MICROBIOLOGISCH ONDERZOEK VAN PAPIER EN KARTON Onderzoek naar de microbiologische contaminatie van papier en karton als verpakkingsmateriaal bestemd voor levensmiddelen Rapportnummer NDFCM 006/03
drs. F.J. Gaikema en J.M. Nab-Vonk Keuringsdienst van Waren, Noord Postbus 465 9700 AL Groningen Telefoon Telefax email internetsite
: : : :
050-5886000 050-5886100
[email protected] www.keuringsdienstvanwaren.nl
oktober, 2001
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
INHOUDSOPGAVE
Blz.
SAMENVATTING EN TREFWOORDEN SUMMERY AND KEYWORDS 1.
INLEIDING
1
2.
NORMEN EN WETGEVING
2
3.
MATERIAAL EN METHODEN
3
4.
RESULTATEN
4
5.
DISCUSSIE
6
6.
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
7
7.
LITERATUUR
8
BIJLAGE 1: UITVOERING VAN HET MONSTERONDERZOEK BIJLAGE 2: OVERZICHT VAN DE MONSTERS BIJLAGE 3: RESULTATEN MONSTERONDERZOEK VERZENDLIJST
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
SAMENVATTING EN TREFWOORDEN In totaal zijn 65 monsters papier en karton, bestemd voor contact met levensmiddelen, onderzocht op microbiologische contaminatie. De diversiteit in soorten monsters is groot, zo zijn er naast gebaksdozen, bonbonverpakkingen en suikerzakken ook meat savers (onderlegger voor vleeswaren) en eierdozen onderzocht. Het aëroob kiemgetal (voor bacteriën) varieerde van kleiner dan 10 tot 3x105 kve/g. Het schimmel- en gisten-kiemgetal varieerde van kleiner dan 10 tot 1,0x103 kve/g. In een aantal gevallen werd Clostridium perfringens (6 maal met kiemgetallen tot 100 kve/g) en Staphylococcus aureus(5 maal met kiemgetallen tot 1,0x103 kve/g) aangetoond. Bacillus cereus werd niet aangetroffen. Uit dit onderzoek blijkt dat de microbiologische besmetting van de onderzochte papieren en kartonnen verpakkingen dermate gering is, dat de kans op bederf van voedsel ten gevolge van die verpakkingen verwaarloosbaar is. Daarbij zijn er ook geen humaan pathogene bacteriën aangetoond in dusdanige hoeveelheden, dat het ontstaan van een risico voor de volksgezondheid waarschijnlijk lijkt. Wel toont het onderzoek aan dat verpakkingsmateriaal een potentiële bron van besmetting kan zijn. Een bedrijf dient met dit gegeven in onder meer zijn HACCP-plan en productiewijze rekening te houden. Door de opzet van het onderzoek is het niet mogelijk een uitspraak te doen of de aangetoonde bacteriën geïntroduceerd zijn tijdens de productie van de verpakking of in de verpakking terechtgekomen zijn door nabesmetting bij de opslag van de verpakkingen. TREFWOORDEN: verpakkingen, microbiologische contaminatie, levensmiddelen, papier, karton.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
SUMMARY AND KEYWORDS In this study 65 samples of food-packaging paperboards have been investigated for the presence of microbiological contamination. The samples were of a wide variety, e.g. cake cases, chocolate boxes, sugar bags, meatsavers and egg cases. Typical numbers for colony forming units per gram (cfu/g) ranged for aerobic bacteria from less than 10 to 3,0x105 cfu/g. Fungi, moulds and yeasts were commonly detected in quantities from 10 to 1,0x103 cfu/g. In a few samples Clostridium perfringens (6 times, maximum numbers about 100 cfu/g) and Staphylococcus aureus (5 times, maximum numbers 1,0x103 cfu/g) were observed. Bacillus cereus was not detected. This study shows that the low level of contamination by microorganisms of the investigated food packaging paperboards indicates that possibility of microbial spoilage of the food is insignificant and therefore the health risk for the consumer is negligible. KEYWORDS: Food Contactmaterial, microbiological contamination, paper, paperboards.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
1.
