les 6 draaitabellen en draaigrafieken Herhaling Oefening 6.1

les 6 draaitabellen en draaigrafieken

Herhaling Oefening 6.1 a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k.

Open de werkmap Draaitabel. Sorteer de gegevens Van A naar Z op de kolom Verkoper. Maak een Tabel bij alle gegevens van de verkoper De Koning. Selecteer ook de kolomkopjes. Laat een totaalrij weergeven Plaats in de kolom Orderbedrag het totale orderbedrag van De Koning. Plaats in de kolom Orderdatum het aantal orders van De Koning. Bekijk alleen de orders van het jaar 2009. Laat alle gegevens weer tonen. Haal de totaalrij van het scherm. Kies voor de tabel een stijl zonder opmaak. Verwijder de tabel (converteren naar bereik).

Oefening 6.2 a. b. c. d. e. f.

Zet in de cel G1 de naam van de verkoper Peters. Zet in de cel G2 een formule die het totale orderbedrag berekent van de verkoper waarvan de naam in de cel G1 staat. Gebruik dus SOM.ALS. Zet in de cel G3 een formule die het aantal orders berekent van de verkoper waarvan de naam in de cel G1 staat. Gebruik dus AANTAL.ALS. Vul in de cel G1 een paar andere namen van verkopers in om te controleren of alles goed werkt. Sla de werkmap op onder de naam Draaitabel les 6. Sluit de werkmap.

Draaitabellen Als u een grote hoeveelheid gegevens echt helemaal naar uw hand wilt zetten, kunt u een draaitabel maken. Hiermee bepaalt u zelf wat u per kolom of rij wilt zien, welke berekeningen er moeten worden uitgevoerd en hoe er gefilterd moet worden. Zo maakt u een samenvatting van gegevens zoals u dat wilt.

DataDidact Computeropleidingen

pagina 75

les 6

Excel 2010 Specialist

Denk voordat u een draaitabel gaat maken goed na over welke informatie u precies uit de gegevens wilt halen. Daarna controleert u de brongegevens:  

De eerste rij moet kolomkoppen bevatten. Dit worden de velden van de draaitabel. Er mogen geen lege rijen of kolommen in het gegevensbereik voorkomen.

Dan gaat u een draaitabel maken: 

Plaats de celwijzer ergens in de gegevens waarvan een draaitabel moet worden gemaakt, of selecteer deze gegevens. Kies voor Invoegen > Tabellen > Draaitabel. Als u klikt op de keuzepijl onder de knop Draaitabel kunt u ook kiezen voor Draaigrafiek.

Omdat een draaigrafiek ook later gemaakt kan worden op basis van een draaitabel, is dit minder belangrijk. Over draaigrafieken straks meer. U krijgt het volgende venster te zien:



Controleer of alles goed is ingevuld (controleer eventueel het bereik; standaard is opgegeven dat de draaitabel in een nieuw werkblad gemaakt wordt en dat is ook wel handig). Klik dan op OK.

Oefening 6.3 a. b. c.

Open de werkmap Draaitabel. Controleer vlotjes of de gegevens aaneengesloten zijn. Klik met de muis ergens in het werkblad, tussen de gegevens en maak zoals hierboven is beschreven een draaitabel.

pagina 76



les 6

Nadat u op OK hebt geklikt, krijgt u een nieuw werkblad te zien, met een draaitabel in wording en een venster Lijst met draaitabelvelden. Het lint is uitgebreid met twee tabbladen onder de noemer Hulpmiddelen voor draaitabellen. De Lijst met draaitabelvelden bevat de kolomkoppen van de tabel. Deze velden kunnen naar vier verschillende gebieden gesleept worden om zo een draaitabel samen te stellen. U heeft de keuze uit de volgende gebieden (waarover straks meer): -

Rapportfilter Kolomlabels Rijlabels Waarden

Als een veld naar één van deze gebieden gesleept is, wordt dat item in de Lijst met draaitabelvelden vet weergegeven. Door een veld uit een gebied weg te slepen, is het weer verwijderd. Let op: Als u met de muis buiten het draaitabelgebied in het werkblad klikt, ziet u geen lijst met draaitabelvelden meer op het scherm. Oefening 6.4 a. b. c. d.

