magazine 3e jaargang nr.4
›› december 2011
›› S neeuwploegen parade Alle ploegen bekeken en besproken
›› Weervrouw Margot Ribberink:
‘Horrorwinter op komst? Welnee!’
ADOPTEER EEN PUP ADOPTEER EEN PUP
EN HELP ’M BLINDENGELEIDEHOND WORDEN. EN HELP ’M BLINDENGELEIDEHOND WORDEN.
WWW.ADOPTEEREENPUP.NL WWW.ADOPTEEREENPUP.NL
Winterklaar De wildste verhalen doen de ronde: er zou een horrorwinter op komst zijn. Weervrouw Margot Ribberink legt in deze editie uit waarom zij vindt dat die spookverhalen met een stevige korrel zout genomen moeten worden. Maar hoe het ook uitpakt: Aebi Schmidt Nederland is er klaar voor. Terwijl onze productieafdeling nog volop draait om de laatste orders van dit jaar tot een goed einde te brengen, is onze Serviceafdeling druk bezig met de uitlevering van het nieuwste winterdienstmaterieel en het uitvoeren van onderhoud. En ook al is het jaar nog niet helemaal voorbij, we mogen nu al zeggen dat 2011 de boeken ingaat als een jaar waar we tevreden over zijn. MVO Monitor En dat geldt op meerdere gebieden. Begin november heeft Aebi Schmidt Nederland het certificaat met betrekking tot de MVO Monitor van de Koninklijke Metaalunie ontvangen. Een nieuwe stap in het streven ons MVO-beleid praktisch handen en voeten te geven. Als meer overkoepelende ‘meetlat’ heeft de MVO Monitor het grote voordeel dat zij ketenpartners eenduidigheid en zekerheid biedt. Aebi Schmidt Nederland is dan ook bijzonder ingenomen met deze certificering. In het volgende nummer vertellen wij u graag meer over de achtergronden en methodieken van de MVO Monitor.
fietspaden. Maar het kan altijd beter. Aebi Schmidt Nederland draagt bij aan schonere en veiliger fietspaden door slimme producten te ontwikkelen. Zo hebben wij een kleine combisproeier gemaakt die speciaal bestemd is voor de inzet op fietspaden. Daarnaast zijn wij druk bezig met de doorontwikkeling van wintertoepassingen op onze compacte veegmachines. Hiermee vergroot u de inzet in meerdere seizoenen. U ziet het: het blijft ons bezighouden u te helpen de winter probleemloos door te komen. Hoe streng die winter wordt? Ach, dat zien we vanzelf wel. U kunt er in elk geval op vertrouwen dat Aebi Schmidt Nederland klaar is om u met raad en daad bij te staan. Wij wensen u vast fijne feestdagen. P.S. Bij Bart Smit is sinds kort de Nido strooimachine verkrijgbaar voor grote en kleine gladheidbestrijders. Arjan Ester, Commercieel directeur
Vrij podium Die volgende editie van ASH Magazine zal er overigens iets anders uitzien dan u gewend bent. Vanaf 2012 gaan wij ASH Magazine namelijk ook in België uitgeven. In een inhoudelijk iets aangepaste versie voor onze Vlaamstalige relaties en in een Franstalige versie voor relaties in Wallonië. Een goede gelegenheid om nog meer eenheid te brengen in de vormgeving van al onze uitingen. Dat geldt overigens ook voor de ‘advertorials’ die wij in dit magazine opnemen. Op die pagina’s bieden wij al onze branchegenoten een vrij podium. Wat daarop wordt gecommuniceerd - daar willen wij duidelijk over zijn - valt onder de verantwoordelijkheid van wie zich van dit podium bedient. Fietspaden Zelf willen wij gladheidbestrijdend Nederland oproepen om de komende winter nog meer aandacht te geven aan fietspaden. Dat de veiligheid van fietsers - terecht - al beduidend meer aandacht krijgt, merken wij aan de toegenomen vraag naar rolbezems voor
Bij de adverentie De pups van KNGF Geleidehonden hebben uw hulp nodig. Die pups staan te trappelen om later blindengeleidehond te worden. Zodra ze oud genoeg zijn, starten ze hun opleiding bij KNGF Geleidehonden. Maar studeren kost geld. Helpt u mee om hun studie te betalen? Zo helpt u hun toekomstige blinde baas aan een geleidehond. U adopteert de pup symbolisch. Voor € 7,50 per maand. Kijk voor meer info op: www.adopteereenpup.nl Aebi Schmidt Nederland wenst maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Eén manier om MVO in praktijk te brengen is het gratis ter beschikking stellen van advertentieruimte in dit magazine aan maatschappelijk georiënteerde organisaties.
Inhoudsopgave Alle sneeuwploegen op een rij Kort door de bocht De kracht van seizoensverwachtingen Terugblik op Papendal Het detail: handig luchtrooster De macht van grote getallen Slim vegen heeft perspectief Advertorial Zoutunie / Salzunion
pag. 4 pag. 6 pag. 8 pag. 10 pag. 11 pag. 12 pag. 13 pag. 14
Colofon ASH Magazine is een uitgave van Aebi Schmidt Nederland. Redactie en vormgeving: TTF Marketing & Communicatie, Amersfoort.
