Miljoenennota 2010: Lasten bedrijfsleven per saldo gelijk

Miljoenennota 2010: Lasten bedrijfsleven per saldo gelijk MKB-Nederland ziet veel voorstellen gehonoreerd Ondernemingsorganisaties MKB-Nederland, VNO-NCW en LTO Nederland vinden de begroting voor 2010 onder de economisch zeer moeilijke omstandigheden ‘verstandig’. De lasten voor ondernemingen blijven per saldo gelijk. De kredietverlening blijft een punt van zorg. Deze mag het prille herstel niet in de weg staan. Ook moet de bouw meer steun krijgen. Het kabinet moet maatregelen nemen die ervoor zorgen dat het zeer voorzichtige economisch herstel niet wordt gesmoord door stokkende kredietverlening. De door het kabinet aangekondigde verruiming van garantieregelingen is daarom een goede zaak. Door institutionele beleggers te betrekken kan de ruimte voor kredietverlening verder worden vergroot. De inzakkende bouw en het daarmee gepaard gaande banenverlies zijn schadelijk voor de gehele economie. Om het tij te keren moet méér geld beschikbaar komen, zowel publiek als privaat. De drie ondernemingsorganisaties zetten vraagtekens bij de effectiviteit van de kabinetsinspanningen om de nieuwbouwsector te ondersteunen. Ze zijn wel tevreden met het verlaagde BTW-tarief voor schilder- en stukadoorwerkzaamheden aan woningen jonger dan 15 jaar, maar missen een algemene BTW-maatregel die alle onderhoud stimuleert. Positief zijn de maatregelen van het kabinet om de liquiditeitspositie van bedrijven te verbeteren. Dat is essentieel om in deze zeer moeilijke tijden te kunnen blijven ondernemen. De combinatie van willekeurige afschrijving en verruiming van de verliesverrekening levert ondernemingen de komende twee jaar 2,4 miljard euro aan liquiditeit op. De ondernemersorganisaties zijn zeer ingenomen met de vorming van een zogenoemde 'innovatiebox'. Hierdoor betalen ondernemers minder belasting over winsten die worden behaald uit innovaties. Dat is goed voor de versterking van de kenniseconomie. Dat geldt ook voor de verruimde tegemoetkoming in de loonkosten van onderzoekers (WBSO). MKB-Nederland, VNO-NCW en LTO Nederland zijn tevreden over de maatregelen met betrekking tot ondernemerschap, zoals het voortzetten van de zelfstandigenaftrek. Het afschaffen van het urencriterium voor de mkb-winstvrijstelling en het verhogen van deze vrijstelling zijn belangrijk om winstgevende bedrijven verder te stimuleren. De voorstellen voor dga's zorgen er onder meer voor dat de bedrijfsopvolging makkelijker kan plaatsvinden zonder dat het vermogen van ondernemingen hoeft te worden aangesproken. Dit komt de

continuïteit van deze bedrijven ten goede. MKB-Nederland, VNO-NCW en LTO Nederland juichen het toe dat het kabinet nu al start met de discussie over het op orde brengen van de overheidsfinanciën. De ondernemingsorganisaties pleiten voor maatregelen die de economische structuur versterken. Dus geen lastenverzwaringen voor ondernemingen, maar wel investeringen in wegen en kennis en een stevige hervorming van de publieke sector.

