Nummer 46 juli 2005 schoolkrant voor medewerkers in en betrokkenen bij het openbaar basisonderwijs in Amsterdam Zuidoost eindredactie: Kees van Veen redactie-adres: p/a Kortvoort 61 1104 NA Amsterdam Zuidoost telefoon: 06-22789696 e-mail:
[email protected]
Nieuw project: ‘Scholen sparen energie’ [Karin Ulendorp] De provincie Noord-Holland wil met dit project een bijdrage leveren aan de educatie op het gebied van klimaatverandering en duurzame energie. Maar ook is het de bedoeling dat er op scholen echt op energie wordt bespaard. Om dat te bereiken heeft de provincie een aantrekkelijk aanbod gedaan, dat door het bestuur met enthousiasme wordt aanbevolen: • Er zijn voor de scholen leuke en praktische lespakketten beschikbaar, • De scholen kunnen gratis een energieadvies/scan laten maken, • en kunnen een financiële handreiking krijgen om energiebesparende maatregelen uit te voeren. Lespakketten Voor de groepen 7/8 is er een lespakket met de titel ‘Hou de zon in huis’. De leerlingen ontdekken hoe ze energie kunnen sparen op school en leggen verbanden tussen energiegebruik
Starten in het onderwijs Machteloos
De laatste zij-instromer
Starters hebben het niet gemakkelijk. Ze krijgen niet de gemakkelijkste banen, draaien vaak op meer scholen tegelijk en krijgen korte contracten, waardoor ze geen uitzicht hebben op een vastere positie.
Voor de nieuwsbrief van Bureau Inzet interview ik twee laatste zij-instromers. Een daarvan is Jona van Schie. Ik ontmoet haar op De Brink. Behoorlijk nerveus, want ze heeft nog een paar dagen om haar eindscriptie in te leveren.
[Redactie] De onderwijsmarkt is niet eens meer krap te noemen. Besturen zitten met terugloop op scholen en doen van alles om overtollig personeel te herplaatsen. Maar er zijn maar weinig mogelijkheden. De acties om mensen te interesseren voor het onderwijs zijn succesvol geweest, maar nu er geen leraren meer tekort zijn, dreigt overcapaciteit en dat drijft talentvolle onderwijzers het bedrijfsleven in. Plannen om een buffer in te stellen zijn er wel, maar die gelden waarschijnlijk weer niet voor Sarah Ibrahim, want die studeerde al een jaar geleden af aan de EFA. Toen waren er al weinig vacatures. Omdat ze een jaar studiefinanciering overhad – ze deed de versnelde opleiding – besloot ze een aanvullende opleiding Remedial Teaching te doen bij Fontys. Ondanks dat dat een voltijdsopleiding is, nam ze twee dagen per week waar voor een leerkracht met zwangerschapsverlof op De Brink. In december vond ze een invalbaan op de Van Houteschool en draaide dus opeens twee dagen een groep voor speciaal basisonderwijs. Haar duo werd echter ziek, en nu werkt ze samen met een invalster. Omdat ze haar studie onlangs heeft afgerond kwam er daarnaast tijd vrij om opnieuw te klussen in De Brink – ze vervangt bij ADV en doet een toneelprojekt met de achtste groepers. Sarah: ‘Het is op dit moment hartstikke moeilijk om iets te vinden – er zijn gewoon geen vacatures. En de huidige contracten lopen af per 1 augustus. Dat is dus balen, want dat betekent tegelijk een maand geen geld, en ik moet natuurlijk wel mijn huur betalen. Elke dag kijk ik op de onderwijsvacaturebank. Ik heb gedacht dat dat mijn studie RT wel zou helpen, maar dat is niet zo. RT wordt als eerste wegbezuinigd omdat dat toch altijd deen taak is en geen functie. En als er al een vacature is, dan zijn er zoveel mensen die daarop reageren – soms krijg je niet eens antwoord. Je kunt op je kop gaan staan, maar je vindt niks. Je hoort vaak dat het in de praktijk wel zal loslopen, maar het is nu wel al juni, en je leeft toch in onzekerheid. Ik hoor steeds vaker dat anderen nu gaan zoeken buiten het onderwijs. Als je een nieuwe studie begint, dan kun je het natuurlijk wel vergeten dat die mensen nog ooit teruggaan naar het basisonderwijs. Ik denk er zelf ook over om maar weer te gaan studeren. Ortho- of pedagogiek of zo. Maar ja, ook daarin zijn moeilijk banen te vinden. En ik krijg geen studiefinanciering meer, dus dat wordt desnoods Dirk van de Broek of een domme kledingwinkel.’
[Redactie] ‘Deze laatste periode van de opleiding zorgt voor veel stress,’ vertelt Jona. ‘Ik ‘delete’ alles van mijn harde schijf wat niet nodig is, anders loop ik vol. Ik ben toch al iemand die ingaat op alles wat zich aandient, maar in het onderwijs is dat volkomen destructief. Dan krijgen de kinderen een ‘overload’ en zit je zelf ’s avonds om twaalf uur nog aan je nakijkwerk.’ En dan heeft ze het nog niet half zo zwaar heeft als haar vriendin, want die heeft geen vrijstellingen voor vakken gekregen en werkt ook nog langer. Eén ding is duidelijk: de zij-instromer opleiding is echt heel erg zwaar.
in Nederland en de gevolgen hiervan voor ontwikkelingslanden. Daarnaast heeft de NUON ook een lespakket laten ontwikkelen. Volty (zie illustratie) en Ko-ning Lollie vertellen op DVD en video) alles over energie. Het is een praktisch en spannend pakket, compleet met voorleesprenten, een doe-doos en energieliedjes. Dit lespakket is in principe voor de hele basisschool.
Bordkrijt is een uitgave in opdracht van SIRIUS, de Bestuurscommissie Openbaar Primair Onderwijs van stadsdeel Amsterdam Zuidoost. De krant bevat bestuursnieuws en nieuws uit de scholen in Zuidoost
Een fijne vakantie en tot in het nieuwe schooljaar
Energieadvies/scan In het energieadvies/scan worden mogelijke energiebesparende maatregelen aangedragen. Onderdeel van het energieadvies is een inventariserend bezoek op locatie. Indien gewenst worden er tijdens dit bezoek reeds energie-besparende maatregelen doorgevoerd. In het energieadvies zullen ondermeer de volgende zaken aan de orde komen: • het in kaart brengen van de energie-technische situatie in
het gebouw, • vergelijking van het energieverbruik met andere scholen, • vergelijking van de energiekosten met de vergoeding van de overheid, • het geven van een lijst met energie-besparende maatregelen met investeringen, besparingen en terugverdientijden (met en zonder subsidies), en • de te behalen CO2 reductie.
Jona komt uit het bedrijfsleven. Dat maakt dat ze met een andere blik naar het onderwijs kijkt. Ze verbaast zich er over dat nu er tijdelijk weer een overschot aan leerkrachten is, zodat die mensen zomaar op straat blijven staan. ‘In het bedrijfsleven zou dat nooit gebeuren,’ verzekert ze. ‘Nu een verlies van banen en straks heb je die mensen weer nodig. Wat me trouwens ook opvalt is dat iedereen in het onderwijs maar mee wil beslissen. Dat werkt zo traag als ik weet niet wat.’ Jona volgde ‘Ruslandkunde-met-specialisatie-economie’ op de universiteit en zette voor het Ministerie van Economische zaken in Oost Europa landbouw-, industrie- en transportprojekten op: ‘In Siberië bijvoorbeeld, was een plan om hout te drogen. Daarvoor moesten ketels en computers georganiseerd worden. Dat laat je door Nederlandse ondernemers en consultants uitwerken, en als dat lukt, zijn zowel de plaatselijke houtverbouwers als de Nederlandse importeur blij. Want die projecten hebben altijd twee kanten: ze moeten zowel voor de mensen daar, als voor de ondernemers hier interessant zijn.’ Bij alle zij-instromers is er een punt waar het roer omgaat, anders verander je niet van carrière. Jona kreeg last van RSI, probeerde nog een tijdje telefonisch geheugenmodules te verkopen, maar vond dat allemaal niks. Hoe kom je dan op onderwijs? ‘Daar ben ik gewoon op een dag mee wakker geworden,’ antwoordt ze. ‘Ondanks de minpunten - veel minder salaris en een studieschuld bijvoorbeeld - is dit helemaal wat ik wil. Ik koos ervoor om bij Inzet te solliciteren, omdat je dan op meer scholen werkt en aparte begeleiding krijgt. De consulent van Inzet is onafhankelijk en dat vind ik toch beter dan de duo-begeleiding die vanuit een school kan worden ingezet. Die leerkrachten hebben toch ook niet altijd uitgebreid tijd voor je, en dat is logisch ook. Ik ben nu op zoek naar een passende school. Een school met een gemengde populatie, maar wat dichterbij. Een school die niet klassikaal werkt, maar bijvoorbeeld volgens OGO werkt. Dat lijkt me fantastisch. Aan zulke dingen kom je nu nog vaak niet toe: als je op een school komt invallen, moet je toch meestal beginnen met klassenmanagement – het zijn toch niet de gemakkelijkste groepen waar je meestal in wordt gezet. Onderwijs is leuk. Ik zal me blijven interesseren in het gedrag van mensen, of het nou om grote of kleine mensen gaat. Daarom ben ik me destijds ook in bedrijfseconomie gaan specialiseren - je moet je kunnen inleven in mensen, kijken naar hun voorkeuren, en de keuzes die ze maken. Het werk in het onderwijs lijkt trouwens soms nog steeds op mijn ontwikkelingswerk van hiervoor. Hoe moet je nou natuuronderwijs in de klas geven als je nog niet eens een loep hebt?’
