www.unav.es/preventiva www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
DNI PROJECT NUTRITIONELE DETERMINANTEN VAN INFERTILITEIT
Index 1. 2. 3. 4. 5.
Auteurs: Lopez del Burgo C., De Irala J. Lopez de Fez CM., Lopez G., Poveda C, Navarro I. Affiliatie: Preventive Medicine and Public Health, University of Navarra (Spain) Gynecology and Obstetrics, Clínica Universitaria, University of Navarra (Spain) Gynecology and Obstetrics, Virgen del Camino Hospital (Spain) Chemistry Department, University of Navarra (Spain)
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
Dank: Dit onderzoek werd gesteund door een beurs van het Spaans Gezondheidsministrie (PI050514)
Antwerp, Saturday September 6th 2008
Contact:
[email protected] [email protected]
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
1. Introductie
Index 1. 2. 3. 4. 5.
Fertiliteitsproblemen: 8-12% koppels wereldwijd ¾ 20% ongekende oorzaak
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
Nutritionele determinanten van infertiliteit:
¾ ¾ ¾ ¾ ¾
Dieetproducten (laag vetgehalte)* Lactose, calcium Koolhydraten, suikergehalte* Vetzuren(trans-onverzadigde)* Dierlijke eiwitten*
Moet door andere studies worden bevestigd:
“DNI PROJECT” Contact:
[email protected] [email protected]
*Ovulatoire storingen (insulinesensitiviteit, Insuline-verwante groeifactor)
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
www.unav.es/preventiva www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
Index 1. 2. 3. 4. 5.
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
2.
Doelstellingen
De kenmerken van vrouwen met
”idiopathische infertiliteit” nagaan
De verbanden tussen mogelijke
nutritionele risikofactoren nagaan, met inbegrip van verschillende dieetwijzen en infertiliteit
Contact:
[email protected] [email protected]
Lopez del Burgo: DNI
1
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
www.unav.es/preventiva www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
3.
Index 1. 2. 3. 4. 5.
Methode
Gegevens van de SUN Study*:
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
¾ Multidoelen prospectieve en dynamische
cohortstudie (1999-doorlopend)
¾ 20,000 Universitair afgestudeerden uit Spanje (mei
2008) ¾ Tweejaarlijkse bevragingen (C0, C2, C4…) » » » » »
Sociodemographische variabelen Anthropometrische metingen Lifestylefactoren (token, lichamelijke activiteit…) Dieet Clinische variabelen
Contact:
[email protected] [email protected]
* www.unav.es/departamento/preventiva/sun
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
3.
Methode
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
Index
DNI Project:
1. 2. 3. 4. 5.
¾ 2005-2008 (beurs van het Spaans Gezondheidsministerie) ¾ SUN Studie tweejaarlijkse bevragingen(C2, C4, C6…): »
Hebt u een arts geraadpleegd voor problemen om zwanger te worden?
JA
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
¾ Specifieke vragenlijst over infertiliteit (“IQ”)
Elke oorzaak van infertiliteit
Idiopathische infertiliteit
Contact:
[email protected] [email protected]
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
4. Resultaten Omwille van de timing van het DNI
Project, startten we de analyse van de geevens in augustus 2008
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
4.
Resultaten 12058 vrouwen in SUN studie
405 Infertiliteitsvragenlijsten (IQ) verstuurd
Het volgende zijn de resultaten van de
preliminaire analyses
321 IQ ontvangen
3.35% van vrouwen in de SUN studie hebben een arts geraadpleegd wegens moeilijkheden om zwanger te worden
3 uitgesloten 318 IQ analyseren (78.5%) Data from July 2008
91% kennen oorzaak van infertiliteit 9% “idiopathische infertiliteit”
Lopez del Burgo: DNI
2
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
4. Resultaten
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
4. Resultaten
Vrouwen die de Infertiliteitsvragenlijsten beantwoordden (n=318):
Karakteristieken van vrouwen met “idiopathische infertiliteit” (n=28): IDIOPATHISCH INFERTILITE VROUWEN
¾ De meest voorkomende gynaecologische oorzaken waren:
polycystisch ovarium, uterien myoom, hormonale problemen, endometriose en tubale problemen. ¾ Hormonale tests, echografie en hysterosalpingogram
werden bij de meeste vrouwen gedaan.
These are preliminary results from the DNI Project. Final results will be available by the beginning of 2009 (contact:
[email protected])
¾ ¾ ¾ ¾ ¾
Leeftijd, jaar …………………………. 2 BMI, kg/m ……………………………. Lichamelijke activiteit, MET u/week.. Totale energie-opname, kcal/dag ……. Rookgewoonte: Nooit …………………………..... Nu ………………………………. Vroeger …………………………. ¾ Alcoholverbruik: Geen …………………………….. Lichte drinker (0,1 - <5g/dag)…. Gematigde drinker (5 – 30g/dag) Zware drinker (>30g/dag)………
1. 2. 3. 4. 5.
