Milieudefensie Postbus 19199 1000 GD Amsterdam www.milieudefensie.nl/klimaat
Een onderzoeksrapport voor Milieudefensie
Nederlandse rol bij fossiele brandstofprojecten van de multilaterale banken
Een onderzoeksrapport voor Milieudefensie
Nederlandse rol bij fossiele brandstofprojecten van de multilaterale banken
Colofon Amsterdam, juni 2005 Dit rapport is een uitgave van de Campagne Klimaat en Energie van Milieudefensie Deze brochure is tot stand gekomen mede dankzij een financiële bijdrage van Hivos, Ministerie van VROM, Novib, The OAK Foundation. Tekst: Jan Willem van Gelder, Profundo Redactie: Donald Pols Vormgeving: Firmato (Marlies out), Amsterdam Drukwerk: Uitkijkpost, Heiloo
Milieudefensie/Friends of the Earth Netherlands P.O. Box 19199, 1000 GD, Amsterdam, The Netherlands www.milieudefensie.nl servicelijn: 020-6262 620 e-mail:
[email protected] www.milieudefensie.nl/klimaat
2
Inhoudsopgave
Samenvatting
5
Inleiding
7
HOOFDSTUK 1
Nederlandse financiering van de multilaterale banken 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.3.6 1.3.7
8
Wat zijn multilaterale banken? 8 Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken 8 Begroting Financiën 8 Begroting Buitenlandse Zaken 9 Nederlandse financiële bijdrage per multilaterale bank 9 Wereldbank 9 Inter-American Development Bank 510 African Development Bank 11 Asian Development Bank 11 European Investment Bank 11 European Bank for Reconstruction and Development 12 Samenvatting 12
HOOFDSTUK 2
Financiering fossiele brandstofprojecten door multilaterale banken 2.1 2.2 2.3
13
Inleiding 13 Wereldbank 13 Inter-American Development Bank 13
HOOFDSTUK 3
CO2-emissies van fossiele brandstofprojecten 3.1 3.2 3.3
15
Gebruikte schattingsmethodiek 15 Schatting CO2-emissie Wereldbank projecten 15 Schatting CO2-emissie IADB projecten 16
HOOFDSTUK 4
Nederlands aandeel in CO2-emissies 4.1 4.2
17
Nederlands aandeel in CO2-emissies WB en IADB 17 Nederlands aandeel in CO2-emissies andere multilaterale banken 17
HOOFDSTUK 5
Toekomstig Nederlands aandeel in CO2-emissies 5.1 5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4 5.2.5 5.2.6 5.3
Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken 19 Nederlandse financiële bijdrage per multilaterale bank 19 Wereldbank 19 Inter-American Development Bank 19 African Development Bank 19 Asian Development Bank 19 European Investment Bank 19 European bank for Reconstruction and Development 20 Nederlands aandeel in CO2-emissies 20
3
19
4
Samenvatting
Zaken ook bijdrages aan de multilaterale banken voor specifieke doelen. Omdat de bijdrages van Buitenlandse Zaken zelden bestemd zijn voor energieprojecten, blijven ze in dit rapport verder buiten beschouwing. Het Nederlandse aandeel in de financiering van de verschillende multilaterale banken wordt samengevat in tabel A.
Doel van dit rapport is om inzicht te krijgen in het Nederlandse aandeel in financiering en CO2-uitstoot van de fossiele brandstofprojecten die door de volgende multilaterale banken (waarvan Nederland aandeelhouder is) worden gefinancierd: • • • • • •
Tabel A • Financiële bijdrage Nederland aan multilaterale banken vanaf oprichting t/m 2004 Multilaterale BetalingsGarantie bank verplichting verplichting Wereldbank
Wereldbank Inter-American Development Bank African Development Bank Asian Development Bank European Investment Bank European Bank for Reconstruction and Development
Onder fossiele brandstofprojecten worden verstaan projecten voor winning, transport en/of verwerking van aardolie, aardgas en steenkool, en elektriciteitscentrales waar fossiele brandstoffen verstookt worden. We richten ons op fossiele brandstofprojecten die gefinancierd zijn in de periode 1992-2004, omdat tijdens de UNCED-conferentie in Rio de Janeiro in juni 1992 de United Nations Framework Convention on Climate Change werd aanvaard. Door 166 landen, waaronder vrijwel alle aandeelhouders van de multilaterale banken, werd toen een inspanningsverplichting aanvaard om de mondiale emissie van CO2 te beperken.
Totale bijdrage
(€ miljoen)
(€ miljoen)
(€ miljoen)
% van kapitaal
3.814,1
3.125,3
6.939,4
2,815%
IADB
56,7
253,3
310,0
0,355%
AfDB
399,9
124,4
524,3
1,748%
AsDB
496,3
390,1
886,5
1,493%
EIB
377,5
7.044,3
7.421,8
4,475%
EBRD
124,0
372,0
496,0
2,480%
Totaal
5.268,5
11.309,4
16.577,9
Voor twee multilaterale banken (Wereldbank en IADB) is uit gepubliceerde inventarisaties van de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network (SEEN) bekend hoeveel zij in de periode 1992-2004 hebben geïnvesteerd in fossiele brandstofprojecten. Bij de Wereldbank Groep ging het om 332 fossiele brandstofprojecten met een totaalbedrag van US$ 28.459 miljoen (€ 22.135 miljoen). Bij de Inter-American Development Bank ging het om 49 fossiele brandstofprojecten met een totaalbedrag van US$ 6.269,3 miljoen (€ 4.876,3 miljoen). In dezelfde periode werd door de Wereldbank Groep een totaalbedrag van US$ 1.650 miljoen besteed aan duurzame energie en energiebesparing. Dat is 5,4% van de totale uitgaven van de Wereldbank Groep aan energieprojecten in de periode 1992-2004.
Twee Nederlandse departementen leveren financiële bijdrages aan de multilaterale banken: Financiën en Buitenlandse Zaken. Op de begroting van het ministerie van Financiën staan de algemene bijdrages aan het kapitaal en de donormiddelen van diverse multilaterale banken. Over de afgelopen periode van vijf jaar (2000-2004) nam Nederland voor € 4,0 miljard aan nieuwe garantieverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken. Deze bedragen worden in principe niet door Nederland betaald, maar Nederland staat er (in geval van nood) wel garant voor. Daarnaast nam Nederland in deze periode voor € 0,7 miljard aan nieuwe betalingsverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken. Deze bedragen worden wèl betaald, gespreid over een aantal jaren. De totale Nederlandse bijdrage aan kapitaal en donormiddelen van de multilaterale banken bedroeg over de periode 2000-2004 € 4,7 miljard. Daarnaast verstrekt het ministerie van Buitenlandse
Door SEEN is ook een schatting gemaakt van de CO2emissies die door deze fossiele brandstofprojecten gedurende de totale levensduur in de verbruiksfase worden veroorzaakt. Voor winnings- en transportprojecten wordt daartoe verondersteld dat alle gewonnen en/of getransporteerde brandstof in elektriciteitscentrales ingezet wordt. Voor elektriciteitsprojecten wordt de CO2-emissie gerelateerd aan het vermogen van de centrale en de ingezette brandstof. Wanneer de levensduur van een project niet bekend is, wordt een levensduur van 20 jaar verondersteld. De totale CO2emissie gedurende de totale levensduur wordt toegerekend aan de betrokken multilaterale bank, ook als er andere financiers bij het project betrokken zijn.
