LOGISTIEKE OPLEIDINGEN HEFTRUCK PROEFEXAMEN 3
VEILIG WERKEN MET DE HEF- OF REACHTRUCK
Vraag 1
In de Arbo-wet gaat het om zaken als A gezondheid en mensenkennis B veiligheid, gezondheid en welzijn C welzijn op het werk en hard werken
Vraag 2
Wie is er verantwoordelijk voor de uitvoering van de Arbo-wet? A alleen de arbeidsinspectie is verantwoordelijk B alleen de werkgever is verantwoordelijk C de werkgever en de werknemer zijn beiden verantwoordelijk
Vraag 3
U bent bevoegd om, onder begeleiding, een reachtruck te besturen vanaf de leeftijd van: A 16 jaar en opgeleid B 18 jaar en opgeleid C er is geen minimum leeftijd
Vraag 4
Een reachtruck is tijdens het rijden stabieler dan een vorkheftruck omdat: A een reachtruck altijd langer is dan een vorkheftruck B de afzethoogte van een reachtruck hoger is C de lading zich tussen of boven de steunwielen bevindt
Vraag 5
Waarmee moet een batterij regelmatig bijgevuld worden? A met elektrolyt B met gedestilleerd water C met accuzuur
Vraag 6
De lastzwaartepunt is de afstand gemeten vanuit de: A mast tot het zwaartepunt van de lading B vorken tot het zwaartepunt van de lading C hiel van de vorken tot het zwaartepunt van de lading
Vraag 7
Welke meetwaarde leest u af, tijdens het zuurwegen op de drijver, bij een ontladen tractiebatterij? A 1,13 kg/l B 1,30 kg/l C 1,20 kg/l
Vraag 8
Wat is, volgens onderstaand lastdiagram, het maximale hefvermogen van deze reachtruck? A B C
880 kg 5230 kg 1000 kg
Vraag 9
Hoe zwaar mag een lading zijn met een LZP van 500 mm, als men deze moet plaatsen op een hoogte van 4830 mm? A 680 kg B 930 kg C 830 kg
Vraag 10
Welk voordeel heeft een drievoudige mast ten opzichte van een tweevoudige mast? A de hoge hefhoogte, terwijl de doorrijhoogte laag blijft B dat er minder hydraulische olie nodig is C de lage hefhoogte, terwijl de doorrijhoogte niet verandert
Vraag 11
Als u een europallet aan de 120 cm zijde opneemt dan ligt het zwaartepunt van deze pallet op: A B C
80 cm 50 cm 40 cm
Vraag 12
Het hefvermogen van een heftruck wordt ongunstig beïnvloed door toepassing van een voorzetapparaat. Dit komt door: A de manoeuvreerruimte B het gewicht van het voorzetapparaat C dit heeft helemaal geen invloed op het hefvermogen
Vraag 13
Waarom dient de heftruck, of reachtruck, voor aanvang van de dienst gecontroleerd te worden? A omdat de heftruckbestuurder moet weten hoeveel hij met de heftruck kan tillen B omdat de heftruckbestuurder mede verantwoordelijk is voor de heftruck en om de veiligheid te waarborgen C omdat dit van de chef moet
Vraag 14
Het voordeel van het gebruik van de side-shifter is dat de lading: A zijwaarts verplaatst kan worden, zowel naar links als naar rechts B 180° gedraaid kan worden C twee pallets diep weggezet kunnen worden
Vraag 15
Hoeveel aansluitingen voor hydrauliek olie heeft een reachcilinder? A 1 B 2 C 3
Vraag 16
Als u een reachtruck bestuurt dient u voor een onoverzichtelijke situatie: A snelheid te vermeerderen en kijken B te claxonneren, rechts te houden en bij voorkeur vooruit te rijden C te claxonneren, kijken en snelheid verminderen
Vraag 17
Het hydraulisch systeem van een heftruck heeft o.a. de 3 volgende taken: A heffen, neigen en aandrijving B heffen, neigen en bedrijfsrem C heffen, neigen en voor de stuurbekrachtiging
Vraag 18
Het opladen van een ontladen tractiebatterij van een reachtruck duurt ongeveer: A 4 uur B 8 uur C 12 uur
Vraag 19
Gemeten van de bovenzijde van de vorken tot aan de vloer met de mast maximaal uitgeschoven, en in verticale stand, noemt men de A hefhoogte B bouwhoogte C afzethoogte