Belastingplan 2010

Liquiditeitspositie bedrijven krijgt forse impuls In het Belastingplan 2010 is een onderverdeling gemaakt tussen tijdelijke maatregelen die zijn bedoeld als aanvullende crisismaatregelen, structurele maatregelen die met name zijn gericht op het bevorderen van ondernemerschap en maatregelen met het oog op het verminderen van administratieve lasten. Het kabinet komt hiermee aan een groot aantal voorstellen en wensen van MKB-Nederland tegemoet. Aanvullende tijdelijke crisismaatregelen: De mogelijkheid tot achterwaartse verliesverrekening voor bv’s/nv’s wordt optioneel verruimd van een tot drie jaar. Dit betekent dat verliezen tot en met 2006 kunnen worden teruggewenteld. Indien gebruik wordt gemaakt van de verruimde carry back. wordt de voorwaartse verrekening beperkt van negen tot zes jaar. De twee jaar extra carry back wordt gemaximeerd op € 10 miljoen per jaar. De regeling voor willekeurige afschrijving wordt verlengd met één jaar. Dit betekent dat investeringen gedaan in 2010 in twee jaar kunnen worden afgeschreven: 50 procent in 2010 en 50 procent in 2011. Met name deze twee maatregelen zorgen voor een positief liquiditeitseffect voor het bedrijfsleven van meer dan € 2,4 miljard voor 2010 en 2011 samen. De afdrachtvermindering onderwijs wordt in 2010 met € 60 miljoen verruimd. Dit krijgt vorm door uitbreiding van de regeling om werknemers op het startkwalificatieniveau te brengen voor reïntegratie- en vervolgbanen en het introduceren van verhogingstrajecten om werknemers op te leiden op hoger niveau. De eerste schijf van de afdrachtvermindering Speur- & Ontwikkelingswerk wordt in 2010 verlengd van € 150.000 tot € 220.000. Dit levert in totaal € 60 miljoen aan extra afdrachtvermindering op voor S&O-werkzaamheden. Het schilderen en stukadoren van woonhuizen ouder dan 15 jaar valt in het lage BTW-tarief. In het Belastingplan wordt voorgesteld om tijdelijk de eis van 15 jaar te laten vervallen, zodat alle schilder- en stukadoorwerkzaamheden aan woonhuizen onder het lage BTW-tarief vallen.

Er wordt een garantieregeling voor woningbouwprojecten uitgewerkt. Deze regeling heeft tot doel om te zorgen dat woningbouwprojecten niet stil komen te liggen c.q. eerder van start kunnen gaan. De precieze inhoud en omvang van deze garantieregeling is nog niet duidelijk. Staatssecretaris De Jager zal via een beleidsbesluit goedkeuren dat het gebruikelijk loon van de directeur-grootaandeelhouder (dga) lager kan worden vastgesteld als de omzet in 2009 en/of 2010 is gedaald. Structurele maatregelen Verruiming van de octrooibox naar een innovatiebox en verlaging van het tarief. Voortaan vallen alle zaken die onder de WBSO-grondslag (wet bevordering speur- en ontwikkelingswerk) horen in de innovatiebox. Tevens wordt het tarief van deze box verlaagd van 10 naar 5 procent, Dit levert een lastenverlichting op voor het bedrijfsleven van ongeveer € 300 miljoen per jaar. Er komt een fiscaal stimuleringspakket voor ondernemerschap. Dit is de invulling van de eerder aangekondigde MKB-envelop en levert een structurele lastenverlichting van € 124 miljoen per jaar op. Deze maatregelen houden het volgende in: a. de huidige bedragen en aflopende staffel van de zelfstandigenaftrek (ZA) blijven in stand. b. De ZA wordt beter gericht op winstinkomen. Dit betekent dat de ZA niet meer verrekend kan worden met niet-winstinkomen zoals loon. c. Niet-verrekende ZA gaat niet verloren maar kan maximaal negen jaar worden voortgewenteld (conform voorwaartse verliesverrekening). d. Starters mogen de ZA wél nog verrekenen met niet-winstinkomen. Gedurende de eerste drie jaar van het ondernemerschap leidt de ZA tot een regulier verlies dat drie jaar kan worden teruggewenteld. e. Het urencriterium vervalt voor de MKB-winstvrijstelling. f. De MKB-winstvrijstelling wordt verhoogd van 10,5% naar 12%. g. De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) wordt gestroomlijnd en zodanig geïntensiveerd (€ 76 miljoen per jaar) dat bij alle investeringsniveaus voortaan een hogere KIA wordt verkregen. Voor DGA's levert het pakket rondom ondernemerschap een structurele lastenverlichting op van € 30 miljoen per jaar. De maatregelen luiden als volgt: h. In de Successiewet wordt het percentage van de vrijstelling van het ondernemingsvermogen verhoogd van 75% naar 90%. Daarnaast is de tariefstructuur vereenvoudigd en zijn de hoogste tarieven verlaagd. i. Naast aanmerkelijkbelanghouders kunnen aandeelhouders met minder dan 5% (zgn. fictief-aanmerkelijkbelanghouders) ook gebruik blijven maken van de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de Successiewet. j. De staatssecretaris zal in een apart wetsvoorstel ter versterking van de fiscale positie van de DGA het mogelijk maken aanmerkelijkbelangaandelen bij leven onbelast te schenken. De fiscale claim die op de verkoper van de aandelen rust, wordt dan doorgeschoven naar de ontvanger van het aandelenpakket. k. De betalingsfaciliteit voor die gevallen waarin het aanmerkelijkbelangpakket wordt overgedragen tegen schuldigblijven van de koopsom wordt verruimd.