De scholen zullen nog voor de zomervakantie bezocht worden door een energieadviseur van EnerDeCo. De adviseur zal elk directielid verzoeken een uurtje van zijn of haar kostbare tijd vrij te maken om het project verder toe te lichten en de school te bekijken. Naar schatting zullen de energieadviezen en scans in september klaar zijn. Kijk voor meer informatie op: www.scholensparenenergie.nl of bel met Karin Ulendorp (onderwijsbureau): 3116466.
Digitaal tijgertje, zie elders in deze krant
Greetje van Drooge Vorige maand nam ik, na ruim vijf jaar, afscheid van Sirius om als adviseur te gaan werken bij het schoolbestuur van het openbaar onderwijs in Amsterdam Noord. Bij Sirius begon ik als beleidsmedewerker; daarna was ik - samen met Kees Viergever als voorzitter - lid van het centraal management team. Na zijn vertrek nam ik het voorzitterschap een jaar waar. Door de benoeming van Mariet Brouwers was het CMT weer voltallig. In de eerste jaren was voor Sirius het lerarentekort een grote zorg; te vaak liep de onderwijskwaliteit in onze scholen gevaar, omdat het moeilijk was om goede leerkrachten aan te stellen en omdat er geen geschikte vervangers beschikbaar waren. Daarom hebben we er alles aan gedaan om het onderwijs aan de leerlingen zo goed mogelijk door te laten gaan. Naast de nieuwe leer- en werktrajecten en de extra huisvestingsmogelijkheden voor leerkrachten kon SIRIUS -dankzij een subsidie van het ministerie van OC&W- op projectbasis onderwijsassistenten aanstellen. Tegelijkertijd zetten we ons in om ook andere kwaliteitsaspecten en de resultaten van het onderwijs te verbeteren. Dit deden we door ons te richten op een veilige en uitnodigende leeromgeving, respectvolle omgang met leerlingen, ouders en collega’s, een effectief klassenmanagement, passende leerlingzorg en functionele contacten in de omgeving van de school. Drie SIRIUSscholen namen de afgelopen jaren als onderwijskansenschool deel aan het Amsterdamse project De School Centraal. Het zou mooi zijn als ook andere scholen de succeservaringen van de onderwijskansenscholen benutten voor verbetering én voor behoud van de kwaliteit. En, zoals regelmatig in Bordkrijt te lezen is, zijn er veel meer bruikbare voorbeelden van good practices in de SIRIUS-scholen. Natuurlijk gaat het er in het onderwijs om dat we de kinderen en de ouders een optimistisch toekomstperspectief bieden. Leren is reizen naar de toekomst. Wij -als medewerkers in het onderwijs- kunnen hier een bijdrage aan leveren door deskundig, gemotiveerd en met trots ons werk te doen. Noord is in een aantal opzichten vergelijkbaar met Zuidoost: groot, groen en gemixt en net als bij SIRIUS zijn er in het openbaar onderwijs in Noord boeiende nieuwe ontwikkelingen gaande. In mijn nieuwe functie zal ik me vooral bezighouden met de ontwikkeling van de kwaliteit van de basisscholen. Daarbij zal ik zeker gebruik kunnen maken van mijn ervaringen in Zuidoost. Ik bedank iedereen voor de samenwerking en wens alle medewerkers èn leerlingen van SIRIUS veel werk- en leerplezier en veel succes.
Laat ze maar schuiven
Andrea Overdiek ‘Die verschuivingen horen bij een managementcyclus,’ verklaart Andrea. Per augustus 2005 is zij directeur van de 16e Montessorischool in Gein. ‘Ik heb mijn functie als adjunct op de Nellestein altijd heel prettig gevonden, maar ik ben daar een beetje uitontwikkeld en wil dus wat nieuws. Maar mijn ‘maatje’ Wim zal ik wel missen hoor. Ik hang straks op mijn nieuwe werkplek alle teamfoto’s van de afgelopen 30 jaar dat ik nu in het onderwijs zit weer op. Dat vind ik toch wel leuk.’ Je gaat van Dalton naar Montessori? ‘Ja, daar ga ik straks de cursus voor volgen. In het profiel dat beschreven werd, wordt gevraagd naar iemand die het onderwijs verder wil ontwikkelen naar Montessori-onderwijs in de 21e eeuw. Daar kun je dus wel even verder mee. Je staat er ook niet alleen in alle Montessori-scholen zijn met die vraag bezig. En dan is er ook nog de uitwerking van de Brede School. Het is een spannende tijd voor SIRIUS. Veel veranderingen, en dat geeft onrust. Maar, er komen nieuwe mensen terug, met nieuw elan. Nee, ik zie dat helemaal niet somber in: ik heb een onverwoestbaar vertrouwen in mensen.’
Kennelijk is het tijd voor veranderingen Een frisse wind door SIRIUS
Marlies Verkuijlen verruilt de school voor het bedrijfsleven en wordt consultant bij Mercuri Urval, een adviesbureau dat zich meer in onderwijs, overheid en zorg wil gaan specialiseren. En daar komt Marlies dus in beeld: ‘SIRIUS zou me kunnen inhuren om nieuwe directeuren te werven en daar de gesprekken en assessments voor af te nemen,’ lacht Marlies. ‘Je moet er wel commercieel voor kunnen denken, maar dat ligt me wel. Misschien krijg ik er nog wel eens spijt van, maar ikweet van mezelf dat ik adrenaline en deadlines nodig heb om goed werk af te leveren, en voor mij is dit dus een logische keuze. Ik wil ‘targets halen’ - dat is voor mij de motivatie om ander werk te gaan doen. Als zo’n systeem in het onderwijs zou bestaan, dan was ik wel gebleven. Ik denk dat je steeds weer opnieuw dingen moet uitproberen - niet te snel bang zijn dat iets mis loopt. Ik weet van mezelf dat ik geen rare risico’s neem. Wat ik zal missen? Het dorp dat de school is. De leuke kanten van het schoolwerk - de optredens van de kinderen. Ik hoop maar dat er een directeur gevonden wordt die het ook leuk vindt als de kinderen viool spelen. En weet je wat ook? De vakanties…’
Reinier Gadellaa verandert van standplaats. Na 32 jaar Bijlmerdrie - als leerkracht, adjunct, directeur, klusjesman en wat al niet meer - neemt hij nu de plaats van Chris Grauw over op De Brink. ‘Best aantrekkelijk om weer eensmet een lege agenda te beginnen,’ verzekert hij. ‘Je bent hier toch nooit zonder voorgeschiedenis of voorkennis. Ik vind het een goed moment om over te stappen, juist nu de Bijlmerdrie een ander gebouw gaat betrekken. De school verhuist naar het gebouw van Het Kruispunt en krijgt als het aan mij ligt ook een nieuwe naam om aan te geven dat er een nieuwe periode begint. Wel veel veranderingen tegelijk in het directiecorps? ‘Ja, het gaat wel erg snel op dit moment - dat had wel geleidelijker gemogen. Het is logisch dat door de bezuinigingen alles moeilijker wordt, het is toch een toenemende armoede waar de scholen in terecht komen. En met niks kun je niks maken. En dan krijg je toch dat de pioniers / ondernemers op zoek gaan naar nieuwe uitdagingen. Maar mijn hart ligt in Zuidoost, dus ik ga nu met veel enthousiasme naar De Brink. Voor mij een nieuwe uitdaging, alleen al om te proberen om de prognoses te weerleggen door te proberen het leerlingaantal boven de 400 te houden.’
Nellestein start met digitaal leerlingportfolio Met 5 leerlingen van groep 8 is de school bezig om het digitaal portfolio uit te proberen. De bedoeling is dat de leerlingen zelf met digitale fotocamera, scanner en videocamera hun portfolio gaan vullen. In dit portfolio bepaalt de leerling zelf waarmee het gevuld wordt. Te denken valt aan een digitale foto van een eindproduct van een project of een werkstuk van een leerling voorzien van een uitleg van de leerling zelf (d.m.v. een geluidsfragment). De portfolio's zijn via internet te bekijken door de leerlingen zelf, de leerkrachten maar ook de ouders thuis kunnen meekijken naar de presentaties van hun kinderen. Het adres is www.leerlingportfolio.net/nellestein. Als gast kunt u inloggen met loginnaam: gast en wachtwoord: leksmond. De komende maanden zullen de leerlingen hun portfolio's gaan vullen.
Wim van Vliet Wim van Vliet zet ook een spannende verandering in: hij gaat - voorlopig 1 dag per week - twee nieuwe scholen opbouwen: in Noord en in Geuzenveld. Het zijn scholen onder een nieuw opgericht bestuur. Hij krijgt daarmee de kans om zijn onderwijs ideeën - het Zuiderzeemodel bijvoorbeeld - van de basis af vorm te geven. ‘En dat is toch weer een ander verhaal dan een bestaande school ombouwen,’ licht Wim toe. ‘Nu wil ik iets wat ik helemaal in eigen hand heb, dat is een uitdaging een droom. Ik krijg daarbij ook dingen te doen die ik niet eerder heb gedaan: ik moet nu bijvoorbeeld een administratiekantoor en een schoonmaakbedrijf gaan kiezen.’ Wim zal op de langere termijn dus SIRIUS verlaten. Hij heeft 18 jaar in Zuidoost gewerkt, ondermeer als directeur van de Cornelis Jetses, de Holendrecht en nu de Nellestein. ‘Ik ben een opbouwer,’ zegt Wim, ‘geen afmaker. Op een gegeven moment moeten anderen dat maar weer van me overnemen. Ik heb hier niet alles kunnen realiseren wat ik graag zou willen, en daar kan ik niet altijd goed mee omgaan. Daarbij, ik ben nu 50, en als ik nog iets bijzonders wil doen, dan moet ik daar nu mee beginnen. Toen ik de vraag kreeg van IJburg om me voor deze scholen in te gaan zetten, heb ik dus niet echt lang hoeven nadenken.’
Ton van Loon heeft in 34 jaar op verschillende scholen gewerkt en de laatste 7 jaar gespaard voor de ‘sabatical’ die hij nu gaat opnemen. Volgens zijn zeggen zou hij best verder kunnen gaan op De Blauwe Lijn, maar hij wil ook nog een keer een verandering. Het wordt eerst een half jaar Zuid-Afrika: ‘Het mooiste land dat ik ken. Het is ook een land met veel tegenstellingen en het is sociaal/politiek in wankel evenwicht. Ik ben van plan daar vrijwilligerswerk te gaan doen: er zijn in Zuid-Afrika tallloze kinderprojecten waar ze hulp bij kunnen gebruiken. ‘Nee, ik verbrand geen schepen hier hoor,’ antwoordt Ton als ik vraag of hij Amsterdam niet gaat missen. ‘De terugreis is geboekt. En daarna: Het is meer dat ik wel weet wat ik kan, maar nog niet wat ik wil. Wat mezelf betreft, ik hoop dat ik intussen zelf wat meer geleerd heb om afstand te nemen van moeilijke gezinssituaties. Ik maak me daar altijd vreselijk druk over - zoiets kost me teveel emotie en dat is niet gezond. In de Blauwe Lijn laat ik een school achter die een enorme kwaliteitsslag heeft gemaakt, op allerlei gebieden. Het is een school met een prettig werkklimaat, met geweldige kinderen en ouders en een team dat goed functioneert.’ Vul eens aan: ik ga op reis en neem mee…: ‘In elk geval een laptop,’ antwoordt Ton. Voor contacten via e-mail; ‘geen Nederlandse boeken want ik wil meer Engels en Afrikaans gaan lezen en leren.’ Chris Grauw en Marjan Sitters kregen al aandacht in het vorige nummer van Bordkrijt.
DE STER HELPT
Een vroege starter Leendert Timmers is een ochtendmens. Je kunt hem dus al ‘vroeg tegenkomen’, en dat is feitelijk ook tegelijk het motto van de organisatie waarvoor hij werkt. Leendert is ‘arbeidsdeskundige’ die vanuit Tredin bv voor SIRIUS de contacten met de medewerkers gaat leggen als ze niet kunnen werken. Zodat ze weer snel aan werk zijn. [Redactie] Tredin is een kleine Arbodienst in Lelystad: er werken 45 mensen. Het bedrijf heeft een eigen visie en daar speelt de arbeidsdeskundige een cruciale rol in: die is de ‘luis in de pels van de organisatie’. En daarmee wordt een nieuwe lijn ingezet om het verzuim terug te dringen. ‘Tot nu toe is het toch volgens alle betrokkenen allemaal te vrijblijvend geweest,’ vertelt Leendert. ‘Het is zo belangrijk dat mensen - ook als ze ziek zijn betrokken blijven bij de school. Wist je dat je het grootste resultaat kunt behalen in de eerste twee weken van het ziekteverzuim? Dat betekent dat we sterker aanwezig willen zijn. Niet op een akelige manier uiteraard, maar ‘hard on the matter, soft on the person’. Hoe moeten we ons dat voorstellen? ‘Stel dat je griep hebt, dan zal ik vragen of ik na een weekje weer kan terugbellen. Vaak voelen mensen zich niet prettig door andere oorzaken: maar 50% van het verzuim heeft een medische reden. We willen een onafhankelijke partij zijn, dus het is zeker de bedoeling dat iedereen bij ons een luisterend oor krijgt. We gaan niet onder 1 hoedje spelen met de directie, en ook niet met het bestuur. Als mensen problemen hebben op hun werk, dan moeten wij een plek zijn waar je die problemen durft aan te geven. Wij kunnen ze niet direkt oplossen, maar als er regelmatig signalen van een te grote werkdruk op een school zijn, gaan we daar zeker met die school over praten.’ ‘Ik ben dus wekelijks in Zuidoost te vinden. Dat is ook nieuw, we willen echt daadwerkelijk aanwezig zijn. Dat mes snijdt aan twee kanten: zo kunnen we sneller reageren en wij zijn sneller te vinden. De directieleden geven dagelijks hun verzuimmeldingen door, met een kort verslagje van wat er aan de hand is en welke dingen er zijn afgesproken. Ik kan dat volgen in een speciaal computerprogramma, dat me waarschuwt als er te weinig voortgang in een ziektegeval is. Je kunt ervan uitgaan dat niemand graag ziek is, dus wij zijn ook verplicht om ons in te spannen wat voor de medewerkers te betekenen.’ Hoe wordt je arbeidsdeskundige? ‘Het is een post HBO-opleiding bij de Gemeenschappelijke Medische Dienst. Die ‘club’ geeft advies aan bedrijfsverenigingen zoals het ABP of USZO. Er zijn mensen die zich specialiseren in de technische kant, bijvoorbeeld aanpassingen van meubilair of woningen. Anderen, zoals ik, zijn meer gericht op de sociale kant. Het meeste doe je natuurlijk op in de praktijk. Ik heb verzuimbegeleiding bij het GAK gedaan, maar dat werd uiteindelijk een ‘uitgeklede’ taak waarbij je alleen bezig was met WAOkeuringen. Daarna ben ik bij een medisch adviesbureau gaan werken om vastgelopen reintegratietrajecten te begeleiden. Bij Tredin werk ik nu pas een paar maanden. Ik solliciteerde omdat de manier van werken me sterk aansprak. Onderwijs is wel nieuw voor me, maar dat is interessant. Ik hou wel van werk waar je oplossingen moet vinden voor onverwachte problemen.’
DIGITALE TIJGERS De Tamboerijn heeft ze in huis. Groep 6, van Theo Dernison, deed samen met Esther Sluiter een project waarbij zowel op school als in een computercentrum met realistische en digitale beesten werd gestoeid. De eerste opdracht was een grote foto van een dier mee te nemen en die in negen gelijke stukjes te verdelen. Die stukken moesten op verschillende manieren bewerkt worden. Een stukje bleef hetzelfde, de andere stukjes werden beschilderd, met stof beplakt, verkreukeld en weer glad gemaakt, met een prikpen beprikt, natgemaakt, enz. Daarna werden de stukken weer tot een geheel gemaakt. Tijdens een tweede opdracht werd een collage van een fantasiedier gemaakt. Het digitale deel van het projekt werd in het ‘Digistation’ van Kraaienest uitgevoerd. Opnieuw werd een foto in stukken verdeeld en daarna met behulp van een fotoprogramma bewerkt. Ook werd er een poster gemaakt voor een expositie op school, waarbij zelfgemaakte digitale fantasiebeesten werden tentoongesteld.
