Mogelijkheden basis-certificeringsregeling makelaars roerende goederen en diensten
drs. F. Heere drs. I. de Vries
Amsterdam, december 1998
49/december 1998 DIJK12 Beleidsonderzoek Adelaarsweg 11 1021 BM AMSTERDAM Tel.: 020 - 6373623 Fax: 020 - 6362645
[email protected] www.dijk12.nl
Inhoudsopgave Pagina
Voorwoord 1
Achtergronden, opzet en uitvoering van het onderzoek 1.1 Achtergrond en doel van het onderzoek 1.2 Onderzoeksvragen en uitvoering 1.3 Leeswijzer
7 7 9 10
2
Makelaars Roerende Goederen en Diensten 2.1 Inventarisatie en omvang groep makelaars 2.2 Werkzaamheden makelaars 2.3 Markt waarop gewerkt wordt 2.4 Eisen aan makelaars 2.5 Huidige toetsingsprocedure
11 11 12 13 14 16
3
Een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling 3.1 Wenselijkheid gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling 3.2 Mogelijkheden voor een basis-certificeringsregeling 3.2.1 Inhoudelijk 3.2.2 Organisatorisch en financieel
19 19 21 21 21
4
Conclusies en aanbevelingen 4.1 Inleiding 4.2 Conclusies 4.3 Aandachtspunten en aanbevelingen voor de branche-organisaties bij de verdere uitwerking
23 23 23
Bijlage 1 Bijlage 2
Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5
Overzicht geïnterviewden Samenvatting interviews: Vereniging van Makelaars en erkende adviseurs in Schoonmaakdienstverlening Vereniging van Makelaars en Zelfstandige Tussenpersonen in het Bloembollenbedrijf Vereniging van Makelaars in Tabak Nederlandse Orde van Makelaars en Taxateurs in Bedrijfsbelangen Federatie van Taxateurs Makelaars Veilinghouders in Roerende Zaken Orde van Beëdigde Taxateurs Goud- en Zilverwerken Nederlandse Vereniging van Beëdigde Informaticadeskundigen Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen (NBMS) College van Wijnmakelaars Overzicht instellingen die vakbekwaamheidscertificaten mogen afgeven Notitie certificering Overzicht categorieën makelaars RGD
25 27 29 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 53
Voorwoord Het voor u liggende rapport doet verslag van een onderzoek naar de mogelijkheden voor een basiscertificeringsregeling voor makelaars in Roerende Goederen en Diensten. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken in de periode november-december 1998. Doel van onderzoek is de brancheorganisaties van makelaars RGD inzicht te verschaffen in de mogelijkheden en het potentieel draagvlak voor een gemeenschappelijke certificeringsregeling. Het onderzoek is begeleid door een commissie bestaande uit: drs. D.A. Blokland Ministerie van Economische Zaken mr. M.H.A.F. Lokin Ministerie van Justitie ing. H.C. Verkerk Ministerie van Economische zaken De onderzoekers willen de geïnterviewden en de commissieleden graag bedanken voor alle medewerking en input bij dit onderzoek.
Amsterdam, december 1998
1
Achtergronden, opzet en uitvoering van het onderzoek
1.1
Achtergrond en doel van het onderzoek
Afschaffing beëdiging en beëindiging titelbescherming door de overheid In april 1998 heeft het kabinet de Tweede Kamer een standpunt gezonden over het MDW-rapport Makelaars. Het kabinet gaf daarin aan de voorstellen van de MDW-werkgroep tot afschaffing van de titelbescherming te onderschrijven. De plaats van deze wettelijke regeling zou kunnen worden ingenomen door een certificeringsregeling. In de vierde tranche van het project Marktwerking Deregulering en Wetgevingskwaliteit (MDW) is het beroep makelaars onderzocht.1 Belangrijkste conclusie van de MDW-werkgroep was dat werd voorgesteld de beëdiging en titelbescherming af te schaffen. Overwegingen hiervoor zijn onder meer: • dat het creëren van een transparante markt van groot belang is voor de consument; • dat de segmentering op de markt moet verdwijnen; • en dat de kwaliteitswaarborging voor de consument kan worden verbeterd. Daarnaast is van belang dat de overheid enerzijds een bepaalde erkenning en waarborg afgeeft door middel van beëdiging en titelbescherming, maar anderzijds niet de deskundigheid heeft om de vakbekwaamheid van makelaars te kunnen beoordelen en in de praktijk ook nauwelijks is betrokken bij deze beoordeling, het toezicht daarop alsmede de handhaving in de praktijk. De vraag doet zich dus voor of de markt in staat is tot zelfregulering en dit zelfs beter kan zonder tussenkomst van de overheid. In plaats van beëdiging en titelbescherming door de overheid is immers een certificeringsregeling door de beroepsgroep zelf mogelijk. Daarbij wordt onder meer gedacht aan: • een marktbrede certificeringsregeling voor de verschillende categorieën makelaars; • een certificeringsregeling waarin - binnen de grenzen van de Mededingingswet - een redelijk niveau van vakbekwaamheid en deskundigheid wordt neergelegd; • waarbij drempels - zonder dat afbreuk wordt gedaan aan een reëel kwaliteitsniveau - ook voor individuele ondernemers zo laag mogelijk zijn; • en waarbij een geschillenregeling - waarbij ook belangrijke consumentenorganisaties zijn betrokken - van groot belang wordt geacht. De planning is dat beëindiging van titelbescherming plaatsvindt per 1-1-2000 en dat dan dus een certificeringssysteem zou moeten werken. De overheid heeft hierbij een faciliterende en ondersteunende rol. Doel van het onderzoek Bovenstaande is van toepassing voor de verschillende categorieën: makelaars onroerend goed en 'overige makelaars'. Voor de verschillende categorieën zijn vanuit de overheid aparte ondersteuningstrajecten ingezet. Voor deze laatste groep (de 'overige makelaars') vindt dit plaats door middel van onderzoek. Het doel van het onderzoek is te bezien welke mogelijkheden er zijn om binnen de groep makelaars ‘overige categorieën’ te komen tot een basis-certificeringsregeling. 1
Rapport van de MDW-werkgroep Makelaars. DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
7
Categorie overige makelaars1 Het gaat hierbij om een groep makelaars die opereren op verschillende onderdelen van de markt. Het betreft vijftien verschillende hoofdcategorieën makelaars, waarbinnen de variatie groot is. Vrijwel elke hoofdcategorie makelaars heeft zijn eigen branche-organisatie. De huidige toelatingseisen zijn: (vak)bekwaamheid, integriteit en onafhankelijkheid. Per categorie makelaar is de vakbekwaamheid anders ingevuld. De vakbekwaamheidseisen bestaan meestal uit een algemeen juridisch deel en een deel dat is gericht op de kennis van de specifieke markt. De Vereniging van Kamers van Koophandel (VVK) heeft in samenwerking met deskundigen uit de verschillende branches eisen opgesteld voor vakbekwaamheidstoetsen. De testcommissies van de KvK’s, die bestaan uit deskundigen uit de verschillende branches, toetsen op theoretische en praktische deskundigheid. Certificeringsregeling De gedachten in het MDW-rapport gingen uit naar een gewaarborgde persoonscertificering van vakbekwaamheid. Certificering van vakbekwaamheid (van personen) kan worden geregeld via de Europese Norm 45013. Het voldoen aan deze norm betekent dat een certificeringsysteem kan worden opgezet dat uiteindelijk door de Raad voor Accreditatie kan worden geaccrediteerd. Het voldoen aan erkenningscriteria van de RvA geeft aan dat de certificering op zorgvuldige wijze wordt gedaan. De bekendste certificaten die via de RvA lopen zijn de certificaten voor de kwaliteitsystemen op basis van ISO 9001 en ISO 9002.2 De keuze voor EN 45013 via de accreditatiestructuur van de Raad voor Accreditatie is een vrij logische: ze ligt waarschijnlijk het dichtst bij de huidige situatie van makelaars en biedt de meeste waarborgen in de markt. De belangrijkste doelstelling van certificering is het verschaffen van vertrouwen. Om dit vertrouwen te winnen moet de certificatie betekenis hebben voor partijen. Het gaat daarbij dan om een palet van onder meer: • de eisen die aan certificatie worden gesteld; • de wijze waarop toezicht wordt uitgeoefend op het gebruik van het certificaat; • de mate van onafhankelijkheid van de certificerende instelling; • de eisen en de methoden van onderzoek op grond waarvan wordt nagegaan of aan de eisen wordt voldaan; • de combinatie van keuringen en herhalingen hiervan, die nodig zijn voor het vertrouwen dat de certificatie dient te verschaffen; • de betekenis van de certificatie, het certificatiekenmerk. Er zijn uiteraard ook andere mogelijkheden dan aansluiting bij de EN 45013, zoals bijvoorbeeld ‘eigen’ branche-erkenningen en toezichtsregelingen. Deze regeling zijn echter minder onafhankelijkheid en zullen in principe en op voorhand minder vertrouwen in de markt genieten.
1
Zie hiervoor verder hoofdstuk 2.
2
Zie voor nadere toelichting op vakbekwaamheidscertificering Bijlage 4 van dit rapport.
8
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
1.2
Onderzoeksvragen en uitvoering
Onderzoeksvragen Het doel van het onderzoek is na te gaan welke mogelijkheden er zijn om tot een basis-certificering te komen voor de categorie ‘overige makelaars’. De volgende onderzoeksvragen zijn van belang: 1.
Hoe beoordelen de branche-organisaties de wenselijkheid en de mogelijkheid van een initiatief tot invoering van één gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling? Hierbij spelen onder meer de volgende deelvragen een rol: Acht men het wenselijk om tot één basisregeling te komen? Zo nee, waarom niet? Welke aspecten geven hierbij de doorslag? Acht men het mogelijk en haalbaar om tot één basisregeling te komen? Zo nee, waarom niet? Welke aspecten geven hierbij de doorslag?
2.
Welke gemeenschappelijke activiteiten zijn te onderscheiden binnen het beroep makelaar in de voor het onderzoek relevante branches? Hierbij spelen onder meer de volgende deelvragen een rol: Wat zijn gemeenschappelijke activiteiten binnen de categorie ‘overige makelaars’? Wat zijn redelijk bijzondere en/of branche-specifieke activiteiten? In hoeverre noodzaken de relatief bijzondere activiteiten specifieke kennis- en vaardigheden?
3.
Zijn er algemene eisen ten aanzien van de vakbekwaamheid van alle makelaars die volgens de branche-organisaties minimaal nodig zijn om een algemeen en redelijk niveau van deskundigheid te realiseren? Zo ja, welke eisen zijn dit?
4.
Zijn er daarnaast nog branchespecifieke eisen ten aanzien van de vakbekwaamheid volgens de verschillende branche-organisaties? Indien ja, welke eisen? Onder meer de volgende deelvragen spelen hierbij een rol:
5.
Zijn aanvullende voorzieningen, zoals tuchtrecht, een (verplichte) beroepsaansprakelijkheidsverzekering en/of geschillenregeling volgens de verschillende branche-organisaties noodzakelijk om een redelijk niveau van kwaliteit van de dienstverlening te bevorderen, en de positie van de consument te beschermen indien de kwaliteit van de dienstverlening achterblijft bij de verwachtingen?
6.
Op welke wijze kunnen genoemde eisen ten aanzien van de deskundigheid, kwaliteit van dienstverlening en garanties voor de consument worden vormgegeven in een basis-certificeringsregeling voor deze categorie makelaars met de mogelijkheid van specificatie per soort makelaar?
Uitvoering van het onderzoek Het onderzoek is uitgevoerd in de periode november-half december 1998. Het onderzoek is in twee fasen uitgevoerd.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
9
1.
Voorbereiding en desk-research. In deze fase hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden: Inventarisatie van makelaars binnen de categorie ‘overig’. Dit is onder meer gebeurd aan de hand van gegevens van de het Ministerie van Economische Zaken, de VVK en de Gouden Gids. Bestudering van relevante documenten betreffende de vakbekwaamheidseisen, examens en dergelijke van de verschillende groepen makelaars. Een interview bij de VVK (totstandkoming vakbekwaamheidseisen, procedures e.d.). Bestudering en overleg hierover met de Raad voor Accreditatie aangaande de EN 45013, procedures van de Raad voor Accreditatie, mogelijkheden voor certificatie van makelaars en dergelijke.
2.