34.7 ± 2.74 21.7 ± 2.73 17.2 ± 13.3 2310.1 ± 928.5
34.2 21.9 24.35 2763.5
57.1% 39.3% 3.6%
49.15% 26.6% 24.25%
14.8% 70.4% 14.8% 0%
27.1% 47.65% 22.7% 2.6%
Dit zijn voorlopige resultaten van het DNI-Project. Eindresultaten zullen begin 2009 beschikbaar zijn (contact:
[email protected])
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
Index
SUN STUDIE VROUWEN
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
5. Besluiten
Introductie Doelstellingen Methode Resultaten Besluiten
Er is een laag percentage idiopathische
infertiliteit in de Spaanse SUN studiepopulatie De meeste opgevolgede vrouwen hebben
gekende oorzaken van infertiliteit Vroouwen met “idiopathische infertiliteit”
hebben geen toxische gewoonten
Contact:
[email protected] [email protected]
www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad www.unav.es/preventiva
5. Besluiten
www.unav.es/preventiva www.unav.es/preventiva/sexualidad_fertilidad
DANK U VOOR UW AANDACHT!
Analyses worden gedaan of af te leiden
of specifieke dieetfactoren verband houden met infertiliteit. Eindresultaten zullen begin 2009 beschikbaar zijn.
DNI PROJECT (NUTRITIONELE DETERMINANTEN VAN INFERTILITEIT) Contact: Dr. Cristina Lopez del Burgo:
[email protected] Dr. Jokin de Irala:
[email protected]
Contact:
[email protected] [email protected] Antwerp, Saturday September 6th 2008
Lopez del Burgo: DNI
3
Richard J. Fehring, PhD, RN Marquette University Mary Schneider, MSN, RN Marquette University Mary Lee Barron, PhD, RN Saint Louis University
Europees Congres over Fertility Awareness-based methoden Antwerpen, België 6 September 2008
De doeltreffendheid van twee Fertility Awareness-based Methoden vergelijken (FAM): - alleen cervixslijm-observatiemethode (CSM) - een methode met behulp van een electronische hormonale fertiliteitsmonitor (EHFM) om zwangerschap te vermijden (CSM+EHFM).
De CSM-methode is gebaseerd op veranderingen in het uitwendig geobserveerde cervixslijm. Cervixslijm verandert ten gevolge van stijgende oestrogeenniveaus die veroorzaakt worden door een dominant ontwikkelend follikel-oocyte complex.
Beginnend
Piek
De EHFM meet het drempelniveau van de oestrogeenstijging die ongeveer vijf dagen vóór de eisprong plaatsvindt en het drempelniveau van de LH-stijging in de urine die ongeveer 24 uur vóór de eisprong plaatsvindt.
Eind
Fehring: Cohortvergelijking 1
Hormoonspiegels
Een Electronische Fertiliteitsmonitor die past in je hand
Cyclus van 28 dagen LH
Aan/uit-knop FSH
Scherm dat niveau van vruchtbaarheid aangeeft! Cyclusdag
Oestrogeen “M” Knop Progesteron Dag
5
10
14
22
25
Robinson, Waklin, & Ellis (2007) – vergeleken de monitor met willekeurige gemeenschap met het doel zwanger te worden Fehring, Schneider (2007) – prospectieve studie met cervixslijm plus de monitor Fehring, Schneider (2008) – retrospectieve studie met de monitor, slijm en temperatuur Er bestaan weinig studies die de doeltreffendheid vergelijken van FAM om zwangerschap te bereiken of te vermijden
Retrospectieve populatievergelijking 843 vrouwelijke deelnemers die opgeleid zijn om zwangerschap te bereiken of te vermijden met één van de twee FAM in 4 centra (Florida, Atlanta, Saint Louis, & Milwaukee) tussen 1985-2006. De koppels werden de FAM prospectief aangeleerd
Gleuf om de teststrip in te brengen zodat ze kan worden gelezen door de monitor!
De koppels die opgeleid zijn in het gebruik van de EHFM en deze gebruiken in combinatie met een FAM (EHFM + CSM) zullen minder onbedoelde zwangerschappen hebben in een periode van 12 maanden, vergeleken met koppels die een FAM met alleen slijmobservatie gebruiken.
Vrouwen 18-44 jaar – geen bekende vruchtbaarheidsproblemen en regelmatige menstruatiecyclus Niet uitgesloten wanneer ze recent (binnen 3 maanden) stopten met hormonale orale contraceptie 628 gebruikten de methoden om zwangerschap te vermijden 313 FAM met behulp van EHFM 315 alleen CSM-methode van FAM
Fehring: Cohortvergelijking 2
Beide methoden hebben gestandaardiseerde intro, follow-upsessies, en zwangerschapsevaluatie. Beide methoden worden aangeleerd door beroepsgezondheidswerkers CSM – begin vruchtbare periode = aanwezigheid van cervixslijm; eind vruchtbare periode = 3 volledige dagen na de slijmpiekdag EHFM - begin vruchtbare periode = ofwel slijm of hoge monitorscore; eind vruchtbare periode = slijmpiekdag of monitorpiekscore plus 3 volledige dagen (Dubbele Controle)
Ongeplande zwangerschapscijfers (correct gebruik en totaal) over gebruiksperiode van 12 maanden werden bepaald door survival analysis (Kaplan-Meier) met SPSS versie 15 software. De vergelijkingen van ongeplande zwangerschappen tussen de twee FAM werden gemaakt met de Fisher exact test met een significante probabiliteit gesteld op 0.05.