INLEIDING
Papier maken is een proces waarbij de gebruikte grondstoffen (als cellulose en zetmeel), en de omstandigheden (veel water en verhoogde temperaturen) de groei van microorganismen kunnen bevorderen(7.11, 7.16). Ook kan de pulp besmet zijn met schimmels, omdat het gebruikte hout tijdens of na de kap aangetast wordt door “bruine en witte rot”(7.1). Hierdoor wordt het hout minder geschikt voor de productie van papier. Papiermachines hebben grote oppervlakten waarop bacteriën kunnen hechten en biofilms kunnen vormen. De hoge temperatuur in het “dry end” van de papiermachine zullen de schimmels en vegetatieve bacteriën grotendeels afdoden(7.13), terwijl hitteresistente bacteriesporen niet alleen overleven, maar ook juist geactiveerd kunnen worden. Voldoende reiniging en het gebruik van biociden, waaronder slijmbestrijdingsmiddelen en conserveermiddelen, zijn nodig om een hygiënisch eindproduct te kunnen garanderen. Ondanks deze preventieve maatregelen blijkt uit literatuurgegevens dat de verpakkingen bestemd voor levensmiddelen gecontamineerd kunnen zijn met micro-organismen, zie tabel 1. Dit is o.a. mogelijk omdat sporen resistent zijn tegen hitte, desinfecterende middelen en UV-licht. Uit literatuurgegevens blijkt dat er meer dan 200 verschillende bacterieculturen geïsoleerd zijn uit verpakkingen van papier en karton, bestemd voor vloeibare levensmiddelen(7.12). Hieronder bevinden zich ook pathogene micro-organismen. De meest voorkomende soort is Bacillus cereus die in een enkel geval zelfs in aantallen is aangetroffen die de normen voor voedsel overschreden(7.7). De hygiënische kwaliteit van papier wordt meestal gerelateerd aan het aantal kolonievormende eenheden (kve) per gram papier of per oppervlakte. De kwaliteit van papier kan variëren van erg schoon (minder dan 50) tot matig vervuild (104 kve/g), zie ook tabel 1. Gerecycled papier bevat in het algemeen meer bacteriën en schimmels dan maagdelijk papier(7.7,7.8). Een “extreem” voorbeeld ven recycling is het gebruik van krantenpapier voor het serveren van gebakken vis. Dit gebruik is in Nederland duidelijk op zijn retour. Ook kunnen andere, later aangebrachte, deklagen op de verpakking een bron zijn van besmetting. Zo blijkt papier met minerale-coatings gehaltes te bevatten tot wel 106 kve/g(7.15). Schimmels kunnen het gehele productieproces doorstaan en in de verpakking zover uitgroeien, dat vervolgens de inhoud bedorven raakt(7.10). Lang houdbare vruchtensappen zijn bijzonder kwetsbaar, omdat na pasteurisatie de schimmel in de verpakking voldoende tijd krijgt om uit te groeien. Vooral de uiteinden op de vouwen van de verpakking, die vaak niet gecoated zijn met een PE-laag, zijn kwetsbaar voor uitgroei. Naast de mogelijkheid van een initiële besmetting gedurende het produceren van papier en karton, kan tijdens de opslag of het vervoer naar de eindgebruiker ook nog besmetting optreden. Ook uit de beknopte literatuurstudie, uitgevoerd in het kader van het project FCM 006/0(7.4), blijkt dat microbiologische besmetting van papier en karton een reëel risico is. De mogelijke risico’s voor de consument zijn voedselvergiftigingen veroorzaakt door pathogenen. Het risico op voedselvergiftiging is echter gering, omdat de migratie van micro-organismen uit het verpakkingsmateriaal naar het levensmiddel gering is, namelijk minder dan 1%. Toch is deze mogelijkheid op besmetting van levensmiddelen niet geheel uit te sluiten(7.7). Ook al omdat de Bacillus cereus het meest aangetroffen wordt, namelijk meer dan 5% van de totale flora.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
1
Tabel 1. Microbiologische contaminatie verpakkingsmateriaal Micro-organisme Totaal kiemgetal Totaal kiemgetal, sporenvormers Aërobe bacteria Aërobe bacteria, sporenvormers Anaërobe bacteria, sporenvormers Bacillus cereus Clostridium perfringes Staphylococcus aureus Schimmels en gisten
Kolonievormende eenheden (kve/g) 1,0x103 1,0x105, 1,0x106 1,0x106 1,0x104
Verpakkingsmateriaal (literatuurbron). Karton (7.4, 7.8, 7.11, 7.12, 7.14, 7.15). Gerecycled karton (7.4, 7.8, 7.13, 7.15). Pizzadoos (7.5). Gerecycled keukenpapier (7.4).
1,0x104, 10x106 1,0x106 1,0x106 7,0x104 1,0x104 4,0x103 1,0x102 6,0x103 2,0x102 Aangetoond Aangetoond 1,0x103 ,1,0x102 6,0x103
Karton (7.4, 7.7). Gerecycled karton (7.15). Kartonnen doos voor kaas (7.9). Kartonnen doos voor kaas (7.9). Gerecycled karton (7.15). Kartonnen doos voor kaas (7.9). Gerecycled karton (7.15). Karton (7.7, 7.9, 7.11, 7.12,). Papieren doekje (7.4). Karton (7.7). Karton (7.7). Karton (7.4, 7.7, 7.10, 7.11, 7.15, 7.16). Kartonnen doos voor kaas (7.9).
