Lindsay Eveleen
DE VERBORGEN WAARHEID
Lindsay Eveleen Copyright © 2014 Lindsay Eveleen (pseudoniem) Alle rechten voorbehouden ISBN-13: 978-1497498587 ISBN-10: 1497498589
Van dezelfde schrijver: Voor Altijd Geen Rozen Voor Nancy Brothers
Inhoud EEN ............................................................................4 TWEE .......................................................................16 DRIE .........................................................................37 VIER .........................................................................47 VIJF ...........................................................................66 ZES ...........................................................................77 ZEVEN .....................................................................93 ACHT ......................................................................113 NEGEN ..................................................................135 TIEN .......................................................................159 ELF .........................................................................181 TWAALF.................................................................205 DERTIEN...............................................................229 VEERTIEN.............................................................250 VIJFTIEN ...............................................................270 ZESTIEN ................................................................286 ZEVENTIEN .........................................................304 ACHTTIEN ............................................................321 EPILOOG...............................................................337
Lindsay Eveleen
EEN U bent Miss Baker, de journalist? Ga toch zitten. Wilt u misschien een kop thee? Suiker, melk? Alstublieft Professor Glensor is, na vijftien jaar in coma te hebben gelegen, onlangs overleden. Ik ben daar heel verdrietig over. Hij was een gerespecteerde wetenschapper, moet u weten. Een botanicus in hart en nieren. Een man met een goede reputatie. Een man die herinnert zal worden als een man die zijn steentje heeft bijgedragen in de wereld van de wetenschap. Maar laat ik bij de droom beginnen, een droom van een aantal jaren geleden. In de droom zei een mannenstem: "Zuster . . ." Ik zag licht, blauwachtig licht. Geschrokken opende ik even mijn ogen, en sloot ze dan weer. Plotseling hoorde ik voetstappen. M’n slaapkamerdeur ging open. '- Gill - Gill - Gill - ?' Mijn beste vriendin Joanna Travis stond in de deuropening. Ze was elegant gekleed, droeg een zwarte leren jas en een lange, roomwitte rok. Haar 5
De Verborgen Waarheid
hazelnoot ogen schoten vuur terwijl ze haar bruine haren naar achteren zwiepte. 'Er is ingebroken in de winkel. Sta toch op! Bel de politie.' Ik keek haar niet begrijpend aan. Ik voelde me verdoofd, mijn hoofd nog vol met beelden van de droom waarin ik in een kamer lag dat overweldigend rook naar een antiseptisch middel. Waren dat beelden van het verleden? vroeg ik me af. Plotseling herinnerde ik me dat ik gisteren een aantal oude vrienden was tegengekomen; ik was op weg naar de apotheek. We eindigden in een bar en dronken wijn tot diep in de nacht, veel wijn. 'De winkel, er is ingebroken.' Joanna fronste haar wenkbrauwen. 'Ik reed vanmorgen door de straat toen ik je kapotte voordeur zag. Je moet de politie bellen. Dat moet je zelf doen. Dat kan ik niet voor je doen.' Ze zweeg een ogenblik. 'Er is nog iets – je moet het glas van de deur vervangen.' In woonde in Sydney, boven een winkel dat ikzelf runde, verkocht halfedelstenen, boeken, geurkaarsen en zelfs sieraden. Het werk boeide me echter niet. Ik verdiende ook weinig geld. Maar ik had een dak boven mijn hoofd, en woonde in de buurt van het centrum. Er was een supermarkt aan het eind van de straat en een bloemenwinkel waar tulpen, waar ik zo dol op was, werden verkocht. Joanna liep naar het bed en scheurde de dekens van me af. 'Sta toch op.' Binnen een paar seconden veranderde haar toon en zei ze zacht: 'Zal ik koffie voor je zetten?' 6
Lindsay Eveleen
Joanna was niet getrouwd, had ook geen vriend, hoewel ze er prachtig uitzag. Een slank figuur en het haar viel over haar schouders, een paar benen waar ik jaloers op was. Als ik haar vroeg waarom ze geen vriend had, zei ze: ‘Als ik de ware tegenkom. Alleen dan zal ik me gelukkig voelen.’ Dat vriendje zou wel eens mijn broer kunnen zijn. Helaas was hij getrouwd. Ze liep weg. Wat had ze me toch verteld? Er was ingebroken in de winkel. Omdat ik een dof gevoel in mijn hoofd had, kon ik het idee niet vatten. Ineens drong het tot mij door en realiseerde me dat het slot zo snel mogelijk moest worden vervangen, en wel met een nachtslot, want het was niet veilig boven de winkel te wonen met een deur die zo gemakkelijk te openen was. Ik probeerde op te staan, maar mijn hoofd viel terug op het kussen, want de verschrikkelijke hoofdpijn maakte het onmogelijk. Ik bleef een tijdje liggen, stond toen langzaam op en trok de trui die ik gisteren droeg over mijn naakte lichaam, samen met de blauwe broek, kamde m’n haar voor de spiegel, en deed een lipgloss op om mij toonbaar te maken. Daar, ik zag er al beter uit. Maar toen zag ik de gezwollen oogleden en de donkere kringen. Was ik dat? Ach, ik was zevenendertig en zag er zo uit. Ik had gisteravond teveel gedronken en had nu een kater. Een kop sterke koffie zou helpen nuchter te worden.
