LOCATIEGIDS 2013
Pedagogische en praktische informatie van VVE Berenboot
LOCATIEGIDS VVE BERENBOOT 2013 - 2014
VVE Berenboot Hoeksloot 7 Amsterdam 06 51047971 @
[email protected] Maart 2013
2
LOCATIEGIDS VVE BERENBOOT 2013 - 2014 Voorwoord Hoofdstuk 1 - Partou Pedagogiek in voorschool Berenboot 5 1.1 Hoe vertalen wij Partou Pedagogiek in de praktijk? 5 1.2 Partou heeft vier doelen. Hoe ziet u die terug in de praktijk? Hoofdstuk 2 - Educatie en de stimulering van de ontwikkeling 2.1 Stimulering van de ontwikkeling 2.2 Educatie Hoofdstuk 3 - Volgen en signaleren 3.1 Observatielijsten 3.2 Signalering 3.3 Betrekken ouders 3.4 Samenwerking met omgeving Hoofdstuk 4 - Samenwerking met ouders 4.1 Informeren en adviseren 4.2 Ouderbetrokkenheid Hoofdstuk 5 - Diversiteit en samenleving 5.1 Diversiteit 5.2 Samenleving Hoofdstuk 6 - Praktische informatie 6.1 Locatiebeschrijving 6.2 Intake 6.3 Wennen 6.4 Brengen en halen 6.5 Oudergesprekken 6.6 Afscheid 6.7 Eten 6.8 Rituelen 6.9 Uitstapjes 6.10 Ziekte van het kind en ongevallen 6.11 Sluitingsdagen 6.12 Veiligheid en gezondheid 6.13 Teambeschrijving 6.14 Oudercommissie 6.15 Klachtenbeleid 6.16 Kwaliteitsbeleid en certificering Hoofdstuk 7 - Jaarplan 2013/14 7.1 Terugblik 7.2 Vooruitblik
4
6 7 8 8 10 10 10 10 11 10 12 12 11 13 13 12 14 14 14 14 14 15 15 15 16 16 17 17 18 20 21 21 22 22 22
3
Voorwoord Welkom bij VVE Berenboot! Voor u ligt de locatiegids van VVE Berenboot. Deze gids is de lokale en concrete uitwerking van het pedagogisch beleidsplan Partou Pedagogiek. U vindt hierin ook praktische informatie over onze locatie. Wij vinden het namelijk belangrijk dat u geïnformeerd bent over het reilen en zeilen bij VVE Berenboot, wat onze visie is en waarom de samenwerking tussen de pedagogische medewerkers van de locatie, ouder en kind van groot belang is. Kort gezegd willen wij werken aan een kwalitatief goede voorschool. In het belang van een goede samenwerking stellen wij het op prijs als u de tijd neemt om deze locatiegids te lezen. Hoofdstukken 1 tot en met 5 gaan over de pedagogiek op onze locatie. In hoofdstuk 6 staat alle praktische informatie. Helemaal achterin de locatiegids, in hoofdstuk 7, vindt u tot slot een jaarplan. Daarin beschrijven we per jaar aan welke verbeterpunten en prioriteiten we extra aandacht besteden. We hopen met deze locatiegids duidelijkheid te geven over hoe wij werken én waarom wij daarvoor kiezen. Als u nog vragen heeft, aarzel niet en stap op onze medewerkers af. Wij zijn blij dat u voor onze voorschool heeft gekozen en hopen dat u en uw kind zich snel thuis zal voelen bij ons. Het team van VVE Berenboot
4
Hoofdstuk 1 Partou Pedagogiek in VVE Berenboot Wanneer u binnenstapt bij VVE Berenboot merkt u direct dat dit een plek is waar van kinderen wordt gehouden. Ieder kind wordt bij binnenkomst begroet, we zeggen gedag of geven een hand of een aai over de bol. Samen met de ouder proberen we bij het brengen en halen een moment te vinden om kort wat informatie te geven over het kind of over zaken die met de locatie te maken hebben. Bij het weggaan zorgen we ook dat we het kind even hebben gezien en dat deze met de juiste persoon de locatie verlaat. Bij VVE Berenboot is het educatief programma Kaleidoscoop leidraad voor het stimuleren en volgen van de ontwikkeling van uw kind. In deze locatiegids wordt duidelijk wat dit precies inhoudt. Bij VVE Berenboot gaan we er vanuit dat peuters zich willen ontwikkelen en zelf aangeven wat zij daarvoor nodig hebben. Met behulp van hun intelligentie, creativiteit, inventiviteit en sociale vaardigheden ontdekken ze de wereld en welke plaats zij daarin innemen. De pedagogisch medewerkers zorgen voor de randvoorwaarden voor de ontwikkeling. Door gerichte observatie weten zij wat er leeft bij de peuters en kunnen zij aan de hand van thema’s hier op inspelen. Het idee is dat wanneer activiteiten plaatsvinden die aansluiten bij de belevingswereld van de peuters de ontwikkeling gemakkelijker plaatsvindt. Het kind wordt eerder uitgedaagd om een volgende stap in de ontwikkeling te zetten. Wij willen alle peuters, samen met de ouders in hun ontwikkeling stimuleren. U bent per slot van rekening de eerste leerschool. Een andere belangrijke stimulans voor de ontwikkeling is de omgeving. Wanneer deze uitdagend en interessant is worden de peuters gestimuleerd om hun ontdekkingstocht voort te zetten en op eigen initiatief ervaringen op de doen. Ten slotte zien wij een goede samenwerking met de ouders als de basis voor een gevoel van veiligheid bij het kind.
