manag IT nummer 4, oktober 2013
Stappenplan: snel en doelgericht met gegevens aan de slag
De winst van informatie: GrandVision, RDC en Agentschap Telecom
Vijf lessen in datamanagement Van de makers van Management Team, in samenwerking met Sogeti
Big data, big business Over de goudmijn die data heet
# Geld verdienen met data Data is de nieuwe olie, zei investeerder Clive Humby op een wereldwijde marketingconferentie in 2006. Zijn inmiddels befaamde uitspraak bevestigt dat er flink geld te verdienen valt met data, maar impliceert tegelijkertijd dat je aan de enen en nullen op zichzelf weinig hebt. Net als met ruwe olie is er veel voor nodig om gegevens bruikbaar te maken. Exploreren, exploiteren, raffineren, kraken en destilleren: allemaal handelingen die ruwe olie tot interessante producten maken. Inmiddels zijn we zeven jaar verder. En eigenlijk zien we nu pas echt aansprekende voorbeelden van organisaties die data als een strategische asset inzetten. In deze editie van Manag’IT tonen we u aansprekende voorbeelden. Ervaringsdeskundigen vertellen over hun aanpak. U krijgt concrete tips om data op een effectieve manier in te zetten. En mocht u nog meer willen weten, breng dan een bezoek aan het grootste Business Intelligence symposium van ons land op 25 en 26 november 2013 in het Spant! in Bussum. Benieuwd naar het programma? Kijk dan alvast op pagina 14 van deze bijlage bij Management Team of op de website www.bisymposium.nl. De redactie
Colofon Manag’IT is een magazine van de makers van Management Team in samenwerking met Sogeti Hoofdredactie Jolanda Peek Redactieraad Chris Vlaanderen, Marcel de Wit, Sander Duivestein, Marc Govers, Sandeep Sachdeva Realisatie MT MediaGroep Uitgever Berend Jan Veldkamp Redactionele leiding Ewald Smits Teksten Teus Molenaar Fotografie Leonard Fäustle Vormgeving Dorine Fliervoet, Hollands Diep Prepress Colorscan Druk RotoSmeets Redactieadres Sogeti, Postbus 76, 4130 EB Vianen Tel.: 088 6606600
[email protected]
2
Manag’IT
Big data: Tweederde van de zakelijke beslissers beschouwt big data als noodzaak voor hun organisatie, weten we uit Nederlands onderzoek van Keala en The METISfiles. Tegelijkertijd ervaart 53 procent van de ondervraagde bedrijven een grote kloof tussen de beschikbaarheid van data en het vermogen om ze te gelde te maken. Het is vooral een kans
Zeventig procent van de IT-managers ziet big data als een kans. Ze gaan de snel groeiende berg data (2,7 zettabytes in 2012, jaarlijks met 80 procent groeiend) graag te lijf. Dat is logisch als je bedenkt welke voordelen het gaat brengen. 59 procent verwacht een efficiëntere bedrijfsvoering, 54 procent hoopt op meer verkopen, 50 procent mikt op lagere IT-kosten, 48 procent verwacht een flexibelere bedrijfsvoering en 46 procent denkt klanten te kunnen vasthouden of nieuwe klanten aan te trekken.
telt u even mee? De hoeveelheid is duizelingwekkend
Wie alleen al internet in ogenschouw neemt, ziet hoe de gegevens hier exponentieel groeien. Elke minuut worden twee miljoen zoekopdrachten bij Google ingevoerd (en daar is leuke marketinginformatie uit te destilleren) en geven consumenten 272.070 dollar uit in webwinkels. En elke minuut worden er meer dan 204 miljoen e-mails verstuurd. (Bron: Domo.com).
De markt in Nederland groeit
In Nederland maakt big data een vliegende start, zoals de onderzoekers Keala en The METISfiles dat noemen. Uit hun recente onderzoek blijkt dat de Nederlandse Big Data markt in 2012 176 miljoen euro bedroeg, een groei van 48 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Zorg, overheid, zakelijke en financiële dienstverlening geven het meest uit aan big data. Op dit moment is hardware het grootste segment. Tot 2018 laten de segmenten cloud en software de sterkste groei zien.
overig 11%
hardware 27% interne staffing 15%
cloud diensten 12% consultancy 14%
software 21%
Maar de schaarste ook
Het omgaan met de grote hoeveelheden gegevens vergt (nieuwe) vaardigheden. Volgens een onderzoek van McKinsey Global Institute is er in 2018 in de VS alleen al een tekort aan 140.000 tot 190.000 mensen met scherp analytisch inzicht (ook wel data scientists genoemd), en 1,5 miljoen managers en analisten die weten hoe je goede beslissingen neemt op grond van data. Het merendeel van de mensen die met big data overweg kunnen, zitten nu nog op de universiteit. Slechts 12 procent van de huidige BI-specialisten (Business Intelligence) weet raad met big data. (Bron: # EMC-onderzoek).
Manag’IT
3
# Verhalen uit de praktijk Het aantal bedrijven dat haar data te gelde maakt, groeit met de dag. Neem een voorbeeld aan deze organisaties en leer van hun uitdagingen.
Big data,
big bucks Databases koppelen Het Agentschap Telecom heeft de smaak te pakken van het koppelen van databases om snel inzicht te krijgen. Intern is het al een heel eind op streek. In de toekomst wil de organisatie ook koppelen met databases van externe partijen, zo vertelt Frans Hofsommer, Hoofd Technische en Logistieke Ondersteuning. Bijvoorbeeld met het KNMI. “Het weer heeft effect op radiogolven. Met mist dragen ze bijvoorbeeld minder ver. Als we onze meetdata kunnen koppelen aan het weerbeeld, dan weten we of eventuele storingen het gevolg zijn van bijvoorbeeld een etherpiraat of gewoon mist.” Ook met de douane wil hij een koppeling maken. “Zij zien welke apparaten over de grens komen. Daar kunnen partijen met inferieure kwaliteit – bijvoorbeeld uit China – tussen zitten die storingen gaan opleveren op bepaalde frequenties. Dat weten we liever voordat ze naar de winkels gaan.”
