Middernachtsroep. Hoe moeten we nu bidden? Gebed in het Nieuwe Testament De diepere dimensie van het Onze Vader

Het internationale tijdschrift over bijbelse profetie

1955 2015

60 Jaar

> > >

actuesetlisch realier held

Middernachtsroep www.middernachtsroep.nl n Nr. 10.2015

Hoe moeten we nu bidden? • Gebed in het Nieuwe Testament • De diepere dimensie van het Onze Vader Het geheimzinnige getal 666 | Alles is liefde, of niet soms?

NIEUWS VANUIT DOORN

‘Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden’ Het doel van ons zendingswerk is om mensen met het evangelie te bereiken. Dit doen we o.a. met het tijdschrift ‘Middernachtsroep’ . We waren zeer verheugd, toen we door een zuster uit Roden benaderd werden om voor onze oktoberuitgave een kleine 7000 exemplaren meer te laten drukken. Ze wilde in haar woonplaats de mensen met het evangelie in aanraking brengen en daar voor o.a. ons tijdschrift gebruiken. Ze hebben dit ook tevens financieel mee ondersteund. Heel hartelijk dank voor deze medewerking. We bidden er nu voor, dat het vrucht voor de eeuwigheid mag opleveren. Zoals in het laatste nummer al beloofd, gaan we in deze uitgave iets meer in op ons nieuwe boek ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ . Voor mij, Raphael, was het heel eerlijk gezegd een zegen om het te lezen. Norbert Lieth laat op verschillende manieren zien hoe en waarom we onze Heere Jezus mogen en moeten verwachten. Heel belangrijk zijn daarbij de profetieën, die grotendeels al in ver vulling zijn gegaan. Zo wordt bijvoorbeeld Jeremia met de anderen profeten vergeleken. Zijn boodschap was slecht, maar wel waar, die van Hananja goed, maar gelogen. Ook vandaag wordt Gods Woord aangepast. Het evangelie wordt gemakkelijker gemaakt en tal van Bijbelteksten worden uit hun context genomen en anders toegepast. Daardoor zijn er ook al grote dwalingen ontstaan. Ook de duivel citeert Gods Woord, maar liegt toch. Ook Gods plan met Israël wordt in dit boek besproken. We horen steeds vaker in ons land, dat God Zijn oogappel ‘Israël’ heeft verworpen en dat de gemeente in plaats daar van is gekomen. Dit is echter niet zo. Als we met de opname van deze aarde weggenomen zullen zijn, dan pakt God Zijn plan met Israël weer op. Israël zal dan, als hun Messias weerkomt en ze Hem (h)erkennen, geholpen worden en eeuwige zegen en vrede ontvangen. Ze zullen geborgen zijn in Hem en niet meer geterroriseerd worden. Israël gaat nog een heerlijke toekomst tegemoet. We horen bijna elke dag veel over terreur, kwaad en onvrede. Dit maakt ons zeer verdrietig. Daarom is aan ons de taak Zijn evangelie onder de naties te verkondigen en om handeling te doen, totdat Hij komt. Voor mensen die Jezus niet in hun leven opgenomen hebben, komt er een dag waarin het voor eeuwig te laat is. Dan worden ze met het ergste geconfronteerd, namelijk met de hel. We lezen in 1 Korintiërs 16:22 voor het woord ‘Maranatha’ deze ernstige woorden: ‘Als iemand de Heere Jezus Christus niet liefheeft, laat die ver vloekt zijn.’ Wat voor een verantwoording hebben we Christenen toch om alle mensen om ons heen van onze Heere Jezus Christus te vertellen, om ze zodoende te bewaren voor het oordeel. Het gaat er toch ten diepste om wie we in de Heere Jezus zijn. We leven niet meer onder de wet, want deze is door Christus ver vuld. We leven in én uit Zijn genade. We leven in de wet der vrijheid en door ons geloof in Hem hebben we eeuwig leven. Daardoor mogen we zeker weten gered te zijn. Alle religies zeggen, dat je iets moet doen om gered te worden. Jezus zegt: ‘Geloof in Mij en je wordt gered!’ Wie en wat we in Christus zijn, zien we o.a. in een uitspraak die D.L. Moody vlak voor zijn dood deed: ‘Spoedig zullen jullie in de kranten lezen dat ik dood ben. Geloof daar helemaal niets van. Ik zal levendiger zijn, als ooit van te voren.’ Een ander voorbeeld is een uitspraak die Johnny Cash deed, toen hij vlak voor zijn dood in de talkshow van Larr y King uitgenodigd was. Hem werd zijn leven met al zijn drugs en andere zonden voor ogen gehouden. Treurig daarover zei hij: ‘Ja dat klopt allemaal, maar het bloed van Jezus Christus reinigt van alle zonden.’ Dit waren zo maar een paar passages uit het boek ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ . Heel graag mag u dit boek bij ons bestellen en wordt u zeker net zoals ik bemoedigt om Jezus Christus iedere dag te verwachten. Zoals bijna iedereen van u wel weet, geven we elk jaar een mooie Israëlkalender uit. Met veel vreugde mag ik u meedelen dat deze voor 2016 nu te bestellen is. 13 prachtige foto’s tonen het Heilige Land vanuit vogelperspectief. De kalender vermeldt Christelijke en Joodse feestdagen en heeft voor elke maand een passend Bijbelvers. Bent u een echte Israëlvriend? Dan mag u de Israëlkalender 2016 niet missen. Een verjaardagscadeau of eentje met kerst cadeau doen? We zouden het zeer fijn vinden als we de kalender naar u toe mogen sturen. Tenslotte willen we u ook nog meedelen dat op 14 november alweer onze Ontmoetingsmiddag met Norbert Lieth in Het Brandpunt in Doorn plaatsvindt. Meer informatie kunt u op de achterzijde van dit blad vinden. We zouden het erg fijn vinden als we velen van u op deze zaterdagmiddag mogen verwelkomen. In onze spoedig wederkomende Heiland verbonden,

uw Raphael en Lea Roos

Inhoud

Coverstory 4 Hoe moeten we nu bidden? 5 Gebed in het Nieuwe testament 8 De diepere dimensie van het Onze vader 11 De gebedsgroep 11 Dat men altijd moet bidden en niet de moed verliezen

In PersPeCtIef 14 Rainer Wagner en zijn omstreden preek 15 Openbaring 7:4-8 15 Carlos Manuel Orellana Cancinos 16 Het geheimzinnige getal 666 18 Alles is liefde, of niet soms? 20 ‘Onze vijanden’, onze beschermengelen

60 Jaar mIddernaChtsroeP 21 Het zendingswerk in Argentinië

3 7 12 17 22

Groetwoord Colofon eruit gelicht spreuken amen

Initialen van de auteurs in dit nummer mnr = redactie Middernachtsroep rem = René Malgo

Groetwoord door AARt HAveRkAMp

Van de secretaris toen ik vernam dat het thema van de Middernachtsroep voor deze maand ‘Gebed’ zou worden, moest ik direct denken aan een lied, wat ik wekelijks in mijn schoolklas met de kinderen zong. U kent dat lied ongetwijfeld zelf ook: ‘Lees je Bijbel, Bid elke dag, dat je groeien mag!’ Dagelijks onze Bijbel lezen en bidden zijn absoluut nodig om een goede en gezonde relatie te onderhouden met onze Hemelse vader. Het is dan ook koren op de molen van de satan als wij beide veronachtzamen. een gevaar dat ons geloofsleven altijd weer bedreigd. vlak voor het schrijven van dit groetwoord ontving ik van een gemeente hun prachtig verzorgde maandblad. Hierin las ik dat ze zich in het komende winterseizoen bezig gaan houden met het gebedsleven. Bij de aankondiging was een pakkende afbeelding geplaats van 2 mannen die een auto voortduwden met daarbij de zin: ‘Gebed: veel christenen bezuinigen op de motor! Wat een treffende opmerking. Als christenen bidden we uiteraard wel, maar de vraag is of het ook onderdeel is van onze levenshouding. Luther zei ooit over het gebed dat het de zuurstof van de gelovige is. In ezechiël 14:14 staan ernstige woorden, die ons iets zeggen over het gebedsleven van 3 bekende personen uit het Oude testament: ‘Al zouden te midden ervan deze drie mannen zijn, Noach, Daniël en Job, dan zouden zij alleen door hun gerechtigheid hun eigen leven redden, spreekt de Heere HeeRe.’ ezechiël 14 noemt ze ons als een gebedstrio, maar verbindt aan hun gezegende herinnering tevens een vreselijk oordeel. eenmaal zal de wereldverwording zo ontzettend toenemen, dat zelfs voorbidders als deze drie Godsmannen de oordelen van God niet meer kunnen afwenden. Het zou daarom goed zijn voor ons eigen gebedsleven om dit trio eens nader te bestuderen met de vraag wat wij van hun dagelijkse gebedsleven kunnen leren: 1. Job: een voorbidder voor zijn familie en zijn vrienden: De levensgeschiedenis van Job is een vertroostend en een versterkend voorbeeld voor al Gods kinderen, die worstelen

met het probleem van het lijden. Wat kan ons leven toch benauwend zijn, als we Gods weg niet meer verstaan. Hoeveel tranen kan een mens wel niet schreien, voordat we geleerd hebben om voor de uitkomst willig blind te zijn. In het Bijbelboek Job leren we iets verstaan van de betekenis en het doel van de strijd die de mens op deze aarde heeft. 2. Daniël: een voorbidder voor zijn volk: Al op jonge leeftijd werd het leven van Daniël op de proef gesteld. Ondanks de vele verleidingen aan het hof heeft hij zijn hart er op gezet om zijn God te dienen. Hij heeft ons daarin voorgeleefd, wat het werkelijk inhoudt om als een licht te wandelen te midden van een ontaard geslacht. Het geheim van zijn leven schuilt in 2 onmisbare pijlers om staande te blijven in moeilijke tijden: Bijbelstudie en gebed. Hij krijgt door het bestuderen van Jeremia’s profetieën oog voor de nood van Gods volk. Daarom treedt hij voor hen in bij God als een advocaat. tegelijkertijd krijgt hij oog voor een wijder perspectief omtrent de toekomst en het volledige herstel van Israel. Wie net als Daniël de Bijbel leest en zijn knieën buigt, zal ook in onze tijd dieper worden ingeleid in de ontwikkelingen van Gods heilsplannen. 3. Noach: een voorbidder voor de wereldnood van de volkeren. Noach was als gelovige een eenling in zijn dagen. temidden van een geweldige verwording en verwildering leefde hij een Gode welgevallig leven. Hoeveel spot en hoon zal hij te verduren hebben gehad, toen hij bouwde aan de ark tot redding voor zijn gezin en zijn omgeving. Hij zag dreigende wolken van Gods oordelen naderen. Hij predikte de gerechtigheid als de enige weg tot verlossing. In de artikelen van dit blad worden we ongetwijfeld opgeroepen om te voldoen aan de oproep: ‘Bid zonder ophouden!’ D.w.z. bid met regelmaat, want dat zal uw leven en dat van anderen tot rijke zegen zijn. In onze spoedig wederkomende Heere verbonden, uw Aart Haverkamp

Middernachtsroep Oktober 2014

3

Focus op de BijBel

HOe MOeteN We NU

bidden?

men zegt wel eens: als je een christen beschaamd wilt maken, moet je naar zijn gebedsleven vragen. en dat terwijl bidden zo eenvoudig is.