7
De Verborgen Waarheid
De geur van koffie kwam mij tegemoet toen ik naar beneden liep. 'Gill – de koffie is klaar!' hoorde ik Joanna roepen. 'Ik kom eraan,' riep ik, en liep de keuken in. Ze gaf me een mok. ‘Hier, drink dit.’ Maar de koffie was zo bitter dat ik ervan moest hoesten, hoewel ik me wel wat beter voelde. 'Waarom zou iemand op zondag inbreken? Of was het gisteravond?’ ‘Vanochtend, denk ik.' Joanna nam een slok van de koffie, en leunde tegen het aanrecht. 'Dat kleine beeldje op de plank achter de toonbank is weg.' 'Dat oude beeldje?' 'Ja.' 'Echt waar? Laten we naar beneden gaan.' We liepen de trap af, mok in de hand, en door de kleine keuken de winkel in. Ik gaf een gil toen ik de stukken glas op de vloer zag liggen. 'Wie gaat de deur repareren? Het is zondag!' De deur had een houten omlijsting, het bovenste paneel was van glas. De inbreker had het vernield, en kon zo gemakkelijk naar binnen met de sleutel dat ik aan de muur had geplaatst, vlakbij de deur. 'De politie weet vast wel iemand.' Ik inspecteerde de boekenplank, nog steeds met de mok in m’n hand. Het houten beeldje dat mijn moeder me voor mijn 21ste verjaardag had gegeven was inderdaad weg. Raar. 8
Lindsay Eveleen
'Weet je het zeker dat er niets anders is gestolen?’ ‘Ja. Zelfs het geld in de kassa ligt er nog.’ ‘Het is wel vreemd dat alleen dat beeldje is gestolen,’ zei ik, terwijl ik met mijn hand op de plank tastte. 'Waarom zou iemand een dergelijk oud stuk willen stelen? Het is een beetje beschadigd en is niet mooi gesneden. Een van mijn voorouders kreeg het van een stamhoofd, als geschenk.’ Ik zuchtte diep, draaide me om. ‘Waarom heeft hij niet die Ajolte steen meegenomen? Dat is tenminste de moeite waard, een dergelijk stuk kost twee duizend dollar.' Ze haalde haar schouders op. 'Bel de politie. Je zou misschien wat geld van de verzekering kunnen terugkrijgen. Maar je moet eerst een proces-verbaal laten opmaken.' 'Goed. Maar nu nog wat koffie.' In de keuken maakte ik instant koffie, gaf Joanna, die mij gevolgd was, een mok, dronk die van mij, en voelde me een stuk beter worden. 'Het beeldje is niet veel waard. Het is niet de moeite ervoor gepakt te worden.' 'Wees niet zo naïef, ' zei Joanna. 'Een drugsverslaafde zou alles doen om maar aan geld te kunnen komen. Hoe zag het er precies uit? De politie wil dat zeker weten.' 'Het is van hout gemaakt, is ongeveer tien centimeter hoog, heeft geen hoofd, maar wel borsten en dijen. Het is een vruchtbaarheidsbeeldje. Ik heb het van m’n moeder gekregen toen ik 21 9
De Verborgen Waarheid
werd. Ik heb het in de winkel geplaatst als talisman, dacht dat het zou kunnen helpen de verkoop te verhogen. Ze kreeg het van haar moeder, die het weer had gekregen van haar moeder, een familie stuk dus, stokoud en het kwam uit Nieuw-Guinea.' Ik zette nog meer koffie, goot het in mijn mok, en nam een flinke slok. Mijn hoofd voelde steeds beter. Nog een scheut en de hoofdpijn zou verdwijnen als sneeuw voor de zon. Ik keek Joanna aan. Ze was waarschijnlijk op weg naar een vergadering toen ze de ravage zag. 'Gekleed voor een bijeenkomst?' Ze knikte. 'Waarom ga je dan niet?' zei ik, en zette de mok op het aanrecht. 'Je kunt nog steeds gaan.' 'Te laat. Je broer is waarschijnlijk al naar huis.' 'Weet je wel waar die organisatie, Opus Dei, voor staat?' waarschuwde ik haar. 'Ja. Het is een organisatie van de katholieke kerk en wordt beschouwd als een teken van tegenspraak. Andy is lid. Ik ga er voor hem naartoe. Alleen is hij getrouwd.' ‘Je bent nog steeds op hem verliefd, hè?' Joanna had mijn broer bij mij thuis ontmoet. Andy kwam naar mij toe om over onze vader te klagen, en Joanna wilde over haar werk praten en hoe gefrustreerd ze zich voelde. Toen ze hem zag werd ze op slag verliefd. Waarom? Andy is niet bepaald slank, Hij heeft een klein buikje. Toch zag hij er niet onaantrekkelijk uit. 10
Lindsay Eveleen
Joanna bloosde. 'Ja. Jammer dat hij met dat mens is getrouwd.' 'Andy heeft problemen. Ze probeert hem te steunen, maar kan hem niet helpen, dat is alles.' 'Dat is alles, dat is alles? Hoe kun je dat nu zeggen! Ze hebben een oppas omdat ze uit werken wil. Ze neemt haar mee op vakantie, dat zei je zelf. Hij kan zich dat niet veroorloven!' Ik haalde mijn schouders op. 'Dat kun jij niet weten. Trouwens, het is zijn probleem, niet die van jou of mij.’ 'Ze ziet iemand anders.' 'Nonsens, ' zei ik koppig. 'Wel, ik denk dat het waar is.' Ze zweeg, scheen aan iets te denken. 'Gill ― bel de politie nou. Vertel hen over het gestolen beeldje!' Ik zuchtte. 'Eerst mijn moeder bellen.' Ik liep de winkel weer in, pakte de telefoon op de toonbank, en draaide het nummer. Het duurde even voor mijn moeder opnam. 'Mam, ik ben het. Er is iets vreemds gebeurd. Het beeldje dat ik van je kreeg is gestolen.' 'Wanneer?' Ze klonk bezorgd. 'Vanmorgen. Ik ga de politie bellen. Ze zullen het wel terugvinden.' 'Als je maar zorgt dat je het terugkrijgt.' Haar stem klonk vreemd. 'O, dat zullen heus wel,’ zei ik, om haar gerust te stellen. ‘Ik zie je binnenkort wel, oké?' 'Zal ik wachten tot de politie is gearriveerd?' bood Joanna aan, nadat ik had opgehangen. 11
De Verborgen Waarheid
'Goed. Ze willen jou natuurlijk ook wat vragen stellen. Laten we nog wat koffie drinken. De hoofdpijn, weet je. Ik heb gisteravond teveel gedronken.' We liepen terug naar de kleine keuken. Dit keer werd het instant koffie. 'Gill ― je moet de politie bellen,' zei Joanna weer, terwijl ze een slok van de koffie nam. 'Ja, natuurlijk. Weet je, toen mijn moeder mij het beeldje gaf had ze zo vreemd gekeken. Toen ik het voor de eerste keer in mijn handen hield, voelde ik me verdrietig. Ik wist niet waarom. Nog steeds niet, trouwens. ' Ik zuchtte diep. Joanna fronste haar wenkbrauwen. 'Ik ken je al heel lang. Ik heb nog nooit van je gehoord dat je iets naars hebt meegemaakt ― tenzij misschien ― op de universiteit. Je ging daar zo plotseling weg. Je hebt me nooit verteld waarom.' Wat kon ik zeggen? De waarheid? 'Er valt niets te vertellen. Ik hou van planten, maar alleen als ze in een tuin staan. Ik hoef ze niet te bestuderen.' 'Wel, misschien heeft het iets te maken met je ex.' 'Nee.' 'Probeer het je dan te herinneren.' 'Dat doe ik ook. Maar ik weet het nog steeds niet.' Joanna plukte aan haar rok. 'Gill ― bel de politie nou!'
