Colofon Thabloid 13e jaargang, nr 3 08-04-2011
Redactie: Feike Geerts Willem Burgers Sander Dorigo Niek Wolfkamp Ko Stoffelen Stan Philipsen
Met dank aan: Bestuur Thalia
Layout: Feike Geerts Willem Burgers
Print:
L
ieve Thalianen,
Het is eindelijk weer lente. We hebben afgelopen weken weer een aantal keren van de zon kunnen genieten. Dat werd ook wel weer tijd wat mij betreft. Ik had schoon genoeg van dat grijze koude weer. Ik merk ook dat iedereen weer een stuk vrolijker wordt nu de dagen weer langer zijn. Ook met Thalia gaat het goed. De borrels worden druk bezocht en de evenementen zitten binnen no-time vol. Deze Thabloid heeft echter wel wat vertraging opgelopen. De stukjes waren netjes op tijd binnen en af maar het design team had geen tijd in de vakantie om aan de slag te gaan. We hadden het misschien kunnen halen binnen de geplande tijd. Maar om nou een afgejaagd product af te leveren bij de leden zag ik niet zo zitten. Ik heb dus besloten om de deadline vooruit te schuiven zodat we weer een mooi blaadje bij de leden thuis op de mat konden laten vallen. De afgelopen maanden verbleven een aantal van onze commissieleden in het buitenland. Jodocus zit (nog steeds) in Zweden en Sander is 12 dagen in China geweest.
Océ Nederland
Postadres: Thalia
Hoofdsponsor Thalia
Heyendaalseweg 135 6525 AJ Nijmegen
Email:
[email protected]
Website: www.thalia.nu/nieuws
2
Van Sander hebben we helaas nog geen verslag mogen ontvangen van zijn reis, omdat hij pas net terug is en dat te kort dag was voor dit nummer. Van Jodocus hebben we echter een mooi verslag over zijn trip naar Zweden. Het geeft mooi aan wat je als student allemaal kunt doen om je studie wat op te leuken. Het thema van deze keer is ‘duurzaamheid’. Een hot item in de huidige maatschappij. Overal waar je kijkt speelt duurzaamheid een belangrijke rol. Het is tegenwoordig belangrijk dat producten zuinig zijn en lang mee kunnnen. Het leek ons leuk om wat stukjes te schrijven die over duurzaamheid gaan. Door deze Thabloid goed te lezen kan je ook weer iets winnen. Veel leesplezier, Feike Geerts
Inhoudsopgave Rubrieken
Artikelen
Van de voorzitter
4
Agenda
5
Van de onderwijsdirecteur
10
Column
11
Bestuursvraag
16
Rolfmao
22
Standaard aanwezig!
De belangrijkste activiteiten op een rij Een verhaal door Herman Geuvers Duurzaamheid
Hoe duurzaam is je medebestuurslid?
Met weer de leukste plaatjes van het internet
Duurzaamheid van het Huygensgebouw
6
Schaatsen met Thalia en InTenS
9
De Jø-Sjøw
14
Community Outreach Project
18
int Henk = 5;
20
Pokertoernooi
23
De groenheid van het gebouw onder de loep Een verslag door Niek Wolfkamp Over zijn ervaringen in Zweden
Verslag van een groep in Johannesburg Een kennismaking met de band Een verslag door Niek Wolfkamp
3
Van de voorzitter
Beste Thalianen,
I
nmiddels ben ik al een half jaar bestuurder van Thalia. Een leuk moment om eens te kijken naar wat er allemaal goed gaat binnen de vereniging. Natuurlijk moet je ook kijken naar de minder goede zaken, maar dat probeer je altijd zo veel mogelijk intern te houden. Bovendien wil ik van dit stukje geen klaagzang maken.
om Nijmegen te laten zien dat Thalia een studievereniging is met fantastische mensen die weten hoe ze een feestje moeten maken.
E
nkele weken geleden vond de Ragweek plaats, waarin studenten zich een week lang hebben ingezet voor het goede doel. Het bestuur van de Ragweek heeft met de hulp van de verschillende verenigingen activiteiten georganiseerd om zo veel mogelijk geld in te zamelen. Dit jaar ging het geld naar ‘oneMen’ en ‘Energy4All’. Thalia heeft uiteraard ook geholpen met onze helpdesk, en ook waren we co-host van de Pitcherparty. Uiteraard mag ik ‘int Henk = 5;’ ook niet vergeten. De band met o.a. de bestuursleden Bas Vossen en Beau Verdiesen trad op voor het goede doel tijdens de bandjesmiddag van Olympus. Heel eventjes dachten de heren dat hun allereerste optreden uit ging lopen op een deceptie toen de apparatuur niet mee wilde werken, maar uiteindelijk waren ze toch in staat een knallend optreden te verzorgen. Met de leuke verhalen van de Pitcherparty nog vers in mijn geheugen sluit ik dit stukje af en ga ik me vast mentaal voorbereiden op het volgende feestje.
D
e Thalialunches worden steeds beter en de broodjes van Subway zijn altijd een goede vulling voor de maag. Er wordt achter de schermen harder aan de nieuwe site gewerkt dan ooit tevoren en de borrels hebben bijna elke keer recorddruktes. Een van de posten waar we dit jaar iets meer tijd en moeite in hebben gestoken ten opzichte van voorgaande jaren is de merchandise. De leuke ‘goodies’ zijn inmiddels binnen en te koop in de bestuurskamer. Ik vind dat met name de usbsticks een leuke deal zijn. Het is iets wat iedereen bijna wekelijks gebruikt en zo heb je ook nog een aandenken aan onze prachtige studievereniging. Verder zal binnenkort ook de vernieuwde ‘T-wear’ beschikbaar zijn. De eerste ontwerpen waren veelbelovend, maar genoeg nu over deze spullen.
L
aat ik het eens over muziek hebben. Of nog beter: muziek in combinatie met een geweldig feest. Zoals velen van jullie weten ben ik hobby-dj en ben ik eigenlijk elke dag wel met muziek bezig. Op 19 februari ben ik naar Energy geweest in de Jaarbeurs te Utrecht. Dj’s als Tim Berg, Sander van Doorn en Tiësto draaiden de beste platen in geweldige sets. Wat een schril contrast is het dan als je naar de Molenstraat gaat waar de dj’s soms niet eens hun best lijken te doen om een goede mix neer te zetten. Dan komt er eindelijk een leuk nummer voorbij, wordt het na één minuut alweer vervangen door Guus Meeuwis. Ik heb niks tegen Guus en zijn muziek, maar je moet wel voorzichtig zijn wanneer en hoe vaak je die nummers draait. at alles heeft me nog meer gemotiveerd om van het grote Thaliafeest in de lustrumweek, dat plaats zal gaan vinden op woensdag 25 mei, een knallend feest te maken met goede muziek, zo vloeiend mogelijk aan elkaar gemixed. Ik weet dat ik nu bij iedereen hoge verwachtingen schep, maar het is tijd
Jullie voorzitter, Jasper van Duijnhoven
D
4
Agenda
5
Duurzaamheid van het Huygensgebouw “Computers niet uitzetten aub!”, staat er op de borden in de computerruimtes van het Huygensgebouw. Dat terwijl de universiteit begin dit jaar trots meldde dat het een felbegeerd duurzaamheidscertificaat binnen had gehaald. Hoe wordt er dan wel rekening gehouden met duurzaamheid, en hoe scoort ons eigen Huygensgebouw?