5
Dubbeltellingen worden zoveel mogelijk voorkomen. De CO2-schattingen die SEEN op basis van deze schattingsmethodiek heeft gepubliceerd voor fossiele brandstofprojecten die door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep zijn gefinancierd, worden samengevat in Tabel B.
rale banken (AfDB, AsDB, EIB en EBRD) hebben we daarom een CO2-emissiecoëfficiënt van 34,8 tot 176,2 kilogram CO2 per euro gebruikt. De resultaten van alle schattingen zijn samengevat in Tabel C. Zoals blijkt uit Tabel C schatten we het Nederlandse aandeel in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten gefinancierd in de periode 1992-2004 door de multilaterale banken (WB, IADB, AfDB, AsDB, EIB en EBRD) op 1.558 tot 2.877 Mton CO2 (Mton of megaton is één miljoen ton CO2). Per jaar gaat het om 120 tot 221 Mton CO2. Dit is een voorlopige schatting, voor een meer precieze schatting is een gedetailleerde inventarisatie noodzakelijk van de fossiele brandstofprojecten die in de periode 1992-2004 zijn gefinancierd door AfDB, AsDB, EIB en EBRD.
Tabel B • CO2-emissies fossiele brandstofprojecten WB en IADB 1992-2004 CO2-emissie
Multilaterale bank
Aantal projecten
Financiering (US$ miljoen)
( Mton)
Wereldbank
332
28.459,0
43.424,0
49
6.269,3
3.038,2
IADB
De gegevens verzameld in tabel A en tabel B zijn gecombineerd om een schatting te kunnen maken van het Nederlandse aandeel in de CO2-uitstoot van de fossiele brandstofprojecten die door de multilaterale banken zijn gefinancierd in de periode 1992-2004. Om het Nederlands aandeel te bepalen in de CO2emissies van fossiele brandstofprojecten die door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep zijn gefinancierd, zijn we uitgegaan van de emissieschattingen in tabel B en de procentuele Nederlandse bijdrage aan het kapitaal en donormiddelen van deze twee banken (tabel A). Vervolgens hebben we een emissiecoëfficiënt berekend voor de Nederlandse financieringsbijdrage aan de multilaterale banken. De Nederlandse financiële bijdrage (vanaf de oprichting tot en met 2004) aan kapitaal en donormiddelen van de Wereldbank Groep (€ 6.939,4 miljoen) leidde in de periode 1992-2004 tot een Nederlands aandeel van 1.222,4 miljoen ton in de CO2-emissies van door de Wereldbank Groep gefinancierde fossiele brandstofprojecten. Dit staat gelijk aan een CO2-emissie van 176,2 kilogram per euro. Een vergelijkbare berekening voor de IADB komt tot een CO2-emissie van 34,8 kilogram per euro. Om te schatten hoe groot het Nederlandse aandeel is in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten gefinancierd door de andere multilate-
Tenslotte hebben we gekeken naar het verwachte Nederlandse aandeel in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten die in de periode 20052009 zullen worden gefinancierd door de multilaterale banken. In deze periode van vijf jaar zal de totale Nederlandse bijdrage aan de financiering van de multilaterale banken met € 4,0 miljard iets lager uitkomen dan in de afgelopen vijf jaar (€ 4,7 miljard). Belangrijker is echter dat het Nederlands aandeel in het kapitaal en de donormiddelen van alle multilaterale banken op hetzelfde niveau zal blijven als in de afgelopen periode, omdat Nederland naar rato zal participeren in alle kapitaalsverhogingen en uitbreidingen van donormiddelen. Geen van de multilaterale banken heeft aangekondigd zijn financiering van fossiele brandstofprojecten te zullen verminderen of zelfs staken, en dus gaan we er voorlopig vanuit dat de multilaterale banken de komende vijf jaar jaarlijks een vergelijkbare hoeveelheid fossiele brandstofprojecten zullen blijven financieren als in de periode 1992-2004. Het Nederlandse aandeel in de financiering van de verschillende multilaterale banken blijft in de komende periode van vijf jaar (2005-2009) ook gelijk. Nederland zal dus verantwoordelijk blijven voor eenzelfde aandeel in de CO2-uitstoot veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten die zijn gefinancierd door de multilaterale banken. We schatten daarom dat Nederland in de komende vijf jaar - via zijn financiële bijdrages aan de multilaterale banken - fossiele brandstofprojecten zal financieren die gedurende hun hele levensduur 600 tot 1.105 Mton CO2 zullen uitstoten. Dat is 120 tot 221 Mton CO2 per jaar.
Tabel C • Nederlands aandeel in fossiele brandstofprojecten alle multilaterale banken 1992-2004 Multilaterale bank Wereldbank
Nederlandse bijdrage
Nederlands aandeel in CO2-emissie Mton CO2)
(€ miljoen)
Laag (34,8 kg/€) Hoog (176,2 kg/€)
6.939,4
1.222,4
1.222,4
IADB
310,0
10,8
10,8
AfDB
524,3
18,2
92,4
AsDB
886,5
30,9
156,2 1.307,7
EIB
7.421,8
258,3
EBRD
496,0
17,3
87,4
Totaal
16.577,9
1.557,8
2.876,9
6
van de Nederlandse financiële betrokkenheid bij verschillende multilaterale banken. Hoofdstuk 2 vat twee bestaande inventarisaties van de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network (SEEN) samen met betrekking tot de financiering van fossiele brandstofprojecten door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. Hoofdstuk 3 gaat vervolgens in op de door SEEN gemaakte schattingen van de CO2-emissies die veroorzaakt worden door de fossiele brandstofprojecten die gefinancierd zijn door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. De daarvoor gebruikte schattingsmethodiek wordt kort samengevat in paragraaf 3.1. De gegevens en schattingen die in Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 3 zijn verzameld, worden in Hoofdstuk 4 gecombineerd om een schatting te kunnen maken van het Nederlandse aandeel in de CO2-uitstoot van de fossiele brandstofprojecten die door de multilaterale banken zijn gefinancierd in de periode 19922004. Tenslotte wordt in Hoofdstuk 5 gekeken naar het verwachte Nederlandse aandeel in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten die in de periode 2005-2009 zullen worden gefinancierd door de multilaterale banken.
Inleiding
Doel van dit rapport is om inzicht te krijgen in het Nederlandse aandeel in financiering en CO2-uitstoot van de fossiele brandstofprojecten die door de volgende multilaterale banken (waarvan Nederland aandeelhouder is) worden gefinancierd: • • • • • •
Wereldbank Inter-American Development Bank African Development Bank Asian Development Bank European Investment Bank European Bank for Reconstruction and Development
Onder fossiele brandstofprojecten worden verstaan projecten voor winning, transport en/of verwerking van aardolie, aardgas en steenkool, en elektriciteitscentrales waar fossiele brandstoffen verstookt worden. We richten ons op fossiele brandstofprojecten die gefinancierd zijn in de periode 1992-2004, omdat tijdens de UNCED-conferentie in Rio de Janeiro in juni 1992 de United Nations Framework Convention on Climate Change werd aanvaard. Door 166 landen, waaronder vrijwel alle aandeelhouders van de multilaterale banken, werd toen een inspanningsverplichting aanvaard om de mondiale emissie van CO2 te beperken.
Een samenvatting van de onderzoeksresultaten vind u op de eerste pagina’s van dit rapport.
Bedankjes De auteur van dit rapport wil Steve Kretzmann (Sustainable Energy & Economy Network) bedanken voor zijn waardevolle bijdrage.