12
Lindsay Eveleen
'Oké.' Ik deed verslag aan de politievrouw die opnam en concludeerde: 'O, kan iemand de deur voor mij repareren? Het is zondag.' Maar de vrouw zei dat het niet hun zaak was. Ik smeekte: 'Alstublieft, de deur moet gerepareerd worden zodat ik me 's nachts veilig kan voelen.' Na heen en weer gesputter beloofde ze uiteindelijk iemand te sturen. 'Hoofdinspecteur Dafoe komt hier zo naartoe,' zei ik tegen Joanna, en legde de hoorn op de haak. Ze knikte. 'Laten we een stoel pakken.' Uit de keuken namen we de twee opklapstoelen en wachtten op zijn komst. We zeiden een tijdje niets. Tenslotte zei Joanna: 'Heb je het nieuws over de oorlog al gehoord? Afghanistan heeft de Verenigde Staten om hulp gevraagd. De omroeper zei iets over de Taliban. Ik heb nog nooit van ze gehoord.' Ik weet niet waarom Joanna oorlog zo spannend vond. Mijn ouders verlieten Nederland kort na de Tweede Wereldoorlog, om in Australië een nieuw leven te beginnen. 'Waarom moet je altijd over oorlog praten? Ik haat oorlog ' 'Sorry.' Haar gezicht straalde toen ze verder ging. 'Ik heb goed nieuws te vertellen. Ik krijg binnenkort een ander opdracht.' Mijn mond viel open van verbazing. 'Echt waar? Dus je zit nu goed? Nooit meer boodschappen doen en koffie voor de redactie 13
De Verborgen Waarheid
zetten, geen kleine columns? Waarover ga je schrijven? Over grote trouwpartijen en haute couture?' 'Nee hoor. Stel je voor! Het wordt een artikel over gewone mensen, mensen zoals jij en ik, en over misdaad.' Joanna was mijn enige echte vriendin. We kenden elkaar sinds de middelbare school. Nadat Joanna haar High school diploma had behaald begon ze voor een krant te werken, helemaal onderaan, van boodschappen doen tot koffie voor de redactie zetten, ondertussen volgde ze een opleiding in de journalistiek. 'Misschien zal ik op een dag over jou gaan schrijven,' zei ze voorzichtig. 'Over de inbraak.' Maar dat wilde ik niet. 'Frank zal het niet leuk vinden, en ik ook niet.' 'Of ik kan over Robert Jones schrijven. Hij zwerft nog steeds door de straten. Hij is van zijn vrouw gescheiden, weet je. Maar omdat hij zijn ex zo miste, ging hij terug naar Melbourne. En wat deed zij? Ze schopte hem het huis uit. Dus keerde hij terug naar Sydney en zwerft sindsdien door de straten. Hij is zo'n aardige man. Vrouwen mogen hem in het bijzonder. Hij is een man met een gouden hart; hij denkt altijd eerst aan anderen. Als hij een winkelier om een sok vraagt betekent dat ook een sok, want hij vindt zichzelf niet arm. Hij heeft een enorme bult op zijn voorhoofd. Hij stinkt ook. Maar niemand stoort zich eraan. Het enige wat ze zien is zijn goedheid.' Ze keek bedenkelijk, 14
Lindsay Eveleen
voegde er toen aan toe: 'Ja ― misschien ga ik wel over hem schrijven.' Robert Jones? Over wie had zij het toch? Opeens wist ik het weer. Hij was die zwerver die iedereen kende. 'Waarom niet. En over Peter en Paul?' Ze keek me verbaasd aan. 'Peter en Paul? Wie zijn dat?' 'Ik noem ze Peter en Paul. De een is groot en de ander klein. Ze lopen altijd samen.' Haar ogen lichtten op. 'O, die twee! Ik heb ze eens in de straat zien lopen. Natuurlijk kan ik ook een artikel over hen wijden.’