3
›› Kies uw sneeuwploeg Aebi Schmidt kan elk land de sneeuwploegen leveren die het nodig heeft. Het mondiale leveringspakket van de groep omvat sneeuwploegen voor elk klimaat en alle omstandigheden. Voor de Nederlandse markt zijn vijf verschillende sneeuwploegen leverbaar. Wij stellen ze aan u voor. FLL-sneeuwploegen De voor Nederland vrij nieuwe FLL-sneeuwploeg is erg in trek bij gemeentes. Voor het goed schoonmaken van bijvoorbeeld fietspaden zijn FLL-ploegen dé oplossing. Klein, wendbaar en bijzonder gemakkelijk te koppelen aan tractoren of multifunctionele voertuigen. Er zijn vijf typen FLL-ploegen met werkbreedtes variërend van 1.20 tot 2.10 m. Ze hebben een stalen blad, gesegmenteerde obstakelbeveiliging en ze kenmerken zich door een uitstekende bodemaanpassing dankzij het centrale draaipunt. FLL-ploegen zijn ontwikkeld voor semi-smalspoortractoren en multifunctionele voertuigen die zelf al voorzien zijn van een hydraulische hefinrichting. Deze moet dan wel beschikken over een zweefstand. Bijkomend voordeel is dat de hef van tractoren en multifunctionele voertuigen heel kort voor het voertuig is geplaatst. Voor gebruikers
Links: SNK 330
4
Rechts: ML 51
is dat handig, want fietspaden worden steeds krapper en van steeds meer remmende maatregelen voorzien. Heeft het betreffende voertuig overigens zelf geen hefinrichting, dan kan Aebi Schmidt deze optioneel, af-fabriek leveren voor de FLL-serie. Tractoren en FLL-sneeuwploegen zijn dé ideale combinatie. Voor een trekker is het gewicht van het stalen ploegblad geen enkel probleem en omgekeerd heeft het stalen blad er geen moeite mee dat trekkers nogal drukken. De FLL-ploeg laat zich eenvoudig bedienen en de obstakelbeveiliging voorkomt schade aan het ploegblad. Wordt er met het blad tegen een stoeprand gereden, dan klapt het betreffende segment weg om daarna dankzij een veer weer in positie te komen. Kosten en uitval door aanrijdschade zijn dan ook minimaal. SNK-sneeuwploegen Wie kent ‘m niet, die oude vertrouwde SNK-sneeuwploeg? Dat wil zeggen: vertrouwd zeer zeker, maar oud beslist niet. De SNK-ploeg bestaat als type al decennia lang, maar Aebi Schmidt blijft voortdurend op zoek naar verbetermogelijkheden. Een recente verbetering betreft een aanpassing van de EPZ-unit: het elektrohydraulische hart van de SNK dat zorgt voor heffen en zwenken van de sneeuwploeg. Daar is nu een beveiliging aan toegevoegd, zodat de ploeg in positie blijft. Daarmee, maar ook wat betreft eisen aan sterkte en ophanging, voldoet de SNKsneeuwploeg nu nog beter aan de huidige veiligheidsnormen. Hét onderscheidende kenmerk van de SNK-serie is het kunststof ploegblad in combinatie met de lange geïntegreerde stuifkap boven het ploegblad. Het kunststof ploegblad maakt de SNK lichter en absorbeert trillingen en is daardoor geschikt voor het werken bij hogere snelheden en voor gebruik door wat lichtere voertuigen. Het kunststof ploegblad is ideaal voor het type sneeuw dat we in Nederland vaak aantreffen: natte pap. Door het rijden met hogere
Cumulus sneeuwploeg
snelheden krult de sneeuwpap als het ware langs het ploegblad en wordt afgevoerd door de kunststof stuifkap. Was de kunststof stuifkap er niet, dan zou de sneeuwpap over de ploeg spatten. Normaliter wordt de SNK-sneeuwploeg geleverd met een eigen hefsysteem. De grote range SNK-ploegen (met werkbreedtes variërend van 1.50 tot 3.30 m) kunnen worden uitgerust met Flexpress. Daarmee kan de chauffeur de druk van het ploegblad op het wegdek regelen. Voor verse, nog niet vastgereden sneeuw volstaat een lichtere druk dan voor (licht) aangereden sneeuw of voor natte pap. Door te variëren - er zijn zes verschillende standen - kiest de chauffeur de juiste stand voor optimaal ruimwerk. Gebeurt dit adequaat, dan levert dat niet alleen schonere wegen op, maar bovendien gaan de slijtstroken langer mee en wordt er op brandstof bespaard. Cirron sneeuwploeg De SNK-ploeg is geschikt om in het binnen- en buitengebied te worden ingezet. De Cirron sneeuwploeg wordt door gemeentes en provincies vooral in het buitengebied gebruikt. In vergelijking met de SNK heeft de Cirron een grotere capaciteit wat betreft ruimwerk. Hij is dan ook zwaarder en kan letterlijk tegen een stootje. Hét kenmerkende verschil tussen de Cirron enerzijds en de FLL- en SNKsneeuwploeg anderzijds is dat de Cirron een zogenoemde multiblade ploeg is, terwijl FLL- en SNK-ploegen singleblade zijn. Het ploegblad van singleblade ploegen bestaat uit één stuk. Het ploegblad van multiblade ploegen, zoals de Cirron, is gesegmenteerd. Dankzij die segmentering kunnen drempels in de weg bijvoorbeeld veel beter worden schoongemaakt dan met een singleblade ploeg mogelijk is. Elk segment volgt als het ware z’n eigen weg. Dit zorgt ervoor dat de Cirron, ook in zware omstandigheden zoals vastgereden sneeuw, zijn werk altijd goed blijft doen. Voor de aanbouw aan het voertuig wordt dezelfde DIN-plaat gebruikt als voor SNK-ploegen, zij het in een zwaardere voorgebouwde uitvoering. De aansturing van de Cirron vindt meestal plaats via voertuighydrauliek: een robuust systeem dat nauwelijks kans op storingen geeft. Een ander voordeel is het feit dat er bij de Cirron kunststof strippen zijn aangebracht tussen het ploegblad en het frame. De trillingen die van het wegdek op het ploegblad worden overgedragen, worden niet overgedragen op het frame. Het gevolg: minder slijtage, minder lawaai en meer comfort voor de chauffeur. Kortom, een degelijke ploeg voor het zware werk en een lange levensduur. De Cirron sneeuwploeg is leverbaar in zes types, met ruimbreedtes van 2.30 tot 3.40 m. Allemaal geschikt voor hoge werksnelheden, zodat de chauffeur zich ook in het uitgestrekte buitengebied goed aan zijn rijtijden kan houden. ML51-sneeuwploeg en Cumulus De ML51-sneeuwploeg en de Cumulus sneeuwploeg worden met name door Rijkswaterstaat gebruikt. Eerstgenoemde is gemaakt
5
De SNK en Cirron sneeuwploeg
voor de snelweg met een efficiënte werkbreedte van 4.60 m en een ploegbladlengte van 5.10 m. Een deel van de ploeg is hydraulisch wegklapbaar, zodat hij tijdens transport binnen de norm van 4.00 m blijft. De ML51 is in alle opzichten vergelijkbaar met de Cirron - en is dus ook een multiblade ploeg - maar alleen een stuk groter. De ML51sneeuwploeg wordt vaak toegepast in de staffel, waarbij meerdere ploegen in een diagonale formatie achter elkaar rijden. De Cumulus - ook wel trompetploeg genoemd - neemt de laatste positie van de staffel in. Met deze ploeg worden sneeuw of natte pap in een wijde boog over de geleiderail geworpen. De geruimde sneeuw komt dus niet op de vluchtstrook terecht. Voor de Nederlandse markt is er een aanpassing voor de Cumulus doorgevoerd. Aan de zijkant, aan de bovenkant van de uitworp, is een elektrischhydraulisch bedienbare klep geplaatst. Door die te activeren wordt de sneeuw niet langer weggeworpen, maar belandt deze naast het voertuig. Dat is van groot belang gezien de vele ongelijkvloerse kruisingen in Nederland. Daar is het juist niet de bedoeling dat de geruimde sneeuw over de geleiderail op de onderliggende weg terechtkomt. Aanschaf nieuwe vrachtwagen Met dit assortiment sneeuwploegen hoeft niemand bang te zijn voor wéér een strenge winter met veel sneeuw. Deze vijf ploegen kunnen elk weertype aan. Momenteel wordt goed gekeken naar optimalisatiemogelijkheden wat betreft bediening en aankoppeling. Voor gemeenten, provincies en Rijk is het belangrijk om bij de aanschaf van nieuwe vrachtwagens vooraf te bepalen of deze ingezet zullen worden voor de winterdienst. Zo ja, dan is het verstandig om tijdig contact op te nemen met Aebi Schmidt Nederland. Wij kunnen u dan vóór de aanschaf van uw voertuig adviseren over mee te bestellen specifieke opties voor de inzet in de winterdienst. Dit kan u een aanzienlijke besparing op de aanschafkosten van een sneeuwploeg opleveren.