In Hoofdstuk 1 worden data verzameld ten aanzien
7
Nederlandse financiering van de multilaterale banken HOOFDSTUK 1
1.1 Wat zijn multilaterale banken?
de vorm van garantieverplichtingen en betalingsverplichtingen: 1
Multilaterale banken zijn publieke instellingen die eigendom zijn van meerdere nationale overheden. Naast de Wereldbank, die de hele wereld tot haar werkterrein rekent, zijn er verschillende multilaterale banken met een regionaal werkterrein. Alle multilaterale banken en hun concessionele fondsen richten zich op armoedebestrijding en het bevorderen van duurzame economische ontwikkeling van de minder ontwikkelde landen. Door financiële steun te verstrekken aan specifieke projecten en overheidsprogramma’s streven de multilaterale banken naar het ontwikkelen van de economische en sociale infrastructuur. Om deze doelstellingen te verwezenlijken, worden door de multilaterale banken en fondsen leningen, garanties en technische assistentie verstrekt ten behoeve van de lenende landen. De meeste multilaterale banken beheren ontwikkelingsfondsen die zeer concessionele (zachte) leningen aan de armste ontwikkelingslanden verschaffen. Nederland onderschrijft de doelstellingen van deze instellingen en is derhalve bereid hiertoe financiële bijdragen te leveren. Nederland neemt deel in de volgende multilaterale banken: • • • • • •
• Bij de betalingsverplichtingen gaat het om bedragen die daadwerkelijk uitbetaald zullen worden aan de multilaterale banken. De meeste multilaterale banken vragen eens in de drie à vier jaar (door procedurele vertraging duurt dat soms langer) om extra kapitaal aan hun leden, vooral bedoeld voor giften en zachte leningen met een lage rente. Wanneer over deze kapitaalsverhoging overeenstemming wordt bereikt met de leden, ontstaat een betalingsverplichting. Deze betalingsverplichtingen hoeven niet direct uitbetaald te worden, ze worden gespreid over een periode van 3 à 4 jaar (tot de volgende kapitaalsverhoging). De daadwerkelijke Nederlandse uitgaven aan de multilaterale banken zijn daardoor veel gelijkmatiger verdeeld over de jaren dan de nieuwe betalingsverplichtingen, zoals duidelijk wordt uit Tabel 1. • De garantieverplichtingen zijn veel hoger, maar hoeven over het algemeen niet daadwerkelijk uitbetaald te worden. Nederland stelt zich garant voor een bepaalde hoeveelheid kapitaal van de multilaterale banken, net als de andere lidstaten. Dat garantiekapitaal gebruiken de multilaterale banken als onderpand om op de commerciële kapitaalsmarkt geld aan te trekken (met name in de vorm van obligaties). Dit geld wordt vooral gebruikt voor harde leningen tegen commerciële voorwaarden. Ook voor de garantieverplichtingen geldt dat die door de verschillende multilaterale banken van tijd tot tijd verhoogd worden, maar minder vaak dan de betalingsverplichtingen.
Wereldbank Inter-American Development Bank African Development Bank Asian Development Bank European Investment Bank European Bank for Reconstruction and Development
1.2 Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken
De bijdrages van het ministerie van Financiën aan de multilaterale banken zijn algemeen van aard, niet bedoeld voor een specifiek soort projecten of landen. Een overzicht van deze bijdrages wordt gegeven in Tabel 1.
1.2.1 Begroting Financiën Twee Nederlandse departementen leveren financiële bijdrages aan de multilaterale banken: Financiën en Buitenlandse Zaken (zie paragraaf 1.2.2). Op de begroting van het ministerie van Financiën staan de algemene bijdrages aan het kapitaal en de donormiddelen van diverse multilaterale banken, in
Zoals blijkt uit de tabel blijkt nam Nederland over de afgelopen periode van vijf jaar (2000-2004) voor € 4,0 miljard aan nieuwe garantieverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken. Deze
8
Tabel 1 • Algemene Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken 2000-2004 (in € duizend) 2 2000
2001
2002
2003
2004
2000
Nieuwe garantieverplichtingen
884.182
Nieuwe betalingsverplichtingen
102.969
563.634
6.212
2.453.175
113.445
4.020.648
5.959
502.536
0
81.924
Totaal nieuwe verplichtingen
693.388
987.151
569.593
508.748
2.453.175
195.369
4.714.036
Feitelijke uitgaven
261.551
195.587
153.256
203.817
200.998
1.015.209
gebied van watermanagement of vrouwenemancipatie, waarbij Nederland de enige donor is. In dat geval gaat het om een grensgeval tussen bilaterale en multilaterale ontwikkelingshulp, omdat Nederland de doelen en voorwaarden bepaalt maar de uitvoering een specifieke projectselectie aan de multilaterale bank overlaat. Om welke bedragen het gaat wordt samengevat in Tabel 2. Deze gegevens zijn bijgewerkt tot en met de begroting van 2004, in de begroting van 2005 is Buitenlandse Zaken overgestapt op een andere begrotingsindeling waardoor de bijdrages aan de multilaterale banken verstopt zitten in verschillende thematische begrotingsposten. 3
bedragen worden in principe niet door Nederland betaald, maar Nederland staat er (in geval van nood) wel garant voor. Daarnaast nam Nederland in de afgelopen periode van vijf jaar (2000-2004) voor € 693 miljoen aan nieuwe betalingsverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken. Deze bedragen worden wèl betaald, maar die betaling vind gespreid over een aantal jaren plaats. Wat Nederland vanwege deze betalingsverplichtingen daadwerkelijk ieder jaar aan de multilaterale banken uitkeert, staat vermeld als “feitelijke uitgaven”. Dat zijn dus de betalingsverplichtingen uit voorgaande jaren, uitgespreid over een aantal jaren. Over een langere periode moet het totaal van de feitelijke uitgaven noodzakelijkerwijs gelijk zijn aan dat van de betalingsverplichtingen. Over de periode 20002004 lagen de feitelijke uitgaven echter op € 1,0 miljard, beduidend hoger dan de nieuwe betalingsverplichtingen (€ 0,7 miljard) die Nederland op zich heeft genomen. Dit verschil wordt veroorzaakt door het feit dat de periode die we bekijken relatief kort is (vijf jaar). Voor het antwoord op de vraag hoeveel de Nederlandse bijdrage aan de algemene middelen van de multilaterale banken bedroeg in de periode 2000-2004, kunnen het beste kijken naar de feitelijke uitgaven. Die bedroegen in deze periode € 1,0 miljard, ofwel € 200 miljoen per jaar. Daarnaast nam Nederland in de afgelopen vijf jaar (2000-2004) voor € 4,0 miljard aan nieuwe garantieverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken, ofwel € 800 miljoen per jaar.
Omdat de bijdrages van Buitenlandse Zaken aan de multilaterale banken zelden bestemd zijn voor energieprojecten, blijven ze in dit rapport verder buiten beschouwing. Tabel 2 • Tabel 2 Specifieke Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken 2002-2004 (in € duizend) 4 2002 Wereldbank 77.399 Andere banken 4.763
2003 75.271 5.534
2004 67.756 3.043
2002-2004 220.426 13.340
1.3 Nederlandse financiële bijdrage per multilaterale bank 1.3.1 Wereldbank De Wereldbank Groep is opgericht in 1944 en omvat nu vijf instellingen: 5
1.2.2 Begroting Buitenlandse Zaken Op de begroting van Buitenlandse Zaken staan ook bedragen die aan multilaterale banken worden betaald door Nederland, maar deze bedragen zijn allemaal geoormerkt voor specifieke doelen en/of landen. Deze bijdrages worden meestal in trust funds gestopt, die wel door de multilaterale bank beheerd worden maar los staan van diens normale begroting. Er zijn grote multilaterale trust funds, zoals Global Fund to Fight Aids, TBC and Malaria en het Education for All Fund, waaraan Nederland bijdraagt. Maar er zijn ook kleinere trust funds, bijvoorbeeld op het
• International Bank for Reconstruction and Development (IBRD) • International Development Association (IDA) • International Finance Corporation (IFC) • Multilateral Investment Guarantee Agency (MIGA) • International Centre for Settlement of Investment Disputes (ICSID) De eerste drie organisaties verstrekken verschillende vormen van financiering (leningen en donaties), terwijl
9
de MIGA investeringen en leningen verzekerd. De ICSID is een conflictbemiddelingsorganisatie, die dus zelf geen financiering verstrekt en hier daarom buiten beschouwing wordt gelaten. Nederland is lid van alle vijf deze organisaties. De percentages waarvoor Nederland deelneemt in het kapitaal van deze organisatie en het aandeel in het stemrecht van Nederland zijn weergegeven in Tabel 3:
Tabel 4 • Tabel 4 Financiële bijdrage Nederland aan IADB vanaf oprichting t/m 2004 9 Organisatie
Tabel 3 • Financiële bijdrage Nederland aan Wereldbank vanaf oprichting t/m 2004 6 Organisatie
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting (US$ miljoen)
(US$ miljoen)
4.018,1
IBRD
2,258%
264,8
IDA
3,691%
4.541,4
2,205%
IFC
2,377%
56,1
2,344%
MIGA
2,275%
41,4
Totaal WB
2,815%
4.903,7
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting (US$ miljoen)
(US$ miljoen)
IADB
0,337%
14,6
325,6
IIC
1,538%
10,7
0,338% 1,538%
MIF
0,900%
8,1
0,900%
FSO
0,406%
39,5
0,406%
Totaal IADB 0,355%
72,9
325,6
0,355%
geleend. Inmiddels bestaat de IADB Groep uit: 8 • Inter-American Development Bank (IADB) • Inter-American Investment Corporation (IIC) • Multilateral Investment Fund (MIF) • Fund for Special Operations (FSO)
2,209%
2,029% 4.018,1
2,207%
De Nederlandse deelname in de organisaties van de IADB Groep wordt samengevat in Tabel 4. Uit Tabel 4 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor US$ 72,9 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich heeft genomen ten bate van de organisaties in de IADB Groep, en nog eens voor US$ 325,6 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit US$ 398,5 miljoen, wat overeenkomt met 0,355% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de IADB Groep. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de IADB Groep is vrijwel gelijk aan de Nederlandse financiële bijdrage.