Op basis van deze gegevens is besloten om een inventariserend microbiologisch onderzoek te verrichten om zo een beeld te krijgen van de microbiologische kwaliteit van papieren en kartonnen verpakking bestemd voor levensmiddelen. Doel van dit project is, om de noodzaak van het begrip “zindelijk” met een kwantitatieve norm vast te leggen, te onderzoeken. Deze rapportage doet verslag van dit microbiologisch onderzoek. Tevens is dit onderzoek bedoeld als leidraad voor mogelijk vervolgonderzoek in het meerjarenplan voor het onderzoek van papier en karton door de Keuringsdienst van Waren. 2.
NORMEN EN WETGEVING
Ten aanzien van de microbiologische gesteldheid van papieren en kartonnen verpakkingen voor levensmiddelen, zijn geen nationale of Europese wettelijke normen vastgesteld. In artikel 2 van het Verpakkingen- en Gebruiksartikelenbesluit van de Warenwet(7.17) wordt wel vermeldt dat: “Verpakkingen en gebruiksartikelen moeten zich in zindelijke staat bevinden”. Internationaal zijn wel enkele normen opgesteld(7.2,7.9,7.12,7.13). Zo heeft de FDA (V.S.) voor zuivelverpakkingen een norm van 250 kve/g verpakkingsmateriaal vastgesteld. De International Dairy Federation (IDF) hanteert voor verpakkingen met een inhoud van meer dan 100 ml een norm van 50 kve per verpakking; voor verpakkingen kleiner dan 100 ml is dit 10 kve per verpakking. Bij het afstrijken van het contactoppervlak met swabs wordt een waarde van 1 kve/cm2 nog acceptabel geacht.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
2
3.
MATERIAAL EN METHODEN
In het rapport van de CEMCCF, “Survey on tissue papers for food contact”(7.2), worden een aantal methodes voor microbiologisch onderzoek vermeld. Het betreft de ISO 87841 (1987), voor de bepaling van het kiemgetal(7.6) en DIN 54378(1982), voor de bepaling van het aantal schimmels(7.3). Voor het bepalen van Bacillus cereus, hitte tolerante colivormen, Clostridium perfringens, Coagulase positieve Staphylococci en Pseudomonas spp wordt verwezen naar Franstalige normen. Deze zijn vooralsnog niet opgevraagd, omdat het onderzoek een inventariserend karakter heeft. De ISO- en DINmethoden wijken sterk af van de door de Keuringsdienst gehanteerde methoden voor onderzoek van levensmiddelen. De voorgeschreven media worden wel veelvuldig door de Keuringsdiensten gebruikt. Daarom is gekozen voor deze media in combinatie met de “eigen” microbiologische onderzoeksmethodes voor het onderzoek van papier en karton. Dit omdat in de ISO-norm een monstervoorbewerking wordt beschreven, waarvoor de materialen niet beschikbaar waren. In de DIN-norm is een werkwijze beschreven die arbeidsintensief is. Omdat ongeveer 100 monsters onderzocht moeten worden is hiervoor een tijdsbesparende en uniforme werkwijze vastgesteld voor alle bepalingen. Door een evaluatie van de methode waarbij o.a. de resultaten vergeleken worden met waarden uit de literatuur, wordt beoordeeld of de gekozen manier van werken wel of niet acceptabel is. De monsters zijn niet op een a-septische wijze genomen, maar als een regulier “NonFood” product. Uit de monsters is een selectie gemaakt, waarbij getracht is zoveel mogelijk differentiatie aan te brengen in soorten materiaal. Vervolgens zijn uit de monsters, deelmonsters genomen op microbiologisch verantwoorde wijze. Dit houdt in dat een eventuele nabesmetting door een controleur aan de buitenkant van de monsters, zoveel mogelijk geëlimineerd is. Dit is bereikt door de binnenste delen van de meervoudige verpakkingen te gebruiken voor de submonsters en deze zijn vervolgens in afgesloten steriele zakken verpakt. De monsters werden vervolgens op de hieronder vermelde parameters onderzocht, zie tabel 2. Tabel 2. Gebruikte onderzoeksmethoden: Bepaling
Medium
Bebroedingstijd en Temperatuur
Aëroob kiemgetal
Plate Count Agar (PCA)
72 h; 30˚C
Sporenvormers
Plate Count Agar (PCA)
72 h; 30˚C
Violet Red Bile Glucose
24 h; 37˚C
Enterobacteriaceae
Agar (VRBG) Gisten en Schimmels
Sabouraud Dextrose
5-7 dgn; 25˚C
Agar (Sab.agar) Bacilli
Mannitol Egg Yolk
24 h; 30˚C
Polymixine Agar (MYP) Clostridium Perfringens
Sulfiet Agar
24 h; 37˚C anaëroob
Staphylococcus aureus
Baird Parker Agar
48 h; 37˚C
Pseudomonas spp
Pseudomonas CFC-agar
48 h; 30˚C
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
3
De volledige beschrijving van de gevolgde werkwijze is opgenomen in bijlage 1. Tijdens iedere inzetreeks zijn de volgende kwaliteitscontroles meegenomen: Blanco medium, Blanco Ringers solution met PCA, Standaard Referentiemonster. Voor de sporentest werd gebruikgemaakt van een referentiemonster Bacillus en een referentiemonster E.coli. 4.
