Mobiliteitsplan Gent 'definitieve vaststelling' – de toekomst voor mobiliteit van onze stad ligt voor ons Strategische mobiliteitsvisie Gent – Mobiliteit als motor van een duurzame en bereikbare stad
Dames en heren, Beste collega’s, Vooreerst dank en proficiat aan de ploeg medewerkers die dit mobiliteitsplan tot stand hebben gebracht en dit vandaag op de agenda hebben geloodst. Wat ligt voor? Het is zover. Aan u ligt de definitieve vaststelling van het 2e mobiliteitsplan van Gent voor. Deze strategische mobiliteitsvisie op de mobiliteit in Gent bevat de krijtlijnen voor onze toekomstige mobiliteit richting 2030, en verder. Een mobiliteit die de trendbreuk, die de voorbije 2 decennia werd ingezet met het fietsplan ’93, het mobiliteitsplan binnenstad ’97 en met het eerste mobiliteitsplan 2003, verder doorzet en een versnelling hoger schakelt. Met dit beleidsplan krijgen we een stevige doorvertaling van de ambitie die in het bestuursakkoord geformuleerd werd. En dat is nodig, dames en heren. De stad is in trek, er wordt graag gewerkt, gestudeerd, geïnvesteerd, geleefd, uit gegaan, genoten. Gent staat in vele ‘positieve lijstjes’ in een top-10, maar we leven en werken evenwel ook in een stad met niet alleen file-records, maar ook met fijnstof-records, hitte-records, lawaaihinder, met nog steeds teveel verkeersslachtoffers, met bussen en trams die nog veel te veel in de file staan, met teveel wrevel tussen de verschillende verkeersdeelnemers, met onwaarschijnlijke aantallen auto’s die nog steeds door het centrum rijden zonder bestemming in dat gebied te hebben. En dames en heren, er kan niet ontkend worden dat dit niet zou te maken hebben met een overmatig autogebruik. Dat is ook de “werkelijkheid”, mr Bracke. Ik zou voor u en uw fractie de cijfers nog eens kunnen opdiepen, maar zoals u zelf kan raadplegen bevat het ‘informatief gedeelte’ en de aan dit plan gelinkte beleidsplannen (bv. fijnstofplan, klimaatplan, geluidsactieplan), heel wat kengetallen die de waarheid omschrijven. Wel collega’s, dit is de werkelijkheid van waar vertrokken wordt om tot een verkeersveiliger, leefbaarder, bereikbaarder, klimaatneutraal, gezonder, kindvriendelijk en voor elkeen toegankelijk openbaar domein te komen, waar vervoersarmoede dient te worden uitgesloten. Aan dit mobiliteitsplan is enkele jaren hard gewerkt, en het resultaat mag gezien zijn. En collega’s, ik zou u – als planoloog in het dagelijks leven – willen gerust stellen, dit plan is niet alleen door een stel “gevaarlijke” planologen gemaakt. Gent heeft inderdaad een goeie traditie van plannen, en blijkbaar werkt het, zie de aantrekkelijkheid van de stad. Aan dit voorliggend
plan schreven verkeersdeskundigen, milieudeskundigen, architecten, economen, stedenbouwkundigen, sociologen, maar ook alle mogelijke overheden via de zgn. ‘GBC-‘ en ‘RMC-‘procedure mee, via IKZ bv. ook politie en brandweer, - men noemt dit ook gewoon een ‘professionele ploeg’ -, en daarnaast werden ook handelaars, scholen, milieubewegingen, bewoners, zeg maar ‘Gentenaars’ geconsulteerd werden in dit plan. M.a.w. een vrij breed overleg- en participatietraject ging gepaard met dit strategisch plan. In die optiek verwijs ik graag naar het ‘Eindrapport Openbaar Onderzoek’, 90 blz tellend waarvan 4 blz opsommingen van dit participatietraject (p. 87 – 90). Ik zou iedereen trouwens willen aanbevelen om dit eens door te nemen. Daarin zitten -
-
- idd Mr Bracke - een aantal wensen/verzuchtingen maar waar in het kader van deze (trouwens door Vlaanderen geconfirmeerde) doelstellingen niet kan op ingegaan worden, maar waarop wel een antwoord wordt gegeven dat alternatieven behelst in vervoersmiddelenkeuze en circulatiemogelijkheden, Maar evenzeer informatieve vragen hoe men bv thuis geraakt, hoe zorgverstrekkers bij de patient geraken, ed. Heel pertinente vragen van verontruste burgers. Ook daar komen antwoorden op, en dat is ook nodig. Eigenlijk een soort ‘FAQ’s, ‘frequently asked questions’.