Er is niets zo urgent en zo eenvoudig te doen als bidden. Dat laat het Nieuwe Testament zien (zie pag. 5). Er zijn geen speciale formuleringen nodig en zelfs het Onze Vader hoef je niet uit het hoofd te kennen. – Welk dimensies er achter dit beroemde gebed zitten, laat Norbert Lieth op pagina 8 zien. Dat het gebed ook in de 60-jarige geschiedenis van Zendingswerk Middernachtsroep een vooraanstaande rol heeft gespeeld en nog speelt, blijkt op pagina 11. Een opwekking tot gebed, juist in deze eindtijd, is hard nodig!

4


Gebed in het nieuwe testament het nieuwe testament staat vol verwijzingen naar het gebed en voorbeelden van gebeden; daar kunnen we veel van leren.

J

ezus was wat het gebed betreft een groot voorbeeld, zo zeer dat de discipelen Hem op een keer vroegen: “Heer, leer ons bidden, zoals ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft!” (Luk. 11:1). Daarop leerde de Heer hen het Onze Vader (meer daarover in het volgende artikel over de diepere dimensie van het Onze Vader). Later kwam het moment (het was een dag voor Jezus‘ dood aan het kruis) dat Hij tegen hen zei: “Alles wat u de Vader zult bidden in Mijn naam, zal Hij u geven! Tot nu toe hebt u niets gebeden

in Mijn naam; bid, en u zult ontvangen, opdat uw blijdschap volkomen zal worden” (Joh. 16:23-24). Daarmee opende de Heer een geheel nieuwe gebedsdeur, die de discipelen tot dan toe nooit hadden gekend. Ze mochten in de naam van Jezus tot de Vader bidden; het gebed via Zijn Persoon zou de garantie van de verhoring zijn. Daaraan kun je zien wat Jezus Christus volbracht heeft en naar welke dimensie Hij al diegenen verheft die in Hem geloven. Hij identificeert Zich met onze gebeden die we in Zijn naam opzenden. Je wordt altijd weer geconfronteerd met de vraag of je rechtstreeks tot Jezus Zelf mag bidden, of dat je alleen in Zijn naam, maar altijd tot God de Vader moet bidden. Het ant-


5

Focus op de BijBel

De HeILIGe Geest WIL DAt We te ALLeN tIJDe BIDDeN. HIJ WIL ONs DINGeN IN HeRINNeRING BReNGeN, AANzetteN GeveN, LeIDeN, OpMeRkzAAM MAkeN.

woord vinden we in dezelfde toespraak van Jezus, als Hij tegen de discipelen zegt: “En wat u ook zult vragen in Mijn naam, dat zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt zal worden. Als u iets vragen zult in Mijn naam, Ik zal het doen” (Joh. 14:13-14). Daarmee bevestigde de Heer Jezus twee dingen: 1. Het gebed in Zijn naam wordt door Hemzelf verhoord: “Ik zal het doen”. 2. Het gebed in zijn naam wordt door de Vader verhoord: “…zal Hij u geven”. Daarmee ligt het voor de hand dat de Heer Jezus één in wezen is met de Vader. Dat bevestigt de apostel Thomas na Zijn opstanding als hij zegt: “Mijn Heer en mijn God!” (Joh. 20:28). Bovendien komt het in de Evangeliën voor dat mensen voor Jezus neervallen en iets van Hem vragen (Mat. 8:2; 9:18; Luk. 8:47). Dat kun je zeker als een gebed opvatten. In Romeinen 10 :9-10 benadrukt Paulus hoe belangrijk het is om de Heer Jezus als Heer te erkennen. Dat leidt namelijk tot de eeuwige verlossing. In vers 11 legt hij er nogmaals de nadruk op dat iedereen die in Hem (Jezus) gelooft, niet beschaamd zal uitkomen. En in vers 13 citeert Paulus een vers uit het Oude Testament over God Zelf en betrekt dat op de Heer Jezus. Wie Jezus als Heer betuigt en Hem aanroept, wordt gered. Het ligt dus voor de hand dat we de naam van de Heer (Jezus Christus) niet alleen mogen, maar zelfs behoren aan te roepen. Daar wordt ook in de Brief aan Korinthe op gewezen, waar sprake is van

6


“allen die de naam van onze Heer Jezus Christus aanroepen, in elke plaats”, die dus rechtstreeks tot Hem bidden. Daarbij is het wel nodig om, zoals het heet, in de Geest te bidden. “Terwijl u bij elke gelegenheid met alle gebed en smeking bidt in de Geest en daarin waakzaam bent met alle volharding en smeking voor alle heiligen” (Ef. 6:18). “Maar u, geliefden, bouwt uzelf op in uw allerheiligst geloof en bidt in de Heilige Geest” (Jud. 20). De in ons wonende Heilige Geest wil ons onder andere tot het gebed leiden (Rom. 8:14). Hij wil dat we in de Geest bidden en niet in het vlees, dat wil zeggen, niet vervuld van woede, egoïsme, jaloezie, hebzucht en dergelijke (Jak. 4:3). Hij wil dat we te allen tijde bidden. Hij wil ons dingen in herinnering brengen, aanzetten geven, leiden, opmerkzaam maken, enzovoort. Het is ook de Heilige Geest die ons direct voor God vertegenwoordigt. “En evenzo komt ook de Heilige Geest onze zwakheden te hulp, want wij weten niet wat wij bidden zullen zoals het behoort. De Geest Zelf echter pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen. En Hij die de harten doorzoekt, weet wat het denken van de Geest is, omdat Hij naar de wil van God voor de heiligen pleit” (Rom. 8:26-27). Vaak weten we niet wat we moeten bidden en al evenmin hoe. Wat is het dan goed te weten dat de Geest ons gestamel tegemoet komt en onze zwakheid te hulp komt. De Heilige Geest vertegenwoor-

digt Jezus in ons en Jezus wordt altijd verhoord. Het is belangrijk om altijd te bidden. Corrie ten Boom zei eens: “Het gebed behoort ons stuurwiel te zijn, niet ons reservewiel”. – “Bid zonder ophouden!” (1 Thes. 5:17). “Terwijl u bij elke gelegenheid met alle gebed en smeking bidt in de Geest en daarin waakzaam bent met alle volharding en smeking voor alle heiligen” (Ef. 6:18). Met deze uitspraken kan niet bedoeld zijn dat we 24 uur per dag ononderbroken hebben te bidden. Het gaat hier meer om een voortdurende houding van gebed, omdat de Geest van de gebeden in ons woont. We hebben immers het voorrecht dat we altijd wanneer ons iets in gedachten komt, we daar meteen voor kunnen bidden. We hebben geen grote inleidingen, formuleringen, liturgieën of tradities nodig; omdat we voortdurend in Christus zijn, kunnen we altijd en overal bidden. En omdat de Heilige Geest altijd in ons woont, komen die gebeden altijd meteen aan. We kunnen dus ‘zonder aanloop‘ bidden, geheel in de zin van ‘elk moment’. Charles H. Spurgeon zei: “We kunnen te allen tijde bidden, en ik weet dat we dat kunnen. Maar ik vrees dat degenen die niet op bepaalde tijden bidden, überhaupt zelden bidden.” Zo gezien is bidden ook een wetmatigheid. Georg Müller meende: “De stille uren met God moet je koesteren, want die alleen geven het innerlijke leven kracht en voedsel. Niets kan het uitvallen van heilige uren

Middernachtsroep Zendingswerk en uitgeverij Middernachtsroep

onder het Woord en in gebed schadeloos stellen.” In het Nieuwe Testament staan talloze vermaningen om te bidden en aanwijzingen, voorbeelden en gelijkenissen die getuigenissen voor ons zijn dat bidden een ‘must’ is (Luk. 18:1). Meerdere keren wordt benadrukt dat Jezus eenzame plaatsen en de stilte opzocht om te bidden. Hele nachten bracht Hij in gebed door (Mat. 14:23; 26:36; Luk. 6:12; 9:28; 11:1). Na de pinksterdag zien we de vroege Gemeente als een biddende gemeente die er bijzonder veel waarde aan hechtte om het aangezicht van de Heer te zoeken (Hand. 1:14; 2:42; 3:1; 4:31; 6:4; 10:9; 14:23; 16:13). De apostel Paulus en zijn medewerkers baden zelf ook erg veel en hij heeft dat vast niet benadrukt om er mee te pochen, maar om een getuigenis en een stimulans te zijn (Rom. 1:10; Ef. 1:16; Kol. 4:12; 2 Tim. 1:3; Flm. 4). In de brieven van de apostelen vinden we dan ook heel vaak rechtstreekse opdrachten en aansporingen om te bidden (Ef. 6:18; Kol. 4:3; 1 Thes. 5:17; 2 Thes. 3:1; Heb. 13:18; Jak. 5:16). Iemand heeft met het oog op het gebed eens gezegd: Het aantal bezoekers van de huiskringen laat zien hoe populair de gemeente is. Het aantal bezoekers van de diensten laat zien hoe populair de voorganger is. Maar het aantal bezoekers van de bidstond laat zien hoe populair Jezus is. Niettemin is bidden niet iets wettisch. Martin Luther moet gezegd hebben: “Goed gebeden is half gestudeerd. … ik heb zoveel werk dat ik het niet red als ik niet elke dag minstens drie uur van mijn beste tijd aan het gebed wijd.” Voor hem was dat de juiste weg, maar je kunt zulke voorbeelden niet dwangmatig voor je eigen gebed hanteren en dan ontevreden zijn als je het niet haalt om zo lang te bidden. Een huisvrouw en moeder die zich om haar kinderen moet bekommeren, kan nauwelijks drie uur achter elkaar bidden. Laat op dit punt niemand ontevreden worden en zich laten knechten; de hoofdzaak is dat je bidt. Het was trouwens ook iets wat Luther zelf op zijn hart had; hij was tegen elke vorm van ‘nieuw-kloosterlijk’ wetticisme en zou zich zeker mateloos opwinden

als hij wist dat sommige christenen van tegenwoordig zijn persoonlijke getuigenis over het bidden tot wet verheffen. Een ieder behoort te bidden en wel zoveel mogelijk. Maar de een gaat het ‘s morgens het beste af, de ander kan ‘s middags tijd nemen om langer te bidden en weer anderen komt het ‘s avonds beter uit. Sommigen kunnen het tijdens een wandeling, anderen alleen in een rustige kamer en weer anderen alleen op de knieën. Jezus Christus is ons grootste voorbeeld voor wat betreft het gebed. Hij bad vaak en dikwijls ook lang. Toch waarschuwde Hij voor bepaalde wettische gebeden die niet oprecht zijn: “Al hun werken doen zij om door de mensen gezien te worden, want zij maken hun gebedsriemen breed en de kwastjes aan hun kleren groot” (Mat. 23:5). “Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden” (Mat. 6:7). De Heer Jezus moedigde Zijn luisteraars op een keer aan met een gelijkenis over het gebed, die Hij begon met de woorden: “Stel dat iemand van u een vriend heeft en midden in de nacht naar hem toe gaat en tegen hem zegt: Vriend, leen mij drie broden” (Luk. 11:5). “Vriend, leen mij drie broden.” Van dit verzoek kunnen we drie dingen leren: 1. Je kunt deze wens niet korter formuleren. 2. Het verzoek is concreet en komt direct tot de kern. 3. De vrager heeft geen scrupules dat hij op een ongepast moment komt. Hij komt midden in de nacht bij zijn vriend. En hij vraagt vrijmoedig. Het volgende, direct tot de kern komende gebed uit China moge ons tot nadenken stemmen: “Heer, schenk Uw Kerk een opwekking en begin bij mij. Heer, bouw Uw Gemeente en begin bij mij. Heer, breng Uw liefde en waarheid tot alle mensen en begin bij mij.” NOR BERT LIETH

