Liedjes voor gitaar met noten op de eerste drie snaren
Samengesteld door Ine Janssen
Dit boekje is bedoeld voor beginnende gitaristen. Om de noten op de eerste drie snaren goed te leren kennen. Heel veel liedjes met dezelfde noten spelen werkt veel beter dan twee of drie liedjes heel erg vaak spelen. Want die paar liedjes ken je dan van buiten, zodat je niet meer met noten lezen bezig bent. Aan de hand van dit boekje leer je de noten moeiteloos spelen en kun je je concentreren op de technieken en een goede houding. Op de laatste bladzijde staat een overzicht van de noten op deze eerste drie snaren. Ik heb geput uit de volgende boeken: De Gitaarstarter deel 1 van Cees Hartog De Kleine Gitaarstarter ook van Cees Hartog Hallo, gitarist! door Ine Janssen Blokfluit dát is leuk! door Tom Stone Basix Gitaar Methode deel 1 door Ron en Morty Manus Fast Tracks deel 1 door Blake Neely en Jeff Schroedl Hal Leonard Methode voor gitaar deel 1 door Will Schmid en Greg Koch Extra! Door Ine Janssen
Als je dit boek uit hebt, en alles goed beheerst, geef je het me gewoon terug, dan kan ik het met een volgende leerling gebruiken. Veel succes met gitaarspelen!
Voor Lisette, Anneke, Desiree en Marianne. En voor Henk.
Ine Janssen Nederweert, oktober 2013 Uitgeverij ini mandolini
4
5
6
7
8
9
De letters die boven de notenbalk staan zijn de begeleidings-akkoorden die je leraar mag spelen.
Mieke hou je vast
&c œ
œ
G
œ
œ
˙
Mie - ke hou je
& œ
œ
œ
vast
œ
Mie - ke hou
œ
œ
aan de
˙
je
œ
D7
œ
vast
&c œ
œ
Lies - je
& œ
œ
Lies - je
had een
œ
˙
had een
œ
œ
D7
œ
˙
œ
de
œ
œ
œ
w
G
mast.
œ
œ
œ
˙
lam - me - tje dat
˙
lam - me - tje,
œ
œ
œ
G
lam - me - tje, D7
˙
bo - men,
tou - wen van de
lam - me - tje,
œ
œ
œ
œ
œ
œ
D7
aan de
œ
œ
œ
œ
tak - ken van
Liesje had een lammetje G
œ
G
hup - pelt in
G
œ
w
de
wei.
Issie Dissie Dou &c œ G
œ
˙
Is - sie dis
& œ
œ
œ
G
-
˙
D7
sie
dou
œ
Com - pli - ment aan
˙
œ
œ
˙
G
œ
œ
Com - pli - ment D7
œ
œ
is - sie dis - sie
10
œ
œ
˙
G
Is - sie dis
-
˙
D7
aan
jou
˙
D7
G
sie
dou.
˙
˙
Lentewals
& 43 ˙ G
Guitar
œ
˙
œ
&˙
œ
˙
œ
˙
&c œ &œ G
œ
œ œ
œ
œ ˙.
˙
œ
D7
œ œ
D7
œ
œ
œ œ œ ˙
œ œ œ
œ
G
œ
G
Am
œ ˙.
Om en om G
œ œ œ œ œ œ ˙.
D7
œ
G
œ
œ œ
D7
Am
œ
G
œ
G
œ œ
œ
D7
œ
G7
œ
˙. C
G
œ ˙.
A7
D7
˙
œ
G
œ
C
˙
C
˙
G
˙
Rigaudon &c œ
œ
C
&œ C
œ
œ
G
œ
G
F
œ
F
œ
C
˙.
C
˙.
11
œ
Dm
œ
Dm
œ
œ
œ
œ
œ
G7
˙
œ
˙ w
C
Boer daar ligt een kip in't water
Guitar
&c œ
Paul Jonas C
œ
œ
Kijk,
daar
komt
&c œ C
œ
& œ
Zie
œ
hem
œ
daar
œ
œ
œ
œ
œ
&œ
œ
œ
œ
œ
par
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ
˙
œ œ ˙
œ
œ
Dm
Jo - nas
Paul Dm
œ
-
œ
œ
œ
aan,
˙
man - tig
G7
staan,
œ
G7
wat
een
œ
net
een
œ
˙
œ
œ
œ
vent C
stu
-
˙
œ
echt
˙
C
aar - dig
-
œ
den
-
je.
