Nijmegen, 28 januari 2016 Geachte heer/mevrouw van de NRP Gulden Feniks, We hebben zelf wel de nodige documentatie samengesteld over de renovatie van landgoed Beukenrode maar in plaats van deze met u te delen leek het ons waardevoller om u een beeld te geven van de aandacht die door verschillende media besteed werd aan het project. Dit volgende pagina’s van deze PDF bevatten een kleine greep uit de vele artikelen die de afgelopen jaren over Beukenrode zijn verschenen: - Trouw, ‘Hier komt geen airco. Nooit!’, 9 september 2014 - Herenhuis, ‘De ecologische waarde prevaleert’, 1 maart 2015 - Raam en Deur, ‘Jachthuis Beukenrode, ecologisch restaureren met low tech van toen, 1 juli 2015. Met vriendelijke groet,
Ir. Daan Bruggink Oprichter en architect ORGA architect
8
deVerdieping duurzaamheid & natuur
DINSDAG 9 SEPTEMBER 2014
Trouw
Eendenmossel, eend noch mossel
In het 19de-eeuwse Jachthuis Beukenrode in Doorn wil de bekroonde architect Daan Bruggink lowtech ecologische oplossingen in ere herstellen.
natuurdagboek 9 september 2014
REPORTAGE
endenmossels zien er schelp-achtig uit, maar zijn geen mossels of andere schelpdieren. Het zijn kreeftachtigen, en wel van het rankpotige type. Net als zeepokken hechten ze zich aan rotsen of aan andere harde zeebodems en graaien ze piepkleine voedseldeeltjes uit het water. Ze staan met hun gepantserde lijf stevig op één voet. In Nederland zijn geen rotsen, al kunnen eendenmossels ook dammen als rots gebruiken. Het maakt de rankpotige diertjes niets uit. Ik heb in Ierland eens een met zeewater gevuld viskrat gevonden, met tientallen eendenmossels erin. Ze waren springlevend, al sprongen de aan hun voet vastgehechte wezens niet. In Nederland heb ik maar één keer een eendenmossel gevonden. Een losse. Die lag afgelopen juni op Engelsmanplaat. Hij was waarschijnlijk met knotswier meegelift uit zuidelijke wateren. Op Texel spoelde in mei veel knotswier aan met eendenmossels. Deze zat alleen niet aan wier vast. Hij was
E
onthecht, maar niet ontbonden. Kennelijk was het een verse. Eendenmossels heten zo omdat de mensen vroeger dachten dat het de eieren van rotganzen waren. Dat lees ik in ‘De Rotgans’, het mooie nieuwe boek van Bart Ebbinge. Ze hadden dus ganzenmossels moeten heten. Of vissenmossels, want omdat rotganzen uit eendenmossels voortkwamen, beschouwden de mensen die vogels als vissen. De mensen beschouwden het liefst alle dieren als vissen, omdat ze vis mochten eten tijdens de vasten. Volgens Ebbinge werd de associatie van eendenmossels met rotganzen versterkt doordat de tentakeltjes van de kreeftjes op ganzendonsjes leken. Rotganzen leven aan zee. Ze trekken in de lente naar het noorden en komen in de herfst terug met jongen. Willem Barentsz en Jacob van Heemskerk ontdekten eind zestiende eeuw op Spitsbergen dat rotganzen als echte vogels op echte eieren zaten. KOOS DIJKSTERHUIS
Eendenmossels zijn kreeftachtigen van het rankpotige type.
Bladeren verkleuren en vallen, de herfst rf is weken vroeger rfst De linde, de beuk en de zomereik zijn al aan het kleuren. Hier en daar vallen hun bladeren zelfs al. Eikels en beukenootjes liggen volop op wandelpaden. Ook de esdoorn laat zijn rode najaarspracht volop zien. Dat alles duidt op een zeer vroege herfst, want het gebeurt drie tot vier weken eerder dan normaal, meldt Natuurkalender.nl. Van lindebomen en esdoorns zijn nauwelijks historische gegevens bekend, maar de natuurwebsite stelt wel te beschikken over langdurige herfstwaarnemingen van berk, eik, beuk en witte paardenkastanje. Vijftig jaar geleden begonnen berken pas op 20 september met de herfstkleuring, beuken rond 30 september en de zomereik pas vanaf 6 oktober. Er zijn nu zomereiken waargenomen waarvan ruim de helft van de bladeren al is verkleurd. De Groenmonitor bevestigt deze waarnemingen, stelt Natuurkalender.nl. Deze monitor werkt met satellietbeelden die van elk blokje van 25x25 meter op aarde de groenheid laten zien. De bossen blijken in vergelijking met precies een jaar gele-
den 8 procent minder groen te zijn. Normaal begint de bladkleuring na de eerste nachtvorst. Die heeft zich dit jaar echter nog niet vertoond. Natuurkalender zoekt de oorzaak nu bij de koude augustusmaand gekoppeld aan de vroege start van het groeiseizoen als gevolg van een zachte winter en lente. Augustus telde vier dagen met een minimumtemperatuur onder de 8 graden. Tijdens negen dagen kwam de temperatuur niet boven de 18 graden. Lezers die willen meedoen met waarnemingen van bladverkleuring kunnen zich melden bij Natuurkalender.nl. REDACTIE GROEN
Cokky van Limpt