1.1 Hoe vertalen wij Partou Pedagogiek in de praktijk? Educatie en stimulering van de ontwikkeling Peuters voelen de drang om zich te ontwikkelen, maar zijn afhankelijk van wat de omgeving te bieden heeft. Voor de pedagogisch medewerkers ligt een belangrijke taak in de begeleiding. Bij VVE Berenbot hechten wij belang aan het versterken van de autonomie van het kind. Peuters worden op eigen ontwikkelingskracht en motivatie aangesproken. Daarbij is er aandacht en erkenning voor ieder kind afzonderlijk en worden vaardigheden, kennis, en houding ontwikkeld en uitgedaagd. Ook stimuleren we actief de interactie tussen peuters en tussen peuter en volwassenen. Bij VVE Berenboot wordt de autonomie van het kind versterkt door vertrouwen te hebben in de zelfredzaamheid van een peuter. Er wordt eerst gekeken wat de peuter zelf kan voordat we hulp bieden. Daarnaast stimuleren we de peuter om zelf tot oplossingen te komen. Door dit vertrouwen keer op keer uit te spreken en de peuter vooral veel successen te laten ervaren, krijgt het kind steeds meer zelfvertrouwen en durft daardoor ook nieuwe uitdagingen aan te gaan. Hierbij zien we vier dimensies van sociale ondersteuning:
Het kind emotioneel ondersteunen Respect hebben voor de autonomie van het kind Het kind structuur bieden Het kind goede informatie en uitleg geven
5
Hoe volgen wij een kind op VVE Berenboot Om een kind optimaal te laten ontwikkelen, brengen wij zoveel mogelijk structuur op de groep aan. Dit gebeurt aan de hand van dagelijks terug komende rituelen en herhaling van activiteiten. Dit geeft het jonge kind rust en duidelijkheid ,hierdoor ondervind het kind emotionele veiligheid. Zorgen ervoor dat een kind zelf vertouwen krijgt, wij proberen dit zoveel mogelijk te stimuleren en hebben daar een aantal methodes voor. Voorbeelden hiervan zijn; Elke dag een ander kind de die juf helpen mag hierdoor wordt een kind gezien en voelt zich dan eventjes speciaal. De portfolio map, die voor ouder en kind ter inzage ligt in een eigen laatje op de groep. Doordat wij met de portfoliomappen werken ,volgen we de kinderen zowel individueel als in groepsverband. Er worden veel foto’s gemaakt van bouw werken of mooie tekeningen die we dan vervolgens in de kring bespreken. We leren de kinderen naar elkaars werk kijken en leren daar bij de kinderen hoe je een complimentje kan geven. Dit ontwikkeld de sociale competentie bij kinderen en kunnen hierdoor de normen en waarden thuis en op de voorschool stimuleren. De waarden en normen zijn voor iedereen anders toch proberen wij er zoveel mogelijk aan te doen dat iedereen in zijn waarde wordt gelaten en gerespecteerd hoe hij/zij is. Denk hierbij bijvoorbeeld een aan feestjes waar halal producten worden geserveerd,rekening houden met thuissituatie bv verandering gezinsituatie. De juf groeten en aankijken bij binnenkomst en bij het naar huis gaan. Volgen en signaleren Het uitgangspunt van VVE Berenboot is tegemoet komen aan de behoefte van het individuele kind, maar daarbij ook het belang en behoeften van andere peuters niet uit het oog verliezen. Bij VVE berenboot kijken we goed naar de kinderen om zo hun ontwikkeling te volgen. Daarnaast wordt jaarlijks iedere peuter geobserveerd met behulp van een observatieformulier, dat besproken wordt in een oudergesprek. Als er sprake is van opvallend gedrag bij een kind wordt dit gesignaleerd en direct besproken met zowel de ouders als de locatiemanagers. Samenwerking met ouders VVE berenboot ziet zichzelf als partner in de opvoeding met als doel de peuters te begeleiden naar zelfstandigheid in de samenleving. Goed contact tussen ouders en pedagogisch medewerkers draagt bij aan een gevoel van veiligheid. Hierdoor kunnen ouders en pedagogisch medewerkers de verschillende leefwerelden van het kind ‘verbinden’. Diversiteit en samenleving Bij Steiger komen verschillende culturen samen. Peuters, ouders en pedagogisch medewerkers hebben ieder hun eigen achtergrond en ervaringen. Deze verschillen zien de pedagogisch medewerkers bij Steiger als aanvulling op elkaar en om van elkaar te leren. Het doel is het kind ervan bewust te maken dat hij onderdeel uitmaakt van een democratische samenleving. De pedagogisch medewerker stimuleert de peuters zich te uiten, hun stem te laten horen, naar anderen te luisteren en om te gaan met andere kinderen. 6
1.2 Partou heeft vier doelen. Hoe ziet u die terug in de praktijk? Sociale veiligheid In een veilige omgeving durft een kind nieuwe relaties aan te gaan en nieuwe activiteiten te ondernemen. Daarom verblijft ieder kind in VVE Berenboot in zijn eigen stamgroep met een gestructureerd en herkenbaar dagschema. De groep is verticaal. Dat wil zeggen dat de leeftijden tussen 2,5 en vier vertegenwoordigd zijn en dat de kinderen dus voor langere tijd bij elkaar in de groep verblijven. Zo kan het kind relaties opbouwen met de andere kinderen en met de vaste pedagogisch medewerkers. Ontwikkeling van sociale competentie VVE Berenboot is een minimaatschappij waarin de kinderen kunnen leren om zich te handhaven en met anderen om te gaan. Zij leren in de groep samenwerken met anderen, naar anderen luisteren, met anderen praten, samen spelen en samen delen, vriendschappen sluiten en conflicten oplossen. Zij worden daarbij begeleid door de pedagogisch medewerkers die zich inleven in de belevingswereld van het kind en op die manier de kinderen helpen in hun (samen)spel, met hen praten en hun sterke kanten benadrukken. Ontwikkeling van persoonlijke competentie We vinden het belangrijk dat een kind zelf initiatief neemt in het opdoen van ervaringen. Wij bieden het kind de juiste activiteiten, waarbij het wordt uitgedaagd om de eigen talenten te ontdekken en uit te breiden. Daarbij letten we op de interesses en de leeftijd van het kind. We stimuleren de zelfredzaamheid ook door het geven van complimenten, door het kind zelf dingen te laten doen en door het te laten merken dat het serieus wordt genomen. Overdracht van waarden en normen In VVE Berenboot zien we veel verschillen in cultuur en achtergrond. We vinden het belangrijk om op de hoogte te zijn van de waarden en normen die er thuis bij de kinderen gehanteerd worden. Bij het intakegesprek komt dit ter sprake. Er gelden op de voorschool duidelijke regels voor wat wel en niet mag. Die gelden voor iedereen. Dit biedt structuur en veiligheid.
Hoofdstuk 2 Educatie en de stimulering van de ontwikkeling Bij VVE Berenboot willen we de ontwikkeling van alle peuters stimuleren. Het gaat om zowel de lichamelijke ontwikkeling, de ontwikkeling van identiteit en zelfredzaamheid en de cognitieve, creatieve, taal, morele en sociale ontwikkeling van kinderen. Hierbij houden we nadrukkelijk rekening met individuele interesses en talenten.
2.1 Stimulering van de ontwikkeling Kinderen zijn voor hun ontwikkeling afhankelijk van wat de omgeving hen te bieden heeft. Hier ligt voor VVE Berenboot dus een belangrijke taak en daarom zorgen wij voor ontwikkelings- en leeftijdsgericht spelmateriaal en activiteiten, voor een fijne speelruimte en voor begeleiding in het spel. Door de kinderen goed te observeren kunnen de pedagogisch medewerkers inspelen op de behoeftes van de kinderen en ze steeds opnieuw uitdagen en motiveren. Wij hechten veel belang aan de zelfstandigheid van het kind. Wij praten veel met hen en moedigen hen aan. De kinderen leren om activiteiten zelf te plannen en ze krijgen de tijd en
7
de ruimte om te onderzoeken en te experimenteren. Daartoe zijn onze ruimtes overzichtelijk en geordend ingericht. Enkele praktijkvoorbeelden. Er zijn diverse hoeken waar de kinderen doelbewust kunnen spelen, zoals 'het huis', 'de bouwplaats' en 'de ministad'. Zo leren de kinderen keuzes maken. Bovendien stimuleert de inrichting zowel sociale interactie als individuele bezigheden. Onze verschillende materialen, speelgoed en gereedschap zijn zodanig opgeborgen dat de kinderen er makkelijk bij kunnen, zonder hulp van volwassenen. Zo hebben ze zeggenschap over hun omgeving.