RESULTATEN
In totaal zijn 65 monsters onderzocht op de in hoofdstuk 3, tabel 2 vermelde parameters. Voor een volledig overzicht van de verschillende monsters wordt verwezen naar de bijlage 2. Een samenvatting van de meetresultaten is weergegeven in tabel 3: overzicht kiemgetallen. In de tabel is het kiemgetal opgegeven in het aantal kolonies per gram(kve/g). Vervolgens is het aantal monsters met het desbetreffende kiemgetal weergeven. Tabel 3. Overzicht kiemgetallen kve/g
Kgt
Sp.kgt
Gist
Sch.
Ent.
Cl.perf
65
59
<10
21
24
53
44
10-100
17
18
9
13
100-1000
14
10
3
8
1000-10.000
9
12
>10.000
4
1
Waarbij: Kgt Sp.kgt Gist Sch Ent Cl.perf Bac.spp St.aur Ps.spp
6
Bac.spp
St.aur.
Ps.spp
50
60
65
13
5
2
=Aeroob kiemgetal = Sporen kiemgetal = Gisten kiemgetal = Schimmel kiemgetal = Enterobacteriaceae kiemgetal = Clostridium perfringens kiemgetal = Bacillus spp = Staphylococcus aureus = Pseudomonas spp
Een uitgebreid overzicht van de resultaten gerubriceerd per monster, is te vinden in bijlage 3. Er kan geconstateerd worden dat de gehaltes over het algemeen genomen relatief laag zijn. Zo zijn er slechts enkele monsters met een kiemgetal van meer dan 103. Zoals uit de literatuur valt af te leiden, zullen dergelijke gehaltes geen aanleiding geven tot een risico op besmetting van het verpakte levensmiddel. Ten aanzien van de norm van 250 kve/g blijkt dat 20 monsters (30%) een hoger kiemgetal hebben. Deze kiemgetallen variëren van 2,7x102 tot 3,0x105 kve/g. Opmerkelijk is dat er een groot aantal sporenvormers is aangetroffen. Ook dit is in overeenstemming met hetgeen in de literatuur vermeldt is(7.16). Voor papier en karton relevante sporenvormende geslachten zijn Bacillus en Clostridium. Binnen deze geslachten zijn de families cereus (Bacillus) en perfringens (Clostridium) degene die pathogeen zijn voor de mens. Om de aanwezigheid van deze pathogene bacteriën aan te kunnen tonen, is gebruik gemaakt van specifieke media voor het bepalen van respectievelijk Bacillus cereus en Clostridium perfringens.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
4
Bij vier monsters is een mogelijke aanwezigheid van Clostridium perfringens gedetecteerd. Dit is niet bevestigd, omdat er sprake is van een dusdanig klein aantal bacteriën dat er geen sprake is van een risico voor de volksgezondheid. Voor de getelde bacilli geldt dat daarbij geen kolonies zijn aangetroffen die een specifiek uiterlijk voor Bacillus cereus hebben. Het Sabouraud Dextrose medium voor de bepaling van gisten en schimmels, is gebruikt zonder toevoeging van antibiotica. Om toch enige zekerheid te krijgen met betrekking tot de uitgegroeide soorten, zijn alle platen met behulp van een stereomicroscoop visueel gecontroleerd. Op deze wijze kunnen de schimmels goed gedetermineerd worden. Van de verdachte kolonies met gisten, is een beweeglijkheidspreparaat gemaakt. Hierdoor kan bepaald worden of het daadwerkelijk gisten betreft. Daar waar sprake was van visueel grote bacteriën, zichtbaar bij 10x40 i.p.v. 10x100, is aangenomen dat er sprake is van gisten. De aangetoonde Staphylococcen aureus zijn bevestigd door een controle op coagulase activiteit.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
5
5.