4
Manag’IT
Agentschap Telecom
Etherpiraten sneller in de kraag Door meetgegevens slim te koppelen aan andere gegevens, kan het Agentschap Telecom tegenwoordig razendsnel etherverstoorders opsporen. “Zoals de meeste overheidsorganisaties hebben wij formatieplaatsen moeten inleveren, maar we kunnen nu gerichter werken. Meer met minder”, zegt Frans Hofsommer van het Agentschap. Hofsommer is Hoofd Technische en Logistieke Ondersteuning bij het Agentschap Telecom, zelfstandig onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken. Deze regulator heeft een uitvoering- en toezichttaak. Zo verleent het Agentschap vergunningen voor radiofrequenties en controleert of iedereen zich aan die vergunning houdt. Daarom meet het Agentschap continu
het ethergebruik in ons land. Er is een net met dertien vaste meetstations, verdeeld over Nederland. En dagelijks gaan er 25 auto’s op pad waarin een mobiel meetstation is ingebouwd. Zo komt er 2 tot 5 TB data per jaar binnen. “En dan doen we rustig aan”, zegt Hofsommer. Door bezuinigingen en de constante behoefte het werk efficiënter in te richten, ontstond er binnen het Agentschap de behoefte meer informatie uit de data te halen. “We wilden de auto’s gericht op pad sturen. Het is erg kostbaar om zomaar rond te rijden. Natuurlijk bezochten we wel risicogebieden, maar toch.” Op advies en met hulp van Sogeti werden de meetgegevens gekoppeld aan de database met afgegeven vergunningen, de database met het antenneregister en
de database met storingsmeldingen. “Met één druk op de knop krijgen we het nationale frequentieplan op het scherm en zien we hoe het ervoor staat in Nederland. We zien hoe de dekking is van Radio 1 bijvoorbeeld en waar storingen zijn en zich dus mogelijk piraten bevinden. Het mobiele meetstation kunnen we daardoor direct naar een adres sturen.”
Concreet inzicht Maar er is meer. Het Agentschap heeft tegenwoordig ook de handen vol aan het opsporen van GPS-jammers, apparaten die signalen van GPS-satellieten verstoren. Dit kan de veiligheid ernstig verstoren want ook defensie gebruikt GPS-satellieten. Daarom zijn de apparaatjes illegaal. “Wij kunnen op de kaart van ons land precies zien waar ze worden gebruikt”, glimlacht Hofsommer. Met de telecombedrijven overlegt het Agentschap om te voorkomen dat de
nieuwe 4G-masten invloed hebben op GSM-signalen die ProRail gebruikt om treinen aan te sturen. En met ProRail praat de organisatie om te bezien hoe dit bedrijf zijn systemen robuuster kan maken. “Het mooie is dat wij tijdens dat overleg precies kunnen aangeven hoe het ervoor staat. We hebben concreet inzicht in onze metingen. Dus niet langer gebaseerd op vermoedens.”
Kapotte modems De Europese satelliet SMOS (Soil Moisture and Ocean Salinity) doet sinds 2009 waarnemingen die onder meer het KNMI gebruikt. “Wij kregen van de organisatie klachten dat hun radiosignalen werden verstoord in Nederland. Dankzij de koppeling van alle gegevens met een grafische weergave, kwamen we er snel achter dat het drie huishoudens betrof in Limburg en Noord-Brabant die een kapot modem gebruikten.
Zij wisten van de prins geen kwaad en de modemfabrikant heeft ze meteen omgeruild. Wij zijn de enige organisatie ter wereld die dat dankzij ons business intelligence-project heel snel kan opsporen.”
>>
Frans Hofsommer (tweede van rechts): ‘Wij zijn de enige organisatie ter wereld die dankzij ons BIproject heel snel verstoringen kan opsporen’
Manag’IT
5
# Verhalen uit de praktijk GrandVision
Helder zicht op winkels GrandVision, de moedermaatschappij van Pearle en Eye Wish Opticiens, verzamelt data van alle ongeveer 4.600 winkels wereldwijd om inzicht te krijgen in de prestaties van de afzonderlijke vestigingen. “Wij kunnen met de snelheid van een Google-zoekopdracht nagaan hoe een winkel ervoor staat”, zegt Bernt van Raamsdonk-Smit, Regional Finance Director van Grandvision. GrandVision is de laatste jaren sterk gegroeid door tal van acquisities over de hele wereld. Gevolg is een wirwar aan automatiseringssystemen. Ook op het gebied van business intelligence beschikt GrandVision zo’n beetje over alle ‘grote namen’. “We kunnen onderling nauwelijks gegevens uitwisselen. Op zichzelf zijn het allemaal goede tools, maar op holdingniveau leveren ze geen bruikbare managementinformatie op.” Via Systemation is de blik nu gericht op de BI-tool CXAIR van het Engelse Connexica. “We hebben onder meer voor dit product gekozen, omdat je geen IT-afdeling of super users nodig hebt om aan de slag te gaan.”
Snel aan de slag Het mooie van CXAIR vindt Van Raamsdonk-Smit dat het systeemonafhankelijk is. “Het verzamelt alle data van alle winkels in één grote search file. Onze medewerkers kunnen opdrachten invoeren, waarna ze met de snelheid van een Google-zoekopdracht resultaten krijgen voorgeschoteld. Stel dat ik ‘Amsterdam’ als zoekopdracht intik, dan krijg ik de winkels die ‘Amsterdam’ in hun adres hebben staan. Daar heb je geen diepgaande training voor nodig, en al helemaal geen IT-kennis.” De financieel directeur ziet nog een ander voordeel: “Je wilt niet vele maanden wachten voordat je ermee aan de slag kunt. Vanwege de korte implementatie-
6
Manag’IT
tijd en de minimale inspanning van ITdeskundigen bij beheer- en ontwikkeltaken, is dit een zeer kostenefficiënte oplossing.” Met de BI-tool CXAIR van Systemation kunnen alle filialen van GrandVision als cirkels in een landkaart getoond worden. De grootte van de cirkel is gerelateerd aan de omzet. “Een andere mogelijkheid is aangeven dat je alleen winkels wilt zien die een omzet van meer dan een miljoen euro hebben gedraaid over 2010 tot 2013. De cirkels schuiven over elkaar heen waarna je in de doorsnede direct ziet welke winkels gedurende al die jaren succesvol zijn geweest. Als je doorklikt, zie je waaraan dat succes te danken is. Ligt het aan het aantal getoonde brillen per vierkante meter, aan de collectie of aan de locatie? Je zoekt actief op alle data die erachter zit. Zo ben je in staat tot op winkelniveau te analyseren hoe de verkoop verloopt.”
Kansen zien De meeste organisaties hebben niet genoeg aan eigen bedrijfsgegevens en koppelen die daarom aan andere databases. “We kopen bestanden of huren toegang om onze eigen gegevens te verrijken. Demografische gegevens zijn bijvoorbeeld interessant in relatie tot de locatie van een winkel. Wat zijn de inkomens in die buurt, hoe is de man/ vrouw-verhouding, wat is het aantal inwoners? Zo ontdek je welke kansen er liggen voor het openen van een winkel.” Van Raamsdonk-Smit vertelt dat de onderneming altijd al over veel bedrijfsgegevens beschikte. Omdat ze niet in één systeem zaten, konden ze daar tot voor kort geen gedegen analyses op loslaten. “Met deze selfservice BI-oplossing gaat er nu een nieuwe wereld van inzicht en kansen benutten voor ons open.”