Totaal Ongeplande zwangerschappen = 68 EHFM = 27
CSM = 41
EHFM
Correct Gebruik Totaal Gebruik 2.0% (0.980) 12.3% (0.877)
CSM
2.8% (0.972)
22.8% (0.772)
Alle zwangerschappen werden beoordeeld door een beroepskracht samen met de deelnemer Zwangerschappen werden ingedeeld in gepland of ongepland Ongepland correct gebruik = correct en consistent gebruikt Ongepland totaal = niet altijd correct en consistent gebruikt + correct en consistent gebruikt
EHVM (N=312) Variabele Mediaan (SD) Leeftijd Vrouw 29.2 (5.7) Man 30.7 (6.3) Kinderen 1.3 (1.6) Bevolkingsgroep - Blank 86% - Spaans Am. 7% - Afrikaans Am. 2% Godsdienst Rooms kath. 86% Protestant 10%
CSM (N=315) Mediaan (SD) 27.6 (5.3) 29.4 (5.7) 0.5 (1.2)
p 0.01 0.01
91% 2% 3% 82% 12%
De Fischer Exact test toonde een significant verschil in het totaal aantal ongeplande zwangerschappen tussen de twee groepen F = 3.57 (p < 0.05). Hieruit volgt dat de hypothese wordt bevestigd dat er minder ongeplande zwangerschappen zouden zijn bij de methode met behulp van de EHFM vergeleken met de CSM-methode.
Fehring: Cohortvergelijking 3
Dubbele controle voor het begin en eind van de vruchtbare periode is effectiever dan een enkelvoudige biologische indicatormethode.
Resultaten bevestigd door een Duitse studie met cervixslijm en lichaamstemperatuur als dubbele controle. Frank-Herrmann et al., (2007)
En door vroegere RCT-vergelijking van CSM + temperatuur en alleen CSM-methode.
We besluiten dat een FAM- methode met behulp van EHFM die een dubbele controle uitvoert om het begin en het eind van de vruchtbare periode in te schatten, effectiever is voor koppels om zwangerschap te vermijden dan alleen de CSM-methode.
Nochtans bevelen we een verificatie aan van deze bevindingen door een gerandomiseerde gecontroleerde proef.
Cervixslijm kan moeilijk interpreteerbaar zijn en overschat de vruchtbare periode Andere redenen voor de verschillen (niet controleerbare invloeden): leeftijd, bevolkingsgroep, aantal kinderen, studies, inkomensniveau? Methode van dubbele controle is complexer Gebruik monitor met eenvoudige fertiliteitsformule
Fehring: Cohortvergelijking 4
Vergelijking van een aantal NFPmethoderegels gebaseerd op de FERTILI database (Antwerpen 06.09.08) Sandro Girotto*, Bruno Scarpa**, Paola Sordillo* en G.Carla Stevanella* *INER Italië Italië ** Universiteit van Padua
doelstellingen Evaluatie van NFPNFP-methodemethoderegels ter voorkoming van zwangerschap:
Symptothermaal – Roetzer Symptotermaal – CAMEN Standaard Dagen Ogino
Ogino (1928) Indien de vorige 12 cycli een variatie onder de 10 dagen hebben
inleiding De onderscheidingskenmerken van een methode om een zwangerschap te voorkomen zijn: toepasbaar, eenvoudig in gebruik, aanvaardbaar, effectief, veilig, toegankelijk voor duurzaam gebruik, niet storend in psychoseksueel gedrag, goedkoop
FERTILI database FERTILI Database (Milaan, Verona, Lugano, Dü Düsseldorf, Parijs, Londen en Brussel) (Colombo en Masarotto, 2000) 781 gebruikers van symptothermale methoden, methoden, die een zwangerschap trachtten na te streven of te vermijden Leeftijd: 18 - 40 jaar Gehuwd of in stabiele relatie Ten minste één één menstruatie na stoppen met borstvoeding / bevalling Geen hormonale medicatie of medicijnen die vruchtbaarheid beï beïnvloeden Ervaren gebruikers Geregistreerde cyclusgegevens 5426 cycli en 487 zwangerschappen ingezameld
Standaard Dagen Indien de lengte van de voorgaande 12 cycli tussen 26 en 32 dagen is
De vruchtbare periode ligt tussen de 8e en 19e dag, inbegrepen Preovulatoire regel: kortste cyclus – 19 Postovulatoire regel: langste cyclus - 9
Girotto: Vergelijking Girotto: Vergelijking
1
Variabiliteit van cycluslengten
Symptothermal Roetzer PREOVULATOIRE REGELS (onvruchtbaarheid eindigt) Aangepaste Dö Döring (1e hogere meting – 7) Kortste cyclus – 20 De eerste 6 dagen Inwendig vocht
POSTOVULATOIRE REGELS (onvruchtbaarheid begint) De avond van de 3e dag hogere BBT, over een periode van 6 (de 3e moet 0.2 C° C° hoger liggen), na de slijmpiek GEGEVEN TEN MINSTE 12 CYCLI 76%: 25-31 dagen 69%: 25-30 dagen
Symptothermaal Camen 1.
