Jaargang 3, Nummer 1
December 2012
MF[C]MP News Redactioneel
In dit nummer: Redactioneel
1
Thema-artikel De wetgeving op de overheidsopdrachten in een notendop aan de hand van 10 vragen
2
Klinische farmacie: Indicatoren voor de kwantitatieve rapportering over de toepassing van Klinische Farmacie
5
Medicatieveiligheid: Eerste week van de medicatieveiligheid in het Koningin Elisabeth Instituut
8
“Liever slikken dan prikken” Een campagne in het AZ St Maarten, Mechelen
10
Algemene informatie: PharmaFormulary
12
Farmacovigilantie Interessante links Aankondigingen
14
In 2012, heeft het Netwerk van MFC zich geïnvesteerd in onder meer de opvolging van de projecten klinische farmacie, waarvan de Clinicamp het hoogtepunt was. We merken een interessante evolutie in de ontwikkeling van de klinische farmacie in de ziekenhuizen die deelnemen aan het nationaal pilootproject. In een volgende fase is een bredere toepassing van klinische farmacie binnen het ziekenhuis met het accent op communicatie en kwaliteitsmeting een bijzonder aandachtspunt. We hopen zo een stevige basis te creëren voor een algemene toepassing van klinische far m aci e i n al l e B e l g i sch e instellingen. In de rubriek “klinische farmacie” introduceren we alvast de aanpak over het gebruik van nuttige indicatoren voor het meten van de impact van de activiteiten op de kwaliteit van de zorg. Maar, we beginnen met een artikel over de wet op de overheidsopdrachten. De uitvoeringsbesluiten van de aangepaste wetgeving worden al een tijdje verwacht en enkele onzekerheden blijven bestaan. We doorlopen nog eens enkele elementen betreffende het uitvoeren van een publieke aanbesteding door een ziekenhuis aan de hand van 10
relevante vragen. Patiëntveiligheid heeft meer en meer een belangrijke plaats binnen de zorg in het ziekenhuis, met “medicatieveiligheid” als één van de hoofdthema’s. We hebben het genoegen om twee initiatieven in het kader van medicatieveiligheid te kunnen voorstellen. «PharmaFormulary» en “farmacovigillantie” zijn initiatieven die al enkele jaren bestaan en we zijn overtuigd van hun belang. Daarom vindt u in deze nieuwsbrief informatie over deze activiteiten. Per artikel wordt er een contactadres vermeld indien u bijkomende informatie wenst over het onderwerp. We zijn nog steeds op zoek naar actieve medewerkers (artsen, verpleegkundigen, apothekers) om ons te ondersteunen bij het realiseren van initiatieven omtrent het beheer van geneesmiddelen in het ziekenhuis. Bent u geïnteresseerd, aarzel dan niet het secretariaat van het Netwerk MFC te contacteren (mfc(mfc -
[email protected] / 02/524.85.76).
We wensen u veel leesplezier en een prettig nieuwjaar. H. Robays, R. Degives Voorzitters Netwerk van Medisch-farmaceutische comités
MF[c]MP News
Thema artikel
DE WETGEVING OP DE OVERHEIDSOPDRACHTEN OVERHEIDSOPDRACHTEN IN EEN NOTENDOP AAN DE HAND VAN 10 VRAGEN Netwerk van Medisch-farmaceutische comités - Apr. J. Swartenbroekx Contact:
[email protected]
1. Is de Wet op de overheidsopdrachten (WOO) van toepassing op alle ziekenhuizen en vanaf wanneer? De WOO is van toepassing op alle ziekenhuizen, privé of openbaar. Alle ziekenhuizen vallen immers onder de definitie van aanbestedende overheid: hun juridische entiteit is een rechtspersoon, ze vervullen een functie van openbaar nut en zijn niet bedoeld om winst te genereren, en tenslotte worden ze voor meer dan de helft door de overheid gefinancierd en door de overheid gecontroleerd. Voor bedragen boven de Europese drempel van 200.000€ zijn de ziekenhuizen nu reeds verplicht om de WOO toe te passen. Voor bedragen onder de Europese drempel moeten de uitvoeringsbesluiten in een KB gepubliceerd worden. Die publicatie is al een aantal keren van datum veranderd. Op dit ogenblik voorziet men de publicatie in het voorjaar van 2013.
2. Bepaalt de WOO hoe het onderwerp van de opdracht moet gedefinieerd worden? De WOO bepaalt niet hoe een onderwerp van een opdracht moet afgebakend of samengesteld worden. De aanbestedende overheid bepaalt zelf wat het onderwerp van de opdracht is. De enige beperking hierin is dat een opdracht niet in verschillende delen mag opgesplitst worden om op die manier onder de drempels van de Belgische of Europese publicatie te blijven. Vermits het aantal geneesmiddelen en steriele medische hulpmiddelen in elk ziekenhuis immens hoog is, is het niet mogelijk om per geneesmiddel of steriel medisch hulpmiddel een apart dossier samen te stellen. In praktijk zal men per opdracht een groep van geneesmiddelen of steriele medische hulpmiddelen samenstellen op basis van farmacologische groepen, toepassingsgebied, logische samenhang, gebruikersgroep, enz.