Zet het veld Orderbedrag in de draaitabel door het te slepen naar het gebied Waarden. Sleep het veld uit het gebied Waarden. Let ook op de draaitabel! Klik eens met de muis buiten het draaitabelgebied. De Lijst met draaitabelvelden verdwijnt van het scherm. Klik weer in het draaitabelgebied.

Het belangrijkste (en moeilijkste) is om het juiste veld naar het juiste gebied te slepen. Want waar het item wordt neergezet, maakt nogal veel uit! Zoals hierboven is beschreven, heeft u vier mogelijkheden: Rapportfilter: Kolomlabels: Rijlabels: Waarden:

Hier zet u één of meer hoofditems neer, waarop u kunt filteren. Hier zet u de items neer die u per kolom wilt bekijken. Hier zet u de items neer die u per rij wilt zien. Hier zet u de items neer waarop een berekening moet worden losgelaten.


pagina 77

les 6


Het gebied Waarden is dus de plek waar u velden neerzet met een waarde als inhoud (getallen, datums, bedragen). Als u zich dat realiseert, wordt het indelen al een stuk makkelijker! Let op: U hoeft niet alle gebieden van een draaitabel te gebruiken. U kunt eventueel de gebieden Kolomlabels, Rijlabels of Rapportfilter leeg laten. Stel dat u per verkoper het totale orderbedrag wilt zien. Werkwijze: Oefening 6.5 a. b. c.

Zet het veld Orderbedrag in het gebied Waarden. Zet het veld Verkoper in het gebied Rijlabels. Sleep het veld Verkoper naar het gebied Kolomlabels.

Naast het veld Verkoper ziet u een keuzepijl. Hiermee kunt u snel aangeven welke items (lees: verkopers) u wilt zien en welke niet. Als u het veld Verkoper naar het gebied Rapportfilter sleept, werkt de keuzepijl iets anders. Dan kunt u in principe maar één item selecteren, tenzij u het vakje Meerdere items selecteren hebt aangevinkt. Handig om snel totalen of gegevens van één (of enkele) verkoper(s) te zien, maar niet handig als u bedragen wilt vergelijken. Stel dat u de totale verkoopbedragen per verkoper wilt zien, waarbij ook op land geselecteerd kan worden. U heeft veel mogelijkheden, we geven enkele opties:

Waarden: Rijlabels: Rapportfilter:

Orderbedrag Verkoper Land

Waarden: Kolomlabels: Rapportfilter:


Waarden: Rijlabels: Kolomlabels:


Waarden: Rijlabels: Kolomlabels:

Orderbedrag Land Verkoper


Het veld Orderbedrag staat nog steeds in het gebied Waarden. Zet het veld Verkoper in het gebied Rijlabels en het veld Land in het gebied Rapportfilter. Nu kunt u per land de verkopen zien en per verkoper. Zet het veld Verkoper in het gebied Kolomlabels. U heeft hetzelfde resultaat, maar minder overzichtelijk. Zet het veld Verkoper in het gebied Rijlabels en het veld Land in het gebied Kolomlabels. Nu krijgt u weer een iets andere blik op de cijfers!

pagina 78



les 6

U kunt ook meerdere velden op één gebied zetten. De volgorde van de velden is dan heel belangrijk. Als u het veld Land en Verkoper in het gebied Rijlabels zet, is dit het resultaat:

Tip: Door op het min-teken voor in dit geval België of Nederland te klikken, kunt u de gegevens samen- of uitvouwen. Meer hierover in de extra stof. Oefening 6.7 a. b. c. d. e. f. g.

Zet het veld Land als eerste veld in het gebied Rijlabels. Zet het veld Verkoper daarna in hetzelfde gebied. Nu krijgt u een beeld van de verkopers per land zoals hierboven is weergegeven. Zorg ervoor dat alleen de gegevens van Nederland worden weergegeven. Zet België er ook weer bij. Zet het veld Land eens voorbij het veld Verkoper. Dit is geen gezicht. Zet dus maar weer gauw terug. Vouw de gegevens van België eens samen en weer uit.