15
De Verborgen Waarheid
TWEE Hoofdinspecteur Jack Dafoe was een forse, getinte veertiger met zwart krullend haar, dat aan de slapen al grijs werd. Hij droeg een goedkoop, blauw pak. Hij zag er goed uit. Ik vond hem direct aardig. 'Inspecteur, ' zei ik, en stak een hand uit. ‘Sorry, dat ik wat laat ben,’ zei hij met een aangename stem, en greep mijn uitgestoken hand. 'Hoofdinspecteur Jack Dafoe. Inspecteur is voldoende.' Ik was verbaasd. Inspecteur Dafoe in plaats van hoofdinspecteur Dafoe? Zijn bescheidenheid was verrassend. Twee mannen volgden hem op de voet. 'Wie zijn dat?' vroeg ik. Wijzend naar de man in blauw overall, zei hij: 'Forensisch onderzoek. De ander zal uw deur van planken voorzien.' De man in overall had een kistje bij zich. Hij haalde er een borstel uit en begon de deur, kozijnen en de boekenkast waar het beeldje had gestaan voor eventuele vingerafdrukken met een poederachtige substantie te bepoederen. Toen hij klaar was spijkerde zijn kameraad de deur met wat houten planken dicht. 16
Lindsay Eveleen
Ik keek weer naar de inspecteur, en zei: 'Zo voel ik me een stuk veiliger. Bedankt.' 'Graag gedaan.' Hij haalde een blocnote en pen uit zijn borstzak. 'Vertel ― wat is er gebeurd.' Terwijl hij dit zei speurde hij de winkel rond, keek naar de boeken en de geurkaarsen. Halfedelstenen en schelpen lagen in kleine houten kommen op de boekenplank, kralenkettingen hingen aan haken. Hij liep naar de boekenkast en begon de boeken te bestuderen. The Crystal Ally Cars - The Other Within. ‘Wat een onzin,' hoorde ik hem mompelen. Hij draaide zich om, en zei: ‘Vreemde boeken heeft u.’ 'Ik weet het. Sommige mensen hebben daar interesse voor.' 'Heeft u ze gelezen?' vroeg de inspecteur nieuwsgierig. 'Ja. Moet wel, want ik verkoop ze ook.' 'U doet er wat mee?' 'Nee. Ik lees ze enkel.' 'Hmm.' Hij wreef zijn rechterhand over zijn kin. 'En nu over de inbraak.' 'Het gebeurde vanochtend, terwijl ik sliep. Ik zelf heb niets gehoord, maar mijn vriendin hier . . .' Ik wees naar Joanna die nog steeds op de opklapstoel zat. 'Kwam me dat vertellen. Alleen het beeldje is gestolen. Het is niet veel waard, maar ik ben eraan gehecht. Ik zou het graag terug willen hebben.' Hij keek in Joanna’s richting. 'Wat hebt u gezien, Miss? Of is het Mrs?' 17
De Verborgen Waarheid
'Miss. Ik reed vanmorgen om half tien door de straat en zag dat de bovenkant van de deur vernield was.' De inspecteur schreef iets op het stukje papier. 'Nog iets anders gezien? Een persoon misschien? Of een auto die wegreed?' 'Nee. Niets van dat alles.' Hij richtten zijn blik op mij. 'Hoe heet u?' ' Ik ben Gill Janssen.' De inspecteur fronste, schreef het op. 'Adres?' 'Orchard Road, mummer dertien.' 'Hoe ziet het beeldje eruit?' 'Het is ongeveer tien centimeter hoog en gemaakt van hout. Het is een vruchtbaarheidsbeeldje. Het heeft geen hoofd, alleen torso met borsten en dijen.' 'Hoe oud is het voorwerp?' 'Stokoud.' Hij fronste voor de tweede keer. 'Wat is de waarde ervan?' 'Waarschijnlijk een paar honderd dollar.' 'Waar hebt u het vandaan?' 'Van mijn moeder.' 'Nog iets anders te melden?' 'Nee, inspecteur.' Hij was even stil. 'Hebt u op de Universiteit van Sydney gestudeerd?' Ik stond verbaasd. De vraag had niets met het beeldje te maken. 'Ja. Maar waarom wilt u dat weten?' 18
Lindsay Eveleen
Hij negeerde de vraag. 'Wanneer?' 'Achttien jaar geleden.' 'Welke afdeling?' 'Botanie.' 'Was David Glensor toevallig uw professor?' 'Ja. Waarom wilt u dat weten?’ vroeg ik voor een tweede keer. 'Ik onderzoek momenteel een mogelijke moordzaak. De professor werd een week geleden in het ziekenhuis opgenomen. Hij is vergiftigd, en heeft het bewustzijn verloren.' David in coma? Ik kon het nauwelijks geloven. David lag in het ziekenhuis. 'Wat? Hij ligt in coma?' 'Ja. Hij kreeg een zeer significante dosis van de chemische stof. . . ' Inspecteur Dafoe raadpleegde zijn blocnote. 'Acrylamide monomer, niet dat ik weet wat het is. De professor belde de politie op zeventien januari. Hij heeft iemand gezien die op de loer lag bij zijn huis.' 'Een insluiper?' Joanna trok een gezicht. 'Dat is mogelijk. Een agent ging naar zijn huis toe. Hij kon moeilijk praten, en werd naar het ziekenhuis gebracht. Zijn toestand is echter verslechterd. Hij is verlamd in al zijn vier ledematen. Een forensisch patholoog denkt dat de symptomen van de professor werden veroorzaakt door het chemische materiaal acrylamide.' Hij keek mij aan, en vroeg: 'Zei ik het goed?' Ik knikte. 19
De Verborgen Waarheid