2.2 Educatie Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) biedt naast taal- en spelstimulering bij kinderen ook een meerwaarde voor de pedagogisch medewerkers, namelijk een verdieping van de pedagogische en didactische vaardigheden en het meer planmatig werken aan de ontwikkelingsstimulering van de kinderen. De keuze van het VVE-programma gebeurt zoveel mogelijk in lijn met de basisschool. Op VVE Berenboot werken wij met Kaleidoscoop. De ouders worden mondeling of door middel van de nieuwsbrief over de thema’s op de hoogte gebracht. Als ouders betrokken zijn bij de activiteiten van hun kind op de peuterspeelzaal, levert dat een positieve bijdrage aan het welzijn en de ontwikkeling van peuters. Kaleidoscoop Actief leren is de kern van Kaleidoscoop. Kinderen ontwikkelen kennis en vaardigheden door actief betrokken te zijn bij mensen, materialen, gebeurtenissen en ideeën. Pedagogisch medewerkers ondersteunen hen hierbij en bieden een uitdagende leeromgeving, helpen hen hun spel uit te breiden, praten over wat de kinderen aan het doen zijn en helpen hen om problemen zelf op te lossen. Kaleidoscoop richt zich op de brede ontwikkeling van de kinderen en zorgt ervoor dat kinderen 'sleutelervaringen' kunnen opdoen. Sleutelervaringen zijn vergelijkbaar met ontwikkelingsgebieden en zijn ingedeeld in: creativiteit, taal, sociale relaties en initiatief, beweging, muziek, classificatie, series, hoeveelheid, ruimte en tijd. Gezamenlijk bieden de sleutelervaringen een kader om de ontwikkeling van kinderen in kaart te brengen. Ook geven ze richting aan het kiezen en plannen van activiteiten door de pedagogisch medewerkers. Omdat kinderen zich het best ontwikkelen in een stimulerende en geordende omgeving besteedt Kaleidoscoop veel aandacht aan de inrichting en aankleding van de ruimtes waar de kinderen zich bevinden. De ruimtes zijn ingedeeld in verschillende speelhoeken waar de kinderen naar hartelust kunnen spelen en nieuwe ervaringen kunnen opdoen. Deze hoeken worden regelmatig vernieuwd. Beschikbare materialen zijn bereikbaar voor de kinderen zodat deze zeggenschap over hun omgeving behouden. Een vast dagschema geeft houvast aan kinderen en pedagogisch medewerkers. Door de vaste volgorde van activiteiten krijgen de kinderen een gevoel van controle over de gebeurtenissen en voelen zij zich vrij om keuzes te maken en zelf aan de slag te gaan. Het dagschema heeft een aantal vaste onderdelen voor het kind. Voor het vrij spelen geldt altijd: plannen en vooruitkijken (wat ga ik doen), doen (vrij spelen) en terugblikken (wat heb ik gedaan). Ook spelen in een kleine en grote groep zijn vaste onderdelen. Aan de hand van het dagschema en de themakalender maken de pedagogisch medewerkers het programma voor de komende dag. Daarbij kiezen ze voor bepaalde sleutelervaringen, materialen activiteiten en voor voorleesboeken die bij het thema van de week passen. 8
Observeren is van groot belang. Zo krijgen de pedagogisch medewerkers veel informatie over de ontwikkeling van de kinderen. De informatie die ze verzamelen helpt ze bij het aanbieden en plannen van nieuwe activiteiten die passen bij de ontwikkeling en belangstelling van de kinderen. Bij Kaleidoscoop staat de actieve betrokkenheid van kinderen centraal. Kinderen nemen het initiatief. Daarbij is de interactie met volwassenen heel belangrijk. Pedagogisch medewerkers praten met de kinderen, reiken nieuwe woorden aan en reageren op de taaluitingen van de kinderen. Ze helpen kinderen met plannen maken, die uit te voeren en erover na te denken. Ze observeren kinderen en zorgen ervoor dat de activiteiten aansluiten bij de behoeftes en interesses van de kinderen. Taal speelt een grote rol in de ontwikkeling van kinderen. Kaleidoscoop besteedt daarom gedurende alle activiteiten veel aandacht aan de taalontwikkeling en -stimulering van het Nederlands en zo mogelijk van andere moedertalen van de kinderen. Dit doen ze door veel met de kinderen te praten en door de kinderen veel te laten vertellen.
Hoofdstuk 3 Volgen en signaleren Elke locatie van Partou heeft de taak ieder kind op een systematische manier te volgen in zijn ontwikkeling en te zorgen voor een gerichte signalering. Ook op de peuterspeelzaal is goed naar peuters kijken belangrijk voor het volgen van het welzijn en de ontwikkeling. Daarnaast is observeren nodig om te zien wat een kind nodig heeft om zich voldoende uitgedaagd te voelen. Partou is er in principe voor alle peuters. De afgelopen jaren is er binnen de kinderopvang van Partou extra aandacht voor peuters met een extra zorgbehoefte. Daarvoor zoekt Partou samenwerking met ouders en eventuele partners in de wijk. De medewerkers van Visser t Hooft willen een gesprekspartner zijn voor ouders bij de opvoeding en ondersteuning bieden.
3.1 Observatielijsten Door middel van het volgsysteem binnen het VVE-programma zorgen we ervoor dat het kind voorbereid naar de basisschool kan. Voor de peuters gebruiken we observatielijsten die bij deze methode horen. Ook zijn er toetsen voor de peuters vanaf 3 jaar. Zo krijgen wij een mooi totaalbeeld van de ontwikkeling van elk kind. Na het invullen hebben we jaarlijks een oudergesprek waarin we de lijsten bespreken. Op de volgende momenten observeren we en vindt er een oudergesprek plaats: - tussen 2,5 en 3 jaar: twee/drie maanden na de wenperiode is er een evaluatiegesprek - bij 3 jaar: Kaleidoscoop observatielijst en toetsen - bij 4 jaar: Kaleidoscoop observatielijst en toetsen
3.2 Signalering Opgroeien en ontwikkelen gaat met vallen en opstaan. We stimuleren kinderen door alert te reageren op hun gedrag. We geven ruimte aan talenten en steun bij vragen. We signaleren zo vroeg mogelijk een eventuele stagnatie in de ontwikkeling van een kind. We doen dit zo nodig in samenwerking met andere partijen - opvoedexperts. Zo kunnen we elk kind, in overleg met de ouders, adequaat begeleiden op de voorschool.