Interviews met branche-organisaties In de tweede fase van het onderzoek hebben interviews plaatsgevonden met vertegenwoordigers van de branche-organisaties van makelaars. Voorafgaand aan deze interviews is de organisaties een vooraankondiging gestuurd, inhoudende het doel van het onderzoek en de items van het gesprek. Bijgaand werd een informerende notitie verstuurd over certificering (zie Bijlage 4). De interviews waren gestructureerd via een checklist. Beoogde respondenten waren secretarissen en/of voorzitters van de organisaties. In de meeste gevallen hebben de interviews plaatsgevonden met meerdere vertegenwoordigers van de organisaties tegelijkertijd (zie Bijlage 1). In totaal hebben met negen branche-organisaties gesprekken plaatsgevonden. Bij drie organisaties kon binnen de onderzoeksperiode geen gesprek plaatsvinden.1
1.3
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 van dit rapport wordt ingegaan op de beroepsgroep, de activiteiten en de vakbekwaamheidseisen. Wellicht kan beter worden gesproken over ‘makelaars Roerende Goederen en Diensten’ (makelaars RGD) dan over makelaars 'overige categorie'. Om die reden wordt deze naam verder in deze rapportage gebruikt. In hoofdstuk 3 wordt beknopt ingegaan op de standpunten ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling en certificering. Meer informatie hierover vindt u terug in Bijlage 2. In hoofdstuk 4 worden conclusies getrokken, en worden aanbevelingen en aandachtspunten voor de branche-organisaties bij de verdere uitwerking geformuleerd.
1
Het betreft Makelaars Rijdend Materieel (auto's, motoren), Makelaars in Hypotheken en Makelaars Agrarische Productierechten.
10
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
2
Makelaars roerende goederen en diensten
In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van de huidige situatie rondom makelaars Roerenden Goederen en Diensten (makelaars RGD). Het gaat daarbij met name om een beschrijving van de overeenkomsten en verschillen met betrekking tot een aantal aspecten die een rol kunnen spelen bij een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling.
2.1
Inventarisatie en omvang groep makelaars
Er zijn ± 52 verschillende soorten makelaars RGD te onderscheiden. Deze makelaars zijn onder te brengen in vijftien categorieën (zie ook Bijlage 5). In dit onderzoek zijn dertien categorieën betrokken. Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de aantallen makelaars, aspirant-makelaars en de organisatiegraad van de makelaars RGD die in het onderzoek zijn betrokken. Er is geen centrale registratie van makelaars. De aantallen zijn afkomstig van de branche-organisaties zelf, of gebaseerd op een schatting van de Kamer van Koophandel. De aantallen dienen dan ook ter indicatie. Tevens wordt de organisatiegraad aangegeven: het percentage makelaars dat is aangesloten bij de branche-organisaties.
Categorieën makelaars
Aantal makelaars
Aantal aspiranten
Organisatiegraad
3
onbekend
onbekend
300 tot 400
onbekend
30 tot 40%
9
± 20
100%
14 à 16
7
± 100%
Goud en zilver
16
-
± 85%
Hard- en software
24
20
± 90%
Hypotheken
25
onbekend
onbekend
Rijdend materieel
9
onbekend
onbekend
Schepen
125
-
± 80%
Schoonmaakdienstverlening
12
6
± 100%
Tabak
2
-
100%
Wijnen
9
-
100%
Agrarische productierechten • •
Antiek en inboedel Bedrijfsinventarissen en machinerieën
Bedrijfsbelangen Bloembollen
In totaal gaat het om circa 550 tot 650 makelaars. Uitgaande van het aantal aspirant-makelaars kan het aantal toenemen tot circa 600 à 700. De organisatiegraad is redelijk hoog.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
11
2.2
Werkzaamheden makelaars
Overeenkomsten In de huidige wet wordt de volgende definitie van makelaars gegeven. Een makelaar is: • een persoon, • die zijn beroep maakt van het sluiten van overeenkomsten, • op last en namens personen, • tot wie hij niet in vaste betrekking staat. In de praktijk verrichten de makelaars RGD de volgende hoofdwerkzaamheden: • Bemiddelen en adviseren bij het tot stand brengen en sluiten van overeenkomsten. Dit kan onder meer omvatten: Zoeken naar producten of diensten die aansluiten bij de geformuleerde wensen van de opdrachtgever. Uitvoeren van waardebepalingen. Verrichten van bemonstering; dan wel kwaliteitsbeoordeling; dan wel audit. • Uitvoeren van waardebepalingen (verschillende taxaties zoals dagwaarde, verkoopwaarde, vervangingswaarde). Uit hoofde van het beroep kunnen makelaars daarnaast de volgende werkzaamheden verrichten: • Beoordeling van contracten. • Verrichten van deskundige-onderzoeken; uitbrengen deskundigeberichten bij gerechtelijke procedures en arbitrage. • Bemiddeling bij geschillen. • Advisering bij Europese aanbestedingen. Tussen de verschillende categorieën makelaars (maar ook daarbinnen) varieert het zwaartepunt in de hoofdwerkzaamheden. Zwaartepunt in werkzaamheden
Categorie makelaars1
Nadruk op het sluiten van overeenkomsten
• • • • • •
schoonmaakdienstverlening bloembollen tabak hard- en software schepen wijnen
Nadruk op taxaties
• • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen en machinerieën goud en zilver
Geen duidelijk zwaartepunt
•
bedrijfsbelangen
1
Van de Makelaars in Rijdend Materieel, Hypotheken en Agrarische Productierechten is hier geen nadere informatie over.
12
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Er wordt gewerkt voor diverse soorten opdrachtgevers. Indien de werkzaamheden betrekking hebben op bemiddelen bij koop en verkoop gaat het met name om bedrijfsleven en consumenten. Bij taxaties wordt vaak gewerkt voor: • banken; • verzekeringsmaatschappijen; • rechtbanken/justitie; • advocatuur; • notariaat. Verschillen • Het belangrijkste verschil tussen de verschillende categorieën makelaars betreft uiteraard de inhoud van de werkzaamheden: de vakkennis, de materiedeskundigheid. • Verder speelt het punt van handelen door makelaars. Het kan in bepaalde marktsegmenten voorkomen dat de makelaar tevens handelt in het goed waarin gemakeld wordt. Een aantal branche-organisaties (hard- en software, goud en zilver) stellen om die reden bij hun verenigingseisen dat deze werkzaamheden niet mogen worden verricht.
2.3
Markt waarop gewerkt wordt
De markten waarop gewerkt wordt kunnen worden onderscheiden in de consumentenmarkt enerzijds en de zakelijke markt anderzijds: • De volgende makelaars werken hoofdzakelijk voor de consumentenmarkt: jachten personenauto's; old-timers en motorfietsen •
De volgende makelaars werken overwegend voor de zakelijke markt: bedrijfsinventarissen en machinerieën bedrijfsauto's bedrijfsbelangen bloembollen hard- en software scheepsmakelaars schoonmaak-dienstverlening tabaksmakelaars agrarische productierechten wijnen
•
Daarnaast zijn er een aantal makelaars die zowel op de zakelijke als de consumentenmarkt opereren: antiek en inboedel goud en zilver hypotheken
Aard van producten en diensten De aard van de producten en diensten is zeer verschillend. Gemeenschappelijk is echter dat de makelaars zijn gericht op roerende goederen en diensten. De uitzonderingen worden gevormd door de Makelaars in Bloembollen, die een redelijk groot deel van de activiteiten verrichten op het gebied van onroerend goed.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
13
2.4
Eisen aan makelaars
Kernwoorden bij makelaars zijn: • deskundigheid; • onafhankelijkheid; • betrouwbaarheid. Op basis van de wet worden op dit moment de volgende algemene eisen aan makelaars gesteld: •
De volgende personen kunnen makelaar worden: eigenaar bedrijf; beherend vennoot of bestuurder van rechtspersoon die makelt; iemand die in dienst is bij persoon of rechtspersoon en namens werkgever makelt in hetzelfde vak als daar waar de eigenaar of bestuurder/vennoot in makelt (makelaarmedewerker).
•
De vereisten daarbij zijn: bekwaam om als zodanig in het vak werkzaam te zijn. In de huidige praktijk wordt dit ingevuld met: met goed gevolg afleggen van vakbekwaamheidstoets/praktijktoets praktijkervaring. Goeder naam en faam. In de huidige praktijk wordt dit ingevuld met het opvragen van referenties. Geen omstandigheden bekend zijn die een juiste en onafhankelijke uitoefening van de makelaardij bedreigen. In de huidige praktijk wordt dit ingevuld met een verklaring van goed gedrag van de politie. Naast deze aspecten kan het voorkomen dat wordt gekeken naar de behoefte in de regio waar de makelaar zich gaat vestigen (makelaars Goud en Zilver).
Vakbekwaamheidseisen Gemeenschappelijke elementen in de vakbekwaamheidseisen zijn: • branchekennis; • marktkennis; • kennis van product, goed of dienst; • vakspecifieke wetskennis; • algemene wetskennis. De vakbekwaamheidsvereisten zijn opgesteld door branchedeskundigen. Deze staan meestal op papier en zijn beschikbaar voor de aspirant-makelaar. De formulering van de vereisten van de verschillende soorten makelaars loopt uiteen, er is dus geen uniform stramien. De inhoud is afgestemd op het vakgebied en om die reden onvergelijkbaar met elkaar. Een uitzondering betreft het onderdeel algemene wetskennis: dit is voor alle makelaars gelijk. Praktijkervaring Alle geïnterviewde organisaties zijn het er over eens dat de titel makelaar de afsluiting is van een traject. Zonder dat enige jaren gewerkt is op het terrein van bemiddelen en taxeren is het niet mogelijk om makelaar te zijn. Beëdiging - en straks wellicht certificering - is de kroon op dit werk. Praktijkervaring is dan ook een zeer belangrijk element bij de vereisten. De vakbekwaamheid van makelaars moet zich daarbij bevinden op integratieniveau van kennis en vaardigheden om in aanmerking
14
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
te komen voor beëdiging.1 Het aantal jaren praktijkervaring dat benodigd is loopt uiteen tussen de verschillende categorieën. Aantal jaren praktijkervaring
Aantal categorieën
Verbijzondering
Aantal jaren niet nader benoemd
6
• • • • • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen en machinerieën wijnen bloembollen goud en zilver hard- en software
Praktijkervaring minimaal drie jaar
2
• •
bedrijfsbelangen hypotheken
Praktijkervaring minimaal vier jaar
2
• •
schepen en jachten tabak
Praktijkervaring minimaal vijf jaar
1
•
schoonmaakdienstverlening
Onbekend
2
• •
agrarische productierechten rijdend materieel
Theoretische kennis Het theoretische niveau van deskundigheid loopt uiteen tussen de verschillende categorieën en varieert van ‘niet nader benoemd’ tot ‘post-doc-niveau’.
1
Theoretisch niveau
Aantal categorieën
Verbijzondering
Niet nader benoemd
5
• • • • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen en machinerieën tabak wijnen bloembollen
MBO-niveau
2
• •
goud en zilver rijdend materieel
HBO-niveau
5
• • • • •
agrarische productierechten hard- en software hypotheken schepen schoonmaakdienstverlening
Post-doc-niveau
1
•
Bedrijfsbelangen
Ter verduidelijking: er zijn verschillende niveaus te onderscheiden (Taxonomie de Block): 1. Weten: feitelijke kennis van een onderwerp. 2. Inzicht: begripsmatige kennis van een onderwerp. 3. Toepassen: het onderwerp kunnen toepassen - cognitief en/of in de praktijk. 4. Integreren: het onderwerp kunnen integreren en toepassen in nieuwe (complexe) constructies, situaties en beslissingen. DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
15
Opleidingsinfrastructuur Ter voorbereiding op het examen zijn er zeven categorieën waarbij een opleiding kan worden gevolgd. Bij de overigen kan de voorbereiding uitsluitend door middel van zelfstudie. Mogelijkheden voorbereiding
Aantal categorieën
Verbijzondering
Zelfstudie
5
• • • • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen en machinerieën tabak wijnen bloembollen
Opleiding
7
• • • • • • •
rijdend materieel hard- en software bedrijfsbelangen goud en zilver schepen schoonmaakdienstverlening hypotheken
Onbekend
1
•
agrarische productierechten
2.5
Huidige toetsingsprocedure
Het examen is voor alle makelaars in hoofdlijnen gelijk: een mondelinge test voor een examencommissie die is samengesteld uit deskundigen. Er zijn echter afwijkende situaties: Afwijkende situaties met betrekking tot het theoretisch deel van het examen Omschrijving
Aantal categorieën
Verbijzondering
Apart examen algemene wetskennis
7
• • • • • • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen- en machinerieën rijdend materieel bloembollen paarden en pony's goud en zilver scheepsvrachten
Overleggen certificaat opleiding
1
•
schepen en jachten
Schriftelijk theorie-examen voorafgaand aan het mondeling examen
3
• • •
bloembollen schepen schoonmaakdienstverlening
Afwijkende situatie met betrekking tot het praktijkdeel van het examen Het praktijkdeel omvat over het algemeen het ter plekke van het examen behandelen van een aantal casussen. Vier categorieën makelaars dienen voor het examen één of meer schriftelijke casusbeschrijvingen uit de praktijk te overleggen. Dit geldt voor: • bedrijfsbelangen • rijdend materieel • hard- en software • schoonmaakdienstverlening
16
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Samenstelling examencommissie De examens worden afgenomen door een commissie van deskundigen. Bij de samenstelling daarvan wordt zoveel mogelijk gekeken naar de onafhankelijkheid van de examinatoren. Bij de meeste categorieën makelaars maken reeds beëdigde makelaars deel uit van de examencommissie. Uitzondering daarop vormen: • bedrijfsbelangen • schoonmaakdienstverlening • hard en software
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
17
18
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
3
Een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling
Met de vertegenwoordigers van de verschillende branche-organisaties is gesproken over de wenselijkheid, mogelijkheid en vormgeving van een gemeenschappelijke regeling voor de makelaars RGD. Niet elke organisatie was op het moment van het interview even ver in de gedachtevorming over de toekomstige situatie. Ten gevolge daarvan zijn sommige organisaties explicieter in hun uitspraken dan andere. Complicerende factor daarbij is dat de consequenties van een alternatieve regeling vaak nog onvoldoende kunnen worden ingeschat.