I
n januari van dit jaar maakte onze universiteit bekend als eerste Nederlandse universiteit het ISO 14001-certificaat behaald te hebben. Deze internationale norm stelt bepaalde eisen aan het milieubeleid van een instelling. Zo dient er onder andere een milieubeleidsplan te zijn. De Radboud Universiteit stelt dit telkens voor vier jaar op. Daarnaast schrijven ze elk jaar een jaarprogramma en blikken ze terug op hoe het afgelopen jaar verlopen is. Naast de aanwezigheid van deze papieren stelt de norm ook dat er sprake dient te zijn van een continue verbetering. Bij de Radboud Universiteit is men hier al vijftien jaar actief mee bezig. Om dit certificaat binnen te halen is de afgelopen tijd hard gewerkt aan de stroomlijning van verschillende processen, vooral bestuurlijke.
van duurzaam bouwen. Er is gebruik gemaakt van HR++-glas, zuinige TL-verlichting, aanwezigheidsdetectie, etcetera. Het Huygensgebouw, waarvan de eerste twee vleugels in gebruik werden genomen in 2005, gaat hier nog veel verder in door. Naast al deze dingen, die tegenwoordig haast standaard lijken, worden er nog enkele hele nieuwe technieken toegepast. en van de paradepaardjes is het omvangrijke systeem met betonkernactivering en warmte-koude opslag. Stel de zon schijnt op een warme zomerdag, dan worden de buitenmuren warm, maar binnen in het Huygensgebouw is hier weinig van te merken. Via buizen in het beton wordt de warmte namelijk afgevoerd. Deze wordt opgeslagen onder de grond, want daar is het koeler. In de winter is de bodem echter warmer dan het gebouw. De opgeslagen energie wordt dan gebruikt om het gebouw te verwarmen. Een ander belangrijk punt is dat er een gesloten koelsysteem is. Er wordt geen nieuw drinkwater gebruikt voor het koelen van het gebouw. Het water dat gebruikt wordt, wordt namelijk hergebruikt in plaats van afgevoerd. eze nieuwe technieken zijn natuurlijk prachtig, maar kosten ook wat. Daarom vroegen wij hoeveel er nou geïnvesteerd mag worden om al deze technieken te realiseren. In principe ziet de Radboud Universiteit een terugverdientijd van tien jaar als rendabel, terwijl een normaal commercieel bedrijf de grens bij drie jaar legt. Hierdoor hebben de investeringen dus meer tijd om terugverdiend te worden en kunnen sommige hoge investeringen makkelijker gedaan worden. Overigens zijn de totale kosten die gedurende de levensduur van een gebouw gemaakt worden, gemiddeld op te splitsen in 30% bouwkosten en 70% verbruikskosten.
E
Energiebeleid m hier meer over te weten te komen spraken wij met Toon Buiting en Guido van Gemert. We werden ontvangen aan de Erasmuslaan 17 waar we onder het genot van een kop koffie een uur de tijd hadden om de mannen te ondervragen over hun werk. oon en Guido zijn beide op hun eigen manier bezig met duurzaamheid aan onze universiteit. Toon werkt nu twee jaar als energiecoördinator bij het Universitair Vastgoed Bedrijf (UVB). Zijn werk bestaat vooral uit energiezorg. Er dient hier namelijk van alles geregeld en gerapporteerd te worden omtrent energie. Guido van Gemert is inmiddels al vijftien jaar werkzaam bij de Arbo- en Milieudienst (AMD). Hij is daarmee verantwoordelijk voor het milieuzorgsysteem van de Radboud Universiteit. Ook is hij van begin af aan nauw betrokken geweest bij de ISO-14001-certificering. e merken op dat het meest recente milieubeleidsplan dat wij op internet konden vinden, de periode 20072010 betrof. Ons wordt verteld dat het actuele beleidsplan al wel klaar is, maar dat het eerst nog langs onder andere alle directeuren, het College van Bestuur, de Ondernemingsraad en de Universitaire Studentenraad dient te gaan. Het zou dus nog wel een paar maanden kunnen duren voor alles afgerond was. Ook de cijfers op de site van het UVB waren erg gedateerd. Toon noteert direct voor zichzelf dat hij deze nog op de site moet laten zetten.
O
D
T
W
Energievreter et Huygensgebouw mag dan misschien zuinig zijn, het kost ook veruit de meeste energie vergeleken met andere faculteiten en universiteitsgebouwen. Het zou zelfs ongeveer een factor drie schelen! Het gigantische verschil is logisch te verklaren met alle meetapparatuur, luchtverversingssystemen, koelapparaten, rekenclusters en supermagneten die er in het Huygensgebouw rondslingeren. Daarnaast blijven de pc’s dag en nacht aanstaan, omdat C&CZ dit graag wil. Het AMD en UVB zijn er echter niet zo blij mee. Op de uni staan de zuinigste pc’s en beeldschermen, maar hierop is geen energiemanagementsysteem ingesteld, omdat dit in combinatie met enkele bugs in Windows XP nogal wat problemen op zou leveren, zo wordt ons verteld. Technische details hebben we helaas niet kunnen vinden. Door het ontbreken van een dergelijk systeem gaan de pc’s bijvoorbeeld nooit in slaapstand, maar gaat alleen het beeldscherm na verloop van tijd uit.
H
Duurzame trucjes mdat wij natuurlijk voornamelijk geïnteresseerd waren in het Huygensgebouw, omdat we daar het meeste mee te maken hebben, werd dit al snel het onderwerp van het gesprek. Het Huygensgebouw is echter niet het eerste gebouw waarin duurzaamheid grootschalig in de bouwplannen is meegenomen. Het Gymnasion, dat in 2003 werd opgeleverd, maakt gebruik van de toentertijd nieuwste technieken
O
6
O
Tijdens de Nacht van de Nacht, waar je misschien wel eens van gehoord hebt, is er een campusrondgang om te kijken naar alle onnodige verlichting. Hierbij vallen vooral de Universiteitsbibliotheek en ons Huygensgebouw erg op. De Gebruikersdienst ICT (GDI), die de werkplekken beheert, heeft in samenwerking met het Universitair Centrum Informatieverziening (UCI) een onderzoek uitgevoerd. Ze vroegen aan de DHCP-server hoeveel interne IP-adressen vergeven waren, trokken hier de netwerkprinters e.d. vanaf, en maten welk percentage van de pc’s op dat moment aan stond. Overdag lag dit zo rond de 60%, maar ‘s nachts en in het weekend lag het percentage niet heel veel lager. Met een goed energiemanagementsysteem zou ongeveer 1,2 miljoen kWh per jaar te besparen zijn, want neerkomt op zo’n €100.000,-. Wat echter nog ontbreekt is een methode om pc’s op afstand aan te zetten, zodat C&CZ er geen last van heeft als ze software willen updaten. Hier wordt echter hard aan gewerkt.
m het goede (groene) voorbeeld te geven zijn er naast het Gymnasion momenteel twintig zonnepanelen geïnstalleerd, maar deze zijn meer van symbolische waarde: veel stroom wekken ze niet op. Wel wordt zo’n acht miljoen kilowattuur aan groene stroom ingekocht per jaar, met garantie van oorsprong. Het totaalverbruik van de Radboud Universiteit ligt echter op zo’n 35 miljoen kilowattuur per jaar. Meer groene stroom inkopen of zelf stroom opwekken wordt echter te duur. Zo zijn zonnepanelen zo duur dat het veel te lang duurt voordat ze zichzelf terugverdienen. Onderzoek p onze faculteit wordt onderzoek gedaan naar een nieuwe technologie om veel efficiëntere zonnecellen te produceren. Het zou zelfs een nieuw wereldrecord zijn. Binnenkort gaan ze dit op het dak van het Huygensgebouw testen, maar het betreft slechts een heel klein paneeltje en het principe is nog lang niet rijp voor massaproductie. Op het dak hebben ze ook hele nauwkeurige zelfgefabriceerde test- en meetapparatuur, waar zelfs externe producenten van zonnepanelen op af komen om hun product te laten testen. ok is een proef gedaan met afvalscheiding. Momenteel wordt kunststof met het restafval weggegooid, maar dit kan veel beter gerecycled worden. Bij de Refter werden aparte bakken neergezet waar mensen hun kunststof in konden deponeren. Beneden, bij het personeel, slaagde deze proef erg goed. Boven mislukte de proef echter totaal dankzij de gemakzuchtigheid van ons studenten. Nu denkt men erover na hoe men dit principe precies aan moet pakken voor bijvoorbeeld het Huygensgebouw. an nog een ander puntje waar wij zelf direct een grote bijdrage aan kunnen leveren: ICT kan een hoop energie besparen. Door ICT kan er namelijk flink bespaard worden op bijvoorbeeld het verwerken van papier, maar ook doordat mensen meer thuis kunnen werken. Dit scheelt een hoop energie die gemoeid gaat met het vervoer naar je werk.