9
3.3 Betrekken ouders Op de voorschool wordt de ontwikkeling van alle kinderen intensief gevolgd. Ook u als ouder observeert. Door met elkaar informatie uit te wisselen over het kind en de verschillen en overeenkomsten tussen thuis en het kindercentrum te bespreken, ontstaat een waardevolle samenwerking. We proberen dagelijks een moment te vinden bij het brengen en halen van het kind om kort wat te vertellen over de dag en specifieke momenten te omschrijven. Eenmaal per jaar bespreken we onze observatielijst met u tijdens een oudergesprek. Maar als u tussentijds een (opvoed)vraag heeft, kunt u altijd een afspraak voor een gesprek met de pedagogisch medewerker maken. Wij kunnen u adviseren en u en uw kind, eventueel met de deskundige adviseurs van Partou, verder begeleiden. Alle informatie die wij over uw kind hebben, willen we met u delen. 3.4 Samenwerking met omgeving Om binnen de voorschool alles mee te kunnen geven aan advies, informatie, educatie en zorg zijn wij verschillende samenwerkingsverbanden aangegaan. De GGD is een belangrijke samenwerkingspartner, wij kunnen in overleg met u adviezen inwinnen over hoe we een kind beter of anders kunnen stimuleren of kijken waar we andere hulp of advies in kunnen krijgen. We werken binnen ons team ook met een coördinator vroegsignalering, dit is om leidsters te ondersteunen op de groep. Het gaat om een lichte vorm van hulp en is vooral preventief bedoeld. Leidsters kunnen advies krijgen over de aanpak van een kindje en een observatie aanvragen, hierbij is altijd toestemming van ouders nodig. De pedagogisch medewerker zal dan in gesprek gaan met ouders. Overdracht en samenwerking basisonderwijs Wij zullen, in overleg met ouders, gegevens van peuters overdragen aan de basisschool. De gegevens die we overdragen, zorgen er voor dat de overstap naar de basisschool voor de kinderen zo goed mogelijk verloopt. Wat we overdragen overleggen we altijd eerst met de ouders tijdens het exitgesprek. Als ouders niet willen dat we gegevens overdragen, ontvangt de school geen gegevens maar een brief dat ouders afzien van overdracht.
Hoofdstuk 4 Samenwerking met ouders Partou ziet zichzelf als partner in de opvoeding. Een goed contact en regelmatig overleg tussen ouders en pedagogisch medewerkers vormen de basis voor goede kinderopvang. Voor het directe contact met de ouders hebben we de spelinloop. Ouders worden uitgenodigd om bij het brengen samen met het kind een spel te spelen of met de leidsters een kopje koffie te drinken. Twee keer per jaar is er een oudergesprek over de voortgang van het kind. Ouderbijeenkomsten worden twee keer per jaar gehouden aan de hand van een actueel thema. De locatie moet voor ouders een plek zijn waar ze hun kinderen met een gerust hart kunnen achterlaten en waar ze het gevoel hebben dat het bijdraagt aan een goede ontwikkeling (op alle gebieden) van hun kind. Samen maken we de voorschool tot een professionele en vriendelijke plek.
4.1 Informeren en adviseren Het delen van de opvoeding begint met het uitwisselen van informatie en het op elkaar afstemmen van verzorging, opvoeding en educatie.
10
We betrekken ouders bij het reilen zeilen in de voorschool. U krijgt dagelijks een overdracht van wat uw kind heeft beleefd. Bij het halen vertelt de leidster of het kind een fijne dag heeft gehad, met mogelijke bijzonderheden en wat ze die dag gedaan hebben op de voorschool Wij verwachten van ouders dat ze actief informatie over het welbevinden van de kinderen met ons delen en opvragen. Op deze manier zitten we op één lijn en krijgt het kind de juiste aandacht thuis en op de voorschool. Nieuwsbrieven Eén keer per maand ontvangen de ouders een nieuwsbrief, met daarin algemene mededelingen, nieuwtjes en informatie over de groepen en hun activiteiten, ouderavonden, enzovoort.
4.2 Ouderbetrokkenheid Op de voorschool hechten we veel waarde aan een goede samenwerking met ouders. Gebleken is dat betrokkenheid van ouders een positief effect heeft op de ontwikkeling van de kinderen. Wij verwachten daarom van ouders dat ze komen tijdens de afgesproken momenten. Zoals twee keer per jaar op een oudergesprek en ouderavond. Maar ook naar een themaafsluiting. Ook is het belangrijk dat ouders thuis de peuters aan de hand van de thema’s activiteiten aanbieden. Zoals boekjes lezen en creatieve activiteiten. Ouders kunnen voor informatie terecht op de groep. Er hangt een informatieklapper met verschillende zaken zoals een rapport van de GGD en de huisregels. Daarnaast kunnen ouders vrijwillig een dagdeel meedraaien op de groep (boventallig) en worden er uitjes georganiseerd of feesten gevierd waar we u ook meer dan welkom bent.
Hoofdstuk 5 Diversiteit en samenleving Onze peuterspeelzaal heeft een sociaal-maatschappelijke functie. Het is een ontmoetingsplaats waar gelijkheid en verschillen worden gewaardeerd en gerespecteerd. Kinderen spelen samen, leren van en met elkaar, botsen soms en maken het weer goed. De pedagogisch medewerkers bij VVE Berenboot spelen met de kinderen volgens een thema en betrekken de peuters hierbij. We doen dit in kringverband, waardoor ze allemaal de kans krijgen om dingen te vertellen of aan te wijzen die wat met het thema te maken hebben. 5.1 Diversiteit De voorschool heeft een sociaal-maatschappelijke en educatieve functie. Het is een plek waar gelijkheid en respect voor verschillen worden ervaren en gewaardeerd en waar geen sociale barrières zijn. Kinderen spelen samen, leren en botsen soms en maken het weer goed. Bij Visser t Hooft vinden we zowel bij de teamleden als bij de kinderen verschillende (culturele) achtergronden. Ook zijn er leeftijdsverschillen, sekseverschillen en verschillen in talenten, voorkeuren en ervaring. Ieder kind in de groep wordt gelijk behandeld. Wij leren de kinderen positief om te gaan met diversiteit. Gelijkheid en respect zijn belangrijk, net als vrijheid om keuzes te maken. Kinderen mogen hun eigen mening uiten, maar horen ook open te staan voor en te luisteren naar anderen.
11
Ieder kind is anders en daarom bieden we verschillende activiteiten en speelmaterialen. We houden bijvoorbeeld rekening met de verschillende leeftijden en ontwikkelingsfasen in de groep.