˙
tje.
Hansje en Grietje
&c ˙ G
Hans
-
& ˙
'tWas D7
& œ
Wie
œ
je
en
Griet
œ
œ
˙
er
zo
don
œ
œ
kwa - men
& ˙
œ
˙
bij
œ -
-
œ
˙
een
huis
œ
œ
˙
zou
de
baas
die
œ
-
œ
en
œ
dat
12
œ
zo
œ
œ
koek D7
œ
door
œ
œ
œ
œ
œ
G
het
woud.
˙.
huis - je
œ
koud.
Ze
w
œ
mar - se - pein.
en
œ
w
G
bit - ter
G
van
œ
van
o,
œ
je
œ
lie - pen D7
œ
ker
œ
œ
je
œ
D7
œ
dan
œ
G
wel
zijn?
w
Tante Nancy G
Guitar
&c œ &
œ
œ
œ
œ
œ
œ
˙
œ
D7
œ
˙
˙
œ
œ
D7
œ
œ
Meisje waarom huil jij toch G
&c œ
œ
œ
Meis - je,
& œ
œ
œ
Net
pre - cies
D7
œ
œ
Zeg
mij
toch
& œ
& œ
œ
œ
meis - je - lief
œ
w
˙
œ
œ
˙
œ
œ
˙
huil
je
toch,
huil
je
toch,
huil
je
toch?
œ
˙
D7
œ
œ
me
nog
dat
je
jij G
œ
waar - om
-
G
œ
zei
ver
˙
œ œ
œ
œ
œ
G
œ œ
œ
œ
D7
œ
waar - om
œ
œ
G
œ
œ
œ
D7
jij
treurt
en
wat
œ
œ
er
nu
œ
œ
˙
œ
œ
tel
mij
dan
of
ik
œ
w
vro - lijk
œ
D7
13
œ
G
œ
was.
œ
G
œ
œ
toch
is
ge - beurd,
œ
hel - pen
G
w
kan.
œ
œ o
Een twee drie vier &c ˙
˙
˙
G7
Een
twee
drie
een
twee
D7
& œ
œ
œ
œ
Heb
je
dan
geen
& ˙
Een
œ
˙
drie
œ
hoed - je
meer
˙
˙
˙
twee
drie
vier
œ
œ
van
pa
œ
œ
œ
maak
er
een
van
œ
œ
D7
hoed - je
˙
hoed - je
œ
G
œ
G
van,
hoed - je
˙
œ
˙
œ
D7
vier
œ
œ
hoed - je
vier,
˙
˙
& ˙
œ
˙
D7
œ
œ
van
pa
œ
œ
van,
w
G
-
pier.
˙
œ
œ
bord - pa - pier.
w
G
-
pier.
Constant heeft een hobbelpaard &c œ G
œ
Con - stant
œ
heeft
&œ œ œ œ Zo
rijdt
hij
de
œ een
œ
œ
œ
˙
hob - bel - paard,
œ
˙
we - reld rond,
œ
œ
zon - der
œ œ œ œ zo - maar
14
in
zijn
kop
en
˙ blo
œ
zon - der
˙
D7
-
˙
œ
te
.. w
staart.
G
kont.
Bij een duet speelt de ene gitarist telkens de bovenste partij, de andere de onderste.
Dansje voor twee Guitar 1
&c œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
Guitar 2
&c œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
Gtr. 1
&œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
Gtr. 2
&œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
Gtr. 1
&œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
Gtr. 2
&œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
œ œ œ œ w
Gtr. 1
Gtr. 2
&œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
&œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
˙ ˙
œ œ œ œ ˙ ˙
˙ ˙
w
15
4
Noten op de e en b-snaar / Noten op de g-snaar
C
˙
All
day,
˙ &c ˙
œ
œ
down
by
the
& &
œ E
-
ven
down
C 3 &4 œ
Down
&œ
G
Hang
&œ
Hear
&œ
G
Hang
night
-
œ
œ
by
the
-
chil
-
sea
œ
œ
˙.
in
the
val
œ
œ
dren
love
-
˙.
