MEMO Datum
: 24 juni 2015
Aan
: de leden van de gemeenteraad
Van
: Wethouder J. Van Agteren en Burgemeester F. de Graaf ten
aanzien van het product sluitingstijden horeca (pagina 7) Onderwerp : raadsvoorstel deregulering van het fysieke domein (d.d. 2 juli as)
INLEIDING Op 2 juli as vergadert de raad o.a. over de deregulering van tien vergunning- en ontheffingsstelsels (raadsvoorstel met stuknummer 1500020619). Het voorstel is op 15 juni jl. besproken in de stedelijke commissie. Door de commissieleden zijn vragen gesteld die veelal tijdens de vergadering door mij zijn beantwoord. De antwoorden op de nog openstaande vragen (inclusief de vragen die de per mail gesteld zijn) vindt u in deze memo. De vragen zijn per product gerangschikt.
Inhoudsopgave Algemene vragen .......................................................................................................................... 1 Product kappen ............................................................................................................................. 2 Aanvullend: uitkomsten gesprek met de Stichting Natuur- en milieuraad Enschede (NMRE) en het Instituut voor natuureducatie (IVN) ......................................................................................... 3 Openstaande vragen over het product sluitingstijden horeca ....................................................... 4 Vragen van dhr. Wessels (Groenlinks) over product kappen ....................................................... 4
OPENSTAANDE VRAGEN EN REACTIE Algemene vragen 1. In de tabel in het Raadsvoorstel zijn voor producten de uitkomsten soms anders dan het besluit van november 2014, terwijl de kosten gelijk zijn gebleven, hoe kan dit? Antwoord De wijzigingen betreffen de invoering van ontheffingen. Deze worden gedekt uit legesinkomsten die kostendekkend dienen te zijn. Hierdoor zijn deze extra kosten niet verwerkt in het kostenoverzicht omdat deze doorbelast worden aan de aanvrager en niet ten laste komen van de gemeente. 2. Wanneer volgt de volgende serie deregulering? Antwoord Fase 1 van de deregulering zal eerst worden afgerond. Fase 2 van het project deregulering start daarna (planning is oktober 2015). In deze fase 2 zal gekeken worden naar o.a. de welstandtoets en de bouwbesluittoets. Beiden zijn van toepassing bij de beoordeling van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouw (voormalige bouwvergunning)
1
Product kappen 1. Wat gebeurt er als een bewoner die een boom wil kappen en een omwonende het niet eens worden over het kappen van een boom? Welk recht heeft deze omwonende bewoner dan? Antwoord De omwonende bewoner heeft waar het gaat om beschermwaardige bomen een zelfde recht als bij de huidige nog geldende regelgeving. Daar verandert dus niets aan. Als een vergunning wordt verleend en de omwonende is het daar niet mee eens dan kan hij de vergunning aanvechten. Bij de meldingsplicht is de gemeente geen partij, de omwonende moet in gesprek met degene die de boom wil kappen. De omwonende heeft dan dezelfde rechten als wanneer de bewoner/ zijn buurman een boom wil kappen, die niet vergunning- en meldingsplichtig is. De meldingsplicht is nadrukkelijk alleen bedoeld om de omwonende meer kans en tijd te geven om in gesprek te gaan met degene die de boom wil kappen. Hiernaast is het burenrecht (Burgerlijk Wetboek) van toepassing. 2. Heeft de meldingsplicht geen juridische status? Antwoord Zie: “Wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Enschede 2009” als onderdeel van het voorliggende raadsvoorstel. De meldingsplicht is alleen bedoeld om bewoners de kans en tijd te bieden met elkaar in gesprek te gaan. Bomen waarvoor de meldingsplicht geldt kunnen zonder vergunning worden gekapt. Een meldingsplicht heeft in dat opzicht geen juridische status en leidt dus niet tot extra bescherming van deze bomen. Doordat de meldingsplicht is opgenomen in de strafbepaling van de Algemene Plaatselijke Verordening is er wel handhaving mogelijk. Dit als een meldingsplichtige boom wordt gekapt zonder dat daar een melding voor is gedaan. Het gaat dan om het opmaken van een proces verbaal en eventuele aanvullende sancties als het opleggen van een boete. 3. Hebben de wijkraden ook een rol bij de meldingsplicht? Antwoord Nee. Dit is niet een taak of verantwoordelijkheid die bij wijkraden hoort. Zie ook vraag 1 en 2 voor meer informatie over de status en bedoeling van de meldingsplicht. 