5.2 Samenleving Op de voorschool leren de kinderen dat zij onderdeel uitmaken van de wereld. Dat begint al bij jonge kinderen wanneer zij andere kinderen ontmoeten en ervaringen opdoen buiten het gezin. Je helpt elkaar, leert van en met elkaar, luistert naar elkaar, er wordt naar jou geluisterd. Om de kinderen te helpen om zich in een groep te leren bewegen en te handhaven ondersteunen de pedagogisch medewerkers de kinderen in alles wat ze doen door hen te benaderen op hun eigen niveau (letterlijk en figuurlijk), door naar hen te luisteren, hen serieus te nemen, te helpen (in bijvoorbeeld het samenspel), respect te hebben voor hun keuzes en hun mening en hen de ruimte en de tijd te geven om zich te uiten en om zelfstandig te handelen.
Hoofdstuk 6 Praktische informatie 6.1 Locatiebeschrijving VVE Berenboot is verbonden aan de Jenaplan-basisschool Dr. W.A. Berenboot en zit samen met de school in een tijdelijke locatie aan de Hoekslootstraat 7. Er is een nauwe samenwerking en een doorgaande leerlijn in de uitvoering van het Kaleidoscoop programma. Voor het buitenspelen heeft de voorschool een eigen afgesloten buitenruimte en de mogelijkheid om dit (doormiddel van een deur in het hek) uit te breiden naar het kleuterplein. De voorschool volgt de vakanties van de basisschool. Daarnaast zijn er nog afwijkende sluitingsdata waarvan u een overzicht ontvangt bij intake of bij het nieuwe schooljaar. VVE Berenboot biedt opvang aan een groep bestaande uit maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar. De voorschool is open op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 8.30 tot 12.00 uur. Buitenruimte De buitenruimte van de voorschool is met een hek afgesloten en bevind zich op het algemene schoolplein. 6.2 Intake Het intakegesprek is er om ouders te informeren over de dagelijkse gang van zaken op de voorschool en om u deze locatiegids te overhandigen. Tijdens dit gesprek willen wij zoveel mogelijk te weten komen over uw kind. Ook worden de nodige formulieren ingevuld en is er tijd om vragen te stellen. 6.3 Wennen Wij hechten veel waarde aan het wennen, omdat dit de basis vormt van het verblijf van uw kind op de voorschool. Er is een wenperiode vastgesteld, maar we kijken bij elk nieuw kind tijdens het intakegesprek of dit passend is en bespreken met u de mogelijkheden. Alles is erop gericht er voor te zorgen dat uw kind zich snel thuis voelt bij ons. Houdt u er wel rekening mee dat u in de beginperiode op elk moment beschikbaar bent om telefonisch te overleggen.
12
6.4 Brengen en halen De spelinloop/het brengmoment is een belangrijk onderdeel van de dag. Structuur en ritme op de groep is van groot belang om het VVE programma goed uit te kunnen voeren. Om de rust in de groep te bewaren rekenen we erop dat u voor 09.00 uur afscheid van uw kind heeft genomen. TIP: houd het afscheid zo kort en duidelijk mogelijk. Zeg altijd tegen uw kind dat u vertrekt en ook weer terug komt.
6.5 Oudergesprekken De pedagogisch medewerker nodigt u minimaal één keer per jaar uit voor een oudergesprek. Hierin bespreken wij de ontwikkeling en het welbevinden van uw kind. Uiteraard kunt u tussentijds ook aangeven een gesprek te willen, maar er kan vanuit de pedagogisch medewerker ook een reden zijn om tussentijds een gesprek met u aan te gaan. Bescherming privacy De ingevulde ‘formulieren voor observatie en oudergesprekken’ worden in de gegevensmap of observatiemap van het kind opgeborgen en die worden in een gesloten kast bewaard. Ouders kunnen inzage krijgen in alle schriftelijke informatie. Aan het eind van de plaatsing krijgen de ouders de observatieverslagen van hun kind mee. 6.6 Afscheid Wanneer een kind de voorschool gaat verlaten zal hier op de groep aandacht aan besteed worden en zal er op een persoonlijke manier afscheid worden genomen. Ook zal er een eindgesprek met u worden gehouden om de plaatsing op de voorschool goed af te sluiten. Mocht u willen opzeggen, houd dan rekening met een opzegtermijn van één maand. 6.7 Eten en drinken De bedoeling is dat u uw kind een rugzakje en een trommeltje meegeeft (met naam) met daarin bijvoorbeeld een broodje, cracker, rijstwafel en een stuk fruit plus drinken in een pakje of beker. Er wordt rekening gehouden met peuters die vanwege hun gezondheid of religie een speciaal dieet hebben. De eetmomenten beginnen met een vast ritueel, zoals het aankondigen, opruimen, handen wassen en zingen. Alleen bij speciale gelegenheden zoals verjaardagen, mag er met mate gesnoept worden. Dus geen snoep en koek meegeven. 6.8 Rituelen Rituelen zijn een belangrijk middel om de wereld van jonge peuters voorspelbaar te maken en om een wij-gevoel te geven. Op de voorschool bestaat de ochtend uit vaste rituelen, bijvoorbeeld zingen voordat we gaan eten en gezamenlijk opruimen als we gespeeld hebben. Er zijn ook vaste rituelen voor bijvoorbeeld verjaardagen. Als een kind jarig is, vieren we het met de groep. Het kind mag dan een (gezonde) traktatie meenemen om uit te delen. We zingen liedjes voor het kind en maken een verjaardagsmuts. De wijze van viering bespreken we van te voren met u. Bij de geboorte van een broertje of zusje is het mogelijk om dit ook te vieren op de groep. Verder is er alle ruimte om feesten van andere culturen te vieren.