www.middernachtsroep.nl STICHTER: Wim Malgo (1922-1992) BESTUUR Nederland: Aart Haverkamp, Woudenberg Gerrit van koppen, Woudenberg Jonathan Malgo, Dübendorf Berend de Wit, Hoevelaken NEDERLAND: Middernachtsroep, postbus 193, 3940 AD Doorn, tel.: 0343 477288, fax: 0343 477447, e-mail: [email protected] k.v.k. nr. 41166018 BtW nr. NL 0028 18 668 B01 ZWITSERLAND: Mitternachtsruf, Ringwiesenstrasse 12a, CH-8600 Dübendorf, tel.: 0041 44 952 14 14, www. mitternachtsruf.ch ORGAAN: De «Middernachtsroep» verschijnt maandelijks en wordt bovendien in het Duits, engels, Frans, Hongaars Italiaans, portugees, Roemeens, spaans en tsjechisch uitgegeven. REDACTIE: (Adres zwitserland) e-mail: [email protected] LAYOUT: (Adres zwitserland) e-mail: layout@ mnr.ch PASTORALE VRAGEN: (Adres Nederland) HOTEL BETH-SHALOM: p.O.Box 6208, HaifaCarmel 31061, Israel, tel: (00972) 04 8373 480 fax: (00972) 04 8372 443, e-mail: [email protected], Leiding: Fredi en Beate Winkler BETALINGEN: IBAN: NL52INGB0000409200 BIC: INGBNL2A t.n.v. Middernacchtsroep Doorn. Ook voor België DRUK: De Groot Drukkerij, Goudriaan ABONNEMENTSPRIJS JAARLIJKS: Nederland en België: Geen abonnementsprijs meer maar een vrije gift, europa en Middellandse zeelanden eUR 26,40 Buiten europa en suriname eUR 32,40. ADRESSEN VOOR DIVERSE TAKKEN: www.mitternachtsruf.ch/weltweit TESTAMENTAIRE BESCHIKKINGEN: (via een notaris) «Ik legateer vrij van rechten en kosten aan de stichting: zendingswerk Middernachtsroep statutair gevestigd te LeIDeN en geregistreerd onder nummer .41166018. bij de kamer van koophandel Rijnland, een bedrag van eUR …» Gedachtig aan het feit, dat alle menselijke kennis slechts ten dele is (1 Cor. 13:9), geven de auteurs onder eigen verantwoording hun persoonlijke visie weer.


7

Focus op de BijBel

De DIepeRe DIMeNsIe vAN

het onze Vader het onze vader kan heel wel als een gemeentegebed gezien en gebeden worden, maar daarnaast heeft het nog een diepere profetische dimensie. en daar willen we graag eens ons licht op laten schijnen

I

k bid het Onze Vader bijna elke dag. Het raakt vrijwel elk terrein van het leven. Het laat me zien wat voor God belangrijk is en het geeft iets van de diepe wijsheid van onze Heer weer. Voor talloze christenen is het een hulp in nood. Sommigen noemen het Onze Vader een modelgebed, dat veel vragen omvat en alle terreinen van het leven beslaat. De gehele door God geïnspireerde heilige Schrift dient de Gemeente en is nuttig voor haar om ervan te leren en verder te komen (2 Tim. 3:16). Juist daarom is het belangrijk te letten op de context waarin elke tekst staat en de tekst dan ook te laten zeggen wat de schrijver oorspronkelijk heeft bedoeld. Dit is de zogenaamde heilshistorische benadering van de Bijbel. Professor Helge Stadelmann schrijft in Heilshistorie verstaan “dat het zinvol is om als christen heilshistorisch te denken. Je gaat dan uit van de observatie dat de uitleg en vooral de toepassing van hele stukken van de heilige Schrift vaak mislukt als er geen heilshistorisch verstaan van de Bijbel aanwezig is. Waar de Bijbel de schat van de christelijke Gemeente is, verarmt hij als er geen heilshistorische kennis is. In de plaats van een denken dat zich altijd consequent afvraagt wat God Zelf voor wie en voor welke tijd gezegd heeft, treedt dan een benadering van de Bijbel die uitgaat van wat de mens juist persoonlijk aanspreekt. Grote delen van de Bijbel

8


kun je dan nergens meer inpassen en je slaat ze dan maar over. Wie daarentegen met de heilshistorie vertrouwd is, zal uit het lezen van de hele Bijbel winst behalen” (pag. 7). Je kunt je afvragen wat dit nu met het Onze Vader te maken heeft. Wel, misschien meer dan we zo op het eerste gezicht vermoeden… Vlak voordat de Heer Zijn discipelen het Onze Vader leerde bidden, zei Hij: “Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden. Word dan aan hen niet gelijk, want uw Vader weet wat u nodig hebt, voordat u tot Hem bidt” (Mat. 6:7-8). De Heer maakte toen een duidelijk onderscheid tussen Zijn discipelen en de volken. Zij, de Joodse discipelen, moesten niet bidden zoals de heidenen. Jezus Zelf kwam als Jood tot de Joden, tot het Zijne (Joh. 1:11), onder de wet (Gal. 4:4). Het nieuwe verbond heeft Hij pas kort voor Zijn dood ingesteld (Luk. 22:20). Omdat de latere Gemeente, die uit Joden en heidenen bestond, op het moment dat de Heer het Onze Vader onderwees nog niet het voorwerp van openbaring was, is duidelijk dat we hier in eerste instantie met een Joods gebed te maken hebben. Elementen van de inhoud van het Onze Vader komen in soortgelijke vorm al in het oude verbond voor, dat voor Israel gold (vgl. Jes. 63:15-16). In Jeremia 31 geeft de Heilige Geest een opvallende parallel met het Onze Vader. Dit hoofdstuk beschrijft de toekomst van Israël. “Onze Vader”: “Onder geween zullen zij komen, onder smeekbeden zal Ik hen leiden … want Ik ben Israël tot een Vader,

infobox

Het Onze Vader “Bidt u dan zo: Onze vader, die in de hemelen zijt, Uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde. Geef ons heden ons dagelijks brood. en vergeef ons onze schulden, zoals ook wij onze schuldenaren vergeven. en leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid! Amen“ (Mat. 6:9-13).

en Efraïm – Mijn eerstgeborene is Hij” (Jer. 31:9). Het herstel van Israël, dat vanaf vers 1 wordt genoemd, zal Israël terugbrengen, zodat God hun Vader wordt zoals Hij nu de Vader van de Gemeente is. Met het oog op deze toekomst leerde Jezus Christus Zijn Joodse discipelen dit gebed. Het is een profetisch gebed dat uiteindelijk door het gelovig overblijfsel in de grote verdrukking gebeden zal worden. “En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze”: “Want de HERE heeft Jakob vrijgekocht, en hem verlost uit de hand van hem die sterker was dan hij” (Jer. 31:11). Dat zal in de toekomst van de antichrist zijn. Zo bad de Heer al in Zijn hogepriesterlijk gebed: “Ik bid niet dat U hen [de discipelen] uit de wereld wegneemt, maar dat U hen bewaart voor de boze” (Joh. 17:15). Jezus bad op dat moment niet voor de Opname van Zijn discipelen, maar om bewaring van de boze. Als we bedenken dat de discipelen op dat tijdstip nog voor het echte Jodendom stonden (en niet voor de uit Joden en heidenen bestaande Gemeente), dan is dat heel goed te begrijpen. In de grote verdrukking, die de eindvervulling van de Evangeliën is, zal de grote verzoeking door de antichrist over de hele aarde komen. Jezus had in Zijn

rede over de laatste dingen herhaaldelijk tegen de misleiding van de eindtijd gewaarschuwd (Mat. 4:4-5,11,24). De boze (satan) zal zijn macht en kracht aan de antichristelijke wereldheerser geven (Op. 13:2,4). Hem wordt dan 42 maanden lang macht verleend (Op. 13:5). In deze periode zal hij volmacht hebben over alle volken, talen en naties (Op. 13:7). In Openbaring 12 wordt ons verteld dat de draak in zijn woede de vrouw (Israël) vervolgt en oorlog voert tegen de overigen van haar zaad. De antichrist zal – als een valse profeet – deze macht overgedragen krijgen (Op. 13:12) en hij zal de mensen misleiden en overheersen. De grote verzoeking zal bestaan in het aannemen van het merkteken en het aanbidden van het beeld van het beest (Op. 13:15-16). In deze tijd zullen de overwinnaars bidden of de Heer hen wil bewaren: “En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze”. Vanzelfsprekend bidden ook wij of de Heer ons wil bewaren en kracht wil geven om te overwinnen en te weerstaan, maar wij doen dit op basis van wat er op de Pinksterdag gebeurd is en van de daarop volgende onderwijsbrieven van de apostelen. Zo schrijft de apostel Johannes aan de Gemeente: “Wij weten dat ieder die uit God geboren is, niet zondigt; maar wie uit God geboren is, bewaart zichzelf en de boze heeft geen vat op hem” (1 Joh. 5:18). “Geef ons heden ons dagelijks brood”: “Ik zal de ziel van de priesters verzadigen met overvloed, Mijn volk zal met het goede van Mij verzadigd worden, spreekt de HERE” (Jer. 31:14). Zeker mag een ieder dit te allen tijde bidden. Deze woorden mogen staan voor de bede of de Heer ons ook nu elke dag opnieuw voor ons wil zorgen, want de welvaart kan maar al te snel ineenstorten. Toch denk ik dat het in eerste instantie Israëls situatie betreft, en wel in de grote verdrukking. Zonder het merkteken zal het dan heel moeilijk zijn om te kopen of te verkopen (Op. 13:17). Hongersnoden en andere rampen zullen de aarde teisteren (Op. 6:6; Mat. 24:7). In deze tijd krijgt het gebed dan zijn belangrijkste betekenis. Zo staat er in Jesaja:

“De HERE zal u wel geven brood van benauwdheid en water van verdrukking” (Jes. 30:20). Daarentegen wordt de Gemeente van Jezus opgeroepen hun eigen zaken te behartigen, met eigen handen het levensonderhoud te verdienen en de armen te helpen (1 Thes. 4:11; Ef. 4:28). “Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde. … En vergeef ons onze schulden”: “Zie, er komen dagen, spreekt de HERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten, niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik hen getrouwd had, spreekt de HERE. Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de HERE, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de HERE. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken!” (Jer. 31:31-34). Israël kreeg vergeving toegezegd op grond van genade, maar ook op grond van daaraan verbonden voorwaarden: “…zoals ook wij onze schuldenaren vergeven”. Zo zette de Heer het Onze Vader ook in deze zin voort toen Hij in aansluiting daarop zei: “Want als u de mensen hun overtredingen vergeeft, zal uw hemelse Vader ook u vergeven. Maar als u de mensen hun overtredingen niet vergeeft, zal uw Vader uw overtredingen ook niet vergeven” (Mat. 6:14-15). Er werd zelfs gedreigd dat de vergeving eventueel weer ongedaan kon worden gemaakt (vgl. Mat. 18:23vv). Waar voor Israël gold: “En vergeef ons onze schulden, zoals ook wij onze schuldenaren vergeven”, staat er over de Gemeente na de Pinksterdag (een nieuw heilstijdperk) precies het tegenovergestelde: “Verdraag elkaar en vergeef de een de

ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen” (Kol. 3:13). Ook voor ons is het zeker belangrijk om onze medemensen altijd te vergeven en wel op grond van de onverdiende grote liefde die wij in de vergeving door Jezus Christus hebben ervaren – maar er zit geen voorwaarde meer aan vast. “Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid! Amen”: “Heel het dal met de dode lichamen en de as en al de velden tot aan de beek Kidron, tot aan de hoek van de Paardenpoort naar het oosten toe, zal een heiligheid voor de HERE zijn. Voor eeuwig zal er niets meer worden weggerukt of afgebroken” (Jer. 31:40; vgl. Ps. 145:11-13). Het gaat om het Koninkrijk, de kracht en de heerlijkheid van God die zich in Openbaring ontvouwen. Juist in het laatste boek van de Bijbel zien we Zijn Koninkrijk komen, Zijn kracht werken en Zijn heerlijkheid verschijnen (vgl. Op. 12:10; 19:1). Ook wij bidden als Gemeente het ‘maranatha’ (1 Kor. 16:22). We willen Zijn verschijning liefhebben en ons ernaar uitstrekken (2 Tim. 4:8). En het is de Geest die ons daartoe aanzet. Ook wij willen graag dat de heerschappij van het komende Koninkrijk komt, waarin de Heer Jezus Zelf Zijn gerechtigheid aan deze wereld brengt. Maar ons oog is allereerst gericht op de Opname van de Gemeente. De apostel zegt erover: “Zo dan, troost elkaar met deze woorden” (1 Thes. 4:18). De discipelen van Jezus zouden later weliswaar ook het fundament van de Gemeente vormen (Ef. 2:20), maar in deze context moeten we hen toch eerst als het ware Israël zien. Nadat de leiders van het Joodse volk de zonde tegen de Heilige Geest hebben begaan (Mat. 9:34) en besloten hebben Hem te doden (Luk. 6:11), roept de Heer Zijn twaalf discipelen (Mat. 10:1vv; Luk. 6:12vv). Zij stellen nu profetisch het gelovig overblijfsel van Israël voor. Daarom spreekt de Heer hen in de rede over de laatste dingen op de Olijfberg toe, hoewel de Gemeente zich volgens andere uitspraken van de Schrift in


9

Im BlICkfeld Focus op de BijBel

"ALs U BIDt, GeBRUIk DAN GeeN OMHAAL vAN WOORDeN zOALs De HeIDeNeN, WANt zIJ DeNkeN DAt zIJ DOOR De veeLHeID vAN HUN WOORDeN veRHOORD zULLeN WORDeN."

deze tijd niet meer op aarde zal bevinden, maar een overblijfsel van Israël nog wel (Mat. 24:4,6,9,15,23,25,26,33,42,47). Jezus had tot op dat moment het naderbij gekomen Koninkrijk van God verkondigd, waarmee de koninklijke heerschappij van de Messias op aarde wordt bedoeld (Mat. 4:17.23). Het Onze Vader behoort tot de Bergrede, die Jezus voor Zijn discipelen uitsprak, en deze vormt weer de grondslag van de regering van het Koninkrijk op aarde (Mat. 5:3vv; Luk. 6:20). Voordat de discipelen later de opdracht kregen om in de hele wereld het Evangelie te verkondigen, kregen zij op dat tijdstip nog het bevel om aan Israël het Koninkrijk te verkondigen, waarbij de ertoe behorende wonderen dit zouden bevestigen (Mat. 10:5-8). Het Onze Vader is een door de Heilige Geest geïnspireerd gebed en daarom ook nuttig voor de Gemeente. Maar het is wel

10 Middernachtsroep Oktober 2014

in een bepaald Joods kader geplaatst waar we rekening mee dienen te houden. De discipelen moesten leren het Koninkrijk van God naar zich toe te bidden en het te verwachten (Mat. 6:9-10). We hebben dus geprobeerd om uit te leggen waar het om gaat: - om het Jodendom van destijds, vertegenwoordigd in de twaalf discipelen; - om het Koninkrijk als koninklijke heerschappij van God op aarde, in de Messias; - en om de profetische situatie van het overblijfsel van Israël in de tijd van de grote verdrukking. Omdat het Koninkrijk toen nog niet doorbrak, maar de Gemeente van Jezus ontstond, wordt na de opname daarvan (Rom. 11:25) het Evangelie van het Koninkrijk weer verkondigd en zal het met de zichtbare wederkomst van Jezus eindelijk baan breken (Mat. 24:14; Op. 11:15,17; 12:10; 14:6;

19:6). Zo vinden we in Openbaring ook weer het gebed “Uw Koninkrijk kome” in iets andere bewoordingen terug (Op. 22:17,20). In de tijd van de verdrukking, als een overblijfsel van Israël in de Messias zal geloven en de Joden het werk van Zijn handen in hun midden zullen erkennen, zullen ze Zijn naam heiligen, ernaar leven en dienovereenkomstig bidden. “Want als hij zijn kinderen ziet, het werk van Mijn handen in zijn midden, dan zullen zij Mijn naam als heilig erkennen, zij zullen bevreesd zijn voor de God van Israël” (Jes. 29:23). Samenvattend kun je zeggen: het Onze Vader is een oorspronkelijk Joods gebed, dat echter geestelijk heel wel ook voor ons kan gelden. Maar zo kunnen we het in zijn geheel en heilshistorisch gezien beter plaatsen en er vreugde aan beleven. NOR BERT LIETH

Dat men altijd moet bidden en niet de moed verliezen

de gebedsgroep In de beginjaren van Zendingswerk middernachtsroep riep wim malgo een gebedsgroep in het leven. een terugblik.

h

et was in het begin van de 60-er jaren van de vorige eeuw. Het postadres van de Middernachtsroep was nog in Zürich en oprichter Wim Malgo (1922–1992) woonde in Thun. Hij startte toen een gebedsgroep, die als ‘gebedsmacht’ en ‘dragende gebedskracht voor Zendingswerk Middernachtsroep’ moest dienen. Deze gebedsgroep stond open voor elke christen die “de dienst van het gebed de eerste plaats in zijn leven” gaf, en wel “tegen alle eigen neigingen en interesses in”. Belangstellenden kregen de gebedspunten van de Middernachtsroep toegestuurd. De bidders sloten zich tot gebedscellen aaneen, voegden zich bij al bestaande cellen of baden apart, in hun binnenkamer. Wim Malgo beschouwde deze dienst van vele trouwe vrienden als de motor van het verkondigingswerk van de Middernachtsroep. Het ging niet alleen om de Middernachtsroep. De biddende groepsleden moesten ook pastoraal verzorgd worden. Twee doelstellingen van de gebedsgroep waren: “Het bevel van de Heer om te waken en te bidden gehoorzamen”, en: “alle gelijk gezinde biddende kinderen van God in deze groep voor de Heer te verenigen”. De gebedsgroep werd gekenmerkt door het geloof “dat God alle beloften

die Hij ons in Zijn Woord heeft gegeven, ook daadwerkelijk wil vervullen”. “Hij is ervan doordrongen dat God in staat wordt gesteld om zijn beloften gestand te doen als wij bidden. ‘U krijgt niet, omdat u niet bidt’ (Jak. 4:2). ‘Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden’ (Mat. 7:7).” Wim Malgo was ervan overtuigd, “dat de grote zonde van nalatigheid van de gelovigen bestaat uit het gegeven dat ze niet meer bidden. ‘Er is bij mij geen sprake van dat ik tegen de HERE zou zondigen door op te houden voor u te bidden…’ (1 Sam. 12:23).” Daarom is destijds de gebedsgroep opgericht. En daarom bad ook de generatie van oprichters van de Middernachtsroep zo veel en heeft het bidden tot vandaag de dag toe prioriteit binnen de organisatie boven alles wat je anders met geld of met eigen handen kunt bewerkstelligen. Want het is zoals onze Heer Jezus zegt: “Zonder Mij kunt u niets doen” (Joh. 15:5). Als we terugkijken op wat er in 60 jaar Middernachtsroep, ondanks alle menselijke gebreken en verschillen, allemaal gedaan is, dan wordt duidelijk hoezeer het gelovig gebed tot de Schepper van hemel en aarde inderdaad een ‘macht’ is. Daarom dient het gebed de drijvende kracht achter Zendingswerk Middernachtsroep te blijven. De tijden mogen dan veranderd zijn, God niet. R ENé M ALGO

stel dat iemand van u een vriend heeft en midden in de nacht naar hem toe gaat en tegen hem zegt: vriend. Leen mij drie broden, want een vriend is van een reis bij mij gekomen en ik heb niets om hem voor te zetten, en dat die vriend van binnen uit het huis zou antwoorden en zeggen: val mij niet lastig! De deur is al gesloten en mijn kinderen zijn bij mij in de slaapkamer; ik kan niet opstaan om ze u te geven. Ik zeg u: Al zou hij niet opstaan en ze hem geven, omdat hij zijn vriend is, dan zou hij toch om zijn onbeschaamdheid opstaan en hem er zoveel geven als hij nodig heeft. – terwijl u bij elke gelegenheid met alle gebed en smeking bidt in de Geest en daarin waakzaam bent met alle volharding en smeking voor alle heiligen. Ik zal U niet laten gaan, tenzij U mij zegent … U hebt met God en met mensen gestreden, en hebt overwonnen. – Houd sterk aan in het gebed, en wees daarin waakzaam met dankzegging! Het gebeurde in die dagen dat Hij naar buiten ging, naar de berg, om te bidden; en Hij bleef heel de nacht in gebed tot God.

Luk. 18:1; 11:5-8; ef. 6:18; Gen. 32:26,28; kol. 4:2; Luk. 6:12. Uit Licht voor elke dag een boekje met overdenkingen.