Sub- en eindtotalen in draaitabellen Als u twee velden in één gebied geplaatst hebt, krijgt u automatisch te maken met subtotalen. In ons voorbeeld: een subtotaal per land. Als u geen totalen wilt hebben, kunt u deze uitschakelen met Ontwerpen > Indeling > Subtotalen.

U kunt dan kiezen voor Subtotalen niet weergeven. Als u de subtotalen weer wilt zien, kiest u voor Alle subtotalen onder de groep weergeven of Alle subtotalen boven de groep weergeven.


pagina 79

les 6


Per rij of kolom zijn er ook eindtotalen zichtbaar. Dit is afhankelijk van hoe u de draaitabel ingedeeld heeft. In ons voorbeeld ziet u een eindtotaal per kolom van de verkopers. Met de knop Eindtotalen (naast de knop Subtotalen op het lint) kunt u de weergave van deze eindtotalen snel aanpassen. Tip: U kunt ook met de rechter muisknop in de draaitabel klikken en kiezen voor Opties voor draaitabel. Op het tabblad Totalen & filters kunt u de eindtotalen per rij of kolom aan- of uitvinken. Via het lint krijgt u dit venster op het scherm met Opties > Draaitabel > Opties. Oefening 6.8 a. b. c.

Verwijder uit de draaitabel alle subtotalen. Verwijder ook alle eindtotalen. Zorg er weer voor dat zowel de eindtotalen als de subtotalen zichtbaar zijn. Kies voor de eindtotalen Aan voor rijen en kolommen en voorde subtotalen voor Alle subtotalen onder de groep weergeven.

Veldinstellingen wijzigen Hierboven hebben we gezien hoe u de subtotalen kunt weergeven of verbergen. Maar wat als u een andere berekening voor de subtotalen wilt? Dat kunt u opgeven via de veldinstellingen. De veldinstellingen kunt u per veld wijzigen door op het veld in de draaitabel te klikken en vervolgens te kiezen voor Opties > Actief veld > Veldinst. op het lint.

U kunt ook met de rechter muisknop op het veld klikken en kiezen voor Veldinstellingen. Tip: Op het lint kunt u in het kader Actief veld goed zien welk veld geselecteerd is. U krijgt het venster Veldinstellingen te zien (volgende bladzijde). Op het tabblad Subtotalen & filters kunt u kiezen voor Aangepast om een andere berekening te selecteren. U kunt dan zelfs meerdere subtotalen per veld aangeven! Overigens kunt u in dit venster ook ervoor kiezen om de subtotalen te verbergen (kies voor Geen). Als u kiest voor Automatisch, de standaardinstelling, bepaalt Excel zelf de berekening voor het subtotaal.

pagina 80



les 6


Stel de volgende subtotalen per land in: Som en Gemiddelde. Bekijk het resultaat. Zorg ervoor dat het veld Land geen subtotalen meer heeft.

Met de veldinstellingen van een veld kunt u ook andere kenmerken wijzigen, zoals de naam van het veld. De mogelijkheden variëren wel per veldtype. Een veld uit het gebied Waarden heeft andere opties. We pakken ons voorbeeld er weer bij. U ziet het veld Orderbedrag in het gebied Waarde in de draaitabel terug als Som van Orderbedrag. Dat is vanzelf gegaan. U kunt de berekening of de naam achteraf wijzigen met veldinstellingen. Als u dit venster op het scherm heeft (met dubbelklikken, rechter muisknop of de knop op het lint) heeft u verschillende mogelijkheden. Overigens heet het venster nu Waardeveldinstellingen. Het venster ziet er als volgt uit:


pagina 81

les 6


In het kader Aangepaste naam kunt u de naam van het veld wijzigen. Op het tabblad Samenvatten als kunt u bij Waardevelden samenvatten op het type berekening wijzigen (Som, Aantal, Gemiddelde enz.). Als u de getalopmaak (bijvoorbeeld het aantal cijfers achter de komma) wilt wijzigen, dan klikt u op de knop Getalnotatie. Op het tabblad Waarden weergeven als kunt u hele specifieke berekeningen uit laten voeren, zoals een percentage t.o.v. een ander veld. Tip: U kunt bovenstaande instellingen ook sneller opgeven via het lint. Selecteer eerst het veld en kies dan voor Opties > Berek. > Waarden samenvatten per of Waarden weergeven als. De wijzigingen worden overal in de draaitabel doorgevoerd waar dit veld voorkomt. Tip: U kunt snel een naam wijzigen door op het betreffende veld te klikken en vervolgens in de Formulebalk een andere naam te typen. Om de getalopmaak te wijzigen kunt u ook gewoon de knoppen op het lint gebruiken. Oefening 6.10 a. b. c.

Wijzig de naam van het veld Som van Orderbedrag in Gemiddeld orderbedrag. Zorg ervoor dat het gemiddelde orderbedrag uitgerekend wordt. Geef het gemiddelde cijfer een getalopmaak van 2 cijfers achter de komma en een scheidingsteken bij duizendtallen (getalopmaak categorie Getal).

pagina 82



les 6

Als u meer dan één berekening op basis van een veld in de draaitabel terug wilt zien, kunt u dat veld gewoon nog een keer naar het gebied Waarden slepen. Dat kan er dan als volgt uitzien:

In de kolom Gegevens ziet u alle verschillende berekeningen. U kunt met de rechter muisknop op een berekening klikken om deze te verwijderen. Het is ook eenvoudig om een berekening uit het gebied Waarden te slepen. Dan is de berekening ook verwijderd. Let op: In bovenstaand voorbeeld zijn de gegevens geordend per rij. Sleept u de knop ∑ Waarden van Rijlabels naar Kolomlabels, krijgt u de gegevens per kolom!

Met de rechter muisknop kunt u kiezen voor Waardeveldinstellingen om de berekening, de naam of getalopmaak te wijzigen. Dubbelklikken lukt nu niet! Tip: U kunt ook in het venster Lijst met draaitabelvelden klikken op het keuzepijltje rechts van een veld om de (waarde)veldinstellingen te wijzigen.


pagina 83

les 6


Oefening 6.11 a. b. c. d. e. f.

Voeg nogmaals het veld Orderbedrag toe aan het gebied Waarden. Geef dit veld de naam Totaal orderbedrag, zorg ervoor dat het totaalbedrag uitgerekend wordt en stel dezelfde getalopmaak in als bij het gemiddelde. Voeg nogmaals het veld Orderbedrag toe aan het gebied Waarden. Geef dit veld de naam Aantal orders en stel de berekening aantal in. Verwijder sub- en eindtotalen uit de draaitabel. Verwijder de berekening Gemiddeld orderbedrag uit de draaitabel.

Draaitabel vernieuwen en opmaken Als de brongegevens van de draaitabel wijzigen, wijzigen de gegevens in de draaitabel niet automatisch mee! U zult dan de gegevens moeten vernieuwen. U kunt dat via het lint doen met Opties > Gegevens > Vern., of door met de rechter muisknop op de draaitabel te klikken en te kiezen voor Gegevens vernieuwen. Oefening 6.12 a. b. c.

Wijzig in de brongegevens (dus de gegevens op Blad1) bij één item het land in Duitsland. Bekijk het resultaat in de draaitabel. Als het goed is, is er niets gewijzigd. Vernieuw de draaitabel en nu ziet u de wijziging wel terug.

Het uiterlijk van een draaitabel is snel aan te passen. Natuurlijk kunt u op de gewone manier de opmaak van cellen wijzigen. Zo kunt u de uitlijning, tekstkleur en achtergrondkleur eenvoudig aanpassen. Op het lint vindt u op het tabblad Ontwerpen echter een aantal mogelijkheden die specifiek bedoeld zijn voor draaitabellen. Zo ziet u een groep met de naam Draaitabelstijlen. Hier kunt u een snel de opmaak van de hele tabel wijzigen.