13
Structuur en veiligheid bieden wij mede aan door middel van volgend dagritme: 8.30 - 9.00 uur De kinderen worden gebracht. Er is tijd om even met uw kind te spelen of een boekje te lezen of een praatje te maken met de andere ouders en de pedagogisch medewerkers. Voor 9.00 uur afscheid nemen. Om 9.00 uur gezamenlijk in de kring beginnen, we openen de dag bespreken wat het programma is voor die ochtend. 9.15 uur spelen in de hoeken/ werken aan thema (knutselen, muziek) 10.00 uur opruimen daarna eten en drinken. 10.45 -11.45 uur werken aan thema (knutselen, muziek)/ spelen in de hoeken, buitenspelen 11.45 - opruimen 12.00 uur worden de kinderen opgehaald. Het is van groot belang voor het kind, dat u uw kind op tijd brengt en ophaalt, zodat we gezamenlijk de ochtend kunnen openen (starten) en afsluiten. Regels en afspraken Op de voorschool geldt een aantal basisregels en afspraken die we hanteren om duidelijkheid te geven. Bijvoorbeeld: we doen aardig tegen elkaar, we laten de spullen heel en we leggen uit waarom iets gevaarlijk of onhygiënisch is. De pedagogisch medewerkers gebruiken steeds dezelfde formulering. Bijvoorbeeld: samen spelen is samen delen, of we lopen in de ruimte, dat is de afspraak. De wijze waarop een kind wordt aangesproken op het negeren van de instructie gebeurt bij de voorschool als volgt: Op ooghoogte van het kind (gehurkt) en rustige toon, op duidelijke wijze aanspreken op het ongewenste gedrag. Uitleggen welk gedrag er wel verwacht wordt. Tegelijkertijd wordt positief gedrag (door complimenten) gestimuleerd. Belangrijk is dat het moment positief wordt afgerond. De pedagogisch medewerkers vinden het belangrijk om ouders hierover terugkoppeling te geven. 6.9 Uitstapjes Partou vindt het belangrijk dat er adequaat toezicht is bij uitstapjes. Bij uitstapjes buiten de school wordt er van de ouders medewerking verwacht. Binnen de school Binnen de school vinden er ook uitstapje plaats. Er zijn verschillende feesten die samen met de school gevierd worden, zoals bv sinterklaas. Maar ook de schoolfotograaf, gymmen, buitenspelen en thema afsluitingen gebeuren binnen de school. Per activiteit binnen de school wordt er gekeken of er extra begeleiding bij gevraagd moet worden. Ouders worden op de hoogte gebracht van deze activiteiten en gevraagd of zij willen helpen in de begeleiding. Dicht bij huis In de buurt van de locatie, op loopafstand voor begeleiders en/of kinderen, bijvoorbeeld naar de kinderboerderij, wordt een paar ouders meegevraagd voor extra begeleiding. Verder weg Niet op loopafstand voor de peuters. Peuters gaan incidenteel wat verder weg. 14
Voor uitstapjes verder weg bijvoorbeeld naar Artis gaan er altijd ouders mee! Van elk kind één ouder. Als de ouder niet mee kan, dan kan het kind helaas ook niet mee.
6.10 Ziekte van het kind en ongevallen Wanneer een kind ziek is (of om een andere reden dagje thuisblijft) moeten ouders dat voor 8.30 uur melden. Als een kind tijdens het verblijf op de voorschool ziek wordt, belt de pedagogisch medewerker de ouders. In sommige gevallen wordt het eerst even aangekeken en in overleg met de ouders wordt besloten of het kind opgehaald moet worden. Doorslaggevend hierbij is hoe het kind zich in de groep gedraagt. Bij koorts en besmettelijke ziekten volgen wij het advies en de richtlijnen van de GGD. Ongevallen/calamiteiten Als een kind een ongelukje krijgt waarbij het letsel oploopt, neemt de pedagogisch medewerkers contact op met de ouders en meldt dit bij de eigen locatiemanager. In deze situatie gebruiken we het formulier ‘Registratie ongeval’. Dagelijks zijn er meerdere medewerkers in huis met een bedrijfshulpverleningsdiploma (BHV), zij kunnen de eerste zorg toepassen als dit nodig blijkt. Er wordt direct contact opgenomen met de ouders en overlegd wat er nodig is, bijvoorbeeld bezoek aan huisarts of EHBO-post. Bij urgente calamiteiten/ongevallen zullen de medewerkers direct contact opnemen met 112. Ontruimingsplan Er is op de voorschool en basisschool een ontruimingsplan aanwezig. Het team is geïnstrueerd. Elke groep heeft een noodmap met hierin de instructies wat te doen in geval van ontruiming. Jaarlijks wordt er een brandoefening gehouden. Brandbaar materiaal, zoals gordijnen, zijn brandveilig gemaakt. De muren zijn brandvertragend en er is veiligheidsglas. Elke dag vult de pedagogisch medewerker een presentielijst in. Uw kind wordt bij binnenkomst aangevinkt en bij vertrek afgevinkt. Medicijnbeleid Wij hanteren op de locatie het voorgeschreven medicijnbeleid en werkinstructie. Tijdens de intake zal u gevraagd worden naar medicijn gebruik van uw kind. 6.11 Sluitingsdagen Tijdens het intakegesprek krijgen de ouders een overzicht van de jaarlijkse sluitingsdagen mee. Deze sluitingsdagen gelden voor de hele organisatie en kunnen niet worden geruild. Ruim een week voor een sluiting hangen wij ter herinnering een briefje op. Mochten er veranderingen zijn in het rosster dan hoort u dit tijdig. 6.12 Veiligheid en gezondheid Partou heeft richtlijnen opgesteld voor het handelen in geval van calamiteiten en ongevallen. Deze zijn opgenomen in Werkinstructies bij calamiteiten. In geval van ontruimingen beschikt elke vestiging over een ontruimingsplan. Dit ontruimingsplan wordt jaarlijks geoefend samen met school. Van de oefeningen wordt een verslag gemaakt met eventuele aandachtspunten. Iedere vestiging beschikt, in het kader van bedrijfshulpverlening, over bedrijfshulpverleners. Risico-inventarisatie De risico-inventarisatie beschrijft de veiligheidsrisico’s die de opvang van de peuters met zich meebrengt op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verstikking, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. Jaarlijks wordt er een risico-inventarisatie uitgevoerd op gezondheidsrisico’s die de opvang van peuters met zich meebrengt. De thema’s zijn: brandveiligheid, gezondheid en veiligheid.
