Leeratelier Beleidsanalyse
Leeratelier Beleidsanalyse
.
De Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) en de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) presenteren het Leeratelier Beleidsanalyse. Het atelier is opgezet vanuit de gedachte dat hoogwaardig management alleen onvoldoende is voor een goed presterende overheid. Kennis van én voor beleid helpt om de beleidsontwikkeling kwalitatief te verbeteren en het leervermogen van de overheid te versterken. Vanuit deze overtuiging biedt het leeratelier (beleids)onderzoekers met enkele jaren werkervaring in en rondom de rijksoverheid een stevig fundament voor een gedegen en bruikbare beleidsanalyse en beleidsadvies
Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid Lange Vijverberg 4-5 2500 AE Den Haag www.wrr.nl Nederlandse School voor Openbaar Bestuur Lange Voorhout 46 2514 EG Den Haag www.nsob.nl Contact Drs. J.H. van der Spek Leermanager
[email protected] 070 3024910
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
1
1. Introductie Klimaatverandering, integratie, vergrijzing: allemaal voorbeelden van lastige kwesties waarin kennis (of juist het gebrek daaraan) van invloed is op de totstandkoming van beleid. Kennis kan het verschil maken bij de aanpak van lastige kwesties en is tegelijk zelden onbetwist. In de ‘beleveniseconomie’ en ‘dramademocratie’ zijn beelden van grote invloed op de totstandkoming, vaststelling en uitvoering van beleid. Een beleidsanalyse kan er toe bijdragen dat we meer te weten komen over de problemen om ons heen en kan een middel zijn om ongefundeerde beeldvorming te ontstijgen. Vanuit dat perspectief heeft het Leeratelier Beleidsanalyse tot doel beleidsonderzoekers met enkele jaren werkervaring kennis over beleid en over onderzoek voor beleid aan te reiken. Het Leeratelier Beleidsanalyse geeft beleidsonderzoekers de mogelijkheid hun repertoire te verbreden en te verdiepen, en scharnierpunten tussen beleidsonderzoekers en beleidsmakers te verkennen. De Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) en Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) organiseren samen dit leeratelier. De kracht van de samenwerking is de koppeling van de NSOB als hoogwaardig opleidingsinstituut met de WRR als hoogwaardig onderzoeksinstituut. Kenmerkend voor zowel WRR als NSOB is dat zij opereren op het snijvlak van beleid, politiek en wetenschap. Vanuit dit profiel en vanuit de gezamenlijke zorg om de kwaliteit van overheidsbeleid, is samenwerking in de ontwikkeling van een Leeratelier Beleidsanalyse een logische stap. Kenmerken van het leeratelier: • focus op de grondslagen van de beleidsanalyse • theoretische variëteit in perspectieven op de verhouding tussen kennis en beleid • aandacht voor rationele, institutionele en constructivistische benaderingen van beleid • aandacht voor praktische vertaling van onderzoek naar advies • intensieve, interactieve en kleinschalige bijeenkomsten • deelnemers versterken persoonlijke competenties door aan concrete opdrachten te werken • gericht op de actualiteit Resultaat van het leeratelier: • deelnemers kunnen het domein van de beleidsanalyse beter afbakenen door hun kennis van de theoretische en methodische variëteit in de beleidswetenschap • deelnemers ontwikkelen vaardigheden om een beleidsanalyse te laten ‘landen’ in de wereld van politiek en beleid • door de intensieve samenwerking tussen deelnemers biedt de opleiding een uitgelezen mogelijkheid om van en over anderen te leren en waardevolle contacten in het werkveld op te doen
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
2
2. Karakteristiek van het leeratelier De beleidsanalyse kent in Nederland geen grote traditie. Anders dan in de Verenigde Staten, waar onderzoek naar beleidsvorming en beleidsresultaten al decennia een aparte discipline vormt, duurde het in Nederland tot de jaren zeventig voordat de professie goed tot ontwikkeling kwam. Ook nu nog is het aanbod van opleidingen voor beleidsonderzoekers versnipperd over verschillende wetenschappelijke disciplines. Het Leeratelier Beleidsanalyse voorziet in de wens om te komen tot een gedegen en op de praktijk gerichte opleiding voor beleidsonderzoekers werkzaam bij en rondom de overheid. Traditioneel maakt de beleidswetenschap onderscheid tussen ‘sciences of policy’ en ‘sciences for policy’: kennis van de totstandkoming (proces) en werking (inhoud) van beleid en kennis voor de ontwikkeling van beleid. Dit onderscheid is steeds meer vervaagd, aangezien onderzoek van beleid bijdraagt aan kennis voor nieuw beleid. Het leeratelier streeft ernaar de twee vormen van beleidswetenschap in haar onderlinge samenhang inzichtelijk te maken. Het Leeratelier Beleidsanalyse belicht daarbij een variëteit aan theoretische benaderingen in de beleidsanalyse en plaatst deze in perspectief. Kennis wordt niet altijd direct benut voor beleid. Wanneer kennis wel wordt benut, gebeurt dat lang niet altijd in overeenstemming met de intentie van de onderzoeker die tekent voor de totstandkoming daarvan. Het Leeratelier Beleidanalyse probeert deelnemers niet alleen handreikingen te doen voor de omgang met het veelzijdige aanbod aan stromingen, benaderingen, theorieën en modellen maar ook te zoeken naar de praktische vertaalslag richting een gedegen analyse en/of advies in een context die zich doorgaans kenmerkt door een ingewikkeld politiek-bestuurlijk krachtenveld. Het atelier bestaat uit vier modules: Module I - Grondslagen van beleidsanalyse. De eerste module staat in het teken van een verkenning van de fundamenten van de beleidsanalyse. Naast een inleiding tot het werkveld zal de geschiedenis van de beleidsanalyse worden behandeld aan de hand van klassiekers. Daarnaast is er aandacht voor de grondslagen van de wetenschap. Wat kunnen we weten over de werkelijkheid en hoe verhoudt zich dat tot de verschillende stromingen in de beleidswetenschap? Module II - De Nederlandse praktijk Deze module verkent het terrein waarin beleidswetenschappers werkzaam zijn. De Nederlandse beleidskaart wordt geschetst in een ‘tour d’horizon’ van de verschillende instituties met hun eigen geschiedenis en de manieren waarop de overheid interventies pleegt. Daarbij is veel aandacht voor nieuwe visies op beleid en de rol van instituties in een veranderende maatschappelijke context. Module III – Methoden van beleidsanalyse In deze module is er aandacht voor de uiteenlopende theoretische stromingen in de beleidsanalyse. Er is aandacht voor de rationele benadering van beleidsanalyse, maar ook voor de narratieve benadering, waar beleid wordt opgevat als een discursieve praktijk, waarin taal en verhalen van betrokken actoren in elkaar overlappende netwerken bepalend zijn voor de beleidsvorming. Ook wordt er gekeken naar de rol van toekomstonderzoek. De betekenis van de verschillende benaderingen en methoden staat hierbij centraal. Wat is de state of the art van de
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
3
besproken methoden? Hoe zijn ze bruikbaar en welke elementen daarvan zijn tegenwoordig problematisch geworden? Module IV - Verhouding tussen kennis en beleid Beleidsvorming kent een specifieke rationaliteit, die niet enkel objectiviteit nastreeft, maar evengoed wordt gekenmerkt door politieke sturing, ‘policy windows’, maatschappelijke onderstromen en discoursveranderingen. In dit deel van het leeratelier is er veel aandacht voor de spanning tussen wetenschap en politiek en voor de manier waarop kennis een bijdrage kan leveren aan beleidsvorming. Eindopdracht Gedurende het leeratelier werken de deelnemers in kleine groepen – zogeheten ‘syndicaten’ – aan een eindopdracht. De eindopdrachten worden geformuleerd op basis van concrete strategische kwesties die aan de orde zijn bij eindverantwoordelijken in de wereld van kennis en beleid. In dit leeratalier zullen deelnemers de opdracht ontvangen van prof. dr. W. (Wim) Derksen, voormalig directeur Ruimtelijk Planbureau, prof. dr. P. (Paul) Schnabel, directeur Sociaal en Cultureel Planbureau en Drs. J.W. (Jan Willem) Holtslag, scheidend Secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken. De vierde opdrachtgever wordt nog bekend gemaakt. Aan de hand van een opdracht passen de deelnemers de verschillende benaderingen en inzichten, die gedurende het leeratelier aan bod komen, toe op de praktijk. Het leeratelier besteedt daarnaast veel aandacht aan de vraag hoe een beleidsanalyse ‘doorwerkt’ in de wereld van politiek en beleid. Daarom worden de syndicaten door de opdrachtgevers uitgedaagd om een kort en bondig beleidsadvies (ongeveer 8 à 10 blz.) te schrijven, bestemd voor (Haagse) beleidsmakers. Ook geven de syndicaten tijdens de slotbijeenkomst van het leeratelier een overtuigende presentatie van hun advies.