3. Moeten alle geneesmiddelen en alle steriele medische hulpmiddelen via aanbesteding of offerteaanvraag aangekocht worden? Geldt dit ook voor geneesmiddelen die nog in patent zijn, en waarvoor geen concurrentie bestaat ? In principe moeten alle geneesmiddelen en steriele medische hulpmiddelen aangekocht worden volgens de wetgeving op de overheidsopdrachten, maar dat betekent niet dat alles via een aanbesteding of offerteaanvraag moet gepubliceerd worden. Voor dossiers waarvan het totale bedrag minder dan 5000€ bedraagt, is de aanbestedende overheid vrij om zijn leverancier te kiezen. Voor dossiers met een bedrag lager dan 67.000€ (85.000€ in het nieuwe KB) is het voldoende om een offerte te vragen aan minstens 3 bedrijven. In dat geval wordt de onderhandelingsprocedure toegepast zoals voorzien in de WOO. Enkel voor dossiers boven 67.000€ (85.000€ in het nieuw KB) of boven 200.000€ moet gepubliceerd worden in respectievelijk het Belgisch Bulletin de Aanbestedingen of in het Publicatieblad van de Europese Unie. Ook voor geneesmiddelen die nog onder patent zijn, moet de WOO toegepast worden. Omdat het om een monopoliepositie gaat, is het toegestaan om ook hier een onderhandelingsprocedure op te starten, en is het niet nodig om te publiceren, ook al is het bedrag boven de drempel van 67.000€ of 200.000€. Het contract kan voor maximum 4 jaar vastgelegd worden, maar het is verstandiger om het contract niet langer te laten lopen dan de monopoliepositie duurt, omdat nadien de concurrentie kan gaan spelen. Pagina 2
►►►
Jaargang 3, Nummer 1
Thema artikel
4. Wat is het verschil tussen een aanbesteding en een offerteaanvraag? Bij een aanbesteding is het enige gunnigscriterium de prijs. Bij de opening van de offertes worden de prijzen bekend gemaakt, en zal de laagste prijs de opdracht toegewezen krijgen. Bij een aanbesteding is het belangrijk om de technische specificaties tot in het detail te beschrijven opdat het gewenste product kan bekomen worden. Bij een offerteaanvraag kan men naast het criterium prijs ook andere kwalitatieve criteria toevoegen. Alle criteria moeten op voorhand in het bestek worden opgenomen en toegelicht. Voor elk criterium moet op voorhand het gewicht in de beslissing worden opgegeven. Bij opening van de offertes wordt nagegaan of de meetstaat aanwezig is en getekend is. Prijzen worden niet bij de opening bekend gemaakt, omdat de keuze ook door de andere kwalitatieve criteria bepaald wordt. De gunning gebeurt op basis van de beste verhouding prijs-kwaliteit. Het is dus niet noodzakelijk dat het goedkoopste product zal gegund worden.
5. Wat zijn selectiecriteria? Selectiecriteria zijn de criteria die de aanbestedende overheid aan de leverancier oplegt. Dat zijn criteria die de juridische situatie en de economische en financiële draagkracht van de inschrijver omvatten. Onder selectiecriteria kan ook de technische bekwaamheid van de inschrijver vallen. Technische bekwaamheid kan zijn dat het geneesmiddel door het FAGG moet geregistreerd zijn, of dat het steriel medisch hulpmateriaal moet genotificeerd zijn, of dat het product door het RIZIV op de een of andere wijze vergoed wordt.
6. Wat zijn gunningscriteria? Gunningscriteria zijn criteria waaraan het product moet voldoen, en dienen als basis om op een gemotiveerde wijze een keuze te kunnen maken. Prijs is een verplicht gunningscriterium, en komt voor in de aanbesteding en de offerteaanvraag. In een offerteaanvraag kunnen naast prijs ook nog andere gunningscriteria opgenomen worden. Welke en aantal gunningscriteria met welk gewicht, is volledig vrij in te vullen door de aanbestedende overheid. Gunningscriteria moeten zo opgesteld worden dat ze de behoefte van de aanbestedende overheid precies bepalen, zodat op het einde van het proces gegund wordt voor een product dat aan de behoefte voldoet. Als de gunningscriteria slordig en onvoorbereid in het lastenboek worden opgenomen, zou de aanbestedende overheid wel eens moeten gunnen voor een product dat niet voldoet aan de behoefte, of wordt er niet gegund en moet de procedure opnieuw worden opgestart. Bij het opstellen van gunningscriteria moet de aanbestedende overheid voor ogen houden dat concurrentie mogelijk blijft. Gunningscriteria mogen niet zo opgesteld worden dat slechts 1 inschrijver aan de vraag kan voldoen.