‘Hier komt geen airco. Nooit.’ Kijk,” zegt architect Daan Bruggink. Hij staat bij de hoofdingang van het Jachthuis op landgoed Beukenrode in Doorn en wijst naar een druiper op de muur, onder de pas geverfde daklijst. “Met synthetische verf zou die druiper niet zijn ontstaan. Maar dit landhuis wordt ecologisch gerestaureerd en dan zijn synthetische verven uit den boze. We werken met de lijnolieverf, die hier oorspronkelijk ook is gebruikt. Lijnolie is eeuwenoud en puur natuur. De schilders hebben van ons instructie gekregen hoe ze verf moeten aanbrengen: langzaam, dun smeren en lang laten drogen. Dat zijn ze niet gewend, zoals je ziet.” Steigers tegen de muur, ‘drie maanden korte klap’ en klaar, is het traditionele scenario in de bouw. “De aannemer dacht dat we bij de restauratie van Beukenrode ook zo te werk zouden gaan,” vertelt Bruggink. “Maar bij een monument kan dat niet. Eerst moet je je grondig verdiepen in de historie van het gebouw: hoe zag het er oorspronkelijk uit, wat is er veranderd, weggehaald, bijgekomen? En ook tijdens de bouw kun je nog bruikbare historische elementen tegenkomen, zoals de oude bakgoten die we achter een boeideel ontdekten en die we weer in ere willen herstellen. Bovendien blijft het feest- en vergadercentrum dat in Beukenrode is gevestigd, gewoon doordraaien. Je kunt moeilijk je gasten drie maanden lang tegen steigers laten aankijken.” Cees Otto, voorzitter van de Sint Augustinusstichting, die het landgoed in eigendom heeft, en Peter van Doorn, manager van het landgoed, zijn ingenomen met de werkwijze van Daan Bruggink. “Toen Daan in het huis rondliep en enthousiast werd toen hij de dikke gietijzeren historische radiatoren zag en de antieke schuiframen, dacht ik: ik geloof in die jongen,” zegt Otto vergenoegd. “We hebben er eerder een traditioneel architect bij gehad en die zei over die radiatoren: ‘weg ermee. We boren gaten in de muur en leggen een warme-luchtinstallatie aan’. Boren in de muren van een monument! Dat willen we natuurlijk niet. Bovendien horen de radiatoren historisch gezien thuis in dit huis. En bezoekers vinden ze prachtig om te zien en lekker heet.” Otto’s stichting wil het landhuis en het omringende landgoed behouden en zoveel moge-
lijk in ere herstellen. Dat betekent voor de hele restauratie: behouden wat er nog is, terugbrengen wat is verdwenen en herstellen wat kapot is. In de loop der jaren is er aan het Jachthuis veel vertimmerd maar uit gebrek aan budget nooit rigoureus, zodat er weinig echt is verpest. Wat bijvoorbeeld behouden blijft, zijn de invlieggaten in muren en onder dakspanten voor de mannetjes van de gewone dwergvleermuis, die hier al sinds jaar en dag hun zomer- en winterverblijf hebben. “We hebben een ecologisch onderzoek laten doen op het landgoed”, vertelt manager Peter van Doorn, waardoor we nu ook weten welke flora en fauna we hier eigenlijk beheren. Dat er vleermuizen waren, wisten we. Dat kun je ook zien aan de poepstreepjes op de muren. Maar dat hier wel zes soorten rondvliegen, wisten we eerder niet.” Het wordt straks goed opletten, dat bij de restauratiewerkzaamheden de gaten niet worden dichtgesmeerd.
Persiennes Verdwenen onderdelen die bij de restauratie terugkeren, zijn onder meer een serre aan de zijkant, en aan de voorzijde van het Jachthuis een veranda met glazen dak en een baldakijn op het platte dak naast het torentje. In dat torentje deed een schilder een leuke vondst. Hij trof er een houten persienne aan, een verticaal zonweringluik dat doet denken aan een saloondeurtje. Persiennes – een oude lowtech oplossing tegen oververhitting in een gebouw – waren in de 19de eeuw erg populair. “Toen we die persienne hadden ontdekt, keken we verder en vonden we in de raamkozijnen ook de oude bevestigingspunten van de luiken. Met deze vondst als voorbeeld laten we nieuwe persiennes maken voor de ramen in de oostelijke en zuidelijke gevel”, vertelt Bruggink enthousiast.
Als een ruimte niet wordt gebruikt, gaan de binnenluiken dicht. Dat scheelt 50 tot 60 procent aan energie.
Trouw
duurzaamheid & natuur deVerdieping
DINSDAG 9 SEPTEMBER 2014
9
Huwen onder de beuk Het 19de-eeuwse rijksmonument Jachthuis Beukenrode op het gelijknamige landgoed in Doorn stamt uit 1872. De familie Kneppelhout liet ‘Nieuw Sterkenburg’, zoals ze het huis noemden, bouwen in neo-renaissancistische stijl met Italiaanse motieven. Hendrik III Copijn, telg uit het beroemde Nederlandse geslacht van tuin- en landschapsarchitecten, kreeg de opdracht het omringende park aan te leggen. Na bijna tachtig jaar particuliere bewoning werd het huis in 1950 een internaat voor moeilijk opvoedbare jongens. In de jaren tachtig van de vorige eeuw nam de Sint Augustinusstichting het beheer van het internaat over van de Broeders van Onze Lieve Vrouwe van Lourdes. Het internaat fuseerde in 2000 met centrum voor jeugdzorg Valkenheide in Maarsbergen, waarheen toen ook de jongens van Beukenrode verhuisden. Het plan om in Beukenrode een expertisecentrum te vestigen voor werkers in de jeugdzorg, mislukte. Sinds 2002 doet het jachthuis dienst als conferentiecentrum en worden er zalen verhuurd voor feesten en partijen, zoals trouwerijen. De traditie van Beukenrode wil dat de huwelijken worden voltrokken onder het ineengestrengelde bladerdak van een oude beuk en eik. Jachthuis Beukenrode in Doorn. Bij de restauratie geldt: behouden wat er nog is, terugbrengen wat is verdwenen en herstellen wat kapot is.