Bernt van Raamsdonk-Smit: ‘Met de snelheid van een zoekopdracht op Google achterhalen wij de status op winkelniveau’
RDC Group
Nuttige informatie voor de autodealer ‘Het meeste werk zit in het classificeren van informatie, want het moet wel iets bruikbaars opleveren.’ Aldus René Stolp, chief strategist bij de RDC Group. Deze organisatie verzamelt al meer dan veertig jaar statistische gegevens over het wagenpark in ons land. “Dat is veel, maar het is pas echt veel als je allerlei combinaties gaat maken.” We hebben het over 12 miljoen voertuigen, 8 miljoen consumenten, 1 miljoen zakelijke gebruikers, 20 tot 30 miljoen transacties per jaar en zo’n 25.000 bedrijven. “Hebben we het dan over big data? Ach, dat valt wel mee”, relativeert Stolp. “Zeker als je het vergelijkt met Google. Toch wordt het een enorme berg gegevens als je de verbanden tussen al die data weet te leggen.” Niet alle gegevens zijn relevant voor de branche. “Dus moet je de data classificeren. Welke informatie hebben de aangesloten bedrijven nodig om hun bedrijfsprocessen optimaal te laten verlopen? Daar hebben we veel werk in gestoken”, legt hij uit. “Voor het kentekenregister is het niet relevant of een auto een inklapbare achterbank heeft, wel voor de bedrijven die onze informatie gebruiken.”
Uitermate flexibel Twee auto’s kunnen er aan de buitenkant precies hetzelfde uitzien, en toch sterk van elkaar verschillen. Er zijn tegenwoordig talloze uitvoeringen van
één type voertuig. RDC neemt zo’n 300 kenmerken per type in zijn database op. Keer 12 miljoen voertuigen levert dat veel data op. “Als iemand bij een dealer komt om zijn auto in te ruilen, kan de verkoper deze informatie online opvragen. Hij weet precies welke wagen voor zijn neus staat. Dat helpt bij het verkoopproces.” “Vroeger bouwden wij cubes, zodat betrokkenen de database konden raadplegen. Dat was veel werk en inflexibel. Als ze iets anders wilden weten, moesten we weer een andere cube bouwen. Nu stoppen we alles in een hyperstage database van Information Builders. Zij hebben een platform gebouwd waarop mensen in natuurlijke taal hun vragen kunnen loslaten. Daar hebben wij geen enkele bemoeienis mee. Dat is uitermate flexibel”, zegt Stolp. Samen met Information Builders hebben we het nieuwe platform gebouwd; het wordt gehost en is eenvoudig bereikbaar voor alle betrokkenen. “Zonder training of uitleg kun je aan de slag. Dat is ideaal”, zegt Stolp. Nu het analytisch platform er eenmaal is, zijn er veel meer mogelijkheden dan voorheen. “Zo kun je bijvoorbeeld op het moment dat iemand een auto wil inruilen, nagaan of veel van dat soort auto’s al te koop staat in jouw regio. Dat is bepalend voor de waarde van dat voertuig.” #
Manag’IT
7
# In 1 dag een roadmap
Snel een he Iedereen weet inmiddels dat organisaties op een goudmijn zitten: hun data. Een vager begrip is nauwelijks denkbaar. Hoe onttrek je bedrijfswaarde aan al die gegevens? Daar heeft Sogeti de Intelligent Solution Build-methode voor ontworpen. Een aanpak om snel en doelgericht met data aan de gang te gaan. Chris Vlaanderen, verantwoordelijk voor Business Intelligence & Analytics bij Sogeti, komt met het voorbeeld van een energieleverancier in Nederland dat graag wil profiteren van de mogelijkheden die big data biedt. De Intelligent Solution Build-methode heeft de basis gelegd voor een concept dat aansluit op de businessbehoefte en bestaande technologische architectuur. “Veel mensen weten niet waar ze moeten beginnen. Dan helpt het om met elkaar te brainstormen. Daar komen goede ideeën uit, mits je de juiste mensen bij elkaar brengt en een concreet stappenplan hebt.” Dat is Intelligent Solution Build. Binnen één dag ligt er een roadmap. Volgens Vlaanderen gaat de beeld- en besluitvorming bij organisaties dankzij deze methode veel sneller dan gewoonlijk.
Frisse blik Het begint met de juiste mensen te verzamelen voor de denksessie. “Het liefst maximaal vijf personen”, legt hij uit. “Dat aantal werkt efficiënt. De business- en IT-verantwoordelijken moeten beslissingsbevoegdheid hebben. Daarnaast schuiven een aantal materiedeskundigen aan, bijvoorbeeld iemand van marketing of een productiemedewerker. Afhankelijk van welk terrein je een oplossing zoekt.” Verder is er een ruimte nodig met
8
Manag’IT
Chris Vlaanderen: ‘Het primaat ligt bij de business’
elder plan whiteboard en flipover. “En natuurlijk een open houding, vertrouwen, teamwerk en focus.” Sogeti brengt volgens hem een ervaren moderator in; iemand die zogezegd getraind is om ‘het beste uit mensen’ te halen. Verder brengt de IT-dienstverlener stevige Business Intelligence-expertise ter tafel gekoppeld aan bewezen ervaring. Evenals een frisse blik op de zaak. De sessie begint met het vaststellen van de rollen die deelnemers vervullen binnen de organisatie en de doelstelling. De eerste inhoudelijk stap is de identificatie van de business drivers en de probleemdefinitie. “We moeten helder krijgen waar de vraag ligt en welk doel een antwoord moet dienen”, licht Vlaanderen toe.
Vreemde ogen Het bepalen van scope en succescriteria zijn de volgende onderdelen waarmee de groep aan de slag gaat. Wat vraagt precies om een oplossing en wanneer heb je dat doel bereikt? “Wat moet die oplossing doen? Dat beschrijf je in businesstermen. Zoals we met Douane Nederland hebben gedaan”, vertelt Vlaanderen. “Daar lag de vraag hoe je bestaande informatie kan combineren met gegevens uit een
nieuw systeem om impactanalyses te doen, vragen te beantwoorden en rapportages voor derden op te stellen. We hebben samen een haalbare en bruikbare oplossing bedacht die past binnen alle kaders en wensen van de organisatie. Met onze aanpak zijn we volgens de deelnemers twee keer zo snel tot een concreet projectvoorstel gekomen. Eén van hen zei dat ‘onze vreemde ogen’ de groep dwingt over geijkte en vastgeroeste standpunten heen te stappen en snel en gestructureerd tot een gedragen voorstel te komen.”
