AAN Het college van B&W van de gemeente Middelburg d.t.v. de raadsgriffier Postbus 6000 4330 LA Middelburg. Onderwerp: Wederhoor m.b.t. quick-scan onderzoek naar de WMO
Middelburg, 7 juli 2011 Geacht College, Bijgaand treft u aan, ten behoeve van het wederhoor, het rapport van het quick scan onderzoek naar het WMO-beleid. Wij verzoeken u uw wederhoorcommentaar voor 1 september 2011 te retourneren, opdat wij het onderzoeksrapport kunnen inbrengen in de commissievergadering van oktober 2011. Het is gebruikelijk dat de rekenkamer Middelburg zelf haar onderzoeken uitvoert, maar voor dit onderzoek is daar van afgezien. De WMO is complex en bestrijkt een breed terrein. De kennis hiervan ontbreekt bij de leden van de rekenkamer. Wij hebben dan ook het onderzoek uitbesteed aan BMC Onderzoek/SGBO, waar men over de vereiste kennis en expertise beschikt. SGBO komt jaarlijks met een benchmark WMO voor deelnemende gemeenten. Daarnaast heeft men veel ervaring met rekenkameronderzoeken (ook op het terrein van de WMO). In het voorjaar 2010 hebben wij de Zeeuwse rekenkamer(commissie)s uitgenodigd deel te nemen aan dit onderzoek. Uiteindelijk hebben alleen Vlissingen en Terneuzen besloten tot deelname. Het rapport betreft dus een onderzoek naar het WMO-beleid van de gemeenten Middelburg, Vlissingen en Terneuzen. De opdracht is 9 maart 2011 verstrekt en op 1 juni j.l. is het rapport gepresenteerd aan de contactpersonen van de drie rekenkamer(commissie)s. Het onderzoek is gebaseerd op documenten, die door de gemeente ter beschikking zijn gesteld. Zo is het raadsvoorstel 11-83 “Verordening voorzieningen Wmo Middelburg”, dat op de agenda van de gemeenteraadsvergadering van 4 juli 2011 staat niet in het onderzoek betrokken, omdat het niet is aangeleverd (waarschijnlijk omdat het nog geen raadsbesluit was).
Rekenkamer Middelburg Postbus 6000 4330 LA Middelburg
[email protected] Voorzitter 06 525 818 63
Pagina 1 van 8
Wij wijzen er met nadruk op, dat het hier een quick-scan betreft. De prestatievelden zijn niet diepgaand onderzocht. Dat zal wel het geval zijn in ons lopende onderzoek naar de vorming van het “Centrum voor Jeugd en Gezin” (prestatieveld 2 ). Ook de functie van Porthos komt hierin aan de orde. Wij voeren dit onderzoek uit in samenwerking met de Algemene Rekenkamer; dit rapport zal waarschijnlijk in november in de gemeenteraad behandeld kunnen worden. Er wordt één rapport “Quick scan WMO-beleid” uitgebracht voor de drie betrokken gemeenten met bevindingen en conclusies. De rekenkamer(commissie)s hebben wel overleg gehad over de aanbevelingen, maar ze zijn niet gelijk, omdat ze zijn afgestemd specifiek op de eigen gemeente. Hieronder volgen de aanbevelingen, (na ontvangst van het wederhoor), het wederhoor van het college en onze reactie daarop.
