Gipsverbanden
2
Inleiding Bij u is een gipsverband aangelegd. In deze folder vindt u informatie over de verzorging van het gipsverband. Verder hebben wij voor u ook een aantal leefregels en bewegingsoefeningen voor thuis op een rij gezet. Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, aarzelt u dan niet om contact op te nemen met uw arts. Verzorging van het gipsverband Het gipsverband is in het begin nog zwak. De tijd, welke gipsverband nodig heeft om te drogen, is afhankelijk van het soort gips dat is gebruikt: gips van kunststof is na ongeveer twee uur droog, terwijl gips van kalk 48 uur nodig heeft om te drogen. De eerste tijd moet u voorzichtig zijn met het gipsverband en het ondersteunen. Dit kunt u doen door het ingegipste lichaamsdeel zo hoog mogelijk te houden. Een ingegipste been kunt u, als u zit, het beste laten rusten op een kussen of een stoel. Daarbij is het dan wel belangrijk dat de voet hoger ligt dan de knie. In bed kunt u een kussen leggen aan het voeteneinde onder uw matras. Een ingegipste arm houdt u hoog door het gebruik van een draagdoek. Het is dan wel belangrijk dat de hand hoger is dan de elleboog. ’s Nachts laat u de ingegipste arm op een kussen rusten. Door uw been of uw arm hoog te houden wordt de kans op het vasthouden van vocht (en daardoor dikker worden van de voet of hand) kleiner. Het gipsverband mag niet nat worden omdat het dan zijn steunende functie verliest. Ook door stoten kunnen breuken of scheuren in het gipsverband ontstaan. Mocht het gipsverband toch nat zijn geworden dan wel scheuren of breuken vertonen, belt u dan op werkdagen tussen 08.15 – 12.00 uur naar de polikliniek Chirurgie, telefoonnummer 0596-644 534.
3
’s Avonds of in het weekend moet u eerst met de dienstdoende huisarts contact opnemen. Deze zal dan zonodig de dienstdoende chirurg waarschuwen. Waarop moet u letten Aan het gebruik van een gipsverband is enig risico verbonden. Het ingegipste lichaamsdeel kan op de plaats van de breuk gaan zwellen. Door het gipsverband wordt de zwelling tegengewerkt. Hierdoor bestaat de kans dat de bloedsomloop wordt belemmerd. Mocht zich dit voordoen, dan kunt u dit zelf herkennen door: • • • •
sterk toenemende pijn onder het gipsverband; het dik worden van vingers of tenen; (blauwe of witte) verkleuring van vingers of tenen; gevoelloosheid of prikkeling in vingers of tenen.
Wanneer u een of meer van deze verschijnselen opmerkt, dan moet u het ingegipste lichaamsdeel direct hoog houden op de wijze zoals hiervoor beschreven is. Als na twee uur geen verbetering is vast te stellen, belt u op werkdagen tussen 08.00 en 12.00 uur naar de polikliniek Chirurgie, telefoonnummer 0596-644 534. ’s Avonds en in het weekend kunt u het volgende telefoonnummer bellen: 0596-644 444. Indien sprake is van een witte verkleuring van vingers of tenen en dit niet veroorzaakt wordt door koude, neemt u dan wel direct contact op. In verband met het bovengenoemde risico mag u geen sieraden dragen aan het ingegipste lichaamsdeel. Bewegingsoefeningen Als u een loopgids heeft, zorgt u dan dat u met het ingegipste been niet gaat slepen. Loopt u net als anders. Omdat u uw enkel niet kunt gebruiken, moet u met kleine stapjes lopen.
4
Onder het loopgids is in het algemeen een zool bevestigd, die u kunt losmaken wanneer u naar bed gaat. Deze zool is vaak dikker dan de zool van uw schoenen. Om te zorgen dat u hiervan bij het lopen geen last heeft kunt u aan het niet ingegipste been een schoen dragen met een zool of hak van vergelijkbare dikte of hoogte. Het is belangrijk dat u de gewrichten rond het ingegipste lichaamsdeel enkele keren per dag oefent om stijfheid te voorkomen. Hieronder kunt u lezen hoe u de verschillende gewrichten kunt oefenen. Bij een ingegipste onderarm en pols • vingers: buigen en strekken; • elleboog: buigen en strekken; • schouder: ronddraaiende bewegingen maken in vooroverstaande houding. Bij een ingegipste onder- en bovenarm • vingers: buigen en strekken; • schouder: ronddraaiende bewegingen maken in vooroverstaande houding. Bij een ingegipst onderbeen • tenen: buigen en strekken; • knie: buigen en strekken; • heup: been gestrekt optillen. Bij een ingegipst onder- en bovenbeen • tenen: buigen en strekken; • enkel: voet omhoog en omlaag bewegen; • heup: been gestrekt optillen. Bij een ingegipst onder- en bovenbeen • tenen: buigen en strekken; • heup: been gestrekt optillen. Wanneer u uw been om een of andere reden niet makkelijk omhoog kunt tillen, kunt u proberen de knie in het gipsverband naar achter te duwen: hiermee oefent u uw bovenbeenspieren.
5
Douchen/Wassen Het gipsverband mag niet nat worden. Doe bij het douchen eerst een handdoek en daarna een plastic zak over het gipsverband. Plakt u de plastic zak goed af met tape op de huid. U kunt ook een speciale hoes gebruiken. Informatie kunt u op de gipskamer krijgen. Vragen Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, neemt u dan tijdens kantooruren contact op met de polikliniek chirurgie, telefoonnummer 0596-644 534.
6
Ruimte voor vragen en opmerkingen ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………
7
Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Jachtlaan 50 - 9934 JD Delfzijl Postbus 30.000 - 9930 RA Delfzijl Telefoon 0596 - 644 444 E-mail:
[email protected] Web: www.ozg.eu
(12.11-068) © OZG, locatie Delfzicht
8