1. 2.
PREOVULATOIRE REGELS Kortste cyclus – 19, zonder slijm, met droog gevoel (gemeenschap om de andere dag) 2. Afwezigheid van fertiliteitstekens/symptomen
POSTOVULATOIRE REGELS 3 hogere BBT metingen van 0.1 C° C° boven de hulplijn, met e de 1 na de slijmpiek (gemeenschap de 4e dag ‘s morgens) 3 hogere BBT metingen van 0.1 C° C° boven de hulplijn, met de 1e na de slijmpiek (gemeenschap de 3e dag ‘s avonds) avonds) GEGEVEN 12 CYCLI
We concentreren ons op de evaluatie van een aantal specifieke maatregelen van
TOEPASBAARHEID AANVAARDBAARHEID EFFECTIVITEIT
Symptothermaal Camen 1.
Kortste cyclus – 19, met 12 cycli, zonder slijm, met droog gevoel (gemeenschap slechts om de andere dag) (preov regel) + 3 hogere metingen boven de hulplijn, met de 1e na de piek (gemeenschap op de 4e dag ‘s morgens) (postov regel)
2. Afwezigheid van vruchtbaarheidstekens (gemeenschap slechts om de andere dag) (preov regel) + 3 hogere metingen boven de hulplijn, met de 1e na de piek (gemeenschap op de 3e dag ‘s avonds) (preov regel)
Toepasbaarheid: Percentage cycli waarvoor de methode in staat is het fertiele venster te bepalen (m.a.w. hoe hoe vaak kan een gegeven methode door een “normaal” normaal” gezonde vrouw worden gebruikt)
“Eenvoud” Eenvoud” in gebruik: gebruik: informatisering van complexe algoritmen?
;
Girotto: Vergelijking Girotto: Vergelijking
2
Aanvaardbaarheid:
Betrouwbaarheid (Effectiviteit): Effectiviteit): Waarschijnlijkheid op mislukking wanneer de voorschriften van de methode strikt worden gevolgd
de lengte van de vereiste onthoudingsperiode
methodologie
Vruchtbaarheidsmodellen Gemeenschap vs ovulatiedag
Waarschijnlijkheid van conceptie is geschat door gegevens van vruchtvruchtbaarheidsmodellen uit de literatuur te combineren
0,30
Ovulatiedag 0,20 0,10
(b.v. Barrett en Marshall 1968, Schwartz et al. 1980, Colombo en Masarotto, 2000).
0,00 -8
Evaluatie van bruikbare indexen voor vergelijking volgens aanvaardbaaraanvaardbaarheid en toepasbaarheid.
Vruchtbaarheidsmodellen geven, voor elke cyclus, de waarschijnwaarschijnlijkheid op bevruchting in functie van de frequentie van gemeengemeenschap in de loop van de cyclus in verhouding tot de ovulatiedag geï geïdentifideerd, in deze oefening, vanuit de basale lichaamstempelichaamstemperatuur volgens de “3 over 6” 6”regel (Marshall, 1979).
-7
-6
-5
-4
-3
-2
-1
0
1
2
3
Colombo en Masarotto, 2000
Voorbeeld Ovulatiedag
0,30 0,20 0,10 0,00 -8
1
2
3
4
5
6
-7
7
-6
8
-5
-4
1 0
9
-3
-2
-1
0
1
2
3
1 1
1 2
1 3
1 4
1 5
1 6
1 7
x x x X
1 8
1 9
2 0
2 1
2 2
2 3
2 4
2 5
2 6
2 7
2 8
x x x x x x x x x x x x x X
0,30
Ovulatiedag 0,20 0,10 0,00 -8
1
2
3
4
5
6
-7
7
-6
8
-5
9
-4
1 0
-3
-2
-1
0
1
2
3
1 1
1 2
1 3
1 4
1 5
1 6
1 7
x
x x x x x
1 8
1 9
2 0
2 1
2 2
2 3
2 4
2 5
2 6
2 7
2 8
Girotto: Vergelijking Girotto: Vergelijking
3
Gegevens Centrum
Resultaten
Cycli
Bevruchting
Verona
982
171
Milaan
2711
151
Lugano
44
13
Parijs
620
Düsseldorf
Roetzer Reg1
Toepasbaarheid 79,8
Aanvaardbaarheid 59,5
Kans op bevruchting 0,05
Roetzer Reg2
88,7
51,6
0,03
Roetzer Reg3
40,5
52,9
0,02
63
Roetzer Reg4
42,9
58,5
0,07
574
41
Camen Reg1
72,0
43,4
0,03
Londen
224
30
Camen Reg2
72,0
44,9
0.14
Brussel
271
18
Standaard Dagen
36,3
57,9
0.12
5426
487
Ogino
80,9
49,6
0,07
Totaal
Commentaar Organiseer gecontroleerde studies Problemen: Aantal voorgestelde methoden Ethisch problematisch Grote variabiliteit van biologische fenomenen betrokken Î groot aantal deelnemers
Î
Methode
Volgende stappen Analyse van de andere symptosymptothermale methoden van de Menstrual Cycle Fecundability Study Group Analyse van andere (zelfs nieuwe) methoden
Gegevensanalyse zoals in deze studie voorgesteld
Girotto: Vergelijking Girotto: Vergelijking
4
Auteurs stellen dat toepassing van regels van de Billingsmethode (BM) of symptothermale methode (STM) het aantal correcte dagen voor onvruchtbare coïtus niet wezenlijk beïnvloeden. Deze hypothese nagaan.