7. Wat met de therapeutische vrijheid van de voorschrijver? De WOO druist niet in tegen de therapeutische vrijheid van de voorschrijver. De WOO zal er wel toe leiden dat geneesmiddelen en steriele medische materialen gestandaardiseerd worden. De keuze voor standaardisatie kan besproken worden in het Medisch-farmaceutisch Comité (MFC) en het Comité Medisch Materiaal (CMM). Daar overleggen de verschillende gebruikers, artsen, apothekers en verpleegkundigen, in alle vrijheid welke producten nodig zijn. In functie van de behoeftebepaling en de keuzes op het MFC of CMM zal een lastenboek opgesteld worden. Indien voor een bepaalde individuele patiënt op gemotiveerde wijze moet afgeweken worden van de standaard, is dat mogelijk. In functie van het bedrag en de drempels kan de aanbestedende overheid een bestelling plaatsen bij een leverancier, of een offerte vragen bij 3 leveranciers en een onderhandelingsprocedure opstarten. ►►► Pagina 3
MF[c]MP News
Thema artikel
8. Wat zijn CPV codes en waar kan ik die terug vinden? CPV staat voor common procurement vocabulary en is een classificatiesysteem om de verschillende artikels in een cijfercode van 8 cijfers en een controlecijfer te benoemen. Voor Europese publicaties moet die code mee in de publicatie worden opgenomen, zodat het voor de mogelijke inschrijvers duidelijk is over welk product het gaat. De CPV code laat toe om in zoekmachines gericht naar publicaties van producten te gaan zoeken. CPV codes zijn terug te vinden op verschillende websites en in de softwareprogramma’s die het proces van de WOO ondersteunen. Farmaceutische producten vallen onder de groep 336 en hebben als CPV code 33600000-6. Er kan verder in detail gegaan worden: zo hebben antibiotica voor systemisch gebruik CPV code 33651100-9.
9. Zijn de lopende contracten nog geldig als het nieuwe KB op de WOO gepubliceerd wordt? Lopende contracten waarvan het totaalbedrag niet groter is dan 200.000€ zijn nog steeds geldig als de nieuwe uitvoeringsbesluiten gepubliceerd worden. De aanbestedende overheid moet er wel rekening mee houden dat de duur van de contracten niet onbeperkt kan zijn. Redelijkerwijs zouden de contracten maximaal 4 jaar mogen duren.
10. Waar kan ik meer informatie over de WOO vinden? Er zijn verschillende websites met informatie over de WOO terug te vinden. Daarnaast zijn er ook boeken met uitgebreide en gedetailleerde informatie. En ten slotte zijn verschillende consultants actief in het domein van de WOO. Publicatie Luc Westhovens, Kluwer zakboekje 2011 overheidsopdrachten wet van 1993, uitgeverij Kluwer, ISBN 978-90-4652-546-3. Enkele websites: http://publications.europa.eu/index_nl.htm van de Europese Unie http://16procurement.be/nl van de FOD Kanselarij van de Eerste Minister http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2008:074:0001:0375:EN:PDF voor de CPV codes
Pagina 4
MF[c]MP News
K
l
i
n
i
s
c
h
e
f
a
r
m
a
c
i
e
INDICATOREN VOOR DE KWANTITATIEVE RAPPORTERING OVER DE TOEPASSING VAN KLINISCHE FARMACIE Netwerk Medisch-farmaceutische comités - M. Dhoore Contact:
[email protected]
Vanuit het Netwerk Medisch-farmaceutische comités (MFC) wensen we de impact van klinische farmacie op de farmaceutische zorg op een meer kwantitatieve manier zichtbaar te maken aan de hand van domeinspecifieke indicatoren. Omdat het niet gemakkelijk is om de kwaliteit van farmaceutische zorg te meten, er zijn immers veel parameters en beïnvloedende factoren, is het belangrijk om betrouwbare indicatoren te hanteren. Het is de bedoeling om te groeien naar een standaardset van indicatoren per specifiek project klinische farmacie. Op basis van de rapportering van deze indicatoren, kan de toepassing en de inbedding van het project in het ziekenhuis, door de FOD Volksgezondheid en door het deelnemend ziekenhuis, longitudinaal op een gestandaardiseerde manier worden opgevolgd. We verduidelijken dit aan de hand van enkele voorbeelden. Uniforme en overkoepelende indicatoren, onafhankelijk van de concrete inhoudelijke invulling van elk project, worden later nog gedefinieerd. Enkele definities Een indicator is een meetbaar fenomeen (meestal een getal) dat een signalerende functie heeft. Wijkt een indicator af van een afgesproken norm dan is bijsturing mogelijk. Bij indicatoren gaat het meestal om een percentage of ratio, waarbij er een teller en een noemer is. is Betrouwbare indicatoren zijn bijna altijd gekoppeld aan de registratie van gegevens. Een parameter is een veranderlijke grootheid zoals tijd, kosten e.d., waardoor de impact beïnvloed wordt. Een factor is een omstandigheid die invloed op de uitslag van iets uitoefent, een medebepalend element, bijvoorbeeld de menselijke factor. Longitudinaal onderzoek is onderzoek waarbij op steeds dezelfde manier op verschillende tijdstippen, herhaaldelijk metingen plaatsvinden om een ontwikkeling in kaart te brengen.