Uitvoering Als je duidelijk weet welk bedrijfsprobleem je wilt oplossen, ligt de weg open om na te gaan hoe big data daarin een rol kunnen spelen. Dat gaat niet alleen om gegevens, maar vooral om de bedrijfsprocessen die nodig zijn om iets zinvols te doen met die informatie. Dat daar IT-systemen voor nodig zijn, is een uitvloeisel. “Je moet natuurlijk wel een architectuur hebben die het gewenste resultaat kan opleveren”, zegt Vlaanderen. “Toch ligt het primaat altijd bij de business.”
Vervolgens brengt de groep in kaart hoe je de gevonden oplossing tot uitvoer brengt. “Daarbij houden we rekening met de bestaande architectuur en andere randvoorwaarden. Dat verschilt natuurlijk per situatie. Welke tools zijn beschikbaar; wat heeft in het verleden wel en niet gewerkt; wat is er beschikbaar om te worden ingezet? We maken een ‘gap’-analyse en bepalen hoe we de gaten kunnen invullen.” Het resultaat biedt niet alleen zicht op de ideale oplossing, maar ook op belangrijke kenmerken, zoals de voor realisatie benodigde doorlooptijd en budget. “We maken er ook een businesscase van”, aldus Vlaanderen. “Dat is inclusief de kwantitatieve, kwalitatieve en strategische voordelen, benodigde hardware en software, in- en externe kosten voor bijvoorbeeld personeel, de Return on Investment en break-even. Met dit alles is de organisatie in een zeer kort tijdsbestek in staat een gefundeerd besluit te nemen en concrete stappen te zetten om de gevonden oplossing te realiseren.”
Inspiratie De Intelligent Solution Build is inmiddels regelmatig met succes ingezet. De aanpak helpt organisaties snel oplossingen te vinden. “Het is ook een goed hulpmiddel om inspiratie op te doen voor organisaties die willen weten wat ze kunnen doen met de informatie die in hun systemen besloten ligt. Informatie die eventueel te verrijken is met gegevens uit externe bronnen. Dat leidt tot nieuwe inzich# ten, producten of diensten.”
Manag’IT
9
# Dubbelinterview
Tim Jennings, Ovum:
‘We kunnen nu eindelijk vooruit kijken’
B
ij het te gelde maken van informatie maakt de hoeveelheid data niet uit. Eerder is van belang hoe snel je toegang hebt tot welke gegevens. “Welk inzicht heb je nodig om tot betere bedrijfsresultaten te komen? Wat wil je weten? Daar gaat het om”, vindt Tim Jennings, Chief Analyst for Enterprise IT bij het Britse onderzoeksbureau Ovum. Het gesprek met de doorgewinterde IT-analist begint met enkele ‘losse gedachten’ over big data. “Mensen beginnen te snappen waar het bij dit onderwerp om gaat”, zegt hij. “Eerst ging het vooral om ‘big’. Hoe groot moest het data-arsenaal zijn om van ‘big’ te mogen spreken? Maar het gaat niet om de hoeveelheid. Size does not matter. Belangrijker is hoe snel je toegang hebt tot welke gegevens. We hebben tegenwoordig de beschikking over nieuwe informatiebronnen én de mogelijkheid om op een steeds verfijnder niveau gegevens te analyseren.” Jennings constateert verder dat big data met ‘bedrijfsogen’ moet worden bekeken, niet met ‘IT-ogen’. De geschiedenis van IT is op te delen in opeenvolgende periodes die hebben geleid tot dit informatietijdperk. “Nu zien we dat de business op een nieuw volwassenheidsniveau komt en eindelijk >>
10
Manag’IT
‘Het hoeft niet per se nieuw te zijn. Kijk naar de bestaande pijnpunten in bedrijfsprocessen’
Sandeep Sachdeva
‘Obama heeft ermee gewonnen’
D
e campagne van Barak Obama in 2008 en zijn herverkiezing tot president van de VS in 2012 hebben veel te danken aan de analyse van de enorme hoeveelheden gegevens op sociale media en andere informatiebronnen. De ‘big data president’ polste ook op die manier hoe de zorgverzekering zou vallen. Het is niet moeilijk met big data te werken. Maar het initiatief moet wel van ‘boven’ komen.
‘Blijf doorvragen. Waarom doen we dit? Dan kom je tot de kern’
‘Evidence based’ en ‘data driven’ zijn gevleugelde uitspraken in het Witte Huis sinds Obama er zijn intrek in nam. De president gaf al hoog op van het uitpluizen van grote hoeveelheden gegevens voordat hij zijn campagne begon. Als senator was hij medeindiener van een wet om een uitgavendatabase te maken om inzicht te krijgen in de manier waarop overheden belastinggeld besteden. Daar gaat het om bij dit onderwerp: inzicht verkrijgen. “Het is helemaal niet moeilijk”, zegt Sandeep Sachdeva, wereldwijd verantwoordelijk voor de Business Intelligence-tak bij IT-dienstverlener Sogeti. “De technologie is volwassen. Die draait op standaard hard- en software. Maar het is wel anders dan we gewend zijn. De IT-afdeling moet uit >>
Manag’IT
11
# Dubbelinterview
>> Tim Jennings gebruik weet te maken van al die informatie. Dat is de winst van big data.”
Verkeerde manier De afgelopen vijftig jaar zijn we, aldus Jennings, gewend geraakt aan IT. “Maar we hebben nog steeds niet de volle waarde uit informatie weten te halen. Tot nog toe gebruikten we analyses om achteruit te kijken. Om te zien wat er is gebeurd en dat te verklaren. Nu kunnen we eindelijk vooruit kijken. We kunnen wijzigingen in de klantvraag voorspellen en van tevoren bepalen wanneer het materieel binnen het bedrijf onderhoud nodig heeft. Of welke nieuwe markten interessant zijn. Dat zijn de onderwerpen waar de business wat aan heeft.” Veel organisaties maken de fout eerst te bekijken welke data ze hebben en wat ze daar vervolgens mee kunnen . “Dan heb je het over IT-gedreven projecten die de infrastructuur geschikt maken om enorme hoeveelheden gegevens aan te kunnen. Een organisatie vraagt zich af of het noodzakelijk is het bedrijfsmodel aan te passen om big data te gebruiken. Dat is de verkeerde manier. Je moet je niet afvragen wat je met de data kunt doen. Je moet bij de business beginnen, inventariseren waar de behoefte ligt. Wij krijgen vaak de vraag welke nieuwe dingen ze kunnen doen met al die informatie. Maar het hoeft niet per se nieuw te zijn. Kijk wat de bestaande pijnpunten zijn in de bedrijfsprocessen. En bepaal dan hoe data – uit interne en externe bronnen – kan helpen deze problemen op te lossen.”