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
4
4. Programma Het programma1 van het leeratelier valt uiteen in een deel vóór en een deel ná de zomervakantie van 2008. Beide delen bestaan uit vijf bijeenkomsten bestaande uit twee dagdelen. Tijdens de bijeenkomsten wordt regelmatig aandacht besteed aan de eindopdrachten, wordt er gewerkt met concrete cases en krijgen de deelnemers de mogelijkheid hun eigen werkervaringen en leervragen in te brengen. De deelnemers krijgen voorafgaand aan het atelier literatuur toegestuurd. De bijeenkomsten zijn niet gericht op het weergeven of samenvatten van het leerboek of van de tekst die is bestudeerd. In iedere bijeenkomst duiden en problematiseren docenten de teksten door ze te verbinden met de kennis en ervaring van de deelnemers zelf. Het Leeratelier Beleidsanalyse is nadrukkelijk geen inleiding in de bestuurskunde of de beleidsanalyse. BIJEENKOMST I – DINSDAG 15 APRIL– STARTDAG •
•
Ochtend: Introductie – Een verkenning van het onderzoeksdomein. De verhouding tussen beleidsonderzoekers en beleidsmakers is doorgaans gecompliceerd en zelden zonder spanning. Waar liggen de uitdagingen voor een goede beleidsanalyse? Waar ligt de grens tussen gebruik en misbruik van beleidsanalyse? En waar liggen voor onderzoekers de valkuilen? De deelnemers brengen hun eigen ervaringen in. Docenten: prof. dr. A. C. (Anton) Hemerijck & prof. dr. M.J.W. (Mark) van Twist Middag: Toelichting van de eindopdrachten - De opdrachtgevers zullen de geformuleerde eindopdrachten toelichten aan de syndicaten. Docenten: prof. dr. M.J.W. (Mark) van Twist, prof. dr. A.C. (Anton) Hemerijck en de opdrachtgevers
BIJEENKOMST II – DINSDAG 13 MEI– MODULE 1: GRONDSLAGEN VAN BELEIDSANALYSE – TUSSEN IDEAAL EN WERKELIJKHEID
•
•
1
Ochtend: Geschiedenis en klassiekers van de beleidswetenschap – Een introductie in de werken en theoretische inzichten van de meest invloedrijke denkers van de beleidswetenschap. De lessen en de actualiteitswaarde van deze klassiekers staan centraal. Wat is de relevantie van deze klassiekers voor de huidige onderzoek- en beleidspraktijk? Docent: prof. dr. W.B.H.J. (Wim) van de Donk Middag: De binnenkant van beleidsadvies – Veel bestuurskundigen menen dat beleid moeizamer en rommeliger tot stand komt dan we denken of hopen. Geen blauwdruk of planning, maar incrementalisme lijkt de boodschap. Hoe moeten onderzoekers zich verhouden tot de ideaaltypen van beleidsvorming enerzijds en de ‘rommelige’ werkelijkheid anderzijds? De voormalige directeur van het Natuur- en Milieuplanbureau vertelt over zijn ervaringen met de spanning tussen ideaal en werkelijkheid. Docent: prof. ir. N.D. (Klaas) van Egmond
evt. wijzigingen voorbehouden
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
5
BIJEENKOMST III – DONDERDAG 29 MEI – MODULE 1: GRONDSLAGEN VAN BELEIDSANALYSE FILOSOFISCHE VERDIEPING
•
•
Ochtend: Kentheorie - Hoe kun je vanuit filosofisch perspectief aankijken tegen beleid en beleidsanalyse? Dit perspectief wordt kort ingeleid aan de hand van het thema ‘veiligheid’. Het classificeren en categoriseren van beleidsthema’s in termen van ‘risico’ of ‘onzekerheid’ heeft verstrekkende gevolgen voor beleid, de instrumenten die gekozen worden en de rol die kennis in beleid krijgt toegedacht. Het werk van Bruno Latour krijgt veel aandacht. Docent: prof.dr.ir. G.H. (Gerard) de Vries Middag: Kentheorie - De deelnemers geven een korte presentatie waarin ze Latour’s inzichten toepassen op het thema van hun paper. Welke implicaties hebben kentheoretische overwegingen bij het ontwerpen van een beleidsanalyse? Gerard de Vries ondervraagt en fungeert als sparringpartner. Docent: prof.dr.ir. G.H. (Gerard) de Vries
