Titel project
Het Opleidingshuis Totaalarrangement
Projectnummer
IA05060
Contactpersoon
Mw. Monique Wouters
Begin- en einddatum van het project
01-09-2006 t/m 31-08-2009
A. Uitgangspunten voor project 1. Beschrijf kort de aanleiding of het probleem dat het project beoogt op te lossen, spits dit toe op de regio / sector en betrokken opleidingen Beschrijf het probleem dat het project beoogt op te lossen, de situatie wordt verbeterd in termen van regio / sector en betrokken opleidingen Het Nationaal Consortium voor Bedrijfsgroepen (kortweg NCvB) is een structureel samenwerkingsverband tussen vijf ROC’s in heel Nederland, waarbij voortdurend structurele contacten worden onderhouden met bedrijven door heel Nederland. Inmiddels worden bij zo’n honderd bedrijven met meer dan 5000 cursisten, landelijke erkende beroepsopleidingen verzorgd middels het zogeheten ‘Opleidingshuis’. Daarbij gaat het om een opleidingsaanbod dat het gehele scala van niveaus binnen MBOomgeving omvat, tot en met HB0-trajecten. In het NCvB vormen Noorderpoortcollege te Groningen, Rijn IJssel College te Arnhem, ROC Eindhoven te Eindhoven, ROC MiddenBrabant te Tilburg, en ROC Nova College te Haarlem de basis. Het NCvB wordt aangestuurd en ondersteund door een back-office op het ROC Midden-Brabant, College Economie te Tilburg. Binnen dit project wil het NCvB in gezamenlijkheid met bedrijven en het vmbo de hieronder beschreven problemen proberen op te lossen, waarbij bedrijven worden beschouwd als klanten en leerlingen worden beschouwd als deelnemers. Problemen Zowel binnen het vmbo als binnen het mbo zijn een aantal problemen op te noemen: 1. Een hoog aantal voortijdige schoolverlaters (drop-outs); 2. De lage doorstroming van het vmbo naar het mbo. De huidige doorstroom zal worden vastgelegd bij de nulmeting; 3. Geen goede aansluiting tussen het beroepsonderwijs en de arbeidsmarkt. 4. Er is (nog) niet in voldoende mate sprake van competentiegericht onderwijs en de instrumenten die voorhanden zijn t.b.v. het competentiegericht onderwijs zijn niet afdoende voor het competentiegericht maken van ‘Het Opleidingshuis’. De verschillende instrumenten die binnen het project zullen worden opgeleverd zijn beschreven onder het resultaat, onder A. 2. De genoemde problemen zijn geformuleerd vanuit de situatie van regio Tilburg. Uit het gegeven dat de partners uit het samenwerkingsverband, die over het gehele land verspreid zijn, aangeven met dezelfde problemen te kampen blijkt dat deze problemen niet uitsluitend betrekking hebben op de regio Tilburg. Voor hiervoor genoemde problemen zijn
1
verschillende oorzaken te benoemen. Voortijdig schoolverlaten In Tilburg groeit de groep jongeren in de leeftijd van 15-23 jaar die niet in staat zijn of gemotiveerd zijn om een kwalificerend scholingstraject te volgen. Deze groep vormt de zogenaamde harde kern van de groep jeugd werklozen. De totale groep jeugd werklozen bedraagt volgens recente prognose van het RPA ruim 3500 jongeren. Als regievoerder is de gemeente Tilburg van mening dat deze doelgroep het beste gebaat is bij een combinatie van leren en werken of werken en leren. Daarnaast is het belangrijk dat er ook in de preventie sfeer het nodige wordt aangepakt door de onderwijsketenpartners. De gemeente is van mening dat (nieuwe) duale opleidingsvormen, zoals de leerwerktrajecten en de beroepsbegeleidende leerweg in het mbo, bij uitstek geschikt zijn voor de risicojongeren om hun (VMBO of MBO-) diploma te behalen. Een beproefde onderwijsmethode betreft het hierboven genoemde ‘Opleidingshuis’. De grootste groep risico jongeren zal met gerichte duale trajecten op VMBO of MBO niveau kunnen functioneren. Het betreft hier dan met name functies op assistenten niveau met uitloop richting startkwalificatie. Kenmerkend voor de risicojongeren die uitvallen uit reguliere onderwijs in Tilburg is dat het een “bont” gezelschap is van sub-doelgroepen afkomstig uit het beroepsonderwijs, VMBO, MBO-beroepsopleidingen en overig. Het merendeel is afkomstig uit het VMBO en het MBO. Voor de meeste deelnemers geldt dat zij in eerdere onderwijs- of (tijdelijke) arbeidssettings zijn uitgevallen op sociale en/of maatschappelijke gronden. Ook zijn zij niet in staat om met succes zelfstandig een reguliere beroepsopleiding te doorlopen. Scholing en praktijk dient met name gericht te zijn op sociale vaardigheden en werkhoudingsaspecten. Met de opleidingsmethode het Opleidingshuis, wordt het aantal voortijdig schoolverlaters al teruggedrongen. Echter, blijft voortdurende aanpassing van het Opleidingshuis een vereiste om het voortijdig schoolverlaten tot een minimum te beperken. Lage doorstroom vmbo – mbo De beroepsgerichte deelnemer kiest, na het afronden van de opleiding, vaak voor een betaalde baan in plaats van het volgen van vervolgonderwijs. Dit terwijl de beroepsgerichte opleidingen binnen de roc’s van het NCvB vele mogelijkheden biedt. De deelnemer kan kiezen voor assistent-niveau (niveau 1) tot en met midden kader (niveau 4). Op dit moment promoten de onderwijsinstellingen de opleidingen tijdens “open dagen” en “informatiemarkten”. Deze instrumenten blijken niet voldoende geschikt om de deelnemer aan de opleiding te binden c.q. te enthousiasmeren voor vervolgonderwijs. Vaak zijn deze instrumenten te breed van opzet en gericht op de competenties van de onderwijsinstelling en de inhoud van de modulen en kwalificaties. Daarnaast komt vanuit het bedrijfsleven de vraag om een doorlopende leerlijn vmbo-mbo naar voren. Een deel van dit probleem is reeds ondervangen door het Opleidingshuis. Maar ook dit concept moet in ontwikkeling blijven.
2
Aansluiting beroepsonderwijs en arbeidsmarkt Het beroepsonderwijs sluit onvoldoende aan bij de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Het behoeft geen nadere toelichting dat in de huidige (kennis)economie het werkveld voortdurend in beweging is. Hierdoor lopen de traditionele onderwijsmodulen niet synchroon met de beroepspraktijk. Dit brengt niet alleen met zich mee dat de deelnemers een extra inspanning moeten leveren om de geleerde theorie om te zetten naar praktijkhandelingen, maar ook dat de toegevoegde waarde van de inhoud van de opleiding hiermee enigszins onder druk komt te staan. De aansluiting tussen het beroepsonderwijs en de arbeidsmarkt levert dus op dit moment nog te vaak problemen op. De lesstof is vaak te algemeen van aard waardoor deelnemers veel meer tijd nodig hebben om de praktijkvaardigheden eigen te maken. Er is dus een hiaat tussen de benodigde en aanwezige competenties, vakbekwaamheid en kwaliteit van de deelnemers. Geen competentiegericht onderwijs Het VMBO en MBO in de regio Tilburg zitten op dit moment midden in een grote veranderingsslag van beroepsgericht scholen richting competentiegericht leren. De Stichting Educatie en Beroepsonderwijs (SEB), bestaande uit ROC Midden Brabant en het VMBO Midden Brabant College (vmbo), hebben hiertoe in de regio Tilburg een belangrijke initiator functie. De traditionele beroepsgerichte kwalificatiestructuur binnen het Opleidingshuis, dient te worden omgebouwd naar een competentiegerichte kwalificatiestructuur. Op deze wijze dient het onderwijs competentiegerichtheid vorm te geven. Dit geldt niet alleen voor Tilburg, maar landelijk. Vanaf 2008 moet het competentiegericht leren volledig ingericht zijn (operationeel zijn). Alhoewel hierboven de problematiek voor de regio Tilburg wordt beschreven, speelt dezelfde problematiek tevens bij de NCvB-partners. Hiermee samenhangend betekent dit dat de instrumenten die zo kenmerkend zijn voor het ‘Opleidingshuis’, nog niet competentiegericht zijn. Daarnaast moeten er nieuwe instrumenten speciaal voor competentiegericht leren ontwikkeld gaan worden. Een belangrijke veranderingsslag die binnen dit project aandacht zal gaan krijgen. Het Nationaal Consortium voor Bedrijfsgroepen (kortweg NCvB) is een structureel samenwerkingsverband tussen vijf ROC’s in heel Nederland, waarbij voortdurend structurele contacten worden onderhouden met bedrijven door heel Nederland. Inmiddels worden bij zo’n honderd bedrijven met meer dan 5000 cursisten, landelijke erkende beroepsopleidingen verzorgd middels het zogeheten ‘Opleidingshuis’. Daarbij gaat het om een opleidingsaanbod dat het gehele scala van niveaus binnen MBOomgeving omvat, tot en met HB0-trajecten. In het NCvB vormen Noorderpoortcollege te Groningen, Rijn IJssel College te Arnhem, ROC Eindhoven te Eindhoven, ROC MiddenBrabant te Tilburg, en ROC Nova College te Haarlem de basis. Het NCvB wordt aangestuurd en ondersteund door een back-office op het ROC Midden-Brabant, College Economie te Tilburg. Binnen dit project wil het NCvB in gezamenlijkheid met bedrijven en het vmbo de hieronder beschreven problemen proberen op te lossen, waarbij bedrijven worden beschouwd als klanten en leerlingen worden beschouwd als deelnemers. Het ROC Midden Brabant is
3
aanvrager. De andere grote partner in dit project, zowel qua aantal uren als aantal qua inhoudelijke inbreng is het Midden-Brabant College.
2. Beschrijf de doelen in termen van beoogde effecten en resultaten, d.w.z. specifiek, meetbaar, realistisch en tijdgebonden. Beschrijf de doelen / het doel van het project Inleiding: deelnemer centraal In dit project staat de (loopbaan van) de deelnemer centraal. In de visie van het digitaal opleidingshuis totaalarrangement moet het feitelijk zo zijn dat begrippen als vmbo, mbo en hbo en zelfs het bedrijfsleven niet meer voorkomen. De (loopbaan van) de deelnemer centraal is natuurlijk een term die in het gehele land gehoord wordt. In dit project is dat ook daadwerkelijk het uitgangspunt. Dat wordt inzichtelijk door het feit dat niet eerst de instrumenten worden ontwikkeld die vervolgens worden opgedrongen aan de eindgebruikers. Het uitgangspunt is dat de talenten, kwaliteiten en interesses van de deelnemer het startpunt zijn, vervolgens wordt gekozen op welke wijze, met behulp van welke middelen en door welke organisaties (onderwijsinstellingen, bedrijven) de kwaliteiten van de deelnemer verder ontwikkeld worden. Dat stopt niet bij schoolmuren of bedrijfsmuren. De wetenschappelijke validatie van deze visie werd onlangs nog ondebouwd in het rapport ‘over leerloopbanen en loopbaanleren’ van F. Meijers c.s. (februari 2006). Het digitaal opleidingshuis totaalarrangement biedt voor de deelnemer letterlijk en figuurlijk een huis waarin hij of zij op kan groeien. In de verschillende levensloopfasen van deelnemer heeft hij of zij verschillende instrumenten en omgevingen tot zijn/haar beschikking. Het is de taak van het bedrijfsleven en de onderwijsinstellingen om de instrumenten en omgevingen aan te bieden en voor elke deelnemer zo concreet mogelijk te maken. Dit project stelt zich ten doel om een aantal van de problemen die de deelnemer ondervindt ten tijde van zijn of haar levensloopbaan op te lossen. In het huis kan de deelnemer een leven lang leren! Doelstellingen Vanuit de achtergrond van de deelnemer is de overalldoelstelling van het project als volgt gedefinieerd: Vanuit het structurele samenwerkingsverband een geïntegreerd ‘digitaal, competentiegericht opleidingshuis totaalarrangement’ ontwikkelen waarin de (loopbaan van) de deelnemer centraal staat. De subdoelstellingen en doelstellingen zijn opgesteld in overleg met de partners en getoetst op realiseerbaarheid. Daarbij is gebruik gemaakt van de SMART-filosofie. Dat wil zeggend dat de doelstellingen Specifiek, Meetbaar, Aanvaardbaar en actiegericht, Realiseerbaar en Tijdsgebonden zijn. Teneinde deze overalldoelstelling en het uiteindelijke resultaat te bereiken zijn de volgende subdoelstellingen geformuleerd: Subdoelstelling ten aanzien van het samenwerkingsverband Het verbeteren van de kennisuitwisseling tussen partijen door het samenwerkingsverband ook na het project in stand te houden.