Beter informatiebeheer Het begint met het stellen van de juis-
12
Manag’IT
>> Sandeep Sachdeva te vragen vanuit de business. Dan moet je nog wel regelen dat je de juiste antwoorden krijgt. Organisaties moeten volgens Jennings dan ook veel meer aandacht schenken aan informatiebeheer. “Dat betekent dat je informatiebronnen en -processen gaat beheren als een waardevol bedrijfseigendom. Dat houdt ook in dat binnen de organisatie een cultuur moet heersen die de waarde van informatie onderkent. Dat geldt voor medewerkers op elk niveau. Zij moeten de kansen zien die in informatie besloten liggen. Besluiten nemen op grond van gegevens in plaats van onderbuikgevoelens.” Jennings stelt dat een bedrijf een ‘information supply chain’ moet inrichten. Voordat de ITafdeling dat voor elkaar heeft, kan er wel een jaar voorbij gaan. “Bestuurders moeten daar niet op wachten. Parallel daaraan kunnen ze het laaghangend fruit plukken. Bijvoorbeeld door een business analytics competence centre in te richten. Daar kun je al gebruik van maken terwijl de lange-termijnvisie op informatiebeheer nog gestalte moet krijgen.”
haar comfortzone komen en er gewoon mee aan de slag gaan. Werken met big data is niet moeilijk. Het vereist wel een andere manier van denken. Google, Twitter en Facebook zouden niet bestaan zonder big data. Ook de Amerikaanse retailer WalMart haalt veel nuttige marketinginformatie uit gegevens.” Het is hetzelfde als toen de eerste iPhone en later de iPad op de markt kwamen. Een heel andere techniek, maar het is toch vrij snel gelukt om ermee te werken in het bedrijfsleven. Volgens Sachdeva volgt big data hetzelfde pad. Hij voegt daaraan toe dat het wel tijd kost om zich de nieuwe technologie eigen te maken. “Dat gebeurt alleen als je ermee aan de slag gaat.”
Groot denken Maar hoe ga je er geld mee verdienen? Door groot te denken, aldus Sachdeva. “Laat je niet weerhouden door twijfels of iets technisch wel mogelijk is. Die belemmeringen zijn er niet. Durf hardop de vragen te stellen die leiden tot antwoorden waarmee de onderneming groeit en waarmee de organisatie zich
Gebruiksgemak moet beter
Het gebruik van big data moet volgens Ovum-analist Jennings leiden tot meer klanttevredenheid. Door inzicht te krijgen in het gedrag en de wensen van klanten en vooral door heel snel te kunnen inspelen op die wensen. Daar komt bij dat de business de vragen moet stellen op een manier waar niet eerst de IT-afdeling zich over hoeft te buigen. Het gebruiksgemak is bepalend. De business moet zich niet hoeven te bekommeren over querytalen of wat dan ook. Ze moet gewoon in normale mensentaal een vraag kunnen stellen. “Voordat dit mogelijk is, zijn we wel twee of drie jaar verder”, meent Jennings. Meer over zijn uitgesproken mening is te horen tijdens zijn openingsspeech op het BI-symposium 25 november in Spant! in Bussum.
Vijf elementen in de juiste richting ontwikkelt. Daarom moeten big data-initiatieven op bestuurdersniveau ontstaan. Daar komen de vragen vandaan. En daar is vooral behoefte aan de juiste antwoorden. De eerste stap is de juiste vragen te stellen. Begin met één belangrijke vraag. Maak daar vervolgens een proefproject van. Bijvoorbeeld: ‘Hoe kan ik mijn supply chain verbeteren?’ Dan begint de datareis: het verzamelen van de juiste gegevens en het verkrijgen van inzicht uit de informatie. En daarna een strategie ontvouwen.” Het verzamelen van de gegevens is de tweede stap. Deze ligt op het bordje van de IT-afdeling. Zij moeten ervoor zorgen dat in- en externe data beschikbaar zijn voor analyse. De derde stap is de inrichting van de juiste architectuur om te kunnen werken met big data. Ook dit is volgens Sachdeva niet zo moeilijk. “Er zijn genoeg referentie-architecturen beschikbaar. Ook talloze tools helpen het werk van de IT-afdeling te vereenvoudigen. De ITafdeling moet haar afwachtende houding laten varen.”
Focus De vierde stap is de focus richten op de technische invulling. Gebruik geen bestaande platformen. Dat is zoiets als proberen een bal in een kleiner vierkant te proppen. Helaas gaat dat niet lukken. Het is nieuwe technologie; leer wat nodig is om ermee aan de slag te gaan. “Te vaak proberen mensen binnen de bestaande structuren met big data aan de slag te gaan. Dat is een recept voor teleurstelling. En tegelijkertijd voeding voor het argument dat big data moeilijk is. Het is niet moeilijk, alleen anders”, stelt Sachdeva.
Om met big data waarde voor de organisatie te creëren, spelen vijf elementen een rol: 1. Stel de juiste businessgerelateerde vraag 2. Verzamel de gepaste data 3. Maak een keuze voor de juiste IT-architectuur 4. Kies gestandaardiseerde technologie 5. Blijf doorvragen. Vijf keer achter elkaar waarom doen we dit?
De vijfde stap tenslotte behelst de houding van het doorvragen. “Blijf vragen waarom je iets doet. Als je vijf keer achter elkaar naar het waarom vraagt – dus ook over de antwoorden op de eerder gestelde vragen – dan kom je tot de kern. Dan kom je aan waardevolle suggesties die de organisatie verder kunnen brengen.”
Kostenbesparing De meeste waarde die big data in zich draagt, vindt zijn weerslag in de onderneming zelf. Het helpt namelijk de organisatie de juiste richting in te brengen. Inzet van big dataprojecten levert ook IT kostenbesparingen op. Voornamelijk omdat de big datatechnologie op gestandaardiseerde harden software draait. Doordat de technologie gebruikmaakt van clustering, is het ook niet nodig een aparte infrastructuur aan te leggen om het datacenter te backuppen. Sachdeva benadrukt wel dat het uitgangspunt om met big data aan de slag te gaan, bestaat bij de verbetering van de be-
drijfsinzichten. IT-kostenbesparingen zijn daarbij leuk meegenomen.