DISCUSSIE
Het algemeen kiemgetal komt goed overeen met het sporen kiemgetal. Uit de literatuur blijkt ook, dat vaak melding wordt gemaakt van het feit dat het aëroob kiemgetal voor een groot deel uit sporenvormers bestaat. De hoogste kiemgetallen zijn aangetroffen in de verpakkingen van karton die in het algemeen geen direct food contact hebben. Zoals taartdozen, eierdozen, paarse en bruine bakjes voor fruitschalen e.d. De resultaten van dit microbiologisch onderzoek zijn niet verontrustend, ondanks het feit dat 30% van de monsters een kiemgetal hebben van meer dan 250 kve/g. Deze norm is namelijk meer een indicatie voor de hygiënische kwaliteit van het papier. Het is onwaarschijnlijk dat levensmiddelen door het verpakken in papier of karton een hoge besmetting zullen oplopen. Ter vergelijking, de normen voor het totaal aeroob kiemgetal voor diverse levensmiddelen(7.7) zoals ijs, vlees en voorgekookt voedsel zijn respectievelijk 105 kve/g , 107 kve/g en 105 kve/g, dus een factor 400 of hoger. Er zijn geen bacteriën aangetroffen met pathogene eigenschappen. Het voorkomen van Staphylococcus aureus verdient enige speciale aandacht. De aangetroffen aantallen zijn laag, namelijk minder dan 500 kve/g verpakkingsmateriaal. Vervolgens dient het risico van uitgroei in de verpakking of in het levensmiddel waarvoor de verpakking bestemd is, overwogen te worden. Het betreft hier 4 monsters, te weten: een pressware (zwart rechthoekig); een meat saver paper; een bonbondoos; en courantvellen. Bij deze verpakkingen is sprake van direct contact met het voedsel. Echter vlees ondergaat normaliter nog een verhittingsstap en wordt bovendien koel bewaard. Bonbons daarentegen worden direct genuttigd en hierbij zou er sprake kunnen zijn van een risico. Omdat de aangetroffen gehaltes dermate laag zijn en migratie van bacteriën van de verpakking naar levensmiddelen gering is, kan aangenomen worden dat het risico aanvaardbaar laag is. De verkregen resultaten van de gebruikte onderzoeksmethode komen overeen met gehaltes aan kve/g die in de literatuur zijn aangetroffen.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
6
6.
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
6.1.
Conclusies onderzoek
Uit de verkregen resultaten van dit onderzoek kan geconcludeerd worden, dat het niet noodzakelijk is om op korte termijn een meer uitgebreid vervolgonderzoek uit te voeren. Indien echter in de toekomst nogmaals een microbiologisch onderzoek van papier en karton als verpakkingsmateriaal verricht gaat worden, kan men volstaan met het bepalen van het aëroob kiemgetal, sporenvormers en gisten en schimmels. Vooralsnog lijkt het niet noodzakelijk om het begrip “zindelijk” met een kwantitatieve norm in een wettelijke regeling vast te leggen. 6.2.
Aanbevelingen ter verbetering van de onderzoeksmethodiek
Het is dan aan te bevelen om bij het onderzoek van gisten en schimmels gebruik te maken van een antibioticatoevoeging aan het medium. Hierdoor wordt de groei van bacteriën onderdrukt, waardoor het tellen van de platen vereenvoudigd wordt. Als grote aantallen monsters worden onderzocht, kan goed gebruik gemaakt worden van de in dit onderzoek gebruikte werkwijze. Indien gewenst, kan voor de bepaling van sporenvormers ook uitgeplaat worden op specifieke media voor Bacillus cereus en Clostridium perfringens. Op die manier kan op een snelle manier vastgesteld worden of er een mogelijk risico voor de volksgezondheid is bij het aantreffen van grote aantallen sporenvormers.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
7
7.
LITERATUUR
7.1.
Bos, J.H., Veenstra, P., Verhoeven, H. de Vos P.D., Het Papier Boek, VAPA Apeldoorn opleidingen in de papierindustrie, Educatieve Partners Nederland b.v. te Houten, ISBN 90 401 0061 6, 1995.
7.2.
Council of Europe, Committee of Experts on materials coming into contact with food, Survey on tissue papers for food contact, RD 6.3A/2-37REV, 2000.
7.3.
Deutsches Institut für Normung, DIN 54378, Bestimmung der Oberflächenkolonienzahl (OKZs), 1993, Beuth Verlag GmbH, Burggrafenstraße 6, Berlin, Duitsland.