4
Subdoelstelling ten aanzien van de bedrijven Een hogere kwalitatieve instroom en doorstroom van de deelnemers doordat de behoefte van het bedrijf en de deelnemer in dit concept worden afgestemd op elkaar. Verbetering van de doorstroom van de mensen in het bedrijfsleven door de vernieuwende visie rondom de leerloopbaan waardoor mensen kunnen doorgroeien. Subdoelstelling ten aanzien van het Opleidingshuis Vernieuwing van de onderwijsvisie door de loopbaan van de deelnemer centraal te stellen door de verschillen tussen onderwijsinstellingen en bedrijfsleven onzichtbaar te maken voor de deelnemers. Daarmee vallen de bestaande barrières tussen de onderwijsinstellingen weg. Verbetering van de (inzet van) bestaande instrumenten en onderwijsprogramma’s door omkering van de ontwikkelgedachte. Dat betekent dat de instrumenten ten dienste staan van de deelnemers en niet dat de instrumenten eerst top-down worden ontwikkeld. Subdoelstelling ten aanzien van de deelnemer Verbeteren van het doorstoompercentage van vmbo-mbo-deelnemers. De deelnemers worden beter begeleidt (ch-q) en merken niet meer dat er een overgang is van vmbo naar mbo. Verminderen van de het uitvalpercentage van mbo-deelnemers door de leeromgeving veel interessanter en uitdagender te maken. Subdoelstelling ten aanzien van het vmbo-mbo Verminderen van de drempels tussen vmbo en mbo op het gebied van onderwijsvisie en didactiek maar ook en vooral in de beleving van de deelnemer. De deelnemers worden beter begeleidt en merken niet meer dat er een overgang is van vmbo naar mbo. Verbetering van de samenwerking op het gebied van begeleiding van de deelnemer. Veel van de uitval tussen vmbo en mbo komt doordat er te weinig aandacht wordt besteedt aan de deelnemer in de cruciale fase tussen beide instituten. Subdoelstelling ten aanzien van de verspreiding en implementatie Verbetering van de verspreiding binnen de bestaande netwerken om de ontwikkelingen binnen dit project te verspreiden. Resultaat en effect. Het uiteindelijke resultaat aan het eind van de projectperiode (drie jaar) kan als volgt worden samengevat: Een effectieve en efficiënte leerloopbaan voor deelnemers. Om een competentiegericht Opleidingshuis te verwezenlijken, zullen binnen het project de volgende instrumenten worden opgeleverd: 1 Een aangepast en uitgebreid NCvB-web, 2 Een nieuw NCvB-edu, bestaande uit: ¾ Een content management systeem voor leermiddelen:
5
¾ E-learning (NCvB-elo) ¾ Een Competentiegericht digitaal portfolio per deelnemer (Ontwikkelen van quick scan, POP, PAP); 3 Een aangepaste praktijkinstructie voor de praktijkopleider (competentiescan); 4 Een vernieuwde deskundigheidstraining voor de instructeurs. 5 Dodoorlopende leerlijn, m.b.v. competentiegerichte instrumenten. Hieronder vallen: toetsing & examinering, praktijkopdrachten, studiewijzer, ontwikkelen van een didactiek die toe te passen is binnen het competentiegerichte Opleidingshuis.
3. Thema’s van het project Het project is gericht op versterking van de relatie onderwijs – bedrijfsleven: vergroting van de externe gerichtheid van het beroepsonderwijs en de oriëntatie van het beroepsonderwijs op de vraagzijde, in het bijzonder het bedrijfsleven bevordering van de leerloopbaan van de leerling/student en de doorstroom in het beroepsonderwijs verhoging van de professionaliteit van degene die het beroepsonderwijs heeft afgerond Innovatie van de pedagogiek en didactiek van het beroepsonderwijs
Ja
Nee
x x x x
4. Beschrijf de samenstelling, inhoudelijke inbreng en expertise van het samenwerkingsverband Binnen het project komen een aantal belangrijke disciplines bij elkaar, zoals: het gezamenlijk ontwikkelen van instrumenten, het opzetten van opleidingstrajecten, het uitwisselen van kennis, het testen van tussen- en eindproducten, het verspreiden en implementeren van de instrumenten in zowel het onderwijs als bij de bedrijven. Elke discipline vergt specifieke kennis en ervaring, daarom is doelbewust gekozen voor het hieronder beschreven samenwerkingsverband. Inleiding Binnen het samenwerkingsverband van dit project bestaan twee structurele samenwerkingsverbanden. Het NCvB is onder punt 1 al uitgebreid aan de orde gekomen. Naast dit NCvB bestaat onder de noemer van Stichting Educatie en Beroepsonderwijs sinds medio 2000 een structurele samenwerking tussen ROC Midden Brabant en het VMBO VMBO Midden Brabant College. Hiertoe zijn visie en missie documenten opgesteld met gemeenschappelijke uitgangspunten. De hierin geformuleerde doelstellingen vormen een goed uitgangspunt voor een verdere structurele samenwerking in de regio Tilburg die naadloos aansluiten bij de doelstellingen die binnen dit project worden gesteld. Het samenwerkingsverband binnen dit project is uitgebreid met toevoeging van het bedrijfsleven en ziet er als volgt uit: ROC’s - ROC Midden Brabant - Rijn IJssel College, - Nova College, - ROC Eindhoven, - Noorderpoort College,
6
VMBO - VMBO Midden Brabant College Bedrijven - HRG - Jumbo - Men at Work Derden - Atlas Advies - Accountant Gedurende de voorbereiding van dit project innovatiearrangement zijn inmiddels vier bijeenkomsten geweest waarin ROC Midden Brabant en VMBO VMBO Midden Brabant College de samenwerking op inhoud en proces uitvoerig hebben besproken. De laatste bijeenkomst is op donderdag 13 april geweest naar aanleiding van de brief van het platform beroepsonderwijs. Bovendien zijn er intern met betrokken docenten en BPV-coördinatoren gesprekken geweest rondom de ideeën en realiseerbaarheid van dit project. Met het bedrijfsleven zijn face-to-face gesprekken gevoerd om alvast de betrokkenheid en de verwachte inzet vast te leggen. De samenwerking is gericht op het realiseren van de projectdoelstellingen door goed gebruik te maken van elkanders kennis en expertise. Daarnaast zullen de projectopbrengsten getest en geïmplementeerd worden. Bovendien zal elke partner bijdragen aan de verspreiding en promotie van de projectresultaten, niet alleen gedurende het project, maar ook erna. We maken binnen het project onderscheid tussen: •de ontwikkelpartners, •testpartners en •klankbordpartners. De klankbordpartners evalueren bij elke mijlpaal de tussen en/of eindproducten conform vastomlijnd format. In de definitiefase van het project zal dit format worden opgesteld. Hierna staat de rol van het vmbo nog eens samengevat. Deze rol is tijdens een extra ingelaste bijeenkomst op 13 april nog eens bevestigd door het management en de docenten van het vmbo. Rol van het vmbo ten opzichte van het Samenwerkingsverband Het project bestaat uit een samenwerkingsverband tussen een groot aantal ROCs, VMBO en het bedrijfsleven. Elk ROC zal indien mogelijk haar eigen vmbo binnen het samenwerkingsverband betrekken bij de verschillende fases van het project. Uniek aan het project is dat in de samenwerking met het vmbo niet de traditionele rol van het vmbo wordt benadrukt. Dus er wordt niet eerst iets ontwikkeld en vervolgens uitgerold naar het vmbo, maar het vmbo is vanaf het begin betrokken bij de ontwikkeling. Om er voor te zorgen dat dit vanaf het begin gebeurt wordt er een werkgroep speciaal ingericht voor deze samenwerking tussen VMBO-MBO. De doelstellingen en taken van het VMBO liggen in dit project op vier gebieden:
•Vmbo en het concept digitaal opleidingshuis totaalarangement •Het vmbo en BPV •Het vmbo en competentiegericht onderwijs •Het vmbo en doorlopende leerlijnen 7
Vmbo en het concept digitaal opleidingshuis totaalarangement De eerste activiteit van deze werkgroep is het wederzijds (vmbo – mbo) uitwisselen van kennis omtrent het concept Opleidingshuis en het onderwijs binnen het vmbo. Op deze manier wordt er bij zowel ROC als vmbo geïnventariseerd wat al aanwezig is, en welke elementen van het Opleidingshuis verder uitgewerkt gaan worden binnen dit project. Daarnaast wordt het vmbo ook uitgenodigd om deel te nemen aan de klankbordgroep, projectmanagement en overige werkgroepen. Om de samenwerking nog meer gestalte te geven worden de volgende activiteiten ondernomen:
•brainstormsessies in het kader van kennisoverdracht •(thematische) informatiebijeenkomsten •werkgroepbijeenkomsten •bijeenkomsten van de klankbordgroep •projectmanagementoverleg •centrale projectbijeenkomsten Namens het vmbo zullen directieleden, teamcoördinatoren, onderwijskundige medewerkers, (vak)docenten, instructeurs en stagebegeleiders worden ingezet als projectmedewerkers. Nadat de eerste doelstelling is verwezenlijkt, zal er gewerkt gaan worden aan het halen van de tweede doelstelling. Nadat het concept Opleidingshuis is overgebracht aan bovenstaande projectmedewerkers van het vmbo, en het onderwijsconcept van het MBC is overgebracht aan projectmedewerkers van het ROC, kan de volgende stap gezet worden. De specifieke elementen van het Opleidingshuis worden nader toegelicht, vervolgens wordt er bekeken welke elementen ingezet kunnen worden binnen het vmbo. Indien nodig worden deze elementen aangepast of speciaal ontwikkeld voor het vmbo. Het vmbo en BPV Een van deze elementen van het Opleidingshuis dat mede ontwikkeld wordt binnen het vmbo is het BPV-apparaat: Onderdelen van dat apparaat zijn: 1. Training voor de eigen BPV-mensen (stagebegeleiders) in het “hoe bezoek ik een bedrijf’ 2. Verslaglegging van bedrijfsbezoeken in een speciaal daarvoor geschreven systeem (NCvBweb) 3. Trainingen voor de praktijkopleiders 4. Bijeenkomsten organiseren waarbij bedrijfsleven en onderwijs kennis uitwisselen 5. Bedrijfsgroepen bezit een omvangrijk relatienetwerk dat mogelijkerwijs ook inzetbaar is voor de werving van stageplaatsen voor het VMBO Het vmbo en competentiegericht onderwijs Een ander doel van dit project is het inrichten van het Opleidingshuis voor competentie gericht onderwijs. Hiervoor worden enkele nieuwe instrumenten ontwikkeld, in samenwerking met het vmbo. In tegenstelling tot wat veel ROCs denken is op sommige plaatsen in Nederland het vmbo voorloper wanneer het gaat om competentiegericht onderwijs. In dit project wordt daarom ook niet gekozen om het systeem van het ROC over te brengen naar het vmbo maar is er daadwerkelijk plaats voor wederzijdse ontwikkeling. (hetgeen zich ondermeer uit in het aantal uren van het vmbo in dit project) . Onderdelen die gezamenlijk ontwikkeld zullen worden zijn: 1. Content management systeem voor leermiddelen 2. Bedrijfsspecifieke praktijkopdrachten 3. Een helpdesk 4. Competentie gerichte opleidingstrajecten Om gezamenlijk te ontiwikkelen moet er eerst een fase worden ingericht waarin het de bedoeling is dat kennisoverdracht plaatsvindt, vervolgens specifiek gericht op een elementen van het Opleidingshuis of uit instrumentarium van het vmbo. Op deze wijze wordt er een digitaal opleidingshuis totaalarrangement ontwikkeld waarin het beste uit beide werelden samen komt. Bij de samenwerking worden vanzelfsprekend ook de
8
bedrijven betrokken (middels werkgroep, responsgroep). Binnen dit project zullen we ons primair richten op het vmbo dat aangesloten is bij ROC Midden Brabant (het VMBO Midden Brabant College). Eerst willen we daar de samenwerking en ontwikkeling op kleine schaal uitwerken. Vervolgens kunnen we wel hetgeen daar ontwikkeld is, overbrengen op vmbopartners van de NCvB-leden. Vmbo en doorlopende leerlijnen Het CINOP heeft met een aantal experimenten geprobeerd om inzicht te krijgen in een nieuwe begeleidingsmethodiek die nieuw is. De methode heet CH-Q. Het is een methode voor portfolio ontwikkeling en het verzamelen van competentiebewijzen. Het model is afkomstig uit Zwitsterland en heeft daar geleid tot een landelijk concept. In Nederland zijn een aantal kleinschalige experimenten uitgeprobeerd. In dit project gaan ROC Midden Brabant en het VMBO Midden Brabant College deze methodiek toepassen om de doorlopende leerlijn vmbombo te bevorderen. Veel scholen (zowel vmbo als mbo) zijn bezig met het portfolio (digitaal of niet). Daarbij is van enige afstemming op initiatieven van andere scholen, onderwijssectoren of het bedrijfsleven maar weinig sprake. Dit blijkt onder ander uit onderzoek dat de afgelopen twee jaar door diverse expertorganisaties is verricht. Het digitaal opleidingshuis totaalarrangement zorgt in samenwerking met de CH-Q methodiek voor een alternatieve benadering die waarschijnlijk meer perspectief om leerlingen, grip op hun loopbaan te geven. Eén van de experimenten in Nederland in het onderwijs vond plaats bij ROC Nijmegen en was gericht op leerlingen van de Rotonde (leerlingen met een laag niveau). In het concept van het digitaal opleidingshuis totaalarrangement wordt gezorgd voor een doorbraak door én de CH-Q methodiek op grote schaal te gaan (door) ontwikkelen, te toetsen en te implementeren én door het vmbo als uitgangspunt te nemen en niet het ROC zoals vaak gebeurd. De kern van het CH-Q binnen het digitaal opleidingshuis totaalarrangement is dat er met gebruikmaking van bestaande instrumenten een begeleidingsmethodiek wordt gekozen waardoor de doorlopende leerlijn vmbo-mbo beter gestalte krijgt. In de onderstaande figuur staan de grondbeginselen van de CH-Q methode nog eens grafisch weergegeven.