Roadmap maken Hij beveelt aan pas met deze technologie aan de slag te gaan als de top van het bedrijf overtuigd is van de waarde ervan en zich erachter schaart. Vervolgens moet een roadmap worden opgesteld waarin de organisatie zijn (nabije) toekomst uitstippelt en de rol van big data daarin opneemt. Daarna moet de IT-afdeling experimenteren met het fenomeen om ook het gevoel ervoor te krijgen. Een laatste punt wil hij nog wel even kwijt: bedrijven hadden dit eigenlijk gisteren al voor elkaar moeten hebben. Hij maakt een vergelijking met de opkomst van internet. “Toen vroegen organisaties zich af waarom ze een website nodig zouden hebben. Inmiddels gaan er miljarden euro’s door elektronische handelskanalen. Een goede website geeft concurrentievoordeel. Met big data is dat hetzelfde: je moet er op tijd mee beginnen.” #
Manag’IT
13
# 25/26 november: grootste BI-symposium van Nederland
Data is changing the game Op 25 en 26 november 2013 staat alweer de dertiende editie van het grootste evenement over Business Intelligence (BI) en Information Management (IM) voor de deur. Vooraanstaande sprekers uit binnen- en buitenland vertellen hoe data succesvol in te zetten in de hedendaagse bedrijfsvoering. U wilt meer business uit data? Zorg dat u erbij bent!
Unleash the potential of data Keynote Erik van Ommeren Directeur Innovatie VINT
Erik van Ommeren, directeur Innovatie van het Verkenningsinstituut Nieuwe Technologie (VINT) van Sogeti in de VS, heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van een vierluik van trendrapporten over big data die afgelopen jaar zijn verschenen. Voor hem geldt dat er niet één aanpak is voor alle big dataprocessen. Daar zal hij uitgebreid op ingaan. Zo presenteert hij een lijst van tien vragen en antwoorden plus afvinklijstje voor inzicht in de basisingrediënten die nodig zijn om de potentie van big data aan te boren. Van Ommeren vraagt het publiek even mee te dromen: er is zoveel data beschikbaar binnen organisaties dat er haast als vanzelf wel goede ideeën voor verbetering van bedrijfsresultaten ontstaan. Toch is er nog veel ruimte tussen droom en werkelijkheid. “Hoe zorg je ervoor, dat big data de aandacht krijgt die het verdient? Ik ga het hebben over die droom, over hoe je begint het wensbeeld te verwezenlijken. En hoe big data past binnen de huidige digitale transformatie.”
14
Manag’IT
Waar gaat mobiliteit naartoe? René Stolp, RDC Group René Stolp is vooraanstaand strateeg bij de RDC Group. Deze organisatie verzamelt al ruim veertig jaar marktinformatie over de voertuigbranche. In de loop der jaren zijn statistische inzichten geëvolueerd van pallets met cijfers op kettingformulieren naar een uiterst modern Market & Business Intelligenceplatform. “Dit najaar lanceren wij een krachtig informatie- en analyseplatform met een brede reeks aan diensten: van het aangeven van sectorbrede trends tot aan de prestaties van een specifieke vestiging van een autodealer.”
Is de technologie rijp voor BI 2.0? Keynote Rick van der Lans R20/Consultancy
Niet zo heel lang geleden waren gebruikers tevreden met simpele rapporten die op terminals werden getoond, samengesteld door IT-specialisten. De democratisering van informatietechnologie verwijst dat beeld naar de prullenbak. Tegenwoordig moet iedereen zelf in staat zijn actuele bedrijfsgegevens op het apparaat naar eigen keuze tevoorschijn te halen en analyses uit te voeren op databases van terabytes grootte. Ook willen we gegevens van sociale media integreren met de klantgegevens om nieuwe inzichten te verkrijgen. Keynote-spreker Rick van der Lans gaat in op de vraag of het waar is wat alle leveranciers beloven. Zij bieden onder andere indrukwekkende in-memory databases en analysetechnologie, NoSQL, Hadoop, selfservice en visualisatiegereedschap. Maar is het allemaal rozengeur en manenschijn? In zijn rede ‘Is de technologie rijp voor BI 2.0?’ gaat Van der Lans in op de realistische mogelijkheden én onmogelijkheden van de hedendaagse technologie.
Big Data is here... all we need now is a Big Idea Karl Raats
Hoe geef je vorm aan verandering? Johan Arts, IBM Benelux
Innovatief handelen en creativiteit helpen bij het omgaan met grote hoeveelheden data. Hoe wordt u creatief en innovatief? De Belgische Karl Raats geeft het antwoord. Miljoenen mensen zijn al door hem geïnspireerd geraakt om meer creativiteit uit zichzelf te halen. Zijn onvermoeibare positivisme heeft enorme impact op zijn toehoorders. “Een vermogen aan infrastructuur, technologie en analytische rekenkracht, kan nooit compenseren voor het onvermogen om slimme vragen te formuleren, ideeën te genereren en initiatieven te nemen.”
Volgens Johan Arts, Director Software Solutions Group bij IBM Benelux, is cultuur een belangrijke succesfactor bij de transformatie die het gebruik van big data met zich meebrengt. Hoe geef je vorm aan verandering? Hoe meet je waarde? Welke medewerkers, talenten en vaardigheden zijn nodig? Hoe richt je afdelingen in en bevorder je de betrokkenheid van alle belanghebbenden? Hoe kun je zowel flexibel zijn als werken volgens gestandaardiseerde processen? In zijn presentatie geeft Arts antwoord op deze vragen.
Analytics To Run And Change The Business Paul Sonderegger, Oracle In zijn toespraak ‘Big Data At Work: Analytics To Run And Change The Business’ legt Paul Sonderegger uit wat je kunt doen met informatie. Hij is big data-strateeg bij Oracle in de VS.
Het oog wil ook wat Andy Cotgreave, Tableau Software Andy Cotgreave, social mediamanager bij Tableau Software, legt met praktijk- voorbeelden uit hoe ‘gewone mensen’ gevisualiseerde analyses gebruiken om uitdagende bedrijfsproblemen op te lossen.
Mis dit niet!
Het tweedaagse symposium over de waarde van data is een initiatief van IT-dienstverlener Sogeti, het Britse marktanalysebureau Ovum en Business Information Magazine. Dit grootste BI-evenement van Nederland vindt plaats op 25 en 26 november 2013 in ’t Spant! in Bussum. Alle marktleiders op het gebied van business intelligence zijn van de partij: IBM, Oracle, Information Builders, HP, Microsoft, Pyramid Analytics, ITCG, Systemation, IntoDQ, HVR Software, Informatica, Tableau/Infotopics, Ngi en IIBA, de vereniging van businessanalisten. Zorg dat u erbij bent! Meer over het # programma en registratie leest u op www.bisymposium.nl.
Manag’IT
15
# Nieuwe productiefactor
Minicursus datamanagement Kapitaal, arbeid en natuur (delfstoffen en landbouwgrond) gelden als de drie productiefactoren. Daar moet je tegenwoordig data aan toevoegen. Grote hoeveelheden gegevens vormen een productiefactor zonder weerga. Maar daar moet je wel goed mee omgaan. Marc Govers van Sogeti geeft een minicursus.