Stijl Geen

Klik hier om alle beschikbare stijlen te zien.

De allereerste stijl, met de naam Geen is de standaardstijl. Dan wordt er qua opmaak niets gedaan. Naast het toepassen van stijlen, kunt u het uiterlijk van een draaitabel wijzigen met aankruisvakjes uit de groep Opties voor draaitabelstijlen. U ziet het effect vanzelf als u ze gebruikt.

pagina 84



les 6

Let op: Deze opties kunt u alleen toepassen als u ook een bepaalde stijl gekozen heeft (anders dan Geen). Met de knoppen Rapportindeling en Lege rijen in de groep Indeling kunt u snel een compactere of ruimere indeling van de draaitabel kiezen. Ook deze knoppen wijzen zich zelf. Let op: De mogelijkheden in de groep Indeling kunt u alleen toepassen als u een draaitabel hebt met meerdere velden naast elkaar. Oefening 6.13 a. b. c. d. e.

Wijzig de opmaak van de draaitabel door een draaitabelstijl naar keuze te selecteren. Geef de draaitabel gestreepte rijen (groep Opties voor draaitabelstijlen). Bekijk nog een paar stijlen en kies uiteindelijk voor de standaard opmaak van draaitabellen. Bekijk het verschil tussen de drie mogelijke rapportindelingen (kijk in de groep Indeling) en bekijk ook het effect van het toevoegen of weglaten van lege rijen. Kies de standaardindeling: Tabelweergave zonder lege rijen na elk item.

Gegevens groeperen Heel handig, en voor het overzicht vaak noodzakelijk, is de mogelijkheid om gegevens te groeperen. We gaan hieronder een voorbeeld geven. Stel dat u de orderbedragen op datum wilt bekijken. Oefening 6.14 a. b. c. d.

Verwijder alle velden uit de draaitabel. Zet het veld Orderbedrag in het gebied Waarden. Zet het veld Orderdatum in het gebied Rijlabels. Zet het veld Verkoper in het gebied Rijlabels, voorbij het veld Orderdatum.

Het levert geen overzichtelijke draaitabel op! Beter is om de orderbedragen per jaar te bekijken. U kunt groeperen op het veld Orderdatum door het veld te selecteren en dan te kiezen voor Opties > Groeperen > Veld groeperen.


pagina 85

les 6


U ziet het venster Groeperen:

Tip: U kunt ook snel groeperen door met de rechter muisknop te klikken op het veld en vervolgens te kiezen voor Groeperen. Hier kunt u aangeven dat u wilt groeperen op jaren, maanden, enz. U kunt meerdere items selecteren! Oefening 6.15 a. b. c.

Groepeer het veld Orderdatum per jaar en bekijk het resultaat. Groepeer hetzelfde veld eens op jaar en maand. Zorg er uiteindelijk weer voor dat er alleen per jaar gegroepeerd wordt. De draaitabel ziet er uit zoals hieronder is weergegeven.

Een groepering is natuurlijk ook weer op te heffen. Via het lint klikt u op de knop Degroeperen, met de rechter muisknop kan dat ook.

pagina 86



les 6

Oefening 6.16 a. b.

Hef de groepering van het veld Orderdatum weer op. Het resultaat is een onoverzichtelijke geheel! Verwijder het veld Orderdatum uit de draaitabel.

Draaigrafiek Van een draaitabel is in een handomdraai een draaigrafiek te maken met Opties > Extra > Draaigrafiek op het lint. De draaitabel die nu op het scherm staat, levert de volgende draaigrafiek op:

Op het lint zijn er de bekende tabbladen onder de noemer Hulpmiddelen bij grafieken bijgekomen, waarmee u de grafiek kunt opmaken en wijzigen. Deze zijn in een eerdere cursus besproken. We gaan er daarom nu niet verder op in. Ook ziet u een Deelvenster voor filter van grafiek. Hiermee kunt u filteren op een veld in de grafiek. Dit is echter niet perse nodig, want als u de gegevens in de draaitabel filtert, of u wijzigt de indeling van de draaitabel, dan heeft dat direct gevolgen voor de grafiek. Oefening 6.17 a. b.

Klik ergens in de gegevens van de draaitabel en maak een draaigrafiek. U krijgt in het huidige werkblad de grafiek te zien. Geef de draaitabel de volgende indeling:


pagina 87

les 6

c. d. e. f. g. h.


Bekijk het effect op de draaigrafiek. Deze is nu ook gewijzigd! Zet het veld Verkoper in het gebied Kolomlabels. Zet het veld Verkoper weer terug en zet nu het veld Land in het gebied Kolomlabels. Bekijk alleen de gegevens van België. Wijzig de opmaak van de grafiek naar keuze. Zet Nederland er ook weer bij.

Tip: Als u het grafiekgebied van een draaigrafiek geselecteerd hebt (dus eigenlijk de hele grafiek) kunt u de grafiek kopiëren en vervolgens plakken in een willekeurig werkblad. Wijzigt de draaitabel, dan wijzigt deze grafiek ook! Oefening 6.18 a.

Geef de draaitabel de volgende indeling (het veld land in het gebied Kolomlabels en het veld Orderdatum in het gebied Rijlabels. Het veld Orderdatum is gegroepeerd per jaar):

b. c.

Bekijk alleen de gegevens van Nederland. Geef de grafiek de volgende titel: Omzet per jaar

d.

Sluit de werkmap (wijzigingen opslaan) als u geen tijd meer heeft voor de extra stof. Anders kunt u de werkmap geopend laten.

pagina 88



les 6

extra stof/opdrachten

Gegevens uit- en samenvouwen Het is mogelijk om in een draaitabel per onderdeel snel de details te bekijken of juist te verbergen (uitvouwen of samenvouwen). Natuurlijk kan dit alleen bij een onderdeel waarbij het logisch is om iets te verbergen! We gaan uit van het volgende voorbeeld:

De gegevens kunnen per jaar worden samengevouwen door op het minteken te klikken. We hebben dat in de basisstof al besproken. Het teken verandert in een plusteken, waarmee u weer kunt uitvouwen. Dat kan ook met de rechter muisknop: klik op het betreffende veld en kies voor Uit- en samenvouwen en vervolgens voor Samenvouwen of Uitvouwen. U kunt met de rechter muisknop ook kiezen voor Gehele veld uitbreiden of Gehele veld samenvouwen. Dan worden alle onderdelen van het geselecteerde veld uit- of samengevouwen. Via het lint doet u hetzelfde met Opties > Actief veld > Gehele veld uitvouwen of Gehele veld samenvouwen.

Gehele veld uitvouwen

Gehele veld samenvouwen


pagina 89

les 6


Klikt u in het gegevensgebied op een item en kiest u met de rechter muisknop voor Details weergeven, dan kopieert Excel de bijbehorende gedetailleerde gegevens naar een nieuw werkblad. U kunt er vervolgens weer mee doen wat u wilt. Tip: U kunt snel de details laten weergeven of uit- en samenvouwen door op het item dubbel te klikken. Opdracht 6.1 a. b. c. d. e. f. g.

Geef de draaitabel de bovenstaande indeling. Vouw de gegevens van het jaar 2007 samen. Vouw de gegevens van 2007 weer uit. Vouw opnieuw de details van 2007 samen en weer uit door dubbel te klikken. Vouw alle gegevens van het veld Orderdatum samen en weer uit via het lint of door de rechter muisknop te gebruiken. Laat de details weergeven van de verkoper De Vries (dubbelklikken op het bedrag!). Als het goed is, verschijnen de details in een nieuw werkblad. Schakel weer over naar het blad met de draaitabel.

Volgorde wijzigen binnen de draaitabel U kunt eenvoudig een onderdeel binnen de draaitabel op een andere plaats zetten. Zo kunt u een bepaalde verkoper verplaatsen, of Nederland boven België, enz. Dat kan op verschillende manieren: 1. Slepen. Als u op een item in de draaitabel met de muis klikt, ziet u bij de rand een vierpijl. Dan kunt u het onderdeel naar een andere plek slepen. 2. Rechter muisknop. Als u met de rechter muisknop op een item in de draaitabel klikt, kunt u kiezen voor Verplaatsen. Daarna kunt u kiezen voor verschillende mogelijkheden. Tip: Gegevens in een draaitabel kunt u gewoon sorteren met de knoppen Sorteren van A tot Z en Sorteren van Z tot A of gebruik de knop Sorteren. U vindt deze knoppen op het lint in de groep Sorteren op het tabblad Opties. Klik eerst wel in het juiste gebied dat u wilt sorteren! Opdracht 6.2 a. b. c.

Zet de verkoper De Koning onderaan de lijst van verkopers door te slepen. Zet het 2009 bovenaan, gevolgd door 2008. Gebruik de rechter muisknop. Sorteer de verkopers oplopend. Let op de tip!

pagina 90



les 6

Berekend veld Eventueel kunt u een extra veld maken waarin u een bepaalde berekening laat uitvoeren. Stel dat de orderbedragen bedragen zijn exclusief BTW. Nu wilt u een veld erbij hebben met bedragen inclusief BTW. De werkwijze: 

Kies op het lint voor Opties > Berek. > Velden, items en sets en klik dan op Berekend veld. U ziet het volgende venster:

 

Geef in het kader Naam het veld een naam. Zet in het kader Formule de volgende formule: =Orderbedrag*1,19 Het veld Orderbedrag kunt u selecteren in het lijstje velden en vervolgens kiezen voor Veld invoegen.



Klik op OK om af te sluiten.

Opdracht 6.3 a. b. c.

Maak zoals hierboven beschreven een berekend veld waarin de orderbedragen inclusief BTW worden uitgerekend. Noem dit veld Inclusief BTW. Als het goed is, ziet u het veld terug in de Lijst met draaitabelvelden. Het is duidelijker om de twee velden uit het gebied Waarden per kolom te bekijken (en niet per rij). Zet daarom het veld Gegevens in het gebied Kolomlabels. Als het goed is, ziet de draaitabel er nu zo uit:


pagina 91

les 6


Berekening uitvoeren met gegevens uit een draaitabel Als u gegevens van een draaitabel wilt gebruiken, kan dat op de gewone manier. Zo kunt u gegevens optellen, berekenen enz. Maar, vraagt u zich af, de gegevens van een draaitabel kunnen heel gemakkelijk wijzigen. Als u filtert zullen de gegevens in andere cellen komen te staan of zelfs helemaal verdwijnen! Dit laatste lijkt natuurlijk wel een probleem als u een verwijzing naar een bepaalde cel uit een draaitabel maakt. Gelukkig is Excel een slim programma. Als u op de gewone manier een verwijzing maakt naar een cel in een draaitabel, zal Excel de functie DRAAITABEL.OPHALEN gaan toepassen. Bijvoorbeeld: =DRAAITABEL.OPHALEN("januari ";$A$3;"Meting";"maximum temperatuur") In het gedeelte tussenhaakjes wordt nauwkeurig aangegeven welke gegeven bedoeld wordt. Als de draaitabel verandert, is dat geen probleem! Opdracht 6.4 a. b. c. d. e.

Plaats de celwijzer in een cel rechts van de draaitabel. Tel hier de gegevens van de verkopers Fluitsma en Leverling op. Bekijk de inhoud van de cel in de Formulebalk. Als het goed is, ziet u een uitgebreide formule! Sleep het veld Gegevens terug naar het gebied Rijlabels. Als alles volgens het boekje is gegaan, zal de wijziging geen effect hebben op uw berekening. Dit is de laatste oefening over draaitabellen. Sluit daarom de werkmap en sla de wijzigingen op.

pagina 92


les 6 draaitabellen en draaigrafieken Herhaling Oefening 6.1

Recommend Documents