O
De nationale top r is een nationaal overleg tussen de verschillende milieuof energieorganisaties van alle Nederlandse universiteiten, waaruit blijkt dat de Radboud Universiteit erg vooruitstrevend is en nationaal gezien misschien zelfs helemaal bovenaan staat wat betreft het streven naar duurzaamheid. De lat is voor de nieuwe rechtenfaculteit (Grotiusgebouw) bijvoorbeeld nog veel hoger gelegd dan bij het Huygensgebouw al het geval was. Qua duurzaamheid wordt een BREAAM-NL Excellent-score nagestreefd. Om dit te bereken wordt er bijvoorbeeld overwogen om tripelglas te gaan gebruiken. Dit nog beter isolerende glas is echter ook een stuk duurder. De terugverdientijd ligt boven de reguliere norm van ongeveer tien jaar, maar omdat het glas en het gebouw toch langer mee dienen te gaan overweegt de Radboud Universiteit om er toch in te investeren.
E
O
D
W
e bedanken Toon en Guido voor hun tijd, wensen hen nog veel succes met hun nobele werk en keren weer terug naar ons duurzame Huygensgebouw.
Stan Philipsen, Willem Burgers en Ko Stoffelen
7
Aia Software onderneming die vooral de Benelux bediende, tot een wereldwijd opererend bedrijf met 5 buitenlandse kantoren. We werken nu in totaal met zo’n 75 medewerkers. Het hoofdkantoor zit in Nijmegen. Heb jij nog tijd over in je agenda? Aia Software zoekt studenten voor in hun studentenpool! Behalve een leuke bijbaan levert werken voor Aia Software onze studievereniging extra sponsorinkomsten op! Neem contact op met Rob Hegt op 024-371 0230 of
[email protected] voor meer informatie!
is naast hoofdsponsor van Thalia de ontwikkelaar en leverancier van de documentcreatiesoftware genaamd ITP (Intelligent Text Processing). ITP is de beste methode om bedrijfsdocumenten met bestaande gegevens en conform de huisstijl automatisch te produceren, printen, publiceren of als e-mail te versturen. Aia Software is een spin-off van de Universiteit Nijmegen en nog steeds een Nederlands bedrijf. Sinds haar oprichting in 1988 is Aia gegroeid van een
www.aia-itp.com -
[email protected]
8
IJspret met Thalia en InTenS In het huidige studiejaar hebben er al heel wat evenementen binnen studievereniging Thalia plaatsgevonden. In de koude tijd van het jaar kan schaatsen natuurlijk niet ontbreken. Op woensdag twee februari bonden zo’n twintig Thalianen dan ook de ijzers onder om met studievereniging InTenS van taalwetenschap te gaan schaatsen.
alle scheurtjes en oneffenheden uit de baan halen. Na zo’n vijftien minuten kon iedereen weer over een prachtig gladde en glanzende baan schaatsen!
Schaatsen met een lege maag kan natuurlijk niet, daarom werd vooraf café de Muis nog even aangedaan. De planning was om half zes te gaan eten, maar veel ijverige studenten hadden tot dan college waardoor het iets later werd. Toen iedereen er was en de dames van InTenS en de heren van Thalia verspreid zaten over de tafeltjes kon het eten beginnen. Vrijwel iedereen koos voor het voordelige maar overheerlijke schnitzelmenu. Tijdens het eten werd er onderling gezellig gekletst over van alles en nog wat, onder andere de ‘schaatsskills’ die bij velen toch bleken te ontbreken. Eenmaal uitgegeten, en voor sommigen na nog een toetje of koffie genuttigd te hebben, was het dan toch echt tijd om af te reizen naar het Triavium aan de andere kant van Nijmegen. Per fiets, auto, bus of trein ging iedereen op weg. Het grootste deel koos voor het openbaar vervoer aangezien de trein je vanaf het centraal station in vijf minuten naar station Dukenburg brengt. Vanaf daar is het nog maar een klein stukje lopen naar de schaatsbaan. Nadat de groep weer compleet was kon het schaatsen echt beginnen! Nou ja, eerst moesten er nog heel wat schaatsen gehuurd worden. Naast Thalia en InTenS die in grote getale aanwezig waren, hadden ook de studievereniging van tandheelkunde en de studententennisvereniging namelijk het idee om te gaan schaatsen. Degenen met eigen schaatsen en vaak ook de nodige schaatservaring hadden geluk, zij konden snel doorlopen. De rest kon na een tijdje wachten ook de blitse ijshockeyschaatsen onderbinden.
Met al deze ijspret konden de nodige valpartijen niet uitblijven. Door botsingen, duwtjes of gewoon pech gingen er meerdere mensen onderuit. Uiteindelijk viel het mee maar wat schrammen en blauwe plekken waren toch het gevolg. Daarnaast was schaatsen voor sommigen toch vermoeiender dan gedacht. Na een aantal rondjes zochten zij dan ook een warm heenkomen in het café van Triavium. Tientallen rondjes later voegde ook de rest zich hierbij en werd er nog even gezellig nagepraat. Na meerdere uren zat ook dit, volgens velen zeer geslaagde, evenement er weer op. Iedereen ging op eigen gelegenheid weer naar huis om bij te komen van al het geschaats. Natuurlijk zijn er ook foto’s gemaakt, deze zijn terug te vinden op www. thalia.nu. Niek Wolfkamp
De 333,3 meter lange en 10,5 meter brede ijsbaan op de eerste verdieping werd vol moed door iedereen betreden. De een bleef liever dicht bij de kussens langs de zijkant van de baan voor het geval dat en sommigen ondersteunden elkaar met een arm. Anderen raceten met volle vaart de baan over om medeschaatsers vervolgens meerdere keren in te halen. Want geoefende schaatsers, die waren er zeker. Sommigen deden qua snelheid niet onder voor de ‘professionele’ norenrijders aan de binnenzijde van de baan. Toen het net lekker ging moest iedereen echter de baan af, een dweilmachine moest
9
Van de onderwijsdirecteur
W
at doet de onderwijsdirecteur eigenlijk precies? Dat is wat Sander Dorigo me vroeg - en geheel terecht - na mijn vorige bijdrage aan de Thabloid. De onderwijsdirecteur is kort gezegd verantwoordelijk voor de opleidingen die zijn (of haar) instituut verzorgt, in dit geval de bachelors en masters informatiekunde en informatica dus. Het faculteitsreglement voegt daar nog een heel aantal verantwoordelijkheden, taken en rechten aan toe, maar dat is het eigenlijk zo’n beetje. Om aan te geven dat dat geen geringe taak is staan er twee dagen per week voor, en die ben ik er ook wel mee kwijt.
1 Meer blokvakken (intensief onderwijs gecomprimeerd in een korte periode) of meer lintvakken (meerdere cursussen lopen in parallel over een langere tijd)?
H
O
et werk bestaat uit veel vergaderen: iedere twee weken de facultaire OBC (onderwijsbeleidscommissie), iedere twee weken de onderwijsdirectie I&I, verder nog het RU platform onderwijsdirecteuren, overleg met de opleidingscommissie. En dat zijn dan alleen nog maar de vaste vergaderingen.
H
et bijzondere aan opleidingsdirecteur zijn is dat je niet veel echte macht hebt en weinig eigen budget, maar wel voor veel verantwoordelijk bent. Dus als je iets wilt moet je dat bewerkstelligen door te praten en te overtuigen. Een voordeel is dat onderwijs de laatste jaren steeds nadrukkelijker in de aandacht staat, met de maatregelen voor langstudeerders van het nieuwe kabinet als hoogtepunt - door somigen gezien als een dieptepunt. Dat heeft tot gevolg dat iedereen wel doordrongen is van de noodzaak tot verbetering van het studierendement. De vraag is natuurlijk hoe je dat rendement verhoogt en daar denk je dan als onderwijsdirecteur over na: welke maatregelen werken en welke niet?