Voor het terras worden nog originele tegels gezocht. De daklijsten van grenenhout zijn na 140 jaar nog niet verrot. Een speelhuisje voor de kinderen wordt ook gerestaureerd. FOTO’S COCKY VAN LIMPT
Wat eveneens terugkeert, is de vroegere, natuurlijke manier van ventileren, zonder zoemende apparaten. “Het ouderwetse hoort bij dit pand. Hier komt geen airco, nóóit”, zegt Van Doorn strijdvaardig. Dat is volgens de architect ook nergens voor nodig, want de oude ‘airco’ zat er gelukkig nog in: schuiframen waarbij het bovenste raam naar beneden kan en het onderste omhoog. Zo kreeg je ventilatie: warme, vieze lucht boven eruit en onder frisse lucht erin. “Het schuifsysteem van de ramen hebben we weer werkend gemaakt en de zware thermopane ruiten, die schuiven onmogelijk maakten, vervangen door gewoon veiligheidsglas. Tussen raam en kozijn hebben we tochtstrips en -borsteltjes aangebracht om energieverlies tegen te gaan.” Maar hoe moet het verder met de energiehuishouding in het gebouw, als die onzuinige radiatoren blijven staan? Voordeel van het jachthuis is volgens Bruggink dat het een compact gebouw is. “En in ruimten die niet worden gebruikt, kunnen de binnenluiken worden gesloten. Uit onderzoek van de Engelse en Schotse monumentenzorg blijkt dat dit het warmteverlies kan verminderen met 50 tot 60 procent. Bovendien gaan we het dak isoleren.” Last but not least pakt Bruggink het energieprobleem aan bij de bron. “De radiatoren worden nu van warm water voorzien door twee gasgestookte cv’s in de kelder. Gas is geen duurzame brand-
stof. Maar het landhuis staat op een 25 hectare groot landgoed met veel bomen. Daarom hebben we besloten in een van de bijgebouwen op het terrein een hout-cv te plaatsen, die gevoed wordt met houtsnippers die vrijkomen bij het onderhoud van het landgoed.”
Balkenwerk Ook verdwijnt er het een en ander. Tapijttegels van parketvloeren bijvoorbeeld, gipsplaten plafonds met piepschuimen sierranden, die het oorspronkelijke balkenwerk verbergen, en de brandtrap aan de zijkant, die het gebouw ontsiert en bovendien niet meer voldoet aan de brandveiligheidseisen. Ook het dak, oorspronkelijk zink en sinds de jaren tachtig bitumen, wordt vervangen. De prachtige antieke houten dakgoten eronder worden weer blootgelegd en gerestaureerd en de nieuwe dakbedekking wordt EPDM (ecologisch dakleer). Behalve het Jachthuis wil de Sint Augustinusstichting ook het door Hendrik III Copijn ontworpen landgoed restaureren. Otto hoopt dat de stichting de 27 hectare aan de achterkant van het landgoed, die vroeger zijn verkocht aan defensie, kan terugkopen. Fondsen worden gezocht. “Het gaat om een prachtig ongerept stuk bos, met lanenstructuren en een vijver die het spiegelbeeld is van de vijver aan de voorkant. Liefst willen we het hele park, net als het Jachthuis, in oude glorie herstellen.”
Naar één groene bouwketen Bruggink valt nogal eens in de prijzen. Hoewel zelf nog overwegend traditioneel werkend, kende de bouwwereld hem vorig jaar de Bouwprijs 2013 toe, in de categorie Talent met Toekomst. Dit jaar eindigde hij met zijn bedrijf ‘Orga architect’ op de negende plaats in de MKB Innovatie Top 100, en werd hij eerste in de categorie bouw. Deze hoge klassering dankt Bruggink niet alleen aan duurzaam en biobased bouwen, maar vooral ook aan zijn streven naar een volledig
groene bouwketen, waarin opdrachtgever en/of gebruiker, architect, aannemer, onderaannemers en leveranciers in één bouwteam samenwerken. Ook makelaars, investeerders en hypotheekverstrekkers wil hij in de groene keten betrekken, zodat een beweging kan ontstaan waardoor de bouw innoveert naar een sector die duurzamer is en transparanter. In ‘Orga bouw’ heeft zijn bedrijf ‘Orga architect’ inmiddels een eigen ecologische aannemer gevonden.
