De woorden ‘warehouse’, ‘distributiecentrum’ en ‘productiehal’ roepen associaties op van eindeloze hallen met grijze muren, grauwe betonvloeren en kunstlicht. Maar het kán ook anders. Leuker. Levendiger. Inspirerender. Met echte kunstwerken aan de muur. Of een compleet kunstig gebouw. Door Jacqueline Kuijpers
Kunst in het magazijn Inspiratiebron voor medewerkers
W S U P P LY C H A I N M A G A Z I N E 08 / 2006
36
ie het distributiecentrum van Bickery Food Group in ’s Graveland binnen stapt, staat meteen oog in oog met een mooie vrouw. Oogverblindend blond. Chic. Meer dan levensgroot is zij, en profiel, geschilderd op een canvasdoek van zeker drie bij drie meter. En ze is niet alleen. Wie door het 15.000 m2 grote dc dwaalt komt nog dertien zusjes tegen. Brunettes, zwartharigen, roodharigen. Veel portretten, een enkele keer een heel figuur. Soms met een attribuut als een ooglapje of een gasmasker. De veertien felgekleurde schilderijen van de Haagse kunstenaar Sis Josip hangen aan voorheen lege muren en boven doorgangen. Een paar keer per jaar worden ze vanaf een hoogwerker met de plumeau afgestoft. Dat vertelt managing director Rembrandt Bikkers, terwijl hij met nauwelijks verholen trots een rondleiding door het pand geeft. ‘Kijk, als je nou
hier komt staan… ja precies hier, dan heb je een mooi doorkijkje, zie je?’
Levensvreugde Kunst op de werkvloer dus. De eerste die hiermee begon was de Amerikaanse sigarettenproducent Peter Stuyvesant, het huidige British American Tobacco (BAT). In 1960 nodigde de toenmalige directeur Alexander Orlow (van wat toen nog Turmac heette) dertien kunstenaars uit even zoveel landen uit om voor de productiehallen in Zevenaar een schilderij te maken met als thema ‘levensvreugde’. De grote kleurige kunstwerken werden opgehangen boven de machines in het productiebedrijf in Zevenaar. Orlow wilde de saaiheid van het lopende bandwerk doorbreken voor de werknemers. Zijn experiment haalde het wereldnieuws. Het Amerikaanse Time Magazine wijdde er in 1966 een artikel aan
en citeert Orlow: ‘Hoe gecompliceerd het bedienen van een machine ook lijkt, het wordt al snel een monotone routine voor de arbeider.’ Orlow veronderstelde dat die saaiheid effect had op de productiecijfers. Vandaar zijn experiment. Hij begon met abstracte en figuratieve werken, maar kwam er al snel achter dat de mensen net zo snel uitgekeken raakten op de figuratieven als op hun machine. Vanaf dat moment beperkte Orlow zich tot abstracte kunst. Hij wisselde de werken die hij aankocht iedere paar maanden, soms tot ontevredenheid van de werknemers die aan een werk gehecht waren geraakt. ‘Op zulke momenten weet ik dat ze echt van ze houden’, zei Orlow hierover in het Times-artikel. Dat overigens concludeert dat Orlow niet hard heeft kunnen maken dat de kunstwerken in de fabriek de productie hebben
S U P P LY C H A I N M A G A Z I N E
08 / 2006
37
Bikkers: ‘Toen ik de werken liet ophangen, verklaarden mensen mij voor gek.’
S U P P LY C H A I N M A G A Z I N E 08 / 2006
38
verhoogd, maar dat gezien de stijgende verkoopcijfers de onderneming wel heeft gevaren bij zijn aanstelling als managing director.
Gek De Peter Stuyvesant Collectie is inmiddels een begrip. Orlow kocht in de eerste zes jaar tijd tweehonderd werken aan. Vandaag de dag is de verzameling, nu bekend onder de naam BAT Artventure Collectie, met ruim 1400 kunstwerken een toonaangevende bedrijfscollectie in Europa. De werken worden uitgeleend aan musea in binnen- en buitenland. Ook andere bedrij-
ven als TPG en Océ hebben een eigen collectie kunstwerken opgebouwd, maar in veel gevallen gaat het om kunst voor in de kantoren en vergaderzalen. Ook Rembrandt Bikkers heeft kunst op kantoor hangen. Veel kunst, van Karel Appel tot zijn in de VS woonachtige neef Rudolf Bikkers. ‘Mijn vader was iemand met gevoel voor kleur, voor kunst. Toen ik in de wieg lag bedacht hij dat Rembrandt een mooie naam voor mij zou zijn: als hij zelf niet opvalt, dan valt hij in ieder geval op door zijn naam.’ Bikkers zelf waagt zich niet aan het schilderen. ‘ Ik ben geen kunstenaar, maar ik ben wel conceptueel en
zakelijk heel creatief. En ik kan erg genieten van mooie dingen. Het aardige van eigen baas zijn, is dat je kunt doen wat je wilt. Dus toen ik toevallig tegen de doeken van Sis Josip aanliep, bedacht ik meteen waar ik die immense werken zou kunnen hangen. Nou, in het magazijn dus. Toen ik de werken liet ophangen, verklaarden mijn mensen me voor gek, maar na een paar weken zeiden ze tegen me: ‘Daar en daar is ook nog plaats voor een kunstwerk.’ Dat vind ik geweldig. Ik doe niet aan rotatie. Ik laat de werken hangen en als ik nog eens tegen iets aanloop hang ik dat erbij. Inmiddels hangen de schilderijen er vier
Bram Hage: ‘Ik geloof er nu heilig in dat zo’n werkomgeving je attitude beinvloed.’