Uit Tabel 3 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor US$ 4.903,7 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich heeft genomen ten bate van de organisaties in de Wereldbank Groep, en nog eens voor US$ 4.018,1 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit US$ 8.921,8 miljoen, wat overeenkomt met 2,815% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de Wereldbank groep. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de Wereldbank groep is wel gerelateerd aan de Nederlandse financiële bijdrage, maar via ingewikkelde formules. Dat leidt ertoe dat het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de Wereldbank groep gemiddeld iets lager ligt (2,207%) dan de kapitaalsdeelname (2,815%).
Naast deze deelname in de vier organisaties van de IADB Groep, heeft Nederland ook nog bijdrages geleverd aan een aantal multilaterale en bilaterale trust funds: 10
Naast deze algemene bijdrages financiert Nederland op grote schaal zogenaamde trustfunds bij de Wereldbank, die gericht zijn op specifieke doelen zoals vrouwenemancipatie, watermanagement, etc. Nederland is een van de grootste donoren van de trustfunds van de Wereldbank. In 2003 doneerde Nederland US$ 269 miljoen, in 2004 US$ 400 miljoen.7 Voor zover bekend worden uit deze trustfunds geen fossiele brandstofprojecten gefinancierd. In het kader van dit onderzoek laten we daarom deze trustfunds buiten beschouwing.
• Partnership Program in Environment US$ 5,0 miljoen • Netherlands Framework-Program for Women’s Leadership for Good Governance US$ 0,7 miljoen • Netherlands Water Management Partnership Program US$ 2,7 miljoen Voor zover bekend worden uit deze trustfunds geen fossiele brandstofprojecten gefinancierd. In het kader van dit onderzoek laten we daarom deze trustfunds buiten beschouwing.
1.3.2 Inter-American Development Bank De Inter-American Development Bank (IADB) is opgericht in 1959 en heeft sindsdien US$ 118 miljard uit-
10
heeft genomen ten bate van de organisaties in de AsDB Groep, en nog eens voor US$ 501,6 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit US$ 1.139,7 miljoen, wat overeenkomt met 1,493% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de AsDB Groep. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de AsDB Groep is wel gerelateerd aan de Nederlandse financiële bijdrage, maar via ingewikkelde formules. Dat leidt ertoe dat het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de AsDB Groep gemiddeld iets lager ligt (1,266%) dan de kapitaalsdeelname (1,493%).
1.3.3 African Development Bank De African Development Bank (AfDB) is opgericht in 1964. Sindsdien heeft de AfDB Groep een totaal bedrag van US$ 40,1 miljard uitgeleend. Inmiddels bestaat de AfDB Groep uit: 11 • African Development Bank (AfDB) • African Development Fund (AfDF) Tabel 5 • Financiële bijdrage Nederland aan AfDB vanaf oprichting t/m 2004 12 Organisatie
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting (US$ miljoen)
(US$ miljoen)
159,9
AfDB
0,769%
20,0
AfDF
3,260%
494,2
Totaal AfDB 1,748%
514,2
Naast deze algemene bijdrages aan het kapitaal van de AsDB Groep draagt Nederland ook bij aan een aantal trust funds van de AsDB: 15
0,786% 1,498%
159,9
1,206%
• Financiële overeenkomst ADB-Nederland in 1991 • Dutch Cooperation Fund for Promotion of Renewable Energy and Energy Efficiency • Cooperation Fund on NPRS • Cooperation Fund for the WaterSector
De Nederlandse deelname in de organisaties van de AfDB Groep wordt samengevat in Tabel 5. Uit Tabel 5 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor US$ 514,2 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich heeft genomen ten bate van de organisaties in de AfDB Groep, en nog eens voor US$ 159,9 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit US$ 674,1 miljoen, wat overeenkomt met 1,748% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de AfDB Groep. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de AfDB Groep is wel gerelateerd aan de Nederlandse financiële bijdrage, maar via ingewikkelde formules. Dat leidt ertoe dat het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de AfDB Groep gemiddeld iets lager ligt (1,206%) dan de kapitaalsdeelname (1,748%).
US$1,6 miljoen
US$ 6,0 miljoen US$ 6,0 miljoen US$ 13,0 miljoen
1.3.5 European Investment Bank De European Investment Bank is opgericht in 1958 als onderdeel van de Europese Unie. De EIB investeert in de Europese Unie, aangrenzende landen en voormalige Europese koloniën (de zogenaamde ACP-landen). De EIB Groep bestaat nu uit: 16 • European Investment Bank (EIB) • Investment Facility (IF) • European Investment Fund (EIF) - aandeelhouders zijn de EIB (59,15%), de Europese Commissie (30%) en een aantal private Europese financiële instellingen (10,85%).
1.3.4 Asian Development Bank De Asian Development Bank heeft tussen de oprichting in 1966 en 31 december 2003 in totaal US$ 105,1 miljard uitgeleend. Daarnaast heeft de AsDB US$ 2,2 miljard aan giften gedaan voor technische assistentie projecten. De AsDB Groep bestaat uit: 13
Tabel 6 • Financiële bijdrage Nederland aan AsDB vanaf oprichting t/m 2004 14
• Asian Development Bank (ADB) • Asian Development Fund (ADF) • Technical Assistance Special Fund (TASF)
Organisatie
De Nederlandse deelname in de organisaties van de AsDB Groep wordt samengevat in Tabel 6. Uit Tabel 6 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor US$ 638,1 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich
11
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting (US$ miljoen)
(US$ miljoen)
501,6
ADB
1,037%
37,8
ADF
2,471%
593,6
TASF
2,210%
6,7
Totaal AsDB 1,493%
638,1
1,147% 1,400% 1,147%
501,6
1,266%
met 2004). De bijdrages aan de eerste vier multilaterale banken worden geregistreerd in dollars, maar zijn hier omgerekend naar euro’s (koersverhouding: US$ 1 = € 0,7778)
Tabel 7 • Financiële bijdrage Nederland aan EIB vanaf oprichting t/m 2004 17 Organisatie
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting (€ miljoen)
(€ miljoen)
EIB
4,514%
368,5
7.018,6
4,514%
IF
5,220%
4,2
6,5
5,220%
EIF
1,200%
4,8
19,2
1,200%
Totaal EIB
4,475%
377,5
7.044,3
4,475%
Tabel 9 • Financiële bijdrage Nederland aan multilaterale banken vanaf oprichting t/m 2004 Multilaterale BetalingsGarantie bank verplichting verplichting Wereldbank
De Nederlandse deelname in de organisaties van de EIB Groep wordt samengevat in Tabel 7. Uit Tabel 7 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor € 377,5 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich heeft genomen ten bate van de organisaties in de EIB Groep, en nog eens voor € 7.044,3 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit € 7.421,8 miljoen, wat overeenkomt met 4,475% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de EIB Groep. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de organisaties van de EIB Groep is gelijk aan de Nederlandse financiële bijdrage.