7.4.
Gaikema , F.J.; Literatuurstudie papier en karton, Rapportnummer NDFCM006/01, Keuringsdienst van Waren Noord, Groningen, Nederland, 2001.
7.5.
Höütmann U, Germ load on packaging paper and board: tranfer of microorganisms, Corrugating International Vol 1: no 3, 1999.
7.6.
International Standard, ISO 8784-1 Paper and Board- Determination of microbiological properties- part 1- :Total bacterial count, referentie nummer1987-02-01, 1987.
7.7.
Johansson, A, Hallmans, G., Holm, S.E., Olofsson, C., Gref, R., Svensson, K., Wilhelmsson, A., Lundström, H., Microflora in paperboard with various contents of recycled fibers, Nordic Pulp & Paper research journal nr. 1. vol. 16, 2001.
7.8.
Jokinen, K., Siren, K., Quality aspects of recycled fibre, World Paper blz. 31-33, 1995.
7.9.
Kneifel W., Kaser A., Microbiological quality parameters of packaging materials used in the dairy industry. Archiv fur lebensmittelhygiene 45:38-43, 1994.
7.10.
Narsico J.A., Parish E., Relationship of Molds in Paperboard Packaging to Food Spoilage, Dairy, Food and Environmental Sanitation, 20,(12): 944-951, 2000.
7.11.
Pirttijärvi T.S.M. Contaminants Aerobic Sporeforming Bacteria in the Manufacturing Processes of Food packaging Board and Food., thesis, University of Helsinki, 2000.
7.12.
Pirttijärvi T.S.M., Graeffe T.H., Salkinoja-Salonen M.S., Bacterial contaminants in liquid packaging boards: assesment of potential for food spoilage. J. Appl. Bacteriol. 81: 445-458 1996.
7.13.
Suihko, Maija-Liisa; Skyttä, Eija, A study of the microflora of some recycled fibre pulps, boards and kitchen rolls Journal of Applied Microbiology . Vol. 83: 199 – 207, 1997..
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
8
7.14.
Suominen I, Suihko M.L., Salkinoja-Salonen M., Microscopic study of migration of microbes in food-packaging paper and board. Journal of Industrial Microbiology & Biotechnology, 19:104-113, 1997.
7.15.
Sipiläinen-Malm, T., Latva-Kala, K., Tikkanen, L., Suihko, M., Skytta, E., Purity of recycled Fibre-based materials, Food Additives and Contaminants, 14, no 6-7: 695-703, 1997.
7.16.
Väisänen O.M., Mentu J., Salkinoja-Salonen M.S., Bacteria in food packaging paper and board, Journal of applied microbiology, 71: 130-133, 1991.
7.17.
Verpakkingen- en Gebruiksartikelenbesluit (Warenwet), Koninklijke Vermande B.V., twaalfde aanvulling, oktober 1999.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
9
Bijlage 1: Uitvoering van het monsteronderzoek 10 gram monster wordt aseptisch verknipt. Dit wordt bereikt door het gebruik van handschoenen welke gedesinfecteerd zijn met 70% alcohol. Ook de gebruikte schaar wordt voor gebruik gedesinfecteerd met 70% alcohol. Zodoende wordt een besmetting door de analist voorkomen. Om een goede vermenging, suspensie te krijgen met de Ringer Solution, wordt het monster zo klein mogelijk geknipt. Met behulp van een verdunningsapparaat ( Synerga) wordt een 1:10 verdunning gemaakt. Dit mengsel wordt 2 minuten gestomacherd. Vervolgens worden de platen, op de voor microbiologisch onderzoek gebruikelijke wijze, beënt. De volgende methodes zijn gebruikt: Aeroob kiemgetal Enterobacteriaceae kiemgetal Gisten en schimmels kiemgetal
MIC01-WV101 MIC01-WV106 MIC01-WV113
In plaats van het GGA-medium is gebruik gemaakt van het Sabouraud dextrose-medium. Staphylococcus aureus Bacillus cereus Pseudomonas Clostridium perfringens Sporenvormers
MIC01-WV125 MIC01-WV111 MIC01-WV124 MIC01-WV112
Van alle monsters is een aëroob sporen-kiemgetal bepaald. De uitvoering is als volgt: 5 ml van de eerste verdunning van een monster wordt in een steriele buis gebracht. Deze buis wordt 10 min bij 80°C verhit en vervolgens onder koud stromend water gekoeld tot kamertemperatuur. Daarna wordt een kiemgetal bepaald volgens MIC01-WV101.