l.

m. n. o.

p.

Hierbij gelden geen beperkingen meer met betrekking tot de groep personen aan wie overgedragen wordt. Eenmalig wordt toegestaan dat een ter beschikking gesteld pand kan worden ingebracht in de bv zonder heffing van inkomstenbelasting (door middel van doorschuiven van de boekwaarde) en zonder de heffing van overdrachtsbelasting. De terbeschikkingsteller krijgt een faciliteit die vergelijkbaar is met de MKBwinstvrijstelling. De terbeschikkingsteller krijgt recht op toepassing van de herinvesteringsreserve en de kostenegalisatiereserve. De faciliteit voor uitstel van betaling voor de terbeschikkingstellingsregeling zal worden versoepeld. Het vereiste dat de belastingschuldige over onvoldoende middelen beschikt om de belasting te voldoen, de zogenaamde vermogenstoets, vervalt. De gebruikelijkloonregeling is niet langer van toepassing als het gebruikelijke loon niet hoger is dan € 5000 per jaar. In deze gevallen hoeft er dan geen loonadministratie te worden opgezet.

Maatregelen ter vermindering van administratieve lasten De staatssecretaris wil de administratieve lasten van werkgevers terugdringen door met een fiscale vereenvoudigingswet 2010 te komen. De belangrijkste voorstellen uit dit pakket zijn: 1. Het aan elkaar gelijkmaken van de verschillende loonbegrippen 2. Het introduceren van een nieuwe forfaitaire systematiek in de loonheffing voor verstrekkingen en vergoedingen aan werknemers. Beide voorstellen vormen nog onderwerp van intensief overleg tussen MKB-Nederland, VNO-NCW en het ministerie van financiën. Daarbij toetsen de ondernemersorganisaties of de voorgenomen maatregelen daadwerkelijk tot administratieve vereenvoudigingen leiden én dat er vanwege deze maatregelen geen financiële lastenverzwaring of grote herverdelingseffecten voor het bedrijfsleven optreden. 3. Ook worden voorstellen verwacht met betrekking tot lastenvermindering bij ‘kleine baantjes’. Een aantal zaken is hierbij uitvoeringstechnisch lastig. Er moet daarom voor beoogde inwerkingtreding per 2011 nog het volgende worden onderzocht: a. door Belastingdienst: of maandelijkse loonaangifte kan worden omgezet in jaarlijkse loonaangifte; b. door UWV: of verzekeringsplicht kan worden omgezet in vrijwillige verzekering. Daarnaast zal waarschijnlijk in het voorstel worden opgenomen dat werkgevers die per 2010 een jongere in dienst nemen, vrijstelling van premieheffing krijgen (in kader jeugdwerkloosheid). Deze jongeren blijven wel verzekerd. Maatregelen die al zijn aangekondigd of in het Belastingplan worden aangekondigd De staatssecretaris heeft bekendgemaakt dat hij binnen drie maanden - waarschijnlijk in november - een wetsvoorstel zal indienen betreffende de beperking van renteaftrek in de vennootschapsbelasting. Het gaat hierbij om de introductie van de verplichte rentebox voor