3.1
Wenselijkheid gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling
In ieder geval zijn vrijwel alle makelaars RGD van mening dat ten gevolge van de beëindiging van de beëdiging en de titelbescherming een vervangende regeling tot stand moet worden gebracht. Het merendeel van de makelaars RGD staat in principe positief tegenover een gemeenschappelijke regeling. Vooralsnog wordt door hen daarbij een basis-certificeringregeling volgens de EN 45013 als mogelijke optie voor de invulling daarvan gezien. Onderstaand wordt een samenvattend overzicht gegeven van de huidige standpunten van de makelaars RGD ten aanzien van een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling.
Standpunt t.a.v. certificeringsregeling
Categorieën makelaars
Belangrijk dat deze tot stand komt De vertegenwoordigers van deze makelaars achten het tot stand komen van een zo breed mogelijke basis-certificeringsregeling van groot belang.
• • • •
antiek en inboedel bedrijfsinventarissen en machinerieën schepen schoonmaakdienstverlening
In principe positief, kan voordelen hebben De vertegenwoordigers van deze makelaars zijn minder expliciet maar zien in principe voordelen.
• • • •
bloembollen bedrijfsbelangen hard- en software rijdend materieel
Niet negatief, maar nog geen standpunt
•
goud en zilver
Geen behoefte aan certificering
• •
tabak wijnen
Standpunt onbekend
• •
hypotheken agrarische productierechten
Twee organisaties, de Federatie TMV (antiek en inboedel, bedrijfsinventarissen en machinerieën); en het VNT (namens de schepen) willen een voortrekkersrol vervullen bij de opzet van een regeling. De Federatie TMV is daarbij het meest expliciet in haar keuze. De Federatie heeft vooruitlopend al een aantal activiteiten verricht, zoals het aanpassen van de statuten. Daarbij wil zij in de toekomst onderzoeken of het mogelijk is om taxateurs onder dezelfde regeling onder te brengen.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
19
Voor de Makelaars in Goud en Zilver spelen er nog zoveel vragen en onduidelijkheden, dat nog geen standpunt over de wenselijkheid van een gemeenschappelijke regeling kan worden bepaald. De vertegenwoordigers van de Makelaars in Tabak en Makelaars in Wijnen zien geen meerwaarde in een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling. Overwegingen wenselijkheid gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling In de diverse gesprekken zijn de volgende overwegingen ten aanzien van de wenselijkheid naar voren gekomen: • Het opzetten van een alternatieve systematiek vraagt tijd en middelen. Door gezamenlijk op te treden wordt het financiële en organisatorische draagvlak vergroot. • Voor het merendeel van de makelaars RGD geldt dat de markt vraagt om duidelijkheid, dan wel om een bepaalde waarborg met betrekking tot de vakbekwaamheid en onafhankelijkheid. Een door een onafhankelijke instantie afgegeven 'stempel' geeft de beste garantie om deze duidelijkheid te verschaffen. Certificering via de EN 45013 heeft voor zover men nu kan overzien in potentie de beste waarborg. • Verschillende malen is naar voren gebracht dat het begrip makelaar in de loop der jaren is gedevalueerd, en vaak met een negatief imago gepaard gaat. Met de afschaffing van de titelbescherming en de beëdiging wordt verdere uitholling en devaluatie verwacht. Met een voor elke groep makelaars RGD afzonderlijk erkennings- of kwaliteitssysteem wordt niet verwacht dat verdere devaluatie kan worden voorkomen. Tevens is de verwachting dat de ondoorzichtigheid op de markt in dat geval toeneemt, omdat eenieder voor een eigen invulling zal kiezen. Een gemeenschappelijke basisregeling kan er toe bijdragen dat er duidelijkheid naar de markt komt over de inhoud en kwaliteit van een makelaar RGD. Meerwaarde Enkele malen is opgemerkt dat een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling ook meerwaarde kan leveren ten opzichte van de huidige situatie: • Door middel van certificering komen er eisen ten aanzien van de duur van het certificaat. Daardoor zal bijscholing belangrijker worden. Dit kan een meerwaarde geven ten aanzien van de kwaliteit. • Over het algemeen wordt het begrip makelaar geassocieerd met een makelaar in onroerend goed. Een gemeenschappelijke regeling voor de makelaars RGD kan bijdragen aan de profilering van deze groep makelaars in de markt. • Samenwerking kan leiden tot upgrading van het vak. Overwegingen bij geen behoefte aan gemeenschappelijke regeling en certificering Makelaars in Tabak en Makelaars in Wijnen geven aan geen behoefte te hebben aan een gemeenschappelijke regeling en certificering. Beide groepen makelaars werken op een overzichtelijk marktsegment. Binnen deze marktsegmenten is sprake van duidelijkheid over de kwaliteit en onafhankelijkheid van de betreffende makelaars. Op beide markten is daarnaast weinig kans op een grote toestroom van bemiddelaars die zich makelaar gaan noemen na afschaffing van de beëdiging en de titelbescherming. Beide groepen makelaars zien dan ook geen meerwaarde in een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling. Brancheregeling voor Wijnmakelaars De Makelaars in Wijn hebben reeds een eigen kwaliteitsysteem opgezet: de titel 'Register Wijnmakelaar' is gedeponeerd bij het merkenbureau en mag uitsluitend worden gebruikt door degene die met goed gevolg een vakbekwaamtest bij het College van Wijnmakelaars heeft afgelegd. Deze regeling wordt vooralsnog afdoende geacht.
20
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
3.2
Mogelijkheden voor een basis-certificeringsregeling
In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de door geïnterviewden genoemde mogelijkheden, mogelijke knelpunten en randvoorwaarden bij een basis-certificeringsregeling.
3.2.1 Inhoudelijk Naar de mening van de geïnterviewden zijn er voldoende overeenkomsten tussen de diverse groepen makelaars RGD om een gemeenschappelijke 'paraplu-regeling' tot stand te brengen. Mits uiteraard daaronder de vakspecifieke inhoud ingevuld kan worden. Met andere woorden, een regeling waar: • onder een gemeenschappelijke noemer de gemeenschappelijke activiteiten en eisen worden neergelegd, zoals betrouwbaarheid, deskundigheid en onafhankelijkheid, en het gemeenschappelijke juridisch deel; • en waarbinnen in de vorm van bijvoorbeeld specialisaties de verschillende specialismen en branchespecifieke eisen ingevuld worden. Overeenkomsten De volgende overeenkomsten zijn in de interviews naar voren gekomen: • De hoofdactiviteiten van makelaars zijn gelijk. De huidige wettelijke omschrijving is een goede basis. • De eisen aan makelaars zijn in hoofdlijnen gelijk: deskundigheid, betrouwbaarheid, onafhankelijkheid. • Het onderdeel algemene wetskennis met betrekking tot het sluiten van overeenkomsten is voor allen gelijk. Mogelijke knelpunten De geïnterviewden zien vooralsnog nauwelijks inhoudelijke knelpunten. Als mogelijk inhoudelijk knelpunt zijn de uiteenlopende praktijkervaringseisen naar voren gekomen. Anderen zijn echter van mening dat deze eisen bij de vakspecifieke invulling kunnen worden ondergebracht. Randvoorwaarden De volgende randvoorwaarden voor de inhoudelijke invulling van de regeling zijn genoemd: • Alle nu geldende vakspecifieke eisen moeten gehandhaafd kunnen blijven. • De onafhankelijkheids- en betrouwbaarheids-eis moet gehandhaafd blijven. • Er zal een systematiek voor bijscholing moeten worden opgezet. • Minimaal eens per vijf jaar herexamen.
3.2.2 Organisatorisch en financieel Zowel organisatorisch als financieel worden door de geïnterviewden verschillende knelpunten en aandachtspunten gezien. • Allereerst bestaat onduidelijkheid over de financiële consequenties van een certificeringsregeling. Pas als dat inzichtelijk is wordt voor eenieder duidelijk of een certificeringsregeling ook daadwerkelijk mogelijk is. • Er zal geld geïnvesteerd moeten worden in het opzetten van de regeling. Vrijwel alle organisaties geven aan dat dit een grote bottle-neck is. Het betreft over het algemeen kleine organisaties met een beperkt aantal lid-makelaars.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
21
•
•
•
Daarnaast speelt het tijdsaspect. Alle geïnterviewden zien hier een belangrijk knelpunt. De bestuursleden van de branche-organisaties werken full-time als makelaar. Alle tijdsinvestering in de branche-organisatie gaat ten koste van de omzet. Uitzondering hierop zijn de makelaars Antiek en Inboedel, Schoonmaak en Schepen, die het secretariaatswerk (deels) hebben uitbesteed. Verschillende malen is aangegeven dat de certificeringsregeling goed in de markt gezet moet worden. Als dat niet gebeurd is men bang dat de meerwaarde beperkt zal zijn. Op dit moment zegt de EN 45013 op zichzelf niet zoveel in de markt. Gesteld wordt dat promotie- en voorlichtingactiviteiten noodzakelijk zullen zijn. Tevens is het punt van een overgangsregeling/inpassingregeling voor de op dit moment beëdigde makelaars naar voren gekomen. Opgemerkt is dat met name voor de recent beëdigde makelaars geldt dat zij nogal wat hebben geïnvesteerd in opleiding en examinering, hetgeen hen niet zomaar ontnomen kan worden.
Vormgeving basis-certificeringsregeling Voor zover de organisaties daar over hadden nagedacht, hebben zij een voorkeur voor het opzetten van een aparte Stichting Certificering voor de makelaars RGD. Aansluiting bij reeds bestaande organisaties die vakbekwaamheidscertificaten mogen afgeven heeft vooralsnog niet de voorkeur, uit oogpunt van herkenbaarheid. Bij de verdere vormgeving en invulling van een certificeringsregeling en de accreditatie daarvoor spelen nog verschillende andere zaken een rol. Dit betreft onder meer: • een Centraal College van Deskundigen; • (selectie) belanghebbenden; • regelingen van toetsing/examens; • regelingen van onderhoud vakbekwaamheid en bijscholing. Over deze aspecten hadden de geïnterviewden echter nog geen uitgekristalliseerde gedachten. Klachten, geschillen en beroepsaansprakelijkheid Verschillende malen is door geïnterviewden het belang van een geschillenregeling aangegeven. Het merendeel van de branche-organisaties draagt op dit moment reeds zorg bij geschillenbemiddeling. Met name de Makelaars in Schepen vinden een koppeling tussen geschillen en klachten met het certificaat van groot belang. Over het algemeen beschikken de diverse makelaars over een beroepsaansprakelijkheidsverzekering. De meeste branche-organisaties stellen dit echter niet verplicht.
22
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
4
Conclusies en aanbevelingen
4.1
Inleiding
In april 1998 heeft het kabinet de Tweede kamer een standpunt gezonden over het MDW-rapport makelaars. Het kabinet gaf daarin aan de voorstellen van de MDW-werkgroep tot afschaffing van de titelbescherming te onderschrijven. De plaats van deze wettelijke regeling zou kunnen worden ingenomen door een certificeringsregeling. In dit onderzoek - in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken - is voor de makelaars ‘overige categorie’ onderzoek gedaan naar het draagvlak voor een mogelijk gemeenschappelijke certificeringsregeling. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van desk-research en interviews bij de actieve branche-organisaties van makelaars binnen de 'overige categorie'. Met 'overige categorie' wordt gedoeld op in principe alle makelaars die geen makelaar in onroerend goed of assurantiën zijn. Binnen de categorie 'overig' is er sprake van een grote diversiteit: er is sprake van een breed scala van verschillende soorten makelaars. In die zin kan beter worden gesproken van de ‘makelaars Roerende Goederen en Diensten’ (makelaars RGD). In dit hoofdstuk wordt een aantal conclusies getrokken. Allereerst wordt hierbij ingegaan op de belangrijkste conclusies ten aanzien van een eventuele gemeenschappelijke regeling en certificering. Vervolgens wordt een aantal conclusies getrokken voor wat betreft de gemeenschappelijkheid in activiteiten van en eisen voor makelaars binnen de ‘overige categorie’. Vervolgens wordt ingegaan op een aantal aandachtspunten die van belang zijn bij de verdere vormgeving en implementatie van een certificeringsregeling. Tot slot worden de branche-organisaties enkele aandachtspunten meegegeven bij de verdere uitwerking en planvorming van certificering.