3.125,3
6.939,4
2,815%
56,7
253,3
310,0
0,355%
AfDB
399,9
124,4
524,3
1,748%
AsDB
496,3
390,1
886,5
1,493%
EIB
377,5
7.044,3
7.421,8
4,475%
EBRD
124,0
372,0
496,0
2,480%
Totaal
5.268,5
11.309,4
16.577,9
2
3
5 6
Tabel 8 • Financiële bijdrage Nederland aan EBRD vanaf oprichting t/m 2004 19
EBRD
7
Deelname in Stem kapitaal/donormiddelen percentage % BetalingsGarantie verplichting verplichting 2,480%
124,0
372,0
(€ miljoen)
3.814,1
4
(€ miljoen)
(€ miljoen)
IADB
1
De Nederlandse deelname in de EBRD wordt samengevat in Tabel 8.
(€ miljoen)
(€ miljoen)
% van kapitaal
Noten
1.3.6 European Bank for Reconstruction and Development De European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) is opgericht in 1991 en investeert in Oost-Europa en de voormalige Sovjet-Unie.
Organisatie
Totale bijdrage
8 9
2,480% 10
Uit Tabel 8 blijkt dat Nederland tot en met 2004 voor € 124,0 miljoen aan betalingsverplichtingen op zich heeft genomen ten bate van de EBRD, en nog eens voor € 372,0 miljoen aan garantieverplichtingen. Bij elkaar is dit € 496,0 miljoen, wat overeenkomt met 2,480% van de totale hoeveelheid kapitaal en donormiddelen van de EBRD. Het Nederlandse aandeel in het stemrecht van de EBRD is gelijk aan de Nederlandse financiële bijdrage.
11 12 13 14
15 16 17 18
1.3.7 Samenvatting In Tabel 9 worden de Nederlandse financiële bijdrages aan de multilaterale banken samengevat (tot en
19
12
Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den Haag, September 2004. Cijfers 2000: Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2002 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den Haag, September 2001; Cijfers 2001: Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den Haag, September 2002; Cijfers 2002: Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2004 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den Haag, September 2003; Cijfers 2003 en 2004: Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den Haag, September 2004. HGIS nota 2004 - Homogene Groep Internationale Samenwerking, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Den Haag, Oktober 2003; HGIS nota 2005 - Homogene Groep Internationale Samenwerking, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Den Haag, September 2004. HGIS nota 2004 - Homogene Groep Internationale Samenwerking, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Den Haag, Oktober 2003. Website Wereldbank (www.worldbank.org), Bezocht in april 2005. Annual Report 2004, International Finance Corporation, Washington, September 2004; Annual Report 2004, Multilateral Investment Guarantee Agency, Washington, September 2004; Annual Report 2004, World Bank Group, Washington, September 2004. Annual Report 2004, World Bank Group, Washington, September 2004. Website Inter-American Development Bank (www.iadb.org), Bezocht in april 2005. Annual Report 2003, Inter-American Development Bank, Washington, Maart 2004; Annual Report 2003, Inter-American Investment Corporation, Washington, Maart 2004; Jaarverslag van het Ministerie van Financiën (IXB), Vergaderjaar 2003–2004 (29 540 Nr. 20), Tweede Kamer der Staten-Generaal, Den Haag, 19 mei 2004. Annual Report 2003, Inter-American Development Bank, Washington, Maart 2004. Annual Report 2003, African Development Bank, Abidjan, Mei 2004. Annual Report 2003, African Development Bank, Abidjan, Mei 2004. Website Asian Development Bank (www.adb.org), Bezocht in april 2005. Jaarverslag van het Ministerie van Financiën (IXB), Vergaderjaar 2003–2004 (29 540 Nr. 20), Tweede Kamer der Staten-Generaal, Den Haag, 19 mei 2004; Annual Report 2003, Asian Development Bank, Manila, April 2004. Website Asian Development Bank (www.adb.org), Bezocht in februari 2005. Financial Report 2003, EIB Group, Luxemburg, Mei 2004 Financial Report 2003, EIB Group, Luxemburg, Mei 2004; Website European Investment Bank (www.eib.org), Bezocht in april 2005. Nederland neemt niet rechtstreeks deel in het EIF, maar de Europese Commissie wel. Omdat de Europese Commissie de 25 lidstaten van de EU vertegenwoordigt, is 1/25 deel van de financiële bijdrage van de Europese Commissie aan Nederland toegerekend. Website European Bank for Reconstruction and Development (www.ebrd.com), Bezocht in april 2005.
Financiering fossiele brandstofprojecten door multilaterale banken HOOFDSTUK 2
2.1 Inleiding
Tabel 10 • Fossiele brandstofprojecten Wereldbank 1992-2004 21
In dit hoofdstuk worden gegevens gepresenteerd over de financiering van fossiele brandstofprojecten door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. Onder fossiele brandstofprojecten worden verstaan projecten voor winning, transport en/of verwerking van aardolie, aardgas en steenkool, en elektriciteitscentrales waar fossiele brandstoffen verstookt worden. De inventarisaties hebben betrekking op de periode 1992-2004. Als beginjaar voor deze inventarisatie is gekozen voor 1992, omdat toen tijdens de UNCEDconferentie in Rio de Janeiro de United Nations Framework Convention on Climate Change werd aanvaard. Door 166 landen, inclusief vrijwel alle aandeelhouders van de Wereldbank Groep en de InterAmerican Development Bank Groep, werd toen een inspanningsverplichting aanvaard om de emissie van CO2 te beperken.
Type project
Brandstof
Aantal Financiering projecten (US$ miljoen)
Winning en transport
Aardolie
62
4.924
Aardgas
32
2.444
Olie & Gas
15
838
Steenkool
19
2.774
Elektriciteitsproductie en -transport
Diverse
124
11.264
Sectorale projecten22
Diverse
80
6.216
332
28.459
Totaal
2.2 Wereldbank Tabel 10 geeft een overzicht van de fossiele brandstofprojecten die in de periode 1992-2004 zijn gefinancierd door de Wereldbank Groep. De inventarisatie is gemaakt door de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network.
De inventarisaties zijn gemaakt door de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network, gebaseerd op jaarverslagen en andere publicaties van de multilaterale banken zelf. De Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep hebben de mogelijkheid gekregen om onjuistheden in de inventarisaties te corrigeren. De inventarisaties zijn inmiddels gepubliceerd in publiekelijk verkrijgbare rapporten. 20
Zoals blijkt uit Tabel 10, werden in de periode 19922004 door de Wereldbank Groep 332 fossiele brandstofprojecten met een totaalbedrag van US$ 28.459 miljoen (€ 22.135 miljoen) gefinancierd. In dezelfde periode werd door de Wereldbank Groep een totaalbedrag van US$ 1.650 miljoen besteed aan duurzame energie en energiebesparing.23 Dat is 5,4% van de totale uitgaven van de Wereldbank Groep aan energieprojecten in de periode 1992-2004.
Sustainable Energy & Economy Network en de Europese organisatie CEE Bankwatch werken aan inventarisaties van de fossiele brandstofprojecten van de andere multilaterale banken (AfDB, AsDB, EIB en EBRD). Deze inventarisaties zijn echter nog niet gepubliceerd en de betreffende multilaterale banken hebben nog niet de mogelijkheid gekregen om ze te corrigeren. Om die redenen beperken wij ons in dit hoofdstuk tot de inventarisaties van fossiele brandstofprojecten gefinancierd door WB en IADB.