groepsrente en de aftrekbeperking van rente voor de financiering van deelnemingen. Het oogmerk is om de Nederlandse belastinggrondslag robuust te maken met betrekking tot internationale groepsrente. De opbrengst van deze grondslagverbreding wordt teruggesluisd naar het bedrijfsleven in de vennootschapsbelasting. Op het gebied van de omzetbelasting zullen naar verwachting de volgende maatregelen worden aangekondigd in het Belastingplan 2010: a. Vervallen per 1 juli 2010 van de mogelijkheid om voor kortlopend beroepsonderwijs te kiezen voor wel of geen btw-heffing. Dit keuzerecht, waarover een EC-inbreukprocedure tegen Nederland loopt, wordt vervangen door een in overleg met MKB-Nederland, VNO-NCW en brancheorganisaties tot stand gekomen erkenningsregeling. b. Het verlaagde btw-tarief voor boeken wordt verruimd tot ‘boeken op alle fysieke dragers’. Daar vallen bijvoorbeeld boeken op CD-ROM onder.

Kredietverlening

Kabinet verruimt garantieregelingen Voorzichtig economisch herstel mag niet wordt gesmoord door stokkende kredietverlening. Het kabinet verruimt daarom drie garantieregelingen. De BBMKB-regeling (Besluit Borgstellingskrediet MKB) is een staatsgarantieregeling voor banken die krediet verschaffen aan het midden- en kleinbedrijf. Mocht een bedrijf niet aan zijn aflossingsverplichtingen kunnen voldoen, dan wordt 90% van het borgstellingskrediet door de overheid uitgekeerd aan de bank. Voor startende en innovatieve bedrijven geldt dat de overheid voor 100% borg staat. Mede op verzoek van MKB-Nederland is het maximum kredietbedrag waarvoor de overheid garant staat begin dit jaar al opgetrokken van € 1 miljoen tot € 1,5 miljoen. Nieuw is dat de maatregel ook in 2010 van kracht blijft. Met de Groeifaciliteit kunnen bedrijven nieuw eigen vermogen aantrekken waarbij de overheid het risico voor de helft afdekt. Het maximale bedrag waarvoor financiers (banken, participatiemaatschappijen en private-equitypartijen) dekking bij de overheid kunnen vragen, gaat omhoog van € 5 naar € 25 miljoen. Met de Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) stelt de overheid zich voor de helft garant voor nieuwe kredieten aan bedrijven. De limiet van € 50 miljoen per aanvraag wordt volgend jaar verhoogd tot € 150 miljoen. MKB-Nederland roemt de verruiming van de maatregelen, waardoor bedrijven gemakkelijker aan krediet moeten kunnen komen. Wel zou de overheid er goed aan doen om de bekendheid van de regelingen te vergroten, met name bij de banken. Ook moet er extra aandacht zijn voor de kleinste bedrijven met ook kleine kredietvragen, die nu te vaak nul op rekest krijgen bij de bank.