G
overs heeft ‘management consultant’ op zijn visitekaartje staan. Hij werkt bij de afdeling Business Intelligence & Analytics. Zijn hele werkzame leven heeft hij zo ongeveer tussen databases en datawarehouses doorgebracht. Hij mag met recht de mister Data van Sogeti worden genoemd. De term ‘datamanagement’, zo onderwijst hij, is al heel oud. Die stamt uit de jaren tachtig van de vorige eeuw. “Het had toen veel potentie, maar is uiteindelijk niet doorgedrongen tot de standaardinrichting van automatiseringsstructuren. Dat databeheer mislukte, kwam omdat het vooral een ITfeestje was. Terwijl dit aspect juist op het bordje van de business behoort te liggen. Daar weten ze wat je kunt doen met informatie.” Het idee toen was: je hebt heel veel data, die stop je allemaal bij elkaar in een grote, centrale database (een datawarehouse) en dan verbind je alle gegevens aan elkaar, zodat je waardevolle bedrijfsinformatie krijgt. “Dat is natuurlijk een hopeloze zaak. Want ten eerste heb je niet alle data nodig en ten tweede maak je het beheer van de data op deze manier gigantisch complex”, luidt Govers’ vernietigende
16
Manag’IT
oordeel. “De belofte was groot. Helaas is die destijds niet waargemaakt.”
Corporate asset Tegenwoordig staat het onderwerp weer bovenaan op de agenda. We spreken zelfs van big data. In tegenstelling tot decennia terug zit nu marketing of de financiële afdeling bovenop de data. Data is een corporate asset geworden, een productiefactor. “Veel banken bijvoorbeeld zetten tegenwoordig datagerichte dienstverlening in. Daartoe zijn ze bezig met het opzetten van een datainfrastructuur. Dan gaat het niet alleen om de
technische infrastructuur, maar ook om de functionele architectuur: welke data heb je, wat kun je ermee doen? Daarbij moet je het geheel zo inrichten dat het heel snel kan inspelen op veranderingen. Want de business verandert voortdurend. Markten wijzigen, de overheden stellen andere regels op en consumptiepatronen veranderen continu. Daar wil je niet door worden verrast, je wilt dat zien aankomen. En je wilt weten of er nieuwe kansen ontstaan bijvoorbeeld bij veranderd overheidsbeleid. De antwoorden vind je in die berg gegevens; in- en extern.”
Kwaliteitseisen Er zijn meerdere aspecten die de kwaliteit van data bepalen: Tijdigheid Hoe snel moeten de gegevens beschikbaar zijn? In de online wereld vrijwel altijd real time. Beschikbaarheid De beschikbaarheid zelf is een kwaliteitsaspect: de gegevens moeten gewoon op die plek opvraagbaar zijn waar de organisatie er behoefte aan heeft. Juistheid Als Marc in de ene database met een ‘c’ is opgenomen en in een andere met een ‘k’, heb je al problemen. Compleetheid Klantgegevens zonder het bankrekeningnummer bijvoorbeeld boeten sterk aan waarde in voor het bedrijf. Referentiële integriteit De referentiële integriteit is een bijzonder kwaliteitsaspect. Het komt erop neer dat aan data is te zien of het goed of fout is. Dat is alleen mogelijk als de data in context staat. Een modelmatige opzet is dan onvermijdelijk.
Marc Govers: ‘Negentig procent van de organisaties heeft haar data niet op orde. Die moeten eerst de rommelzolder maar eens opruimen’
De grap van data is, volgens Govers, dat je ze voor meerdere dingen kunt gebruiken. “Als je mijn geboortedatum weet, kun je daar heel veel aan afleiden. Je weet dan bijvoorbeeld wanneer ik met pensioen ga. Nu zijn die gegevens vaak opgenomen in een database die bij een bepaald proces hoort. Zo zie je dat bijvoorbeeld klantgegevens in tientallen databases voorkomen; vaak nog eens anders geformuleerd. En het is foutgevoelig. Aan de ontdubbeling van gegevens wordt nu hard gewerkt. Dat is misschien wel les één: zorg dat je gegevens maar één keer opslaat. Zorg er tevens voor dat ze toegankelijk zijn voor de business wanneer die daar behoefte aan heeft.”
Concurrentievoordeel Een goed beheer begint met het in kaart brengen van de verschillende bronnen voor data die bij een organisatie passen. Dat begint met de interne systemen. Daar komen de data op het internet bij, zoals de gigantische hoeveelheden data van sociale media. Overheden moeten vaak aansluiten op basisregistraties. En dan heb je nog de data van klanten, leveranciers en hun afnemers. “Als je daar slim mee omgaat, bereik je concurrentievoordeel”, is Govers’ overtuiging. Rijkswaterstaat heeft vijf miljoen euro geïnvesteerd in een datamanagementproject. “Maar dat levert jaarlijks 600 miljoen euro op”, onderstreept hij het belang van goed databeheer. “De ceo van Shell mikt er tegenwoordig op nieuwe olievoorraden te vinden door alle data door te vlooien. Niet door mensen erop uit te sturen en geofysisch onderzoek te laten
doen in het veld. Nee, door alle beschikbare gegevens te analyseren. Door bijvoorbeeld op een nieuwe manier te kijken naar ooit afgekeurde bronnen.” Een ander voorbeeld is mijnpensioenoverzicht.nl. Door een slimme koppeling van gegevens kan iemand precies nagaan hoe het er met zijn pensioen voorstaat.
Goed modelleren Het managen van data betekent zorgdragen voor de kwaliteit ervan, de be-
schikbaarheid en zorgen dat data op de locaties komt waar het nodig is. “Kernwoorden bij beheer zijn beschikbaarheid, actualiteit, verrijking met gegevens uit externe bronnen, compleetheid en juistheid”, stelt Govers. Processen binnen organisaties veranderen geregeld. Maar data zijn vrij stabiel. “Dus als je dat één keer goed regelt, heb je er vrijwel geen omkijken meer naar. Goed modelleren, goed structureren en goed opslaan. Daarmee heb je voor tientallen jaren >> plezier.”
Manag’IT
17
# Nieuwe productiefactor Je moet data aandacht geven. Zowel op corporate niveau (strategisch en beleidsbepalend) als op operationeel niveau. Dat laatste valt uiteen in twee componenten. Enerzijds ervoor zorgen dat de kwaliteit van de data goed is. Anderzijds erop toezien dat gegevens dusdanig in databases worden opgeslagen dat iedereen in de organi-
‘Rijkswaterstaat heeft vijf miljoen geïnvesteerd in een datamanagementproject. Dat levert jaarlijks 600 miljoen euro op’
satie die er baat bij heeft, toegang heeft tot die gegevens. Veel organisaties doen er goed aan eerst de kwaliteit van de data op orde te brengen. Er zijn veel dubbelingen, en wisselende noteringen van hetzelfde object (zoals een naam of functie). “Negentig procent van de organisaties heeft haar data niet op orde. Die moeten eerst de rommelzolder maar eens opruimen. En dat gebeurt nu ook, want de business hijgt de IT-afdeling in de nek.”