Afbeelding: het competentiewaarderingssysteem van CH-Q
9
Uiteindelijk draagt CH-Q bij tot: ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
een basis voor individuele ontwikkeling en loopbaanplanning; de bevordering van persoonlijke ontwikkeling en bewustzijn; de ondersteuning van zelfsturend leren en handelen; het stimuleren van jongeren en volwassenen om hun beroeps- en persoonlijke ontwikkeling te documenteren; kwaliteitsborging door professionalisering van begeleiders en borging van instrumenten.
In het CH-Q-portfolio kunnen competenties gerelateerd worden aan Europese standaarden en niveau- aanduidingen. Nieuwe projecten voor portfolio en EVC in Nederland maken steeds vaker gebruik van de opbouw van het Europees CV. Rol van de bedrijven ten opzichte van het Samenwerkingsverband De samenwerking met de bedrijven bestaat vooral uit werkzaamheden t.b.v. de ontwikkeling van de instrumenten en het ontwikkelen van competentie gerichte opleidingstrajecten. Tevens wordt kennis en expertise overgedragen omtrent bedrijfsspecifieke elementen. De bedrijven vervullen naast de ontwikkelrol, tevens een actieve klankbordfunctie middels het testen van de ontwikkelde leermiddelen en het testen van de opleidingstrajecten en de instrumenten. De rol van de bedrijven is in verschillende fasen te omschrijven: Definitiefase Tijdens de definitiefase worden de bedrijven betrokken bij de doelstellingen van het projec, er wordt tijdens deze fase een detailplanning gemaakt en er wordt kennis over gedragen van ROC Midden Brabant naar de bedrijven en van de bedrijven naar ROC Midden Brabant, met name rondom de bedrijfspecifieke elementen spelen de bedrijven hier een belangrijke rol. De kennisoverdracht zal plaats vinden tijdens de kick-off meeting en daar waar nodig tijdens individuele gesprekken. Ontwerpfase Tijdens de ontwerpfase worden de bedrijven betrokken bij het ontwerp van de blauwdruk. Belangrijk onderdeel hierin zijn de opleidingsinstrumenten die bij bedrijven aanwezig zijn. Ook worden de bedrijven sterk betrokken bij het opstellen van eindproducten. Als (mede-) eindgebruikers weten de bedrijven welke producten werken in het bedrijfsleven en aan welke voorwaarden de eindproducten en mogelijk ook de tussenproducten moeten voldoen. Bij het implementatieplan zijn de bedrijven leidend. Ze geven input over de uiteindelijke realisatie en de daadwerkelijke werking van de eindproducten in de praktijk. Met betrekking tot de uitrol vmb—mbo hebben de bedrijven een klankbordfunctie. Ontwikkelfase Tijdens de ontwikkelfase wordt bedrijven gevraagd om kennis te leveren met betrekking tot de uiteindelijk functieprofielen. Op basis van de bestaande competentieprofielen die gemaakt zijn door de kenniscentra wordt een specifiek profiel opgesteld specifiek voor dit project. De bedrijven weten wat de competenties van de uiteindelijke deelnemers moeten zijn en hebben daarom een belangrijke stem in de inhoudelijke ontwikkeling van dit onderdeel. De praktijkinstructeurs en de ontwikkeling van de instrumenten voor praktijkinstructeurs zijn ook het domein van het bedrijfsleven. Zij weten welke instructies wel en niet werken en weten eveneens aan welke vorm en inhoud deze moeten voldoen. Het testen van de producten vindt natuurlijk bij de bedrijven plaats, zij koppelen hun bevindingen terug en maken daarbij gebruik van de ondersteuning van het ROC. Bij de uitrol naar het vmbo-mbo hebben de bedrijven een klankbordfunctie, Om al deze verschillende taken uit te voeren nemen bedrijven zitting in de diverse werkgroepen. Daarnaast vervullen de bedrijven natuurlijk de rol als klankbordpartners. De rol van de bedrijven staat nog eens weergegeven in de figuur in hoofdstuk vier.
10
In de onderstaande figuur staan alle partners en hun verschillende rollen nogmaals genoemd. Naam partner samenwerkingsverband ROC Midden Brabant
Omschrijving inhoudelijke inbreng
Omschrijving deskundigheid
ROC Midden Brabant is aanvrager van dit Innovatieproject en zal een grote inhoudelijke bijdrage leveren in het project door management, docenten, instructeurs, R&D medewerkers en accountbeheerders beschikbaar te stellen voor het project, teneinde de beoogde projectresultaten te realiseren. ROC Midden Brabant gaat de te ontwikkelen instrumenten integreren in haar opleidingen. Daarnaast levert ROC Midden Brabant een actieve bijdrage aan de promotie en verspreiding van de projectresultaten.
De basis van het ROC Midden Brabant is beroepsonderwijs en educatie in al haar vormen. Van het reguliere mbo tot en met de volwasseneneducatie. Het ROC Midden Brabant is veelzijdig, modern én heeft een stevige basis in haar directe omgeving. Dit laatste dankzij goede contacten en afspraken met bedrijfsleven, gezondheidszorg, welzijnsinstituten en overheid. ROC Midden Brabant is in de regio de belangrijkste leverancier van goed opgeleide vakmensen. Jaarlijks bezoeken ruim 14.000 studenten en cursisten de verschillende opleidingen, waarmee het ROC Midden Brabant de grootste leverancier van beroepskrachten in deze regio is. Daarnaast is het ROC Midden Brabant met ruim 1.000 werknemers op zijn beurt ook één van de grootste werkgevers in deze regio.
ROC Midden Brabant heeft zitting in de stuurgroep, werkgroepen en zal tevens optreden als responspartner.
VMBO Midden Brabant College
Het VMBO Midden Brabant College zal een grote inhoudelijke bijdrage leveren in het project door management, docenten en instructeurs beschikbaar te stellen voor het project, teneinde de beoogde projectresultaten te realiseren. Het VMBO Midden Brabant College zal uiteindelijk de te ontwikkelen instrumenten integreren in haar opleidingen.
Beroepsonderwijs moet aansluiten op de praktijk van het bedrijfsleven. Dat vergt voortdurende aanpassing en ontwikkeling van de onderwijsprogramma's. Bij het ROC Midden Brabant komt dit enerzijds tot stand via de nauwe contacten vanwege de Beroeps Praktijk Vorming (BPV) ofwel de stage in de bedrijven. Anderzijds zijn er de Regionale Overlegorganen Bedrijfsleven en Onderwijs (ROBO's). Hierin stemmen de verschillende branches samen met het ROC Midden Brabant praktijkontwikkeling en onderwijs op elkaar af. ROC Midden Brabant heeft bovendien zitting in de NCvB klankbordgroep onderwijs & projecten Het Midden-Brabant College biedt alle leerwegen in alle sectoren van het beroepsonderwijs en heeft daarnaast extra mogelijkheden zoals Intrasectorale Programma’s en Leerwerktrajecten. Het Midden-Brabant College is de enige school in Tilburg die Leerweg Ondersteunend Onderwijs biedt en daardoor in staat is een unieke begeleidings- en zorgcultuur te realiseren. Het Midden-Brabant College heeft één missie op grond waarvan er één beleid voor onderwijs, personeel,
11
Daarnaast levert het VMBO Midden Brabant College een actieve bijdrage aan de promotie en verspreiding van de projectresultaten. Het VMBO Midden Brabant College heeft zitting in de werkgroepen en zal tevens optreden als responspartner.
ROC Eindhoven
Projectmedewerkers vanuit Het MBC levert een bijdrage op het gebied van personeel door middel van: o management o teamcoördinator en o docenten o stagebegeleiders ROC Eindhoven biedt ondersteuning bij het ontwikkelen/testen van de instrumenten, door het inzetten van management, docenten en BPV’ers. Daarnaast levert het ROC een bijdrage aan de promotie en verspreiding van de projectresultaten.
financiën, organisatie en kwaliteitszorg wordt geformuleerd. p grond van dit beleid wordt op de vier locaties het onderwijs verzorgd. rie locaties, Economie en Groen, Techniek en Zorg&Welzijn bieden het gehele scala van leerwegen. De eerste twee leerjaren zijn op deze drie locaties gelijk. De vierde locatie Frater van Gemert is bedoeld voor leerlingen die het best gebaat zijn bij een (tijdelijk) op hun situatie toegespitst pedagogisch en didactisch klimaat. Het Midden-Brabant College garandeert een doorgaande leerweg voor leerlingen van 12 tot 20 jaar door een optimale samenwerking met het ROC MiddenBrabant, en de MBO-opleidingen van de Rooi Pannen en het AOC West-Brabant. Het ROC Eindhoven is een Regionaal Opleidingscentrum voor Eindhoven en omgeving. Het ROC verzorgt maatwerk in beroepsonderwijs, educatie voor jongeren en volwassenen en voortgezet onderwijs. Zij bestaat uit 22 scholen en geeft onderwijs op 7 locaties. Daarnaast biedt het ROC een groot aantal cursussen voor bedrijven en instellingen ROC Eindhoven heeft bovendien zitting in de NCvB klankbordgroep onderwijs & projecten
Nova College
Noorderpoortcollege
Het Nova College biedt ondersteuning bij het ontwikkelen/testen van de instrumenten, door het inzetten van management, docenten en BPV’ers. Daarnaast levert het ROC een bijdrage aan de promotie en verspreiding van de projectresultaten
Het Regionaal Opleidingen Centrum Nova College verzorgt beroepsonderwijs, basiseducatie, voortgezet algemeen volwassenenonderwijs, (bedrijfs)cursussen in het gebied IJmond, Haarlem en Haalemmermeer/Amstelveen.
Het Noorderpoortcollege zal ondersteuning bieden bij de ontwikkeling/testen van de instrumenten, door het inzetten van management, docenten en BPV’ers. Daarnaast levert het ROC een bijdrage aan de
Het Noorderpoortcollege is een onderwijsinstelling voor middelbaar beroepsonderwijs, volwassenen educatie en voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs. Het Noorderpoortcollege bestaat uit 11 branchegerichte units en is met circa 25.000 leerlingen en 1.700
Nova College heeft bovendien zitting in de NCvB klankbordgroep onderwijs & projecten
12
promotie en verspreiding van de projectresultaten.
medewerkers het grootste Regionale Opleidingen Centrum in Noord Nederland. Door deze omvang biedt het Noorderpoortcollege mogelijkheden tot een brede studiekeuze en een goede aansluiting op de arbeidsmarkt. Noorderpoortcollege heeft bovendien zitting in de NCvB klankbordgroep onderwijs & projecten
Rijn IJssel College
Rijn IJssel College zal ondersteuning bieden bij de ontwikkeling/testen van de instrumenten, door het inzetten van management, docenten en BPV’ers. Daarnaast levert het ROC een bijdrage aan de promotie en verspreiding van de projectresultaten
Rijn IJssel College is een Regionaal Opleidingen Centrum in Arnhem en omgeving. Het College verzorgt maatwerk in beroepsonderwijs en educatie voor jongeren en volwassenen. Daarnaast biedt het ROC een groot aantal cursussen voor bedrijven, instellingen en particulieren. Het Rijn IJssel College is een marktgerichte onderwijsinstelling die maatwerk levert. Daarnaast spant de organisatie zich extra in voor groepen in de samenleving die te hoge drempels ontmoeten in het onderwijs. Ook heeft het Rijn IJssel College een goed systeem ontwikkeld voor doorverwijzing naar het vervolgonderwijs. Elke cursist kan daardoor een opleiding of cursus kiezen die bij hem of haar past en zo een kwalificatie halen die aansluit op de arbeidsmarkt of een vervolgopleiding. Rijn IJssel College heeft bovendien zitting in de NCvB klankbordgroep onderwijs & projecten.
HRG
HRG stelt personeel beschikbaar t.b.v. de ontwikkeling van de instrumenten. Tevens wordt kennis en expertise overgedragen omtrent bedrijfsspecifieke elementen. Het bedrijf vervult naast de ontwikkelrol, tevens een actieve klankbordfunctie middels het testen van de ontwikkelde leermiddelen. Het testen van toetsing op de werkvloer maakt tevens
Macintosh Retail Group is een beursgenoteerde grootschalige non-food retailer gespecialiseerd in de distributie van consumentenproducten. Onze klanten worden bediend in ruim 720 winkels in de marktsectoren Living, Fashion en Automotive & Telecom in de Benelux en Frankrijk. Hoogenbosch Retail Group richt zich met de formules Dolcis, Manfield, Invito en PRO sport op de Nederlandse schoenenmarkt met in totaal 215 winkels op A-1 locaties. Er zijn circa 2.100 mensen werkzaam bij Hoogenbosch
13
onderdeel uit van de actieve klankbordfunctie Men at Work
Men at Work stelt personeel beschikbaar t.b.v. de ontwikkeling van de instrumenten. Tevens wordt kennis en expertise overgedragen omtrent bedrijfsspecifieke elementen. Het bedrijf vervult naast de ontwikkelrol, tevens een actieve klankbordfunctie middels het testen van de ontwikkelde leermiddelen. Het testen van toetsing op de werkvloer maakt tevens onderdeel uit van de actieve klankbordfunctie
Men at Work is een onderdeel van Thijm BV in Best. Men at Work is een in en verkooporganisatie gericht op damesmode en herenmode. Men at Work heeft filialen in o.a. Amsterdam, Breda, Dordrecht, Eindhoven, Maastricht, Leiden, Rotterdam, Den Bosch, Utrecht en Tilburg.
Jumbo
Jumbo stelt personeel beschikbaar t.b.v. de ontwikkeling van de instrumenten. Tevens wordt kennis en expertise overgedragen omtrent bedrijfsspecifieke elementen. Het bedrijf vervult naast de ontwikkelrol, tevens een actieve klankbordfunctie middels het testen van de ontwikkelde leermiddelen. Het testen van toetsing op de werkvloer maakt tevens onderdeel uit van de actieve klankbordfunctie
Jumbo supermarkten is een onderdeel van de Van Eerd Groep. Van Eerd is van oorsprong een levensmiddelengroothandel, opgericht in 1921. In 1983 startte de Van Eerd Groep met haar eerste eigen Jumbo supermarkten. Daarmee werd de grossier Van Eerd ook retailer. Jumbo ziet dus in de jaren 80 het levenslicht. Uitgangspunt is een winkel te maken met een breed assortiment tegen scherpe prijzen. De formule slaat aan en al snel zijn er tientallen Jumbo's in Zeeland, Brabant en Limburg. Jumbo blijft zich innovatief ontwikkelen. Met bijvoorbeeld logistieke verbeteringen in en naar de supermarkten, schapindelingen en productpresentaties. Wat u van een ondernemer verwacht, krijgt u van Jumbo. De ondersteuning, de service en het strategisch meedenken om zodoende tot een optimale samenwerking te komen. Pas met 100% tevreden klanten, gemotiveerd personeel en een optimale samenwerking met leveranciers is Jumbo zelf tevreden. Samen gaan we voor het maximale rendement. Dat is onze succesformule. Dat is Jumbo ten voeten uit
14
1. Beschrijf de innovatie in het project Onderstaand figuur geeft de kern van het project weer: Een bestaand innovatief opleidingsconcept wordt uitgebouwd binnen het MBO in samenwerking met het VMBO en het bedrijfsleven en vervolgens uitgerold naar het VMBO. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een structureel samenwerkingsverband, waarbij het bedrijfsleven de belangrijkste schakel vormt in de levensloopbaan van de deelnemer. Boven de stippellijnen wordt de huidige situatie weergegeven. Onder de stippellijnen de situatie zoals deze gedurende dit project wordt gecreëerd. De activiteiten die in het project worden uitgevoerd hebben derhalve betrekking op de situatie onder de stippellijn in het figuur en zijn hierna uitvoerig beschreven. Het Opleidingshuis is derhalve het startpunt, een bewezen concept, dat onder druk van alle veranderingen moet worden omgevormd tot een totaalarrangement.
15
Beschrijf de innovatie in het project:
MBO
Opleidinghuis
Digitaal opleidinghuis
Competentiegericht
Uitrol
BEDRIJVEN
VMBO
Het opleidingshuis totaal arrangement
NCvB-web
NCvB-edu
Instrumenten
E-coaching
examinering
deskundigheidstraining
praktijkinstructie
Digitale portfolio
e-learning
Content Management Systeem
16
Toelichting Het beproefde opleidingsconcept ‘Opleidingshuis’ kenmerkt zich door de volgende uitgangspunten: - Maatwerk lesstof lesgroep binnen de erkende opleiding: Innovatief is het leveren van maatwerk aan de lesgroep, zowel gedurende de contacturen als ook tijdens de praktijkcomponent van de opleiding. Zowel de theorie- als praktijkcomponent van de opleiding wordt binnen het bedrijf op de werkvloer aangeboden, zodat de lesstof is toegespitst op de situatie zoals deze van toepassing is binnen het bedrijf. - Plaats en tijd ongebonden leren: De deelnemer leert binnen het bedrijf op de werkvloer waardoor het tijd en plaats ongebonden is; dit omvat zowel de theorie als de praktijkcomponent. De examinering vindt plaats zowel theoretisch als in de praktijk. - NCvB Web. Het NCvB Web is een ASP omgeving die het NCvB ontwikkeld heeft. In het NCvB Web zijn alle deelnemersgegevens inzichtelijk. Tevens maakt de omgeving voortdurend inzichtelijk welke modulen met succes zijn afgerond en welke weg wordt bewandeld binnen het Opleidingshuis. - Docenten/medewerkers R&D lopen stage bij bedrijven: Omdat het NCvB de bedrijfsspecifieke elementen moeten gaan inpassen binnen de mogelijkheden en onmogelijkheden van de kwalificatiestructuur lopen zij stage binnen de bedrijven. De input hiervan wordt vastgelegd in de leermiddelen in de vorm van praktijkopdrachen en overige lesmaterialen. Bijkomend voordeel is dat de docent op die manier up-to-date blijft binnen zijn vakgebied. - BPV- begeleiders trainen/begeleiden de praktijkopleiders voor hun functie conform het principe van “train-the-trainer”. - Instructeurs uit het bedrijfsleven volgen een training in het onderwijs: De instructeur worden binnen het eigen bedrijf doch ook binnen de onderwijsinstelling getraind. De training binnen de school is gericht op het verzorgen van lessen, het beantwoorden van vragen die via de Helpdesk binnenkomen en op het verkrijgen van inzicht in de mogelijkheden van de opleidingen en bijbehorende (deel) kwalificaties. - Kennis halen en kennis brengen (kennnisuitwisseling): Binnen het “Opleidingshuis” ligt de nadruk op het halen van kennis uit het bedrijfsleven, maar ook op het brengen van kennis. - Elektronische leeromgeving: Binnen het Opleidingshuis wordt gebruik gemaakt van de elektronische leeromgeving van Blackboard. Een elektronische leeromgeving is een omgeving waarmee men via de elektronische weg kan leren. Dit bestaat uit software, technische infrastructuur en technologie welke het mogelijk maakt om het leerproces en de administratieve/ondersteunende processen via elektronische wijze uit te voeren en te beheersen. De elektronische leeromgeving van Blackboard is een hulpmiddel om de gestelde doelstellingen ten aanzien van het opleidingshuis te bereiken. - NCvB Helpdesk. Binnen het NCvB is een helpdesk ingericht die 24 uur per dag bereikbaar is.
17
Overzicht van vernieuwingsprojecten binnen het samenwerkingsverband Naam partner Naam project Korte omschrijving ROC Midden Brabant, Opleidingshuis Doel van het project is het in samenwerking met de participerende ROC West Brabant, bedrijven innoveren van de BBLNoorderpoortcollege, opleiding detailhandel. De ROC Eindhoven, Nova samenwerking krijgt gestalte door College, Rijn IJssel een vergaande kennisuitwisseling, College, V&D/KBB, Bart waarbij het onderwijs niet alleen Smit, Kwantum, Hema, kennis haalt bij het bedrijfsleven KCHandel, Uitgeverij maar ook kennis brengt. In OVD navolging van de gemeenschappelijke factoren in de probleemstelling, staat bij de samenwerking het verhogen van het rendement van de opleiding, het verbeteren van de aansluiting op de ontwikkelingen binnen de detailhandel en het vergroten van de betrokkenheid van de deelnemer met bedrijf en opleiding centraal Er wordt een flexibele architectuur ontwikkeld die het mogelijk maakt content te verkrijgen t.b.v. modulen op niveau 3 en 4 BBL- opleiding detailhandel. De modulen bevatten bedrijfsspecifieke elementen en kunnen dus per deelnemer anders zijn. Daarnaast worden er instrumenten voor huidige praktijkbegeleiders ontwikkeld om in de toekomst de rol van praktijkopleider te kunnen vervullen. Binnen het project wordt een extranet-omgeving ontwikkeld gericht op: de communicatie tussen deelnemers onderling, de communicatie tussen deelnemer en school, het visueel maken van loopbaan en opleiding, de communicatie tussen (BPV) docenten en praktijkbegeleiders en de examinering en het afleggen van tussentoetsen middels het extranet.
18
Overzicht van vernieuwingsprojecten binnen het samenwerkingsverband Naam partner Naam project Korte omschrijving ROC West-Brabant te Digitaal Opleidingshuis Zowel ROC Midden Brabant als haar projectpartners houden zich in Bergen op Zoom; toenemende mate bezig met de Noorderpoortcollege te omslag van traditioneel onderwijs Groningen, ROC naar het verder professionaliseren en Eindhoven e Eindhoven, optimaliseren van flexibele Nova College te leerroutes. Haarlem; Rijn Ijssel College te Arnhem; Het project “Digitaal Opleidingshuis” Kwantum Nederland BV is een logisch gevolg van de omslag. te Tilburg; Dixons te Den Immers met het project wordt een Bosch, ECABO. bestaand en beproefd opleidingsconcept vernieuwd zodat maatwerk, flexibiliteit, competentiegericht onderwijs en afstandsleren op een concrete manier in de praktijk kan worden gebracht. Het doel van het project is het, in samenwerking met relevante deskundige partners, op een projectmatige wijze toepassen van ICT applicaties binnen de leeromgeving van de BBL opleiding detailhandel en de BOL opleiding administratie conform de uitgangspunten van het ‘opleidingshuis’ zodat afstandsleren en afstandscoachen technisch en functioneel toegankelijk en toepasbaar wordt gemaakt.
19
Overzicht van vernieuwingsprojecten binnen het samenwerkingsverband Naam partner Naam project Korte omschrijving ROC Midden Brabant, Klantgericht handelen in De autobranche is volop in beweging. Het KeBB project ROC Rijn IJssel College de autobranche “klantgericht handelen in de te Arnhem; autobranche” is gebaseerd op een Noorderpoortcollege te gemeenschappelijke behoefte van Groningen; ROC zowel het bedrijfsleven als onderwijs. Eindhoven te Eindhoven; Tot nu toe wordt de automonteur Nova College te hoofdzakelijk technisch voorbereid Haarlem; Innovam te op de functie van automonteur. Door Nieuwegein; Bovag te de toenemende verschuiving van de Bunnik; Renova BV te afdeling sales naar after sales neemt Tilburg; Bertens Tilburg de allround spilfunctie van de BV te Tilburg; Auto automonteur toe. Op dit moment is Avenue te Tilburg; W. er dan ook een hiaat in de opleiding autotechnicus en van de Ven te Tilburg; bedrijfsautotechnicus. Het Strijbosch v.o.f. te lesmateriaal dient aangepast en Tilburg uitgebreid te worden met een module klantgericht handelen. Ook de BPV-begeleiding vraagt om herijking. De hoofddoelstelling van het project is het wegnemen van het geconstateerde hiaat door het ontwikkelen van een leermiddel “klantgericht handelen in de autobranche”. Met leermiddel wordt lesmateriaal, BPV-handboek herijking en instructiemateriaal bedoeld. Het zogenaamde BGL-model staat centraal bij het ontwikkelen, testen en implementeren van het leermiddel. Het leermiddel is bedoeld voor de BOL-opleidingen autotechnicus (10223) en bedrijfsautotechnicus (10222) niveau met een uitloop naar niveau 3. In de vrij ruimte dient het leermiddel opgenomen te worden. Het doel is om samen met de partners een flexibel kennisuitwisselingsproces op te zetten tussen onderwijs en bedrijfsleven om op een structurele wijze kennis te halen en te brengen en op deze wijze het leermiddel optimaal te laten aansluiten op de wensen van het bedrijfsleven.
20
Overzicht van vernieuwingsprojecten binnen het samenwerkingsverband Naam partner Naam project Korte omschrijving ROC Midden Brabant, Equal Triple T Gelet op de geconstateerde VMBO Midden Brabant problemen omtrent voortijdig College, gemeente schoolverlaten is de doelstelling van Tilburg, Regionaal dit project als volgt geformuleerd. samenwerkingsverband ‘Het ontwikkelen, implementeren en VO Midden Brabant, VSO integreren van een De Burcht, Praktijkschool competentiegerichte leer-werkde Poort, RPA Midden opleidings- en begeleidingsstructuur Brabant voor risicojongeren, waarbij de deelnemer meerjarig gecoached wordt in de leer-werkonderwijsketen PO/VSOZMOK/VMBO/MBO.’ De doelgroep bestaat jaarlijks uit 150 jongeren in de leeftijd van 15 tot 23 jaar die onderwijs volgen in Tilburg en die niet in staat zijn of gemotiveerd zijn om een regulier kwalificerend scholingstraject te volgen.
Heeft het samenwerkingsverband zich georiënteerd op vergelijkbare innovatieve projecten?
Ja
Nee
X
Zo ja, omschrijf de wijze van oriëntatie, de resultaten van de oriëntatie, hoe gebruik is gemaakt van deze resultaten en waarin het eigen project onderscheidend is. Het samenwerkingsverband is een structureel samenwerkingsverband, dat al meer dan vijf jaren samen projecten uitvoert. Via SenterNovem zijn nagegaan welke projecten reeds binnen het samenwerkingsverband zijn uitgevoerd. De resultaten uit voorgaande projecten, bijvoorbeeld de evaluatie van het Silo project ‘Digitaal opleidingshuis’, worden geïntegreerd in dit project.
21
Omschrijf hoe docenten en management bij de ontwikkeling van de innovatie zijn betrokken De aanvrager van dit project is ROC Midden Brabant, sector Economie afdeling Bedrijfsgroepen. De aanvraag wordt (is) ondertekend door de afdelingsdirecteur, die daarmee zijn committment aantoont en volledig achter de doelstellingen van het project staat. Ten aanzien van het committment van het gehele samenwerkingsverband, worden voorafgaand aan het project samenwerkingsovereenkomsten gesloten. Daarnaast zijn er met docenten van zowel vmbo als mbo sessies gehouden waarin het voorstel is besproken en aangescherpt. Deze sessies hebben er toe geleid dat de docenten, maar ook het management, volledig gecommitteerd zijn aan de doelstellingen van het project. De afdelingsdirecteur van de afdeling Bedrijfsgroepen is voorzitter van de stuurgroep projecten. Daarnaast wordt vanuit deze afdeling een projectleider aangesteld die een ‘helikopterfunctie’ vervult. De exacte rol van deze projectleider wordt onder punt 7 ‘Beschrijving projectorganisatie’ besproken. Tevens hebben zitting in de stuurgroep projecten: het dagelijks bestuur van het NCvB, (bestaande uit een collegedirecteur van het Nova College en een lid College van Bestuur SEB). De gehele stuurgroep NCvB, zoals deze is samengesteld binnen het NCvB, bestaat uit managementleden van de ROC’s in dit samenwerkingsverband. Deze leden treden binnen dit project op als responsgroep. De officiële rol van de stuurgroep projecten zal onder punt 7 uitvoerig worden besproken. Naast bovengenoemde managementleden, leveren alle partners binnen dit project docenten/ begeleiders, R&D medewerkers en HRM-managers aan, die betrokken zullen zijn bij zowel de ontwikkeling als het testen van de instrumenten. Deze zullen met name in de werkgroepen een belangrijke inhoudelijke rol toegewezen krijgen. Ook de docenten/ begeleiders die zitting hebben in de responsgroep zijn betrokken bij het testen van de instrumenten. Het principe van ‘Het Opleidingshuis’ staat al geheel in het teken van betrokkenheid van docenten. Deze lopen namelijk stage bij bedrijven. Omdat de docenten de bedrijfsspecifieke elementen moeten gaan inpassen binnen de mogelijkheden en onmogelijkheden van het competentiegerichte onderwijs zal hij/ zij stage gaan lopen binnen de bedrijven. De input hiervan wordt teruggekoppeld in de werkgroepen en vervolgens vastgelegd in de instrumenten. Bijkomend voordeel is dat de docent op die manier up-to-date blijft binnen zijn vakgebied. Tevens is sprake van de training van BPV- begeleiders aan praktijkopleiders voor hun functie conform het principe van “train-the-trainer”. Ook het omgekeerde is het geval. De bedrijfsinstructeurs uit het bedrijfsleven krijgen een training in het onderwijs. De training binnen de school is gericht op het verzorgen van lessen, het beantwoorden van vragen die via de helpdesk binnenkomen en op het verkrijgen van inzicht in de mogelijkheden van de opleidingen.Naast de docenten zullen ook de deelnemers aan opleidingstrajecten van het NCvB worden betrokken bij het testen en optimaliseren van het leermiddel. De projectbetrokkenen, zijnde de managers, medewerkers, docenten en deelnemers, zullen vanaf de eerste fase (de definitiefase) bij het project betrokken worden en meedenken met de te stellen doelen en resultaten. De ontwerpfase is daarbij belangrijk, aangezien binnen deze fase de plandocumenten (raamwerk) worden opgesteld, die input bevatten van de managers, docenten en deelnemers. Door middel van de tussenevaluaties wordt, indien nodig, bijgestuurd en bijgesteld. De docenten zijn medeverantwoordelijk voor het project. De docenten hebben in het project bepaalde taken en verantwoordelijkheden.
22
B. Operationaliseren van aanpak 2. Beschrijf de operationele activiteiten (desgewenst kunt u de samenhang tussen de activiteiten in een schema weergeven) Beschrijf de samenhang en planning van fasering, (operationele) activiteiten en mijlpalen in het project (zoals de tussenrapportage). Onderstaand worden de te onderscheiden fasen met de daarbij behorende activiteiten weergegeven. De activiteiten zijn hieronder benoemd op hoofdniveau en vervolgens in de onder deze tabel opgenomen overzichten onderverdeeld in deelactiviteiten. In de bijlage is het geheel weergegeven in een activiteitenplanning.
Fase 1: Definitiefase: Opstartfase project
Activiteit 1: Inrichten projectorganisatie
Looptijd: Sept. 2006 -Okt. 2006
Activiteit 4: Accountantscontrole
Activiteit 2: Kick-off bijeenkomst Activiteit 3: Projectmanagement/ opzetten projectadministratie
Mijlpaal: Kickoff bijeenkomst Fase 2: Ontwerpfase
Activiteit 1: Inventarisatie producten + gebruik binnen samenwerkingsverband
Looptijd: Okt. 2006 – Mrt. 2007
Activiteit 2: Opstellen blauwdruk Opleidingshuis Totaalarrangement Activiteit 3: Opstellen plandocumenten tussen– en eindproducten.
Activiteit 4: Opstellen plandocument uitrol mbo-vmbo Mijlpalen: Tussenevaluatie + plenaire Activiteit 5: Opstellen format projectevaluatie (tussen en eind) bijeenkomst Activiteit 6: Opstellen basis implementatie- en verspreidingsplan Activiteit 7: Projectmanagement, rapportage hpbo, monitoring voortgang Fase 3: Ontwikkelfase Looptijd: Jan. 2007 – Jan. 2009 Mijlpaal: Tussenrapporta ge
Activiteit 1: Ontwikkelen + doorontwikkelen e-learning & e-coaching Activiteit 2: Ontwikkelen + doorontwikkelen content management systeem Activiteit 3: Ontwikkelen + doorontwikkelen digitaal portfolio Activiteit 4: Ontwikkelen + doorontwikkelen competentiescan Activiteit 5: Ontwikkelen + doorontwikkelen deskundigheidstraining instructeurs Activiteit 6: Testen producten Activiteit 7: Start uitrol mbo-vmbo Activiteit 8: Plenaire bijeenkomsten + tussentijdse interacties d.m.v. werkgroepen en responsgroepen Activiteit 9: Uitvoeren promotie en verspreidingsplan tussenstand project Activiteit 10: Tussenevaluaties Activiteit 11: Projectmanagement, rapportage hpbo en monitoring voortgang
23
Fase 4: Fase evaluatie & continuering Looptijd: Jan. 2009 – Aug. 2009
Activiteit 1: Projectmanagement, monitoring en eindrapportage Activiteit 2: Uitvoeren promotie binnen samenwerkingsverband Activiteit 3: Implementatie producten binnen samenwerkingsverband Activiteit 4: Uitrol mbo-vmbo
Activiteit 5: Eindbijeenkomst + eindevaluatie Mijlpaal:Eindrap Activiteit 6: Accountantscontrole portage
Definitiefase: Opstartfase project De eerste activiteiten zijn gericht op het inrichten van de projectorganisatie. De stuurgroepleden worden benoemd en de werkwijze vastgelegd. Vervolgens worden de werkgroepen ingevuld en operationeel gemaakt. Werkwijze, taken en verantwoordelijkheden worden vastgelegd. Tot slot wordt de responsgroep opgericht en geïnstrueerd over de komende werkzaamheden binnen het project. Op het moment dat de projectorganisatie ingericht is wordt er een zogeheten “kick- off” meeting georganiseerd. De projectadministratie wordt opgezet. Hierbij wordt administratief personeel begeleid en gecoacht. Deze fase wordt afgesloten met een operationele projectorganisatie, promotie van de het project, een “kick-off” meeting en een ingerichte projectadministratie. In principe is het zo dat alle partners als ontwikkelpartner, testpartner, klankbordpartner kunnen worden ingezet. In deze fase wordt op basis van de aanwezig kennis, kunde en aanwezige instrumenten van alle partners een verdeling gemaakt van inbreng, rollen en taken gericht op alle op te leveren eindproducten. In onderstaande tabellen worden de activiteiten nader geconcretiseerd. Activiteit 1: Inrichten projectorganisatie Omschrijving: Teneinde de projectorganisatie in te richten, wordt allereerst de stuurgroep geïnstalleerd. Hierin hebben zitting de afdelingsdirecteur Bedrijfsgroepen, het Dagelijks bestuur van het NCvB en een teamleider R&D vanuit ROC Midden Brabant. Ook worden de drie werkgroepen en de responsgroepen ingericht en de hierbij behorende vergaderschema’s opgesteld. Naast deze onderdelen wordt tevens de overleggroep Project Management opgesteld. Hierin worden de mensen op basis van kennis en expertise opgenomen. Tijdplanning: 2 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Operationele projectorganisatie met stuurgroep, projectmanagement, werkgroepen en responsgroepen.
24
Activiteit 2: Kick-off bijeenkomst Omschrijving: Belangrijk onderdeel van de gehele definitiefase is het beleggen van een startbijeenkomst (kick-off) waarbij alle partners, direct betrokkenen en overige belangstellenden worden uitgenodigd. Het doel van de startbijeenkomst is om het project te brengen van idee naar operationele fase. Onder meer het verzamelen van feedback, kennis, verwachtingspatronen en te verwachten knelpunten is een belangrijke doelstelling van de bijeenkomst. Tijdplanning: 2 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een afgeronde kick-off waarbij in samenwerking met bovengenoemde partijen heldere doelstellingen t.a.v. het project Opleidingshuis Totaalarrangement zijn geformuleerd. Activiteit 3: Projectmanagement/ opzetten projectadministratie/ accountantscontrole Omschrijving: In de definitiefase wordt in gezamenlijkheid met de projectadviseur de projectadministratie ingericht conform de eisen van de subsidiegever. Binnen het project wordt de administratieve organisatie zodanig opgezet en uitgevoerd, dat het voor de accountant mogelijk is tot een goedkeurende accountantsverklaring te komen. Teneinde dit te bewerkstelligen wordt indien mogelijk de accountant vanaf de start van het project betrokken bij de opzet van de projectadministratie. Tijdplanning: 2 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een ingerichte projectadministratie conform de eisen van de subsidiegever die de goedkeuring van de accountant heeft.
Ontwerpfase: Opstellen plandocumenten tussen- en eindproducten In de ontwerpfase worden de lijnen uitgestippeld waarbinnen de instrumenten worden ontwikkeld. Hiertoe worden plandocumenten opgesteld per tussen- en eindproduct. Tevens wordt in deze fase een promotieplan opgesteld ten behoeve van de verspreiding en toepassing van de te ontwikkelen instrumenten. Een van de belangrijkste onderdelen in deze fase is het ontwikkelen van de blauwdruk van het complete project en daarmee van het digitaal opleidingshuis totaalarrangement. Het document geeft zowel houvast voor wat betreft de inhoudelijke
25
In onderstaande tabellen worden de activiteiten nader geconcretiseerd. Activiteit 1: Inventarisatie instrumenten + gebruik binnen het samenwerkingsverband Omschrijving: Eerst wordt binnen het samenwerkingsverband gekeken naar de al bestaande instrumenten óf de in gang gezette ontwikkeling van dergelijke instrumenten. Hierbij wordt optimaal gebruik gemaakt van de kennis en expertise binnen het samenwerkingsverband. De eerste stap is hiertoe al gedaan door oriëntatie op vernieuwingsprojecten. Vanuit deze inventarisatie wordt doorontwikkeld en opnieuw ontwikkeld. Tijdplanning: 3 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een inventarisatielijst met overzicht ontwikkelde competentiegerichte producten én initiatieven tot ontwikkeling van competentiegerichte instrumenten Activiteit 2: Opstellen blauwdruk Opleidingshuis Totaalarrangement Omschrijving: Nadat inventarisatie heeft plaatsgevonden van de instrumenten wordt een blauwdruk Opleidingshuis Totaalarrangement opgesteld. De blauwdruk is een levend groeidocument dat gedurende het project dient als anker voor de uiteindelijke resultaten van het project. Dit document moet de samenhang in ontwikkeling bewaken en dient als basis voor de uitrol vanuit het mbo naar het vmbo. Alle (hieronder te bespreken) plandocumenten worden hierin verzameld. Tijdplanning: Gedurende het gehele project Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Vastgestelde blauwdruk Opleidingshuis Totaalarrangement Activiteit 3: Opstellen plandocumenten tussen- en eindproducten Omschrijving: Teneinde de richting te bepalen hoe de instrumenten er uit moeten komen te zien, worden voorafgaand aan de daadwerkelijke ontwikkeling plandocumenten opgesteld. Allereerst wordt aandacht besteed aan de tussenproducten, die de basis vormen voor de eerste testresultaten en de verdere doorontwikkeling. In elk van de plandocumenten wordt aandacht besteed aan de inzet van ict en hoe vorm wordt gegeven aan de competentiegerichte aanpak, die moeten leiden tot het ‘Totaalarrangement’. Vervolgens worden de plandocumenten ten aanzien van de tussenproducten omgezet in plandocumenten voor de eindproducten. Deze documenten vormen de basis voor de hierboven besproken blauwdruk. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een vastgesteld plandocument per te ontwikkelen instrument, met aandacht voor de inzet van ict en de competentiegerichte aanpak.
26
Activiteit 4: Opstellen basis promotie- en implementatieplan Omschrijving: De projectinformatie wordt gedurende het project via de verschillende kanalen van de partners verspreid. Hiervoor wordt onder meer een nieuwsbrief ontwikkeld. Om dit structureel te laten plaatsvinden en optimalisatie in verspreiding te bereiken, wordt een basis promotie en verspreidingsplan opgesteld. Teneinde de ontwikkelde instrumenten te implementeren wordt tevens een implementatieplan opgesteld. In dit plan wordt onderscheid gemaakt in implementatie binnen en buiten het samenwerkingsverband. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een basis promotieplan met een overzicht van de partners en de aan te boren kanalen én een basis implementatieplan met implementatieactiviteiten binnen en buiten het samenwerkingsverband. Activiteit 5: Opstellen plandocument uitrol mbo – vmbo Omschrijving: Een zeer belangrijk aspect binnen het project is de uitrol mbo – vmbo en zal als een rode draad door de ontwikkeling van de producten lopen. Een plandocument is een geschikt instrumenten om de uitrol te organiseren en te structureren. Het SEB houdt zich bezig met de concretisering van de uitrol vmbo-mbo. Het SEB zal onder andere bekijken of de uitrol gelijk breed ingevoerd zal worden of dat dit per opleiding plaats zal vinden. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een vastgesteld plandocument uitrol mbo – vmbo
Activiteit 6: Opstellen format projectevaluatie Omschrijving: Om te kunnen voldoen aan structurele evaluatie gedurende de gehele projectperiode, wordt hiertoe een format ontwikkeld. Dit format vormt de basis voor zowel de tussentijdse – als eindevaluatie. In dit format wordt in ieder geval aandacht besteed aan het samenwerkingsverband en de betrokkenheid van de deelnemer. Tevens worden onderzoeksvragen benoemd en wordt de wijze van evaluatie vastgelegd. Voor een uitgebreide toelichting wordt verwezen naar punt 10. Tijdplanning:6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een vastgesteld evaluatieformat
Activiteit 7: Projectmanagement, rapportage hpbo, monitoring voortgang Omschrijving: Het projectmanagement zorgt in gezamenlijkheid met de projectadviseur voor de monitoring van de voortgang van het project. Daar waar nodig wordt deelgenomen aan de stuurgroep en vindt overleg plaats met de overleggroep Projectmanagement. Tevens wordt een rapportage richting het Platform Beroepsonderwijs opgesteld met een eerste plan van aanpak en stand van zaken. Ook zal door een onafhankelijke commissie een monitoring plaatsvinden van het project. Tijdplanning: 6 maanden
27
Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een projectinrichting conform de eisen van de subsidieverstrekker, een rapportage t.b.v. het Platform Beroepsonderwijs en een met succes afgeronde monitoring van het project. Ontwikkelingfase: Ontwikkeling instrumenten De ontwikkelingsfase is de meest omvangrijke en complexe fase van het project. Immers, hier gaan de stuurgroep, werkgroepen en responsgroepen met elkaar aan de slag om de middelen vorm te geven. Gedurende het proces worden tussen- en eindproducten getest en geëvalueerd. Eveneens vindt er veel interactie plaats met de responsgroepen en worden er twee plenaire bijeenkomsten georganiseerd. In onderstaande tabellen worden de activiteiten nader geconcretiseerd.
Activiteit 1: Ontwikkelen + doorontwikkelen e-learning & e-coaching Omschrijving: Binnen dit project zal er een digitaal systeem (zoals Sonar of Blackboard) worden ontwikkeld zodat de deelnemer op afstand kan leren (e-learning), en zodat de praktijkopleider/instructeur op afstand gevolgd en gecoacht kan worden (e-coaching). Bovendien kunnen alle betrokkenen ook met elkaar communiceren. Wanneer het mogelijk is het Persoonlijk Ontwikkelingsplan en het Persoonlijk Activiteitenplan van een deelnemer in een begeleidingssysteem op te nemen, kan het een belangrijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van het opleidingstraject. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: systeem voor e-learning & e-coaching dat aansluit bij het concept Opleidingshuis (NCvB Web & NCvB Elo) Activiteit 2: Ontwikkelen + doorontwikkelen content management systeem Omschrijving: Het nog te ontwikkelen content management systeem moet een webbased applicatie worden waarin lesmateriaal toegankelijk is. Bedrijven, docenten, R&D medewerkers kunnen middels dit systeem individueel lesmateriaal samenstellen, afdrukken (af laten drukken) en gebruiken. Door de uitwisseling van de vele gegevens (de haal en breng functie) ontstaat er een grote hoeveelheid aan informatie die met behulp van het content management systeem toegankelijk wordt gemaakt voor bedrijven, docenten en deelnemers. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: content management systeem (NCvB Edu)
Activiteit 3: Competentiegericht maken van digitaal portfolio Omschrijving: In het kader van het competentiegericht onderwijs moet een student zijn competenties kunnen aantonen. Dit is mogelijk aan de hand van een competentiegericht digitaal portfolio. De kern van dit portfolio is dat de student op basis van de te verwerven competenties studieactiviteiten onderneemt. Tijdplanning: 12 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: competentiegericht digitaal portfolio
28
Activiteit 4: Ontwikkelen + doorontwikkelen competentiescan Omschrijving: Momenteel wordt er een praktische praktijkinstructie verzorgd door het onderwijs aan de praktijkopleiders. Deze instructie moet worden aangepast aan competentiegericht leren. De praktijkinstructie wordt vervangen door een competentiescan voor de praktijkopleider. In deze fase wordt de competentiescan ontwikkelt en geschikt gemaakt voor het nieuwe onderwijs Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: competentiescan voor praktijkopleider
Activiteit 5: Ontwikkelen + doorontwikkelen deskundigheidstraining instructeurs Omschrijving: Een bedrijf kan tijdens de opleiding gebruik maken van eigen ervaren werknemers. De werknemers worden gedurende de opleiding op detacheringbasis ingezet als instructeur. Om de kwaliteit van het opleidingstraject te waarborgen volgenen deze instructeurs twee deskundigheidsbevorderingtrajecten verzorgt door het NCvB. De inhoud van deze deskundigheidsbevordering is gericht op kennis van reguliere MBO opleidingen, didactische vaardigheden, inhoudelijke kennis, kennis van leerprocessen en kennis van groepsprocessen. Naast deze twee trajecten worden de instructeurs (digitaal) gecoacht tijdens de lessen die ze verzorgen namens het NCvB. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: praktijktraining voor docenten
Activiteit 6: Testen producten Omschrijving: Nadat de instrumenten zijn ontwikkeld worden ze getest. Hierbij hebben de responsgroepen een grote mate van inbreng. Tevens worden deelnemers van zowel ROC Midden Brabant, het VMBO Midden Brabant College, NCvB, en de deelnemende bedrijven bij de testfase betrokken. Op basis van de uitkomsten van deze testfase wordt vervolgens doorontwikkeld of wordt begonnen met de implementatie van het instrument Tijdplanning: Gedurende twee jaar Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Testrapportage met testresultaten
Activiteit 7: Start uitrol mbo-vmbo Omschrijving: Om de aansluiting tussen vmbo en mbo in een zo vroeg mogelijk stadium te waarborgen wordt het vmbo vanaf de start van het project betrokken. In deze fase vindt de complete uitrol en kennisoverdracht richting vmbo plaats. Tijdplanning: Gedurende twee jaar met nadruk op de laatste periode Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Goede aansluiting tussen vmbo en mbo
29
Activiteit 8: Plenaire bijeenkomsten + tussentijdse interacties d.m.v. werkgroepen en responsgroepen Omschrijving: Naast de werkgroepen die regelmatig bijeen komen, worden tevens een tweetal plenaire bijeenkomsten georganiseerd. Deze bijeenkomsten worden voorzien van bijdragen (presentaties) van de werkgroepen en er worden waar mogelijk tussen- en eindproducten gepresenteerd. Deze bijeenkomsten vormen tevens een belangrijk middel om verspreiding van de projectresultaten te bewerkstelligen. Tijdplanning: Ieder jaar Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een tweetal georganiseerde en met goed resultaat afgeronde plenaire bijeenkomsten.
Activiteit 9: Uitvoeren promotie en verspreidingsplan tussenstand project Omschrijving: Gedurende het gehele project worden promotieactiviteiten ondernomen. Tussentijds worden onder meer middels de plenaire bijeenkomsten de tussenproducten gepresenteerd aan alle partners en overige geïnteresseerden. Tijdplanning: 10 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Uitvoering promotieactiviteiten door alle leden samenwerkingsverband.
Activiteit 10: Tussentijdse evaluaties Omschrijving: Aan het einde van de ontwikkelingsfase zal een tussenevaluatie plaatsvinden. Op basis hiervan kan inzicht worden verkregen in de bereikte resultaten en de uiteindelijke effecten. Een belangrijke input wordt hierbij van de deelnemer verwacht. Tijdplanning: 2 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Uitgevoerde tussenevaluatie
Activiteit 11: Projectmanagement, rapportage hpbo en monitoring voortgang Omschrijving: Het projectmanagement zorgt in gezamenlijkheid met de projectadviseur voor de monitoring van de voortgang van het project. Daar waar nodig wordt deelgenomen aan de stuurgroep en vindt overleg plaats met de overleggroep Projectmanagement. Tevens wordt een tussenrapportage opgesteld ten behoeve van het Platform Beroepsonderwijs en wordt door een onafhankelijke commissie een monitoring gehouden. Tijdplanning: 6 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een projectinrichting conform de eisen van de subsidieverstrekker, een rapportage t.b.v. het Platform Beroepsonderwijs en een met succes afgeronde monitoring van het project.
30
Fase evaluatie & continuering Deze fase staat in het teken van uitvoering van het promotieplan, eindevaluatie, een onderzoek en planvorming omtrent verbreding en verdieping van het project en worden de implementatieactiviteiten in gang gezet. Het projectmanagement zal het project op een correcte wijze rapporteren en afrekenen. Tot slot van het project zal een grote eindbijeenkomst worden georganiseerd voor de projectmedewerkers en alle relevante actoren in het netwerk van de partners. De ontwikkelde instrumenten zullen gepresenteerd worden. In onderstaande tabellen worden de activiteiten nader geconcretiseerd. Activiteit 1: Projectmanagement, monitoring en eindrapportage Omschrijving: Het projectmanagement zorgt in gezamenlijkheid met de projectadviseur voor de monitoring van de voortgang van het project in deze eindfase. Vervolgens wordt het project op correcte wijze gerapporteerd en afgerekend richting de subsidieverstrekker. Tijdplanning: 8 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een correct afgerekende rapportage t.b.v. de subsidieverstrekker.
Activiteit 2: Uitvoeren promotieplan eind project Omschrijving: Gedurende het gehele project worden promotieactiviteiten ondernomen. Aan het eind van het project worden onder meer middels de eindbijeenkomst alle ontwikkelde instrumenten gepresenteerd aan alle partners en overige geïnteresseerden. Tevens zal hiertoe een nieuwsbrief worden ontwikkeld die ruim verspreid gaat worden. Tijdplanning: 8 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een uitgevoerd promotieplan waarbij de doelstellingen t.a.v. de promotie zijn behaald, die in het basis promotieplan zijn opgesteld.
Activiteit 3: Implementatie producten binnen het samenwerkingsverband Omschrijving: Nadat de instrumenten grondig zijn getest en doorontwikkeld, worden ze stapsgewijs ingezet binnen ROC Midden Brabant. Met stapsgewijs wordt in dit geval bedoeld dat het niet direct in de volle breedte wordt geïmplementeerd, maar dat op basis van een proefimplementatie verder ontwikkeling van de instrumenten plaatsvindt, alvorens het definitief te implementeren. Na de definitieve implementatie binnen ROC Midden Brabant, wordt ook de implementatie bij andere ROC’s binnen het samenwerkingsverband in gang gezet. Getracht wordt binnen de looptijd van het project, de implementatie van de instrumenten te voltooien bij de aangesloten ROC’s. De gehele implementatie binnen het samenwerkingsverband vormt de basis voor de uitrol naar het vmbo. Tijdplanning: 8 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een binnen het samenwerkingsverband geïmplementeerd ‘Opleidingshuis Totaalarrangement’.
31
Activiteit 4: Uitrol mbo – vmbo Omschrijving: Het Opleidingshuis Totaalarrangement is er tevens op gericht het concept uit te breiden richting het vmbo. In deze fase wordt ervoor zorg gedragen dat dat goed gebeurd. Tijdplanning: 8 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een geïmplementeerd ‘Opleidingshuis Totaalarrangement’ binnen het vmbo (VMBO Midden Brabant College).
Activiteit 5: Eindbijeenkomst + eindevaluatie Omschrijving: Aan het eind van het project zal een grote eindbijeenkomst worden georganiseerd voor de projectmedewerkers en alle relevante actoren in het netwerk van de partners. De behaalde resultaten van het project zullen gepresenteerd worden. Tevens wordt het project geëvalueerd. Tijdplanning: 8 maanden Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een eindbijeenkomst met presentatie van de resultaten van het ‘Opleidingshuis Totaalarrangement’.
Activiteit 6: Accountantscontrole einde project Omschrijving: Bij de financiële eindrapportage zal een accountantsverklaring gevoegd worden. Conform de regelgeving zal deze verklaring een oordeel geven over de getrouwheid van de financiële eindrapportage. Hiertoe zal gebruik gemaakt worden van de in bijlage 6 van de handleiding opgenomen standaardtekst. Tijdplanning: 1 maand Beoogde resultaten in prestatie-indicatoren: Een goedkeurende accountantsverklaring
32
3. Beschrijf de projectorganisatie Beschrijf de projectorganisatie Inleiding Het operationaliseren van de projectorganisatie zal in de eerste fase (definitiefase) van het project plaats vinden. Bij de opzet van de projectorganisatie wordt rekening gehouden met de rolverdeling van ontwikkelaar / responsgroep, de specifieke kennis en expertise van de projectmedewerker en de functie binnen de organisatie. Gezien de onderlinge samenhang tussen de werkzaamheden van de werkgroepen en responsgroep worden er gedurende de looptijd van het project 4 plenaire bijeenkomsten georganiseerd. Onder professionele begeleiding van een projectadviseur wordt de voortgang inzichtelijk gemaakt en kan er interactie plaatsvinden over de inhouden van tussen- en eindproducten. De kracht van de samenwerking tussen de verschillende partners ligt in het feit dat een klein aantal zullen ontwikkelen (ROC Midden Brabant, VMBO VMBO Midden Brabant College en de bedrijven) en dat de ROCs in het land vooral zullen valideren waardoor de ontwikkelde producten ook een landelijke dekking krijgen. Projectorganisatie Aanvrager: ROC Midden Brabant is aanvrager van dit project. Zoals reeds eerder onder punt 5 ‘Betrokkenheid management en docenten’ is toegelicht, zal ROC Midden Brabant een grote inhoudelijke bijdrage leveren in het project door management, docenten, instructeurs en accountmanagers beschikbaar te stellen. ROC Midden Brabant zal bij het vormen van de projectorganisatie gebruik maken van de ervaring en de expertise van het NCvB en de eerdere projecten. In dit project is het projectleiderschap in handen van ROC Midden Brabant, Bedrijfsgroepen. Deze keuze is gemaakt op basis van ervaring en verantwoordelijkheden, gelet op het feit dat de projectleider inmiddels meerdere projecten heeft geleid en met succes heeft afgerond. Deze persoon is de coördinator van het project en heeft daarbij een ‘helikopterfunctie’. Bovendien neemt deze persoon deel in de stuurgroep en is indien gevraagd, voorzitter van de werkgroepen, zodat de informatie optimaal gebruikt wordt en er geen ruis op de lijnen zal ontstaan. Eveneens wordt hiermee gerealiseerd dat medewerker, middenkader en management gezamenlijk en in samenwerking bijdragen aan de onderwijsinnovatie. Stuurgroep: De stuurgroep komt één keer per kwartaal bij elkaar om de voortgang te monitoren. De voorzitter van de stuurgroep is de afdelingsdirecteur van het NCvB. In de stuurgroep heeft een lid van het CvB van ROC Midden Brabant zitting. De stuurgroep is verantwoordelijk voor de overview. Dat wil zeggen dat zij verantwoordelijk is voor het operationaliseren en in stand houden van de projectorganisatie, eindverantwoording draagt voor de projectadministratie en eindverantwoordelijk is voor het realiseren van de projectdoelstellingen. De stuurgroep is het besluitvormingsorgaan van het project.
33
Projectmanagement: In deze overleggroep worden projectleiders aangewezen vanuit de diverse partners: ROC Midden Brabant, VMBO Midden Brabant College, NCvB, vertegenwoordiger bedrijven. In deze setting wordt voornamelijk gekeken naar de randvoorwaardelijke eisen die een subsidieproject met zich meebrengt. Er zal binnen ROC Midden Brabant een projectadministratie ingericht worden. Voor het project zal in de administratie een aparte code aangemaakt worden waarbinnen een financiële administratie zal worden ingericht. Deze projectadministratie zal zodanig worden ingericht dat deze voldoende waarborgen biedt voor een correcte en adequate tussenrapportage en einddeclaratie, waarbij een volledige en blijvende aansluiting is te maken tussen de administratie en de rapportages. Deze zal voldoende waarborgen bieden voor een goede en tijdige accountantscontrole. Werkgroepen: Binnen alle drie de hieronder te bespreken werkgroepen, staat competentiegericht onderwijs centraal. Tevens wordt binnen alle werkgroepen aandacht besteed aan verspreiding, implementatie en evaluatie. Hiertoe zal een prominente rol zijn weggelegd voor de projectleider, die door als voorzitter op te treden van de drie werkgroepen, zorg kan dragen voor optimale benutting van de aanwezige kennis en expertise en verspreiding van de informatie. Alle werkgroepen komen eens in de maand bijeen en vergaderen aan de hand van een vast vergaderschema, die in de definitiefase wordt vastgesteld. Elke werkgroep zal bestaan uit docenten/ begeleiders van zowel de participerende scholingsinstellingen als vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven. Werkgroep 1: Uitrol mbo-vmbo Vanuit de overall-doelstelling van het project dient er een uitrol plaats te vinden van het ‘digitaal, competentiegericht opleidingshuis totaalarrangement’, vanuit het MBO naar het VMBO en van regionaal naar landelijk. Deze werkgroep krijgt de opdracht deze doelstelling te verwezenlijken. Een belangrijke eerste actie zal zijn een inventarisatieronde binnen het samenwerkingsverband omtrent vergelijkbare initiatieven. Een eerste product hiertoe is een ‘plandocument uitrol mbo – vmbo’. Hierin wordt een plan van aanpak beschreven, met daarin de doelstelling(en) en de te bereiken resultaten. Werkgroep 2: NCvB-web + NCvB-edu Deze werkgroep is verantwoordelijk voor het opleveren van een aangepast NCvB-web inclusief e-coaching. Tevens wordt binnen deze werkgroep een nieuw NCvB-edu ontwikkeld, bestaande uit: 1. Een content management systeem voor de leermiddelen; 2. E-learning 3. Een Competentiegericht digitaal portfolio per deelnemer; Een belangrijk aandachtspunt hierbij is dat er tevens aandacht wordt besteed aan het aspect ict. Werkgroep 3: Ontwikkeling Deskundigheidsbevordering
34
Deze werkgroep is verantwoordelijk voor het opleveren van de volgende producten: 4. Een aangepast praktijkinstructie voor de praktijkopleider (competentiescan); 5. Een vernieuwde deskundigheidstraining voor de instructeurs. 6. Een instrument voor doorlopende leerlijnen door middel van competentiegerichte toetsing & examinering 7. Responsgroep Binnen de projectorganisatie worden de volgende responsgroepen ingericht: 1. Projectleiders + Klankbordgroep NCvB 2. Vertegenwoordigers bedrijven 3. Stuurgroep NCvB. Elke responsgroep denkt in de eerste fase van het project mee bij het definiëren en vastleggen van de projectresultaten. Vervolgens worden bij elke mijlpaal tussen- en/of eindproducten getest en geëvalueerd conform een vastomlijnd protocol. Daarnaast worden zij schriftelijk op de hoogte gehouden door middel van agenda’s en verslagen van de stuurgroep en werkgroepen. Tevens leveren ze een actieve bijdrage aan de verspreiding en implementatie van de projectresultaten. Plenaire bijeenkomsten: Naast de stuurgroep- en werkgroepbijeenkomsten worden een aantal zaken plenair behandeld, waaronder:
Een startbijeenkomst (kick-off), waarbij alle betrokken medewerkers van het project worden geïnformeerd over de doelstellingen en uitgangspunten van het project. Tevens zal Het Platform Beroepsonderwijs worden uitgenodigd om deze bijeenkomst bij te wonen. Daarnaast zullen de activiteiten en de planning van het project worden toegelicht.
Gedurende de projectperiode worden 3 plenaire bijeenkomsten, inclusief een eindbijeenkomst, georganiseerd waarbij naast alle samenwerkingpartners, ook overige geïnteresseerden worden uitgenodigd. Deze bijeenkomsten worden voorzien van bijdragen (presentaties) van de werkgroepen en er worden waar mogelijk tussen- en eindproducten gepresenteerd. Deze bijeenkomsten vormen tevens een belangrijk middel om verspreiding van de projectresultaten te bewerkstelligen.
Functiescheiding: De basis voor de inrichting van de projectorganisatie is het feit dat sprake dient te zijn van functiescheiding die binnen ‘Het Opleidingshuis Totaal Arrangement’ op drie niveaus gewaarborgd: - Bestuurlijk, middels de stuurgroep - Coördinerend, middels de overleggroep ‘Projectmanagement’ - Uitvoerend, middels de diverse (ontwikkel)werkgroepen In de stuurgroep zijn managementleden vertegenwoordigd en uit hoofde van deze functie de uiteindelijke beslissingen nemen en de uitvoerenden van het project kunnen aanspreken en bijsturen. De stuurgroep heeft als zodanig ook als orgaan de laatste controle op alle rapportages.
35
De overleggroep projectmanagement is vertegenwoordigd door de projectleider, die verantwoording aflegt in de stuurgroep. De projectleider is uit hoofde van deze functie verantwoordelijk voor de werkzaamheden die worden uitgevoerd in de diverse werkgroepen en verantwoordelijk voor het financieel-technische beheer en legt hierover verantwoording af aan de stuurgroep; de zogeheten linking-pin. De daadwerkelijke inhoudelijke uitvoering van het project vindt binnen de werkgroepen plaats. Hierin nemen de direct inhoudelijk betrokkenen (docenten/ begeleiders) vanuit de diverse partners zitting, die uit hoofde van deze functie verantwoording dienen af te leggen binnen het bestuur van de eigen organisatie.
36
4. Maak een organigram om de projectorganisatie in beeld te brengen Organigram Stuurgroep projecten Afdelingsdirecteur Bedrijfsgroepen Dagelijks Bestuur NCvB Teamleider R&D
Projectmanagem ent Projectleider ROC MB /BG Voorzitter werkgroep 1 Voorzitter werkgroep 2 Voorzitter werkgroep 3 Atlas Advies
WG 1 : Uitrol Voorzitter:
WG: 2 NCvB Web + NCvB edu
sollicitatieprocedure
ROC Midden Brabant VMBO Midden Brabant College ROC Eindhoven Nova College ROC Rijn Ijssel College
Voorzitter:
Noorderpoort College HRG Jumbo Men at Work
WG: 3 Instrumenten
sollicitatieprocedure
ROC Midden Brabant VMBO Midden Brabant College Nova College Rijn Ijssel College ROC Eindhoven
Voorzitter:
sollicitatieprocedure
ROC Midden Brabant VMBO Midden Brabant College ROC Eindhoven Nova College Rijn Ijssel College Noorderpoort College
Noorderpoort College Jumbo Men at Work HRG
HRG Jumbo Men at Work
Responsgroepen Projectleiders + docenten / BPV’ers NCvB : ROC Midden Brabant Nova College Rijn IJ ssel College ROC Eindhoven Noorderpoort College
Vertegenwoordigers bedrijven:
Stuurgroep NCvB:
VMBO:
HRG Jumbo Men at Work
ROC Midden Brabant ROC Eindhoven Nova College R ijn I Jssel College Noorderpoort College
VMBO Midden Brabant College
NCvB Klankbordgroep Onderwijs & Projecten: ROC Midden Brabant ROC Eindhoven Nova College Rijn IJssel College Noorderpoort College
Het project is bedoeld om een oplossing te creëren voor de 4 genoemde problemen. Binnen het project staat de deelnemer centraal, de leerloopbaan en een leven lang leren. De oplossing zal gecreëerd worden volgens het concept Opleidingshuis, binnen een competentiegerichte omgeving, en met specifiek hiervoor ontwikkelde instrumenten. Deze gedachtegang betekent concreet dat er specifiek in de bovengenoemde werkgroepen gewerkt zal worden aan de oplossingen voor deze probelemen. Deze gedachtegang betekent ook dat de drie partnergroepen (ROC, VMBO, Bedrijven) bij alle werkgroepen actief zullen zijn.
37
5. Beschrijf planmatig de wijze waarop de verspreiding en implementatie van projectresultaten worden gerealiseerd Het verspreiden en implementeren van projectresultaten zijn geen activiteiten die voor subsidiering vanuit de subsidieregeling Innovatiearrangementen 2005 in aanmerking komen. Tegelijkertijd is in het kader van de regeling van belang dat perspectief op implementatie bestaat. Beschrijf de implementatieactiviteiten, planning en betrokkenheid van de partners van het samenwerkingsverband. Geef aan welke afspraken zijn gemaakt, hoe de financiering is geregeld en hoe de projectresultaten publiek beschikbaar komen. Beschrijf planmatig de wijze waarop de verspreiding en implementatie van projectresultaten wordt gerealiseerd Verspreiding De partijen binnen het samenwerkingverband hebben ruime ervaring met het verspreiden en implementeren van projectresultaten. De binnen het project samenwerkende ROC’s hebben gezamenlijk een landelijke dekking, waarbij zij de projectresultaten in de eigen regio zullen gaan toepassen. Hieronder wordt allereerst aangegeven welke distributiekanalen aangewend zullen worden om de kennis en producten te verspreiden. Een meer geconcretiseerd overzicht van acties en een bijbehorend tijdspad, het zogeheten promotieplan, wordt in de definitiefase van het project opgesteld. Distributiekanaal Doelgroep
Wijze van distributie
NCvB
Deelnemers, Bedrijven, ROC’s, VMBO’s
Regionale Overlegorganen Bedrijfsleven en Onderwijs (ROBO's), Internetsites, nieuwsbrieven, informatiedagen, relatienetwerk bedrijven door gerichte mailing, alle directe relaties van de NCvB-leden.
Kennisnet
Bve- sector, VMBO’s
Internetsite, projectendatabank
Platform Beroepsonderwijs
BVE- sector, VMBO’s
Wellicht dat er via Het Platform Beroepsonderwijs kanalen worden aangeboden waarbinnen dit project ‘Het Opleidingshuis Totaal Arrangement’ bekend gemaakt kan worden. Hiervan zal zeker gebruik worden gemaakt.
Bedrijven
Medewerkers Bedrijven
Er wordt verslag gemaakt van de voortgang van het project. Dit wordt gepubliceerd in de interne en externe nieuwsbrieven van de deelnemende bedrijven.
Belangrijk voor de verspreiding zijn de centrale bijeenkomsten (een startbijeenkomst en een drietal tussenbijeenkomsten). Voor deze bijeenkomsten zullen relevante sprekers worden uitgenodigd en zullen middels workshops en stands de tussen- en eindproducten worden gepresenteerd. In de bijeenkomst waarin de eindproducten worden gepresenteerd zal ook aangegeven worden op welke wijze geïnteresseerden gebruik kunnen maken van de ontwikkelde producten. Onderwijsinstellingen, het bedrijfsleven en overige geïnteresseerden worden uitgenodigd voor deze bijeenkomsten. Uit ervaring is gebleken dat dit soort
38
bijeenkomsten zeer succesvol zijn. Implementatie binnen het samenwerkingsverband Het consortium wordt ingezet om de projectresultaten te testen. Dit gebeurt gedurende het gehele traject, dus ook tijdens de ontwikkeling van de instrumenten. Op die manier worden de instrumenten continu getest en kan direct tijdens de ontwikkeling worden bijgesteld. Nadat de instrumenten grondig zijn getest, wordt het stapsgewijs ingezet binnen ROC Midden Brabant. In eerste instantie zal het gaan om de opleidingen die passen binnen de beroepspraktijk van de deelnemende bedrijven. Met stapsgewijs wordt in dit geval bedoeld dat het niet direct in de volle breedte wordt geïmplementeerd, maar dat op basis van een proefimplementatie, de instrumenten verder worden ontwikkeld alvorens het definitief te implementeren. Na de definitieve implementatie wordt ook de implementatie bij andere ROC’s in gang gezet, zodat binnen de looptijd van het project de implementatie voltooid wordt bij de aangesloten ROC’s. Een belangrijke implementatieactiviteit is de implementatie binnen het vmbo. Implementatie buiten het samenwerkingsverband Nadat de projectresultaten geïmplementeerd zijn binnen het consortium en daar uitvoerig geëvalueerd zijn door zowel deelnemers, docenten als afnemend beroepsonderwijs, kunnen ook niet-consortiumleden gebruik gaan maken van hetgeen ontwikkeld is. Gezien de steeds groter wordende trend van een totaalarrangement en samenwerking tussen mbo-vmbo, wordt verwacht dat ook niet-consortiumleden geïnteresseerd zullen zijn in de projectresultaten. De daadwerkelijke implementatie van het ontwikkelde leermiddel bij nietpartners valt niet binnen de projectperiode. Om in contact te komen met mogelijke afnemers van de ontwikkelde producten, zullen onder andere de bijeenkomsten gebruikt worden. Daar kunnen demonstraties worden gegeven van de ontwikkelde producten. Ook andere kanalen voor verspreiding worden ingezet. Zo wordt overwogen om alle ROC’s in den landen, via een mailing op de hoogte te stellen van hetgeen ontwikkeld is. De bekostiging inzake de verspreidings- en implementatieactiviteiten geschied door het NCvB.
39
6. Beschrijf de wijze van evaluatie van project Evaluatiemethode Inleiding De partners binnen dit samenwerkingsverband vinden het van belang, mede op basis van ervaring met eerdere projecten en de structurele samenwerking binnen het NCvB, dat evaluatie geen ad hoc proces is. Het dient een gestructureerd proces te zijn voor het beoordelen en begrijpen van het verband tussen de voorgenomen en daadwerkelijk uitgevoerde activiteiten. Tevens dienen zowel de sterke als zwakke punten van het samenwerkingsverband te worden vastgesteld. Ook is de evaluatie van belang voor overige geïnteresseerden die wellicht van de ervaringen binnen de uitvoering van dit project kunnen leren. Aantal evaluatie momenten Teneinde het project structureel te kunnen evalueren, zal in eerste instantie een ‘evaluatieformat’ worden ontwikkeld. Hierbij wordt input gevraagd van het gehele samenwerkingsverband. Het format wordt door de overleggroep ‘projectmanagement’ opgesteld en vervolgens in de stuurgroep vastgesteld. De projectleider van ROC Midden Brabant zal m.b.t. de evaluatie een ‘helikopterfunctie’ vervullen en het onderwerp evaluatie expliciet agenderen, zowel binnen de overleggroep ‘projectmanagement’ als binnen de werkgroepen. Tevens wordt hieromtrent gerapporteerd aan de stuurgroep. De evaluatie betreft een zelfevaluatie door de aanvrager ROC Midden Brabant. Echter, indien noodzakelijk en/ of gewenst wordt de kennis en expertise van de afdeling R&D van Bedrijfsgroepen ingeschakeld. Gedurende de projectperiode zal op drie momenten stil worden gestaan bij de daadwerkelijke evaluatie van het project. Aan het begin van het project zal stil worden gestaan bij de huidige situatie en de gewenste projectresultaten. Dit zal geschieden in de ontwerpfase. In de ontwikkelingsfase zal wederom een tussentijdse evaluatie worden gehouden. Met de uitkomsten van de tussentijdse evaluatie kan indien gewenst het verdere verloop van het project worden bijgesteld c.q. aangepast of kunnen bakens worden verzet. Aan het einde van de projectlooptijd zal een eindevaluatie worden gehouden om na te gaan of de voorgenomen doelstellingen en resultaten zijn gehaald. De evaluatie zet in op het verzamelen en genereren van zowel kwantitatieve als kwalitatieve informatie. Betrekken van partners bij de evaluatie Uiteraard worden alle partners binnen het samenwerkingsverband betrokken bij de evaluatie. Evalueren wordt namelijk gedaan vanuit een opzet die voor het project zelf de meeste waarde biedt. Belangrijk is o.a. te weten of de voorgenomen samenwerking tussen de partners leidt tot de gewenste resultaten. De externe en interne effecten van de evaluatie kunnen worden vergroot door het proces gedeeltelijk interactief te maken. De bevindingen worden al tussentijds voor betrokkenen toegankelijk gemaakt. Projectpartners kunnen deze bevindingen gebruiken bij de verdere uitvoering van het project. Twee projectpartners zullen de evaluatie uitvoeren. De projectmedewerkers van de overige partners zullen nadrukkelijk bij de evaluatie worden betrokken, middels het afnemen van interviews, het houden van
40
groepsdiscussies e.d. Deze uitkomsten zullen gerapporteerd worden aan de stuurgroep, waaraan alle partners deelnemen. De evaluatie richt zich naast de projectresultaten ook op de wijze waarop deze tot stand is gekomen. Betrekken van projectdeelnemers bij de evaluatie Ook de projectdeelnemers zullen gevraagd worden naar hun ervaringen met het project, de deelname aan het testen en de ontwikkelde instrumenten. Aangezien de deelnemers beschikken over zéér diverse achtergronden is belangrijk om helder te krijgen of de ontwikkelde instrumenten aansluiten bij de belevingswereld van de deelnemers. Onderzoeksvormen Bij de uitvoering van de evaluatie zal gebruik worden gemaakt van de volgende onderzoeksvormen, te weten: • Persoonlijke interviews (binnen de werkgroepen, met de deelnemers, bij bedrijven) • Enquêtes (deelnemers en bedrijven) • Analyse projectrapportages, stuurgroepverslagen, werkgroepverslagen, etc. Van de nulmeting, tussenmeting en de eindmeting wordt een evaluatierapport gemaakt, dat zal worden gepresenteerd op de eindbijeenkomst van het project. Het evaluatierapport zal ook worden geplaatst op de projectenwebsite, zodat ook andere geïnteresseerden hiervan kennis kunnen nemen. Evaluatievragen Tijdens het project wordt het evaluatie-onderzoek opgezet. Per onderwerp worden de onderzoeksvragen en de methodiek onderzocht. Bij elke tussentijdse evaluatie wordt uiteraard gekeken of benoemde onderwerpen en onderzoeksvragen nog toereikend zijn en wellicht aanpassing behoeven. Een belangrijk resultaat van de evaluatie zal zijn inzicht in het feit of daadwerkelijk een oplossing is gevonden voor de bestaande problemen.
41
C. Samenvatting 10. Geef een samenvatting van uw project in maximaal 1 A4 Het NCvB is een structureel samenwerkingsverband tussen vijf ROC’s in heel Nederland, waarbij voortdurend structurele contacten worden onderhouden met bedrijven door heel Nederland. Inmiddels worden bij zo’n honderd bedrijven met meer dan 5000 cursisten, landelijke erkende beroepsopleidingen verzorgd middels het zogeheten ‘Opleidingshuis’. Het samenwerkingsverband NCvB werkt samen met een aantal VMBO scholen en bedrijven in het project ‘Het Opleidingshuis Totaalarrangement’. Doelstelling Vanuit de achtergrond van de deelnemer is de overalldoelstelling van het project als volgt gedefinieerd: Vanuit het structurele samenwerkingsverband een geïntegreerd ‘digitaal, competentiegericht opleidingshuis totaalarrangement’ ontwikkelen waarin de (loopbaan van) de deelnemer centraal staat. Daarnaast zijn subdoelstellingen ten aanzien van het samenwerkingsverband, de bedrijven, het Opleidingshuis, de deelnemer, de uitrol naar het VMBO-MBO en verspreiding en implementatie geformuleerd. Activiteiten Het project is verdeeld in een aantal fasen, namelijk de definitiefase, de ontwerpfase, de ontwikkelfase en de fase evaluatie en continuering. Binnen deze fasen worden vervolgens meerdere activiteiten uitgevoerd. De definitiefase betreft de opstartfase van het project, waaronder een kick-off bijeenkomst. De ontwerpfase bestaat uit het opstellen van plandocumenten, waaronder het opstellen van een plandocument uitrol MBO-VMBO. De ontwikkelfase bestaat uit het ontwikkelen van instrumenten, waaronder het ontwikkelen en doorontwikkelen van e-learning en e-coaching. De fase evaluatie en continuering betreft de implementatie en uitrol, waaronder de uitrol van het concept naar heb VMBO. Beoogde resultaten Het uiteindelijke resultaat aan het eind van de projectperiode (drie jaar) kan als volgt worden samengevat: Een effectieve en efficiënte leerloopbaan voor deelnemers. Er ontstaat een optimale aansluiting bestaat tussen VMBO, MBO en bedrijfsleven, teneinde een effectief en efficiënt opleidingstraject te realiseren voor de deelnemer waarin de ‘obstakels’ tussen de partijen zijn verdwenen. Om een competentiegericht Opleidingshuis te verwezenlijken, zullen binnen het project een aantal instrumenten worden opgeleverd die in dienst staan van de bovenstaande doelstelling. De ontwikkelingen van de instrumenten is dus geen doel op zich maar een middel om het doel te bereiken. Kern innovatie De kern van de innovatie is het uitbouwen van een bestaand innovatief opleidingsconcept binnen het MBO en het VMBO. De belangrijkste doorbraak vormt in de levensloopbaan van de deelnemer die vanaf het vmbo, via het mbo wordt klaargestoomd voor het bedrijfsleven. Daarbij kan de deelnemer in het opleidingshuis een leven lang leren!
42