4.2
Conclusies
Op basis van de interviews en het desk-research kunnen de volgende conclusies worden getrokken. A.
Draagvlak gemeenschappelijke regeling en certificering
1.
Er bestaat een draagvlak voor een gemeenschappelijke basis-certificeringsregeling onder de makelaars RGD. Het merendeel van de branche-organisaties staat hier in principe positief tegenover. Uitzondering vormen de Makelaars in Wijn en de Makelaars in Tabak. De Makelaars in Goud en Zilver hebben hierover nog geen standpunt bepaald. De totale beroepsgroep waar certificering voor zou kunnen gelden, bestaat uit 550 tot 700 makelaars (inclusief de aspirant-makelaars).
2.
De belangrijkste overwegingen voor een gemeenschappelijke regeling liggen op het gebied van efficiency en het tegengaan van versnippering.
3.
De belangrijkste overweging van geïnterviewden voor certificering betreft het tegengaan van verdergaande devaluatie van het beroep makelaar nadat de beëdiging is beëindigd. Door middel van certificering kunnen de eisen aan de vakbekwaamheid hoog worden gehouden en de betrouwbaarheid en onafhankelijkheid in de markt worden benadrukt.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
23
4.
De keuze wordt vooralsnog gemaakt voor vakbekwaamheidscertificatie van personen. In principe bestaat er draagvlak voor een erkennings- of certificeringsregeling die het meest betrouwbaar is en het meeste vertrouwen uitstraalt op de markt. Bezien kan gaan worden of certificatie haalbaar en mogelijk is op basis van de Europese Norm 45013 binnen de accreditatiestructuur van de Raad voor Accreditatie (RvA).1
5.
Een aantal branches ziet ook meerwaarde ten opzichte van beëdiging. Zo is certificering aan tijdsduur gebonden en moet bijscholing worden geregeld, hetgeen ook een kwaliteitsinput geeft.
6.
Aan het draagvlak verbinden de organisaties feitelijk twee hoofdvoorwaarden: Het moet een paraplu-constructie zijn, waarin het gemeenschappelijke wordt geregeld, maar waarnaast voldoende ruimte bestaat voor het branchespecifieke. Het moet een constructie worden waarin de eigen identiteit van de makelaars RGD goed naar voren komt.
7.
Men ziet een aantal belangrijke knelpunten en aandachtspunten. Deze liggen met name op het vlak van de haalbaarheid van een paraplu-constructie met behoud van eigen identiteit, de organisatie, de kosten en de eigen input (tijd).
8.
De meeste branche-organisaties hadden op het moment van onderzoek geen uitgekristalliseerde gedachten over de verdere opzet en invulling van de regeling. Dit betekent dat daar in het verdere ontwikkelingsproces de nodige aandacht aan moet worden geschonken. Pas als over deze zaken duidelijkheid bestaat is het uiteindelijke draagvlak feitelijk bekend.
9.
De meeste branches-organisaties bemiddelen op dit moment bij geschillen.
10.
Een aantal organisaties heeft al tijdens de interviews gemeld activiteiten te willen ondernemen in dit kader, dan wel zeer actief betrokken te willen zijn.
B.
Basis van gemeenschappelijkheid
1.
Alle makelaars RGD verrichten activiteiten op het gebied van de bemiddeling bij totstandkoming van overeenkomsten en waardebepaling (taxaties). Het zwaartepunt van de activiteiten loopt echter uiteen. Bij de ene groep makelaars ligt de nadruk op de bemiddeling tussen koop en verkoop, terwijl bij anderen meer nadruk ligt op de waardebepaling / taxatie.
2.
Het grootste deel richt zich op de zakelijke markt. Een aantal groepen makelaars richt zich zowel op de zakelijke markt als op de consumentenmarkt. Twee groepen richten zich met name op de consumentenmarkt.
3.
De aard van de producten en diensten is zeer divers. Gemeenschappelijk is echter dat de makelaars zich richten op roerende goederen en diensten. De uitzondering wordt hier gevormd door de Makelaars in Bloembollen, die een redelijk groot deel van hun activiteiten verrichten op het gebied van onroerend goed.
4.
Alle geïnterviewde branche-organisaties zijn het er over eens dat beëdiging/certificering de afsluiting is van een traject. Men kan geen makelaar worden door het behalen van een diploma. Bij alle organisaties hebben aspirant-makelaars al laten zien dat zij het vak kunnen uitoefenen: zij zijn altijd al in de praktijk werkzaam. Beëdiging en straks wellicht certificering is
1
Indien er een certificatie zou bestaan die een grotere betrouwbaarheid zou hebben, zou die worden gekozen.
24
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
de kroon op dit werk. Praktijkervaring is dus essentieel en men is het er over eens dat dit jaren ervaring kost. 5.
Kernwoorden bij de makelaardij zijn betrouwbaarheid, onafhankelijkheid en deskundigheid. Wel zijn er enige verschillen in de mate van onafhankelijkheid die wordt nagestreefd. Bij sommige organisaties wordt het toegestaan voor eigen rekening te handelen, bij andere niet. Een aantal branches legt dan ook meer klemtoon op de onafhankelijkheid dan andere.
6.
In hoofdlijnen is structuur bij de examinering hetzelfde. Ten overstaande van een commissie wordt een aantal praktijkcasussen behandeld. Niettemin doen zich echter verschillen voor. Zo zijn er branches waarbij het theoretisch gedeelte schriftelijk plaatsvindt, terwijl dit bij andere mondeling wordt getoetst. Daarnaast dienen enkele categorieën makelaars schriftelijk uitwerkingen van praktijkcasussen in te dienen.
4.3
Aandachtspunten en aanbevelingen voor de branche-organisaties bij de verdere uitwerking
Op basis van het onderzoek en de conclusies willen de onderzoekers graag een aantal aanbevelingen en aandachtspunten voor de branche-organisaties naar voren brengen die van belang kunnen zijn bij verdere stappen en planvorming. 1.
2.
3.
Er bestaat draagvlak voor een gemeenschappelijke certificeringsregeling, maar dit draagvlak is fragiel. Over het algemeen wordt positief tegenover een gemeenschappelijke certificeringsregeling aangekeken, maar er zijn nog veel zaken onzeker en onduidelijk. Indien een zo breed mogelijke basis-certificeringsregeling gewenst is, is het aan te bevelen een zodanig traject op te zetten dat eenieder voldoende ruimte krijgt om de eigen identiteit in te brengen. Het is aan te bevelen zo snel mogelijk een inventarisatie te maken van de kosten die het opzetten en in stand houden van een certificeringsregeling met zich meebrengt. Pas dan kan de uiteindelijke haalbaarheid worden bezien. Er zullen zowel incidentele als structurele investeringen moeten worden gedaan. De incidentele investeringen hebben met name betrekking op de opstart, de ontwikkeling van een gemeenschappelijke constructie (paraplu), de organisatie van de certificering alsook dat elke branche-organisatie haar eisen aan de vakbekwaamheid en procedures voor het verkrijgen van de vakbekwaamheid en dergelijke zodanig op orde moet krijgen dat het geheel voor accreditatie in aanmerking kan komen. De structurele kosten hebben met name betrekking op het onderhoud en de certificatie van de vakbekwaamheid van de verschillende individuele makelaars. Ten aanzien van de certificatie in de praktijk doen zich in principe twee mogelijkheden voor. Er wordt aansluiting gezocht bij een instantie die al geaccrediteerd is door de Raad voor Accreditatie in het kader van de vakbekwaamheid, dan wel een nieuwe - op makelaars toegesneden - instantie wordt in het leven geroepen. Aansluiting bij een bestaande geaccrediteerde instantie is bij de start- en ontwikkelingsfase wellicht sneller en goedkoper. Het is echter de vraag of deze instanties voldoende zijn toegerust voor makelaars en de markt van makelaars.1 Het is aan te bevelen de voors en tegens verder te onderzoeken.
1 De certificaties die op dit moment zijn geaccrediteerd voor vakbekwaamheid op basis van EN 45013 liggen op dit moment (nog) met name op het vlak van de techniek en technische beroepen. Het is dus de vraag of en zo ja welke geaccrediteerde instanties zijn toegerust voor de markt van makelaars.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
25
4.
Het inventariseren en selecteren van ‘belanghebbenden’ ten behoeve van de samenstelling van een College van Deskundigen vormt een aandachtspunt. De markt waarop makelaars RGD actief zijn, betreft met name een zakelijke markt. Deze direct zakelijke ‘consumenten’ zijn waarschijnlijk niet altijd georganiseerd.1
5.
In het beroepsprofiel van de makelaar heeft de onafhankelijkheid een belangrijke plaats. Sommige branche-organisaties stellen echter stringentere eisen aan deze onafhankelijkheid dan anderen. Een mogelijk verbod op het niet handelen voor ‘eigen rekening’ vormt een aandachtspunt bij de formulering van de gemeenschappelijke eisen.
6.
Op dit moment zijn er beëdigd makelaars en aspirant-makelaars. In een toekomstige certificeringsregeling zal het zo zijn dat nieuwkomers - net als op dit moment - een proeve, assessment of examen moeten afleggen. De vraag is op welke manier de op dit moment beëdigde makelaars kunnen worden gecertificeerd. Volgens de Raad voor Accreditatie is het uitgesloten dat beëdiging in het verleden automatisch recht geeft op een certificaat in de toekomst. Er moet (enige) bewijsvoering worden overlegd die extern getoetst is. Het is echter ook niet zo dat de op dit moment beëdigde makelaars opnieuw (her)examen moeten doen. Het is dus van belang een ‘inpassingsregeling’ te ontwikkelen.
7.
Certificering biedt vervanging voor de huidige titelbescherming, maar deze is beperkt. Het verdient aanbeveling om titels (bijvoorbeeld ‘makelaar RGD’, ‘gecertificeerd makelaar’ en dergelijke) te deponeren.
8.
De examenprocedure vormt een aandachtspunt. De wijze van afname van examens loopt uiteen. Bezien moeten worden welke procedures gemeenschappelijk kunnen zijn, dan wel dat deze een eigen identiteit noodzaken en met welke kosten dit gepaard gaat.
9.
Ook formulering van de eisen in relatie tot de toetsing is een punt van aandacht. Veel staat al op papier, zoals de eisen van vakbekwaamheid. Deze zullen waarschijnlijk nog wel moeten worden bezien op compleetheid, eenduidigheid en misschien uniformiteit.
10.
Aandachtspunt is de mogelijkheid van een gemeenschappelijke (branche-overstijgende) geschillenregeling ondergebracht bij een onafhankelijke commissie. Sommige branches willen tevens (zware) misstappen koppelen aan (ontnemen van) certificatie. Niet alle branches kennen nu overigens een geschillenregeling.
11.
De factor tijd is een aandachtspunt. Volgens de op dit moment nog gehanteerde planning van de overheid vervalt de titelbescherming van de beëdigd makelaar per 1-1-2000.
12.
Het is aan te bevelen op korte termijn een bijeenkomst te organiseren waarin de verdere gemeenschappelijke certificering kan worden besproken. Aanbevolen wordt daar alle brancheorganisaties voor uit te nodigen, dus ook, tabak, wijn, rijdend materieel, hypotheken en agrarische productierechten.
1
Bij de makelaars onroerend goed kunnen bijvoorbeeld de Consumentenbond en de Vereniging Eigen Huis als belanghebbenden optreden. Bij de makelaars RGD is dit in beginsel veel lastiger.
26
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Bijlage 1 Overzicht geïnterviewden 1.
Federatie Taxateurs Makelaars en Veilinghouders (voorheen Nederlandse Organisatie van Makelaars, Veilinghouders en beëdigde Taxateurs in roerende goederen en machinerieën) Gesproken met: dhr. Ariëns Kappers (secr.) en mevr. van Biemen (examenbureau)
2.
Orde van beëdigde Taxateurs Goud en Zilverwerken Gesproken met: mw. C. Vermaas (voorz)
3.
Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen Gesproken met: dhr. Doeve (secr); dhr. Derks (voorz); dhr. Holtrop (adj. secr. Vereniging Nederlandse Tussenpersonen)
4.