BIJEENKOMST IV – DINSDAG 10 JUNI - MODULE 2: DE NEDERLANDSE PRAKTIJK - BELEID •
•
Ochtend: Context van beleid - De ‘beleidskaart’ van Nederland wordt geschetst aan de hand van een uiteenzetting over de manieren waarop, en de context waarbinnen de overheid bepaalde interventies pleegt. In welke (sociologische) context wordt beleid gemaakt en hoe kunnen we met sociologische theorie de werkzaamheid van beleidsmaatregelen duiden? Docent: prof. dr. W.G.J. (Jan Willem) Duyvendak Middag: Effecten van beleid – Een maatschappij kan anders reageren op regels dan de overheid wenselijk acht of had voorzien. Deze middag worden de bedoelde én onbedoelde effecten van het maken van beleid behandeld. Daarbij wordt onderzocht op welke wijze de beleidsonderzoeker onbedoelde effecten kan herkennen en duiden. Docent: dr. M.J.G. (Michel) van Eeten
BIJEENKOMST V – DINSDAG 24 JUNI – MODULE 2: DE NEDERLANDSE PRAKTIJK - INSTITUTIES •
•
Ochtend: De praktijk van beleid - Het Nederlandse beleidslandschap wordt gedomineerd door instituties met elk een eigen staatsrechtelijke positie. Bestaande institutionele arrangementen bepalen op papier in sterke mate de initiatie en de loop van beleids- en uitvoeringsprocessen. Maar ziet de werkelijkheid er ook zo uit, of laat de praktijk van beleid grote tekorten zien in bijvoorbeeld het strategisch vermogen van de overheid? En liggen daar opgaven voor beleidsonderzoekers? Docent: mr. A.W.H. (Arthur) Docters van Leeuwen Middag: Institutionele theorie en onderzoeksvraag – Volgens de institutionele theorie wordt beleid mede gevormd door ingesleten institutionele patronen. Wat is de betekenis van deze theorie voor de hedendaagse beleidsanalyse? Hoe kunnen deelnemers dit toepassen op hun onderzoeksvraag? In het laatste gedeelte van de middag presenteren de deelnemers hun onderzoeksvoortgang. Docent: prof. dr. A. C. (Anton) Hemerijck
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
6
BIJEENKOMST VI –DINSDAG 16 SEPTEMBER – MODULE 3: METHODEN VAN BELEIDSANALYSE - HET ONTWERPEN VAN BELEIDSANALYSE
•
•
Ochtend: Ontwerp van beleidsanalyse - Overzicht van methoden van beleidsanalyse, met nadruk op ‘evidence based’ technieken. Aan het beoordelen, ontwerpen en uitvoeren van beleidsanalyse zijn kwaliteitscriteria verbonden. Aan welke eisen moet een goed onderzoek voldoen en welk instrumentarium is daarvoor het meest geschikt? Aan de hand van cases uit de beleidspraktijk worden bijbehorende onderzoeksmethoden, zoals kosten/baten analyse, ex ante beleidsevaluatie, scenariostudie en analyse van beleidstheorie verkend. Docent: prof. dr. F.L. (Frans) Leeuw Ochtend: Ontwerp van beleidsanalyse Het maken van een beleidsanalyse of een beleidsevaluatie geschiedt zelden in een context van consensus en overeenstemming. Veel vaker moet de beleidsanalyse een uitkomst bieden voor verschillende actoren met uiteenlopende, soms conflicterende waarden. Dit betekent dat in de beleidsanalyse meer aandacht moet zijn voor de verschillende (soms conflicterende) percepties van actoren, maar stelt ook andere eisen aan het maken van een beleidsevaluatie. Erik-Hans Klijn verkent samen met de deelnemers hoe een beleidsanalyse (conflicterende) waarden kan verbinden en hoe een evaluatie in een Multi-actor-proces er uit ziet. Hoe ontwerp je onderzoek dat bruikbaar is voor meerdere actoren en welke eisen moeten gesteld worden aan de (formulering) van de uitkomsten? Docent: prof.dr. E.H. (Erik-Hans) Klijn