Masterdata Het toegankelijk maken van data is nog helemaal niet zo makkelijk, vindt
18
Manag’IT
Govers. Want de gegevens zitten opgeslagen in legio databases binnen de onderneming die nauwelijks met elkaar te rijmen zijn. “Dat betekent dat je de data die echt belangrijk zijn voor de onderneming centraal moet gaan stellen. In het onderwijs zijn gegevens over leerlingen van doorslaggevend belang, maar de data over de lunches zijn helemaal niet belangrijk voor de bedrijfsvoering. Dus moet je op corporate niveau vaststellen welke data van belang zijn.” Er is een onderscheid te maken in masterdata: dat zijn de gegevens die in tachtig procent van de bedrijfsprocessen nodig zijn. En secundaire data die minder belangrijk zijn en dus minder aandacht behoeven. “Bij de masterdata kun je nog een onderscheid maken in de snelheid waarmee ze beschikbaar moet zijn. Sommige data wil je realtime weten, andere maar eens in de maand. Als je een internetbedrijf bent, en de klant vult online een aanvraagformulier in voor een product, dan moet hij direct respons hebben. Maar als logistieke medewerkers willen weten hoe het met de voorraden staat, dan is realtime geen absolute must. Dus dat vraagt dan weer om een andere infrastructuur.” De 80 – 20 regel gaat dus ook op bij
datamanagement. Over het algemeen is twintig procent van de data zinvol voor tachtig procent van de toepassingen binnen een organisatie. Dat betekent dat slechts twintig procent van de data beheer nodig heeft, en niet de volle honderd procent zoals met databases en datawarehouses veelal gebeurt.
Cloud vraagt borging “Bij onze klanten zien we dat ze meer concurrentievoordeel hebben met meer nuttige informatie. Of dat ze veel efficiënter kunnen werken zoals bij de overheid. Daarom hoort databeheer echt thuis bij de business”, constateert Govers. Een aspect dat tegenwoordig extra aandacht vraagt bij datamanagement is het feit dat (veel) data in de cloud staan opgeslagen. “Dan moet je dus goede afspraken maken over de kwaliteitsaspecten die je gewaarborgd wil zien. Denk aan tijdigheid en beschikbaarheid. Bovendien heb je dan weer een koppeling extra tussen applicatie en data, terwijl je zou moeten streven naar zo min mogelijk interfaces. Die aspecten moet je meenemen bij de overweging om clouddiensten af te nemen; en bij de inrichting van de master datamanagement# infrastructuur.”
Datamanagement: vijf tips
1 Begin met het op orde brengen van de kwaliteit van de data. Ontdubbel en uniformeer. 2 Sla gegevens maar één keer op 3 Zorg ervoor dat ze toegankelijk zijn voor de business wanneer die daar behoefte aan heeft 4 Geef data aandacht, zowel op corporate niveau (strategisch en beleidsbepalend) als op operationeel niveau 5 Maak onderscheid tussen masterdata (gegevens die in tachtig procent van de bedrijfsprocessen nodig zijn) en secundaire data
# Column
Geld verdienen aan Homo Curiosus Menno van Doorn
In het pre-digitale tijdperk, ik moet 13 of 14 jaar zijn geweest, werden de data nog aan huis verkocht. Ik deed toen de lotto voor een plaatselijke handbalvereniging. De inkomsten gingen sam-sam naar dit goede doel en mijn eigen portemonnee. Iedere week verkocht ik aan de mensen die ik bezocht hun zes favoriete getallen. Het ingevulde formulier haalde ik dan vervolgens door een stempelautomaat en overhandigde de deelnemer zijn doordruk. Sommige klanten vroegen me of ik binnen wilde komen en boden me wat lekkers aan. Zo bleef ik vaak tot laat meetafelen bij een Surinaamse familie. Ik kwam bij mensen waar ik nu nog - na al die jaren - weet hoe het er rook. Bijvoorbeeld een combinatie van stof en een berg gedragen kleren. Ik genoot met volle teugen van dit soort intieme doorkijkjes en zag het als een aangenaam bijproduct van mijn harde werken. Hoe levendig staat mij nog bij dat pas na drie keer bellen mevrouw Dekker de deur opendeed; slechts gekleed in een witte, badstof handdoek, natte haren, en met een aroma van hairconditioner. Verontschuldigend dat ze het formulier nog niet had ingevuld, vroeg ze me naar binnen. Licht voorovergebogen kruiste ze haar geluksgetallen aan op de keukentafel. Zoveel schoonheid, dacht ik toen, is onbetaalbaar. Met een brok in mijn keel verliet ik het huis. Deze sleutelscène uit mijn jeugd schoot plots door mijn hoofd. Wat als je dit onbetaalbare nu eens betaalbaar gaat maken? Als je veel meer inkijkjes biedt en die gaat verkopen in het ‘echte’ leven van mensen? De werkelijke aard van mensen (spelerig, hebberig, nieuwsgierig)
kan immers een vruchtbare voedingsbodem zijn voor nieuwe bedrijfsmodellen. Dat gebeurt nu al volop. We conferencecallen al gratis met Google Hangout, sturen grote bestanden gratis met WeTransfer, linkedinnen en liken gratis alles aan elkaar op sociale media. Aan nieuwsgierigen kunnen we de data doorverkopen. Wat nu gebeurt is slechts de elite (NSA, marketingindustrie en Belastingdienst). Ik bedoel echt grootschalig aanpakken. Vooral nu we dankzij het internet der dingen steeds dichter bij het intieme leven van anderen kunnen komen. Ik voorzie een enorme markt voor mensen zoals ik; de brutaal nieuwsgierigen die graag weten hoe het er elders aan toe gaat.
Ik zal u een voorbeeld geven. Een koelkastfabrikant werkt aan een digitale koelkast met bijbehorende service ‘What’s in my fridge’. Iedere keer als iemand de koelkast opent, gaat er een fotootje van de inhoud naar de smartphone. Zo heb je altijd de laatste stand van zaken bij je. Draai dit nou eens om zou ik zeggen. ‘What’s in your fridge?’ Ik zou liever in de koelkast van Sylvie Meys kijken (ze schijnt echt heel gezond te leven) dan in de treurige inhoud van mijn eigen koelkast. Dan had ik destijds alvast kunnen checken wat de Surinaamse familie me zou voorschotelen die avond. Of even in die van mevrouw Dekker kunnen gluren; om te zien of er ook een meneer Dekker bestaat. #
‘Ik voorzie een enorme markt voor mensen zoals ik; de brutaal nieuwsgierigen die graag weten hoe het er elders aan toe gaat’ Manag’IT
19