Nederlandse Vereniging van Beëdigde Informaticadeskundigen Gesproken met: dhr. van Bruggen (voorz); dhr. Derksema (lid); dhr. Bruijn (lid)
5.
Vereniging van Makelaars en Erkende Adviseurs in Schoonmaakdienstverlening Gesproken met: dhr. Huisman (secr); dhr. van Riel (lid); dhr. van Leijen (lid)
6.
Vereniging van Makelaars en Zelfstandige Tussenpersonen in het Bloembollenbedrijf Gesproken met: dhr. Broersen (secr); dhr. Rooijakkers (voorz)
7.
Vereniging van Nederlandse Makelaars in Wijn Gesproken met: dhr. Wallast Groenewoud (secr); dhr. Zeij (voorz)
8.
Nederlandse orde van Makelaars en Taxateurs in Bedrijfsbelangen Interview: 3 december Gesproken met: dhr. Janssen (secr)
9.
Vereniging voor Makelaars in Tabak Gesproken met: dhr. Goedhart (secr)
10.
Vereniging van Kamers van Koophandel en Fabrieken Gesproken met: mw. Elderenbosch; mw. Koster
Adresgegevens organisaties waar geen interview heeft plaatsgevonden: •
Genootschap van Makelaars in Hypotheken dhr. van der Windt; secretaris telefoon: 010-4226144
•
Agrarische Productierechten Commissie makelaardij KvK Gelderland dhr. A. Rozenboom. telefoon: 0318-414051
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
27
•
28
NIAV p/a NIVRE Postbus 4231 3006 AE ROTTERDAM telefoon: 010-2428555 dhr. A. Westerhof, voorzitter
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Bijlage 2 Samenvatting Interviews Vereniging van Makelaars en erkende adviseurs in Schoonmaakdienstverlening A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Marktdekking branche-organisatie
Opleidingen en organisatie opleidingen Samenstelling examencommissie
B.
Vereniging van Makelaars en Erkende Adviseurs in Schoonmaakdienstverlening Postbus 90154 5000 LG TILBURG Telefoonnummer: 013-5944300 Contactpersoon: dhr. H.L. Huisman (secretaris) • twaalf beëdigd makelaars • zes aspirant leden Vrijwel alle actieve makelaars zijn aangesloten. Vereniging bestaat sinds 1995. Er zijn opleidingseisen, in samenwerking met Stichting Scholing en Vorming Schoonmaakbedrijven en -diensten (SVS). Examens: schriftelijk deel via SVS. Mondeling examencommissie: belangenvertegenwoordiging, SVS, KvK. Algemene Wetskennis door de FederatieTMV. De Vereniging zelf is nog te jong om vertegenwoordigd te zijn geweest. Willen in de toekomst hier meer input in leveren.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Schoonmaakdienstverlening.
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
• • •
zakelijk / business-to-business; bedrijven en overheden; Europese aanbestedingsregelgeving maakt deel uit van de dienstverlening.
Activiteiten makelaars
•
bemiddeling en advisering bij aanbesteding van schoonmaakwerkzaamheden
Nadruk ligt op bemiddelingsfunctie. Taxaties en dergelijke voor bijvoorbeeld derden zoals banken, verzekeringen e.d. is niet aan de orde. Bijzonderheden
Er is géén courtage-regeling. De makelaars stellen offerte op uitgaande van een vaste aanneemsom. De begroting in de offerte is gebaseerd op een de geplande activiteiten en een dagtarief en staat in die zin los van de omvang van het totale schoonmaakbedrag.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
29
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars ‘overig’
Staan in principe positief tegenover een gemeenschappelijke regeling binnen de categorie ‘overige makelaars’.
Voordelen en redenen
Certificering wordt - na het wegvallen van de beëdiging - van groot belang geacht. Bezien kan worden of gezamenlijk een regeling kan worden opgezet.
Standpunt t.a.v. certificering
Certificering is van belang. De Vereniging wil in principe een regeling die het meeste vertrouwen biedt in de markt.
Redenen en voordelen
Centraal staat regeling van de onafhankelijkheid. In totaal zijn er ongeveer tachtig tot negentig tussenpersonen actief in de bemiddeling van koop en verkoop van schoonmaakdiensten. Deze markt is zeer ondoorzichtig en de onafhankelijkheid van vele tussenpersonen is ver te zoeken. Gratis bemiddeling aan de koper / opdrachtgever komt voor, evenals tussenpersonen die in het verlengde van schoonmaakbedrijven werken, maar in naam onafhankelijk zijn.
Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
De onafhankelijkheid moet kunnen worden geregeld, alsmede de specifieke vakbekwaamheid en de juridische kennis.
Tijdens interview genoem- • de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van • een gemeenschappelijke regeling • • •
Het proces om tot gemeenschappelijke certificering te komen is niet eenvoudig, gezien de verschillen tussen de makelaars in de overige categorie. Dit proces zal de nodige input en investeringen vergen. Financiën zijn daarbij ook een knelpunt. De Makelaars in Schoonmaakdienstverlening kennen een aantal specifieke eisen. Een inpassingsregeling. De betreffende makelaars hebben bijvoorbeeld zeer recentelijk investeringen gedaan in opleiding, examen en beëdiging. Er zal onderzoek moeten worden gedaan naar het verdere haalbaarheidstraject (o.m. de kosten) om te komen tot certificering via EN 45013.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
De Vereniging heeft een gedragscode en een Commissie van Toezicht gekoppeld aan de gedragscode.
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De Vereniging wil graag (zeer) actief meewerken en worden betrokken bij het toekomstig proces.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Nvt
30
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Vereniging van Makelaars en Zelfstandige Tussenpersonen in het Bloembollenbedrijf
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Vereniging van Makelaars en Zelfstandige Tussenpersonen in het Bloembollenbedrijf Korte Bosweg 36 't Zand telefoon: 0224-591956 Contactpersoon: dhr. S. Broersen (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
• •
veertien tot zestien beëdigd makelaars zeven aspirant-makelaars (wellicht inmiddels examen gedaan)
Vrijwel alle actieve makelaars zijn aangesloten. De vereniging bestaat sinds 1950. Opleidingen en organisatie opleidingen
Er is geen specifiek opleidingstraject. De makelaar leert in de praktijk. Er is wel inzicht in vragen / eisen voor het examen.
Samenstelling examencommissie
Examencommissie: makelaars, WLTO (belanghebbenden) en vertegenwoordiging van de Kamer Alkmaar
B.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Alles wat met bloembollen te maken heeft: onroerend goed, schuren, bloembollenbedrijven, teeltlicenties, machines e.d.
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
• •
Activiteiten makelaars
• •
bedrijven / business-to-business onroerend goed en schuren is een zeer belangrijk deel van de activiteiten van de makelaars, en tevens van de totale omzet agrarisch internationale markt groeit
• •
bemiddeling in koop en verkoop waardebepaling
De nadruk ligt op bemiddelingsfunctie. Treden op in arbitragezaken. Taxaties voor bijvoorbeeld banken, verzekeringen e.d. is maar 10% van de markt.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
31
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars ‘overig’
Hoewel op het moment van interview het standpunt nog niet was bepaald, is men op voorhand niet negatief. Hoewel de nadruk ligt op onroerend goed, wil de vereniging graag de mogelijkheden bezien van aansluiting bij de makelaars in de ‘overige categorie’.
Voordelen en redenen
Er wordt ook in roerend goed gemakeld. Aansluiting bij onroerend goed wordt vooralsnog als niet wenselijk gezien.
Standpunt t.a.v. certificering
Zijn tot nu toe nog niet betrokken geweest bij de MDW-discussie. Hebben nog geen standpunt bepaald en hebben nog talloze vragen over mogelijke certificering en de consequenties, maar staan niet afwijzend tegenover certificering.
Redenen en voordelen
Op dit moment nog geen bijzondere reden. Beëdiging valt weg en certificering biedt misschien een mogelijkheid om dit op te vangen.
Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
Bloembollen is een aparte sector en vergt specifieke deskundigheid.
Tijdens interview genoem- Nvt de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
De Vereniging heeft eisen. Op dit moment is er geen geschillenregeling en dergelijke. Een standpunt hierover is ook nog niet ingenomen
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De Vereniging wil graag betrokken blijven bij verdere activiteiten.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Nvt
32
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Vereniging van Makelaars in Tabak
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Vereniging van Makelaars in Tabak Rokin 93 1012 KM AMSTERDAM 020-6240234 Contactpersoon: dhr. Goedhart (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
Twee beëdigd makelaars. Alle actieve makelaars zijn aangesloten.
Opleidingen en organisatie opleidingen
Er geen specifiek opleidingstraject.
Samenstelling examencommissie
Examencommissie Makelaars en vertegenwoordiging van de Kamer Amsterdam.
Bijzonderheden
Aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Tussenpersonen.
B.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Tabak
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
• •
bedrijven / business-to-business internationale markt
Activiteiten makelaars
• •
bemiddeling in koop en verkoop waardebepaling
De nadruk ligt op bemiddelingsfunctie. Relatief weinig komen voor: taxaties, schadeexpertises voor bijvoorbeeld banken, verzekeringen, justitie e.d.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
33
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars ‘overig’
Een regeling waarbij Makelaars in Tabak zijn betrokken is niet noodzakelijk.
Voordelen en redenen
De Makelaars in Tabak functioneren op een (internationale) zakelijke markt. Deze markt is transparant, verkaveld en de persoonlijke deskundigheid en vakbekwaamheid van de makelaars is als zodanig bekend.
Standpunt t.a.v. certificering
Certificering biedt nauwelijks meerwaarde in het marktsegment, is in principe dus niet nodig en daarom niet aan de orde.
Redenen en voordelen
Certificering noodzaakt nieuwe investeringen, geeft organisatorische en administratieve druk en de persoonlijke vakbekwaamheid / deskundigheid van de makelaars is goed bekend in de markt.
Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
Nvt
Tijdens interview genoem- Nvt de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
Nvt
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De vereniging wil graag op de hoogte blijven bij verdere activiteiten.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Nvt
34
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Nederlandse Orde van Makelaars en Taxateurs in Bedrijfsbelangen
A. Gegevens branche-organisatie Adresgegevens branche-organisatie
Nederlandse Orde van Makelaars en Taxateurs in Bedrijfsbelangen (NOMTB) Postbus 4167 3502 HD UTRECHT 030-2849849 Contactpersoon: dhr. C.L.A. Janssen (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
Op dit moment zijn er negen makelaars in bedrijfsbelangen. De verwachting is dat dit er over een paar jaar ongeveer dertig zullen zijn. Alle makelaars zijn lid van het NOMTB.
Opleidingsmogelijkheden makelaars
Ter voorbereiding op de vakbekwaamheidstoets is op initiatief van de NOMTB de post-doc opleiding Business Valuation ontwikkeld.
Samenstelling examencommissie
Naast eventuele vertegenwoordiging vanuit de KVK is de commissie samengesteld uit onafhankelijke deskundigen (geen collega-makelaars)
Bijzonderheden organisatie • • • •
B.
De Orde bestaat sinds 1995. Makelaars in Bedrijfsbelangen is een relatief jonge beroepsgroep; deze is tot stand gekomen vanuit de vraag op de markt naar duidelijkheid met betrekking tot kwaliteit en ervaring van fusie- en overnameadviseurs. De Orde hanteert een gedragscode, en er is een geschillencommissie. Alle leden hebben een beroepsaansprakelijkheidsverzekering. De Orde is bezig met het opzetten van een systematiek voor permanente educatie.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Begeleiden van fusie- en overnameprocessen en waardebepaling van ondernemingen of onderdelen daarvan.
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
Zakelijke markt
Activiteiten van makelaars
De activiteiten omvatten bemiddeling bij totstandkoming van overeenkomsten, taxaties en kwaliteitsbeoordelingen. Per makelaars varieert het accent in de activiteiten.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
35
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig’
De Orde is de laatste jaren druk bezig geweest om de gehele systematiek in de huidige situatie van de grond te krijgen. Zijn daar ook nog niet helemaal mee klaar. Bijvoorbeeld bijscholing is een punt dat verder moet worden uitgewerkt. Indien in overleg met anderen tot een alternatieve regeling kan worden gekomen, zonder dat opnieuw het wiel uitgevonden moet worden, is dat een voordeel.
Standpunt t.a.v. certificering
Staan in principe positief ten opzichte van een basis-certificeringsregeling.
Voordelen en redenen
•
Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
•
Een onafhankelijke beoordeling van procedures is van belang, de markt vraagt die duidelijkheid. Kan helpen om van negatief imago van makelaar af te komen.
•
Er zal een duidelijke marketing moeten komen.
Tijdens interview genoem- • de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling
Er is onvoldoende tijd en geld beschikbaar om een ander op te zetten.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
Al deze zaken zijn zeer zeker van belang.