Economische & sociale zaken

Dieptepunt lijkt achter de rug Het Centraal Plan Bureau (CPB) schat het internationale economische beeld thans iets minder somber in dan het begin juni deed. De voor Nederland relevante wereldhandel daalt dit jaar iets minder fors dan aanvankelijk werd verwacht en zal in 2010 vermoedelijk iets sterker aantrekken. Zowel voor de internationale als de nationale economie geldt dat het diepste dal inmiddels lijkt te zijn gepasseerd. Niettemin zijn de onzekerheden over conjunctureel herstel nog groot. Dat het minder slecht gaat, is vooral het gevolg van financiële impulsen van de overheid in diverse landen. Zorgelijk is dat de investeringen van bedrijven en de uitgaven van consumenten nog flink achterblijven. En dat zijn toch eigenlijk de pijlers voor uiteindelijk herstel. De positieve weerslag van het iets minder ongunstige internationale beeld vertaalt zich ook in een iets minder sombere raming van de volumegroei van de Nederlandse economie, met name bij de uitvoer (minder krimp in 2009 en wat meer groei – 2,75% - in 2010) en bij de bedrijfsinvesteringen (iets minder daling in beide jaren maar nog steeds zeer aanzienlijk negatief: -13,75% in 2009, -9,25% in 2010). Dit betekent dat de krimp van de Nederlandse economie in 2009 iets minder is (maar historisch nog steeds ongekend fors) en in 2010 waarschijnlijk niet meer aan de orde zal zijn (eerder werd nog een verdere krimp van 0,5% verwacht). Genoemde CPB-cijfers betreffen de hele Nederlandse economie. In de marktsector is het gemiddelde volumebeeld somberder, al is het ook hier iets minder negatief vanwege een minder ongunstige internationale omgeving. Dat neemt echter niet weg dat naar verwachting volgend jaar het niveau van activiteiten in de marktsector als geheel nog iets verder zal krimpen ten opzichte van het al slechte niveau van 2009. Marktsector

2009

2010

- productie - werkgelegenheid - arbeidsproductiviteit

-6¼ - 2¼ -4

-½ - 5¾ + 5½

De forse daling van de productie vooral in 2009 vertaalt zich met vertraging in een eveneens grote daling van de werkgelegenheid. In totaal gaan dit en volgend jaar in de marktsector naar verwachting netto 400.000 banen verloren. Dat is bijna 8 procent van de werkgelegenheid. Volgens EIM-onderzoek in opdracht van MKB-Nederland neemt het banenverlies in het midden- en kleinbedrijf harder toe dan aanvankelijk werd verwacht. Dit jaar gaan in het mkb 65.000 banen verloren, volgend jaar nog eens 135.000. Het totale aantal werklozen in 2010 oplopen tot 615.000.

Lastenontwikkeling bedrijven De werkgeverskosten voor de WW en voor het zorgstelsel lopen flink op. De WW wordt €1,5 miljard duurder en de zorgkosten die werkgevers moeten opbrengen via de premie stijgen met € 300 miljoen. Zonder nadere maatregelen zouden de lasten voor het bedrijfsleven dus met € 1,8 miljard stijgen. Het kabinet heeft besloten de nodige premiestijgingvoor de WW over een aantal jaren uit te smeren, zodat deze crisisperiode de premiestijging beperkt blijft. Dit scheelt volgend jaar € 1 miljard aan lastenstijging. De overige € 800 miljoen worden gecompenseerd door lastenverlichtingen via het belastingplan. Op deze wijze worden de lasten voor het

bedrijfsleven per saldo dus niet verhoogd. Sterker nog, door een aantal maatregelen kan er meer cash in de bedrijven blijven of komen (zie hiervoor het hoofdstuk Belastingplan).

Lonen Het CPB gaat voor 2010 uit van een contractloonstijging van 1,25 procent, gelijk aan het geraamde inflatiepercentage. Dat baart MKB-Nederland zorgen. Voor werknemersorganisaties geldt het inflatiepercentage vaak als ondergrens voor hun inzet in het cao-overleg. De prognose kan zo tot een self fullfilling prophecy leiden, dit in weerwil van de afspraak tijdens het Voorjaarsoverleg dat de cao-lonen in 2010 richting 0 zullen gaan.

- cao's marktsector - totale loonsom marktsector - inflatie - koopkracht huishoudens

2009

2010

3 2¾ 1 1¾

1½ 3 1¼ -¼

Verder is de veronderstelling bij de geraamde inflatie dat bedrijven hun kostenstijging of beoogde marge kunnen doorberekenen aan de consument. Gelet op de verwachte omstandigheden in 2010 qua conjunctuur, consumentenvertrouwen en koopkracht (- 0,25 %) is dit maar zeer de vraag. MKB-Nederland gaat ervan uit dat de inflatie in 2010 eerder richting 0 dan 1 zal gaan.