Dames en heren, Gent staat voor een continue uitdaging om de aantrekkelijkheid en de leefbaarheid van de stad te combineren met een goede bereikbaarheid. Een degelijk strategisch beleidskader rond mobiliteit is hierin een absolute noodzaak om alle kleinere en grotere maatregelen te stroomlijnen, en ja, dit werd door een professionele ploeg begeleid, en nu ligt het resultaat voor. Wat houdt dit dan zo allemaal in? Wel dames en heren, collega’s, ‘Gentenaars’ en ‘Gentgebruikers’, hier zit eten en drinken in voor elk een van ons. En collega Yuksel, het is idd niet alleen een plan voor de jonge fietsende dertiger, meer zelfs die jonge fietsende dertiger rijdt ook af en toe met de wagen, neemt af en toe de trein. Het is dus een én-én-verhaal. Enkele elementen : -
-
-
Onze burgemeester verwees er al naar in een ‘open brief’ : Een nieuw mobiliteitsplan, biedt nieuwe kansen voor de Gentenaar en de Gent-bezoeker, met bv. het herwonnen publieke domein. Onze fractie is verheugd te zien dat het ontwerp-mobiliteitsplan sedert de eerste versie nog sterker de aandacht vestigt op, en aandacht heeft voor, de mobiliteitsbehoefte van diegene die een degelijke mobiliteit zich ofwel niet kunnen veroorloven, of gewoon ‘minder mobiel’ zijn. Zeg maar dreigende vervoersarmoede. Voor de voetganger een heel sterk uitgebreid voetgangersgebied. De fiets en de fietser krijgt de plaats die hij verdient, en – collega’s – de fietser zal hierdoor dit mobiliteitsplan ‘mee maken’. Ik ben n.b. gerustgesteld dat de fietshoofdroute langs Bijlokekaai-Baertsoenkaai in het ontwerp-circulatieplan niet meer als hoofdin- of uitvalsweg voor het autoverkeer zal worden aangeduid.
-
-
-
Openbaar vervoernetwerk : een degelijk voorstadsnet (met bv Lijn 204 in de haven, nieuwe voorstadsstations), uitbreiding tramnetwerk (7,3, 4b, en de kleine nakende uitbreidingen UZ, The Loop en Zwijnaarde), een aangepast busnetwerk en meer en aantrekkelijker P&R’s, én een verbeterde doorstroming, zijn essentieel in het welslagen van dit plan. Mr Bracke, u kan wel stellen in de pers voorbije weekend dat dit “gemakkelijk en simpel is”, maar we rekenen inderdaad echt ook wel op De Lijn én op de Vlaamse en federale overheid. En Gent verdient dit als 2e stad in Vlaanderen. Nu moet het verschil immers gemaakt worden. Het is enkel indien elk land, elke regio, elke stad, bedrijf, organisatie en burger een inspanning levert komen we tot de leefbare stad voor elke Gentenaar en elke ‘Gent-gebruiker’, en kan er bv iets aan de klimaatproblematiek gedaan worden. En ja, we hebben als stad nu eenmaal niet de bevoegdheid en de middelen voor het openbaar vervoer in Gent, noch de gewestwegen. Maar ik stel vast dat deze bovenlokale leden van de GBC het mobiliteitsplan ook effectief goedgekeurd hebben. Ik hoop dat u deze urgentie niet ontkend, maar daarentegen ondersteund. Autoverkeersnetwerk : sterkere rollen voor R4 en R40, en de nieuwe circulatie in de binnenstad (n.b. bereikbaarheid blijft gegarandeerd), gewijzigde snelheidsregimes en het parkeerbeleid. De meest duurzame oplossingen voor de Dampoortknoop en de Heuvelpoortknoop moeten er op KT-MLT komen. Om maar enkele essentiele bouwstenen te noemen. Een flankerend beleid van tarifering, innovatie, sensibilisering, en handhaving. Ja, mevrouw Versyp, dat betekent ook dat de zone 30 zal moeten nageleefd worden. Ik ga er verder niet dieper op in, dat gemeenteraadscommissies.