E. Barranco, F. Soler, J.F. Vera
16 CYCLUSDAG
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40
acodiplan - 2008
SLEUTEL
MONTH JULY 15 DAY 13
1 2 3
17
19
30
27
Shortest known cycle Length of this cycle
SYMPTO-THERMAL CHART
21
23
25
27
29
O
V R 7h
History #
AUGUST 2003 31 1
3
5
7
37,5 37,4 37,3 37,2 37,1 37 KEY 36,9 2 3 36,8 1 n n 36,7 MENSTRUATION 36,6 n n 36,5 DRY - DAY ; NO MUCUS 36,4 n n n n n n 36,3 BEGINNING OF PROBABLY n 36,2 FERTILE DAYS n f 36,1 MUCUS TYPE f 36 F 35,9 FERTILE TYPE MUCUS F 35,8 35,7 PEAK DAY 35,6 1 2 3 DAYS AFTER PEAK DAY 35,5 n n n n n n n n n n n n n n n n 35,4 DAYS OF THE MENSTRUAL CYCLE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 AI M :
Fertility awareness To avoid pregnancy To conceive
x
KLEVERIG KLEVERIG GEEL GLAD HELDER " " VOCHTIG NAT VOCHTIG GLAD HELDER
SLIJM GEVOEL en UITZICHT
Route of temperature Time of taking temperature
30
INFERTILE DAYS BY STM RULES
16/30 7+9
GEMEENSCHAP of GENITAAL CONTACT
X
X
X X X X X X X X
acodiplan - 2008
Cyclus:
dagen voor onvruchtbare gemeenschap
f F F F f F f F 1 2 3
INFERTILES DAYS BY BILLINGS RULES
STICKY STICKY SLIPPERY WET " " " " MOIST WET CLEAR MOIST SLIPPERY WET
f
MUCUS
SENSATION AND APPEARANCE
10/30 2+8
10
CHANGES IN THE CERVIX BREAST TENDERNESS OR FULLNESS
n n n n n n
INTERMENSTRUAL PAIN
30 dagen
10
INTERMENSTRUAL BLEEDING DISTURBANCES SEXUAL INTERCOURSE OR GENITAL CONTACT
n
n
n n n n n n n n
IF YOU CHANGE THE THERMOMETER, MARK THE DAY OF CHANGE ON THE CHART
13
18 acodiplan - 2005
17
19
21
23
25
25
AIM: Fertility awareness To avoid pregnancy To conceive
27
29
O
V R 7h
History nº:
AGOSTO 2003 31 1
3
5
n
7
n
n n
2 1 n 3
n
n
n
n n
n
n n n
n
INFERTILE DAYS BY STM RULES
n 5
9h 10 h 9h
8h
9h 9h OMISSION OMISSION
NIGHT TURN
8h 9h 8h
8h 8h 9h
NIGHT TURN
n
NIGHT TURN
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40
f 1
2 3
f
OPAQUE CLOTTY SLIPPERY WET " " OPAQUE CLOTTY
f F F
SENSAT ION AND APPEARANCE
f
INFERTILES DAYS BY BILLINGS RULES
13/25
CHANGES IN THE CERVIX n n n n n n
BREAST TENDERNESS OR FULLNESS INTERMENSTRUAL PAIN INTERMENSTRUAL BLEEDING DISTURBANCES SEXUAL INTERCOURSE OR GENITAL CONTACT
r r r n
r r r
r
r r
r r r
n n n n n n n n n n n n
IF YOU CHANGE THE THERMOMETER, MARK THE DAY OF CHANGE ON THE CHART
Barranco: Correcte onvruchtbare dagen
18
18/25
n n n n n n n n n n n n n 6
OPAQUE CLOTTY " "
MES JULIO DÍA 13 15 37,5 37,4 37,3 37,2 37,1 37 KEY 36,9 36,8 MENSTRUATION 36,7 36,6 DRY - DAY ; NO MUCUS 36,5 36,4 BEGINNING OF PROBABLY 36,3 FERTILE DAYS 36,2 f MUCUS TYPE f 36,1 36 FERTILE TYPE MUCUS F F 35,9 35,8 PEAK DAY 35,7 35,6 1 2 3 DAYS AFTER PEAK DAYS 35,5 n n n n 35,4 DAYS OF THE MENSTRUAL CYCLE 1 2 3 4 x
Route of tem perature Time of taking tem pera ture
NIGHT TURN
SYMPTO-THERMAL CHART
25 25
Shortest know n cycle Length of this cycle
13
Shortest know n cycle Length of this cycle
SYMPTO-THERMAL CHART
29 38
days days
acodiplan - 2008
Route of temperature Time of taking temperature
MONTH OCTOBER 1999 NOVEMBER 1 8 DAY 28 37,5 37,4 37,3 37,2 37,1 37 KEY 36,9 36,8 MENSTRUATION 36,7 36,6 n n n n n DRY - DAY ; NO MUCUS 36,5 36,4 BEGINNING OF PROBABLY 36,3 FERTILE DAYS 36,2 f MUCUS TYPE f 36,1 36 FERTILE TYPE MUCUS F F 35,9 35,8 PEAK DAY 35,7 n n n n n n n n n 35,6 1 2 3 DAYS AFTER PEAK DAY 35,5 35,4 DAYS OF THE MENSTRUAL CYCLE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 f f 1 2 f f AIM: Fertility awareness x To avoid pregnancy To conceive