'Juist. Haar analyse en bloedmonsters lieten sporen van acrylamide in gehalten . . .' De inspecteur raadpleegde weer zijn blocnote. 'Honderd keer hoger dan normaal.' 'Jack, we zijn klaar. Kunnen we gaan?' riep de man van het forensisch onderzoek. Hij draaide zich om, knikje. De twee mannen verzamelden hun gereedschap en wandelden gezamenlijk de winkel uit. Hij keek weer naar mij en opende zijn mond. Maar ik was hem voor en zei voor hij spreken kon: 'Wat heb ik daarmee te maken? Dat was achttien jaar geleden. Wat is het verband?' Mijn gezicht voelde roodvloeiend. Professor David Glensor was de reden dat ik de universiteit moest verlaten. Hij was de professor die ik zo bewonderde. Ik was heimelijk verliefd op hem, maar hij was het die met mij flirtte, en niet andersom. Toch werd ik beschuldigd. Hij had op dat moment een relatie met Vicky Marshall, een moleculair bioloog. Ik vermoed dat zij het was die de geruchten over ons verspreidde. 'Uw naam. Dat werd in het dossier vermeld. U had toch een affaire met hem?' 'Hoe komt u daarbij!’ sneerde ik. 'Hij was degene die met mij flirtte. Er is verder niets gebeurd.' 'Er werd mij wat anders verteld,' zei de inspecteur droogjes. 'Zullen we nog wat koffie drinken?' stelde Joanna voor, alsof ze mijn aandacht wilde afleiden. 'U ook, inspecteur?' 20
Lindsay Eveleen
Hij knikte. 'Suiker en melk?' 'Gewoon zwart.' Ik trok een bedenkelijk gezicht. Weer zo’n gezondheidsfreak, dacht ik. Joanna stond op en liep naar de keuken. Een moment later was ze terug met een dienblad die ze op de toonbank zette. 'Koffie kan je geheugen opfrissen,' zei ze, en gaf mij en de inspecteur een mok. Ik haalde mijn schouders op. 'Hij maakte werk van me. Ik voelde me vereerd,' zei ik en nam een slok van de koffie. De inspecteur stopte de blocnote in zijn borstzak, dronk van zijn koffie. 'Wat weet u van Vicky Marshall, zijn exvriendin?' zei hij, en zette de mok op de toonbank, haalde zijn blocnote weer te voorschijn. Ik gaf geen antwoord. 'Ze zou hem misschien hebben vergiftigd. Ze was veertig toen ze met de professor wat kreeg. Maar de professor werd verliefd op een andere vrouw, een Canadese researcher. En dus beëindigde hij hun relatie.' 'Wie heeft u dat verteld?' zei ik verbaasd. 'Het stond in de kranten. Hij moet een populair man zijn geweest. Vrouwen staan voor mij niet in de rij,' grijnsde hij. 'Hoe zou u hem willen omschrijven? Was hij een charmeur? Of zag hij er heel goed uit?' 21
De Verborgen Waarheid
'Het is lang geleden dat il hem voor het laatst heb gezien. Hij zag er toen niet onaantrekkelijk uit, was slank, had een stoppelbaard, blauwe ogen en donker blond haar. Ik heb Vicky Marshall maar een of twee keer ontmoet. Ze is nogal lang, en heeft een grof gezicht, toch ziet ze niet onknap.' Inspecteur Dafoe nam nog een slok, en zei toen: 'Wilt in de rechtszaal u een verklaring afleggen? En de rechter vertellen wat voor man hij is?' 'Heb ik een keus?' vroeg ik, en beet op mijn lip. 'Niet echt. Ik probeer beleefd te zijn,' grijnsde hij weer. 'Stuur me maar een dagvaarding.' ‘Ik heb contact met de officier, kan het ook voor u meenemen.’ Joanna zette haar mok op de toonbank, en vroeg de inspecteur: 'Was deze vrouw jaloers of zo? Ik bedoel, het is zo uitzonderlijk, een crime of passion.' De frons verscheen weer op zijn voorhoofd. 'Dit is geen grapje, Miss.' 'Ja, dat weet ik. Maar het klinkt als een detective serie: een professor vergiftigd door zijn voormalige geliefde.' Hij zuchtte, schudde zijn hoofd. 'Hoe zit het met mijn beeldje?' zei ik, en zag hem op zijn horloge kijken. ‘Denkt u dat u de dader zult vinden? En ook het beeldje?' 'Ik zal m’n best doen. Ik moet nu gaan. Ik neem wel contact met u op, en zal dan de dagvaarding 22
Lindsay Eveleen
meebrengen. U kunt me in ieder geval bellen, in geval het nodig mocht zijn.' Nadat hij mij zijn kaartje had gegeven bedankte ik hem. Met een kort knikje liep hij vervolgens de winkel uit. 'Interessante man.' Joanna volgde hem met haar ogen. Hij stapte in een donkerblauwe Datsun en reed snelweg. Ze keek weer naar mij. ‘Waar ging dat over? Ik bedoel professor Glensor. Waarom heb je me niet over hem verteld?' 'Dat is zo lang geleden.' 'Maar je kunt het me toch wel vertellen? Laten we naar de woonkamer gaan.' Ik aarzelde. 'Ik zal je het vertellen als je belooft er niet over te zullen schrijven.' 'Oké. Misschien later? Ik wil graag over iets dat echt gebeurd is schrijven. Iets sappigs..' 'Over het proces, als je mijn naam maar weglaat.' 'Ik zal het mijn baas vragen.' We liepen de trap op, naar de woonkamer. Joanna ging op de zwarte, leren bank zitten, terwijl ik tegenover haar plaats nam, in de zwarte fauteuil. Mijn woonkamer was klein. Een grote palmplant stond in een hoek en de boekenkast had ik tegen de muur geplaatst. En op de houten vloer lag een roomkleurig kleedje, onder de salontafel, met daarop een marmeren beeldje. De eettafel stond geklemd tussen de muur en de boekenkast. Ik had de kamer zelf ingericht, en was trots mijn eigen 23