2 Extra herkansingen of geen herkansingen? 3 Meer hoorcollege geven of minder hoorcollege geven? 4 Een onvoldoende kunnen compenseren met een voldoende voor een ander vak of moet alles voldoende zijn? m je de gelegenheid te geven er zelf over na te denken komen de antwoorden in mijn volgende stuk. Dus: denk erover na, bespreek het met je medestudenten of met docenten. Als je je afvraagt wat de onderwijsdirecteur zoal doet, verplaats je dan bij het beantwoorden van de vragen eens in de volgende situatie: - Je bent verantwoordelijk voor het onderwijs. - Het rendement van de opleiding moet omhoog: meer studenten moeten in 4 jaar hun bachelor afronden. - De instroom moet omhoog en er mogen niet te veel studenten afvallen. Ik ben benieuwd.
Herman Geuvers
A
ls je hier met docenten of studenten over praat merk je dat iedereen hier ideeën over heeft, die allemaal een zekere logica hebben zodat dat ze “werken”. Lastig is dat die ideeën soms strijdig zijn met elkaar... Het mooie is dat er onderzoek gedaan is naar wat werkt en wat niet: er is echt al veel ervaring op dit gebied! In december was ik op een seminar aan de TU Delft, waar de rector van de Erasmus Universiteit Rotterdam sprak. Een psycholoog die de afgelopen jaren onderzoek heeft gedaan naar de rendementsproblematiek.
H
ier een aantal kwesties die in dit onderzoek beantwoord werden. Ik heb ze geformuleerd als vragen. De algemene vraag is: welke van de volgende zaken werkt positief op het studierendement?
10
Column Door
Sander Dorigo H
et milieu is altijd maar een lastig onderwerp. Ik moest laatst denken aan Midas Dekkers, die daar heel erg leuk over kon schrijven. Hij zat bij een vereniging die zorg droeg voor de natuur. Er stond een mooi bord bij de voorzitter in de tuin. Op een dag timmerde de beste man er “en milieu” bij. Immers, het milieu moet ook beschermd worden. Maar wat was dat eigenlijk, het milieu?
de energiecentrales wel voor, die toch voornamelijk bezig zijn met energie opwekken voor industrie en landbouw.
M
egenwoordig zijn we daar wel uit. De ramp in de Golf van Mexico liet maar al te goed zien wat voor een gevolgen er zijn voor het milieu, als we er niet zorgvuldig mee omgaan. De dode vogels spoelden je om de oren en zelf klom je zwart van de olie de zee uit.
aar toch: alle kleine beetjes helpen, nietwaar? Een beter milieu begint bij jezelf. Toch gek dan, dat hele verhaal met groene stroom. Het kost hetzelfde als gewone stroom maar het is wel goed voor het milieu en de natuur. Waarom gaat Nuon dan niet gewoon 100% over naar groene stroom? Als het toch niks extra’s kost? Of is het misschien een pr-stunt, om ons allemaal groener te laten denken? Klinkt logisch, want groene energie en klimaatneutraalheid zijn big business.
H
M
T
ier lokaal, in ons koude kikkerlandje, is het al heel anders gesteld met het milieu. Hier wordt alles namelijk gereguleerd. Van spaarlampen tot stukken bos, iedereen heeft zich aan de regels te houden en de natuur nog het meest. Wij recyclen plastic, zamelen tuinafval in en staan kort te douchen, terwijl de natuur die we proberen te sparen in de perken wordt gehouden met bestemmingsplannen en combinatiegebieden.
O
isschien moet ik zoiets ook maar gaan aanbieden, maar eigenlijk ben ik al milieuvriendelijk genoeg. Biologisch afbreekbaar, CO2-neutraal dankzij de geraniums op mijn vensterbank en als ik benzine zou kunnen drinken, had ik aan een litertje genoeg voor meer dan twee en een half jaar. Ik ga wel aan de ledlampen. en het biologisch vlees. Dan zet ik mijn computer ook uit ‘s nachts en fiets ik naar de universiteit. Een beter milieu...
ok ik ben steeds duurzamer. Ik heb al twee ledlampen thuis en ik trek een dikke trui aan als het koud is. Vlees eet ik nog wel, ook niet-biologisch, maar ik koop geen aardbeien midden in de winter en ik heb geen auto. Nou kan ik ook geen auto betalen, maar dat is weer een ander verhaal.
O
f het allemaal helpt is nog maar de vraag. De discussie over de milieumaffia kennen jullie misschien ook. Heeft het wel zin om gloeilampen te verbieden, als consumenten slechts verantwoordelijk zijn voor 13% van het totale energieverbruik in Nederland? En hoe zit het met korter douchen? Nog geen 10% van het waterverbruik in Nederland is huishoudens aan te rekenen. Zouden we de helft minder water gebruiken, dan merk je nauwelijks verschil op landelijke schaal. Daar zorgen
11
12
13
De Jø-Sjøw Onze rector magnificus Constantijn Kortmann haalde de buitenlandervaring in zijn openingspeech van het academisch jaar tweeënhalf jaar geleden aan door te stellen: “De Radboud Universiteit Nijmegen streeft ernaar dat tenminste een derde van haar studenten een periode in het buitenland verblijft.”. Één van uw redacteuren is momenteel studerende in het koude Zweden en als we de redactie even rond mogen kijken: met zeven redactieleden waarvan drie met buitenlandervaring, zitten we ruim op de grens van een derde. Omdat wij als redactie uiteraard een juiste afspiegeling zijn van alle studenten informatica en informatiekunde: graag een vinkje voor ons instituut! Graag vertel ik jullie vanuit Zweden hoe het nou is om in het buitenland te studeren, hoe gemakkelijk het is te om dit regelen en natuurlijk de verhalen van de feestjes! Laat ik maar direct beginnen met te stellen dat je als masterstudent Information Science in principe niet veel ruimte hebt om in het buitenland (studeer)ervaring op te doen. Waarschijnlijk hebben jullie allemaal wel gelezen over de mogelijkheden van het Community Outreach Project en het vak ICT in a Different Culture. Theo van der Weide vertelt hier in deze Thabloid iets over, maar ik wil het hier toch nogmaals even noemen. Meer informatie over dit project en vak vind je op ict4kids.nl en studytrip.cs.ru.nl. Toen ik bij Theo van der Weide aanklopte om het te hebben over studeren in het buitenland noemde hij ook deze zaken, maar ik had voor mijzelf al bedacht dat ik echt op een buitenlandse universiteit kennis op wilde doen, die ik hier in Nederland weer zou kunnen gebruiken. Het COP en ICT in a Different Culture bieden volgens mij zeker een ervaring die je nooit zult vergeten, maar dit was niet helemaal waarnaar ik op zoek was.