-
œ
C
side
sift
œ
ley,
˙
ing
-
œ
val - ley
-
œ
˙
ry
Ann,
œ
˙
ing
sand.
œ so
˙.
œ
œ
œ
ver,
hear
the
wind
œ
œ
œ
œ
your
head
o
œ
œ
˙.
˙.
œ
the
wind
blow,
love,
hear
the
wind
œ
œ
˙.
˙.
œ
œ
œ
your
hear
ver,
hear
the
wind
o
-
-
16
∑
sand.
œ
Ma
∑
Ann,
G7
˙. -
ry
œ
sift
˙
˙
-
C
œ
˙
œ
Ma
side
˙
tle
œ
G7
˙
sea
œ
lit
&˙
all
˙
œ
œ
˙
˙
∑ ∑
˙.
G7
∑
low.
˙.
C
∑
blow.
˙.
G7
∑
blow.
˙.
C
blow.
∑
5
Noten op de g-snaar
&c œ
œ
œ
œ
˙
clair
de
la
lu
C
Au
œ &c &œ C
Prê
& &
œ
œ
D7
Ma
&œ
-
œ
œ
œ
œ
te
moi
ta
œ
œ
œ
œ
chan - delle
œ
&œ
œ
œ
œ
C
Ou - vre
&
œ
œ
˙ plu
˙
mor
œ
˙
œ
œ
˙
moi
ta
por
œ
œ
œ
-
˙
œ
œ
ne,
mon
a
˙
-
-
mi,
Pier
œ
œ
crire
œ
un
œ
mot!
œ
œ
w
C
-
rot.
w
C
œ
œ
me,
pour
œ
é
œ
œ
œ
œ
œ
G
te,
je
n’ai
plus
de
feu;
˙
œ
œ
œ
œ
w
œ
œ
œ
œ
˙
˙
-
œ
G7
˙ -
œ
G7
œ
œ
˙
˙
est
C
˙
˙
œ
œ
G7
G7
C
te,
pour
˙
œ
17
G7
-
G7
l’a - mour
œ
œ
de
œ
w
C
w
w
w
C
Dieu.
w
6
Noten op de g-snaar / Achtste noten
&c œ G
œ
œ
Twin - kle
&
œ
œ
Up
a - bove
G
&œ
œ
œ
œ
Twin - kle
& 43 ˙ &˙
œ
œ
twin - kle
C
œ 4 G˙ 3
C
lit - tle
œ
G
œ
the
world
C
twin - kle
œ œ œ
He’s
a
jol - ly good
fel
he’s
I
œ
won - der
what
you
are.
œ
G
œ
˙
œ
œ
so
high
like
a
dia - mond
C
œ
œ
G
how
I
star
-
G
˙
low,
œ œ œ
a
jol - ly
fel
-
œ
˙
œ
for
he’s
a
low,
18
which
œ
œ
won - der
œ
œ
œ
C
D7
˙
˙.
œ
C
good
how
œ
œ
œ
˙.
œ
C
œ
G
G
lit - tle
G
œ
D7
G
D
œ 4 G˙3
œ
œ
star
C
˙
œ
the
sky.
D7
œ
œ
what
you
˙
are.
˙.
G
jol - ly good
fel
˙
œ
no - bo - dy
can
de
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ
œ œ
œ
˙
-
œ œ œ
œ œ œ 3 &4 & 43
D7
in
œ œ œ
D7
˙
low,
for
G
-
˙.
ny!
˙. œ œ œ
De tweede stem is bedoeld voor de leraar of lerares of gevorderde leerling (tirando)
œ œ œ
% œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
œ œ œ
Verbindingsboog. Soms gebruiken we een boogje om twee noten aan elkaar vast te maken, de waarde van die noten wordt dan bij elkaar op geteld. Dit heet een verbindingsboog. In de derde maat van het volgende liedje tel je dan : 1, 2, 3 en je telt door: 1, 2, en pas op tel 3 van de vierde maat speel je de b-toon van het woord "Daar".