Cirron sneeuwploeg
Lastige praktijkcases Begin 2011 startte de nieuwe opleiding Coördinator gladheidbestrijding voor wegbeheerders van CROW. Deze intensieve opleiding stelt de gladheidcoördinator beter in staat om zijn verantwoordelijke werk te doen. In de opleiding komen zaken aan bod als managementvaardigheden, meteorologie, kennis van gladheidbestrijdingsmaterieel, et cetera. Er wordt geoefend met praktijkcases en deze maken ook deel uit van het afsluitende examen. Marcel van den Elzen, die zelf bij Rijkswaterstaat het vak in de praktijk leerde, maakte een aantal van die cases. ‘Dat doe ik samen met vakgenoten aan de hand van praktijksituaties. De cursisten krijgen een situatie voorgesteld, die zij in hun werk kunnen tegenkomen. Ze bepalen hun keuze en moeten die motiveren.’ Dat valt niet mee. Bij het eerste examen slaagde de helft. Bij de herkansing slaagden overigens als-
Klaar voordat u wacht Het klinkt mooi: de servicemonteur die er al staat voordat de chauffeur van een strooiwagen beseft dat zijn strooier een storing heeft. Voor een aantal gladheidbestrijders is dit komende winter al werkelijkheid. De besturings- en monitoringstechniek én een gprs-verbinding tussen een strooimachine en Aebi Schmidt Nederland maken het mogelijk om strooiers letterlijk op de voet te volgen. Alle strooidata - zoals instellingen, het aantal gereden en gestrooide kilometers, de strooibreedte en -dosering op gereden routes - zijn direct online beschikbaar. Daarnaast
nog flink wat deelnemers. Marcel van den Elzen: ‘Sommige cursisten hebben moeite om zich in te leven in een onbekende situatie. Terwijl dat nu juist een van de doelen is van deze opleiding is, want elke gediplomeerde coördinator dient over ten minste dezelfde basiskennis te beschikken.’ Bij de volgende ronden - in december is alweer het vierde examen - slaagden er meer cursisten. verstuurt de strooimachine voortdurend allerlei gegevens over zijn functioneren. Wanneer bepaalde waarden of combinaties van waarden afwijken van een bepaalde bandbreedte, slaat het systeem alarm. Dat kan een telefoontje van de afdeling Service met de chauffeur tot gevolg hebben (‘Kijk dit of dat even na!’) of een bezoek van de servicemonteur aan de betreffende strooier. Klaar terwijl u wacht wordt zo: klaar vóórdat u wacht! Komende winter draait Aebi Schmidt Nederland proef met deze nieuwe service. Wilt u er meer over weten of meedoen aan de proef, neem dan contact op met de afdeling Verkoop of Service via het algemeen telefoonnummer: 0543 - 370 000.
TerraTrac 210: lichtgewicht krachtpatser De Aebi TerraTrac 210 heeft z’n sporen ruim verdiend. Deze laagzwaartepunts-tractor is ideaal voor maaiwerkzaamheden op taluds van wegen en dijken. Onder moeilijke omstandigheden kan dankzij de unieke eigenschappen van de machine veilig gewerkt worden. Naast maai- en bemestingswerkzaamheden wordt de Aebi TerraTrac 210 ook ingezet als trekvoertuig. De machine maakt al jarenlang deel uit van het leveringsprogramma van Mars Machines, de Aebi verkooporganisatie in Nederland. De TerraTrac 210 is doorontwikkeld vanuit een bewezen concept. Het is een compacte, lichte, krachtige en zeer wendbare machine met vierwiel besturing. De TT210 beschikt zowel over een fronthefinrichting als een achterhef. Ten opzichte van vergelijkbare machines is de TT210 uiterst wendbaar en daarbij opmerkelijk laag geprijsd. Het instapmodel valt te verrijken met diverse opties, zoals: airco en verwarming in de cabine, maar ook met landbouwapparatuur als een hooibalenpers. Extra pluspunt:
6
de gebruikelijke garantie van één jaar is voor het hydraulisch systeem standaard uitgebreid tot twee jaar. Wilt u meer weten over de Aebi TerraTrac 210, bezoek dan www.marsmachines.nl.
TT210: ‘Tractor of the Year 2011’ in Zwitserland
Combistrooier op Themadag AkzoNobel Zoutproducent en -leverancier AkzoNobel heeft duurzaamheid hoog in het vaandel staan. In haar eigen bedrijfsvoering, maar vooral ook wat betreft haar producten. Om die reden ontwikkelde AkzoNobel mTA, het nieuwe antiklontermiddel voor wegenzout dat volledig biologisch afbreekbaar is. Op de AkzoNobel Themadag 2011, die door ruim 150 professionals is bezocht, was duurzaamheid in gladheidbestrijding een belangrijk onderwerp. In het kader van nieuwe technieken ten behoeve van duurzaamheid demonstreerde Aebi Schmidt Nederland haar nieuwe Combistrooier. Deze kan prima ingezet worden bij temperaturen rond het vriespunt. In die omstandigheden is de combinatie van pekel sproeien en zout strooien in lage dosering heel effectief. De Combistrooier brengt via de strooiplaat pekel en droog- of natzout uit in de exact benodigde dosering. Zo levert deze Combistrooier van Aebi Schmidt Nederland een bijdrage aan duurzaamheid in gladheidbestrijding.
Nieuwe meetlat voor MVO-niveau De mate waarin een bedrijf Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) in praktijk brengt, bepaalt steeds meer het succes van de onderneming. Om het zelf goed te kunnen doen, stellen bedrijven ook steeds strengere MVO-eisen aan hun toeleveranciers. Maar hoe meet je MVO? Daar zijn inmiddels diverse instrumenten voor, zoals het Global Reporting Initiative (GRI) of de Nederlandse CO2 Prestatieladder. Deze methodes zijn echter vooral gericht op duurzaamheid en dat is slechts een onderdeel van MVO. Andere onderdelen, bijvoorbeeld sociale innovatie of de noodzaak van een gezond rendement behalen, worden hierin niet meegenomen. De Koninklijke Metaalunie heeft daarom sinds kort voor haar leden de MVO Monitor, waarvoor zij zich kunnen certificeren. Hét grote voordeel van de MVO Monitor - die aansluit bij de richtlijn ISO 26000 - is dat het gaat om een eenduidige standaard. Afnemers weten zo met wie zij zaken doen en leveranciers hoeven niet iedere keer opnieuw hun MVO-niveau aan te tonen. Aebi Schmidt Nederland heeft dit traject doorlopen en afgesloten op certificaatniveau. Onze MVO-prestaties zijn daarmee aantoonbaar en voor iedereen inzichtelijk.
Fotogenieke sneeuwvechters Het paviljoen (foto 2) van de Aebi Schmidt Group op de InterAirport beurs in München was een echte publiekstrekker. Deze beurs, die in oktober plaatsvond, wordt bezocht door belangstellenden vanuit de hele wereld. Zoals de naam al aangeeft is de beurs gericht op de wereld van luchthavens en in het bijzonder op luchthaventechnologie. De Aebi Schmidt Group introduceerde in München twee (gedeeltelijk) nieuwe reuzen voor de winterdienst. De voorzijde van de Schmidt TS 10.000-7 sneeuwfrees (foto 1) is nieuw ontwikkeld en onder meer voorzien van een nieuwe ruimkop. Deze krachtpatser kan, afhankelijk van de sneeuwconsistentie, tot 8.000 ton sneeuw per uur aan bij maximaal 50 km/u. De freestrommel aan de voorzijde van de nieuwe Schmidt Supra (foto 3) freest sneeuwwallen, die zijn blijven liggen nadat een vloot TJS’en en/of CJS’en over de baan zijn gegaan, hakt de sneeuw los en blaast die vervolgens via de uitwerpschacht weg. Deze imposante machines trokken veel aandacht van de ruim 12.000 bezoekers. Velen van hen hebben foto’s gemaakt. Sneeuwrijke luchthavens kijken uit naar de komst van de Schmidt machines.
7
Foto 1: Schmidt TS10.000-7
Foto 2: Stand Aebi Schmidt
Foto 3: Schmidt Supra
›› Seizoensverwachtingen Het kan vriezen, het kan dooien ‘Horrorwinter op komst’, kopte De Telegraaf. Aanleiding voor dit nieuwsbericht was de winterverwachting die weerbureau Meteo Consult halverwege september gaf. Weervrouw Margot Ribberink legt uit waarom dit scenario met een korrel zout moet worden genomen. Een grauwe maandagmorgen begin november. Margot Ribberink, weervrouw bij RTL4, wijst naar buiten en zegt: ‘Dit is voor ons meteorologen het saaist denkbare weer. Niet alleen als je naar buiten kijkt, maar ook op het scherm.’ Ze gebaart naar één van de vijf beeldschermen die een collega voor zich heeft staan. En zegt: ‘Zie je, vanuit het oosten trekt een wolkendek over ons land. Pas om een uur of tien vanavond komt er een opklaring. Over dit weer valt weinig interessants te vertellen op tv.’ In een hoek van de weerzaal hangt een vijftal klokken met daarop de locale tijden op verschillende continenten. Het weer gaat altijd maar door bij Meteo Consult, 24 uur per dag, zeven dagen in de week. Margot Ribberink maakt al meer dan twintig jaar deel uit van dit bedrijf dat weersverwachtingen samenstelt voor en communiceert naar allerlei doelgroepen: van tv kijkende burgers tot organisatoren van evenementen en van watersporters tot gladheidcoördinatoren. Horrorwinter ‘Iedereen klaagt over het weer, maar niemand doet er wat aan’, grapte de Amerikaanse schrijver Mark Twain ooit. Tijdens een gesprek met Margot Ribberink wordt duidelijk dat die uitspraak maar gedeeltelijk waar is. Meteo Consult doet juist heel veel aan weer - verwachtingen opstellen - en dáár doen de diverse doelgroepen en de media dan weer heel veel mee. Zoals genuanceerde uitspraken over de seizoensverwachting voor de komende winterperiode extremer en spannender maken. Het weer als event! De prognose die Meteo Consult medio september publiceerde, bevatte voorzichtige woorden als misschien en mogelijk.
8
De Telegraaf maakte er doodleuk van: Horrorwinter op komst. Een filmploeg van RTL Nieuws die in het kielzog van die krantenkop bij Meteo Consult wilde komen interviewen, haakte bij nader inzien toch maar af. Margot Ribberink had namelijk laten weten dat ze een genuanceerd verhaal wilde vertellen. En wie zit daar nou op te wachten…? Veel mensen, organisaties en hele bedrijfstakken dus. Voor professionele gladheidbestrijders bijvoorbeeld is exacte weersinformatie van vitaal belang. Tweemaal goed Hoe komen die seizoensverwachtingen opeens uit de lucht vallen? Waar zijn ze op gebaseerd en wat is de waarde ervan? ‘Om met dat laatste te beginnen’, zegt Margot Ribberink, ‘World Climate Service, een weerbureau waarmee Meteo Consult samenwerkt, heeft de afgelopen jaren twee keer op rij een correcte winterverwachting afgegeven. Dat maakt de onzekerheden die er inherent aan zijn niet kleiner, maar het succes speelt wel mee in de perceptie. Wij hebben zelf geen weercomputer staan en maken dus ook niet zelf de noodzakelijke berekeningen. Die kopen we in. Een aantal gerenommeerde weerinstituten is sinds een jaar of tien bezig met seizoensverwachtingen en experimenteert daar ook volop mee.’ Zij doelt onder meer op World Climate Service (WCS) in de Verenigde Staten en het European Centre for Medium-Range Weather Forecasts (ECMWF). ‘Deze instituten hanteren hun eigen methoden om een seizoensverwachting samen te stellen en Meteo Consult legt hun modellen naast elkaar. Als communicatiemeteorologen moeten wij ons een mening vormen over al die meer
of minder van elkaar verschillende verwachtingen en daar een verfijning op toepassen. Daarbij speelt de ervaring van onze eigen meteorologen een grote rol.’ Minicollege Dan volgt een klein college over het opstellen van seizoensverwachtingen aan de hand van de vraag: wanneer krijgen we een koude winter? Het antwoord: ‘Dat heeft te maken met de vraag hoe luchtdruksystemen zich positioneren boven Europa. Als we ’s winters te maken hebben met hogeluchtdrukgebieden boven Noord-Europa, dan is de kans groot dat de wind vanuit noordelijke of oostelijke richting gaat waaien. En dan wordt het koud bij ons. In de vijftien winters vóór de afgelopen drie koude winters hadden we te maken met een sterke westcirculatie. Er waren dus geen hogedrukgebieden boven Europa die de vanuit het westen komende straalstroom konden tegenhouden. Die voert zachte lucht en wisselvallig weer aan en dat bezorgde ons al die kwakkelwinters.’ Wat de weerinstituten nu doen bij hun seizoensverwachtingen is niet zozeer het weer voorspellen, maar de waarschijnlijkheid dat zich ergens boven Europa ‘een geblokkeerde hogedruksituatie’ zal voordoen. En dat, zo heeft het minicollege ons inmiddels geleerd, bepaalt mede het antwoord op de vraag of het in december, januari en februari kouder dan normaal gaat worden. Pluimgrafiek De weerinstituten hanteren daarvoor verschillende methoden. Margot Ribberink legt uit hoe de twee belangrijkste werken. ‘Sommige instituten gebruiken analogieën. Men analyseert een hele rits jaren en kijkt dan bijvoorbeeld naar de zomers. Als die op elkaar lijken en je kijkt naar de daar op volgende winter kun je zeggen: we hebben een bepaald type zomer gehad, daar kon dit type winter wel eens op volgen. Daarnaast is er de ensemblemethode*. Daar is een gigantische computer voor nodig. Die krijgt een enorme hoeveelheid waarnemingen als input voor de beginsituatie. Vervolgens laat je die computer het weer berekenen voor negentig dagen vooruit. En dat doe je vijftig keer achter elkaar met steeds een kleine variatie in de beginwaarden. Dat leidt tot een zogenaamde pluimgrafiek. In het
‘Ik verwacht een vrij droge winter, maar áls er een bui komt, zal het zeker gaan sneeuwen’ begin van die negentig dagen liggen de lijntjes nog dicht bij elkaar, maar naarmate de tijd verloopt hebben de initiële verschillen een steeds grotere impact. Dan ga je de lijntjes tellen en daarbij zie je bijvoorbeeld: 50% kans op een koude winter, 40% kans op een normale en 10% kans op een zachte winter.’ Klinkt dit al ingewikkeld, het wordt nog veel complexer. Want: ‘La Niña en El Niño spelen ook mee. Dat zijn heel grote systemen in de oceanen die effect hebben op het weer, niet alleen in de Tropen, maar ook hier. Dat zijn meerjarencycli, maar ook daarin zie je weer verschillen. Vervolgens speelt ook de zonneactiviteit een rol en misschien ook het steeds sneller smeltende zomerijs op de Noordpool. Bovendien werkt al dit soort zaken ook nog eens op elkaar in. Het is dus ongelooflijk ingewikkeld en wij als meteorologen komen steeds meer tot het besef dat we er nog heel veel is dat we niet weten.’ Duizend kilometer file Deze bescheidenheid siert de wetenschapper, maar dat neemt niet weg dat zowel WCS als ECMWF een vrij harde seizoensverwachting heeft gepubliceerd. Margot Ribberink: ‘Beide instituten geven aan
9
dat het opnieuw tot een geblokkeerde hogeluchtdruksituatie boven Europa gaat komen. Maar daarbij situeren ze het hogeluchtdruksysteem anders. Volgens WCS komt het koudegebied boven WestEuropa met Nederland in het centrum. Daar schuin boven plaatst WCS een droog gebied en een vochtig gebied in het Middellandse Zeegebied. ECMWF voorziet het koudegebied en het droge gebied boven Midden Europa en dan ligt Nederland aan de rand. In het eerste geval ligt ergens in noordwestelijke richting een hogedrukgebied.
‘Als de verwachting van WCS uitkomt, dan krijgen we een koude winter met ook vorst overdag’ De wind loopt daar in de richting van de klok omheen en dat betekent dus aanvoer van koude lucht uit het noorden of oosten. In het tweede geval is die advertiefkou er niet. Er is in beide modellen nachtelijke uitstraling - en dus nachtvorst - maar volgens het WCS-model wordt het wat kouder dan het tweede model verwacht. Kortom: als ik deze twee verwachtingen combineer, dan is mijn conclusie dat er in december geblokkeerde luchtdruksystemen in de buurt van Nederland liggen met óf alleen koude nachten, óf ook met koude dagen door advertiefkou. De aanwijzing dat het relatief droog zal zijn is vrij sterk. Maar dat betekent niet dat er geen enkele bui vanuit het westen door kan glippen. En komt zo’n bui er, dan gaat het sneeuwen en staan we met z’n allen weer in duizend kilometer file.’ Kinderschoenen Cruciaal is natuurlijk: hoe waarschijnlijk is het dat deze verwachting uitkomt. Margot Ribberink: ‘WCS is vrij stellig - het zijn ten slotte Amerikanen! - en geeft een kanspercentage van 85. ECMWF verwacht voor ons land een normale winter, waarin het best wel eens een graadje zal vriezen. Zelf zijn wij vrij terughoudend. Ons standpunt is dat seizoensverwachtingen nog in de experimentele fase zitten en een heel andere betrouwbaarheid hebben dan bijvoorbeeld een tv-weerbericht voor vijf dagen vooruit. Onze boodschap voor december - aan een verwachting voor januari en februari wagen we ons absoluut nog niet: grote kans op een droge winterstart, iets kouder dan normaal en een sneeuwbui is niet uitgesloten.’ Dat zijn andere woorden voor: het kan vriezen, het kan dooien? ‘Precies!’ * Wie meer wil weten over deze en andere methodieken: kijk op www.weer.nl
Papendal 2011
›› Enthousiaste bezoekers Elke twee jaar vinden op nationaal sportcentrum Papendal de DemoDagen plaats. Deze ‘buiten-beurs’ is voor Aebi Schmidt Nederland een ideale gelegenheid om relaties te ontmoeten en te informeren. Gezamenlijk met Mars, de importeur van Aebi Machines, werd een spectaculaire stand ingericht. Op deze pagina een terugblik.
10
Bezoekers krijgen uitleg over de nieuwe Aebi TerraTrac 275 een laagzwaartepunt tractor maaicombinatie voor taluds.
Links van de stand het Aebi assortiment, rechts diverse Schmidt veegmachines.
Bezoekers volgen een demonstratie van het Autologic-systeem.
De mogelijkheden van een Ausa multifunctioneel voertuig worden toegelicht.
Er was veel belangstelling voor de vernieuwde Schmidt Swingo 200+ veegmachine.
Geboeid luistert een bezoeker naar de uitleg over de Nido Stratos strooimachine.
Doorslaggevende details
›› Nieuw luchtrooster voor meer werkcomfort De bediening van het luchtrooster in de nieuwe Cleango 500 is sterk verbeterd en daardoor zeer eenvoudig. Jeroen Tijhuis (Verkoop veegtechniek) legt uit waarom het schoonmaken van dit rooster belangrijk is en hoe bedieningsgemak daar aan bijdraagt. ‘Elke veeg-/zuigmachine werkt met een zuigventilator. Feitelijk een groot schoepenrad. Dat zuigt de lucht aan via de vuilcontainer en blaast die lucht ook weer naar buiten. Hierdoor ontstaat er in de vuilcontainer een vacuüm. Dankzij dat vacuüm wordt lucht via de zuigmond aan de onderkant van de veegmachine naar binnen gezogen. Met die luchtstroom komt het vuil dat door de borstels voor de zuigmond is gebracht mee naar binnen. Dat stelt bepaalde eisen aan zo’n rooster. Het moet fijnmazig genoeg zijn om kleine vuildeeltjes binnen te houden en daarbij een groot oppervlak hebben, zodat er lang gewerkt kan worden voordat het rooster dichtgeslagen is. Want het lichtgewicht vuil wordt tegen het vuilrooster aangezogen. Hoe snel dat gaat is onder meer afhankelijk van het seizoen. In het najaar kan blad al snel tegen het rooster aan gezogen worden. Terwijl zand van nature zwaarder is en daardoor in de container naar beneden valt.’ Ontwikkeling ‘Het is dus heel belangrijk om het luchtrooster goed schoon te houden. Bij de eerste generatie Cleango’s viel dat niet altijd mee. Het rooster was niet beweegbaar en de chauffeur moest het van onderaf zien schoon te spuiten, wat geen fris werk was. Een eerste verbetering kwam toen het rooster beweegbaar was gemaakt binnen een profiel. Door het rooster in z’n geheel naar achteren te trekken kon het vervolgens van buiten worden schoongespoten. Maar het rooster is groot en behoorlijk zwaar. Het vergde kracht om het naar achteren te trekken en nog meer om het weer naar binnen te duwen. In de daarop volgende stap was het rooster scharnierbaar gemaakt: eerst naar achteren trekken en dan naar beneden laten zakken en spuiten maar. Aanvankelijk moest het rooster nog over de hele lengte naar achteren worden getrokken voordat het
kon zakken; in de laatste versie kon dat al na vijf centimeter. Maar opnieuw was kracht nodig om het rooster weer omhoog en naar voren te duwen.’ Verbetering ‘In de nieuwe Cleango 500 is de situatie geperfectioneerd. Door aan een handel aan de zijkant van de machine te trekken, zakt het rooster vanzelf naar beneden. Daar komt geen menskracht meer aan te pas, de zwaartekracht doet het werk. De chauffeurs die een demo van de nieuwe Cleango 500 hebben bijgewoond zijn bijzonder enthousiast over deze verbetering. Bovendien komt de chauffeur nu niet meer in aanraking met het vuil en daarmee heeft deze verbetering ook een positief effect op de werkomstandigheden.’ Details maken het verschil en slimme details bepalen soms het verschil tussen goed en uitstekend. Een kleine toevoeging, een doordachte optimalisatie kan wonderen doen op het gebied van effectiviteit. Wie er oog voor heeft ontdekt in de producten van Aebi Schmidt Nederland veel van dergelijke doorslaggevende details.
11
Raamcontract Rijkswaterstaat
›› Aanbesteding van het jaar Aebi Schmidt Nederland scoorde maximaal op de aanbesteding van Rijkswaterstaat voor de aanschaf van winterdienstmaterieel. Het nieuwe raamcontract ging afgelopen oktober in en heeft een looptijd van drie jaar. Aan de ondertekening ging veel werk vooraf. Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor de gladheidbestrijding op het landelijke hoofdwegennetwerk. Een belangrijke taak, gezien de enorme belangen die ermee gemoeid zijn, zoals de veiligheid van weggebruikers en de (economische) noodzaak van goede doorstroming. Uitval van materieel tijdens de winter is daarom zeer onwenselijk. De uitvoerende diensten beschikken gezamenlijk over een grote hoeveelheid winterdienstmaterieel. Bij elkaar gaat het om zo’n 550 strooimachines en circa 900 sneeuwploegen. Rijkswaterstaat is, voor wat betreft gladheidbestrijding, ingedeeld in 19 wegendistricten. Elk district heeft een eigen vloot winterdienstmaterieel in beheer, afhankelijk van de omvang van het wegareaal. De diensten zorgen ook zelf voor de aanschaf van nieuw materieel, ter vervanging of als uitbreiding. De voorwaarden voor de inkoop van nieuw winterdienstmaterieel zijn vastgelegd in een raamcontract dat Rijkswaterstaat afsluit met marktpartijen. In dit contract staan onder meer leveringsvoorwaarden, technische specificaties, prijzen en is het onderhoud geregeld. Een centrale rol bij de totstandkoming én de uitvoering van het contract is weggelegd voor Rinse Nieuwsma, adviseur gladheidbestrijding bij de Dienst Verkeer en Scheepvaart van Rijkswaterstaat. Kwaliteit Rinse Nieuwsma: ‘In juli van dit jaar is de Europese aanbesteding voor dit raamcontract op de markt gekomen. Daar is voor Rijkswaterstaat een enorme hoeveelheid werk aan vooraf gegaan. Kort gezegd: het is onze taak ervoor te zorgen dat Rijkswaterstaat kwalitatief goed materieel krijgt tegen de beste prijs. De invulling van het bestek voor deze aanbesteding is dus van cruciaal belang. De ontwikkelingen binnen het vakgebied gaan snel. Er vinden voortdurend innovaties en verbeteringen plaats op het gebied van
Duidelijk herkenbaar is de nieuwe Rijkswaterstaat uitvoering
12
materieel, maar er is de laatste jaren vooral veel gebeurd rond de invoering van strooimanagement. Dit is een cruciaal systeem voor Rijkswaterstaat voor het inwinnen van strooidata en het verantwoorden van strooiacties. De betrouwbaarheid van een dergelijk systeem dient dan ook optimaal te zijn.’ Verbeteren Eén van de zaken waar Rinse Nieuwsma op doelt is het onderbrengen van de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van hardware en software van het strooimanagement bij de leverancier van het materieel, inclusief het afleveren van de data op een centraal punt. Rinse Nieuwsma: ‘Tot dusver waren hierbij verschillende leveranciers betrokken. Dat zorgde soms voor onduidelijkheid bij de vraag wie verantwoordelijk was voor het oplossen van een optredend probleem. Door te eisen dat strooidata in het geheel door de leverancier van het materieel worden aangeboden, brengt Rijkswaterstaat een duidelijke scheiding aan. Dit ook met als doel tijdig van kwalitatief juiste data te worden voorzien. Daarnaast is het assortiment uitgebreid met materieel om specifieke winterse omstandigheden het hoofd te kunnen bieden. Zo is na afgelopen twee winters gebleken dat het sproeien met calciumchloride bij ijsvorming een beter effect sorteert dan strooien met nat zout. In het contract zijn dan ook strooi-/ sproeicombinaties opgenomen. Voor situaties met veel sneeuwval in combinatie met het gebruik van barrièrs biedt de door Aebi Schmidt Nederland geleverde Cumulus ploeg uitkomst.’ Percelen De aanbesteding voor het raamcontract was onderverdeeld in tweemaal negen zogenoemde percelen. Negen percelen voor strooimachines en negen percelen voor sneeuwploegen. Aan de koop van het materieel is het onderhoud gekoppeld. Voor strooiers is de onderhoudstermijn 13 jaar. Voor sneeuwploegen is dit aangepast van 13 naar 20 jaar. Over het algemeen is gebleken dat sneeuwploegen langer inzetbaar zijn. Leveranciers konden inschrijven op alle achttien percelen, maar vooraf was bepaald dat één leverancier in beide categorieën maximaal zes percelen gegund konden worden. Er waren twee inschrijvers die ook beide percelen gegund hebben gekregen. Aebi Schmidt Nederland heeft daarbij tweemaal zes percelen binnengehaald en daarmee maximaal gescoord. Het raamcontract van Rijkswaterstaat heeft een looptijd van drie jaar met een optie om het contract één jaar te verlengen. Tevreden Rinse Nieuwsma kan voldaan terugkijken op een zomer en najaar waarin de totstandkoming van het nieuwe raamcontract veel tijd en inspanning vergde van hem en zijn collega’s. ‘Ik mag wel stellen dat Rijkswaterstaat tevreden is over haar leveranciers en de aanbiedingen die zij hebben gedaan. Wij hebben voor Rijkswaterstaat de voorwaarden gecreëerd om met technisch hoogstaand materieel en een hoogwaardige dienstverlening de komende jaren de gladheidbestrijding te kunnen uitvoeren.’
Milieuwinst ligt voor het oprapen
›› Slim vegen biedt perspectief Straatreiniging en onkruidbeheer liggen dicht bij elkaar. Letterlijk, maar nu ook wat betreft uitvoering. Een betrekkelijk nieuw inzicht dat tot onverwachte combinaties leidt. Zoals de samenwerking tussen Aebi Schmidt Nederland en CUMELA Nederland tijdens de DemoDagen op Papendal. In veel gemeentes zijn onkruidbeheer en straatreiniging gescheiden werkgebieden. Vegen hoort traditioneel thuis in de afdeling grijs, onkruidbeheer in het vakje groen van de gemeentelijke organisatie. Beide activiteiten combineren en onderbrengen in één werkgang zou wel eens aanzienlijke winst kunnen opleveren op het vlak van duurzaamheid en kostenbesparing. Normaal gesproken rijdt een voertuig voorzien van onkruidborstel voor de veegmachine uit. De eerste borstelt het onkruid los, de veegmachine veegt onkruid en vrijgekomen grond en vuil vervolgens op. Slim vegen combineert beide werkzaamheden. De derde borstel, waarmee moderne veegmachines zijn uitgerust, is daarbij cruciaal. Brancheorganisatie Deze nieuwe aanpak van onkruidbestrijding én vegen werd op de DemoDagen op Papendal onder de aandacht gebracht op de stand van KRW-project Duurzaam Terreinbeheer, waarvan CUMELA één van de partners is. Een door Aebi Schmidt Nederland ter beschikking gestelde Schmidt Cleango 500 veegmachine - uiteraard voorzien van een derde borstel met onkruidborstel - was dé grote aandachttrekker. Projectpartners vertelden belangstellenden hoe slim vegen past in een aanpak om onkruidbeheer efficiënter uit te voeren. CUMELA Nederland is de brancheorganisatie voor bedrijven die actief zijn in groen, grond en infra. Deze bedrijven voeren werkzaamheden uit in grondwerk,
cultuurtechniek, groenvoorzieningen, infra, agrarisch loonwerk en meststoffendistributie. De organisatie behartigt de belangen van haar leden, ongeveer 2000 bedrijven, en is daarnaast ook sterk facilitair gericht. Onder meer op terreinen als voorlichting, het delen van kennis en het bevorderen van de instroom van medewerkers. UV-licht Onkruidbestrijding was tot voor kort zo goed als synoniem aan onkruid bestrijden met herbiciden. Oftewel het ongewenste groen bespuiten met middelen als Roundup, waarna de chemicaliën het werk afmaakten. De trend is dat wordt gezocht naar alternatieven voor herbiciden, onder meer als gevolg van Europese regelgeving. Het overheidsprogramma Duurzaam Terreinbeheer maakt daar deel van uit. Binnen dit programma wordt gezocht naar en geëxperimenteerd met alternatieven. Eén ervan is het gebruik van ultraviolet licht. Bij een hoge dosis ervan leggen onkruidplanten het loodje. Een milieuvriendelijk middel, maar het nadeel is dat voor afdoende belichting te veel tijd nodig is. Het gaat dus (nog) niet efficiënt genoeg. Een andere methode is verharding ontwikkelen die het onkruid letterlijk geen houvast geeft. Heel effectief, maar voorlopig te duur om grootschalig te worden gebruikt. Het eerder genoemde slim vegen lijkt een methode die nu al wél perspectief biedt. Derde borstel De crux is de aanpak van het onkruid combineren met vegen. Het eerste kan gebeuren door het onkruid weg te borstelen, weg te branden of met heet water te bespuiten. Door gebruik te maken van de mogelijkheden die de derde borstel biedt - verder reiken én de moeilijkste hoekjes behandelen - wordt de combinatie heel effectief. Dat levert milieuwinst op, want er worden dan geen herbiciden meer gebruikt. Maar daarnaast liggen dus ook kostenbesparingen in het verschiet, doordat er maar één voertuig en één persoon aan het werk is in plaats van twee. Daarnaast wordt vanuit een iets andere optiek gekeken naar wat de optimale veegfrequentie is. Elke veegronde kost immers geld. Acht rondes per jaar is tot dusver de norm, maar door de derde borstel te gebruiken lijkt dat aantal wat omlaag te kunnen. Een experiment in de gemeente Oss waar veegmachines worden ingezet voor onkruidbeheer en vegen toont aan dat de betreffende wijk behoorlijk onkruidvrij blijft. Groeien Veegmachines óók inzetten op het gebied van onkruidbeheer lijkt op basis van de eerste onderzoeken en proeven dus een veelbelovend traject. Zeker als die inzet gestuurd en gemonitord kan worden vanuit managementprogramma´s voor gemeentelijk terreinbeheer. Een programma waarin alle beheerde terreinen zijn opgenomen, waarin acties gevolgd kunnen worden en waarmee kostenanalyses kunnen worden gemaakt. Er wordt ook gekeken of daar een routevolgsysteem voor vegen en onkruidbeheer - vergelijkbaar met Autologic en Winterlogic binnen de gladheidbestrijding - aan kan worden gekoppeld. Met als resultaat de meest efficiënte inzet van mensen en materieel. Vegen en onkruidbestrijding zullen in de toekomst ongetwijfeld nog veel verder naar elkaar toe groeien.