Kunst op de werkvloer kan ook een kunstige werkvloer zijn. De Duitse kunstenares en kleurenarchitect Mariott Stollsteiner tovert grijze, grauwe loodsen om tot kleurrijke, inspirerende werkplekken, die op zichzelf al kunstwerken zijn. Het einde van ‘la grande tristesse’ noemt ze het zelf.
Het “yes!-gevoel” Toen Stollsteiner daadwerkelijk startte met de uitvoering vonden de werknemers haar maar een ‘gek mens’ zegt ze. Maar daar heeft ze lak aan. ‘Als kunstenaar wil ik vragen creëren, geen antwoorden.’ Al snel merkte ze dat de medewerkers zich meer identificeerden met hun werkplek. ‘Ze kregen het gevoel van “de baas geeft om mij”. En als ze dat “yes!-gevoel” hebben, dan kun je verder met ze komen.” Nu klinkt het concept van Stollsteiner erg gemakkelijk: je huurt een schilder, kiest een paar flitsende kleurtjes en klaar. Niet dus. Het geheim van Stollsteiners aanpak zit hem in de filosofie erachter. De kleuren ondersteunen het productie- of logistieke proces. Stollsteiner laat zich onderdompelen in een bedrijf voor ze met een kleurenschema komt. ‘Het moet kloppen bij de sfeer die er heerst.’
kunst met een missie
De ziel verfrissen Het bureau van Mariott Stollsteiner zetelt in Keulen. Al 17 jaar begeleidt ze werknemers van bedrijven en instellingen in veranderingsprocessen. Van CEO’s tot afdelingschefs. Dat doet ze door en via kunst, vertelt ze. ‘Kunst fungeert als middel om de creativiteit in de mensen te stimuleren. Letterlijk, maar vooral figuurlijk: creatief denken. We gaan naar musea, maken zelf dingen, praten veel over kunst. Dat opent de diepste mogelijkheden van mensen.’ Toen haar cliënt DM Drogerie een nieuw dc gingen bouwen, waar driehonderd mensen moesten werken, vroegen ze Stollsteiner om advies. ‘Ze wilden een betere werkomgeving creëren, die respectvol is naar de werknemers. Deze mensen moeten hard werken. Ze verrichten monotoon
Weer een andere vorm van kunst is kunst gemaakt met en door de werknemers. Dit is kunst met een ‘missie’. Om de betrokkenheid van de werknemers te bevorderen bijvoorbeeld. Om een ‘wij-gevoel’ te creëren. Een voorbeeld hiervan is te vinden in het distributiecentrum van Albert Heijn in Nieuwegein. Hier hangt een immens rood werk, met in blauwe letters de tekst: ‘wij staan stil bij wat goed gaat’. Daaromheen staan in verschillende handschriften leuzen en motto’s van de werknemers. De makers van het werk “Op de Muuren” in Schalkhaar, gespecialiseerd in muurschilderingen, hebben dit in één gedigitaliseerd werk bijeengebracht.
08 / 2006
Appelgroene wanden
werk, maar moeten wél oplettend blijven als ze aan het picken zijn. Ik heb het een paar dagen zelf geprobeerd, om echt in te voelen wat deze mensen doen en dat viel me niet mee. Daarom wilde ik een omgeving creëren die, hoe zeg je dat, hun ogen verfrist, of sterker nog: hun ziel verfrist. En zo ontstond het idee van de kleuren.’
S U P P LY C H A I N M A G A Z I N E
jaar, dus is iedereen het gewend. Per jaar ontvang ik hier zo’n dertig leveranciers die ik rondleid. Nieuwe relaties verbazen zich altijd weer. Maar ook de bestaande relaties blijven het prachtig vinden. Die zeggen: we gaan weer naar de Rembrandt Gallery!’