Middernachtsroep Oktober 2014 11

Eruit gElicht

Contraproductieve zelfverwerkelijking

o

p nzz.ch schrijft Seraina Kobler over de “permanente zelfverwerkelijking” in onze maatschappij. De boekenbranche verdient goed aan egocentrische adviseurs. “Maar maakt het bezig zijn met je eigen behoeften je ook tevredener?” Kobler be-

Stephen King en het hiernamaals

s

tephen King, de auteur van horrorboeken, is in christelijke kringen opgegroeid. Tegenwoordig wil hij niet veel meer van “georganiseerde religie” weten, maar gelooft wel dat er een God bestaat. In een interview met de Rolling Stone onthult hij dat hij echter niet naar de hemel wil waar hij als kind van heeft gehoord. “Dat lijkt me saai. De gedachte dat je de hele dag op een wolk rondhangt en naar bepaalde types luistert die op een harp spelen? Ik wil niet naar harpen luisteren. Ik wil Jerry Lee Lewis horen!“ Ondanks zijn overdrijving legt King hier wel een typisch christelijk probleem bloot. Onze “geestelijke” voorstellingen van de hemel werken afstotend, omdat ze vaak meer door het neoplatonisme zijn beïnvloed dan door Gods Woord, dat de eeuwigheid voorstelt als een nieuw universum met een nieuwe aarde, waar God Zelf bij de mensen woont (Jes. 65:17-25; 2 Pet. 3:13; Op. 21:1-5). rem


antwoordt de door haarzelf gestelde vraag ontkennend. “Egocentrisme brengt voor een maatschappij gevaren met zich mee. Het ondermijnt de zin voor sociale verantwoordelijkheid en kan tot het teloorgaan van solidariteit leiden.” mnr

Iran droomt nog altijd van Israëls uitroeiing

n

a de atoomonderhandelingen met Iran probeert het Westen het land als gematigd te presenteren. En inderdaad treedt de Iraanse president ayatollah Hassan Rohani in het openbaar relatief terughoudend op. Zijn mentor, de vroegere president

ayatollah Akbar Hashemi Rafsanjani, neemt echter geen blad voor de mond. Hij verkondigt openlijk: “Israël is een tijdelijk bestaand bedriegersland. Het is een vreemd object in het lichaam van een natie en zal spoedig worden uitgeroeid.” mnr

typerend geval van kerkverlating

v

oor Christ & Welt schrijft de journaliste Liane Bednarz waarom zij de evangelische kerk heeft verlaten en zich tot de katholieke kerk heeft gewend. Haar motivatie lijkt op die van veel vroegere evangelischen: de vrije evangelische kerken zijn te zeer “anti-intellectueel” en de evangelische Kerkendag lijkt intussen te veel op de partijdagen van de Groenen. De evangelische kerk heeft de Bijbel veel te veel gerelativeerd en is veel te georiënteerd op dit leven; de serieuzere katholieke kerk daarentegen spreekt zowel haar hart als haar intellect aan. mnr

Zwitserse regering trekt steun aan christenen in

d

e Zwitserse Tagesanzeiger bericht dat de vereniging Vereinigte Bibelgruppen (VBG) geen subsidie meer krijgt voor haar werk met jongeren omdat zij “zending bedrijft in plaats van jongeren te stimuleren”. Voor de wereld schijnt het onmogelijk om de verkondiging van het Evangelie op één lijn met stimulans te krijgen. mnr

reactie op gelegaliseerd homohuwelijk in amerika

h

et hooggerechtshof van de VS heeft huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht gelegaliseerd. De Amerikaanse voorganger John MacArthur herinnert gelovigen in een open brief aan de volgende zes bijbelse waarheden over deze materie: 1. Menselijke rechtbanken hebben niet eens de autoriteit om het door God ingestelde huwelijk een andere definitie te geven. 2. Gods Woord kondigt het oordeel aan over alle volken die het goede slecht noemen, duisternis tot licht maken en het bittere zoet. 3. Het oordeel van het gerechtshof laat zien dat ware christenen inderdaad een door God afgezonderde minderheid zijn. 4. De Bijbel belooft ons geen vrijheid van godsdienst. 5. Het huwelijksrecht is niet het belangrijkste slagveld, dat is de verbreiding van het Evangelie. 6. Romeinen 1 wijst erop dat het een uiting van het oordeel van God is als Hij mensen aan hun homoseksuele immoraliteit overgeeft. mnr

amerikaans onderzoek voorspelt vertienvoudiging levensduur

a

merikaanse onderzoekers zouden hebben ontdekt dat het verouderingsproces niet genetisch maar door de evolutie bepaald is en dus op de een of andere manier ongedaan kan worden gemaakt. Een vertienvoudiging van de levensduur behoort tot de mogelijkheden, misschien zelfs wel “onsterfelijkheid”, zo schrijft n24.de. Alleen jammer dat het onderzoek is gedaan zonder God en de zondeval erbij te betrekken. mnr

van overheidswege gesubsidieerde omscholing tot helderziende

s

piegel Online berichtte in juni dit jaar dat het Nederlandse UWV ook omscholingen tot helderziende vergoedt. “Zeven werklozen boven de

50 waren tot nu toe op het aanbod ingegaan, zo zei een woordvoerder van het UWV op de Nederlandse radio.” mnr

mossad als schoenendief

o

p een ochtend stelde de Brits-Pakistaanse activist Ashgar Bukhari vast dat hij een schoen miste. Hij had de schuldige al snel gevonden: de Mossad. Zijn creatieve redenering: «Het enige wat ze hebben meegenomen was één

enkele schoen. Ze hebben één schoen achtergelaten om mij te laten weten dat er iemand binnen is geweest. […] Ik kan natuurlijk niets bewijzen, maar dat hoort waarschijnlijk bij de geplande intimidatie.» mnr


In perspectIef

ChrIstendom

rainer wagner en zijn omstreden preek vroeg in de zomer van dit jaar kreeg de evangelische theoloog rainer wagner in het openbaar kritiek over zich uitgestort vanwege een negen jaar eerder gehouden preek. een voorbeeld van de manier waarop moderne media met bekende christenen omgaan. De Frankfurter Rundschau berichtte in mei 2015 dat Rainer Wagner, het hoofd van de slachtofferverenigingen van de DDR, “om gezondheidsredenen” zijn ambt had neergelegd. De waarheid was echter, zo meende Markus Decker daarna op fr-online.de, de onlineversie van het blad: “Wagner viel niet over zijn gezondheid. Hij viel over een anti-islamitisch, anti-Amerikaans, antisemitisch en homofoob optreden in een Hongaarse kerkelijke gemeente in het jaar 2006.” De ‘clou’: Rainer Wagner kwam onder druk en kritiek te staan vanwege een klassieke eindtijdboodschap die hij destijds bij de Middernachtsroep in Hongarije gebracht heeft. Hij sprak over de antichrist, de valse profeet en de hoer Babylon (Op. 13; 17). Geen wonder dat sommigen zich op hun tenen getrapt gevoeld zullen hebben. Zeker, hij stelt de Islam als een valse religie aan de kaak. Hij maakt grapjes over de VS. En hij maakt duidelijk dat Israël zonder Jezus Christus blind en verloren is. Bovendien steekt hij ook niet onder stoelen en banken dat naar zijn mening gepraktiseerde homoseksualiteit volgens de Bijbel zonde is. Als dat allemaal verwerpelijk moet zijn, komen er zware tijden op de wereldwijde Gemeente van Jezus af, precies zoals de Bijbel heeft voorzegd. In elk geval is de theoloog Wagner niet meer tegen de islam (1 Joh. 2:22),


niet antisemitischer (Joh. 8;44) en niet meer homofoob (Rom. 8:26-27) dan de apostelen en Jezus Christus Zelf. Wie met deze preek morele problemen heeft, kan maar beter niet Openbaring, het Evangelie van Johannes of een brief van Paulus lezen. En wat het anti-Amerikanisme betreft, Wagners meestal humoristisch bedoelde opmerkingen

alle christenen van alle tijden hebben geloofd en behoren te geloven (terwijl zijn persoonlijke grappen over Amerika niet erger zijn dan de gangbare cultuurgrappen die een niet met politieke correctheid belast mens meestal maakt). Hij ziet er in zijn preek zelfs van af om bepaalde exegesetradities in het christendom te verheffen boven andere, of bepaalde christelijke stromingen met oud vuil te vergelijken. Zijn preek bekoort je door een uitgesproken nuchterheid en terughoudendheid op de juiste momenten, en zeker niet door een mensvijandige boosaardigheid. Een christen behoort het Rainer Wagner juist hoog aan te rekenen dat hij zo beslist voor Jezus Christus en Zijn Woord opkomt. Dit laat zien hoe ver de geest van het ooit zogenaamde christelijke Avondland

RAINeR WAGNeR steekt NIet ONDeR stOeLeN eN BANkeN DAt NAAR zIJN MeNING GepRAktIseeRDe HOMOseksUALIteIt vOLGeNs De BIJBeL zONDe Is. ALs DAt ALLeMAAL veRWeRpeLIJk MOet zIJN, kOMeN eR zWARe tIJDeN Op De WeReLDWIJDe GeMeeNte vAN JezUs AF, pReCIes zOALs De BIJBeL HeeFt vOORzeGD. zijn niet erger dan wat bepaalde Duitse media op een doorsnee dag over de VS schrijven. Vooral in de periode waarin de preek werd gehouden wedijverden Duitse kranten en tijdschriften nog met elkaar met laatdunkende commentaren over de toenmalige president George W. Bush en zijn Amerika. De selectieve verontwaardiging is hier zelfs voor seculiere verhoudingen wel heel erg doorzichtig. Over de bekritiseerde toespraak valt niet zo heel veel te zeggen. Voor een zogenaamde eindtijdboodschap zijn de uiteenzettingen van Rainer Wagner aangenaam vrij van speculaties en uitgevallen ideeën. Volgens de maatstaven van de hier plaatsgevonden openbare verontwaardiging zou elke normale bijbeluitleg en elke ingebouwde scherts dan moreel verwerpelijk moeten zijn. De evangelische theoloog zegt slechts wat

zich van de Geest van Christus heeft verwijderd. Het woord van de apostel Johannes blijkt weer eens heel actueel te zijn: “Kinderen, het is het laatste uur; en zoals u gehoord hebt dat de antichrist eraan komt, zijn er ook nu al veel antichristen gekomen, waaruit wij weten dat het het laatste uur is”. Als de preek van Wagner iets bewezen heeft, is het wel dat zijn gedachten over Openbaring 13 en 17 actueler zijn dan ooit. Het geschreeuw van degenen die hem en zijn boodschap bekritiseren bevestigt wat christenen altijd al geloofd hebben, namelijk dat “het geheimenis van de wetteloosheid al werkzaam” is (2 Thes. 2:7). Daarom: “Wees nuchter en waakzaam, want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden” (1 Pet. 5:8). R ENé M ALGO

hoe Is dat Bedoeld?

navr a aG

openbaring 7:4-8

Carlos manuel orellana Cancinos

openbaring 7:4-8 geeft een opsomming van de verzegelde 144.000 uit alle stammen van Israël (Gen. 29:31–30:24). Interessant genoeg wordt de stam dan niet genoemd en staat in zijn plaats manasse, die geen zoon van Jakob is, maar van Jozef. waarom?

hij leidt een drukkerij-uitgeverij in Guatemala-stad en zit in het bestuur van de Guatemalteekse middernachtsroep. hij is getrouwd met ruth, een dochter van werner en Ursula Beitze, het echtpaar dat leiding geeft aan het werk in Guatemala.

