen in 1957. De molen is vervolgens tot 1964 ingrijpend gerestaureerd en in 1976 overgedragen aan Vereniging De Zaansche Molen. De bovenkruier is de enige molen in Noord-Holland met een zeskantig lijf. Het is de laatste windmolen ter wereld die nog (wit) papier fabriceert. In 1999 en 2002 zijn resp. de restauraties van de vodden- en droogschuur afgerond. status rijksmonument
GVervolg het oude kerkepad Westzaan-Zaandijk, fiets parallel aan de A8, sla aan het eind rechts en vervolg de Guisweg. Bij de kruising slaat u rechts (N515). Aan de overzijde van de weg ligt een molentje. Weelsloot molen 'de Jonge Dirk'
1908/1959
M
Dit molentje stond oorspronkelijk in Zaandam, waar het in 1908 aan het Blauwe Pad als specerijmolen is gebouwd. In 1959 werd de molen naar Westzaan verplaatst. De molen drijft een slijpsteen, een decoupeerzaag en enige andere werktuigen aan. status gemeentelijk monument
GVervolg de Provincialeweg naar links. Bij verkeerslichten links (Kerkbuurt).Terug bij het startpunt. 8
Geschiedenis van de Zaanstreek De Zaan vormt het hart van de Zaanstreek. De oevers van deze kronkelende, soms brede rivier zijn op een haast anarchistische manier vol gebouwd: fabrieken en woningen staan kriskras door elkaar, afgewisseld door een enkele molen of een oud pakhuis. Achter dit industrielandschap lagen de vlakke, vredige groene polders, doorsneden door talloze sloten en met de voor deze streek zo kenmerkende lange lintdorpen. Duizenden jaren geleden zag de Zaanstreek er echter anders uit. Het was een woest moerasbos waar vrijwel geen mensen kwamen. De enige bezoekers zijn waarschijnlijk jagers geweest, op zoek naar elanden, bevers en ander wild. In de IJzertijd, rond 650 v. Chr., rooiden boeren uit het duingebied de bomen aan de rand van het bos, bouwden er boerderijen en legden akkers aan. Resten hiervan zijn bij opgravingen in Assendelft teruggevonden.Wanneer, door veranderende omstandigheden, het gebied te nat werd, trokken de boeren weer weg. In drogere tijden kwamen ze weer terug. Aan het einde van de Romeinse Tijd (ca. 200 n. Chr.) kwam aan deze golvende bewoning een einde. De stijging van de zeespiegel zorgde ervoor dat het gebied honderden jaren lang grotendeels onbewoonbaar was. Pas in de 10de eeuw was bewoning weer mogelijk.Vanuit het duingebied en waarschijnlijk ook vanuit Friesland trokken kolonisten wederom het moerasbos in. Ze kapten de bomen en groeven sloten voor de afvoer van water en turfwinning. Het aldus verkregen land werd gebruikt voor akkerbouw. Een deel van het Zaanse landschap, het slotenpatroon, kreeg toen vorm. De dorpen Assendelft, Krommenie, Wormer, Jisp, Oostzaan en Westzaan zijn in deze tijd ontstaan. Ook de monding van de Zaan was bewoond, maar deze nederzetting, het dorp Saende, werd in de 12de eeuw verlaten vanwege wateroverlast.Vanuit deze dorpen onstond de bebouwing aan de Zaanoevers. Stijging van het water maakte akkerbouw op den duur onmogelijk en het land werd omgezet in weiland. Het water dwong de bewoners ook dijken te bouwen langs de Zaan, het IJ en de grote meren om de Zaanstreek heen zoals de Beemster, de Wormer en de Starnmeer. Zo zijn de door dijken omringde, vlakke groene polders ontstaan. In de 14de en 15de eeuw werden de dijken langs de Zaan steeds dichter bewoond en werden Oost- en West-Knollendam,Wormerveer, Zaandijk, Koog a/d Zaan en Zaandam gesticht. De voortgaande stijging van het water noodzaakte tot de bouw van molens. Deze windmachines zouden later een belangrijke rol in de ontwikkeling van de Zaanstreek spelen. Een groeiend aantal inwoners kon inmiddels niet meer de kost verdienen in de landbouw en zocht naar andere middelen van bestaan. Ondernemende Zaankanters voeren op handelsschepen naar de Oostzee en werden later zelf handelaar. Zij lieten hun schepen in de Zaanstreek bouwen. De strijd tegen de Spanjaarden had tussen 1572 en 1575 veel schade aangericht. De opbouw van het verwoeste land werd voortvarend ter hand genomen en er verrees een totaal nieuw gebied. Lag vóór de Spaanse invallen de nadruk op de landbouw, daarna verschoof het accent naar de molenindustrie, de scheepsbouw en de handel. 9