gebeurde in de diverse
Zijn we met ons mobiliteitsplan revolutionair? Ja en neen. In Gent en in Vlaanderen wel, maar tegelijk mag een zekere zelfrelativering hierin niet ontbreken (we zijn tenslotte rebels en kritisch), in Europa zijn ons al tal van Europese steden voorgegaan. En ze bewijzen dat het kan. Omgekeerd, andere Europese of Belgische steden komen naar Gent ook hier hun mosterd halen, omdat we al bijna 20 jaar die weg zijn ingeslaan en al een tijd innovatief en concreet zichtbaar bezig zijn (bv. fietsbruggen, maar ook bv met fietsstraten en leefstraten, schoolstraten). Nu moeten we verder, en een pak verder, gaan. Bij de verdere concrete invulling van dit strategisch plan, via o.m. de verkeerscirculatieplannen, maar ook het te vernieuwen (stadsregionaal) fietsroutenetwerk, zal het van belang zijn om vertrekkende van dit strategisch beleidskader ook het nodige maatwerk in de resp. wijken en in de deelplannen te bieden. Enkele aandachtspunten/suggesties voor deze verdere invulling : 1. Nood aan overzicht van alle straten en pleinen waar de verkeerssituatie wijzigt. Dit wordt best raadpleegbaar gesteld, op het moment dat dit voor de resp. wijken duidelijk en beslist is.
2. Detectie van straten en pleinen, waar openbaar domein tbv de leefbaarheid van de stad en haar wijken, teruggewonnen wordt van de auto, en een prioriteitenprogramma opstellen om dit - minstens al tijdelijk - te gaan inrichten. 3. Doorstromingsmaatregelen te treffen op de R40, maar in samenhang te bekijken met het garanderen van de leefbaarheid van de omliggende wijken, en van de oversteekbaarheid voor fietsers en voetgangers (daarvoor zijn mogelijks diverse ongelijkgrondse kruisingen nodig). 4. Het ontwikkelen van de P&R-beleid. In die optiek ben ik blij met de oproep die met het vorige agendapunt beoogd wordt : betrek organisaties, bedrijven en particulieren in het zoeken naar geschikte ruimtes voor P&R, P&B, maar ook buurtparkings. Vandaar dat de diverse schaalniveau’s van parkeerruimtes zo belangrijk zijn, en de coöperatie waarin dit kan gebeuren. 5. Een gelaagd fietsroutenetwerk, met een categorisering van fietsroutes met onderscheid tussen doorgaand fietsverkeer en bestemmingsverkeer. Dit komt al te zeer tot uiting waar het gaat om bv. de Lange Munt en Mageleinstraat, maar ook bv. over de Kortrijksepoortstraat en de Bijlokekaai-Baertsoenkaai. En dit zowel op stadsregionaal, stedelijk als op wijkniveau. Ook voor het stadscentrum kan dit netwerk ahw uiteen gelegd worden, maar waarbij de fiets-bereikbaarheid gegarandeerd wordt en op die manier stimulerend werkt. 6. Een openbaar-vervoernetwerk, waarbij doorstroming wel verbeterd wordt door op die assen minder autoverkeer toe te staan, maar niet ten koste gaat van de toegankelijkheid voor de misschien minder mobiele gebruiker. 7. Bij de uitwerking van de wijkcirculatieplannen wordt best ook rekening gehouden met bereikbaarheid voor hulpdiensten, voor personen met een beperkte mobiliteit, zorgverstrekkers, maar ook met doorstroming openbaar vervoer, en met de hoofdfietsroutes zonder daarbij de bereikbaarheid van bestemmingen voor fietsers op doorgaand verkeersassen uit het oog te verliezen. 8. Periodiek zicht op en opvolging door de gentse gemeenteraad van de implementatie van het mobiliteitsplan, het parkeerplan, het fietsroutenetwerk, en de circulatieplannen. Dit zou via een ‘jaarlijkse voortgangsrapportage’ kunnen gebeuren. We geven dit mee als suggestie. Het 13-blz tellende actieplan, Mr Yuksel, bevat timingen en begrotingen, is hierdoor meer dan dromen en biedt voor de periodieke opvolging m.i. een uitstekende leidraad. 9. Dit kan overigens helpen om alle partners bij de les te houden en aan boord te houden. Een aantal ingrepen zijn nu echt nodig willen we de ambitie van een leefbare, klimaatneutrale, duurzame en levendige cultuur-, werk- en schoolstad te zijn voor élke Gentenaar, en voor de zgn ‘gentgebruikers’. Dit zal een permanente zorg zijn, waartoe onze fractie dan ook wenst op te roepen. Ook naar de Vlaamse en de federale overheid. Dit niet doen zou ontkennen zijn dat Gent de 2e stad van Vlaanderen is, zou ontkennen zijn dat de zon ook in Gent schijnt. 10. Groeipijnen : We mogen hier niet blind voor zijn, en we zijn dat ook niet. Mensen zijn ongerust, mensen zullen bepaalde gewoontes noodgedwongen moeten wijzigen, maar zullen ontdekken dat het ook anders kan. Het zal ook zaak zijn de Gentenaars hierrond verder goed te informeren en zelfs te begeleiden. En ook verder participatie te voorzien bij de opmaak van de circulatieplannen.