I

n Openbaring 7 bevinden we ons al in de tijd na de Opname. Terwijl de Gemeente van Jezus in de hemel is, zal op aarde de antichrist zijn heerschappij openbaren. De mensen zullen hem aanvankelijk toejubelen (Dan. 9:27). Maar dan zal zijn heerschappij (net als in het Derde Rijk) in een tirannie zonder weerga ontaarden. De zonde en de rebellie tegen God zullen dermate groot worden dat God uiteindelijk niets anders rest dan de in Openbaring beschreven oordelen uit te voeren. Het is het donkerste en meest verschrikkelijke uur in de geschiedenis van de mensheid (Mat. 24:22). Voordat nu de door God aangekondigde oordelen over de wereld komen, verzegelt God 144.000 mensen uit de 12 stammen van Israël als Zijn boodschappers te midden van een duistere wereld. Om een bepaalde reden komt de stam Dan niet in die opsomming voor. We weten namelijk uit de Bijbel dat Dan een van de stammen was die in het bijzonder aan de afgoderij ten prooi waren gevallen. In Leviticus 24 spreekt iemand van de stam Dan de eerste godslastering uit. In Richteren 18 voeren de Danieten in hun nieuwe woonplaats in het noorden de afgoderij in. In 1 Koningen 12 voert koning Jerobeam daar in Dan (en ook in Bethel) de afgodendienst van de kalveren in, die hij had gemaakt. Interessant is in dit verband de profetie van de oude Jakob over Dan: “Dan zal een slang zijn op de weg, een adder op het pad, die in de hielen van het paard bijt, zodat zijn berijder achterover valt” (Gen. 49:17). Daarom denken bepaalde exegeten zelfs dat de antichrist wel eens uit de stam Dan zou kunnen komen. Dat zou dan nog een reden zijn waarom de stam niet bij de 144.000 wordt genoemd. En toch gaat Gods belofte in vervulling (Dan betekent ‘rechter’)! In het duizendjarig rijk (van de zichtbare heerschappij van God op aarde; vgl. Jes. 60-61; Ez. 40-48) krijgt Dan zijn erfdeel aan land toegezegd en zelfs als eerste (Ez. 48). Ja, “Dan zal over zijn volk rechtspreken als een van de stammen van Israël” (Gen. 49:16). SA MUEL R INDLISBACHER

welke boeken hebCarlos Manuel Orellana Cancinos ben je het meest gevormd? De Kronieken van Narnia van C.S. Lewis, vooral Het betoverde land achter de kleerkast en Het paard en de jongen. Deze boeken hebben met de blijde boodschap op een radicale, heel andere manier laten zien. Daardoor kon ik dingen begrijpen die ik nooit eerder had begrepen. Verder Doing Business God’s Way van Dennis Pickock. Ook dit boek heeft me geholpen om de puzzel van het leven op een betere manier op te lossen. welk Bijbelboek heb je het meest gelezen? De Brief aan de Kolossenzen. Het is heel belangrijk om het Woord van God juist te leren. En in de Brief aan de Kolossenzen komt Paulus met verscheidene begrippen en leerstellingen die kernonderwerpen van het christelijk geloof zijn. Een van de grootste problemen van christenen is tegenwoordig dat ze de boodschap van het kruis niet volledig verstaan. In de Brief aan de Kolossenzen wordt deze heel goed uitgelegd. wat betekent de verwachting van de spoedige wederkomst voor jou persoonlijk? Ik wil mijn antwoord geven vanuit het zakelijke perspectief. De eigenaar van het bedrijf zal terugkomen. En dat kan elk moment gebeuren. Dan vraagt hij me naar resultaten. – De stimulans is de hoop dat de Heer terugkomt. Maar tegelijkertijd is dat voor mij een grote verantwoordelijkheid, niet alleen voor dit leven, maar voor de eeuwigheid. En daarom ligt het soms echt op mijn hart om werkelijk goede vruchten voort te brengen. Er is nog veel werk te verzetten.


In perspectIef

BIJBelse Profe tIe

66

het geheimzinnige getal 666

over het getal 666 uit openbaring 13:18 is al veel gespeculeerd. wat heeft het te betekenen? een uiteenzetting.


66 I

n Openbaring 13:17-18 staat dat “niemand kan kopen of verkopen, behalve hij die dat merkteken heeft, of de naam van het beest of het getal van zijn naam. Hier is de wijsheid. Wie verstand heeft, laat hij het getal van het beest berekenen, want het is een getal van een mens, en zijn getal is 666”. Natuurlijk krijg je hier de vraag naar de betekenis van het getal 666. Daar is al eindeloos veel over gespeculeerd, wat ook in commentaren op Openbaring is na te lezen. In veel talen hebben letters ook een getalswaarde. Zo staat in het Latijn de V voor het getal 5, de X voor de 10, de C voor 100 en de M is het getal 1000. Ook het Grieks en het Hebreeuws kennen dit fenomeen. Daarom zijn er veel pogingen gedaan om de namen van historische persoonlijkheden op hun getalswaarde te onderzoeken. Een bekend voorbeeld is de naam van de Romeinse keizer Nero, die met een Hebreeuwse uitgang werd geschreven, namelijk kaisar Neron. De K moet de getalswaarde 100 hebben, de S staat voor 60 en de R voor 200, N voor 50, R voor 200, O voor 6 en de N weer voor 50. Dan kom je op een getalswaarde van die naam van 666. Deze speculaties komen nog steeds voor doordat men dezelfde methode op andere namen toepast. Al die vele pogingen om het beest te identificeren tonen echter aan dat geen van de gebruikte methoden tot het juiste resultaat leidt, omdat de mens der zonde pas na de Opname te identificeren is. Het gaat dus om iemand die nu al of in de toekomst leeft, en niet om een historisch persoon. Het getal 666 kan ook voor de menselijke zwakheid staan, want het scheelt niet veel met het getal van de volmaakt-

heid, namelijk 777. Door dit getal aan de antichrist toe te kennen verduidelijkt God zijn mate van bekendheid en zijn tijdelijke macht; ondanks alle spectaculaire tekenen en wonderen is hij echter toch maar een mens. Wellicht zal de kennis van de betekenis van dit getal nog toenemen als deze gebeurtenissen gaan plaatsvinden. Gelukkig hebben deze fenomenen geen invloed op onze christelijke hoop, de Opname van de Gemeente van Jezus, of op onze redding, want ze vinden pas plaats als de christenen in de hemel zijn. Bij de terugkeer van Christus is de antichrist in een grote oorlog verwikkeld. Als Christus terugkeert en Zijn oordelen over de wereld voltrekt, worden het beest en de valse profeet in de poel van vuur geworpen: “En het beest werd gegrepen, en met hem de valse profeet, die in zijn tegenwoordigheid de tekenen gedaan had, waardoor hij hen misleid had die het merkteken van het beest ontvangen hadden en die zijn beeld aanbeden hadden. Deze twee werden levend geworpen in de poel van vuur, die van zwavel brandt” (Op. 19:20). Daarna zal satan duizend jaar lang gebonden worden. Aan het eind van het duizendjarig rijk staat hem hetzelfde lot te wachten als dat van het beest en de valse profeet (Op. 20:10). Tenslotte zal God de overwinning behalen.

spreuken

Wie effectief wil bidden moet vlijtig naar de Bijbel luisteren. Charles h. sPUrGeon (1834– 1892), BaPtIstenvoorGanGer

De fundamentele zonde is niet dat we falen in gehoorzaamheid, maar dat we op onze gehoorzaamheid vertrouwen alsof het een prestatie is. tIm keller (GeB. 1950), theolooG

een christen stijgt niet boven zijn gebed uit. warren w. wIersBe (GeB. 1929), BIJBelleraar

elke discussie eindigt bij de vraag naar de liefde. Je hebt lief, of je hebt niet lief, basta! Daarom vraagt Jezus Christus petrus alleen naar zijn liefde. norBert lIeth, BestUUrslId ZendInGswerk mIddernaChtsroeP

Als we tot God bidden, wil Hij niet iets nieuws van ons horen, maar hij wil ons horen, en dat telkens opnieuw. hans-JoaChIm eCksteIn (GeB. 1950), theolooG

JOHN F. WALVOORD (1910 –2002)

Uittreksel uit Prophetie im neuen Jahrtausend, door John F. Walvoord, pag. 83–84. Als u meer over Gods plan voor de eindtijd wilt weten en een begrijpelijke uitleg van de raadselachtige uitspraken van Openbaring wilt krijgen, kunt u het boek bij onze uitgeverij in zwitserland bestellen onder bestelnummer 187810.

De bidstond is de Assepoester van de tegenwoordige gemeenten. wolfGanG Bühne, UItGever en sChrIJver


In perspectIef

ma atsChaPPIJ

alles is liefde, of niet soms?

als je het over de liefde hebt, is het eigenlijk een nogal rekbaar begrip. wat is liefde nu eigenlijk? een analyse.

h

et woord ‘liefde’ klinkt zo goed dat het gewoon een taboe is om gangbare ideeën rond dit begrip ook maar enigszins in twijfel te trekken. En dan hoeven we ons niet te verbazen als men misbruik maakt van het begrip liefde. Men werpt retorische vragen op die al een intrinsiek antwoord hebben en geen tegenspraak dulden, zoals: “Zou een God van liefde soms mensen in de hel werpen?” En dus bestaat de hel niet, nou ja, hooguit voor Hitler. Of: “Wat kan een God van liefde nu toch tegen een homoseksuele relatie hebben?” En dus is alles toegestaan. Welnu, mijn geliefden, dan ga ik eens even stevig uithalen, me ervoor verontschuldigen kan ik altijd nog. Ik vraag dan heel ongegeneerd en provocerend: zit er achter de menselijke liefde geen puur egoïsme? Of anders gezegd: ik geloof dat de enige liefde die werkelijk uit het hart


komt, de liefde voor zichzelf is. – Och heden, dat had ik niet mogen zeggen … maar ik bedoelde u ook niet, maar de buurman van uw buren, de man van uw vrouw en de moeder van uw dochter … en de vele, vele andere mensen in uw spiegel. Liefde? Een andere vorm van zelfbevrediging waarbij je het niet meer eigenhandig hoeft te doen. Liefde? Om zelf erkend te worden. Liefde? Rechtvaardiging van je ongeremdheid. Liefde? Pure genotzucht. Liefde? Therapie tegen wellust, eenzaamheid, minderwaardigheidscomplexen of een moeilijke jeugd. … Maar nu moet ik ophouden, per slot van rekening schrijf ik hier geen column voor het blad Bild. Waar wil ik eigenlijk naar toe? Ik wil laten zien dat niet alles wat onder het mom van liefde wordt gedaan ook werkelijk iets met liefde te maken heeft. Niet in alles waar het woordje liefde op staat, zit ook echt liefde. En wat nog veel belangrijker is: de menselijke liefde, al wordt zij nog zo goed bedoeld en oprecht gepraktiseerd, schenkt op de lange duur

geen werkelijke bevrediging. Kijk maar naar de extreem hoge abortuscijfers; per slot van rekening zijn al deze gedode kinderen wel een product van de menselijke liefde. Weerzinwekkender en afschuwelijker kun je het toch niet meer bedenken, dat kinderen worden gedood omdat twee mensen van elkaar zouden houden. Kijk eens naar het hoge percentage echtscheidingen; het zou nog veel hoger zijn als er niet zoveel mensen meteen gingen samenwonen en sowieso van partner wisselden en deze aan de willekeur prijsgaven. Wat we nog missen is een handelsonderneming in tweedehands vrouwen en mannen. Het gevolg van zowel de abortussen als de scheidingen en het uiteengaan van samenwonende stellen zijn psychische stoornissen, depressiviteit, geslachtsziekten, beklagenswaardige kinderen van gescheiden ouders en zelfs zelfmoorden. En dat moet allemaal met liefde te maken hebben? Leuzen als ‘baas in eigen buik’ zijn niet liefdevol, maar egoïstisch en onverantwoord. En waarin zit hem het