Bespreking Per pilootproject is het de bedoeling om één of meerdere projectspecifieke indicatoren op te stellen. We maken hierbij onderscheid tussen structuur-, resultaats- en procesindicatoren. De structuurindicator meet elementen van de voorzieningsstructuur die het project mogelijk maken. Structuurindicatoren zijn bijvoorbeeld 'het aantal apothekers of apothekersassistenten in verhouding tot het aantal patiënten, het aantal gescreende therapiebladen’ of het aantal gecoverde diensten’.
Structuurindicatoren geven informatie over de organisatie en logistiek van een systeem en//of de omstandigheden geschikt zijn om de gewenste zorg te leveren. Structuurindicatoren zijn interessant om bijvoorbeeld 2 projecten te vergelijken die inhoudelijk hetzelfde zijn.
►►►
Pagina 5
MF[c]MP News
De resultaatsindicator meet het gewenste (of ongewenste) resultaat van het specifieke project. Een resultaatsindicator voor een project rond IVPO switch is bijvoorbeeld ‘het aantal geswitchte voorschriften voor quinolones//het aantal gescreende voorschriften voor quinolones’ (uiteraard kan ook het aantal nietgeswitchte voorschriften in kaart gebracht worden, wat een resultaatsindicator is voor ‘ongewenst’ resultaat). Resultaatsindicatoren richten zich op de uitkomsten (product - effect) van zorg. De resultaatsindicatoren moeten evenwel voorzichtig geïnterpreteerd worden door de FOD Volksgezondheid en door de andere deelnemende ziekenhuizen die zich willen benchmarken, in het bijzonder wanneer de resultaten beïnvloed kunnen worden door factoren waar de voorziening geen vat op heeft of die eigen zijn aan het project. In het kader van de hierboven gedefinieerde resultaatsindicator voor een project IVPO switch zal de uitkomst van de indicator bijvoorbeeld lager zijn indien veel patiënten van intensieve zorgen worden gescreend (die bv. sondevoeding krijgen en bij wie een quinolone niet zo gemakkelijk kan geswitcht worden) of waarbij veel patiënten met absorptieproblemen worden gescreend (ook geen
switch mogelijk). Dit kan per project ook als randbemerking worden meegenomen (onder ‘factoren die de resultaatsindicatoren kunnen beïnvloeden’), zodat correct kan vergeleken worden voor deelnemende ziekenhuizen die werken rond hetzelfde thema, rekening houdend met deze interfererende factoren. Een procesindicator brengt de acties in kaart waardoor het bovenvermelde resultaat of de bovenvermelde resultaatsindicatoren worden bekomen. Bijvoorbeeld, opnieuw in het kader van IV PO switch zijn het ‘aantal gescreende voorschriften//totaal aantal opgestelde voorschriften op de diensten waar het project loopt’, of ‘het aantal gescreende medicatielijnen// totaal aantal voorgeschreven medicatielijnen op de diensten waar het project loopt’ voorbeelden van procesindicatoren. Procesindicatoren meten dus aspecten van een activiteit van farmaceutische zorg (op directe of indirecte manier). Procesindicatoren zijn geschikt wanneer er een sterk verband tussen het proces van de zorgverlening en het resultaat daarvan bestaat.. Een ander voorbeeld : zie verder
Besluit De indicatoren worden gebruikt voor kwaliteitstoetsing. kwaliteitstoetsing Door te meten en te vergelijken komt vast te staan of men aan de gestelde criteria of doelen voldoet. De resultaten kunnen een aanleiding zijn om het betreffende proces te verbeteren of te herontwerpen. Zijn de gestelde criteria gehaald dan is het betreffende proces te borgen. Indicatoren vormen een essentieel onderdeel van een modern sturingssysteem. sturingssysteem Men kan op vier domeinen sturen: professioneel, organisatorisch, satisfactie en financiële resultaten. Zo kunnen we verantwoording afleggen van de realisaties aan de overheid en de directies van de instellingen. Het Netwerk MFC heeft de indicatoren, zoals vermeld in de activiteitenverslagen 2011, van de 54 deelnemende ziekenhuizen aan het nationaal pilootproject klinische farmacie verzameld en geanalyseerd. Deze grafieken geven alvast een kort overzicht van deze analyse.