Natuurlijk en plantaardig Daan Bruggink noemt zichzelf ‘ecologisch’ architect. Zowel in vorm als in techniek en materiaalkeus laat hij zich inspireren door de natuur. Waar het kan, werkt hij dan ook met natuurlijke materialen zoals hout en houtvezel, vlas, natuurlijke verven en fermacell – biologische gipsvezelplaten voor plafonds en wanden. Materialen gemaakt van fossiele grondstoffen zijn voor de ecologische architect uit den boze. De niet-natuurlijke materia-
len die hij soms ook moet gebruiken, onder andere voor dakbedekking en isolatie op gevoelige plaatsen, zijn biobased. Dat betekent dat de grondstoffen ervoor plantaardig zijn, zoals hennep en bermgras. Zij hebben, anders dan fossiele grondstoffen, dankzij hun snelle ‘hergroeibaarheid’ een kortcyclische kringloop. Een goed voorbeeld van biobased producten is biofoam, dat wordt gebruikt in plaats van het aardolieproduct piepschuim.
Restauratie Jachthuis Beukenrode
‘De ecologische waarde prevaleert’ Bij de restauratie van Jachthuis Beukenrode in Doorn speelt naast monumentale en esthetische waarden de ecologische waarde een rol – en soms zelfs de hoofdrol. Ecologisch architect Daan Bruggink en facilitair manager Peter van Doorn hebben elkaar hierin gevonden. Tekst | Didier van Det Fotografie | Otto Kalkhoven
maart/april 2015 | Herenhuis 11
12 Herenhuis | maart/april 2015
H ‘ et gekapte hout van ons landgoed gaat regelrecht de houtkachel in’
A
Alle gietijzeren radiatoren in Jachthuis Beukenrode worden
Low-tech
vervangen door moderne convectorradiatoren. Wat? Als
De opstelling van Daan spreekt aan. ‘Als ecologisch architect
Peter van Doorn lucht krijgt van dit plan gooit hij de kont
zoekt hij naar low-tech technieken om de bestaande situatie
tegen de krib. De consequentie is namelijk dat er overal
op te krikken naar de maatstaven van de huidige tijd. Een
in de historische gevel gaten moeten komen, waartegen
goed voorbeeld is het tochtvrij en weer bruikbaar maken van
ventilatieroosters geplaatst worden. ‘Je gaat toch geen gaten
schuiframen; een prima alternatief voor een geavanceerd
boren in een oude gevel?!’ Ook de andere plannen bekoren
balansventilatiesysteem.’
hem maar matig. Zo wil men de kozijnen van het gebouw uit
Daan legt samen met Peter de ambities vast. Zo willen ze onder
1872 vervangen door moderne, energiezuinige exemplaren, en
meer het huidige energielabel F opwaarderen naar energielabel
moet een luchtbehandelingsysteem zorg gaan dragen voor een
B. Een ogenschijnlijk lange weg, die echter sneller binnen
aangenaam klimaat.
bereik is dan gedacht. De vervanging van twee enorme cvinstallaties door een hout gestookt exemplaar blijkt al stappen
Terug naar de basis
te schelen! ‘Dit heeft ook consequenties voor het beheer van
Peter is facilitair manager van Jachthuis en landgoed
het landgoed’, vertelt Peter. ‘Waar we voorheen bomen als
Beukenrode, sfeervol feest en vergaderlocatie in de bossen
Amerikaanse eik en vogelkers in de kiem smoorden, laten we
van de Utrechtse Heuvelrug. Omdat Peter de verbouwplannen
ze nu een paar jaar doorgroeien. Voor in de houtkachel.’
niet ziet zitten, stapt hij naar de Sint Augustinusstichting, de eigenaar van het landgoed. Hij stelt voor om terug te keren
DuMo-model
naar de basis: behoud van monumentale waarden en een
Voor een goed evenwicht tussen de monumentale waarden
duurzame restauratie op een ecologisch verantwoorde manier.
en energiebesparende maatregelen, hanteert Daan het
Peter krijgt bijval van de stichting en gaat met voorzitter Cees
DuMo-model. ‘Het reguliere energielabelsysteem is voor
Otto vervolgens op zoek naar een passende architect. Via
nieuwe gebouwen en houdt geen rekening met historische
een artikel in dagblad Trouw komt hij op het spoor van Daan
waarden. Het DuMo-systeem doet dat wel. Bij iedere
Bruggink van ORGA architect.
maatregel wordt de monumentale waarde afgewogen tegen
Links | Het decoratieve houtwerk is van oude verflagen ontdaan en aangetaste plekken zijn hersteld. Een nieuwe verflaag op basis van lijnolie is aangebracht. Rechtsboven | De originele schuiframen zijn weer hersteld. De bovenste opening voert de warme vieze lucht af, terwijl de onderste opening zorgt voor verse luchtaanvoer. Een eenvoudige en low-tech manier van ventileren. maart/april 2015 | Herenhuis 13
14 Herenhuis | maart/april 2015
‘Je gaat toch geen gaten boren in een oude gevel?!’ de duurzaamheidswaarde. Hoe hoger de monumentenwaarde des te minder duurzame maatregelen je hoeft te treffen om toch een goede duurzaamheidscore te behalen.’ Toepassing van dit model resulteerde in de keuze om het oude glas niet te vervangen door dubbel HR++-glas, maar te voorzien van een inbraakwerende folie. Ook blijven de oude gietijzeren radiatoren, ondanks het lagere rendement, gewoon staan. ‘Het lagere rendement weegt namelijk niet op tegen de milieubelasting die het vernietigen van de oude en het produceren van nieuwe radiatoren met zich meebrengt. Bovendien heb je in de oude radiatoren veel warm water nodig, dus daar een duurzame bron tegenover zetten is de beste keuze.’