Rekening houdend met deze aandachtspunten voor de verdere invulling van dit mobiliteitsplan, tot slot dit collega’s : Dames en heren, dit mobiliteitsplan is nodig, en zo snel als mogelijk. Laat ons deze laatste horde vanavond met zoveel als mogelijk raadsleden nemen, zodat de geformuleerde mobiliteitsambitie, die eigenlijk een maatschappelijke, ecologische en economische leefbaarheidsambitie is, kan gehaald worden. Daarvoor ligt een te sterk toekomstplan mobiliteit voor deze stad voor. Juist om de stad ‘niet naar de kloten te helpen’ moet er nu ingegrepen worden. Met dit mobiliteitsplan wordt hieraan invulling gegeven, beschikken we over een plan voor ‘Mobiliteit als motor voor een duurzame en bereikbare stad’, en verleent onze fractie uiteraard voor de volle 100% haar steun. ----------------------------------------------------------------------------In de replieken : Beste collega’s, ik wil nog kort even stilstaan bij 2 vaststellingen in het voorbije debat van de voorbije uren. -
-
Ik stel een verkrampte reactie vast van de oppositie bij dit mobiliteitsplan. Een reactie ingegeven door angst, angst voor verandering. Meer zelfs, ik hoor niets van alternatieven van de oppositie. Wil dat zeggen dat ze eigenlijk achter dit strategisch mobiliteitsplan staan? Blijkbaar niet, want ze gaan het niet goedkeuren. Dan zou je verwachten dat men een alternatief heeft. Maar ik hoorde tot nader order niets. Wie heeft er al alternatieven voorgesteld gezien door NVA, of CD&V? Behoudens ik me vergis heb ik die nog niet gezien. Mr Yuksel u vindt dit ‘dromen’ (cfr Knack-interview), 100-en vakmensen heten dit ‘visie’. Ik stel vast dat er van uw fractie, noch van de andere oppositiepartijen, ‘visies’ geformuleerd zijn. U spreekt van “Watteeuwistan” in dat artikel in de Knack, de ander spreekt van “typisch termont”, wel ik wacht op de eerste sprankel visie van een ‘Velistan’ of een ‘Brackije’. Maar het ergste collega’s komt van het Vlaams Belang, en het verwondert me eigenlijk niet. Meer zelfs, ik wens me er nadrukkelijk van te distantiëren. Mevrouw Versyp heeft een probleem met onaangepast rijgedrag van fietsers. Wel mevrouw Versyp, ik ook, meer zelfs, ik ben zelf ook een dagelijks fietser, elke verkeersdeelnemer hoort zich aan de verkeersreglementen te houden. Maar het is werkelijk hemeltergend dat mevrouw Versyp schijnbaar geen probleem heeft met onaangepast rijgedrag van auto’s in de zones 30. Mevrouw Versyp, kent u het lugubure cijfer van kans op overlijden bij een aanrijding met een wagen aan 30 km/u en aan 50 km/u? Resp. 5-10% bij 30 km/u, en 50% bij 50 km/u. Wel mevrouw Versyp, dit negeren is bijzonder driest, en daar wil ik mij en onze fractie nadrukkelijk van distantiëren.