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De Orde wil graag met de andere organisaties rond de tafel gaan zitten om mogelijkheden te bespreken. Voor een actieve voortrekkersrol ontbreken de mogelijkheden.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Betrokkenheid van belanghebbenden bij certificering kan mogelijk vormgegeven worden door werkgevers en werknemersorganisaties, vertegenwoordiging rechtbank en/of Kamers van Koophandel.
36
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Federatie van Taxateurs Makelaars Veilinghouders in Roerende Zaken
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Federatie van Taxateurs Makelaars Veilinghouders in Roerende Zaken (Federatie TMV) Postbus 2508 1000 CM AMSTERDAM 020-4313305 Contactpersoon: mr. P.H. Ariëns Kappers (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
Bij de Federatie zijn plm. honderd makelaars aangesloten. Het totaal aantal makelaars in de aangesloten branches is onbekend. Een ruwe schatting komt uit op in totaal driehonderd tot vierhonderd makelaars, d.w.z. een marktdekking van 30 tot 40%.
Opleidingsmogelijkheden makelaars
Er is geen opleiding voor deze categorieën.
Samenstelling examencommissie
Naast een uitnodiging aan vertegenwoordiger van de KvK, wordt de examencommissie zo onafhankelijk mogelijk samengesteld met makelaars en andere deskundigen waaronder beëdigd taxateurs op het vakgebied.
Bijzonderheden organisatie • • • • • •
B.
Federatie TMV was voorheen Nederlandse Organisatie van Makelaars, veilinghouders en beëdigde Taxateurs in Roerende Goederen en Machinerieën. Aangesloten branches: - bedrijfsinventarissen en machinerieën - antiek, inboedel en kunst Verzorgen sinds 1951 in opdracht van de KvK e/of rechtbanken vakbekaamheidstoetsen op gebied van roerende zaken evenals juridische makelaars examens. Voor alle leden geldt een erecode. Tot voor kort geen nadere reglementen, zijn nu wel bezig met verdere ontwikkeling daarvan. Streven ernaar dat meer branche-organisaties zich bij de Federatie aansluiten. Organiseren regelmatig thema-bijeenkomsten.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
De Federatie TMV vertegenwoordigt: • Makelaars in Bedrijfsinventarissen en Machinerieën, en specialisaties daarbinnen. • Makelaars in Kunst, Antiek en Inboedelgoederen, en specialisaties daarbinnen.
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
Antiek, inboedel en kunst: • zowel consumenten als zakelijke markt. Bedrijfsinventarissen en machinerieën: • voornamelijk zakelijke markt
Activiteiten van makelaars
Hoofdactiviteit van deze categorieën makelaars ligt in taxatie en bemiddeling. Er wordt veel gewerkt in opdracht van verzekeringsmaatschappijen, rechtbanken, advocaten, banken e.d. Belangrijkste verschilpunt met taxateurs ligt in de onafhankelijkheid van de makelaar.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
37
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig'
Voorstander van een gemeenschappelijke regeling voor alle makelaars ‘overig’ waarvan het specialisme examineerbaar is. De gedachten zijn om een dergelijke regeling eventueel uit te breiden met taxateurs.
Voordelen en redenen
• •
Standpunt t.a.v. certificering
Vinden het van groot belang dat er een certificeringsregeling volgens EN 45013 tot stand wordt gebracht.
Voordelen en redenen
•
• • • Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
• • •
tegengaan van versnippering en onduidelijkheid op de markt voorkomen van titelinflatie
Makelaars en taxateurs vervullen een belangrijke rol op de markt. Bijvoorbeeld voor verzekeringsmaatschappijen, rechtbanken bedrijven waaronder financieringsinstellingen, fabrieken en consumenten. Tegelijkertijd is de markt onduidelijk. Er is dus behoefte aan een onderscheidend kenmerk voor deskundige makelaars en taxateurs. Alleen een officiële stempel van een onafhankelijke organisatie kan de consumenten en de markt het vertrouwen geven. Alleen certificering heeft een onderscheidend vermogen op de markt ten opzichte van niet-deskundigen die zich straks makelaar kunnen gaan noemen. Certificering heeft als meerwaarde dat de geldigheid van het certificaat aan tijd is gebonden. Er zal veel geld en marketing nodig zijn om de certificering op te zetten en in de markt te zetten. De deskundigheid, betrouwbaarheid en onafhankelijkheid moeten in ieder geval gewaarborgd worden via de certificering. Daarbij moet bijscholing geregeld worden, bijvoorbeeld door middel van een puntensysteem. Minimaal eens per vijf jaar herexamen.
Tijdens interview genoemde mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling
Inhoudelijk worden geen grote knelpunten gezien. Zowel qua activiteiten van makelaars als qua wijze van examinering zijn er grote overeenkomsten tussen de verschillende categorieen makelaars. Eventuele eisen t.a.v. aantal jaren praktijkervaring kunnen een potentieel knelpunt zijn. Deze eisen lopen namelijk uiteen tussen de verschillende categorieën makelaars.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
Het tot stand brengen van een geschillenregeling wordt van belang geacht. Voor consumentenzaken zal deze regeling iets anders ingevuld moeten worden dan voor zakelijke geschillen. Arbitrage hoeft niet geregeld te worden, dat is een zaak die goed door de rechterlijke macht uitgevoerd kan worden.
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De Federatie TMV wil graag een voortrekkersrol vervullen bij het tot stand brengen van een gemeenschappelijke basiscertificeringsregeling.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
• •
38
De Federatie ziet in de toekomstige situatie ook een rol voor de KvK. Vooralsnog gaat de voorkeur uit naar het opzetten van een Stichting Certificering 'overige makelaars'.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Orde van Beëdigde Taxateurs Goud- en Zilverwerken
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Orde van Beëdigde Taxateurs Goud- en Zilverwerken Overschiese Kleiweg 755 3045 LM ROTTERDAM 010-4675621 Contactpersoon: mevr C. Vermaas (voorzitter)
Marktdekking branche-organisatie
In totaal zijn er zestien Makelaars in Goud en Zilver, waarvan twaalf als zodanig actief. Ongeveer 85% is aangesloten bij de Orde.
Opleidingsmogelijkheden makelaars
De Federatie Goud en Zilver organiseert een cursus ter voorbereiding op het vakbekwaamheidsexamen taxateur.
Samenstelling examencommissie
Naast iemand van de KvK deskundigen uit het veld, waaronder makelaars.
Bijzonderheden organisatie • •
B.
Gedragscode is dat de makelaars niet handelen in het goed waarin gemakeld wordt. De Orde bemiddelt bij geschillen.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Makelaars in Goud en Zilver zijn er in de volgende vakgebieden: • gouden en zilveren sieraden en juwelen • diamanten en edelstenen
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
Zowel zakelijke markt als consumentenmarkt.
Activiteiten van makelaars
De Makelaars in Goud en Zilver verrichten hoofdzakelijk expertise-werkzaamheden, bemiddelingswerkzaamheden en taxatiewerkzaamheden in opdracht van verzekeringsmaatschappijen, justitie, advocaten e.d. De meerwaarde van de makelaar ten opzichte van een taxateur is zijn onafhankelijkheid. Bemiddelingswerkzaamheden bij overeenkomsten kunnen eveneens deel uitmaken van de werkzaamheden. Het zwaartepunt in de werkzaamheden varieert per makelaar.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
39
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig'
Op zichzelf zou het goed zijn als er een regeling komt die kwaliteit en duidelijkheid garandeert. Op dit moment zijn er echter nog te veel vraagtekens en knelpunten om nadere uitspraken te kunnen doen over de wenselijkheid en de mogelijkheid daarvan.
Tijdens interview genoem- • de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke • regeling
• •
De Orde heeft zelf geen tijd en middelen om te werken aan een alternatieve regeling. Op dit moment is er onvoldoende vertrouwen in andere organisaties om de werkzaamheden te delegeren. Er zal duidelijkheid moeten komen over wie een en ander gaat opzetten. Op dit moment kan de Orde veel doen aan kwaliteitsbewaking. Als een en ander opgaat in een grotere organisatie is het directe zicht op de kwaliteit niet meer mogelijk. Het alternatieve systeem zal die waarborgen voor kwaliteit in zich moeten hebben. Het is echter de vraag of de kwaliteitsnormen van de Orde voldoende tot uitdrukking kunnen komen in een gemeenschappelijke regeling. Als de kosten van het lidmaatschap omhoog gaan zullen er leden afhaken. Dat is slecht voor de kwaliteitsbewaking van de beroepsgroep. Als er iets komt moet het goed worden geregeld en duidelijke meerwaarde bieden. Of die meerwaarde tot stand gebracht kan worden is echter onduidelijk.
Standpunt t.a.v. certificering
De vraag doet zich voor of de EN 45013 zodanig van de grond komt dat er een onderscheidend effect van uitgaat.
Knelpunten en vragen t.a.v. certificering
• • •
Er zullen onafhankelijke examinatoren moeten worden gevonden. Als die beschikbaar zijn, zijn de kosten zeker een knelpunt: het gaat immers om kwaliteitsmensen die een bepaald tarief hebben. Er zal een college van deskundigen moeten worden samengesteld. De financiering daarvan is een probleem. De Raad van Accreditatie hanteert een behoorlijk tarief.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
Een onafhankelijke geschillenregeling kan een meerwaarde bieden, de kosten van een dergelijke regeling zijn echter aanzienlijk.
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De Orde heeft geen tijd en middelen om activiteiten te verrichten. Op het moment dat meer duidelijkheid komt over organisatie, kosten en invulling van een mogelijke regeling kan de Orde bezien of zij mee kan gaan in een eventueel ontwikkelingsproces.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Het probleem is dat er op dit moment een regeling is die relatief eenvoudig en goedkoop is. Met andere woorden het is op dit moment gewoon goed geregeld. De huidige regeling is ook democratischer, ongeacht de beschikbare middelen kan een ieder onafhankelijkheid, deskundigheid en betrouwbaarheid regelen. Na afschaffing van titelbescherming en beëdiging zal een groepje dat zich dat financieel kan permitteren iets kunnen regelen, terwijl anderen die niet over die middelen beschikken dat niet kunnen.
40
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Nederlandse Vereniging van Beëdigde Informaticadeskundigen
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Nederlandse Vereniging van Beëdigde Informaticadeskundigen Postbus 242 3500 AE UTRECHT 030-2586111 Contactpersoon: ir. R.D. van Bruggen (voorzitter)
Marktdekking branche-organisatie
Er zijn 24 makelaars en twintig aspirant makelaars. Op een enkeling na (meestal niet actief) zijn allen lid van de Vereniging. Dekking van ongeveer 90%.
Opleidingsmogelijkheden makelaars
Bij de VU Amsterdam is een opleiding ontwikkeld die speciaal is gericht op Makelaars en Aspirant-makelaars Hard-en Software.
Samenstelling examencommissie
Naast vertegenwoordiging van de KVK samengesteld uit onafhankelijke deskundigen.
Bijzonderheden organisatie • • •
B.
De Vereniging organiseert bijscholing. Zeven keer per jaar is er een studiebijeenkomst. Tevens zijn er werkgroepen rond thema's. Er wordt op dit moment gewerkt aan uitwerking van permanente educatie. Vereniging hanteert gedragscode waaronder dat niet gehandeld wordt in het goed waarin gemakeld wordt. De Vereniging hanteert tuchtrecht en stelt een beroepsaansprakelijkheids-verzekering verplicht.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Hard- en software.
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
Voornamelijk zakelijke markt.
Activiteiten van makelaars
Begeleiden bedrijven en bemiddelen bij totstandkoming van automatiseringsovereenkomsten. Het gaat in feite om informatica-adviseurs die duidelijk onafhankelijk zijn. Die onafhankelijkheid is van groot belang. De markt is wat dat betreft ondoorzichtig. Naast bemiddeling behoren ook arbitrage, het opstellen van deskundigeberichten en advisering tot de werkzaamheden.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
41
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig'
De Vereniging hanteert een handboek waarin alle procedures en afspraken zijn vastgelegd. In feite is dit voldoende om de deskundigheid en betrouwbaarheid in stand te houden. Nadeel is dan echter dat er geen onafhankelijke toets en uitstraling is. Om die reden zou een gemeenschappelijke regeling voordelen kunnen bieden.
Voordelen en redenen
Een gemeenschappelijke regeling biedt de volgende voordelen: • herkenbaarheid in de markt • efficiencyvoordelen in tijd en geld • contacten tussen verschillende makelaars kan meerwaarde bieden: informatieuitwisseling en vaknormen
Standpunt t.a.v. certificering
Men staat in principe positief tegenover een basiscertificeringsregeling volgens EN 45013.