BIJEENKOMST VII – DINSDAG 7 OKTOBER – MODULE 3: METHODEN VAN BELEIDSANALYSE – NARRATIVITEIT ENH DE VERHOUDING TUSSEN BELEIDSANALYSE EN BELEIDSMAKERS •
•
Ochtend: Narrativiteit en de getijden van beleid - De wereld van het beleid wordt niet enkel bepaald door objectiviteit of door de wetenschappelijke onderbouwing van beleid, maar ook door symboliek, narrativiteit, maatschappelijke onderstromen, discoursveranderingen en machtsverhoudingen. De deelnemers oefenen onder begeleiding van een docent met narratieve technieken. Docent: prof.dr. D. (Dvora) Yanow Middag: Beleidsanalyse en beleidsmakers – Hoe ligt de verhouding tussen de wereld van de wetenschap en de wereld van de beleidsmaker? Op welke wijze kan een beleidsanalyse een bijdrage leveren aan goed beleid? Wat vraagt dit van de betrokken onderzoekers en waar liggen valkuilen en misbruik van kennis op de loer? Docent: prof.dr. P.(Pieter) Winsemius
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
7
BIJEENKOMST VIII – DINSDAG 28 OKTOBER – MODULE 4: VERHOUDING KENNIS EN BELEID – TOEKOMSTONDERZOEK EN ONDERZOEK LATEN ‘LANDEN’ •
•
Ochtend: Toekomstonderzoek – Een beleidsanalyse richt zich in veel gevallen op toekomstige gevolgen van bestaand beleid of kwesties die zich in de toekomst zullen manifesteren. Hoe moeten onderzoekers met een dergelijk ongrijpbaar concept als ‘toekomst’ omgaan? Hoe kunnen onderzoekers toekomstverkenningen verwerken in het ontwerp én onderzoek? De deelnemers passen de inzichten toe op hun eindopdracht. Docent: prof.dr.ir. M.B.A. (Marjolein) van Asselt Middag: Beleidsanalyse en de politiek - Een wetenschappelijke analyse is vaak onvoldoende om beleidsverandering tot stand te brengen. De onderzoeker moet vaak ook een goed pleitbezorger zijn om bestuurlijk en politiek draagvlak te creëren. Articulatie en mobiliseren van politieke steun in de selectie van beleidsalternatieven speelt daarbij een belangrijke rol. Hoe kunnen beleidsonderzoekers dit combineren met hun wetenschappelijke insteek en integriteit? Docent: prof.dr. W. (Wim) Derksen
BIJEENKOMST IX – DINSDAG 18 NOVEMBER – MODULE 4: VERHOUDING KENNIS EN BELEID •
Ochtend: Forum over politiek en onderzoek – De receptie van het WRR-rapport ‘Identificatie met Nederland’ verliep anders dan verwacht. Niet de inhoud van het rapport, maar de uitspraken van prinses Maxima bepaalde het beeld op de opiniepagina’s. In een forumdiscussie kijken we terug op de presentatie van het rapport en behandelen sprekers, onder wie vertegenwoordigers uit de wetenschap en journalistiek, de vraag: hoeveel aandacht moet je voor je beleidsanalyse organiseren en waar ligt de grens? Daarbij wordt ook nadrukkelijk naar andere rapporten gekeken, bijvoorbeeld het rapport over de Schipholbrand. Sprekers: (genoemde namen zijn onder voorbehoud): prof. dr. P.L.(Pauline) Meurs, prof.dr. H.P.M. (Ben) Knapen, prof. Dr. M. (Mirko) Noordegraaf, prof. mr. dr. J.A.(Hans) de Bruijn, prof.dr. F.J.H.(Henk) Don, prof.. dr. M.J.W. (Mark) van Twist leidt het forum Middag: terugblik - Op deze laatste middag van het leeratelier bediscussiëren deelnemers welke inzichten van het forum zij willen en kunnen gebruiken hun eigen werkpraktijk. Ook kijken zij samen met de docent terug op het leeratelier. Welk effect heeft het leeratelier op het persoonlijk functioneren van de deelnemer? Aan het einde van de middag presenteren deelnemers het concept beleidsadvies aan de docent, die het een laatste keer van kritiek zal voorzien. Docent: prof. dr. A.C. (Anton) Hemerijck