maatschappelijk nut van ‘liefde’ tussen mensen van hetzelfde geslacht? Twee mensen geven zich over aan hun liefde voor zichzelf en dan moeten de staat en de kerk dat ook nog bevorderen en zegenen. Een klap in het gezicht van elk gezin. Ach ja, gezin, wat is dat eigenlijk? Het gebrek aan vakmensen, het teruglopende geboortecijfer en een onzeker pensioen vinden hun oorzaak in het feit dat de liefde en het ‘klassieke’ concept van het gezin (moeder, vader, kinderen) gewoon worden uitgehold en vernietigd, en wel vanwege het egoïsme en de goddeloosheid. Dat is geen vooruitgang, maar een terugval in de decadentie van allang ten onder gegane volken. Maar terug naar de liefde en eindelijk weg van die menselijke liefde ofwel van wat onze politiek en de maatschappij ervan gemaakt hebben, namelijk een gapende leegte. Ik wil nu over een liefde schrijven die volkomen anders is. Een liefde die werkelijk bevrediging schenkt, een liefde die altijd en eeuwig blijft bestaan, een liefde die ons in dit leven al gelukkig maakt en mateloos veel vreugde schenkt, maar die ook over deze tijd heen ons hart zal vervullen en verfrissen. Kortom, het gaat hier niet over liefde als (koop)waar, maar om ware liefde. Maar nu geen woordspelletjes meer, we laten de Bijbel aan het woord: “God is liefde. Hierin is de liefde van God aan ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren zoon in de wereld gezonden heeft, opdat wij zouden leven door Hem. Hierin is de liefde, niet dat wij God lief hebben gekregen, maar dat Hij ons liefhad en Zijn Zoon zond als verzoening voor onze zonden” (1 Joh. 4:8-10). Zoals God heilig is, zoals God eeuwig is, zoals God almachtig is en zoals God God is, zo is God liefde. Gods liefde is heel anders dan de menselijke liefde. Waarom? Omdat de mens wel lief kan zijn, maar geen liefde is. De liefde van God is vrij van alle zelfzuchtigheid en vrij van alle begeerte. God heeft niet lief om daar voordeel uit te halen. De liefde van God is van een heel andere kwaliteit. Het is een liefde die Hij de mens bewijst zonder enige prestatie vooraf en

zomaar, vrijwillig. Het is een hartelijke toegenegenheid, die niet eens op wederzijdsheid berust. Een liefde die geeft en niet vraagt. En het allergekste is wel dat God ons niet pas lief kreeg nadat we ons hadden gebeterd of hadden aangegeven dat we onszelf wilden beteren; nee, Hij had ons al lief toen we nog in vijandschap met God en Christus leefden (Rom. 5:8). Dat is pas ware liefde. God heeft ons als bewijs van Zijn liefde Zijn eigen Zoon gegeven. “Niemand heeft een grotere liefde dan deze, namelijk dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden” (Joh. 15:13). Kun je een liefde nog krachtiger bevestigen dan met Golgotha? Nauwelijks! Hebben wij er wel enig benul van wat voor een liefdesbewijs daar aan het kruis is geleverd? God heeft het liefste wat Hij had van Zijn hart losgescheurd. En voor wie? Voor verloren mensen, voor zondaars, voor misdadigers, voor spotters, voor leugenaars en huichelaars, voor moordenaars en echtbrekers, voor u en voor mij, ja precies, voor al die egoïsten waar ik het in het begin over had – die we zelf geweest zijn en misschien nog zijn. Veel mensen verwijten God: “Hoe kan God nu zo wreed zijn om Zijn Zoon te offeren?” Wie dat zegt heeft de boodschap van het kruis niet begrepen en de betekenis van Golgotha niet gevat. Gelooft u echt dat God het leuk heeft gevonden om toe te kijken hoe Zijn geliefde Zoon werd bespot, geslagen en aan het kruis genageld? Gelooft u serieus dat we met een cynische God te maken hebben? Nee, zeker niet. Hij heeft geleden toen Zijn geliefde Zoon aan het kruis uitriep: “Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?” Inderdaad, op dat verschrikkelijke moment heeft de Vader zijn Zoon verlaten omdat Jezus de schuld van de mensen plaatsvervangend op zich had genomen. Daaraan zien we ook hoe zwaar onze schuld voor God weegt. God kan geen gemeenschap hebben met een zondaar. Er daar zijn geen uitzonderingen op! Wat moet het God zwaar zijn gevallen om deze ellende aan te zien. Maar Hij deed het wel, uit liefde. Hij offerde Zijn Zoon opdat wij konden leven. God lijdt ook vandaag de dag nog onder ieder mens die geen berouw toont, maar Zijn

aanbod van heil afwijst. Dat is vreselijk en wreed, want zo treed je de kruisdood van de Heer Jezus met voeten. Ik getuig hier en nu: voor mij moest Jezus niet naar het kruis, maar Hij deed het vrijwillig en ik ben er Hem onuitsprekelijk dankbaar voor! U kunt sterven zonder gered te zijn (als u de boodschap van het kruis afwijst), maar u zult niet sterven zonder ooit geliefd te zijn. En hoe moeilijk het ook voor Jezus was, aan het eind kon Hij toch zeggen: “Het is volbracht”. Daarom is ook nu nog blij met ieder mens die berouw toont en zijn leven aan Jezus Christus toevertrouwt. Dat is liefde, omdat Jezus voor ieder mens naar het kruis is gegaan (Joh. 3:16). Zo heeft God lief, en zo behoren ook wij als kinderen van God lief te hebben: “Een nieuw gebod geef Ik u, dat u elkaar liefhebt; zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben. Hierdoor zullen allen inzien dat u Mijn discipelen bent: als u liefde onder elkaar hebt” (Joh. 13:34-35). Zo liefhebben, met volle overgave en zonder zelfzuchtig te zijn, dat kunnen we helemaal niet. De goddelijke liefde en de menselijke liefde zijn wezensvreemd aan elkaar. Alleen door de wedergeboorte – door het nieuwe leven in Jezus Christus – zijn we in staat om zo lief te hebben als Jezus. En door onze liefde voor elkaar, waartoe we worden opgeroepen, geven we getuigenis van de liefde van God in Jezus. “Zie, hoe groot is de liefde die de Vader ons gegeven heeft: dat wij kinderen van God genoemd worden! En wij zijn het ook. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet kent. Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is” (1 Joh. 3:1-2). Wat een belofte, wat een toekomst ligt er in de liefde van God gegrondvest! Wat een verschil met de menselijke liefde, die niet zelden in frustratie en teleurstelling eindigt. De liefde van God daarentegen is levend, geldig en bestendig, in goede en in slechte tijden. De Here God zij dank in Zijn Zoon Jezus Christus. THOM AS LIETH


In perspectIef

serIe

‘onze vijanden’, onze beschermengelen Zeventig jaar geleden gingen de tweede wereldoorlog en daarmee de verschrikkelijke holocaust ten einde. herinneringen uit de tijd voor, tijdens en na de oorlog. door friedrich hilliges. deel 6.

h

et waren de laatste verschrikkelijke weken voor het einde van de oorlog. De beschietingen van onze woonwijk in Berlijn door de Geallieerden begonnen altijd rond zes uur in de ochtend. Maar er was nog een heel speciaal probleem: onze toekomstige levensmiddelenvoorziening. Mijn ouders hadden weliswaar zuinig geleefd en een voorraad aangelegd – voor zover dat nog mogelijk was –, maar de voorraden waren in gevaar door de beschietingen en de verwachte plunderingen na het binnenvallen van de Russische troepen. En dus groef mijn vader op een morgen heel vroeg in de uitgebrande ruïne van het huis van de buren een groot gat in het puin in de kelder, dat groot genoeg was om vier kisten levensmiddelen te bergen. Hij slaagde er nog juist voordat de beschietingen weer begonnen in om de kisten in het gat te laten zakken, maar moest het daarna open achterlaten omdat hij zich pijlsnel in veiligheid moest brengen. Er volgde een dag met veel beschietingen. We moesten allemaal het huis uit, naar een veilige bunker in de wijk, en daar overnachten. Die avond was het front tot de tweede dwarsstraat bij ons vandaan gevorderd. “Wat zal er van de kisten worden?“ Deze vraag kwelde mijn vader. Ze zouden voor de komende weken van levensbelang zijn. De Russische troepen kwamen. We konden de bunker niet verlaten. Wat zou er van de kisten worden? Twee


dagen later konden we weer naar ons huis terugkeren. De Russische soldaten plunderden de huizen. Maar de kisten vonden ze niet. Op de laatste dag van de beschietingen had een granaat de muurkap van de uitgebrande ruïne geraakt en het puin ervan had alle kisten toegedekt. Daardoor zag het er allemaal niet uit alsof mensenhanden het dicht geschept hadden (daar hadden de plunderende horden een geoefend oog voor!), maar ‘heel natuurlijk’. Toen we enkele dagen later de kisten in veiligheid brachten, konden we met de psalmist zeggen: “U maakt voor mij de tafel gereed voor de ogen van mijn tegenstanders”. En toen kwamen ze, ‘onze vijanden’. Overal werden huizen doorzocht, mensen meegenomen, er werd gemoord, geplunderd, verkracht, enzovoort. De schrik voer ons in de benen. De soldaten kwamen achterom via de tuinpoort naar ons huis. Ze riepen er nog meer bij, de huisdeur werd opengemaakt en in een mum van tijd wemelde het beneden van luid en wild door elkaar pratende Russische soldaten. We rekenden overal op. Toen spraken ze ons aan. Maar we konden elkaar met geen mogelijkheid verstaan! Met gebarentaal kwam er toen uit dat ze in ons huis wilden inkwartieren, maar de keuken en een kamer voor ons overlaten. Het waren verschillende militairen, een officier met zijn assistent, een frontverslaggever, een administrateur en een veldpostbasis met personeel. De volgende dag vonden ze in onze boekenkast een Nieuw Testament in het Russisch. Ze vroegen met gebaren of wij baden en ‘vroom’ waren. Op ons ‘ja’ reageerden ze met zichtbaar respect. Het wederzijdse vertrouwen groeide. We gaven hun van ons geweckte drinkwater

MIJN MOeDeR HAD HONDeRDeN GLAzeN WAteR GeWeCkt.