Houtzaagmolens, pelmolens, meelmolens, oliemolens en nog tientallen andere soorten molens verrezen in het vlakke, winderige Zaanse land met zijn veel goede aan- en afvoermogelijkheden via het water. De scheepsbouw rond de monding van de Zaan bloeide op, ondermeer door de aanwezigheid van goedkoop gezaagd hout en het ontbreken van knellende gildebepalingen. Zaanse kooplieden handelden vooral op het Oostzeegebied (hout). Anderen stuurden hun schepen ter walvisvaart. Het was in deze tijd dat de typische Zaanse bouwstijl werd ontwikkeld die gekenmerkt wordt door groengeverfde houten huizen met soms uitbundig houtsnijwerk. De economische crisis in Nederland aan het einde van de 18de eeuw en de invallen van de Fransen die het land leegplunderden brachten de Zaanse industrie zware slagen toe. De scheepsbouw verdween vrijwel geheel en tientallen molens werden afgebroken. Het duurde lang voor het herstel intrad. Pas na 1830 begon het tij te keren. Er werden weer molens bijgebouwd en er verrezen ook regelmatig stoomfabrieken. De molens konden op den duur de concurrentie met de stoommachine niet aan.Vele werden afgebroken, verplaatst of kwijnden weg. De grote fabrieken kwamen niet in het veld te staan, zoals de molens, maar goed bereikbaar langs de Zaan. Het veld kreeg door deze ontwikkeling zijn middeleeuwse uiterlijk terug: groen, vlak, boomloos en zonder bebouwing. Langs de Zaan verrezen indrukwekkende fabriekscomplexen die de kleine, groene huisjes en de paar overgebleven molens in de schaduw stelden. Aan het einde van de 19de eeuw brak de tweede bloeiperiode van de Zaanse industrie aan. De vele fabrieken zorgden voor welvaart en de bevolking groeide snel. In het vrije veld werden woonwijken gebouwd, niet langer meer in de Zaanse houtbouwtraditie maar in baksteen, net als in de rest van Nederland. Na 1970 ging het slechter. Fabrieken sloten hun poorten of vertrokken uit de Zaanstreek omdat de Zaan steeds meer zijn functie als waterweg verloor. In het gunstigste geval vestigde de industrie zich op de nieuwe bedrijventerreinen langs het Noordzeekanaal. Zo veranderde het beeld van de Zaanstreek opnieuw. Het veld werd voor een deel volgebouwd met woonwijken, de fabrieken langs de Zaan verdwenen. Op de vrijgekomen plekken langs de Zaan worden woningen gebouwd. In 1974 gingen de gemeenten Krommenie,Westzaan, Assendelft,Wormerveer, Koog a/d Zaan, Zaandijk en Zaandam op in de nieuw gevormde gemeente Zaanstad. Op allerlei plaatsen in de Zaanstreek zijn nog overblijfselen te vinden van de oude ontwikkelingen. Prehistorische vindplaatsen in Assendelft en Krommenie, een middeleeuws ontginningslandschap met een paar molens erin rond Westzaan, een Zaanse buurt in Zaandijk en op de Zaanse Schans en indrukwekkende 19de-eeuwse fabrieken in Wormer en Wormerveer. De nieuwe ontwikkelingen, de moderne nieuwbouw, is langs de Zaan in Zaandam te zien. Deze toeristische fietsroute leidt u langs een aantal van deze, soms verborgen, historische plekken.
10
Uitgave Dienst Wijken, Afdeling Beleidsontwikkeling, team Wonen,Werken en Monumenten (J.D.W. Koudijs en P. Kleij) Gemeente Zaanstad mei 2003 Met medewerking van - Historische Vereniging Westzaan - Vereniging 'Zaans Industrieel Erfgoed (ZIE)' - Vereniging 'Vrienden van het Zaanse Huis' - Stichting 'Frans Mars' - Zaanse VVV - Vereniging 'De Zaansche Molen' - Monumentencommissie Zaanstad - Boerderijenstichting ‘ Vrienden van de Stolp’ - Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland (afdeling Zaanstreek-Waterland e.o.) Meer info www.westzaan.info (o.a. actuele openingstijden) www.toerisme-zaanstreek.nl ISBN 90-806620-3-8 Omslag detail deurkalf woonhuis J.J. Allanstraat 119; 121 (foto:Westzaanse Digitale Beeldbank) 11
L
M H
B
A C D
E
G
F I J
A B C D E
NAUERNA
F
K
G H I J K L M
't Reght Huys Grote Kerk Kerkbuurt 15 Kerkbuurt 1 en 3 J.J. Allanstraat 384 J.J. Allanstraat 382 Noordervermaning molen 'het Prinsenhof' J.J. Allanstraat 441 J.J. Allanstraat 328; 326 Zuidervermaning molen 'de Schoolmeester' molen 'de Jonge Dirk'
OVERTOOM
fietsroute 15 km