Mobiliteit & infrastructuur

Crisis- en herstelwet: snellere procedures Met de indiening van de Crisis- en Herstelwet komt het kabinet een belangrijke wens van het bedrijfsleven tegemoet: procedures voor ruimtelijke projecten moeten sneller en makkelijker verlopen. Deze tijdelijke wet zorgt ervoor dat minstens 58 projecten op het gebied van infrastructuur en gebiedsontwikkeling (bijvoorbeeld bedrijventerreinen) versneld kunnen worden uitgevoerd. De werkgelegenheid, wegen en woningen die dit opbrengt, helpen de crisis te bestrijden. In het wetsontwerp staat onder meer dat de beroepsmogelijkheden tussen overheden onderling worden beperkt. Belanghebbenden kunnen alleen nog maar een beroep doen op rechtsregels die hun eigen belang aangaan. Voorts zegt de wet dat de rechter in beroepsprocedures voorbij moet gaan aan kleine inhoudelijke gebreken in het aangevochten besluit en zes maanden na ontvangst van het beroepschrift uitspraak moet doen. MKB-Nederland ondersteunt het kabinet met deze wet en hoopt dat deze per 1 januari 2010 ingaat. Gezien de forse kritiek van de Raad van State op het voorstel is dit echter nog de vraag. De raad twijfelt aan de positieve economische effecten van de wet. Vooral de voorgestelde versnelde onteigening stuit op bezwaar. Minister-president Balkenende heeft de kritiek verworpen en blijft vasthouden aan de geplande ingangsdatum. MKB-Nederland vindt dat het parlement niet moet toegeven aan juridische scherpslijperij waarmee alle plannen voor

snellere procedures kunnen worden gedwarsboomd.

Km-beprijzing mag zakelijk verkeer niet op kosten jagen Minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat toont tot nu toe veel daadkracht in het oplossen van belangrijke verkeersknelpunten. MKB-Nederland kijkt uit naar de uitvoeringsbesluiten, waarmee de problemen - ook op het regionale wegennet - daadwerkelijk kunnen worden aangepakt. Voor Verkeer & Waterstaat vormen de voorbereidingen van de invoering van de kilometerbeprijzing in 2012 het belangrijkste dossier. Eerst gaat het vrachtverkeer per kilometer betalen, stapsgewijs volgen personenauto’s. In 2017 moet het hele project zijn voltooid. Maar eerst moet de wetgeving nog worden vastgesteld . Een belangrijk deel van de wet, het tariefstelsel, is deze zomer voor advies naar de Raad van State gestuurd. In oktober, zo is althans de planning, gaat de gehele wet naar de Tweede Kamer. MKB-Nederland ziet de kilometerprijs als een effectief instrument om de filedruk te verminderen. Maar, zo stelt de werkgeversorganisatie, de opbrengst moet dan wel ten goede komen aan mobiliteitsverbetering, waaronder ook de aanleg en verbetering van wegen. Ook mag de invoering voor het zakelijk verkeer in totaliteit niet tot extra kosten leiden. Hierop zal MKB-Nederland de komende tijd strak toezien.