De Verborgen Waarheid
stekje, een plek waar ik kon rusten, en kon nadenken over mijn toekomst, de winkel en mijn kinderen. Ik ontmoette mijn ex op een feestje. Ik was toen een echt feestbeest. Op het moment dat mijn vader hem aan mij voorstelde werd ik direct verliefd op hem. Hij was lang, donker, en knap. We begon te daten, en voor ik het wist was ik zwanger. Mijn vader was woedend en dwong me hem te trouwen. Zeventien jaar later scheidden Frank Kara en ik. Hij schopte mij het huis uit. Ik werd dakloos, want ik had geen recht op een deel van zijn vermogen, omdat we op huwelijkse voorwaarden waren getrouwd. Uit medelijden stond hij me toe boven de kleine winkel die hij onlangs had gekocht te wonen, en in de winkel te werken. Toen we nog getrouwd waren probeerde ik met hem te praten, over mijn problemen, mijn nare dromen, maar Frank kon er niets mee. Hij zei enkel: ‘Zeur toch niet zo, het zijn maar dromen.’ Toen we uiteindelijk scheiden was ik opgelucht en blij. En werd ik verkoopster/manager van een winkel dat helemaal niet liep. Ik had in ieder geval een dak boven mijn hoofd en kon mijn rekeningen betalen. Niemand verwarmde destijds mijn bed. Niemand bracht me rozen. Niet dat ik onaantrekkelijk was. Ik had alleen de behoefte niet om mannen mijn bed in te lokken. Ik was moeder van drie opgroeiende kinderen, de oudste was zeventien. Trouwens, het zou te pijnlijk voor ze zijn mij te zien lopen met een man aan mijn arm; 24
Lindsay Eveleen
bovendien voelde ik me te oud om te daten. Hoe dan ook, ik kon zonder man. Ik had genoeg van het huwelijksleven. 'Wel, vertel me over de professor, ' zei Joanna, en legde haar handen in haar schoot. 'Was hij echt zo'n charmeur?' 'Ik zal bij het begin beginnen, oké? Nadat ik de middelbare school had doorlopen, spoorde mijn vader me aan plantkunde te studeren. Weet je, hij had nooit de kans gehad om een diploma te halen. Nederland was vlak na de oorlog een chaos. Zijn ouders wilden hem in het café laten werken, maar dat wilde mijn vader niet. Hij vluchtte het land uit met mijn moeder, en emigreerde naar dit deel van de wereld' Joanna onderbrak me. ‘Gill, vertel me toch over de professor, niet over je ouders.’ ‘Ik zei vanaf het begin, dus begin ik bij mijn ouders, oké?’ Ze knikte, zuchtte. Dus ging ik verder. ‘Mijn ouders waren in Parijs getrouwd, en kregen samen zes kinderen. Andy was de eerste die naar de universiteit werd gestuurd, maar omdat mijn vader hem nodig had in de bakkerij moest Andy na een jaar de universiteit verlaten.' Joanna keek verbaasd. 'Waarom heeft hij er niet met je vader over gepraat?' 'Omdat Andy een softie is. Hij verlaat liever het huis, komt een week later terug en doet alsof er niets aan de hand is.' 25
De Verborgen Waarheid
Ik zag de tranen in haar ogen glinsteren. 'Ik vind hem toch aardig, softie of niet.' 'Zal ik verder gaan?' Joanna knikte. 'Na Andy was het mijn beurt, maar ik ben geen studiebol. Ik hou van planten, natuurlijk, maar alleen als ze in een tuin staan. Ik moest echter een diploma halen als ik iets van mijn leven wilde maken. Dus ging ik naar de universiteit, want m’n vader dreigde me naar een klooster te sturen.' Joanna schoot in de lach. 'Jij een non? Ik kan me jou niet in een zwart habijt voorstellen.' 'Ik ook niet. Wel, toen ik mijn leraar voor de eerste keer ontmoette vond ik hem meteen aardig, was heimelijk verliefd op hem. Hij was slim en zeer charmant, en flirtte met me. Ik ging op zijn avances in. Toen nam hij Vicky Marshall als assistente in dienst. Ze was net afgestudeerd, had een graad in moleculaire biologie. En wat denk je?' 'Zeg jij het maar.' 'Ze werden verliefd. Maar David bleef met me flirten. Ze kwam erachter, was daar niet blij mee. Ze begon geruchten over onze zogenaamde affaire te verspreiden. Natuurlijk wist ik niets over deze paartjes, tot op een dag een van zijn superieuren mij op het matje riep. Hij zei dat relaties tussen student en docent niet werden getolereerd en gebood me te vertrekken.' Joanna's mond viel open. 'Wow. Over zoiets moet ik kunnen schrijven.' 'Maar nu nog niet, dat heb je beloofd.' 26
Lindsay Eveleen