4. In het voorstel is aangegeven dat het college een herplantplicht kan eisen: moet er niet een algemene herplantplicht worden opgelegd? Antwoord Nee. De regelgeving voor herplant is overgenomen uit de huidige nog geldende algemene regelgeving die in de praktijk goed werkt. Dit is ook bevestigd door de NMRE en IVN. Het opleggen van een standaard herplantplicht leidt tot extra regelgeving, onwerkbare situaties en het ontmoedigen van het aanplanten van bomen in het algemeen. 5. In de regelgeving ontbreekt nu het verbod om tijdens het broedseizoen van vogels een boom te kappen. Moet deze bepaling niet aanvullend opgenomen worden? Antwoord Nee. De bescherming van vogels en bijzondere flora- en faunasoorten zijn geregeld in een andere wetgeving namelijk de (landelijke) natuurwetgeving. Deze regels gelden het gehele jaar en zijn voor iedereen van toepassing zowel voor gemeente, burgers en bedrijven. Op deze wijze zijn niet alleen de broedsels van vogels, maar bijvoorbeeld ook de nestgelegenheden van vleermuizen beschermd. In de praktijk betekent dit dat iemand die een boom wil gaan kappen altijd dient te controleren op de aanwezigheid van nestende vogels of andere bijzondere soorten en conform de natuurwetgeving maatregelen dient te treffen. Ook als de boom niet vergunningplichtig of meldingsplichtig is. Wij zullen hier ook in het communicatietraject duidelijk aandacht aan besteden. 2
6. Hoe gaan we om met kap in verband met veiligheid in de voorgestelde regelgeving? Antwoord De regelgeving rond het voorkomen of wegnemen van onveilige situatie bij bomen is ongewijzigd gebleven. Dit is geborgd in de algemene regels en de zorgplicht vanuit de wegenwet, die geldt voor alle bomen en boomeigenaren. Daarnaast is het burgerlijk wetboek van toepassing in het kader van burenrecht. 7. Ecologie ontbreekt nu als criterium. Moet deze niet worden opgenomen? Antwoord: Nee. Zie “Nota samenvatting en beantwoording zienswijzen.” Met de NMRE is hierover doorgesproken in het gesprek van 18 juni jl. Gezamenlijke conclusie is dat ecologie via de door u in 16 december 2013 vastgestelde “Kaders voor het beheer en onderhoud van het openbare groen 2014-2018” goed is geborgd door het daarin opgenomen kader “In te zetten op biodiversiteit, behoud natuurwaarden en duurzaamheid”. Waarmee ecologie en biodiversiteit rond zowel bomen als al het groen al is beschermd. 8. Wanneer en door wie wordt overzicht beschermwaardige bomen (de kaart) vastgesteld en wanneer gaat hij in? De kaart met beschermwaardige bomen zoals die bij het raadsvoorstel zit is nog onvolledig: hoe moet de raad hier mee omgaan? Wordt de raad nog betrokken bij de vaststelling van de kaart en moeten we de vaststelling van het totaal niet opschorten? Antwoord Het overzicht beschermwaardige bomen wordt in augustus vastgesteld door het college als de aanvullingen uit de besprekingen met de NMRE en IVN zijn verwerkt (conform reactie op zienswijze). Daarna is het overzicht ook al openbaar in te zien op www.enschede.nl/bomenkaart, waar nu nog het concept zonder de aanvullingen te vinden is. Het overzicht wordt vervolgens, conform het voorliggende raadsvoorstel, samen met de algemene regels van kracht op 21 september 2015. Voorafgaand hieraan vindt uitgebreide communicatie in de media plaats over de wijzigingen en wordt de informatie op de gemeente website over dit product aangepast. Het vaststellen (en actualiseren) van de kaart is een bevoegdheid van het college: de raad bepaalt de kaders en de algemene regelgeving en het college de uitvoeringsregels binnen die kaders. De NMRE en IVN zijn hiermee akkoord gegaan. Vaststelling van de kaart in de Gemeenteraad is daarom ook geen onderdeel van het voorliggende raadsvoorstel en opschorting om deze reden leidt er toe dat we niet tijdig voor 21 september de nieuwe regelgeving kunnen doorvoeren. 9. Hoe wordt de kaart met beschermwaardige bomen actueel gehouden? Antwoord De gemeentelijke beschermwaardige bomen worden geactualiseerd tijdens de reguliere inspecties die we uitvoeren vanuit de boomveiligheidscontroles. De particuliere bomen worden periodiek geactualiseerd via inventarisatie. Dit wordt de komende tijd verder uitgewerkt met de NMRE en IVN en meegenomen bij de afgesproken evaluatie (in 2016). Mochten tussendoor mutaties nodig blijken, dan kunnen deze eenvoudig door het college vast worden gesteld.