Het Onderwijs- en Examenreglement (OER) biedt echter wel voldoende ruimte om vakken in te wisselen en, als je vakbeschrijvingen kunt overhandigen, kun je je vrije ruimte, specialisatie en wat extra’s invullen met vakken van een buitenlandse universiteit. Natuurlijk moet het niveau voldoende zijn en het moet passen, maar het kan! Dat ik als hbo’er een schakelprogramma volg met tegelijk bachelor- en mastervakken maakte het er niet echt makkelijker op, omdat de planning vrij strak in elkaar zat. Wilde ik naar het buitenland, dan zou ik dus iets langer over mijn studie gaan doen. Of het mij persoonlijk vanwege de kabinetsplannen extra geld gaat kosten weet ik niet, maar het maakt me ook niet uit, want de ervaring die ik opdoe is mij veel meer waard. Financieel is het niet alleen het collegegeld dat meespeelt natuurlijk. Een half jaartje in het buitenland studeren betekent een half jaar
(bijna) niet werken en natuurlijk wil je ook nog wat leuks doen naast je studie. Het sparen heb ik gelukkig kunnen doen de laatste jaren dus dat zat wel goed. Nu zal een aantal van jullie denken, waarom dan Zweden? Met op dit moment -15 graden met uitschieters naar de -24 en een dik pak sneeuw, is het misschien niet het eerste land waar je aan zou denken. Toen ik op zoek ging naar een geschikte universiteit die iets van Information Science aanbood, werden de mogelijkheden qua landen direct ingeperkt. Zo is in Amerika Information Science gericht op bibliotheken en lopen wij als westers land erg voor op Oost-Europa, maar ook op het zuiden van Europa. Azië leek me ook leuk om te zien, maar ik voelde er niets voor om daar te gaan studeren. Scandinavië loopt qua techniek nog voor op ons kleine landje en toen ik verder ging kijken op de universiteiten bleken er net als bij ons masteropleidingen te bestaan die gericht zijn op het informatiesysteem in de breedste zin van het woord. Uiteindelijk heb ik de keuze gemaakt voor Stockholm omdat ik er positieve verhalen over las. Helaas geen Erasmuscontract, maar dit was vrij snel opgesteld en dus was het rond. Vanuit de Erasmusovereenkomst heb ik ook woonruimte gevonden. Alleen nog wat extra verzekeringen en een vlucht en toen was het geregeld! Nu ik dit stuk schrijf heb ik er vier weken opzitten en ik kan jullie nu al zeggen dat het geweldig is! In de eerste week heb ik het wat drukker gehad met colleges, maar nu is het even wat rustiger en ben ik vooral bezig met het vak Mobile Business, waarvoor ik samen met drie anderen een paper over mobiele databases schrijf. De colleges voor dit vak werden naast de gebruikelijke leraar ook vooral gevuld met de visie van bedrijven als Ericsson en IBM die hier om de hoek zitten. Ook volg ik een Zweedse taalcursus voor beginners. Een taal leren heb ik al jaren niet meer gedaan, dus het leren van werkwoordsvormen etc. is weer erg wennen. Iedereen kent het vast nog wel van Frans of Duits op de middelbare school, zo voel ik me in die colleges!! Dankzij mijn taalcursus Zweeds weet ik nu ook dat “Jø-Sjøw” helemaal geen Zweeds is, het Zweeds kent geen ø maar een ö. Maar “het zag er leuk uit”, alsdus de rest van de redactie. Via Twitter vroeg ik mij af wat jullie lezers interessant zouden vinden om te horen. Iemand reageerde met de vraag of ik iets kon vertellen over de verschillen tussen de Radboud Universiteit en Stockholms universiteit.
14
Ik denk dat beide universiteiten ongeveer op dezelfde manier in elkaar steken. De maincampus hier is groter dat de campus in Heyendaal en hier zitten de afdelingen Computer en Systems Sciences op een andere plek in de stad, in Kista. Het grote verschil is dat hier de wetenschappelijke kennis toegepast of getoetst wordt aan de hand van verhalen van bedrijven tijdens de colleges. Of in ieder geval bij de cursus Mobile Business. Waarschijnlijk heeft dat er ook mee te maken dat bedrijven als Ericsson, IBM, Nokia, Philips, NXP, Sybase en Tele2 hier vlakbij zitten. Op onze faculteit is alles vrij strikt geregeld en vastgelegd. De taalcursus is op een andere faculteit en daar is dit allemaal wat minder het geval.
Naast al het studeren is het natuurlijk ook van belang om gewoon een nieuwe stad te verkennen en fun te hebben met je medestudenten. Omdat we hier in Kista (in het noorden van Stockholm) allemaal een eigen (IKEA-)studio met badkamer en keuken hebben, is de Laundry de enige gezamenlijke ruimte. De (wekelijkse) feestjes vinden daar dus plaats, wat vaak een pre-drink is voor het echte stappen in één van de hippe clubs op Östermalm. Afgelopen week werd door een aantal studenten een Beer Pong toernooi georganiseerd. Met in totaal zo’n 50 deelnemers was dit zeker een geslaagd feestje te noemen! Als je je flink wil bezatten, is deze pre-drink haast noodzakelijk. Met 62 SEK voor een biertje (7 euro) zijn de clubs hier namelijk niet bepaald goedkoop. Ook de gewone boodschappen zijn prijzig, maar gelukkig is ook hier een Lidl en voor de kleding is er de H&M. Ik moet eerlijk bekennen dat ik geen lid ben geworden van de Student Union van de faculteit. Er lopen toch wel erg veel geeks rond in de kantine en in de eigen bar. Maar het is uiteraard wel super dat ze überhaupt een eigen bar hebben! Ik ben wel lid van de universiteitsbrede Student Union, die leuke activiteiten organiseert en ook meer gericht is op internationale studenten. Het lidmaatschap van deze studievereniging betekent ook dat je korting krijgt op het ov en in verschillende winkels. Weer eens iets anders dan de gratis biertjes bij Thalia. Vanwege het harde studeren heb ik in de eerste weken nog weinig tijd gehad om overdag de stad te verkennen, maar in de weekenden heb ik verschillende clubs bezocht. Ook zijn we
met een grote groep internationale studenten naar de ijshockeywedstrijd tussen Zweden en Rusland geweest. Een lompe sport om te zien en een geweldige sfeer in het stadion! Deze week gaan we op skireis, in april een dagje naar Riga (Letland), een officieel bezoek aan de burgemeester en naar de Nobelprijszaal. Genoeg leuke dingen om in je agenda op te nemen dus. Het studeren en de fun valt hier dan ook duidelijk goed te combineren! Omdat deze Thabloid over duurzaamheid gaat, wil ik ook wat vertellen over duurzaamheid in Zweden. Bij aankomst op het vliegveld in Stockholm, werd mij direct verteld dat ik de minst vervuilende manier van reizen richting de stad had gekozen: een directe treinverbinding. De CO2-uitstoot van de bus, de stoptrein, taxi’s, noem maar op, stond netjes aangegeven na de douane. In de ov-planner wordt de uitstoot ook aangegeven en lichten worden automatisch gedoofd in collegezalen die niet gebruikt worden. Ook worden de gratis kranten (Metro) netjes door de meeste reizigers in de speciale papierbakken gedeponeerd wanneer ze die uit hebben, zodat het afval netjes gescheiden wordt. Verder heeft de universiteit speciale doelstellingen op het gebied van duurzaamheid en dienen wij in onze studio’s al het afval te scheiden. Naast het statiegeld dat ik al kende uit Nederland, is er hier ook statiegeld op bierblikken en kleine colaflesjes. Het allermooiste vind ik de besparing die IT hier in Stockholm heeft opgeleverd. Samen met IBM heeft de stad Stockholm namelijk een betalingssysteem gemaakt, waarmee automobilisten automatisch worden belast zodra ze de binnenstad binnenrijden. In het eerste jaar na invoering van dit systeem is het gebruik van het ov toegenomen met 40.000 nieuwe reizigers, er was 14% minder uitstoot van CO2 en de hoeveelheid autoverkeer in de stad daalde met 20-25%. Het systeem werkt door middel van OCR om nummerborden te lezen en mensen kunnen via een webportal het verschuldigde bedrag inzien of ze krijgen een acceptgiro in de bus. Het enige nadeel is - zoals één van mijn docenten opmerkte, die betrokken was bij het project - dat de autoverkopers het lastiger hebben gekregen, want het aantal autobezitters zakt nu met 2,5% per jaar. Zoals jullie misschien wel doorhebben, heb ik het goed naar mijn zin hier! Al mis ik Thalia wel vanwege de leuke gratis borrels. Ik wil graag afsluiten met het aanmoedigen van iedereen die nadenkt over studeren in het buitenland. Echt veel werk is het uiteindelijk niet en een geweldige ervaring is het zeker. Wil je meer weten over mijn trip en wat ik zoal meemaak of heb je vragen over studeren in het buitenland? Check dan deunk.net/ jodocus of @jodocusdeunk op Twitter! Hej då!!