Joanna lachte schuchter. 'Natuurlijk. Geef me een seintje wanneer het wel kan, oké?' 'Misschien als ze het beeldje hebben gevonden, of wanneer ik weet wat er vroeger is gebeurd.' 'Ik wil mijn baas laten zien dat ik een goed schrijver ben, 0een goed journalist.' 'Natuurlijk, dat ik wil ook.' 'Dat weet ik. Je hebt het beste met me voor.' Ze glimlachte. 'Waarom ga je de professor niet in het ziekenhuis opzoeken?' 'Wat heeft dat voor zin? Het was zo lang geleden.' 'Juist daarom. Hij was immers je leraar.' 'Misschien doe ik dat nog wel. Waarom wil je zo graag over hem te schrijven?' 'Omdat ik de kost moet verdienen. Trouwens, mijn baas is een seksist. Hij denkt dat alleen mannen goede journalisten zijn. Ik wil hem het tegendeel bewijzen.' 'Probeer toch een leven voor jezelf op te bouwen, neem een minnaar.’ Joanna’s mond krulde op tot een glimlach. 'Ik ben al verliefd ― op je broer ' Ze zuchtte. 'Maar hij is nog steeds getrouwd. Ik denk niet dat zijn huwelijk goed is. De nanny gaat met hen op vakantie. Dat is niet goed. Ze is moeder en moet zelf voor haar kinderen zorgen.' Ik sloeg mijn armen over elkaar, keek haar geërgerd aan. 'Ik zal hem heus niet van haar afpakken. Zo ben ik niet.' 27
De Verborgen Waarheid
'Oké, oké. Wel, hij houdt nog steeds van zijn vrouw.' 'Ik weet het.' Ze grijnsde verontschuldigend, en zei: 'Is hij nog steeds lid van de Opus Dei clan?' 'Ja. Ze praten met hem als hij in de put zit. Mijn vader kan heel vervelend tegen hem doen. Weet je wat erger is? Hij doet nooit wat terug. Hij vlucht gewoon, neemt zijn Opus Bijbel mee, leest erin, en komt dan een week later terug, doet alsof er niets aan de hand is. Hij is hopeloos.' 'Nou ja, misschien is er nog hoop voor mij.' Ze klonk verdrietig, keek dan op haar horloge. 'Ik moet gaan. Ik heb mijn moeder beloofd haar vanmiddag gezelschap te houden. Pas op jezelf.' Ze stond op, gaf me een knuffel, en stormde de trap af. 'Wacht,' riep ik haar na, en volgde haar naar beneden. Bij de deur stond ze even stil, keek er aandachtig naar. 'Hij heeft goed werk gedaan.' 'Ik zal de glaszetter morgen bellen.' 'Ja, doe dat. Dag.' Buiten stapte Joanna in haar rode Austin, en zwaaide naar me toen ze wegreed. 'Tot gauw.' Ik liep de winkel weer in, ging de trap op, en zat vervolgens te wachten op mijn zoon Tommy die vanmiddag zou langskomen. Hij mocht eigenlijk niet naar me toe, maar deed het toch, want Frank ging op zondag naar zijn vriendin en kwam niet voor acht uur ’s avonds thuis. Ik keek uit het raam. Het was een zonnige dag, de straat beneden was 28
Lindsay Eveleen
leeg. Het gaf me een eenzaam gevoel. Ik vroeg me af of het beter zou zijn geweest als ik bij Frank was gebleven. Ik was geen slechte echtgenote. Ik had Frank nooit bedrogen. Ik hield van Frank. Maar wanneer ik teveel op had wilde het wel eens gebeuren dat ik met een man uit de bar mee naar huis ging. Dat kwam door de drank. Frank had er geen idee van. Wel vroeg hij vaak over mijn drankprobleem, maar ik kon hem nooit een bevredigend antwoord geven. En dat veroorzaakte huwelijksproblemen. Het feit dat hij me niet met mijn drankmisbruik kon helpen frustreerde hem. En dus was scheiden de enige optie, althans voor hem. Een jaar later was ik nog steeds niet van de drank af. Ik dacht eerst dat mijn drankprobleem iets met mijn vader te maken had. Maar mijn vader had me nooit seksueel misbruikt, en had hij zijn kinderen nooit fysiek geslagen. Ik kon alleen maar bedenken dat er een correlatie tussen mijn relatie met mannen en mijn drankprobleem bestond. Ik was soms buitenissig, maar ik was nooit extreem, dus dat kon het geval niet zijn. Toch was er iets ergs gebeurd, jaren geleden, toen ik ongeveer veertien of vijftien jaar oud was, dat maakte dat ik mij zo rot voelde. Ik kon me alleen niet herinneren wat er was voorgevallen. Mijn mobiele telefoon begon te rinkelen. Ik viste het uit m’n tas. 'Hoi Mam, ik ben het. Ben je alleen?' 'Ja, kom maar. Zal ik iets voor de lunch maken?' 'Nee, hoeft niet.' 29
De Verborgen Waarheid
’Aha, je wilt pizza!' Hij grinnikte. 'Ik ben zo bij je.' Pizza was Tommy's favourite hap. Ik wist dat hij dat voor de lunch wilde, nog voor ik het hem gevraagd had. Tommy was mijn oudste en mijn lievelingszoon. Natuurlijk houd ik ook wan mijn twee andere kinderen, maar Tommy was zo anders, zo lief. Ook al was hij bijna een man hij bleef nog steeds die kleine jongen in zijn doen en laten. Vanessa en Miriam kwamen ook wel eens op bezoek. Maar Frank was streng, en dus kwamen ze zelden. Want stel dat ze mij dronken aantroffen. Frank wilde dat niet, al zei ik honderd keer dat dat nooit zou gebeuren. Frank vertrouwde me gewoon niet. Ik stond op en ging naar de keuken om thee te zetten. Toen ik klaar was ging ik terug naar de woonkamer en wachtte. Ik moet in slaap gevallen zijn, want plotseling hoorde ik mijn mobiel rinkelen en nam het van de salontafel. 'Mam? Mam? Ik ben het.' Ik sprong van de bank en rende de trap af, deed de deur open. 'Wat is er gebeurd?' Tommy keek geschokt, wees naar de deur. Ik schraapte mijn keel. 'Er is ingebroken. Iemand heeft het beeldje van je oma meegenomen. Verder is er niets gestolen.' 'Was de politie hier?' 'Ja. Inspecteur Dafoe beloofde er werk van te maken.' 30
Lindsay Eveleen