Aanvullend: uitkomsten gesprek met de Stichting Natuur- en milieuraad Enschede (NMRE) en het Instituut voor natuureducatie (IVN) Op donderdag 18 juni jl. heeft er een gesprek plaats gevonden met de NMRE en de IVN. Dit gesprek stond al gepland om de zienswijze van de NMRE met als onderdeel daarvan de voorgestelde wijzigingen op het overzicht beschermwaardige bomen te bespreken. Dit gesprek was zeer positief voor alle partijen. Besproken is onder andere: • Het overzicht beschermwaardige bomen: Het overzicht wordt samen met de NMRE aangevuld als voorgestelde bomen aan de criteria voldoen. Met deze aanvullingen zijn de NMRE en IVN van mening dat er een goede objectief overzicht ligt, die begin
3
•
augustus kan worden vastgesteld door het college en voldoende bescherming biedt aan de bomen in Enschede. Regelgeving: De voorgestelde regelgeving is doorgesproken. Eindconclusie hiervan is dat de voorgestelde regels voldoende bescherming biedt aan de bomen in Enschede. Aanpassing van de voorgestelde regels is wat hen betreft niet nodig. Wel zien we gezamenlijk rond werkprocessen (op termijn) verbetermogelijkheden, die uiteindelijk kunnen leiden tot verdergaande deregulering. Een voorbeeld daarvan is het gezamenlijke onderzoek naar mogelijkheden voor een beheerplan voor beschermwaardige gebieden, waarna de vergunningsplicht in dit gebied vervalt. Deze ideeën passen goed binnen de huidige regelgeving.
Openstaande vragen over het product sluitingstijden horeca 1. Waarom kiezen we er niet voor om de sluitingstijden in het centrumgebied volledig vrij te laten? Antwoord De Burgemeester, de Horecaverenigingen, de verenigde binnenstadsbewoners en de politie zijn geen voorstander van het voorstel om horecasluitingstijden volledig vrij te laten. Deze organisaties vrezen voor een toename van overlast, openbare dronkenschap, openbare ordeverstoringen etc. De horeca heeft bovendien geen behoefte aan vrije sluitingstijden. Er is ook maar een zeer beperkt aantal steden dat de sluitingstijden volledig vrij heeft gelaten. Het volledig vrij laten van de sluitingstijden zal gevolgen hebben voor de inzet van politie, gemeentelijk toezicht en het pubteam. Bovendien is het vrijlaten van de sluitingstijden in strijd met het vorig jaar vastgestelde drank- en horecabeleid: één van de doelstellingen daarvan is om alcohol gerelateerde overlast tegen te gaan (o.a. door het niet volledig vrijgeven van sluitingstijden). Met het voorliggend voorstel is het doel bereikt: ondernemers hoeven nl. geen ontheffing meer aan te vragen, en de overlast in de stad neemt naar verwachting niet toe. Het advies is daarom om een eventuele motie/amendement met de strekking om sluitingstijden geheel vrij te geven, af te raden.
