mei 2005
Ziekte van Crohn Verschijnselen De ziekte van Crohn kan heel wisselend zijn: de ene patiënt heeft regelmatig kIachten, de andere bijna nooit. Ook de ernst van de klachten wisselt sterk, afhankeIijk van de uitgebreidheid van de ontstekingen. Patiënten met slechts één ontsteking of enkele ontstekingen vertonen over het algemeen weinig verschijnselen. De belangrijkste verschijnselen van de ziekte van Crohn zijn terug te brengen tot de ontstekingen zelf, die in ernstige gevallen pijn in de buik, koorts en krampaanvallen veroorzaken. Soms ontstaan door de ontstekingen zwellingen die bij het betasten van de buik voelbaar zijn. Veel patiënten hebben bovendien last van lichte misselijkheid, vooral na het eten. Het ontstoken weefsel zelf scheidt veel eiwitrijk vocht af. Dit heeft meerdere gevolgen: er blijft veel vocht in de darmen (diarree) en voedingsstoffen worden slecht opgenomen, waardoor er tekorten ontstaan in het lichaam (dit veroorzaakt onder andere vermagering). Door verlies van het ontstekingsvocht en bloed is er een extra verlies van eiwitten. Andere verschijnselen zijn het ontstaan van vernauwingen, fistels (abnormale verbindingen tussen de zieke darm en andere organen) en abcessen (opeenhopingen van pus omgeven door weefsel). Beschrijving van de ziekte van Crohn De ziekte van Crohn is een chronische ontsteking van (delen van) het maagdarmkanaal. De aandoening is genoemd naar de Amerikaanse arts Crohn. De afwijking kan van mond tot anus aanwezig zijn, maar komt vooral voor in het laatste deel van de dunne en in dikke darm. (zie de illustratie Ziekte van Crohn met mogelijke plaatsen van actieve ontsteking). De ziekte van Cronn heeft een aantal kenmerken. Zo ontstaan in het slijmvlies van de darm diepe zweren (spleetvormige zweren of fissurale ulcera). De ontstekingen komen in alle wandlagen van de darm voor. Ontstoken plekjes kunnen vanzelf genezen, waarbij meestal littekenweefsel achterblijft. Hierdoor wordt de darmwand dikker en de doorgang nauwer. De zweren kunnen echter ook dwars door de darmwand heen groeien en aan de buitenkant van de darm een kleverig ontstekingsvocht produceren. Hierdoor kunnen verklevingen ontstaan tussen de aangetaste darm en bijvoorbeeld andere delen van de darm, de blaas, de huid of de vaginawand. Door de zweren en het verklevingproces kan de zweer in andere organen doordringen. Er ontstaan dan abnormale verbindingen (fistels) tussen de zieke darm en andere organen. De ziekte begint vaak tussen het twintigste en dertigste levensjaar, maar kan ook bij kinderen en mensen van middelbare of hogere leeftijd optreden. De oorzaak is onbekend. In sommige families komt de aandoening meer voor dan in andere. De ziekte is niet erfelijk, maar erfelijke factoren spelen wel een rol. De ziekte van Crohn is verwant aan darmaandoening colitis ulcerosa. De teksten over deze ziektebeelden overlappen gedeeltelijk.
De belangen van mensen met de ziekte van Crohn worden behartigd door de Maag Lever Darm Stichting en de Crohn en Colitis Ulcerosa Vereniging Nederland. Bij deze laatste kunt u ook terecht voor verdere informatie. Diagnose stelIen bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Om vast te stellen of u de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa hebt, inventariseert de arts via een gesprek (de anamnese) de klachten en verschijnselen. Daarna volgt een lichamelijk onderzoek. De arts kijkt of u vermagerd bent, bleek bent en onderzoekt de anus. Vervolgens vindt in een laboratorium een urine- en bloedonderzoek plaats.De urine wordt onderzocht op een eventuele onsteking. Er wordt onderzocht of er sprake is van diarree als gevolg van een infectie. Bij het bloedonderzoek wordt onder andere de bezinkingssnelheid van de rode bloedlichaampjes gemeten (BSE). Bij veel afwijkingen ontstekingen is deze te hoog. Verder wordt het aantal witte bloedlichaampjes vastgesteld. Een verhoogd aantal kan wijzen op een ontsteking. Tenslotte wordt het eiwitgehalte in het bloed gemeten. Bij de ziekte van Crohn en bij colitis ulcerosa kan de hoeveelheid eiwitten sterk verlaagd zijn omdat de patiënt weinig eet, de eiwitten slecht in het lichaam worden opgenomen, het ontstekingsvocht veel eiwitten bevat en de eiwitbehoefte is toegenomen. Als in het eerste laboratoriumonderzoek afwijkingen zijn geconstateerd wordt aanvullend specialistisch onderzoek verricht. De genoemde afwijkingen kunnen namelijk ook zijn veroorzaakt door andere ziekten dan de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa. Diagnose stellen bij ziekte van Crohn en colitis ulcerosa: specialistisch onderzoek Wanneer het lichamelijk onderzoek van de huisarts en de eerste laboratoriumtests wijzen op een afwijking in de darmen, dan volgt aanvullend specialistisch onderzoek om vast te stellen of u de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa hebt. Mogelijke onderzoeken zijn: •
•
•
•
endoscopie: een flexibel buis met een Iichtbron en een kijkertje wordt via de anus in de dikke darm gebracht. Dit onderzoek kan kleine veranderingen in de darmwand in beeld brengen, omdat het slijmvlies direct wordt geïnfecteerd. Het wordt ook wel colonoscopie of sigmoïdoscopie genoemd; röntgenonderzoek: om de darmen in beeld te krijgen wordt contrastvloeistof gebruikt. Bij de dunne darm wordt deze vloeistof ingebracht door een slangetje dat via da mond en de maag naar de darm loopt (Bilbao sonde). Wil men de dikke darm onderzoeken, dan wordt de vloeistof door een slangetje via de anus en endeldarm ingebracht (coloninloop); echografie van de buik: dit onderzoek maakt gebruik van hoge geluidstonen (ultrasoon) die niet hoorbaar zijn voor de mens. De geluidsgolven worden teruggekaatst door vaste massa in het lichaam. De teruggekaatste golven worden omgezet in beelden, waarop fistels, ontstekingen en verdikkingen zichtbaar zijn; indium: eigen witte bloedcellen worden gemerkt met een kleine hoeveelheid radioactieve stof en in een bloedvat gespoten. Deze stof hoopt zich op bij ontstekingen. De arts tast de buik af met een speciaal apparaat dat de plaats van de opgehoopte radlioactiviteit en dus van de ontsteking kan aantonen.
Medische behandeling van fisteIs bij de ziekte van Crohn Bij veel inwendig fistels als gevolg van de ziekte van Crohn is het noodzakelijk om operatief in te grijpen. Dit geldt met name voor fistels tussen delen van de twaalfvingerige darm, tussen de dunne darm en de blaas en tussen de dunne darm en de vagina. Patiënten met peri-anale fistels zonder de ziekta van Crohn kunnen met een operatie geholpen worden. De operatie houdt in dat de fistel wordt opengelegd, waarna de wond uit zichzelf dichtgroeit. Bij mensen met de ziekte van Crohn leidt zo'n operatie echter nogal eens tot een slechte genezing en complicaties. Abcessen moeten, als ze niet spontaan
openbreken, wel altijd geopend worden. Soms wordt een antibioticum, metronidazol (Flagyl), toegediend om de ontsteking te onderdrukken. Het is wel eens nodig een stoma aan te leggen die de ontlasting 'omleidt', om de genezing te bevorderen. Medische behandeling van de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa: Door behandeling met medicijnen wordt geprobeerd een acute aanval van colitis ulcerosa of de ziekte van Crohn zo snel mogelijk te stoppen. Het doel van een langdurige behandeling met medicijnen is het opnieuw optreden van actieve ontstekingen te voorkomen. Verstrekking van medicijnen gebeurt strikt individueel omdat de klachten per persoon sterk verschillen. De meeste geneesmiddelen hebben tot doel de ontsteking te remmen. Enkele voorbeelden zijn sulfasalazine (Salazopyrine) en middelen die mesalazine (=5-ASA) bevatten, namelijk Dipentum, Pentasa, Salofalk en Asacol. Deze medicijnen zijn op verschillende plaatsen in het spijsverteringskanaal actief en bestrijden de ontsteking. Afhankelijk van de precieze klachten en localisatie van de ziekte wordt het juiste medicijn bepaald. De mesalazinepreparaten geven weinig bijwerkingen. Bijkomende klachten, zoals bloedarmoede, worden apart behandeld met bijvoorbeeld foliumzuur/vitamine B12. Wanneer de genoemde ontstekingsremmende medicijnen onvoldoende resultaat leveren, kan de arts corticosteroïden (bijvoorbeeld prednison) voorschrijven. Corticosteroïden zijn hormoonpreparaten met een sterk ontstekingsremmend effect. Prednison kan aanzienlijke bijwerkingen hebben, zoals osteoporose (botontkalking), diabetes mellitus (suikerziekte), gewichtstoename en psychische veranderingen. Sinds kort bestaan er hormoonpreparaten die vrij gericht werken. Deze hebben een krachtige ontstekingsremmende werking wanneer ze door de darm gaan, maar worden in de lever snel afgebroken tot onwerkzame stoffen. De bijwerkingen zijn daardoor veel geringer. Een aantal van deze preparaten is al op de markt voor de behandeling van colits ulcerosa in het laatste deel van de dikke darm. De toediening gaat via een klysma (anaal). Deze middelen zijn ook ontwikkeld in capsulevorm voor aandoeningen in de dunne darm en het begin van de dikke darm. Steeds vaker wordt ook azathioprine (Imuran) voorgeschreven. Dit middel heeft een remmende invloed op het afweersysteem en is vooral geschikt voor behandeling op langere termijn. Theoretisch heeft het middel veel bijwerkingen, in de praktijk valt dit erg mee. Complicaties bij de ziekte van Crohn. Als de klachten van de ziekte van Crohn lang aanhouden en niet worden behandeld dan kunnen verschillende complicaties voorkomen: • • • • • •
vermindering van de eetlust achteruitgang van de darmfunctie waardoor voedingsstoffen slecht worden opgenomen en vermagering optreedt bloedingen in de darm, die kunnen leiden tot bloedarmoede verkleving van de darmlissen onderling of verkleving van de darm met andere organen (blaas, vagina, huid) Dit kan leiden tot verbindingsgangetjes (fistels) afsluiting van een deel van de dunne darm (obstructie-ileus).Deze complicatie moet in het ziekenhuis operatief worden behandeld; abcessen of perforaties.
Complicaties bij de ziekte van Crohn: fistels De ziekte van Crohn kenmerkt zich door diepe, spleetvormige zweren in de darm. Door deze zweren kunnen fistels ontstaan. Dat zijn abnormale verbindingen tussen een
lichaamsholte en de huid, of tussen twee holten onderling. Inwendige fistels kunnen op de volgende plaatsen voorkomen: • • • • •
tussen de dunne darm en sigmoïd (het laatste gedeelte van da dikke darm, voordat deze overgaat naar de endeldarm); tussen de twaalfvingerige darm en de dikke darm; tussen darmlussen onderling; tussen de dunne darm en de blaas (met blaasinfecties tot gevolg); tussen de dunne darm en de vagina (met een onaangename afscheiding en verlies van ontlasting tot gevolg).
Sommige mensen met de ziekte van Crohn krijgen fistels rondom de anus (peri-anaal). Een fistel ontstaat door een ontsteking waarbij er geen of onvoldoende afvoer is van het vocht. Er ontwikkelt zich dan een klein abces, dat kan doorbreken naar de huid. Als deze doorbraak niet geneest, maar chronisch ontstoken blijft, dan wordt dit een fistel die vocht blijft afscheiden. Als het laatste gedeelte van de endeldarm is aangetast, kunnen de diepe zweren leiden tot fistels en abcessen rondom de anus. Deze fistels worden door de ziekte van Crohn zelf veroorzaakt en hebben vaak een rechtstreekse verbinding met de darm. Omdat in de darm ontlasting en bacteriën aanwezig zijn, kan het lang duren voordat zo'n fistel geneest. Beschrijving van het short boweI syndroom Van het short bowel (kortedarm) syndroom is sprake als nog maar 50 tot 100 centimeter van de dunne darm functioneert. Het gaat dan meestal om het jejunum, het bovenste gedeelte van de dunne darm dat verbonden is met de maag en de twaaIfvingere darm. Het short bowel syndroom kan optreden als complicatie bij de ziekte van Crohn (een darmziekte die gekenmerkt wordt door zweren). Verder kan het short bowel syndroom voorkomen bij mensen bij wie door trombose in de buikaderen het grootste gedeelte van de dunne darm niet meer werkt. Daarnaast kunnen ongelukken een short bowel tot gevolg hebben. Mensen met het short bowel syndroom moeten een vetbeperkt dieet houden omdat de darm met vet veel moeite heeft. Ook is het vaak handiger meerdere kleine maaltijden per dag te gebruiken. Een enkele keer het nodig mensen met het short bowel syndroom kunstmatig, via een sonde (slangetje in de neus), bij te voeden. Men hoeft echter niet bang te zijn dat men te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt. Opvallend is namelijk dat het jejunum na verloop van tijd (variërend van enkele maanden tot twee jaar) een groot deel van de functies van het gedeelte van de dunne darm dat niet meer werkt, overneemt. Ook in de twaalfvingerige darm worden veel voedingsstoffen opgenomen. De belangen van mensen met het short bowel syndroom wordt behartigd door de Maag Lever Darm Stichting en de Crohn en Colitis UIcerosa Vereniging. Bij deze laatste kan men terecht voor verdere informatie over het short bowel syndroom. Leefregels bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Voor mensen met de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa is het volgen van een specifiek dieet niet nodig. maar wel is een goede voeding van groot belang om de lichamelijke conditie op peil te houden. Vooral vezelrijke producten zijn belangrijk: volkorenbrood in plaats van witbrood, veel groente en fruit, eventueel havermout en haverzemelen. Bij een vezelrijke voeding moet u veel drinken om verstopping te voorkomen. Zorg voor veel variatie in de voeding. Vezelrijke voeding kunt u overigens beter vermijden in de periode dat de ontstekingen erg actief zijn. Dan is juist licht verteerbaar voedsel aan te raden.
Sommige mensen zijn gebaat bij melkproducten, bij anderen veroorzaken deze juist meer klachten. Bij een slechte eetlust of grote vermoeidheid kunnen vitaminepreparaten helpen. Indien nodig kan een arts of diëtist meer informatie geven. Patiëntenvereniging Crohn en Colitis Ulcerosa Vereniging Nederland, Wilhelminastraat 45, 3621 VG Breukelen, tel (0346)261001 HD.90.14