2.3 Inter-American Development Bank Tabel 11 geeft een overzicht van de fossiele brandstofprojecten die in de periode 1992-2004 zijn gefinancierd door de Inter-American Development Bank Groep. Onder fossiele brandstofprojecten worden verstaan projecten voor winning, transport en/of verwerking van aardolie, aardgas en steenkool, en elektriciteitscentrales waar fossiele brandstoffen verstookt worden. Onder duurzame energieprojecten worden
13
verstaan projecten voor energieopwekking met behulp van kleinschalige waterkracht, wind, zon, aardwarmte of biomassa. Als beginjaar voor deze inventarisatie is gekozen voor 1992, omdat toen tijdens de UNCED-conferentie in Rio de Janeiro de United Nations Framework Convention on Climate Change werd aanvaard. De inventarisatie is gemaakt door de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network. Tabel 11 • Fossiele brandstofprojecten IADB 1992-2004 24 Type project Aardgaswinning en -transport
Aantal projecten
Financiering (US$ miljoen)
8
1.273,0
Elektriciteitsproductie
20
2.605,8
Elektriciteitstransport
12
1.141,8
Sectorale projecten25
9
1.248,7
49
6.269,3
Totaal
Zoals blijkt uit Tabel 11 werden in de periode 19922004 door de Inter-American Development Bank 49 fossiele brandstofprojecten met een totaalbedrag van US$ 6.269,3 miljoen (€ 4.876,3 miljoen) gefinancierd. Er is geen informatie beschikbaar over de financiering van duurzame energieprojecten door de IADB.
Noten 20 Voor meer informatie over de werkwijze van Sustainable Energy & Economy Network zie: www.seen.org. 21 A Wrong Turn From Rio - The World Bank’s Road To Climate Catastrophe, Jim Vallette, Daphne Wysham, en Nadia Martínez, Sustainable Energy and Economy Network / Institute for Policy Studies / Transnational Institute, Buenos Aires, December 2004. 22 Sectorale projecten zijn projecten die zich richten op hervorming van de elektriciteitsproductiesector of op versterking van de (institutionele) infrastructuur voor de energiesector. 23 A Wrong Turn From Rio - The World Bank’s Road To Climate Catastrophe, Jim Vallette, Daphne Wysham, en Nadia Martínez, Sustainable Energy and Economy Network / Institute for Policy Studies / Transnational Institute, Buenos Aires, December 2004. 24 Destabilizing Investments in the Americas II - The Inter-American Development Bank’s Fossil Fuel Financing: 1992-2004, Nadia Martinez en Jim Vallette, Sustainable Energy & Economy Network (SEEN), Washington, Maart 2004. 25 Sectorale projecten zijn projecten die zich richten op hervorming van de elektriciteitsproductiesector of op versterking van de (institutionele) infrastructuur voor de energiesector.
14
CO2-emissies van fossiele brandstofprojecten
HOOFDSTUK 3
3.1 Gebruikte schattingsmethodiek
duur wordt toegerekend aan de betrokken multilaterale bank, ook als er andere financiers bij het project betrokken zijn. Dit uitgangspunt is gebaseerd op het gegeven dat de betrokkenheid van een multilaterale bank meestal doorslaggevend is om de financiering van een project rond te krijgen. • Dubbeltellingen worden zoveel mogelijk voorkomen: als een multilaterale bank zowel de winning van een bepaald aardgasveld financiert als het transport van dit aardgas per pijpleiding en de elektriciteitscentrale die dit aardgas zal verstoken, wordt de totale CO2-emissies van deze projecten maar een keer toegerekend aan de betreffende multilaterale bank.
In Hoofdstuk 2 zijn inventarisaties gepubliceerd van fossiele brandstofprojecten die in de periode 19922003 zijn gefinancierd door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. Deze inventarisaties zijn gemaakt door de Amerikaanse organisatie Sustainable Energy & Economy Network, gebaseerd op jaarverslagen en andere publicaties van de multilaterale banken zelf. Op basis van deze inventarisaties heeft Sustainable Energy & Economy Network (SEEN) een schatting gemaakt van de CO2-emissies die veroorzaakt worden door de fossiele brandstofprojecten die gefinancierd zijn door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. De daarvoor gebruikte schattingsmethodiek vatten we hier kort samen: 26 • Gestreefd wordt naar een schatting van de CO2emissies gedurende de totale levensduur van een project. Wanneer de levensduur niet bekend is, wordt uitgegaan van een levensduur van 20 jaar; • Bij winning- en transportprojecten wordt een schatting gemaakt van de hoeveelheid fossiele brandstof die gedurende de totale levensduur van het project zal worden geproduceerd of getransporteerd. Vervolgens wordt een schatting gemaakt van de CO2emissies die door de geproduceerde of getransporteerde hoeveelheid fossiele brandstof veroorzaakt zullen worden in de consumptiefase. Verondersteld wordt daarbij dat de fossiele brandstof gebruikt zal worden voor elektriciteitsproductie. Dit leidt tot een geschatte emissie van 3,1 ton CO2 per ton aardolie, 2,71 ton CO2 per ton steenkool en 1,85 kilo CO2 per kubieke meter aardgas. • Voor elektriciteitsproductieprojecten worden de CO2-emissies gerelateerd aan de hoeveelheid productievermogen (in MW). Gedurende de totale levensduur van 20 jaar worden daarbij de volgende CO2-emissies verondersteld per MW: 159.968 ton CO2 voor kolengestookte centrales; 79.484 ton CO2 voor centrales die op aardgas worden gestookt, 135.118 ton CO2 voor centrales die op aardolie worden gestookt en 174.061 ton CO2 voor centrales die op diesel worden gestookt. • De totale CO2-emissie gedurende de totale levens-
De CO2-schattingen die SEEN op basis van deze schattingsmethodiek heeft gepubliceerd voor fossiele brandstofprojecten die door de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep zijn gefinancierd, worden samengevat in de paragrafen 3.2 en 3.3.
3.2 Schatting CO2-emissie Wereldbank projecten Op basis van de in paragraaf 3.1 beschreven methodiek, heeft SEEN de totale CO2-emissies geschat die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door de fossiele brandstofprojecten die de Wereldbank Groep in de periode 1992-2004 financierde. Tabel 12 • CO2-emissies fossiele brandstofprojecten Wereldbank 1992-2004 27 Type project Winning en transport
Aardolie
62
4.924
20.173
Aardgas
32
2.444
4.404
Olie & Gas
15
838
1.577
Steenkool
19
2.774
11.301
Elektriciteitsproductie en -transport
Diverse
124
11.264
5.969
Sectorale projecten28
Diverse
80
6.216
n.t.v.
332
28.459
43.424
Totaal
15
Brandstof Aantal Financiering CO2-emissie projecten (US$ miljoen) (miljoen ton)
Deze schattingen worden samengevat in Tabel 12. Zoals blijkt uit Tabel 12 zullen de fossiele brandstofprojecten die de Wereldbank Groep in de periode 1992-2004 financierde gedurende hun totale levensduur een CO2-emissie van naar schatting 43.424 Mton CO2 veroorzaken.