Pagina 6
Jaargang 3, Nummer 1
Een PRAKTISCH VOORBEELD: VOORBEELD: ‘de medicatie-anamnese op spoedgevallen’. Het aantal bijkomende medicatielijnen of het aantal discrepanties t.o.v. de anamnese die al gebeurde door de spoedarts of verpleegkundige is het resultaat van het project. De anamnese door de apotheker of apothekersassistent wordt hierbij beschouwd als standaard. Er wordt ook getelefoneerd met de huisarts en thuisapotheker binnen dit project om de anamnese zo volledig mogelijk op te stellen.
TELLER Structuur indicator
Resultaats indicator
NOEMER
BEïNVLOEDENDE FACTOREN
Aantal VTE apotheker/ assistent
Aantal bevraagde patiënten
NVT
Aantal VTE apotheker/ assistent
Aantal opgenomen patiënten op spoedgevallen
NVT
Aantal minuten gespendeerd aan de medicatiehistoriek
Aantal bevraagde patiënten
NVT
Aantal gepleegde telefoontjes
Aantal bevraagde patiënten
NVT
Aantal bijkomende medicatielijnen
Aantal medicatiehistorieken
•
•
•
•
Aantal bijkomende medicatielijnen Aantal discrepanties Proces indicator
Aantal gedocumenteerde medicatiehistorieken
Totaal aantal gedocumenteerde lijnen Aantal medicatiehistorieken
Stand aard gebruik van de “medicatiezak” of andere procedures waarbij elke patiënt al gestructureerd zijn medicatie heeft gedocumenteerd bij opname op spoedgevallen (maakt de opbrengst van de resultaatsindicator potentieel lager). Duidelijke en continue documentatie van thuismedicatie in het patiëntendossier (maakt de opbrengst van de resultaatsindicator potentieel lager). Project enkel toegepast op hoog risico patiënten waarbij kans op ontdekken van discrepanties hoger is (maakt de opbrengst van de resultaatsindicator hoger). Type discipline (chirurgie versus interne geneeskunde rekening houdend met bestaffing en turnover van patiënten) die de initiële medicatie -anamnese heeft uitgevoerd, kan de kans op hogere discrepanties verklaren.
Idem als hierboven
Idem als hierboven
Aantal opgenomen patiënten op spoedgevallen Pagina 7
Hewlett-Packard Company MF[c]MP News
M
e
d
i
c
a
t
i
e
v
e
i
l
i
g
h
e
i
d
EERSTE WEEK VAN DE MEDICATIEVEILIGHEID IN HET KONINGIN ELISABETH INSTITUUT Apr. Bianca Van haute, Koningin Elisabeth Instituut, Oostduinkerke Contact voor meer informatie:
[email protected]
Waarom een Medicatieveiligheid’ ?
‘Week
van
de
Zorg voor de medicatieveiligheid is de verantwoordelijkheid van elke apotheker. Maar vooral in het ziekenhuis is het gehele proces van het voorschrijven tot de toediening van medicatie een uiterst complexe bezigheid. Tijdens hospitalisatie zijn meerdere zorgverleners betrokken bij het medicatieproces. Het voorschrijven gebeurt door de behandelende arts, de distributie door het apotheekpersoneel en de toediening door de verpleegkundigen. De opzet van ons project was medicatieveiligheid onder de aandacht te brengen en bespreekbaar te maken, enerzijds bij de zorgverleners en anderzijds bij de patiënt zelf.
Aankondiging en bekendmaking van het project De aankondiging van onze projectweek gebeurde aan de hand van een 20-tal affiches waarop personeelsleden van elke discipline afgebeeld staan, de titel van de affiche is ‘Slik geen medicatiefouten’. Dit werd tevens gepubliceerd op onze website www.kei.be (rubriek “nieuws”) en op onze Facebookpagina. De aankondiging werd een ludiek evenement en miste zijn opzet niet: het thema ‘medicatieveiligheid’ werd ziekenhuisbreed bespreekbaar. Incidentenmeldingen Elke medewerker in KEI heeft de mogelijkheid om, al dan niet anoniem, een incident of bijna incident te melden. Op woensdag 5 september startte de projectweek met elke verpleegdienst afzonderlijk feedback te geven van de incidentmeldingen. Er werd gevraagd om gedurende de week van de medicatieveiligheid alle (bijna) incidenten met betrekking tot medicatie te melden. Er werd tevens per dienst gevraagd een actieplan op te maken voor de komende week met betrekking tot medicatieveiligheid: wat zijn de aandachtspunten gedurende de komende week om medicatiefouten te voorkomen? Pagina 8
Enkele voorbeelden: extra aandacht voor spreiding van (pijn)medicatie, extra aandacht tijdstip inname (vb. vóór de maaltijd), extra aandacht voor stoppen van zalven en crèmes, …
Opleiding Op regelmatige tijdstippen wordt aan de verpleegkundigen en andere geïnteresseerde zorgverstrekkers uit KEI de mogelijkheid geboden om specifieke opleiding met betrekking tot medicatie te volgen. Op donderdag 6 en dinsdag 11 september organiseerden we 2 parallelle opleidingsdagen. In totaal werden 16 opleidingssessies gegevens, 4 sessies door onze eigen ziekenhuisapotheker en 12 sessies door vertegenwoordigers. Geïnteresseerde personeelsleden konden kiezen tussen een volledige dag opleiding of om bepaalde opleidingen te volgen. In totaal volgenden 41 verschillende personeelsleden minstens één (maar meestal meerdere) sessies.