BIJEENKOMST X – DINSDAG 16 DECEMBER– AFSLUITEND FORUM •
Middag: forum - Presentatie van en discussie over de eindopdrachten van de deelnemers. De opdrachtgevers van de deelnemers zullen een jury vormen. Docenten: prof. dr. M.J.W. (Mark) van Twist, prof. dr. A.C. (Anton) Hemerijck en de opdrachtgevers
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
8
5. Over de Docenten Prof. dr. A. C. (Anton) Hemerijck, decaan van het leeratelier, secretaris/directeur WRR en bijzonder hoogleraar vergelijkende analyse van de Europese verzorgingsstaat aan de Erasmus Universiteit Rotterdam Prof. dr. M.J.W. (Mark) van Twist, decaan van het leeratelier, decaan NSOB & bijzonder hoogleraar publiek private samenwerking aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Prof. dr. W.B.H.J. (Wim) van de Donk, voorzitter WRR en hoogleraar Maatschappelijke Bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg Prof. ir. N.D. (Klaas) van Egmond en voormalig directeur van het Milieu- en Natuurplanbureau, bijzonder hoogleraar Milieukunde aan de Universiteit Utrecht Prof.dr.ir. G.H. (Gerard) de Vries, raadslid van de WRR en hoogleraar Wetenschapsfilosofie en filosofie van de technologische cultuur Prof. dr. W.G.J. (Jan Willem) Duyvendak, hoogleraar algemene sociologie aan de Universiteit van Amsterdam Dr. M.J.G. (Michel) van Eeten, universitair hoofddocent aan Afdeling de faculteit Techniek, Bestuur en Management aan de TU Delft Mr. A.W.H. (Arthur) Docters van Leeuwen, senior research fellow aan de NSOB en voorzitter Holland Financial Centre te Amsterdam Prof. dr. F.L. (Frans) Leeuw, hoogleraar Recht, openbaar Bestuur, Sociaal wetenschappelijk onderzoek aan de Universiteit Maastricht en directeur Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie Centrum (WODC) Prof.dr. E.H. (Erik-Hans) Klijn, hoogleraar bestuurskunde, beleid en management van governance netwerken aan de Erasmus Universiteit Rotterdam Prof.dr. D. (Dvora Yanow), hoogleraar Meaning & Method aan de Vrije Universiteit Prof.dr.ir. M.B.A. (Marjolein) van Asselt, raadslid van de WRR, hoogleraar Risk Governance aan de Universiteit van Maastricht Prof.dr. P.(Pieter) Winsemius, Raadslid van de WRR en bijzonder hoogleraar Management van duurzame ontwikkeling aan de Universiteit van Tilburg Prof. W. (Wim) Derksen, voormalig directeur Ruimtelijk Plan Bureau en hoogleraar bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
9
6. Doelgroep, kosten en organisatie De doelgroep voor het Leeratelier Beleidsanalyse bestaat uit beleidsonderzoekers met enkele jaren ervaring, werkzaam in de Rijksdienst of bij kennisinstellingen zoals adviesraden, planbureaus, wetenschappelijke bureaus, onderzoeksinstituten of universiteiten. Van de deelnemers wordt een open en actieve leerhouding verwacht. Ook zal hen worden gevraagd om tijdens de bijeenkomsten de behandelde stof te verbinden met hun eigen werkpraktijk. Het atelier staat nadrukkelijk open voor wetenschappers van verschillende disciplines, alsmede voor bestuurskundigen die hun kennis over de beleidsanalyse willen aanscherpen. Het maximum aantal deelnemers van het atelier is 20. De kosten voor deelname aan het Leeratelier Beleidsanalyse bedragen 4.900,- euro per deelnemer. De inschrijvingstermijn voor het leeratelier sluit op maandag 31 maart. De start van het leeratelier is