Heb je ervaring met mensen allochtone komaf? ‘Ik heb hiervoor in de Zorg gewerkt in Den Haag. Daar ging het om veel Surinaamse mensen. Ik heb daar veel waardering voor gekregen: veel Surinaamse mensen werken in de zorg, en ik zag dat ze daar heel erg goed in zijn. Ik trof veel mensen met een groot empatisch vermogen. Ze konden ook terughoudend zijn op de momenten dat dat nodig was. Heel bijzonder. En in Capelle aan de IJssel heb ik lang meegewerkt in een buurtgroep. In die groep zaten veel mensen uit mediterrane landen.’ Worden arbeidsdeskundigen regelmatig bijgeschoold? ‘Je kunt gebruik maken van bedrijfscursussen, en je hebt natuurlijk ook onderling overleg. Je moet wel veranderingen zorgvuldig bijhouden, zoals wettelijke regelingen. Nu is het mogelijk dat je na twee jaar verzuim het onderwijs uit moet. Nou dat is wat wij proberen te voorkomen. Twee jaar is niet niks. Als je in die twee jaar niets voor elkaar kunt betekenen zou dat wel heel erg zijn.’ Worden jullie afgerekend op je resultaten? ‘Ja, er is sprake van een prestatieafspraak in het contract. Als het ziekteverzuim afneemt verdient de firma meer geld. Dat wil dus niet zeggen dat er geen zieken meer mogen zijn, maar ook SIRIUS is een ‘bedrijf’ en als mensen daar prettig werken, zal dat bedrijf ook gezonder zijn en goede prestaties leveren.‘ Leendert heeft dinsdags en donderdags een kamer in de Van Houteschool, met onderzoekstafel. Dokter is hij niet dus daar zal zijn laptop wel op komen te staan. Vind je dat de kamer nog aangepast moet worden? ‘Nee, ik vind het prima zo. Het gaat voor mij om andere dingen, dat er prettige gesprekken zijn bijvoorbeeld, waarna je weg gaat met goede afspraken.’ Kunnen mensen zelf bij je komen binnenvallen? ‘Nou, dat is niet handig, uit ervaring weet ik dat je meestal de hele dag vol zit. Dus een afspraak maken is het beste. Mensen kunnen bellen naar 0320-239020. Maar ik kom me nog voorstellen op de scholen.’ Wat doe jij om jouw werk van je af te schudden? ‘Ik heb een druk gezin, heb kinderen van 3, 6 en 9, waarvan ik enorm geniet. Maar ik begeleid ook een jeugdelftal, ben soms scheidsrechter en doe aan ‘oudemannen-tennis’ - dat is iets van tennis met kopjes koffie tussendoor…
Op maandag 30 mei hebben de kinderen van de De Ster, tijdens een feestelijke bijeenkomst, een cheque ter waarde van Euro 1800,overhandigd aan een vertegenwoordigster van het Liliane Fonds. Zij hebben dit geld bijeen gelopen tijdens een sponsorloop. Die werd op 15 april georganiseeerd als afsluiting van het project ‘Voeding en Bewegen’. De leerkrachten van de school hebben voor het Liliane Fonds gekozen, omdat het Fonds kinderen in ontwikkelingslanden met een handicap helpt. Het Fonds voorziet de kinderen van allerlei hulpmiddelen zoals: beugels, aangepaste fietsstoeltjes, fysiotherapie etc. Op deze manier kunnen deze kinderen weer bewegen. Door het succes van de actie wil de school ieder jaar een goed doel, bestaande uit kleinschalige projecten, gaan ondersteunen. De Sponsor Loterij zal het bedrag nog verdubbelen tot Euro 3600,-! [Dirk den Hartog]
Fotoproject BLIJ! Holendrechtschool maart - juli 2005 De Holendrechtschool heeft een fotoproject uitgevoerd, dat ondermeer resulteert in een gigantisch geveltableau dat op dinsdag 19 juli onthuld wordt door stadsdeelvoorzitter Elvira Sweet. Jenny Wesly, vertelt in dit artikel meer over de opzet en uitvoering. ‘Fotografie geeft kinderen de gelegenheid hun eigen wereld zichtbaar te maken, zegt Jenny. ‘Door het gebruik van een fototoestel krijgen kinderen een gevoel van controle over de wereld om hen heen. Het geeft hen de mogelijkheid als regisseur op te treden. De foto -het resultaatis iets van henzelf buiten henzelf. Iets ‘binnens’ krijgt een concrete vorm in de buitenwereld. Daarmee wordt het zelfgevoel bekrachtigd. ‘Dit heb ik gemaakt, hier ben ik trots op, dit ben ik, dit is mijn wereld.’ Uitwisseling Over die uitwisseling van het eigen verhaal met dat van de ander gaan de projecten van Jenny. Adjunct directeur Ida Nagglas diende bij het Amsterdams Fonds voor de Kunst Jenny’s projectvoorstel in. Groep 5 vormde de spil van dit langdurige project, dat al improviserend werd opgezet. Maar Jenny heeft wel degelijk een doel voor ogen: ‘De wegen om dat doel te bereiken, het creatieproces, vind ik minstens zo belangrijk als het resultaat. Dit vereist van de leerkracht een open en flexibele opstelling. Rita Nawmie, de groepsleerkracht, heeft het enthousiasme en die open instelling waardoor zij een wezenlijke bijdrage aan de uitvoering van het project leverde. Zij heeft de fotografie opdracht van de kinderen ook zelf uitgevoerd. En buiten de uren van het project bestede zij aandacht aan het project, structureerde en paste opdrachten qua werkvormen aan aan de mogelijkheden van de leerlingen.’ Twee trajecten In een serie van 7 lessen hebben de vijfde groepers laten zien waar zij ‘blij van worden’. Een dagdeel per week kregen de kinderen een aantal opdrachten rond dit thema. De eerste keer hebben de kinderen van huis iets meegebracht, waar zij blij van worden en vertelden daarover. De kinderen maakten een identiteitscirkel, een cirkel waarin zij zichtbaar maken waar zij verder nog blij van worden. Daarna tekenden ze er over en schreven ze ieder een fotografieplan. Met behulp van spiegels maakten de leerlingen getekende zelfportretten. Zij kregen fotografielessen, waarbij de aandacht lag op standpunt, kader en compositie met een aantal kijkoefeningen, gevolgd door camera-instructie. Vervolgens leenden de leerlingen digitale fotocamera’s om de onderwerpen van hun plan thuis en elders te gaan fotograferen. Daarvoor ondertekenden zij een leenovereenkomst. Uiteraard werden de ouders daar over geïnformeerd. Van de geprinte foto’s zijn later persoonlijke fotoalbums gemaakt. Het begrip ‘concentratie’ kwam regelmatig in gesprekken met de kinderen terug. De leerkracht begeleidde het maken van woordvelden, een opstel, het fotografieplan en de onderschriften bij de foto’s. Beeld en taal werden in het project geïntegreerd. Sociale vaardigheden Tijdens het project kwamen uiteenlopende thema’s aan bod, de kinderen oefenden met presenteren, de begrippen uniciteit, respect en innerlijke kracht werden besproken. Elementaire sociale vaardigheden zoals luisteren en anderen laten uitspreken waren terugkomende onderdelen van het project. Geleidelijk aan is de overgang gemaakt van ‘wat je blij maakt’ naar ‘wat je innerlijk sterk maakt’,
je persoonlijke innerlijke krachtsymbool. Zoals een meisje verwoordt: ‘Als ik dit potloodje bij me heb, dan weet ik dat ik het kan’. Workshop Tussen het eerste en tweede traject vond een workshop voor leerkrachten plaats. Doel daarvan was het overbrengen van de methodiek, de leerkrachten betrekken bij het project en inventariseren welke groepen meedoen in een 2e traject. Ook zij brachten iets mee dat hen blij maakt, het voorwerp moest in dit geval ook iets zeggen over hun relatie met de Holendrechtschool. In het tweede deel ging groep 5 naar de andere groepen. Alle kinderen werden ‘ambassadeur’, maar toen het begrip te moeilijk bleek, werd dat vervangen door ‘assistent’. De kinderen lieten hun albums zien en gaven een presentatie van het project. Parallel daar mee kozen de kinderen foto’s die mochten meedoen in het tweeluik van de uiteindelijke presentatie. Tijdens het project werd duidelijk dat kinderen niet (altijd) gewend zijn om structureel mee te denken over wat ze gaan doen. Er wordt vaak maar weinig beroep gedaan op hun creativiteit en originaliteit. In de groepen hangen kleurige tekeningen en andere werkstukken, er wordt zeker gewerkt met creatieve technieken. Maar zoals ook op andere scholen, is de invulling hiervan meestal afhankelijk van het belang dat de individuele leerkracht hieraan hecht. Jenny pleit voor het stimuleren van autonoom denken en handelen van de kinderen: ‘Laat ze ook vooral buiten de lijnen tekenen!’, spoort ze aan. ‘De kinderen geven veelal sociaal wenselijke reacties en antwoorden op de vragen die hen gesteld worden. Ik heb ervaren dat het benoemen van kwaliteiten en het stimuleren daarvan altijd betere resultaten geeft, dan het benoemen van hiaten en tekorten. Een positieve benadering stimuleert de kinderen meer zelfvertrouwen te ontwikkelen in wie zij zijn (identiteit versterken) en daarmee in hun cognitieve en creatieve vaardigheden.’
Op dinsdag 19 juli om 13.30 uur vindt de feestelijke onthulling plaats van de tweeluiken door stadsdeelvoorzitter mevrouw Elvira Sweet. Daarmee zal de school een ‘nieuw’ gezicht krijgen en een nieuwe uitstraling naar de directe omgeving en de buurt. Jetty Mathurin -‘Taante’- verzorgt een optreden in het naastgelegen buurthuis van Holendrecht, daarmee zal zij op haar unieke wijze zich kritisch en liefdevol met de Holendrechtschool ‘bemoeien’. Dan volgt de presentatie van het fotografie-project in de school. De veelvoud aan foto’s gemaakt gedurende het 4 maanden durende project BLIJ! is deels in print en deels als diashow te bekijken. In de omgeving van de school worden foto’s en aankondigingen, gemaakt door de leerlingen, opgehangen. Alle deelnemende groepen, leerkrachten en leerlingen ontvangen een foto voor in het groepslokaal. De albums van de kinderen liggen ter inzage; zij zullen ouders en andere bezoekers als gast-meisjes-en jongens rondleiden. Pas daarna wordt hun geduld beloond en mogen zij de albums naar huis meenemen.