Mobiliteit
Naam: ……………………………………… Klas: …………………… Nummer: ……………
Bundel: Mobiliteit
Inleiding: 1) Hoe kom jij naar school? Kleur het juiste bolletje. o Te voet
o Met de fiets
o Met de auto
o Met de bus
o Met de trein
o Andere:…………………………
2) Waarom heb je voor dit vervoersmiddel gekozen? ……………………………………………………………………………………………………… 3) De stapeltheorie kennen we al onder een andere naam. Hoe noemen we het feit dat meerdere mensen samen naar een plek rijden? ……………………………………………………………………………………………………… 4) Waarom is je in groep verplaatsen beter? ……………………………………………………………………………………………………… 5) De presentatoren van Zonde van de Zendtijd hebben een idee gevonden om reizigers te amuseren tijdens het wachten op de trein. Hoe noemt dit team? ……………………………………………………………………………………………………… 6) Welke spelletjes spelen ze? ……………………………………………………………………………………………………… 7) Van waar tot waar heeft de waterstof bus voor het eerst gereden? ………………………………………………………………………………………………………
2
Bundel: Mobiliteit
Individuele opdracht: Tijd om zelf aan de slag te gaan. Jullie gaan onderzoeken wat voor elk van jullie de snelste, milieuvriendelijkste en goedkoopste manier is om naar school te komen. In groepjes bundelen jullie je antwoorden en deze komen jullie in de klas presenteren. Voor je aan de PowerPoint kan beginnen, zoek je zelfstandig een antwoord op volgende vragen. De linken naar de websites vind je bij de webquest bij de rubriek ‘4. Informatiebronnen’. 1) Vul je eigen gegevens in: Straat: ……………………………………………………………………………… Nummer: …………………… Postcode: …………………………………… Woonplaats: ……………………………………………………………………… 2) Vul de gegevens van je school in: Straat: ……………………………………………………………………………… Nummer: …………………… Postcode: …………………………………… Woonplaats: ……………………………………………………………………… 3) Surf naar Google Maps. Geef bij routebeschrijving je eigen adres en het adres van de school in. Wat is de afstand van je thuis naar school? ……………… km (hiernaast vind je een voorbeeld)
3
Bundel: Mobiliteit
4) Bereken hoelang je met de auto onderweg zou zijn en hoelang dit zou duren. Dit kan je ook aflezen in Google Maps. Geef bij routebeschrijving je eigen adres en het adres van de school in. Als je naar onder gaat zie je de tijd en nog verder naar onder zie je de brandstofprijs per rit berekend. - Met de auto rij je …………… uren en ……………… minuten - Dit kost …………… euro per rit.
(hiernaast vind je een voorbeeld)
5) Ga naar de website van de lijn. Typ je adres en het adres van de school in bij ‘plan je reis’. Wat is je totale reistijd? ……………………………………………………………… (hier vind je een voorbeeld)
4
Bundel: Mobiliteit
Klik op de 3de link die je vindt bij de informatiebronnen. Scrol naar onder op de pagina tot je abonnementen tegen komt. - Welk abonnement kan je gebruiken als jongeren? ……………………………………………………………………………………………………… - Hoeveel kost dit abonnement per jaar? …………………………………… - Als je weet dat je per dag de bus 2 keer neemt en dat er ongeveer 180 dagen in een schooljaar zijn. Hoeveel kost dan een enkele rit naar school? Vul de berekening in. ……… euro
= ……… euro => ………… euro
180 dagen
= ……… euro / rit.
2 ritten / dag
6) Surf naar de website van de NMBS. Dit is de 4de link die je vind bij je informatiebronnen. Vul je start- en eindhalte in en klik op reisadvies. Kies de trein die rechtstreeks gaat. Wat is je reistijd? ………………………………………………………………
(hier vind je een voorbeeld)
5
Bundel: Mobiliteit
Surf naar de 5de link bij je informatiebronnen. Typ onderaan rechts je starthalte en eindhalte in. Kies 2de klasse. Bereken je prijs. - Hoeveel kost een jaarabonnement? ………………………………………… - Wat is de prijs per traject? ………………………………………………………
(hiernaast vind je een voorbeeld)
7) Surf terug naar Google Maps. Typ bij routebeschrijving terug je eigen adres en het adres van je school in. MAAR klik bovenaan op het mannetje te voet. - Wat is je reistijd? …………………………………………… Klik nu op de fiets naast het mannetje te voet. - Wat is je reistijd? …………………………………………… Kost het geld om met de fiets of te voet naar school te komen? Ja / Nee
(schrap wat niet past)
6
Bundel: Mobiliteit
Groepsopdracht: Ga in je groepje zitten. Schrijf telkens bij 1 je eigen naam en bij 2 t.e.m. 5 de naam van je groepsgenoten. Bespreek in groep wat telkens de snelste, milieuvriendelijkste en goedkoopste manier is voor jou om naar school te komen. ! Opgepast: Hou enkel rekening met manieren die haalbaar zijn. Bv.: 3 uur te voet naar school is niet haalbaar. 1) De snelste manier: Zet telkens een kruisje in de juiste kolom wat voor die persoon de snelste manier is om naar school te komen. Auto
Bus
Trein
Fiets
Te voet
1. 2. 3. 4. 5.
2) De milieuvriendelijkste manier: Zet telkens een kruisje in de juiste kolom wat voor die persoon de milieuvriendelijkste manier is om naar school te komen. Auto
Bus
1. 2. 3. 4. 5. 7
Trein
Fiets
Te voet
Bundel: Mobiliteit
3) De goedkoopste manier: Zet telkens een kruisje in de juiste kolom wat voor die persoon de goedkoopste manier is om naar school te komen. Auto
Bus
Trein
Fiets
Te voet
1. 2. 3. 4. 5.
Bundel al wat je weet nu in een PowerPoint. Als je vragen hebt, kan je aan je leerkracht vragen om een voorbeeld te laten zien.
8