Jodocus
15
De bestuursvraag Hoe duurzaam is je medebestuurslid?
B
as komt met het ov elke maandag naar Nijmegen en gaat vrijdag op dezelfde manier weer terug naar Roggel. Als hij boodschappen gaat doen of naar de universiteit moet gaat hij met de fiets. Wat dat betreft is hij best duurzaam. Maar zodra de zon ondergaat, verandert Bas in een Guitar Hero rockende, Nazi Zombie verslindende stroomverbruiker. Hij kan echter zijn Xbox 360 ook als kacheltje gebruiken dus dat maakt hem best duurzaam.
Jasper
V
olgens mij is Sander erg duurzaam. Hij komt elke dag vanuit Arnhem naar Nijmegen, en neemt altijd de bus en de trein. Of dit om milieu- of financiële redenen is, daar blijf ik dan even buiten... Hij moet trouwens ook wel: als de natuur ten onder gaat kan hij er ook geen mooie foto’s meer van maken! De duurzaamheid van de interne mens houdt hij echter wat minder rekening mee. But then again, gerookt vlees gaat ook lang mee!
Bas
W
illem heeft, als ik me niet vergis, altijd zijn computer thuis aan staan. Waar Willem ook is, hij streamt altijd muziek vanaf thuis naar zijn mobiel, laptop of computer op de universiteit. Dit betekent dat hij enorm veel stroom verbruikt. Verder is Willem wel altijd op de fiets. Bussen daar doet hij niet aan. Dit scheelt natuurlijk weer, maar of het zijn excessieve stroomverbruik uitbalanceert vraag ik me af. Verder vind ik de term duurzaamheid lastig te interpreteren. Of Willem nog lang mee kan? Vast en zeker. Duurzame jongen hoor, die Willem.
Feike
16
I
k hoorde van Feike een keer dat hij graag een potje Call of Duty speelt, dus volgens mij valt dat wel tegen met dat grote scherm van hem en een loeiende computer. Maar, hij woont in Nijmegen en lekker op de fiets naar de uni is zeker niet slecht voor het milieu. Als hij nou zijn afval scheidt en een biobakje koopt, is hij volgens mij groener dan menig andere student.
Sander
J
asper zit sinds kort op kamers, waardoor hij een stuk minder groen is geworden. Immers, naast zijn ouderlijk huishouden verbruikt hij nu zelf ook gas, water en licht. En aangezien zijn kamer ongeveer 25 m2 beslaat, verbruikt deze een hoop energie om warm te worden. En als de kamer eenmaal warm is, heeft deze ook moeite om de warmte vast te houden door het ontbreken van dubbel glas. De combinatie van een grote kamer, een energievretende pc en het ontbreken van dubbel glas zorgt er dus voor dat Jasper in zijn eentje zeker goed is voor 0,0002% van de totale CO2-uitstoot van Nijmegen!
Beau
O
ok Beau reist ieder weekend met het ov tussen Breda en Nijmegen. Toch is hij niet de meest duurzame student. Zijn computer maakt namelijk overuren en staat soms zelfs aan als hij niet op zijn kamer is. Ook laat hij zijn lampen aan staan als hij een tijdje in de keuken gaat zitten. Dit maakt hij natuurlijk wel goed door samen met Bas boodschappen te doen met de fiets.
Willem Wil je ook iets vragen aan het bestuur? Mail dan je vraag naar
[email protected]
17
Community Outreach Project E
en speciaal vak waarin je leert hoe je een ICT-gerelateerd internationaal project moet doen met grote cultuurverschillen. Het vak geeft je een theoretische basis. Via een stage van drie weken breng je die kennis in praktijk. Dit is het verhaal van Claire, Roland, Tijl en Tanja.
W
e kennen allemaal wel Soweto, de township waar op 16 juni 1976 een grote opstand tegen de Apartheid uitbrak. Inmiddels zijn we bijna 35 jaar verder. Er is veel veranderd, maar er is ook nog zoveel te doen.
J
ohannes is eigenlijk, net als wij, een student aan de universiteit. Maar hij ontdekte dat de kennis die hij opdeed van direct nut was voor de mensen uit zijn township. Hij ging meteen aan de slag en zette een aantal activiteiten op, zoals een trainingscentrum, een opvangcentrum voor de vele ouderloze kinderen en een servicecentrum. Het gaat om voedsel, onderdak, onderwijs en gezondheid. Kortom we praten hier over de millenniumdoelen voor een betere wereld die zijn vastgesteld door de VN.
N
a een gedegen voorbereiding trekken wij, vier studenten van de Radboud Universiteit, met onze kennis en enthousiasme gewapend, naar Johannesburg, een stad die in de top vijf van meest gewelddadige steden staat. We zijn onderweg naar Johannes Mfanafuthi en komen aan op 11 juni, de dag waarop Nederland in Johannesburg de finale van het wereldkampioenschap voetbal speelt. We worden ontvangen door Johannes en Ricus Dullaert en we blijven die eerste dag in Johannesburg om iets mee te krijgen van het volksfeest dat dit wereldkampioenschap voor Zuid-Afrika is. Wat zijn ze trots dat zij dit mogen organiseren, wat doen ze hun best en wat zijn ze trots op hun Bafana Bafana, dat hier zomaar aan meegedaan heeft. Het wordt ons meteen duidelijk: er leeft nog steeds een sterk minderwaardigheidsgevoel onder de zwarte bevolking in Zuid-Afrika. (Ongeveer 75% van de totale bevolking!)
O
p maandag gaan we verder richting ons project. Johannes brengt ons naar Kwaggafontein, een township, een flink eind in het binnenland. Wat genieten we van het mooie landschap onderweg. Maar uiteindelijk belanden we op de locatie waar we de komende drie weken hard zullen gaan werken.
I
nmiddels doet Johannes dit soort werk al ruim vijf jaar met groot succes. Anderen zien dat ook, maar elke verleiding om een goede baan te krijgen in de grote stad (Johannesburg) weerstond hij. Zijn eigen township staat voor hem toch echt op de eerste plaats!
O
ns project bestond uit twee delen. Tanja en Claire wilden zich inzetten voor de kinderen die hun ouders door de massale aids-epidemie in Zuid-Afrika hebben verloren. Ze hadden zich verdiept in de kennis die in hun opleiding Pedagogische Wetenschappen werd aangeboden, en hadden dit vertaald om in Zuid-Afrika toe te passen. Roland en Tijl gingen Johannes helpen in zijn trainingscentrum. De mensen (meestal in de leeftijdscategorie van 18-30 jaar) worden daar opgeleid voor het Computer Driving License, een internationaal diploma, waardoor ze een goede kans op een baan hebben.
18
W W
at hebben we in die drie weken veel gedaan, we hadden nooit gedacht dat er zoveel tijd in drie weken zit!
e hebben ons bezig gehouden met veel diverse activiteiten. Zo hebben we ons verdiept in traumaverwerking bij kinderen. Doordat er veel wezen zijn in Zuid-Afrika die op het moment niet voldoende worden opgevangen, zijn wij naar scholen, een kinderdagverblijf en een vrijwilligersorganisatie (home based care) geweest om hen meer informatie te geven over traumaverwerking. We hebben dit gedaan aan de hand van een boekje dat we hadden gemaakt. We zijn daarbij veel in gesprek geweest met docenten, vrijwilligers en wezen.
D
aarnaast hebben we lessen bijgewoond op een kinderdagverblijf, middelbare school en een basisschool. We hebben hierbij gepraat over manieren van lesgeven en eventuele verbeterpunten.
O
p het informatiecentrum hebben we ons vooral beziggehouden met het up-to-date brengen van de pc’s, lessen maken en lesgeven, toetsen maken en afnemen en het begeleiden van de studenten. De lessen gingen over het werken met Microsoft Office.
de supermarkt kwamen wilden ze allemaal met ons op de foto. Ze wilden ons meteen van alles laten zien en proeven, waaronder koeienmaag...