Ecologische waarde Daan en Peter gaan met Beukenrode net iets verder dan bij restauraties doorgaans gewoon is. De ecologische waarde prevaleert. Naast een afweging over monumentale en esthetische waarden is de vraag elke keer: welke maatregel is vanuit ecologisch oogpunt de beste. Het originele zinken dak, vermoedelijk al in de jaren vijftig vervangen door een bitumen dakbedekking, wordt om die reden niet teruggebracht maar vervangen door EPDM, een rubberachtig materiaal. ‘De productie van zink heeft grote negatieve ecologische gevolgen. Bovendien loogt het zink geleidelijk uit waardoor het de vijvers op het landgoed op den duur zal vervuilen. Het regenwater wordt namelijk via de daken opgevangen om er de vijvers mee te ‘voeden’. EPDM heeft een veel betere ecologische footprint’, aldus Daan.
Krabben Ook bij het schilderwerk kiezen Daan en Peter voor de ecologische variant: lijnolieverf van Rolsma. Het grootste deel van het houtwerk is overigens nog in prima conditie. Het zijn opmerkelijk genoeg de recenter toegevoegde kozijnen die (de meeste) houtrotverschijnselen vertonen. Hoewel de lijnolieverf uitstekend kan worden aangebracht op bestaande lagen synthetische verf, kiezen de heren toch voor (grotendeels)
Links | Archieffoto’s lieten zien dat op het platte dak op de hoek een baldakijn was geplaatst. Bouwsporen in het metselwerk helpen voor een nauwgezette reconstructie. maart/april 2015 | Herenhuis 15
Eclectisch
afkrabben. ‘Het hout kan dan beter ademen. Ook wordt de
Jachthuis Beukenrode maakte onderdeel uit van de
Een restauratie van zo’n oud pand brengt onvermijdelijk
Ridderhofsteden op de Utrechtse Heuvelrug. Niet
verrassingen met zich mee. Daan houdt een oude persienne,
als huis of kasteel op grond waarvan men tot het
ook wel louvreluik geheten, omhoog. ‘In onze zoektocht naar
ridderschap behoorde en deelnam aan de Staten van
sporen van vleermuizen lieten we in de toren foto’s maken.
Utrecht, maar als toegang tot de jachtgebieden van
Op een van de foto’s ontdekten we iets dat we niet meteen
ridderhofstad Kasteel Sterkenburg bij het huidige
konden thuisbrengen. Het bleek deze persienne te zijn, een van
Driebergen-Zeist. Van oorsprong stond hier een
de vele die de oost- en zuidgevel vroeger sierden.’ Besloten is
‘warandehuis’. In opdracht van K.J.F.C. Kneppelhout,
de ontbrekende persiennes bij te laten maken en opnieuw op
die zijn leven wijdde aan kunsten en letterkunde, werd
te hangen.
tekening in het hout weer zichtbaar’, vertelt Daan.
in 1872 het bestaande warandehuis afgebroken en vervangen door het huidige gebouw naar ontwerp
Inzicht van de vakman
van architect H.J. van den Brink. Het nieuwe landhuis
Juist vanwege dit soort verrassingen kiest Peter er voor om
kreeg de naam Nieuw Sterkenburg. Opvallend is de
niet alle werkzaamheden vooraf uitgebreid in besteksteksten
eclectische stijl met een aangebouwde uitzichttoren in
en -tekeningen te laten vastleggen. De vaklieden krijgen
de stijl van de Italiaanse Renaissance. Het landgoed
de ruimte om mee te denken. Oplossingen met grote
rond het nieuwe huis werd door Copijn ingericht in
consequenties worden wekelijks besproken in het
de Engelse Landschapsstijl. Toen het in 1908 in bezit
bouwteam, waaraan Peter, Daan en uitvoerder Johan van
kwam van G.W.J. Kooij is de naam in Beukenrode
aannemingsbedrijf Heilijgers deelnemen. Kleinere problemen
veranderd, vermoedelijk om de nieuwe zelfstandigheid
worden direct in het werk geslecht. ‘De vaklieden moesten hier
aan de buitenwereld duidelijk te maken.
wel even aan wennen’, vertelt Daan. ‘Wat ik wil bereiken is dat ze het principe van ecologisch restaureren begrijpen. Daardoor creëer je een team waarbij de neuzen dezelfde richting op staan.’