O
38
V
R 9
22
Number
DECEMBER
15
22
1
5
ac odiplan - 2008
x
70 dagen
Route of tem perature Tim e of taking temperature
MONTH DAY 37,5
Fertility awareness
37,4
To avoid pregnanc y
37,3
To conceive
37,2 37,1
O
V
R
Number
16
37 36,9
KEY
2 3 1
36 70
Shortest know n cycle Length of this cycle
SYMPTO-THERMAL CHART AIM :
1 n
36,8
n
36,7
MENSTRUATION
n
n
36,6
n n
DRY - DAY ; NO MUCUS
n
36,5
n n n
n n n n
n
n n n
n
n n n
n
n
n n n n n n
n n n n n
n
n
n
n
n n n n
BEGINNING OF PROBABLY
36,3
f
FERTILE DAYS MUCUS TYPE f
36,2 36,1
F
FERTILE TYPE MUCUS F
35,9
4 3 2 1
nn nnn n
36,4
6 5
2 3 nn
n n
36 35,8 35,7
PEAK DAY
n n n n n n n n n n n n n n
1 2 3 DAYS AFTER PEAK DAY
35,6 35,5
35,4 DAYS OF THE MENSTRUAL CYCLE
16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40
1 2 3 f
f
f F
n n n n n 1
2
3
4
5
n n n n n n n n n n n 6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71
F F 1 2 3
F F F 1
f 2 3 1
f f 2 3
f
f
f
f
f F F F F
f f 3 1 2
f
f
f
f
f
f F
f f 3 1 2
MUCUS SENSATION Y APPEARANCE
14
MUCUS SENSATION Y APPEARANCE
24
CHANGES IN THE CERVIX BREAST TENDERNESS OR FULLNESS INTERMENSTRUAL PAIN INTERMENSTRUAL BLEEDING
CHANGES IN THE CERVIX
DISTURBANCES SEXUAL INTERCOURSE OR GENITAL CONTACT
BREAST TENDERNESS OR FULLNESS INTERMENSTRUAL PAIN
n
n
n
n
n
n
n
n
n n n
n n n n n n n n n n n n
SI USTED CAMBIA EL TERMÓMETRO, MARQUE EL DÍA DEL CAMBIO EN EL GRÁFICO
INTERMENSTRUAL BLEEDING DISTURBANCES SEXUAL INTERCOURSE OR GENITAL CONTACT
n
n
n n n n n n n n n n n n n
IF YOU CHANGE THE THERMOMETER, MARK THE DAY OF CHANGE ON THE CHART
Voor de 22 cycli ≥ 41 dagen Geen verschil tussen STM en Billingsregels. Mediaan onvruchtbare dagen/cyclus Billingsregels STM 12,07 15,46 3,39 meer onvruchtbare dagen per cyclus met STM Mediaan cycluslengte 28,98 mediaan 28,00
G ráf ico Q- Q norm a l de durci
3
Normal esperado
2
1
0
-1
-2
-3 0
20
40
60
80
10 0
V alor observado
Barranco: Correcte onvruchtbare dagen
dabill Stem-and-Leaf Plot
datmst Stem-and-Leaf Plot
Histog ra m a
8
Frec uencia
6
Professor statistiek en operatief onderzoek Faculteit Wetenschappen Universiteit van Granada Universiteitscampus Fuente nueva
4
2
M edia =32.5 6 De sv ia ci ón típi ca =4.222 N =72 0 25
30
35
40
edad
Barranco: Correcte onvruchtbare dagen
Kenmerken van menselijke voortplanting
Pupilteken Zelfonderzoek van het endocervicaal kanaal voor bepaling van het vruchtbare venster in de menstruele cyclus Ivo Brosens Pierre Hernalsteen André Devos
• • • • • • •
Variabel fertiele venster Verborgen ovulatie Spontane decidualisatie Menstruatie Tijd tot zwangerschap (tot 1 jaar) Hoog vroeg zwangerschapsverlies Diepe placentatie
Antwerpen 6 September 2008
Spontane menselijke ovulatie
Spontane menselijke ovulatie
Brosens & Gordts et al. 1998
Brosens & Gordts et al. 1998
Timing van gemeenschap t.o.v. ovulatie Natuurlijke methoden: • Kalender: variabel (Treloar) • Temperatuurmethode: te laat • Slijmmethode • Cervicale opening
Brosens: Zelfonderzoek
Vulvair slijmobservaties en fertiele venster Stanford et al. 2003 __________________________________________ Fertiele venster __________________________________________ -4 -3 -2 -1 P +1 +2 +3 --------------------------------------------------------------Fertiel - + + + 0.38 + + Subfertiel - - - + 0.14 + - __________________________________________ + : >0.05
Fertiele venster volgens vulvair slijmmethode