Vragen van dhr. Wessels (Groenlinks) over product kappen 1. Hoe is de selectie van particuliere bomen tot stand gekomen? Zijn dit allemaal bomen die door de eigenaar zelf zijn aangemeld, of zijn deze bomen tijdens een schouw met bomendeskundigen aangewezen en is er daarna met de eigenaar overlegd? Zijn er bomen niet op de kaart gekomen omdat de eigenaar bezwaar had tegen het opnemen? Zijn alle particuliere percelen, voor zover zichtbaar vanaf de openbare ruimte, in de schouwen meegenomen? Antwoord Deze vraag bestaat uit meerdere deelvragen: - Zie “Nota samenvatting en beantwoording zienswijzen”: De selectie van particuliere bomen op het overzicht beschermwaardige bomen is tot stand gekomen vanuit inventarisatie door de gemeente en de NMRE samen met de IVN. Dit aan de hand van gezamenlijk vooraf met een landelijk deskundige adviseur opgestelde criteria; - Informeren bewoners: Zie procesomschrijving in het voorliggende raadsvoorstel en “Nota samenvatting en beantwoording zienswijzen”: In de zienswijze periode zijn het overzicht en de concept regelgeving ter inzage gelegd voor bewoners via onder andere www.enschede.nl/bomenkaart. Dit is kenbaar gemaakt via de daarvoor gebruikelijke media en door aanschrijving van eigenaren van particuliere bomen; - Nee. Zie “Nota samenvatting en beantwoording zienswijzen”: Er zijn geen bomen van het overzicht gehaald omdat eigenaren bezwaar hadden; - Ja. Alle bomen zichtbaar vanaf de openbare ruimte zijn meegenomen bij de inventarisatie.
4
2. Kan iedereen de komende maanden nog bomen aanmelden en zo ja, hoe wordt dat naar buiten gecommuniceerd? Antwoord Zie antwoord vraag 9 (bij het product “kappen”). Toevoegen van eigen bomen kan daarnaast altijd. We verwachten gezien eerdere ervaring niet dat dit echt gebeurd, omdat een boomeigenaar die zijn boom toe wil voegen zelf de boom toch al belangrijk vindt en wil behouden. De aanvulling van de NMRE was overigens een onderdeel van hun zienswijze, die nu naar hun tevredenheid wordt meegenomen. 3. Ik mis in de APV een verbod op het vellen, rooien, kandelaberen of knotten van bomen tijdens het broedseizoen. Kan een dergelijke regel alsnog worden opgenomen, of is dit via andere regels al geborgd? Indien dit al is geborgd, wat zijn dan die andere regels? Antwoord Dit is geborgd via de natuurwetgeving. Zie antwoord vraag 5 (product kappen). 4. Onder welke voorwaarden wordt er een herplantplicht opgelegd? Is het mogelijk een algemenere herplantplicht in de APV op te nemen, in plaats van artikel 4.11. waar slechts wordt geschreven dat het college een herplantplicht KAN opleggen? Antwoord Zie antwoord vraag 4 (product kappen). 5. Waarom wordt er in de stukken zo stringent vastgehouden aan een minimum stamomtrek van 100 cm op 130 cm boven maaiveld? Is het mogelijk in artikel 4:10 lid E de bijzin "met een stamomtrek van minimaal 100 centimeter op 130 centimeter hoogte boven het maaiveld" te verwijderen? En de eerste basiseis iets minder stringent te beschrijven? Dan zou het namelijk wel mogelijk worden bijzondere bomen die net niet aan de stamomtrek van 100 cm voldoen, maar in meerdere andere opzichten wel zeer waardevol zijn, ook als beschermwaardig aan te merken. Veel van de genoemde criteria waarop een boom als beschermwaardig kan worden aangewezen staan namelijk geheel los van een eventuele stamomtrek. Het is best denkbaar dat een boom voldoet aan één of meerdere criteria om als beschermwaardig te worden opgenomen, maar slechts een stamomtrek van 90 of 95 cm heeft. Bijvoorbeeld als de boom een wezenlijk onderdeel vormt van het stedenbouwkundig ontwerp, een waardevol ensemble