Erfgoedparel De eerste fase van de restauratie is inmiddels afgerond. Het betrof de werkzaamheden die zonder vergunning uitgevoerd konden worden, zoals het onderhoudsschilderwerk, houtrotherstel en het weer bruikbaar maken van de schuiframen. De tweede fase gaat binnenkort van start. Peter heeft er zin in, zeker nu de vergunningen zijn afgegeven. ‘We gaan onder andere de gevels aanpakken, het dak renoveren en de serre terugbrengen.’ Nog enthousiaster wordt Peter als hij vertelt dat er ook nog een derde fase aankomt. ‘Dankzij een flinke gift van het fonds Erfgoedparels van de provincie Utrecht kunnen we een deel van het park én het interieur aanpakken. Dit biedt ons de mogelijkheid om de verdwenen wandbespanning in de stijlkamers terug te brengen en de parketvloer te laten restaureren.’ Het is duidelijk: het ecologische hart van Daan en het monumentenhart van Peter hebben zich duurzaam verenigd. Een feestje voor Beukenrode! Meer informatie over Jachthuis Landgoed Beukenrode en ORGA architect vindt u op: www.beukenrode.nl en www.orga-architect.nl
Links | Bij toeval stuitten de schilders bij werkzaamheden aan het dak op een originele persienne. Deze vondst stelde architect Daan Bruggink in staat om de zonwering exact te reproduceren zoals ook op oude foto’s te zien is. 16 Herenhuis | maart/april 2015
design | techniek | toepassing | productnieuws | regelgeving
3
jaargang 17, 2015
Vakblad voor gevelopeningen, beveiliging, raam- en deurtechniek
bouwbeslag kozijn/raam-& deurtechniek beveiliging beglazing tochtwering & ventilatie
GEVELARCHITECTUUR
Auteur: Louis Jongeleen Fotografie: Marcus Peters
Architectuur voor nu en straks , deel 2
Jachthuis Beukenrode, ecologisch restaureren met lowtech van toen Het fraaie en nog gave ‘Jachthuis Beukenrode’ uit de 19e eeuw’ bij Doorn en het bijbehorende landgoed, moeten worden behouden voor toekomstige generaties en zullen daarom op een duurzame manier worden gerestaureerd. Dat is de vaste overtuiging van de eigenaar, de Sint Augustinusstichting in Doorn. Maar welke architect kan uit de voeten met ‘duurzaam restaureren? De voorzitter van de stichting Cees Otto en landgoedbeheerder Peter van Doorn eigenaar konden zich goed vinden in de uitgangspunten en de werkwijze van ‘ecologisch architect’ Daan Bruggink. Zijn bureau ‘ORGA architect’ in Nijmegen is gespecialiseerd in biobased bouwen. Energiezuinigheid, gebruik van natuurlijke materialen en lowtech bouwtechniek zijn voor hem vanzelfsprekend. Sinds najaar 2014 werkt hij aan de ecologisch restauratie van Beukenrode. Een wandeling in en rond ‘project Beukenrode’ leert iets over ‘bewust bouwen’ en architectuur volgens Daan Bruggink.
Projectgegevens Opdrachtgever:
Sint Augustinusstichting, Doorn
Architect:
ORGA architect, Nijmegen
Hoofdaannemer: Bouwbedrijf Heijlijgers, Amersfoort Financiering:
Een felle voorjaarszon beschijnt de achtergevel van Rijksmonument Jachthuis Beukenrode in het buitengebied van Doorn. Ondanks de
o.a. bijdrage van Fonds Erfgoedparels van de Provincie Utrecht t.b.v. `restauratiebehoefte buitenplaatsen'
frisse wind is het al aangenaam toeven op het terras van het buitenverblijf. De mediterrane sfeer van het typische landhuis in neo-Renaissancestijl doet de rest. Er is nog een oude foto waarop de oorspronkelijk
kelijke achtergevel van 1872 had nog een balkon op de eerste verdieping
bewoners - de welgestelde Amsterdamse weduwe Kneppelhout en haar
van het middenstuk. Dat is rond 1908 dichtgemaakt. Op de begane
familieleden - poseren op dezelfde veranda waar nu twee timmerlieden
grond zie je dat de hoge deuren van de linker- en rechter gebouwvleu-
hun boterham opeten. Sinds een half jaar is onder de regie van archi-
gel, zijn voorzien van voorzetdeuren, waarachter de originele schuif-
tect Daan Bruggink een ecologische restauratie van het jachthuis in uit-
deuren nog zitten. Die voorzetdeuren halen we weg en de originele
voering. Vanaf de glooiing waarop Jachthuis Beukenrode is gebouwd,
deuren met bovenlichten van glas-in-lood brengen we terug. Alle hout-
loopt Daan Bruggink in de richting van de vijver. Bij de vijver draait hij
werk staat nu weer netjes in de lijnolieverf. Met dit bio-based (zie kader,
zich om en kijkt schuin omhoog naar de fraaie achtergevel van het
red.) verfproduct werd vroeger heel veel gewerkt. Het is nu weer hele-
monument. Daan Bruggink: “Vanaf deze kant, de zuidzijde, zie je de
maal terug van weggeweest. Oude producten zijn vanzelfsprekend bio-
sjieke kant van het jachthuis. Je zou verwachten dat de mooiste gevel
based, want er waren simpelweg geen chemische of industrieel
ook de voorgevel is. Maar daar dacht men destijds anders over. De oor-
vervaardigde bouwmaterialen. Een monument als dit, is eigenlijk heel
spronkelijke bewoners wilde niet dat vanaf de openbare weg zichtbaar
duurzaam. Het heeft zichzelf allang terugverdiend in materiaal. De
zou zijn welke gasten bij de voordeur van Beukenrode uit een herken-
slechte materialen zijn er allemaal later ingebracht. De echt oorspron-
bare koets stapten. Dat ging niemand wat aan. Wat dus feitelijk de voor-
kelijke bouw, van baksteen, hout en glas, is van zeer duurzame kwaliteit.
kant was, bleef buiten het zicht van nieuwsgierige passanten.”
Bij ‘duurzaam bouwen’ denken we tegenwoordig meteen aan het toepassen van nieuwe isolatiepanelen en luchtdichtingsproducten. Ik kies
Biobased
een ander uitgangspunt. We hebben hier een oud gebouw met per defi-
Er is in de loop van de tijd wel het een en ander veranderd aan het jacht-
nitie veel luchtlekken. Omdat het een Rijksmonument is , kun je dat niet
huis. Bruggink wijst naar middendeel van de achtergevel. ”De oorspron-
ongedaan maken met grote ingrepen. Met dat gegeven hebben wij de
10
I
3 / 2015
zaken bij de bron aangepakt, bij de duurzame bron. We gaan dit jacht-
de eerste verdieping. Blijkbaar vond men dat smallere ramen beter pas-
huis warm stoken met hout dat hier op het landgoed gesnoeid wordt.
ten bij een kerkelijke ruimte. De kapel heeft vrij kort dienst gedaan en is
Met die duurzame energiebron verduurzamen we het pand, van ener-
daarna ontwijd. Er is nu niets meer van over, behalve die aangepaste
gielabel F naar label B en dat zonder te isoleren. Nu hangen er nog twee
ramen. Op grond van historisch onderzoek en bestudering van oude
oude gasgestookte CV-ketels. Die worden vervangen door één houtge-
foto’s konden we vaststellen hoe de oorspronkelijke situatie was
stookte CV-installatie. Verder hebben we het dak helemaal geïsoleerd
geweest. We meenden dat het gebouw oorspronkelijk symmetrisch was
en we hebben luchtdichting toegepast bij de schuiframen. Dat scheelt
ten opzichte van een zichtlijn die van noord naar zuid loopt door het
meteen enorm in de stookkosten. Bij andere maatregelen hebben ook
hele landgoed Beukenrode. Met andere woorden, die symmetrisch
weer naar vroeger gekeken, zoals bij de schuiframen. Hoe ventileerden
geplaatste bredere houten gevelkozijnen, waren authentiek. De monu-
we vroeger? Dat zal ik straks laten zien.”
mentencommissie overwoog eerst nog dat de die stalen kerkramen onderdeel uitmaakten van de historie van het gebouw en daarom mis-
Symmetrie
schien moesten worden behouden. Uiteindelijk gaf toch de oorspronke-
Architect Bruggink loopt langs de kenmerkende vierkante toren van het
lijke structuur van de gevel de doorslag. Die stalen ramen gaan er dus
jachthuis naar de officiële voorkant van het gebouw. Aan de entreezijde
uit, omdat ze een verkrachting betekenen van het originele ontwerp.”
van Beukenrode valt direct op dat de symmetrie van de gevel is doorbroken. Toch opmerkelijk bij zo’n stijlvol gebouw. Bruggink geeft de ver-
DuMo-model
klaring. “Op de eerste verdieping zijn destijds vier oorspronkelijke
Jachthuis Beukenrode is sinds 2002 in gebruik als conferentieruimte en
ramen vervangen door smallere, stalen ramen. De reden daarvoor was
locatie voor teambuilding, vergaderingen en bruiloften. Die huidige
dat halverwege de 20-ste eeuw een katholieke kapel werd ingericht op
functie speelt ook een rol bij de afwegingen van de eigenaar bij de
3 / 2015
I
11
GEVELARCHITECTUUR
manier waarop het landhuis en het landgoed gerestaureerd zouden
Immers, tijdens de restauratie gaan de conferenties en de trouwerijen
moeten worden. Bruggink: “De opdrachtgever, de Sint-
door. Bruggink kan zijn rondleiding voortzetten in de werkkamer van de
Augustinusstichting, en de huurder van Beukenrode hebben besloten
beheerder van Beukenrode, de voormalige herenkamer aan de noord-
dat Beukenrode een duurzaam conferentieoord moest worden. Daar
zijde van het landhuis. In de kamer loopt hij naar een van de grote
past een ecologisch gerestaureerd Rijksmonument bij. Aanpassen van
schuiframen en pakt een stokhaak voor bediening van bovenramen.
een monument aan een bepaald nuttig doel mag natuurlijk niet zomaar.
Bruggink: ”Deze schuiframen zijn voorbeelden van duurzame techniek.
We hebben hier immers te doen met een Rijksmonument. Dat betekent
De warme lucht gaat er via het bovenraam uit en de frisse lucht komt
dat je er niet al te veel aan mag veranderen. Tegelijkertijd kun je binnen
via het onderste schuifraam naar binnen. Zo krijg je een lowtech lucht-
gegeven grenzen wel veel doen. Je moet dan op een bepaalde manier
circulatie. De bovenramen waren overal dichtgespijkerd, dichtge-
bouwen. Zo realiseren we bijvoorbeeld een nieuwe serre die past in de
schroefd en dichtgeschilderd. Die hebben we allemaal open laten
stijl van het historische jachthuis. Eisen die zijn verbonden aan de
maken en weer schuifbaar gemaakt. We zijn in onze samenleving onge-
monumentenstatus lijken soms in conflict te komen met ecologische
merkt afhankelijk geworden van hightech, van apparaten. Met zie instel-
principes of duurzaamheidsoverwegingen. Maar bij dit project was dat
ling zou je hier alles dichtmaken en een ventilatiebox in deze kamer
niet aan de orde. Voor het bepalen van een weloverwogen strategie
hangen die frisse lucht aanzuigt en vieze lucht afvoert. Dat is onzinnig.
voor duurzaam restaureren, hanteren we tegenwoordig het DuMo-
Want hetzelfde gebeurt hier nu ook al, maar dan lowtech, zonder appa-
model, ontwikkeld door het NIBE (Nederlands Instituut voor
raat. Ook onze nieuwbouwprojecten voorzien wij van lowtech ventilatie,
Bouwbiologie en Ecologie te Bussum, red.). Het is een berekeningswijze
met natuurlijke aanvoer van buitenlucht en bij voorkeur ook natuurlijke
waarmee je een gefundeerde afweging kunt maken van de ruimte die er
afvoer naar buiten. De grootste voordelen? Een gunstig kostenplaatje
is voor duurzame maatregelen bij een gegeven monumentenwaarde.