Patiënt en medicatieveiligheid We zijn overtuigd dat naast de zorgverstrekkers ook de patiënt zelf (en zijn familie) een belangrijke schakel is in het medicatiegebeuren. Er werd een patiëntenbrochure en poster gemaakt met 6 tips hoe de patiënt actief kan meewerken om het geneesmiddelengebeuren veilig(er) te laten verlopen. Elke patiënt kreeg een brochure overhandigd tijdens onze projectweek.
Actiepunt na ‘Week van de Medicatieveiligheid’ Naar aanleiding van de gesprekken met de verpleegkundigen, het verpleegkundig middenkader en directie gedurende onze projectweek, moesten we constateren dat we volgens de huidige veiligheidsnormen tekortschieten wanneer het op patiëntenidentificatie aankomt. Daarom zijn we héél snel, reeds op 29/10/2012, gestart met identificatie armbandjes, op heden zijn 2 afdelingen in test. Het is de bedoeling om dit zo snel mogelijk ziekenhuisbreed te implementeren, na keuze van de best bevonden armbandjes.
Jaargang 3, Nummer 1
Patiëntenbrochure
Besluit Om de medicatieveiligheid en dus ook de patiëntveiligheid in onze instelling te verhogen, organiseerden we voor het eerst een ‘Week van de Medicatieveiligheid’. De doelstelling van deze week was om alle medewerkers, maar ook de patiënt zelf, bewuster te maken van de manier waarop er omgegaan wordt met medicatie. Dit vereist de medewerking van zowel directie, alle zorgverleners, patiënten alsook hun familie. Onze ‘Week van de Medicatieveiligheid’ werd door alle partijen enorm geapprecieerd en zonder er echt bij stil te staan, begon iedereen spontaan te spreken over ‘De eerste week van de Medicatieveiligheid’. Wordt dus vervolgd …!
Poster
►►► Pagina 9
MF[c]MP News
“LIEVER SLIKKEN DAN PRIKKEN” Apr. Liesbeth Cluckers, AZ Sint Maarten, Mechelen Contact:
[email protected] In ziekenhuizen wordt vaak de voorkeur gegeven aan een intraveneuze medicatietherapie. Maar dit is niet altijd even noodzakelijk. Daarom startte de apotheek van het AZ SintSint-Maarten begin mei met de campagne ‘Liever slikken dan prikken’. De afgelopen jaren zijn er meer en meer perorale geneesmiddelen op de markt met een goede biologische beschikbaarheid. Dit betekent dat het oraal geneesmiddel een voldoende hoge concentratie actief bestanddeel in het serum bekomt, en een minimum aan ongewenste effecten veroorzaakt. Hierdoor kan men onder bepaalde omstandigheden een intraveneuze therapie omschakelen naar een perorale therapie of zelfs initieel starten met perorale therapie, zonder te raken aan het therapeutische effect. Waarom switchen? Omzetting van intraveneuze therapie naar orale therapie kan wanneer de patiënt stabiel is en kan eten, maar gebeurt steeds op advies van de arts. Medicatie die in aanmerking komt voor switch therapie zijn onder andere antibiotica, analgetica, antipsychotica en antivirale middelen. Een perorale therapie kent vele voordelen ten opzichte van een intraveneuze therapie. Deze laatste heeft een hoger risico op infecties, die aanleiding kunnen geven tot een langere hospitalisatieduur, verminderde mobiliteit en daarenboven heeft intraveneuze therapie een beduidend hoger kostenplaatje. Sinds het invoeren van de geneesmiddelenforfait wordt een optimaal gebruik van geneesmiddelen in het ziekenhuis beoogt. Door het voortdurend dalen van deze forfait, is elk ziekenhuis genoodzaakt maatregelen te nemen om een gezond evenwicht te bewaren. Daardoor wordt door de directie en het Medisch-farmaceutisch Comité naar initiatieven gevraagd om uitsluitend een optimaal gebruik van geneesmiddelen te bekomen. Hoe doen we dat in het AZ Sint Maarten? Vanuit de apotheek en de Antibiotherapiebeleidsgroep werd daarom een campagne rond een IV/PO switch van antibiotica voorgesteld. Pagina 10
De klinische farmacie werd erbij betrokken en het project werd ‘Liever slikken dan prikken’ gedoopt. In eerste instantie ligt de focus vooral op het verantwoord gebruik van anti-infectieuze middelen. Daarom werkte de Antibiotherapiegroep in samenwerking met klinische farmacie een handige steekkaart uit voor de artsen en verpleegkundigen. Deze steekkaart bevat een tabel met de meest voorkomende anti-infectieuze middelen met hun gebruikelijke dosering, posologie en kostprijs in zowel de intraveneuze als de perorale vorm. Bijkomend is er een overzicht van relevante interacties van orale antimicrobiële middelen met voedsel, kationen en antacida toegevoegd. Hiervan werd ook een poster gemaakt. Om de campagne kracht te geven werd het project voorgesteld op de medische di ensthoofdenv erg aderi ng en op de hoofdverpleegkundigenvergadering. Op vraag van enkele hoofdverpleegkundigen werd het project ook nog verder uitgediept op een aantal dienstvergaderingen. Overal werd dit zeer positief onthaald en stond men open voor deze campagne. Velen waren zich niet bewust van het grote prijsverschil tussen intraveneuze therapie en zijn orale variant. Ook was er zeer weinig geweten over interacties van antibiotica met voedsel, kationen en antacida. Hier zullen we in een volgend stadium van het project zeker verder op ingaan. In mei 2012 werd vervolgens door de apotheek de campagne ‘Liever slikken dan prikken’ in heel het ziekenhuis gelanceerd. Onze huiscartoonist en tevens arts in dit ziekenhuis, maakte een leuke cartoon wat meteen het logo van de campagne werd. Elke maand wordt het antibioticaverbruik opgevolgd en vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Het antibioticaverbruik wordt uitgedrukt in DDD (Daily Defined Dose) om een correcte vergelijking te kunnen maken.
Jaargang 3, Nummer 1
Resultaat Een half jaar na de eerste sensibiliseringscampagne is er een duidelijke daling te merken in het gebruik van intraveneuze anti-infectieuze middelen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Niet alleen is het gebruik van anti-infectieuze middelen gedaald, maar is ook de proportie van de middelen die intraveneus worden toegediend, gedaald. Op termijn hopen we ook een daling van katheter-gerelateerde infecties te kunnen vaststellen. In 2013 willen we de campagne verder uitbreiden naar andere intraveneuze geneesmiddelen zoals analgetica, en willen we een eerste aanzet maken naar duidelijke richtlijnen rond pletmedicatie.
Poster Steekkaart
Pagina 11
MF[c]MP News
A
l
g
e
m
e
n
e
i
n
f
o
r
m
a
t
i
e
PHARMAFORMULARY Christophe Noel, Renée Mathieu -- Association des Pharmaciens Hospitaliers Contacten:
[email protected];
[email protected];
[email protected]
PharmaFormulary is een software voor het beheren en bewerken van het geneesmiddelenformularium van het ziekenhuis. Deze software laat toe om, na de selectie van de geneemiddelen uit uw formularium, deze ter beschikking te stellen onder vorm van een papieren formaat, door middel van html-pagina’s, maar vooral een formaat om het formularium te kunnen publiceren via het Intranet van uw instelling.
geneesmiddelen in Pharmaformulary. Men dient dan enkel manueel de niet herkende CNK-codes te selecteren en eventuele andere producten toe te voegen zoals magistrale bereidingen, ingevoerde producten, enz.
De originele gegevensbank van het BCFI (het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium) werd dankzij de medewerking van ziekenhuisapothekers uitgebreid met geneesmiddelen voor een specifiek gebruik in het ziekenhuis (infusen).
Onze collega, R. Mathieu, maakt deel uit van het redactiecomité van het BCFI. Zij stelt de introductieteksten op van de specifieke hoofdstukken met betrekking tot het ziekenhuis vermeld in de categorie van "bloedsubstituten en infusievloeistoffen" en zij is betrokken bij de integratie van nieuwe geneesmiddelen in deze categorieën.
Al sinds enkele jaren tracht PharmaFormulary een geactualiseerde gegevensbank te publiceren. Dit jaar blijkt het te lukken, we hebben namelijk al vier maal een update gepubliceerd (februari, juni, september en onlangs in december 2012). We herinneren nog even dat nieuwe gebruikers de lijst met geneesmiddelen van het formularium onder vorm van CNK (Nationaal Kodenummer) kunnen doorsturen. Vervolgens sturen we de aangepaste gegevens terug met de geïntegreerde selectie van
De verschillende elementen (software, update en documentatie) kunnen gedownload worden via http://www.afphb.be/doc/afphb/farfor/premch.asp
Om de publicatie te kunnen verzekeren van relevante teksten rekenen we op de medewerking van alle gebruikers. Hebt u opmerkingen en suggesties betreffende deze teksten, aarzel niet deze door te sturen naar
[email protected] of
[email protected]
FARMACOVIGILANTIE Nele Maenhaut, Jamila Hamdani Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten Contact:
[email protected]
Farmacovigilantie of geneesmiddelenbewaking maakt deel uit van de dagelijkse praktijk van de gezondheidszorgbeoefenaars (arts, apotheker, tandarts, verpleeg- en vroedkundige). Vooraleer een geneesmiddel wordt gecommercialiseerd, worden uitgebreide klinische studies uitgevoerd. Deze hebben beperkingen wegens hun korte duur en hun strikte en gestandaardiseerde omstandigheden waardoor de kennis van het veiligheidsprofiel van het geneesmiddel beperkt is. Pagina 12
Eenmaal gecommercialiseerd wordt het geneesmiddel door een heterogene groep (bv. met belangrijke comorbiditeit en comedicatie) gebruikt, in reële omstandigheden en soms door miljoenen patiënten gedurende meerdere jaren. Sommige zeldzame of laattijdig optredende bijwerkingen worden vaak pas dan gedetecteerd. Dit illustreert de noodzaak van het melden van bijwerkingen wanneer het geneesmiddel gecommercialiseerd is.