15
Uit deze inventarisatie volgen werkafspraken en werkinstructies die voor de locatie gelden en gehanteerd worden. Deze worden jaarlijks gecontroleerd door de GGD. Ambitieniveau en controle Door de gemeente is een verordening vastgesteld aan welke kwaliteitseisen de peuterspeelzalen moeten voldoen, vooral op het gebied van veiligheid, gezondheid en accommodatie. In deze verordening is opgenomen dat een peuterspeelzaal een ambitieniveau moet aangeven. Dit ambitieniveau dient de peuterspeelzaal aan de ouders, GGD en gemeente te overleggen. Het ambitieniveau bepaalt hoeveel beroepskrachten of begeleiders aanwezig moeten zijn en welke activiteiten er aan de kinderen/ouders geboden worden. Onder ambitieniveau wordt verstaan: ambitieniveau 0: spelen en ontmoeten ambitieniveau 1: spelen, ontmoeten, ontwikkelen en signaleren. ambitieniveau 2: spelen, ontmoeten, ontwikkelen, signaleren en ondersteunen. Alle peuterspeelzalen van Partou vallen onder ambitieniveau 1(1 professionele medewerker met één ouder of stagiaire), alle voorscholen van Partou vallen onder ambitieniveau 2 Bovengenoemde peuterspeelzalen worden geregistreerd in het landelijk register kinderopvang. Als een peuterspeelzaal in dit register vermeld staat, betekent dit dat de peuterspeelzaal wordt gecontroleerd op kwaliteit door de GGD en dat de afdeling Welzijn, Zorg en Educatie daar op toe ziet. Veiligheids- en gezondheidsregels Houd de vluchtroute naar de nooduitgang altijd vrij. Zoekraken of kapot gaan van meegenomen, eigen speelgoed is voor risico van de ouders. Let erop bij het binnenkomen en weggaan dat de buitendeur goed gesloten is en let erop dat er geen onbekenden mee naar binnen lopen. Bij regen vragen wij ouders hun voeten te vegen op de inloopmat. Zo voorkomen we dat de vloer nat wordt, en daardoor glad wordt. Huisdieren zijn niet toegestaan op d elocaties, ook niet tijdens het halen en brengen van peuters. Zorg ervoor dat u uw handtas niet onbeheerd op de groep legt. Kinderen kunnen uit hun nieuwsgierigheid in uw tas komen. Er hangt een informatieklapper of map op de groep hierin vind u alle informatie rondom de locatie die voor u als ouder van belang zijn. Gezondheid Partou heeft verschillende richtlijnen opgesteld die voldoen aan de Warenwetregeling hygiëne van levensmiddelen (zie map werkinstructies). De locatiemanagers zijn verantwoordelijk voor de handhaving van de richtlijnen. In regulier overleg komt het omgaan met voedselhygiëne regelmatig aan bod 6.13 Teambeschrijving Het team van VVE Berenboot bestaat uit twee gediplomeerde pedagogisch medewerkers, Zahia en Muna. De locatiemanager is Maartje Appers. Zij heeft haar kantoor op de Zeeburgerdijk 708 B. De pedagogisch medewerkers van VVE Berenboot krijgen ondersteuning op verschillende gebieden binnen de voorschool. Daarbij is de locatiemanager hun eerste aanspreekpunt. De pedagogisch medewerkers worden voortdurend bijgeschoold met diverse cursussen zoals Kaleidoscoop, de taaltoets en Triple P. De pedagogisch medewerkers bij VVE Berenboot hebben oog voor kind en ouders. Ze 16
zijn creatief, kunnen ouders op hun gemak stellen en bieden een luisterend oor aan zowel kind als ouder. Achterwacht Op een groep staan altijd twee pedagogisch medewerkers. Wanneer zich de situatie voor doet dat een pedagogisch medewerker alleen op de groep komt te staan wordt direct de locatiemanager gebeld en de contact persoon van school op de hoogte gebracht. Als de reden een calamiteit is zal zij er voor zorgen samen met de pedagogisch medewerkers dat er vervanging komt. Dit in de vorm van een stagiaire van de groep zelf of van omliggende locaties, één van de locatiemanagers of iemand vanuit de school. Er zal in dit geval binnen 15 minuten ondersteuning op de groep aanwezig zijn. Mocht het gaan om een zieke medewerker of scholing dan is de regel dat pedagogisch medewerkers dit zo vroeg mogelijk aan de locatiemanager door geven zodat zij een dienst uit kan zetten bij de partou flexpool. Dan word er via deze weg professionele vervanging geregeld. . Indien we geen gediplomeerde invaller kunnen krijgen stappen wij terug naar ambitieniveau 1(zie pagina 16 voor uitleg). Zo voldoen we aan de wettelijke normen rondom peuterspeelzaalwerk. Mocht het zo zijn dat er geen achterwacht geregeld kan worden dan moet de groep helaas gesloten worden en moeten de ouders hun kind komen ophalen en mee naar huis nemen. Medewerker-kind ratio Op een groep staan altijd twee pedagogisch medewerkers op 12 tot 15 kinderen. We volgen de leidster-kind ratio die is vastgesteld in het convenant kinderopvang. Soort groep
Leeftijd kinderen
Peuterspeelzaalgroep
2,5 tot 4 jaar
Maximaal aantal kinderen 15
Aantal pedagogisch medewerkers 2 (3)
Diploma’s en Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) Alle beroepskrachten die bij ons werken, hebben minimaal een van de MBO opleidingen afgerond die genoemd worden in de CAO welzijn (minimaal MBO-3). Naast de vaste medewerkers werken ook pedagogisch medewerkers in opleiding op de groepen. Elke medewerker die in contact komt met kinderen is in het bezit van een VOG. Pedagogisch medewerkers in opleiding In het kader van de wet ‘educatie beroepsonderwijs’ werkt Partou samen met diverse opleidingsinstituten. Partou is een leerbedrijf. Op een groep zijn altijd twee vaste pedagogisch medewerkers werkzaam. Op elke groep is er in principe een leerwerkplek beschikbaar. Een leerplaats kan worden ingevuld door een BOL stagiaire. BOL stagiairs hebben een praktijkovereenkomst, zij volgen een voltijdsopleiding en lopen stage. Een BOL stagiair wordt niet ingezet als beroepskracht, maar is extra op de groep. De BOL stagiair wordt tijdens de stageperiode op de werkplek begeleid door de praktijkbegeleider. Naast de BOL stagiairs zijn er ook HBO stagiairs die meelopen op de groep. Deze HBO stagiairs vallen onder begeleiding van de locatie managers. 6.14 Centrale Oudercommissie (COC) Ook is er een COC. Partou wil op centraal niveau graag in gesprek zijn met ouders om een klankbord te hebben op het brede terrein van de dienstverlening; horen wat ouders belangrijk vinden, wat er onder ouders leeft, welke wensen en ideeën ouders op beleidsniveau
17
inbrengen. Vooraf als het gaat om beleidsvoornemens en veranderingen, achteraf om beleid en dienstverlening te evalueren. De COC krijgt ook adviesrecht op de onderwerpen die de Wet Kinderopvang noemt. Ook kent Partou de COC informatierecht toe. 6.15 Klachtenbeleid Ondanks onze inspanningen om de opvang van de kinderen naar wens te laten verlopen is het mogelijk dat er een keer onvrede ontstaat. In dat geval willen wij dat graag horen. Partou ziet de opvang van de kinderen als een samenspel tussen ouders, kind en onze organisatie. Door goed naar ouders te luisteren weten wij wat zij belangrijk vinden en kunnen wij onze dienstverlening beter afstemmen op hun behoeften. Wij gaan er van uit dat ouders kritiek uiten vanuit een sterke betrokkenheid en de wens om de situatie te verbeteren. In geen enkel geval moeten ouders de indruk krijgen dat een klacht negatieve invloed heeft op de opvang van hun kinderen. Ouders kunnen hun klacht aan iedereen binnen onze organisatie kenbaar maken. Degene die de klacht in ontvangst neemt, zorgt dat deze op de goede plek terechtkomt en wordt opgevolgd. Ouders kunnen ook kiezen voor de externe route: die van de klachtencommissie. Dat kunnen zij meteen doen, maar ook nadat de interne route onbevredigend is afgesloten. Partou heeft zich aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, zodat een eerlijke behandeling van klachten is gewaarborgd. Partou betaalt het lidmaatschap en onze klanten kunnen vertrouwen op een zorgvuldige en deskundige klachtenafhandeling. Op onze locaties zijn folders van deze klachtencommissie verkrijgbaar. Klachten over de totstandkoming of de uitvoering van de overeenkomst tussen de klant en Partou kunnen, na de interne klachtenroute, voorgelegd worden aan de Geschillencommissie. In tegenstelling tot de uitspraak van de klachtencommissie is de uitspraak van de Geschillencommissie bindend. In de algemene voorwaarden van Partou staan de procedures die deze commissie hanteert. Het volledige klachtenbeleid van Partou is beschikbaar op elke locatie.