Slaap kindje slaap Guitar
& 43 ˙ . & ˙. G
G
D7
Slaap
kind
˙
˙
schaap. G
& ˙
drinkt G
. &˙
œ
zijn
-
œ
Een
œ ˙
slaap.
melk
œ
G
œ
je
˙
slaap.
C
Daar
bui
Daar
œ œ œ
met
˙.
œ
wit
˙
œ
ten
-
-
-
D7
loopt
C
˙.
œ
˙
œ
ten
loopt
een
jes,
dat
˙
œ
voet
˙
-
˙.
jes.
˙
bui
te
˙.
D7 zoet
˙
œ
˙
œ
schaap
zo G
œ
˙.
D7
œ
G
D7
Slaap G
kind
een
˙.
œ
-
˙.
schaap.
Roodborstje tikt
œ œ w &c ˙ œ œ ˙ œ œ ˙
˙ œ œ w
G
œ œ w &˙ œ œ ˙ œ œ ˙ &˙
E7
œ œ w
Am
˙
D7
G
œ œ w
œ œ w &˙ œ œ ˙ œ œ ˙
19
˙ œ œ w
D7
G
˙ œ œ ˙ œ œ w
D7
˙
E7
G
œ œ w
Am
˙
D7
G
œ œ w
˙ œ œ ˙ œ œ w
D7
w
G
w
je
Barcarolle J.Offenbach
Guitar
œ
˙ 3 &4 & & &
œ
œ
œ
œ
#
˙
œ
˙
œ
& ˙ # œ &
œ
œ
œ
œ
œ
œ
œ œ
20
˙
œ
˙
œ
˙.
œ
œ
˙
˙.
œ
˙
œ
˙.
œ ˙
œ
˙.
œ
œ
˙
œ ˙.
œ
œ
œ
œ œ
˙
# 3 & 4˙ # & œ
œ ˙
œ
˙ œ
˙
œ ˙.
œ ˙.
œ
˙
œ ˙.
21
Opmaat. De eerste tel van een maat wordt altijd iets harder gespeeld. Soms valt die klemtoon niet op de eerste tel van het liedje. Zoals bij Zie ginds komt de stoomboot. Of Wilhelmus van Nassouwe. Dan is de eerste maat niet vol. Dat noemen we een opmaat. Een soort aanloopje dus. De tellen die we in die eerste maat tekort komen, staan in de laatste maat. Zo kun je doortellen als je een liedje twee keer achter elkaar wil spelen.
Er zaten zeven kikkertjes 3 &4 œ ˙
œ ˙
œ
œ
G
Guitar
Er
& ˙
sloot
& ˙
za - ten
was
œ
kwek - ten
&˙
za -
œ
ten
˙
œ
ze - ven
˙
œ
niet,
ze
˙
œ
ze
-
ven
˙
C
-
œ
kwaak - ten
˙
˙
œ ˙
kik - ker - tjes
˙.
toe - ge - vro
˙
œ
œ
al
œ
in
œ
œ œ œ
ren,
de
kik - ker - tjes
˙
niet,
van
˙
œ
˙
œ
al
in
een
22
G
œ
˙
œ ˙.
˙
dood. G
œ ˙
hon - ger
en D7
˙
˙
˙.
hal - lef
œ
kik - ker - tjes
œ ˙.
boe - ren - sloot.
D7
˙
˙
G
˙
een
˙
D7
D7
œ
De
œ Ze
œ
ver - driet.
œ
G
˙.
boe - ren - sloot.
Er
˙
23
3. When I need you C ˙ . 3 &4 Œ œ œ
Guitar
œE7 œ œ Am ˙. & & &
œ
œ
œ œ œ œ œ œ œ ˙G.
˙
˙. G
˙
œ œ œ œ œE7 œ œ ˙Am . œ
24
œ
œ
œ œ œ œ
˙
œ œ ˙C. Œ
œ œ œ œ œ œ œ ˙G.
˙
œ œ œ œ œ œ ˙G. œ
Carole Bayer Sager/Albert Hammond
˙.
˙
œ
œ œ œ
˙. ˙.
C