H
et begint ons duidelijk te worden. Alleen al het feit dat we ons zo voor hen willen inzetten, dat we zo dicht met hen samenwerken, dat is al erg belangrijk. Maar we zien ook dat men hard werkt om vooruit te komen. Zo zijn ze op dit moment bezig het trainingscentrum te vernieuwen. Het was al een tijdje veel te klein, maar ze zijn nu zelfs al met nieuwbouw begonnen. Samen met Wilde Ganzen wordt er nu aan gewerkt om dit af te ronden: alleen het dak moet er nog op.
W
e vragen ons af, is dit nu zoveel anders dan de Marshallhulp die wij kregen na de Tweede Wereldoorlog? Wij denken dat we hier vooral mee door moeten gaan!
H N
et was een geweldige ervaring om nooit meer te vergeten!!!
D
og 28 studenten gingen op deze manier op pad, voor projecten in allerlei ontwikkelingslanden. Wil je meer over het project weten, of wil je ons volgen? Wil je weten hoe het verder gaat met het project van Johannes? Kijk dan eens op de website: http://www.ict4kids.nl.
e mensen waren zeer gastvrij en dankbaar. We werden met open armen ontvangen. Iedereen wilde ons leren kennen en met ons op de foto. Het was dan ook erg bijzonder dat er blanken naar hun dorp waren gekomen. Veel kinderen hadden nog nooit een blanke gezien, dus dat was voor hen een hele ervaring. Wanneer we voorbij kwamen, zwaaiden ze en riepen ze hard: “legoa”, dat ‘blanken’ betekent. Zelfs als we in
Simone Meeuwsen, Luca Consoli, Henny van der Meijden, Theo van der Weide
19
“Voorzichtig, niet kapot maken!” zegt Beau, terwijl Bas achteloos het vodje in zijn tas propt. “Hoezo?” vraagt hij verbaasd. “Nou, laatst is voor miljoenen het kladje waar Bob Dylan zijn eerste versie van ‘The Times They Are a-Changin’ op schreef verkocht. Wie weet wat dit straks waard is!”. Met een begrijpende blik probeert Bas de snel neergekladde akkoorden van ‘Back In The U.S.S.R.’ glad te strijken. De pretentie is er al, nu nog kijken of ze het waar kunnen maken… “We’re on a mission from God!” oals sommigen in de wandelgangen al vernomen hebben, is een tijdje geleden de officiële Thaliahuisband, genaamd ‘int Henk = 5;’, opgericht. Founding members Beau Verdiesen en Bas Vossen, Thalianen in hart en nieren, kwamen een jaar geleden al met dit idee. Dit heeft toen weinig vorm gekregen, omdat je met alleen een toetsenist (Bas) en een gitarist zonder gitaar (Beau) niet echt een succesvolle band kunt beginnen. Na een jaar bleken er zich echter weer nieuwe kansen voor te doen. Inmiddels had Beau een elektrische gitaar aangeschaft en had Bas zich omgeschoold tot bassist. Het fundament was gelegd waarna de twee ‘on a mission from God’ gingen om de band te vormen. Al snel kwamen ze uit bij ganggenoot Mike van der Zijden. Door zijn aanstekelijk enthousiasme en tevens mateloze succes als zanger van ex-Desdaband ‘Claudia’s Birthday’ was de keuze snel gemaakt. Aangezien Luuk Linders, drummer van eerdergenoemde band, ook al kind aan huis was op gang 30 (Henks hoofdkwartier), bleek de ritmesectie niet ver weg meer. Als laatste zekerheid, rots in de branding, hebben ze ook nog muzikale duizendpoot (en tevens bloedverwant van Bas) Roel Vossen als lead gitarist weten te strikken. Het geraamte was gevormd: int Henk = 5; werd een feit.
Z
Van programmacode naar levensmotto e bandnaam zal zich voor sommigen ietwat onorthodox voordoen. Thalianen zullen echter weinig moeite hebben om hier programmacode in te herkennen. Toch zit er meer achter deze naam. Alle eer voor het begrip ‘int Henk = 5;’ gaat uit naar Rick Franken. Als onze persoonlijke programmeergoeroe heeft hij ons meerdere malen geholpen met onze opdrachten, waarbij elke keer zijn digitale handtekening ‘int Henk = 5;’ in de constructor te vinden was. Als eerbetoon hebben we deze term overgenomen als levensmotto, vergelijkbaar met het Griekse ‘Siga siga’. Het leek ons dan ook niet meer dan logisch om de band hiernaar te vernoemen. In ruil daarvoor komt dhr. Franken eeuwige roem toe, nogmaals dank hiervoor!
D
Geldgebrek en rock-’n-roll oals je al zou verwachten is het grote probleem bij een studentenbandje toch altijd het gebrek aan geld. ‘Ome IB-Groep’ - pas geleden omgebouwd tot ‘Tante Duo’ - geeft weliswaar elke maand een royale bijdrage, maar deze ziet men vaak verdwijnen in studieboeken, collegegeld en andere primaire behoeftes (“Biertje...iemand?”). Instrumenten zijn nog wel mee te slepen naar Nijmegen, maar om een hernia te voorkomen blijven de versterkers lekker thuis bij staan - als die überhaupt beschikbaar zijn. Budget om een nieuwe aan te schaffen voor op kamers is er ook niet, waardoor een repeti-
Z
tieruimte inclusief backline essentieel is. Nijmegen heeft een karig aanbod aan deze ruimtes. Bovendien zitten deze of reeds vol, of zijn peperduur. Vandaar dat we het wat verder van huis hebben gezocht: in Wijchen is een prachtig hok waar je voor twee tientjes een hele avond mag ‘raokeluh’! Vandaar dat we de laatste twee maanden geregeld op een woensdagavond, na een heerlijke maaltijd te hebben genuttigd in de Refter, de bus hebben gepakt naar zaal ‘Hiernaast’ te Wijchen. Een driekwartier durende setlist was het gevolg: klaar voor onze try-out! Raokeluh!! Rao·ke·len (r ɔ: - ku ` lu) - werkwoord raokelde, h. geraokeld 1. raggen, scheuren, knallen 2. harde muziek spelen: 1. int Henk = 5; ~de tijdens hun optreden 2. Beau: “wat moet ik na het eerste couplet doen?” Bas: “Raokeluh!”
H
et lot leek ons goed gezind. Na een paar repetities kregen we van Patrick Verleg de vraag of we zin hadden om op te treden op de bandjesavond van Olympus, georganiseerd voor de Ragweek. Patrick is, naast penningmeester van Olympus en voorzitter van onze borrelcommissie, ook nog eens lid van de harde kern van de int Henk = 5; fanclub. Een trouwere fan kunnen we ons niet wensen: hij was al weken voordat hij ook maar één noot van de band te horen had gekregen groot fan. Dit voorstel leek ons een uitermate geschikte kans om een try-out te geven (we noemen het trouwens niet voor niks ‘tryout’, aangezien ons debuutoptreden zal plaatsvinden op de ‘int Henk = 5; borrel’ van Thalia). Inge van der Knaap, commissaris activiteiten van Olympus, heeft ons vervolgens onder haar hoede genomen. De communicatie verliep erg soepel en we willen Inge daarvoor dan ook even bedanken: “Inge, bedankt!”. Na wat technische problemen hebben we de backline in de zuidkantine gelukkig aan de praat gekregen, en hebben we nog een leuk optreden kunnen geven. Zuid was goed gevuld en Olympus heeft veel geld op kunnen halen voor het goede doel. Het publiek vond het leuk en we hebben ontzettend veel lol gehad. En zeg nu zelf, dat is toch het belangrijkste! We hopen dat het optreden op de ‘int Henk = 5; borrel’ net zo’n succes zal worden. Deze zal plaatsvinden op 26 april, zorg dat je dit spektakel niet mist!