Ruimtelijke ordening & milieu

Nieuwe maatregelen energie en klimaat De resultaten van de onlangs gepresenteerde Milieubalans voeden met name de discussie rond de VROM-begroting. Deze balans laat onder meer zien dat de duurzaamheiddoelstellingen van het kabinet, vastgelegd in het project ‘Schoon en Zuinig’, voor 2020 niet worden gehaald. De minister van VROM komt daarom begin volgend jaar met een pakket aanvullende maatregelen op het gebied van energie en klimaat. De precieze inhoud daarvan is nog niet bekend, maar financiële prikkels zullen daarvan zeker deel uitmaken. MKB-Nederland vindt dit onterecht. Samen met VNO-NCW en LTO Nederland heeft de ondernemersorganisatie destijds het Duurzaamsheidakkoord met het kabinet afgesloten, waarin is afgesproken hoe het bedrijfsleven de doelstellingen gaat realiseren en welke randvoorwaarden de overheid daarvoor biedt. Dat geeft vastigheid en zekerheid. Het kabinet kan daarom niet zomaar met scherpere (duurdere), aanvullende maatregelen komen. MKBNederland zal het kabinet hier dan ook op aanspreken. De ondernemersorganisatie vindt extra maatregelen voor het midden- en kleinbedrijf bovendien onnodig. Via het Energiecentrum voor het Midden- en kleinbedrijf zijn al in ruim 55 branches energieprojecten en – programma’s opgestart en uitgevoerd. Dat toont de proactieve betrokkenheid van het mkb op het gebied van duurzaamheid.

Verouderde bedrijventerreinen op de schop Voldoende ruimte voor bedrijven is cruciaal voor een gezonde economie. Veel bedrijventerreinen zijn daarom toe aan een herstructurering. Eind vorig jaar heeft de Taskforce Herontwikkeling bedrijventerreinen (Noordanus) aan het kabinet een advies uitgebracht over de wijze waarop beter gebruik kan worden gemaakt van bestaande bedrijventerreinen en verpaupering kan worden tegengegaan. Belangrijkste elementen van het

advies zijn goede financiële voorwaarden en een sterkere regionale ruimtelijke regie. Het Rijk maakt momenteel afspraken met gemeenten en provincies over de wijze waarop de adviezen verder moeten worden uitgewerkt, uitmondend in een convenant dat volgende maand wordt ondertekend. Het kabinet trekt tot en met 2013 € 400 miljoen extra hiervoor uit. De landelijke opgave tot en met 2013 gaat meer dan € 2 miljard kosten, dus ook provincies, gemeenten en bedrijven moeten een deel van de rekening betalen. Voorts zijn bij bedrijventerreinen niet meer gemeenten individueel aan zet, maar moet op regionaal niveau worden gepland en ontwikkeld. De provincies moeten daarop toezien en sturen. Na ondertekening van het convenant zullen de provincies de afspraken met gemeenten in een Wro-structuurvisie (provinciaal beleidsplanvoor de ruimtelijke inrichting) zetten en met gemeenten concrete herstructureringsprogramma’s maken (voor bij elkaar 6.500 ha.). In de provinciale herstructureringsprogramma’s moet worden beschreven hoe het bedrijfsleven wordt betrokken. MKB-Nederland is van mening dat een goede herstructurering van bedrijventerreinen alleen kans van slagen heeft als het plaatselijke bedrijfsleven nauw wordt betrokken bij de keuze, aanpak en uitvoering daarvan. Om zittende bedrijven perspectief te bieden is toekomstbestendig gemeentelijk beleid noodzakelijk (wat betreft kosten, uitstraling, locaties van woningbouw, bebouwingsmogelijkheden, parkeerplekken en bereikbaarheid). Behalve herstructurering zal ook de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen noodzakelijk blijven om in de ruimtebehoefte van bedrijven te voorzien, stelt MKB-Nederland.

Regeldruk

Betere dienstverlening gemeenten Verlichting van de regeldruk blijft onverminderd belangrijk voor ondernemers. MKBNederland zet zich daar sinds jaar en dag voor in. Elke regel is er één teveel, in crisistijd des te meer. In dat opzicht is een kleine positieve kentering merkbaar ten opzichte van vorig jaar. Het kabinet is een eind op weg in het slechten van administratieve lasten en het loket Antwoord voor Bedrijven vult een gat in de markt. Het komende jaar wordt een groot project uitgerold onder gemeenten om hun dienstverlening fors te verbeteren. Dat gebeurt via het zogenaamde Bewijs van Goed Gedrag, een norm met harde service-eisen. MKB-Nederland is positief over de extra aangekondigde dereguleringsmaatregelen uit het crisispakket, die bovenop het lopende actieplan regeldruk van het kabinet komen. Het versnellen van de (vergunnings)procedures voor bouwen en infrastructuur (zie crisis- en herstelwet) is daarvan een belangrijk onderdeel. Het kabinet heeft goede en veelbelovende doelen. De komende twee jaren vergen een maximale inspanning van zowel kabinet als decentrale overheden en uitvoeringsorganisaties om de plannen ook te verwerkelijken.

Vrijetijdsindustrie

Promotiebudget buitenlandse markten weer gekort Op verzoek van MKB-Nederland, VNO-NCW en het Platform Toerisme en Recreatie stellen EZ en het ministerie van LNV € 2 miljoen extra beschikbaar voor vernieuwing en

verduurzaming in de vrijetijdsindustrie. Ondernemers en provincies kunnen met de extra voorziening het toeristische aanbod verbeteren op basis van een regionale identiteit. MKBNederland verlangt hierbij wel meer regie van het rijk. Een tegenvaller is dat het kabinet weer 1,25 procent kort op de toeristische promotie van Nederland op buitenlandse markten. MKB-Nederland blijft het belang van promotie voor de toeristische export beklemtonen.

Criminaliteit

Veiligheid kleine bedrijven EZ heeft financiële ruimte op de begroting vrijgemaakt voor de nieuwe regeling ‘Veiligheid Kleine Bedrijven’. Voor ondernemers in het midden- en kleinbedrijf is dat goed nieuws. De regeling gold eerst alleen in bepaalde plaatsen en gebieden, maar is sinds 1 september landelijk in werking. Bedrijven met maximaal vijf vestigingen met elk maximaal tien werknemers komen in aanmerking voor een beveiligingsscan, waarmee zij de ‘gaten’ in de eigen beveiliging kunnen opsporen. Het ministerie van EZ draagt maximaal € 300 euro bij aan de scan, de ondernemer zelf betaalt € 50. Met de scan in de hand kunnen ondernemers bovendien de helft van de te nemen maatregelen – tot € 10.000 euro – vergoed krijgen.

Internationaal ondernemen

EZ bestendigt extra middelen export De Nederlandse export wordt hard geraakt door de mondiale crisis. Het ministerie van economische zaken (EZ) heeft daarom het afgelopen jaar een aantal belangrijke exportinstrumenten geïntensiveerd. Zo is extra geld uitgetrokken voor het prepare2startprogramma (ondernemers met exportplannen) en is € 4 miljoen extra beschikbaar gesteld voor het 2g@there-programma (meerjarige internationale samenwerking van ondernemers). Ook is het plafond van de Faciliteit Opkomende Markten verhoogd en heeft EZ, ondanks de voorgenomen afschaffing, het PESP-programma voor export-haalbaarheidsstudies verlengd. EZ bestendigt de extra uitgaven in de begroting voor 2010. MKB-Nederland en VNO-NCW zijn daar blij mee. Juist op het moment dat de exportmotor hapert, is het belangrijk ondernemers extra te ondersteunen bij het internationaal zakendoen. De ondernemersorganisaties verwachten dat op het gebied van export-haalbaarheidsstudies de vraag van het bedrijfsleven volgend jaar fors groter zal zijn dan het budget. Zij vragen daarom voldoende middelen om in deze behoefte te voorzien. De ondernemersorganisaties pleiten daarnaast voor een uitbreiding van de tijdelijke staatsfaciliteit voor kredietverzekering (TASK). Nu kunnen bedrijven de faciliteit alleen voor binnenlandse transacties inzetten. De wens is om deze ook voor exporttransacties van Nederlandse bedrijven naar EU- en OESO-landen te laten gelden. Daarvoor is toestemming nodig van de Europese Commissie.