en gezonde frisse lucht. Feit is wel dat deze ventilatie minder gemakke-
Wij hadden hier betrekkelijk veel ruimte voor duurzaamheid. Daarbij
lijk regelbaar is. Als het hard waait, voel je de wind door de spleet onder
hebben we niet uitsluitend gekeken naar duurzaam energiegebruik,
het raam doorkomen. Maar als je het raam dicht doet heb je geen venti-
maar ook naar de duurzaamheid van de bouwmaterialen die we zouden
latie. Daar moet je wel mee om kunnen gaan. Ik zeg niet dat rigoureuze
toepassen. Want in feite is het grondstoffenprobleem in deze wereld nij-
luchtdichting van de gebouwschil , zoals je dat hebt bij Passiefhuizen,
pender dan het energieprobleem”
per se verkeerd is. Ik zeg het zo: je kunt heel veel oplossingen vinden op het lowtech-vlak.
Lowtech Daan Bruggink gaat via de hoofdentree het jachthuis binnen. In de hal
Persiennes
meldt hij zich bij de receptie en krijgt te horen welke ruimtes van het
In de brede gangen schieten obers langs met dampende schotels voor
conferentieoord op dat moment vrij toegankelijk zijn en welke niet.
conferentiedeelnemers die ergens in het landhuis bijeenkomen.
12
I
3 / 2015
Architect Bruggink vindt onverstoorbaar zijn weg naar enkele stijlka-
gediend voor de buitendeuren op de begane grond. Daar waren we erg
mers aan de achterzijde die op dat moment niet verhuurd zijn. In een
blij mee omdat we van die zogeheten ‘persiennes’ alleen maar fragmen-
woonkamer op het zuiden tilt Bruggink een tapijttegel op. Hij laat een
ten hadden gezien op een oude foto. Nu kunnen we deze nuttige houten
stukje eikenhouten parket zien in een bijzonder patroon. “Het is heel
zonwering exact kopiëren en weer terugbrengen op de oorspronkelijke
verstandig om dit parket met vloerdekking te beschermen tegen
plekken.”
beschadiging tijdens feesten en partijen. Hetzelfde antieke parket is
Voordat hij zijn dagelijkse werk weer gaat voorzetten met een volgende
ook nog aanwezig in enkele andere vertrekken. Die vloeren gaan we
bouwvergadering, laat Daan Bruggink nog graag de nieuwe serre-in-
natuurlijk wel herstellen.” Als hoogtepunt van zijn aanschouwelijke uit-
aanbouw zien. Op de begane grond langs de oostelijke zijgevel zijn tim-
leg over ecologisch restaureren stelt Bruggink voor om de kenmer-
merlieden bezig met de constructie van het houten geraamte en het
kende Italiaanse toren van Beukenrode te beklimmen. Hij heeft gelijk.
aanbrengen van vlasisolatie. Bruggink: “Bij dit huis hoort gewoon een
Bovenin de toren is het uitzicht door de boograampjes over het groene
serre. Op deze plek was in de jaren dertig ook een aanbouw gereali-
landgoed verbluffend. Bruggink: “Vanaf deze plek kun je ook goed zien
seerd. Alleen paste de uitvoering totaal niet bij de uitstraling van het
hoe de dakbedekking van het huis is afgewerkt. De oude bitumen dak-
jachthuis. Daarom bouwen we nu een nieuwe serre die wel past bij de
bedekking, zinken goten en loodslabben zijn verwijderd. Het hele dak is
stijl van Beukerode en bij de veranda. In de serre komt een lift naar de
geïsoleerd met houtvezel platen. Daarop is een toplaag gelegd van het
kelder waar onder andere een toilet geplaatst zal worden voor minder
goed recyclebare EPDM.” Het kleine torenkamertje is voor Bruggink
validen. Van het dak van de serre blijft de houten balkenconstructie
nog om een andere reden een bijzondere plek. “Op dit zoldertje troffen
natuurlijk in beeld, zoals je mag verwachten bij een ecologisch bouw-
we vorig jaar nog een origineel vensterluik aan dat als zonnewering had
project.”
Bio-based Bio-based bouwen is een manier van bouwen waarbij zoveel mogelijk
tot bouwmaterialen zijn in zekere zin bio-based, zoals biofoam.
gebruikt wordt gemaakt van natuurlijke materialen. Dat zijn materialen
Materialen gemaakt van fossiele grondstoffen zijn voor de ecologische
die groeien in de natuur, zoals eikenhout, vlas of hennep. Bio-based zijn
architect Daan Bruggink uit den boze. De niet-natuurlijke materialen die
ook de natuurlijke materialen die na eenvoudige bewerking of menging
hij soms ook moet gebruiken, onder andere voor dakbedekking (EPDM)
geschikt zijn gemaakt voor gebruik in de bouw zoals verf op basis van
en isolatie (cellenband)op gevoelige plaatsen, zijn bio-based.
lijnolie. Ook bouwproducten die voor het grootste deel bestaan uit de
Begin dit jaar werd op de Bouwbeurs in Utrecht de ‘Kennisbank bio-
natuurlijke grondstoffen en die via chemische processen zijn verwerkt
based bouwen’ gelanceerd (www.biobasedbouwen.nl)
3 / 2015
I
13