Vraag 20
Op welke manier plaatst u een beladen pallet in de stelling? A met de vorken horizontaal B met de mast voorover geneigd C met de vorken achterover geneigd
Vraag 21
De rijsnelheid waarmee u met de reachtruck rijdt, dient te worden aangepast aan: A het hefvermogen van de heftruck B de te leveren prestatie C de vloer, het wegdek en de weers- of bedrijfsomstandigheden
Vraag 22
U moet uw reachtruck parkeren. Hiervoor is geen speciale plaats. U parkeert de reachtruck dan: A niet op de helling, met vorken in rijpositie B op een vlakke vloer, met de punten van de vorken op de vloer C in de breedte van een rijroute, met de mast achterwaarts geneigd
Vraag 23
Welke persoonlijke beschermingsmiddelen zijn verplicht bij het zuurwegen? A veiligheidsschoenen en een zuurbestendige bril B zuurbestendige bril, zuurbestendige handschoenen en een zuurbestendige voorschoot
C
hiervoor zijn geen speciale verplichtingen
Vraag 24
Mag u A B C
met een reachtruck rijden waarvan de claxon defect is? ja, als ik maar bij elke situatie schreeuw ja, als de chef maar gewaarschuwd is nee, de claxon moet eerst gerepareerd worden
Vraag 25
Op welke manier mag u, met behulp van een heftruck, een defecte TL-buis aan het plafond vervangen? A met een speciale werkbak, mits uitgevoerd volgens de geldende regels van de Arbeidsinspectie B met een pallet op de vorken C op geen enkele manier
Vraag 26
Aan welke voorschriften dienen acculaadstations o.a. te voldoen? A rookverbod B doeltreffende ventilatie C beide antwoorden zijn juist
Vraag 27
Een boxpallet wordt veelal gebruikt voor: A het afschermen van de punten van de vorken B het vervoeren van kleine en moeilijk te stapelen artikelen C het vervoeren van personen
Vraag 28
Welke intern transportmiddel is hier afgebeeld? A zijlader B stapelaar C orderverzamelaar
Vraag 29
Draagarm stellingen worden met name gebruikt voor: A zware ladingen B brede ladingen C hoge ladingen
Vraag 30
Een urenteller: A geeft aan hoeveel uren de batterij nog mee kan B geeft aan hoeveel werkuren de truck heeft gedraaid C geeft de tijd aan
Vraag 31
Welk behandelingsetiket staat hier afgebeeld? A deze zijde boven B droog houden C maximaal aantal dozen op elkaar
Vraag 32
Nevenstaande pallet is een: A duurzame pallet B eenmalige pallet C tweeweg pallet
Vraag 33
Wat is het voordeel van wisselbatterijen? A de hef of reachtruck is stabieler B de hef of reachtruck kan zwaardere ladingen vervoeren C de hef of reachtruck is constant inzetbaar
Vraag 34
Welke eigenschap hoort bij massieve banen? A de banden hebben een hoge bouwhoogte B de banden hebben grote stabiliteit C de banden hebben een goede vering en grip op de weg
Vraag 35
Als u met een heftruck op de openbare weg rijdt, waar moet u dan o.a. aan denken? A dat de knipperlichten aan zijn B dat er een witte vlag aan de heftruck is gemaakt C dat de vorken afgeschermd zijn
Vraag 36
Waarvoor dient het overdrukventiel in het hydraulisch hefsysteem? A om schokken van de hefcilinder op te vangen B om, bij leidingbreuk, de lading schoksgewijs en langzaam te laten dalen C om overbelasting in het hydraulisch systeem te voorkomen
Vraag 37
De reachtruck is uitermate geschikt om: A in smallere stellingpaden te werken B gemakkelijk vrachtwagens te kunnen laden en lossen C er buiten mee te werken
Vraag 38
Als een lading niet veilig en / of niet goed op de pallet staat moet u: A de persoon die de lading samengesteld heeft hier op wijzen B de pallet laten staan C de pallet met de lading voorzichtig verplaatsen