Stollsteiner heeft dat bijvoorbeeld gedaan voor het distributiecentrum van DM Drogerie in Zuid-Duitsland. Dat levert verrassende plaatjes op: appelgroene wanden overlopend naar perzikgeel, feloranje en paarse stalen balken met rode en blauwe staanders. Een ware explosie van kleur. Bram Hage, manager bij Partner Logistics Europe, was er behoorlijk van onder de indruk toen hij het dc voor de eerste keer zag, vertelt hij. ‘Ik was aanvankelijk nogal sceptisch toen ik hierover hoorde. Maar als je daar als bezoeker rond loopt, is het echt een verschil van dag en nacht met een gewone loods. Het gaat kriebelen. Je krijgt de intentie om te gaan picken, echt waar. Dat ervaar ik elke keer weer als ik rondloop. Ik geloof er nu heilig in dat zo’n werkomgeving je attitude beïnvloedt.’ Hage bezocht het dc samen met de directieleden Ivonne van der Horst en Ria Bouten van supermarktconcern Jan Linders. Zij bouwen met Partner Logistics een nieuw dc in Nieuw-Bergen. Dit dc zal het eerste in Nederland zijn dat van binnen geschilderd wordt in een kleurenontwerp van Mariott Stollsteiner. Hage: ‘De kosten zijn een klein bedrag ten opzichte van de totale investering. Je kunt er enorm veel mee bereiken. Zowel Jan Linders als ikzelf zien het als een gemiste kans als je het niet doet. Ik ga het ook in onze eigen dc’s toepassen.’
39
Kleuren kunnen helpen een veranderingsproces te ondersteunen Stollsteiner werkt met standaard RALkleuren en gebruikt als basis de zeven kleuren van de regenboog. Maar alles wat ze doet heeft een betekenis. Een trap verft ze graag groen: een jong, haast agressief groen, want daardoor loop je energieker naar boven. Jan Linders is een supermarkt, met veel voedingsmiddelen. Dus kiest ze in de basis voor een donkergroen, een wat aardse kleur. Maar bewegende delen, zoals kranen, verft ze signaalrood. De muren van de koelcellen worden weer lichtgeel. ‘Zo wil ik daar de zon binnenbrengen’, zegt Stollsteiner, die als filosofie heeft dat zij er is voor de mensen en niet andersom. ‘Kleuren roepen emoties op. Het gaat om een aangename werkomgeving, want daar verblijf je als werknemer toch elke dag een uur of negen. Het is prettig als daar niet
alles hetzelfde is. Net als in de natuur. Het licht en de kleuren zijn in oktober totaal anders dan in mei.’
Daling ziekteverzuim Bij DM Drogerie heeft de metamorfose van Stollsteiner tot een aanmerkelijke daling van het ziekteverzuim geleid: van 12 à 13 procent naar minder dan 5 procent. Zo lijkt het buikgevoel van Alexander Orlow toch nog waar te worden: verminder de saaiheid om je productie te verhogen. Stollsteiner is realistisch genoeg om die verdienste niet helemaal naar zich toe te trekken. ‘Als je alleen de kleuren verandert, verandert er niets. Kleuren kunnen alleen helpen een veranderingsproces te ondersteunen. Zodat mensen geloven wat jij zegt.’ Dat is exact wat Rembrandt Bik-
kers zegt: ‘Het ziekteverzuim in ons magazijn ligt op 2,9 procent. Dat is laag voor de sector. Ik denk dat het niet alleen door de kunst komt. Ook de arbeidsvreugde door de informele en loyale sfeer speelt hierbij een rol.’ Hoe het ook zij, de mensen die kunst in hun magazijnen en productiehallen hebben binnengehaald zijn er zonder uitzondering enthousiast over. Waar het in de kern om gaat, is het creëren van een werkomgeving met respect voor de mensen die er werken. Kunst kan daar een bijdrage aan leveren.
Kijk voor meer informatie over kunst op de werkvloer op www.stollsteiner.com, www.opdemuuren.nl of www.artatwork.info.
Sociaal verantwoorde graffiti
S U P P LY C H A I N M A G A Z I N E 08 / 2006
40
Kiezen voor kunst kan ook een sociale beweegreden hebben. Maatschappelijk verantwoord ondernemen dus. Het Tilburgse bedrijf FABORY Group (internationale groep van technische handelsondernemingen, gespecialiseerd in bevestigingsmaterialen en gereedschappen) zocht enige jaren geleden contact met een jongerenorganisatie. Aanleiding was een interview in de lokale krant met een Tilburgse wethouder, die iedereen opriep om op deze manier de op straat zo vaak verfoeide graffiti een nuttige draai te geven. Nuttig voor de koper en niet in de laatste plaats voor het zelfvertrouwen van de jongeren. FABORY Group nodigde een aantal jongeren uit om een graffitiwerk te maken met een relatie tot de aard van de onderneming. Daarin zijn de jongeren goed geslaagd. Ze hebben in totaal tien werken gemaakt, waaronder een man met een boor en een gigantische bout. De werken hangen sindsdien in het central warehouse, vertelt Jolanda de Vries, corporate marketing & communication manager. ‘Ze fleuren het gebouw op. In het begin kregen we veel reacties en nog steeds merken we aan bezoekers dat ze het apart vinden dat de werken er hangen.’
Jongeren in Tilburg maakten voor Fabory Group een graffitiwerk.