20
int Henk = 5; voorgesteld
Onder de motorkap u vraag je je zeker af: “wie was nu ook alweer die knappe drummer, en wie verzorgde ook alweer die prachtige zangpartij?”. Om al deze vragen te kunnen beantwoorden zullen de vijf leden van int Henk = 5; zich even voorstellen. Fanmail en telefoonnummers kunnen via de redactie van de Thabloid uitgewisseld worden.
N D
ag allemaal, mijn naam is Bas, inmiddels derdejaars informatiekundestudent. Dit jaar ben ik secretaris binnen het bestuur van Thalia. Beau en ik zaten al een tijdje te lobbyen voor een heuse Thaliahuisband, maar nu is het er toch echt van gekomen! Bij int Henk = 5; speel ik basgitaar (met hier en daar wat zang), maar van origine ben ik toetsenist. Naast Henk speel ik nog piano in Bigband Xpero in Roggel en speel ik basgitaar bij een Creedence Clearwater Revival tributeband. Ik hoop dat jullie allemaal komen naar de “int Henk = 5;”-borrel, zodat we er een groot feest van kunnen maken!
Bas Vossen
H
Beau Verdiesen
oi iedereen, ik ben Beau. Zoals velen van jullie weten zit ik dit jaar in het bestuur van Thalia en als je de eerste Thabloid van dit collegejaar hebt gelezen weet je alles al over mij. Dus zal ik het maar eens gaan hebben over mijn muzikale carrière. Mijn talent voor muziek begon al in mijn eerste levensjaar, toen ik voor het eerst een rammelaar kreeg. Niet veel later kon ik al vrolijk meerammelen met de heerlijke klanken van Mozart en Bach. Het was een tijd lang stil tot ik rond mijn tiende levensjaar de gitaar ontdekte. Na twee jaar op les gezeten te hebben heb ik pas sinds een jaar of twee de gitaar weer opgepakt. Toen een jaar geleden het idee van int Henk = 5; ontstond, ben ik serieus na gaan denken over het aanschaffen van een elektrische gitaar. Ik heb toen via een kennis van Bas een tweedehands gitaar gekocht en speel nu rhythm guitar bij int Henk = 5; wat tevens mijn eerste bandje is. Omdat de andere bandleden hun instrument niet echt beheersen en ik heer en meester ben op de gitaar moge het duidelijk zijn dat ik de drijvende kracht ben achter int Henk = 5;! Zelfspot? Waar?
G
egroet, mijn naam is Mike. Ik heb een half jaar wiskunde gestudeerd, maar ik ben daarna overgestapt naar Engelse taal en cultuur, waar ik mij nu richt op de Britse variant. Ik woonde al een tijdje op Hoogeveldt toen Bas bij mij op de gang kwam wonen, waarna we Beau ook de gang binnen sluisden. Aangezien Bas, volkomen vanzelfsprekend, enorm jaloers was op het feit dat hij niet bij mij in een band zat en de leden van Claudia’s Birthday wel, hebben we int Henk=5; opgericht. In Claudia’s Birthday ben ik de toetsenist en secundaire zanger, maar we kozen er toch maar voor om mij als zanger en toetsenist in te zetten voor int Henk=5; om een beetje met de routine te husselen.
Mike van der Zijden
H
oi, ik ben Roel. Vorig jaar heb ik de studie geschiedenis afgerond en ik ben nu bezig met de master amerikanistiek. In principe heb ik dus vrij weinig met Thalia, behalve dat Bas mijn broer is. Hij heeft me dan ook gevraagd om mee te spelen met int Henk = 5;. Muziek is een grote hobby van mij: naast gitaar speel ik saxofoon en ben ik af en toe ook als drummer te zien. Ik speel saxofoon in een bigband en gitaar in een Creedence Clearwater Revival tributeband. Dit zijn dezelfde bands als waar Bas ook in speelt. Verder speel ik nog gitaar en saxofoon in The Pink Floyd Sound, wat, zoals de naam al verraadt, een Pink Floyd tributeband is.
Roel Vossen
H
allo iedereen, ik ben Luuk. Sinds een maand of drie studeer ik informatica, daarvoor heb ik twee jaar wiskunde gestudeerd. Sinds een paar weken ben ik ook lid van Thalia. Ik kende Mike van wiskunde, en via hem kende ik ook Bas en Beau. Bij int Henk = 5; ben ik de drummer, hoewel ik eigenlijk toetsenist ben. Ik drum ook in een andere band met Mike: Claudia’s Birthday. Verder speel ik toetsen bij Echoes, een voortvloeisel uit The Reef, waarmee ik de finale van de Roos van Nijmegen heb gehaald en de Lingebattle heb gewonnen. Verder schrijf ik af en toe muziek voor korte films.
Luuk Linders 21
In welk downloadprogramma kun je tetris spelen als easter egg?
ROFLMAO
22
Geslaagd pokertoernooi met Thalia
P
okeren, voor de één een zeer bekend spel en voor de ander geheel onbekend. Ongeacht hiervan was iedereen welkom bij het pokertoernooi van studieverenging Thalia. Precies dertien Thalianen hebben op 26 januari dan ook hun beste pokerface opgezet in café Samson.
T
egen de klok van achten kwam iedereen binnendruppelen in het café, klaar om hun pokervaardigheden te tonen aan hun mede-Thalianen. Na een korte toelichting werd de groep in drieën gesplitst. Elke groep kreeg aan een eigen tafeltje een stapel pokerfiches en alle benodigde spullen. Niet iedereen bleek echter zo bekend met het fenomeen poker, sommigen hadden het zelfs nog nooit gespeeld. Hier en daar werd dan ook het een en ander uitgelegd. Toen dat eenmaal duidelijk was kon het pokeren echt beginnen. Iedereen begon met 1500 aan fiches (10x 5, 10x 10, 10x 25, 10x 50 en 6x 100).
volgde ook de derde, hij kreeg een Yahtzee-spel als prijs. De laatste twee bleven fanatiek tot het einde, rond middernacht, maar uiteindelijk kon er maar één de winnaar zijn. De tweede prijs was een heuse pokerset en de nummer één kreeg een prijzenpakket ter waarde van maar liefst 35 euro. Dit bestond uit een shotglaasjes-schaakbord, een usb-koelkastje, een Spongebob tosti-ijzer en een fles Jägermeister.
A
l met al heeft iedereen zich uitstekend vermaakt tijdens dit pokertoernooi en de evenementencommissie kijkt dan ook terug op een gezellig evenement!
B
luffen, passen, check, meegaan of all-in, het hoorde er allemaal bij. Onder het genot van een drankje van Thalia en de gezellige sfeer werd er dan ook fanatiek gepokerd. Sommigen kenmerkten zich als echte profs. Zij kenden alle begrippen en alles wat bij pokeren komt kijken. Heel serieus probeerden zij dan ook te winnen van de tegenstanders. Anderen wonnen meer op geluk en wisten niet goed wat zij deden. Ondanks dit verschil had iedereen er duidelijk plezier in. Naarmate de tijd verstreek vielen er steeds meer mensen af. Om de ongeveer twintig minuten werden de blinds ook verhoogd om het spannender te maken. Toen er vier mensen uitgespeeld waren konden twee tafels samengevoegd worden. Enkele uren en heel wat biertjes later waren er nog maar vijf mensen over en was het tijd om deze aan dezelfde tafel te zetten. Veel mensen waren al naar huis omdat het inmiddels al laat op de avond was, of ze namen hun toevlucht tot café Twee Keer Bellen.
H
ele bergen fiches werden naar deze tafel gebracht, omdat de spelers allemaal een hele verzameling hadden opgebouwd na het vele winnen. Het werd duidelijk dat de beste drie een mooie prijs zouden krijgen en dus ging iedereen daarvoor. Onvermijdelijk vielen er natuurlijk personen af. Na een tijdje
23
Door Niek Wolfkamp
Deze Thabloid is mede mogelijk gemaakt door: