Titel project
Innovatieve Techniek
Aanvrager
Baronie College
Contactpersoon
I.D. Dulfer-Kooijman
Begin- en einddatum van het project
01-11-2004 t/m 31-10-2007
PROJECTPLAN A. Uitgangspunten voor project 1. Beschrijf het probleem dat het project beoogt op te lossen, de situatie die wordt verbeterd in termen van regio / sector en betrokken opleidingen Beschrijf het probleem dat het project beoogt op te lossen, de situatie wordt verbeterd in termen van regio / sector en betrokken opleidingen Innovatieve techniek wil meer techniekleerlingen aantrekken. Landelijk en ook in onze regio is het aantal techniekleerlingen die een middenkaderopleiding techniek afronden sterk gedaald. Een zorgwekkende ontwikkeling voor met name het regionale bedrijfsleven. Momenteel vinden vooral leerlingen die geschikt zijn voor de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg in de bestaande programma’s geen uitdaging. In de eerste twee leerjaren wordt nauwelijks aandacht geschonken aan techniek. De keuze wordt uitgesteld en er is een brede algemene vorming. Leerlingen worden daardoor niet gemotiveerd om voor een techniekopleiding te kiezen, terwijl er in de regio steeds meer behoefte is aan middenkaderniveau techniek. Kinderen leven in een sprankelende wereld die ‘stijf staat’ van techniek. Game boy, GSM, computer, internet, mountain bike, scooter, auto, muziek, clips, …. Ook bestaat er van nature bij kinderen interesse in techniek. De techniek in het (v)mbo heeft hiermee geen enkele relatie. Het is productiegericht onderwijs dat weinig aansprekende producten oplevert en geen of nauwelijks inbreng heeft van het regionale bedrijfsleven. Bovendien is de leerweg opgezet van deel naar geheel. Gevolg is vaak kleine saaie opdrachten en weinig zicht op wat echt mogelijk is. Geen uitdaging voor nieuwsgierige ambitieuze leerlingen. Ontwerpgericht spreekt meer aan. Vanuit een echte vraag worden deelopdrachten afgeleid. Het geheel blijft zichtbaar. Leerlingen die innovatieve techniek kiezen krijgen daarentegen vanaf dag 1 op het VMBO te maken met brede, praktische techniekopdrachten(competentiegericht: van het geheel naar de delen) die afkomstig zijn uit het regionale bedrijfsleven via een activerende didactiek.
2. Beschrijf de doelen specifiek, meetbaar, realistisch en tijdgebonden. Omschrijf het draagvlak voor de doelen binnen het samenwerkingverband. Beschrijf de doelen / het doel van het project Concreet wordt met innovatieve techniek beoogd dat instroom met succesvolle afronding na 7 jaar op middenkaderniveau (MBO-4) in de techniek met 20% stijgt in de regio Breda e.o. Dit plan beoogt om samen met het bedrijfsleven uit de regio een leertraject (v)mbo te ontwikkelen. Een leerling komt na de basisschool in een 7-jarige opleiding die opleidt tot een niveau-4 opleiding (middenkader) op het MBO, die de mogelijkheid biedt tot doorstroming naar het HBO. Deze opleiding beoogt de oorspronkelijke interesse van kinderen in de techniek vast te houden door middel van continue aandacht voor techniek en de technische toepassingen. En door de relatie met de dagelijkse praktijk doordat gewerkt wordt met opdrachten uit het regionale bedrijfsleven. De opleiding wordt vanaf de eerste dag volledig competentiegericht vorm gegeven, van het geheel Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
0
naar de delen met de praktijk als uitgangspunt en heeft dan ook als kenmerk eenzelfde activerende didactiek gedurende 7 jaar. Recent opgezette nieuwe mbo-opleidingen op het Baronie College zoals Commerciële Techniek en Techno Explorer tonen aan dat een opleiding die competentiegericht vorm wordt gegeven leerlingen meer aanspreekt. Het bedrijfsleven is zeer nauw betrokken bij het ontwikkelen van dit leerarrangement, door in het project te participeren bij de aansturing, de vormgeving en de invulling, zij leveren de innovatieve opdrachten vanuit de beroepspraktijk. Tevens staat het bedrijfsleven positief tegenover breed opgeleide leerlingen met pas aan het eind van de opleiding specialisatie. Er is behoefte aan “brede probleemoplossers”. Daarnaast zullen de lerarenopleidingen van de Fontys Hogeschool en de kenniskring van het lectoraat ‘Didactiek van het beroepsonderwijs’ zeer nauw betrokken zijn bij de ontwikkeling van deze nieuwe opleiding en zal Fontys onderzoekscapaciteit leveren om na te gaan welke impact deze nieuwe ontwikkeling heeft op leerlingen, leraren(begeleiders, instructeurs), schoolorganisatie, lerarenopleiding en het bedrijfsleven. Er zal door Fontys een tweetal promovendi worden aangesteld die worden begeleid door de Fontys lector en de TU/e hoogleraar Johan van der Sanden. 3. Thema’s van het project Het project is gericht op versterking van de relatie onderwijs – bedrijfsleven: Verbetering van rendement van het beroepsonderwijs Verhoging van de kwaliteit en professionaliteit van de output Innovatie van pedagogiek en didactiek 4
Ja X x x
Nee
Beschrijf de samenstelling, inhoudelijke inbreng en expertise van het samenwerkingsverband
Naam partner samenwerkingsverband Prisma College
Baronie College
Fontys Hogeschool
Omschrijving inhoudelijke inbreng
Omschrijving deskundigheid
Ontwikkelt de nieuwe opleiding en neemt daarin alle randvoorwaarden mee. De opleiding zal geïmplementeerd worden op het Prisma College en op het Baronie College.
De ontwikkelaars zijn ook de mensen die de opleiding gaan implementeren dus de competenties dienaangaande moeten aanwezig zijn of moeten tijdens het project aangebracht worden.. De competenties voor de projectleiding en ontwikkelaars dienen aanwezig te zijn of worden tijdens het project ontwikkelt.
Levert de projectleiding, een ontwikkelaar en biedt ondersteuning bij de ontwikkeling van de nieuwe opleiding en neemt daarin alle randvoorwaarden mee, na het 3de of 4de jaar ook verantwoordelijk voor implementatie. Levert door inbreng van leraren in opleiding die stage lopen in de nieuwe opleiding ontwikkelcapaciteit. Levert ook onderzoekscapaciteit.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
Kennisontwikkeling omtrent de wijze waarop leerlingen in het vmbo en het mbo competenties verwerven in het kader van loopbaangericht onderwijs. Vanuit het lectoraat “Didactiek van het beroepsonderwijs” wordt gestreefd naar een integrale aanpak van activiteiten die te maken hebben met Schoolontwikkeling, Opleiding, Onderzoek en Professionele
1
ontwikkeling van onderwijspersoneel. INDEX Technocentrum
Samen met de partners verantwoordelijk voor de acquisitie van bedrijven, tijdens de gehele looptijd van het project. Daarnaast het opzetten van een bedrijven netwerk en organiseren van netwerk bijeenkomsten Ontwikkelt een instrument t.b.v. de samenwerking(Tearoom), ontmoetingsruimte op internet om bedrijven samen te brengen voor kennis uitwisseling.
Het bedrijfsleven(zie bijlage)
Geeft ondersteuning bij: • de aansturing van het project • de ontwikkeling van het leertraject, door opdrachten aan te leveren uit de beroepspraktijk • als beoordelaar van de uitgewerkte opdrachten • verwerven van de relevante beroepscompetenties en deze mee te beoordelen • het verzorgen van docentenstages om de ondernemende docent aan de beroepspraktijk te koppelen • Excursies en werkbezoeken • Gastlessen • Stages Zal de projectgroep en werkgroepen adviseren en ondersteunen met haar deskundigheid op het gebied van en hun ervaring met innovatieve arrangementen in het vmbo
KPC(derden)
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
INDEX -Technocentrum brengt initiatieven en mensen bij elkaar met als inzet een beter technologisch klimaat. Samen met projectpartners uit het bedrijfsleven, het technisch beroepsonderwijs en overheden werken we aan projecten gericht op: • Het verbeteren van de aansluiting ven technisch beroepsonderwijs op het bedrijfsleven. • Het verbeteren van het imago van de technische sector • Het uitwisselen van technische kennis Samen met het bedrijfsleven kunnen we een opleiding ontwikkelen die heel dicht bij de praktijk staat. Die aansluit bij de interesse wereld van de doelgroep. En die de jongelui gemotiveerd kan houden voor de techniek.
KPC zal ondersteuning bieden bij de integrale benadering die wij kiezen met name als het gaat om het definiëren van de noodzakelijke competenties, het kiezen van de thema’s de ontwikkeling van het curriculum en de benodigde faciliteiten. Tevens bewaken zij of dat de einddoelen gehaald worden.
2
5. Beschrijf de innovatie in het project Beschrijf de innovatie in het project: Het project draagt bij aan een hoger rendement en doorstroom. De leerlingen doen voordat ze aan de opleiding beginnen een diepte “intake”. Motivatie en (latente) kwaliteiten worden hierin beoordeeld. De opleiding bestaat uit een 7 jarig traject. Er is geen moment waarop de leerling overstapt van vmbo naar mbo. Binnen het ontworpen traject kunnen leerlingen na vier jaar voor een techniekcluster kiezen. Het is de bedoeling dat deze leerlingen optimaal worden voorbereid op een eventuele vervolgopleiding in het hbo. Innovatieve techniek wordt een betekenisvolle competentiegerichte opleiding voor leerlingen die de basisschool verlaten. De opleiding wordt verzorgd door een kernteam, waarbij de teamleden worden geselecteerd op basis van interesse, kennis en relevante competenties We streven naar een onderwijsprogramma waarin: • het programma gericht is op authentieke kerntaken en voorziet in een diepgaande benadering van zaken die essentieel zijn voor de loopbaan van de leerling • betekenisvol leren wordt ondersteund door leerinhouden uit verschillende vakken te integreren. Er is speciale aandacht voor de integratie van avo - en beroepsgerichte leerinhouden. • Betekenisvol leren wordt extra ondersteunt door opdrachten te verwerven uit de beroepspraktijk van het regionale bedrijfsleven. • niet wordt gewerkt met lineair opgebouwde programma’s waarbij ‘van deel naar deel’ wordt gewerkt, maar er zal zoveel mogelijk worden gewerkt met een actieve didactiek waarbij het ‘zicht op het geheel voorop staat’ • de complexiteit zal toenemen gedurende het traject • leerlingen worden geconfronteerd met diverse contexten en leersituaties de direct gerelateerd zijn aan de beroepspraktijk uit het regionale bedrijfsleven. • Maatwerk en flexibiliteit zijn kenmerkend voor het programma, binnen vooraf vastgestelde kaders bepalen de leerlingen hun eigen leerarrangement. Uitgangspunten voor leerinhouden: • de ontwikkeling van de competenties en de loopbaan van de leerling staan centraal • leerlingen bouwen een goed georganiseerde kennisbasis op. • Leerlingen verwerven vaardigheden en strategieën voor het activeren van kennis in diverse situaties • Leerlingen verwerven vaardigheden en strategieën om samen met het bedrijfsleven opdrachten te verwerven en uit te voeren • Leerlingen ontwikkelen leercompetenties in brede zin, ook het leren kiezen, identiteitsontwikkeling, persoonlijke- en actietheorieën en het ontwerpen van leerzame leersituaties krijgen daarbij aandacht • Er is aandacht voor de ontwikkeling van attitudes en waarden • Leerlingen leren de voorgaande componenten te integreren tot persoonlijke bekwaamheid. Uitgangspunten voor een actieve didactiek en een uitdagende leeromgeving: • Het leren vindt plaats in authentieke leer - en werkgemeenschappen, die veel leermogelijkheden bieden en leerlingen uitnodigen tot betekenisvol leren. • Er is sprake van een geïntegreerde benadering van vakinhoudelijke en algemene competenties. • Er wordt gewerkt aan en vanuit persoonlijke ontwikkelingsplannen; talenten en voorkeuren van leerlingen en de mogelijkheden op de (regionale) arbeidsmarkt leveren belangrijke input. • Ter bevordering van de ontwikkeling van competenties van leerlingen, inclusief competenties die nodig zijn om als medeontwerper van de eigen leeromgeving en leertrajecten te kunnen fungeren, wordt systematisch gebruik gemaakt van de volgende didactische maatregelen: zorgen voor modellen, articuleren van leer – en denkactiviteiten, begeleiden, geleidelijk aan steun verminderen, reflecteren en exploreren • De uitdagende leeromgeving zal dus mede ontwikkelt worden door de leerling die medeontwerper is van zijn eigen leeromgeving.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
3
De inbreng van het bedrijfsleven: Er zal gebruik gemaakt worden van opdrachten en leerstof die uit de bedrijfsomgeving komt. Er is plaats voor werkbezoeken en stages. Als belangrijkste inbreng zal het bedrijfsleven innovatieve thema’s en opdrachten aanleveren, die in het bedrijf of op school worden uitgevoerd. Hierbij zal het bedrijfsleven een belangrijke taak hebben met betrekking tot de beoordeling, alle bedrijfsprestaties zijn onderdeel van de opleiding en tellen mee voor de eindbeoordeling. Doel is om de leerlingen te prikkelen en de realiteitswaarde en de relevantie hoog te houden. Wij zijn ervan overtuigd dat leerlingen beter gemotiveerd zijn als ze echte problemen oplossen. Het motiveert niet echt als je een oplossing moet vinden die al in het antwoordenboekje staat. Het opleidingsprogramma werkt vanuit een integrale visie op kwaliteit. Er is veel aandacht voor vakinhoudelijke kennis, maar ook voor competenties die ervoor zorgen dat deze vakinhoudelijke kennis kan renderen. Leerlingen krijgen een portfolio en periodiek wordt de voortgang besproken en wordt een persoonlijk activiteitenplan op- of bijgesteld. Winst is dat de leerlingen geen dubbelingen hoeven te doen. De leeromgeving moet aan specifieke eisen voldoen. Doel is dat de afgestudeerde verantwoordelijkheid kan nemen voor zichzelf en zijn leef- en werkomgeving. Bij de ontwikkeling van Innovatieve techniek gaan we uit van het werkdocument “ Basisvorming: keuzes aan de school” samengesteld door de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming. We kiezen daarvoor scenario 4. “ Alles op de schop” Van een vastliggend rooster of programma is dan geen sprake meer, leerlingen stellen onder begeleiding hun eigen leerarrangement samen. Het lerarenteam coacht de leerlingen en een geavanceerd digitaal systeem faciliteert en registreert. Zo’n scenario kan opgebouwd zijn uit ‘kernconcepten’ Daarmee geeft de opleiding antwoord op de vraag welke concepten in elk geval in ‘het nieuwe leren’ aan bod moeten komen. We hebben ze ook nodig om als opleiding voldoende sturing te geven aan het leren en om leerlingen kennis te laten construeren in zinvolle contexten. Het leerproces van jongeren moet voldoende ruimte krijgen om daarbij eigen keuzes te kunnen maken, gebaseerd op persoonlijke interesses en voorkeuren. Maar tegelijkertijd willen we zeker stellen dat ze inzichten verwerven die voor elke mens noodzakelijk zijn om goed in de samenleving te kunnen functioneren. Enkele kennisconcepten kunnen bijvoorbeeld zijn: Natuur en techniek Mens en maatschappij Energie Macht Materie Binding Kracht Communicatie Getalbegrip Door nu thema’s te kiezen uit bovengenoemde kernconcepten kunnen we een maximale integratie bewerkstelligen van alle vakken zoals we die vroeger in het onderwijs kenden. Tevens kunnen we dan binnen die thema’s het bedrijfsleven optimaal laten participeren, zodat er dus innovatieve opdrachten vanuit het bedrijfsleven de opleiding binnen komen. De innovatieve kracht wordt nog vergroot omdat er is gekozen voor een uniek samenwerkingsverband tussen VMBO, MBO, Lerarenopleiding lectoraat ‘Didactiek van het beroepsonderwijs” en bedrijfsleven, waarbij ook onderzoekscapaciteit wordt ingezet vanuit Fontys Hogescholen.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
4
Overzicht van projecten in de basis- en breedte strategie binnen het samenwerkingsverband: Naam partner Naam project Korte omschrijving Basis Breedte strategie strategie Stichting Consortium PGO Grenzeloos Leren in Het realiseren van een en het Baronie College de branche Installadoorlopende leerlijn vmtietechniek. bo-mbo-hbo Het ontwikkelen van professionaliseringstrajecten voor diverse betrokkenen, zoals begeleiders en management in onderwijs en bedrijf, en ontwikkelaars van sturingsinstrumenten.
X
X
X
X
X
X
Het monitoren en evalueren van de activiteiten die in zes betrokken regio’s worden uitgevoerd, om de inzichten, producten en opgedane kennis naar andere regio’s te verspreiden. Baronie College
Het project competentie gericht leren
Axis, en het Baronie College Axisproject: Polytoop/ Commerciële Techniek/Techno Explorer Axis, en het Baronie College Axisproject: Polytoop/ Commerciële Techniek/Techno Explorer Prisma College en Baronie Project Techniek College Breed
Baronie College en Hanze College, Dongemond College, Munnikenheide College, Prisma College, Tessenderlandt
Regio afstemmings project VMBO – MBO in de regio.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
Een aantal opleidingen worden competentiegericht ontwikkeld, binnen de proeftuinen. Bijv. Niveau 1 Brede BOL 1 Techniek(Proeftuin) Niveau 2/3 BGL Niveau 4 Vernieuwde BOL 4 Al deze opleidingen zijn /worden competentiegericht ontwikkelt Al deze opleidingen zijn /worden competentiegericht ontwikkelt Er wordt in de bovenbouw van het VMBO een brede techniekopleiding vormgegeven, die thematisch en competentiegericht wordt ingevuld Afstemmem doorlopende didactiek.
5
Heeft het samenwerkingsverband zich georiënteerd op vergelijkbare innovaJa Nee tieve projecten? X Zo ja, omschrijf de wijze van oriëntatie de resultaten van de oriëntatie hoe gebruik is gemaakt van deze resultaten en waarin het eigen project onderscheidend is. Met name het gesprek wat door de aanvrager het Baronie College samen met het Prisma College is gevoerd met lector Johan van der Sanden van het lectoraat “Didactiek van het beroepsonderwijs” van de Fontys Hogeschool is zeer verhelderend geweest. In dit gesprek kwam duidelijk naar voren dat ons project zeer innoverend is, dat er relaties kunnen worden gelegd met het TOP 3C project van de Fontys Lerarenopleiding Tilburg en dat beide projecten een grote innoverende werking kunnen hebben op de technische beroepskolom VMBO-MBOHBO. TOP3c Het project TOP 3c wil de aansluiting tussen leraren avo - vakken en vmbo resp. mbo verbeteren door het oprichten van het Tilburgs – Onderwijs - Productiebedrijf(TOP), door een didactiek te ontwikkelen waarmee leerlingen competenties leren op basis van concepten uit de avo - vakken in contexten uit de praktijk. En tenslotte door een docentenwerkplaats voor avo - leraren en studenten van de lerarenopleiding. Fontys Leraren Opleiding Tilburg (FLOT) trekt het project, roc’s en vmbo - scholen zijn zowel samenwerkingspartner als, ook “afnemend bedrijfsleven” Daarnaast wordt er nauw samengewerkt met het MBO(Baronie College), waar 3 pilots draaien in het kader van de proeftuinen m.n. de proeftuinen Technicus middenkader WEI en Middenkaderfunctionaris Bouw en Infra zijn uitermate belangrijk omdat hier de aansluiting gevonden moet worden bij de onderwijs innovatie binnen het MBO in het kader van competentiegericht onderwijs., want 1 augustus 2005 zullen beide profielen ingevoerd gaan worden. Ook worden de ervaringen die opgedaan zijn bij de implementatie van de nieuwe opleidingen commerciële techniek en Techno Explorer als ook Polytoop(Axisproject) meegenomen, alle deze opleidingen zijn/worden competentiegericht ontwikkeld. Ook sluiten we aan bij ontwikkelingen binnen het VMBO(Prisma van Cooth), hier lopen op dit moment de 2 projecten, “Minder handen voor de klas” in het eerste leerjaar, Techniek Breed” in de bovenbouw. Ook worden alle ontwikkelingen in het land gevolgd zoals die bij het Noorderpoort College, Slash21 enz. Als laatste wil ik hier noemen de contacten die gelegd zijn met de Programmaraad Verbreding Techniek Basisonderwijs. In een gesprek met dhr. A. Gulickx van de Avans Hogeschool, hij is de projectleider van VTB, is duidelijk geworden dat er mogelijkheden komen in het kader van “Het Nationaal Actieplan Verbreding Techniek Basisonderwijs 2004- 2010” om aan te sluiten bij deze ontwikkelingen. Citaat uit het document “Bouwen aan een brede basis”, onder de titel Lokaal/regionaal faciliteren van scholen staat bij aandacht bolletje 3 het volgende. Techniek wordt tevens ingevoerd in doorgaande leerlijnen primair onderwijs en onderbouw voortgezet onderwijs. Hiervoor wordt een aantal proeftuinen gerealiseerd. Aangesloten wordt op de ontwikkelingen zoals die door de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming in gang is gezet. Wellicht een mooi aanknopingspunt voor onze Innovatieve Techniek.
Omschrijf hoe docenten en management bij de ontwikkeling van de innovatie zijn betrokken. Er is gekozen voor een ontwikkelingsgerichte aanpak door samen met VMBO- en MBO-docenten deze opleiding vorm te geven. Dit betekent dat er aandacht zal moeten zijn voor de veranderende rol van de docenten, deze docenten zullen uiteindelijk het curriculum, de beoordeling en de onderwijsorganisatie vorm moeten geven en later ook gaan implementeren.. Doordat het management van beide scholen vertegenwoordigd is in de stuurgroep die vallen onder 1 bestuur is de facilitering dienaangaande geborgd. Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
6
B. Operationaliseren van aanpak 6. Beschrijf de operationele activiteiten Beschrijf de samenhang en planning van fasering, (operationele) activiteiten en mijlpalen in het project (zoals de tussenrapportage). Fase 1
Activiteit 1: grove leerlijn voor de 7 jarige opleiding is opgezet.
looptijd:
Activiteit 2: eerste half jaar van de opleiding is ontwikkeld
01-11-2004 tot
Activiteit 3: er is een assessment voor de start van de opleiding ontwikkeld.
31-07-2005
Activiteit 4: realiseren van PR en voorlichting.
mijlpaal:
PR-activiteiten en voorlichting zijn gericht op een instroom van een groep van 20 leerlingen. Activiteit 5: realiseren van randvoorwaarden Er is een functioneel ruimte ingericht die aan alle eisen voldoet om een actieve didactische leeromgeving te creëren, met daarin een maximaal gebruik van de digitale mogelijkheden(ELO) van ondersteuning en begeleiding.
Fase 2 looptijd: 01-08-2005 tot 31-07-2006 mijlpaal:
Activiteit 6: leerjaar 1 en 2 zijn helemaal uitgewerkt. Activiteit 7: bijstellen van de PR en voorlichting met als doel om 25% meer instroom te realiseren vanuit het basisonderwijs. Activiteit 8: participeren in de monitor en transfer Innovatiearrangement van de Beroepskolom Activiteit 9: participeren in het flankerend onderzoeksprogramma van Fontys dat wordt begeleid door Fontys lector TU/e hoogleraar Johan van der Sanden. Activiteit 10: realiseren randvoorwaarden Op de inrichting van de functionele ruimte wordt de kwaliteitscyclus toegepast met name de onderdelen Check en ACT. Daarnaast wordt er gekeken of er uitbreiding van de functionele ruimte moet worden gerealiseerd. Activiteit 11: tussenrapportage opstellen Er wordt een inhoudelijk als ook een financiële tussenrapportage opgesteld.
Fase 3 01-08-2006 tot 31-10-2007
Activiteit 12: leerjaar 3 en 4 zijn uitgewerkt Activiteit 8 en 9: tijdens de gehele looptijd van het project blijven deze activiteiten in uitvoering. Activiteit 13: Realiseren randvoorwaarden Op de inrichting van de functionele ruimte wordt de kwaliteitscyclus toegepast met name de onderdelen Check en ACT. Daarnaast wordt er gekeken of er uitbreiding van de functionele ruimte moet worden gerealiseerd.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
7
Activiteit 1: Omschrijving: Producten die opgeleverd worden zijn: • grove leerlijn voor de 7 jaren is opgezet, hierin komt aan de orde: - kernconcepten zijn vastgesteld - de thematische opbouw van de vernieuwde basisvorming - de thematische opbouw van de bovenbouw - de overgang van het vmbo naar het mbo - de ontheffing bij de inspectie is aangevraagd. Tijdplanning: 01-11-2004 tot 01-04-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Concreet beschreven leerlijn over 7 jaar . Activiteit 2: Omschrijving: • Eerste half jaar is ontwikkeld: - thema’s en projecten zijn in samenwerking met het bedrijfsleven benoemd - eerste opdrachten vanuit bedrijfsleven zijn verkregen - activiteitentabel - beoordelings- en begeleidingsinstrument(potfolio digitaal) - ELO is afgestemd op de thema’s en projecten. - de ontwikkelaars/uitvoerders zijn geschoold - iNDEX – Technocentrum heeft het bestand van samenwerkende bedrijven uitgebreid met minimaal 3 bedrijven. Tijdplanning: 01-02-2005 tot 01-06-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Opleidingsplan voor het 1ste halfjaar is geconcretiseerd en beschreven, bedrijvenbestand is uitgebreid met 3 bedrijven. Activiteit 3: Omschrijving: Er is een assessment ontwikkeld, waarmee nauwkeurig kan worden bepaald hoe de inhoud van het Persoonlijke Ontwikkelings Plan van de individuele leerling er uit komt te zien. Tijdplanning: 01-02-2005 tot 01-06-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Er is een assessmentinstrument. Activiteit 4: Omschrijving: In het kader van PR en voorlichting wordt het volgende gerealiseerd: • er is een flyer ontwikkeld voor de Open Dagen van Prisma van Cooth en het Baronie College • er is een affiche ontwikkeld voor de Open Dagen van Prisma van Cooth en het Baronie College • er is een presentatie ontwikkeld voor het bezoek van de basisscholen en de Open dagen. • Er is een opleidingsbrochure ontwikkeld Tijdplanning: 01-01-2005 tot 01-05-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Instroom van 20 leerlingen per 1 augustus 2005 Activiteit 5
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
8
Omschrijving: In principe is de functionele ruimte een krachtige leeromgeving, waarin de leraren samen met de leerlingen en het bedrijfsleven de mogelijkheid krijgen om deze zo te ontwerpen dat de ruimte aansluit bij de thema’s en de opdrachten die in het bedrijfsleven zijn verworven, immers de leerlingen ontwikkelen competenties die nodig zijn om als medeontwerper van leeromgevingen en leertrajecten te kunnen fungeren. Daarnaast is er een basisinventaris noodzakelijk zoals hieronder is opgesomd: • mogelijkheid om flankerende lessen te verzorgen • er is een stilteruimte/overlegruimte aanwezig • er zijn themahoeken ingericht met verplaatsbare wanden en tafels • er is een mediatheek ingericht • er is een bibliotheek ingericht • er zijn minimaal 10 pc’s voor de leerlingen aanwezig • er zijn 4 pc’s voor de docentwerkplaatsen aanwezig. • er is software aanwezig om een digitaal portfolio samen te stellen. • Er is talenpracticum aanwezig • Internet aanwezig • Groot LCD/PLASMA -scherm/ beamer/ dvd speler • Technisch lego/robotica • Montagetafels • Archiefkasten • Digitale foto/ film camera’s • Diverse leermiddelen Tijdplanning: 01-02-2005 tot 30-06-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Er is per 1 september 2005 een functionele ruimte ingericht. Activiteit 6: Omschrijving: 2de halfjaar van het 1ste leerjaar en het 2de leerjaar zijn ontwikkeld: - thema’s en projecten zijn benoemd - opdrachten en participatie van bedrijfsleven is benoemd - activiteitentabel - beoordelings- en begeleidingsinstrument is verder ontwikkeld(portfolio digitaal) - de ontwikkelaars en uitvoerders zijn verder geschoold - iNDEX – Technocentrum heeft het bestand van samenwerkende bedrijven uitgebreid met minimaal 3 bedrijven. Tijdplanning: 01-07-2005 tot 31-07-2006 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Opleidingsplan voor de eerste 2 jaar zijn geconcretiseerd en beschreven.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
9
Activiteit 7: Omschrijving: PR en voorlichting bijstellen: - Flyer voor basisscholen en Open dag bijstellen. - Affiche voor basisscholen en Open dag bijstellen - Presentatie bezoek basisscholen en Open dag aanpassen en doe-activiteit ontwikkelen. - Opleidingsbrochure bijstellen - Aansluiten bij het Nationaal actieplan verbreding techniek in het basisonderwijs. NAP-VTB Tijdplanning: 01-08-2005 tot 1-12-2005 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: De instroom van 25 leerlingen realiseren. Activiteit 8: De projectorganisatie zal participeren in de kenniskringen die door CINOP worden ondersteund. De kenniskringen zijn: Kenniskring 1 Pijler 1: afstemming leerprocessen Kenniskring 2 Pijler 2: competentiegericht opleiden Pijler 3: construerend leren Kenniskring 3 Pijler 4: loopbaan ontwikkeling van de deelnemer Kenniskring 4 Pijler 5: congruentie primaire en secundaire processen Pijler 6: innovatief leiderschap Kenniskring 5 Pijler 7: co - makership bedrijven en beroepsonderwijsonderwijs Kenniskring 6 Pijler 8: pro actieve kennisinfrastructuur Tijdplanning: Gedurende de looptijd van het project Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een effectieve bijdrage leveren aan de landelijk en regionale kenniskringen onder begeleiding van CINOP Activiteit 9: Om het project te ondersteunen en structureel te werken aan het genereren, toepassen en delen van praktijkrelevante kennis is voorzien in een flankerend onderzoeksprogramma. In het kader van dit programma vindt ontwikkelingsgericht onderzoek plaats en worden een aantal dieptestudies verricht die gericht zijn op thema’s die relevant zijn voor de voortgang van het project. De ontwikkeling van competenties en de beroepsindentiteitsontwikkeling van de betrokken leerlingen staan hierbij centraal. Bij de uitvoering van het onderzoek zullen de studenten en docenten van de lerarenopleiding en docenten van de deelnemende scholen een actieve rol spelen. De projectorganisatie staat garant voor de medewerking aan dit flankerende onderzoek. Het onderzoek wordt begeleid door de Fontys lectoren TU/e hoogleraar Johan van der Sanden. Voor uitvoering en coördinatie van het onderzoek stelt Fontys een tweetal promovendi aan in het kader van het op te starten project. “Vormgeving en effecten van competentiegericht beroepsonderwijs”, dat is ondergebracht bij het Lectoraat “Didactiek van het Beroepsonderwijs” en het lectoraat “Leerstrategieën”. Deze promovendi zijn ook betrokken bij het onderzoek dat wordt opgezet ten behoeve van het innovatiearrangement TOP 3C. Tijdplanning: Gedurende de looptijd van het project. Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren De beoogde resultaten zijn beschreven op blz. 16 van het projectplan en de resultaten zullen als input gebruikt worden bij de CINOP – monitor.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
10
Activiteit 10: Omschrijving: Afhankelijk van het aantal leerlingen en de keuze van thema’s zal er gekeken worden of de beschikbare functionele ruimte toereikend is, tevens wordt de bestaande ruimte geëvalueerd en indien nodig aangepast. Tijdplanning: 01-08-2005 tot 01-04-2006 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een functionele ruimte(n) die toereikend is voor 45 leerlingen. Activiteit 11: Omschrijving: Er wordt een inhoudelijke en financiële tussenrapportage opgesteld, die moet voldoen aan de eisen van de richtlijnen die gesteld zijn in de “Handleiding Projectplan” van Stichting van de Arbeid en Het Platform Beroepsonderwijs Tijdplanning: 01-11-2004 tot 31-07-2006 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Er wordt opgeleverd een inhoudelijke en financiële rapportage. Activiteit 12: Omschrijving: Het 3de en het 4de leerjaar zijn uitgewerkt: - Thema’s en projecten zijn benoemd - Activiteitentabel - Beoordelings- en begeleidingsinstrument is verder ontwikkeld(portfolio digitaal) - de ontwikkelaars en uitvoerders zijn verder geschoold - iNDEX – Technocentrum heeft het bestand van samenwerkende bedrijven uitgebreid met minimaal 3 bedrijven. Tijdplanning: 01-08-2006 tot 31-10-2007 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Opleidingsplan voor leerjaar 3 en 4 jaar zijn geconcretiseerd en beschreven. Activiteit 13: Omschrijving: Afhankelijk van het aantal leerlingen en de keuze van thema’s zal er gekeken worden of de beschikbare functionele ruimte toereikend is, tevens wordt de bestaande ruimte geëvalueerd en indien nodig aangepast. Aanpassing kan nodig zijn omdat er nieuwe bedrijfsopdrachten zijn binnengehaald. Tijdplanning: 01-08-2006 tot 31-10-2007 Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een functionele ruimte(n) die toereikend is voor 75 leerlingen. Opmerking: Omdat dit project zich kenmerkt door een ontwikkelingsgerichte aanpak, zijn alle activiteiten nu nog niet volledig in te vullen, er is geen blauwdruk voor de gehele opleiding, wel een globale indeling en de randvoorwaarden.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
11
7. Beschrijf de projectorganisatie Beschrijf de projectorganisatie Het project kenmerkt zich door een ontwikkelingsgerichte aanpak. De projectorganisatie is hieronder weergegeven in organogram. Korte toelichting op de projectorganisatie, er is een stuurgroep waarin vertegenwoordigd zijn beide scholen, het bedrijfsleven en Index Technocentrum, zij laten zich adviseren door een adviesgroep. De stuurgroep is verantwoordelijk voor het project, zij stelt ook een projectleider aan. De projectleider stuurt de projectgroep en verschillende werkgroepen aan. De projectgroep wordt ondersteunt en geschoold door het KPC. In de projectgroep zijn vertegenwoordigd de projectleider en docenten van het ROC en het VMBO. De projectgroepleden sturen de venschillende werkgroepen aan zoals, de ontwikkelgroep, PR & Voorlichting, facilitair/randvoorwaardelijk, kwaliteits- en inhoudsborging. Fontys Hogescholen zal onder leiding van lector en TU/e hoogleraar Johan van der Sanden het project monitoren, vanuit deze monitoring wordt er input geleverd voor de CINOP monitor en transfer Innovatiearrangement Beroepsonderwijskolom. Daarnaast verwachten we ook input van het Nationaal Actieplan Verbreding Techniek Basisonderwijs(NAP-VTB).
Organogram Adviesgroep: - ROC - VMBO - Johan van de Sanden(Fontys) - Bedrijfsleven
Stuurgroep: - ROC - VMBO - Bedrijfsleven - Index Technocentrum
Projectleider Ondersteuning: KPC
Projectgroep: - docenten ROC - docenten VMBO
Ontwikkelgroep: - docenten ROC - docenten VMBO - diverse bedrijven PR & Voorlichting - docenten ROC - docenten VMBO Facilitair en randvoorwaardelijk - medewerkers ROC - medewerkers VMBO Kwaliteitsborging en inhoudsborging - docenten ROC - docenten VMBO - kenniscentra
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
Monitoring en evaluatie
Fontys Hogeschool: - specifiek onderzoek - TOP3C CINOP: - Kenniskring AVANS Hogeschool:NAP-VTB project
12
8
Beschrijf planmatig de wijze waarop de verspreiding en implementatie van projectresultaten worden gerealiseerd Het verspreiden en implementeren van projectresultaten zijn geen activiteiten die voor subsidiering vanuit de subsidieregeling Innovatiearrangementen 2004 in aanmerking komen. Tegelijkertijd is in het kader van de regeling van belang dat perspectief op implementatie bestaat. Beschrijf de implementatieactiviteiten, planning en betrokkenheid van de partners van het samenwerkingsverband. Geef aan welke afspraken zijn gemaakt, hoe de financiering is geregeld en hoe de projectresultaten publiek beschikbaar komen. Beschrijf de rol van docenten en managers bij het uitvoeren van de activiteiten.
Beschrijf planmatig de wijze waarop de verspreiding en implementatie van projectresultaten wordt gerealiseerd De opleiding wordt op beide onderwijsinstellingen geïmplementeerd, de eerste 3 á 4 jaar op het Prisma van Cooth en de laatste jaren op het Baronie College. Het zal duidelijk zijn dat het management van de uitvoerende locatie verantwoordelijk is voor de implementatie, afspraken zijn daarover gemaakt binnen de stuurgroep van het project. De docenten die betrokken zijn bij de ontwikkeling van deze opleiding worden ook de uitvoerders tijdens de implementatie. Het bedrijfsleven zal ook betrokken zijn bij de implementatie want zij zijn soms opdrachtgevers, zij kunnen hun opdrachten begeleiden. De financiering die betrekking heeft op de implementatie komt voor rekening van de uitvoerende locatie. De projectresultaten komen publiek beschikbaar door te participeren in de “Monitor en transfer Innovatiearrangement Beroepsonderwijskolom Tranche 2003 en 2004. Binnen deze monitor worden er regionale en landelijke kenniskringen opgezet waarin kennisdelen op een breed aantal disciplines het doel is. De kenniskringen zijn: Kenniskring 1 ‘Afstemming leerprocessen kolom’ Pijler 1: afstemming opleidingsprocessen in de beroepskolom Kenniskring 2 ‘Competentiegericht leren en opleiden” Pijler 2: competentiegerichte opleidingsprogramma’s Pijler 3: construerend leren door deelnemers is hét kenmerk van de aanpak binnen opleidingsprogramma’s Kenniskring 3 ‘Loopbaanontwikkeling’ Pijler 4: loopbaan van de deelnemers is uitgangspunt bij de vormgeving Kenniskring 4 ‘Lerende organisatie’ Pijler 5: congruentie tussen primaire en secundaire processen Pijler 6: innovatief leiderschap Kenniskring 5 ‘Co - makership school - bedrijf’ Pijler 7: co - makership tussen bedrijven en onderwijsonderwijsinstellingen voor beroepsonderwijs Kenniskring 6 ‘Pro – actieve regionale kennisinfrastructuur’ Pijler 8: pro - actieve kennisinfrastructuur in de regio De • • •
9.
doelstelling van de kenniskringen is resultaatmetingen op te leveren op 3 deelgebieden: Barometer imago beroepsonderwijs Loopbaangegevens deelnemers Op te leveren inzichten landelijke per project.
Beschrijf de wijze van evaluatie van project
Evaluatiemethode Om het project te ondersteunen en structureel te werken aan het genereren, toepassen en delen van praktijkrelevante kennis is voorzien in een flankerend onderzoeksprogramma. In het kader van dit programma vindt ontwikkelingsgericht onderzoek plaats en worden een aantal dieptestudies verricht die gericht zijn op thema’s die relevant zijn voor de voortgang van het project. De ontwikkeling van competenties en de beroepsindentiteitsontwikkeling van de betrokken leerlingen staan Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
13
hierbij centraal. Bij de uitvoering van het onderzoek spelen studenten en docenten van de lerarenopleiding en docenten van de deelnemende scholen een actieve rol. Het onderzoek wordt begeleid door de Fontys lector en TU/e hoogleraar Johan van der Sanden. Voor uitvoering en coördinatie van het onderzoek stelt Fontys een tweetal promovendi aan in het kader van het op te starten project. “Vormgeving en effecten van competentiegericht beroepsonderwijs”, dat is ondergebracht bij het Lectoraat “Didactiek van het Beroepsonderwijs” en het lectoraat “Leerstrategieën”. Deze promovendi zijn ook betrokken bij het onderzoek dat wordt opgezet ten behoeve van het innovatiearrangement TOP 3C. Het is de bedoeling: • Bij het onderzoek het accent te leggen op het verloop van competentieontwikkelingsprocessen bij leerlingen en betrokken docenten en docenten-in-opleiding. • In het onderzoek bij de leerlingen die het programma innovatieve techniek volgen speciale aandacht te schenken aan de wijze waarop zij de (componenten van) ontwikkelde competentiegerichte leeromgevingen percipiëren en gebruiken, de wijze waarop zij informatie uit verschillenden bronnen integreren, hoe hun belangstelling voor techniek zich ontwikkelt en welke beroepskeuze zij maken. Speciaal aandachtspunten zijn ook het verloop van de bedoelde leerprocessen in de onderbouw en de wijze waarop de belangstelling, motivatie en talenten van leerlingen kunnen worden gediagnosticeerd aan het begin en gedurende de opleiding. • De opgedane kennis over ontplooide leeractiviteiten en leerprocessen te gebruiken bij het verder optimaliseren (i.c. krachtiger maken) van de leerwerkomgeving. • Bij de betrokken leerlingen te onderzoeken welke effecten de activerende en competentiegerichte didactiek heeft op de ontwikkeling van hun competenties en de daaraan ten grondslag liggende kennisbasis. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar de rol die de gekozen contexten en projecten spelen bij de ontwikkeling van die competenties, beroepsindentiteitsontwikkeling inbegrepen, en de transfer naar nieuwe leerwerksituaties. • Bij docenten-in-opleiding na te gaan welke gevolgen de ervaringen met het participeren in het project hebben voor hun leer- en actietheorieën, hun animo voor het werken in het beroepsonderwijs, de manier waarop zij onderwijsleersituaties vormgeven en begeleiden en de competenties die zij ontwikkelen. Speciaal punt van aandacht is ook de rol die docenten in de AVO-vakken kunnen spelen in competentiegerichte beroepsopleidingen voor leerlingen die ambities hebben door te stromen naar het hoger beroepsonderwijs. • In de loop van het project een aantal werkconferenties te organiseren voor docenten, docenten-in-opleiding en medewerkers van de betrokken onderwijsinstellingen en bedrijven waarin kennisdeling en kwaliteitszorg centraal staan. • Vanuit het project mee te werken aan de monitoring door het CINOP van de effecten van het project op de kwaliteit van het beroepsonderwijs. Het flankerend onderzoeksprogramma levert daarbij input voor de CINOP-monitor. In overleg met CINOP-medewerkers zullen indicatoren en meetinstrumenten worden ontwikkeld. Speciaal punt van aandacht is de onderwijsloopbaan van leerlingen die enerzijds belangstelling hebben voor techniek en anderzijds hun capaciteiten kunnen en willen ontwikkelen met het oog op een voortgezette opleiding in het HBO. Daarnaast wordt er gebruikt gemaakt van diverse onderzoeken zoals: - Leerlingenenquêtes - Leerlingeninterviews - Docentenenquêtes - Panelgesprekken - Ouderenquêtes - Resonansgroep bedrijfsleven
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
14
C. Samenvatting INNOVATIEVE TECHNIEK in (V)MBO Het Prisma College(vmbo) en de unit Techniek van het Baronie College(mbo) en het regionale bedrijfsleven starten in Breda op 1 augustus 2005 met een voor Nederland nieuw leertraject innovatieve techniek. Waarom Innovatieve techniek? Innovatieve techniek wil meer leerlingen interesseren voor techniek. Landelijk en ook in de regio West-Brabant is het aantal studenten dat een middenkaderopleiding afrondt sterk gedaald. Een zorgwekkende ontwikkeling voor met name het regionale bedrijfsleven. Jongeren leven in een sprankelende wereld die ‘stijf staat’ van techniek. Game boy, GSM, MP3speler, computer, internet, digitale camera, mountain bike enzovoort. Het techniekonderwijs in het (v)mbo heeft hiermee geen of weinig relatie. Het is productiegericht en de opdrachten spreken leerlingen niet aan. Bovendien is de leerweg opgezet van deel naar geheel, wat tot gevolg heeft dat er vaak kleine saaie opdrachten worden gegeven die onvoldoende zicht geven op wat echt mogelijk is. Vooral ambitieuze leerlingen die geschikt zijn voor de kaderberoepsgerichte-, gemengde – of theoretische leerweg vinden in de bestaande programma’s geen uitdaging. Recent opgezette nieuwe vmbo- en mbo-opleidingen tonen aan dat competentiegericht onderwijs jongeren meer aanspreekt. Het bedrijfsleven staat ook positief tegenover breed opgeleide werknemers die aan het eind van hun opleiding een specialisatie hebben gedaan. Er is behoefte aan ‘brede probleemoplossers’. Innovatief in inhoud en vorm De opleiding duurt zeven jaar en begint in het eerste jaar van het vmbo. Ze loopt geruisloos over naar het mbo. De opleiding wordt afgesloten met een diploma op middenkaderniveau, met eventueel doorstroommogelijkheden naar het hbo. De nieuwe opleiding sluit aan bij de belevingswereld van de jongeren en concentreert zich dan ook op vernieuwende technieken. We denken hierbij aan toepassingen in communicatiemiddelen, het bouwen van websites, gebruik in de beveiliging en robotica. Maar ook technieken die in relatie staan met theater, beeld, geluid en sport. Het Prisma College en het Baronie College ontwikkelen samen deze opleiding. Ondersteuning hierbij wordt geboden door het KPC, de TU Eindhoven en het lectoraat Didactiek van het beroepsonderwijs van de Fontys lerarenopleiding in Eindhoven en Tilburg. In de gehele ontwikkeling zal het regionale bedrijfsleven een belangrijke bijdrage leveren in de vorm van o.a.: opdrachten, excursies / werkbezoeken, gastlessen, leerlingen- en docentenstages en in het meedenken bij het ontwikkelen van thema’s. Ook sluit Innovatieve techniek aan bij de landelijke ontwikkelingen die op het moment plaatsvinden met betrekking tot de vernieuwing van de basisvorming in het vmbo en het Nationale Actie Plan Verbreding Techniek Basisonderwijs (NAP – VTB). Dit alles zal resulteren in een opleiding waarin vanaf de eerste schoolweek techniek centraal staat, waarin alle vakken geïntegreerd aangeboden worden. Dit kan alleen bereikt worden als we de lessentabel van vroeger loslaten en competentiegericht gaan werken met een activiteitentabel die een directe relatie heeft met de thema’s die aangeboden worden. Op deze manier proberen we de interesse die bij kinderen en jongeren van nature aanwezig is vast te houden en ze zelfs te motiveren door te studeren in de techniek. Vanuit de integrale visie op kwaliteit, zal er veel aandacht zijn voor vakinhoudelijke kennis die dicht bij de praktijk wordt vormgegeven en gerelateerd is aan de competenties zodat deze kennis zal gaan renderen. Leerlingen en studenten krijgen een portfolio en periodiek wordt de voortgang besproken. Naar aanleiding hiervan wordt het persoonlijke ontwikkelingsplan aangepast. Uiteindelijk doel is dat de leerling verantwoordelijkheid kan nemen voor zichzelf en zijn leef- en werkomgeving.
Projectplan INNOVATIEVE TECHNIEK IA4075
15