(mijn moeder had honderden glazen water geweckt). Zij gaven ons van hun levensmiddelen. ‘s Nachts konden we rustig slapen. De situatie in onze omgeving was echter verschrikkelijk. Plunderende soldaten doorwoelden de huizen, verkrachtten vrouwen en niemand was zijn leven meer zeker. In deze chaos bleek wat de inkwartiering van onze ‘gasten’ praktisch voor ons betekende: telkens wanneer er Russische plunderaars naar ons huis kwamen, brachten we hen met een stralend gezicht naar onze ingekwartierde gasten, die ons als hun bedienden in het huis hadden gelaten om schoon te maken, water te halen enzovoort. Zij joegen de ongenode gasten dan per kerende post het huis uit en waren dan ook heel scheutig met dreigementen en schoppen. Dat ging als een lopend vuurtje rond, en zo was ons huis in die eerste, de ergste week, taboe! Dat waren dus ‘onze vijanden’, God had hen als beschermengelen naar ons huis gestuurd! We beleefden Gods woord uit Psalm 91 van heel dichtbij: “Wie in de schuilplaats van de Allerhoogste is gezeten, zal overnachten in de schaduw van de Almachtige. Ik zeg tegen de HERE: Mijn toevlucht en mijn burcht, mijn God, op wie ik vertrouw! … U zult niet vrezen voor het beangstigende van de nacht, voor de pijl die overdag aan komt vliegen. … Al zullen er duizend vallen aan uw zijde en tienduizend aan uw rechterhand – bij u zal het onheil niet komen. … Want U, HERE, bent mijn toevlucht. De Allerhoogste hebt u tot uw woning gemaakt. Geen onheil zal u overkomen, geen plaag zal uw tent naderen. Want Hij zal voor u Zijn engelen bevel geven dat zij u bewaren…”

60 Jaar

Middernachtsroep

het zendingswerk in argentinië DOOR ERICH SCHäFER, BUENOS AIRES

h

et zendingswerk in Argentinië, het grootste Spaanstalige land van Zuid-Amerika, werd tussen 1978 en 1984 verzorgd door verscheidene inheemse postbushouders en rondreizende zendelingen uit Brazilië en Uruguay. Zij boden in de verschillende steden in het binnenland lectuur en radioprogramma’s aan. Frank Augustino, een in Buenos Aires woonachtige Argentijn en een groot vriend van Zendingswerk Middernachtsroep, had het altijd over het openen van een filiaal in Buenos Aires. Op een zendingsconferentie in Montevideo (Uruguay) verklaarde hij zich bereid om de Argentijnse vertegenwoordiger van de Middernachtsroep te zijn en vroeg om iemand die dit werk in Argentinië zou kunnen opbouwen, want hij zag de grote honger naar Gods Woord. In 1989 vroeg men ons (Erich en Jutta Schäfer) om als gezin naar Argentinië te verhuizen om daar een filiaal van Zendingswerk Middernachtsroep op te bouwen. In 1990 zijn we met vier kinderen naar Buenos Aires gereisd en twee maanden later kwam ons vijfde kind ter wereld. Bij onze verhuizing hebben we veel lectuur meegenomen en zo is het lectuurwerk in Buenos Aires begonnen. Gedurende de eerste twee jaar heb ik veel gemeenten en conferenties bezocht om onze lectuur op boekentafels aan te bieden. Daarna kon ik ook vaak een boodschap doorgeven en vertellen over onze opdracht om de mensen over de wederkomst van onze Heer Jezus Christus te informeren. Er ontstonden vele contacten en in 1992 konden we de stichting Llamada de Medianoche oprichten. In datzelfde jaar schonk de Heer ons een camper, die we wilden inrichten voor zendingsreizen

erich schäfer en Alexander Müller in de eigen drukkerij.

sinds 1993 zijn we met de Maranatha Latino Mobiel in het binnenland actief.

met stagiaires van onze bijbelschool in Montevideo. Alleen was hij voor de helft uitgebrand en moest hij helemaal worden verbouwd. Maar een jaar later konden we met onze Maranatha Latino Mobiel in het binnenland aan de slag. We bezochten veel verschillende gemeenten, predikten het Woord van God, hielden in diverse parken evangelisatieacties en deelden lectuur uit. Bij al die verschillende campagnes deed ook Stephan Beitze, een medewerker uit Montevideo, mee. In 1996 leidde God de familie Beitze naar Argentinië om mee te helpen in de prediking en het zendingswerk. We zijn naar veel plaatsen in het binnenland geweest, alleen, met stagiaires of met het gezin. Tussendoor verkondigden we in veel gemeenten in onze toen 13 miljoen inwoners tellende stad het Woord van God en gaven we lectuur door. Ook was er veel werk aan brieven, bestellingen en bijbelcursussen. Het werk groeide en we hadden steeds meer materiaal van de drukkerij van de organisatie in Porto Alegre (Brazilië) nodig. Tijdens de grote economische crisis van 2002 werden

het importeren ervan zo duur dat we besloten zelf te gaan drukken. De Heer gaf ons de machines die we nodig hadden en zo begonnen we zelf traktaten te produceren. Tegenwoordig zijn we onze Heer Jezus zo dankbaar voor al Zijn leiding, want in de afgelopen jaren konden we elk jaar ongeveer twee miljoen traktaten produceren. Vele mensen zijn door de boodschappen uit Gods Woord en door de lectuur gezegend. Ook de traktaten heeft hij gebruikt, zodat veel verloren zielen de Heer Jezus als hun persoonlijke Heer en Heiland mochten vinden. De laatste drie jaar schonk de Heer ons nog meer versterking voor het omvangrijke werk van de Middernachtsroep hier in Argentinië. Daniel en Nadiya Schäfer met hun gezin en Alexander en Maria Müller zijn er bijgekomen. En we verheugen ons dat we zo gezamenlijk onze Heer in dit land, Argentinië, mogen dienen. Ook onze vrienden zijn we erg dankbaar voor het steunen van het zendingswerk in gebed en gaven. Ebenhaëzer, tot hiertoe heeft God ons geholpen. Hem zij alle eer.


AMen enkele gebedspunten van Zendingswerk middernachtsroep.

Zwitserland We danken voor de mogelijkheden die de Heer ons schenkt door het media-, lectuur- en predikwerk, en we bidden onze Heer om steeds weer genade en de benodigde middelen te schenken.

duitsland We danken voor de gezegende bijeenkomsten en de bewaring tijdens onze reizen voor de Woordverkondiging, en we bidden dat deze tot een geestelijk ontwaken in Duitsland mogen bijdragen.

hongarije We danken voor de onvermoeibare ijver van onze medewerkers in het land, en we bidden voor de dreigend uitziende gezondheidstoestand van onze leidinggevende medewerker Laszlo Dalnoki vanwege een immuniteitsziekte.

vs We danken voor het gezegende lectuurwerk, hoewel er in Amerika zoveel andere christelijke uitgeverijen zijn, en we bidden om nieuwe, jonge medewerkers en meer ruimte voor het nieuwe spaanstalige werk. Bolivia We danken voor het gezegende school- en internaatwerk in Riberalta, en we bidden dat het ‘uitgestrooide zaad’ in de kinderharten mag opgaan.


nederland We danken voor het nieuwe bestuur in het land, en we bidden dat dit ook tot nieuwe goede impulsen in het werk van de Middernachtsroep zal bijdragen.

Israël We danken dat Israël ondanks alle vijanden nog steeds mag bestaan, en we bidden dat ons hotel in Haifa (dat met onze reizen naar Israël is verbonden) een licht in het land mag zijn.

roemenië We danken voor de verschillende mogelijkheden die er door het muziek- en lectuurwerk zijn, en we bidden voor de bouw en de financiering van nieuwe noodzakelijke kantoorruimte.

Brazilië We danken voor de gestage groei die de Heer ons heeft geschonken, en we bidden voor de financiële situatie van de organisatie nu Brazilië door een economische crisis gaat. Uruguay We danken voor de vele evangelisatiemogelijkheden door het vrouwen- en radiowerk, en we bidden om nieuwe jonge zendelingen en de financieel spannende situatie.

Italië We danken voor onze vrijwilligers die naast hun beroep tijd vrijmaken voor het zendingswerk, en we bidden dat hun lectuurwerk rijke vrucht mag dragen.

Guatemala We danken voor de bewaring tot dusver ondanks overvallen en economische nood in het land, en we bidden voor de instabiele regeringssituatie en de nodige veerkracht van onze medewerkers.

argentinië We danken voor de open deuren naar andere gemeenten en Bijbelscholen, en we bidden voor de veelvuldige zendingsreizen door het hele land met de Maranatha Latino Mobiel.

kameroen We danken voor de diverse boekwinkels in het land, en we bidden om meer mogelijkheden om de samenwerking tussen de Middernachtsroep zwitserland en kameroen te intensiveren.

Nu te bestellen! Leven in de verwachting van Zijn Komst Norber t Lieth

Leven in de verwachting van Zijn Komst

Bijbelse theologie in het licht van Jezus’ wederkomst

Nieuw

Een vooraanstaande theoloog zei eens: ‘Wanneer de Gemeente van Christus het belangrijke thema van de eschatologie verwaarloost, kijkt ze alleen maar bij zichzelf naar binnen. Door de focus echter te richten op de wederkomst van de Heere Jezus, doet de Gemeente recht aan haar werkelijke taak!’ Het nieuwe boek van Norbert Lieth ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ houdt zich diepgaand bezig met de focus op de terugkeer van onze Heere Jezus Christus. Het boek behandelt de Bijbelse fundamentele leer om Hem dagelijks te verwachten en laat zien welke consequentie deze houding van verwachting op het leven van de individuele christen en de gemeente moet hebben. Dit boek moet het verlangen wekken om te leven in de verwachting van de spoedige komst van onze Heere Jezus. Norbert Lieth • 350 pag. • paperback

€ 14,95

De Isis crisis

Leven we werkelijk in de eindtijd?

ISIS is de naam van een terreurbeweging in het Midden Oosten die bij velen angst inboezemt. Duizenden mensen zijn door deze terreurgroep van het leven beroofd. Hoe is deze beweging ontstaan? Zal ISIS een rol spelen in de eindtijd? Wat betekent ISIS voor Israël? Hoe moeten christenen reageren? In dit boekje geven de auteurs antwoord op deze en vele andere vragen. Tot slot moedigen ze christenen aan om de geestelijke wapenrusting te hanteren, rustig te blijven en te zien op Jezus. C. Dyer & M. Tobey • 159 pag. • paperback € 8,95

Met de ‘eindtijd’ wordt het einde bedoeld van de lange periode tussen de eerste en de tweede komst van Jezus Christus. Volgens de Bijbel wordt de ‘eindtijd’ fundamenteel gekenmerkt door de terugkeer van de Joden uit de wereldwijde verstrooiing naar het land van hun voorouders. In dit boek behandelt de auteur meer dan 175 vervulde profetieën die allemaal betrekking hebben op de ‘eindtijd’. Roger Liebi • 428 pag. • paperback € 13,50

Israëlkalender 2016

Onze nieuwe Israëlkalender, weer met 13 prachtige foto’s. Ze tonen het Heilige Land vanuit vogelperspectief. De kalender vermeldt Christelijke en Joodse feestdagen en heeft voor elke maand een passend Bijbelvers. Het is een ware blikvanger met afmetingen van 42 bij 29,7 cm.

Zendingswerk Middernachtsroep Postbus 193 3940 AD Doorn

0343 - 477 288 [email protected] www.middernachtsroep.nl

€ 11,5

0

Wat betekent de

OPNAME voor

ons?

zaterdag 14-11-15 begin 14:00 met boekentafel • muziek en samenzang Het Brandpunt Postweg 18 Doorn

Middernachtsroep

Norbert Lieth

Middernachtsroep. Hoe moeten we nu bidden? Gebed in het Nieuwe Testament De diepere dimensie van het Onze Vader

Recommend Documents