Fertiele venster bij subfertiele koppels
Stanford et al. 2003
Keulers M.J. (2007): • Postcoïtale & sperma-cervicaal slijmtest • Lengte varieert van <1 tot >5 dagen • Lengte correleert met kans op spontane zwangerschap
Cervicaal pupilteken Self-assessment of cervical pupil sign versus vulval mucus method Bij nullipare vrouwen • Postmenstrueel 1 mm • Preovulatoir 3+ mm: pupilteken • Postovulatoir ommekeer na 6-24 h
Ivo Brosens, Pierre Hernalsteen and André Devos Fertility and Sterility, 2008
Zelfobservatie van de cervix • Femiscope • Inbrengen van het speculum - positie op kussen - spreiding van de kleine schaamlippen - het speculum in het vaginaal kanaal leiden - het speculum openen, licht, spiegel • De cervicale opening localiseren • Opening inschatten
Brosens: Zelfonderzoek
Cervicaal pupilteken
Pupilteken
Studieprotocol
Zelfonderzoek pupilteken • • •
Haalbaarheid Observaties: mucus vs cervix Commentaren
• 20 ervaren NFP-gebruiksters • Regelmatige menstruele cycli (26/32) • Dagelijkse observaties: BBT, mucus, bloeding • Femiscope dagelijks van dag 9-18 gedurende 3 opeenvolgende cycli
Vrijwilligers • • • • -
Nullipara (n=7) - 19 cycli - 156 noteringen Para 1-6 (n=11) (+2) - 31 cycli - 361 noteringen
Brosens: Zelfonderzoek
Duur van het fertiele venster Aantal dagen met topscore 1 2 3 4 5 6 >6 gem. ____________________________________ Mucus 0 1 3 1 4 3 5 5.5 d Cervix
5
1
3 4
2
1
1
3.2 d
Duur van het fertiele venster
12 Nulliparou Multiparou
Duur van het fertiele venster (dagen)
10
Aantal dagen met topscore 1 2 3 4 5 6 7 gemiddeld ____________________________________ Nulli 1 5 4 3 0 0 0 2,7 d Para
5
1 3
4 2
1
1 3,5 d
8
6
4
2
0 Cervicaal onderzoek
Mucus Methode
Endocervicaal kanaal met TVU
Duur van optimaal slijm
dank aan Patrick Puttemans
• Endocervicaal • Vulvo-vaginaal
3.1 dagen (SD: 2.1) 4.8 dagen (SD:1.8) p=.0002
Onderzoek van endocervicaal slijm Waarde van natuurlijke methoden voor voorspelling van ovulatie
Duijkers en Klipping, EJOGRB 2000
Methode: - vaginale echo - 36 vrijwilligers, om de andere dag Slijmpiek: - Helder zichtbaar in 25/36 (70%) - Zichtbaar gemiddeld 3 dagen vóór ovulatie - Gecorreleerd met pre-ovulatoir follikel (17mm) - verdween met stijging van P
Brosens: Zelfonderzoek
-
Kalendermethode: onbetrouwbaar (Treloar 1967) Basale lichaamstemperatuur: niet predictief Vulvair slijmmethode: neiging tot overschatting Cervicaal pupilteken: predictief in 70%
Zelfobservatie van pupilteken Besluit: • Doenbaar voor nulliparae • Instrumentatie moet verbeterd worden • Accurater voor detectie van het fertiele venster dan vulvair slijmmethode • Prospectieve studies bij subfertiele populatie vereist
NICE Fertility Guidelines 2004 • Mensen die bezorgd zijn om hun vruchtbaarheid zou men moeten vertellen dat gemeenschap om de 2 à 3 dagen hun kans op een zwangerschap optimaliseert. • Timing van gemeenschap om overeen te komen met ovulatie veroorzaakt stress en is niet aanbevolen. • Graad van evidentie: C
Brosens: Zelfonderzoek
Collage van menselijke Ovulatie
Tweedagenmethode
De Tweedagenmethode een snelle startbenadering
Heb ik vandaag enige afscheiding vastgesteld?
JA Ik kan vandaag zwanger worden.
NEEN
Victoria Jennings, Ph.D. Institute for Reproductive Health Georgetown University
Heb ik gisteren enige afscheiding vastgesteld?
JA Ik kan vandaag zwanger worden.
NEEN
I
Zwangerschap is onwaarschijnlijk vandaag.