Voordelen en redenen
Certificering kan meerwaarde bieden, omdat daarmee een onafhankelijke toetsing komt op de normen en de procedures die gehanteerd worden.
Tijdens interview genoem- • de mogelijke knelpunten bij • het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling
Inhoudelijk worden vooralsnog geen knelpunten gezien. Financieel en organisatorisch zijn er wel knelpunten. De Vereniging is klein en heeft onvoldoende tijd en middelen om een en ander op zetten. Het lidmaatschap kost al vrij veel geld en kan niet verder verhoogd worden. Verder zit er enige haast aan het proces. Na de zomer is er helemaal geen tijd meer beschikbaar (drukke werkzaamheden). Een financiële ondersteuning van de overheid is op zijn plaats.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
Is op dit moment voldoende geregeld.
Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
Willen graag op korte termijn met anderen rond de tafel gaan zitten.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Hebben voorkeur voor oprichting aparte Stichting Certificering Makelaars 'overige categorieën'.
42
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen
A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen (NBMS) Westhavenkade 112 3133 AV VLAARDINGEN 010-2489830 Contactpersoon: S. Doeve (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
• •
Opleidingsmogelijkheden makelaars
Voor het verkrijgen van de theoretische vakkennis is op initiatief van de NBMS een cursus ontwikkeld bij het D.O.C. te Doetichem.
Samenstelling examencommissie
Naast de vertegenwoordiging vanuit de KvK bestaan de examencommissies uit actieve makelaars in Schepen, beide onder voorzitterschap van een notaris .
Bijzonderheden organisatie • • • • •
B.
Er zijn in totaal plm. 125 makelaars in Schepen Er zijn 101 makelaars in Schepen aangesloten bij de NBMS. Dit komt overeen met ruim 80% van de markt.
Aangesloten bij Vereniging Nederlandse Tussenpersonen (VNT). Hanteert Codex voor Beroepsethiek, die als leidraad dient bij uitoefening van het beroep makelaar. Organiseert lezingen voor onderhoud van de vakkennis. Heeft een klachtencommissie. Sanctiemogelijkheid is royeren van lid. Merendeel van de leden heeft een beroepsaansprakelijkheidsverzekering, maar dit is niet verplicht bij het lidmaatschap.
Gegevens makelaars in schepen
Omschrijving goederen en/of diensten
Makelaars in schepen zijn er in de volgende vakgebieden: • Pleziervaartuigen (Jachtmakelaars) • Zeeschepen • Rijn- en binnenvaartschepen • Baggermateriaal • Visserijschepen
Soort markt waarop de makelaars actief zijn
Jachtmakelaars: • voornamelijk consumentenmarkt. Beroepsvaart-makelaars: • voornamelijk zakelijke markt.
Activiteiten van makelaars in schepen
• •
bemiddelen bij het opstarten en afronden van overeenkomsten waardebepaling
Zwaartepunt in de werkzaamheden ligt bij het bemiddelen bij en totstandbrengen van overeenkomsten en daarbij behorende waardebepaling. Nevenactiviteiten kunnen omvatten: • kwaliteitsbeoordeling • deskundige-onderzoeken • beoordeling van contracten • bemiddeling bij geschillen
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
43
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig'
Zijn voorstander van een gemeenschappelijke basisregeling voor de gehele categorie 'overige makelaars’.
Voordelen en redenen
Gemeenschappelijke regeling wordt van belang geacht, omdat: • alleen daarmee onderscheid op de markt kan komen naar allen die zich straks makelaar kunnen gaan noemen maar niet deskundig zijn (beunhazen). • alleen met een eenduidige regeling het vertrouwen richting consument en markt kan worden gewaarborgd. • het financiële draagvlak wordt vergroot.
Standpunt t.a.v. certificering
Staan in principe positief tegenover certificeringsregeling volgens EN 45013.
Voordelen en redenen
• •
Randvoorwaarden bij opzet van een gemeenschappelijke certificeringsregeling
• •
•
Een certificeringsregeling kan een goede aanzet zijn om te komen tot een gemeenschappelijk kwaliteitskeurmerk met inhoudelijke specialisaties. Certificering heeft potentieel vertrouwen in de markt. Deskundigheid, onafhankelijkheid en betrouwbaarheid moeten gewaarborgd worden via de certificering. De nieuwe regeling moet een meerwaarde geven ten opzichte van de huidige situatie. Het begrip makelaar is gedevalueerd. Door middel van een - door de overheid of andere onafhankelijke instantie met aanzien - erkend kwaliteitskeurmerk moet het begrip makelaar meer vertrouwen op de markt en bij de consument krijgen. Er zal in ieder geval promotie moeten komen om het kwaliteitskeurmerk van makelaars in de markt te zetten. De overheid moet deze voorlichting voor rekening nemen (bijv. via Postbus 51).
Tijdens interview genoem- • de mogelijke knelpunten bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke regeling •
Inhoudelijk worden vooralsnog geen knelpunten gezien. De gemeenschappelijke basis wordt gevormd door de hoofdactiviteiten en kenmerken van makelaars die voor alle makelaars hetzelfde zijn. De vakspecifieke kennis en eisen kunnen in de vorm van specialisaties / differentiaties daar onder gehangen geworden. Financieel en organisatorisch ziet men echter wel duidelijke knelpunten. Er is waarschijnlijk hulp nodig om de regeling op te zetten. De bestuursleden en leden hebben geen tijd om al deze zaken te regelen. Tevens kost een dergelijke regeling geld. Zowel voor het opzetten maar ook voor het in stand houden. Op dit moment betalen de leden f 250,- lidmaatschap per jaar. Men is bang dat dit bedrag niet voldoende is. De NBMS is dan ook van mening dat de overheid een financiële bijdrage moet leveren.
•
Een onafhankelijke geschillenregeling wordt van belang geacht. Deze moet een zodanige relatie hebben met de certificeringsregeling dat het certificaat kan worden ingetrokken. Voor de Jachtmakelaars is er op dit moment een geschillenregeling watersport, maar deze dekt slechts een deel van de markt.
Geschillenregeling / arbitrage / beroepsaansprakelijkheid
• Betrokkenheid organisatie bij toekomstig proces
De VNT wil graag namens de NBMS een voortrekkersrol vervullen bij het totstandbrengen van een gemeenschappelijke 'basiscertificeringsregeling'.
Overige opmerkingen / aandachtspunten
Hoe gaat het straks met betrekking tot het wettelijk verbod op dubbele courtage?
44
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
College van Wijnmakelaars A.
Gegevens branche-organisatie
Adresgegevens branche-organisatie
College van Wijnmakelaars Van Eeghenlaan 27 1071 EN AMSTERDAM 020-6730331 Contactpersoon: mr R.J.B. Wallast Groenewoud (secretaris)
Marktdekking branche-organisatie
Nederland telt negen Wijnmakelaars, die allen bij het College van Wijnmakelaars zijn aangesloten.
Opleidingsmogelijkheden makelaars
Er is geen specifiek opleidingstraject. Voorbereiding via zelfstudie en veel praktijkervaring.
Samenstelling examencommissie
Naast iemand van de KvK is de examencommissie samengesteld uit Wijnmakelaars. Er zijn geen mensen die géén makelaar zijn en voldoende kennis hebben om examen af te nemen.
Bijzonderheden organisatie • • •
B.
Het College is in november 1996 opgericht en is voortgekomen uit de Vereniging van Nederlandse Agenten, Commissionairs, Makelaars en Taxateurs in Wijn en Gedestilleerd. Aangesloten bij de Vereniging Nederlandse Tussenpersonen (VNT). Geen geschillenregeling, geen verplichte aansprakelijkheidsverzekering.
Gegevens makelaars
Omschrijving goederen en/of diensten
Wijnen
Omschrijving markt waar- Voornamelijk zakelijke markt. op de makelaars actief zijn Activiteiten van makelaars
Bemiddelen bij contacten tussen leveranciers en afnemers en waardebepaling. Daarnaast wordt bemiddeld bij geschillen in geval van boedelscheiding en schadegevallen, en worden adviezen gegeven bij fusies en overnames in opdracht van verzekeringsbedrijven, banken, notariaat, advocatuur en de rechterlijke macht.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
45
C.
Visie ten aanzien van een gemeenschappelijke regeling
Standpunt t.a.v. gemeenschappelijke regeling makelaars 'overig'
Er is op dit moment geen behoefte om aan te sluiten bij een gemeenschappelijke regeling.
Redenen
Het College van Wijnmakelaars heeft - anticiperend op de komende veranderingen - recentelijk een eigen regeling ingesteld. De titel 'Register Wijnmakelaar' (RWM) is gedeponeerd bij het Benelux Merkenbureau. Het recht om de titel te gebruiken wordt verleend aan degene die met goed gevolg een vakbekwaamheidstest heeft afgelegd bij het College. De vakbekwaamheidseisen staan op papier. Deze regeling wordt op dit moment voldoende geacht om de effecten van de afschaffing van de beëdiging en de titelbescherming op te vangen. De makelaars zijn actief op een overzichtelijk marktsegment. De markt vraagt op dit moment niet om een gecertificeerd makelaar. Een gemeenschappelijke basiscertificeringsregeling biedt op dit moment geen meerwaarde. Ter vergelijk: er is tevens een Vereniging van Wijnhandelaren. Binnen dit gremium wordt op dit moment wel gedacht aan certificering van processen, mede uit overwegingen van onderscheiding in de markt.
46
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Bijlage 3 Overzicht instellingen die vakbewaamheidscertificaten mogen afgeven Instanties die door de Raad voor Accreditatie zijn geaccrediteerd voor de certificering van vakbekwaamheid op basis van EN 45013 Naam
Adres
Telefoonnummer
BVQI Bureau Veritas Quality International BV
Postbus 2705 3000 CS Rotterdam
010-2822666
CMSI Certified Marketing Services Inc.
P.O. Box 1066 Ashbron, VA 20146-1066 Verenigde Staten
(+)1-703-404-9171
Det Norske Veritas Certification BV
Postbus 9599 3007 AN Rotterdam
010-4798700
EVL
Postbus 725 2400 AS Alphen a/d Rijn
0172-469777
KEMA Registered Quality Nederland BV
Postbus 9035 6800 ET Arnhem
026-3563727
NSF International
3475 Plymouth Road P.O Box 130140 Ann Arbor - Michigan 48113-0140 Verenigde Staten
(+)1-313-7698010
Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL)
Krimkade 20 2251 KA Voorschoten
071-5611211
SKO Stichting voor de Certificatie
Postbus 190 2700 AD Zoetermeer
079-3531343
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
47
48
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Bijlage 4 Informatie certificering voor Makelaars 'overige categorieën' Inleiding Deze notitie is bedoeld voor de makelaars ‘overige categorieën’. Met ‘overige categorieën’ wordt gedoeld op in principe alle makelaars die geen makelaar in onroerend goed of assurantiën zijn. Binnen de categorie ‘overig’ is er sprake van een grote diversiteit; er is sprake van een breed scala van verschillende soorten makelaars. In april 1998 heeft het kabinet de Tweede kamer een standpunt gezonden over het MDW-rapport makelaars. Het kabinet gaf daarin aan de voorstellen van de MDW-werkgroep tot afschaffing van de titelbescherming en beëdiging te onderschrijven. De plaats van deze wettelijke regeling zou kunnen worden ingenomen door een certificeringsregeling. In deze notitie wordt in het kort ingegaan op de betekenis van een mogelijke vakbekwaamheidscertificering van makelaars op basis van de EN 45013 binnen de accreditatiestructuur van de Raad voor Accreditatie (RvA).1 Het is van belang op te merken dat zowel het volgen van de Europese Norm alsook certificering binnen de accreditatiestructuur niet verplicht en is dus vrijwillig is. Wat is certificatie? Het doel van certificatie is het handhaven en transparant maken van kwaliteit. ‘Certificatie’ is een activiteit op grond waarvan een onpartijdige instantie op basis van onderzoek kenbaar maakt dat een gerechtvaardig vertrouwen bestaat dat een duidelijk omschreven onderwerp van certificatie in overeenstemming is met een bepaalde norm of ander eisenstellend document. De instantie blijft ook na certificatie toezicht houden op het blijvend voldoen aan de eisen. Waarom certificering via EN 45013? Certificering van vakbekwaamheid (van personen) kan worden geregeld via de Europese Norm 45013. Het voldoen aan deze norm betekent dat een certificeringsysteem kan worden opgezet dat uiteindelijk door de Raad voor Accreditatie kan worden geaccrediteerd (geaccepteerd door de RvA en als zodanig erkend). Wat betekent accreditatie door de Raad voor Accreditatie? De criteria van de RvA zijn in het kort samengevat: • onpartijdigheid; • betrouwbaarheid en deskundigheid; • inspraak van belanghebbenden en • een beroepsmogelijkheid. Een instelling die door de RvA is geaccrediteerd, geniet het meeste vertrouwen in de markt.2 Het voldoen aan erkenningscriteria van de RvA geeft aan dat inspecties, certificeringen op zorgvuldige wijze worden gedaan en dat er daarom een gerechtvaardigd vertrouwen in kan bestaan. De 1
De notitie is opgesteld door F. Heere en I. De Vries van DIJK12 Beleidsonderzoek. Een eerdere conceptversie is door de Raad voor Accreditatie van commentaar voorzien. De schrijvers blijven echter verantwoordelijk voor de inhoud.