KvW Noord rapportnummer NDFCM 006/03, oktober 2001
10
Bijlage 2: Overzicht van de monsters Registratie-nummer
Verpakking
36110848
Gebleekt Ersatz
35510311
Koekzak gebleekt kraft papier bedrukt
36111038
Papieren onderlegger vlees
35510249
Vouwkarton
36111224
Gebaksdozen
36110732
Schaaltjes 12x18 cm gevoerd (doos)
36111216
Bonbonbakjes
35510257
Verpakkingen gecoat
36110767
Meat saver tartaarbakje
35510265
Diepvries verpakking vis
36110805
Gebaksdozen
35510168
Ronde schaaltjes
35510087
Plakpapier
35510346
Groente zak kraft papier bedrukt
35510133
Taartrand de luxe
36110724
Cateringdozen
36110678
Taartranden
36111208
Kartonnen fruitbakjes(klein)
35510117
Boterkoekendoos
35510303
Party gebaksdoos
35510184
Inschuifkarton
35510192
Vleeswarenzak
36110759
Pnd. Visz. Ersatz de luxe
35510176
Kartonnen bordje
36110775
2 bonbon cornets
35512586
Pressware zwart rechthoekig
36111186
Ersatzzakken wit 1 ponder koekzak
35510141
Meat saver caisses
36110686
Meat saver ovaaltjes
24885291
Eierdoos
24844811
Kartonnen box
24844781
Kartonnen beker
24844846
Koffiebeker
24844714
Groen bakje
24844765
Papieren zakje
24844692
Bakje
24844749
Papier
36111151
Patatzakken
35510397
Ersatz 40 gr vetwerend coating koekjes verpakking
35510125
Paaszakken
36110708
Kartonnen schalen
36111178
Suikerzakken
35510338
Vleeswarenzak gebleekt kraft papier bedrukt
36110716
Milkshakebekers
36110694
Cakebakje
36111054
Wit papier bestemd voor de slagerij
24885593
Gebaksdoos
36111194
Kartonnen gevoerde vleesschaaltjes
37190179
Meat saver paper
37190152
Meat saver paper
37190144
Meat saver paper
Project: NDFCM006, oktober 2001
XI
Registratie-nummer
Verpakking
37190225
Bonbondoos 9250
37190233
Tortenspitzen
37190217
Bonbondoos
37190195
Schaaltjes (
38321951
Keukenrol
37190187
Meat saver paper
24885275
Bakjes
24885267
Bakjes
24885283
Eierdoos
24885313
Eierdoos
24885305
Eierdoos
24885321
Eierdoos
-----
Eierdoos
36110813
Courant vellen
-----, geen ISI registratie nummer monster verkregen zonder officiële monstername
Project: NDFCM006, oktober 2001
XII
Bijlage 3: Resultaten monsteronderzoek Registratienummer
36110848 35510311 36111038
Totaal
Sporen
Gisten
Schimmels
Bacillus
kiemgetal
kiemgetal
kiemgetal
Kiemgetal
10
<10
<10
<10
<10
<10
<10
<10
<10
Clostridium perf
kiemgetal
Enterobac teriaceae Kiemgetal
<10
<1,0x102
<10
<10
2
<1,0x10
2
<10
<1,0x10
<10 <10
kiemgetal
Staph. aureus kiemgetal
Pseud spp kiemgetal
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
<10
<10
2
<1,0x10
<10
<10
<1,0x10
35510249
<10
20
<10
36111224
<10
<10
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
36110732
<10
10
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
2
36111216 35510257 36110767 35510265 36110805
2
7,6x10 20
2
4,3x10 <10
<10
<10
<10
20
40
60 4
2,0x10
<10 3
7,5x10
<10
<1,0x10
2
<10
<1,0x10
2
<10
<1,0x10
2
<10
<1,0x10 2
1,7x10
2
<1,0x10
<10 <10 <10 <10 <10
<10 <10 <10 <10
4,4x10
20
80
1,0x102
<10
40
<1,0x10
<1,0x102
35510087
<10
<10
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
35510346
1,3x102
30
10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
2
<10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
35510133 36110724 36110678 36111208 35510117
<10
3
10
1,8x10
35510168
4
40
2
<10 3
5,3x10 <10
<10 3
2,5x10 <10
3
3,3x10
2
1,3x10
2
<10 <10
3
1,4x10 30
50 10
2
2,6x10
1,3x10 <10
3,5x10
<10
10
35510184
8,5x103
1,3x103