Tommy legde zijn handen op zijn heupen. 'Het is her niet veilig. Wat als ze je kamer waren ingelopen?' Ik stelde hem gerust. 'Ik zal je vader vragen de deur te vervangen, oké?' 'Als hij dat maar doet.’ 'Maak je geen zorgen. Hij zal dat heus wel doen.' Ik gaf hem een klopje op de rug, duwtje hem zachtjes in de richting van de trap. Hij schudde zijn hoofd en liep de trap op. Toen we in de woonkamer stonden plofte Tommy op de leren bank. 'Thee?' vroeg ik, en draaide me om. 'Uh huh. Zal ik Pizza Hut bellen voor een Margarita?' ‘Doe maar.’ Ik ving een glimp op van zijn mobiel toen ik met de mokken terugkwam. 'Waar heb je dat vandaan?' 'Van Pap. Hij wil mij kunnen bereiken, voor het geval er iets mis is.' 'Waarom zou je in de problemen komen?' 'Weet ik niet. Hij is de laatste tijd een beetje paranoïde. Hij denkt dat ik vriendjes ben met criminele jongeren, maar dat is niet zo.' Tommy nam een slok van de thee, zette de mok op de salontafel, morste wat op het roomkleurig kleedje. 'Kijk nou wat je gedaan hebt,' bromde ik. 'Jezus—' 31
De Verborgen Waarheid
'Jezus, is in de hemel. Je mag niet vloeken,' zei ik boos. Ik was Katholiek opgevoed, en hoewel ik niet veel geholpen werd door boven had ik toch eerbied voor God en zijn Zoon. Ik ging weer de keuken in, en nam een stuk papier, poetste de vlek weg en ging toen zitten. 'Heb je je grootouders gistermiddag gezien?' 'Ja. Ze hadden visite. Opa flirtte met een oude dame, zoals altijd.' Ik nam een slok. 'Die dame waarover jij het hebt is natuurlijk jong. Opa valt op jonge vrouwen. Je oma zegt er niets over. Ik haat dat, ze is zo passief. Je opa is een vreselijk mens.' 'Nee hoor. Hij is aardig voor me. Ik mag hem graag.' 'Ik niet,' gromde ik. De mok op de salontafel zettend, vroeg ik: 'Heb je nagedacht over wat je gaat doen na de middelbare school?’ Hij haalde zijn schouders op. 'Weet ik niet. Opa zei dat ik naar de universiteit moet gaan, om plantkunde te studeren.' Mijn mond viel open van verbazing. 'Doe dat alsjeblief niet. Hij vroeg dat ook aan je oom en aan mij. Wij hebben onze studie helaas niet kunnen afmaken. Waarom gaat hijzelf niet?' Mijn hart klopte in mijn keel. 'Je kunt rechten studeren of dierenarts worden. Dat is interessanter dan plantkunde.' Zijn gezicht betrok. 'Ik wil niet naar de universiteit. Ik wil gewoon aan het werk. Kijk naar pap. Hij heeft niet gestudeerd. Toch heeft hij het 32
Lindsay Eveleen
ver geschopt. Hij heeft vijf winkels en verdient enorm veel geld.' 'En zijn vriendin geeft al zijn geld uit?' Ik grijnsde, maar niet van harte. 'Hoe is ze eigenlijk?’ 'Ze is oké. Maar ze draagt te veel make-up. Ze is niet zo slim als jij.' Ik glimlachte, een punt voor mij. 'Hij is me al vergeten.' ‘Ik denk het niet. Er hangt een foto van je op zijn kantoor. Zijn vriendin vindt dat niet zo leuk.’ 'En zij houdt van hem?' 'Weet ik niet. Hij zegt dat hij gelukkig is. Hij wil verder met zijn leven.' Mijn foto, op zijn kantoor? Betekende het dat Frank ons huwelijk geen vergissing vond? Dat hij toch wel van mij had gehouden? Ja, ik hield nog steeds van hem. Maar er was geen weg terug. 'Laten we het over je opleiding hebben. Je haalt goede cijfers, hebt een goed stel hersens. Je kunt studeren wat je wilt. Ik ken een politieman, inspecteur Dafoe. Criminologie lijkt me interessant.' Hij keek verbaasd. 'Criminologie? Nee, financiën klinkt beter. Dan kan ik voor pap werken.' 'Dat is zo saai.' Dat hij zijn vader wilde helpen was lief van hem, maar financiën . . . '\Maar als je dat wilt studeren.' 'Je hebt gelijk. Het is een saai beroep, zo saai als ikzelf.' Tommy grijnsde. 33
De Verborgen Waarheid
'Je bent helemaal geen saaie piet. Je bent een lieve jongen.' 'Maar saai. Dat moet je toch wel toegeven, mam.' De deurbel ging op dat moment. 'Dat moet de pizzajongen zijn,' zei ik. 'Ik ga wel.' Ik pakte mijn tas en haalde m’n portemonnee eruit. 'Hier. Hij kan het kleingeld houden.' Even later keerde Tommy terug met de doos en zette het op tafel. Hij zag er nu opgeruimd uit, ik was opgelucht dat te zien. Ik liep naar de keuken, pakte twee borden en bestek, legde het op de tafel. Tommy ging op een stoel zitten. 'Wil je Coca-Cola?' vroeg ik, en legde het eetgerei op tafel. 'Nee. Teveel suiker.' 'Dieet cola?' 'Dat is ook slecht. Water is goed.' Ik trok een gezicht, snauwde: 'Wie heeft je dat allemaal geleerd? Vroeger at je alles wat zoet en vettig was.' 'Pap. Hij eet nu gezond. Ik probeer hetzelfde. Dat kun je ook doen, mam. Je moet goed voor je lichaam zorgen. Pap zegt dat als je lichaam niet gezond is, je geest dat ook niet is.' Ik fronste m’n wenkbrauwen. 'Sinds wanneer leert hij je gezond te eten?’ Tommy rolde met zijn ogen. 'Mam, het eten wordt koud. Zal ik het snijden?' 34