2
In verschillende product- en marktsegmenten werkten vroeger vele certificatie, inspectie- en keuringsinstellingen. Deze gaven verschillende kwaliteitsverklaringen, certificaten en dergelijke die onduidelijk waren en nadelig voor het handelsverkeer. Dit heeft geleid tot instelling van de Raad voor Accreditatie, waardoor een infrastructuur van erkende instellingen is ontwikkeld die voldoen aan de normen van RvA. DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
49
meest bekende certificaten die via de RvA lopen zijn de certificaten voor de kwaliteitsystemen op basis van de ISO 9001 en ISO 9002. Indien wordt gekozen voor een certificatiesysteem van de vakbekwaamheid van makelaars (dus van individuele personen) onder accreditatie van de RvA, dan kan het niet anders dan dat de betreffende instelling(en) dienen te voldoen aan Europese Norm 45013. Wat doet de Raad voor Accreditatie? De RvA heeft als hoofdtaak het beoordelen - en het bij positief resultaat accrediteren- van certificerende instellingen. Accreditatie door de RvA betekent dat de instantie aan de gesteld eisen voldoet. De RvA beoordeelt dus een of instelling kan worden geaccrediteerd die volgens de normen van de RvA certificaten mag afgeven, in dit geval vakbekwaamheidscertificaten aan makelaars. Dus: 1. De RvA zelf wil en kan niet beoordelen of makelaars al dan niet vakbekwaam zijn. Het opstellen van een certificatieschema (zoals vakbekwaamheidseisen en de weg/procedure hoe iemand een certificaat kan behalen) is de taak voor de belanghebbende partijen, zoals de branche-organisaties. 2. De RvA toets of belanghebbenden samen het systeem hebben opgezet en of de gevolgde weg bij het tot standkomen van het systeem voldoet aan de betreffende eisen uit de EN 45013. Waar het dan om gaat is dat er een zodanige organisatie en bijbehorende procedure wordt opgezet dat deze kan worden geaccrediteerd en dus voldoet aan de normen van RvA en de EN 45013. Om te bezien of aan de eisen en criteria van RvA worden voldaan, voert RvA onderzoek uit. De RvA kijkt dan onder meer of aan de Europese Norm wordt voldaan, alsmede naar de procedures en de organisatie en hoe dit is vastgelegd in kwaliteitshandboeken, documenten e.d. Wanneer aan alles is voldaan, krijgt de betreffende instantie een certificaat van accreditatie om vervolgens makelaars te certificeren. Dit is in principe voor vier jaar geldend en wordt steeds voor vier jaar verlengd, mits herbeoordelingen en controles positief zijn. Certificerende instelling die makelaars certificeert Om een certificatiesysteem in de praktijk uit te voeren moeten er dus één of meerdere certificatieinstellingen zijn. Er zijn in principe twee mogelijkheden: • De branche-organisaties van makelaars kunnen zelf -individueel of gezamenlijk- besluiten om een dergelijke instantie in het leven te roepen ( de ‘Stichting Certificatie Makelaars RGD’) en deze vervolgens ter accreditatie aanbieden aan de RvA. • De branche-organisaties kunnen ook kunnen besluiten de regeling uit besteden aan een instantie die nu al erkent is door RvA voor vakbekwaamheidscertificatie. Dit kan voordelen hebben omdat de betreffende organisaties ervaring hebben met certificering, waardoor onder meer aanloop-, en ontwikkel- en toetsing- en beoordelingskosten kunnen worden gedrukt. Wat betekent het voldoen aan de Europese Norm 45013? Om een idee te geven waar deze norm betrekking op heeft, wordt op een aantal eisen in het kort ingegaan. Organisatie en inhoud vakbekwaamheid • De eisen aan en inhoud van de vakbekwaamheid (onderwerpen van vakbekwaamheid, het examen, e.d.), komen tot stand in een gremia waarin de verschillende belanghebbende groeperingen zitting hebben. Onder belanghebbenden wordt in dit verband ten minste de volgende groeperingen verstaan. kandidaten/certificatiehouders; afnemers (consumenten, bedrijfsleven) opleiders. 50
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
•
Meestal is dit gremia van belanghebbenden een ‘College van Deskundigen’. Dit College maakt deel uit van de certificerende instelling. Branche-organisaties dienen uiteraard te zijn vertegenwoordigd in het College.
•
De certificerende-instelling moet uiteindelijk (in een schema) hebben vastgelegd: het onderwerp van certificatie (vastleggen van betekenis van het certificaat via een beroepsprofiel en/of taakomschrijving); een eisenstellend document (vakbekwaamheidseisen); een methode van onderzoek (een examen, een proef). Hierbij dient inspraak van de belanghebbenden plaats te vinden in de praktijk betekent dit dat dit schema wordt opgesteld door het College van Deskundigen.
Het certificeren van kandidaten De ‘methoden van onderzoek’ waarmee wordt bezien of een kandidaat-makelaar kan worden gecertificeerd kunnen zijn schriftelijke of mondelinge examens worden geregeld, een praktijktoets of ‘assessment’.
•
•
Ervaring mag als eis worden gesteld. Echter, belanghebbenden dienen zich te beseffen dat daarmee een groep van aankomende beroepsbeoefenaren buiten de boot valt. Om dat te verhelpen is het mogelijk twee verschillende certificatieschema’s op te stellen (bijvoorbeeld aspirant of junior en senior of makelaar).
•
De toetsing moet onafhankelijk zijn. De examinator of exameninstelling mag bijvoorbeeld geen zakelijk of persoonlijk belang hebben; mag geen opleidingen verzorgen en moet vrij zijn van commerciële, financiële en andere druk die haar oordeel kan beïnvloeden.
•
Een registratie van certificaathouders wordt bijgehouden. Aan de certificering kan een merkteken of titel worden verbonden dat de gecertificeerde makelaar mag voeren. Dit merk of titel kan eventueel worden gedeponeerd bij het Merkenbureau.
Onderhoud • Periodiek toezicht op de certificaathouders is vereist. De geldigheidsduur van de certificaten wordt door de belanghebbenden vastgesteld, maar mag niet langer zijn dan 6 jaren, waarbij in dat geval tussentijdse toetsing plaatsvindt. Na 3 jaar wordt bezien of er relevante continue werkervaring aan de orde is (oefent de makelaar daadwerkelijk het beroep uit). Indien er geen activiteiten hebben plaatsgevonden vervalt het certificaat. Het examen kent een geldigheid van maximaal 6 jaar, waarna een (beperkt) herexamen moet worden gedaan. Aan dit examen dient te worden toegevoegd verificaties van continue werkervaring, opleiding (bijscholing) en ingediende klachten. De makelaar is dus maximaal 6 jaar gecertificeerd. Belanghebbenden mogen deze termijn verkorten. •
De exameninstelling en/of degenen die de praktijktoetsen uitvoeren moet een effectief kwaliteitssysteem beheren en moet beschikken over personeel dat over voldoende bekwaamheden beschikt van de inhoud van de toetsen. De exameninstelling moet de bekwaamheden van dit personeel op peil houden.
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
51
Kosten Aan certificatie zijn kosten verbonden. Er zijn verschillende kosten te onderscheiden. • Allereerst zijn er de kosten die verbonden zijn aan het opzetten van een systeem, de procedure, de organisatie en dergelijke. • De RvA toetst en beoordeelt. Hier zijn kosten aan verbonden. • De (jaarlijkse) kosten van certificaathouders is nader te bepalen en uiteraard mede afhankelijk van de wijze toetsing en dergelijke. • Tot slot is er een jaarlijkse contributie van de certificerende instelling ten behoeve van de RvA. Certificering en lidmaatschap vereniging • Het lidmaatschap van een makelaarsvereniging staat verder los van certificatie. De verschillende verenigingen kunnen dus hun eigen intrede-eisen stellen aan het lidmaatschap. Samenvatting • Certificering die door de RvA is beoordeeld en goed bevonden heeft een groot vertrouwen in de markt. • De RvA boordeelt met name de betrouwbaarheid, onpartijdigheid, deskundigheid, de inspraak van belanghebbenden en de beroepsmogelijkheid bij een certificatie-systeem. • De inhoud van de vakbekwaamheid en de eisen waaraan moet worden voldaan om ‘gecertificeerd makelaar’ te worden, wordt bepaald door belanghebbenden in een College van Deskundigen. • De Europese Norm 45013 is een norm voor de vakbekwaamheid van personen. Ze moet worden gevolgd om voor accreditatie in aanmerking te komen. De norm schrijft met name de organisatie, procedures voor, niet de inhoud. • De certificering van makelaars kan worden uitbesteed aan een instantie die op dit moment is geaccrediteerd door de RvA voor de certificering van de vakbekwaamheid van personen. • Voor de organisatie betekent een en ander wellicht het volgende: 1. Er wordt een gremia opgericht, een College van Deskundigen. 2. De vakbekwaamheidseisen, toetsen en alle andere relevante eisen en aspecten van de certificering worden benoemd en in een certificatieschema weergegeven. 3. Een instantie die in de praktijk certificaten afgeeft wordt opgezet of dit wordt uitbesteed aan een instantie die hiervoor al geaccrediteerd is. 4. Accreditatie wordt aangevraagd.
52
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
Bijlage 5 Overzicht categorieën makelaars 'overig' Soort makelaars
Vertegenwoordigd door
1. Agrarische productierechten
Voor zover bekend geen organisatie.
2. Antiek- en inboedelgoederen Daarnaast makelaars mogelijk in de volgende specialisaties: • schilderijen 17-20 ste eeuw • ikonen • antieke uurwerken • antieke wetenschappelijke instrumenten en barometers • boeken en prenten • prenten en tekeningen • munten, penningen • oosterse tapijten • porselein en aardewerk • Aziatische kunst • postzegels • tinnen en koperen voorwerpen • handwapens • antieke poppen • oud en antiek speelgoed • piano's en vleugels • strijkinstrumenten en toebehoren • clavecimbels en antieke toetsinstr. • draaiorgels • harmoniums • koetsen, rijtuigen, paardetuigen • toegepaste kunst vanaf 1860 • professionele audioapparatuur • fotografische apparatuur • moderne en hedendaagse kunst • gitaren • antieke meubelen • huisraad
FederatieTaxateurs Makelaars en Veilinghouders (Federatie TMV)
3. Bedrijfs-inventarissen en machinerieën Makelaar bedrijfs-inventarissen en machinerieën. Daarnaast specialisaties mogelijk in: • horeca-inventaris • bakkerijinventaris • inventarissen slagerijen en vleesverwerkende bedrijven • landbouw- en veeteeltmachines • wasserij en chemische reinigingsmachines en -installaties • grondverzet en aannemingsmaterieel • hijs-, hef- en graafwerktuigen (bijv. havenhijskranen) • textielmachines • hout- en metaalbewerkingsmachines
Federatie TMV
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998
53
4. Rijdend materieel Het gaat hierbij om makelaars • personenauto's • old-timers • motorfietsen • bedrijfsauto's
NIAV; per 1 januari NIVRE
5. Bedrijfsbelangen
Nederlandse orde van Makelaars en Taxateurs in Bedrijfsbelangen
6. Bloembollen
Vereniging van Makelaars en Zelfstandige Tussenpersonen in het Bloembollenbedrijf
7. Goud, zilver, diamanten en edelstenen
Orde van Beëdigde Taxateurs Goud- en Zilverwerken
Specialismen mogelijk in: • gouden en zilver en sieraden/juwelen • diamanten en edelstenen 8. Hard- en software
Nederlandse Vereniging van beëdigde Informaticadeskundigen
9. Hypotheken
Genootschap van Makelaars in Hypotheken
10. Paarden en Pony's
Federatie TMV
11. Scheepsvrachten
Vereniging van Makelaars in Scheepsvrachten
12. Schepen
Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen
Specialisaties: · Zeeschepen · Rijn- en Binnenvaartschepen · Baggermateriaal · Visserijschepen · Pleziervaartuigen 13. Schoonmaakdienstverlening
Vereniging van Makelaars en Ekende Adviseurs in Schoonmaakdienstverlening
14. Tabak
Vereniging makelaars in Tabak
15. Wijnen
College van Wijnmakelaars
54
DIJK12 Beleidsonderzoek - september 1998