voorzien op 15 april 2008 en bestaat uit twee delen. De eerste reeks, bestaande uit vijf onderwijsdagen (tien dagdelen) vindt plaats voor de zomervakantie en eindigt in de maand juni. De tweede reeks begint halverwege de maand september. De totale omvang van het atelier bedraagt 19 dagdelen, verdeeld over 10 bijeenkomsten. De bijeenkomsten vinden plaats bij de NSOB aan het Lange Voorhout in Den Haag De syndicaten hebben tot uiterlijk één week voor elke bijeenkomst de mogelijkheid om maximaal twee vragen aan de docenten te stellen die gaan over de te behandelen thematiek. De docenten zullen tijdens hun bijdrage aandacht besteden aan de vragen. Deze vragen zijn niet bedoeld als advies over de eindopdrachten: de deelnemers leggen zelf het verband tussen de inhoud van de bijeenkomsten en hun eindopdracht. Anton Hemerijck en Mark van Twist zijn als decanen eindverantwoordelijk voor het leeratelier. Jaap van der Spek is verantwoordelijk voor de organisatie en inhoudelijke ondersteuning. Hij is te bereiken via
[email protected] en 070-3024910.
.
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
10
6. Over de NSOB en de WRR De Nederlandse School voor Openbaar Bestuur verzorgt sinds 1989 postacademische opleidingen. Vanaf haar aanvang streeft de NSOB ernaar om met geavanceerde en uitdagende opleidingen voor het topsegment van het management in openbaar bestuur en publieke sector bij te dragen aan een hoogwaardig openbaar bestuur. De opleidingen van de NSOB onderscheiden zich door geavanceerde didactische concepten, een excellent docentenkorps van topwetenschappers, vooraanstaande professionals uit de praktijk en intensieve en kleinschalige onderwijsvormen. De opleidingen bieden een mix van cognitieve verdieping, theoretische en professionele reflectie, oefening in professionele en persoonlijke competenties, toepassing van kennis en inzichten in complexe advies- en onderzoeksopdrachten. De opleidingen zoeken de grenzen van weten en kunnen op en dagen de deelnemers uit hetzelfde te doen. De NSOB is tevens een denktank. In die functie draagt de NSOB bij aan de kennisontwikkeling over openbaar bestuur en publieke sector. De NSOB werkt aan vragen aangereikt door opdrachtgevers uit openbaar bestuur en publieke sector, maar ook aan vragen die voortkomen uit autonome wetenschappelijke en professionele reflectie. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid is een onafhankelijk adviesorgaan voor de regering, dat binnen de Nederlandse kennis- en adviesstructuur een geheel eigen plaats inneemt. De advisering van de WRR kenmerkt zich door afhankelijk, wetenschappelijk, multidisciplinair onderzoek. De raad is betrokken bij beleid en samenleving, multisectoraal, en toekomstgericht. Daarbij komt dat de Raad een werkende raad is. Dat wil zeggen dat de raadsleden zelf onderzoek doen en rapporten schrijven. Het doel van de WRR is de regering te adviseren over toekomstige ontwikkelingen die van groot maatschappelijk belang zijn. Bij die adviezen staat de wetenschappelijke benadering voorop. De regering kan deze adviezen gebruiken om bestaand beleid tegen het licht te houden, bij de ontwikkeling van nieuw beleid of voor onderbouwing van de besluitvorming. De raad wil verder het wetenschappelijke debat over inhoud en methodes stimuleren. Vanzelfsprekendheden worden ter discussie gesteld en mogelijke beleidsalternatieven geanalyseerd op hun toekomstige maatschappelijke uitwerking.
Leeratalier Beleidsanalyse NSOB in samenwerking met WRR
11