3.3 Schatting CO2-emissie IADB projecten Op basis van de in paragraaf 3.1 beschreven methodiek, heeft SEEN de totale CO2-emissies geschat die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door de fossiele brandstofprojecten die de IADB Groep in de periode 1992-2004 financierde. Deze schattingen worden samengevat in Tabel 13. Tabel 13 • CO2-emissies fossiele brandstofprojecten IADB 1992-2004 29 Type project
Aantal Financiering CO2-emissie projecten (US$ miljoen) (Mton)
Aargaswinning en transport Elektriciteitsproductie
8
1.273,0
2.558,2
20
2.605,8
480,0
Elektriciteitstransport
12
1.141,8
nvt
Sectorale projecten30
9
1.248,7
nvt
49
6.269,3
3.038,2
Totaal
Zoals blijkt uit Tabel 13 zullen de fossiele brandstofprojecten die de IADB Groep in de periode 19922004 financierde gedurende hun totale levensduur een CO2-emissie van naar schatting 3.038 Mton CO2 veroorzaken. Noten 26 Website Sustainable Energy & Economy Network (www.seen.org/pages/db/method.shtml), Bezocht in april 2005. 27 A Wrong Turn From Rio - The World Bank’s Road To Climate Catastrophe, Jim Vallette, Daphne Wysham, en Nadia Martínez, Sustainable Energy and Economy Network / Institute for Policy Studies / Transnational Institute, Buenos Aires, December 2004. 28 Sectorale projecten zijn projecten die zich richten op hervorming van de elektriciteitsproductiesector of op versterking van de (institutionele) infrastructuur voor de energiesector. 29 Destabilizing Investments in the Americas II - The Inter-American Development Bank’s Fossil Fuel Financing: 1992-2004, Nadia Martinez en Jim Vallette, Sustainable Energy & Economy Network (SEEN), Washington, Maart 2004. 30 Sectorale projecten zijn projecten die zich richten op hervorming van de elektriciteitsproductiesector of op versterking van de (institutionele) infrastructuur voor de energiesector.
16
Nederlands aandeel in CO2-emissies HOOFDSTUK 4
4.1 Nederlands aandeel in CO2-emissies WB en IADB
2,815%, voor de Inter-American Development Bank Groep op 0,355% (zie Tabel 9).
De gegevens en schattingen die in Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 3 zijn verzameld, worden in dit hoofdstuk gecombineerd om een schatting te kunnen maken van het Nederlandse aandeel in de CO2-uitstoot van de fossiele brandstofprojecten die door de multilaterale banken zijn gefinancierd in de periode 1992-2004. We starten daarbij met de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep, omdat voor deze twee multilaterale banken de meeste gegevens voorhanden zijn. Hoeveel de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep geïnvesteerd hebben in fossiele brandstofprojecten en hoeveel CO2-emissies deze projecten gedurende hun gehele levensduur veroorzaken, is samengevat in Tabel 12 en Tabel 13. De bedragen die in deze tabellen in dollars worden weergegeven hebben we in Tabel 14 omgerekend naar euro’s (koersverhouding: US$ 1 = € 0,7778)
Door de bovengenoemde gegevens te combineren, maken we schattingen van het Nederlands aandeel in de financiering en de CO2-emissies van de fossiele brandstofprojecten van de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep. Deze schattingen zijn samengevat in Tabel 14. Tabel 14 • Nederlands aandeel in fossiele brandstofprojecten WB en IADB 1992-2004 Multilaterale Totaal Nederlands aandeel € miljoen Mton CO2 % € miljoen Mton CO2 bank Wereldbank 22.135,0 43.424,0 2,815% 623,1 1.222,4 IADB
4.876,3
3.038,2 0,355%
17,3
Zoals weergegeven in Tabel 14 schatten we dat Nederland voor € 623,1 miljoen heeft bijgedragen aan de financiering van fossiele brandstofprojecten door de Wereldbank Groep in de periode 1992-2004. Het Nederlandse aandeel in de door deze projecten gedurende de gehele levensduur veroorzaakte CO2-emissies bedraagt naar schatting 1.222,4 Mton CO2. De Nederlandse bijdrage aan de financiering van fossiele brandstofprojecten door de IADB Groep in de periode 1992-2004 schatten we op € 17,3 miljoen. Het Nederlandse aandeel in de door deze projecten gedurende de gehele levensduur veroorzaakte CO2emissies bedraagt naar schatting 10,8 Mton CO2.
Om het Nederlands aandeel in de financiering en de CO2-emissies van deze fossiele brandstofprojecten te bepalen, gaan we uit van de Nederlandse bijdrage aan het kapitaal en donormiddelen van de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep (zie Tabel 9). We gaan hierbij uit van de totale Nederlandse bijdrage (sinds de oprichting) aan het kapitaal en de donormiddelen van iedere multilaterale bank, dat wil zeggen betalingsverplichtingen plus garantieverplichtingen. Garantieverplichtingen drukken weliswaar niet direct op de Nederlandse begroting, maar door een bepaalde hoeveelheid garantieverplichtingen op zich te nemen maakt Nederland het wel mogelijk dat de multilaterale bank een zelfde hoeveelheid financieringen verstrekt (waarbij het geld feitelijk afkomstig is van emissies op de kapitaalmarkt). De hoeveelheid betalingsverplichtingen plus garantieverplichtingen die Nederland op zich heeft genomen is daarmee de meest relevante maat voor het Nederlandse bijdrage aan financieringen door de betreffende multilaterale bank. Voor de Wereldbank Groep ligt de totale Nederlandse bijdrage aan het kapitaal en de donormiddelen op
4.2 Nederlands aandeel in CO2-emissies andere multilaterale banken Op basis van de in paragraaf 4.1 gemaakte schattingen van het Nederlandse aandeel in de financiering en de CO2-emissies van de fossiele brandstofprojecten van de Wereldbank Groep en de Inter-American Development Bank Groep, maken we in deze paragraaf vergelijkbare schattingen voor het Nederlandse aandeel in de CO2-emissies van de fossiele brandstofprojecten van de andere multilaterale banken (AfDB, AsDB, EIB en EBRD). Dat doen we door een CO2-emissiecoëfficiënt te berekenen. Daartoe relateren we de schattingen van
17
10,8
het Nederlandse aandeel in de CO2-emissies van de fossiele brandstofprojecten van WB en IADB (zie Tabel 14) aan de totale Nederlandse bijdrage (sinds de oprichting) aan kapitaal en donormiddelen van deze twee multilaterale banken (zie Tabel 9).
menigvuldigen we met de totale Nederlandse bijdrages (vanaf de oprichting tot en met 2004) aan kapitaal en donormiddelen van deze multilaterale banken. De resultaten van deze schattingen zijn samengevat in Tabel 16.
Tabel 15 • Berekening CO2-emissiecoëfficiënt Multilaterale Nederlands Nederlandse CO2-emissie bank aandeel in bijdrage per euro (kg) (€ miljoen) CO2-emissie
Tabel 16 • Nederlands aandeel in fossiele brandstofprojecten alle multilaterale banken 1992-2004 Multilaterale bank
(Mton CO2)
Wereldbank IADB
1.222,4 10,8
6.939,4 310,0
Nederlandse bijdrage
(€ miljoen)
176,2
Wereldbank
34,8
Uit de gegevens van Tabel 15 blijkt dat de Nederlandse financiële bijdrage (vanaf de oprichting tot en met 2004) aan kapitaal en donormiddelen van de Wereldbank Groep (€ 6.939,4 miljoen) in de periode 1992-2004 leidde tot een Nederlands aandeel van 1.222,4 miljoen ton in de CO2-emissies van door de Wereldbank groep gefinancierde fossiele brandstofprojecten. Dit staat gelijk aan een CO2-emissie van 176,2 kilogram per euro. Een vergelijkbare berekening voor de IADB komt tot een CO2-emissie van 34,8 kilogram per euro. Om te schatten hoe groot het Nederlandse aandeel is in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten gefinancierd door de andere multilaterale banken (AfDB, AsDB, EIB en EBRD) gebruiken we daarom een CO2-emissiecoëfficiënt van 34,8 tot 176,2 kilogram CO2 per euro. Deze emissiecoëfficiënt ver-
Nederlands aandeel in CO2-emissie (Mton CO2) Laag (34,8 kg/€) Hoog (176,2 kg/€)
6.939,4
1.222,4
1.222,4
IADB
310,0
10,8
10,8
AfDB
524,3
18,2
92,4
AsDB EIB
886,5
30,9
156,2
7.421,8
258,3
1.307,7
EBRD
496,0
17,3
87,4
Totaal
16.577,9
1.557,8
2.876,9
Zoals blijkt uit Tabel 16 schatten we het Nederlandse aandeel in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten gefinancierd in de periode 1992-2004 door de multilaterale banken (WB, IADB, AfDB, AsDB, EIB en EBRD) op 1.558 tot 2.877 Mton CO2. Per jaar gaat het om 120 tot 221 Mton CO2. Dit is een voorlopige schatting, voor een meer precieze schatting is een gedetailleerde inventarisatie noodzakelijk van de fossiele brandstofprojecten die in de periode 1992-2004 zijn gefinancierd door AfDB, AsDB, EIB en EBRD.
18
Toekomstig Nederlands aandeel in CO2-emissies HOOFDSTUK 5
5.1 Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken
kapitaalsuitbreiding van de IBRD, waar alle leden naar rato in zullen moeten deelnemen. Dat betekent dat het bedrag waar Nederland dan garant voor staat met € 1.800 miljoen verhoogd zal worden.33
De algemene Nederlandse financiële bijdrages aan de multilaterale banken, die niet geoormerkt zijn voor specifieke doelen, staan vermeld op de begroting van het ministerie van Financiën. In de laatste begroting staan de verwachte bijdrages vermeld voor de periode 2005-2009, zoals samengevat in Tabel 17.
5.2.2 Inter-American Development Bank De Nederlandse financiële bijdrage aan de IADB Groep zal de komende vijf jaar niet sterk stijgen. Op de Nederlandse begroting voor 2005 is alleen een
Tabel 17 • Specifieke Nederlandse financiële bijdrages aan multilaterale banken 2005-2009 (in € duizend) 31 Nieuwe garantieverplichtingen
2005
2006
2007
2008
2009
2005-2009
113.445
349.043
321.734
1.915.962
113.445
2.813.629
Nieuwe betalingsverplichtingen
515.202
0
85.573
584.492
0
1.185.267
Totale verplichtingen
630.652
351.049
409.314
2.502.462
115.454
4.008.931
Zoals blijkt uit Tabel 17 neemt Nederland over de net begonnen periode van vijf jaar (2005-2009) voor € 2,8 miljard aan nieuwe garantieverplichtingen op zich ten bate van de multilaterale banken plus € 1,2 miljard aan nieuwe betalingsverplichtingen. Vergelijking met de afgelopen periode van vijf jaar (2000-2004, zie Tabel 1), leert dat de nieuwe garantieverplichtingen wat lager liggen (toen € 4,0 miljard) en nieuwe betalingsverplichtingen wat hoger (toen € 0,7 miljard). De totale Nederlandse bijdrage aan de financiering van de multilaterale banken ligt met € 4,0 miljard de komende vijf jaar iets lager dan in de afgelopen vijf jaar (€ 4,7 miljard).
nieuwe bijdrage aan de donormiddelen van het MIF van € 15 miljoen opgenomen voor 2005.34 5.2.3 African Development Bank Op de Nederlandse begroting voor 2005 zijn nieuwe bijdrages aan het African Development Fund opgenomen ter waarde van € 126 miljoen in 2005 en opnieuw € 126 miljoen in 2008. In de periode 20052009 gaat het dus om € 50,4 miljoen per jaar.35 5.2.4 Asian Development Bank Op de Nederlandse begroting voor 2005 zijn nieuwe bijdrages aan het Asian Development Fund opgenomen ter waarde van € 82 miljoen in 2004 en opnieuw € 82 miljoen in 2007. Daarnaast wordt een kapitaalsverhoging van de Asian Development Bank voorzien in 2007, waar voor Nederland een betalingsverplichting van € 3,6 miljoen uit voortvloeit. Bij elkaar neemt Nederland in de periode 2005-2009 jaarlijks € 33,5 aan nieuwe betalingsverplichtingen op zich ten bate van de AsDB Groep. Daarnaast vloeit uit de kapitaalsverhoging van de Asian Development Bank in 2007 ook een nieuwe garantieverplichting voort van € 208,2 miljoen.36
5.2 Nederlandse financiële bijdrage per multilaterale bank 5.2.1 Wereldbank Op de Nederlandse begroting voor 2005 zijn nieuwe betalingsverplichtingen opgenomen voor de IBRD (€ 54,5 miljoen in 2008), de IFC (€ 20,0 miljoen in 2008), en de IDA (€ 374 miljoen in 2005 en opnieuw € 374 miljoen in 2008). In de periode 2005-2009 komt de nieuwe Nederlandse bijdrage aan de Wereldbank Groep dus op € 164,5 miljoen per jaar.32 Ook verwacht de Nederlandse overheid in 2008 een
5.2.5 European Investment Bank De volgende kapitaalverhoging van de EIB wordt op zijn vroegst in 2008 verwacht. Omdat deze zal wor-
19
den gefinancierd uit de reserves van de EIB zal Nederland geen betaling hoeven te verrichten. Wel zal de garantstelling door Nederland worden verhoogd, maar het is onbekend met welk bedrag.37
gedurende hun hele levensduur 600 tot 1.105 Mton CO2 zullen uitstoten. Geen van de multilaterale banken heeft aangekondigd zijn financiering van fossiele brandstofprojecten te zullen verminderen of zelfs staken, en dus gaan we er voorlopig vanuit dat de multilaterale banken de komende vijf jaar jaarlijks een vergelijkbare hoeveelheid fossiele brandstofprojecten zullen blijven financieren als in de periode 1992-2004. Het Nederlandse aandeel in de financiering van de verschillende multilaterale banken blijft in de komende periode van vijf jaar (2005-2009) ook gelijk. Nederland zal dus verantwoordelijk blijven voor eenzelfde aandeel in de CO2-uitstoot veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten die zijn gefinancierd door de multilaterale banken. We schatten daarom dat Nederland in de komende vijf jaar - via zijn financiële bijdrages aan de multilaterale banken - fossiele brandstofprojecten zal financieren die gedurende hun hele levensduur 600 tot 1.105 Mton CO2 zullen uitstoten. Dat is 120 tot 221 Mton CO2 per jaar.
5.2.6 European bank for Reconstruction and Development De Nederlandse overheid verwacht in de toekomst geen financiële bijdrages meer te hoeven leveren aan de EBRD. “Dit sluit aan bij het streven dat de EBRD zelfvoorzienend is en geen nieuwe financiële steun nodig zal hebben.” 38
5.3 Nederlands aandeel in CO2-emissies De totale Nederlandse bijdrage aan de financiering van de multilaterale banken ligt met € 4,0 miljard de komende vijf jaar iets lager dan in de afgelopen vijf jaar (€ 4,7 miljard). Belangrijker is echter dat het Nederlands aandeel in het kapitaal en de donormiddelen van alle multilaterale banken op hetzelfde niveau zal blijven als in de afgelopen periode, omdat Nederland naar rato zal participeren in alle kapitaalsverhogingen en uitbreidingen van donormiddelen. Als het financieringsbeleid van de multilaterale banken niet wezenlijk verandert, zal het Nederlandse aandeel in de financiering en CO2-emissies van fossiele brandstofprojecten die door de multilaterale banken gefinancierd worden niet wezenlijk veranderen.
Noten 31 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 32 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 33 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 34 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 35 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 36 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 37 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004. 38 Begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2005 - Memorie van Toelichting, Ministerie van Financiën, Den September 2004.
In de afgelopen dertien jaar (1992-2004) lag het Nederlandse aandeel in de CO2-emissies die gedurende de gehele levensduur worden veroorzaakt door fossiele brandstofprojecten die zijn gefinancierd door de multilaterale banken (WB, IADB, AfDB, AsDB, EIB en EBRD) op 1.558 tot 2.877 Mton CO2 (zie Tabel 16). Per jaar financierde Nederland dus projecten die
20
Haag, Haag, Haag, Haag, Haag, Haag, Haag, Haag,