Wij komen tot te volgende aanbevelingen voor de gemeente Middelburg. Aanbeveling 1 Beleidsplan Leg in het nieuwe beleidsplan WMO vast, welke nieuwe kaders en prioriteiten gesteld moeten worden. Geef verder aan op welke wijze de behoeften van kleine doelgroepen worden gewaarborgd. Leg vast op welke wijze de controlerende taak van de gemeenteraad moet worden ingevuld. Toelichting: Gemeenten zijn verplicht vierjaarlijks een beleidsplan WMO vast te stellen. De vigerende beleidsnota betreft het tijdvak 2008-2011. Uit deze beleidsnota blijkt niet duidelijk welke prioriteiten zijn gesteld. Ook wordt niet aangegeven op welke wijze de behoeften van kleine doelgroepen worden geborgd. Verder is niet gebleken, dat de gemeenteraad haar controlerende functie actief uitoefent. Aanbeveling 2 Doelstellingen Kom tot SMART geformuleerde doelstellingen ten aanzien van resultaten en effecten. Toelichting: Naarmate doelstellingen concreter en transparanter zijn geformuleerd, is er een toetsingskader, waaraan de effecten gemeten kunnen worden. Aan de hand van voortgangsrapportages en evaluaties kan de gemeenteraad dan de voortgang bewaken en haar controlerende taak effectiever uitoefenen. Besteed hierbij ook aandacht aan de financiële verantwoording, met name in het licht van de beleidsuitvoering. Behandel de evaluaties als agendapunt. (In de quick scan wordt de aandacht gevestigd op de voortgangsrapportage van Vlissingen). Aanbeveling 3 Zeeuws Kompas De prestatievelden 7, 8 en 9 zijn opgenomen in het Zeeuws Kompas 2008-2015, opgesteld door de gemeente Vlissingen. Maak de hoofddoelstellingen van deze prestatievelden in hun samenhang met prioriteiten zichtbaar voor de gemeenteraad; neem de voortgang op in de evaluaties. Toelichting: De visie op deze prestatievelden geldt voor alle Zeeuwse gemeenten. Uit de documenten is niet gebleken, dat de gemeenteraad zicht heeft op de voort-
Pagina 2 van 8
gang van de doelstellingen. Maar de verantwoordelijkheid ligt wel bij de gemeenteraad. Aanbeveling 4 Afstemming Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Zorg voor afstemming met het CIZ over de indicaties voor zorgfuncties in het kader van de AWBZ. Toelichting: Uit de documenten is niet gebleken, dat de gemeente Middelburg afstemming heeft over de indicaties voor zorgfuncties in het kader van de AWBZ. Afstemming kan leiden tot meer efficiënte en meer effectieve inzet van WMOvoorzieningen zoals de huishoudelijke hulp. Zolang het CIZ indicaties blijft afgeven voor extramurale zorg in het kader van de AWBZ en met het oog op de nieuwe taken die uit de AWBZ naar de gemeente komen (WMO) wordt afstemming steeds meer van belang. Aanbeveling 5 Samenwerking/monitoring Kom tot een samenwerking met Vlissingen en Terneuzen (eventueel aangevuld met andere Zeeuwse gemeenten); leer van elkaars “best practices” ; overweeg “benchmarking” als er mogelijkheden zijn voor “benchlearning”. Toelichting: Het quick scan rapport constateert grote verschillen in beleid, uitvoering en resultaten tussen de drie gemeenten. Bij (meer) samenwerking en afstemming zijn wellicht synergievoordelen te behalen. (Overigens blijkt uit de toelichting bij het raadsvoorstel 11-83 “Verordening voorzieningen WMO Middelburg” dat afstemming met de gemeenten Vlissingen en Veere heeft plaats gevonden; ook in die gemeenten zal dezelfde verordening aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Verder blijkt uit de notulen van de vergadering van de commissie Maatschappelijke Zaken van 22 juni j.l., dat het de bedoeling is om m.i.v. 1-1-2012 volgens het Porthos model met Vlissingen samen te werken). Aanbeveling 6 Horizontale verantwoording Besteed meer aandacht aan de (verplichte) jaarlijkse verantwoording aan de burgers over de uitvoering van de WMO. Toelichting: De gemeente heeft de verplichting om verantwoording af te leggen aan de bevolking. Dit gebeurt middels de monitoring door Scoop, echter de bevindingen zijn niet in te zien op de website van de gemeente. In het burgerjaarverslag 2010 beperkt de verantwoording over de WMO zich tot de klachtenbehandeling.
Met vriendelijke groet,
Walter van Wijngaarden Voorzitter Rekenkamer Middelburg
Pagina 3 van 8
Wederhoorreactie van het college
Pagina 4 van 8
Pagina 5 van 8
Pagina 6 van 8