Partou Coördinator klachtenafhandeling Postbus 22070, 1100 CB Amsterdam Telefoon: (020) 398 61 00 Klachtencommissie Kinderopvang, Ambtelijk secretariaat Postbus 21, 3738 ZL Maartensdijk Telefoon: (0900) 0400034 Geschillencommissie Kinderopvang www.sgc.nl
6.16 Kwaliteitsbeleid en certificering Binnen de wettelijke voorschriften voert Partou een eigen kwaliteitsbeleid. Wij werken met een kwaliteitssysteem met certificatie. Dit bestaat uit een (digitaal) kwaliteitshandboek met bijbehorende bijlagen. Onze werkwijze stelt ons in staat om alle bedrijfsprocessen optimaal te controleren en te verbeteren. Bovendien verzekert dit systeem ouders van kwaliteit. Partou is sinds 1 januari 2010 ook formeel HKZ en ISO 9001 gecertificeerd. Daarmee is het externe toezicht op de werking van ons kwaliteitssysteem ook gewaarborgd. Deze locatiegids is onderdeel van dit kwaliteitssysteem.
18
Jaarplan 2013/14
7.1 Terugblik De pedagogisch medewerkers van voorschool <…….> hebben in het afgelopen jaar een training gehad in het project Taal en VVE van het ABC, hierin hebben ze geleerd om doormiddel van het gebruiken van een kijkwijzer gerichter bezig te zijn met taal op de groep. Om de borging van de Taal en VVE vast te houden worden er pedagogisch coaches ingezet. Ze komen 4 keer per jaar op de groep. Er worden dan opnames gemaakt van de pedagogisch medewerkers en nabesproken ook weer aan de hand van de kijkwijzer. Vorig jaar zijn we begonnen met een cursus rondom de ouderbetrokkenheid. Samen met twee trainers en de pedagogisch medewerkers hebben we een 6 punten kapstok ontwikkeld. In die 6 punten kapstok zijn alle facetten van de samenwerking met ouders opgenomen. Een van de punten is VVE thuis, dit project wordt samen gedaan met de afdeling opvoedondersteuning. Hierbij worden ouders uitgenodigd om deel te nemen aan een bijeenkomst waarin een thema wordt uitgelegd. In het materiaal wat de ouder mee krijgt naar huis staan activiteiten die ze thuis met hun kinderen kunnen doen. Op de groep is er een plek waar de resultaten kunnen worden getoond. Er zijn 4 bijeenkomsten per jaar. Wij krijgen jaarlijks bezoek van de GGD inspectie. Deze inspecteert op gebied van veiligheid, gezondheid, kwaliteit en interactie met de peuters. In het afgelopen jaar zijn alle locaties tenminste met een voldoende beoordeeld. Verbeterpunten die eruit zijn gekomen zijn opgepakt. Alle rapporten hangen inzichtelijk voor u op de locatie in de informatieklapper.
7.2 Vooruitblik Eens per zes weken vindt er een werkbespreking plaats. Hierin bespreken we inhoudelijke punten rond de voortgang van de locatie. Bij deze bespreking zijn de locatiemanagers en pedagogisch medewerkers aanwezig. Ook vindt er eens per zes weken een teamvergadering plaats. Tijdens deze vergaderding wordt het teammanagement besproken en zijn alle locaties die onder de locatiemanager vallen aanwezig. Eén keer per jaar vinden er functioneringsgesprekken plaats. De pedagogisch medewerkers hebben voor zichzelf leerdoelen geformuleerd waaraan zij willen werken. Tijdens het functioneringsgesprek worden onder andere deze leerdoelen besproken en gekeken hoever de pedagogisch medewerkers hun leerdoelen behaald hebben. Ook worden de werkzaamheden van de pedagogisch medewerkers besproken. De cursussen die de locatiemanagers en pedagogisch medewerkers hebben gevolgd, worden herhaald door middel van opfriscursussen voor onder andere de VVE programma’s. We werken met een opleidingsplan. De locatiemanager schrijft ieder jaar een jaarwerkplan in overleg met het regio management. Er wordt tussentijds geëvalueerd en aandachtspunten worden beschreven. Wij werken met een jaarkalender. Aan de hand van deze kalender hebben wij een goed overzicht over het schooljaar en passen we tussendoor belangrijke dingen aan. 19
Op deze jaarkalender staan sluitingsdagen, oudergesprekken, ouderavonden, vergaderingen, cursusdagen en trainingen. In het voorjaar starten de pedagogisch medewerkers met het vervolg van de training ouderbetrokkenheid. Hierin zullen ze aan de slag gaan met de ouderanalyse en de communicatie met ouders. Per voorschool programma zijn er intervisie bijeenkomsten georganiseerd. De pedagogisch medewerkers kunnen hier aan elkaar vragen stellen en een casus voorleggen. Dit wordt begeleid door de voorschool trainers. Vanaf heden zal er gewerkt worden met een digitale risico inventarisatie. Dit zal in het komende jaar op elke locatie worden gedaan. (indien van toepassing op de locatie) in maart 2013 zullen 2 PM-ers Piramide certificeren (indien van toepassing op de locatie) in mei 2013 zullen 6 PM-ers Startblokken certificeren (indien van toepassing op de locatie) in mei 2013 zullen 5 PM-ers Puk & Ko certificeren Er zal geen groot en duur schoolreisje meer georganiseerd worden, er gaat meer gewerkt worden met ouderparticipatie door het hele jaar heen. Per locatie kan er gekeken worden waar de behoeften liggen. Je kan denken aan peuterdans, lid worden van de bibliotheek, een ouder en kind cursus. Er is een werkgroep opgericht die hier over gaat nadenken. De komende tijd willen we ons meer gaan verdiepen in de voeding op de voorscholen en hier een nieuw voedingsbeleid op schrijven. Zorg voor het kind staat op de voorschool voorop, naast het observeren van het kind vanuit het programma werken we ook nauw samen met onze coördinator vroegsignalering. Wij hebben met de start van 2013 dit proces inhoudelijk verbeterd, d.m.v. het inzetten van actie en handelingsplannen. Dit is ook een onderdeel waarop de GGD Inspectie controleert. VVE (voor-en vroegschoolse educatie) is en blijft in beweging dit kan praktische organisatorische veranderingen met zich mee brengen op de locatie, indien nodig wordt u als ouder hiervan op de hoogte gebracht. Wij werken constant aan het verbeteren van de kwaliteit.
Wij wensen u en uw kind een prettig verblijf bij Visser T Hooft
20