Jaargang 3, Nummer 1
Gezondheidszorgbeoefenaars kunnen bijwerkingen melden aan de Afdeling Vigilantie van het federaal a g e n t s ch a p v o o r g e n e e s mi d d e l e n e n gezondheidsproducten via www.gelefiche.be of via de papieren versie in het Gecommentarieerd Geneesmiddelen-repertorium of de Folia Pharmacotherapeutica. Voor de oudere geneesmiddelen ligt de klemtoon op de ernstige, onverwachte en verdachte bijwerkingen en bijwerkingen bij de kwetsbare bevolkingsgroepen, vaccins, overschakelen van een geneesmiddel naar een ander, verkeerd gebruik, misbruik, medicatiefout of professionele blootstelling. Voor de nieuwere geneesmiddelen (black triangle drugs), is de veiligheidskennis beperkt en is het melden van alle bijwerkingen belangrijk. Het beschikken over meer meldingen van goede kwaliteit kan bijdragen tot het vroegtijdig detecteren
van signalen of eventueel een bevestigde bijwerking met herziening van de baten-risicoverhouding van het geneesmiddel en, indien nodig, het nemen van reglementaire maatregelen (bv. communicatieve maatregelen, aanpassing van de bijsluiter of het afleveringsstatuut). Voor de gezondheidszorgbeoefenaar helpt een goede kennis van het veiligheidsprofiel van het geneesmiddel om bijwerkingen vroegtijdig te herkennen en de gevolgen ervan voor de patiënt te beperken. Een selectie van recente mededelingen betreffende farmacovigilantie uit diverse (inter)nationale bronnen wordt driemaandelijks gepubliceerd in de VIGVIG-NEWS, raadpleegbaar op www.fagg.be. Deze nieuwsbrief is bestemd voor alle gezondheidszorgbeoefenaars en wordt o.a. gebruikt door Medisch-farmaceutische comités in sommige ziekenhuizen.
Pagina 13
Jaargang 2, Nummer 1
Interessante links Nationaal • Belgian Antibiotic Policy Coordination Committee • Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische Informatie • Belgisch Centrum voor Geneesmiddelenbewaking • Belgisch Staatsblad • Belgische Vereniging van Ziekenhuisapothekers • E-Health Platform • Federaal Agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten • FOD Volksgezondheid • Hoge Gezondheidsraad • Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg • Netwerk van Comités Medisch Materiaal • Orde der apothekers • Orde der geneesheren • Patiëntveiligheid (FOD Volksgezondheid) • Rijksinstituut voor ziekte en invaliditeitsuitkering • Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid
www.health.belgium.be/antibiotics www.bfci.be www.gelefiche-fichejaune.be www.ejustice.just.fgov.be/cgi/welcome.pl www.hospitalpharmacistbelgium.eu www.ehealth.fgov.be www.fagg-afmps.be www.health.belgium.be www.health.belgium.be www.kce.fgov.be www.com-mm.be www.ordredespharmaciens.be www.ordomedic.be www.patient-safety.be www.riziv.be www.wiv-isp.be
Internationaal • European Medicines Agency • Institute for Medication Practices • Wereldgezondheidsorganisatie
www.ema.europa.eu www.ismp.org www.who.int
Aankondigingen Het Netwerk van Comités medisch materiaal organiseren een studiedag op donderdag 28 maart 2013 te Brussel “ Traceren van medische hulpmiddelen: nu of nooit!”. Binnenkort meer informatie op www.com-mm.be.
OPMERKINGEN & SUGGESTIES Opmerkingen en suggesties met betrekking tot MF[c]MP News kunnen worden doorgestuurd naar het secretariaat van het Netwerk MFC.
[email protected]
FOD Volksgezondheid Eurostation II - bureel 1D269 Victor Hortaplein 40 bus 10 1060 Brussel
Pagina 14
[email protected]
℡
0032 (0)2-524.85.76
Informatie kan vrij gedownload worden. Gelieve de bron te vermelden bij het gebruik van deze beschikbare informatie.