1,0x102
35510192
<10
10
<10
35510176 36110775 35512586 36111186 35510141
<10
<10
50
<10
10 2
9,0x10 10
<10 2
6,1x10 <10
2
1,4x10 <10
80 10
<10 <10 <10 <10
<1,0x10 2
3,3x10
1,0x102 2
<10
35510303
36110759
<1,0x10 2
2
<1,0x10
2
<1,0x10
2
<10 <10 <10 <10 <10
<10 <10 <10 <10
<1,0x10
<1,0x10
<1,0x10
<10
<10
<1,0x10
2,0x102
7,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
2
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<10
2
<10 <10 10 <10
<1,0x10
2
<1,0x10 <1,0x10
2 2
<1,0x10
2
<1,0x10
<10 <10 <10 <10 <10
<10
<10
<1,0x102
2,0x10
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
<10
2
<1,0x10
<10
<10
<1,0x10
36110686
60
10
10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
24885291
2,2x102
1,3x102
<10
1,3x102
1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
Project: NDFCM006, oktober 2001
XIII
Registratienummer
Totaal
Sporen
Gisten
Schimmels
Bacillus
kiemgetal
kiemgetal
kiemgetal
Kiemgetal
24844811
3,9x103
1,2x103
<10
24844781
<10
<10
<10
24844846 24844714 24844765 24844692 24844749
<10
<10 3
<10 3
4,8x10
1,5x10
<10 1,1x10
1,8x10
10
<1,0x102
<10
2
<1,0x10
<1,0x10
2
<1,0x10
Pseud spp kiemgetal
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
<10 <10 <10 <10
<10 <10 <10 <10
2
<1,0x10
<10
<10
<1,0x10
36111151
20
<10
35510397
2,7x102
2,2x102
<10
10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
35510125
<10
<10
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
36110708 36111178 35510338 36110716 36110694
3
3
8,4x10 10 <10 10
24885593
40
36111194
60
37190225 37190233
<10
<1,0x10
2
<10
<1,0x10
<10 <10 <10
<10 <10 <10
2
<1,0x10
<10
<10
<1,0x10
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
2
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
2
<10 <10
<1,0x10
2
<10
<10
<1,0x10
2
<10
<10
1,1x10
<10
<1,0x10
<10
<1,0x10
<10
2
2
2,0x10
<10 <10 <10 <10 <10
<10 <10
2,8x10
60
<10
<10
<1,0x10
<10
<10
2,0x10
<1,0x102
37190195
70
40
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
38321951
40
20
<10
<10
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
2
<10
2
<1,0x102
2
<1,0x102
2
<1,0x102
<1,0x10
2
<1,0x102
<10
<1,0x10
2
<1,0x102
<10
2
24885275
<10
<10 3
<10 3
2,0x10
2
1,6x10 5
1,6x10 4
24885267
>3,0x10
>3,0x10
24885283
2
2
24885313 24885303
8,7x10
3,8x10
50
40 <10
2
7,2x10
Project: NDFCM006, oktober 2001
<10
3
1,45x10
<10
<1,0x10 2
30
5,0x10 2
9,4x10 <10 10 10
2
<10
37190217
37190187
2
2
<10
<10
2
1,7x10
<1,0x10
<10
50
2,1x10
2
2
1,0x102
2
2,3x10
<1,0x10
<10
10 2
<10 2
<10
10
60
2,2x10
<10
<10
10
<10
60 <10
<10
<10
3
<10
<10
<10 <10
37190144
<10
<10
10
37190152
2,9x10
<10
36111054
37190179
2
2,6x10
<10
<10
kiemgetal
Staph. aureus kiemgetal
<10 2
<10
<10
3,0x10
<1,0x10
30
<10
2 2
<10
20
<10
1,0x102
<10 2,4x10
<10 3
1,8x102
2
<10
<10 4
Clostridium perf
kiemgetal
Enterobac teriaceae Kiemgetal
<10 <10
3
2,9 10
<10
2
2,0x10
<10 2
<1,0x10
2
<1,0x10
<10 <10
XIV
20 10 <10
<1,0x10
<1,0x10 <1,0x10
2,0x10
<1,0x102
Registratienummer
Totaal
Sporen
Gisten
Schimmels
Bacillus
kiemgetal
kiemgetal
kiemgetal
Kiemgetal
kiemgetal
Enterobac teriaceae Kiemgetal
24885321
1,6x103
1,4x103
<10
50
5,0x102
-----
3,2x103
8,8x102
<10
30
1,0x102
20
2
36110813
2
1,9x10
Project: NDFCM006, oktober 2001
30
<10
1,0x10
kiemgetal
Staph. aureus kiemgetal
Pseud spp kiemgetal
<10
20
<1,0x102
<1,0x102
<10
<10
<1,0x102
<1,0x102
<10
XV
Clostridium perf
<10
2
1,0x10
<1,0x102