Vraag 39
Wat is belangrijk bij het haaks indraaien voor een stelling? A de positie van het voorwiel, de afstand tot de stelling B de positie van het achterwiel, de afstand tot de stelling C het snel terug draaien van het stuur en dat de mast horizontaal staat
Vraag 40
Een capaciteitsmeter: A geeft aan hoeveel uren de batterij gewerkt heeft B geeft de ladinggraad van de batterij aan C geeft aan wanneer een batterij bijgevuld moet worden
Vraag 41
Een tractiebatterij bestaat uit 24 cellen. Dan heeft deze batterij: A een spanning van 24 volt B een ampèrage van 48 ampère C een spanning van 48 volt
Vraag 42
Hoe moet een lading op de vorken worden verplaatst? A met het zwaartepunt op de hartlijn van de reachtruck en de lading zover mogelijk in de hiel van de vorken B met het zwaartepunt op de hartlijn van de reachtruck en de lading zover mogelijk uit de hiel van de vorken C met het zwaartepunt niet op de hartlijn van de reachtruck en de lading mogelijk in de hiel van de vorken
Vraag 43
Wanneer zal een reachtruck voorover kantelen? A als de lading te zwaar is en / of het lastzwaartepunt te ver naar voren ligt B als een te brede lading wordt opgenomen C als het zwaartepunt van de lading niet bekend is
Vraag 44
Welk voorzetapparatuur is er aan deze heftruck gemonteerd? A verlengsloffen B reachvorken C transportdoorn
Vraag 45
Op welke manier werkt de parkeerrem van een reachtruck in het algemeen? A mechanisch B hydraulisch C op lucht
Vraag 46
Welk opschrift moet er in ieder geval op het type-plaatje vermeld staan? A werklast voor ten minste drie zwaartepuntafstanden B vrije hefhoogte en type banden C vermogen van de electromotor
Vraag 47
Een display-pallet wordt het meest toegepast bij: A het vervoeren van goederen in containers B het vervoeren van hoogwaardige producten C de levensmiddelen industrie
Vraag 48
Bij de aanschaf van een nieuwe tractiebatterij moet men letten op: A het gewicht en de capaciteit in ampère-uren (Ah) B de afmeting, gewicht, volt en de capaciteit in ampère-uren (Ah) C de afmeting, gewicht, volt en ohm
Vraag 49
Onder 'in verband stapelen' verstaat men: A gestapelde dozen insealen met rek of krimpfolie B het per slag wisselen van de te stapelen colli zodat een 'baksteensgewijze' stapeling ontstaat C met een tussenlaagje van karton (verband) stapelen om beschadigingen te voorkomen
Vraag 50
Het zijwaarts kantelen van een heftruck is bijzonder groot bij het: A met grote snelheid nemen van bochten B achteruit een helling oprijden C vervoeren van losgestapelde goederen
Opgaveblad proefexamen 3 Heftruck/Reachtruck VRAAG
A
B
C
VRAAG
Vraag 1
Vraag 26
Vraag 2
Vraag 27
Vraag 3
Vraag 28
Vraag 4
Vraag 29
Vraag 5
Vraag 30
Vraag 6
Vraag 21
Vraag 7
Vraag 22
Vraag 8
Vraag 23
Vraag 9
Vraag 24
Vraag 10
Vraag 25
Vraag 11
Vraag 26
Vraag 12
Vraag 27
Vraag 13
Vraag 28
Vraag 14
Vraag 29
Vraag 15
Vraag 40
Vraag 16
Vraag 41
Vraag 17
Vraag 42
Vraag 18
Vraag 43
Vraag 19
Vraag 44
Vraag 20
Vraag 45
Vraag 21
Vraag 46
Vraag 22
Vraag 47
Vraag 23
Vraag 48
Vraag 24
Vraag 49
Vraag 25
Vraag 50
A
B
C
Antwoorden proefexamen 3 Heftruck/Reachtruck
01. B 02. C 03. C 04. C 05. B 06. C 07. A 08. C 09. C 10. A 11. C 12. B 13. B 14. A 15. B 16. C 17. C 18. B 19. A 20. A 21. C 22. B 23. B 24. C 25. A
26. C 27. B 28. C 29. B 30. B 31. A 32. C 33. C 34. B 35. C 36. C 37. A 38. A 39. A 40. C 41. C 42. A 43. A 44. C 45. A 46. A 47. C 48. C 49. B 50. A