13
- Advertorial -
Zoutunie & Salzunion
›› Zekerheid als handelsmerk Zoutunie en Salzunion zijn nieuwe spelers op de wegenzoutmarkt. Zoutunie bedient Nederland, Salzunion Duitsland, België en Frankrijk. Het enthousiasme spat af van deze zout start-up. Een gesprek met Job Verschoor, Frans Tuin en Johan de Jong. De verf is nog niet droog in het fris ruikende pand. Sterker nog: het schilderwerk is niet eens klaar. En dat terwijl woensdag 16 november de werkzaamheden hier in full swing moeten zijn. Zoutunie en Salzunion, beide ressorterend onder de Handelsunie, delen dit kantoorgebouw in Werkendam gebroederlijk, maar zijn strikt gescheiden ondernemingen. Zoutunie voorziet de Nederlandse markt onder meer van strooizout, verpakt en in bulk. Salzunion richt zich exclusief op Duitsland, België en Frankrijk. Frans Tuin en Job Verschoor staan aan het roer van Zoutunie, Johan de Jong is directeur van Salzunion. Nieuw type leverancier Dat beide ondernemingen in hetzelfde pand zijn gevestigd is uiteraard geen toeval. Hoewel de twee zich richten op verschillende markten, wordt voor zaken als transport, opslag en backoffice gebruik gemaakt van hetzelfde apparaat. Salzunion en in mindere mate Zoutunie zijn nieuwe spelers op de markt voor wegenzout. Een markt die al heel lang wordt bediend door dezelfde partijen. Waarom deze toetreding? Frans Tuin: ‘Zoutunie draait al een tijdje mee wat betreft verpakt zout. En met succes. Daarbij gaat het om strooizout in bijvoorbeeld 10 kg en 25 kg zakken, big bags en emmertjes, met bouwmarkten en handelaren als belangrijke afnemers. De wegenzoutsituatie van de afgelopen winters heeft duidelijk gemaakt dat er behoefte is aan een nieuw type leverancier.’ Twintig jaar ervaring Hij legt het uit: ‘Aan de ene kant heb je partijen die grote voorraden hebben, maar die niet, of niet helemaal onafhankelijk zijn wat betreft toeleverancier. Daarnaast zijn er kleinere handelaren. Die zijn wél onafhankelijk, maar hebben weer geen voorraden. Voor beide gold afgelopen winters: op is op. En dan ga je als klant het schip in. Zoutunie is onafhankelijk, beschikt over grote voor-
raden plus de middelen om die aan te houden in kwakkelwinters. Kortom, wij bieden klanten leveringsbetrouwbaarheid en daar is grote behoefte aan.’ Johan de Jong, met ruim twintig jaar ervaring in de wereld van wegenzout een van dé experts in Nederland, vult aan: ‘Voor de landen om ons heen geldt hetzelfde. Ook daar waren zouttekorten en ook daar willen klanten de zekerheid dat ze kunnen blijven strooien als dat nodig is. En die zekerheid kan Salzunion hen bieden.’ Droog, zuiver, wit Het opslagterrein aan de Leemansstraat 23 in Werkendam is zo’n 5,5 hectare groot. In de enorme loodsen wordt meer zout opgeslagen dan menig andere marktpartij bij elkaar op één locatie op voorraad kan houden. De ondernemingen zijn compact, maar kunnen snel opschalen als het moet. Dat geldt voor de kantoorbezetting, maar evengoed voor de mannen van de logistiek. Zoutunie en Salzunion beschikken over eigen transportmiddelen en aangezien een van de firmanten binnen de Handelsunie reder is, gaat wat betreft transport letterlijk geen zee te hoog. Hoewel de toetreding tot de wegenzoutmarkt van zeer recente datum is - vandaar het schilderwerk tijdens het interview begin november - zijn de eerste klanten al beleverd. De complimenten waren niet van de lucht: het zout is droog, zuiver en wit en heeft een perfecte korrelgrootte die varieert tussen 0 en 3 millimeter. Johan de Jong: ‘Salzunion kan in principe elke soort wegenzout leveren: vacuümzout, zeezout en steenzout. Het accent ligt bij ons op steenzout en daarvoor hebben we als leverancier één van de grotere producenten van Europa: Italkali.’ Eenvoud in zout Frans Tuin vervolgt: ‘Dat geldt natuurlijk ook voor Zoutunie. En kijk, wij willen niet alleen een uitstekende kwaliteit zout leveren, maar voor onze klanten ook een full service provider zijn. De klant gemeenten, provincie, Rijkswaterstaat of tussenhandel - moet er niet alleen zeker van kunnen zijn dát wij leveren, maar ook van wát wij leveren en hóe wij leveren. Oftewel: kwaliteit, op tijd en volgens afspraak. We hebben daar ook een motto voor bedacht: Eenvoud in zout. Als je dat aan klanten belooft en je weet die belofte waar te maken, dan hoef je eigenlijk geen reclame te maken. Dan wil iedereen wel zaken met je doen. En daar gaan wij voor!’
V.l.n.r: Job Verschoor, Johan de Jong, Frans Tuin.
14
zoutunie
Veilig op pad Als nieuwe speler op de wegenzoutmarkt maken wij onze slogan zeker waar! Zoutunie en
Salzunion
leveren
niet
alleen
diverse
soorten uitstekende kwaliteiten (steen)zout, maar beschikken ook over het gehele pakket van een full service provider. Zoutunie en Salzunion geven leveringsgarantie en leveren kwaliteit op de afgesproken tijd. Wij houden het graag simpel voor u, kortom: Eenvoud in zout!
Zoutunie Leemansstraat 23 | T: +31(0)183 50 98 11 | E:
[email protected] NL-4251 LD Werkendam | F: +31(0)183 50 98 12 | www.zoutunie.nl
Salzunion Leemansstraat 23 | T: +31(0)6 10 99 12 12 NL-4251 LD Werkendam | E:
[email protected] | www.salzunion.de
Afdeling PR, Postbus 30, 7450 AA Holten Telefoon: 0548-370 000 Fax: 0548-370 233 Internet: www.aebi-schmidt.nl E-mail:
[email protected]
16