Nawoord Rekenkamer Middelburg Hieronder reageren wij op de WederhoorReactie van het college. Reactie van BMC Het College stelt dat de keuze van de rekenkamercommissie voor een quick scan per definitie moet leiden tot beperkte conclusies. Dit is juist. Op pagina 4 is daarom opgenomen “Een quick scan geeft een globaal beeld. Dit globale beeld kan worden beoordeeld als voldoende. Het kan ook vragen oproepen en aanleiding zijn voor de gemeenteraad om te vragen om nader onderzoek op bepaalde aspecten van de uitvoering van het Wmo-beleid”. Tegelijkertijd wijzen wij er op dat een deel van de opdracht bestaat uit het toetsen van de kaderstellende opdracht. Daarbij hebben we ons beperkt tot het nagaan of de wettelijke vereisten die worden gesteld aan de beleidsnota Wmo zijn doorgevoerd. Vijf van de 12 onderzoeksvragen (hoofdstuk 3) kunnen volledig beantwoord worden door bestudering van de Wmobeleidsnota. Dit levert niet een globale beantwoording maar een exacte beantwoording van deze onderzoeksvragen op. Het College wijst erop dat in de groeiboeken, voorlopers van de Wmo-beleidsnota’s prioriteiten zijn genoemd. Wij raden aan in de tweede beleidsnota Wmo verwijzingen op te nemen naar relevante prioriteiten die elders zijn geformuleerd. Dat maakt de 2de beleidsnota Wmo compleet. We nemen nota van de aanvulling dat in Middelburg de raad via de reguliere begrotingscyclus haar raadsleden informeert. Wij konden dit in de toegestuurde stukken niet achterhalen. Het College is van mening dat wij grote conclusies trekken uit de verschillen in geschatte uitgaven Wmo per inwoner (tabel 3). Wij willen er op wijzen dat wij bewust geen conclusies trekken. Wij constateren hoe groot de verschillen zijn in de uitgaven en zeggen op pagina 32: “Verklaringen voor deze verschillen zijn niet te geven op basis van de gegevens van artikel9Wmo.nl. De gegevens die hier zijn vermeld zijn door de gemeenten zelf ingevuld.” Het College vermeldt dat er aan de raad is gerapporteerd over kosten van de Wmo. Waarvan acte. Wij hebben om kostenrapportages gevraagd en niet gekregen. Dat hadden we duidelijker moeten formuleren in het rapport. De tevredenheidonderzoeken blijken via de website wel toegankelijk te zijn via de foutgespelde term tevredenheidsonderzoek. Omdat we ons kunnen voorstellen dat veel mensen deze term verkeerd spellen raden we aan de tevredenheidonderzoeken via beide termen toegankelijk te maken. Het College bestrijdt dat het accent in de verantwoording aan de raad ligt op de individuele voorzieningen in plaats van op de breedte van de Wmo. Het College wijst op de groeiboeken en het woonservicebeleid en de wijkontwikkeling. Voor zover hierover wordt gerapporteerd aan de raad en het verband wordt gelegd met de Wmo vinden wij het spijtig dat deze stukken niet voor het onderzoek ter beschikking zijn gesteld.
Pagina 7 van 8
De onderstaande reactie op de aanbevelingen is van de Rekenkamer Middelburg en niet van BMC Aanbeveling 1 Beleidsplan Het college geeft aan ook in de nieuwe nota WMO beleid de belangen van specifieke groepen burgers niet te gaan benoemen. In het onderzoeksrapport zijn op pag. 13 de wettelijke vereisten aan het beleidsplan Wmo opgesomd. Daar staat o.a. “Daarnaast dient aangegeven te worden hoe de kwaliteit, keuzevrijheid en behoeften van kleine doelgroepen worden gewaarborgd (W.1.art.3 Wmo)”. De opmerkingen van het college zijn voor ons geen aanleiding de aanbeveling aan te passen. Aanbeveling 2 Doelstellingen Zoals we hebben toegelicht stelt het SMART formuleren van doelstellingen de gemeenteraad in staat “de voortgang te bewaken en haar controlerende taak effectiever uit te oefenen”. Een inspirerende visie laat zich toch vertalen in SMART geformuleerde beleidsdoelstellingen (zie b.v. de opmerkingen op blz. 19 van het rapport m.b.t. Terneuzen). Wij zien geen aanleiding de aanbeveling aan te passen. Aanbeveling 3 Zeeuws Kompas De informatie die het college toevoegt over het Zeeuws Kompas versterkt onze aanbeveling. De verantwoordelijkheid voor deze prestatievelden blijft bij de gemeenteraad liggen; als de doelstellingen en/of financiën wijzigen is er des te meer reden voor de gemeenteraad om haar taakstellende en controlerende taak ook op dit terrein ter harte te nemen. Aanbeveling 4 Afstemming CIZ Uit de opmerkingen van het college kunnen we niet opmaken, dat afstemming nog steeds plaats vindt. Wij handhaven de aanbeveling. Aanbeveling 5 Samenwerking/monitoring BMC suggereert geen grote verschillen tussen de drie gemeenten, maar constateert verschillen in uitgaven die de gemeenten zelf hebben doorgegeven aan artikel9Wmo.nl en constateert verschillen in antwoorden van cliënten in de tevredenheidsonderzoeken van Scoop op onderdelen van het afhandelingsproces van aanvragen. De aanbeveling is om van die verschillen te leren. Het college benadrukt de overeenkomsten in beleid en uitvoering met Vlissingen. Dit roept des te meer de vraag op hoe de verschillen in uitgaven dan zijn ontstaan en hoe het komt dat cliënten wel verschillen ervaren. Aanbeveling 6 Horizontale verantwoording Het college deelt de opmerkingen hierover.
Pagina 8 van 8