De Tweedagenmethode gebruiken 1
2
3
●
Zwangerschappen per 100 vrouwen/jaar bij gebruik van de methode
o Herken afscheidingen (enkel aanwezigheid)
x
Vraag haar of ze vandaag of gisteren afscheiding had
Betrouwbaarheid van de tweedagenmethode om een zwangerschap te vermijden
Beantwoord de vragen en bepaal of ze vruchtbaar is of niet.
Correct gebruik* Gewoon gebruik
3.5 13.7
Bron: Arevalo et al, 2004
* Onthouding tijdens vruchtbare dagen
De Tweedagenmethode aanleren Origineel Protocol Leer methode Begin gebruik
De Tweedagenmethode aanleren tijdens de eerste 7 dagen van de cyclus Verantwoording / Voordelen
Nadelen
Gevraagd terug te komen bij begin menstruatie • Vrouw kan begin van afscheidingen anticiperen • Vrouw kan afscheidingspatroon visualiseren voor de volledige cyclus vanaf haar eerste gebruik.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1112 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 2526 27 28 29… Cyclusdagen →
• Potentieel om niet in staat te zijn de dienst te verlenen!! (zal de vrouw terugkomen? Zal ze zwanger zijn?)
• Vrouw en consulent weten dat ze niet zwanger is.
Jennings: De Tweedagenmethode 1
Studie: Is het nodig om de Tweedagenmethode bij het begin van een cyclus te beginnen gebruiken
• Vraag: • Zijn vrouwen in staat de Tweedagenmethode correct te gebruiken als ze het leren en beginnen na dag 7 van hun cyclus? • Onderzoeksgebieden: • Correct gebruik • Verderzetting • Betrouwbaarheid • Ervaring van de koppels
Studieplaatsen
Lima: • 1 materniteit, stedelijk, • 9 klinieken en posten, randstedelijk Piura: • 1 NGO‐kliniek, stedelijk • 7 klinieken en posten, randstedelijk
Perú
Distributie van vrouwen die met de methode starten in de loop van een cyclus
24% vrouwen
Deelnemers: n= 176 Typische MoH en NGO‐cliënten
76% vrouwen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1112 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 2526 27 28 29… Cyclusdagen →
Studieresultaten
Studieresultaten
Technieken gebruikt om afscheiding te controleren (Cyclus 1) Start dag 1‐7
Start dag 8 →
Met zakdoekje weggenomen
65 %
77 %
Met vingers aangeraakt
58 %
59 %
“Gevoel”
57 %
58 %
Visueel gecontroleerd ondergoed
53%
57 %
2.3
2.5
gemiddeld # technieken
•Methode aan geïnteresseerde koppels aangeboden •Methode op elk moment in de cyclus aangeleerd •Koppels opgevolgd op 1, 4 en 7 maanden
Gebruik Tweedagenmethode Start dag 1‐7
Start dag 8 →
1e dag met afscheidingen
9.3
9.3
Totaal # dagen met geïdentificeerde afscheidingen
11.2
10.2
Correcte geïdentificeerde afscheidingen in Cyclus 1
88%
84%
Correct geïdentificeerde afscheidingen in Cyclus 4
92%
92%
Klinische test (2002): • 1e dag met afscheidingen: dag 8 • Opeenvolgende dagen met afscheidingen
Jennings: De Tweedagenmethode 2
Studieresultaten
Studieresultaten
Gerapporteerd gedrag tijdens vruchtbare dagen Start dag 1‐7
Start dag 8 →
Correct gebruik methode Cyclus 1
88 %
100 %
Cyclus 4
93 %
98 %
Verder gebruik van methode Start dag 1‐7
Start dag 8 →
Voltooiden 7 cycli
53 %
68 %
Van hen die 7 cycli voltooiden, % die zegden de methode te zullen verderzetten
94 %
77 %
Zwangerschap, ongepland
3 %
7 %
0
2 %
3 %
7 %
Zwangerschap, gepland Hielden niet van methode/ vertouwden methode niet
Totaal zwangerschappen: 6.1 % op 7 cycli (vs. 8% op 7 cycli in 2002 betrouwbaarheidstest).
Studieresultaten
Samenvatting van de resultaten
Impact op relatie Start dag 1‐7
Start dag 8 →
46 %
42 %
Negatieve impact (man ontsteld, onbegrip, minder vaak of spontaan seks)
13 %
7 %
Geen verandering gerapporteerd
41 %
51 %
Positieve impact (communicatie, respect, gedeelde verantwoordelijkheid)
• De Tweedagenmethode op elk moment in de cyclus van de vrouw aanbieden en aanleren liet de programma’s toe om 4 keer zoveel vrouwen te bereiken. • Er waren geen significante verschillen in correct gebruik, voortzetting of percentage zwangerschappen toe te schrijven aan het startmoment van de vrouwen.
Besluit De Tweedagenmethode kan succesvol worden aangeleerd aan vrouwen op elk moment van hun cyclus.
Volledig studieverslag beschikbaar op : www. IRH.org
Jennings: De Tweedagenmethode 3