vormt met een gebouw, of geplant is ter herdenking van een bijzondere gelegenheid. Toch is het volgens de regels niet mogelijk een dergelijke boom als karakteristiek aan te wijzen als de stamomtrek minder is dan 100 cm. Dit blijkt zowel uit de criteria beschermwaardige bomen in de bijlage argumenten, kanttekeningen en nadere regels, als uit de voorgestelde APV. - Onder de criteria beschermwaardige bomen wordt als eerste basiseis gesteld een omtrek van minimaal 100cm. - In artikel 4:10 lid E van de nieuwe APV is de minimale stamomtrek van 100 centimeter opgenomen als onderdeel van de definitie van een beschermwaardige boom binnen de bebouwde kom. Antwoord Nee. Het doel is deregulering voor bewoners. In de huidige regelgeving hanteren wij binnen de bebouwde kom ook al deze (minimum) stamomtrek van 100 centimeter, die volgens alle betrokkenen voldoende bescherming biedt en helder is. Daarom is deze als basiseis aangehouden. In het buitengebied worden structuren en bossen veelal beschermd door de hoger geldende regelgeving van de Boswet. De nieuwe criteria voor beschermaardige bomen zijn gezamenlijk met NMRE, IVN, Stawel een landelijk deskundige adviseur opgesteld. Zie ook reactie op vraag 1 en de uitkomst van het gesprek met de NMRE en IVN hiervoor. 6. Volgens de APV (art 4:10 lid H) zijn binnen een beschermwaardig boomgebied alleen die bomen beschermd die een stamomtrek van minimaal 100 cm op 130 cm hoogte hebben. Uit de discussie gisteravond (stedelijke commissie d.d. 15-062015) begreep ik dat het de bedoeling was dat binnen een boomgebied ALLE bomen beschermd zouden zijn. Is het mogelijk de bijzin "waarbinnen de bomen 5
7. een stamomtrek hebben van minimaal 100 centimeter op 130 centimeter hoogte boven het maaiveld" uit dit artikel van de APV te verwijderen? Dan wordt namelijk wel voldaan aan de voorwaarde dat ALLE bomen binnen een boomgebied beschermd zijn. Antwoord Nee. Dit betreft een spraakverwarring. In de voorliggende algemene regels staat het goed omschreven: de vergunningplicht voor bomen binnen een beschermwaardig boomgebied geldt alleen voor bomen met een minimale stamomtrek van 100 centimeter op een hoogte van 130 centimeter boven maaiveld. 8. In artikel 4:10 lid E staat geschreven "Buiten de bebouwde kom: alle bomen met een stamomtrek van 100 centimeter op 130 centimeter hoogte boven het maaiveld." Hier is het woord 'minimaal' voor 100 centimeter vergeten. Zoals het er nu staat zijn dus alleen bomen met een stamomtrek van exact 100 centimeter beschermd. Zowel alle kleinere als grotere bomen mogen vrijelijk gekapt worden. Dat lijkt me niet de bedoeling. Antwoord Klopt. Dit is inderdaad niet juist weergegeven in lid F en inmiddels aangepast. 9. In artikel 2:10 lid 2 sub i) staat geschreven: “Op een kroonprojectie van een boom conform het overzicht beschermwaardige bomen in artikel 4:10 sub H". Dit betekent dat alleen indien een boom als beschermwaardig is aangewezen, het niet toegestaan is voorwerpen onder de boom te plaatsen. Wanneer een boom dus niet als beschermwaardig is aangewezen dan mag je blijkbaar wel voorwerpen onder de boom plaatsen met als risico dat de boom beschadigd wordt. Is het mogelijk de tekst van lid 2 sub i) in te korten tot simpelweg "Op een kroonprojectie van een boom."? Dan wordt er geregeld dat je ook met nietbeschermwaardige bomen wel zorgvuldig moet omgaan. Antwoord Dit betrof een niet goed weergegeven doorverwijzingstekst naar het artikel 4.11.6 “Bescherming houtopstanden”, die inmiddels is aangepast. In dit artikel 4.11.6. stond al de correcte tekst met de benodigde juridisch mogelijke bescherming.
6